Werkloosheidsprognoses, moeilijker dan het lijkt Een terugblik en een prognose. Justus Veenman *

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Werkloosheidsprognoses, moeilijker dan het lijkt Een terugblik en een prognose. Justus Veenman *"

Transcriptie

1 Werkloosheidsprognoses, moeilijker dan het lijkt Een terugblik en een prognose Justus Veenman * Inleiding De verwerving van een zelfstandige maatschappelijke positie valt te beschouwen als onderdeel van het proces van sociale integratie. Dit verklaart de belangstelling die al enige decennia bestaat voor de mate waarin etnische minderheden erin slagen deel te nemen aan onderwijs en arbeid. Werkloosheid is zo beschouwd een belangrijke indicator van sociale integratie, zij het niet de enige. Het werkloosheidsonderzoek onder etnische minderheden heeft een divers karakter. Nu eens betreffen de studies het lokale of regionale niveau, dan weer het nationale niveau. Niet zelden zijn ze vooral descriptief van aard, soms worden ze gekenmerkt door een meer theoretisch gehalte. Vaak gaat het om opdrachtonderzoek, in een aantal gevallen om proefschriften waarvan het onderzoek uit de eerste of tweede geldstroom is gefinancierd. Veel studies zijn primair georiënteerd op de sociologie, in enkele gevallen gaat het om uitgesproken economische analyses, terwijl ook combinaties van beide voorkomen. Binnen deze diversiteit valt op dat slechts weinig studies een voorspelling van de werkloosheidsontwikkeling onder etnische minderheden bevatten. In dit artikel bespreek ik zulke prognoses die ik op grond van enkele hoofdkenmerken zal categoriseren, om vervolgens hun voorspellingskracht te bespreken. Wellicht tegen beter weten in besluit ik dit artikel met een eigen prognose voor de langere termijn. Werkloosheidsprognoses De jaren zeventig en tachtig De eerste grote studie naar de arbeidsmarktpositie van (een deel van) de etnische minderheden is het proefschrift van Heijke (1979) dat grotendeels bestaat uit een macro-economische analyse van de arbeidsmigratie. Ofschoon ze plaatsvond na de economische omslag van begin jaren zeventig, is de aandacht voor werkloosheid beperkt. Heijke meldt slechts dat ze onder gastarbeiders begin 1978 ruim 8% bedraagt, en voorspelt dat dit percentage zal toenemen onder invloed van de dan heersende recessie. Op de volgende, werkelijk prognostische studie een van de weinige moeten we tien jaar wachten. Het zijn Manders en Theeuwes (1989) die in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een toekomstverkenning deden voor de arbeidsmarktpositie van allochtone schoolverlaters. Deze beide economen 1

2 hanteren daartoe combinaties van optimistische en pessimistische scenario s met betrekking tot zowel de vraag- als de aanbodzijde van de arbeidsmarkt. Ze gaan hierbij behoedzaam te werk, want laten niet na te benadrukken dat de ramingen van arbeidsaanbod en -vraag met grote onzekerheid zijn omgeven. Niettemin komen Manders en Theeuwes met heldere prognoses betreffende de arbeidskansen van jonge Turken, Marokkanen, Surinamers en Antillianen voor de periode Hun voorspelling is dat de werkloosheid binnen deze vier groeperingen in 1991 volgens de meest realistische scenario s hoger zal zijn dan in 1988, wat al een buitengewoon ongunstig jaar was (met werkloosheidscijfers voor jongeren uit etnische minderheden tussen 45 en 60%). Deze voorspelling gaat gepaard met een voorbehoud, voortvloeiend uit de bekende ceteris paribus-clausule die economen vaak hanteren. Het voorbehoud is dat beleidsmatig verder niet wordt ingegrepen (p. 73). Aan de zojuist genoemde algemene voorspelling voegen Manders en Theeuwes de prognose toe dat de werkloosheid vooral zal stijgen onder allochtone jongeren met een opleiding op lbo/mavo-niveau of met maximaal drie jaar havo of vwo, dit tengevolge van toenemende aansluitingsproblemen. Is de studie van Manders en Theeuwes enigszins eenzijdig doordat vooral aandacht wordt besteed aan arbeidsmarktfactoren, heel breed is de benadering die Penninx (1988) kiest in zijn proefschrift over minderheidsvorming en emancipatie. Deze studie is in letterlijke zin niet prognostisch, en grotendeels zelfs retrospectief. Maar doordat Penninx zijn boek afsluit met een blik op de toekomst, kunnen we zijn werk wel in de beschouwing betrekken. Hij komt tot de uitspraak dat de economische conjunctuur één van de belangrijkste factoren (is) die minderheidsvorming kunnen bevorderen of de emancipatie juist stimuleren (p. 212). In dit opzicht is Penninx het eens met Heijke die in zijn proefschrift (1979) belangrijke verklaringskracht toekent aan de economische recessie en in een latere publicatie (1986) de stelling verdedigt dat de arbeidsmarktpositie van (in dit geval) mediterranen hoofdzakelijk wordt bepaald door algemene factoren. De jaren negentig In de jaren negentig is de aandacht voor de arbeidsmarktpositie van etnische minderheden bepaald niet verflauwd. Een grote stroom van publicaties ziet het levenslicht, waaronder een serie proefschriften (o.a. Veenman, 1990, Niesing, 1993, Kee, 1993, Roelandt, 1994, Rettab, 1995, Veraart, 1996 en Dagevos, 1998). Om de studies met een (enigszins) prognostisch karakter in kort bestek te kunnen bespreken, is een andere dan uitsluitend chronologische ordening raadzaam. We onderscheiden daartoe vier categorieën, te weten: (a) artikelen verschenen in het tijdschrift Migrantenstudies dat gespecialiseerd is in minderhedenonderzoek (b) publicaties van 2

3 de Tijdelijke Wetenschappelijke Commissie Minderhedenbeleid (TWCM), (c) ISEOpublicaties en (d) SCP-studies. Tot de relevante artikelen in Migrantenstudies behoren er enkele die zijn opgenomen in het themanummer over onderklassenvorming, onder redactie van Roelandt en Schuster (1991). Vanuit een beschouwing van (vooral) arbeidsmarktontwikkelingen staat in deze bundel de vraag centraal of etnische onderklassenvorming te verwachten is. Roelandt en Veenman schrijven een bijdrage over de situatie in Nederland. Daarin is de conclusie te vinden dat (nog) niet kan worden gesproken van een etnische onderklasse, maar dat vooral de Turken en Marokkanen ook in de tweede generatie de kans lopen te marginaliseren. Anders dan bij de tweede-generatie Surinamers en Antillianen zijn hun arbeidsmarktperspectieven ongunstig, door achterstelling maar vooral door hun opleidingskenmerken. Een slag om de arm bij deze voorspelling betreft het grote aandeel van de tweede generatie dat zich nog in het onderwijs bevindt. Van Eekert en Gelderloos zien op basis van hun onderzoek onder langdurig werklozen weliswaar een somber perspectief voor de Marokkanen, en in mindere mate voor de Turken en de Hindostanen, maar zijn in hun voorspelling zo mogelijk nog voorzichtiger dan Roelandt en Veenman. Enerzijds houdt dit verband met de nog onduidelijke positie van de tweede generatie, anderzijds met de diversiteit in reactietypen die zij waarnemen bij langdurig werklozen binnen alle onderzochte groepen. Er is, kort gezegd, volgens hen geen sprake van een algemene armoedecultuur. Anderiesen en Reijndorp tenslotte tonen zich om andere redenen terughoudend om over onderklassenvorming te spreken. Zij menen op grond van vooral Amerikaans onderzoek onder de gettobevolking dat ruimtelijke concentratie van allochtonen (een element in de onderklassendiscussie) niet als vanzelf tot sociaal isolement behoeft te leiden. Veeleer verwachten deze auteurs dat sociaal-economische scheidslijnen dwars door de verschillende bevolkingsgroepen gaan lopen. Een ander artikel in Migrantenstudies dat hier vermelding verdient, staat op naam van Wolff en Penninx (1994), en vormt een vloeiende overgang naar de categorie van TWCM-publicaties. De titel Donkere wolken boven de arbeidsmarkt geeft al aan in welke richting de voorspelling gaat. Op grond van een vergelijking tussen de perioden en komen de auteurs tot de verwachting dat er bij gelijkblijvend beleid geen sprake zal zijn van een reductie van de werkloosheidskloof tussen minderheden en autochtonen (p. 16). Voorts voorzien Wolff en Penninx een verdere absolute groei van de werkloosheid van alle ingezetenen (en) een sterkere onevenredigheid in die werkloosheid voor minderheden ten opzichte van autochtonen (idem). Zij komen tot deze voorspellingen na een bespreking van bestaand onderzoek, waarbij ze in het bijzonder aandacht besteden aan: (a) de herstructurering en automatisering van arbeidsprocessen, (b) de 3

