Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar Voorstel van wet van de leden Duivesteijn en Biesheuvel houdende nieuwe regels over het verstrekken van bijdragen aan lagere inkomensgroepen ten behoeve van het verkrijgen of kunnen blijven bewonen van een eigen woning (Wet individuele koopbijdrage) Nr. 15 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING 17 mei 1999 Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: A Het opschrift komt te luiden: Voorstel van wet van de leden Duivesteijn, Biesheuvel, Hofstra en Van t Riet houdende nieuwe regels over het toekennen van bijdragen aan lagere inkomensgroepen ten behoeve van het verkrijgen en kunnen blijven bewonen van een eigen woning (Wet bevordering eigenwoningbezit). B C In de considerans wordt: a. «verstrekken» vervangen door «toekennen» en b. «of» vervangen door: en. Artikel 1 komt te luiden: Artikel 1. Definities 1. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder: a. bestaande woning: woning die al voor de eigendomsoverdracht werd bewoond; b. burgemeester en wethouders: burgemeester en wethouders van de gemeente waarin de woning is gelegen waarop de eigenwoningbijdrage of de bijzondere bijdrage, bedoeld in artikel 35, betrekking heeft; c. bijdragejaar: jaar dat begint met de eerste volle kalendermaand waarin degene die de eigenwoningbijdrage aanvraagt de woning in eigendom heeft verkregen en loopt tot en met de elfde daaropvolgende kalendermaand, en de direct daarop aansluitende jaren; d. driejaarstijdvak: aaneengesloten periode van drie bijdragejaren; e. eigenaar-bewoner: natuurlijke persoon die een woning volledig in eigendom verkrijgt en daarin zijn hoofdverblijf heeft of zal hebben; KST35162 ISSN Sdu Uitgevers s-gravenhage 1999 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 1

2 f. eigenwoningbijdrage: financiële bijdrage krachtens deze wet, met uitzondering van artikel 35; g. financier: financiële instelling die de hypothecaire lening verstrekt; h. fiscaal effect: naar een maandbedrag herrekend jaarlijks terugkerend belastingvoordeel dat een huishouden met een eigen woning heeft ten opzichte van andere huishoudens, bestaande uit aftrekbaarheid van de te betalen hypotheekrente enerzijds, en bijtelling van het huurwaardeforfait anderzijds; i. hypothecaire lening: 1 e. lening of krediet in rekening-courant ter financiering van de kosten van het voor de eerste maal in eigendom verkrijgen van een woning met als zekerheid hypotheek op die woning, niet zijnde een zodanige lening die of krediet dat voor de inwerkingtreding van deze wet is gesloten of verleend, dan wel 2 e. als een deel van die woning is verhuurd: het bedrag van die lening, verminderd met een bedrag dat evenredig is met het gedeelte van die woning dat is verhuurd; j. hypotheekrente: te betalen bedrag aan rente over de hypothecaire lening, blijkens de geldleningsovereenkomst; k. nieuwbouwwoning: woning die voor de eigendomsoverdracht niet werd bewoond; l. normlasten: gedeelte van de hypotheekrente dat per maand ten minste voor rekening van de eigenaar-bewoner blijft; m. normrente: genormeerd maandbedrag aan rente over de hypothecaire lening; n. Onze Minister: Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer; o. peildatum: eerste dag van het driejaarstijdvak, respectievelijk, in artikel 39c, eerste dag die volgt op het vijfde driejaarstijdvak; p. peiljaar: kalenderjaar dat voorafgaat aan het bijdragejaar, of, als dat kalenderjaar minder dan een half jaar voor het bijdragejaar eindigt, het kalenderjaar dat voorafgaat aan dat kalenderjaar; q. primaire toekenning: toekenning van de eigenwoningbijdrage voor het eerste driejaarstijdvak; r. rekeninkomen, rekenvermogen: het rekeninkomen en het rekenvermogen, bedoeld in artikel 3 respectievelijk artikel 4; s. standplaats: standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder h, van de Woningwet; t. verkrijgen in eigendom: 1 e. verwerven van de eigendom; 2 e. verkrijgen van een recht van opstal, een recht van erfpacht, een appartementsrecht of een ander beperkt recht, of 3 e. verkrijgen van een lidmaatschapsrecht van een coöperatie, waaraan verbonden het recht van gebruik en bewoning; u. woonwagen: woonwagen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder e, van de Woningwet. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt mede verstaan onder woning: woonwagen en standplaats tezamen. 3. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld omtrent het bepaalde in het eerste lid, onder i, 2 e. D In artikel 2, derde lid, wordt: a. onder b «meerpersoonshuishouden» vervangen door «tweepersoonshuishouden» en b. onder d «meerpersoonsouderenhuishouden» vervangen door: tweepersoonsouderenhuishouden. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 2

3 E Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid wordt «het subsidiejaar» vervangen door: de peildatum. 2. Het derde lid komt te luiden: 3. In afwijking van het tweede lid wordt de waarde, verminderd met de daarop rustende hypothecaire schuld, van een eigen woning als bedoeld in artikel 9, vierde lid, van de Wet op de vermogensbelasting 1964, ten behoeve waarvan een eigenwoningbijdrage of een bijzondere bijdrage als bedoeld in artikel 35, is of wordt toegekend, slechts onder vermogen verstaan voorzover die aldus verminderde waarde hoger is dan f F Artikel 5 komt te luiden: Artikel 5. Kosten van verkrijgen in eigendom 1. De kosten van het in eigendom verkrijgen van een woning, bedoeld in deze wet en de daarop berustende bepalingen, zijn: a. de koopsom of de aanneemsom van de woning, met inbegrip van de bijbehorende grond, hetzij de kosten van het vestigen van een recht van erfpacht op het perceel grond waarop de woning wordt of is gebouwd, hetzij de kosten van het verkrijgen van een appartementsrecht of ander beperkt recht met betrekking tot de woning, hetzij de kosten van het verkrijgen van het lidmaatschapsrecht van een coöperatie met daaraan verbonden het recht van gebruik en bewoning van de woning; b. de taxatiekosten, de financieringskosten en de overdrachtskosten, en c. de kosten van herstel van achterstallig onderhoud van de woning, vastgelegd in een bouwkundig rapport als bedoeld in artikel 16, onder a. 2. De hypothecaire lening strekt niet tot financiering van andere bedragen en kosten dan die, genoemd in het eerste lid. G Het opschrift van hoofdstuk 2 komt te luiden: HOOFDSTUK 2. HET RECHT OP DE EIGENWONINGBIJDRAGE VOOR HET IN EIGENDOM VERKRIJGEN EN VERVOLGENS KUNNEN BLIJVEN BEWONEN VAN EEN WONING H Paragraaf 1 van hoofdstuk 2 komt te luiden: 1. Het recht op de eigenwoningbijdrage Artikel 6. Omschrijving recht 1. Als aan de navolgende bepalingen wordt voldaan, kent Onze Minister, ter tegemoetkoming in de kosten van het in eigendom verkrijgen van een woning, op aanvraag aan de eigenaar-bewoner: a. vijf maal een eigenwoningbijdrage toe over vijf achtereenvolgende driejaarstijdvakken, en vervolgens b. een maal een eigenwoningbijdrage toe overeenkomstig hoofdstuk 6A. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 3

4 2. Ten aanzien van een bepaalde eigenaar-bewoner kan slechts één maal van een primaire toekenning sprake zijn. 3. Een eigenwoningbijdrage wordt slechts toegekend ten behoeve van het in eigendom verkrijgen en vervolgens kunnen blijven bewonen van een woning. 4. Bij verhuizing van de eigenaar-bewoner na de primaire toekenning blijft het in het eerste lid bedoelde recht op een eigenwoningbijdrage in stand, mits hij de woning naar welke hij verhuist in eigendom verkrijgt en vervolgens bewoont. 5. Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing op eigenwoningbijdragen krachtens deze wet. 6. De hoofdstukken 2, 4 en 6 van deze wet zijn uitsluitend van toepassing op eigenwoningbijdragen als bedoeld in het eerste lid, onder a, tenzij hoofdstuk 6A van deze wet anders bepaalt. I Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste en tweede lid wordt «individuele koopbijdrage» vervangen door: eigenwoningbijdrage. 2. Het derde lid komt te luiden: 3. Behoudens in gevallen als bedoeld in artikel 11, eerste lid, wordt een eigenwoningbijdrage slechts toegekend als de eigenaar-bewoner op de peildatum woont in een door hem in eigendom verkregen woning. J Artikel 8, eerste lid, komt te luiden: 1. Een eigenwoningbijdrage wordt niet toegekend als het rekeninkomen meer bedraagt dan: a. f bij een eenpersoonshuishouden; b. f bij een tweepersoonshuishouden; c. f bij een eenpersoonsouderenhuishouden; d. f bij een tweepersoonsouderenhuishouden. K In artikel 9, eerste lid, wordt: a. in de aanhef «individuele koopbijdrage» vervangen door «eigenwoningbijdrage»; b. onder a «f » vervangen door «f » en «het subsidiejaar» vervangen door «het eerste bijdragejaar van een driejaarstijdvak»; c. onder b «f » vervangen door «f », «meerpersoonshuishouden» vervangen door «tweepersoonshuishouden» en «het subsidiejaar» vervangen door «het eerste bijdragejaar van een driejaarstijdvak»; d. onder c «f » vervangen door «f » en «het subsidiejaar» vervangen door «het eerste bijdragejaar van een driejaarstijdvak» en e. onder d «f » vervangen door «f », «meerpersoonshuishouden» vervangen door «tweepersoonshuishouden», «meerpersoonsouderenhuishouden» vervangen door «tweepersoonsouderenhuishouden» en «het subsidiejaar» vervangen door: het eerste bijdragejaar van een driejaarstijdvak. L Na artikel 9 wordt een artikel ingevoegd, luidend: Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 4

