Postbus AA Bezoekadres Stadsplein LZ IBAN: NL49 BNGH BIC: BNGHNL2G

Transcriptie

1 Postbus AA Bezoekadres Stadsplein LZ IBAN: NL49 BNGH BIC: BNGHNL2G Nieuwegein P Strategie Maatschappelijke Ontwikkeling \. Contactpersoon Suzanne Geertsema Telefoon (030) S.Geertsemii@nieuwegein.nl Gemeenteraad Nieuwegein Postbus AA NIEUWEGEIN Datum 19 januari ;:015 Kenmerk Zaaknummer Berichtnummer Onderwerp > HOI laé Aanbod volwasseneneducatie 2015 Geachte raad, VERZONDEN 2 0 JAN De gewijzigde Wet educatie en beroepsonderwijs (Web), die op 1 januari 2015 van kracht wordt schrijft voor dat de gemeenten die samenwerken in een arbeidsmarktregio een gezamenlijk plan opstellen voor educatie en de bestrijding van laaggeletterdheid. Voor u ligt dit gezamenlijk plan dat beschrijft hoe gemeenten en sub-regio's de beschikbare middelen gaan besteden en een samenwerkingsconvenant dat de juridische basis vormt voor de samenwerking tussen de 15 betrokken gemeenten. Gemeente Utrecht is de contactgemeente en fungeert als inhoudelijk en financieel coördinator. Gemeente Nieuwegein vormt samen met de overige Lekstroomgemeenten een sub-regio. De sub-regio Lekstroom biedt aan haar inwoners cursussen Educatie ter bestrijding van laaggeletterdheid, rekenen om maandelijks beter uit te kunnen komen met de inkomsten en les in de Nederlandse taal voor anderstaligen. De cursussen vinden centraal plaats bij het ROC Midden Nederland in Nieuwegein. De primaire doelgroep is de groep uitkeringsgerechtigden van WIL. Vanaf 2015 zijn we als gemeente niet meer verplicht alle rijksmiddelen te besteden bij het ROC. Er vindt een afbouw plaats. In 2015 moeten we nog 75% van de middelen besteden bij het ROC, vanaf 2018 kunnen we vrij inkopen. Het ROC bouwt haar werkzaamheden op dit terrein af in de komende jaren. Gemeente Utrecht sluit als contactgemeente het contract met het ROC MN, maar alle sub-regio's hebben hun eigen beleid en eigen programma samengesteld. Lekstroom besteedt naast de cursussen bij het ROC een bedrag aan de organisatie Prago en daarnaast wordt een deel van de middelen ingezet bij een nieuwe aanbieder. Gemeente Nieuwegein zal deelnemen aan een aanbestedingsprocedure voor het contracteren van een nieuwe aanbieder van volwasseneneducatie.

2 Bladnummer 2/2 Zaaknummer Onderwerp Aanbod volwasseneneducatie 2015 volwasseneducatie bestaat grofweg uit twee delen, de formele en de non-formele educatie. De formele educatie is het aanbod bij het ROC dat wordt voldaan uit de rijksbijdrage en voldoet aan de eisen van de WEB. De non-formele educatie bestaat uit het aanbod van taaimaatjes, taalgroepen van Movactor en de cursussen van Prago. Deze activiteiten worden gefinancierd door middel van subsidie. In 2015 wordt verder uitgewerkt welk aanbod vanaf 2016 uit de rijksmiddelen zal worden gefinancierd en hoe we het educatiebeleid wijzigen. We onderzoeken dan ook welke rol bibliotheek De Tweede Verdieping hierin zou willen of kunnen spelen. Wij verwachten u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, burgemeester en wethouders, Drs. S.C.R. Hazebroek Loco-secretaris h.l.j.m. Backhuijs burgemeester en gramma Educatie 2015 regio Utrecht-Mii den Convenant Educatie van de Arbeidsregio Utrecht-Midden

3 Programma Educatie (bestrijding laaggeletterdheid) Regio Utrecht Midden Taal: de basis om Mee te doen December 2014

4 Taal: de basis om me doen Dit document omvat het programma voor de aanpak van laaggeletterdheid in de regio Utrecht-Midden in het jaar 2015, De aar igvoordi a is d«et educatie en beroepsonderwijs (Web), die op 1 januari van kracht wordt. De gewijzigde Web schrijft voor dat de gemeenten die samenwerken in een arbeidsmarktregio een gezamenlijk plan opstellen voor educatie en de bestrijc ïg van laaggeletterc leid. )lgen; 1 in dit document aan de orde: Het nieuwe wettelijk kader blz. 2. Het doel van het programma blz. 3 De i tvoerii blz De regionale samenwerking blz De financiering blz Regionale uitgangspunten en uitdagingen blz De opdracht aan ROC Midden-Nederland blz Aanvullend aanbod blz Samenvattend overzicht blz. 16 Bijlage: Begrippen en Taalniveaus 1. Het nieuwe wettelijk kader De Wet educatie en beroepsonderwijs (Web) heeft betrekking op taal- en rekenonderwijs voor volwassenen. De gewijzigde wet biedt gemeenten meer vrijheid in de uitvoering. Gemeenten krijgen de m naast zogenoemd formeel aanbod (cursussen die opleiden voor een officieel certificaat of diploma) ook non-formele activiteiten te bekostigen. Bijvoorbeeld begeleiding door vrijwilligers of ondersteuning bij e-learning. Een andere belangrijke verandering is het stapsgewijs afbouwen van de gedwongen winkelnering bij de ROC's. In onze regio gaat het om het ROC Midden- Nederland. In is wettelijk voorgeschreven dat minimaal 75 procent van het budget dient te worden besteed bij ROC Midden-Nederland. In is het budget vrij besteedbaar. Op deze manier krijgen gemeenten de mogelijkheid maatwerk te bieden in het aanbod van activiteiten, bedoeld om laaggeletterdheid terug te dringen. De nieuwe Web verplicht gemeenten tot samenwerking bij de aanpak van laaggeletterdheid op de ïidsm gio's. In ons g< 'al gaat het om de arbeidsmarktregio Utrecht Midden, die bestaat uit 1 5 gemeenten met Utrecht als contactgemeente. (Zie verder paragraaf 4 over regionale samenwerking). Voor de uitvoering is een regionaal budget beschikbaar in de vorm van een specifieke uitkering. Voor onze regio is dit in een budget van ca 2,75 miljoen. Dit bedrag zal in volc ren veranderen omdat het ministerie een nieuw 'objectief verdeelmodel ontwikkelt. In de eerste berichten over de gevolgen hiervan, is er sprake van een daling van het regionaal budget. Regionaal programma Educatie Utrecht-Midden (November 2014)

