Beleidsnotitie Internationale Activiteiten. waterschap Vechtstromen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Beleidsnotitie Internationale Activiteiten. waterschap Vechtstromen"

Transcriptie

1 Beleidsnotitie Internationale activiteiten waterschap Vechtstromen

2 Samenvatting Als waterschap kunnen en willen we niet geïsoleerd werken. We werken van buiten naar binnen en halen het beste uit samenwerking, ook internationale samenwerking hoort daar bij. Internationale samenwerking om subsidies voor projecten of nieuwe technologieën binnen te halen, om samen met anderen overstromingen te bestrijden en om kennis te delen met landen uit andere werelddelen of om de positie van de Nederlandse watersector daar te verstevigen. We maken daarbij keuzes omtrent waar we ons bij internationale samenwerking op richten en wat we niet doen. Ten aanzien van het delen van kennis met landen uit andere werelddelen richten we ons bijvoorbeeld bij voorkeur op het opbouwen van langdurige relaties in een (zeer) beperkt aantal landen, die deel uitmaken van de zogenaamde focuslanden van de Unie van Waterschappen. Qua thema s richten we ons daarbij op thema s die relevantie hebben voor het waterschap vanuit het oogpunt van onze kerntaken zoals governance vraagstukken (verbindend samenwerken, innovatie), grensoverschrijdend waterbeheer (verbindend samenwerken, locatie Vechtstromen aan de grens), klimaatadaptatie en -mitigatie (duurzaam watersysteem, innovatie), duurzaam zuiveringsbeheer (innovatieagenda) en drinkwater/sanitatie. Daarnaast richten we ons bij voorkeur niet alleen op technische vraagstukken maar juist ook op institutionele vraagstukken. We voeren dit soort van activiteiten bij voorkeur tegen vergoeding uit, daarnaast maken we gebruik van een beperkt out of pocket budget. 1. Inleiding Als waterschap hebben we de keuze om op uiteenlopende schaalniveaus internationaal actief te zijn. Op regionaal niveau in Duitsland ten behoeve van het beheer van onze grensoverschrijdende wateren. Op Europees niveau om bijvoorbeeld samen met andere Europese landen subsidies voor projecten of nieuwe technologieën binnen te halen. Of op mondiale schaal om bijvoorbeeld kennis te delen met landen uit andere werelddelen of om de positie van de Nederlandse watersector daar te verstevigen. De kerntaken van waterschap Vechtstromen zijn het zorgen voor schoon water, veilig water en voldoende water in haar beheergebied. Daarnaast zijn in het Visie document van Waterschap Vechtstromen een viertal ambities voor het jaar 2020 vastgelegd die ondersteunend zijn aan de toekomstige uitvoering van onze kerntaken in een veranderende omgeving. Het genoemde Visie document is een van de grondslagen van het in 2014 gesloten Bestuursakkoord. Internationale activiteiten kunnen enerzijds rechtstreeks aan onze kerntaken bijdragen maar zijn daarnaast bij uitstek ook een middel om trendsettend te zijn en dit uit te dragen. In deze beleidsnotitie worden de internationale activiteiten vanuit deze beide invalshoeken belicht. Na de inleiding wordt achtereenvolgens ingegaan op onze huidige internationale activiteiten, onze externe omgeving, onze visie op internationale activiteiten en de inbedding van internationale activiteiten in onze organisatie. 1

3 2. Huidige activiteiten 2.1 Duits-Nederlandse grensregio Vanwege haar ligging aan de Duitse grens zijn grensoverschrijdende activiteiten voor waterschap Vechtstromen onderdeel van het reguliere takenpakket. In deze notitie wordt daarom niet verder ingegaan op onze activiteiten richting Duitsland ten behoeve van het beheer van onze grensoverschrijdende wateren. 2.2 Binnen Europa Project WAVE ( Water Adaptation is Valuable for Everybody Dit project is formeel begin 2014 afgerond maar omdat er qua spin-off nog het nodige speelt is het wel meegenomen in dit overzicht van huidige activiteiten. In WAVE (totale projectomvang 11 miljoen euro) hebben waterbeheerders uit Nederland, Duitsland, Engeland, België en Frankrijk kennis en ervaringen uitgewisseld met betrekking tot de vraag op welke wijze bij regionaal waterbeheer ingespeeld kan worden op de gevolgen van klimaatverandering. Enerzijds heeft dit geleid tot verdieping van onze inzichten ten aanzien van bovengenoemde vraag, anderzijds heeft het een vijftig procent INTERREG- IVB bijdrage van ca. 2,5 miljoen euro netto opgeleverd voor de uitvoering van de Regge herstelprojecten Visschebelt en Groene Mal. Daarnaast is het inspiratieboek van de Regge en de Regge expositie in de Enterse werf voor 50 % gesubsidieerd via het WAVE project. Door het WAVE project heeft het voormalige waterschap Regge en Dinkel de Regge internationaal gepositioneerd. Project DROP (project Benefit of governance in DROught adaptation) DROP is in feite de follow-up van WAVE. In DROP gaan dezelfde waterbeheerders uit Nederland, Duitsland, Engeland, België en Frankrijk innovatieve maatregelen uitvoeren om droogte te verminderen terwijl vijf kennisinstituten uit dezelfde landen onderzoeken welke governance omstandigheden daarbij het meest geschikt zijn. In het kader van DROP zal het waterschap een groot aantal innovatieve projecten en studies in Noordoost Twente uitvoeren, gebundeld in het Water Collectief Twente. Deze projecten sluiten direct aan bij eerdere projecten zoals Landbouw op Peil en Terug naar de Bron. DROP zal in 2015 worden afgerond en wordt eveneens vanuit INTERREG-IVB gefinancierd. De uitkomsten uit het DROP project kunnen direct worden toegepast voor het toekomstige ZON project. Groen Gas Dit betreft een project waarin een Duitse en een Nederlandse kennisinstelling samen met een aantal Duitse en Nederlandse beheerders van rioolwaterzuiveringsinstallaties onderzoeken of het mogelijk is rwzi s als hubs, dat wil zeggen als verzamel- en verdeelpunten, voor Groen Gas te benutten. Het project Groen loopt sinds 2011 en zal in 2015 worden afgerond, de kosten bedragen 9,9 miljoen euro en worden voor zeventig procent door INTERREG-IVA gefinancierd. Het waterschap Vechtstromen heeft een zeer beperkte deelname in het groen gas project Project Fuzzy Afvalwaterketen 2