4 verdringing op de arbeidsmarkt, (c) de lage kwalificatiegraad van vooral Turken en Marokkanen, (d) de voortgaande immigratie, (e) selectiepraktijken van werkgevers en (f) het persistente overaanbod van arbeidskrachten. Omdat de auteurs geen positieve verandering in deze factoren voorzien, kunnen zij niet anders dan somber concluderen te meer daar zij weinig heil verwachten van tamelijk vrijblijvende beleidsingrepen, zoals de door hen genoemde Wet Bevordering Evenredige Arbeidsdeelname Allochtonen (WBEAA). Het zal niet verbazen dat dezelfde voorspellingen te vinden zijn in de voorstudie van Wolff en Penninx (1993) voor de TWCM en in het desbetreffende beleidsadvies van deze commissie (1994). De derde onderscheiden categorie omvat studies van het ISEO die voor een belangrijk deel analyses bevatten op basis van de achtereenvolgende edities van de SPVA. De eerste in deze serie betreft de bundel Ver van Huis (Veenman (red.), 1990) waarin gebruik wordt gemaakt van data uit de SPVA-88. De vraag naar de toekomstige ontwikkeling van de sociaal-economische positie van etnische minderheden vormt een van de drie hoofdvragen van deze bundel. Wat de arbeidsmarktpositie betreft, is de voorspelling somber: op grond van (onderwijs)mobiliteitspatronen wordt niet verwacht dat de achterstand van de etnische minderheden op de autochtonen afneemt. Dit is vooral voor de mediterranen een ongunstig vooruitzicht; hun achterstand is immers fors. De SPVA-91 is gebruikt voor twee hier te bespreken studies. In de eerste, getiteld Onzeker bestaan (Veenman en Roelandt (red.), 1994a), staan de oorzaken en gevolgen van maatschappelijke achterstand centraal. Naast overheersend negatieve ontwikkelingen worden nu enkele positieve ontwikkelingen vermeld. Ze betreffen de hogere onderwijsparticipatie van tweede-generatie jongeren in vergelijking met hun eerste-generatie leeftijdgenoten, de opwaartse sociale mobiliteit (in elk geval in het onderwijs) van veel tweede-generatie jongeren in vergelijking met hun ouders, en de werking van de verzorgingsstaat die een effectieve bescherming lijkt te bieden tegen onderklassenvorming. Wat de toekomst betreft, wordt de toenemende druk op de verzorgingsstaat door de auteurs als riskant beoordeeld vanuit de dreiging van onderklassenvorming. Activeringsbeleid, met een sterke benadrukking van de sociale verplichtingen van kansarme burgers, wordt gezien als een factor die marginaliseringsprocessen eerder bevordert dan voorkomt. In deze voorspelling wordt derhalve niet geabstraheerd van het beleid, maar integendeel een actieve (in dit geval negatieve) rol aan dat beleid toegekend (zie ook paragraaf 2.4.2). De tweede studie op basis van de SPVA-91 is een trendstudie (Veenman, 1994b), getiteld Participatie in perspectief. Aan de hand van een theoretische beschouwing over de achtergronden van de werkloosheidsontwikkelingen komt de auteur tot de voorspelling dat blijvende werkloosheid dreigt, vooral onder laagopgeleide allochtonen. Hij geeft hierbij bijzondere aandacht aan de herstructurering en 4

5 rationalisering van onze economie en aan de geringe concurrentiekracht van allochtone jongeren als gevolg van hun relatief ongunstige onderwijspositie. Ondanks positieve tegenkrachten zoals het herstel van de economie en bijzondere demografische ontwikkelingen (vergrijzing in combinatie met ontgroening), voorziet Veenman zoals gezegd voor de laagopgeleiden blijvende werkloosheid die uitsluitend met additionele arbeidsmarktmaatregelen te verminderen zal zijn. Iets positiever van toon is de volgende bundel, gebaseerd op analyses van data uit de SPVA-94. Het accent in deze bundel, getiteld Keren de kansen? (Veenman (red.), 1996), ligt geheel op de ontwikkelingskansen van de in omvang toenemende tweede generatie. Dit vraagstuk wordt verbonden met de geleidelijke ontwikkeling van onze samenleving in de richting van een meritocratie. Etnische stratificatie wordt in dat licht beschouwd als een anomalie, en de vraag wordt gesteld in hoeverre sociale reproductie van (etnische) ongelijkheid nog aan de orde is. Het antwoord op deze vraag is niet ondubbelzinnig en hetzelfde geldt voor de voorspelling. Enerzijds is de hardnekkigheid van reproductie via klasse en etniciteit aangetoond, anderzijds is een sterk toenemende sociale diversiteit onder tweede-generatie jongeren waargenomen. Dit aan de onderkant van de arbeidsmarkt en dus van de samenleving. De vierde en laatste hier te bespreken categorie omvat een serie SCP-studies, getiteld Rapportage minderheden (1993 en volgende jaren), en een afzonderlijk artikel van een van de voornaamste auteurs, Paul Tesser (1995). De eerste rapportage bevat een grondige analyse van de situatie waarin etnische minderheden zich op de arbeidsmarkt bevinden. In de verklaring van de permanent hoge werkloosheid onder deze groepen wordt veel gewicht toegekend aan hun snel groeiende beroepsbevolking, een groei die mede wordt veroorzaakt door voortgaande immigratie. Met dit als uitgangspunt is de centrale vraag met betrekking tot de toekomst of het op dat moment gevoerde arbeidsmarktbeleid voor minderheden hun werkloosheid werkelijk kan terugdringen. Het antwoord luidt dat dit niet het geval zal zijn zonder een aanzienlijke uitbreiding van middelen (p. 113). Over de bedoelde drastische intensivering van het beleid wordt voorts opgemerkt dat ze zal stuiten op de grenzen van wat met een dergelijk instrument te bereiken is (p. 114). Het is kortom een weinig hoopvol vooruitzicht dat grotendeels terugkeert in de diepgaande rapportage over concentratie en segregatie uit In hetzelfde jaar verschijnt een artikel van Tesser (1995) over onderklassenvorming. Na een grondige analyse van de onderwijspositie van etnische minderheden en een beschouwing van ontwikkelingen die hun arbeidsmarktpositie beïnvloeden, komt de auteur tot de conclusie dat de vraag naar onderklassenvorming niet ondubbelzinnig kan worden beantwoord. De onzekerheid schuilt in de deelvraag of de sociale uitsluiting die Tesser op de arbeidsmarkt waarneemt, een meer algemeen maatschappelijk sluitingsproces weerspiegelt dat uitmondt in de vorming van een 5

6 etnische onderklasse. Wel is duidelijk dat de auteur over de arbeidsmarktkansen van etnische minderheden weinig optimistisch is. Hij baseert dit vooral op de waarneming dat de hogeropgeleiden uit de etnische minderheden evenzeer als de lageropgeleiden buiten het arbeidsproces zijn geraakt, en wel zodanig dat ze een beduidend ongunstiger positie innemen dan identiek opgeleide autochtonen. Het is deze waarneming die Tesser aanleiding geeft om over sluitingsprocessen op de arbeidsmarkt te spreken. De SCP-studie uit 1996 heeft een andere toon, vooral doordat voor het eerst sinds lang een daling van het werkloosheidscijfer voor etnische minderheden wordt vastgesteld. Bij sommige groepen is er zelfs sprake van een duidelijke verbetering van de arbeidsmarktpositie. Vooral vanwege de geringe kansenverbetering in de jaren blijft het SCP evenwel uiterst somber over de (her) intredingsmogelijkheden van langdurig werklozen, vooral onder de Turken en Marokkanen. Weer iets positiever is de toonzetting in de rapportage over 1997 die de overgang van school naar werk als onderwerp heeft. Vooral de verwachte vraagontwikkeling voor middelbaar- en hogeropgeleiden wordt als gunstig bestempeld. Op grond van een ROA-studie stelt het SCP hier ongunstige perspectieven voor drop outs en lageropgeleiden tegenover. De vorig jaar verschenen rapportage betreft uitsluitend de problematiek van ouderen uit de etnische minderheden, om welke reden ze hier buiten beschouwing blijft. De prognoses uit de jaren negentig onderscheiden zich van de eerdere voorspellingen doordat ze expliciet aandacht besteden aan de tweede generatie. De studies uit de jaren zeventig en tachtig hadden overwegend betrekking op de eerste generatie, de migranten zelf, eenvoudigweg omdat de tweede generatie toen nog zodanig beperkt in omvang was en zo jeugdig dat ze voor de arbeidsmarktpositie van etnische minderheden geen betekenis had. In deze studies vinden we evenmin speculaties over de mogelijke invloed van de tweede generatie op de toekomstige ontwikkelingen. Dit is anders bij de studies uit de jaren negentig. Bijvoorbeeld Roelandt & Veenman (1991) en Van Eekert & Gelderloos (1991) houden bij hun prognoses een slag om de arm juist vanwege de dan nog ongewisse positie van de tweede generatie. Bij de latere ISEO- en de SCP-studies zien we een geleidelijk optimistischer toekomstvisie wanneer meer bekend wordt over de tweede generatie. We zullen hiermee zeker rekening houden wanneer we in het volgende hoofdstuk aan een eigen prognose toekomen. Prognoses gecategoriseerd 6