5 Nieuw is dat de regio maximaal 25 procent van de uitkering mag 'meenemen' naar een volgend boekjaar. (Zie verder paragraaf 5 over de financiering). In paragraaf 6 formuleren we een aantal uitdagingen waar we in regionaal verband in richti ïg aan willen geven. De paragrafen 7 en 8 bieden een uitwerking van de opdracht aan het ROC Midden-Nederland en de invulling van het overige aanbod, op het niveau van de vijf subregio's. We sluiten in paragraaf 9 af met een samenvattend overzicht. 2. Het doel van he programma De Wet educatie en beroepsonderwijs streeft naar een verbetering van taal- en rekenvaardigheid van burgers die deze vaardigheden onvoldoen ie beheersen. Het accent leggen wij daarbij op taal en de aanpak van analfabetisme en laaggeletterdheid. Want een goede beheersing van de Nederlandse taal is een basisvoorwaarden om mee te kunnen doen in de samenleving. W e Nederlands kan spreken en schrijven, kan z :h beter redder n werk, in de opvoeding en in sociale contacten. Dit sluit ook aan bi de vraag van burgers. Doel van dit programma is zoveel mogelijk inwoners, die de Nederlandse taal niet of onvoldoende beheersen, de kans e bieden hun niveai verbeteren. Op het gebied van taalbeheersing onderscheiden we verse ;nde nivea is 1 : het niv«der 1 F; (analfabe anderstalig, niveau 11 : (taalt leersing op het niveau van groep 8 basissen )l) en 2F (taalbe ing op het eindniveau van MBO-2) ielijk wordt uitgegaan van een percentage van circa 11 laaggeletterden (functionerend onder niveau 2F) in de bevolking. Wanneer dit percentage ook voor onze regio geldt, gaat het om een doelgroep van circa inwoners in de regio Utrecht M dden, waarvan circa in de gemeente Utrecht. Het ideaal is dat iedereen die in Nederland woont niveau 2F bereikt. Maar dat is geen realistische verwachting. De groep laaggeletterden kent een grote verscheidenheid in leeftijd, leefsituatie (werk, uitkering), herkomst (autochtoon, migrant), opleidingsniveau, leervermogen en leerwensen. De vraag is zeer divers. Sommigen willen meerdere jaren onderwijs volgen om de taal goed onder de knie te krijgen. Anderen willen liever een kort traject om een klein stapje verder te komen. Sommigen gaan graag 'naar school', anderen krijgen liever begeleiding van een taaimaatje of verbeteren hun taalvaardigheid thuis via digitale modules. In het aanbod van activiteiten willen we recht doen aan deze diversiteit, omdat we verwachten dat dat het meeste effect oplevert. In dit programma wordt aangegeven welke activiteiten in de regio zullen worden bekostigd uit de rijks )ijdrage. Dit programma is w'erbedoeld voor mensen die verplicht moeten inburgeren. Hun opleiding mag niet worden bekostigd uit de Web-middelen, 1 Voor een uitgebreidere beschrijving van begrippen en ta liveaus verwijzen wij naar bijlage 1 Regionaal programma Educatie Utr -Midden (November 2014)

6 i uitvoering van r rog ra De wet biedt, zoals eerder gezegd, de mogelijkheid voor een gevarieerd aanbod. Zowel formeel aanbod als non-formeel aanbod komen in aanmerking voor bekostiging. Bij het eerste gaat het om cursussen die resulteren in een certificaat diploma, met i loor het n inisterie bepaalde teitseisen. Ni formeel aanbod is niet per definitie gericht op het behalen van diploma of certificaat, maar is ook niet vrijblijvend. Het moet wel degelijk resulteren in betere taalbeheersing. Uitgangspunt in de uitvoering is dat we het aanbod van taalactiviteiten laagdrempelig en waar mogelijk dichtbij huis willen leveren. Individuele gemeenten kennen hun inwoners en kunnen het beste bepalen bod voorziet i )eften. Di ie het aan )d op vanuit: de 15 gemeenten en de vijf subregio's die we binnen de regio Utri den. i de uitvoering kunnen versch lende aanbie een rol spelen. Een belangrijke aanbieder van formeel aanbod is nu nog ROC Midden-Nederland. In 2015 moet nog minima 75 procent van de rijksbijdrage worden besteed bij het ROC. Dit percentage loopt a 10 procent I 016), 25 proce nt (201 7) en 0 procent (201 8) OC Midden-Nederland heeft besloten zijn Participatieopleidingen in deze periode af te bouwen. Dit bet er de komende jaren een nieuwe invulling gevonden zal worden v het formele taaiaan d. Voor een deel van de nieuwe instroom in zal reeds sprake zijn van een in oreer uwe aa bieder. Hiervoor zal in de eerste helft van een aanbestedi edure i doorl Ook andere partijen bieden taalonderwijs en taaitraining aan. Zo biedt Prago (Praktijk Gericht Onderwijs) onderwijs aan mensen met een licht verstandelijke beperking. De Volksuniversiteit biedt een cursu an, die migranten met minimaal middelbare vooropleiding voorbereidt op het behalen van het staatsex n NT2. Allerlei andere organisaties bieden eveneens taaitrainingen, vooral in de non-formele sfeer. Het gaat o.a. om bibliotheken, welzijnsir Hingen en organisaties die vluchtelingen ondersteunen. Veelal werke : vrijwi igers c roepen begeleiden. Reg al pro ma Ec 115 (November 't

7 4. De regionale samenwerking De regio Utrecht-Midden telt 1 5 gemeenten, waarvan er 1 3 deel uitmaken van drie subregio's, te weten: Subregio Utrecht-Zuidoost o Bunnik, De Bilt, Utrechtse \ suvelrug, Wijk bij Duurstede, Zeist Subregio Lekstroom o Houten, Lopik, Nieuweqein. Vianen, IJsselstein Subregio Groene f irt van Utrecht o Montfoort. Oudewater, Woerden Stichtse Vecht Utrecht Utrecht is de door het Rijk aangewezen contactgemeente voor de regio Utrecht-Midden. Zeist, Nieuwegein en Montfoort zijn de vertegenwoordigers van de drie subregio's. Utrecht maakt vanwege zijn omvang geen deel uit van een subregio. Stichtse Vecht maakt geen deel uit van een subregio in deze arbeidsmarktregio, vanwege zijn nauwe samenwerking met de Noord-Hollandse gemeenten Weesp en Wijdemeren. Als contactgemeente heeft Utrecht de volgende (wettelijke) taken: Het opstellen van een regionaal programma in overleg met de andere gemeenten in de regio; het vervullen van de rol van opdrachtgever van ROC Midden-Nederland en voor eventuele andere aanbieders die op regionale schaal, voor meerdere subregio's activiteiten aanbieden; de verdeling van de (resterende) rijksbijdrage aan de gemeenten dan wel de contactgemeenten van de subregio's ten behoeve van lokale initiatieven; het verantwoorden van de uitgaven aan het ministerie voor zowel de regionale opdrachten (waarvoor Utrecht opdrachtgever is) als de opdrachten die door individuele gemeenten en subregio's worden verstrekt; het ontwikkelen van een kwaliteitswaarborg en een systematiek voor monitoring. Alle gemeenten in de regio hebben de volgende verantwoordelijkheden: Zorgen voor inzicht in de vraag naar taalonderwijs onder hun bewoners; het inbrengen van deze vraag in het overleg over het regionaal programma; het aantrekken van aanbieders voor subregionaal en lokaal aanbod door middel van contractering of subsidiëring; het leveren van verantwoordingsinformatie die de contactgemeente nodig heeft voor de verantwoording aan het ministerie; bepalen of zij al dan niet een eigen financiële bijdrage van deelnemers vragen. Regionaal programma Educatie Utrecht-Midden (November 2014)