4 Dit betreft een project waarin we samenwerken met een Duitse kennisinstelling, de Duitse stad Rheine en de gemeente Oldenzaal. In 2009 t/m 2013 is in dit project de invloed van een nieuw type processturing van RWZI s onderzocht. Deze invloed bleek vanuit meerdere oogpunten positief te zijn en flinke besparingen op te leveren. Begin 2014 is daarom een integrale procesregeling voor de afvalwater keten van de rwzi Oldenzaal in gebruik genomen. Het komende jaar wordt gemonitord om vast te stellen of de experimenteel verwachte resultaten daadwerkelijk kunnen worden ingeboekt. Het onderzoeksproject is uitgevoerd met ondersteuning van een INTERREG-IVA subsidie van vijfenzeventig procent op investeringen en menskracht. 2.3 Buiten Europa Landencoördinatorschap Vietnam In Vietnam fungeren we namens de Nederlandse waterschappen als landencoördinator. Zo hebben alle focuslanden van de Unie van Waterschappen een coördinator. Zie paragraaf 3 voor nader info hierover. Doel hiervan is het coördineren van alle activiteiten van de waterschappen in Vietnam. Daarnaast worden ook alle inkomende bezoeken vanuit Vietnam naar Nederland door de coördinator (mede)georganiseerd. De coördinator start projecten op in samenwerking met Vietnamese overheden, bedrijven, ministerie Infrastructuur en Milieu en de Nederlandse ambassade. Op dit moment wordt op verzoek van het Ministry of Construction gekeken naar de mogelijkheden om dat ministerie als opdrachtgever te ondersteunen bij een landelijk project inzake het klimaatbestendiger maken van grote steden in Vietnam. Capacity Building Program for the Steering Centre for Flood Control Op dit moment zijn we lead partner van een tweejarig capaciteitsopbouw programma in Ho Chi Minh stad. Het project wordt uitgevoerd met subsidie van het NWB fonds in samenwerking met drie andere waterschappen en externe partners (Universiteit Twente en RoyalHaskoning/DHV). Dit project heeft tot doel het vergroten van de kennis en vaardigheden van medewerkers van Ho Chi Min City, specifiek de medewerkers van het Steering Centre. Onder meer wordt aandacht besteedt aan watergovernance, projectmanagement, financiën, overstromingsmanagement en afvalwaterbehandeling. Dit gebeurt in hele interactieve trainingssessies en veldbezoeken door trainers van verschillende waterschappen in Nederland: Rijn & IJssel, Schieland & Krimpenerwaard, Roer & Overmaas, Vallei & Veluwe en Vechtstromen. Activiteiten Mekong Delta Vietnam Verder is de inzet van waterschappen gevraagd vanuit de Wereldbank voor een project in de Mekong Delta dat ten doel heeft om het kleinschalig baggeren en de behandeling van baggerspecie te verbeteren, alsmede de organisatie daarvan door en tussen de betrokken provincies. In juni 2014 is er door drie waterschappen deelgenomen aan een workshop om te kijken of het tot een succesvol pilotproject 3

