Onderzoek naar aard, omvang en spreiding van de risicogroep voor meisjesbesnijdenis in Noord Nederland en een inventarisatie van relevante
|
|
- Sterre Jacobs
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Onderzoek naar aard, omvang en spreiding van de risicogroep voor meisjesbesnijdenis in Noord Nederland en een inventarisatie van relevante uitgangspunten, organisaties, professionals en activiteiten om een aanpak van meisjesbesnijdenis in Noord Nederland mee te starten
2
3 Het project 'Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking in Noord Nederland' wordt mede mogelijk gemaakt door: Financier onderzoek Gemeente Groningen, Dienst OCSW (uit OGGz-middelen) Auteur Drs. S. Buurma, CMO Groningen Voorkant KragtVorm, Groningen Uitgave CMO Groningen Wegalaan 3-5 Postbus CG Groningen T (050) E info@cmogroningen.nl De publicatie kan gratis gedownload worden via onze website of door te mailen naar info@cmogroningen.nl onder vermelding van titel van de publicatie, uw naam en afleveradres. CMO Groningen, januari 2010 Gedeeltelijke overname van teksten is toegestaan, mits daarbij de bron wordt vermeld.
4
5 Inhoudsopgave 1. Inleiding onderzoeksfase Project Maak een Vuist 5 tegen Vrouwelijke Genitale Verminking in Noord Nederland 1.1. Achtergronden en Aanleiding van het onderzoek Achtergronden van meisjesbesnijdenis Vormen van meisjesbesnijdenis Meisjesbesnijdenis en religieuze aspecten Lichamelijke en psychische gevolgen van meisjesbesnijdenis Wie lopen risico besneden te worden Meisjesbesnijdenis in Nederland Aan de slag in Noord Nederland: onderzoeksfase Bepaling risicolanden voor Noord Nederland Doelgroep van het project in Noord Nederland Vraagstellingen van het onderzoek Indeling van het rapport Wat is de aard, omvang en spreiding van de risico- 13 groepen in Groningen, Friesland en Drenthe 2.1. Nederland Prevalentiecijfers in Nederland Risicotaxatie Risicogroep in Nederland Noord Nederland Cijfers risicogroep in Noord Nederland Risicogroep per provincie Provincie Groningen Risicogroep in de provincie Groningen Risicogroep provincie Groningen per gemeente Totalen per risicoland in de gemeente Groningen Bevolkingscijfers AZC s provincie Groningen Provincie Friesland Risicogroep in de provincie Friesland Risicogroep provincie Friesland per gemeente Totalen per risicoland gemeente Leeuwarden Bevolkingscijfers AZC s provincie Friesland 30 Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
6 2.5. Provincie Drenthe Risicogroep in de provincie Drenthe Risicogroep provincie Drenthe per gemeente Totalen per risicoland gemeente Emmen Totalen per risicoland gemeente Assen Bevolkingscijfers AZC s provincie Drenthe Aanbevelingen voor het project in Noord Nederland Samenvatting van de cijfers Vergelijking uitgangspositie pilotgemeenten met Noord 37 Nederland Aanbevelingen Noord Nederland VGV-beleid: wie heeft waarin een verantwoorde- 39 lijkheid? 3.1. VGV-beleid VGV-pyramide Beleidsdoelen VGV Samenwerking met de doelgroep: Niet over maar dóór! Rad van samenwerking Welke organisaties/ketens hebben wanneer een 43 verantwoordelijkheid in de aanpak van VGV? Primaire preventie Secundaire preventie Organisaties met een meldplicht Handelingsprotocol VGV bij minderjarigen Tertiaire preventie Aanbevelingen en sociale kaart Welke bestaande interventies, signalen, kennis en 47 ervaring zijn er in het noorden? 4.1. Eerste oriëntatie Internationale en landelijke activiteiten Internationale dag tegen meisjesbesnijdenis Pharos Landelijke conferentie 25 november Verklaring tegen meisjesbesnijdenis Ambassadeurs Bespreekbaar maken van VGV: lesmap en gespreks- 48 protocollen Activiteiten FSAN i.s.m. Pharos en VON Resultaten uit de pilotregio s 49 2 Onderzoeksbureau CMO Groningen
7 4.3. Activiteiten in Groningen, Friesland en Drenthe Zelforganisaties AMK GGD en Stichting Sincerité Groningen Maatschappelijk Juridische Dienstverlening Groningen Sinne Welzijn in Leeuwarden (voorheen HWL) 52 en De Klaproos Maatschappelijke Onderneming Smallingerland (MOS) Voorlichting in AZC's in Friesland Fier Fryslân Verwijsindex/Zorg voor Jeugd Groningen Informatie Centrum Gynaecologie i.s.m. Jasmijn Vrouwen-Project 'Samen Verder' i.s.m. Noorderpoort Home-Start Tot slot Literatuurlijst Bijlagen 57 Bijlage 1 Typen meisjes besnijdenis 57 Bijlage 2 Definities en begripsbepalingen 59 Bijlage 3 Aanvullende cijfers CBS 2009 Provincie Groningen 61 Bijlage 4 Aanvullende cijfers CBS 2009 Provincie Friesland 65 Bijlage 5 Aanvullende cijfers CBS 2009 Provincie Drenth 69 Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
8 4 Onderzoeksbureau CMO Groningen
9 1. Inleiding onderzoeksfase Project Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking in Noord Nederland 1.1. Achtergronden en Aanleiding van het onderzoek Achtergronden van meisjesbesnijdenis Meisjesbesnijdenis is een eeuwenoud gebruik in 28 Afrikaanse landen en in enkele landen in het Midden Oosten en Azië. Meisjesbesnijdenis is een ingreep aan de uitwendige geslachtsorganen, waar geen medische noodzaak voor is. Ouders laten de besnijdenis uitvoeren uit ouderliefde, om het meisje te beschermen en om haar toekomst veilig te stellen. Het besnijdenisritueel wordt gezien als een vreugdevolle gebeurtenis, een feest dat het meisje volwaardig toegang biedt tot de gemeenschap. De volgende redenen worden gegeven (AJN, 2005): Het besnijden bepaalt mede de vrouwelijke etnische identiteit van het meisje. Het markeert de toetreding tot de eigen groep of samenleving. Het beschermt de maagdelijkheid van het meisje Het vergroot haar huwelijkskansen Het besneden zijn lijkt de enige manier om dochters een respectabel leven te laten leiden. Het gaat om een eeuwenoude traditie waarbij de familiedruk om deze in stand te houden groot is. Een niet besneden meisje beschouwt men als onrein, haar wordt ongeremd seksueel gedrag toegedicht en zij kan worden verstoten Vormen van meisjesbesnijdenis Er zijn verschillende manieren waarop de vrouwelijke geslachtsorganen worden besneden. Het varieert welk deel van de geslachtsorganen verminkt wordt, en de mate waarin. Dit is afhankelijk van wat lokaal gebruikelijk is, heeft te maken met de wens van de ouder(s) en hangt af van diegene die de besnijdenis uitvoert. De World Health Organization (WHO) onderscheidt vier vormen (zie ook bijlage 1) 1 : Type 1. Gedeeltelijke of totale verwijdering van de clitoris, en/of de voorhuid. Deze vorm wordt clitoridectomie genoemd. Type 2. Gedeeltelijk of totale verwijdering van de clitoris en de kleine schaamlippen, met of zonder verwijdering van de grote schaamlippen. Dit wordt ook excisie genoemd. Type 3. Vernauwen van de vaginale opening door wegsnijden en aan elkaar hechten van de kleine schaamlippen en/of de grote schaamlippen, met of zonder verwijdering van de clitoris. Dit wordt ook infibulatie genoemd. Type 4. Alle andere schadelijke handelingen aan de vrouwelijke geslachtsorganen om niet-medische redenen, zoals prikken, piercing, kerven, schrapen en wegbranden Meisjesbesnijdenis en religieuze aspecten Er zijn islamitische landen die het besnijden van meisjes niet kennen (zoals Marokko, Algerije en Tunesië) en ook in Saudi-Arabië, een zeer islamitisch land, komt het niet voor. Hoewel de mensen die meisjesbesnijdenis 1 Bron: website van Pharos Focal Point Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
10 toepassen overwegend moslim zijn, betekent dit dus niet dat het een islamitisch gebruik is. Noch de Koran of de Bijbel spreken over besnijdenis van meisjes als een religieuze plicht waaraan gelovigen moeten voldoen. Hoewel het niet in de Koran staat, houden mensen desondanks vast aan de overtuiging dat je besneden moet zijn om een goede moslimvrouw te zijn. Die overtuiging is van generatie op generatie overgegeven en zit diep geworteld. In november 2006 heeft de Duitse mensenrechten-organisatie Target een conferentie georganiseerd aan de Al Azhar Universiteit in Egypte. Doel van de bijeenkomst was om antwoorden te geven op de vele vragen die er zijn over meisjesbesnijdenis en de islam. De aanwezige vooraanstaande geestelijk leiders hebben zich na uitvoerig beraad uitgesproken over het gebruik van vrouwelijke genitale verminking: het wordt geclassificeerd als strafbare agressie en als een misdaad tegen de mensheid. Om die reden mogen moslims volgens hen het gebruik niet langer praktiseren. Doorslaggevend voor het uitspreken van de fatwa waren de verhalen van artsen over de gevolgen voor de gezondheid. Een moslim dient de integriteit van het menselijk lichaam te beschermen, en meisjesbesnijdenis staat daarmee haaks op de essentie van de islam Lichamelijke en psychische gevolgen van meisjesbesnijdenis Meisjesbesnijdenis kan psychische klachten en problemen met betrekking tot seksualiteit veroorzaken. De kans op lichamelijke klachten en medische complicaties is groot, zowel tijdens en na de ingreep o.a.: ernstige pijn plasproblemen bloedverlies infectie overlijden Op de langere termijn kunnen de volgende klachten voorkomen o.a.: pijnlijke seksuele gemeenschap menstruatieklachten urineweginfecties chronische pijn in de onderbuik onvruchtbaarheid verloskundige complicaties psychische problemen Wie lopen risico besneden te worden Meisjesbesnijdenis vindt meestal plaats op de leeftijd van 4 tot 12 jaar, maar in een aantal culturen wordt een paar dagen na de geboorte al besneden. Ook tot vlak voor het huwelijk kan meisjesbesnijdenis nog plaatsvinden. Migratie kan ook bijdragen aan besnijdenis op latere leeftijd. Landelijk wordt de gehele groep in Nederland woonachtige meisjes in de leeftijd van 0 tot 20 jaar die één of meer ouders hebben afkomstig uit één van de landen waar vrouwelijke genitale verminking voorkomt als risicogroep voor besnijdenis aangemerkt. De inschatting van de WHO is dat tussen de 100 tot 140 miljoen vrouwen en meisjes wereldwijd besneden zijn. De inschatting van UNICEF is dat per jaar drie miljoen meisjes in 2 Bron: website van Pharos Focal Point 6 Onderzoeksbureau CMO Groningen
