Gebruiksaanwijzing MEDIAMASTER 9902 S

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gebruiksaanwijzing MEDIAMASTER 9902 S"

Transcriptie

1 Gebruiksaanwijzing MEDIAMASTER 9902 S

2 NL Nokia verklaart hierbij dat deze digitale ontvanger, Mediamaster 9902 S, aan alle hoofdvereisten en alle overige relevante bepalingen van richtlijn 1999/ 5/EC voldoet. Deze TE (Terminal Equipment) is bestemd voor verbinding met analoge PSTN s (Public Switched Telephone Networks), waarbij er voor de netwerkadressering, indien beschikbaar, van het DTMF-signaleringssysteem (Dual Tone Multiple Frequency) gebruik wordt gemaakt.

3 MEDIAMASTER 9902 S Innhoud ALGEMENE INFORMATIE 4 VOOR EEN VEILIG GEBRUIK 4 BELANGRIJKE INFORMATIE OVER REPARATIES 4 AFSTANDSBEDIENING 5 VOOR- EN ACHTERPANEEL 6 DE SMARTCARD EN DE CA-MODULE 7 Smartcard van Viaccess 7 CA-module en bijbehorende smartcard 7 INSTALLATIE VAN DE MEDIAMASTER 8 De afstandsbediening gereedmaken voor gebruik 8 De Mediamaster aansluiten op de schotel 8 De tv aansluiten 9 Een tv en een videorecorder aansluiten 9 Een analoge satellietontvanger en een videorecorder aansluiten 10 Smartswitch van Nokia 10 Een hifi-installatie aansluiten 10 De ingebouwde modem aansluiten 10 Het toestel voor de eerste keer 11 De tv afstemmen bij gebruik van coaxaansluitingen 11 EERSTE INSTALLATIE 12 Algemene informatie 12 Het welkomstmenu 12 Taal 12 HF-modulator 13 Antenne-/satellietkeuze 13 Regels t/m in het menu Antenne-/ satellietkeuze 14 Antenne-/satellietkeuze Programma-zoekfunctie 18 Motorgestuurde antenne 19 Tijdcorrectie 22 WEERGAVEMODUS 23 Algemene informatie 23 Programma-informatie 23 De (informatie-)toets i 24 GUIDE 24 Lijst met tv- en radiokanalen 25 Opties (groene toets) 26 Tv vrijgeven (0) 26 De toets TEXT (teletekst) 26 EXIT TV 27 Programma s opnemen met een externe analoge videorecorder 27 PROGRAMMA S OPNEMEN OP DE VASTE SCHIJF 28 Opnamen op de vaste schijf 28 Opnamemethoden 29 Het opnamemenu 29 Functies die tijdens het opnemen zijn vergrendeld 29 De pauzeopname 30 Een normale opname 32 Een timeropname 32 Een opname afspelen 33 De pauzefunctie 33 Pauze tijdens het afspelen van een normale opname 33 Kort doorspoelen tijdens het afspelen 35 Zoeken naar een specifiek fragment 35 De bewerkingsfunctie 36 Overzicht opnamen 37 Opname afwerken 37 Een opname opslaan als Overschrijfbare / Permanente 39 HOOFDMENU 40 Algemene informatie 40 Tv- en radiokanalen 40 Programma s bewerken 40 Progr. actualiseren 44 Systeem-instellingen 45 Zoeken naar programma s 45 Satellieten bewerken 45 Antenne-/satellietinstellingen 47 TV-instellingen 47 Tijdcorrectie 48 Modem-instellingen 48 Informatie over de modem 49 Harde schijf wissen 49 Upgrade van de ontvanger 49 Opnieuw installeren 49 Gebruikers-instellingen 50 Taalvoorkeur 50 Kinderslot 50 Scherm-instellingen 51 Opname voorkeurinstellingen 52 Ontvangernummer 54 Systeem-informatie 54 Toeganssysteem 55 Embedded Viaccess 55 Common Interface (CI) 56 Timeroverzicht 56 VERKLARENDE WOORDENLIJST 58 PROBLEMEN OPLOSSEN 59 VOORPANEELWEERGAVE 60 TECHNISCHE GEGEVENS 61 NL 3

4 ALGEMENE INFORMATIE OVER DE MEDIAMASTER Bij het lezen van deze handleiding zal u opvallen dat de dagelijkse bediening van de Mediamaster is gebaseerd op een reeks gebruiksvriendelijke schermen en menu s. Deze menu s helpen u optimaal gebruikmaken van de Mediamaster en begeleiden u bij het installeren, het kiezen van kanalen, het bekijken van programma s en vele andere functies. Alle functies kunnen worden geactiveerd via de toetsen van de afstandsbediening. Daarnaast kunnen sommige functies worden geactiveerd via de toetsen op het bedieningspaneel. Houd er rekening mee dat de installatie van nieuwe software de werking van de Mediamaster kan beïnvloeden. Mocht u problemen ondervinden bij het bedienen van de Mediamaster, raadpleeg dan het relevante gedeelte van deze handleiding, met inbegrip van Problemen oplossen, of neem contact op met uw dealer of de klantenservice. Belangrijk: Probeer het volgende voordat u de Mediamaster ter reparatie aanbiedt: 1: Start de procedure Diagnose in het menu Systeem-informatie. 2: Download nieuwe software in de Mediamaster. In veel gevallen is dit de snelste en meest efficiënte manier om problemen op te lossen. Raadpleeg het gedeelte Receiver Upgrade in deze handleiding voor meer informatie. VOOR EEN VEILIG GEBRUIK Zorg voor voldoende ruimte (minimaal 10 cm) rondom de Mediamaster met het oog op de ventilatie. Dek de ventilatieopeningen van de Mediamaster niet af met kranten, kleedjes, gordijnen en dergelijke. Plaats de Mediamaster niet boven op een ander apparaat dat warmte afgeeft. Plaats geen brandende kaarsen en dergelijke op de Mediamaster. Gebruik een zachte doek en een milde oplossing van water en afwasmiddel als u de behuizing wilt reinigen. Houd de Mediamaster uit de buurt van druipende of spattende vloeistoffen. Plaats geen met water gevulde glazen of bloemenvazen op de Mediamaster. Het is raadzaam de Mediamaster aan te sluiten op een externe overspanningsbeveiliging om het apparaat te beschermen tegen spanningspieken, bijvoorbeeld als gevolg van bliksem. Sluit geen kabels aan op of koppel geen kabels los van de Mediamaster wanneer deze is verbonden met het lichtnet. Verwijder de kap niet van de behuizing. Stel het apparaat niet bloot aan hitte, koude of vocht. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd bij een door Nokia goedgekeurd servicepunt. U kunt de Mediamaster alleen loskoppelen van het lichtnet door het netsnoer uit het stopcontact te verwijderen! BELANGRIJKE INFORMATIE OVER REPARATIES Als u de Mediamaster ter reparatie aanbiedt, gaat u ermee akkoord dat Nokia niet verantwoordelijk is voor de teruggave, vervanging of het behoud van de inhoud van de vaste schijf. Dit geldt ook voor de overige instellingen, zoals die van de allereerste installatie, lijsten met favorieten, etc. Nokia en Nokia Connecting People zijn gedeponeerde handelsmerken van Nokia Corporation. Andere product- en bedrijfsnamen die in dit document worden genoemd zijn handelsmerken of handelsnamen van de respectieve eigenaren. Nokia hanteert een beleid van voortdurende ontwikkeling. Wij behouden ons derhalve het recht voor om in de producten die in deze handleiding worden beschreven, wijzigingen en verbeteringen aan te brengen, zonder mededeling vooraf. Copyright Nokia Corporation. Alle rechten voorbehouden. NL 4