5 kan komen waaraan de waterschappen een nuttige bijdrage kunnen leveren, tot wederzijds voordeel. Dit pilotproject en de inzet van de waterschappen wordt via de Wereldbank door Vietnam gefinancierd. Dit pilotproject vindt plaats onder de vlag van het Mekong Delta plan, waaraan onder andere waterschap Vechtstromen een grote bijdrage heeft geleverd en dat eind 2013 door Vietnam in ontvangst is genomen. REMCO In zuidelijk Afrika fungeren we samen met de andere Nederlandse en Duitse waterbeheerders langs de Vecht als sparringpartners voor het REMCO samenwerkingsverband. Dit is het samenwerkingsverband van de waterbeheerders in Zuid-Afrika, Swaziland en Mozambique die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het grensoverschrijdende beheer van de rivier de Incomati. Deze relatie is opgestart in 2007 op verzoek van Groot Salland dat al jarenlang een intensieve relatie onderhoudt met het betrokken Zuid-Afrikaanse waterschap. Doel is capaciteitsopbouw op het gebied van grensoverschrijdend waterbeheer, zowel langs de Incomati rivier als langs de Vecht. De samenwerkingsrelatie met het REMCO samenwerkingsverband is een typisch voorbeeld van een activiteit die relatief weinig kost, zowel in financiële zin als qua tijdsbeslag, maar die als een geweldige bron van inspiratie fungeert bij het uitbouwen van de grensoverschrijdende contacten rondom de Vecht. Jaarlijks wordt er een werkconferentie gehouden, in even jaren in een van de drie Afrikaanse landen en in oneven jaren langs de Vecht in Nederland of Duitsland. Laatstgenoemde conferentie wordt door de Afrikaanse collega s standaard gecombineerd met deelname aan het Duits-Nederlandse Vechtcongres dat eens in de twee jaar wordt gehouden. Enkele van de Afrikaanse collega s hebben ook meegewerkt aan door ons geschreven handboek dat van de hieronder beschreven Crossing Borders Academy website kan worden gedownload. Komati RBA In 2011 is door het toenmalige waterschap Velt en Vecht een zogenaamde twinning overeenkomst afgesloten met de REMCO partner uit Swaziland, genaamd Komati RBA. Dit in aanvulling op de reeds lopende twinning relaties van waterschap Groot Salland met de Zuid-Afrikaanse en Wetterskip Fryslan met de Mozambikaanse partner uit het REMCO samenwerkingsverband. Aan bovengenoemde overeenkomst is tot nu toe geen uitvoering gegeven, dit onder andere door gebrek aan middelen van de zijde van Swaziland. Tijdens de REMCO conferentie van eind september 2014 is van Swazilandse zijde aangeven dat er nu voldoende middelen zijn en is verzocht om de bovengenoemde twinning relatie gezamenlijk verder vorm te geven. Een en ander zal nog nader worden besproken. Kingfisher Verder zijn Vechtstromen en waterschap Vallei en Veluwe door de Unie van Waterschappen gevraagd om in het kader van het zogenaamde Kingfisher project van de Unie gezamenlijk de oprichting van het Zuid-Afrikaanse waterschap Olifants CMA te begeleiden. Hierover zijn oriënterende gesprekken met de Unie gevoerd en is ook een gezamenlijk bezoek aan het in oprichting zijnde Olifants CMA afgelegd 4

6 om samen met de Zuid-Afrikaanse betrokkenen te verkennen hoe een eventueel begeleidingsproject het best vormgegeven zou kunnen worden. Een eventuele samenwerking met Olifants CMA zal aan het nieuwe beleid van Vechtstromen worden getoetst. Crossing Borders Academy In 2007 is bij het voormalige Velt en Vecht onder de naam Flow in het Vechtdal - De kunst van grenzeloos samenwerken een capaciteitsopbouw programma gestart op het gebied van grensoverschrijdend samenwerken. Een van de spin-offs van dit programma is de zogenaamde Crossing Borders Academy 1, een website van waaraf het door ons geschreven handboek over het creëren en aansturen van grensoverschrijdende samenwerking kan worden gedownload. Het ontstaan van de Duits- Nederlandse samenwerking rondom de Vecht loopt als een soort van rode draad door dit handboek heen. Dit Engelstalige handboek is in de afgelopen jaren in talrijke landen gedownload, binnenkort komt ook een Nederlandstalige versie beschikbaar. 2.4 Belang huidige activiteiten Uit het bovenstaande overzicht blijkt dat onze huidige internationale activiteiten uiteenlopende zaken opleveren. In de eerste plaats leveren de genoemde activiteiten kennis en daarmee verdieping van onze inzichten ten aanzien van uiteenlopende thema s op. Waar mogelijk benutten wij deze inzichten bij de uitvoering van onze werkzaamheden. Een mooi voorbeeld hiervan is het in paragraaf 2.2 genoemde DROP project waarvan de uitkomsten ten aanzien van droogte adaptatie direct kunnen worden toegepast in het toekomstige ZON project. De activiteiten die we samen met partners binnen Europa uitvoeren zijn gebaseerd op het vastgestelde subsidiebeleid. De projecten worden op een dusdanige wijze geformuleerd dat deze projecten in aanmerking komen voor Europese subsidies. Het gaat dan ook om kernactiviteiten die we sowieso al van plan waren te gaan uitvoeren gesubsidieerd te krijgen. Het kan daarbij gaan om substantiële subsidiepercentages, in de orde van grootte van vijftig tot vijfenzeventig procent. Activiteiten die we samen met partners buiten Europa uitvoeren leveren financieel gezien minder voordeel op maar kunnen om andere redenen desalniettemin uitermate zinvol zijn. Bijvoorbeeld doordat we een bijdrage kunnen leveren aan het verwezenlijken van maatschappelijke doelen (bijvoorbeeld het bijdragen aan water en sanitatie doelen) en economische doelen (versterken van de positie van de Nederlandse watersector). Daarnaast staan onze activiteiten met partners van buiten Europa niet los van onze belangen binnen Europa. Zo zijn we via onze activiteiten in Vietnam bijvoorbeeld lid geworden van het Deltateam. Een ander voorbeeld is het bij de EUREGIO in Gronau gehuisveste coördinatiebureau dat de Duits- 1 Zie: 5