11 Afrika een risico lopen om besneden te worden. De schattingen zijn verder dat in Europa vrouwen besneden zijn en dat elk jaar ongeveer vrouwelijke immigranten in Europa een besnijdenis ondergaan of gevaar lopen besneden te worden (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, 2009) Meisjesbesnijdenis in Nederland Sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw is meisjesbesnijdenis bekend geworden in Nederland met de komst van Somaliërs. Ook andere bevolkingsgroepen die in Nederland gevestigd zijn passen meisjesbesnijdenis toe. Voor het besnijden van meisjes worden verschillende termen gehanteerd. In Engelstalige landen wordt gesproken van female genital mutilation (FGM), circumcision, cutting, of female genital cutting. In Franstalige landen wordt de term mutilation genital feminine of excision gehanteerd. In Nederland werd voorheen vooral de term vrouwen-besnijdenis gehanteerd, maar is inmiddels vervangen door vrouwelijke genitale verminking (VGV) 3. In 1993 heeft de regering het standpunt ingenomen dat alle vormen van meisjesbesnijdenis verboden zijn. Dit verbod sluit aan bij het WHOstandpunt om geen enkele vorm van meisjesbesnijdenis te verrichten 4. Meisjesbesnijdenis wordt als een vorm van kindermishandeling beschouwd. In 2004 wordt ook het in het buitenland laten besnijden van meisjes woonachtig in Nederland, onder de Nederlandse wet strafbaar gesteld. Het kabinet heeft in 2005 in aansluiting op een advies van de commissie bestrijding vrouwelijke genitale verminking van de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg (RVZ) besloten tot een landelijke aanpak ontwikkeld door Pharos 5 en FSAN 6 gericht op voorkomen en vroegsignalering van meisjesbesnijdenis. Voor de pilotprojecten, die liepen van 2006 tot en met 2009, zijn gemeenten geselecteerd met de grootste aantallen vrouwen en meisjes afkomstig uit de risicolanden voor VGV. Dit waren de gemeenten Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Tilburg, Utrecht en Eindhoven (Van Montfoort, 2009) Aan de slag in Noord Nederland: onderzoeksfase CMO Groningen heeft in samenwerking met Nuance Consult het initiatief genomen tot een eerste inventarisatie van de omvang van de problematiek in Noord Nederland. Op een expertmeeting en een bijeenkomst voor zelforganisaties in juni en augustus 2008 is geconstateerd dat er behoefte is aan preventie, voorlichting, training en versterking van de ketenaanpak rond meisjesbesnijdenis. Bij de organisaties voor vrouwenopvang in het Noorden bleken soortgelijke ideeën in ontwikkeling te zijn. Deze inventarisatie heeft tot voldoende aanknopingspunten geleid om ook in de 3 Bron: website van Pharos Focal Point 4 Bron: website van Pharos Focal Point 5 Pharos: het landelijk kennis- en adviescentrum op het gebied van de gezondheid van vluchtelingen en nieuwkomers. Pharos professionals en organisaties die zorg- en dienstverlening aan deze groepen willen verbeteren en hun gezondheid willen bevorderen. Daartoe ontwikkelt Pharos praktisch toepasbare kennis en interventies ( 6 Federatie van Somalische Associaties in Nederland is een platform dat is opgericht in FSAN is een organisatie van Somalië voor Somalië en zet zich in voor de bevordering van de participatie van Somalië in de Nederlandse samenleving. FSAN is een belangrijke belangenbehartiger en spreekbuis van de Somalische gemeenschap in Nederland. Er zijn momenteel 50 zelforganisaties bij FSAN aangesloten. De aangesloten Somalische zelforganisaties werken lokaal. Zij zetten zich in voor de ondersteuning van de Somalische gemeenschap in hun gemeente of regio. Zij zijn verenigd in de FSAN raad van aangeslotenen, het hoogste orgaan ( Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
12 drie noordelijke provincies aan de slag te gaan met de door Pharos en FSAN ontwikkelde aanpak ter bestrijding van meisjesbesnijdenis/vgv. Hiertoe hebben Partoer CMO Fryslân, Enova Drenthe, CMO Groningen, Nuance Consult en Fier Fryslân samen een projectvoorstel geschreven voor de aanpak in de drie noordelijke provincies (Papma M. et. al, 2009). Omdat de precieze situatie in de drie noordelijke provincies niet bekend is, vormt een onderzoeksfase onderdeel van het project. Met de uitkomsten van de onderzoeksfase kan bepaald worden waar de aanpak in Noord-Nederland zich op zal gaan richten Bepaling risicolanden voor Noord Nederland In de schaal waarop en de vorm waarin vrouwen worden besneden bestaan grote verschillen. Zo wordt vrouwenbesnijdenis in Indonesië alleen uitgevoerd bij het moslimdeel van de bevolking en beperkt het zich hier tot de mildste vorm. In landen in de Hoorn van Afrika (Egypte, Soedan, Eritrea, Djibouti, Ethiopië en Somalië) daarentegen wordt meer dan driekwart van de vrouwelijke bevolking besneden en een groot deel van hen ondergaat de meest ernstige vorm 7. Pharos hanteert op haar website een lijst van 29 risicolanden waarvan het percentage besneden vrouwen bekend is. Het gaat om 28 Afrikaanse landen en Jemen in Azië (zie figuur A en Tabel 1). Figuur A. Landen waar besnijdenis voorkomt en prevalentie besneden vrouwen Bron: NIDI Netherlands Interdisciplinary Demographic Institute op 7 NIDI Netherlands Interdisciplinary Demographic Institute op 8 Onderzoeksbureau CMO Groningen
13 Uit onderzoek blijkt dat vrouwelijke genitale verminking ook gepraktiseerd wordt in andere landen. In de volgende landen zijn gevallen van VGV gerapporteerd, maar zijn geen landelijke prevalentiecijfers bekend. Dit zijn India, Indonesië, Noord Irak (Koerdistan), Israël, Maleisië en de Verenigde Arabische Emiraten. Er zijn anekdotes bekend over vrouwelijke genitale verminking uit de volgende landen: Colombia, Oman, Peru en Sri Lanka, maar ook hier ontbreken alle cijfers. De landen waar gemeenschappen naar geëmigreerd zijn, als Australië, Nieuw Zeeland, Noord-Amerika en Europa zijn niet in de lijst (tabel 1) opgenomen 8. Tabel 1. Risicolanden, prevalentie VGV 9 en wetgeving in land van herkomst 10 Risicoland Prevalentie Wetgeving Somalië 97,9% geen specifieke wetgeving Egypte 95,8% sinds 1996 verboden Guinee 95,6% sinds 2000 verboden Sierra Leone 94% geen specifieke wetgeving Mali 91,6% geen specifieke wetgeving Djibouti 93,1% sinds 1995 verboden Soedan 90% sinds 1946 infibulatie verboden 11 Eritrea 88,7% sinds 2007 verboden Gambia 78,3% geen specifieke wetgeving Ethiopië 74,3% geen specifieke wetgeving Burkina Faso 72,5% specifieke wetgeving tegen VGV Mauretanië 71,3% geen specifieke wetgeving Liberia 45% geen specifieke wetgeving Tsjaad 44,9% geen specifieke wetgeving Guinee Bissau 44,5% geen specifieke wetgeving Ivoorkust 41,7% sinds 1998 verboden Kenia 32,2% sinds 2001 verboden bij kinderen < 18 jaar Senegal 28,2% sinds 1999 verboden CAR 12 25,7% sinds 1996 verboden Jemen 23% geen specifieke wetgeving Nigeria 19% geen federale specifieke wetgeving 13 Benin 16,8% sinds 2003 bij wet verboden Tanzania 14,6% sinds 1998 verboden D. R. Congo % onbekend Togo 5,8% sinds 1998 verboden Ghana 3,8% sinds 1994 verboden Niger 2,2 sinds 2003 verboden Kameroen 1,4% geen specifieke wetgeving Oeganda 0,6% geen specifieke wetgeving Bron: Website Pharos: WHO, Bron: website van Pharos Focal Point 9 Percentage besneden meisjes en vrouwen in de risicolanden in de leeftijd van 15 tot 49 jaar 10 Deze gegevens zijn herzien in november De gegevens zijn ontleend aan Eliminating Female Genital Mutilation. An Interagency Statement (2008). Geneva (WHO). 11 Lichte vorm van incisie toegestaan nieuwe wet tegen VGV, maar deze is onduidelijk 12 Centraal Afrikaanse Republiek 13 Op statenniveau wel verwijzingen 14 Democratische Republiek Congo Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
14 De financiële middelen in de landelijke aanpak zijn verdeeld naar rato van het aantal meisjes (0 t/m 19) afkomstig uit de drie grootste risicolanden in Nederland (Egypte, Ethiopië en Somalië) in de zes gemeenten. De zes pilotprojecten hebben zich bij hun preventieve aanpak VGV niet beperkt tot de drie, landelijk gezien, grootste gemeenschappen, ook landen als Ghana, Soedan en Eritrea werden als doelgroep genoemd. Landelijk zijn gedurende de pilotprojecten gezamenlijke afspraken gemaakt, om de lijst van risicolanden, die op de website van Pharos staat vermeld (tabel 1), te hanteren (van Montfoort, 2009, p.16). Dit bevordert de eenduidigheid in het gebruik van de cijfers over aantallen meisjes per gemeente. Om deze reden is er in het onderzoek in Noord-Nederland voor gekozen de cijfers van deze risicolanden in kaart te brengen. Landen waar gevallen van VGV zijn gerapporteerd, maar waar geen prevalentiecijfers van bekend zijn, zijn in navolging van landelijke afspraken niet bij het onderzoek betrokken Doelgroep van het project in Noord Nederland In het projectplan van de drie noordelijke provincies zijn de volgende doelgroepen bepaald: 1. Risicogroep a. Alle inwoners in Noord Nederland (Groningen, Friesland en Drenthe) met als herkomstland 15 een van de 29 door Pharos gedefinieerde risicolanden (tabel 1): i. Mannen ii. Vrouwen iii. Meisjes die het risico lopen besneden te worden (0 tot 20 jarigen in groep ii) 2. Intermediairen a. Zelforganisaties, religieuze leiders, sleutelfiguren, gezagsdragers per provincie, afkomstig uit de risicolanden b. Professionals i. Werkzaam in de zorg, o.m. consultatiebureaus, verloskundigen, vroedvrouwen, GGD/JGZ, medewerkers meldpunten (AMK/ASHG), asielzoekerscentra ii. Werkzaam in de strafrechtketen: o.a. hulpverleners, medewerkers meldpunten, politie, OM iii. Onderwijs 15 Zie voor de omschrijving van de begrippen inwoners en herkomstland bijlage Onderzoeksbureau CMO Groningen