7 De besproken prognoses zijn divers van aard. In enkele gevallen wordt de verwachting uitgesproken dat de algemene werkloosheid zal toenemen en dat de werkloosheidskloof tussen autochtonen en etnische minderheden onveranderd zal voortbestaan. In andere studies (de meest recente), waarin economisch herstel wordt gesignaleerd en aandacht is besteed aan de tweede generatie, zijn de vooruitzichten minder somber, ofschoon vooral voor de laagopgeleiden een blijvend hoge werkloosheid wordt voorzien. In het algemeen is de opvatting dat er (nog) geen sprake is van een etnische onderklasse, al dreigt volgens sommigen marginalisering voor bepaalde subcategorieën vooral onder de Turken en de Marokkanen. Behalve qua inhoud van de voorspelling verschillen de prognoses naar de aard en het aantal van de factoren waarop ze zijn gebaseerd. Enerzijds zijn er die uitsluitend uitgaan van arbeidsmarktkenmerken (bijvoorbeeld Heijke, 1979 en heel nadrukkelijk Manders & Theeuwes, 1989), anderzijds zijn er die tevens algemene maatschappelijke en demografische ontwikkelingen als grondslag hebben (bijvoorbeeld Tesser, 1995 en Veenman.(red.), 1996). Dit biedt een mogelijkheid tot categorisering van de prognoses, namelijk op grond van de gebruikte veronderstellingen. Een eerste tweedeling is die van voorspellingen uitsluitend op basis van arbeidsmarktfactoren, versus voorspellingen op grond van niet-arbeidsmarktfactoren (zoals demografische aspecten en kenmerken van de totale samenleving). Daarnaast is een dichotomie denkbaar van prognoses op basis van studies die uitsluitend aandacht hebben voor algemene factoren (voor de arbeidsmarkt bijvoorbeeld de economische conjunctuur of de herstructurering van de economie), versus voorspellingen die zich volledig concentreren op etnisch-specifieke factoren (zoals de arbeidskwalificaties van allochtonen of discriminatie op de arbeidsmarkt). Deze beide tweedelingen zijn als volgt te combineren. arbeidsmarktfactoren overige factoren algemene factoren etnisch-spec. factoren (1) (3) (2) (4) 7

8 Het is een ideaal-typische indeling, in die zin dat niet alle 15 prognoses zich in de onderscheiden categorieën laten onderbrengen.. We kwamen immers ook combinaties tegen; studies waarin arbeidsmarktfactoren zowel als overige factoren de grondslag vormen van de prognose, én studies waarin aandacht bestaat voor zowel algemene als etnisch-specifieke factoren. Dit levert additionele categorieën op die ik in het navolgende totaaloverzicht preciseer. (1) algemene arbeidsmarktfactoren * SCP, 1997: vraagontwikkelingen naar opleidingsniveau (2) etnisch-specifieke arbeidsmarktfactoren * Roelandt & Veenman, 1991: opleidingskwalificaties en discriminatie * ISEO, 1990: (onderwijs)mobiliteitspatronen jongeren * Tesser, 1995: sluitingsprocessen op de arbeidsmarkt * SCP, 1996: geringe kansverbetering langdurig werklozen uit etnische minderheden (3) algemene, overige factoren geen voorbeeld van zulke prognoses aangetroffen (4) etnisch-specifieke overige factoren * Van Eekert & Gelderloos, 1990: uiteenlopende reactietypen, geen armoedecultuur langdurig werklozen * Anderiesen & Reijndorp, 1990: geen sociaal isolement concentratiewijken (1)+(2) algemene en etnisch-specifieke arbeidsmarktfactoren * Manders & Theeuwes, 1989: vraagontwikkelingen naar opleidingsniveau en opleidingsskwalificaties jongeren uit etnische minderheden (1)+(4) algemene arbeidsmarktfactoren en etnisch-specifieke overige factoren * Heijke, 1979: recessie en voortgaande immigratie * Penninx, 1988: aard en omvang werkgelegenheid en processen van positieverwerving en toekenning bij minderheidsvorming (2)+(4) etnisch-specifieke arbeidsmarkt- en overige factoren * SCP, 1993: groei beroepsbevolking etnische minderheden a.g.v. immigratie (2)+(3) etnisch-specifieke arbeidsmarktfactoren en algemene overige factoren * ISEO, 1994a: kwalificatieverbetering en sociale zekerheid als vangnet, maar activerend beleid als risicofactor (3)+(4) algemene en etnisch-specifieke overige factoren * ISEO, 1996: meritocratisering, maar verschillende reactietypen van etnische minderheden (1)+(2)+(3) algemene en etnisch-specifieke arbeidsmarktfactoren en algemene overige factoren 8

9 * ISEO, 1994b: economisch herstel, herstructurering economie, ongunstige opleidingskwalificaties en algemene demografische ontwikkelingen (1)+(2)+(4) algemene en etnisch-specifieke arbeidsmarktfactoren en etnischspecifieke overige factoren * Wolff & Penninx, 1994: herstructurering economie, verdringing, selectiepraktijken, ongunstige opleidingskwalificaties, voortgaande immigratie. Hiermee zijn de prognoses gecategoriseerd. Een interessante vraag is nu welke categorie de beste voorspellingen oplevert. Prognoses getoetst Bij de besproken prognoses behoort het voorbehoud dat niet iedere voorspelling op dit moment al toetsbaar is. Sommige zijn van zo recente datum dat toetsing prematuur is; er is een te korte periode verstreken tussen nu en het moment van voorspellen. Voorts geldt voor de meeste prognoses omtrent minderheidsvorming en/of de ontwikkeling van een etnische onderklasse, dat het al dan niet duurzaam-zijn van achterstand een onderdeel van de prognose vormt. Duurzaamheid heeft daarbij betrekking op achterstand binnen meer dan één generatie. In feite gaat het hierbij dus om intergenerationele overdracht van achterstand. De vaker gememoreerde jeugdige leeftijd van het overgrote deel van de tweede generatie belemmert een adequate toetsing van deze prognoses, zeker voor de arbeidsmarktpositie. De prognoses die nog geen uitspraak over hun voorspellingskracht toelaten, zijn de volgende: - Penninx, 1988: de voorspelling over minderheidsvorming is vanwege de te korte historische reikwijdte nog niet te toetsen, wel is uit de feitelijke ontwikkelingen duidelijk geworden dat de economische conjunctuur zoals voorspeld een sterke invloed heeft; - Roelandt & Veenman, 1991: de prognose over marginaliseringskansen van tweede-generatie Turken en Marokkanen lijkt weerlegd vanwege hun vooruitgang in het onderwijs (zie vorig hoofdstuk), maar kan vanwege de jeugdige leeftijd van de tweede generatie nog niet getoetst worden voor de arbeidsmarkt; - Anderiesen & Reijndorp, 1991: de voorspelling over sociale diversiteit binnen de etnische minderheden lijkt bewaarheid te worden, die over sociaal isolement van bewoners van concentratiewijken is door gebrek aan voldoende gegevens nog niet te toetsen; - ISEO, 1994a: de voorspelling omtrent de vorming van een etnische onderklasse is lastig te toetsen vanwege de korte historische reikwijdte; 9