8 De afstemming over de regionale samenwerking vindt plaats op ambtelijk niveau in het regionaal overleg educatie. Vertegenwoordigers van de vijf subregio's (één per subregio) komen tenminste eer per kwartaal bij elkaar om de uitvoering te bewaken, afspraken te maken over monitoring en verantwoording en bestuurlijke besluitvorming voor te bereiden. Mocht een subregio tekort schieten in de uitvoering of in het afleggen van verantwoording hiervoor, dan kan de contactgemeente het verstrekte budget terugvorderen. Het ministerie heeft een eenvoudige verantwoordingssystematiek toegezegd. De Algemene Maatregel van Bestuur waarin de wijze van verantwoording wordt geregeld, moet nog worden gepubliceerd. De hoofdpunten van de regionale samenwerking zijn vastgelegd in een convenant tussen de 1 5 gemeenten in de regio, dat bestuurlijk wordt vastgesteld, samen met dit regionaal programma. Regionaal progra ducatie Utrecht-Midden (November 2014)

9 5. De financiering Financieel uitgangspunt is de specifieke uitkering van het Rijk, die in uitkomt op ca 2,75 miljoen. Dit budget is de optelsom van budgetten die door het Rijk zijn toegerekend aan de 1! gemeenten in de regio. Bij de verdeling van het regionaal budget gaan we uit van deze budgetten per gemeente, ledere subregio heeft, zou je kunnen zeggen, een 'trekkingsrecht' op haar aandeel in het totale regionale budget. Van het jaarlijkse budget mag maximaal 25 procent worden 'meegenomen' naar een volgend jaar. Lastig en nogal technisch punt is dat het ministerie tevens heeft opgelegd dat 3% van het budget dat bij het ROC wordt besteed, extra n het ROC dient te worden betaald, ter uitvoerini i een afspraak die bestaat tussen ministerie en de ROC's. Deze afspraak heeft te maken met de fin; ig var :tra personeelskosten waar het gaat om Werkloosheidswet en Arbeidsongeschi eid. Daartoe is de rijksbijdrage verhoogd. In wordt tenminste 75 procent van het regionaal budget besteed bij ROC Midden-Nederland. Dat mag ook meer zijn, zolang dit past binnen het afbouw-schema dat binnen het ROC wordt gehanteerd. Onderstaande tabel bevat de budgetten per subregio en de verdeling hiervan over ROC Midden- Nederland en andere aanbieders. iregio idget ( Aandeel ROC (waarvan lumpsum WW/AO) Andere uitgaven Utrecht-Zuidoost Lekstroom (lumpsum WW/AO ) (lumpsum WW/AO ) Resteert Resteert Groene Hart van Utrecht (lumpsum WW/AO 3.000) Resteert 34.50C Stichtse Vecht Utrecht t (lumpsum WW/AO 2.600) (lumpsum WW/AO ) eert(61.40c Resteert Totaal (78%) (lumpsum WW/AO ) Het ministerie werkt aan een nieuw 'objectier verdeelmodel. Dit zal in volgende jaren resulteren in een ander budget voor de regio en ook een andere verdeling van het regionaal budget over de subregio's. De concept-doorrekening van het verdeelmodel leidt tot een verlaging van het regiobudget (circa 12%), met name voor de gemeente Utrecht (bijna 20%). De nieuwe verdeelsleutel wordt waarschijnlijk rond de jaarwisseling definitief vastgesteld. De budgetten worden gefaseerd aangepast in 2016 en Een procedure voor aanbesteding van de nieuwe regionale opdracht formeel taalaanbod wordt voorbereid. Deze procedure wordt in de eerste helft van doorlopen. Vanaf de zomer zullen daar de eerste deelnemers terecht kunnen. Regionaal programma Educatie Utrecht-Midden November 2014)

10 Het is de bedoeling een opdracht te verstrekken voor de periode tot 201 8; de perioi Lrin de opdracht aan het ROC wordt afgebouwd en dit regionaal programma geldt. In het verwervingsteam dat de aanbestedings acedure zal voorbereiden en i tvoeren, zullen naast Utrecht, enkele vertegenwoordigers van regiogemeenten deelnemen. 6. Regionale uitgangspunten en uitdagingen Wij onderschrijven de acht :rliggende gedachte van I tsontw :rp: gemeen n zijn het best zelf in staal :n te i lokaal lijk ai bod te i aliseren, op basis va de behoefte van inwoners. Zij zijn tevens het best in staat om aansluiting te zoeken bij de bestaande lokale infrastructuur en de lokaal geldende afspraken en werkwijzen. Daarom zijn in dit regionale plan, naast de geldende wettelijke voorwaarden, geen region geldende p oriteit :n of eisen opgenomen. Voor de regi Js gezamenlijk uitg ingspunt dat wij Taal zien als basis om M :e te kunnen doen ir de samenleving. Het beheersen van basisvaardigheden en vooral taalvaardigheid bevordert maatschappelijke en arb ids matige zelfredzaamheid en voorkomt onnodige problemen en isolement. We zien voor de komen jaren een aantal inhoud lijke uitdagin 1. \ /ij willen zoveel mogelijk aansluiten bij de mogelijkheden en motivatie van burgers. Er is een iidenheid in leeftijd, leervermogen en leerdoelen. Waar mogelijk willen we de kansen die de wi jiedt, benutten om zoveel mogelijk passend aanbod te realiseren. Door inzet van professionals én van vrijwilligers, met een goede balans tussen continuïteit, vernieuwing en flexibiliteit. 2. Door het wegvallen van de rol van het R Midden Nederland zullen we in de eerste helft van 2015 een aanbestedingsprocedure opzetten om zorg te dragen voor nieuw formeel aanbod. 3. Daarnaast zal in de verschillende subregio's een nie /e onb ikkeling ontstaan in de inzet van ligers naast het formele aanbod. Aanhaking aan d< nfrastructuur, zorgdragen voor dersteuning van taalvrijwilligers, zal de nodige aandacht vergen. 4. Om bovenstaande ontwikkelingen en uitdagingen te voeden, zullen we in voorstellen ontwikkelen, over de wijze waarop: - wij toe kunnen werken naar een kwaliteitswaarborg voor non-formeel aanbod; - wij een oordeel van deelnemers over de ta rainingen in beeld kunnen krijgen; - wij zicht kunnen krijgen op de behoefte naar inhoudelijke of praktische ondersteuning onder vrijwilligers; - er een eenvoudige monitoring opgezet kan worden zodat we meer zicht krijgen op de e doelgroepen, hun leerwensen en de resultaten die worden geboekt. Regionaal programma Educatie Utrecht vlidder '15 (November 2