15 1.4. Vraagstellingen van het onderzoek In het projectvoorstel van de drie noordelijke provincies (Papma M. et.al.; 2009) worden vijf onderzoeksvragen geformuleerd. Deze zijn voorafgaande aan het onderzoek aangepast naar praktische uitvoerbaarheid gelet op het karakter van de onderzoeksfase (inventariserend en niet netwerkvormend) en teruggebracht tot drie vragen. In het projectvoorstel werd gevraagd om zicht te krijgen op de onderlinge contacten tussen de zelforganisaties en vertrouwensbanden tussen professionals en de risicogroep. Om deze vragen te kunnen beantwoorden bevindt de onderzoeker zich al in de netwerkfase van het project. Deze fase van het project zal gedaan worden door een projectgroep met een projectleider en niet door de onderzoeker. Voor de onderzoeksfase van het project is het relevant om in beeld te brengen welke intermediairen er zijn in Noord Nederland die een verantwoordelijkheid hebben in de aanpak van meisjesbesnijdenis, zowel zelforganisaties als professionele organisaties, om samen een projectgroep mee te vormen. In de netwerkfase en tijdens de uitvoering van het project zal gaandeweg duidelijk worden hoe de banden tussen de intermediairen en de risicogroep daadwerkelijk zijn en verder vorm kunnen krijgen. De vragen zijn zo geformuleerd dat de antwoorden een praktisch overzicht vormen van wat relevant is voor de start van de netwerkfase en de uitvoering van het project: 1. Wat is de aard, omvang en spreiding van de risicogroep in Groningen, Friesland en Drenthe? 2. VGV-beleid: wie heeft waarin een verantwoordelijkheid? 3. Welke bestaande interventies, kennis en ervaring zijn er in Nederland en specifiek in de drie noordelijke provincies? 1.5. Indeling van het rapport De aard, omvang en spreiding van de risicogroep in de drie noordelijke provincies is terug te vinden in hoofdstuk 2. De gegevens vindt u achtereenvolgens voor Nederland, Noord Nederland en per provincie. De beantwoording van vraagstelling 2 is terug te vinden in hoofdstuk 3. Eerst wordt beschreven waar beleid, voor de aanpak van VGV in haar volle breedte, aan zou moeten voldoen. Daarna volgt een beschrijving van de groepen die daarin een verantwoordelijkheid hebben. In het laatste hoofdstuk, hoofdstuk 4, vindt u een overzicht van activiteiten met betrekking tot meisjesbesnijdenis/vgv die al hebben plaatsgevonden elders in het land. Ook vindt u activiteiten die er zijn geweest of gepland staan in de drie noordelijke provincies. Een overzicht van deze activiteiten biedt aanknopingspunten om in het project mee aan de slag te gaan. Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
16 12 Onderzoeksbureau CMO Groningen
17 2. Wat is de aard, omvang en spreiding van de risicogroep in Groningen, Friesland en Drenthe 2.1. Nederland Prevalentiecijfers in Nederland In Nederland is geen prevalentieonderzoek uitgevoerd. Wel hebben de afgelopen jaren zowel TNO 16 als de RVZ 17 een bijdrage geleverd aan meer informatie hierover. In 2005 is door de GGD Tilburg en Amsterdam een schatting gemaakt op basis van interviews met gezondheidspersoneel, waaruit zij de conclusie trokken dat ongeveer 50 meisjes jaarlijks worden besneden. Deze schatting is gebaseerd op zeer summiere gegevens en moet met veel voorzichtigheid worden gehanteerd (RVZ, 2005; in TNO, 2009 p7) TNO heeft een onderzoek uitgevoerd onder verloskundigen in Nederland om meer zicht te krijgen op de prevalentie in Nederland. Omdat het in Nederland niet mogelijk is om zonder medische redenen de genitalia van vrouwen en meisjes te onderzoeken op verminkingen is de zwangerschap het aangewezen moment om vrouwen te onderzoeken op al of niet besneden zijn. De meerderheid van de zwangere vrouwen komt tijdens de zwangerschap in aanraking met de verloskundige. In 2006 startte 75% van alle zwangeren de verloskundige zorg bij een verloskundige. Slechts 23% startte voor controle van de zwangerschap in de 2 e lijn bij de gynaecoloog. De resterende 2% was onder controle bij verloskundig actieve huisartsen. In het kraambed werd in ,5% van de 2 e overgedragen naar de 1 e lijn (Stichting PRN, 2006 in TNO-rapport, mei 2009). Deze cijfers laten zien dat een groot deel van alle zwangere vrouwen in aanraking komt met een verloskundige. Om via de zwangerschap iets te weten te komen over vrouwenbesnijdenis is de verloskundigenpraktijk dus een goede ingang. De prevalentie van VGV in de verloskundigenpraktijk moet niet verward worden met de totale prevalentie van vruchtbare vrouwen en meisjes in Nederland. Het vertelt iets over de prevalentie bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd, maar zegt weinig over de prevalentie bij jonge meisjes. TNO concludeert in haar onderzoek dat 4 van de 10 zwangere vrouwen uit risicolanden die bevallen in Nederland, besneden zijn (TNO, 2009, p. 4) Risicotaxatie Uit gesprekken van de onderzoeker met een aantal projectleiders van de landelijke pilotregio s komt naar voren dat zij de prevalentie in hun werkgebied niet onderzocht hebben voordat zij met een aanpak meisjesbesnijdenis begonnen zijn. Dit werd voor de uitvoering van het project niet relevant bevonden. Vanwege het preventieve karakter van de projecten ging in eerste instantie de aandacht uit naar de meisjes die nog niet besneden zijn, om deze groep te bereiken. In de pilotsteden zijn de risicogroep en het aantal meisjes van 0-20 jaar binnen deze groep in kaart gebracht. Prevalentiecijfers koppelen aan de hoeveelheid meisjes die afkomstig is uit een risicoland en in Nederland woonachtig is, levert geen betrouwbaar beeld op. Dat de meisjes uit een risicogroep komen wil nog niet zeggen dat zij daadwerkelijk risico lopen om besneden te worden. Een voorbeeld: In Ghana wordt 4% van de meisjes besneden. In het Oosten is 16 Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek 17 Raad voor de Volksgezondheid & Zorg Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
18 een gemeenschap waar de prevalentie boven de 80% ligt, terwijl het in andere gebieden helemaal niet voorkomt. Aan de andere kant is afkomstig zijn uit een gemeenschap waar het besnijden van meisjes geen gebruik is, geen garantie voor de veiligheid van een meisje: als een vrouw trouwt met een man uit een gemeenschap waar het wel voorkomt, lopen zij en haar toekomstige dochter een risico. De koppeling tussen besneden moeder en dochter in de leeftijd van 0-20 jaar zegt pas iets als er met hen gesproken is en op basis daarvan een inschatting gemaakt kan worden van het risico dat het meisje loopt. Hiervoor heeft een werkgroep onder leiding van de Artsen Jeugdgezondheidszorg Nederland (AJN) een Gespreksprotocol Meisjesbesnijdenis (AJN, 2005) ontwikkeld, de zogenaamde risicotaxatie meisjesbesnijdenis. Met de risicotaxatie wordt een inschatting gemaakt van het risico dat een meisje loopt om besneden te worden. De inschatting wordt gemaakt op basis van de criteria die zijn genoemd in het gespreksprotocol (o.a. land van herkomst, prevalentiecijfer meisjesbesnijdenis in land van herkomst, moeder wel/niet besneden, oudere zusjes wel/niet besneden, aanwezigheid familie/omgevingsdruk, gezin wel/niet regelmatig terug naar land van herkomst). In de pilotprojecten werden deze gegevens waar mogelijk verzameld. Door middel van deze gegevens krijg je een betrouwbaarder beeld van het aantal meisjes dat risico loopt om besneden te worden en het aantal vrouwen dat besneden is. Voor ons project in de drie noordelijke provincies is het, in navolging van de landelijke pilotprojecten, niet zinvol om voor de start van het project, onderzoek te doen naar de prevalentie van besneden meisjes en vrouwen in Noord Nederland. Het in kaart brengen van deze gegevens vormt onderdeel van de uitvoeringsfase van het project Risicogroep in Nederland Onder risicogroep in Nederland verstaan we: Alle inwoners in Nederland met als herkomstland 18 een van de 29 door Pharos gedefinieerde risicolanden (de 29 landen in tabel 1). Binnen deze totale groep onderscheiden we in het bijzonder het aantal meisjes dat mogelijk risico loopt besneden te worden, de 0 tot 20-jarigen. Om vraagstelling 1, Wat is de aard, omvang en spreiding van de risicogroep in Groningen, Friesland en Drenthe?, te kunnen beantwoorden wordt eerst een overzicht gegeven van de landelijke cijfers van de risicogroep, zodat daarmee de drie noordelijke provincies vergeleken kunnen worden. Op basis daarvan kan de projectgroep gerichte keuzes maken: op wie, wat en waar gaat het project zich richten. De cijfers van CBS in dit rapport zijn bevolkingsaantallen die geregistreerd zijn in januari van Uit de cijfers van CBS komt naar voren dat de uit risicolanden afkomstige gemeenschap in Nederland uit iets meer dan mannen en vrouwen bestaat. Dit is de landelijke doelgroep voor preventieactiviteiten (tabel 2). De groep meisjes (0-20 jaar) woonachtig in Nederland, met één ouder of beide ouders afkomstig uit één van de risicolanden heeft een grootte van Het landelijke aantal meisjes van 0 tot 20 jaar (25.000) behoort tot een risicogroep, maar of er daadwerkelijk een risico is voor het meisje 18 Zie voor de omschrijving van de begrippen inwoners en herkomstland bijlage Onderzoeksbureau CMO Groningen
