COEVORDE N Postadres: Postbus AA Coevorden Tel Fax gemeente@coevorden.nl Website:

Transcriptie

1 El COEVORDE N Postadres: Postbus AA Coevorden Tel Fax gemeente@coevorden.nl Website: Bezoekadres: Locatie Dalen Hoofdstraat 2 Aan: Ermerstrand BV T.a.v.: R. van Olst Steenbakkersweg RM ERM Uw brief Burgerservicenr. Afdeling Behandeld door Kenmerk Bijlage(n) Coevorden Onderwerp 4 februari 2010 Beheer & Realisatie, team Handhaving de heer N. Drenth, tel. (0524) HAND april 2010 informatie t.a.v. kampeermiddelen voor verz.: * APR 2010 Geachte heer Van Olst, Naar aanleiding van uw brief van 4 februari 2010, door ons ontvangen 6 februari 2010, berichten wij u het volgende. In uw schrijven stelt u diverse vragen ten aanzien van het kampeerbeleid van de gemeente Coevorden eveneens in relatie tot kavel 87 op het Ermerstrand. In de last onder dwangsom voor het verwijderen van vijf chalets, zoals wij deze op 25 maart 2010 hebben verzonden, wordt ons inziens voldoende duidelijkheid weergegeven welke kampeermiddelen op dit moment geplaatst mogen worden. Uw vragen gaan echter ook over het beleid ten aanzien van het plaatsen van kampeermiddelen vóór 1 januari Dit in verband met het vervallen van de Wet op de openlucht recreatie (hierna: WOR) per die datum. Hieronder zullen wij de geschiedenis weergeven en uw overige vragen beantwoorden. Bestemmingsplan Recreatieterrein Ermerstrand 1999 Alle bebouwing aanwezig op het moment van inwerkingtreden van het Bestemmingsplan Recreatieterrein Ermerstrand 1999 valt onder het overgangsrecht van dit bestemmingsplan. Dit betekent dat alle op 3 augustus 2001 aanwezige bebouwing op het Ermerstrand gelegaliseerd is. Voor de goede orde wijzen wij erop dat voor gebouwen en bouwwerken die vallen onder overgangsrecht geldt dat vergroting c.q. verandering alleen mogelijk is op basis van een bouwvergunning. Beleidsregels kampeermiddelen gemeente Coevorden De WOR was een raamwet, waarin ons college beleidsvrijheid is gegeven om de bepalingen van die wet uit te werken en vorm te geven. Op 6 december 2005 en op 21 maart 2006 hebben wij beleid vastgesteld inzake kampeermiddelen. Dit beleid is echter ingehaald door de "beleidsregels kampeermiddelen gemeente Coevorden" (bijlage 1) zoals deze zijn vastgesteld op 14 november Het eerdere beleid is ingehaald omdat deze beleidsregels een ruimere uitleg geeft over het begrip kampeermiddelen in de zin van de WOR en ook met terugwerkende kracht geldt. Artikel 3 van deze beleidsregels omschrijft hoe de gemeente Coevorden het begrip kampeermiddel in de zin van de WOR definiërt. Kortheidshalve wordt hierna verwezen. Ten aanzien van op 21 maart 2006 bestaande situaties is in artikel 5 een overgangsbepaling opgenomen. Deze overgangsregeling heeft tot gevolg dat alle kampeermiddelen gebouwd vóór 21 maart 2006 (ook de chalets groter dan 70 m2) onder het overgangsrecht