5 Artikel 9a. Hypotheekgarantie 1. Een eigenwoningbijdrage wordt slechts toegekend als, tot zekerheid van de nakoming door de eigenaar-bewoner van de verplichtingen uit hetzij de hypothecaire lening hetzij een daaropvolgende lening of daaropvolgend krediet in rekening-courant ter financiering van het in eigendom verkrijgen van een woning met als zekerheid hypotheek op die woning, voor die lening of dat krediet een garantie is afgegeven door de Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen of een instelling die daarmee, op het punt van de garantieverstrekking, naar het oordeel van Onze Minister vergelijkbaar is. 2. De af te geven garantie is de onder auspiciën van de Stichting Waarborgfonds Eigen Woningen ontwikkelde Nationale Hypotheek Garantie. De voorwaarden en normen voor die garantie zijn van toepassing, tenzij deze wet anders bepaalt. M Artikel 10 komt te luiden: Artikel 10. Leeftijdsgrens en minimaal vereist inkomen 1. Voor een primaire toekenning is vereist dat: a. de eigenaar-bewoner op de peildatum 23 jaar of ouder is en b. het rekeninkomen ten minste gelijk is aan: 1 e. voor een eenpersoonshuishouden: de naar een belastbaar jaarbedrag in het peiljaar herrekende som van de bedragen, bedoeld in de artikelen 30, eerste lid, onder a, en 33, tweede lid, van de Algemene bijstandswet, of een daarmee, volgens bij ministeriële regeling te stellen regels, vergelijkbaar bedrag; 2 e. voor een tweepersoonshuishouden: het naar een belastbaar jaarbedrag in het peiljaar herrekende bedrag, bedoeld in artikel 30, eerste lid, onder c, van de Algemene bijstandswet, of een daarmee, volgens bij ministeriële regeling te stellen regels, vergelijkbaar bedrag; 3 e. voor een eenpersoonsouderenhuishouden: het naar een belastbaar jaarbedrag in het peiljaar herrekende bedrag, bedoeld in artikel 9, tiende lid, onder a, van de Algemene Ouderdomswet, vermeerderd met de vakantietoeslag, bedoeld in artikel 29, negende lid, onder c, van die wet, en verder vermeerderd met f 3500, of een met dat aldus vermeerderde bedrag, volgens bij ministeriële regeling te stellen regels, vergelijkbaar bedrag; 4 e. voor een tweepersoonsouderenhuishouden: twee maal het naar een belastbaar jaarbedrag in het peiljaar herrekende bedrag, bedoeld in artikel 9, tiende lid, onder b, van de Algemene Ouderdomswet, vermeerderd met de vakantietoeslag, bedoeld in artikel 29, negende lid, onder a, van die wet, en verder vermeerderd met f 2200, of een met dat aldus vermeerderde bedrag, volgens bij ministeriële regeling te stellen regels, vergelijkbaar bedrag. 2. In afwijking van het eerste lid, aanhef en onder b, kan een eigenwoningbijdrage worden toegekend als de eigenaar-bewoner in de aanvraag aannemelijk maakt dat op het tijdstip van indiening daarvan wordt voldaan aan het eerste lid, onder b. N Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het opschrift wordt «Zes maanden extra voor» vervangen door: Latere. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 5

6 2. In het eerste lid: a. wordt in onderdeel a «, of» vervangen door een puntkomma; b. wordt na onderdeel a, onder lettering van onderdeel b als c, een onderdeel ingevoegd, luidend: b. omdat een bestaande woning nog door de vorige bewoner wordt bewoond, of en c. vervalt in onderdeel c (nieuw) «, eerste lid». 1. In het tweede lid wordt: a. «individuele koopbijdrage» vervangen door «eigenwoningbijdrage» en b. na «bewoonbaar worden» ingevoegd: of beschikbaar komen. 1. Toegevoegd wordt een lid, luidend: 3. In een geval als bedoeld in het eerste lid, onder c, vervalt de eigenwoningbijdrage als het achterstallig onderhoud niet volledig is verricht binnen acht weken na het verkrijgen in eigendom van de woning. Onze Minister kan deze termijn op een daartoe strekkende en voor het einde van die termijn ingediende aanvraag van de eigenaar-bewoner eenmalig met acht weken verlengen. O Artikel 12 komt te luiden: Artikel 12. Rechtmatig verblijf in Nederland Voor een primaire toekenning is vereist dat de eigenaar-bewoner, alsmede degene die tot diens huishouden behoort, op het moment dat de aanvraag voor de eigenwoningbijdrage bij Onze Minister wordt ingediend: a. de Nederlandse nationaliteit bezit of op grond van een wettelijke bepaling als Nederlander wordt behandeld, of b. vreemdeling is en rechtmatig verblijf houdt in de zin van artikel 1b, aanhef en onder 1, van de Vreemdelingenwet. P Artikel 13 komt te luiden: Artikel 13. Maximale koopsom, maximale hypothecaire lening 1. Voor een primaire toekenning is vereist dat: a. de kosten van het verkrijgen in eigendom van de woning niet hoger zijn dan f en b. het bedrag van de hypothecaire lening niet hoger is dan f De in het eerste lid genoemde bedragen kunnen worden aangepast overeenkomstig artikel 40. Q Artikel 15 komt te luiden: Artikel 15. Bestaande woning: taxatierapport 1. Voor een primaire toekenning ten behoeve van een bestaande woning is een taxatierapport vereist: a. dat is opgemaakt door een taxateur of makelaar in onroerende zaken die niet is betrokken bij de overdracht of de financiering; Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 6

7 b. dat de gegevens bevat van het laatst uitgegeven, terzake relevante model, van de beroepsvereniging waarbij de taxateur of makelaar is aangesloten; c. dat op de peildatum niet ouder is dan een jaar. 2. In geval van achterstallig onderhoud wordt bij de taxatie verondersteld dat dat onderhoud volledig is verricht. R In artikel 16: a. vervallen het tweede lid en de aanduiding «1.» voor het eerste lid; b. komt onderdeel a te luiden: a. dat bij dat taxatierapport een bouwkundig rapport is gevoegd dat is opgesteld door de taxateur of makelaar, bedoeld in artikel 15, eerste lid, onder a, en en c. wordt onder b «hypotheekverstrekker» vervangen door: financier. S Artikel 18, eerste lid, aanhef en onder a, komt te luiden: Voor een primaire toekenning ten behoeve van het in eigendom verkrijgen van een woonwagen en standplaats tezamen is vereist dat de woonwagen op de peildatum: a. is geplaatst op een standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder e, van de Huisvestingswet, of op een regionaal woonwagencentrum dat tot stand is gekomen voor 1 oktober 1970, en. T U Artikel 19 vervalt. Artikel 20 komt te luiden: Artikel 20. Vorm en duur van de hypotheek Voor een primaire toekenning is vereist dat: a. de hypothecaire lening blijkens de hypotheekakte in ten hoogste 30 jaar volledig wordt afgelost, en b. de hypothecaire lening wordt afgesloten in een bij ministeriële regeling te bepalen vorm en voor een bij die regeling te bepalen rentevaste periode. V W Artikel 21 vervalt. Na artikel 21a wordt in hoofdstuk 2 een paragraaf ingevoegd, luidend: 4. Hardheid Artikel 21b. Hardheid 1. Onze Minister kan ambtshalve of op aanvraag van de eigenaarbewoner, als in een bepaald geval de onverkorte toepassing van de Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 7