19 hangt, zoals in de vorige paragraaf is aangegeven, af van haar familie. De cijfers geven de grootte van de groep aan, maar bieden geen uitsluitsel. Tabel 2. Risicogroep in Nederland Risicoland per risicoland mannen vrouwen Meisjes 0-20 jaar 19 Somalië Egypte Ghana Ethiopië Nigeria D. R. Congo Soedan Sierra Leone Guinee Liberia Kenia Kameroen Tanzania Togo Senegal Oeganda Ivoorkust Eritrea Gambia Jemen (Azië) Burkina Faso Mauritanië Niger Benin Guinee Bissau Mali Djibouti Tsjaad CAR Risicogroep landelijk Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen 2009 Uit tabel 2 blijkt dat de meeste meisjes uit de risicogroep woonachtig in Nederland afkomstig zijn uit Somalië, Egypte, Ghana, Ethiopië, Nigeria, D.R. Congo, Soedan en Sierra Leone. Het totale aantal mensen woonachtig in Nederland afkomstig uit deze 8 risicolanden is (81% van het totaal), het aantal meisjes van 0-20 jaar binnen deze gemeenschappen is (81% van het totale aantal risicomeisjes). In de zes landelijke pilotprojecten heeft men met name de focus gericht op risicogroepen 19 Bij het aantal vrouwen worden alle in Nederland woonachtige vrouwen genoemd, waaronder de 0-20 jarige meisjes. De 0-20 jarige meisjes worden ook apart genoemd en mogen dus niet opgeteld worden bij het aantal vrouwen. 20 Democratische Republiek Congo 21 Centraal Afrikaanse Republiek Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
20 afkomstig uit Somalië, Egypte en Ethiopië. Daarnaast is er in sommige steden ook een focus geweest op risicogroepen uit Ghana, Soedan en Eritrea Noord Nederland Cijfers risicogroep in Noord Nederland In totaal zijn er in Noord Nederland 7371 mensen woonachtig die tot de risicogroep behoren. Het aantal mensen afkomstig uit Somalië is in de drie noordelijke provincies veruit de grootste risicogroep met 1932 personen. Dat is meer dan een kwart (26%) van het totaal aantal mensen afkomstig uit de risicolanden. Daarachter vinden we Egypte met 974 personen (13%). Tabel 3. Risicogroepen in Noord-Nederland Risicoland per risicoland mannen vrouwen Meisjes 0-20 jaar Somalië Egypte Nigeria Soedan D.R. Congo Sierra Leone Ethiopië Ghana Guinee Liberia Kameroen Kenia Tanzania Togo Ivoorkust Senegal Oeganda Gambia Eritrea Niger <5 Jemen Benin Djibouti Mali Guinee Bissau <5 22 Burkina Faso <5 Mauritanië <5 <5 Tsjaad <5 <5 0 0 C.A.R. <5 <5 <5 <5 Risicogroep Noord Nederland Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen Aantal kleiner dan 5 personen 16 Onderzoeksbureau CMO Groningen
21 Somalië en Egypte vormen samen ruim een derde van de risicogroep in Noord Nederland (totaal 39,4%). In Figuur 1 is dit terug te zien. Figuur 1. Percentages grootste risicogroepen in Noord Nederland Het totale aantal meisjes van 0 tot 20 jaar in Noord Nederland is De meeste meisjes (1200) zijn afkomstig uit Somalië, Egypte, Nigeria, Soedan, Congo, Sierra Leone en Ethiopië, dat is bijna drie kwart (73%) van het totaal aantal risicomeisjes. Figuur 2 laat de percentages per land zien. Figuur 2. Procentuele verdeling risicomeisjes 0-20 jaar in Noord Nederland Als we de landelijke gegevens vergelijken met de cijfers in Noord Nederland zien we een aantal overeenkomsten en verschillen (tabel 4, Figuur 3 en 4)) Tabel 4. Vergelijking risicolanden Nederland met Noord Nederland Noord Nederland Nederland Risicoland % Risicoland % 1 Somalië ,2 1 Somalië ,2 2 Egypte ,2 2 Egypte ,7 3 Nigeria Ghana ,6 4 Soedan Ethiopië ,6 5 D.R. Congo 486 6,6 5 Nigeria ,5 6 Sierra Leone D.R. Congo ,2 7 Ethiopië 402 5,5 7 Soedan Totalen ,5 Totalen ,8 Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen 2009 Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
22 De zeven grootste risicogroepen in zowel Nederland als Noord Nederland vormen driekwart van het totaal. Zes van de zeven landen zijn gelijk. Bij beide staan Somalië en Egypte bovenaan. Er wonen gemiddeld meer mensen uit Somalië in Noord Nederland dan landelijk gemiddeld (26,2% ten opzichte van 17,2% landelijk). Er wonen gemiddeld minder mensen uit Ghana in Noord Nederland (3,5% ten opzichte van 15,6% landelijk). In Noord Nederland wonen relatief meer mensen uit Sierra Leone (6% ten opzichte van 4,7% landelijk). Er woont een relatief grote groep mensen uit Nigeria in Noord Nederland. Omdat er relatief meer mensen uit Sierra Leone in Noord Nederland wonen, dan mensen uit Ghana, staat Sierra Leone in de lijst van de zeven grootste risicolanden in Noord Nederland. De verdeling in Noord Nederland van de zeven grootste risicogroepen en overige landen is te zien in figuur 3. Ter vergelijking geven we ook de landelijke verdeling van de zeven grootste risicogroepen en de overige landen in figuur 4. Figuur 3. Procentuele verdeling van de risicogroepen in Noord Nederland Figuur 4. Procentuele verdeling van de risicogroepen in Nederland 18 Onderzoeksbureau CMO Groningen
23 Risicogroep per provincie In deze paragraaf is te zien hoe de risicogroep over de provincies Groningen, Friesland en Drenthe verdeeld is. De totalen zijn terug te vinden in tabel 5. De verdelingen zijn terug te vinden in figuur 5, 6 en 7. Tabel 5. Risicogroepen in Groningen, Friesland en Drenthe Provincie risicogroep Mannen Vrouwen Meisjes 0-20 jaar Groningen ,1 Friesland ,5 Drenthe ,3 Noord NL ,1 Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen 2009 % risicomeisjes van de totale risicogroep In de provincie Friesland wonen de meeste mensen afkomstig uit de risicolanden (2810) en de meeste risicomeisjes (662). De provincie Groningen zit daar dicht achter met 2766 personen en 527 risicomeisjes. In Drenthe is de totale risicogroep een stuk lager ten opzichte van de andere twee provincies met 1795 mensen. Wat wel opvalt is dat Drenthe relatief gezien meer risicomeisjes in haar provincie heeft wonen, ten opzichte van haar totale risicogroep, dan de andere twee provincies; 24,3% ten opzichte van 19,1% in Groningen en 23,6% in Friesland. Figuur 5. Totalen risicogroep en risicomeisjes 0-20 jaar per provincie risicogroep Meisjes 0-20 jaar Groningen Friesland Drenthe Figuur 6. Verdeling van de risicogroep per provincie Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
24 Figuur 7. Verdeling van de risicomeisjes 0-20 jaar per provincie Nu duidelijk is hoe de Noord Nederlandse-risicogroep verdeeld is over de drie provincies, is het vervolgens interessant om te bekijken hoe de verdeling van de risicogroep in de provincies is. Dit staat per provincie en per gemeente in de volgende paragrafen Provincie Groningen Risicogroep in de provincie Groningen In de provincie Groningen bestaat de risicogroep uit 2766 mensen afkomstig uit 28 van de 29 risicolanden (tabel 6). Er zijn geen mensen afkomstig uit de Centraal Afrikaanse Republiek woonachtig in de provincie Groningen. De negen grootste gemeenschappen (>100 personen) zijn afkomstig uit Somalië (637), Soedan (293), Egypte (290), Nigeria (233), Sierra Leone (189), Congo (153), Ethiopië (153), Ghana (120) en Guinee (113). Zij vormen bijna 80% van het totaal (figuur 8). Figuur 8. Verdeling risicolanden provincie Groningen Deze negen gemeenschappen zijn verantwoordelijk voor 422 meisjes in de leeftijd van 0 tot 20 jaar. Ook dat vormt 80% van het totale aantal risicomeisjes, dat 527 bedraagt. 20 Onderzoeksbureau CMO Groningen
25 Tabel 6. Risicogroep en -landen Provincie Groningen Risicoland per risicoland mannen vrouwen Somalië Soedan Egypte Nigeria Sierra Leone D. R. Congo Ethiopië Ghana Guinee Liberia Tanzania Kameroen Kenia Senegal Togo Oeganda <5 Ivoorkust Gambia <5 Mali 14 <5 10 <5 Benin <5 <5 Eritrea <5 <5 Niger <5 <5 Jemen 12 9 <5 <5 Mauritanië <5 <5 Guinee Bissau 9 5 <5 <5 Djibouti 6 <5 <5 <5 Burkina Faso <5 <5 <5 <5 Tsjaad <5 <5 0 0 Risicogroep provincie Groningen Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen 2009 Meisjes 0-20 jaar Risicogroep provincie Groningen per gemeente Het totaal van de risicogroep in de provincie Groningen (2766 personen) uitgesplitst naar de Groninger gemeenten staat in tabel 7. In de gemeente Groningen is de risicogroep het grootst met 1514 personen. Alle andere gemeenten zitten daar ruim achter. In de gemeenten Hoogezand, Winschoten, Stadskanaal, Delfzijl en Pekela zijn de totalen bijna 100 personen of meer. Hoe deze totalen zijn opgebouwd per risicoland is terug te vinden in de bijlagen. De gemeente Groningen staat in de volgende paragraaf. Deze zes gemeenten huisvesten samen 76% van de risicogroep in de provincie Groningen (figuur 9). De andere 19 van de 25 Groninger gemeenten huisvesten minder dan 63 personen afkomstig uit de risicolanden. Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
26 Tabel 7. Risicogroep provincie Groningen per gemeente Gemeente in Groningen Risicogroep per gemeente Mannen Vrouwen Groningen Hoogezand Winschoten Stadskanaal Delfzijl Pekela Haren Vlagtwedde Veendam Eemsmond Slochteren Scheemda Leek Appingedam Zuidhorn Marum De Marne Bedum Menterwolde Winsum Loppersum Bellingwedde <5 Grootegast <5 Ten Boer 13 9 <5 <5 Reiderland <5 Provincie Groningen Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen 2009 Meisjes 0-20 jaar De gemeente Groningen huisvest 55% van de totale risicogroep in de provincie Groningen (figuur 9). Figuur 9. Verdeling risicogroep provincie Groningen per gemeente 22 Onderzoeksbureau CMO Groningen
27 Totalen per risicoland in de gemeente Groningen De totalen per risicoland in de gemeente Groningen is te zien in tabel 8. Dit zijn de cijfers afkomstig van de gemeente Groningen zelf. Deze cijfers wijken iets af van de cijfers van het CBS. Deze verschillen zijn er altijd, omdat de gemeente nog mutaties meeneemt die na 1 januari binnenkomen en nog over het voorgaande jaar gaan. Tabel 8. Risicolanden in de gemeente Groningen Risicoland risicoland mannen vrouwen Somalië Soedan Egypte Nigeria Ethiopië Sierra Leone D.R. Congo Ghana Guinee Senegal Kenia Liberia Tanzania Kameroen Oeganda <5 Togo <5 <5 Ivoorkust Gambia <5 0 Eritrea Mali 8 <5 7 <5 Mauritanië Djibouti 5 <5 <5 0 Benin <5 <5 <5 <5 Guinee Bissau <5 <5 <5 <5 Niger <5 <5 <5 <5 Jemen <5 <5 0 0 Burkina Faso <5 <5 <5 0 Tsjaad <5 <5 0 0 gemeente Groningen Bron: Gemeente Groningen, Dienst OCSW, Groningen 2009 Meisjes 0-20 jaar De cijfers van CBS voor de gemeente Groningen zijn terug te vinden in de bijlagen. In dit rapport hanteren we in deze paragraaf de cijfers die de Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
28 gemeente Groningen zelf heeft aangeleverd, omdat we daarmee vervolgens de cijfers van de risicomeisjes verdeeld over de postcodegebieden in de gemeente Groningen kunnen weergeven. Het totale aantal personen in de risicogroep is 1537 (cijfers CBS 1514). De grootste gemeenschappen in de gemeente Groningen zijn hetzelfde als de grootste gemeenschappen in de provincie Groningen. Het aantal personen uit Somalië is het grootst (16%), daarna volgen de risicolanden Soedan, Egypte, Nigeria, Ethiopië, Sierra Leone en D.R. Congo (figuur 10). De totalen van deze 7 gemeenschappen zijn allemaal boven de 100 personen en samen vormen zij 68% van de totale risicogroep in de gemeente Groningen. Figuur 10. Verdeling risicolanden gemeente Groningen In de gemeente Groningen wonen volgens de cijfers van de gemeente Groningen 278 meisjes in de leeftijd van 0 tot 20 jaar (cijfers CBS 266 meisjes). De verdeling van deze meisjes over de postcodegebieden is terug te vinden in tabel 9 en figuur 11. Tabel 9. Risicomeisjes gemeente Groningen per postcodegebied Meisjes 0-20 Postcodegebied jaar Paddepoel 36 Oosterpark 27 Indische Buurt 23 Beijum-Oost 21 De Wijert 20 Selwerd 16 Vinkhuizen 16 De Hoogte 14 Corpus den H. 12 Oranjebuurt 10 Lewenborg-Z 10 Beijum-West 10 Overige 25 postcodegebieden 63 risicomeisjes gemeente Groningen 278 Bron: Gemeente Groningen, Dienst OCSW, Groningen Onderzoeksbureau CMO Groningen
29 Het postcodegebied waar de meeste risicomeisjes wonen is Paddepoel (36). De som van de postcodegebieden Paddepoel, Oosterpark, Indische Buurt, Beijum-Oost en De Weijert vormt bijna de helft van het totaal aan risicomeisjes. In de overige 18 postcodegebieden wonen minder dan 10 meisjes. Figuur 11. Verdeling risicomeisjes 0-20 jaar per postcodegebied 13% Paddepoel 54% 10% 8% Oosterpark Indischebuurt Beijum Oost 7% 8% De Wijert Overige postcodegebieden Bevolkingscijfers AZC s provincie Groningen De AZC s in Groningen bevinden zich in Ter Apel (gemeente Vlagtwedde), Bellingwolde (gemeente Bellingwedde), Delfzijl (gemeente Delfzijl), Tabel 10. Risicogroepen in AZC s Provincie Groningen Risicoland per risicoland Mannen Vrouwen Somalië Eritrea <5 Guinee <5 Sierra Leone <5 Nigeria <5 Soedan <5 0 Ethiopië 13 9 <5 0 Oeganda <5 0 Ivoorkust <5 0 Liberia 10 8 <5 0 Egypte 8 6 <5 0 Kameroen 6 <5 <5 <5 Jemen 5 <5 <5 <5 Gambia <5 <5 0 0 Niger <5 <5 0 0 D.R. Congo <5 <5 0 0 Ghana <5 <5 0 0 Guinee-Bissau <5 0 <5 0 Kenia <5 0 <5 0 Togo <5 <5 0 0 AZC s Groningen Bron: Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers, Den Haag 2009 Meisjes 0-20 jaar Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
30 Musselkanaal (gemeente Stadskanaal) en Oude Pekela (gemeente Pekela). Tot voor kort was het Formule 1 Hotel in de stad Groningen ook een AZC. In totaal bevinden zich 955 personen uit de risicolanden in AZC s in de provincie Groningen (tabel 10), met name Somaliërs (723 personen). De cijfers in tabel 10 zijn gemeten op 1 november Deze gegevens zijn daardoor niet te vergelijken met gemeentelijke bevolkingscijfers van CBS op 1 januari Wat we er wel uit kunnen concluderen is dat er momenteel veel mensen, afkomstig uit een van de risicolanden, woonachtig zijn in een van de AZC s in Groningen Provincie Friesland Risicogroep in de provincie Friesland In de provincie Friesland bestaat de risicogroep uit 2810 mensen afkomstig uit alle 29 risicolanden (tabel 11). De acht grootste gemeenschappen (>100 personen) binnen de risicogroep zijn afkomstig uit Somalië (804), Egypte (335), Nigeria (265), D.R. Congo (212), Sierra Leone (187), Soedan (124), Ethiopië (112), en Ghana (101). Zij vormen 76% van het totaal (figuur 12). Figuur 12. Verdeling risicolanden provincie Friesland 26 Onderzoeksbureau CMO Groningen
31 Tabel 11. Risicogroep en -landen in de provincie Friesland Risicoland per risicoland mannen vrouwen Meisjes 0-20 jaar Somalië Egypte Nigeria D. R. Congo Sierra Leone Soedan Ethiopië Ghana Guinee Kameroen Liberia Togo Tanzania Kenia Ivoorkust Oeganda Eritrea Gambia Senegal Niger <5 Jemen <5 Djibouti 11 <5 7 <5 Benin 11 9 <5 <5 Mali 9 <5 5 <5 Burkina Faso 5 <5 <5 <5 Guinee Bissau <5 <5 <5 0 C.A.R. <5 <5 <5 <5 Mauritanië <5 0 <5 <5 Tsjaad <5 <5 0 0 Risicogroep Friesland Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen Risicogroep provincie Friesland per gemeente In de gemeente Leeuwarden is de risicogroep het grootst met 870 personen (tabel 12). Dat aantal vormt 31% van de totale risicogroep in Friesland (figuur 13). Zeven gemeenten hebben een risicogroep met totalen van boven de 100 personen. In de gemeenten Heerenveen, Smallingerland en Ooststellingwerf is het totaal van de risicogroep meer dan 200 personen. Daarna volgen Tytsjerksteradiel, Sneek en Dongeradeel. Van deze gemeenten zijn in Bijlage 2 de tabellen met risicolanden per gemeente opgenomen. Van de gemeente Leeuwarden is deze te vinden in de volgende paragraaf. De andere 24 gemeenten hebben risicogroepen kleiner dan 75 personen. Op Vlieland woonden op de peildatum, 1 januari 2009, geen personen afkomstig uit risicolanden. Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
32 Het totale aantal risicomeisjes in Friesland is 662. Daarvan woont 30,8% in de Gemeente Leeuwarden (204 meisjes). Tabel 12. Risicogroep per gemeente in Friesland Gemeente Provincie Friesland Risicogroep per gemeente mannen vrouwen Meisjes 0-20 jaar Leeuwarden Heerenveen Smallingerland Ooststellingwerf Tytsjerksteradiel Sneek Dongeradeel Opsterland Skarsterlân Ameland Franekeradeel Lemsterland Boarnsterhiem Achtkarspelen Bolsward Het Bildt <5 Harlingen Terschelling Leeuwarderadeel Kollumerland en Nieuwkruisland Weststellingwerf Wymbritseradiel Wûnseradiel Menaldumadeel Dantumadeel Littenseradiel Gaasterlân-Sleat Nijefurd 12 8 <5 <5 Ferwerderadiel <5 Schiermonnikoog 8 <5 7 <5 Vlieland Risicogroep Friesland Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen Onderzoeksbureau CMO Groningen
33 Figuur 13. Verdeling risicogroep per gemeente in Friesland Totalen per risicoland gemeente Leeuwarden Zoals in de vorige paragraaf al aangegeven is in de gemeente Leeuwarden het totaal van de risicogroep het grootst, namelijk 870 personen. Dat is 31% van het totaal van de risicogroep in Friesland. Daarom geven we de cijfers van de risicogroep per herkomstland voor de gemeente Leeuwarden afzonderlijk weer in tabel 13. In de gemeente Leeuwarden is de uit Somalië afkomstige gemeenschap het grootst met 176 mensen (20%). De gemeenschappen uit Nigeria en Egypte vertegenwoordigen respectievelijk 100 en 99 personen. Sierra Leone heeft met 75 personen de vierde plek. Deze vier landen samen vormen meer dan de helft van de risicogroep in de gemeente Leeuwarden (figuur 14). In de gemeente Leeuwarden woont, afwijkend van de herkomstlanden die landelijk en in Noord Nederland het grootst zijn, een grote groep mensen afkomstig uit Kameroen (51 personen) en Togo (45 personen). Deze gemeenschappen zijn groter dan het aantal mensen afkomstig uit Soedan en Ethiopië (respectievelijk 43 en 42 personen) woonachtig in de gemeente Leeuwarden. Figuur 14. Verdeling risicolanden gemeente Leeuwarden Maak een Vuist tegen Vrouwelijke Genitale Verminking, januari
meisjesbesnijdenis pharos
meisjesbesnijdenis pharos In deze brochure vindt u informatie over het Focal point meisjesbesnijdenis en wat het voor u kan betekenen. U treft informatie aan over meisjesbesnijdenis en over klachten en
Nadere informatieBevolking: gemeentelijke indeling in regio s. Regio s
Bevolking: gemeentelijke indeling in regio s Regio s Bevolking per 1 januari 2013 Gemeente inwoners Gemeente inwoners Aa en Hunze 25.541 Loppersum 10.292 Achtkarspelen 28.110 Marum 10.382 Ameland 3.525
Nadere informatieBevolking: gemeentelijke indeling in regio's
Bevolking: gemeentelijke indeling in regio's Bevolking per 1 januari 2015 Gemeente inwoners Gemeente inwoners Aa en Hunze 25.203 Marum 10.311 Achtkarspelen 27.983 Menaldumadeel 13.612 Ameland 3.590 Menterwolde
Nadere informatieSpreekuur Nazorg Besneden Vrouwen
Spreekuur Nazorg Besneden Vrouwen GGD Den Haag Afdeling gezondheidsbevordering Jeannette Jansen Inleiding Sinds 2006 doet Den Haag mee aan de door het ministerie van VWS gefinancierde landelijke pilot
Nadere informatieRichtlijn JGZ-richtlijn Kindermishandeling
Richtlijn JGZ-richtlijn Kindermishandeling Onderbouwing De informatie en aanbevelingen in dit thema zijn voor een belangrijk deel gebaseerd op formeel gedocumenteerde standpunten en protocollen vanuit
Nadere informatieMIJN OUDERS ZEGGEN NEE
Preventie meisjesbesnijdenis jeugdgezondheidszorg Deze folder is voor ouders die afkomstig zijn uit een land waar meisjesbesnijdenis voorkomt. Deze folder is ook beschikbaar in Engels, Frans, Arabisch
Nadere informatieFemale Genital Mutilation: het is niet altijd wat het lijkt! M. Caroline Vos Scholingsmiddag SFG 19 december 2013
Female Genital Mutilation: het is niet altijd wat het lijkt! M. Caroline Vos Scholingsmiddag SFG 19 december 2013 Opbouw voordracht Introductie Facts and Figures Medische gevolgen Psychosociale gevolgen
Nadere informatiePresentatie FGM Congres huiselijke geweld en kindermishandeling. Ede Shamsa H. Said
Presentatie FGM Congres huiselijke geweld en kindermishandeling 11-11 11-2009 Ede Shamsa H. Said FGM FGM/Meisjesbesnijdenis Meisjesbesnijdenis is een verminking van de vrouwelijke genitaliën n in verschillende
Nadere informatieMIJN OUDERS ZEGGEN NEE
PREVENTIE MEISJESBESNIJDENIS jeugdgezondheidszorg Deze folder is voor ouders die afkomstig zijn uit een land waar meisjesbesnijdenis voorkomt. FEDERATIE SOMALISCHE ASSOCIATIES NEDERLAND www.fsan.nl www.ggd.nl
Nadere informatieDe Weg naar Verandering Laten we erover praten!