2 van dat beleid vallen en dat er derhalve ten aanzien van de oppervlakte van kampeermiddelen niet wordt gehandhaafd door de gemeente. Nota Kampeerbeleid In artikel 6 van de beleidsregels kampeermiddelen gemeente Coevorden is opgenomen dat deze beleidsregels vervallen op het moment dat het (op dat moment) in voorbereiding zijnde gemeentelijke kampeer- en/of recreatiebeleid is vastgesteld. Deze nota kampeerbeleid (bijlage 2) is op 1 januari 2007 in werking getreden. De nota kampeerbeleid is in tegenstelling tot de beleidsregels kampeermiddelen gemeente Coevorden een kadernota waaraan in het concrete geval geen rechten kunnen worden ontleend. De nota kampeerbeleid geeft geen uitleg over het begrip kampeermiddel in de zin van de WOR. De beleidskeuzes gemaakt in de nota kampeerbeleid moeten verwerkt worden in de bestemmingsplannen van de gemeente Coevorden voordat hier concreet een beroep op gedaan kan worden. Effectuering in het bestemmingsplan Ermerstrand heeft (net als bijna alle overige recreatieparken) nog niet plaats gevonden. Vanaf 2007 bent u in overleg met de gemeente over de totstandkoming van een visie voor het Ermerstand. Mede naar aanleiding van diverse wijzigingen op de oorspronkelijke visie is dit proces nog steeds gaande. Wij zullen ons inzetten om, nadat wij de visie voor het Ermerstrand hebben vastgesteld, zo spoedig mogelijk maar wel met de uiterste zorgvuldigheid een ontwerp bestemmingsplan voor het Ermerstrand in procedure te brengen. Discrepantie De beleidsregels kampeermiddelen gemeente Coevorden zijn op 1 januari 2007 vervallen terwijl de WOR per 1 januari 2008 vervallen is. Derhalve was het laatste jaar dat de WOR nog in werking was, geen beleidsregel van toepassing die uitleg gaf aan de definitie kampeermiddel van de WOR. Dit betekent dat gedurende dat jaar (2007) teruggevallen moet worden op het striktere begrip kampeermiddel zoals weergegeven in het bestemmingsplan en in de WOR: Artikel 1 lid 1 sub c WOR verstond onder kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto of caravan dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, waarvoor ingevolge artikel 40 van de Woningwet een bouwvergunning vereist is; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel often dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf; Op 1 januari 2008 is de WOR vervallen en geldt het regime zoals dat in de last onder dwangsom voor het verwijderen van vijf chalets is weergegeven. Kavel 87 Veel van uw vragen gaan over kavel 87 van de heer Ensink. Op 28 december 2007 heeft u een verzoek om handhaving ten aanzien van deze kavel ingediend. Per brief van 4 januari 2008 hebben wij hierop geantwoord. In dat schrijven hebben wij meegedeeld dat de eigenaar van kavel 87 op het Ermerstrand met gebruikmaking van de uitleg van de toen geldende voorschriften twee chalets in aanbouw had en dat hij bij de aanvraag om plaatsing een verklaring heeft gevoegd van Noorbouw dat deze binnen 24 uur zijn af te breken. In het licht van bovenstaande twijfelen wij aan de correctheid van deze conclusie. Wij zijn dan ook voornemens om dit nader te onderzoeken en afhankelijk van het onderzoek hierop eventueel alsnog te handhaven. Eventuele handhavingsmiddelen zullen wij pas inzetten op het moment dat er een ontwerp bestemmingsplan voor het gehele terrein van het Ermerstrand ter inzage ligt. De reden hiervan is dat op het moment dat er een ontwerp bestemmingsplan ter inzage ligt wij kunnen beoordelen of er wellicht zicht is op legalisatie. Op dat moment zullen wij ook onderzoeken welke andere chalets op het Ermerstrand in strijd met artikel 40 Woningwet zijn gebouwd en niet gelegaliseerd zullen worden. Afhankelijk van het onderzoek zullen wij vervolgens ook hierop gaan handhaven. Wij hechten eraan op te merken dat mocht blijken dat er een fout is gemaakt met betrekking tot kavel 87 dit niet betekent dat een dergelijke fout herhaald kan worden en anderen daar aanspraak op kunnen maken. WOB verzoek Naar aanleiding van uw verzoek doen wij u hierbij nogmaals wellicht ten overvloede, de verklaring van Noorbouw (bijlage 3) toekomen.

3 Daarnaast heeft u verzocht om een brief van dhr. Ensink aan de gemeente gedateerd 26 juli 2006 waarin volgens u bezwaar wordt gemaakt tegen de wijziging van de contouren van de recreatiepias Ermerstrand en onze reactie hierop. Volgens artikel 3 van de Wet Openbaarheid bestuur kan een ieder een verzoek om informatie neergelegd in documenten over een bestuurlijke aangelegenheid richten tot een bestuursorgaan of een onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan werkzame instelling, dienst of bedrijf. De brieven waar u om vraagt betreffen geen bestuurlijke aangelegenheid maar een privaatrechtelijke aangelegenheid. Hierom verschaffen wij deze informatie niet. Planschade In uw schrijven vraagt u of u ook planschade kunt claimen op grond van de mailwisseling die u bijgevoegd heeft. Planschade kan slechts geclaimd worden op het moment dat door een "nieuwe" planologische maatregel de gebruiks- en bouwmogelijkheden van een onroerende zaak in negatieve zin worden beïnvloed. Ook planologische ontwikkelingen in de nabijheid van een onroerende zaak kunnen de waarde daarvan beïnvloeden. In artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) is geregeld voor welke planologische maatregelen dan een aanvraag om tegemoetkoming in planschade kan worden ingediend. De mailwisseling waarna u verwijst is niet aan te duiden als zo'n besluit. Hierom heeft het indienen van een verzoek om planschade geen zin. Wij vertrouwen erop dat u middels deze brief antwoord heeft gekregen op uw vragen. Wij zijn uiteraard bereid middels een gesprek u één en ander te verduidelijken. Deze briefis geen besluit in de zin van de Awb. Het is dan ook niet mogelijk om hiertegen bezwaar aan te tekenen. Vertrouwende u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Coevorden, namens dezen, E. Hagenauw, Manager afdeling Beheer & Realisatie.