5 AFSTANDSBEDIENING In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de Mediamaster kunt bedienen via de toetsen op de afstandsbediening. Sommige functies kunnen ook worden geactiveerd met de toetsen van het bedieningspaneel. De stand-bymodus van de Mediamaster in- of uitschakelen. EXIT TV Vanuit een menu terugkeren naar de weergavemodus zonder de instellingen op te slaan (in de menumodus) Schakelen tussen de tv- en radiomodus (in de weergavemodus). Het geluid in- of uitschakelen (mute). - + Het volume van digitale programma s aanpassen. Het maximumvolume van de Mediamaster wordt bepaald door de huidige volume-instelling van de tv. 0-9 Kanaal wijzigen en individuele menuopties selecteren. Opmerking: Als u 0 opgeeft als het eerste cijfer, wordt de functie Tv vrijgeven geactiveerd (zie verderop). 0 Tv vrijgeven. Schakelen tussen digitale tv/radio, analoge tv, analoge satelliet-tv en video als het systeem via SCART-kabels is aangesloten. Info. Beknopte of uitgebreide informatie weergeven (indien aanwezig) over programma s die nu of later worden uitgezonden. BACK pad MENU GUIDE Eén niveau omhoog gaan in menu s zonder dat de instellingen worden opgeslagen. Personal Active Disc. Het menu voor opnamen op het scherm weergeven (en verbergen). Voor opnamen op de ingebouwde vaste schijf. Het hoofdmenu openen en sluiten. Een lijst ophalen van de programma s die nu en straks op de beschikbare kanalen worden uitgezonden. Deze informatie wordt alleen weergegeven als uw serviceprovider programmagegevens doorgeeft (EPG-gegevens). P+ P- Eén kanaal omhoog of omlaag gaan. Terugkeren naar de tv-modus vanuit een Open TV-toepassing. In een menu/lijst/tekst van pagina veranderen als er meer dan een pagina beschikbaar is. Bladeren in de teleteksthistorie. Omhoog en omlaag gaan in menu s en het kanaal wijzigen. Instellingen van menu s wijzigen. OK Gemaakte keuzen en selecties bevestigen. De tv-/radiokanalenlijst weergeven. (Rood) Een Open TV-toepassing downloaden. OPTION TEXT Groen) Serviceopties selecteren in de weergavemodus. Gebruik OPTION + code om vergrendelde kanalen te openen. (Geel) Teletekstinformatie selecteren. Teletekst activeren (indien beschikbaar). (Blauw) Schakelen tussen het huidige en het vorige tv-/radiokanaal. NL 5

6 VOOR- EN ACHTERPANEEL Voorpaneel Toets Druk op deze toets om de CA-module uit te werpen. Weergave Hier worden in de stand-bymodus het kanaalnummer, foutmeldingen, opdrachten van de afstandsbediening en de tijd Weergegeven.ntrol commands and time in standby mode Sleuf Voor een smartcard van Viaccess Sleuf Voor een CA-module met smartcard De stand-bymodus van de Mediamaster in- en uitschakelen Omhoog en omlaag gaan in de menu s en van kanaal veranderen. Achterpaneel DIGITALE AUDIO audioaansluiting Digitale S/PDIF-uitgang voor aansluiting op hifi-installatie AUX-SCART Voor aansluiting op een videorecorder of een analoge satellietontvangergue satellite receiver TELEFOON * Voor aansluiting van een modemkabel op de telefoonaansluiting TV/VIDEO Voor aansluiting van een coaxkabel op de antenne-ingang van de tv of videorecorder ANTENNE * * Schotelaansluiting (Fconnector) Netsnoer volt wisselstroom Hz AUDIO LINKS/ RECHTS audioaansluitingen Stereo-uitgangen voor aansluiting op een hifi-installatie * De modemfunctie is alleen te gebruiken in Scandinavië. TV-SCART Voor aansluiting op een tv SERIËLE POORT Voor het lezen en laden van datagegevens TV-ANTENNE Voor de ontvangst van tv-uitzendingen via de ether met een (conventionele) tv-antenne * * De LNB-kabel levert ook de voeding van de LNB. De voedingsspanning is 13/18 V (V/H polarisatie) en het signaal 0/22 khz (bandschakelaar). De maximale sterkte van de LNB-voeding is 500 ma. NL 6

7 DE SMARTCARD EN DE CA-MODULE Om gecodeerde digitale satellietkanalen te kunnen ontvangen moet u beschikken over een smartcard en/of een Common Interface CA-module (voor voorwaardelijke toegang). Deze module is verkrijgbaar bij uw serviceprovider. De serviceprovider is de programma-aanbieder. Wanneer u op services van meerdere serviceproviders bent geabonneerd, moet u mogelijk steeds wisselen tussen de verschillende smartcards en/of CA-modules. Het is mogelijk dat een smartcard of een CA-module geldt voor één bepaalde serviceprovider en daarom slechts toegang biedt tot een beperkt aantal kanalen. Bij gebruik van bepaalde smartcards en CA-modules kunnen er menu s verschijnen die niet in deze handleiding worden beschreven. Volg in dat geval de instructies van de serviceprovider. Zonder een smartcard en/of CA-module kunt u alleen FTA-kanalen (Free To Air) ontvangen. Opmerking: De smartcard en/of de CA-module worden gedistribueerd door uw serviceprovider. Wanneer u de kaart eenmaal hebt geplaatst, doet u er goed aan deze in de sleuf te laten zitten. Verwijder de kaart alleen wanneer uw serviceprovider u daar uitdrukkelijk om verzoekt. Het is belangrijk dat de kaart zich in de sleuf bevindt, zodat de serviceprovider altijd nieuwe gegevens naar de smartcard kan downloaden. * Gebruik uitsluitend Common Interface CA-modules, die voldoen aan de DVB-standaard. Smartcard van Viaccess Alleen voor services die zijn gecodeerd met het CA-systeem van Viaccess. Plaats de smartcard van Viaccess volledig in de linkersleuf achter het klepje op het voorpaneel van de Mediamaster. Zorg ervoor dat de gouden chip zich aan de onderkant bevindt en naar binnen is gericht. CA-module en bijbehorende smartcard Volg de instructies van uw serviceprovider voor het plaatsen van de CA-module en de bijbehorende smartcard. Plaats de CA-module volledig in de sleuf achter het klepje op het voorpaneel van de Mediamaster. Druk op de grijze toets van het voorpaneel als u de CA-module wilt verwijderen. Pincode De smartcard is voorzien van een 4-cijferige code, ook wel pincode (Personal Identification Number) genoemd. Deze code hebt u nodig om toegang te krijgen tot toekomstige services van de serviceprovider. NL 7