De Weg naar Verandering Laten we erover praten! 3 miljoen meisjes worden elk jaar besneden. Niets kan dit lijden rechtvaardigen. Wat als u zou kunnen helpen besnijdenissen te stoppen? Nationale preventiecampagne
Nadere informatieBIJLAGEN. Het lichaam en vruchtbaarheid
BIJLAGEN Het lichaam en vruchtbaarheid 28 - WERKBLAD - LANG LEVE DE LIEFDE - Entreeopleidingen in het mbo Het lichaam en vruchtbaarheid BIJLAGE 1 Opdracht 1: Quizvragen VRAGEN OVER ZWANGER WORDEN Vul hier
Nadere informatieSociale omgeving. 1. Kindermishandeling
1. Kindermishandeling Kindermishandeling is 'elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte
Nadere informatieInformatiepakket over meisjesbesnijdenis en nazorg
Informatiepakket over meisjesbesnijdenis en nazorg Voor docenten en het zorgteam in het (ISK) onderwijs KENNIS- EN ADVIESCENTRUM Informatiepakket over meisjesbesnijdenis en nazorg Voor docenten en het
Nadere informatieVerslag Discussiebijeenkomst
Verslag Discussiebijeenkomst Preventie vrouwelijke genitale verminking in relatie tot de fatwa die daarover uitgesproken is 10 December 2007 Een initiatief van Pharos, georganiseerd in samenwerking met
Nadere informatieprevalentie van en het risico op vrouwelijke genitale verminking in België
Studie over de prevalentie van en het risico op vrouwelijke genitale verminking in België Samenvatting Promotor FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Hoofdonderzoekers Dominique
Nadere informatieKritisch kijken op verschillende schaalniveaus
Kritisch kijken op verschillende schaalniveaus Inleiding In het eerste jaar van Geogenie ben je begonnen vanuit België naar de wereld te kijken. In het tweede jaar heb je veel geleerd over Europa en in
Nadere informatieRegister Gemeenschappelijke regeling(en) gemeente Stadskanaal
Register Gemeenschappelijke regeling(en) gemeente Stadskanaal Een gemeenschappelijke regeling is een publiekrechtelijk samenwerkingsverband tussen bestuursorganen van decentrale overheden. Vaak zijn dit
Nadere informatieVrouwelijke Genitale Verminking Digitale dossiers van asielzoeksters onderzocht 2000-2008
Vrouwelijke Genitale Verminking Digitale dossiers van asielzoeksters onderzocht 2000-2008 Colofon GGD Nederland, november 2011 Vrouwelijke Genitale Verminking in beeld. Digitale dossiers van asielzoeksters
Nadere informatieTabel 1: Bevolking naar kenmerken en werkgelegenheid
Tabel 1: Bevolking naar kenmerken en werkgelegenheid Bevolking Bevolking 2020 Groene druk Grijze druk Potentiële beroepsbevolk ing Potentiële beroepsbevolk Arbeidspartici ing 2020 patie Beroepsbevolk ing
Nadere informatieBEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN van het raadslid Ingrid Gyömörei
Gemeente Den Haag BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN van het raadslid Ingrid Gyömörei sv 2005.244 RIS 130511_20-sep-2005 Regnr. BOW/2005.1118 Den Haag, 20 september 2005 Inzake: meisjesbesnijdenis De gemeenteraad
Nadere informatieRetrospectief onderzoek naar de prevalentie van Vrouwenbesnijdenis of VGV (vrouwelijke genitale verminking) in de verloskundigenpraktijk in 2008
TNO-rapport KvL/P&Z/2009.044 Retrospectief onderzoek naar de prevalentie van Vrouwenbesnijdenis of VGV (vrouwelijke genitale verminking) in de verloskundigenpraktijk in 2008 Preventie en Zorg Wassenaarseweg
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN Overzicht 2009
COMMISSARIAAT-GENERAAL VOOR DE VLUCHTELINGEN EN DE STAATLOZEN ASIELSTATISTIEKEN Overzicht 2009 06/01/2010 Inhoudstafel 1. Overzicht van de asielaanvragen in België... 2 Enkelvoudige asielaanvragen per
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN 2008
COMMISSARIAAT-GENERAAL VOOR DE VLUCHTELINGEN EN DE STAATLOZEN ASIELSTATISTIEKEN 2008 08/01/2008 Inhoudstafel 1. Overzicht van de asielaanvragen in België...2 Enkelvoudige asielaanvragen per maand (2006-2008)
Nadere informatieVrouwelijke Genitale Verminking in Nederland Omvang, risico en determinanten
BEKNOPTE VERSIE ONDERZOEKSRAPPORT FEMALE GENITAL MUTILATION IN THE NETHERLANDS PREVALENCE, INCIDENCE AND DETERMINANTS Vrouwelijke Genitale Verminking in Nederland Omvang, risico en determinanten Marja
Nadere informatieDHIsubsidieregeling. China Project Development
DHIsubsidieregeling Hoofdpunten Regeling: tender Bedrijfsactiviteit: investering en export (kapitaal) goederen Doelmarkt: opkomende landen en ontwikkelingslanden (DGGF- land) Subsidiedoel: concreet project,
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN Overzicht 2010
COMMISSARIAAT-GENERAAL VOOR DE VLUCHTELINGEN EN DE STAATLOZEN ASIELSTATISTIEKEN Overzicht 2010 04/01/2011 Inhoudstafel 1. Overzicht van de asielaanvragen in België... 2 Asielaanvragen per maand 2006-2010
Nadere informatieAan de slag met seksuele voorlichting na uitbuiting. Inspiratie en bruikbare bronnen
Aan de slag met seksuele voorlichting na uitbuiting Inspiratie en bruikbare bronnen Inspiratie citaten Nee, natuurlijk willen we het niet met onze mentor over seks hebben. En ja, natuurlijk moet onze mentor
Nadere informatieGO Jeugd 2008 Alcohol
GO Jeugd 2008 Alcohol Samenvatting alcohol Uit de gegevens van GO Jeugd 2008 van GGD Fryslân blijkt dat 63% van de Friese 12 t/m 18 jarigen wel eens alcohol heeft, 51% nog in de vier voorafgaand aan het
Nadere informatieGebruik jeugdhulp in Groningen: 2016 vergeleken met 2015
Gebruik jeugdhulp in Groningen: 2016 vergeleken met 2015 In 2015 is de jeugdhulp overgegaan naar de gemeenten. Om deze transitie goed te kunnen monitoren verstrekken gemeenten en jeugdhulp aanbieders gegevens
Nadere informatieEr zijn geen noemenswaardige verschillen tussen het voorkomen van risicosituaties tussen jongens en meisjes.
1. 0 4 jarigen Sinds 1 januari 2004 gebruiken Thuiszorg Het Friese Land, Thuiszorg De Friese Wouden en Thuiszorg Zuidwest Friesland een nieuw risicoregistratiesysteem. Doel van deze risicoregistratie is
Nadere informatieGO Jeugd 2008 Seksualiteit
GO Jeugd 2008 Seksualiteit Samenvatting seksualiteit Uit de gegevens van GO Jeugd 2008 van GGD Fryslân blijkt dat 22% van de Friese 12 t/m 18 jongeren wel eens geslachtsgemeenschap heeft gehad. De helft
Nadere informatieFiguur 1. Redenen van jongeren om zich thuis of in de woonomgeving bang of angstig te voelen (GGD Fryslân GO Jeugd 2004).
