Installatiehandleiding voor uw AHT vloerverwarmingssysteem

Transcriptie

1 Installatiehandleiding voor uw AHT vloerverwarmingssysteem xxt.is Geachte klant van AHT, Bedankt voor uw keuze voor het vloerverwarmingssysteem van AHT. Het is ontworpen voor eenvoudige installatie en een efficiënt gebruik. In deze gids vindt u de informatie die u nodig heeft voor een geslaagde installatie. Volg alle aanwijzingen nauwkeurig op voor het best mogelijke resultaat en een duurzame werkzaamheid van het product. Wij wensen u een jarenlange, veilige, comfortabele en kostenefficiënte verwarming toe!

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Belangrijk!... 2 Om te beginnen... 4 Stap 1: De installatie plannen... 5 Stap 2: De verwarmingsmatten plaatsen. 6 Stap 3: De elektrische aansluitingen maken... 8 Installatievoorbeelden Typisch stroomschema Lijst met aanbevolen materialen Standaardmaten van verwarmingsmatten en bijbehorende waarden

3 Belangrijk! Belangrijk! S.v.p. zorgvuldig doorlezen voordat u de AHT vloerverwarmingsmatten installeert. Niet doen: Geen verwarmingsmatten laten overlappen. Geen vouwen of rimpels laten ontstaan in de AHT verwarmingsmatten. Geen zwaar/scherp gereedschap (of andere objecten die schade kunnen veroorzaken) op de verwarmingsmatten plaatsen. Niet onnodig over de verwarmingsmatten lopen. Geen stroomkabels of leidingen samen met de verwarmingsmatten onder de vloer installeren. Geen cellulose-isolatiemateriaal gebruiken. Geen matten installeren wanneer de kamertemperatuur lager dan -5 C is. Nergens anders dan binnen in gebouwen vloerverwarmingsmatten installeren. NB: De sneeuwsmeltproducten van AHT voor buitengebruik vormen de ideale oplossing voor de verwijdering van ijs en sneeuw van daken en uit dakgoten. Neem voor nadere inlichtingen contact op met Heating Solutions International BV. Niet doen: Geen matten installeren onder muren of scheidingswanden, of onder zware kasten of sanitair (toiletten, gootstenen, badkuipen, enz.). Geen matten installeren op een afstand van minder dan 3 cm van een warmtegeleidend onderdeel van het gebouw, zoals een waterleiding. Geen matten installeren op een afstand van minder dan 15 cm van een kachel of warmwaterleiding. Geen andere elektrische apparaten aansluiten op dezelfde gezekerde stroomgroep als het verwarmingssysteem indien het vermogen niet toereikend is. Geen verwarmingsmatten installeren onder een houten vloer die dikker is dan 18 mm. Geen akoestisch materiaal tussen de verwarmingsmatten en de houten vloer plaatsen als de R-waarde van het akoestische materiaal meer dan 0,014 m 2 K/W bedraagt. Geen ondertapijt gebruiken met een thermische weerstand groter dan 0,08 m 2 K/W. Niet installeren onder vloerbedekking met een thermische weerstand groter dan 0,02 m 2 K/W. 2