10 - ISEO, 1994b: de prognose van blijvend hoge werkloosheid onder lageropgeleiden is in zoverre weerlegd dat ze in de afgelopen jaren enigszins is gedaald, nochtans kan de voorspelling niet als verworpen worden beschouwd omdat de werkloosheid onder laagopgeleiden nog relatief hoog is en er voor de vaststelling van een blijvend hoge werkloosheid een te korte waarnemingsperiode is verstreken; - Tesser, 1995: voor toetsing van de sombere voorspelling omtrent sluitingsmechanismen op de arbeidsmarkt is nog onvoldoende tijd verstreken; - ISEO, 1996: de prognose omtrent toenemende sociale diversiteit in combinatie met oververtegenwoordiging aan de onderkant van de maatschappelijke hiërarchie is van te recente datum om te worden getoetst; - SCP, 1997: de voorspelling omtrent uiteenlopende ontwikkelingen voor hoger- en middelbaaropgeleiden enerzijds en drop outs en lageropgeleiden anderzijds is eveneens van te recente datum om te worden getoetst. Van de resterende zeven prognoses moeten de volgende als weerlegd worden beschouwd: - Manders & Theeuwes, 1989: deze zuivere prognose, duidelijk en goed toetsbaar geformuleerd, moet als weerlegd worden beschouwd vanwege de daling van de werkloosheid onder jongeren uit etnische minderheden die zich sedert begin jaren negentig heeft voorgedaan, ook onder de laagopgeleiden (zie voor cijfers bijvoorbeeld het Jaarboek Minderheden 94, 1994); - ISEO, 1990: de sombere voorspelling over de arbeidsmarktpositie van etnische minderheden moet als weerlegd worden beschouwd vanwege de recentelijk waargenomen, sterk toegenomen sociale diversiteit onder etnische minderheden; - SCP, 1993: de voorspelling over het uitblijven van verbetering van de werkloosheidscijfers voor etnische minderheden strookt niet met de ontwikkelingen in de tweede helft van de jaren negentig toen er ook bij de minderheidsgroepen sprake was van een werkloosheidsdaling; - Wolff & Penninx, 1994: de prognose van een verdere absolute groei van de algemene werkloosheid moet als weerlegd worden beschouwd, evenals die van een niet-verminderende werkloosheidskloof tussen etnische minderheden en autochtonen, althans wanneer wordt gelet op de ontwikkeling van verschillen in procentpunten werkloosheid. De drie prognoses die zich wel goed hebben gehouden, zijn de volgende: - Heijke, 1979: de voorspelling dat de werkloosheid onder arbeidsmigranten na 1978 verder zou stijgen onder invloed van de verslechterende conjunctuur, is juist gebleken; 10

11 - Van Eekert & Gelderloos, 1991: de prognose dat er geen algeméne armoedecultuur onder etnische minderheden zal ontstaan, is uitgekomen mede doordat de positie van de tweede generatie gunstiger is dan die van de eerste; - SCP, 1996: de voorspelling dat de (her)intredingskansen van langdurig werklozen ongunstig zijn, vooral onder de mediterranen, is tot op heden uitgekomen. Overzien we het totale slagveld, dan is de conclusie dat voorspellen geen eenvoudige sport is. Zelfs een prognose over niet meer dan drie jaren (van Manders & Theeuwes) moet als weerlegd worden beschouwd. Een belangrijke reden is dat de arbeidsmarkt, veel sterker dan bijvoorbeeld het onderwijs, onderhevig is aan turbulenties. Deze vloeien voort uit een samenspel van lastig te voorspellen factoren die voor een belangrijk deel exogeen zijn ten opzichte van de arbeidsmarkt: algemeeneconomische ontwikkelingen, demografische processen (waaronder migratiestromen) en culturele veranderingen. Het verdisconteren van zulke factoren leidt echter niet automatisch tot goede voorspellingen. Zo beschouwd, garandeert geen enkele van de onderscheiden categorieën succes. Wel valt op dat de prognoses die stand hielden, partieel van aard zijn. Ze betreffen achtereenvolgens werkloosheidsontwikkelingen onder verslechterende conjuncturele omstandigheden (Heijke, 1979), de ontwikkeling van een algemene armoedecultuur (Van Eekert & Gelderloos, 1991) en de (her) intredingskansen van langdurig werklozen (SCP, 1996). Betere prognoses? Het is weliswaar soms een beetje wringen geweest, maar in het voorafgaande konden we een flink aantal prognoses over de werkloosheid onder etnische minderheden categoriseren en vervolgens op hun voorspellingskracht toetsen. De uitkomst daarvan levert spijtig genoeg geen indicatie op welk type prognose te prefereren is. Uitsluitend arbeidsmarktfactoren opnemen blijkt geen werkzaam recept (en dat is op zichzelf leerzaam), maar aandacht voor niet-arbeidsmarktfactoren biedt evenmin garantie voor een hoge voorspellingskracht. Hetzelfde geldt voor de opname van etnisch-specifieke factoren, ofschoon de les is dat ze beter niet veronachtzaamd kunnen worden. Tenslotte kunnen we vaststellen dat het niet zinvol is om zonder meer typen van factoren aan de grondslag van de prognose toe te voegen (zie Wolff & Penninx, 1994). Veeleer is er behoefte aan prognoses die zich baseren op tijdreeksanalyses, aangevuld met een expliciete theoretische grondslag. Om in de toekomst zekerder voorspellingen te kunnen doen, zal aan beide voorwaarden en in elk geval aan de tweede moeten worden voldaan. 11

12 Met dit inzicht-achteraf durf ik het aan om te besluiten met maar liefst twee prognoses. De eerste is dat er nog veel voorspellingen over de werkloosheid van etnische minderheden zullen komen, al dan niet met een theoretische grondslag. Om direct maar bij te dragen tot het waarmaken van deze voorspelling volgt hier mijn tweede prognose: de werkloosheid onder etnische minderheden zal over 10 jaar aanzienlijk zijn gedaald, maar nog wel relatief hoog zijn onder de laagopgeleiden uit deze groeperingen. De grondslag van deze voorspelling is gelegen (a) in het doortrekken van een trend (meer sociale diversiteit onder etnische minderheden, tegelijkertijd oververtegenwoordiging aan de onderkant van de arbeidsmarkt vooral vanwege minder gunstige opleidingskwalificaties) en (b) in de theoretische notie dat ons land zich verder zal ontwikkelen in de richting van een meritocratie waarin toegeschreven kenmerken, zoals etnische herkomst, van steeds minder belang worden ten opzichte van verworven kenmerken, vooral opleidingskwalificaties. Omdat de opleidingsprofielen van bevolkingsgroepen betrekkelijk traag veranderen, is de voorspelling van oververtegenwoordiging van etnische minderheden aan de onderkant van de arbeidsmarkt niet te gewaagd. Zo, die staat. Aan alle voorwaarden lijkt te zijn voldaan: er is geëxtrapoleerd (hoewel uit de losse pols), er is een theoretische grondslag (hoewel niet erg uitgewerkt) en er is aandacht voor etnisch-specifieke kenmerken (hoewel beperkt tot het opleidingsniveau). Maar omdat prognosticeren een moeilijk vak is, voeg ik er direct een ceteris paribus-clausule aan toe: de voorspelling van een aanzienlijk lagere werkloosheid over 10 jaar geldt uitsluitend op voorwaarde dat zich dan geen grote economische recessie voordoet. Tot over 10 jaar, in Migrantenstudies? 12

13 Literatuur Anderiesen, G. en A. Reijndorp (1991). Op zoek naar de onderklasse: heterogeniteit en sociaal isolement in stadsvernieuwingswijken, Migrantenstudies, 7 (3) Eekert, P. van en E. Gelderloos (1990). Vroeger was de wereld groter, Reacties op langdurige werkloosheid bij Turken, Marokkanen en Surinamers. Utrecht: Van Arkel. Eekert, P. van en E. Gelderloos (1991). Langdurige werkloosheid bij Turken, Marokkanen en Surinamers, Migrantenstudies, 7 (3), Tijdelijke Wetenschappelijke Commissie Minderhedenbeleid, (1994). Etnische minderheden en de toegang tot de arbeidsmarkt, ( Advies I). z.pl. Heijke, J.A.M. (1979). Sociaal-economische aspecten van gastarbeid (diss.). Rotterdam. Heijke, J.A.M. (1986). Migratie van mediterranen: economie en arbeidsmarkt. Leiden/ Antwerpen: Stenfert Kroese. Jaarboek Minderheden 94. Houten/Zaventem/Lelystad: Bohn Stafleu Van Loghum, Kon. Vermande. Kee, P. (1993). The economic status of male immigrants in the Netherlands. (diss.). Amsterdam. Manders, A. en J. Theeuwes (1989). Toekomstverkenning arbeidsmarktpositie allochtone schoolverlaters. Den Haag: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Muus, Ph.J. (1984). Overzichtsstudie arbeidsmarktpositie minderheden. Den Haag: Ministerie van Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Muus, Ph.J. (1985). De arbeidsmarktpositie van etnische minderheden, Migrantenstudies, 1 (3), Niesing, W. (1993). The labor market position of ethnic minorities in the Netherlands (diss), Rotterdam. Penninx, R. (1988). Minderheidsvorming en emancipatie, Balans van kennisverwerving ten aanzien van immigranten en woonwagenbewoners. Alphen aan den Rijn: Samsom. Tesser, P.T.M. (1993). Rapportage minderheden Rijswijk: Sociaal en Cultureel Planbureau. Tesser, P.T.M., e.a. (1995). Rapportage minderheden 1995, Concentratie en segregatie. Rijswijk: Sociaal en Cultureel Planbureau. Tesser, P.T.M., F.A. van Dugteren en A. Merens,!996). Rapportage minderheden 1996, Bevolking, arbeid, onderwijs, huisvesting. Rijswijk/Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau/VUGA. Tesser, P.T.M. en J. Veenman (1997). Rapportage minderheden 1997, Van school naar werk; de arbeidskansen van jongeren uit de minderheden in verband met het door hen gevolgde onderwijs. Rijswijk: Sociaal en Cultureel Planbureau. Rettab, B. (1995). Economic performance of the immigrant workforce: A case study of Moroccans in the Netherlands (diss.), Rotterdam. 13