11 7. De opdracht aan ROC Midden-Nederland Als contactgemeente verstrekt Utrecht de regionale opdracht aan ROC Midden-Nederland. Uitgangspunt voor de opdracht is de vraag naar aanbod dat de subregio's in via het ROC willen realiseren. Hieronder zijn de gewenste activiteiten per subregio opgesomd. Waar mogelijk zullen taalvrijwllligers een actieve rol spelen rond de lessen van het R( IC (en andere formele aanbieders). Hierover worden per subregio afspraken gemaakt. In de overzich n 2 hieronder zijn de bedragen opgenomen die betrekking hebben op de uitvoeringskosten voor de opdracht. Daarnaast dient rekening te worden gehoi :n met de 3% opslag voor de wettelijk opg< egde extra personeelslasten. A. Subregio Utrecht-Zuidoost In de subregio wordt ervoor gekoz om een groot deel van de rijksbijdrage te besteden aan aanbod van ROC Midden Nederland. De groepen zitten vol en voldoen aan de behoefte. Prioriteit wordt gegeven aan burgers met een bijstandsuitkering. Daarnaast krijgen burgers die bij Bureau Schuld Regeling een traject doorlopen, voorrang bij de rekencursus die in overleg met het Nibud is vormgegeven. Locaties voor de uitvoering zijn Zeist en Wijk bij Duurstede. Globaal gepland aanbod aantal groepen max. deelnemers globaal budget Taal Rekenen Totaal Inclusief3%lumpsum B. Subregio Lekstroom Van de totale rijksbijdrage van circa ,- is de regio Lekstroom voornemens om circa ,- te besteden aan aanbod van het ROC Midden Nederland. Er is sprake van voorrang voor burgers met een bijstandsuitkering, waarbij andere deelnemers niet worden uitgesloten. Werk en Inkomen Lekstroom (WIL) is betrokken bij het vormgeven van het aanbod en de verwijzing van deelnemers. Locatie voor de uitvoering is in Nieuwege Globaal gepland aanbod aantal groepen max deelnemers globaal budget NT NT Rekenen Totaal Inclusief3% lumpsum De intensiteit en duur van de ve de groepen verschilt; daardoor is een één-op-één vergelijking in aar Hen en kosten niet uit deze overzichten af te lezen. Regionaal programma Educatie Utrecht-N idden (November 2014)

12 C. 5 jbregto Gr< in Utr Deze subregio is voornemens om van het totale rijksbudget in 2015 van circa ,- een bedrag van circa 9 ien vc ten van ROC Midden Nederland. Tot nu toe waren de lesgroepen or Idoende gevuld. E ï het aanbod en een verschi /ing naar aanvullend aanbod op meerdere lo aties is laarom voor de har 1 liggend. De nieuwe organisatie Ferm Werk zi laar verwachting meer d< nemers kunnen a imeld< n. Andere rwijzer zijn zelforganisaties en bibliotheek Het Groene Hart. Locatie \ or de uitv< j van de ROC-activiteiten is in Woerden (ROC-vestig g en Ferm Werk). Globaal gepland aanbod NT1 Basiscursus Taal en rekenen NT2 Totaal Inclusief 3% lumpsum aantal groepen max. deelnemers 2,5 30 3,5 42 globaal budget gio Stichtse Vecht Stichtse Vecht constateert dat al enkele jaren het aantal beschikbare leerplekken bij het ROC groter zijn dan het feitelijk gebruik, ondanks wervingsactiviteiten. Meer diversiteit in aanbod en in locaties is dan ook zeer gewenst. Daarom kiest Stichtse Vecht voor de inzet via ROC Midden Nederland van circa ,- van het totaal beschikbare budget van ,-. Uitvoeringslocatie voor de acti ;iten van ROC i! laarssen. Globaal gepland aanbod aantal groepen max. deelnemers al bu< get NT1 Basiscursus Taal en Rekenen NT2 Nederlands als tweede taal Totaal Inclusief'3% lumps Regionaal programma Educatie Utrecht-Mi (November; 10

13 E. Subregio Utrecht In Utrecht werkt het ROC MN in verschillende locaties. Zowel van het ROC, als vanuit scholen of buurthuizen. Er bestaat nog ruimte voor instroom in NT1 groepen. Bij het NT2 aanbod Nederlands als Tweede taal, is sprake van wachtlijsten. Gelet op de afbouw van de activiteiten van het ROC is besloten per medio de instroom te stoppen in de groepen van 1F naar 2F. En de andere instroom stapsgewijs te verminderen. Prioriteit van het aanbod van ROC ligt bij de borging van continuïteit voor de bestaande deelnemers én het zorgdragen voor duid jkheid in het veld van verwijzers. Medio zullen een aantal groepen zorgvuldig worden overgedragen naar de nieuw te contracteren aanbieder van formeel aanbod. Dit betreft met name de groepen van 1 F naar 21 Globaal gepland aanbod aantal groe ax. d< ers globaal budgi NT1 Bas rsus NT F->2F* Totaal ïdusief 3% lumpsum * Tot 1 juli Nieuwe opdracht formeel aanbod in voorbereiding Zoals gesteld zal in de eerste helft van een regionale aanbestedingsprocedure worden doorlopen om vanaf medio 2015 gefaseerd het formeel aanbod in de regio over te nemen van ROC Midden Nederland. Hierdoor borgen wij: - de toegang van nieuwe deelnemers, die in steeds mindere mate bij het ROC terecht zullen kunnen, - zoveel mogelijk continufte «in de bestaan Je dienstverlening aan deelnemers bij het ROi - de raken van een gestage afbouw van de opdracht aan het ROC MN et eer jaarlijl derd budget met 25%. Aandachtspunt hierin is de gewenste decentrale uitvoering in de verschillende subregio's. Waar nodig zullen ROC-groepen worden overgebracht naar het aanbod van de nieuwe uitvoerder(s). De subregio Lekstroom en de gemeenten Utrecht en Stichtse Vecht hebben voor de financiering van deze opdracht in budget gereserveerd. Naar verwachting zal ook Zuidoost zich bij deze aanbesteding aansluiten. Regionaal programma Educatie Utrech dden

