SI-Profinet. Unidrive M700 en Siemens S7-300 PLC (Step 7)

Transcriptie

1 Omschrijving: In dit document wordt stap voor stap uitgelegd hoe met Simatic Step 7 de communicatie opgezet kan worden tussen een Siemens S7-00 PLC en een Unidrive M700 met V2 module. Dit document behandelt de volgende punten: 1. Hardware configuratie 2. Instellen Unidrive M Profinet interface. PLC configuratie 4. Aansturing Unidrive M via Profinet 5. Voorbeeld Gebruikte Hardware: Simatic S7-00 PLC 15-2DP CPU (15-2AF0-0AB0) Unidrive M optie module Gebruikte Software: Simatic step 7 V5.5 SP4 GSDML file

2 Hardware configuratie Maak de aansluitingen zoals in onderstaande afbeelding:

3 Instellen Unidrive M Profinet interface Als de module eerder gebruikt is, kan aan deze module al een naam en een IP-adres toegekend zijn. Dit geeft problemen als je deze in een andere configuratie wilt gebruiken. Om deze problemen te voorkomen moet de module terug gezet worden in de fabrieksinstellingen. Volg hiervoor onderstaande stappen: 1. Schakel alle Profinet deelnemers in 2. Zet parameter = on De staat voor slot. Als de in een ander slot geplaatst is dan wordt dit 1 (slot 1) of 2 (slot 2). Zet hierna parameter = on De module is nu teruggezet naar de fabrieksinstellingen. 4. Alle verdere instellingen worden gemaakt vanuit de PLC, behalve de klant specifieke time-out instellingen. Vaak zijn de fabrieksinstellingen voor deze time-out instellingen voldoende. Als er in uitzonderlijke situaties toch de wens is om hierin aanpassingen te doen, dan kan dit in parameter menu.05.0xx. 5. De wijzigingen kunnen nu opgeslagen worden door in parameter x.xx.000 <save parameters> in te vullen. Hierna moet de rode reset toets op het keypad ingedrukt worden om de save opdracht te bevestigen.

4 PLC configuratie 1. Open de <SIMATIC manager> 2. Volg de wizard door op <Next> te klikken. Selecteer de juiste CPU en klik op <Next>

5 4. Selecteer gewenste programmeertaal en klik op <Next> 5. Voer gewenste project naam in en klik op <Finish>

6 6. Dubbelklik eerst op <SIMATIC 00 Station> en hierna op <Hardware> om de Hardware configurator te openen 7. Om de GSDML file te kunnen importeren moet eerst de actuele configuratie afgesloten worden 8. Klik op <Options> en hierna op <Install GSD File>

7 9. Selecteer de gewenste (recentste) GSDML file en klik op <OK> 10. Sluit de hardware configurator af 11. Open de actuele configuratie door op <Hardware> te dubbelklikken

8 12. Selecteer positie <X2 PN-IO> zoals in onderstaande voorbeeld. Klik hierna op deze geselecteerde positie met rechter muisknop 1. Klik op <Insert PROFINET IO System> 14. Vul het gewenste IP adres en Subnet mask in en klik op <New> om het Profinet netwerk aan te maken

9 15. Vul de gewenste netwerk naam in en klik op <OK> 16. Selecteer het Profinet netwerk door er op te klikken en open dan onderstaande opties door op rechtermuisknop te drukken 17. Klik op <Insert Object> om een Profinet deelnemer toe te voegen

10 18. Klik op <Additional Field Devices> en voeg Unidrive M toe aan de hardware configuratie door erop te klikken 19. Dubbelklik op het Unidrive M icoontje. 20. In dit veld moet een aantal gegevens van de Unidrive M ingevuld worden: 1. Hier moet een naam voor de Unidrive M ingevuld worden (let op geen hoofdletters gebruiken) 2. Om het IP adres te wijzigen klik op <Ethernet>. Vul hier het gewenste IP adres in 4. Klik op <OK>

11 21. Klik op <OK> om het menu te verlaten 22. Deze naam en IP adres moeten ook in de Profinet module, die in de Unidrive M geplaatst is, ingesteld worden. Dit doe je op de volgende manier Klik op <Ethernet> en daarna op <Edit Ethernet Node>

12 2. Met deze tool kun je het IP adres en de naam invullen in de Unidrive M. Klik op <Browse> om het netwerk te scannen. Nu zouden alle Profinet nodes weergegeven moeten worden 24. In dit voorbeeld zijn er twee deelnemers: de Siemens CPU en de Unidrive M. Zoals in onderstaande afbeelding te zien is, heeft de Unidrive M geen IP adres of naam

13 25. Ook in de drive parameters is te zien dat er geen IP adres aan de regelaar toegewezen is 26. Als er geen deelnemers gevonden worden kan dit aan de firewall liggen Bij het gebruik van Symantec Endpoint Protection kan de firewall uitgeschakeld worden met het onderstaande commando in de DOS-prompt:

14 27. Om het IP adres en de naam in de regelaar te programmeren moet de Unidrive M geselecteerd worden. Klik hierna op <OK>

15 28. IP Adres en naam toewijzen Om het IP adres te wijzigen: 1. Vul het IP adres in 2. Vul het Subnet mask 1. Klik op <Assign IP Configuration> om de regelaar het adres over te laten nemen. Onderstaande boodschap zal verschijnen als de opdracht uitgevoerd is Om de Naam te wijzigen: 4. Vul de naam in 5. Klik op <Assign Name> om de regelaar de naam over te laten nemen

16 In de drive parameters kun je nu ook zien dat het IP adres toegewezen is: Sluit de tool af door op <Close> te klikken

17 29. Als laatste stap moet de data geselecteerd worden die uitgewisseld moet worden tussen de regelaar en de PLC 1. Selecteer de regelaar 2. Nu kunnen de data woorden ingevuld worden in slot 1 en hoger door deze naar het slot toe te slepen De meest logische configuratie is: Lezen: # uitgestuurde frequentie # statuswoord Schrijven: # snelheidsopdracht # control woord

18 0. De hardware configuratie kan nu in de CPU geladen worden. De oude configuratie kan uit de CPU verwijderd worden door onderstaande procedure 1. Save and compile de hardware configuratie 2. Download de hardware configuratie naar de PLC

19 Aansturing van de Unidrive M via Profinet Als de Hardware configuratie is geladen en de communicatie tot stand gekomen is, dan kan de regelaar gestart en gestopt worden via de ingestelde in/uit woorden. De in/uit woorden zijn als volgt geconfigureerd: in word byte 256 t/m 259 = actuele snelheid in 0.1 RPM in word byte 0 t/m 1 = status woord out word byte 256 t/m 259 = snelheidsopdracht in 0.1 RPM (in servo en RFC-A) out word byte 0 t/m 1 = controle woord Hieronder worden het controle en status woord beschreven:

20 Voorbeeld Om de regelaar te starten moeten de volgende bits hoog gezet worden: Bit 0 (enable) Bit 1 (run vooruit) Bit 7 (auto) Bit 8 (remote)! Let wel op dat # 6.04 (vrijgave control word) op on staat en dat de motorgegevens goed in de regelaar ingesteld zijn Voorbeeld aansturing regelaar vanuit variabele tabel: