Eindrapportage Intake Sggv casus Gewasbeschermingsmiddelen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Eindrapportage Intake Sggv casus Gewasbeschermingsmiddelen"

Transcriptie

1 Eindrapportage Intake Sggv casus Dit geanonimiseerde document is in licentie gegeven op basis van een Creative Commons Licentie.

2 Inhoudsopgave 1 Inleiding Aanleiding Intakeproces Scope van de casus Achtergrond Belang van de casus voor ketenpartijen, belangenbehartigers en toezichthouders Huidige situatie gewasbescherming Schakels zonder ketenoverzicht Informatiestromen Analyse van de informatiestromen in de GBM keten Beleefde knelpunten en wensen in de gewasbeschermingsmiddelen keten Draagvlak en focus: prioriteit voor drie knelpunten/wensen Voordelen voor alle partijen Juridische toetsing De casus Gewasbescherming Drie stappen GBM verbeteringen STAP 1 (GEEL): Ontsluiting basis informatie gewasbeschermingsmiddelen STAP2 (GROEN): Opzet digitalisering gebruik GBM keten en GBM Alert voor Akkerbouwers STAP 3 (PAARS): Digitalisering van de inzage van NVWA bij een groep telers en distributeurs Systematische inrichting van de keten Kritische succesfactoren:flexibiliteit van systemen en draagvlak bij akkerbouwers Uitvoering Casus Gewasbescherming Werking en doel Aanpak Roadmap en planning Organisatie casus Risicobeheersing Resultaten Sggv-casus Overdracht van de casus Initiële business case Voordelen Voordelen financieel gemaakt Lasten als gevolg van uitvoering van de Sggv casus Afweging van baten en lasten Bijdrage aan algehele reductie van de administratieve lasten

3 1 INLEIDING 1.1 Aanleiding Het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (hierna EL&I) wil de administratieve lasten voor ondernemers in de landbouwsector verminderen. Het programma Slim geregeld, goed verbonden (hierna Sggv) van EL&I, dat zich richt op snellere en goedkopere informatie-uitwisseling tussen overheid en bedrijfsleven, is hiertoe in 2009 gevraagd te onderzoeken of in de landbouwsector mogelijkheden bestaan voor potentiële casussen. De toen uitgevoerde inventarisatie heeft een vervolg gekregen in een verkenning naar de administratieve last in de akkerbouw sector (zie Verkenning casus, maart 2011). Deze verkenning geeft als conclusie dat voor het gebruik van de kosten voor het naleven van de wettelijke verplichtingen en de controle daarop kunnen worden verminderd met verregaande digitalisering en verbetering van de informatie-uitwisseling tussen de akkerbouwketen en de overheid. Dit in de vorm van eenzelfde informatielevering aan zowel certificerende instanties als toezichthoudende overheden. Deze ontdubbeling van informatie zorgt voor minder uren administratieve last bij akkerbouwers en vermindert tevens de bestuurlijke last door minder inspecties op het erf. Focus Uit de verkenning is verder naar voren gekomen dat de focus van de casus het beste kan liggen bij de akkerbouwers met aardappelen (met name voor de consumptie) in combinatie met granen en of suikerbieten. Deze teelten omvatten de meeste akkerbouwers. Naast deze drie teelten is de sierteelt (open teelt) een optie. De resultaten van een mogelijke casus gewasbeschermingsmiddelen kunnen ook kansrijk zijn voor andere sectoren (o.a. tuinbouw) en kunnen worden benut bij een gelijksoortige aanpak van het gebruik van kunstmatige mineralen (kunstmest). Initiatief voor de intake Initiatiefnemers uit de sector voor deze casus zijn de Zuidelijke Land en Tuinbouw Organisatie (ZLTO) en het Productschap Akkerbouw (PA). ZLTO heeft in een brief aan EL&I gevraagd aandacht te schenken aan de problematiek van gewasbescherming in de Akkerbouw. EL&I heeft aan Sggv gevraagd een intake uit te voeren voor deze casus. 1.2 Intakeproces Criteria De intake heeft tot doel de casus voor te bereiden zodat deze van start kan gaan. Dit omvat: borgen van het commitment van alle betrokkenen in het bedrijfsleven en alle betrokken overheden voor het uitvoeren van de casus; borgen dat de sector zich opstelt als initiatiefnemer voor de casus; opstellen van een schets voor de oplossingsrichting voor de casus; opstellen van de businesscase voor de casus; vaststellen dat de oplossingsrichting past binnen de wettelijke kaders; vaststellen dat de problematiek in de casus een ketenvraagstuk is, waar de aanpak van Sggv toepasbaar en van waarde is, en; 3

4 besluitvorming door ketenpartners en EL&I (als opdrachtgever van Sggv) tot start van de casus. De criteria voor het starten van de casus zijn: aangetoonde vermindering van de administratieve last bij betrokken ketenpartijen; zichtbare vermindering van de bestuurlijke last bij betrokken overheden; een positieve business case. Aanpak De afgelopen maanden zijn gesprekken gevoerd met partijen uit de akkerbouwsector en toezichthouders bij de overheid, betrokken bij gewasbescherming. Dit om de bereidheid te toetsen om stappen te zetten die leiden tot een vermindering van de administratieve lasten voor de sector vanwege wettelijke verplichtingen bij gewasbescherming en beperking van de bestuurlijke last bij de overheid. De betrokken partijen hebben via workshops, expertgroepen en feedback op conceptversies van de eindrapportage bijgedragen aan het voorliggende intakevoorstel en initiële businesscase. Voor dit intakevoorstel en deze initiële businesscase wordt in november 2011 commitment gevraagd aan de bestuurders van de betrokken partijen. Na goedkeuring door EL&I kan de casus aansluitend van start gaan. Eindrapportage De voorliggende eindrapportage geeft een beeld van de achtergrond, beleefde knelpunten, wensen en mogelijke oplossingsrichting voor de gewasbescherming. Via afstemming met de betrokken partijen is een uitwerking van de Sggv-casus en de opzet van de uitvoering toegevoegd. Dit geheel beschreven en onderbouwd met een initiële businesscase. Het laatste hebben de betrokken partijen van een kwantitatieve onderbouwing voorzien. Met de voltooiing van de intakefase ligt er met dit rapport een voldragen voorstel voor een Sggv casus GBM dat beschikt over het benodigde draagvlak bij de betrokken partijen. 1.3 Scope van de casus De scope van de intake omvat de gewasbeschermingsmiddelenketen. Deze start bij de toelating van middelen op de Nederlandse markt. Toegelaten middelen gaan na productie en invoer via distributie en toelevering naar de akkerbouwer. De akkerbouwer maakt gebruik van de middelen voorafgaande aan de teelt, tijdens zaaien en planten (al dan niet d.m.v. zaadcoating), tijdens de teelt van de gewassen en eventueel bij na-oogst behandelingen. Na de oogst van de gewassen en voor toelevering aan de groothandel in land- en tuinbouw producten of de verwerker is er doorgaans controle op residu (rest middel). De gewasbeschermingsmiddelenketen bestaat daarmee uit een aantal schakels rond het middel en een aantal rond het gewas waarop het middel is toegepast. 4

5 Figuur 1. Scope van de casus gewasbeschermingsmiddelen De scope van de intake richt zich in de bedrijfsketen GBM voornamelijk op distributie, toelevering en gebruik. Bij de toezichthouders zijn vooral NVWA, HPA en NAK Agro partij. De opzet van de casus is om eerst de GBM keten tot het landelijke toezicht te beperken. Dit vanwege de veelheid van betrokken partijen, maar ook omdat bij gemeenten en waterschappen de aanpak van GBM per regio verschilt. In dit stadium zijn daarom de toezichthouders gemeenten en waterschappen buiten de casus gehouden. Na afronding van de Sggv casus GBM kunnen waterschappen en gemeenten op eigen initiatief aanhaken. 1.4 Achtergrond Handhaving Gewasbescherming en Certificering in de Akkerbouw Voor de akkerbouwsector is gewasbescherming een noodzaak. Zonder gewasbescherming geen rendement en geen betrouwbare kwaliteit van de teelt. Daarnaast zorgt het wettelijk kader en het bijgehorende toezicht ervoor dat de toelating en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen binnen de voor mens, natuur en milieu veilige grenzen blijft. Wet en regelgeving gewasbeschermingsmiddelen De toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden, alsmede het zorgvuldig gebruik van de middelen is geregeld in de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Deze wet is recent aangepast als gevolg van de inwerkingtreding van de EU Verordening (1107/2009) betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen. Het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen is gebonden aan de Europese richtlijn (2009/128/EG). Deze richtlijn stelt een kader vast voor de totstandbrenging van een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen door vermindering van de risico s en de effecten van het middelengebruik op de menselijke gezondheid en het milieu en door bevordering van het gebruik van geïntegreerde plaagbestrijding en alternatieve benaderingswijzen of technieken, zoals nietchemische alternatieven voor pesticiden. Diverse onderdelen van deze richtlijn zijn overigens al tien-twintig jaar geleden in Nederland (geheel of gedeeltelijk) geïmplementeerd. Één van de 5

6 verplichtingen uit de richtlijn betreft het opstellen van een Nationaal Actie Plan. Dit wordt momenteel via diverse werkgroepen vormgegeven. Sinds 1998 kent Nederland ook een Lozingenbesluit voor de open teelten en veehouderij, waarin onder andere teeltvrije zones en het gebruik van driftreducerende doppen zijn voorgeschreven. Naast de nvwa zijn ook de waterschappen belast met de controle en handhaving hiervan. De toelatingshouder (producent) mag alleen door het College voor de Toelating van en Biociden (CTGB) goedgekeurde middelen in Nederland op de markt brengen. Distributeurs van middelen worden gecontroleerd op volledige en juiste administratie en levering van legale middelen aan spuitlicentie houdende akkerbouwers. Na toelevering dient de akkerbouwer over een sluitende boekhouding te beschikken van gebruikte gewasbeschermingsmiddelen per geteeld gewas (bijv. aardappelen). Hieronder zijn de wettelijke verordeningen, controlerende instanties en bijgehorende controles voor de toelating en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in Nederland in een overzicht geplaatst. In de tabel zijn tevens de controles opgenomen in het kader van de certificering van de akkerbouwers voor het mogen telen van akkerbouw gewassen. In de volgende paragraaf worden de controles toegelicht. Controlerende instantie (aandachtspunt) Wet Controles CTGB Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden Verordening (EG) 1107/2009 Toelating middelen door Ctgb nvwa Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden Hygiëne-verordeningen bewijs van vakbekwaamheid of spuitlicenties Lozingenbesluit Activiteitenbesluit Waterschappen Kaderrichtlijn Water Lozingenbesluit Activiteitenbesluit Bedrijfscontrole 1x 5 jaar Toepassingcontroles 1 x 5 jaar Residu-controles (steekproef consumptieproducten) Steekproef spuitlicentie Jaarlijkse steekproef Jaarlijkse steekproef Gemeenten Milieuwetgeving Bij vergunning Steekproef Arbeidsinspectie 1. Arbowet (hier niet behandeld) Steekproef Productschap Akkerbouw 2. Spuitregeling 1x 5 jaar CI s (o.a. NAK AGRO) 3. Certificaat VVAK 43% per jaar CI s (o.a. NAK AGRO) 4. Certificaat GlobalGap jaarlijks Tabel 1. Toezichthoudende organisaties, verordeningen, controles gewasbescherming en certificering. 6