14 8. H :t aanvullend aanbod Zoals in het voorafgaande duidelijk werd, worden in diverse subregio's ook andere aanbieders (formeel of non-formeel) ingeschakeld bij het taalonderwijs. Organisaties als Prago en de Volksuniversiteit bieden aanbod voor specifieke doelgroepen, m nzet van docenten. Prago (Praktijk Gericht Onderwijs) richt zich op de doelgroep met een lichte verstandelijke beperking (b.v. voormalig leerlingen Praktijkonderwijs, Wajong-gerechtigden). De Volksuniversiteit heeft een breed aanbod voor allerlei talen en vaardigheden, maar specifiek voc taal is er een aanbod voor voorbereiding op het behalen van het staatsexamen NT2 Utrecht voorzien in subsidiëring van dit aanbod, zodat de eigen bijdrage voor deelnemers kon worden verminderd. Vanaf maken de subregio's hierin zelf een keuze. Daarnaast zijn er lokale partijen als welzijnsinstellingen, de bibliotheek of vrijwilligersorganisaties die een rol spelen of laan spelen in de verzorging van taaitraining. Hieronder volgt een opsomming per subregio van de inzet van Rijksbudget Web voor deze activiteiten.. Subregio Utrecht Zuidoost In de verschillende gemeenten zijn verschillende partijen actief. In Zeist heeft de bibliotheek Idea het initiatief genomen om een Taalhuis in te richten. Het Gilde voert een project Samenspraak uit en via het Welzijnswerk, Kerk en Samenleving en de Vrouwentaalgroep worden verschillende taalactiviteiten georganiseerd. In De Bilt zijn naast de Bibliotheek Idea, Steunpunt Vluchtelingen en Mens actief op het gebied van taaiondersteuning. In Bunnik zijn taalhulpmaatjes actief via de Stichting Vluchtelingenwerkgroep - Samenspraak en verzorgt de Stichting Cursussenproject taalcursussen. In Wijk bij Duurstede onderzoeken de welzijnsorganisatie en de Bibliotheek of de inrichting van een Taalpunt gewenst is. In de gemeente I ltse Heuvelrug heeft welzijnsorganisatie Welnuh een taalplatform opgericht, met taaiaanbieders en de bibliotheek. Bovenstaande activiteiten worden niet financieel ondersteund vanuit het rijksbudget educatie. De subregio kiest er in 2 5 niet voor om n ïlen in te zetten voor activiteiten van Prago of de Iksuniv teit. Voor wat betreft de Prago-doelgroep wo te ins il 5, bezien of de studieregeling in de Particip iewet voor de ex-wayong/wsw doelgroep soelaas biedt. Waarschijnlijk wordt een deel van de bestümmingsre /e ing zet voor de fii ering van r et nieuw< formele aanbod. Regionaal programma Educatie Utrecht-Midden (November 2014) 12

15 B. Subregio Lekstroom Voor wat betreft het formele aanbod maakt subregio Lekstroom budget vrij om vanaf medio een nieuwe aanbieder (naast de activiteiten van het ROC MN) te kunnen contracteren. Hiervoor zal een belangrijk deel van de opgenomen bestemmingsreserve worden ingezet. Prago verzorgt in in zowel de gemeente Nieuwegein als in Houten een educatieprogramma aan circa 40 deelnemers dat niet uit het Rijksbudget Web wordt gefinancierd. Prago gaat daarnaast in pilots uitvoeren onder de noemer Prago Mobiel. De totale kosten bedragen II.000,-en worden ten laste gebracht van het Rijksbudget Web. Pilot voor maximaal 1 5 deelnemers met een WSW-indicatie. o Toegankelijk voor deelnemers woonachtig in een gemeente van de Lekstroomregio o o üjgehouden wordt wat de leerprestaties zijn Prago voldoet aan de verantwoordingseisen van de WEB Pilot voor maximaal 1 5 deelnemers woonachtig in Lopik (locatie in Lopik). Non-formeel Taalaanbod De Stii ïting Lezen en S< ijven heeft ie regio LekstrDom in 2014 onderzocht welke activiteiten er zijn op het gebied van not meel taal; bod d, met vrijwilligers wordt vormgegeven. In elke gemeente is sprake van een aanbod. Dit aanbod wordt verzorgd door de lokale VIui lingenwerk-organisaties, Welzijn: irganisé :ies en de bibliotheek. Het gaat om individuele taaimaatjes en groepsactiviteiten. In gemeente Nieuv in wordt in 21 :ocht of er draagvlak is voor het creëren van een Taalplatform met de betrokker netwerk van organisaties waarb de activiteiten op gebied van taalverwerving op elkaar worden afgestemd en de krachten zo worden gebundeld en overlap wordt verkleind. De Stichting Lezen en Schrijven biedt in de regio Lekstroom in 2014 een cursus "Herkennen laaggeletterdheid" aan taalvrijwilligers van de diverse organisaties. ft een Het jaar zal de regio gelegenheid geven om de nieuwe m jkheden en erv; ;n m.b.t. de inkoop van volwasseneneducatie, de nieuwe ontwikkelingen/initiatieven op gebied van de nonformele taaieducatie en mogelijk het in gebruik nemen van de Taalmeter oor WIL te volgen. Het beleid voor e.v. zal op basi van d ervaringen worden bepaald. C. Subregio Groene Hart van Utrecht In het Groene Hart wordt ondersteuning van lokale initiatieven gewenst. Daarbij ligt de nadruk op het versterken van laagdrempelige, non-formele educatie binnen de lokale infrastructuur. Belangrijk is dat de diverse doel roep zo goed mog< : bediend wordt met een breed aanbod, dicht bij de vi tdplaats en meer geïntegreerd. In 2014 is een pilot gestart waarin Prago, Ferm Werk en Futura College samenwerken. Deze pilot met 2 groepen en 30 deelnemers loopt door in Hiervoor zal circa ,- van de Rijksbijdrage worden benut. In samenwerking met Regiobibliotheek Het Groene Hart, taaiaanbieders en Ferm Werk wordt in een begin gemaakt met de inrichting van Taalpunt of Taalhuis. Het Taalpunt of Taalhuis is een toegankelijke, fysieke plaats voor de aanpak van laaggeletterdheid. Een piekwaar vragers, aanbieders, Regionaal programma Educatie Utrecht-Midden (November 2 )14) 13

16 activiteiten en collectie van de Nederlandse taal en ar iere basisvaai leden :aar komen. Door bundeling van krachten van diverse organisaties, zullen meer laaggeletterden bereikt worden en ontstaat er een gevarieerd aanbod dat goed aansluit I j de verschi ide hulpvragen van laaggeletterden. Locatie is: Bibliotheek Het Groene Hart in Woe rvoor wo a 1 van de Rijksbijdrage Web benut. In wordt nader on< ander ijke partners (zoals v inisati zorginstellingen en de Volksunive Het Groene Hart, met leslocaties in meerdere gemeent* n) een grotere rol kunnen gaan s blijft no< enige te be: :hikbaar voor eventuele ing van act riteitei lit het ijksbudget. D. Subregio Stichtse Vecht Stichtse Vecht streeft naar een betere bediening van de doelgroep laaggeletterden, met een meer gespreid en divers aanbod, nie :en qua vc laar ook qua locat Ondersteuning van lokale initiatieven is gewenst, omdat er na de vorming van Stichtse Vecht veel cursisten uit ïinere kernen zijn uitgevallen bi C, vooral vanwege reisafstand. Daarbij ligt de nadruk op het versterken van laagdrempelige, non-formele educatie binnen de lokale infrastructuur. ingrijk is dat de gevarieerde doelgroep zo goed mogelijk bediend wordt. Er zijn mogelijkheden voor besteding van circaa ,- voor: - aanbesteding van een nieuwe o Iracht formeel aanbod - activiteiten van Prago en Volksuniversiteit, - een lokaal Taalpunt. Bibliotheek Angstel, Vecht en Venen (AW) en welzijnsinstelling Welzijn Stichtse Vecht bereiden het Taalpunt voor, waarmee Breukelen en Loenen beter bediend worden. Het Taalpunt zal ook het lokale taalaanbod van diverse partijen in kaart brengen en de toeleiding van laaggeletterden richting opleidingsmogelijkheden invullen. Op die wijze sluit < : Taalpunt goed aan bij de gewenste ontwikkelingen. Wij reserveren voor co-financiering van dit initiatief maximaal ,- in Nader overleg zal plaatsvinden over de feitelijke inzet van dit bedrag. Voor de activiteiten van Prago wordt een bedrag van maximaal ,- begroot, ten behoeve van 30 Jeelne ;rs. Voor de Volksuniversiteit wordt rekening gehouden met een maximum van 11 deelnemers, waarvoor 50% van de eigen l ydrage wordt g ibsidieerd. Hierv( or wordt maximaal 5.,- begroot. Tot slot resteert een bestemmingsreservering van circa ,-. Dit budget zal worden besteed om deel te kunnen nemen aan de aanbestedingsprocedure die moet leiden tot een nieuwe aanbieder van formeel aanbod vanaf medio en mogelijk bijkomende accountantskosten die voor dit programma noodzakelijk zijn. Region al programma Educai e Utrecht-Midden (November 2014) 14