8 INSTALLATIE VAN DE MEDIAMASTER De doos met de Mediamaster moet de volgende items bevatten: de Mediamaster een afstandsbediening met 2 AAA-batterijen een SCART-kabel (volledig bedraad, 1,0 m lang) een antenne-/coaxkabel (dubbel afgeschermd, 1,5 m lang) een gebruikershandleiding en softwarelicentieovereenkomst SCART-kabel Coaxkabel Afstandsbediening Gebruikershandleiding, licentieovereenkomst De SCART-aansluitingen Het achterpaneel van de Mediamaster is uitgerust met 2 SCARTaansluitingen (zie diagram). Wanneer u hierop andere producten wilt aansluiten, moet u altijd volledig bedrade SCART-kabels gebruiken (zoals de meegeleverde kabels). Er zijn andere, minderwaardige SCART-kabels op de markt die bij gebruik een mindere beeldkwaliteit geven. SCART-aansluiting De afstandsbediening gereedmaken voor gebruik Verwijder het klepje van het batterijvak aan de onderzijde van de afstandsbediening. Plaats de 2 AAA-batterijen (1,5 V) zoals in het diagram wordt aangegeven. Let daarbij op de aanduidingen + en - aan de binnenzijde van het vak. Plaats het klepje weer op het batterijvak. De Mediamaster aansluiten op de schotel De F-connectoren op de kabel monteren Pas de uiteinden van de kabel aan zoals is aangegeven in de afbeelding. U moet de gevlochten mantel terugvouwen (zoals aangegeven). Schuif de F-connector over de kabel en zet deze vast in het gevlochten gedeelte door de connector met de klok mee te draaien. Er moet 3 mm van het binnenste gedeelte van de kabel uitsteken aan het uiteinde van de connector. 15 mm 8 mm F-connector 3 mm De satellietschotel installeren Raadpleeg de montage-instructies voor de satellietschotel voor informatie over het installeren van de schotel. Sluit de coaxkabel, met daarop de F-connectoren, van de LNB op de satellietschotel aan op de aansluiting met de aanduiding ANTENNA op het achterpaneel van de Mediamaster. NL 8

9 INSTALLATIE VAN DE MEDIAMASTER Algemeen U kunt op de Mediamaster vele verschillende soorten tv s, videorecorders en andere apparatuur aansluiten. In deze handleiding worden de meest gangbare aansluitmogelijkheden besproken. Als u coaxkabels gebruikt, moet u uw tv en videorecorder afstemmen op het uitgangskanaal van de Mediamaster (zie pagina 11). Neem contact op met uw dealer of serviceprovider als u problemen ondervindt bij het aansluiten van apparatuur. De tv aansluiten Sluit de SCART-kabel aan op de primaire SCART-aansluiting op de tv en de aansluiting TV-SCART op de Mediamaster. Sluit een coaxkabel aan op de uitgang TV/VIDEO op de Mediamaster en de coaxingang op de tv. Sluit de tv-antenne aan op de ingang TV-ANTENNE op de Mediamaster. SCART Coax Een tv en een videorecorder aansluiten Raadpleeg de handleiding van uw videorecorder voor de complete instructies. Sluit een SCART-kabel aan op de primaire SCART-aansluiting op de tv en de aansluiting TV-SCART op de Mediamaster. Sluit de uiteinden van een andere SCART-kabel aan op de videorecorder en de aansluiting AUX-SCART op de Mediamaster. Sluit de coaxkabel aan op de coaxuitgang op de videorecorder en de antenne-ingang op de tv. Sluit de tv-antenne aan op de coaxingang op de videorecorder. Coax SCART SCART Videorecorder Mediamaster Als u een tv mét en een videorecorder zónder een SCART-aansluiting heeft Sluit een SCART-kabel aan op de primaire SCART-aansluiting op de tv en de aansluiting TV-SCART op de Mediamaster. Sluit een coaxkabel aan op de coaxuitgang op de videorecorder en de antenne-ingang op de tv. Sluit een coaxkabel aan op de uitgang TV/VIDEO op de Mediamaster en de coaxingang op de videorecorder. Sluit de tv-antenne aan op de ingang TV-ANTENNE op de Mediamaster. Coax Videorecorder Coax SCART Mediamaster NL 9

10 INSTALLATIE VAN DE MEDIAMASTER Een analoge satellietontvanger en een videorecorder aansluiten Sluit een SCART-kabel aan op de primaire SCART-aansluiting op de tv en de aansluiting TV-SCART op de Mediamaster. Sluit een andere SCART-kabel aan op de videorecorder en de aansluiting AUX-SCART op de Mediamaster. Sluit een coaxkabel aan op de coaxuitgang op de videorecorder en de antenne-ingang op de tv. Sluit een coaxkabel aan op de coaxuitgang op de analoge ontvanger en de coaxingang op de videorecorder. Sluit de tv-antenne aan op de coaxingang op de analoge ontvanger. Als u voor de ontvangst van het schotelsignaal wilt schakelen tussen de analoge en digitale ontvanger, is dit alleen mogelijk als u beschikt over een smartswitch van Nokia (bij A B in de afbeelding) of een universele dubbele LNB. Met de smartswitch van Nokia Coax Videorecorder SCART Mediamaster Analoge ontvanger Smartswitch van Nokia Sluit een coaxkabel aan op uitgang A op de smartswitch (accessoire) en de LNB-aansluiting op de analoge ontvanger. Sluit een coaxkabel aan op uitgang B op de smartswitch (accessoire) en de aansluiting ANTENNA op de Mediamaster. Wanneer u met de Mediamaster digitale kanalen wilt ontvangen, moet u de analoge ontvanger uitschakelen (stand-by). Smartswitch van Nokia Een hifi-installatie aansluiten Sluit een stereokabel met tulpstekers aan op de aansluitingen AUDIO LINKS/RECHTS van de Mediamaster en op de aansluitingen LINE, AUX, SPARE of EXTRA van uw hifi-installatie. Als uw hifi-systeem of Dolby Pro Logic-systeem is uitgerust met een digitale audio-uitgang, kunt u ook een kabel met tulpsteker aansluiten op de aansluiting DIGITAL AUDIO van de Mediamaster. Opmerking: Gebruik een afgeschermde audiokabel ter voorkoming van interferentie. De ingebouwde modem aansluiten De modemfunctie is alleen te gebruiken in Scandinavië. Via de ingebouwde modem kunt u gebruikmaken van interactieve services. Raadpleeg pagina 48. Deze functie is alleen beschikbaar op apparaten die bestemd zijn voor Scandinavische landen. Sluit een telefoonkabel aan op de aansluiting TELEPHONE aan de achterkant van de Mediamaster en de telefoonaansluiting in de woning. NL 10