8 desbetreffende bepalingen, gelet op het belang dat deze wet beoogt te beschermen, tot een onbillijkheid van overwegende aard zou leiden: a. bij de toepassing van de artikelen 3, eerste lid, en 4, eerste lid, een persoon als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a en b, buiten beschouwing laten; b. bij de toepassing van de artikelen 3, derde lid, of 4, tweede lid, bepaalde inkomsten of vermogensbestanddelen geheel of gedeeltelijk buiten beschouwing laten. 2. Een daling van het inkomen ten opzichte van het peiljaar, of een daling van het vermogen na de 1 januari die voorafgaat aan de peildatum, kan niet leiden tot toepassing van het eerste lid. X Y Hoofdstuk 3 vervalt. In de titel van hoofdstuk 4 wordt «individuele koopbijdrage» vervangen door: eigenwoningbijdrage. Z De artikelen 24 tot en met 29 worden vervangen door vijf artikelen, luidende: Artikel 24. Bepaling normrente 1. Het percentage van de normrente wordt bij ministeriële regeling vastgesteld met inachtneming van de hypotheekrente die wordt gehanteerd bij het verstrekken van hypothecaire leningen in een vorm als bedoeld in artikel 20, onder b. 2. Als in de ministeriële regeling, bedoeld in artikel 20, onder b, is bepaald dat de hypothecaire lening wordt afgesloten in de vorm van een spaarhypotheek, wordt in de regeling, bedoeld in het eerste lid, tevens een normbedrag voor de per maand te betalen spaarpremie vastgesteld, uitgaande van een hypothecaire lening van f Het percentage, bedoeld in het eerste lid, en het normbedrag, bedoeld in het tweede lid, kunnen bij ministeriële regeling worden gewijzigd als daartoe aanleiding bestaat als gevolg van de ontwikkeling van de hypotheekrente, bedoeld in het eerste lid. Artikel 25. Berekening fiscaal effect 1. Het fiscaal effect wordt verkregen door de normrente te vermenigvuldigen met: a. voor eenpersoonshuishoudens en tweepersoonshuishoudens: 0,31; b. voor eenpersoonsouderenhuishoudens en tweepersoonsouderenhuishoudens: 0, De in het eerste lid genoemde factoren kunnen worden aangepast overeenkomstig artikel 40. Artikel 26. Bepaling minimum-inkomensijkpunt Het minimum-inkomensijkpunt bedraagt, herrekend naar een belastbaar jaarbedrag in het peiljaar: a. voor een eenpersoonshuishouden: de som van de bedragen, bedoeld in de artikelen 30, eerste lid, onder a, en 33, tweede lid, van de Algemene bijstandswet; Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 8

9 b. voor een tweepersoonshuishouden: het bedrag, bedoeld in artikel 30, eerste lid, onder c, van de Algemene bijstandswet; c. voor een eenpersoonsouderenhuishouden: het bedrag, bedoeld in artikel 9, tiende lid, onder a, van de Algemene Ouderdomswet, vermeerderd met de vakantietoeslag, bedoeld in artikel 29, negende lid, onder c, van die wet, en verder vermeerderd met f 3500; d. voor een tweepersoonsouderenhuishouden: twee maal het bedrag, bedoeld in artikel 9, tiende lid, onder b, van de Algemene Ouderdomswet, vermeerderd met de vakantietoeslag, bedoeld in artikel 29, negende lid, onder a, van die wet, en verder vermeerderd met f Artikel 27. Berekening normlasten De normlasten per maand bedragen de uitkomst van de formule: f s( I r I m 12 ) in welke formule voorstelt: s: een factor waarmee wordt aangegeven in welke mate de normlasten stijgen in verhouding tot een stijging van het rekeninkomen, en die 0,25 bedraagt; I r : het rekeninkomen, of, als dat hoger is, het minimuminkomensijkpunt, bedoeld in artikel 26; I m : het minimum-inkomensijkpunt, bedoeld in artikel Het in het eerste lid, in de daarin opgenomen formule, genoemde bedrag wordt met ingang van 1 juli van elk jaar aangepast overeenkomstig artikel 40. De in het eerste lid, onder s:, genoemde factor kan worden aangepast overeenkomstig artikel 40. Artikel 28. Berekening hoogte ewb 1. De eigenwoningbijdrage, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder a, bestaat uit: a. een maandelijkse tegemoetkoming in de hypotheekrente, voorzover met de hypothecaire lening niet de verschuldigde overdrachtsbelasting, bedoeld in artikel 2 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer, is gefinancierd, en b. een maandelijkse toeslag in verband met die overdrachtsbelasting. 2. De tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, onder a, bedraagt de uitkomst van de formule: 100 (H x ) x R p 1 x (1 f) x P o N m in welke formule voorstelt: H: het bedrag van de hypothecaire lening; P o : het percentage, genoemd in artikel 14, eerste lid, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer; R p : het percentage, bedoeld in artikel 24, eerste lid, dat geldt op het tijdstip van ondertekening van de offerte, bedoeld in artikel 41, eerste lid, of, als dat lager is, het percentage dat geldt op het tijdstip van het uitbrengen van die offerte; f: de van toepassing zijnde factor, bedoeld in artikel 25, die geldt op de peildatum. N m : de normlasten per maand over het driejaarstijdvak, die het gemiddelde bedragen van: (a) de normlasten die gelden op de peildatum, berekend overeenkomstig artikel 27; (b) de normlasten, bedoeld onder (a), vermeerderd met de in een percentage uitgedrukte ontwikkeling van de consumentenprijzen (alle Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 15 9

10 huishoudens) in het peiljaar, als in januari volgend op het peiljaar in de Staatscourant bekendgemaakt, en (c) de normlasten als berekend onder (b), vermeerderd op dezelfde wijze als bedoeld onder (b). 3. Er wordt slechts een eigenwoningbijdrage als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder a, toegekend als de uitkomst van de berekening, bedoeld in het tweede lid, een positief bedrag is. 4. Als het bedrag dat overeenkomstig het tweede lid is berekend voor het tweede of een volgend driejaarstijdvak waarover een eigenwoningbijdrage wordt toegekend, hoger is dan f 301, wordt dat bedrag voor de berekening van de hoogte van die bijdrage op f 301 gesteld. 5. De toeslag, bedoeld in het eerste lid, onder b, bedraagt de uitkomst van de formule: P o (H m x P ) x R p 1 x (1 f) x in welke formule voorstelt: H m : het maximumbedrag, genoemd in artikel 13, onder b, dat bij de primaire toekenning geldt op de peildatum; P o : het percentage, bij de primaire toekenning op de peildatum genoemd in artikel 14, eerste lid, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer; R p : het percentage, bedoeld in artikel 24, eerste lid, dat geldt op het tijdstip van ondertekening van de offerte, bedoeld in artikel 41, eerste lid, of, als dat lager is, het percentage dat geldt op het tijdstip van het uitbrengen van die offerte; f: de van toepassing zijnde factor, bedoeld in artikel 25, die bij de primaire toekenning geldt op de peildatum. 6. De som van de overeenkomstig het tweede tot en met vijfde lid berekende bedragen wordt naar boven afgerond op hele guldens. 7. Het in het vierde lid genoemde bedrag wordt met ingang van 1 juli van elk jaar aangepast overeenkomstig artikel 40. AA Artikel 30 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het opschrift wordt «ikb» vervangen door: ewb. 2. Het eerste lid komt te luiden: 1. Voor een primaire toekenning is vereist dat het bedrag dat voor het eerste driejaarstijdvak is berekend met toepassing van artikel 28, tweede lid, ten hoogste f 301 is. BB CC Hoofdstuk 5 vervalt. Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het tweede lid wordt «individuele koopbijdrage» telkens vervangen door: eigenwoningbijdrage. 2. In het derde lid: a. vervalt «tweede,»; b. wordt «21» vervangen door «21a» en Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

11 c. wordt «individuele koopbijdrage» vervangen door: eigenwoningbijdrage. DD 1. In het vierde lid wordt: a. «subsidietijdvak» vervangen door «bijdragetijdvak» en b. «individuele koopbijdrage» vervangen door: eigenwoningbijdrage. Artikel 36 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het tweede lid, aanhef, wordt «continueringsaanvraag» vervangen door: vervolgaanvraag. 2. In het derde lid wordt «dertien» telkens vervangen door: In het vierde lid wordt «dat tijdvak eindigt niet op een latere datum dan 30 juni» vervangen door: dat tijdvak ligt in één driejaarstijdvak. 4. In het zevende lid: a. vervalt in de aanhef «31, 32,» en «42, eerste lid,»; b. wordt in de aanhef «44, tweede lid» vervangen door «44, eerste lid, derde en vierde volzin»; c. vervalt onderdeel a; d. wordt onderdeel b geletterd a; e. wordt onderdeel c geletterd b, in welk onderdeel «32, eerste lid,» vervalt, en f. wordt onderdeel d geletterd c, in welk onderdeel «subsidietijdvak» wordt vervangen door: driejaarstijdvak. EE 1. Het achtste lid vervalt. Artikel 37 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid wordt «46, tweede lid» vervangen door: 46, derde lid. 2. In het derde lid, onder a, wordt «artikel 14f van de Algemene bijstandswet» vervangen door: artikel 14f, tweede, vijfde tot en met achtste en tiende lid, van de Algemene bijstandswet. FF 3. In het vierde lid wordt «subsidiejaar» vervangen door: bijdragejaar. Artikel 39 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het derde lid, eerste zin, wordt «subsidiejaar» vervangen door: bijdragejaar. 2. In de aanhef van het vierde lid wordt «zijn gewaarborgd» vervangen door: is gewaarborgd. GG Na artikel 39 wordt in hoofdstuk 6 een artikel ingevoegd, luidend: Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

12 Artikel 39a. Hardheid 1. Onze Minister past artikel 21b, eerste lid, toe overeenkomstig het bepaalde in artikel 35, eerste en tweede lid, in gevallen waarin, hoewel het inkomen is gedaald ten opzichte van het peiljaar, geen bijzondere bijdrage als bedoeld in dit hoofdstuk wordt toegekend omdat: a. niet is voldaan aan de vereisten die zijn gesteld in artikel 10 juncto artikel 35, derde lid, of b. het rekenvermogen hoger is dan het relevante bedrag, genoemd in artikel 9 juncto artikel 35, derde lid. 2. Een aanvraag om het eerste lid toe te passen wordt ingediend binnen zes maanden na het einde van het tijdvak, bedoeld in artikel 34, eerste lid, onder c, waarop de aanvraag tot toekenning van een bijzondere bijdrage als bedoeld in dit hoofdstuk betrekking heeft. HH Na artikel 39 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidend: HOOFDSTUK 6A. HET RECHT OP DE EIGENWONINGBIJDRAGE NA HET VIJFDE DRIEJAARSTIJDVAK Artikel 39b. Vereisten voor ewb na 15 jaar 1. Bij ministeriële regeling kan een rentevaste periode worden bepaald, waarvoor de lening of het krediet in rekening-courant ter financiering van het in eigendom verkrijgen van een woning met als zekerheid hypotheek op die woning dient te zijn afgesloten, om in aanmerking te komen voor een eigenwoningbijdrage als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b. 2. Op een toekenning van een eigenwoningbijdrage als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, zijn de artikelen 6, derde, vierde en vijfde lid, 7, 8, 9, 20, onder a, 21b en 24 tot en met 27 van overeenkomstige toepassing. Artikel 39c. Berekening hoogte ewb na 15 jaar 1. De eigenwoningbijdrage per maand, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, bestaat uit: a. een tegemoetkoming in de hypotheekrente, voorzover met de hypothecaire lening niet de verschuldigde overdrachtsbelasting, bedoeld in artikel 2 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer, is gefinancierd; b. een tegemoetkoming in verband met het financieel risico voor de eigenaar-bewoner bij een stijging van het percentage, bedoeld in artikel 24, eerste lid, en c. een toeslag in verband met de overdrachtsbelasting, bedoeld in artikel 2 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer. 2. De tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, onder a, wordt berekend met gebruikmaking van de formule, bedoeld in artikel 28, tweede lid, met dien verstande dat in die formule wordt verstaan onder: N m : (a) in het 16 e bijdragejaar: de normlasten die gelden op de peildatum, (b) in het 17 e bijdragejaar: de normlasten die gelden op de peildatum vermeerderd met de in een percentage uitgedrukte ontwikkeling van de consumentenprijzen (alle huishoudens) in het peiljaar, als in januari volgend op het peiljaar in de Staatscourant bekendgemaakt, en (c) in het 18 e en volgende bijdragejaren: de dienovereenkomstig vermeerderde normlasten in het 17 e bijdragejaar respectievelijk voorgaande bijdragejaren. 3. Er wordt slechts een eigenwoningbijdrage als bedoeld in artikel 6, Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

13 eerste lid, onder b, toegekend als de uitkomst van de berekening, bedoeld in het tweede lid, voor het 16 e bijdragejaar een positief bedrag is. 4. De tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt berekend met gebruikmaking van de formule: 0,5{(R m R mt ) x (1 f) +(P m P mt )} in welke formule voorstelt: R m : de normrente op de peildatum; R mt : de normrente die ten aanzien van de betrokken eigenaar-bewoner is gehanteerd bij de eerste toepassing van artikel 28; f: de van toepassing zijnde factor, bedoeld in artikel 25, die geldt op de peildatum; P m : de maandelijkse spaarpremie op de peildatum, welke premie wordt berekend door het op de peildatum krachtens artikel 24, tweede lid, geldende normbedrag te vermenigvuldigen met een factor die wordt verkregen door het bedrag van de hypothecaire lening te delen door f ; P mt : de maandelijkse spaarpremie ten tijde van de eerste toepassing van artikel 28, welke premie wordt berekend door het ten tijde van die toepassing krachtens artikel 24, tweede lid, geldende normbedrag te vermenigvuldigen met een factor die wordt verkregen door het bedrag van de hypothecaire lening te delen door f Als de uitkomst van de berekening, bedoeld in het vierde lid, een negatief bedrag is, wordt de uitkomst van die berekening op nul gesteld. 6. De toeslag, bedoeld in het eerste lid, onder c, wordt berekend met gebruikmaking van de formule, bedoeld in artikel 28, vijfde lid, met dien verstande dat de uitkomst van die berekening wordt vermenigvuldigd met twaalf maal het aantal bijdragejaren met betrekking tot welke de uitkomst van de berekening, bedoeld in het tweede lid, een positief bedrag is. 7. De eigenwoningbijdrage, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, is de netto contante waarde van de bedragen die overeenkomstig het tweede tot en met zesde lid zijn berekend over die bijdragejaren met betrekking tot welke de uitkomst van de berekening, bedoeld in het tweede lid, een positief bedrag is. 8. Het volgens het zevende lid toe te kennen bedrag wordt naar boven afgerond op hele guldens. Artikel 39d. Maximale ewb na 15 jaar 1. Voor een toekenning van een eigenwoningbijdrage als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, is vereist dat het gemiddelde bedrag dat voor het 16 e bijdragejaar is berekend met toepassing van artikel 39c, tweede lid, ten hoogste f 301 per maand is. 2. Het in het eerste lid genoemde bedrag wordt met ingang van 1 juli van elk jaar aangepast overeenkomstig artikel 40. II Hoofdstuk 7 komt te luiden: HOOFDSTUK 7. AANPASSING VAN BEDRAGEN EN FACTOREN Artikel 40. Aanpassing 1. Bij ministeriële regeling worden elk jaar, met ingang van 1 juli, de bedragen die zijn genoemd in de artikelen 8, eerste lid (maximaal toegestaan inkomen), 9, eerste lid (maximaal toegestaan vermogen), 27, Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

14 eerste lid, formule (minimum normlasten) en 28, vierde lid, 30, eerste lid, en 39d, eerste lid (maximale ewb), aangepast aan de ontwikkeling van de consumentenprijzen (alle huishoudens) in het peiljaar, als in januari volgend op het peiljaar in de Staatscourant bekendgemaakt. Het maximaal toegestaan inkomen kan, naast de aanpassing daarvan volgens de eerste volzin, worden aangepast ter voorkoming van onbedoelde gevolgen van maatregelen met betrekking tot de belastbare inkomens boven het minimum-inkomensijkpunt, bedoeld in artikel Bij ministeriële regeling kunnen de bedragen, genoemd in artikel 13, eerste lid, onder a (maximale koopsom) en b (maximale hypothecaire lening), worden aangepast aan de ontwikkeling van het prijsindexcijfer voor de bouwkosten. Bij toepassing van de eerste volzin wordt het bedrag, genoemd in artikel 4, derde lid, zodanig aangepast dat het gelijk is aan het verschil tussen de in die volzin bedoelde bedragen. 3. Bij ministeriële regeling kunnen de factoren, genoemd in artikel 25, eerste lid (fiscaal effect), worden aangepast als daartoe aanleiding bestaat vanwege wijziging van de belastingwetgeving. 4. Bij ministeriële regeling wordt jaarlijks, na overleg met Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de hoogte vastgesteld van de bedragen die vanaf 1 juli krachtens artikel 26 als minimuminkomensijkpunt zullen gelden. 5. De bedragen en factoren worden als volgt afgerond: a. de minimum normlasten en de maximale ewb, bedoeld in het eerste lid, worden naar boven afgerond op hele guldens; b. het maximaal toegestaan inkomen en het maximaal toegestaan vermogen, bedoeld in het eerste lid, en de bedragen, bedoeld in het tweede en vierde lid, worden naar boven afgerond op een veelvoud van f 50; c. de factoren, bedoeld in het derde lid, worden naar boven afgerond op twee decimalen. 6. De overeenkomstig het eerste tot en met vijfde lid vastgestelde, vanaf 1 juli geldende bedragen en factoren worden elk jaar uiterlijk op 1 mei in de Staatscourant bekendgemaakt. 7. Bij een volgende aanpassing van deze bedragen en factoren wordt uitgegaan van de bedragen en factoren zoals die waren, voordat zij werden afgerond. 8. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen de bedragen, genoemd in de artikelen 10, eerste lid, onder b, 3 e en 4 e, en 26, onder c en d (ouderentoeslag bij minimum-inkomensijkpunt), en de factor, genoemd in artikel 27, eerste lid, onder s:, hoger of lager worden gesteld. JJ In de titel van hoofdstuk 8 wordt «verstrekking» vervangen door: toekenning. KK Artikel 41 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid: a. wordt in de eerste volzin «individuele koopbijdrage» vervangen door «eigenwoningbijdrage» en b. komt de tweede volzin te luiden: De financier die de offerte voor een hypothecaire lening heeft uitgebracht die de eigenaar-bewoner heeft geaccepteerd, stelt het formulier verkrijgbaar. 2. Het derde en vierde lid worden vervangen door drie leden, luidende: 3. Bij de aanvraag voor een primaire toekenning wordt een verklaring van de eigenaar-bewoner gevoegd dat wordt voldaan aan artikel 9. Bij die Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

15 aanvraag worden voorts ten minste afschriften van de navolgende stukken gevoegd, met dien verstande dat dit voor de onderdelen d, e en f slechts geldt voorzover de desbetreffende eis van toepassing is: a. de koopovereenkomst; b. de offerte, bedoeld in het eerste lid; c. de hypotheekgarantie, bedoeld in artikel 9a; d. het garantiecertificaat, bedoeld in artikel 14; e. het taxatierapport, bedoeld in artikel 15; f. het bouwkundig rapport, bedoeld in artikel 16, onder a. 4. De aanvraag wordt ingediend bij Onze Minister, bij een aanvraag voor een primaire toekenning door tussenkomst van de financier, bedoeld in het eerste lid. Onze Minister stelt die financier terstond in kennis van de ontvangst van de aanvraag. 5. Een aanvraag als bedoeld in artikel 21b maakt deel uit van de aanvraag, bedoeld in dit artikel. LL De artikelen 42, 43 en 44 komen te luiden:. Artikel 42. Voorlopige beslissing bij primaire toekenning, aanvulling aanvraag 1. Onze Minister neemt binnen twee weken na indiening van een aanvraag voor een primaire toekenning een voorlopige beslissing daarover. 2. Als de voorlopige beslissing inhoudt dat een eigenwoningbijdrage wordt toegekend, doet de eigenaar-bewoner, ten behoeve van de definitieve beslissing van Onze Minister, zo spoedig mogelijk aan hem toekomen: a. de akte van levering van de woning en b. de geldleningsovereenkomst. 3. Onze Minister stelt de financier, bedoeld in artikel 41, eerste lid, terstond in kennis van een beslissing als bedoeld in het eerste lid en van de ontvangst van de stukken, bedoeld in het tweede lid. Artikel 43. Beslistermijn 1. Onze Minister neemt een beslissing: a. op een volgens artikel 42, tweede lid, aangevulde aanvraag voor een primaire toekenning: binnen acht weken na ontvangst van de in artikel 42, tweede lid, genoemde bescheiden; b. op een aanvraag voor een andere toekenning dan een primaire: binnen vier maanden na de indiening daarvan. 2. Artikel 42, derde lid, is van overeenkomstige toepassing op een beslissing als bedoeld in het eerste lid, onder a. Artikel 44. Uitbetaling 1. De eigenwoningbijdrage, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder a, wordt steeds over een tijdvak van een maand uitbetaald, direct na afloop van dat tijdvak. De eerste uitbetaling vindt plaats over de eerste kalendermaand van het driejaarstijdvak. Uitbetaling geschiedt doordat Onze Minister de eigenwoningbijdrage, zo nodig in de vorm van een voorschot, uitbetaalt aan de financier. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over de wijze waarop zodanige uitbetaling plaatsvindt. 2. De eigenwoningbijdrage, bedoeld in artikel 6, eerste lid, onder b, wordt ineens uitbetaald aan de eigenaar-bewoner in de maand die volgt op de maand waarin de laatste betaling volgens het eerste lid is geschied. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

16 MM Artikel 45, eerste lid, komt te luiden: 1. De eigenwoningbijdrage is niet vatbaar voor vervreemding, verpanding, belening, beslag of uitwinning en verhaal, behoudens dat beslag, verhaal en, in geval van verpanding, uitwinning is toegestaan met het oog op inning van de hypotheeklast. NN Artikel 46 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid wordt «individuele koopbijdrage» vervangen door: eigenwoningbijdrage. 2. Na het eerste lid wordt, onder vernummering van het tweede lid tot derde lid, een lid ingevoegd, luidend: 2. Tot de in het eerste lid bedoelde inlichtingen behoren in elk geval wijzigingen in de hypothecaire lening. Het derde lid (nieuw) komt te luiden: 3. De in het eerste lid bedoelde personen zijn verplicht de in het eerste en tweede lid bedoelde gegevens desgevraagd te verstrekken aan Onze Minister en aan de door hem daartoe aangewezen ambtenaren. OO Artikel 47 wordt als volgt gewijzigd: 1. Het opschrift komt te luiden: Artikel 47. Informatieplicht financier 2. In het eerste lid: a. wordt «Degene die de hypothecaire lening heeft verstrekt» vervangen door «De financier»; b. wordt «uit eigen beweging aan Onze Minister» vervangen door «aan Onze Minister op diens verzoek»; c. vervalt «alle» en d. wordt «individuele koopbijdrage» vervangen door: eigenwoningbijdrage. PP In artikel 49 wordt «individuele koopbijdrage» telkens vervangen door: eigenwoningbijdrage. QQ Artikel 50 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het eerste lid wordt «46, tweede lid» vervangen door: 46, derde lid. 2. In het tweede lid wordt: a. in de aanhef «subsidietijdvakken» vervangen door «bijdragejaren» en «subsidietijdvak» vervangen door «bijdragejaar»; b. onder b «46, tweede lid» vervangen door «46, derde lid» en c. onder c «individuele koopbijdrage» vervangen door «eigenwoningbijdrage» en «verleend» vervangen door: toegekend. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

17 3. In het derde lid wordt «individuele koopbijdrage» vervangen door «eigenwoningbijdrage» respectievelijk: eigenwoningbijdragen. 4. In het vierde lid: a. vervalt «of te verrekenen»; b. wordt «subsidietijdvak» vervangen door «bijdragejaar»; c. wordt «individuele koopbijdrage» vervangen door «eigenwoningbijdrage» en d. wordt een volzin toegevoegd, luidende: De verhoging kan worden betrokken bij een verrekening als bedoeld in het derde lid. RR Het opschrift van hoofdstuk 10 komt te luiden: HOOFDSTUK 10. BESTUURLIJKE INFORMATIEVERSCHAFFING, TOEZICHT OP DE NALEVING EN EXPERIMENTEN SS In artikel 52, eerste volzin, wordt na «instanties» ingevoegd:, met uitzondering van degenen die tot het huishouden van de eigenaarbewoner behoren en burgemeester en wethouders,. TT Na artikel 54 worden in hoofdstuk 10 twee artikelen ingevoegd, luidende: Artikel 54a. Toezicht op de naleving 1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet zijn belast de bij besluit van Onze Minister aangewezen ambtenaren. 2. De in het eerste lid bedoelde ambtenaren beschikken niet over de bevoegdheden, genoemd in de artikelen 5:15, 5:18 en 5:19 van de Algemene wet bestuursrecht. Artikel 54b. Experimenten 1. Onze Minister kan, ten behoeve van experimenten die naar zijn oordeel in het belang van de volkshuisvesting zijn, een eigenwoningbijdrage toekennen ten behoeve van het, gelet op de financiële positie van de eigenaar-bewoner, kunnen blijven bewonen van een bestaande woning. Onze Minister bepaalt vooraf de duur van het experiment. 2. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld omtrent het bepaalde in het eerste lid, waarbij kan worden afgeweken van de artikelen 5, 15, 16 en 24 tot en met 30. Onze Minister kan ook na afsluiting van het experiment af blijven wijken van de in de eerste volzin genoemde artikelen, voorzover het de bewoners betreft die tijdens de duur van het experiment een eigenwoningbijdrage ontvingen met toepassing van het eerste lid, en zolang een door hem op basis van het experiment noodzakelijk geoordeelde wijziging van deze wet nog niet van kracht is geworden en in werking is getreden. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

18 UU Artikel 55 wordt vervangen door een paragraaf, luidende: 1. Wijziging andere wetten Artikel 55. Wijziging Huursubsidiewet 1. Artikel 49 van de Huursubsidiewet wordt als volgt gewijzigd: a. In het eerste lid vervalt: 7,. b. Het tweede lid vervalt. c. Het derde lid wordt vernummerd tot tweede lid. 2. Artikel 49 van de Huursubsidiewet als laatstelijk luidend voor de inwerkingtreding van deze wet blijft van toepassing ten aanzien van degene aan wie op basis van dat artikel huursubsidie in afwijking van artikel 7 van die wet is toegekend. Artikel 55a. Wijziging Algemene bijstandswet A De Algemene bijstandswet wordt als volgt gewijzigd: In artikel 43, tweede lid, wordt, onder invoeging van een puntkomma aan het slot van onderdeel n, na dat onderdeel een onderdeel ingevoegd, luidend: o. eigenwoningbijdrage of een bijzondere bijdrage ontvangen op grond van de Wet bevordering eigenwoningbezit. B In artikel 122, onder f, wordt na «de Huursubsidiewet» ingevoegd: en de Wet bevordering eigenwoningbezit. Artikel 55b. Wijziging Wet op de inkomstenbelasting 1964 (defiscalisering ewb) In artikel 30b, onder e, van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 wordt, onder aanduiding van de onderdelen 2 e tot en met 5 e als 3 e tot en met 6 e, een onderdeel ingevoegd, luidend: 2 e. bepaalde noodzakelijke kosten in verband met de verkrijging of bewoning van een eigen woning of woonwagen;. VV Artikel 56 vervalt. WW XX YY Tussen de artikelen 55b en 57 wordt een opschrift ingevoegd, luidend: 2. Overgangs- en slotbepalingen. In artikel 58 wordt «23, eerste lid» vervangen door: 54b, tweede lid. De artikelen 59 en 60 komen te luiden: Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

19 Artikel 59. Overgangsrecht Met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze wet worden geen koopgewenningssubsidies vastgesteld op voet van enige daarop betrekking hebbende regeling van Onze Minister. Artikel 60. Evaluatie Onze Minister zendt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk. ZZ Artikel 61 komt te luiden: Artikel 61. Inwerkingtreding 1. Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. 2. Met ingang van de dag van inwerkingtreding van deze wet worden, als die dag 1 juli 2000 of een latere datum is, aangepast: a. de bedragen, genoemd in de artikelen 8, eerste lid, en 9, eerste lid: overeenkomstig de aanpassingen die op 1 juli 2000 en nadien hebben plaatsgevonden of plaatsvinden ingevolge artikel 27 van de Huursubsidiewet, en b. de bedragen, genoemd in de artikelen 4, derde lid, 13, eerste lid, 27, eerste lid, formule, 28, vierde lid, 30, eerste lid, en 39d, eerste lid: overeenkomstig artikel 40, met als uitgangspunt dat de laatste aanpassing daarvan per 1 januari 2000 heeft plaatsgevonden. AAA In artikel 62 wordt «Wet individuele koopbijdrage» vervangen door: Wet bevordering eigenwoningbezit. Toelichting Als bijlage bij deze nota van wijziging is toegevoegd een geactualiseerde versie van de artikelgewijze toelichting op het wetsvoorstel. AenB In het opschrift zijn in de eerste plaats de namen toegevoegd van de leden Hofstra en Van t Riet, die het akkoord waarop in onze brief aan de Kamer onder nr. 14 is ingegaan, hebben onderschreven. De term «verstrekken» is vervangen door «toekennen». Deze termen werden waar het ging om de bijdrage door elkaar gebruikt. Gekozen is voor «toekennen», omdat de term «verstrekken» al in verschillende andere betekenissen in het wetsvoorstel voorkomt. Deze keuze is in het hele wetsvoorstel doorgevoerd. Overeenkomstig het genoemde akkoord is de naam van de wet gewijzigd in Wet bevordering eigenwoningbezit. Verwezen wordt naar onderdeel AAA. C Het eerste lid is in zijn geheel vervangen. Alle definities zijn weer in alfabetische volgorde gerangschikt. Op de volgende punten verschilt de nieuwe tekst van de oude: Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

20 in onderdeel b is de term «individuele koopbijdrage» vervangen door «eigenwoningbijdrage». Dit vloeit voort uit het eerdergenoemde akkoord. Dit heeft op vele andere plaatsen in het wetsvoorstel tot redactionele wijzigingen geleid. de definitie van het begrip «subsidiejaar» is vervangen door een definitie van het begrip «bijdragejaar» (onderdeel c). In het kader van het eerdergenoemde akkoord is afgesproken om de term «subsidie» niet meer te hanteren. Uit de nieuwe definitie blijkt dat een bijdragejaar op de eerste van elke maand kan beginnen, dus niet meer alleen op 1 juli. Daarmee wordt bereikt dat de eigenwoningbijdrage voor elke eigenaarbewoner zo kort mogelijk na het verkrijgen in eigendom van de woning begint te lopen, ongeacht wanneer hij de woning in eigendom verkrijgt. Zo wordt het beste aangesloten op het begin van de maandelijkse betaling van de hypotheekrente. Hiermee wordt ook bereikt dat er geen toekenningen meer zijn over «gebroken» bijdragejaren. de definitie van het begrip «subsidietijdvak» is vervangen door een definitie van het begrip «driejaarstijdvak» (onderdeel d). In het nieuwe eerste lid van artikel 6 is neergelegd dat de eigenwoningbijdrage niet meer jaarlijks wordt toegekend, maar eens in de drie jaar. De definitie is aanmerkelijk vereenvoudigd, omdat er geen sprake meer is van «gebroken» bijdragejaren. uit de definitie van het begrip eigenaar-bewoner (onderdeel e) blijkt nu uitdrukkelijk dat er sprake moet zijn van volledige eigendom, wat wil zeggen zowel juridische als economische eigendom. In de afgelopen periode is ook meer duidelijkheid komen te ontstaan over de voorwaarden waaronder de eigendomsoverdracht van woningen valt onder het fiscale regime van aftrek van de hypotheekrente. Deze voorwaarden zijn neergelegd in het besluit van de Staatssecretaris van Financiën, nr. DB 99/669/M, over de toepassing van de eigenwoningregeling in de Wet op de inkomstenbelasting 1964 dat op 4 maart 1999 is bekendgemaakt. Dit besluit houdt op hoofdlijnen het volgende in. Een woning wordt fiscaal beschouwd pas in eigendom verkregen als een wijziging van de waarde van de woning in het economische verkeer op elk tijdstip vanaf de koop voor ten minste 50 procent voor rekening van de koper-eigenaar komt ingeval hij op dat tijdstip de woning zou verkopen. Bepalend is wat hierover in de akte van levering van de woning (de transportakte) is opgenomen. In gevallen dat woningcorporaties kortingen verlenen op de koopsom, blijven die kortingen fiscaal gezien buiten beschouwing. Op het beginsel dat ten minste 50 procent van de waarde voor rekening van de koper-eigenaar moet komen bestaat een uitzondering. Dat percentage c.q. belang mag in eerste aanleg alleen lager zijn, als blijkens een anti-speculatiebeding in de transportakte dat belang binnen tien jaar groeit naar 100 procent. Het ligt in de bedoeling dat deze voorwaarden deel gaan uitmaken van de algemene maatregel van bestuur die op grond van het ongewijzigde artikel 21a van het wetsvoorstel zal worden genomen. In die maatregel kunnen ook andere regels over bedingen bij de eigendomsoverdracht een plaats vinden, waarbij met name wordt gedacht aan het tegengaan van bedingen die voor de koper onredelijk zijn. de omschrijving van het begrip «eigenwoningbijdrage» is redactioneel ingekort in vergelijking tot de voorheen in het wetsvoorstel opgenomen omschrijving van «individuele koopbijdrage» (onderdeel f). De oude omschrijving leverde een doublure op met de tekst van artikel 6, eerste lid. nieuw is de definitie van «financier» in onderdeel g. Deze definitie is om redactionele redenen ingevoegd. eveneens nieuw is de definitie van «fiscaal effect» in onderdeel h. Deze definitie stond in artikel 27 van het wetsvoorstel. Het begrip komt nu in verschillende hoofdstukken van het wetsvoorstel voor. ook de definitie van «hypothecaire lening» in onderdeel i is nieuw. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

21 Deze brengt tot uitdrukking dat de hypotheek voor de eerste eigen woning (sinds de inwerkingtreding van het wetsvoorstel) steeds bepalend is en blijft voor de hoogte van de eigenwoningbijdrage (onder 1 e ). Dit hangt samen met het in het eerdergenoemde akkoord verwoorde streven om de bepalingen die de mobiliteit van de eigenaar-bewoner onnodig belemmeren uit het wetsvoorstel te schrappen. Daarnaast bleek de bepaling uit artikel 5, derde lid, dat het bedrag van deze lening evenredig lager wordt gesteld bij gedeeltelijke verhuur, hier goed in te passen (onder 2 e ). Artikel 5, derde lid, is in verband daarmee vervallen. de definitie van hypotheekrente (onderdeel j) is redactioneel verbeterd. in de definitie van nieuwbouwwoning (onderdeel k) is de datum van 15 april 1997 geschrapt. Dit betekent dat het wetsvoorstel niet zal gelden voor de verkrijging in eigendom van woningen die dateren van vóór de inwerkingtreding ervan. Op de redenen hiervoor wordt ingegaan in de toelichting op onderdeel T. de definitie van «normrente» in onderdeel m is weer nieuw. Bij de berekening van de eigenwoningbijdrage wordt niet meer van de werkelijk te betalen rente uitgegaan, maar van een genormeerde rente waarvan het percentage door het ministerie van VROM zal worden vastgesteld en gewijzigd. Op de redenen hiervoor wordt ingegaan in de toelichting op onderdeel Z, ad het nieuwe artikel 24 van het wetsvoorstel. zoals blijkt uit onderdeel p is de definitie van «peiljaar» uitgebreid. Deze uitbreiding houdt verband met het feit dat het bijdragejaar niet meer altijd op 1 juli begint en op 30 juni eindigt. Door de aanvulling wordt bewerkstelligd dat het peiljaar wel steeds gerelateerd blijft aan de tijdvakken die lopen van 1 juli tot en met 30 juni daaropvolgend. de definitie in onderdeel r is om wetstechnische redenen toegevoegd. Een zodanige definitie van de begrippen rekeninkomen en rekenvermogen is ook opgenomen in artikel 1, onder k, van de Huursubsidiewet. de nieuwe definitie in onderdeel t regelt wat onder verkrijgen in eigendom wordt verstaan. Dat de genoemde eigendomsvormen onder het wetsvoorstel vielen, bleek al impliciet uit artikel 5, derde lid (nu het eerste lid). Voor een goed begrip van het veelvuldig gebruikte begrip «verkrijging in eigendom» is opneming in de definitiebepalingen van de verschillende onder het wetsvoorstel vallende mogelijkheden daartoe gewenst. De nu in het derde lid van artikel 1 opgenomen bepaling was opgenomen in artikel 5, derde lid. Het oorspronkelijke derde lid is vervallen, omdat er na de wijziging in de definitie van nieuwbouwwoning naar verwachting geen afbakeningsproblemen meer zullen ontstaan tussen bestaande woningen en nieuwbouwwoningen, zodat de eerst beoogde algemene maatregel van bestuur niet meer noodzakelijk is. D In artikel 2, tweede lid, van het wetsvoorstel is bepaald dat naast de eigenaar-bewoner slechts één andere persoon tot diens huishouden kan behoren. Er is dus voor de toepassing van het wetsvoorstel alleen sprake van (soms fictieve) één- en tweepersoons(ouderen)huishoudens. De term «meerpersoons(ouderen)huishouden» kan de onjuiste indruk wekken dat rekening wordt gehouden met de feitelijke samenstelling van huishoudens. Deze onduidelijkheid is opgeheven door in het verlengde van genoemd artikellid consequent de termen één- en tweepersoons(ouderen)huishoudens te hanteren in het wetsvoorstel. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 917 Voorstel van wet van de leden Duivesteijn en Hofstra tot wijziging van de Wet bevordering eigenwoningbezit (verruiming en vereenvoudiging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 917 Voorstel van wet van de leden Duivesteijn en Hofstra tot wijziging van de Wet bevordering eigenwoningbezit (verruiming en vereenvoudiging