4 Belangrijk! Altijd doen: Altijd de matten met een aardingsnet bedekken in een natte ruimte. Natte ruimten zijn sauna s, badkamers en keukens, binnen een afstand van 50 cm tot een gootsteen of een metalen keukenapparaat. Altijd zorgen dat de stroomkring waarvan het AHT verwarmingssysteem zijn stroom krijgt, is voorzien van een aardlekschakelaar van 30 ma. Altijd alle koude draden van de AHT verwarmingsmatten parallel aansluiten in een of meer aansluitkastjes (kabeldoorvoer). Altijd zorgen dat de totale stroomsterkte die vereist is voor de parallel aangesloten matten niet meer bedraagt dan 80% van het nominale ampèrage van het aansluitkastje en van het stroomnet en de hoofdschakelaar (raadpleeg uw aanbevolen installateur/leverancier voor advies). Altijd elke ruimte die is uitgerust met een AHT verwarmingssysteem voorzien van een eigen aansluitkastje en regelthermostaat. Elke thermostaat van AHT heeft een maximale capaciteit van 15 A. Als de stroomsterkte in de ruimte groter is dan 15 A, verdeelt u het ampèrage over meerdere thermostaten of voegt u een relais toe tussen de matten en de thermostaten (raadpleeg de tabellen op bladzijde 15 voor de berekening van de stroomsterkte in de ruimte). Wanneer een relais wordt geïnstalleerd, dient tevens een RC-filter te worden toegepast. Altijd isolatie aanbrengen onder de matten om de gebruikskosten en opwarmtijd te verkleinen. Vraag uw installateur om de R-waarde van de isolatielaag van de ondervloer te bepalen. Als er geen isolatie is of als de R-waarde van de isolatie minder bedraagt dan 0,1 m 2 K/W, dient u de installatieaanwijzingen op bladzijde 5 te lezen en op te volgen. Altijd wachten tot de tegellijm/mortel volledig gedroogd is voordat u het systeem inschakelt. De droogtijd is gewoonlijk 2 à 14 dagen; zie de aanwijzingen van de fabrikant. NB: Als u een zacht type vloerbedekking installeert (vinyl of linoleum), dient u de matten te bedekken met minimaal 6mm zelfnivellerende mortel of latexverbinding. Alle elektrische aansluitingen moeten worden verricht door een bevoegd elektricien. De installateur dient na te gaan of aan alle toepasselijke wettelijke voorschriften en normen wordt voldaan. 3

5 Om te beginnen Om te beginnen Voordat u begint met de installatie van uw nieuwe AHT verwarmingsmatten dient u de volgende aanvullende onderdelen bij de hand te hebben: Verzameldoos - gebruikt als het aansluitpunt voor de koude draden van de verwarmingsmatten. Aardingsnet - alleen vereist bij installatie van de verwarmingsmatten in natte ruimten zoals badkamers, keukens, sauna s enz. NB: Heating Solutions International BV adviseert het gebruik van een AHT aardingsnet. Regelthermostaat - hiermee regelt u de temperatuur in de ruimte. De regelthermostaat moet zijn voorzien van een handmatige aan-/uitschakelaar met twee aansluitklemmen. Regelthermostaten bevatten een of beide van de volgende twee sensortypen: - veiligheidssensor voor omgevingsluchttemperatuur - veiligheidssensor voor vloertemperatuur. In badkamers gebruikt u een thermostaat met alleen een vloertemperatuursensor. Een dergelijke thermostaat kunt u ook gebruiken voor andere natte ruimten - zoals de keuken - maar dat is niet verplicht. Gebruik voor alle andere installaties een thermostaat met een lucht- en een vloertemperatuursensor. NB: AHT adviseert het gebruik van een digitale, volledig programmeerbare thermostaat waarmee u optimale besparingen en flexibiliteit verkrijgt door een verwarmingsweekrooster in te stellen. Zie bladzijde 14 voor aanbevolen (en in Nederland verkrijgbare) modellen thermostaten. Aardlekschakelaar - vraag bij uw leverancier naar een geschikte aardlekschakelaar. U kunt altijd contact opnemen met uw AHT-vertegenwoordiger voor aanvullende inlichtingen over een correcte beveiliging. 4