14 Roelandt, Th. (1991). Marginalisering, etnische herkomst en de onderklasse: een theoretische verkenning, Migrantenstudies, 7 (3), Roelandt, Th.J.A. (1994). Verscheidenheid in ongelijkheid, Een studie naar etnische stratificatie en onderklassevorming in de Nederlandse samenleving. Amsterdam: Thesis Publishers. Roelandt, Th. en J.. Veenman (1991). Een etnische onderklasse in Nederland?, Migrantenstudies, 7 (3) Veenman, J. (1990). De arbeidsmarktpositie van allochtonen in Nederland, in het bijzonder van Molukkers. Groningen: Wolters Noordhoff. Veenman, J. (red.) (1990). Ver van huis, Achterstand en achterstelling bij allochtonen. Groningen: Wolters-Noordhoff. Veenman, J. (1994). Participatie in perspectief, Ontwikkelingen in de sociaal-economische positie van zes allochtone groepen in Nederland, Houten/Zaventem/Lelystad: Bohn Stafleu Van Loghum, Kon. Vermande. Veenman, J. (red.) (1996). Keren de kansen?, De tweede-generatie allochtonen in Nederland. Assen: Van Gorcum. Veenman, J. (1998). Buitenspel, Over langdurige werkloosheid onder etnische minderheden: Assen: Van Gorcum. Veenman, J. en E.P. Martens (1991). Een lange weg, Molukkers op de arbeidsmarkt Rotterdam:ISEO-EUR. Veenman, J. en Th. Roelandt (red.) (1994a). Onzeker bestaan, De maatschappelijke positie van Turken, Marokkanen, Surinamers en Antillianen in Nederland. Amsterdam: Boom. Veraart, J. (1996). In vaders voetspoor, Jonge Turken op de arbeidsmark. Amsterdam: Thesis Publishers. Wolff, R. en R. Penninx (1993). De ontwikkeling van de positie van minderheden op de Nederlandse arbeidsmarkt Amsterdam: IMES. Wolff, R. en R. Penninx (1994). Donkere wolken boven de arbeidsmarkt, Migrantenstudies, 10 (1),

15 Noot 15

16 ** Prof.dr Justus Veenman is algemeen directeur van het Instituut voor Sociologisch-Economisch Onderzoek (ISEO) van de Erasmus Universiteit Rotterdam en bekleedt aan dezelfde universiteit de leerstoel Arbeidsmarkt en Maatschappelijke Ongelijkheid die is ingesteld door de Faculteit der Economische Wetenschappen en de Faculteit der Sociale Wetenschappen.

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Onderwijs Het aandeel in de bevolking van 15 tot 64 jaar dat het onderwijs reeds heeft verlaten en hun onderwijscarrière

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

CBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970

CBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970 CBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970 Lian Kösters, Paul den Boer en Bob Lodder* Inleiding In dit artikel wordt de arbeidsparticipatie in Nederland tussen 1970

Nadere informatie

8. Werken en werkloos zijn

8. Werken en werkloos zijn 8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,

Nadere informatie

Gelaagde Arbeidsmarkt? W. Albeda*

Gelaagde Arbeidsmarkt? W. Albeda* Gelaagde Arbeidsmarkt? W. Albeda* In 1970 vroeg ik mij in een column voor Economisch-Statische Berichten, getiteld Gastarbeiders en nationale economie, af hoe de positie der gastarbeiders in een moderne

Nadere informatie

Parallellen tussen België en Nederland

Parallellen tussen België en Nederland Parallellen tussen België en Nederland Integratie in Nederland Beleidstheorie, beleidsinformatie en beleidsimplicaties Mechelen 8 mei 2018 Arjen Verweij Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

De integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden

De integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden De integratie van Antillianen in Nederland Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden De integratie van Antillianen in Nederland Willem Huijnk - Wetenschappelijk onderzoeker

Nadere informatie

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Kwetsbaar alleen De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Kwetsbaar alleen De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Cretien van Campen m.m.v. Maaike

Nadere informatie

Concentratie allochtonen toegenomen

Concentratie allochtonen toegenomen Jan Latten 1), Han Nicolaas 2) en Karin Wittebrood 3) Niet-westerse wonen vanouds geconcentreerd in het westen van Nederland. Daarbinnen zijn ze geconcentreerd in de vier grote steden. In 4 bestond procent

Nadere informatie

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald 7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van

Nadere informatie

4. Werkloosheid in historisch perspectief

4. Werkloosheid in historisch perspectief 4. Werkloosheid in historisch perspectief Werkloosheid is het verschil tussen het aanbod van arbeid en de vraag naar arbeid. Het arbeidsaanbod in Noord-Nederland hangt samen met de mate waarin de inwoners

Nadere informatie

Alleenstaande moeders op de arbeidsmarkt

Alleenstaande moeders op de arbeidsmarkt s op de arbeidsmarkt Moniek Coumans De arbeidsdeelname van alleenstaande moeders is lager dan die van moeders met een partner. Dit verschil hangt voor een belangrijk deel samen met een oververtegenwoordiging

Nadere informatie

Eindexamen aardrijkskunde havo 2002-i

Eindexamen aardrijkskunde havo 2002-i LET OP: Je kunt dit examen maken met de 51e druk of met de 52e druk van de atlas. Schrijf op de eerste regel van je antwoordblad welke druk je gebruikt, de 51e of de 52e. Bij elke vraag is aangegeven welke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 28 689 Onderzoek Integratiebeleid Nr. 12 ONDERZOEKSRAPPORT Aanvullend bronnenonderzoek Verwey-Jonker Instituut Inhoud Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 blz.

Nadere informatie

Atlas voor gemeenten 2014: de positie van Utrecht

Atlas voor gemeenten 2014: de positie van Utrecht Atlas voor gemeenten 2014: de positie van Utrecht een notitie van Onderzoek 6 juni 2014 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl internet

Nadere informatie

Neimed Krimpbericht. Potentiële beroepsbevolking Limburg MEI 2014

Neimed Krimpbericht. Potentiële beroepsbevolking Limburg MEI 2014 MEI 214 Neimed Krimpbericht Potentiële beroepsbevolking Voor de ontwikkeling van het aanbod van arbeidskrachten is de potentiële beroepsbevolking van belang. Deze leeftijdsgroep daalt in al sinds 1995.

Nadere informatie

V erschenen in: ESB, 83e jaargang, nr. 4162, pagina 596, 31 juli 1998 (datum)

V erschenen in: ESB, 83e jaargang, nr. 4162, pagina 596, 31 juli 1998 (datum) Emancipatie en opleidingskeuze A uteur(s): Grip, A. de (auteur) Vlasblom, J.D. (auteur) Werkzaam bij het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Universiteit Maastricht. (auteur) Een

Nadere informatie

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009 FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)

Nadere informatie

monitor Marokkaanse Nederlanders in Maassluis bijlage(n)

monitor Marokkaanse Nederlanders in Maassluis bijlage(n) Raadsinformatiebrief (openbaar) gemeente Maassluis Aan de leden van de gemeenteraad in Maassluis Postbus 55 3140 AB Maassluis T 010-593 1931 E gemeente@maassluis.nl I www.maassluis.nl ons kenmerk 2010-4748

Nadere informatie

Conclusie. Over de relatie tussen laaggeletterdheid en armoede. Ingrid Christoffels, Pieter Baay (ecbo) Ineke Bijlsma, Mark Levels (ROA)

Conclusie. Over de relatie tussen laaggeletterdheid en armoede. Ingrid Christoffels, Pieter Baay (ecbo) Ineke Bijlsma, Mark Levels (ROA) Conclusie Over de relatie tussen laaggeletterdheid en armoede Ingrid Christoffels, Pieter Baay (ecbo) Ineke Bijlsma, Mark Levels (ROA) ecbo - De relatie tussen laaggeletterdheid en armoede A 1 conclusie

Nadere informatie

szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding

szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding Naar aanleiding van vragen over de hoge arbeidsongeschiktheidspercentages