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 734 Wet van 21 december 2006 tot wijziging van de Wet bevordering eigenwoningbezit (verruiming en vereenvoudiging van de werking van de Wet bevordering

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 198 Wet van 29 mei 2008 tot wijziging van de Wet bevordering eigenwoningbezit (uitvoeringstechnische wijzigingen) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 575 Wet van 11 december 2000, houdende nieuwe regels over het toekennen van bijdragen aan lagere inkomensgroepen ten behoeve van het verkrijgen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 25 309 Voorstel van wet van de leden Duivesteijn, Biesheuvel, Hofstra en Van t Riet houdende nieuwe regels over het toekennen van bijdragen aan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 134 Wijzigingen en reparaties in diverse wetten op het terrein van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer Nr. 2 VOORSTEL VN

Nadere informatie

STAATSCOURANT. Nr

STAATSCOURANT. Nr STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 31784 21 juni 2016 Regeling van de Minister van Wonen en Rijksdienst van 10 juni 2016, nr. 2016-0000256745 tot wijziging

Nadere informatie

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: a. Onderdeel A wordt als volgt gewijzigd: b. Onderdeel N, onder 2, komt te luiden:

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: a. Onderdeel A wordt als volgt gewijzigd: b. Onderdeel N, onder 2, komt te luiden: 29 765 Wijziging van een aantal wetten in verband met de invoering van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Aanpassingswet Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen) NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen

Nadere informatie

Woonlastenfonds 2001 pagina 1 van 1 WLF 2001 1. Algemene bepalingen. Art.1 Definities. Art.2 In aanmerking te nemen bewoningssituatie. Art.3 In aanmerking te nemen woonlasten. 2. Het recht op een bijdrage

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 61 Wet van 26 januari 2004 tot wijziging van de Huursubsidiewet en enkele andere wetten (introductie van een nieuwe procedure voor huurders die

Nadere informatie

STAATSCOURANT. Nr

STAATSCOURANT. Nr STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 32830 25 juni 2018 Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 11 juni 2018, nr. 2018-0000318794

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 612 Wijziging van de Wet waardering onroerende zaken en van enige andere wetten (meer doelmatige uitvoering van de Wet waardering onroerende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 29 936 Regels inzake beëdiging, kwaliteit en integriteit van beëdigd vertalers en van gerechtstolken die werkzaam zijn binnen het domein van justitie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 446 Wijziging van de Wet op de huurtoeslag (uitvoeringstechnische wijzigingen) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 366 Wijziging van de Wet arbeid en zorg in verband met een uitkering aan zelfstandigen bij zwangerschap en bevalling en een verruiming van de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 081 Nieuwe regels voor de financiering van de Algemene bijstandswet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 553 Wijziging van de Wet op de rechtsbijstand naar aanleiding van de evaluatie van de Wet op de rechtsbijstand alsmede aanpassing van de Wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 383 Wet van 27 september 2000, houdende nieuwe regels voor de financiering van de Algemene bijstandswet, de Wet inkomensvoorziening oudere en

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 138 Wet van 12 maart 2009 tot wijziging van de Wet op de huurtoeslag (uitvoeringstechnische wijzigingen) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 314 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet financiering sociale verzekeringen en de Wet op de huurtoeslag en enige andere wetten in

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 34 049 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enige andere wetten in verband met Verordening (EU) Nr. 1024/2013 van de Raad van 15

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 414 Intrekking van de Wet tegemoetkoming studiekosten en vervanging door de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (Wet tegemoetkoming

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 569 Wet van 4 december 2008 tot wijziging van een aantal wetten in verband met de invoering van een basisregistratie inkomen (Aanpassingswet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 370 Wijziging van de Werkloosheidswet en enige andere wetten in verband met de wijziging van het WW-stelsel (Wet wijziging WW-stelsel) Nr. 16

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 2668 30 december 2008 Regeling van de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie van 16 december 2008, nr. BJZ2008123774,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 290 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op loonbelasting 1964 in verband met stapsgewijze verhoging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 424 Wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers, de Wet privatisering ABP, de Werkloosheidswet en de Ziektewet in verband met

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 331 Aanpassing van onder meer de Wet studiefinanciering BES met het oog op codificatie van de ontstane uitvoeringspraktijk van de studiefinanciering

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 14 Wet van 6 juli 2004 tot wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met onder meer vereenvoudiging van de bekostigingsbepalingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 337 Wijziging van de lgemene wet inkomensafhankelijke regelingen en enige andere wetten Nr. 2 VOORSTEL VN WET Wij eatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen) B GEWIJZIGD

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 159 Wet van 30 maart 1995 tot wijziging van de Huisvestingswet (voorziening in de huisvesting van bepaalde categorieën verblijfsgerechtigden)

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 726 fschaffing van de algemene tegemoetkoming voor chronisch zieken en gehandicapten, de compensatie voor het verplicht eigen risico, de fiscale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 285 Wijziging van de Wet voorkeursrecht gemeenten (vereenvoudiging bekendmaking en aanbiedingsprocedure) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 192 Wet van 29 mei 2008 tot wijziging van de Wet arbeid en zorg in verband met een uitkering aan zelfstandigen bij zwangerschap en bevalling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 521 Introductie van een regeling die het mogelijk maakt oudere belastingplichtigen een tegemoetkoming te verstrekken met het oog op compensatie

Nadere informatie

Wijziging van enkele onderwijswetten om deze meer te laten aansluiten bij de Algemene wet bestuursrecht

Wijziging van enkele onderwijswetten om deze meer te laten aansluiten bij de Algemene wet bestuursrecht TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2016/17 34 607 Wijziging van enkele onderwijswetten om deze meer te laten aansluiten bij de Algemene wet bestuursrecht Nr. xxx Nota van wijziging Ontvangen

Nadere informatie

ARTIKEL I. Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten

ARTIKEL I. Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten Voorstel van wet Wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten en enkele andere wetten in verband met verdere activering van de participatie van jonggehandicapten en het harmoniseren

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 331 Aanpassing van onder meer de Wet studiefinanciering BES met het oog op codificatie van de ontstane uitvoeringspraktijk van de studiefinanciering

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 95 Wet van 9 februari 2006, houdende regels inzake de openbaarmaking van beloningen bij rechtspersonen of organisaties die deel uit maken van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 046 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet, de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de loonbelasting

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2011 2012 32 376 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000 in verband met verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 40622 19 november 2015 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 13 november 2015, nr. 2015-0000662607, houdende

Nadere informatie

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd:

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Wet waardering onroerende zaken en enige andere wetten in verband met de invoering van een basisregistratie inkomen en een basisregistratie waarde

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 200 Wijziging van onder meer de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met het invoeren van een nieuw arrangement voor de bekostiging van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2001 284 Besluit van 31 mei 2001, houdende wijziging van het Besluit studiefinanciering 2000 en het Besluit tegemoetkoming studiekosten in verband

Nadere informatie

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van juni 2009, kenmerk OHW-U-29 ;

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van juni 2009, kenmerk OHW-U-29 ; Ontwerp Besluit van houdende aanpassing van algemene maatregelen van bestuur in verband met de invoering van de Wet van 20 november 2008 houdende wijziging van de Wet buitengewoon pensioen 1940-1945, de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 748 Wijziging van de Kadasterwet en de Organisatiewet Kadaster (aanpassing van doeleinden en taken van de Dienst voor het kadaster en de openbare

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 190 Wijziging van de Wet milieubeheer ten behoeve van de implementatie van Richtlijn (EU) 2018/410 van het Europees Parlement en de Raad van