17 E. Subregio Utrecht In december 2013 is in Utrecht de Herijking Volwasseneneducatie vastgesteld. Daarin is de koers vastgelegd voor de komende jaren. Als ambitie is geformuleerd dat in jaarlijks Utrechters deel kunnen nemen aan taal-activiteiten, formeel en non-formeel. In het aanbod zullen zij worden ondersteund door taalvrijwilligers. In Utrecht zijn circa 20 organisaties actief waar taalvrijwilligers diverse vormen van taalactiviteiten begeleiden. In dit Taainetwerk, waarin ook het pi : Taal voor het Lev ;n van de Stichting Lezen en Schrijven en de Bibliot»ek belar ijke rollen ver len, v It constructi samengewerkt aan een aantal gewenste vernieuwingen. De belangrijkste punten zijn hieronder samengevat. Doelen en actiepunten in 201 5: 1. Versterken samenhang en toegankelijkheid van formeel - en non-formeel aanbod: - Vrijwilligers actief in het ROC-aanbod, in en om de klas Inrichting van Taal Informatiepunten in d< bibliotheekfili ilen, waar vrijwilligers verwijzen naar passend aanbod - Een digitaal zoeksysteem om het taalaanbod te ontsluiten - Project taalcoach in de bieb Introductie van de Taalmeter bij W rk en Inkomen Pilot Startfase in twee bibliothe ialen In zal extra aandacht worden b< steed aan de verwijsmogelijkheden in het taalaanbod zij de buurtteams 2. Verbeteren ondersteuning taalvrijwilligers: Inrichting van een Taal Ondersteuningspunt voor taalvrijwilligers (voorlichting vraagbaak, methoden bank, wensen t.a.v. scholing of training) Peiling onder de vrijwilligers over hun wensen en behoeften aan (taal)ondersteuning, inclusief concrete actiepunten voor de organisaties in het netwerk - Stimuleren van het volgen van de basistraining die wordt verzorgd door de Stichting Lezen en Schrijven Kwantitatieve groei realiseren met inzet van verschillende partijen uit het taainetwerk Naast de Rijksbijdrage is er in Utrecht een extra budget van ',- gemeentebudget voor dit onderdeel beschikbaar. Dat is ,- minder dan in Hieruit zijn en worden veel van bovenstaande activiteiten gefinancierd. Daarnaast wordt uit het gemeentebudget subsidie aan de Volksuniversiteit bekostigd en wordt de taaicomponent bij geïntegreerde trajecten van de MBO-afceling in het ROC MN gefinancierd voor met name voormalige leerlingen van de Internationale Schakelklas. Voor wat betreft de inzet van de Rijksbijdrage van circa 1,61 min, verwachten wij een budget van circa 1,2 min in te zetten bij het ROC MN. De resterende ,- zetten wij in op: De financiering van de activiteiten van Prago (circa 75 deelnemers) ,- De vervangende opdracht voor Utrecht vanaf medio (circa ,-) Een bedrag van ,- behouden wij vooralsnog als bestedingsreserve, om waar nodig gedurei Je het bc aar in te kunnen spelen op vragen of knelpunten. Regionaal programma Educatie Utrecht Midden 2( (Ne 2014) 15

18 9. Samenvattend overzicht inzet rijksbudget Utrecht Midden Subregio en oraanisatie Utrecht Zuidoost OC Midden Nederland Besten ngsreserve Lekstroom OC Midden Nederland rago Bestemmingsreserve (o.a. voor nieuwe opdracht formeel aanbod Schattinq deelnemers lobale bedraqen Groene Hart van Utrecht - ROC Midden Nederland - Pilot Prago-Ferm Werk - Futura - Taalpunt of Taalhuis - Bestemmingsreserve Stichtse Vecht ROC Midden Nederland Prago - Volksuniversiteit Taalpunt Utrecht - Bestemmingsreserve (o.a. voor nieuwe opdracht form el aanbod) ROC Midi m Nederland Prago Nieuwe opdracht formeel aanbod Bestemmingsreserve (halfjaar) Totaal Circa (afgerond) Regiona il programma Ec Jtrechi (Ne 16

19 ijlage Beg en en Taal :aus Taalr veaus ; -ig aan naamsveranderingen. Er wordt meestal gebruik gemaakt van een Europese indeling (A1,A2,B1 etc.) De commissie syerink t een niveau-indeling gemaakt op een F-schaal. Voor de verschillende niveaus in deze vaai eden. men ge leerd op het terrein van lezen, schrijven, spreken, luisteren, rekenen en digitale De term Laaggelet rd wordt gebruikt voor personen met een ta rsing onder niveau 2 F. De sme in atie tot de Nederlandse taalvaardigheid is afhankelijk van de moedertaal, maar komt in deze termen neer op functioneren onder niveau 1 F. < 1 F iisten kun n soms wel: een eenvoudig formulier invullen een werkopdracht lezt een notitie schrijven voor een collega hun eigen post beheren IF Vergelij baar met eindniveau basisschool. Cursisten kunnen b.v een moeilijke lier ini uilen e-ma een werkverslag schrijven» its opzc en op internel 2F cursisten kunnen b.v. : stromen op MBO nive au 3 zakelij ven scirijven met be ilp van standaardformuleringen duidelijke meningen en gevoelens beschrijven Opl gen NT1 (Nederlands als e< -ste taal) Ruim een miljoen autochtone Nederlanders beheersen de :rlandse taal onvoldoende. De opleid gen NT1 zijn bede de taalvaar igheid van autoc tone Nederlander ap een danig niveau te brengen dat d Inemer een lai kan halen. Opleidingen NT2 (Ne als tw e taal) Opleidingen NT2 oeld om de taal rdigheid van anderstaligen te verbeteren. Deelnemers kunnen op vij niveaus aan de opleiding meedoen. Het is mogelijk om de NT2-opleiding af te sluiten met certi aten of een staatsexamen. Formeel aa iod Dit aanbod kenmerkt zich door regelgeving t.a.v. de leid docenten en toetsen. De vorm is ;stal een vaste lesgroep. Di an bod m t voldoen aan de eise lie het sterie \ an OCW stelt. Non-formeel aanbod Kenr t zich door inzet van vrijw srs, ka ividueel of in (kleine) groepjes plaatsvinden. Over het algemeen is dit aanbod meer vi igericht, gestuurd door wens en doelstelling van de deelnemer. Inform iel lere ers maken geen gebruik van 'aanbod', maar zijn (al dan niet geholpen door iemand in het eige twerk) actief om de taal te leren, Hierbij maakt men gebruik van het netwerk, beschikt iet, te jisie enz. Situationeel leren / contextueel leren Laaggeletterden komen in bepaalde situaties niet verder of zelfs in de pr «blemen omd j de ta, iet begrijpen of onvoldoende kunnen r< Er kan da ht worden ingezet op het leren van noodzakelijke begrippen, die van belang zijn voor die bepaalde situatie, zonder het algemeen Nederlands taalniveau centraal te stellen. Bijvoorbeeld ederiands op de werkvloer, Taal en rekenen bij schuldhulpverlening, taal bij compute integraal onderdeel van de I Regionaal programma Educatie Utrecht-Midden (November 2014) ebruik. Taal is dan 17