7 Nederlandse samenwerking ondersteunt. Dit zou er waarschijnlijk veel later of in het geheel niet gekomen zijn als de Duitse en Nederlandse partners in 2011 niet gezamenlijk de REMCO conferentie in Swaziland bezocht hadden. 3. Externe omgeving Algemeen De export van Nederlands waterbeheer is een aandachtspunt van de nationale overheid. Verbonden hieraan treedt een verschuiving op van het buitenlandbeleid. Eerder was er vooral aandacht voor mensenrechten en ontwikkelingshulp. Sinds 1995 is er meer aandacht voor nationale economische belangen. In de Vierde Nota Waterhuishouding (1998) wordt het belang van internationale activiteiten voor de Nederlandse watersector voor het eerst expliciet benoemd en geconstateerd dat er veel vraag is vanuit het buitenland naar Nederlandse kennis. Sindsdien is er, mede door de overstromingen als die in New Orleans, New York en Somerset, meer aandacht gekomen voor de inzet van de Nederlandse watersector in het buitenland. Centraal staan het verminderen van wereldwijde waterproblemen en het versterken van de positie van de Nederlandse watersector. Deze doelen worden bereikt door het bundelen van krachten in relatie tot bepaalde thema s en regio s. Drie programma s nemen momenteel een centrale plaats in binnen het Nederlandse internationale waterbeleid: 1. Water Mondiaal: gericht op intense en langdurige samenwerking met een vijftal deltalanden (Bangladesh, Egypte, Vietnam, Indonesië, Mozambique) waar vergelijkbare problemen spelen als in Nederland. Aansturing vanuit verschillende ministeries. Uitvoering door o.a. Partners voor Water. 2. Water OS: gericht zich op de ontwikkeling van bilaterale relaties met Colombia, Polen, Roemenië, Zuid-Afrika en Turkije). Aansturing vanuit Buitenlandse Zaken en ambassades. 3. Top Sector Water: gericht op het bevorderen van de samenwerking tussen de private sector, kennisinstituten en overheden (de gouden driehoek) om zo de economische positie van de Nederlandse watersector te versterken. Aangestuurd door een gemixt topteam. De waterschappen In de afgelopen jaren is er binnen waterschappen en drinkwaterbedrijven meer aandacht gekomen voor internationale activiteiten. In 2007 hebben ze zich samen met andere partijen uit de Nederlandse watersector gecommitteerd aan het behalen van de millenniumdoelstellingen van de Verenigde Naties voor drinkwater en sanitatie (Schokland Akkoorden). De belangrijkste redenen voor het uitspreken van dit commitment zijn maatschappelijk verantwoord ondernemen en werkgeverschap. In navolging van nationaal beleid heeft de Unie van Waterschappen in 2011 het initiatief genomen tot krachtenbundeling en landenfocus. Op dit moment richten de waterschappen zich op een beperkt aantal focuslanden.de focuslanden van de DWA zijn Bangladesh, Egypte, Ethiopië, Indonesië, Mozambique, Nicara- 6