Nadere informatie

Rotterdamse schoolverlaters op achterstand

Rotterdamse schoolverlaters op achterstand Relatief zwakke perspectieven voor lager opgeleiden Rotterdamse schoolverlaters op achterstand Arjen Edzes, Marten Middeldorp en Jouke van Dijk - Rijksuniversiteit Groningen. Schoolverlaters in Rotterdam

Nadere informatie

Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen

Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen 1 Verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt: sector- en sekseverschillen Peter van der Meer Samenvatting In dit onderzoek is geprobeerd antwoord te geven op de vraag in hoeverre het mogelijk is verschillen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-013 17 februari 2009 9.30 uur Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald Minder sterke daling werkloosheid niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt

1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt 1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt 1.1 De beroepsbevolking in 1975 en 2003 11 1.2 De werkgelegenheid in 1975 en 2003 14 Halverwege de jaren zeventig van de vorige eeuw trok de gemiddelde Nederlandse

Nadere informatie

Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting. Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten

Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting. Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten Colofon Titel Auteurs Tekstbewerking Uitgave Ontwerp Vormgeving Bestellen Sociaal kapitaal in

Nadere informatie

Opgave 1 Jeugdwerkloosheid in Europa

Opgave 1 Jeugdwerkloosheid in Europa Opgave 1 Jeugdwerkloosheid in Europa 1 maximumscore 4 Het verrichten van flexibele arbeid kan een voorbeeld zijn van positieverwerving als de eigen keuze van de jongeren uitgaat naar flexibele arbeid in

Nadere informatie

Arbeidsaanbod naar sociaaldemografische kenmerken

Arbeidsaanbod naar sociaaldemografische kenmerken CPB Memorandum Sector : Arbeidsmarkt en Welvaartsstaat Afdeling/Project : Arbeid Samensteller(s) : Rob Euwals, Daniël van Vuuren, Adri den Ouden, Janneke Rijn Nummer : 171 Datum : 12 december 26 Arbeidsaanbod

Nadere informatie

Jongeren op de arbeidsmarkt

Jongeren op de arbeidsmarkt Jongeren op de arbeidsmarkt Tanja Traag In 23 was 11 procent van alle jongeren werkloos. Jongeren die geen onderwijs meer volgen, hebben een andere positie op de arbeidsmarkt dan jongeren die wel een opleiding

Nadere informatie

Van baan naar eigen baas

Van baan naar eigen baas M200912 Van baan naar eigen baas drs. A. Bruins Zoetermeer, juli 2009 Van baan naar eigen baas Ruim driekwart van de ondernemers die in de eerste helft van 2008 een bedrijf zijn gestart, werkte voordat

Nadere informatie

Embargo t/m woensdag 16 december 2015, 11.00 uur. Publicatie Policy Brief Geen tijd verliezen. Van opvang naar integratie van asielmigranten

Embargo t/m woensdag 16 december 2015, 11.00 uur. Publicatie Policy Brief Geen tijd verliezen. Van opvang naar integratie van asielmigranten Persbericht Sociaal Cultureel Planbureau (SCP), Wetechappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC), Wetechappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) Embargo t/m woedag 16 december 2015, 11.00 uur

Nadere informatie

Artikelen. Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst

Artikelen. Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst Artikelen Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst Martijn Souren en Jannes de Vries Onder laagopgeleide vrouwen is de bruto arbeidsparticipatie aanzienlijk

Nadere informatie

Sami Inal. Jaargang 7, nr. 12, december 1995 ONDERSCHEID TUSSEN BUURT EN STEDELIJK JONGERENWERK

Sami Inal. Jaargang 7, nr. 12, december 1995 ONDERSCHEID TUSSEN BUURT EN STEDELIJK JONGERENWERK TJJ Tijdschrift voor Jeugdhulpverlening en Jeugdwerk Jaargang 7, nr. 12, december 1995 ONDERSCHEID TUSSEN BUURT EN STEDELIJK JONGERENWERK Belang van algemeen jongerenwerk voor positie van migrantenjongeren

Nadere informatie

Allochtonen, 2012 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (http://www.clo.nl)

Allochtonen, 2012 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (http://www.clo.nl) Indicator 13 februari 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In 2012 woonden er in Nederland

Nadere informatie

Arbeidsdeelname van paren

Arbeidsdeelname van paren Arbeidsdeelname van paren Johan van der Valk De combinatie van een voltijdbaan met een is het meest populair bij paren, met name bij paren boven de dertig. Ruim 4 procent van de paren combineerde in 24

Nadere informatie

Armoede en Arbeidsmarkt

Armoede en Arbeidsmarkt 2 Armoede en Arbeidsmarkt Presentatie Masterclass 4: Armoede en arbeidsmarkt op het congres Overerfbare Armoede, Emmen, 25 september 2017 Jouke van Dijk, Hoogleraar Regionale Arbeidsmarktanalyse Arjen

Nadere informatie

Scholen in de Randstad sterk gekleurd

Scholen in de Randstad sterk gekleurd Scholen in de Randstad sterk gekleurd Marijke Hartgers Autochtone en niet-westers allochtone leerlingen zijn niet gelijk over de Nederlandse schoolvestigingen verdeeld. Dat komt vooral doordat niet-westerse

Nadere informatie

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen Carel Harmsen en Joop Garssen Terwijl het aantal huishoudens met kinderen in de afgelopen vijf jaar vrijwel constant bleef, is het aantal eenouderhuishoudens sterk toegenomen. Vooral onder Turken en Marokkanen

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl 2006 - I

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl 2006 - I Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. DE MULTICULTURELE SAMENLEVING 1p 1 Het aantal asielaanvragen is sinds 2000 gedaald. Waardoor is het aantal asielzoekers in Nederland

Nadere informatie

Langdurige werkloosheid in Nederland

Langdurige werkloosheid in Nederland Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.

Nadere informatie

Uit huis gaan van jongeren

Uit huis gaan van jongeren Arie de Graaf en Suzanne Loozen Jaarlijks verlaten bijna een kwart miljoen jongeren het ouderlijk huis. Een klein deel van hen is al vóór de achttiende verjaardag uit huis gegaan. De meeste jongeren gaan

Nadere informatie

Praktische opdracht Aardrijkskunde Criminaliteit in Nederland

Praktische opdracht Aardrijkskunde Criminaliteit in Nederland Praktische opdracht Aardrijkskunde Criminaliteit in Nederland Praktische-opdracht door een scholier 1950 woorden 16 april 2002 6,3 166 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Inleiding: Nederland is de afgelopen

Nadere informatie

2. Groei allochtone bevolking fors minder

2. Groei allochtone bevolking fors minder 2. Groei allochtone bevolking fors minder In 23 is het aantal niet-westerse allochtonen met 46 duizend personen toegenomen, 19 duizend minder dan een jaar eerder. De verminderde groei vond vooral plaats

Nadere informatie

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Mila van Huis De vruchtbaarheid van vrouwen van niet-westerse herkomst blijft convergeren naar het niveau van autochtone vrouwen. Het kindertal

Nadere informatie

Werkloosheid in : stromen en duren

Werkloosheid in : stromen en duren Werkloosheid in 24 211: stromen en duren Wendy Smits, Harry Bierings en Robert de Vries Als het aantal mensen dat werkloos wordt groter is dan het aantal werklozen dat er in slaagt weer aan het werk te

Nadere informatie

Arbeidsmarktontwikkelingen 2016

Arbeidsmarktontwikkelingen 2016 - Arbeidsmarktontwikkelingen 2016 Factsheet maart 2017 Het aantal banen van werknemers en zelfstandigen in Amsterdam nam het afgelopen jaar toe met bijna 14.000 tot bijna 524.000 banen, een groei van bijna

Nadere informatie

Geen tekort aan technisch opgeleiden

Geen tekort aan technisch opgeleiden Geen tekort aan technisch opgeleiden Auteur(s): Groot, W. (auteur) Maassen van den Brink, H. (auteur) Plug, E. (auteur) De auteurs zijn allen verbonden aan 'Scholar', Faculteit der Economische Wetenschappen

Nadere informatie

BIJLAGEN. Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos

BIJLAGEN. Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland Willem Huijnk Jaco Dagevos BIJLAGEN Bijlagen hoofdstuk 2... 2 Bijlagen hoofdstuk 3... 3 Bijlagen hoofdstuk 4...

Nadere informatie

Bijlagen Jaarrapport integratie 2011

Bijlagen Jaarrapport integratie 2011 Bijlagen Jaarrapport integratie 2011 Redactie: Mérove Gijsberts Willem Huijnk Jaco Dagevos Bijlage bij hoofdstuk 2... 2 Bijlage bij hoofdstuk 4... 8 Bijlage bij hoofdstuk 5... 13 Bijlage bij hoofdstuk

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners?

Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners? Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun? Martijn Souren en Harry Bierings Autochtonen voelen zich veel meer thuis bij de mensen in een autochtone buurt dan in een buurt met 5 procent of meer niet-westerse

Nadere informatie

Noordelijke Arbeidsmarkt Verkenning 2004

Noordelijke Arbeidsmarkt Verkenning 2004 Noordelijke Arbeidsmarkt Verkenning 2004 Hoofdrapport Samenstelling: Dr. L. Broersma & Drs D. Stelder, Sectie Ruimtelijke Economie, FEW, RuG Prof. Dr. J. van Dijk, Faculteit der Ruimtelijke Wetenschappen,

Nadere informatie

Bijlagen bij hoofdstuk 4 Opleidingsniveau en taalvaardigheid

Bijlagen bij hoofdstuk 4 Opleidingsniveau en taalvaardigheid Jaarrapport Integratie Sociaal en Cultureel Planbureau / Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum / Centraal Bureau voor de Statistiek september, 2005 Bijlagen bij hoofdstuk 4 Opleidingsniveau

Nadere informatie

Samenvatting. Wat is de kern van de Integratiekaart?

Samenvatting. Wat is de kern van de Integratiekaart? Samenvatting Wat is de kern van de Integratiekaart? In 2004 is een begin gemaakt met de ontwikkeling van een Integratiekaart. De Integratiekaart is een project van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatie

Nadere informatie

Bijlage 1 Ontwikkeling arbeidsmarktpositie jongeren

Bijlage 1 Ontwikkeling arbeidsmarktpositie jongeren Bijlage 1 Ontwikkeling arbeidsmarktpositie jongeren Definities jongeren 1. De doelgroep jongeren van de PDTFJ betreft jongeren van 15 t/m 22 buiten het volledig dagonderwijs. Arbeidsmarktcijfers over deze

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer vwo 2003-II

Eindexamen maatschappijleer vwo 2003-II Opgave 1 Armoede en werk 1 Het proefschrift bespreekt de effecten van het door twee achtereenvolgende kabinetten-kok gevoerde werkgelegenheidsbeleid. / De titel van het proefschrift heeft betrekking op

Nadere informatie

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs 7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/

Nadere informatie

Belevingsonderzoek Arbeidsmigranten

Belevingsonderzoek Arbeidsmigranten Belevingsonderzoek Arbeidsmigranten Provincie, 2013 2 Belevingsonderzoek Arbeidsmigranten Inhoud Inhoud 3 Inleiding 4 Aanleiding...4 Leeswijzer...4 Conclusies 5 1. se samenleving 6 1.1 Aanwezigheid arbeidsmigranten...6

Nadere informatie

Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking

Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking Ronald van Bekkum (UWV), Harry Bierings en Robert de Vries In arbeidsmarktbeleid en in statistieken van het CBS wordt een duidelijk onderscheid gemaakt

Nadere informatie

De Grote Uittocht Herzien. Een nieuwe verkenning van de arbeidsmarkt voor het openbaar bestuur

De Grote Uittocht Herzien. Een nieuwe verkenning van de arbeidsmarkt voor het openbaar bestuur De Grote Uittocht Herzien Een nieuwe verkenning van de arbeidsmarkt voor het openbaar bestuur Aanleidingen van deze update van De Grote Uittocht - een rapport van het ministerie van BZK en de sociale partners

Nadere informatie

De beroepsbevolking in de grensregio s van Nederland en Vlaanderen: grote verschillen aan weerszijden van de grens

De beroepsbevolking in de grensregio s van Nederland en Vlaanderen: grote verschillen aan weerszijden van de grens De beroepsbevolking in de grensregio s van Nederland en Vlaanderen: grote verschillen aan weerszijden van de grens Bierings, H., Schmitt, J., van der Valk, J., Vanderbiesen, W., & Goutsmet, D. (2017).

Nadere informatie

Beroepsbevolking 2005

Beroepsbevolking 2005 Beroepsbevolking 2005 De veroudering van de beroepsbevolking is duidelijk zichtbaar in de veranderende leeftijdspiramide van de werkzame beroepsbevolking (figuur 1). In 1975 behoorde het grootste deel

Nadere informatie

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, Fact sheet nummer 1 maart 2004 Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, 1994-2003 Waar in Amsterdam wonen allochtone jongeren en ouderen? Allochtonen wonen vaker dan autochtonen in gezinsverband

Nadere informatie

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA Vooraf Door de aanbevelingen van de Europese Unie is de aandacht momenteel vooral gericht op de werkgelegenheidsgraad van de oudere uitkeringstrekkers.

Nadere informatie

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2016 Thema Water. De positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 juni Utrecht.

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2016 Thema Water. De positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 juni Utrecht. Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 2016 Thema Water De positie van Utrecht uitgelicht IB Onderzoek, 29 juni 2016 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200

Nadere informatie

Allochtone Nederlandse ouderen: de onverwachte oude dag in Nederland

Allochtone Nederlandse ouderen: de onverwachte oude dag in Nederland Allochtone Nederlandse ouderen: de onverwachte oude dag in Nederland Cor Hoffer cultureel antropoloog / socioloog c.hoffer@parnassiabavogroep.nl 1 Onderwerpen: gezondheidszorg en cultuur demografische

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

Bijstand in Amsterdam: weinig concentraties, relatief grote spreiding

Bijstand in Amsterdam: weinig concentraties, relatief grote spreiding Landelijk beeld: afname Steeds minder mensen in Nederland doen een beroep op de bijstand. Het aantal bijstandsontvangers van 15-64 jaar nam tussen en af van 489.170 tot 334.990, een afname van 31,5%. De

Nadere informatie

Persberichten. Nederland nog steeds meritocratisch. Wel grotere verschillen tussen hoger en lager opgeleiden op de arbeidsmarkt

Persberichten. Nederland nog steeds meritocratisch. Wel grotere verschillen tussen hoger en lager opgeleiden op de arbeidsmarkt Rijnstraat 50 Postbus 16164 2500 BD Den Haag T 070 340 70 00 F 070 340 70 44 www.scp.nl en Den Haag, 11 december 2014 Inlichtingen bij Nederland nog steeds meritocratisch. Wel grotere verschillen tussen

Nadere informatie

De positie van etnische minderheden in cijfers

De positie van etnische minderheden in cijfers De positie van etnische minderheden in cijfers tabel b.. Omvang van de allochtone bevolking in Nederland naar herkomst (00 en prognose voor 00 en 0), aantallen x 00, per januari Bron: CBS, Allochtonen

Nadere informatie

Ruimtelijke segregatie in Nederland Factsheet

Ruimtelijke segregatie in Nederland Factsheet Ruimtelijke segregatie in Nederland Factsheet Ruimtelijke segregatie is het verschijnsel dat allochtone en autochtone Nederlanders in verschillende woonwijken wonen. Sinds begin jaren tachtig wordt over

Nadere informatie

Meer of minder uren werken

Meer of minder uren werken Meer of minder uren werken Jannes de Vries Een op de zes mensen die minstens twaalf uur per week werken (de werkzame beroeps bevolking) wil meer of juist minder uur werken. Van hen heeft minder dan de

Nadere informatie

persberichten Nederland kent een zachte tweedeling Den Haag, 12 december 2014

persberichten Nederland kent een zachte tweedeling Den Haag, 12 december 2014 Rijnstraat 50 Postbus 16164 2500 BD Den Haag T 070 340 70 00 F 070 340 70 44 www.scp.nl Inlichtingen bij persberichten Den Haag, 12 december 2014 Nederland kent een zachte tweedeling De Nederlandse valt

Nadere informatie

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties Deel 1: Gemiddelde leeftijd en leeftijdsopbouw Mathieu Vliegen en Niek van Leeuwen De se bevolkingskernen vertonen niet alleen een ongelijkmatig ruimtelijk spreidingspatroon, maar ook regionale verschillen

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden, Integratie en Vreemdelingenzaken

Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden, Integratie en Vreemdelingenzaken α inisterie van Justitie Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden, Integratie en Vreemdelingenzaken Directie Integratie en Inburgering Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan

Nadere informatie

Monitor. alcohol en middelen

Monitor. alcohol en middelen Gemeente Utrecht, Volksgezondheid Monitor www.utrecht.nl/gggd alcohol en middelen www.utrecht.nl/volksgezondheid Thema 3 Gebruik van de verslavingszorg in Utrecht - 2012 1 Colofon Uitgave Gemeente Utrecht,

Nadere informatie

Zuidoost-Drentse arbeidsmarkt van zorg en welzijn Een regionaal arbeidsmarktonderzoek voor de zorg- en welzijnssector in Zuidoost- Drenthe

Zuidoost-Drentse arbeidsmarkt van zorg en welzijn Een regionaal arbeidsmarktonderzoek voor de zorg- en welzijnssector in Zuidoost- Drenthe Zuidoost-Drentse arbeidsmarkt van zorg en welzijn Een regionaal arbeidsmarktonderzoek voor de zorg- en welzijnssector in Zuidoost- Managementsamenvatting Arbeidsmarktinformatie is belangrijk voor de zorg-

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid Amsterdam

Jeugdwerkloosheid Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam 201-201 Factsheet maart 201 De afgelopen jaren heeft de gemeente Amsterdam fors ingezet op het terugdringen van de jeugdwerkloosheid. Nu de aanpak jeugdwerkloosheid is afgelopen

Nadere informatie

V erschenen in: ESB, 83e jaargang, nr. 4149, pagina 344, 24 april 1998 (datum) De arbeidsmarkt voor informatici is krap en zal nog krapper worden.