7 Toezicht en certificering in de GBM keten Op de teelt van gewassen en in het bijzonder het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zijn twee soorten toetsingsprocessen van toepassing: toezicht door nvwa, gemeenten en waterschappen. certificering door Productschap Akkerbouw, NAK Agro en Bureau Erkenningen. Toezicht De toezichthouder nvwa controleert de wettelijke verplichting op het op voorraad hebben en toepassen van legale middelen en of de middelen overeenkomstig de voorschriften zijn of worden gebruikt. Ook de omstandigheden van spuiten zijn aan regels gebonden. De nvwa voert veldcontroles uit op het overwaaien (drift) van spuitmiddel naar slootkanten en belendende percelen. Bij overtreding volgt een sanctie in de vorm van een boete. De gemeente controleert bij de milieuverordening op de geschiktheid van de middelenopslag en de wasplaats van de spuitmachines (indien aanwezig). Productschap Akkerbouw (PA) beheert de verplichting om de spuitinstallatie periodiek te keuren (APK) en om de verpakkingen te reinigen. Na de oogst voert nvwa steekproefsgewijs controles uit op residuen op het gewas in het kader van voedselveiligheid. Certificering Een akkerbouwer kan zijn akkerbouwproduct alleen afzetten als hij beschikt over een certificaat. De certificering van de akkerbouw is divers. Er zijn bedrijfs- en gewascertificaten i.v.m. voedselveiligheid van de bedrijfstak zelf ( VVAK) en gewascertificaten en het bedrijfsschema van de detailhandel (GlobalGAP), maar ook i.v.m. de productiewijze (EKO en Milieukeur). Vanaf 2006 zijn akkerbouwbedrijven gehouden aan Brusselse hygiënevoorschriften (EUverordening (nr. 852/2004)). Voor de borging van voedsel- en voederveiligheid voorschriften heeft Productschap Akkerbouw één certificaat voor de akkerbouw geïntroduceerd. Dit certificaat, het Voedsel- en Voederveiligheid Akkerbouw (VVAK) betekent wel een aanzienlijk vereenvoudiging ten opzichte van de afzonderlijke teelt certificaten, omdat alle eisen voor alle gewassen opgenomen zijn in één certificatieschema. Het VVAK-schema is goedgekeurd als hygiënecode voor akkerbouwmatige teelten voor afzet richting food en feed. Bedrijven met het VVAK-certificaat voldoen hierdoor aantoonbaar aan de Europese hygiëne-eisen voor voedsel en voeder. De certificering van de akkerbouwbedrijven wordt door onafhankelijke certificeringsinstellingen (w.o. NAK AGRO) uitgevoerd. De nvwa controleert op de naleving van de hygiënevoorschriften. Bij certificering voor het mogen telen van gewassen (VVAK) door NAK Agro wordt een marge tot 10 % overschrijding op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen wel opgemerkt maar leidt niet tot afkeuring van de teeltgewassen. Bureau Erkenningen verstrekt spuitlicenties (na opleiding en examen) aan de akkerbouwers. Een groep grote Europese supermarktketens, samenwerkend in EUREP (Euro Retailer Produce), heeft in 1999 voorschriften opgesteld waaraan telers zich moeten houden. De voorschriften staan tegenwoordig bekend als de GlobalGAP. GAP staat voor Good Agricultural Practice. Naast voedselveiligheid besteedt GlobalGAP ook aandacht aan milieu, natuur en arbo-omstandigheden. Akkerbouwers die consumptie-aardappelen en uien aan de detailhandel leveren moeten voldoen aan de GlobalGAP voorschriften. Administratieve last akkerbouwer Vanwege het wettelijk toezicht en de VVAK certificering wordt de akkerbouwer door meerdere instanties gecontroleerd. Al met al zijn er zeven instanties betrokken bij de naleving van de regels voor gewasbescherming (GBM). Dit tot ergernis van de akkerbouwers. Zij moeten veelal dezelfde 7

8 GBM gegevens aan verschillende certificerende- en overheidsinstanties aanleveren. Daarnaast vormt de aanlevering van dezelfde GBM gegevens door akkerbouwers met GlobalGap-norm een extra last. Voor de bij deze casus betrokken instanties is de veroorzaakte administratieve last in frequentie en of aantallen genoemd in paragraaf 2.3. Economisch belang van de akkerbouwsector De akkerbouwsector is van groot belang voor de Nederlandse economie. Zij draagt op drie verschillende manieren bij aan de economie van Nederland: 1. Directe export van akkerbouwgewassen 2. Via toelevering van gewassen aan de verwerkende industrie 3. Ontvangst Europese landbouwsubsidies 4. Directe export van akkerbouwgewassen De akkerbouwbedrijven in Nederland zijn ingedeeld naar het aantal hectares van het belangrijkste gewas dat wordt geteeld. Hieronder een overzicht van Akkerbouwbedrijven en akkerbouw gewassen 2009 Aantal of hectare x Aantal bedrijven met akkerbouw Aantal akkerbouwbedrijven Areaal akkerbouw gewassen (excl. Voedergewassen) 555 wintertarwe 129 zomergerst 40 pootaardappelen 38 consumptieaardappelen 71 zetmeelaardappelen 47 suikerbieten 73 zaaiuien 20 andere groenten 32 graszaad 15 Tabel 2. Aantal hectare Akkerbouwbedrijven en Bedrijven met Akkerbouwgewassen. Bron: CBS Het telen van graan is in omvang het grootst en wordt m.n. toegepast om de bodem in conditie te houden. De aardappelteelt, gevolgd door suikerbieten, is het belangrijkst voor de akkerbouw. Een veel voorkomende combinatie in het bouwplan is die van aardappelen, suikerbieten en granen, eventueel nog aangevuld met graszaad, zaaiuien en/of groenten. 8

9 Ongeveer 70% van de akkerbouwbedrijven is klein te noemen en zijn gemiddeld 15 tot 20 hectare groot. Deze bedrijven telen het meest graan. Twintig procent valt in de categorie middelgroot tot 100 ha groot. De grote bedrijven, ongeveer 10% zijn gemiddeld 140 ha groot. De grote bedrijven hebben gemiddeld een intensiever bouwplan met meer aardappelen en minder granen dan de kleine bedrijven. Directe export kent de akkerbouw in de vorm van (poot)aardappelen, uien en graszaad. In 2009 bedroeg de export van pootaardappelen in totaal ton. Daarvan ging ton naar EUlanden, met Duitsland als grootste afnemer ( ton). Ook uien en graszaad worden over de hele wereld afgezet. Toelevering van gewassen aan de verwerkende industrie Kenmerkend voor de Nederlandse akkerbouwkolom is de sterke positie van de handel en de verwerkende industrie. Het bedrijfsleven is sterk internationaal georiënteerd. Dat betreft zowel de grondstoffenvoorziening als de afzet van eindproducten. Akkerbouwbedrijven zijn belangrijk voor de verwerkende industrie. Door het gunstige klimaat voor bijvoorbeeld de teelt van aardappelen en suikerbieten zijn in Nederland kwalitatief goede grondstoffen beschikbaar. Maar ook de aanwezigheid van grote zeehavens in Rotterdam en Amsterdam vergemakkelijkt de aan- en afvoer van de akkerbouwgrondstoffen en eindproducten. Bovendien is voor akkerbouwers de thuismarkt groot door de aanwezigheid van grote voedingsmiddelenindustrieën (bijv. Unilever, Aviko, Farm Frites, HAK, etc). Mede dankzij de aanwezigheid van deze ondernemingen telt Nederland relatief veel en omvangrijke suiker-, zetmeel- en meelproducenten. De akkerbouwbedrijven staan economisch gezien aan het begin van een fijnmazig netwerk van gewasverwerkende industrie en de grote voedingsmiddelenindustrie, die voor de export produceren. Daarmee levert de akkerbouw een belangrijke bijdrage aan de voedingsindustrie in Nederland en draagt indirect bij aan de export van voedingsmiddelen. Ontvangst Europese landbouwsubsidies De akkerbouwer is voor een derde deel van het inkomen afhankelijk van Europese subsidie. In 2009 is ,- aan marktmaatregelen en inkomenssteun verstrekt aan landbouwbedrijven met akkerbouw. Dit laatste gegeven toont het verband aan tussen de economische relevantie van de akkerbouwkolom in Nederland en de beschikbaarheid van Europese subsidie. Wanneer akkerbouwbedrijven de Europese subsidie mislopen door overtreding van wet- en regelgeving, heeft dat direct consequenties voor de productie in de verwerkende en voedingsindustrie, met direct voelbare negatieve gevolgen voor de Nederlandse export van voedingsmiddelen. De Europese subsidie werd vroeger verstrekt ter stimulering van de productie, maar later als gedeeltelijk compensatie van prijsdalingen. De graanprijs ligt tegenwoordig op een prijsniveau van vóór de Tweede Wereldoorlog (met inflatiecorrectie dus veel lager). De teler streeft derhalve naar productiviteitsverhoging om voldoende inkomen te verwerven. zijn belangrijk in het streven naar verhoging van de opbrengst en dragen daarmee bij aan de verbetering van de productiviteit van de Nederlandse akkerbouwsector. 9

10 1.5 Belang van de casus voor ketenpartijen, belangenbehartigers en toezichthouders De brief van ZLTO aan Sggv heeft de intake casus gewasbeschermingsmiddelen geïnitieerd. De brief beschrijft de wens om de administratieve last rond gewasbeschermingsmiddelen te verminderen. In gesprekken met betrokken ketenpartijen komt prominent naar voren dat er de afgelopen jaren vanuit de akkerbouwsector en LTO-organisaties, maar ook vanuit EL&I verschillende pogingen zijn gedaan om de problematiek rond gewasbeschermingsmiddelen te doorbreken. Om verschillende redenen zijn deze pogingen gestrand. Mogelijk doordat de sector niet als geheel het initiatief nam, de ICT techniek niet toereikend was, de toezichthouders geen belang zagen en Ctgb niet de wettelijke taak heeft om de akkerbouwsector van toegankelijke informatie te voorzien. Met de insteek van een Sggv casus vanuit het perspectief van het bedrijfsleven gericht op terugdringing van bestuurlijke en administratieve last en bevordering van keteninformatisering, is het met sectorpartijen aan het stuur nu mogelijk om deze impasse te doorbreken. Met deze intake wordt de haalbaarheid en het effect van een dergelijke casus in kaart gebracht. 10