6 Hard isolatiemateriaal - gebruikt als thermische isolatie onder verwarmingsmatten onder stenen vloeren, voor een efficiënte verwarming. Het materiaal wordt geleverd in platen, gewoonlijk vervaardigd van polyurethaan- of polystyreenschuim en moet een druksterkte hebben van meer dan 2 kg/cm 2. De R-waarde van het materiaal moet in het bereik van 0,1-0,3 m 2 K/W vallen (zie bladzijde 14 voor een lijst met aanbevolen harde isolatiematerialen). (*) Zie ook onderstaande opmerking. Zacht isolatiemateriaal - gebruikt als thermische isolatie onder verwarmingsmatten onder alle nietstenen vloeren, voor een efficiënte verwarming. Het materiaal wordt in rollen geleverd en moet een druksterkte hebben van meer dan 0,02 kg/cm 2. De R-waarde van het materiaal moet in het bereik van 0,1-0,3 m 2 K/W vallen (zie bladzijde 14 voor een lijst met aanbevolen zachte isolatiematerialen). Zie tevens onderstaande opmerking. (*) Opmerking: Veel isolatiematerialen zijn minstens 6 mm dik en hebben een thermische geleiding van 0,02-0,06 W/m 2 K. U kunt echter ook materiaal met een andere dikte en thermische geleiding gebruiken, zolang de R-waarde van het materiaal binnen het bereik van 0,1-0,3 m 2 K/W valt. Belangrijke opmerking: Als u isolatiemateriaal aanbrengt onder tapijt, moet u er altijd voor zorgen dat de R-waarde van het isolatiemateriaal minstens even groot is als de R-waarde van het tapijt. Stap1: De installatie plannen Voordat u begint met de installatie tekent u een installatieoverzicht met de plaatsing van de matten, de vloersensor en aansluitkastje(s). De AHT verwarmingsmatten moeten minimaal 70-80% van het vloeroppervlak van de ruimte bedekken wanneer u ze als primaire warmtebron wilt gebruiken. Hoe groter de dekking, hoe minder tijd er nodig is om de ruimte te verwarmen. De verwarmingsmatten van AHT zijn verkrijgbaar in diverse praktische maten. Kies een combinatie van verwarmingsmatten waarmee u het eenvoudigst de aanbevolen dekking van 70-80% van de ruimte bereikt. Gebruik zo veel mogelijk grote verwarmingsmatten. Gebruik de kleinere matten alleen om gaten te vullen. Voor hulp bij de berekening/indeling van het aantal verwarmingsmatten per ruimte kunt u contact opnemen met Heating Solutions of uw dealer. NB: De matten worden geleverd met een koude stroomdraad van 5 meter. Als dat niet voldoende is, kunt u uw elektricien vragen om de koude draden te verlengen. 5

7 Stap2: De verwarmingsmatten plaatsen 1: Maak de ondervloer grondig schoon. 2: Als u de verwarmingsmatten installeert onder: a. stenen vloeren en verlijmde vloertypen - onder stenen en verlijmde vloeren (tapijt, hout, vinyl of linoleum met lijm) - bevestig dan met een flexibele tegellijm hard isolatiemateriaal op de ondervloer (zie bladzijde 14 voor een lijst met aanbevolen harde isolatiematerialen). b. alle andere vloertypen - gebruik dan een zacht isolatiemateriaal, dat gewoon op de vloer kan worden gelegd of bevestigd met plakband of vloerbedekkingslijm (zie bladzijde 14 voor een lijst met aanbevolen zachte isolatiematerialen). 3: Maak de ondervloer of het isolatiemateriaal grondig schoon. 4: Rol de verwarmingsmatten uit op het isolatiemateriaal met het verwarmingslint naar beneden en het net van glasvezel boven. Wij adviseren u een afstand van circa 10 cm tot de wand aan te houden en een evenredige afstand (max. 5 cm) tussen de matten onderling. Controleer of alle verwarmingsmatten volledig plat liggen. Zorg dat de koude draden van de matten zich aan de zijde van de mat bevinden die het dichtst bij het aansluitkastje ligt (zie stap 3 - De elektrische aansluitingen maken). Stroomvoorziening Thermostaat Stroomdraad geïnstalleerd in een elektradoorvoerbuis Vloersensor geïnstalleerd in een elektra doorvoerbuis Aansluitkastje Gaten in onderplaat Vloerverwarmingsmat Verwarmingsmatten koude draden Vloersensor geïnstalleerd in vloer (midden tussen twee verwarmingslinten) 6

8 5: Indien de randen van de matten zijn voorzien van dubbelzijdige tape: Trek de matten strak en bevestig ze op de vloer met de tape. Waar nodig kan extra tape worden gebruikt. Breng lijm aan tussen de verwarmingsdraden (alleen op het glasvezelnet aanbrengen, geen lijm op de verwarmingsdraden laten komen). Indien de matten niet zijn voorzien van dubbelzijdige tape: Breng lijm aan op de randen van de matten (alleen op het glasvezelnet, niet op de verwarmingsdraden) en volg bovenstaande instructie. De verwarmingsmatten kunnen ook worden vastgezet met kunststof nieten. Schiet de nieten tussen de verwarmingsdraden, alleen in het net van glasvezel. 6: Leg de koude draden van de matten tussen de matten door richting het aansluitkastje. Probeer de koude draden zo te plaatsen dat ze niet over elkaar heen lopen. Belangrijk! Zorg dat de koude draden van de matten niet over de matten heen of onder de matten door lopen. 7: Aangezien de aansluiting van de koude draad iets dikker is dan de rest van de mat, moet u een lichte inkeping aanbrengen in de isolatieplaat onder de aansluiting om te zorgen dat de verwarmingsmat plat komt te liggen. Als twee draden over elkaar heen lopen, brengt u een inkeping aan voor de draden op de plaats van kruising. 8: Markeer de koude draden die van één mat vandaan komen telkens met hetzelfde nummer. Breng een stickertje met het nummer van elk dradenpaar aan nabij het uiteinde van de draad. 7