8 gua, Roemenië, Vietnam en Zuid-Afrika.. Voor deze landen is een landencoördinator.in veel landen werken de waterschappen samen met drinkwaterbedrijven en andere bedrijven en overal wordt er met overheden en de Nederlandse ambassade samengewerkt. Rembrandt Water Recent is vanuit de Topsector Water (2012) de vraag geuit of en hoe waterschappen (en drinkwaterbedrijven) een passende rol kunnen spelen in het vergroten van de mondiale marktkansen van de Nederlandse watersector. Dit heeft geresulteerd in de business case Rembrandt water. Bij de totstandkoming hiervan is Waterschap Regge en Dinkel actief betrokken geweest. Uit de business case blijkt dat waterschappen onder bepaalde voorwaarden kunnen participeren in marktactiviteiten. Belangrijk is daarbij dat eventuele financiële risico s goed worden afgeschermd van de primaire taken. Daarnaast moeten de activiteiten van waterschapen passen bij hun kerntaken. In reactie op dit rapport heeft de Minister van Infrastructuur en Milieu aangegeven een voorstander te zijn van een actieve rol van de waterschappen in het faciliteren van de export van Nederlands waterbeheer. Ze moedigt waterschappen aan om met hun unieke positie en kennis een bijdrage te leveren. OESO-rapport Op 17 maart 2014 heeft de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) haar rapport over het Nederlandse waterbeheer gepubliceerd. De OESO ziet het Nederlandse waterbeheer als wereldwijde referentie en de waterschappen als de ruggengraat daarvan. Dutch Water Authorities Om het leveren van die bijdrage door waterschappen effectief te ondersteunen is in het voorjaar van 2014 de Dutch Water Authorities (DWA) opgericht. Dit is een virtueel loket, waarin de landencoördinatoren van de waterschappen samen met de collega s van de Unie van Waterschappen samenwerken. In dit loket komen de drie sporen waarlangs internationaal wordt gewerkt samen: Rembrandt Water, Disaster Risk Reduction (de hulp in dreigende noodsituaties) en de activiteiten in de focuslanden. Het doel van het loket is om slagvaardiger en eenduidiger naar buiten te treden èn om voor derden in binnen- en buitenland een duidelijker gezicht aan de waterschappen te geven. Samenwerking binnen Europa Specifiek binnen Europa is internationale samenwerking zeer gewenst vanwege kennisuitwisseling en innovatie. Door samenwerking met Europese partners kunnen we rechtstreeks toegang krijgen tot kennis van andere waterbeheerders, kennisinstellingen of de private sector en extra middelen en publiciteit genereren. Vanuit verschillende Europese subsidieprogramma s wordt dit ook gestimuleerd. Voor de periode zijn nieuwe Europese subsidieprogramma s in voorbereiding. Regionale (economische) ontwikkeling blijft in deze nieuwe programma s een belangrijk uitgangspunt. Subsidiekansen doen zich voor in het kader van EFRO, POP III en Interreg: programma s die waarschijnlijk min of 7

9 meer worden gecontinueerd. Daarnaast doen zich ook kansen voor binnen Horizon 2020 en verschillende Europese platformen. Daarnaast zijn klimaatverandering en klimaatadaptatie belangrijke thema s die niet aan de grens stoppen en waar we als waterschappen iets mee moeten. 4. Visie op internationale activiteiten 4.1 Taken, missie en visie Vechtstromen De kerntaken van waterschap Vechtstromen zijn het zorgen voor schoon water, veilig water en voldoende water in haar beheergebied. Waterschap Vechtstromen ziet het haar missie om samen met anderen een aantrekkelijke leefomgeving te creëren door te zorgen voor schoon, veilig en voldoende water. Daarnaast heeft Vechtstromen een viertal ambities benoemd die ondersteunend zijn aan de uitvoering van haar kerntaken in een veranderende omgeving. Deze ambities zijn vastgelegd in de Visie van het waterschap uit 2013 en komen erop neer dat we in 2020 het trendsettende waterschap van Nederland willen zijn in verbindend samenwerken, waterkennis delen, duurzame ontwikkeling en werkgeverschap. 4.2 Vechtstromen internationaal Als waterschap kunnen en willen we niet geïsoleerd werken. We werken van buiten naar binnen en halen het beste uit samenwerking, ook internationale samenwerking hoort daar bij. In de externe omgeving van waterschap Vechtstromen zijn een aantal ontwikkelingen gaande die invloed hebben op de internationale activiteiten van de organisatie. Vanuit de Nederlandse watersector wordt steeds vaker een beroep gedaan op het waterschap om ons in te zetten voor de internationale positie en activiteiten van de B.V. Nederland en er liggen kansen vanuit Europese subsidieprogramma s. Als waterschap willen we een betrouwbare partner zijn, kansen benutten en waar mogelijk een bijdrage leveren aan (maatschappelijke) doelen van externe partners. Internationale activiteiten mogen echter niet ten koste gaan van onze eigen taken en doelen. Bij internationale activiteiten werken we zoveel mogelijk samen met andere waterschappen en met andere partners vanuit de gouden driehoek gedachte (bij voorkeur met externe partners in de regio). We zoeken naar een balans tussen langdurige en kortdurende samenwerking. Voor kortdurende samenwerking wordt vooral gekozen als een andere Nederlandse partner de leiding heeft en aan het waterschap vraagt om ondersteuning. Deze ondersteuning kan bijvoorbeeld het verzorgen van een training zijn of het assisteren bij een calamiteit of het ontvangen van een internationale delegatie. Met een klein aantal landen willen we echt tot kennisuitwisseling komen. Dit vraagt om herhaalde interacties 8