11 2 HUIDIGE SITUATIE GEWASBESCHERMING 2.1 Schakels zonder ketenoverzicht De keten voor de gewasbeschermingsmiddelen (GBM) is onderdeel van de akkerbouwketen. De akkerbouwketen begint met het produceren en toeleveren van zaai en pootgoed, kunstmest en gewasbeschermingsmiddelen aan de akkerbouwer. Deze teelt het gewas, gebruikt middel en levert na de oogst de opbrengst aan de handelaar of verwerker. Deze verwerkt en verpakt het product voor de detailhandel of levert aan de voedingsindustrie. Figuur 2. De gewasbeschermingsmiddelen keten Toelating Specifiek voor de gewasbescherming geldt, dat voor gebruik van gewasbeschermingsmiddelen er een wettelijke toelating aanwezig moet zijn. Deze wordt verleend door het Ctgb. De producenten worden ook wel toelatingshouders genoemd omdat zij de toelating hebben aangevraagd. Op dit moment is het zo dat elk toegelaten middel een specifieke toepassing (gewas en ziekte) kent op basis van de werkzame stof. Op dit moment zijn er zo n 700 middelen toegelaten op de Nederlandse markt. NEFYTO is de brancheorganisatie van de producenten/toelatinghouders, waaronder Bayer, BASF en Syngenta. Distributie en toelevering Voor de distributie van de middelen zijn er verschillende partijen actief. Naast de grote coöperatie Agrifirm zijn er meerdere kleinere leveranciers en worden middelen ook door loonwerkers aan akkerbouwers geleverd. De meeste distributeurs zijn lid van de brancheorganisatie Agrodis en alle distributeurs in professionele GBM zijn wettelijk verplicht om te beschikken over een geldig CDG certificaat en te zijn opgenomen in een openbaar Register ( De Stichting CDG is de uitvoerende instantie in deze. De branche heeft een certificaat opgesteld waaraan de deelnemers zich bindend moeten houden. Samen met de NVWA wordt bekeken of op basis van dit CDG certificaat horizontaal toezicht kan worden toegepast. De distributeurs zijn naast leverancier vaak ook adviseur van de akkerbouwer. De laatste heeft onvoldoende inzicht in het actuele en juiste gebruik van het voorgeschreven middel voor zijn gewas. Dit verandert ook regelmatig. 11

12 Gebruik De akkerbouwer maakt elk jaar een bouwplan, waarin hij de gewassen voor komend jaar aangeeft. Daarnaast is hij wettelijk verplicht om een gewasbeschermingplan te maken. Het specificeren van welke chemische middelen gebruikt gaan worden is echter niet wettelijk verplicht. Dat de meeste akkerbouwers dit plan niet zien als een goede mogelijkheid om vooraf na te denken over gewasbescherming maar als een verplicht nummer en nutteloze administratieve last komt onder andere door gebrekkige communicatie bij introductie. Op basis van zijn teeltplan en de weersomstandigheden spuit hij meerdere keren per jaar het middel dat hoort bij het gewas en de plaag/ziekte. De middelen staan op voorraad in een apart beveiligde kast/opslag. De akkerbouwer is zelf verantwoordelijk wanneer de toelating verloopt en/of het gebruiksvoorschrift is gewijzigd. Hij mag geen illegale middelen op voorraad hebben of gebruiken. De akkerbouwer moet een spuitlicentie hebben om middelen te mogen kopen, in bezit te hebben en toe te passen. De doppen op de spuitmachines dienen zo afgesteld te zijn dat bij het spuiten het middel niet in de sloot of het talud terecht komt. Deze driftreducerende maatregelen bij de toepassing gelden op de 14 m van het perceel grenzend aan een watervoerende sloot. In de praktijk kan het gebeuren dat door verkeerd doppengebruik of verwaaien middel in de sloot of in een enkel geval op het perceel van de buurman komt. De akkerbouwer is wettelijk verplicht het gebruik van middelen te registreren. Voor een sluitende boekhouding gebruikt hij een spuitlogboek in combinatie met de leverbonnen van de distributeur. Residucontrole en groothandel Na de oogst wordt het gewas geleverd aan de coöperatie. Voor aardappelen is dat NEDATO e.a., voor granen Agrifirm en CZAV e.a., suikerbieten COSUN. Deze afnemers krijgen een telercertificaat voor de kwaliteit. Daaronder valt ook de juiste vermelding van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Meestal staat de telerinformatie op de leveringsbon. Deze informatie is nodig bij residucontrole, levering aan consumenten en export naar het buitenland. 2.2 Informatiestromen Figuur 3. Informatiestromen in de gewasbeschermingsmiddelenketen(huidige situatie). 12

13 In de huidige situatie in de Akkerbouwketen en daarmee ook en vooral in de keten voor gewasbescherming valt op dat de schakels zelf over registraties van de eigen transacties beschikken, maar dat er nauwelijks tot geen informatie door de gehele keten stroomt. De keten voor gewasbescherming kent vijf grote gegevensverzamelingen: 1. De basis voor de middeleninformatie in de keten is aanwezig bij het Ctgb. Deze instantie publiceert het wettelijk gebruiksvoorschrift (wg) en het gebruiksadvies (ga) op papier en als format vrije platte tekst op de website. Daarnaast wordt allerlei gestructureerde informatie over toegelaten middelen ontsloten via een zoekinterface. Verder staat er een Excel met gestructureerde informatie op Ctgb site die dagelijks ververst wordt. De WGGA informatie wordt door de adviesdienst PD (onderdeel nvwa) verrijkt met toepassingsinformatie voor ziekten en plagen. De PD stelt op haar website deze informatie beschikbaar via platte tekst met een bevraging- en zoekmechanisme. 2. De eerste ketenregistratie is die van de toelatingshouders. Zij beschikken over afzetgegevens van toegelaten middelen in Nederland. Toelatingshouders beschikken over een eigen bureau FYTOSTAT dat afzetgegevens verzamelt en een database beheert met etiketten en veiligheidsbladen. Op basis van FYTOSTAT-afzetgegevens levert Nefyto jaarlijks de afzetgegevens van de bij Nefyto-aangesloten bedrijven aan de overheid. 3. De distributeurs hebben een eigen systeem voor in en verkoop van middelen. Daar voegen zij aan toe de adviezen voor gebruik. De middeleninformatie wordt deels via papieren bonnen en deels digitaal aan de akkerbouwer met het middel geleverd. 4. De akkerbouwer beschikt veelal over een eigen BMS (Bedrijf Management Systeem) waarin hij de teeltregistratie bij houdt. Momenteel zijn er enkele leveranciers (Agrovision, Dacom, Ordina en isagri) die zowel het BMS leveren als ook een centraal punt beschikbaar hebben voor gegevensuitwisseling met de coöperatie. De systemen zijn nu niet inter-operabel. Edi Circle verzorgt met name de informatiestroom van digitale facturen en leveringsbonnen. 5. De laatste voor GBM relevante informatievragers en verstrekkers zijn de vier coöperaties. Bijzonder zijn Agrifirm en CZAV die zowel optreden als distributeur als afnemer. Als distributeur en adviseur willen de coöperaties kunnen beschikken over actuele informatie rond toegelaten middelen. Als afnemer van gewassen is informatie over het gebruik van middel belangrijk bij levering aan de retail. De gegevensverzamelingen vertonen dubbele opslag van dezelfde informatie, bijvoorbeeld het merende malen voorkomen van informatie over toegelaten middelen. Alle ketenpartijen verstrekken gevraagde gegevens op papier of mondeling aan de inspecterende instanties. Daarbij is sprake van een gebrekkige informatie uitwisseling tussen de bedrijfsketen en de toezichtketen. 2.3 Analyse van de informatiestromen in de GBM keten In de voorgaande paragraaf zijn de informatiestromen bekeken vanuit de afzonderlijke gegevensverzamelingen. Voor een analyse van de GBM informatie in de GBM keten is het ook van belang om naar het proces in de GBM keten te kijken. Voor de procesbeschrijving wordt uitgegaan van de teelt van consumptieaardappelen, omdat dit gewas aan de retail wordt geleverd. De GBM keten kent de volgende informatiestromen: 1. worden in Nederland door de producenten/ toelatingshouders op de markt gebracht. Hier gaat een lange periode vooraf van ontwikkeling en testen en mondt uiteindelijk uit in een aanvraag voor toelating op de Nederlandse markt door Ctgb. 13

14 De toelatinghouder vult op papier een uitgebreid aanvraagformulier in. Deze informatie gaat via de post naar Ctgb. Daar wordt de aanvraag digitaal verwerkt in ABS een geïntegreerd proces- en transactiesysteem voor verwerking van de aanvragen. Een voorbeeld van een aanvraag is de toelating van een middel dat de consumptieaardappel beschermt tegen fytoftora (aardappelziekte). 2. Nadat de commissie na toetsing en besluitvorming het middel toelaat, verschijnt informatie hierover in het BTB persbericht (BeschermingsmiddelenToelatingsBulletin). Dit bulletin wordt ook gepubliceerd op het web in de vorm van een te downloaden Excel sheet. Ctgb levert gegevens over de toegelaten middelen, uitbreidingen of stopzettingen aan de PD. Deze informatie wordt in de GBK (gewasbeschermingsmiddel kennisbank) van de PD voorzien van extra toegevoegde informatie over plagen/ziekten en toepassing bij bepaalde gewassen. De GBK is via het web toegankelijk voor raadpleging. De distributeurs en akkerbouwers moeten bijvoorbeeld actief zoeken naar het middel dat voor teelt van consumptie aardappelen is toegestaan. In de GBK van de PD kan gezocht worden op fytoftora, dan vindt de akkerbouwer de toegestane middelen. 3. De distributeur ontvangt van de producent het middel met het juiste etiket en gebruiksinformatie. Deze toeleverancier voegt zelf adviesgegevens toe afkomstig van het Ctgb persbericht en verwerkt deze gegevens in de eigen database. (1) 4. De distributeur is verplicht de voorraad sluitend te administreren en bij levering aan een akkerbouwer te checken of deze beschikt over een geldige spuitlicentie. Deze informatie wordt verstrekt door Bureau Erkenningen, namens HPA. 5. De nvwa doet administratieve steekproef controles bij distributeurs. Zij moeten desgevraagd informatie over voorraad en toelevering van middel voor bv fytoftora aan gevalideerde akkerbouwers aanleveren. Deze informatie loopt via de branche organisatie CDG naar nvwa. (2) (3) 6. Het is de akkerbouwer die in zijn bouwplan de teelt van consumptie aardappelen voor het volgende seizoen plant. De akkerbouwer beschikt over een certificaat voor het mogen produceren van aardappelen (VVAK). Deze wordt verstrekt door de certificeerder (NAK- Agro). Voor de teelt betrekt hij pootgoed, eventueel kunstmest en gewasbeschermingsmiddel bij de distributeur. De distributeur neemt samen met de akkerbouwer het bouwplan aan de keukentafel door en adviseert de teler bij de aankoop van de soort en hoeveelheden gewasbeschermingsmiddel. Bij levering van de middelen verstrekt de distributeur op de leveringsbon informatie over het soort middel en de hoeveelheid. Op de spuitverpakking staat het gebruiksvoorschrift bij toepassing voor consumptie aardappelen. (4) 7. Na het spuiten vermeldt de akkerbouwer het gebruik van het spuitmiddel in het spuitboekje (papier). Een akkerbouwer met een BMS typt het spuitboekje over in zijn bedrijfssysteem. 8. De nvwa doet zowel administratieve controle als bedrijfscontroles. Deze zijn gebaseerd op risicogroepen en steekproeven. De akkerbouwer verstrekt informatie over gebruik en voorraad. Bij een bedrijfsbezoek check de nvwa de informatie over voorraad en gebruik.(7) (10) 9. NAK Agro controleert namens de retail branche aan de hand van de Global GAP standaard of de akkerbouwer consumptieaardappelen/pootgoed mag leveren. Daartoe wordt jaarlijks een dik boekwerk door de akkerbouwer samengesteld. Alle informatie over gewasbescherming moet aan de controleur van NAK Agro worden overhandigd. Deze laatste typt ter plekke bij de boer de informatie over in het eigen digitale certificeringsprogramma. (5) (8) (9) 14