9 Stap3: De elektrische aansluitingen maken NB: Alle elektrische aansluitingen dienen te worden verricht door een bevoegd elektricien. Belangrijk! Draai alle verbindingen strak aan om een goed elektrisch contact te waarborgen. 1: Installeer het/de aansluitkastje(s) op een afstand boven de vloer die voldoet aan de plaatselijke veiligheids- en bouwvoorschriften en wetgeving. Breng de afgebeelde sticker aan op het/de verzameldoosje(s) om aan te geven dat een vloerverwarmingssysteem is geïnstalleerd in de ruimte. 2: Installeer de regelthermostaat zo ver mogelijk van alle warmtebronnen en warmteafleiders zoals open haarden, direct zonlicht, ramen, deuren en alle andere objecten die een correcte temperatuurmeting zouden kunnen beïnvloeden. Wij adviseren plaatsing op 1,5 m boven het vloerniveau. NB: Alleen voor badkamers geldt dat een thermostaat met alleen een vloertemperatuur veiligheidssensor moet worden gebruikt. Een dergelijke thermostaat kunt u ook gebruiken voor andere natte ruimten, zoals de keuken, maar dat is niet verplicht. Gebruik voor alle andere installaties een thermostaat met een lucht- en een vloertemperatuursensor. Zie bladzijde 14 voor een lijst met in uw land verkrijgbare aanbevolen thermostaten. 3: Leg elektradoorvoerbuizen aan naar het aansluitkastje en de thermostaat volgens dit schema. Belangrijk: Wanneer het totaalverbruik bij piekbelasting van de verwarmingsmatten die worden aangesloten op één thermostaat meer dan 15 Amp bedraagt, dient er een RC-filter te worden geplaatst. Toe te passen bij het gebruik van een relais achter de thermostaat. Kan achter de thermostaat parallel over spoel van het relais geplaatst worden. 8

10 4: Sluit de vloertemperatuur veiligheidssensor via een doorvoerbuis aan op de thermostaat en installeer de sensor tussen twee verwarmingslinten, op minstens 50 cm van de muur. NB: Zorg dat de sensor niet in aanraking komt met een verwarmingslint. 5: Meet de weerstand van het verwarmingssysteem en noteer de waarde. Ga na of de gemeten waarden overeenkomen met de op het fabrieksplaatje van de betreffende mat aangegeven weerstandswaarde. 6: Meet de isolatiewaarden met een Megger en noteer de waarde. Ga na of er geen probleem met de elektrische isolatie is. 7: Als u de verwarmingsmatten installeert in een natte ruimte (sauna s, badkamers en keukenruimten op een afstand van 50 cm of minder van een gootsteen of een metalen keukenapparaat) geldt de volgende procedure: a. Spreid het aardingsnet uit over de verwarmingsmat. De stroomdraad van het aardingnet moet gelijk oplopen met de koude draad van de mat. Bevestig het aardingsnet zo nodig met tape aan de verwarmingsmatten om te voorkomen dat het verschuift. b. Leid de stroomdraad van het aardingsnet naar hetzelfde aansluitkastje als de koude draden van de verwarmingsmatten. c. In het aansluitkastje sluit u de stroomdraden van de aardingsnetten aan op de aardedraad (groen/geel) van het stroomnet van het huis. 8: Leg de koude draden van de matten parallel naar de aansluitkastje. Zorg dat de sticker met de nummers van de draden zichtbaar is. Kort de draden zo nodig in; vergeet niet de stickers met de draadnummers weer aan de ingekorte draad te bevestigen. 9