11 INSTALLATIE VAN DE MEDIAMASTER Het toestel voor de eerste keer met SCART-aansluitingen inschakelen Zet de Mediamaster aan. Het welkomstmenu wordt nu op het scherm weergegeven. Druk op de toets OK op de afstandsbediening van de Mediamaster om de installatieprocedure te starten. U kunt nu doorgaan met het gedeelte Eerste installatie op de volgende pagina. De tv afstemmen bij gebruik van coaxaansluitingen U moet deze procedure uitvoeren wanneer de Mediamaster met een coaxkabel op de tv is aangesloten en u geen SCARTkabels gebruikt. Mogelijk moet u naast deze handleiding ook de handleiding van de tv raadplegen om de tv af te stemmen op het HF-signaal. In de navolgende stappen wordt uitgelegd wat u moet doen als u geen SCART-kabels kunt gebruiken bij het aansluiten van de apparatuur. Sluit de Mediamaster aan. De tv afstemmen op de Mediamaster Selecteer een kanaalnummer op de tv dat momenteel niet voor andere tv-kanalen wordt gebruikt. Stel het tv-kanaal in op UHF-kanaal 43 aan de hand van de instructies in de handleiding bij de tv (dit is het UHF-kanaal waarop de Mediamaster standaard is ingesteld). Wanneer dit kanaal al wordt gebruikt, selecteert u op de tv een ander UHFkanaal tussen 21 en 69, dat niet in gebruik is. Als u bijvoorbeeld UHF-kanaal 45 op uw tv selecteert, moet u hetzelfde kanaal instellen op de Mediamaster. Gebruik de toetsen enr op het voorpaneel van de Mediamaster of op de afstandsbediening om het kanaal dienovereenkomstig te wijzigen. Vervolgens wordt het UHF-kanaalnummer weergegeven op het voorpaneel van de Mediamaster. Wanneer u het UHF-kanaalnummer op de juiste manier hebt gewijzigd, wordt het welkomstmenu op het tv-scherm weergegeven. Bij interferentie van andere kanalen moet het gekozen UHFkanaal worden gewijzigd. Sla dit UHF-kanaal op als kanaal voor de Mediamaster aan de hand van de instructies in de handleiding bij de tv. Dit kanaal selecteert u wanneer u wilt kijken of luisteren naar digitale tv- /radiouitzendingen. Wanneer het welkomstmenu wordt weergegeven, drukt u op de toets OK op de afstandsbediening van de Mediamaster om de procedure voor de eerste installatie te starten. Raadpleeg de volgende pagina voor meer informatie. Als u het HF-kanaal later wilt wijzigen, kunt u dit doen met het menu voor tv-instellingen, dat verderop in deze handleiding wordt besproken. NL 11

12 EERSTE INSTALLATIE Algemene informatie Wanneer u de Mediamaster op de juiste manier hebt aangesloten, moet u de procedure voor de eerste installatie uitvoeren. Tijdens deze procedure wordt er nuttige informatie weergegeven onder in de menu s. Belangrijk! In deze menu s gebruikt u de toets OK om een selectie te bevestigen. Als u op deze toets drukt, gaat u naar de volgende stap van de installatieprocedure. Vaak moet u echter meerdere waarden of opties opgeven in een menu. U moet dus eerst de vereiste instellingen opgeven op de diverse regels. Vervolgens bevestigt u de opgegeven instellingen met OK. U kunt te allen tijde teruggaan naar het vorige menu door op de toets BACK te drukken. Met de toetsen kunt u de invoegpositie verplaatsen naar hoger of lager gelegen regels. Gebruik om de instellingen te wijzigen. Met de nummertoetsen op de afstandsbediening kunt u in een menu een regel selecteren en nummers en getallen opgeven. Het welkomstmenu Dit scherm wordt weergegeven als u de installatieprocedure hebt gestart. Druk op de toets OK om door te gaan. Taal Selecteer de gewenste taal in het menu. Dit wordt tevens de hoofdtaal die wordt gebruikt voor audio en ondertiteling. NL 12

13 EERSTE INSTALLATIE HF-modulator Wanneer de Mediamaster met een coaxkabel op de tv is aangesloten, moet u in het scherm RF MODULATOR de juiste instelling kiezen. Deze instelling is afhankelijk van het land waarin de Mediamaster wordt gebruikt. Selecteer Standard (PAL B/G) voor alle landen, met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk. Selecteer UK (PAL I) als het apparaat wordt gebruikt in het Verenigd Koninkrijk. Wanneer er wel beeld en geen geluid is, hebt u mogelijk de verkeerde keuze gemaakt in het scherm RF MODULATOR. Antenne-/satellietkeuze Selecteer een van de mogelijkheden op de regels 1 t/m 4 als u slechts één antenne hebt die met één LNB is uitgerust voor de ontvangst van ASTRA, HOTBIRD, THOR of SIRIUS. Selecteer een van de mogelijkheden op de regels 5 en 6 als u slechts één antenne hebt die met twee LNB s is uitgerust, of twee antennes die allebei met één LNB zijn uitgerust voor signalen van de combinatie ASTRA/HOTBIRD of THOR/SIRIUS. Hiervoor hebt u ook een DiSEqC-tweewegschakelaar nodig. Selecteer mogelijkheid 7 als u een antenne hebt met 4 LNB s. U hebt dan ook een DiSEqC-vierwegschakelaar nodig. Selecteer mogelijkheid 7 ook bij een andere antenne-/satellietcombinatie, bijvoorbeeld in het geval van een antennemotor. Mogelijkheden 1-6 vereisen het gebruik van een of meer universele LNB s. NL 13

14 EERSTE INSTALLATIE Regels 1 t/m 4 in het menu Antenne-/ satellietkeuze Selecteer de mogelijkheid ASTRA, HOTBIRD, SIRIUS of THOR als u een LNB hebt die is gericht op een van deze satellieten. Als u op OK drukt nadat u een van de mogelijkheden hebt gekozen, wordt het menu Antenna adjustment (afbeelding rechts) op het scherm weergegeven. Voor elke satelliet (bijvoorbeeld ASTRA, HOTBIRD, SIRIUS en THOR) kunnen maximaal 4 verschillende kanalen worden voorgeprogrammeerd en in het menu worden weergegeven. Wanneer u de antenne bijstelt, gebruikt de Mediamaster het gemarkeerde kanaal om te zoeken naar de signalen van een satelliet. (Met de toetsen kunt u kanalen selecteren.) De antenne bijstellen en het signaal controleren Richt de antenne zo op de gewenste satelliet dat de signaalsterkte (AGC; de rode balk boven in het menu)* en de kwaliteit van het signaal (SNR; de rode, gele en groene balk boven in het menu) het grootst zijn.. Als u geen beeld krijgt, is er mogelijk een analoge signaalbron ingesteld. Een andere verklaring is dat de antenne op de verkeerde satelliet is gericht. Soms zijn er echter geen uitzendingen van het gemarkeerde kanaal. In dat geval selecteert u met de toetsen een van de andere voorgeprogrammeerde kanalen. Druk op OK als de beeldontvangst van een tv-kanaal goed is. De Mediamaster begint automatisch naar kanalen te zoeken en van de satelliet te downloaden. Zie pagina 21 voor meer informatie. (Ga door met het zoeken naar kanalen door op OK te drukken als de kwaliteit van het signaal goed is en er nog geen beelden te zien zijn van de mogelijke kanalen). OK * ) De signaalsterkte (AGC) en de kwaliteit van het signaal (SNR) De verschillende signaalindicatoren boven in het menu hebben betrekking op twee zaken: AGC: AGC, herkenbaar aan de rode balk, geeft aan wat de gemiddelde sterkte is van een inkomend digitaal/analoog signaal. SNR: SNR, herkenbaar aan de rode, gele en groene balk, geeft aan wat de kwaliteit is van het signaal bij het voorgeprogrammeerde kanaal dat u hebt gekozen. NL 14