10 over een langere periode zodat er vertrouwen en onderling begrip kan ontstaan. Bij samenwerking op langere termijn proberen we meerdere schaalniveaus te koppelen. 4.3 Beoogde effecten Met onze visie op internationale activiteiten beogen we de onderstaande effecten te bewerkstelligen. Ten aanzien van onze kerntaken Het verbeteren van de kwaliteit en/of de prijs/kwaliteitverhouding van ons takenpakket. Activiteiten gericht op uitwisselen van kennis of het opdoen van kennis dragen hieraan bij. Ook kerntaakprojecten waarin investeringen kunnen worden gedaan met Europese subsidies dragen hier rechtstreeks aan bij. Ten aanzien van onze missie Het beter en/of gemakkelijker in staat zijn om samen met anderen een aantrekkelijke leefomgeving te creëren door te zorgen voor schoon, veilig en voldoende water. Dit op grond van een verbeterde kwaliteit en/of verbeterde prijs/kwaliteit verhouding van ons takenpakket. Ten aanzien van onze ambities voor Verbindend samenwerken Voortdurend beter te worden in verbindend samenwerken en in 2020 op dit punt trendsettend te zijn. In onze activiteiten zoeken we de samenwerking met andere waterschappen. Daarnaast zoeken we naar samenwerking in de gouden driehoek met andere overheden, kennisinstellingen, NGO s en de private sector. Door waarmogelijk partners in de regio te zoeken versterken we ons regionale netwerk wat een gunstig effect heeft op de uitvoering van onze kerntaken. Door een structurele bijdrage te leveren in bepaalde landen of aan bepaalde thema s laten we zien dat we een daadkrachtige partner zijn voor de Nederlandse watersector. Via onze activiteiten in focuslanden leveren we een bijdrage aan het versterken van de internationale positie van de Nederlandse watersector. Ook krijgen we via onze internationale activiteiten toegang tot belangrijke bovenregionale netwerken die we vervolgens weer kunnen benutten ten behoeve van de uitvoering van onze kerntaken. Bestaande voorbeelden hiervan, zoals ons lidmaatschap van het Deltateam en de totstandkoming van het Duits-Nederlandse Coördinatiebureau, zijn reeds besproken bij het overzicht van onze huidige activiteiten. 2. Waterkennis delen Voortdurend beter te worden in het delen van waterkennis en in 2020 op dit punt trendsettend te zijn. Onze externe omgeving vraagt ons om onze waterkennis te delen en dus proberen we daar al naar gelang de mogelijkheden gehoor aan te geven en in het verlengde daarvan ook zelf te leren. Als waterschap zien we het delen van kennis met landen waar deze kennis ontbreekt daarnaast als onze maat- 9

11 schappelijke verantwoordelijkheid. Omdat verbindend samenwerken zo n belangrijk punt voor ons is en we daar graag nog meer over willen leren richten we ons bij voorkeur op projecten met een institutionele of governance component. Delen van kennis hoeft niet in alle gevallen te betekenen dat wij deze kennis komen afleveren. Kennis kan bijvoorbeeld ook worden aangeboden via sociale media, of door onze kennis laten komen halen door collega s of studenten uit landen waar deze kennis ontbreekt, door het hen mogelijk te maken een bepaalde tijd bij ons door te brengen. Voordeel van deze laatste optie is dat meer mensen binnen onze organisatie de kans krijgen rechtstreeks met vakgenoten uit andere delen van de wereld kennis te maken en daardoor hun blikveld op het eigen werkterrein te verruimen. 3. Duurzame ontwikkeling Voortdurend beter te worden in het beheersen van onze kringlopen en onze energiehuishouding en in 2020 op dit punt trendsettend te zijn. Ongetwijfeld zullen op innovatie gerichte Europese projecten daarbij een belangrijke rol gaan spelen. In deze beleidsnotitie wordt hier echter niet verder op ingegaan omdat er ten aanzien van dit punt specifiek subsidiebeleid wordt ontwikkeld in Werkgeverschap Voortduren te leren op het gebied van werkgeverschap en in 2020 op dit punt trendsettend te zijn. In internationale projecten worden hoge eisen gesteld op het vlak van projectmanagement, financieel management, administratie en communicatie, zeker wanneer het waterschap de rol van lead partner heeft. Daarnaast bieden internationale projecten de kans om te leren van partnerorganisaties. Ook doen ze vaak een beroep op de ondernemingszin van medewerkers. Het inzetten van kennis in andere culturen stimuleert de flexibiliteit en het innovatievermogen. In een internationale context ondervindt men immers aan den lijve dat er meerdere wegen zijn die naar Rome leiden. Internationale activiteiten kunnen voor jonge mensen een van de redenen zijn om bij het waterschap te willen komen werken en voor oudere medewerkers een opstap om voortijdig uit te stromen en hun ervaring elders ter beschikking te stellen. Kortom: internationale projecten dragen bij aan de professionele ontwikkeling van medewerkers, kunnen een bron van inspiratie zijn en kunnen een tweeledige rol spelen in het binden van medewerkers aan het waterschap. 5. Inbedding in de organisatie Om het optimale rendement uit onze internationale activiteiten te behalen is een professionele aanpak en een goede inbedding in de organisatie van groot belang. 5.1 Capaciteit Vanuit alle eenheden van het waterschap kunnen mensen een bijdrage leveren aan internationale activiteiten. Aansturing van internationale activiteiten zal vooral liggen bij strategisch adviseurs en pro- 10