11 9: Strip de geleiders van alle draden bloot. 10: Sluit alle draden van dezelfde kleur aan. 11: Steek elke gekleurde draad in één aansluitklem in het aansluitkastje. 12: Sluit de koude draad van dezelfde kleur aan tussen de thermostaat en de aansluitklem in het aansluitkastje. Blauwe draad lopend vanaf de thermostaat door een elektriciteitsbuis Bruine draad lopend vanaf de thermostaat door een elektriciteitsbuis Vloersensordraad lopend vanaf de thermostaat door een elektriciteitsbuis Bruine koude draden lopend vanaf de verwarmingsmatten Blauwe koude draden lopend vanaf de verwarmingsmatten 13: Sluit de draden aan op de regelthermostaat volgens het typische stroomschema op bladzijde : Schakel het verwarmingssysteem een half uur in (zie de aanwijzingen in de thermostaathandleiding) om te controleren of het goed werkt. Het is van belang om bij elk systeem te controleren of elke mat opwarmt. 15: Schakel het verwarmingssysteem uit (zie de aanwijzingen in de thermostaathandleiding). 16: Als de matten zijn afgekoeld, legt u uw vloerbedekking. Als u een gelijmde vloerbedekking aanbrengt (tapijt, hout, vinyl of linoleum) bedek dan de matten eerst met een laag van minimaal 6 mm zelfnivellerende mortel. (U kunt ook vergelijkbare materialen zoals een zelfnivellerende latexverbinding gebruiken, als die maar minimaal dezelfde thermische geleiding bieden als zelfnivellerende mortel.) Vraag uw bouwmaterialen leverancier om advies over het beste materiaal voor uw vloertype. Belangrijk! Als u een gelijmde vloerbedekking legt of als u cementlijm, specie of tegellijm gebruikt, mag het verwarmingssysteem pas weer worden ingeschakeld als het gebruikte hechtmiddel geheel droog is. Vraag bij de fabrikant van het gebruikte materiaal naar de vereiste droogtijd. 10

12 Installatievoorbeelden Installatie voorbeelden Onder verlijmd vinyl of linoleum in een droge omgeving (**) 1 1: Vinyl of linoleum (met lijm) 2 2: Zelfnivellerende mortel of latexverbinding van 3 minimaal 6 mm dik 4 3: Verwarmingsmat 4: Hard isolatiemateriaal 5 5: Ondervloer (hout of beton) 1 Onder zwevend gelegd hout, laminaat, parket 2 in een droge omgeving (*) 1: Houten vloermateriaal (zwevend gelegd) 4 2: Verwarmingsmat 3: Zacht isolatiemateriaal 4: Ondervloer (hout of beton) Onder tegels in een droge omgeving 1: Tegels 4 2: Cementlijm/specie/tegellijm 3: Verwarmingsmat 5 4: Hard isolatiemateriaal 5: Ondervloer (hout of beton) 1 Onder tegels in een natte omgeving 3 1: Tegels 5 2: Cementlijm/specie/tegellijm 3: Aardingsnet 4: Verwarmingsmat 5: Hard isolatiemateriaal 6: Ondervloer (hout of beton)

13 Installatievoorbeelden Onder gelijmd tapijt of hout in een droge omgeving (**) 1: Tapijt of hout (met lijm) 2: Zelfnivellerende mortel of latexverbinding 4 van minimaal 6 mm dik 3: Verwarmingsmat 5 4: Hard isolatiemateriaal 5: Ondervloer (hout of beton) Onder ongelijmde vloerbedekking (zonder hechtmiddel) (**) 1 1: Ongelijmde vloerbedekking 3 2: Ondertapijt 3: Verwarmingsmat 4 4: Zacht isolatiemateriaal 5: Ondervloer (hout of beton) 2 5 Opmerkingen: (*) In een natte omgeving dient direct boven de verwarmingsmat een aardingsnet te worden aangebracht. (**) Raadpleeg de plaatselijke bouwverordeningen en -voorschriften en leef deze na indien ze in tegenspraak zijn met de bovenstaande aanwijzingen. (**) Gebruik geen ondertapijt met een thermische isolatie groter dan 0,08 m 2 K/W. (**) Gebruik een vloerbedekking met een rug van jute en een thermische isolatie kleiner dan 0,2 m 2 K/W. Zorg dat de thermische isolatiewaarde van de isolatie altijd minstens even groot is als die van de vloerbedekking. Vraag bij HSI BV of uw dealer naar het overzicht van geschikte en aanbevolen isolatiematerialen! 12

