Lees eerst de Gids met algemene en veiligheidsinformatie van Lenovo voordat u het product in gebruik neemt.

Transcriptie

1 Lees de veiligheidsaanwijzingen en belangrijke tips in de bijgeleverde handleidingen voordat u uw computer in gebruik neemt. Opmerkingen Lees eerst de Gids met algemene en veiligheidsinformatie van Lenovo voordat u het product in gebruik neemt. Bij bepaalde instructies in deze gebruikershandleiding wordt ervan uitgegaan dat u het Android-systeem gebruikt. Indien u een ander besturingssysteem gebruikt, kunnen er verschillen in de bediening zijn. De meeste modellen beschikken over de functies die in deze gebruikershandleiding beschreven worden. Het is echter mogelijk dat sommige functies niet beschikbaar zijn op uw computer of dat uw computer over functies beschikt die niet beschreven worden in deze gebruikershandleiding. De illustraties in deze handleiding wijken mogelijk af van het eigenlijke product. Zie het product zelf. Wettelijke kennisgevingen De Wettelijke kennisgevingen bevatten informatie over de radiofrequentie en veiligheidsnormen. Neem deze zeker door vooraleer u draadloze apparaten gebruikt op uw computer. Om de kennisgevingen te raadplegen, gaat u naar klikt u op SUPPORT en klikt u vervolgens op GUIDES & MANUALS. Eerste uitgave (juli 2013)

2 Copyright Lenovo Hoofdstuk 1 Kennismaking met de computer Hoofdstuk 2 De computer gebruiken Hoofdstuk 3 Problemen oplossen Handelsmerken HOOFDSTUK 1 Bovenaanzicht

3 Opmerking: de zones die omkaderd zijn met stippellijnen zijn niet zichtbaar langs de buitenkant. Let op: Zorg dat er bij het sluiten van het scherm geen pennen of andere objecten tussen het scherm en het toetsenbord achterblijven. Is dit wel het geval, dan kan het scherm beschadigd raken. 1 Geïntegreerde webcam (op bepaalde Gebruik de webcam voor videocommunicatie. modellen) 2 Antennes voor draadloos LAN Deze maken verbinding met de draadloze adapter om draadloos radio te ontvangen en te verzenden. 3 Multi-touchscherm Doet dienst als beeldscherm en als een van de twee primaire invoermethodes. Zie Gebaren voor meer informatie. 4 Caps lock-lampje AAN: alle ingevoerde letters zijn standaard hoofdletters. 5 Touchpad Het touchpad werkt als een gewone muis. Touchpad: als u de aanwijzer op het scherm wilt verplaatsen, beweegt u uw vingertop in de gewenste richting over het touchpad. Touchpadknoppen: de functies van de linker- en rechterzijde stemmen overeen met deze van de linker- en rechtermuisknop op een normale muis. Opmerking: u kunt het touchpad in-/uitschakelen door te drukken op. Sneltoetsen op het toetsenbord U kunt bepaalde systeeminstellingen snel oproepen door op de overeenstemmende sneltoets te drukken.

4 Hiermee kunt u terugkeren naar het vorige scherm. Hiermee kunt u de vliegmodus in-/uitschakelen. Hiermee kunt u het startscherm openen (zelfde functie als het startpictogram). Hiermee kunt u het scherm vergrendelen. Hiermee kunt u het Apps-scherm openen (zelfde functie als het Apps-startpictogram). Hiermee kunt u het touchpad in-/uitschakelen. Hiermee kunt u het instelscherm openen. Hiermee kunt u de liggende stand gedwongen activeren. Hiermee kunt u het geluid dempen / het dempen ongedaan maken. Hiermee kunt u het browserscherm openen. Hiermee kunt u het volumeniveau verlagen. Hiermee kunt u een schermafbeelding maken van het huidige scherm. Hiermee kunt u het volumeniveau verhogen. Hiermee kunt u het zoekscherm openen. Hiermee kunt u de helderheid van het scherm verminderen. Hiermee kunt u schakelen tussen verschillende apps. Hiermee kunt u de helderheid van het scherm verhogen. Hiermee kunt u een menu met snelkoppelingen openen. Het scherm positioneren Het scherm kan binnen een hoek van 300 graden geopend worden. Notebookmodus

5 Geschikt voor taken waarvoor u een toetsenbord en een muis nodig hebt (bv. documenten aanmaken, s opstellen enz.). Standaardmodus (theatermodus)

6 Geschikt voor taken waarbij het scherm nagenoeg niet wordt aangeraakt (bv. foto's bekijken of video's afspelen). Let op: Open het scherm niet te krachtig. Doet u dit wel, dan kunnen het scherm of de scharnieren beschadigd raken. Opmerking: het toetsenbord en touchpad worden automatisch vergrendeld als het toetsenbordpaneel naar omlaag gericht is. Zijaanzicht links 1 Aan/uit-knop Druk op deze knop om de computer in te schakelen. 2 USB-poort Voor het aansluiten van een USB-apparaat. Zie USB-apparaten aansluiten voor meer informatie. 3 Combo-audioaansluiting Voor het aansluiten van een headset. Opmerkingen: De combo-audioaansluiting ondersteunt geen conventionele microfoons.