15 10. De groothandel in consumptieaardappelen ontvangt bij de toelevering van consumptie aardappelen informatie over de gebruikte hoeveelheid beschermingsmiddel. Deze coöperatie verzamelt de informatie voor tracking en tracing doeleinden en is in staat benchmarking te doen onder zijn toeleverende akkerbouwers. Voor de gewassen die direct worden geëxporteerd is een certificaat nodig. (6) 11. Jaarlijks levert de branche organisatie van de toelatingshouders (NEFYTO) informatie over afzetgegevens aan de overheid (EL&I). Voor de GBM ketenpartijen in de akkerbouwketen leveren de bestaande informatiestromen de volgende administratieve en bestuurlijke lasten op. De genummerde lasten komen overeen met de nummers die hierboven bij de informatiestromen achteraan tussen haken staan vermeld: Informatiestromen en administratieve/bestuurlijke lasten activitei t bl z ure n bedrijve n Distributeurs GBM 1) registratie GBM wijzigingen Ctgb 2) Ontvangst controleurs nvwa 0 5 nvw A 3) controles bij distributeurs Akkerbouwer GBM administratie 4) VVAk certificering 5) GlobalGAP Teler s certificering 6) Gewascertificaten export Controle 0 0 s 7) bezoeken NVWA 8) NAK controle 0, GlobalGAP 9) NAK-pootgoed controle 0 nvw A 10) controles akkerbouw Tabel 3. Lasten vanwege bestaande informatiestromen in de GBM keten Voor de verschillende controles en certificeringen zijn in tabel 3 de administratieve lasten aangegeven naar de omvang van de formulieren in bladzijden en de belasting in uren. Daarnaast is vermeld hoeveel distributeurs en/of telers deze last ervaren. Tenslotte is onder het kopje NVWA het aantal uren toezicht bij distributeurs en akkerbouwers als indicatie van de bestuurlijke last vermeld. 2.4 Beleefde knelpunten en wensen in de gewasbeschermingsmiddelen keten Uit de gesprekken met de ketenpartijen en de NVWA zijn een aantal knelpunten en gerelateerde wensen naar voren gekomen. In onderstaand schema zijn er 8 knelpunten/wensen weergegeven. 15

16 Figuur 4. Knelpunten en wensen van de sector in de GBM keten. Het gaat om de volgende knelpunten/wensen: 1. Geen digitale toegang tot en ontsluiting van de (basis) registratie van toegelaten middelen Dit knelpunt staat met stip boven aan. Het zorgt ervoor dat 20 fte op verschillen de plaatsen in de gewasbeschermingsmiddelenketen een eigen database met middelen informatie bijhouden. Tevens belemmert het de verdere ketenintegratie en innovatie op het terrein van gewasbeschermingsmiddelen. De akkerbouwsector zegt al jaren te wachten op oplossing van dit knelpunt en heeft als vurige wens dat dit spoedig zal gebeuren. De PD heeft een nieuwe versie van hun middelendatabase GBK beschikbaar en zal deze voor het publiek opengestellen. Een bezwaar is verder dat zowel Ctgb als de PD de middeleninformatie als platte tekst publiceren (o.a. in een Excel bestand) en deze niet aansluit op de zoekvragen en informatiebehoefte van de GBM ketenpartijen. De meeste partijen wensen een digitaal toegankelijke middelen database, zodat de markt aan de hand daarvan eigen ICT toepassingen per schakel en ketenbreed kunnen (laten) maken. Een randvoorwaarde is een afspraak of voorschrift over het format van de middeleninformatie. 2. Geen inzage in het middelengebruik per gewas per perceel Door de versnippering van informatie over de keten is er geen overzicht en inzicht in de keten over de levering en gebruik van GBM. De informatie in het BMS van de akkerbouwer of slechter in de schoenendoos, is lastig te ontsluiten voor toelevering aan de coöperaties of voor controles van de NVWA. Vooral de NVWA wil graag digitale inzage in het gebruik van middelen en het voorafgaande spuitadvies. Dit maakt toezicht op controle mogelijk en maakt de weg vrij voor vermindering van de inspectie-inzet. Ook voor de akkerbouwer levert digitale inzage in gebruik per gewas per perceel voordeel op voor zijn bedrijfsvoering. Gekoppeld aan precisielandbouw toepassingen is hij in staat de kwaliteit en duurzaamheid van zijn bedrijf te vergroten, door met minder middel betere gewassen te telen. 16

17 3. Uniforme informatie uitwisseling in de keten Het ontbreken van een basis middelen database die digitaal toegankelijk is, heeft er toe geleid dat er in meerdere systemen verschillende formats zijn gebruikt voor gegevensopslag en uitwisseling. Dit wordt versterkt door het ontbreken van een standaard voor teeltinformatie en berichtenuitwisseling. De wens is te komen tot een teelt standaard voor gegevensuitwisseling in de akkerbouwketen. De GBM middelen informatie kan daarvoor als eerste in een pilot worden toegepast. 4. Digitaal dichten van de gewasbeschermingsmiddelenketen Er stroomt nu nog geen informatie digitaal door de GBM keten. Het is een wens van de vier coöperaties om de teeltinformatie en als onderdeel daarvan het gewasbeschermingsmiddelengebruik tot 90% digitaal te ontvangen bij toelevering van de gewassen. Nu is dat ten hoogste 50 %. Een voorwaarde voor digitale GBM informatie is de digitale beschikbaarheid van de basisinformatie GBM van Ctgb, aangevuld met de toepassingsinformatie bij plagen van de PD (NVWA). Daarnaast de digitale aanlevering van middeleninformatie bij de afzet en toelevering van GBM. Een stap verder is het aanleveren van een digitaal etiket bij het middel door de toelatingshouder. LTO wens dit graag op termijn. Ook de akkerbouwer vaart er wel bij: de meeste GBM informatie krijgt hij digitaal en hoeft dus zelf minder te registreren. 5. Alert Voor de akkerbouwer is het lastig om altijd te voldoen aan de eis dat hij geen middelen op voorraad heeft die niet of niet meer zijn toegelaten. In de praktijk is de akkerbouwer regelmatig onbewust in overtreding, omdat hij niet op de hoogte is van de laatste Ctgb/PDinformatie. Een GBM Alert zou de akkerbouwer kunnen helpen binnen de wettelijke aflever- en opgebruiktermijnen zijn voorraad aan te passen aan de actuele toelatingen. 6. Hergebruik van eenmaal geregistreerde GBM gegevens voor meerdere partijen Een aantal akkerbouwers die volgens Global Gap werken vinden het lastig dat zij naast gegevens aanlevering voor het VVAK certificaat ook dezelfde GBMinformatie moeten aanleveren (papier) aan de certificerende instanties voor Global Gap, de nvwa, het Waterschap en de gemeente. Eenmalige registratie en daarbij het recht tot inzage autoriseren voor verschillende inspecterende en certificerende partijen biedt uitkomst. 7. Ontbreken beleidsinformatie over gebruik van middelen per gewas en per perceel Op dit moment beschikt EL&I voor haar beleidsvoorbereiding alleen over de aggregeerde afzet gegevens van NEFYTO, aangevuld met de afzetgegevens van de overige toelatinghouders, alsmede de CBS-cijfers en het LEI-boekhoudnet. EL&I zou graag willen beschikken over geaggregeerde gebruiksgegevens van gewasbeschermingsmiddelen. Deze informatie zorgt voor een betere voorbereiding van nieuw beleid (Nationaal Actie Plan Duurzaam gebruik ). 8. Aanpak illegale toepassing van gewasbeschermingsmiddelen Alle partijen in de keten en bij toezichthouders erkennen dat een akkerbouwer die kwaad wil en illegaal gewasbeschermingsmiddelen in bezit heeft en toepast, niet tegengehouden kan worden. Wat wel wenselijk is dat de pakkans wordt vergroot. Dit kan door de informatie die er wel is over GBM te koppelen aan de Monitoringsgegevens van de waterschappen. Daar waar geen GBM gegevens zijn voor een areaal en wel milieubelasting wordt gemeten kan de NVWA gericht gaan inspecteren.. 17

18 2.5 Draagvlak en focus: prioriteit voor drie knelpunten/wensen In de voorgaande paragraaf zijn 8 knelpunten/wensen genoemd voor vermindering van de controle last en verbetering van de keteninformatie uitwisseling binnen de keten en tussen de keten en handhavende overheden. Voor de uiteindelijke casus zijn hieruit de knelpunten/wensen naar voren gekomen, waarvoor draagvlak is bij alle partijen en die realiseerbare voordelen opleveren. Na een nadere analyse van de oplossingen voor de 8 knelpunten/wensen blijkt dat er 3 hoofdthema s zijn: Ontsluiting van de basis gewasbeschermingsmiddelen informatie van het Ctgb en PD voor gebruik in de gehele GBM keten. Vanaf het moment dat deze informatie digitaal via een webservice ter beschikking wordt gesteld en ook de tekst naar standaard format volledig digitaal is ontsloten, voorspellen de ketenpartijen, zal er een hausse aan applicaties en andere toepassingen door verschillende partijen worden gemaakt. Dit zal de ketenintegratie bevorderen en innovaties stimuleren in het beter en minder gebruiken van GBM. Deze verbetering in de digitale informatievoorziening door Ctgb en PD vermindert direct de administratieve last bij distributeurs en akkerbouwers, vanwege de directe beschikbaarheid van actuele en betrouwbare informatie over toegelaten middelen. Tevens bespaart dit het Ctgb en de PD vragen uit de sector. Bovendien bespaart het voeren van een gezamenlijke middelen en plagen registratie jaarlijks op de exploitatiekosten. Dit vermindert uiteindelijk de bestuurlijke last. Het digitaal dichten van de gewasbeschermingsmiddelenketen. Verschillende bovenstaande knelpunten en wensen zijn te herleiden naar het op elkaar afstemmen van de informatie in de schakels en het standaardiseren en digitaliseren van de uitwisseling daarvan. Het eerst genoemde thema is een noodzakelijke randvoorwaarde voor het digitaal dichten van de keten. Deze verbetering bevordert de keten digitalisering en levert indirect een randvoorwaardelijke en noodzakelijke bijdrage aan de terugdringing van de administratieve last. Zonder het verhelpen van de genoemde knelpunten verloopt de informatie uitwisseling met de overheid voor het grootste deel via papier en blijft de administratieve last gelijke groot. Digitale inzage van gewasbeschermingsmiddeleninformatie door handhavende overheden en certificerende instellingen. NVWA wil graag via de mogelijkheid tot inzage in het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen komen tot nieuwe toezicht op controle arrangementen. Deze verbetering kan leiden tot een herverkaveling van de controle uitoefening en inzet van inspecteurs en daarmee de administratieve last bij akkerbouwers en bestuurlijke last bij NVWA verminderen. Binnen elk van de drie hoofdthema s richt de focus van de casus zich op: 1. het aanleveren door de overheid (Ctgb en PD) van de juiste basis informatie omtrent toelating en gebruiksvoorschrift van gewasbeschermingsmiddelen in Nederland; 18