14 Typisch stroomschema Typisch stroomschema Optie A - voor circuits van minder dan 15 amp LN Thermostaat Aansluitkastje LN Verwarmingsmat Vloersensor Optie B voor circuits van groter dan 15 amps LN Thermostaat Relais Aansluitkastje LN Verwarmingsmat 13 Vloersensor

15 Lijst van aanbevolen materialen 14 Lijst van aanbevolen materialen Aanbevolen thermostaten Alle aanbevolen thermostaten t.b.v. het AHT vloerverwarmingssysteem zijn programmeerbaar. Met onderstaande thermostaattypen kan aan alle installatie- en omgevingsvereisten worden voldaan: Thermostaten met alleen een vloertemperatuur veiligheidssensor voor gebruik in badkamers (kunnen ook worden gebruikt in andere natte ruimten): Wij adviseren het gebruik van onze thermostaat TH132-F-230. Deze programmeerbare thermostaat heeft een LCD-scherm en alleen een vloertemperatuur veiligheidssensor. Thermostaten met een omgevingsluchttemperatuur veiligheidssensor en een vloertemperatuur veiligheidssensor voor gebruik in droge ruimten (kunnen ook in natte ruimten worden gebruikt, behalve in badkamers): Wij adviseren het gebruik van onze thermostaat TH132-AF-230. Deze programmeerbare thermostaat heeft een LCD-scherm, een omgevingsluchttemperatuur veiligheidssensor en een vloertemperatuur veiligheidssensor. Thermostaat TH232-AF-230. Deze thermostaat vervangt bovengenoemde modellen en biedt de mogelijkheid om te kiezen voor een A (omgevingstemperatuursensor), F (vloertemperatuursensor) of AF (omgevings- en vloertemperatuursensor) instelling. Houd u bij het instellen rekening met bovengenoemde adviezen ten aanzien van het gebruik in een natte of droge ruimte. Aanbevolen hard isolatiemateriaal Indien hard isolatiemateriaal benodigd is, kunt u polyurethane schuimplaten gebruiken. De druksterkte en de thermische geleiding van dit materiaal voldoen aan de aanbevelingen voor hard isolatiemateriaal. U kunt ook minstens 6 mm dikke Marmox -platen gebruiken of een soortgelijk materiaal (zie bladzijde 5 voor de aanbevelingen voor hard isolatiemateriaal). Heating Solutions International BV heeft een separaat isolatie advies samengesteld. Dit wordt op verzoek aan u toegezonden. Raadpleeg uw bouwmateriaalleverancier over eventuele alternatieve isolatiematerialen. Aanbevolen zacht isolatiemateriaal Als u zacht isolatiemateriaal nodig heeft, kunt u een plastic schuimlaag met reflectiefolie gebruiken. De druksterkte en de thermische geleiding van dit materiaal moeten voldoen aan de aanbevelingen voor zacht isolatiemateriaal (zie bladzijde 5 voor de aanbevelingen voor zacht isolatiemateriaal). Heating Solutions International BV heeft een separaat isolatie advies samengesteld. Dit wordt op verzoek aan u toegezonden. Raadpleeg uw bouwmateriaalleverancier over eventuele alternatieve isolatiematerialen. Aanbevolen RC filter Wij adviseren model EVOX MMK RD 47nK630. Raadpleeg uw installateur over een eventueel alternatief RC filter.

16 Standaard maten vloerverwarmingsmatten en hun waarden: Familie V, 150 Watt per m 2 : Breedte in m 1 Lengte in m 1 Oppervlakte in m 2 Nominaal totaal vermogen (W) (w) Nominale stroomsterkte (A) Weerstandbereik (Ohm/mat) 0,5 1,2 0, , ,5 1,5 0, , ,5 2,0 1, , ,5 2,5 1, , ,5 3,0 1, , ,5 3,5 1, , ,5 4,0 2, , ,5 4,5 2, , ,5 5,0 2, , ,5 5,5 2, , ,5 6,0 3, , ,5 6,5 3, , ,5 7,0 3, , ,0 1,0 1, , ,0 1,5 1, , ,0 2,0 2, , ,0 2,5 2, , ,0 3,0 3, , ,0 3,5 3, , Opmerking: wattage is berekend op een gemiddelde van 230 V. Heating Solutions International BV Postadres: Postbus 47, 5258 ET Berlicum Tel.nr.: +31 (0) Fax nr.: +31 (0) info@heatingsolutionsinternational.com 15