15 EERSTE INSTALLATIE Regels 5 en 6 in het menu Antenne-/ satellietkeuze Selecteer een van deze mogelijkheden als u één antenne hebt die is uitgerust met twee LNB s, of twee antennes die allebei met een LNB zijn uitgerust, en u kanalen van ASTRA/HOTBIRD of THOR/SIRIUS wilt ontvangen. In dat geval ontvangt de Mediamaster signalen van slechts één antenne. De LNB s moet u dan eerst aansluiten op een externe schakelaar. Wanneer deze schakelaar is aangesloten, wordt de juiste LNB automatisch geselecteerd voor het geselecteerde kanaal. Deze externe schakelaar wordt ook een DiSEqCTM-schakelaar genoemd. Omdat de schakelaar zich dicht bij de LNB s bevindt, hoeft u slechts één kabel aan te sluiten op de Mediamaster. Een DiSEqC-schakelaar met twee ingangen aansluiten: Sluit de LNB-kabel voor kanalen van ASTRA (of THOR) aan op de connector met de aanduiding LNB 1 (A) op de schakelaar. Sluit de kabel voor kanalen van HOTBIRD (of SIRIUS) aan op de connector met de aanduiding LNB 2 (B). Sluit de antennekabel aan op de connector met de aanduiding OUT op de schakelaar. Sluit het andere uiteinde van deze kabel aan op de ingang ANTENNA aan de achterkant van de Mediamaster. DiSEqC-schakelaar met 2 ingangen. Controleer eerst, zoals wordt beschreven in de alinea De antenne bijstellen en het signaal controleren op pagina 14, of u beeld en geluid ontvangt van ASTRA (THOR). Als u beeld en geluid hebt, gaat u door naar de volgende rij en controleert u of er van HOTBIRD (SIRIUS) beeld en geluid wordt ontvangen. Wanneer de controle van HOTBIRD(SIRIUS) is voltooid, drukt u op OK om de procedure voor het zoeken naar kanalen te starten. De Mediamaster begint nu automatisch naar kanalen te zoeken en van beide satellieten te downloaden. Zie Kanalen zoeken op pagina 21. NL 15

16 EERSTE INSTALLATIE in het menu Antenne-/satelliet- Regel keuze 7 Deze mogelijkheid hoeft u alleen te selecteren als de satelliet van uw keuze op een van de volgende manieren afwijkt van de voorgeprogrammeerde satellieten: als u geen universele LNB gebruikt. als u meer dan twee LNB s hebt. als u een antenne met motorbesturing hebt (zie pagina 18.) 1 LNB/1 antenne OK Selecteer deze mogelijkheid als er één (1) LNB op de antenne is gemonteerd en u een andere voorgeprogrammeerde satelliet wilt selecteren (die niet in regels 1-4 wordt genoemd). U moet deze mogelijkheid ook selecteren als u geen universele LNB gebruikt. LNB type Selecteer de geldige oscillatorfrequentie voor de huidige LNB. De meestvoorkomende waarden, waaronder de waarden voor een universele LNB, kunnen worden geselecteerd met de toetsen. U kunt ook een waarde invoeren met de numerieke toetsen als het symbool voor de afstandsbediening op de regel wordt weergegeven. LNB offset-spanning Als de kabel van een van de LNB s erg lang is, moet u de spanning van deze LNB s mogelijk met 0,5 V verhogen. In de meeste gevallen hoeft hier niets te worden gewijzigd. Laat de standaardwaarde, 0 V, ongemoeid. Als de schakelaar niet wisselt tussen horizontale en verticale polarisatie, kan de spanning van een LNB later worden verhoogd. Verhoog de spanning alleen: a. als de polarisatie van een LNB niet verandert. b. bij de hierbovengenoemde LNB. Satelliet Selecteer een van de voorgeprogrammeerde satellieten. OK OK Volg de procedure op pagina 14. Voorgeprogr. kanaal Selecteer een van de voorgeprogrammeerde kanalen en stel uw antenne bij zoals is beschreven in het gedeelte De antenne bijstellen en het signaal controleren op pagina 14. Multisatelliet/Mini DiSEqC Selecteer deze mogelijkheid als u twee LNB s gebruikt die worden bestuurd via een minischakelaar (DiSEqC). Gebruik een externe schakelaar om de gewenste LNB te selecteren. Zie pagina 15. NL 16

17 EERSTE INSTALLATIE Voor elke LNB die u aansluit op de DiSEqC-schakelaar moet de volgende configuratie worden uitgevoerd. Bij wijze van voorbeeld volgt hier de beschrijving van een configuratie van twee LNB s die u wilt gebruiken voor Astra 1 en Hotbird. De LNB s worden geconfigureerd voor DiSEqC-ingang A, respectievelijk DiSEqC-ingang B. LNB type Selecteer Universal of de geldige oscillatorfrequentie voor de aangesloten LNB. LNB offset-spanning Als de kabel van de antenne erg lang is, is de spanning van de LNB mogelijk te laag om de polarisatie te wijzigen. U kunt de spanning van de LNB verhogen met 0,5 V. Satelliet Selecteer in dit voorbeeld Astra 1 omdat de bijbehorende LNB is aangesloten op de ingang DiSEqC 1 op de schakelaar. Voorgeprogr. kanaal Selecteer een van de vooraf ingestelde kanalen en stel uw antenne bij zoals is beschreven op pagina 14, De antenne bijstellen en het signaal controleren. U kunt pas doorgaan wanneer het tv-beeld van het vooraf ingestelde kanaal op de achtergrond zichtbaar is. Druk op OK om door te gaan met DiSEqC-ingang B wanneer het tv-beeld van het kanaal wordt weergegeven. Voor Astra 1 moet dezelfde procedure worden gevolgd. Deze keer selecteert u echter de satelliet Hotbird. Wanneer de configuratie van DiSEqC 2 is voltooid, drukt u op OK. Ga door met het zoeken naar kanalen. Zie pagina 18. Multisatelliet/2 DiSEqC poorten Selecteer deze mogelijkheid als uw antennesysteem twee LNB s heeft en u niet een van de mogelijkheden in regels 5 en 6 van het menu Antenne-/satellietkeuze (zie pagina 13) gebruikt. Kies het LNB-type, de offsetspanning voor de LNB (indien nodig), de satelliet en het vooraf ingestelde kanaal (zie Multisatellite/mini DiSEqC hierboven voor informatie over de verschillende mogelijkheden) voor schakelaar 1. Druk op OK. Selecteer de opties voor schakelaar 2. Druk op OK. Ga door met het zoeken naar kanalen. Zie pagina 18. NL 17

18 EERSTE INSTALLATIE Multisatelliet/4 DiSEqC poorten Selecteer deze mogelijkheid als uw antennesysteem vier LNB s heeft en u niet een van de mogelijkheden in regels 5 en 6 van het menu Antenne-/satellietkeuze (zie pagina 13) gebruikt. Gebruik een externe schakelaar om de gewenste LNB te selecteren. Zie pagina s Voor minischakelaars (DiSEqC) en DiSEqC-schakelaars met twee ingangen moet dezelfde procedure worden gevolgd, maar u moet nu vier LNB s configureren zoals is beschreven op pagina s Een DiSEqC-schakelaar met vier ingangen aansluiten: Hier volgt een voorbeeld van de procedure die u moet volgen om 4 LNB s aan te sluiten als u kanalen van ASTRA, HOTBIRD, SI- RIUS en THOR wilt ontvangen. Sluit de LNB s als volgt aan op de schakelaar: de LNB voor ASTRA op ingang 1 HOTBIRD op ingang 2 SIRIUS op ingang 3 THOR op ingang 4 De uitgang op de schakelaar met de aanduiding OUT moet worden aangesloten op de ingang ANTENNA van de Mediamaster. DiSEqC-schakelaar met 4 ingangen. Programma-zoekfunctie Er zijn verschillende manieren om kanalen te zoeken: Als er vooraf ingestelde kanalen zijn, kunt u kiezen uit Automatisch, Handmatig en Geavanceerd zoeken. Als er geen vooraf ingestelde kanalen beschikbaar zijn, kiest u Handmatigl of Geavanceerd zoeken. Automatisch zoeken Druk op OK om automatisch kanalen te zoeken voor een geselecteerde satelliet. NL 18