V erschenen in: ESB, 83e jaargang, nr. 4149, pagina 344, 24 april 1998 (datum) De arbeidsmarkt voor informatici is krap en zal nog krapper worden. Het informatici-tekort A uteur(s): Smits, W. (auteur) Delmee, J. (auteur) Grip, A. de (auteur) De auteurs zijn werkzaam bij het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Universiteit

Nadere informatie

Bijlage bij hoofdstuk 4 Opleiding en taal

Bijlage bij hoofdstuk 4 Opleiding en taal Jaarrapport integratie 7 Jaco Dagevos en Mérove Gijsberts Sociaal en Cultureel Planbureau, november 7 Bijlage bij hoofdstuk 4 Opleiding en taal Monique Turkenburg en Mérove Gijsberts B4.1 Een vergelijking

Nadere informatie

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2015 Erfgoed positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 mei 2015. Utrecht.nl/onderzoek

Onderzoeksflits. Atlas voor gemeenten 2015 Erfgoed positie van Utrecht uitgelicht. IB Onderzoek, 29 mei 2015. Utrecht.nl/onderzoek Onderzoeksflits Atlas voor gemeenten 015 Erfgoed positie van Utrecht uitgelicht IB Onderzoek, 9 mei 015 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 86 1350 onderzoek@utrecht.nl

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale

Nadere informatie

kennislink.nl maakt nieuwsgierig

kennislink.nl maakt nieuwsgierig pagina 1 van 8 kennislink.nl maakt nieuwsgierig Allochtonen en overgewicht Bij allochtone Nederlanders komt overgewicht vaker voor dan bij autochtonen. Ernstig overgewicht (obesitas) zien we vaak bij Turkse,

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

M200705. Werkgelegenheid bij startende bedrijven. drs. A. Bruins

M200705. Werkgelegenheid bij startende bedrijven. drs. A. Bruins M200705 Werkgelegenheid bij startende bedrijven drs. A. Bruins Zoetermeer, mei 2007 2 Werkgelegenheid bij startende bedrijven Van startende bedrijven wordt verwacht dat zij bijdragen aan nieuwe werkgelegenheid.

Nadere informatie

Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies

Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies Aanleiding Sinds 2006 publiceert de Gemeente Helmond jaarlijks gedetailleerde gegevens over de werkloosheid in Helmond. De werkloosheid in Helmond

Nadere informatie

Regionale verschillen in de vruchtbaarheid van autochtonen en allochtonen

Regionale verschillen in de vruchtbaarheid van autochtonen en allochtonen Mila van Huis 1) en Petra Visser 2) Regionale verschillen in vruchtbaarheid worden vooral bepaald door regionale verschillen in de vruchtbaarheid van autochtone vrouwen. Grote verschillen komen voor. Er

Nadere informatie

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1

Jaarrapport Integratie Bijlagen hoofdstuk 8 1 Jaarrapport Integratie Sociaal en Cultureel Planbureau / Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum / Centraal Bureau voor de Statistiek september, 2005 Internetbijlagen bij hoofdstuk 8 Wonen,

Nadere informatie

Datum 19 februari 2010 Betreft Beantwoording Kamervragen over de demografische samenstelling van Nederland

Datum 19 februari 2010 Betreft Beantwoording Kamervragen over de demografische samenstelling van Nederland > Retouradres Postbus 30941 2500 GX Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Rijnstraat 8 Postbus 30941 2500 GX Den Haag www.vrom.nl Betreft Beantwoording

Nadere informatie

Monitor Werkloosheid Noord-Veluwe 3 e kwartaal 2010

Monitor Werkloosheid Noord-Veluwe 3 e kwartaal 2010 Monitor Werkloosheid Noord-Veluwe 3 e kwartaal 2010 Oktober 2010 Opsteller: Jiska Krikke Contactpersoon: Gerrit Marskamp Regio Noord-Veluwe, t:0341-474 436 Regio Noord-Veluwe wil in het kader van arbeidsmarktbeleid,

Nadere informatie

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Jeroen Nieuweboer Allochtonen in, en voelen zich minder thuis in Nederland dan allochtonen elders in Nederland. Marokkanen, Antillianen

Nadere informatie

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal

x Verandering t.o.v. voorgaand jaar Totaal Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 Cees Maas De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt in 22 laten geen gunstig beeld zien. De werkgelegenheid nam nog wel toe, maar de groei was veel kleiner dan in voorafgaande

Nadere informatie

Persbericht. Maatschappelijke achterstand allochtonen is hardnekkig Jaarrapport Integratie EMBARGO tot dinsdag 20 septemper 2005, 15.

Persbericht. Maatschappelijke achterstand allochtonen is hardnekkig Jaarrapport Integratie EMBARGO tot dinsdag 20 septemper 2005, 15. Sociaal en Cultureel Planbureau Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum Centraal Bureau voor de Statistiek Maatschappelijke achterstand allochtonen is hardnekkig Jaarrapport Integratie 2005

Nadere informatie

Eerst aanpassen, dan een baan!

Eerst aanpassen, dan een baan! Eerst aanpassen, dan een baan! Een onderzoek naar de heersende gedachte dat sociaal-culturele integratie een vereiste is voor structurele integratie. Auteur: Drifa Moussa Studentnummer: 174172 Studie:

Nadere informatie

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%)

Ontwikkelingen in de werkloosheid in Amsterdam per stadsdeel tussen 1 januari 2001 en oktober 2003 (%) Werkloosheid Amsterdam sterk gestegen Volgens de nieuwste cijfers van het CBS steeg de werkloosheid in Amsterdam van bijna 5% in 2002 naar 8,4% in 2003. Daarmee is de werkloosheid in Amsterdam sneller

Nadere informatie

Bijlagen bij hoofdstuk 6 Arbeid en inkomen

Bijlagen bij hoofdstuk 6 Arbeid en inkomen Jaarrapport integratie 2007 Jaco Dagevos en Mérove Gijsberts Sociaal en Cultureel Planbureau, november 2007 Bijlagen bij hoofdstuk 6 Arbeid en inkomen Jaco Dagevos B6.1a Nettoparticipatie naar etnische

Nadere informatie

Veranderingen in arbeidsparticipatie en zorggebruik. Een beschrijving van ontwikkelingen van 1997 tot 2008

Veranderingen in arbeidsparticipatie en zorggebruik. Een beschrijving van ontwikkelingen van 1997 tot 2008 Veranderingen in arbeidsparticipatie en zorggebruik. Een beschrijving van ontwikkelingen van 1997 tot 2008 Niels Schenk en Pearl Dykstra Erasmus Universiteit Rotterdam Mei 2013 INTRODUCTIE Onderzoek naar

Nadere informatie

Dienst Ruimtelijke Ordening Fact sheet Demografische ontwikkelingen: blijvende groei Amsterdamse bevolking

Dienst Ruimtelijke Ordening Fact sheet Demografische ontwikkelingen: blijvende groei Amsterdamse bevolking Dienst Ruimtelijke Ordening Fact sheet nummer 7 november 2005 Demografische ontwikkelingen: blijvende groei Amsterdamse bevolking Het inwonertal van Amsterdam is in 2004 met ruim 4.000 personen tot 742.951

Nadere informatie

10 Samenvatting en conclusies

10 Samenvatting en conclusies 10 Samenvatting en conclusies F.L.Leeuw (WODC), R.P.W. Jennissen (WODC), M.H.C. Kromhout (WODC) 10.1 Wat is de kern van de Integratiekaart? In 2004 is een begin gemaakt met de ontwikkeling van een Integratiekaart.

Nadere informatie

Onderzoeksignalement

Onderzoeksignalement Onderzoeksignalement 2017-1201 Titel Auteurs Uitgave : Gevlucht met weinig bagage : Iris Andriessen, Mérove Gijsberts, Willem Huijnk : SCP Verschijningsdatum : 1 december 2017 Binnen het kader van de meerjarige

Nadere informatie