20

21 Gemeente Utrecht Convenant Educatie van de Arbeidsmarktregio Utrecht-Midden kenmerk Convenant Educatie van de Art» smarktreglo Utrecr November 2014

22 Convenant Educatie van de Arbeidsmarktregio Utrecht-Midden Partijen: 1. De gemeente Utrecht, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door M.F.M. Jongerius in de hoedanigheid van wethouder, hierna te noemen: 'Utrecht', 2. De gemeente De Bilt, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door M.C.T. Bakker-Smit, in de hoedat id van wethouder, hierna» noemen: 'De Bilt', 3. De gemeente Bunnik, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd doorjj. Eijbersen, in de edank id van wethouder, hierna te noemen: 'Bunnik', 4. De gemeente Utrechtse Heuvelrug, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door H. Veldhuizen, in de hoedanigheid van wethouder, hierna te noemen: 'Utrechtse Heuvelrug', 5. De gemeente Wijk bij Duurstede, te dez ;n rechtsge irtegenwoordigd door W. Kosterman, in de hoedanigheid van wethouc a te noemen: 'Wijk bij Duurstede', 6. De gemeente Zeist, te dezen rechtsgeld rertege lordigd doorj. VerbeekNijhof, in de hoedanigheid van wethouder, hierna te noemen; 'Zeist', 7. De gem< nte M iort, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door F. Langerak-Oostrom, in de ho«id van wethouder, hierna te noemen: 'Montfoort', De gemeente Oudewater, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door A.M. de Regt, in de hoedanigheid van wethouder, hierna te noemen: 'Oudewater', 9. De gemeente Woerden, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door J.I.M. Duindam, in de hoedanigheid van wethouder, hierna te noemen: 'Woerden', 10. De gemeente Houten, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door W.M. de Jong, in de hoedanigheid van burgemeester, hierna te noemen: 'Houten', 11. De gemeente Lopik, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door J.R.C, van Everdingen, in de hoedanigheid van wethouder, hierna te noemen: 'Lopik', 12. De eente jwegein, te des :n recr igd door F.TJ.M. Backhuijs, In de hoedanig eid van burgemee ter, hierna te nos n: 'Nii 13. Degei te Vianen, te dezen n oor M.F.M. Verweij, in de hoedanigheid van wethoudi n: 'Via :n', 14. De gemeente IJsselstein, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door V.C.M, van den Berg, in de hoedanigheid van wethouder, hierna te noemen: 'IJsselstein', 1 5. De gemeente Stichtse Vecht, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door V. van der Horst, in de hoedanigheid van wethouder, hierna te noemen: 'Stichtse Vecht', Convenant Educatie Midden-Utrecht 3agina2van8 kenmerk 14.5

23 gezamenlijk te noemen: 'de Gemeenten' NEMEN IN AANMERKING DAT: I. In dit Convenant de Gemeenten de verplichtingen vaststellen die ze tegenover elkaar hebben. II. Utrecht met de wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs (Web) per 1 Januari 2015 de Contactgemeente Is voor de regio Utrecht-Midden. III. Arbeidsmarktregio Utrecht-Midden gevormd wordt door vijf subregio's: Lekstroom, bestaande uit: tuten, Lc pik, Ni luwegein, Vianen en Usselstein; Utrecht Zuidoost, best; ide uit: Bun De Bi chtse Heuvelrug, Wijk t Duurstede en Zeist Groene Hart van Utrecht, bestaande uit: Montfoort, Oudewater en Woerden; Stichtse Vecht; Utrecht IV. Gemeenten dit Convenant uitvoeren conform de actuele wet- en regelgeving. EN KOMEN OVEREEN ALS VOLGT: Convenant Educatie Midden-Utrecht pagina 3 van 8 rk

24 Toelichting op het convenant De aa ing voor dit convenant is de wijziging in Wet educatie en beroepsonderwijs (Web), die op 1 januari'. I 5 van kracht wordt. De gewijzigde Web schrijft voor dat de gemeenten die samenwerken in een arbeidsmarktrei io een gezamenlijk plan opstellen voor educatie en de bestrijding van laaggeletterdheid. Voor dit doel krijgt de regio de beschikking over een specifieke uitkering. De Wet ec beroepsonderwijs (W ) heeft betrekking op taal- en rekenonderwijs voor volwassenen. De gewijzigde wet biedt gei ten meer vrijheid in c uitvoering. jende mogelijkheid om naast zogenoemd formeel aanbod (cursussen die opleiden voor een officieel certificaat of ( iploma) ook non-formele activiteiten te bekostigen. Bijvoorbeeld begeleiding door vrij illigei ersteuning bij e-learning. Een andere belangrijke verandering is het stapsgewijs afbouwen van de gedwongen winkelnering bij de ROC's. In onze regio gaat het ( et ROC I dden- Nec d. In : is wettelijk voorgeschreven dat minimaal 75 procent van het budget dient te worden besteed bij ROC Midi n-nederland. In 2018 is het budget vrij besteedbaar. Op deze manier krijgen gemeenten de mogelijkheid maatwerk te bieden in het aanbod van activiteiten, bedoeld om laaggeletterdheid terug te dringen. De wet heeft betrekking op de doelgroepen analfabeten, laaggeletterden (functionerend onder niveau 2F), vrijwillige inburgeraars. Verplichte inburgeraars zijn uitgesloten van aanbod dat uit de specifieke uitkering wordt b kostigd. Dit convenant dient als juridisch kader voor de samenwerking. Convenant Educatie Mi Jen-Uti pagina 4 van 8 kenmerk