19 2. het meehelpen digitaliseren van de akkerbouwketen door GBM als pilot hiervoor in te zetten (als voorbeeld). Extra aandacht krijgt het specifiek voor de akkerbouwer realiseren van een GBM Alert en het door de akkerbouwer digitaal registreren van het middelen gebruik; 3. het voorbereiden en opzetten van een digitale informatie uitwisseling tussen de GBM keten partijen en de NVWA. Deze focus is in onderstaande figuur schematisch gepresenteerd: Figuur 5. Focus van de Sggv casus GBM Omdat de akkerbouw meerdere teelten in verschillende deelketens kent (openteelten, vollegrondsgroenten en bollenteelt) en dezelfde systematiek ook voor kunstmest kan worden hergebruikt, is het zinvol voor Sggv te overwegen samen met de ketenpartijen een eenduidige systematiek neer te zetten met GBM als voorbeeld. Deze voor de akkerbouw herkenbare systematiek kan in een vervolg door de sector zelf worden uitgebreid naar andere sectoren. Deze focus sluit goed aan bij bestaande ontwikkelingen in de sector: 1. Zo is er het Van WGGA naar WG project van het Ctgb. Via dit project wil het Ctgb komen tot een herstructurering en formattering van huidige gebruiksvoorschriften. Deze is daarna eenvoudiger te digitaliseren. 2. Verder het project van Agrodis voor toezicht op controle door haar eigen certificerende partij CDG in samenwerking met de NVWA. Dit project kan parallel aan de Sggv casus uniform invullen geven aan een nieuwe vorm van toezicht op controle arrangement, met bijbehorende en ondersteunende ICT toepassing. 3. Tenslotte het PETA project van de 4 grote coöperaties ter bevordering van de standaardisering van het teeltbericht, de digitale factuur en de digitale geo kaart. Via Agroconnect willen deze vier partijen een standaard voor de akkerbouwketen neerzetten. GBM als eerste pilot kan dienen om deze werkend te maken. 19

20 Voor het draagvlak is het ook van belang dat de casus past in de beleidsontwikkelingen voor GBM en toezicht op GBM bij de overheid en met name EL&I. Hiertoe zijn twee aspecten te benoemen: Deze casus is een eerste noodzakelijke stap op weg naar verschuiving van het controle toezicht naar een risico gebaseerd toezicht in de gehele GBM keten. Na deze casus is er verbreding naar andere sectoren mogelijk op basis van in de GBM keten ontwikkelde en toegepaste toezicht arrangementen. De casus past beleidsmatig in de richting die Landbouw (onderdeel EL&I) tot nu toe heeft gewezen. AKV voert een Nationaal Aktie programma duurzaamheid gewasbescherming. Daarvoor biedt de casus aanknopingspunten door betere informatievoorziening over GBM en daardoor meer GBM op maat met juister gebruik en minder verbruik van middel. Verder heeft deze casus ook raakvlakken met het programma DDV (Digitale Dienstverlening). Dit alles resulteert in een Sggv-casus met focus op drie verbeteringen, drie stappen: 1. Structurele digitale toegang tot goed ontsloten basis informatie gewasbeschermingsmiddelen in afstemming met het WGGA project 2. Opzet van digitale keteninformatie voor GBM met als uitgangspunt de vermindering van de last van de akkerbouwer door een GBM Alert en met gebruikmaking van voorzieningen uit het PETA project. 3. Opzetten van een prototype informatie-uitwisseling (recht op inzage) tussen een goed gedigitaliseerde groep telers en de NVWA met gebruikmaking van en in afstemming met het ToC (Toezicht op Controle) arrangement van Agrodis en NVWA. 2.6 Voordelen voor alle partijen Het oplossen van bovengenoemde knelpunten en het honoreren van de wensen levert voordelen op voor alle betrokken partijen in de GBM keten. Voor de coöperaties levert de digitalisering van de gewasbeschermingsmiddelen ketenvoordeel op door minder handmatige invoer van basis middelen informatie en gebruiksinformatie per teelt. Verder is tracking en tracing mogelijk bij voedselveiligheid incidenten. Ook zijn de coöperaties voor transactiebetalingen minder geld kwijt aan de ICT leveranciers. De akkerbouwer heeft tegenover de last van eenmalig digitaal registreren het voordeel van actuele middeleninformatie gekoppeld aan zijn BMS, een Alert voor het geval een middel op voorraad niet meer toegelaten is, minder inspectie op het erf vanwege digitale administratieve controle door NVWA en digitaal aanleveren van teelt informatie aan de coöperaties middels een digitale factuur, dit scheelt boekhouderkosten. De distributeurs kennen als win een betere op maat advisering bij digitale ontsluiting van de basis middelen database. Verder kunnen zij meeliften op de analoge toepassing bij de akkerbouwers voor inzage door NVWA. Door terugkoppeling van bouwplangegevens kunnen de distributeurs beter hun voorraden afstemmen op de mogelijke leveringen en de akkerbouwer helpen bij het opstellen van het Gewasbeschermingplan. De toelatingshouders hebben in principe geen expliciet voordeel bij transparantie in de keten. Transparantie zou ten koste kunnen geen van hun (kennis)positie. Toch kunnen ook deze partijen voordeel halen uit de beschikbaarheid van digitale basis middelen database: het scheelt hen de 20

21 inzet van fte voor het bijhouden van de eigen database. Daar staat tegenover dat ook extra fte voor het analyseren van de (nieuwe) gegevens nodig zijn. Voor de overheidspartijen als NVWA, Waterschappen, Gemeenten en certificerende instanties als NAK-Agro is het inzage recht in een digitaal bestand een grote vooruitgang ten opzichte van de huidige praktijk. Dit opent de route naar toezicht op controle, naar verschuiving van controle naar certificerende instanties en tenslotte door scherp gericht toezicht vermindering van inspectiekosten bij gelijkblijvende handhaving. Dit past in het huidige beleid van een kleinere overheid. Tenslotte zal ook het Ctgb hiermee aan kunnen sluiten bij hun meerjaren visie , waarin wordt aangegeven dat het Ctgb een gerespecteerd kennisautoriteit en adviesorgaan wil zijn. 2.7 Juridische toetsing Volgens de ketenpartners zijn de gewenste 3 verbeteringen passend te realiseren binnen de bestaande wet en regelgeving. Bij de definitieve vormgeving van de casus en de specifieke uitwerking van de thema s zal dit meer in diepgang worden onderzocht. 21

22 3 DE CASUS GEWASBESCHERMING 3.1 Drie stappen Het overzicht van de verbeterpunten en de gewenste situatie van de informatie uitwisseling in de GBM keten laat zien dat alleen een integrale opzet van de casus GBM toegevoegde waarde levert voor de betrokken partijen. Met z n allen een stap zetten richting betere informatie voorziening en digitalisering van de gegevensuitwisseling. Centraal in de casus staan de drie eerder genoemde verbeteringen, die in de casus GBM als drie stappen zijn gerepresenteerd. De drie stappen zijn: 1. Structurele digitale toegang tot goed ontsloten basis informatie gewasbeschermingsmiddelen in afstemming met het WGGA project. 2. Opzet van digitale keteninformatie voor GBM met als uitgangspunt de vermindering van de last van de akkerbouwer door een GBM Alert en met gebruikmaking van voorzieningen uit het PETA project. 3. Opzetten van een prototype informatie uitwisseling (recht op inzage) tussen een goed gedigitaliseerde groep telers en de nvwa met gebruikmaking van en in afstemming met het ToC (Toezicht op Controle) arrangement van Agrodis en NVWA. De ontsluiting van de kennisbank toegelaten middelen in stap 1 vormt de hoeksteen van de casus GBM. Stap 2 digitale registratie van het gebruik is een noodzakelijke voorwaarde voor stap 3 het vervangen van fysieke controle door meer digitaal toezicht. De noodzaak van de drie stappen in deze volgorde is aangereikt door alle partijen. Zonder de eerste stap kunnen de daarop volgende twee niet met goed resultaat worden gezet. Anders gezegd: zonder ontsluiting van actuele digitale informatie over toegelaten middelen zijn substantiële verbeteringen in de GBM keten niet mogelijk. Figuur 6. Opzet van de Sggv casus GBM Alle drie stappen vormen tezamen de eerste noodzakelijke stappen op weg naar systeem toezicht in de GBM keten in de vorm van risico gebaseerd toezicht en gestandaardiseerde gegevensuitwisseling tussen GBM keten en de toezichthouders bij de overheid. 22

Certificering Voedsel- en Voederveiligheid in de Nederlandse akkerbouw. ir. ing. A. (Bert) Waterink 24 november 2014

Certificering Voedsel- en Voederveiligheid in de Nederlandse akkerbouw. ir. ing. A. (Bert) Waterink 24 november 2014 Certificering Voedsel- en Voederveiligheid in de Nederlandse akkerbouw ir. ing. A. (Bert) Waterink 24 november 2014 Inleiding Waarom certificering Welke certificatieschema s Dekkingsgraden VVAK systeem

Nadere informatie

Concept Besluit, houdende de algemeenverbindendverklaring van een overeenkomst tussen handelaren in gewasbeschermingsmiddelen

Concept Besluit, houdende de algemeenverbindendverklaring van een overeenkomst tussen handelaren in gewasbeschermingsmiddelen Concept Besluit, houdende de algemeenverbindendverklaring van een overeenkomst tussen handelaren in gewasbeschermingsmiddelen De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Gelezen het verzoek van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds van haar overeenkomst tussen handelaren in gewasbeschermingsmiddelen;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds van haar overeenkomst tussen handelaren in gewasbeschermingsmiddelen; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5486 21 februari 2014 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 20 februari 2014, nr. WJZ/14028209, houdende

Nadere informatie

Instructiedocument Beschrijving IST situatie

Instructiedocument Beschrijving IST situatie Instructiedocument Beschrijving IST situatie Samengesteld op basis van verkenningen binnen het programma Sggv, 2009-2012. Dit geanonimiseerde document is in licentie gegeven op basis van een Creative Commons

Nadere informatie

Instructiedocument Casus Factsheet

Instructiedocument Casus Factsheet Instructiedocument Casus Factsheet Samengesteld op basis van verkenningen binnen het programma Sggv, 2009-2012. Dit geanonimiseerde document is in licentie gegeven op basis van een Creative Commons Licentie.

Nadere informatie

Instructiedocument Samenwerkingsovereenkomst

Instructiedocument Samenwerkingsovereenkomst Instructiedocument Samenwerkingsovereenkomst Samengesteld op basis van verkenningen binnen het programma Sggv, 2009-2012. Dit geanonimiseerde document is in licentie gegeven op basis van een Creative Commons

Nadere informatie

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST SGGV CASUS TOEZICHT KALVERSECTOR

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST SGGV CASUS TOEZICHT KALVERSECTOR SAMENWERKINGSOVEREENKOMST SGGV CASUS TOEZICHT KALVERSECTOR Inleiding Op 1 november 2010 zijn wij allen gezamenlijk gestart met de uitvoering van de Sggv Casus Toezicht Kalversector. Deze casus had als

Nadere informatie

Duurzaam en helder naar de toekomst

Duurzaam en helder naar de toekomst Duurzaam en helder naar de toekomst De visie en ambitie van Nefyto Visie Voor een productieve en duurzame landen tuinbouw is geïntegreerde gewasbescherming een belangrijke voorwaarde. Deze land- en tuinbouw

Nadere informatie

Rapportage gewasbescherming Inspectieresultaten boomteelt/vaste planten

Rapportage gewasbescherming Inspectieresultaten boomteelt/vaste planten Rapportage gewasbescherming Inspectieresultaten boomteelt/vaste planten Datum December 2015 Colofon Inspectieresultaten Boomteelt/vaste planten Gewasbescherming Divisie Landbouw & natuur Catharijnesingel

Nadere informatie

Convenant horizontaal toezicht tussen VION N.V. en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

Convenant horizontaal toezicht tussen VION N.V. en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Convenant horizontaal toezicht tussen VION N.V. en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit De partijen de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (hierna te noemen NVWA), vertegenwoordigd door F.E.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 5875 5 april 2011 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 29 maart 2011, nr.