4 /'<*' J ge.alsc-nie ' ;,- ^ HHHHHi //.-^7 -. \// 'fciü : '-j**-l.f 0 J' Beleidsregels kampeermiddelen gemeente Coevorden Aanleiding Bij besluit van 21 maart 2006 hebben burgemeester en wethouders een aantal beleidsuitgangspunten geformuleerd ten aanzien van kampeermiddelen. Deze beleidsuitgangspunten zijn uitgewerkt in deze beleidsregels. Het doel hiervan is enerzijds om meer duidelijkheid te scheppen voor de burgers en anderzijds om een betere handhavingstrategie te kunnen ontwikkelen. Bevoegdheid De bevoegdheid tot het formuleren van beleidsregels ontlenen burgemeester en wethouders aan de artikelen 1:3 en 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht. De bevoegdheid tot het opstellen van de bepalingen in deze "Beleidsregels bestaande kampeermiddelen Gemeente Coevorden" wordt verkregen vanuit de volgende wet- en regelgeving: Wet op de Openluchtrecreatie (WOR); Gemeentewet (artikel 125); Algemene wet bestuursrecht (Awb); de bestemmingsplannen van de gemeente Coevorden waarin een mogelijkheid wordt geboden tot het plaatsen van een kampeermiddel. 1. Definities a. Kampeermiddel: tent, tentwagen, kampeerauto of caravan dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde, waarvoor ingevolge artikel 40 van de Woningwet een bouwvergunning vereist is; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel often dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf. 2. Reikwijdte Deze beleidsregels hebben betrekking op: De gebieden in de gemeente Coevorden die op 21 maart 2006 op grond van de vigerende bestemmingsplannen zijn aangewezen als gronden waar kampeermiddelen mogen worden geplaatst. 3. Afmetingen a. Voor de gebieden, zoals omschreven in artikel 2, wordt een kampeermiddel met een oppervlakte van maximaal 70m 2 gerekend tot "kampeermiddel" zoals omschreven in artikel 1 lid 1 sub c van de WOR en in artikel 40 lid 2 van de Woningwet. b. Voor het bepalen van de oppervlakte van een kampeermiddel wordt de wijze van meten voor gebouwen, zoals die staat vermeld in het vigerende bestemmingsplan dat op het perceel waarop het betreffende kampeermiddel staat van toepassing is, van overeenkomstige toepassing verklaard voor kampeermiddelen in de zin van deze beleidsregels. 4. Handhaving a. Kampeermiddelen die groter zijn dan 70m 2 vallen niet binnen het begrip kampeermiddel in de zin van de WOR en zijn bouwvergunningplichtige bouwwerk in de zin van de Woningwet. b. Kampeermiddelen zoals bedoeld onder 4.a worden, met inachtneming van de datum waarop burgemeester en wethouders de beleidsuitgangspunten hebben vastgesteld (21 maart 2006),

5 teruggebracht naar een oppervlakte van maximaal 70m 2, zodat er weer sprake is van een kampeermiddel, c. Onverlet het voorgaande worden de bestemmingsplanvoorschriften die betrekking hebben op kampeermiddelen en onverkort gehandhaafd. Hieronder wordt in elk geval verstaan de onderlinge afstand tussen kampeermiddelen en de maximale oppervlakte van bijgebouwen bij een kampeermiddel. 5. Overgangsbepaling De datum van overgangsrecht wordt bepaald op 21 maart Inwerkingtreding en beleidsontwikkelingen - Deze beleidsregels treden met ingang van <dag van bekendmaking> in werking en werken terug tot 21 maart 2006 zijnde de datum waarop het college van burgemeester en wethouders heeft besloten en bekend gemaakt om regulerend op te treden ten aanzien van kampeermiddelen. - De beleidsregels gelden voor onbepaalde tijd doch uiterlijk tot de vaststelling van het thans in voorbereiding zijnde gemeentelijk kampeer- en/of recreatiebeleid.