2. Veiligheidsgevoelens 2.1 Veiligheid thuis of in de woonomgeving Driekwart van de jongeren van 13 tot en met 18 jaar voelt zich thuis of in de woonomgeving nooit bang of angstig. Van de jongens voelt
Nadere informatieAGENTS OF CHANGE. voor jongeren door jongeren. voorlichting in asielzoekerscentra
AGENTS OF CHANGE voor jongeren door jongeren voorlichting in asielzoekerscentra AGENTS OF CHANGE voor jongeren door jongeren voorlichting in asielzoekerscentra projectverslag sep 2012 - apr 2014 Inhoudsopgave
Nadere informatiePreventie vrouwelijke genitale verminking door de Jeugdgezondheidszorg in Nederland. Tosca Hummeling, projectleider GGD Nederland
Preventie vrouwelijke genitale verminking door de Jeugdgezondheidszorg in Nederland Tosca Hummeling, projectleider GGD Nederland Jeugdgezondheidszorg (JGZ) JGZ in NL valt onder verantwoordelijkheid gemeenten.
Nadere informatiejongens meisjes 18 jaar of ouder
2. Seksuele risico s en beschermingsgedrag In dit hoofdstuk wordt een aspect van het thema seksualiteit uitgewerkt, namelijk seksuele risico s en beschermingsgedrag. De informatie is onder andere gebaseerd
Nadere informatieKengetallen gemeenten Friesland
Kengetallen gemeenten Friesland 2012 Afdeling Onderzoek Maart 2013 Bron: User Kengetallen Friese gemeenten 2012. Provincie Fryslân (647.214* inwoners op 1-1-2012) 1) 2012: 2998 cliënten; dit is 4,63 sonen
Nadere informatieConceptstandpunt Preventie van vrouwelijke genitale verminking
Conceptstandpunt Preventie van vrouwelijke genitale verminking 4 0 Bilthoven. versie 21 maart Bladzijde 1 van Colofon Titel Standpunt Preventie van Vrouwelijke Genitale Verminking Een uitgave van RIVM/Centrum
Nadere informatie1 Algemene Gezondheid
1 Algemene Gezondheid Gezondheid in Friesland In de uitwerking van het thema algemene wordt inzicht gegeven in de manier waarop de Friese bevolking van 19 jaar en ouder haar beoordeelt. Ook wordt kwaliteit
Nadere informatieStelling: Vrouwenbesnijdenis van Nederlandse meisjes in het buitenland moet strafbaar worden.
Betoog door een scholier 2253 woorden 24 juli 2005 7,6 56 keer beoordeeld Vak Nederlands Schrijfdossier SD 1: Introductie Onderwerp: Vrouwenbesnijdenis. Stelling: Vrouwenbesnijdenis van Nederlandse meisjes
Nadere informatieSeksuele en reproductieve gezondheidsrisico s bij Eritrese vrouwen
Seksuele en reproductieve gezondheidsrisico s bij Eritrese vrouwen Bernice Samson Kees van Veldhuizen Ondersteuningsprogramma Gezondheid Statushouders dinsdag 27 juni 2017 introductie Voorstellen van sprekers
Nadere informatieInitiatiefvoorstel ter voorkoming van meisjesbesnijdenis
Brief d.d. 7 februari 2006 van het college van B&W met reactie op dit voorstel Raadsvoorstel 5/2006 Initiatiefvoorstel ter voorkoming van meisjesbesnijdenis Inleiding Meisjesbesnijdenis heeft het afgelopen
Nadere informatieVoorstel van resolutie. betreffende een meer doeltreffende preventie van vrouwelijke genitale verminking in Vlaanderen
stuk ingediend op 1680 (2011-2012) Nr. 1 19 juni 2012 (2011-2012) Voorstel van resolutie van de dames Marijke Dillen, Gerda Van Steenberge en Linda Vissers en de heren Frank Creyelman, Filip Dewinter,
Nadere informatieGO Jeugd 2008 Mishandeling
GO Jeugd 2008 Mishandeling Samenvatting mishandeling Uit de gegevens van GO Jeugd 2008 van GGD Fryslân blijkt dat 7% van de 12 t/m 18 jarigen in Fryslân geestelijk wordt mishandeld. Ook wordt 4% lichamelijk
Nadere informatieHANDVATTEN VOOR BELEID JGZ OM DE AANPAK VGV VORM TE GEVEN
HANDVATTEN VOOR BELEID JGZ OM DE AANPAK VGV VORM TE GEVEN 1 HANDVATTEN VOOR BELEID JGZ OM DE AANPAK VGV VORM TE GEVEN Inhoud 1 Inleiding 2 Algemene informatie 3 Doelstellingen, acties en randvoorwaarden
Nadere informatieGESPREKSPROTOCOL MEISJESBESNIJDENIS
GESPREKSPROTOCOL MEISJESBESNIJDENIS JUNI 2005 2 VOORWOORD Het gespreksprotocol meisjesbesnijdenis is een handleiding voor artsen en verpleegkundigen in de jeugdgezondheidszorg om, ter preventie van meisjesbesnijdenis,
Nadere informatieDemografische gegevens
1. Algemeen Op 1 januari 2003 telde Fryslân 154.273 jeugdigen tussen 0 en 18 jaar; 79.241 jongens en 75.032 meisjes. Op basis van de leeftijden die een schoolperiode inluiden (of afsluiten), is een verdeling
Nadere informatieA 2014 N 91 PUBLICATIEBLAD. De Gouverneur van Curaçao. artikel 3, eerste lid, onderdeel 1, sub b, van het Toelatingsbesluit; HEEFT GOEDGEVONDEN:
A 2014 N 91 PUBLICATIEBLAD Landsbesluit van de 23 ste oktober 2014, no. 14/2329 ter uitvoering van artikel 3, eerste lid, onderdeel 1, sub b van het Toelatingsbesluit 1 De Gouverneur van Curaçao Op de
Nadere informatieBULLETIN. Vrouwelijke genitale verminking. www.igz.nl STAATSTOEZICHT OP DE VOLKSGEZONDHEID. Gewijzigde tekst Den Haag, april 2010
STAATSTOEZICHT OP DE VOLKSGEZONDHEID I NSPECTIE VOOR DE G EZONDHEIDSZ ORG www.igz.nl BULLETIN Vrouwelijke genitale verminking Gewijzigde tekst Den Haag, april 2010 2 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG 3
Nadere informatieVrouwelijke genitale verminking (vgv) en de Nederlandse ketenaanpak
Vrouwelijke genitale verminking is een vorm van kindermishandeling en een schending van mensenrechten en in Nederland bij wet verboden. Pharos heeft in 2013 in samenwerking met Erasmus MC onderzoek gedaan
Nadere informatieHERKOMST EN BESTEMMING GOEDEREN VIA ROTTERDAM
Landen van Herkomst Agribulk Breakbulk Containers Ertsen Kolen LNG Minerale olie Overig droog Overig nat Ruwe olie TOTAAL Algerije 518 562 1.814 2.894 Angola 25 64 2.061 2.150 Argentinië 1.627 142 447
Nadere informatieUitslag van de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer van 9 juni Deel 2. Statistische gegevens
Uitslag van de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer van 9 juni 2010 Deel 2. Statistische gegevens 1 Colofon Publicatie Kiesraad Postbus 20011 2500 EA Den Haag Augustus 2010 Contact Secretariaat
Nadere informatieMeisjesbesnijdenis in Nederland, een kwestie van mensenrechten?
Meisjesbesnijdenis in Nederland, een kwestie van mensenrechten? Meisjesbesnijdenis in Nederland, een kwestie van mensenrechten? Het beleid ter bestrijding van Vrouwelijke Genitale Verminking getoetst aan
Nadere informatieBroodmaaltijd. 0-3 dagen per week. 4-5 dagen per week. 6-7 dagen per week. kinderen Groep 7 schooljaar 2003-2004 jongeren GO Jeugd 2004
3. Voeding Een gezonde voeding is een van de uitgangspunten voor het goed functioneren van het lichaam. In dit gezondheidsprofiel wordt op een aantal aspecten van voeding ingegaan. Hoewel dit geen totaalbeeld
Nadere informatie2. Overgewicht. allochtone kinderen. autochtone kinderen. eenouder ouder+stiefouder. beide ouders. % kinderen met overgewicht. laag.
2. Overgewicht De gevolgen van overgewicht op de kinderleeftijd zijn uiteenlopend van psychosociale problemen, zoals gepest worden, negatief zelfbeeld en depressiviteit, tot lichamelijke problemen zoals
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG JANUARI 2016 Januari 2016: asielstatistieken in personen in plaats van in asieldossiers Tot eind 2015 hadden de statistieken die het CGVS publiceerde betrekking op het aantal
Nadere informatieAantal huwelijken, huwelijksontbindingen, partnerschappen en partnerschapsontbindingen per woonplaats in 2015
Aantal huwelijken, huwelijksontbindingen, partnerschappen en partnerschapsontbindingen per woonplaats in 215 Huwelijk Huwelijksontbinding Partnerschap Partnerschapsontbinding Woonplaats Man % Vrouw % Man
Nadere informatiein In juli Asielaanvrag Aantal asielaanvragenn totaal aantal Aantal dossiers % versus totaal aantal beslissingen
COMMISSARIAAT-GENERAAL VOOR DE VLUCHTELINGENN EN DE STAATLOZEN ASIELSTATISTIEKEN Verantwoordelijke uitgever: Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen Dienst Communicatie Informatie
Nadere informatiePresentatie Huiselijk Geweld
Definitie: Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke- of familiekring van het slachtoffer wordt gepleegd. Hieronder vallen lichamelijke en seksuele geweldpleging, belaging en bedreiging
Nadere informatieWerkgelegenheidsonderzoek 2011
Werkgelegenheidsonderzoek 2011 Werkgelegenheidsonderzoek 2011 Provincie Groningen Werkgelegenheidsonderzoek 2011 Werkgelegenheidsonderzoek 2011 Provincie Groningen Provincie Groningen Drs. Eelco Westerhof
Nadere informatieHandelingsprotocol Vrouwelijke Genitale Verminking bij minderjarigen. Uitleg en handvatten bij aanpak VGV voor AMK, RvdK en Politie
Handelingsprotocol Vrouwelijke Genitale Verminking bij minderjarigen Uitleg en handvatten bij aanpak VGV voor AMK, RvdK en Politie 25 juni 2013 Handelingsprotocol Vrouwelijke Genitale Verminking bij minderjarigen
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN JANUARI Publicatiedatum: 6 februari 2014 Contact: Tine Van Valckenborgh
ASIELSTATISTIEKEN JANUARI 2014 Publicatiedatum: 6 februari 2014 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen in 2014...