19 EERSTE INSTALLATIE Handmatig zoeken Als u handmatig naar kanalen wilt zoeken, moet u eerst een aantal parameters opgeven. Uw serviceprovider kan u meer informatie verstrekken over de gegevens die u in dit menu moet opgeven. Deze informatie vindt u ook in bladen over satelliet-tv en op het Internet. Transponder-frequentie: Geef de frequentie in GHz op. Gebruik de toets om de waarde te wissen als u bij het invoeren een fout hebt gemaakt. Polarisatie: Selecteer Horizontaal, Verticaal, Cirk. Links of Cirk. Rechts. Symbol rate (MSym/s): Voer de waarde in met de numerieke toetsen. Gebruik de toets om de waarde te wissen als u bij het invoeren een fout hebt gemaakt. FEC: Selecteer Automatisch of een van de voorgeprogrammeerde waarden. Netwerk zoeken: Selecteer Ja als u wilt zoeken op alle transponders in een bepaald netwerk. Motor afstellen: Stel de motor (indien nodig) in op de huidige satelliet. Druk op OK om te beginnen met het zoeken naar kanalen. Geavanceerd zoeken Uw serviceprovider kan u meer informatie verstrekken over de gegevens die u in dit menu moet opgeven. Deze informatie vindt u ook in bladen over satelliet-tv en op het Internet. Gebruik dit menu als u op zoek bent naar speciale kanalen (bijvoorbeeld kanalen die niet voldoen aan de DVB-standaard). Deze kanalen kunt u namelijk pas vinden als u hier de nodige instellingen hebt opgegeven. Transponder-frequentie: Geef de frequentie in GHz op. Polarisatie: Selecteer Horizontaal, Verticaal, Cirk. Links of Cirk. Rechts. Symbol rate (MSym/s): Voer de waarde in met de numerieke toetsen. FEC: Voer de juiste waarde in voor FEC (Forward Error Correction) of selecteer AUTO. Video PID: Geef de PID (Packet Identifier) op voor het videosignaal. Audio PID: Geef de PID op voor het audiosignaal. PCR PID: Geef de PID op voor de PCR (Programme Clock Reference). Motor afstellen: Stel de motor (indien nodig) in op de huidige satelliet. Druk op OK om te beginnen met het zoeken naar kanalen. Motorgestuurde antenne Bij een satellietantenne met motorbesturing moet u de instellingen als volgt wijzigen. Als de antenne de uiterste oost- en westposities niet kan innemen, moet u de waarden voor deze uiterste posities instellen. Zie pagina 47 voor instructies. Selecteer regel 7 in het menu Antenne-/satellietkeuze en druk op OK. Selecteer regel 5, Motorgestuurde antenne, en druk op OK. NL 19

20 EERSTE INSTALLATIE Motortype Selecteer SATSCAN als het een SatScan-motor van Nokia betreft. Selecteer DiSEqC als de motorbesturing verloopt via DiSEqCopdrachten. LNB type Selecteer Universal, een van de vaste frequenties of voer de LNB-frequentie in met de numerieke toetsen op de afstandsbediening. LNB offset-spanning Als de kabel van de antenne erg lang is, is de spanning van de LNB mogelijk te laag om de polarisatie te wijzigen. U kunt de spanning van de LNB verhogen met 0,5 V. Satelliet Selecteer Astra als u een SatScan-motor hebt, en Hotbird als u een DiSEqC-motor hebt. De motor bijstellen voor Astra/Hotbird Eerst bepaalt u wat de hoek is ten opzichte van Astra 1/ Hotbird. De motor en antenne moeten worden gericht op de Astra 1-satellieten op 19,2 oost (Hotbird-satellieten op 13 west). Dit zijn namelijk de gebruikte referentiewaarden. Alle overige vooraf ingestelde satellietposities zijn afgeleid van Astra 1/Hotbird. De antenne moet op een geschikte locatie buitenshuis worden gemonteerd. Meer informatie hierover vindt u in de afzonderlijke montage-instructies voor de SatScan- of DiSEqC-positioner. Voorgeprogr. kanaal Selecteer het vooraf ingestelde kanaal dat volgens de weergave de beste signaalkwaliteit (SNR) heeft. Na enkele seconden wordt het kanaal op de achtergrond weergegeven. Motor afstellen Zo nodig kan de motor preciezer worden afgestemd met de toetsen op de afstandsbediening. Op de achtergrond worden nu beelden van een kanaal weergegeven. U kunt dus beginnen met het zoeken naar kanalen. Druk op OK. Het menu voor het zoeken naar kanalen wordt weergegeven. Gewoonlijk begint u bij de regel Automatisch zoeken. (U kunt later altijd handmatig of uitgebreid zoeken.) Selecteer de satelliet die u wilt gebruiken op de regel Automatisch zoeken, bijvoorbeeld Astra. Druk op OK. Het menu voor het bijstellen van de antenne wordt weergegeven. Stel de motor indien nodig bij voor een optimale signaalsterkte (AGC) en optimale kwaliteit van het signaal (SNR). Deze wijziging geldt alleen voor de huidige satellietpositie. NL 20

21 EERSTE INSTALLATIE Selecteer een van de vooraf ingestelde kanalen en druk op OK. De zoekprocedure voor ASTRA-kanalen (in dit geval) wordt gestart. Het zoeken kan enige tijd in beslag nemen. Zie pagina 22 voor meer informatie. Wanneer u de kanalen van ASTRA hebt gevonden, kunt u kanalen van andere satellieten zoeken als u een motorantenne hebt. Druk op MENU op de afstandsbediening. Het hoofdmenu wordt weergegeven. Selecteer regel 5, Systeem-instellingen. Voer de toegangscode 1234 in als hierom wordt gevraagd. Het menu Systeem-instellingen wordt weergegeven. Selecteer Programma-zoekfunctie. Druk op OK om het menu Programma-zoekfunctie opnieuw weer te geven. NL 21