12 jectleiders, die op het vlak van inhoud, organisatie, financiën en communicatie worden ondersteund door collega s vanuit uiteenlopende eenheden. Een potentieel aandachtspunt is het vinden van een goede balans tussen het betrekken van medewerkers met en zonder internationale ervaring. Hoe kunnen we zoveel mogelijk medewerkers de kans bieden om zich te ontwikkelen en tegelijkertijd voortbouwen op bestaande competenties om zo onze activiteiten zo goed mogelijk te kunnen uitvoeren. Een mogelijkheid zou kunnen zijn om hierbij ook gebruik te maken van opleidingsbudget. De inzet van medewerkers mag niet ten koste gaan van onze kerntaken. Dit betekent dat voordat medewerkers ten behoeve van internationale activiteiten kunnen worden ingezet eerst met de betreffende leidinggevende zal worden bekeken of vervanging nodig is. Daar waar onze inzet wordt gevraagd zal veelal sprake zijn van inzet van personeel maar kan ook sprake zijn van inzet van een bestuurder. Dit is het geval indien een bestuurlijke vertegenwoordiging meerwaarde heeft. Bijvoorbeeld indien sprake is van besluitvorming of van afstemming op bestuurlijk niveau. 5.2 Kennismanagement in de eigen organisatie Hoe kunnen we verder zorgen dat Vechtstromen ook daadwerkelijk de vruchten gaat plukken van internationale samenwerking? Door de koppeling van internationale activiteiten aan de primaire doelen van het waterschap lijkt het vanzelfsprekend dat nieuwe kennis beklijft binnen Vechtstromen. Het is immers input voor het realiseren van de waterdoelen. Aanvullende activiteiten zijn desalniettemin eveneens gewenst, daarbij kan gedacht worden aan: - Het vastleggen en actief intern delen van opgedane kennis en ervaringen, bijvoorbeeld met behulp van intranet, lunchbijeenkomsten en posterpresentaties op verschillende locaties. - Medewerkers ervaringen laten delen. Niet alleen de leuke foto s, maar ook de dilemma s, de leerpunten en de oplossingen. Dit kan breed, maar ook in kleine kring met directe collega s in de vorm van intervisie of een workshop. - Zorgen dat de internationale activiteiten inclusief de interne follow-up activiteiten een integraal onderdeel van de lopende projecten / programma s worden. Deze activiteiten eveneens meenemen in de verantwoordingscyclus. Hierdoor blijven we scherp ten aanzien van de inzet en opbrengsten. Om de organisatie als geheel maximaal te laten profiteren van deelname aan internationale activiteiten door individuele medewerkers zal de door deze medewerkers opgedane kennis en ervaring zo goed mogelijk binnen de organisatie uitgerold moeten worden. Dit laatste is een vorm van kennismanagement en zal als zodanig dan ook door de organisatie behandeld moeten worden. Na verloop van tijd laten we de uitrol van kennis en ervaringen door een externe partij evalueren. De kosten van de evaluatie kunnen worden betaald vanuit het out of pocket budget voor Internationale Activiteiten, dit 11

13 om reden van het feit dat de international activiteiten intern simpelweg het maximaal mogelijke rendement op moeten leveren. 5.3 PR & Publiciteit Internationale activiteiten zijn een mogelijkheid om ons als trendsetter te profileren waarbij er uiteenlopende mogelijkheden zijn: - Als waterschap artikelen publiceren naar aanleiding van projecten / internationale missies. Dit kan in Het Waterschap, Water Governance, H20 of via persberichten. Van daaruit worden ook breed gelezen internetnieuwsbrieven bereikt zoals Waterforum, de NWP-nieuwsbrief en de Nieuwsbrief van de Unie van Waterschappen. - Stukken plaatsen op eigen website met informatie en nieuws over internationale projecten. - Terugkoppeling van de jaarlijks uitgevoerde activiteiten via het jaarverslag. - Als waterschap artikelen publiceren waarin we laten zien op welke wijze we onze internationale activiteiten inzetten ten behoeve van de doorontwikkeling van onze organisatie. Deze artikelen gaan bijvoorbeeld over de wijze waarop Vechtstromen de kennis en ervaringen die individuele medewerkers bij internationale activiteiten opdoen binnen de organisatie uitrolt, of over de wijze waarop wij onze internationale activiteiten inzetten ten behoeve van onze arbeidscommunicatie. Bijvoorbeeld over de vraag op welke wijze wij ons een aantrekkelijke werkgever maken voor nog aan te trekken medewerkers. Bladen waarin gepubliceerd kan worden zijn Management en Organisatie (M&O), Personeel en Organisatie (P&O) of Binnenlands Bestuur. Het is een gegeven dat internationale activiteiten van overheden in de maatschappij niet altijd even goed worden begrepen en/of niet even positief worden beoordeeld. Hier zullen we bij onze uitingen rekening mee moeten houden. Om ervoor te zorgen dat publicitaire uitingen zo goed mogelijk bijdragen aan begrip van en waardering voor het beleid van Vechtstromen zou Internationale Zaken bij een vaste communicatieadviseur belegd kunnen worden. 5.4 Afwegingskader en financiering Wanneer er keuzes gemaakt moeten worden ten aanzien van a) het al dan niet zelf oppakken van internationale activiteiten of ten aanzien van b) het deelnemen in internationale activiteiten van anderen, hanteren we daarbij het onderstaande afwegingskader, dat is opgehangen aan een drietal vragen (zie ook het stroomschema dat als bijlage is toegevoegd): Vraag 1 Betreft het een internationale activiteit die rechtstreeks ten goede komt aan een of meerdere van onze kerntaken? 12