Nadere informatieDe aanpak van Vrouwelijke Genitale Verminking
De aanpak van Vrouwelijke Genitale Verminking Wat helpt? Marja Exterkate Landelijk Congres Huiselijk Geweld en Kindermishandeling 9 mei 2011 Verschillende invalshoeken Bij ketenbenadering worden vanuit
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG JANUARI 2013 Publicatiedatum: 11 februari 2013 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieAantal huwelijken, huwelijksontbindingen, partnerschappen en partnerschapsontbindingen per woonplaats in 2014
Aantal huwelijken, huwelijksontbindingen, partnerschappen en partnerschapsontbindingen per woonplaats in 214 Huwelijk Huwelijksontbinding Partnerschap Partnerschapsontbinding Woonplaats Man % Vrouw % Man
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG MEI 2015
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG MEI 2015 Publicatiedatum: 11 juni 2015 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen in 2015... 2 II. Overzicht van asielaanvragen in België... 4 1. Aantal asielaanvragen
Nadere informatiePsychosociale gezondheid en gedrag
Psychosociale gezondheid en gedrag 1. Criminaliteit 1.1 Criminaliteit onder Friese jongeren De meest genoemde vorm van criminaliteit waar Friese jongeren van 13 tot en met 18 jaar zich in 2004 schuldig
Nadere informatie8 Vrouwelijke Genitale Verminking
8 Vrouwelijke Genitale Verminking Meerjarenprogramma 2015 2018 Inleiding In Nederland zijn we vanaf de jaren negentig geconfronteerd met besneden meisjes en vrouwen door migratie van vrouwen uit landen
Nadere informatieVisumvereisten voor buitenlanders die Oekraïne betreden. Land Visum vereist / niet vereist Opmerking*
Visumvereisten voor buitenlanders die Oekraïne betreden Land Visum vereist / niet vereist Opmerking* 1. Oostenrijk Geen visum nodig voor een verblijf van 2. Afghanistan DP - houders van diplomatieke paspoorten
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG FEBRUARI 2015 Publicatiedatum: 6 maart 2015 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieRegionale vooruitzichten Sub-Sahara Afrika - bijlage Percentage grondstoffen in goederen export
Tabel 1: Indicatoren voor economische structuur Aantal inwoners (mln) Grootte van economie (USD mrd) Grootte van economie (% van wereld BBP) Percentage grondstoffen in goederen export Percentage grondstoffen
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG SEPTEMBER 2013 Publicatiedatum: 4 oktober 2013 Contact: Damien Dermaux damien.dermaux@ibz.fgov.be 02 205 56 27 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen in 2013...
Nadere informatieGeregistreerde Exporteur (REX) APS
Geregistreerde Exporteur (REX) APS Inhoud Inleiding Wettelijke bepalingen Het REX-systeem Inleiding Artikelen: 70, 72, 78-93, 99-109 Bijlagen: 22-06, 22-07 en 22-20 Wettelijke bepalingen Uitvoeringsverordening
Nadere informatieFACT-SHEET 3 e kwartaal 2014 Feiten en cijfers (huiselijk) geweld in afhankelijkheidsrelaties in de provincie Groningen
Werkwijze vanaf 1 november 2013 De politie geeft dagelijks de door van huiselijk geweld uit de gehele provincie Groningen naar het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG). Het SHG beoordeelt de en codeert deze
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG MAART 2014 Publicatiedatum: 03 april 2014 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG OKTOBER 2013 Publicatiedatum: 5 oktober 2013 Contact: Damien Dermaux damien.dermaux@ibz.fgov.be 02 205 56 27 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen in 2013...
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG JUNI 2015 Publicatiedatum: 14 juli 2015 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieOpvoedingsproblemen. leeftijd ouders leeftijd ouders leeftijd ouders middelbaar onderwijs. hoger onderw ijs.
100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 In deze uitwerking van het thema opvoedingsondersteuning wordt inzicht gegeven in de vragen en/of problemen die Friese ouders/verzorgers ervaren bij het opvoeden van kinderen
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG JULI 2014 Publicatiedatum: 6 augustus 2014 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieTotaal
Aantal huwelijken, huwelijksontbindingen, partnerschappen en partnerschapsontbindingen per woonplaats in 2013 Huwelijk Huwelijksontbinding Partnerschap Partnerschapsontbinding Woonplaats Man % Vrouw %
Nadere informatieTotaal
Aantal huwelijken, huwelijksontbindingen, partnerschappen en partnerschapsontbindingen per woonplaats in 2012 Huwelijk Huwelijksontbinding Partnerschap Partnerschapsontbinding Woonplaats Man % Vrouw %
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG OVERZICHT 2014 Publicatiedatum: 8 januari 2015 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG JULI 2015 Publicatiedatum: 12 augustus 2015 Contact: Damien Dermaux damien.dermaux@ibz.fgov.be 02 205 56 27 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen in 2015...
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG JUNI 2013 Publicatiedatum: 5 juli 2013 Contact: Damien Dermaux damien.dermaux@ibz.fgov.be 02 205 56 27 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen in 2013... 2
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG OVERZICHT 2012 Publicatiedatum: 11 januari 2013 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieGEMEENSCHAPPELIJKE REGELING PUBLIEKE GEZONDHEID & ZORG GRONINGEN ALGEMEEN BESTUUR 7 april 2017
GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING PUBLIEKE GEZONDHEID & ZORG GRONINGEN ALGEMEEN BESTUUR 7 april Actualisatie PG&Z Op 8 juli 2016 is de beleids- en financiële van de PG&Z-regeling vastgesteld door het Algemeen
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG FEBRUARI 2013 Publicatiedatum: 07 maart 2013 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieDCM nl.prn.vrouwelijkegenitaleverminking-v0.9. Final Draft PRN
PRN Inhoudsopgave 1. Concept... 3 2. Mindmap... 3 3. Purpose... 3 4. Patient Population... 3 5. Evidence Base... 3 6. Information Model... 4 7. Example Instances... 5 8. Instructions... 5 9. Interpretation...
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag -2698347 Onderwerp Bijlage(n) Uw brief voortgangsrapportage vrouwelijke
Nadere informatieAruba-Mobiel 24. Australië 8. Australië-Mobiel 19. Azerbeidzjan 18. Azerbeidzjan-Mobiel 30. Azoren 5. Bahama s 17. Bahama s-mobiel 17.
Algerije 9 Aruba-Mobiel 24 Brazilië 6 Algerije-Mobiel 25 Australië 8 Brazilië-Mobiel 19 Marokko 1 Australië-Mobiel 19 Britse-Maagdeneilanden 19 Marokko-Mobiel 25 Azerbeidzjan 18 Britse-Maagdeneilanden-Mobiel
Nadere informatie1 RAPPORT. Geen vrouwenbesnijdenis in klinieken aangetroffen
1 RAPPORT Geen vrouwenbesnijdenis in klinieken aangetroffen s-hertogenbosch, november 2007 2 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Definities 3 2.1 Vrouwenbesnijdenis 3 2.2
Nadere informatieASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG
ASIELSTATISTIEKEN MAANDVERSLAG JULI 2012 Publicatiedatum: 02 augustus 2012 Contact: Tine Van Valckenborgh tine.vanvalckenborgh@ibz.fgov.be 02 205 50 56 INHOUDSTAFEL I. Algemeen overzicht van asielaanvragen
Nadere informatieHandels- en investeringscijfers Cuba-Nederland 1
Handels- en investeringscijfers Cuba-Nederland 1 1. Goederenexport van Cuba naar andere landen Tabel 1: Voornaamste Cubaanse exportpartners (bedragen x 1.000 euro) IMPORTERENDE LANDEN WAARDE EXPORT IN
Nadere informatieRegister van gemeenschappelijke regelingen als bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr)
Register van gemeenschappelijke regelingen als bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) In dit register houdt het college van burgemeester en wethouders bij aan welke regelingen
Nadere informatieInhoudstafel. 1. Voor het jaar 2. In. december. 2. Enkelvoudige. december c. Toekenning van de subsidiaire
COMMISSARIAAT-GENERAAL VOOR DE VLUCHTELINGENN EN DE STAATLOZEN ASIELSTATISTIEKEN Overzicht Verantwoordelijke uitgever: Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen Dienst Communicatie
Nadere informatieWerkgelegenheidsonderzoek 2010
2010 pr ov i nc i e g r oni ng e n Wer kgel egenhei dsonder zoek Eenanal ysevandeont wi kkel i ngen i ndewer kgel egenhei di nde pr ovi nci egr oni ngen Werkgelegenheidsonderzoek 2010 Werkgelegenheidsonderzoek
Nadere informatieInhoudstafel. 1. Voor het jaar 2. In. augustus. 2. Enkelvoudige. augustus c. Toekenning van de subsidiaire
COMMISSARIAAT-GENERAAL VOOR DE VLUCHTELINGENN EN DE STAATLOZEN ASIELSTATISTIEKEN Augustus Verantwoordelijke uitgever: Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen Dienst Communicatie Informatie
Nadere informatieDutch Good Growth Fund (DGGF)
Dutch Good Growth Fund (DGGF) DGGF doel: mkb financiering mogelijk maken in ontwikkelingslanden MKB financiering in DGGF landen wordt als high risk gezien door financiers: - Hoge transactiekosten - Beperkte
Nadere informatieWerkloosheid onder beroepsbevolking blijft stijgen, maar minder sterk dan voorgaande jaren
Werkloosheid onder beroepsbevolking blijft stijgen, maar minder sterk dan voorgaande jaren Werkloosheid heeft een grote impact op mensen. Werk betekent deelname aan de maatschappij, een inkomen, sociale
Nadere informatieVrouwelijke Genitale Verminking Meerjarenprogramma
Vrouwelijke Genitale Verminking Meerjarenprogramma 2014 2018 Inleiding Door migratie van vrouwen uit landen waar vrouwelijke genitale verminking (VGV) een gangbaar gebruik is, zijn we in Nederland vanaf
Nadere informatieBULLETIN. Vrouwelijke genitale verminking. STAATSTOEZICHT OP DE VOLKSGEZONDHEID. Den Haag, februari 2008
STAATSTOEZICHT OP DE VOLKSGEZONDHEID I NSPECTIE VOOR DE G EZONDHEIDSZ ORG www.igz.nl BULLETIN Vrouwelijke genitale verminking Den Haag, februari 2008 2 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG 3 BULLETIN Inhoudsopgave
Nadere informatie