Nadere informatie

Rapport Controleresultaten nalevingsmeting fruit 2012 WGB

Rapport Controleresultaten nalevingsmeting fruit 2012 WGB Rapport Controleresultaten nalevingsmeting fruit 2012 WGB DATUM OMSCHRIJVING AUTEUR 30-05-2013 Evaluatierapport controles bij fruittelers 2012 NVWA Divisie L&N 1 Evaluatierapport controles bij fruittelers

Nadere informatie

Gestandaardiseerde (tijdelijke) database t.b.v. attendering

Gestandaardiseerde (tijdelijke) database t.b.v. attendering Gestandaardiseerde (tijdelijke) database t.b.v. attendering Datum Auteur(s) Versie Classificatie Status 30 maart 2012 Tom Verhage 1 Restricted Definitief Inhoudsopgave Inleiding... 1 Ontwerp... 2 Functioneel

Nadere informatie

Vergroening van de landbouw: hoe maken we stappen/ hoe maken we sprongen? Jolanda Wijsmuller, BCS

Vergroening van de landbouw: hoe maken we stappen/ hoe maken we sprongen? Jolanda Wijsmuller, BCS Vergroening van de landbouw: hoe maken we stappen/ hoe maken we sprongen? Jolanda Wijsmuller, BCS Markt trends Vraag naar veilig en duurzaam geteeld voedsel Sterkere focus op voedselkwaliteit en gezonde

Nadere informatie

Rapportage Gewasbescherming Controleresultaten Akkerbouw Datum Februari 2015

Rapportage Gewasbescherming Controleresultaten Akkerbouw Datum Februari 2015 Rapportage Gewasbescherming Controleresultaten Akkerbouw 2013 Datum Februari 2015 Rapport evaluatie akkerbouw Februari 2015 Colofon Nalevingsindicatie akkerbouw 2013 Versienummer 1 Divisie Landbouw &

Nadere informatie

HOOFDLIJNENAKKOORD WATERZUIVERING IN DE GLASTUINBOUW

HOOFDLIJNENAKKOORD WATERZUIVERING IN DE GLASTUINBOUW HOOFDLIJNENAKKOORD WATERZUIVERING IN DE GLASTUINBOUW LTO Glaskracht Nederland, Nederlandse Stichting voor Fytofarmacie (Nefyto), Unie van Waterschappen (UvW), Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG),

Nadere informatie

25 jaar NAV NAV-visie op de Nederlandse akkerbouw tot 2030

25 jaar NAV NAV-visie op de Nederlandse akkerbouw tot 2030 25 jaar NAV 1 NAV-visie op de Nederlandse akkerbouw tot 2030 Visie NAV 2 Visie NAV: Een goed inkomen voor akkerbouwers Economisch en maatschappelijk duurzame akkerbouw Gewenste situatie: Nederlandse boeren

Nadere informatie

VVAK: : voedsel- en voederveiligheid akkerbouw VVAK

VVAK: : voedsel- en voederveiligheid akkerbouw VVAK VV VVAK VVAK: : voedsel- en voederveiligheid akkerbouw HPA Certificeringsoverleg ir. ing. A. (Bert) Waterink AKkerbouw Vegaplan.be seminarie 14 november 2007 Inleiding Voorgeschiedenis (laatste 10 jaar)

Nadere informatie

Gezonde en transparantie bloembollenteelt

Gezonde en transparantie bloembollenteelt Gezonde en transparantie bloembollenteelt Akersloot 20 november 2014 Onderwerpen Kennismaking Route 2023 gezonde en transparante bloembollensector Kennismaking: Conno de Ruijter Kennismaking: Stuurgroep

Nadere informatie

Convenant horizontaal toezicht. tussen het Productschap Akkerbouw (systeemeigenaar RiskPlaza) en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

Convenant horizontaal toezicht. tussen het Productschap Akkerbouw (systeemeigenaar RiskPlaza) en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Nederlandse VoedseI- en WareniDltmiteil: ~iuilemidafiisdlfltltrn, lji:ndfloui.r mhmlll'llri! RISK PLA ZA Convenant horizontaal toezicht tussen het Productschap Akkerbouw (systeemeigenaar RiskPlaza) en

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 64865 13 november 2018 Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 10 november 2018, nr. WJZ/18269405,

Nadere informatie

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d Norm Aspect Criterium Interpretatie Meetmethode Sanctie Definitie ketenregisseur: een ketenregisseur is de partij die de veehouderij bedrijven aanmeldt bij de Stichting Beter Leven keurmerk en toezicht

Nadere informatie

INTENTIEVERKLARING SGGV CASUS REACH. Inleiding

INTENTIEVERKLARING SGGV CASUS REACH. Inleiding INTENTIEVERKLARING SGGV CASUS REACH Inleiding Op 15 juni 2012 zijn wij allen gezamenlijk gestart met de uitvoering van de Sggv Casus REACH. Deze casus had als doel de regeldruk voor verfformuleerders en

Nadere informatie

De NVWA toezicht op gewasbescherming. A.C.L. (Toon) Driessen Inspecteur Toezicht Ontwikkeling Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA)

De NVWA toezicht op gewasbescherming. A.C.L. (Toon) Driessen Inspecteur Toezicht Ontwikkeling Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) De NVWA toezicht op gewasbescherming A.C.L. (Toon) Driessen Inspecteur Toezicht Ontwikkeling Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) 1 Handhaving regelgeving gewasbeschermingsmiddelen. Indeling presentatie:

Nadere informatie

NCAE. Toelichting handelsnormen voor eieren - verzamelaars november 2013

NCAE. Toelichting handelsnormen voor eieren - verzamelaars november 2013 1 TOELICHTING HANDELSNORMEN VOOR EIEREN VERZAMELAARS Inhoud 1 Algemeen 2 Vergunning / registratie 3 Ontvangst, transportverpakking, begeleidend document eieren 4 Intraverkeer van eieren 5 Merken van de

Nadere informatie

Project: Efficiënter toezicht kalverslachterij

Project: Efficiënter toezicht kalverslachterij Project: Efficiënter toezicht kalverslachterij Dit geanonimiseerde document is in licentie gegeven op basis van een Creative Commons Licentie. INHOUDSOPGAVE 1 Projectomschrijving...3 1.1 Achtergrond...

Nadere informatie

Samen werken aan gezonde gewassen en veilige voeding. Verantwoorde gewasbescherming Agrifirm Better Together

Samen werken aan gezonde gewassen en veilige voeding. Verantwoorde gewasbescherming Agrifirm Better Together Samen werken aan gezonde gewassen Verantwoorde gewasbescherming Agrifirm 2017-2020 Better Together Verantwoorde gewasbescherming, een zaak voor ons allen! Maximaal oogsten met een minimale milieubelasting.

Nadere informatie

GEÏNTEGREERDE GEWASBESCHERMING IN DE WITLOOFTEELT INLEIDING EN WETGEVEND KADER

GEÏNTEGREERDE GEWASBESCHERMING IN DE WITLOOFTEELT INLEIDING EN WETGEVEND KADER GEÏNTEGREERDE GEWASBESCHERMING IN DE WITLOOFTEELT INLEIDING EN WETGEVEND KADER Marleen Mertens Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling (ADLO) INVLOED VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN Positieve effecten: Bijdrage

Nadere informatie

AKkerbouw. VVAK: : voedsel- en voederveiligheid akkerbouw VVAK. HPA Certificeringsoverleg ir. ing. A. (Bert) Waterink

AKkerbouw. VVAK: : voedsel- en voederveiligheid akkerbouw VVAK. HPA Certificeringsoverleg ir. ing. A. (Bert) Waterink VV VVAK AKkerbouw VVAK: : voedsel- en voederveiligheid akkerbouw HPA Certificeringsoverleg ir. ing. A. (Bert) Waterink Vegaplan.be seminarie 14 november 2007 Inleiding Voorgeschiedenis (laatste 10 jaar)

Nadere informatie

Van generiek mestbeleid naar individuele verantwoordelijkheid. Harry Kager LTO Nederland

Van generiek mestbeleid naar individuele verantwoordelijkheid. Harry Kager LTO Nederland Van generiek mestbeleid naar individuele verantwoordelijkheid Harry Kager LTO Nederland Mestbeleid: schaken op vele borden Mestbeleid Nitraatrichtlijn leidend, daarnaast Kaderrichtlijn Water, Periodieke

Nadere informatie

ACTIVITEIT PRODUCTSCHAP AKKERBOUW RISKPLAZA DEEL A: OMSCHRIJVING RISKPLAZA. 14 juni 2013

ACTIVITEIT PRODUCTSCHAP AKKERBOUW RISKPLAZA DEEL A: OMSCHRIJVING RISKPLAZA. 14 juni 2013 ACTIVITEIT PRODUCTSCHAP AKKERBOUW RISKPLAZA 14 juni 2013 Deze activiteit is omschreven ten behoeve van de overdracht van activiteiten van het Productschap Akkerbouw (PA) aan private organisaties naar aanleiding

Nadere informatie

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN Toelatingsnummer HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN 1 AFGELEIDE TOELATING Gelet op de aanvraag d.d. 9 december 2014 (20146682 AG) van Syngenta Crop Protection B.V.

Nadere informatie

Tracking & Tracing: gevolgen van de GFL voor uienverpakkers en exporteurs 14 december 2004 Inge Neessen en Irma Schönherr

Tracking & Tracing: gevolgen van de GFL voor uienverpakkers en exporteurs 14 december 2004 Inge Neessen en Irma Schönherr Tracking & Tracing: gevolgen van de GFL voor uienverpakkers en exporteurs 14 december 2004 Inge Neessen en Irma Schönherr Onderzoek en communicatie Tracking en Tracing AGF branche Aangevraagd door Frugi

Nadere informatie

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN De toelating van het gewasbeschermingsmiddel wordt op basis van de volgende artikelen gewijzigd: Artikel 31, 44, 45 en 75 Verordening

Nadere informatie

1.1 Aanleiding. 1.2 Probleemstelling. Op basis van het voorgaande laat de probleemstelling voor het project zich als volgt samenvatten:

1.1 Aanleiding. 1.2 Probleemstelling. Op basis van het voorgaande laat de probleemstelling voor het project zich als volgt samenvatten: 1.1 Aanleiding Voedselveiligheid is voor de agro- en foodindustrie een essentieel onderdeel van de kwaliteitszorg. Onder invloed van consument en wetgeving eisen afzetorganisaties van hun leveranciers

Nadere informatie

Handleiding 2014 voor Unitip online Unitip extern module

Handleiding 2014 voor Unitip online Unitip extern module Handleiding 2014 voor Unitip online Unitip extern module Bestemd voor: Gebruikers die Online teeltgegevens invoeren in Agrovision. Inleiding: Met deze handleiding wordt u stap voor stap door het programma

Nadere informatie

Pakket van maatregelen emissiereductie gewasbescherming open teelten: acties algemeen

Pakket van maatregelen emissiereductie gewasbescherming open teelten: acties algemeen Pakket van maatregelen emissiereductie gewasbescherming open teelten: acties algemeen Communicatie 2018 georganiseerd bopstellen communicatieplan (éénduidige boodschap, kennisoverdracht incl onderwijs

Nadere informatie

Introductie Digitaal Systeem Door: Stichting CDG Datum: Januari 2017

Introductie Digitaal Systeem Door: Stichting CDG Datum: Januari 2017 Introductie Digitaal Systeem Door: Stichting CDG Datum: Januari 2017 Welkom 1. Voor u ligt de handleiding van het digitale systeem van Stichting CDG. Het systeem is ontwikkeld om door digitalisering twee

Nadere informatie

Tracking & Tracing in de groenten en fruit

Tracking & Tracing in de groenten en fruit Tracking & Tracing in de groenten en fruit november 2004 Inge Neessen en Irma Schönherr Onderzoek en communicatie Tracking en Tracing AGF branche Aangevraagd door Frugi Venta Gefinancierd door Productschap

Nadere informatie

Vergelijking (*) CDG certificatieschema versie 2.3 en versie 3.0

Vergelijking (*) CDG certificatieschema versie 2.3 en versie 3.0 Vergelijking (*) CDG certificatieschema versie 2.3 en versie 3.0 (*): Deze notitie heeft de belangrijkste wijzingen in zich, maar beoogt niet volledig te zijn. In de inhoudsopgave is toegevoegd: Bijlage

Nadere informatie

Etiketten gewasbescherming: waar staan we nu?