22 EERSTE INSTALLATIE Van 22 satellieten zijn de posities voorgeprogrammeerd in de SatScan-motor. Zolang u de satellietposities selecteert vanaf de regel Automatisch zoeken, hebt u ook toegang tot voorgeprogrammeerde tvkanalen, zodat de signaalkwaliteit gemakkelijk kan worden gecontroleerd. Gebruik de keuzelijst van regel 1 Automatisch zoeken om een satelliet te selecteren en te zoeken naar de bijbehorende kanalen. De procedure is verder hetzelfde als bij de configuratie van de eerste satelliet. U moet de antennemotor echter wel de tijd geven om de nieuwe positie in te nemen! Programmazoeken Dit menu wordt weergegeven zolang er wordt gezocht naar downloadbare kanalen. Alle gevonden kanalen worden in twee kolommen op het scherm weergegeven. De tv-kanalen staan in een kolom, de radiokanalen in de andere. Het zoeken naar kanalen kan enige tijd in beslag nemen. Wanneer de zoekprocedure is voltooid, verschijnt er een bericht waarin u kunt lezen hoeveel tv- en radiokanalen er zijn gevonden. Druk op OK om door te gaan. Tijdcorrectie Gebruik de toetsen om de tijd met ongeveer een 1/2 uur per keer bij te stellen. Met de toetsen kunt u ook de minuten aanpassen. Druk op OK om de eerste installatie te voltooien (zie hieronder). Eerste installatie voltooien De gevonden kanalen worden nu opgeslagen. Vervolgens wordt een bericht weergegeven waarin staat dat de installatieprocedure is voltooid. Druk op OK om via de Mediamaster programma s te bekijken op satellietkanalen. NL 22

23 WEERGAVEMODUS Algemene informatie In dit gedeelte worden de basisfuncties van de Mediamaster beschreven voor het bekijken van satelliet-tv of het beluisteren van satellietradio. Sommige van de functies die hier worden beschreven, kunnen alleen worden gebruikt als ze worden ondersteund door de uitgezonden programmagegevens. Of dat zo is, hangt af van de serviceprovider in kwestie. Houd er rekening mee dat tijdens het zoeken naar kanalen mogelijk een groot aantal kanalen wordt gedownload op de Mediamaster. Deze kanalen kunnen afkomstig zijn van diverse serviceproviders, met inbegrip van kanalen die u alleen kunt bekijken als u beschikt over een smartcard voor de desbetreffende serviceprovider. Als u een programma selecteert waartoe u geen toegang hebt, verschijnt er een bericht op het scherm. De inhoud van dit bericht is afhankelijk van de serviceprovider en de gebruikte smartcard/ CA-module. Tijdens het televisiekijken wordt het huidige kanaalnummer weergegeven op het bedieningspaneel. Naast de normale functies zoals het in- of uitschakelen van de stand-bymodus van de Mediamaster, het wijzigen van het volume en dergelijke, komen in dit gedeelte van de handleiding een aantal andere nuttige functies aan bod. U kunt een menu te allen tijde sluiten zonder dat dit gevolgen heeft voor de instellingen, door op de toets EXIT te drukken. Programma-informatie Een lijst met kanalen Informatie over het volgende programma Telkens wanneer u een ander kanaal activeert, wordt er gedurende een paar seconden programma-informatie weergegeven. (In het menu Gebruikers-instellingen kunt u aangeven hoe lang deze informatie op het scherm blijft staan.) De volgende informatie kan worden weergegeven: De huidige tijd. Een lijst met kanalen. Het nummer en de naam van het kanaal. De naam van het huidige en het volgende programma. De begintijd en totale duur van het huidige programma. Een balk die aangeeft hoeveel tijd van het huidige programma al is verstreken. Aanbevolen minimumleeftijdsgrens voor het bekijken van het programma. De begintijd en totale duur van het volgende programma. Deze programma-informatie is alleen beschikbaar als die wordt meegestuurd met de uitzending. Anders wordt het bericht Geen informatie beschikbaar weergegeven. Met de toetsen kunt u wisselen tussen lijsten met kanalen. Dit symbool wordt in de linkerbovenhoek van het scherm weergegeven als een downloadbare toepassing ( Open TV ) met een uitzending op een kanaal wordt meegestuurd. Als u de toepassing wilt sluiten en weer televisie wilt kijken, drukt u op de toets P+ of P- op de afstandsbediening. Zie pagina 51 voor meer informatie. De huidige tijd Het nummer en de naam van het kanaal Informatie over het huidige programma Informatie over de leeftijdsgrens Druk op de rode toets op de afstandsbediening om het downloaden van een Open TV-toepassing te starten. NL 23

24 WEERGAVEMODUS De (informatie-)toets i U kunt de Mediamaster informatie laten weergeven over programma s die nu en straks worden uitgezonden. De procedure die u daarbij volgt is identiek voor tv en radio. Wanneer u op de toets i drukt terwijl u televisiekijkt, verschijnt de banner Programma-informatie. Selecteer het kanaal met of de nummertoetsen. Het symbool i wordt blauw als er informatie wordt weergegeven over het huidige kanaal en rood als er informatie wordt weergegeven over een ander kanaal. Druk nogmaals op i om meer informatie op te vragen over het huidige programma. Als er veel informatie beschikbaar is, kunt u via de toets met het dubbele pijltje de rest van de tekst bekijken. Druk een derde keer op i om terug te gaan naar de tv-/radiomodus. In deze weergave kunt u via de toetsen informatie opvragen over het huidige en het volgende programma. U kunt het menu te allen tijde sluiten en weer televisiekijken door op EXIT te drukken. GUIDE Door op de toets GUIDE te drukken opent u de tv-gids (of de radiogids als u radiokanalen beluistert) van de Mediamaster. Hierin vindt u de titels van de huidige en eerstvolgende programma s op de verschillende kanalen. Deze informatie is alleen beschikbaar voor het netwerk (bijvoorbeeld DF1, TPS) waartoe het kanaal behoort dat u op dat moment bekijkt. Via de toetsen kunt u de cursor naar een ander programma verplaatsen. Via de toetsen met het dubbele pijltje kunt u een hele pagina omhoog of omlaag gaan. Als een regel is gemarkeerd, kunt u via de toets i meer informatie over het desbetreffende programma opvragen. Wanneer u op de toets GUIDE drukt terwijl u een kanaal van Viasat bekijkt, wordt het Viasat Portal weergegeven. Volg de instructies die u daar krijgt voor het ophalen van programma-informatie. NL 24

25 WEERGAVEMODUS Lijst met tv- en radiokanalen Tijdens het zoeken naar kanalen worden drie lijsten met kanalen samengesteld. De lijst Alle TV-progr. bevat alle kanalen, Vrije TV-progr. bevat alleen gratis kanalen en Viasat bevat de kanalen die door Viasat worden gedistribueerd. In de lijst Alle TV-progr. worden gecodeerde kanalen aangeduid met een afbeelding van een smartcard (als deze informatie met het signaal wordt uitgezonden). Vergrendelde kanalen herkent u aan het hangslot. Nieuw gevonden kanalen worden in de lijst Alle TV-progr. gemarkeerd met een sterretje. Wanneer u televisiekijkt of naar radiokanalen luistert, opent u de lijst met kanalen door op OK te drukken. De lijsten worden gesorteerd op satelliet, netwerk en kanaal. Boven in het menu staat de naam van de lijst. De lijst die wordt weergegeven, is de lijst waarin het kanaal is opgenomen dat u momenteel bekijkt. Als de lijst een groot aantal kanalen bevat, kunt u bepaalde satellieten of netwerken afsluiten om het aantal kanalen te beperken. Satellieten of netwerken kunt u openen of sluiten door te drukken. Een gesloten satel- deze te markeren en op liet/netwerk wordt aangeduid met. Via kunt u wisselen tussen kanalen. Als u de lijst met radiokanalen wilt openen, moet u eerst naar de radiomodus gaan. Druk op EXIT TV en op OK. U kunt van kanaal veranderen via de toetsen of door het kanaalnummer op te geven met de nummertoetsen op de afstandsbediening. Als u voor een gemarkeerd kanaal op OK drukt, kunt u naar het desbetreffende kanaal kijken of luisteren. Als u een hele pagina naar boven of beneden wilt in de lijst met kanalen, gebruikt u de toetsen met het dubbele pijltje. Door op i te drukken kunt u meer informatie opvragen over een gemarkeerd kanaal. De naam van de lijst met kanalen Het nummer en de naam van het kanaal Vergrendeld kanaal Gesloten satelliet Gecodeerd kanaal Netwerknaam NL 25