14 Wanneer het antwoord op vraag 1 positief is verloopt de beslissing omtrent het oppakken van de betreffende activiteit op dezelfde wijze als alle andere beslissingen inzake onze kerntaken en zal de betreffende activiteit ook gefinancierd moeten worden vanuit de voor de desbetreffende kerntaak gereserveerde budgetten. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer we door samen te werken met partijen uit andere Europese landen een subsidie of een nieuwe technologie voor een eigen kerntaakproject kunnen binnenhalen. Wanneer het antwoord op vraag 1 negatief is komt vraag 2 aan de orde. Vraag 2 Betreft het een internationale activiteit die rechtstreeks ten goede komt aan een of meerdere van onze vier ambities voor 2020? Wanneer het antwoord op vraag 2 positief is komt vraag 3 aan de orde, wanneer het antwoord op vraag 2 daarentegen negatief is pakken we de betreffende activiteit niet op. Vraag 3 Betreft het een relatief kortdurende internationale activiteit waarbij we niet zelf de leidende rol vervullen? Wanneer het antwoord op vraag 3 positief is zal het verzoek aan het DB worden voorgelegd. Het kan hierbij bijvoorbeeld gaan om het uitlenen van een personeelslid ten behoeve van een internationaal project van een ander waterschap of een verzoek tot acute ondersteuning bij wateroverlast in andere Europese landen zoals in 2014 in Zuidoost Engeland. Wanneer het antwoord op vraag 3 negatief is zal het verzoek eveneens aan het DB worden voorgelegd. Het betreft dan in de regel een optie tot een internationale activiteit waarbij we zelf de leidende rol zullen willen en/of moeten vervullen. Ten aanzien van dit type activiteiten richten ons op het opbouwen van langdurige relaties in een beperkt aantal landen (de focus landen van de DWA), op dit moment hebben we dit type relaties reeds in Vietnam en Zuid-Afrika. Qua thema s richten we ons daarbij op thema s die relevantie hebben voor het waterschap vanuit het oogpunt van samenwerken of innovatie zoals governance vraagstukken (verbindend samenwerken, innovatie), Grensoverschrijdend waterbeheer (verbindend samenwerken, locatie Vechtstromen), klimaatadaptatie (duurzaam watersysteem, innovatie), duurzaam zuiveringsbeheer (innovatieagenda) en drinkwater/sanitatie. Daarnaast richten we ons bij voorkeur niet alleen op technische vraagstukken maar juist ook op institutionele vraagstukken. Bij het beantwoorden van vraag 3 geldt zowel in geval van relatief kortdurende activiteiten als in geval van langduriger activiteiten dat: - we deze activiteiten bijvoorkeur tegen vergoeding (betaling of gesubsidieerd) uitvoeren. In uitzonderlijke gevallen doen we dit op eigen kosten, dit wil zeggen dat de kosten voor de inzet van de eigen medewerkers en de reis- en verblijfskosten niet of slechts gedeeltelijk vergoed worden. - de benodigde inzet niet ten koste mag gaan van onze kerntaken. - we met een out of pocket budget werken ter grootte van honderdduizend euro. Dit budget is bijvoorbeeld bedoeld voor het op gang brengen van nieuwe activiteiten, het verrichten van werk- 13

15 zaamheden waar geen of slechts gedeeltelijk vergoeding tegenover staat of om het mogelijk maken dat mensen een bepaalde periode bij ons kunnen doorbrengen. Het out of pocket budget is primair bedoeld voor reis- en verblijfkosten, waar nodig kan het in overleg ook gebruikt worden om uren te compenseren. Het out of pocket budget is bijvoorbeeld niet bedoeld ter financiering van vaktechnische werkbezoeken en congressen in het buitenland. Dit laatste betreft reguliere werkzaamheden in het kader van iemands functie, die toevallig in het buitenland plaatsvinden. In het algemeen geldt dat Vechtstromen geen giften in de vorm van geld ten behoeve van projecten in het buitenland verstrekt. 14