Etiketten gewasbescherming: waar staan we nu? Etiketten gewasbescherming: waar staan we nu? Dr. Nicole van Straten Manager Wetenschappelijke Beoordeling en Advies 14 juni 2018 Deze presentatie wordt geen college CLP regelgeving gaat niet over het

Nadere informatie

Conclusies onderzoek douanegegevens

Conclusies onderzoek douanegegevens Conclusies onderzoek douanegegevens Onderzoek naar de mogelijkheden om de gegevens van de biobrandstoffen in het HBE systeem te toetsen Datum 3 augustus 2017 Versie 1 Inhoud 1. Samenvatting 2 2. De motie

Nadere informatie

Rol adviseur cruciaal in toekomstige (behoud van) bloembollenteelt. Agrodis 20 november 2014 Jan Bouwman Manager Duurzaamheid & Stewardship

Rol adviseur cruciaal in toekomstige (behoud van) bloembollenteelt. Agrodis 20 november 2014 Jan Bouwman Manager Duurzaamheid & Stewardship Rol adviseur cruciaal in toekomstige (behoud van) bloembollenteelt Agrodis 20 november 2014 Jan Bouwman Manager Duurzaamheid & Stewardship Zonale toelatings proces EU (Her) registratie dossier Syngenta

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving. Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving

Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving. Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving Hoofdstuk 3. Verantwoording methode doelgerichte digitale regelgeving Datum: 22 maart 2019 Versie: definitief, 2.0, vastgesteld door PMT (07-03-2019) Toelichting/context: Waterschappen gaan uit van de

Nadere informatie

vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval

vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval protocol administratieve controle ketenpartners 2 V1.0 19/5/15 Inhoud 1. Inleiding 4 1.1

Nadere informatie

Provinciaal blad nr. 2012/0097033

Provinciaal blad nr. 2012/0097033 Provinciaal blad nr. 2012/0097033 Wijziging beleidsregels verlagen POP 2 subsidies besluit van: Gedeputeerde Staten d.d. 27 maart 2012 kenmerk: 2012/0097033 gepubliceerd op: 30 maart 2012 inwerkingtreding

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20077 21 april 2016 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken 8 april 2016, nr. 16052648, houdende tijdelijke

Nadere informatie

PCC HYGIËNEPROTOCOL RINGROT 2.3 RICHTLIJNEN CENTRALE BEWERKER

PCC HYGIËNEPROTOCOL RINGROT 2.3 RICHTLIJNEN CENTRALE BEWERKER Pagina 1 van 6 PCC HYGIËNEPROTOCOL RINGROT 2.3 RICHTLIJNEN CENTRALE BEWERKER Deze code is opgesteld door de Pootaardappel Contact Commissie (PCC = samenwerkingsverband LTO-NAO). Hoewel deze code met de

Nadere informatie

PCC HYGIËNEPROTOCOL RINGROT 2.2 RICHTLIJNEN CENTRALE VERWERKER

PCC HYGIËNEPROTOCOL RINGROT 2.2 RICHTLIJNEN CENTRALE VERWERKER Pagina 1 van 6 PCC HYGIËNEPROTOCOL RINGROT 2.2 RICHTLIJNEN CENTRALE VERWERKER Deze code is opgesteld door de Pootaardappel Contact Commissie (PCC = samenwerkingsverband LTO-NAO). Hoewel deze code met de

Nadere informatie

Voorjaarstoepassing van drijfmest op kleigrond voor aardappelen

Voorjaarstoepassing van drijfmest op kleigrond voor aardappelen Voorjaarstoepassing van drijfmest op kleigrond voor aardappelen In PPL het (Programma PrecisieLandbouw) (PPL) investeren investeren landbouwbedrijfsleven en en ministerie van van LNV LNV in in hulpmiddelen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Regeling GLB-inkomenssteun 2006 wordt als volgt gewijzigd:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Regeling GLB-inkomenssteun 2006 wordt als volgt gewijzigd: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 7854 25 maart 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 22 maart 2013, nr. WJZ / 13038391, tot wijziging

Nadere informatie

Veterinair Centraal Informatie Systeem

Veterinair Centraal Informatie Systeem Veterinair Centraal Informatie Systeem Björn Eussen Stichting VETbase Wageningen, 10 juni 2009 Aanleiding Nieuwe POM non POM regelgeving meer receptenverkeer tussen dierenarts en dierhouder Tracking &

Nadere informatie

Nyenrode EUTR. NVWA Certificaten Goederencodes Handhaving Diverse zaken

Nyenrode EUTR. NVWA Certificaten Goederencodes Handhaving Diverse zaken Nyenrode EUTR NVWA Certificaten Goederencodes Handhaving Diverse zaken Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit 2 Missie De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) bewaakt de gezondheid van dieren

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 26350 20 augustus 2015 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 18 augustus 2015, 15115580, houdende

Nadere informatie

IMPLEMENTATIE VAN AYM SYSTEMEN

IMPLEMENTATIE VAN AYM SYSTEMEN KNELPUNTEN & AANBEVELINGEN BIJ IMPLEMENTATIE VAN AYM SYSTEMEN Dacom BIJ TELERS DIE DEELNEMEN IN EEN GEÏNTEGREERDE AARDAPPELKETEN Project: Integrale toepassing AYM in de keten (22) Dacom BV Postbus 2243,

Nadere informatie

Consultatie melden van nieuwe informatie

Consultatie melden van nieuwe informatie Consultatie melden van nieuwe informatie Bijlage 1. Tekst op de website voor meldingen door toelatinghouders Melding door toelatinghouders Gewasbeschermingsmiddelen Onmiddellijke melding door de toelatinghouder

Nadere informatie

1. kwaliteitssystemen en voedselveiligheid 2. organiseren 3. projecten. 1 Kwaliteitssystemen & voedselveiligheid

1. kwaliteitssystemen en voedselveiligheid 2. organiseren 3. projecten. 1 Kwaliteitssystemen & voedselveiligheid nr Tekst 0 Home Thielen Consult is de partner voor bedrijven en organisaties in de voedselketen. Samen met onze klanten bouwen wij aan veilig en eerlijk voedsel. We begeleiden onze klanten en organiseren

Nadere informatie

Veldleeuwerik. Duurzame landbouw een prachtige uitdaging. Henk Heinhuis

Veldleeuwerik. Duurzame landbouw een prachtige uitdaging. Henk Heinhuis Veldleeuwerik Duurzame landbouw een prachtige uitdaging Henk Heinhuis Produceren wij al duurzaam Klimaat Bodem Infrastructuur Waarom moet het anders Bewustwordingsproces Maatschappelijke druk Groei wereldbevolking

Nadere informatie

FedEC Certificaat Kwaliteits Borging EPA-U

FedEC Certificaat Kwaliteits Borging EPA-U FedEC Certificaat Kwaliteits Borging EPA-U 20 mei 2015 1 FedEC CKB (Certificaat Kwaliteits Borging) EPA-U voor adviseurs, 20 mei 2015 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 FedEC-Certificaat Kwaliteits Borging EPA-U...

Nadere informatie

Het Vegaplan systeem. Kenmerken- Troeven Ambities

Het Vegaplan systeem. Kenmerken- Troeven Ambities Het Vegaplan systeem Kenmerken- Troeven Ambities Het Vegaplan systeem Vegaplan vzw Samenstelling Opdrachten Lastenboeken Sectorgids Vegaplan Standaarden Kenmerken Troeven Ambities 2 Vegaplan vzw Opgericht

Nadere informatie

Driebergen, Betreft: aanvraag Demeter-licentie verwerking. Beste Voornaam,

Driebergen, Betreft: aanvraag Demeter-licentie verwerking. Beste Voornaam, Driebergen, Betreft: aanvraag Demeter-licentie verwerking Beste Voornaam, U heeft belangstelling om een licentie-overeenkomst met Stichting Demeter af te sluiten. In deze brief hebben we een aantal zaken

Nadere informatie

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN De toelating van het gewasbeschermingsmiddel wordt op basis van de volgende artikelen gewijzigd: Artikel 31, 44, 45 en 75 Verordening

Nadere informatie

AQUATISCHE LANDBOUW. haal meer uit land én water

AQUATISCHE LANDBOUW. haal meer uit land én water AQUATISCHE LANDBOUW haal meer uit land én water AQUATISCHE LANDBOUW Waarom wel het land, maar niet de sloot benutten in de veenweiden? Dat is de vraag waar het om draait in het icoon Aquatische landbouw

Nadere informatie

Afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen,

Afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen, Indicator 6 november 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen

Nadere informatie

Wat zijn gewasbeschermingsmiddelen? Wie beslist over de toelating van gewasbeschermingsmiddelen? Wie is verantwoordelijk voor de toepassing?

Wat zijn gewasbeschermingsmiddelen? Wie beslist over de toelating van gewasbeschermingsmiddelen? Wie is verantwoordelijk voor de toepassing? Wat zijn gewasbeschermingsmiddelen? Wie beslist over de toelating van gewasbeschermingsmiddelen? Wie is verantwoordelijk voor de toepassing? Hoe kunnen gewasbeschermingsmiddelen veilig worden toegepast?