26 WEERGAVEMODUS Opties (groene toets) Met de toets OPTION opent u een menu waarin u tijdelijke instellingen kunt opgeven. Het menu verschijnt alleen als de instellingen van het huidige programma kunnen worden gewijzigd. Mogelijk zijn er meer opties beschikbaar dan hieronder genoemd. De instellingen die u via dit menu opgeeft, zijn alleen geldig voor het programma dat u momenteel bekijkt. Als u overschakelt op een ander programma, worden deze tijdelijke instellingen gewist. Audio language Hiermee kunt u een andere taal voor de uitzending selecteren (indien beschikbaar). Subtitle language Hiermee kunt u een andere taal voor de ondertiteling selecteren (indien beschikbaar). Met OFF schakelt u de ondertiteling uit. Format Als u een tv-toestel hebt met het beeldformaat 4:3 en de uitzending geschiedt in het formaat 16:9, kunt u kiezen uit Fullscreen of Letterbox. Wanneer u de optie Fullscreen selecteert, wordt het hele scherm gevuld, maar wordt een gedeelte van het beeld aan de linker- en rechterkant van het scherm afgekapt. Wanneer u de optie Letterbox kiest, wordt het beeld over de gehele breedte van het scherm weergegeven, maar verschijnen er zwarte balken boven en onder aan het scherm. Tv vrijgeven (0) Met de toets 0 kunt u schakelen tussen analoge digitale tv, video en analoge en digitale satelliet-tv-signalen. (U kunt deze optie alleen gebruiken als de apparaten via SCARTkabels zijn aangesloten, niet via coaxkabels.) De toets TEXT (teletekst) Kanaalnummer Modus analoge tv Videomodus (De video moet zijn ingeschakeld). Met de toets TEXT kunt u teletekstpagina s openen (indien beschikbaar). U selecteert teletekstpagina s met de nummertoetsen van de afstandsbediening. Door op te drukken kunt u snel andere pagina s selecteren. Druk op OK om naar de desbetreffende pagina te gaan. Met EXIT of BACK gaat u terug naar de tv-/radiomodus. Met de toets 0 geeft u de indexpagina weer (normaliter pagina 100). Met geeft u de volgende of de vorige teletekstpagina weer. Via de toetsen met het dubbele pijltje kunt u door de pagina s bladeren die u zojuist hebt bezocht. Als er verborgen tekst beschikbaar is, geeft u deze weer door op de toets i te drukken. Bij de meeste tv-toestellen kunt u met de afstandsbediening de teletekstfuncties bedienen terwijl u kijkt naar digitale tv-kanalen. (Deze functie wordt VBI Insertion genoemd.) OPMERKING: Zie ook Ondertiteling op pagina 50 en 51. NL 26

27 WEERGAVEMODUS EXIT TV Deze toets heeft twee functies. Vanuit de tv-modus kunt u met de functie TV/ overschakelen naar de radiomodus en vice versa. Als u een menu hebt geopend, kunt u met de functie EXIT het menu te allen tijde sluiten zonder iets te wijzigen. Programma s opnemen met een externe analoge videorecorder Houd er rekening mee dat bij het opnemen van een programma alles wordt geregistreerd dat op het scherm wordt weergegeven. Als u bijvoorbeeld een menu van de Mediamaster oproept op het scherm, wordt dit menu ook opgenomen. Als u via de Mediamaster programma s opneemt van digitale kanalen en de videorecorder met een SCART-kabel is aangesloten, moet u de video instellen op de modus AV/AUX of E1. Als u via de Mediamaster programma s opneemt van digitale kanalen en de videorecorder met een coaxkabel is aangesloten, moet u de Mediamaster een eigen positienummer geven in de videorecorder. (Dit doet u op dezelfde manier als voor bijvoorbeeld SVT1 en andere kanalen.) Programma s opnemen op de videorecorder vanaf de vaste schijf U kunt opnamen die op de vaste schijf staan ook overbrengen naar de videorecorder. Selecteer een opname op de vaste schijf en speel deze af. Afhankelijk van de manier waarop de apparaten met elkaar zijn verbonden, via een SCART- of coaxkabel, kunt u de opname op de videorecorder starten. NL 27

28 PROGRAMMA S OPNEMEN OP DE VASTE SCHIJF Opnamen op de vaste schijf Dit apparaat heeft een ingebouwde Personal Active Disc. Dit is een vaste schijf van het type dat ook in normale pc s wordt gebruikt. Op deze vaste schijf kunt u 15 tot 20 uur televisie en radio opnemen. U kunt het opnameproces optimaliseren door de volgende eenvoudige tips op te volgen en de schijf goed voor te bereiden op toekomstige opnamen. Daarmee voorkomt u dat er vijf seconden voordat u een twee uur durende opname wilt gaan maken een bericht verschijnt dat u minder dan een uur opnametijd over hebt. Ook kunt u zo voorkomen dat de opname voortijdig wordt gestopt wegens ruimtegebrek. Dergelijke problemen komen altijd ongelegen. Maak er een gewoonte van om opnamen die u niet meer nodig hebt van de schijf te verwijderen. Breng opnamen die u wilt bewaren over naar een traditionele analoge videorecorder. Opnamen op de ingebouwde schijf kunnen niet digitaal worden overgezet op een externe vaste schijf. Maak de schijf zo nu en dan helemaal leeg (kies Erase hard disk in het menu System Configuration ). Daarmee verwijdert u definitief alle gegevens. Probeer alle functies eerst een tijdje uit, zodat u er goed mee bekend raakt. Dit bespaart u een hoop frustratie als u eenmaal zover bent om opnamen te maken en te bekijken. Nadat u een en ander hebt uitgeprobeerd, wist u de schijf, zodat u met een lege schijf kunt beginnen. Als u programma s opneemt op de vaste schijf, moet u rekening houden met het volgende U kunt alleen programma s opnemen van het kanaal waarvan het nummer op het bedieningspaneel wordt weergegeven. Dit houdt bijvoorbeeld in dat u geen programma s van kanaal 8 kunt opnemen terwijl u naar kanaal 4 kijkt. De vaste schijf biedt een mogelijkheid die de analoge videorecorder niet heeft. U kunt namelijk beginnen met het bekijken van een opgenomen programma terwijl hetzelfde programma nog wordt opgenomen. Via Pause recording kunt u gebruikmaken van deze mogelijkheid. Nadere uitleg volgt verderop in deze handleiding. Opmerking De optie Pause recording werkt niet als u een programma bekijkt dat is besteld via KIOSK (abonneetelevisie van Canal Digital). WAARSCHUWING Als u zonder toestemming televisieprogramma s of ander materiaal opneemt, wordt dit mogelijk beschouwd als een inbreuk op het auteursrecht. NL 28