25 1 Begrippen 1.1 Contactgemeente 1.2 Web 1.3 Specifieke uitkering 1.4 Educatie-aanbod 1.5 ionaal programma: 5 Ambtelijk vertegenwoordiger 1.7 Aanspreek rit gemeente 1.8 Regio op grond van de Web is Utrecht aangewezen als contactgemeente. de gewijzigde Wet educatie en beroepsonderwijs (Web). De Wet is in ieder geval van 1 januari tot 31 december van kracht. het budget dat het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetens ïappei (OCW) op gror i van de gewijzigde Web aan de contactgemeerte beschikbaar stelt, ter bekostiging van educatie-aanbod. is gericht op het verwerven van vaardighede erlandse taal en rekenen door volwassenen (18 jaar en oi der). De specifieke uitkering kan zowel voor opleidingen met diploma-erkenning (formeel aanbod) als opleidingen zonder diploma-erkenning (non-formeel aanbod) worden ingezet. Beide soorten van onderwijs zijn gericht op de wettelijk vastgestelde eindtermen. de Web schrijft v or dat de egio, onder coördinatie van de contactgemeente, een programma opstelt waarin het educatieaanbod dat wordt bekostigd uit de specifieke uitkering wordt beschreven. de subregio's worden in het regionaal overleg Educatie vertegenwoordi loor een aangewezen ambtenaar. Deze vertegenwoordiger draagt zorg voor afstemming met de aanspreekpunten binnen de gemeenten die deel uitmaken van de subregio. in alle gemeenten is een ambtelijk aanspreekpunt aangewezen, die is belast met de ambtelijke en bestuurlijke afstemming binnen de gemeente, zowel waar het gaat om de planvorming als de uitvoering en verantwoording van de uitgaven uit de specifieke uitkering. Arbeidsmarktregio Utrecht-Midden. 2 Samenw rkinc 2.1 De Regio bestaat uit vijf subregio's. De vertegenwoordigende gemeente van de subregio betreft: a. Utrecht; b. Stichtse Vecht; c. Leks lom: Nieuwegein; d. Utrecht Zuid-Oost: Zeist; e. Gr< van Utrecht: Montfoort. lonvenant Educatie Midden-Utrecht agina 5 van kenmerk

26 2.2. Onder voorzitterschap van de Contact? emeente komen minimaal eens per kwartaal de Ambtelijk vertegenwoordigers van de subregio's bijeen in het regionaal overleg Educatie. 2.3 Het regionaal overleg Educatie dient ter: a. planvorming, voorbereiden van besluitvorming in de Gemeenten; b. verantwoording van de litgaven uit de Spec ieke uitk c. ont kkeling in bek inforr ing, innovatie en monitoring. 2.4 lenwoordigers zijn v itwoordelijk voor in ng naar en fstemming met de Aanspreekpunten gemeenten in de subregio. 2.5 De Aansp eekpunten gemeenten dr agen zt j voor ambtelijke en bestuurlijke afstemming binnen de betrokken gemeente. 2.6 De afzonderlijke colleges van Burgemeester en Wethouders van de Gemeenten nemen besluiten over het Regionaal programma Educatie. Er wordt niet voorzien in een structureel bestuurlijk overleg. 3 Duur en einde van het Convenant 3.1 iit convenant loopt van 1 januari tot en met 31 december 201 7, met een optie van verlenging wanneer de wetgever besluit tot het verlengen van de werkingsduur of tot wijziging van de wet. 3.2 )p van besl ten de colleges van de betrokken gemeenten over eventuele verdere regionale samenwerking op het terrein van Educatie na Taken en verantwoordelijkheden Contactgemeente 4.1 De gemeente Utrecht heeft, als door het Rijk aangewezen contactgemeente, een coördinerende taak en dient in dat verband: a. In overleg met de Colleges van Burgemeester en Wethouders in de overige gemeenten in de regio, zorg te dragen voor de totstandkoming van het Regionaal programma; b. Als opdrachtgever op te treden naar regionale aanbieders van Educatie-aanbod, overeenkomstig het overeengekomen Regionaal programma; c. Overige werkzaamheden die verband houden met de coördinatie van het Regionaal programma, waaror r in ieder geval: 1 het verantwoorden van het totaal van de uitgaven die worden bekostigd uit de Specifieke uitkering aan het ministerie van O' opdracht t behelst zowel de regionale larvoor i trecht opdrachtgever is), als het deel van het rijksbudget dat aan subregio's beschikbaar wordt gesteld voor opdrachten of subsidies die door hen of individuele gemeenten worden verstrekt; 2 het waar nodig terugvorderen van aan subregio's of Gemeenten toegekende budgetten, wanneer deze niet volgens het afgesproken programma zijn besteed of wanneer de verantwoording voor de besteding onvoldoende is voor het ministerie OCW; 3" het ontwikkelen en toepassen van een kwaliteitswaarborg voor het aanbod van educatie, waarvoor geen diploma-erkenning is verkregen (non-formeel aanbod); Convenanl rfidden echt pagina 6 var kenmerk

27 5 Taken en verantwoordelijkheden vertegenwoordigers subregio's 5.1 De Ambtelijk vertegenwoordiger van subregio's in het regionaal overleg Educatie zijn verantwoordelijk voor: a. in overleg met de Aanspreekpunten van de betrokken gemeenten formuleren van de vraag van inwoners en het op basis daarvan formuleren van een passend en gewenst subregionaal of regionaal aanbod als inbreng voor het Regionaal mma; b. zorgdragen voor informatievoorziening naar de Ai nspreekpunten gemeenten over (keuzen in) planvorming en uitvoering; c. zorgdragen voor opdrachtverstrekking of subsidiëring op subregionaal niveau; d. zorgdragen voor gegevens over de uitvoering van activiteiten, inhoudelijk en financieel; e. zorgdragen voor een vaste vervanger. Taken en verantwoordelijkhei en C :meenten 6.1 Alle gemeenten in de Regio hebben de volgende taken verantwoordelijkheden: a. zorgen voor inzicht in de vraag naar educatie onder hun bewoners; b. het leveren van verantwoordingsinformatie die de cont :tgemeente nodig heeft voor de verantwoord lan het minister e, wanneer zij activ liten bekostigen uit de Specifieke uitkering op basis van het Regionaal programma; c. bepalen of zij al dan niet een eigen financiële bijdrage vragen van deelnemers aan Educatieactiviteiten; d. i anwijzen van een Aanspreekr. jnt gemeente voor educatie. 7 Regionaal programma Educatie 7.1 De Gemeenten stellen jaarlijks in samenwerking een Regionaal programma vast voor een volgend jaar. f irogramma voor ;>01 5 wordt tegelijkertijd met dit convenant vastgesteld. De belang jkste in jrediënten van het Regionaal programma zijn: a. de activiteiten die met inzet de specifieke uitkering 'orden bekostigd; b. de verdeling van de Specifieke uitkering die het Rijk jaarlijks beschikbaar <»lt voor de educatie voor volwassenen tussen d< ;ubregio's en gemeenten, waarbij df oedeling die het ministerie van OCW heeft vastgesteld het uitgangspunt is; c. de hoofdlijn van de regionale opdracht(en) die onder verantwoordelijkheid van Contactgemeente Utrecht in een overeenkomst wordt verwoord; 1 d. eisen die het ministerie van OCW stelt aan het Regionaal programma, waaronder aandacht voor bereik van de diverse doelgroepen, de toegan kheid /an het; ibod, de kwaliteit van het non-formele aanbod; 1 In 2015 nog circa 75 procent van de uitkering wo lesteed bi. n-nederland. Dit percentage loopt af naar 50 procent in 2016, 25 procent in 2017 en 0 procent in 2 or de ve i de hu lige rol van het RO( MN zal een ander or de verzorging van formeel aanbod wor ;rd. invenant Educatie Midden-Utr( agina 7 van 8 imerk 1A