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2004 2005 29 612 Wijziging van de Wet waardering onroerende zaken en van enige andere wetten (meer doelmatige uitvoering van de Wet waardering onroerende

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 343 Wet van 23 juni 2005 tot wijziging van een aantal wetten in verband met de invoering van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 29 874 (R 1777) Goedkeuring en uitvoering van de op 17 december 1991 te München tot stand gekomen Akte tot herziening van artikel 63 van het Verdrag

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard: GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Krimpenerwaard Nr. 180939 19 juli 2019 Verordening van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpenerwaard houdende regels omtrent Arbeidsvoorwaarden

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2010, nr. 2010-11-06 b;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2010, nr. 2010-11-06 b; De raad van de gemeente Midden-Delfland; Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2010, nr. 2010-11-06 b; gelet op artikel 102 van de Wet op het primair onderwijs;

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 245 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale verzamelwet 2012) Nr. 8 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 8 juni 2012 Het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 003 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2012) Nr. 30 VIJFDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 11 november

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 277 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met de herziening van de definities van gezin en middelen (Wet afschaffing huishoudinkomenstoets)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 129 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte (huurverhoging op grond van inkomen) Nr. 2 VOORSTEL

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 399 Wet van 27 juni 2002, houdende de Wet op het BTW-compensatiefonds Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1998 1999 Nr. 279 26 287 Wijziging Wet Luchtverkeer (implementatie LVB-evaluatie) GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 24 juni 1999 Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 34 068 Wijziging van de Penitentiaire beginselenwet, de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden, de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 29 497 Wijziging van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen en enige andere wetten in verband met de beëindiging van de toegang

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2006 2007 29 948 Voorstel van wet van het lid Bussemaker houdende vaststelling van een wet inzake ondersteuning van alleenstaande ouders bij arbeid en zorg

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1994-1995 23943 Wijziging van de Wet op de loonbelasting 1964 en van een aantal andere wetten houdende aanpassing van het regime voor werknemersspaarregelingen

Nadere informatie

In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f.

In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f. CAR-teksten Bijlage bij ledenbrief TAZ/U201900344 A B In artikel 3:16 lid 2 worden de woorden hoofdstuk 9a, 9b, 9d of 9e vervangen door: hoofdstuk 9a, 9b, 9e of 9f. Artikel 9a:11 wordt, inclusief koptekst,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 184 Aanpassingswet Wet inkomstenbelasting 2001 Nr. 7 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 8 november 2000 Het voorstel van wet wordt als volgt

Nadere informatie

Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Geldend van t/m heden

Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Geldend van t/m heden De wegwijzer naar informatie en diensten van alle overheden Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen Geldend van 01-01-2017 t/m heden Hoofdstuk VIII. S&O-afdrachtvermindering

Nadere informatie

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Nr 3213 ar. JZio GEMEENTE DORDRECHT UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel l Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambtenarenreglement

Nadere informatie

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt.

Het voorstel van rijkswet wordt als volgt gewijzigd: a. In onderdeel b, aanhef, wordt de komma aan het slot vervangen door een dubbele punt. 33 955 Regeling voor Nederland en Curaçao tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en een woonplaatsfictie

Nadere informatie

L181) en van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie van 21 juni 2012 inzake de

L181) en van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie van 21 juni 2012 inzake de TWEEDE KAMER DER STATEN- 2 GENERAAL Vergaderjaar 2012-2013 33 466 Wijziging van de Wet milieubeheer en de Wet op de economische delicten in verband met de vaststelling van Verordening (EU) nr. 600/2012

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 299 Wet van 5 juli 2000 tot wijziging van de Wet inkomensvoorziening kunstenaars teneinde kunstenaars met een eigen woning niet langer van een

Nadere informatie

Gemeentelijke uitvoeringsregels starterslening

Gemeentelijke uitvoeringsregels starterslening Algemeen De gemeente besluit over de toekenning van de Startersleningen uit het gemeentelijk fonds. De gemeente bepaalt de doelgroep en het marktsegment waarvoor ze de Starterslening wil inzetten. De gemeente

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 801 Wijziging van de Wet werk en bijstand en enkele andere sociale zekerheidswetten (Wet maatregelen Wet werk en bijstand en enkele andere wetten)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 327 Wijziging van verschillende wetten in verband met de vereenvoudiging van de uitvoering van deze wetten door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 32765 18 november 2014 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 6 november 2014, nr. 2014-0000581135, houdende

Nadere informatie

Wet op de huurtoeslag

Wet op de huurtoeslag Wet op de huurtoeslag Wet van 24 april 1997, houdende nieuwe regels over het verstrekken van huursubsidies (Huursubsidiewet), laatstelijk gewijzigd bij Stcrt. 2009, 18335 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Nadere informatie

GEMEENTELIJKE UITVOERINGSREGELS VROM STARTERSLENING GEMEENTE VOORST

GEMEENTELIJKE UITVOERINGSREGELS VROM STARTERSLENING GEMEENTE VOORST 1 Bijlage 1: Gemeentelijke Uitvoeringsregels VROM Starterslening Gemeente Voorst Algemeen In deze uitvoeringsregels worden beschreven: Definities gebruikt bij de aanvangsdraagkrachttoets en de draagkrachthertoets

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 726 Afschaffing van de algemene tegemoetkoming voor chronisch zieken en gehandicapten, de compensatie voor het verplicht eigen risico, de fiscale

Nadere informatie

1. De beslagvrije voet bedraagt voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als:

1. De beslagvrije voet bedraagt voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als: Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering Huidige (02-12-2015) geldende tekst Artikel 475d a. echtgenoten of geregistreerde partners als bedoeld in artikel 3 van Wet werk en bijstand die beiden 21 jaar of

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15191 10 juni 2013 Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 3 juni 2013, 2013-0000046722,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 479 Voorstel van wet van het lid Hamer houdende regels met betrekking tot een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang en waarborging van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 25199 7 december 2012 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 27 november 2012, 2012-0000684669 houdende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 595 Wijziging van artikel 247 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en enkele andere wetten als gevolg

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 574 Wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte, alsmede enkele andere wijzigingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 403 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Overige fiscale maatregelen 2013) Nr. 12 TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 502 Wet van 4 december 2003 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand naar aanleiding van de evaluatie van de Wet op de rechtsbijstand alsmede

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 765 Wijziging van de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling en de Invoerings- en aanpassingswet Pensioenwet in verband met waardeoverdracht

Nadere informatie

5.1.3 Gemeentelijke Uitvoeringsregels Starterslening (als bijlage bij de verordening Starterslening)

5.1.3 Gemeentelijke Uitvoeringsregels Starterslening (als bijlage bij de verordening Starterslening) 5.1.3 Gemeentelijke Uitvoeringsregels Starterslening (als bijlage bij de verordening Starterslening) Algemeen In deze uitvoeringsregels worden beschreven: Kenmerken van de Starterslening; Voorwaarden aan

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 278 Wijziging van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 naar aanleiding van de evaluatie van de doeltreffendheid en de effecten van deze

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 459 Wijziging van enige belastingwetten (Belastingheffing excessieve beloningsbestanddelen) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Na overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Na overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19955 15 december 2010 Regeling van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 7 december 2010, nr.

Nadere informatie

Voorstel van wet. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Voorstel van wet. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Aanpassing van de Wet studiefinanciering BES met het oog op codificatie van de ontstane uitvoeringspraktijk, verruiming van het toepassingsbereik naar Canada en doorvoering van diverse technische verbeteringen

Nadere informatie

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN BIJSTAND 2006

VERORDENING TOESLAGEN EN VERLAGINGEN BIJSTAND 2006 De Raad van de gemeente Oostzaan, Gelezen het voorstel nummer. van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet; Gelet op artikel 8 en 30 van de Wet werk en bijstand en de Algemene

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 33 966 Wijziging van de Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting Nr. 21 AMENDEMENT VAN HET LID FRITSMA Ontvangen 9 december 2014

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 633 Wet van 15 december 1995, houdende wijziging van de inkomstenbelasting en de vermogensbelasting (belastingheffing in geval van tijdelijke

Nadere informatie

TER ILLUSTRATIE. I. Boek 7 BW. Artikel 248

TER ILLUSTRATIE. I. Boek 7 BW. Artikel 248 TER ILLUSTRATIE I. Boek 7 BW Artikel 248 1. De huurprijs kan worden verhoogd hetzij op grond van een beding in de huurovereenkomst dat in deze wijziging voorziet, hetzij indien een dergelijk beding niet

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling BTW-compensatiefonds

Uitvoeringsregeling BTW-compensatiefonds Uitvoeringsregeling BTW-compensatiefonds Uitvoeringsregeling BTW-compensatiefonds, laatstelijk gewijzigd bij Stcrt. 2005, 122 Artikel 1. Uitkering en voorschotten 1. De inspecteur kan een voorschot verlenen

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2004 2005 29 814 Wijziging van de rbeidsomstandighedenwet 1998 in verband met een gewijzigde organisatie van de deskundige bijstand bij het arbeidsomstandighedenbeleid

Nadere informatie