Nadere informatie

Veldleeuwerik Duurzame landbouw. een prachtige uitdaging

Veldleeuwerik Duurzame landbouw. een prachtige uitdaging Veldleeuwerik Duurzame landbouw een prachtige uitdaging Adrie Vermeulen Henk Heinhuis Wat is Veldleeuwerik Samenwerkingsverband tussen akkerbouwers, afnemers en verwerkende industrie. Verduurzamen is verbinden

Nadere informatie

Plan van aanpak. Project : Let s Drop. Bedrijf : DropCo BV

Plan van aanpak. Project : Let s Drop. Bedrijf : DropCo BV Plan van aanpak Project : Let s Drop Bedrijf : DropCo BV Plaats, datum: Horn, 28 september 2012 Opgesteld door: 1205366 1205366smit@zuyd.nl Plan van Aanpak project Let s Drop pagina 1 Inhoudsopgave plan

Nadere informatie

STICHTING VELDLEEUWERIK

STICHTING VELDLEEUWERIK TEGEARRE DJOERSAAM STICHTING VELDLEEUWERIK Stichting Veldleeuwerik is een uniek samenwerkingsverband tussen telers en verwerkende bedrijven om actief duurzame akkerbouw en -productie te stimuleren. Niet

Nadere informatie

Biedt de nieuwe GLB kansen voor voedergewassen? L.Tjoonk Kennisontwikkelaar ruwvoerteelt

Biedt de nieuwe GLB kansen voor voedergewassen? L.Tjoonk Kennisontwikkelaar ruwvoerteelt Biedt de nieuwe GLB kansen voor voedergewassen? L.Tjoonk Kennisontwikkelaar ruwvoerteelt Hervorming Gemeenschappelijk Europees Landbouwbeleid Toeslagrechten 2014 Betalingsrechten 2015 Nationale invulling

Nadere informatie

Workshop Ruimte voor verbeelding. ICTU / GBO 9 april 2009

Workshop Ruimte voor verbeelding. ICTU / GBO 9 april 2009 Workshop Ruimte voor verbeelding ICTU / GBO 9 april 2009 Aanleiding Programma Kabinet neemt toegenomen administratieve lasten en regeldruk van ondernemers serieus Er zijn diverse overheidsacties in het

Nadere informatie

Green Deal groene gewasbescherming

Green Deal groene gewasbescherming Green Deal groene gewasbescherming Jacobijn van Etten Projectleider Green Deal Ctgb Coördinator biologische middelen 11 juni 2015 Inhoud Vergroening Begrippen Doelstelling Green Deal Werkwijze Resultaten

Nadere informatie

Regeling verplichte registratie en gegevensverstrekking Brancheorganisatie Aardappelen en overige akkerbouwgewassen 2016-2020

Regeling verplichte registratie en gegevensverstrekking Brancheorganisatie Aardappelen en overige akkerbouwgewassen 2016-2020 Brancheorganisatie Aardappelen en overige akkerbouwgewassen Regeling verplichte registratie en gegevensverstrekking Brancheorganisatie Aardappelen en overige akkerbouwgewassen 2016-2020 Inleiding De Brancheorganisatie

Nadere informatie

Van gewasbescherming naar integrale aanpak plantgezondheid

Van gewasbescherming naar integrale aanpak plantgezondheid Van gewasbescherming naar integrale aanpak plantgezondheid Helma Verberkt Beleidsspecialist Gewasbescherming / Plantgezondheid LTO Glaskracht Nederland 4 december 2013 Ontwikkelingen op nationaal en Europees

Nadere informatie

Informatieblad. Wat betekent GMO voor telers Erkenning als producentenorganisatie Overzicht van de belangrijkste criteria

Informatieblad. Wat betekent GMO voor telers Erkenning als producentenorganisatie Overzicht van de belangrijkste criteria Informatieblad Wat betekent GMO voor telers Erkenning als producentenorganisatie Overzicht van de belangrijkste criteria Waarom een erkende producentenorganisatie? Telers van groenten en fruit kunnen een

Nadere informatie

Voorproefje Cosun MVO-verslag 2011

Voorproefje Cosun MVO-verslag 2011 Voorproefje Cosun MVO-verslag 2011 1 Dit is een voorproefje in druk van het digitale Cosun MVO-verslag over 2011. Wilt u meer gegevens raadplegen over wat wij zoal ondernemen met het oog op onze maatschappelijke

Nadere informatie

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN

HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN De toelating van het gewasbeschermingsmiddel wordt op basis van de volgende artikelen gewijzigd: Artikel 31, 44, 45 en 75 Verordening

Nadere informatie

Bruggen slaan (naar efficiëntere informatiestromen) Bruggen slaan 1

Bruggen slaan (naar efficiëntere informatiestromen) Bruggen slaan 1 Bruggen slaan (naar efficiëntere informatiestromen) Bruggen slaan 1 Introductie (1) Hoofdlijn presentatie Introductie Basisbegrippen Harmonisatie en optimalisatie Voorbeelden Vragen Bruggen slaan 2 Introductie

Nadere informatie

FAQ. 2. Op wie heeft de Europese Verordening 183/2005 betrekking?

FAQ. 2. Op wie heeft de Europese Verordening 183/2005 betrekking? FAQ 1. Waaruit bestaat de Europese Verordening 183/2005? Deze nieuwe Verordening bepaalt de voorschriften voor diervoederhygiëne. Alle verschillende activiteiten in de diervoederketen worden onderverdeeld

Nadere informatie

Reglement Fonds Kleine Toepassingen (versie: 3.0)

Reglement Fonds Kleine Toepassingen (versie: 3.0) Reglement Fonds Kleine Toepassingen (versie: 3.0) Artikel 1. Definities: In dit reglement wordt verstaan onder: 1.1. Stichting: Stichting Kleine Toepassingen Gewasbeschermingsmiddelen, welke onder meer

Nadere informatie

Het nieuwe controlebeleid

Het nieuwe controlebeleid Het nieuwe controlebeleid van de NVWA: Van theorie naar praktijk Gert-Jan Hemmers Nationaal Congres Veilig Voedsel, 8 februari 2018 Het nieuwe interventiebeleid Doel van het nieuwe interventiebeleid: (per

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 24591 28 april 2017 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 25 april 2017, nr. 17060593, houdende tijdelijke

Nadere informatie

DUURZAAM BODEMBEHEER IN DE LANDBOUW

DUURZAAM BODEMBEHEER IN DE LANDBOUW DUURZAAM BODEMBEHEER IN DE LANDBOUW Samen de schouders onder duurzaam bodembeheer EEN GEZONDE BODEM IS IN BELANG VAN DE HELE MAATSCHAPPIJ Wageningen UR en het Louis Bolk Instituut hebben in opdracht van

Nadere informatie

IKKB Standaard: Vereisten m.b.t. voedselveiligheid, traceerbaarheid en milieu: wetgeving en inter-professionele afspraken

IKKB Standaard: Vereisten m.b.t. voedselveiligheid, traceerbaarheid en milieu: wetgeving en inter-professionele afspraken FAQ 2007 Wat is het verschil tussen de IKKB Standaard en de Sectorgids Autocontrole? De Sectorgids Autocontrole voor de Primaire Plantaardige Productie is een hulpmiddel dat toelaat het KB van 14/11/2003

Nadere informatie

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES

RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES RvV 506 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 mei 2014 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruiken van biociden

Nadere informatie

Use case Blockchain. Register medische hulpmiddelen

Use case Blockchain. Register medische hulpmiddelen Use case Blockchain Register medische hulpmiddelen Wat kan Blockchain verbeteren in het proces van het vastleggen van gegevens in het register van medische hulpmiddelen? Verwachtingen van het CIBG m.b.t.

Nadere informatie

7.1 Aandachtspunten en acties per hoofdstuk advies

7.1 Aandachtspunten en acties per hoofdstuk advies Dit document is een onderdeel uit het advies Drie routes naar een valide examenproduct van mei 2016. De uitwerking van het advies vindt plaats vanaf augustus 2016 door de hiervoor aangestelde kwartiermaker

Nadere informatie

Keurmerkreglement voor registratie en toezicht

Keurmerkreglement voor registratie en toezicht Keurmerkreglement voor registratie en toezicht Stichting Keurmerk Leegstandbeheer Versie 2 1 januari 2018 REGLEMENT REGISTRATIE De Stichting Keurmerk Leegstand Beheer beheert een register van gecertificeerde

Nadere informatie

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d Norm Aspect Criterium Interpretatie Meetmethode Sanctie Definitie ketenregisseur: een ketenregisseur is de partij die de veehouderij bedrijven aanmeldt bij de Stichting Beter Leven keurmerk en toezicht

Nadere informatie

Sierteeltsector streeft verder naar duurzaamheid. Studiedag azalea 2015 donderdag 26 februari Hannes Buyle

Sierteeltsector streeft verder naar duurzaamheid. Studiedag azalea 2015 donderdag 26 februari Hannes Buyle Sierteeltsector streeft verder naar duurzaamheid Studiedag azalea 2015 donderdag 26 februari Hannes Buyle 1 Inhoud 1. Duurzaamheid, kans of bedreiging 2. Duurzaamheid, antwoord van VMS 3. VMS, meer dan

Nadere informatie

TUSSENHANDEL IN DIERVOEDERS (HYGIËNECODE/GMP + B 3.2)

TUSSENHANDEL IN DIERVOEDERS (HYGIËNECODE/GMP + B 3.2) TUSSENHANDEL IN DIERVOEDERS (HYGIËNECODE/GMP + B 3.2) 1 juli 2008 1 Toepassing in uw onderneming HTP Advies B.V. Begeleiding bij o.a. ISO (9001, 22000), GMP +, HACCP (www.htp-advies.nl) Praktijkervaring

Nadere informatie

Continue verbeteren van het productieproces

Continue verbeteren van het productieproces Continue verbeteren van het productieproces Het belang van duurzaamheid Groei wereldbevolking Beschikbaarheid zoet water Klimaatverandering Beschikbaarheid grondstoffen Michael E. Porter Harvard Business

Nadere informatie

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d Norm Aspect Criterium Interpretatie Meetmethode Sanctie Definitie ketenregisseur: een ketenregisseur is de partij die de veehouderij bedrijven aanmeldt bij de Stichting Beter Leven keurmerk en toezicht

Nadere informatie

In het belang van sector en samenleving

In het belang van sector en samenleving In het belang van sector en samenleving Productschap Diervoeder Productschap Diervoeder Het Productschap Diervoeder (PDV) is een publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie. Het is ingesteld op verzoek van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 69 Besluit van 6 februari 2015, houdende wijziging van het Besluit gewasbeschermingsmiddelen en biociden in verband met de invoering van een

Nadere informatie

Notitie: Van : Vereniging Agrodis Datum : augustus 2012 Betreft : Agrodis reactie op Nationaal Actieplan (NAP), publicatiedatum 16 juli 2012

Notitie: Van : Vereniging Agrodis Datum : augustus 2012 Betreft : Agrodis reactie op Nationaal Actieplan (NAP), publicatiedatum 16 juli 2012 Notitie: Van : Vereniging Agrodis Datum : augustus 2012 Betreft : Agrodis reactie op Nationaal Actieplan (NAP), publicatiedatum 16 juli 2012 Geachte mevrouw Van der Ham, De vereniging Agrodis brancheorganisatie

Nadere informatie

IPM Integrated Pest Management: hoe voldoen aan wettelijke verplichtingen? Bart Debussche Vlaamse Overheid Departement Landbouw en Visserij

IPM Integrated Pest Management: hoe voldoen aan wettelijke verplichtingen? Bart Debussche Vlaamse Overheid Departement Landbouw en Visserij IPM Integrated Pest Management: hoe voldoen aan wettelijke verplichtingen? Bart Debussche Vlaamse Overheid Departement Landbouw en Visserij Overzicht IPM: vanwaar komt het? IPM: wat is dit? IPM: hoe toepassen

Nadere informatie

CONCEPT KETENREGISSEUR VERSIE 1.0 d.d

CONCEPT KETENREGISSEUR VERSIE 1.0 d.d Norm Aspect Criterium Interpretatie Meetmethode Sanctie Definitie : een is bijvoorbeeld een slachterij, eierpakstation of een intermediair die binnen de keten de verschillende schakels aan elkaar koppelt

Nadere informatie

Zomerseminar 8 juni ICT advies en oplossingen in Food, Feed & Flowers

Zomerseminar 8 juni ICT advies en oplossingen in Food, Feed & Flowers Zomerseminar 8 juni 2010 Inhoud De wereld van residuen Stichting Food Compass Food Compass portaal Groenten & fruit portaal Inhoud De wereld van residuen Stichting Food Compass Food Compass portaal Groenten

Nadere informatie