7 De opnamefunctie wordt bij het aansluiten van een hoofdtelefoon of headset van een andere fabrikant mogelijk niet ondersteund wegens verschillende industriestandaarden. USB-apparaten aansluiten Uw computer is uitgerust met twee USB-poorten waarop USB-apparaten kunnen worden aangesloten. Om de verbinding door te voeren, steekt u de USB-aansluiting van het USB-apparaat in de USB-poort van uw computer. Voordat u een USB-opslagapparaat loskoppelt, moet u ervoor zorgen dat de computer klaar is met het overzetten van gegevens naar het apparaat. Is dit niet het geval, dan kunnen de gegevens beschadigd raken. Voer vervolgens de volgende stappen uit: 1 Selecteer Instellingen Opslagruimte. 2 Selecteer Opslagapparaat verwijderen. 3 Selecteer OK om het apparaat te verwijderen. Koppel het apparaat los nadat u het veilig hebt verwijderd. Opmerking: als uw USB-apparaat een netsnoer gebruikt, dient u dat apparaat aan te sluiten op een stroombron voordat u het aansluit. Doet u dit niet, dan wordt het apparaat mogelijk niet herkend. Zijaanzicht rechts 1 USB-poort Voor het aansluiten van een USB-apparaat. 2 Geheugenkaartsleuf Hier kunt u geheugenkaarten (niet bijgeleverd) plaatsen. Zie Geheugenkaarten gebruiken (niet bijgeleverd) voor meer informatie. 3 Micro-USB-poort Voor het aansluiten van de USB-kabel van de netspanningsadapter om de batterij van de computer op te laden of gegevens over te zetten. 4 Systeemstatuslampjes Lampje Status van het lampje Oplaadstatus Betekenis Aan (oranje) Bezig met opladen Batterij bijna leeg De batterij is minder dan 10% opgeladen. De batterij moet opgeladen worden. Aan (blauw) Bezig met opladen De batterij is meer dan 10% opgeladen. Statuslampje voor de batterij Knippert iedere 2 s (oranje) / Nieuwe ongelezen berichten die bekeken moeten worden. Knippert iedere 2 s (blauw) / Nieuwe ongelezen berichten die bekeken moeten worden. Uit Oplaadkabel loskoppelen De computer is uitgeschakeld of de batterij is meer dan 10% opgeladen. Opmerking: wanneer de netspanningsadapter niet aangesloten is, wordt er een waarschuwing weergegeven op het scherm als de batterij bijna en daarna zo goed als leeg is. 5 Micro-HDMI-poort Voor het aansluiten van apparaten met een HDMI-ingang zoals een tv of een extern scherm. 6 Ingebouwde microfoon De microfoon vangt geluiden op en kan gebruikt worden voor videoconferenties, gesproken commentaar of geluidsopnames.

8 Geheugenkaarten gebruiken (niet bijgeleverd) Deze computer biedt ondersteuning voor MicroSD-kaarten (max. 64 GB). Een geheugenkaart plaatsen 1 Breng de geheugenkaart op een lijn met de geheugenkaartsleuf. 2 Schuif de geheugenkaart naar binnen tot deze op zijn plaats klikt. Een geheugenkaart verwijderen 1 Druk op de geheugenkaart tot u een klikgeluid hoort. 2 Trek de geheugenkaart voorzichtig uit de geheugenkaartsleuf. Onderaanzicht 1 Resetopening Hiermee kunt u de computer resetten. 2 Simkaartsleuf (op bepaalde modellen) Hier kunt u een simkaart (niet bijgeleverd) invoeren. Zie Simkaarten gebruiken (niet bijgeleverd) voor meer informatie. 3 Luidspreker Zorgt voor geluidsuitvoer. Simkaarten gebruiken (niet bijgeleverd) De computer biedt ondersteuning voor standaardsimkaarten. Een simkaart plaatsen 1 Breng de simkaart op een lijn met de simkaartsleuf. 2 Schuif de simkaart naar binnen tot deze op zijn plaats klikt. Een simkaart verwijderen 1 Druk op de simkaart tot u een klikgeluid hoort. 2 Trek de simkaart voorzichtig uit de simkaartsleuf. Opmerkingen: sommige simkaarten worden mogelijk niet ondersteund. Raadpleeg uw plaatselijke serviceprovider voor meer informatie.

9 HOOFDSTUK 2 Eerste gebruik De instructies lezen Lees de gebruiksaanwijzing vooraleer u de computer in gebruik neemt. Verbinding maken met een voedingsbron 1 Sluit de USB-kabel aan op de netspanningsadapter. 2 Sluit de USB-kabel stevig aan op de micro-usb-poort aan de rechterkant van de computer. 3 Steek de stekker van de netspanningsadapter in een stopcontact. De computer opstarten Houd de aan/uit-knop vijf seconden of langer ingedrukt. Het Lenovo-logo en het opstartscherm worden weergegeven. De computer uitschakelen Voer een van de volgende handelingen uit om de computer uit te schakelen: Selecteer Afsluiten OK in de statusvervolgkeuzelijst. Houd de aan/uit-knop vijf seconden of langer ingedrukt en selecteer Afsluiten. Opmerking: als het systeem niet reageert of u het niet kunt afsluiten, gebruikt u de resetopening om uw computer te resetten. Grafische gebruikersinterface De grafische gebruikersinterface (GUI) wordt interactief gewijzigd (bv. het startscherm of het Apps-scherm). Opmerking: de schermafbeeldingen zijn enkel ter referentie en kunnen afwijken van de weergave op uw scherm. Startscherm

10 1 Statusbalk: hier vindt u informatie over de draadloze verbinding, voeding, batterijstatus en klok. 2 Apps-starter: hiermee kunt u het Apps-scherm openen. 3 Aangepaste app-pictogrammen: hier worden aangepaste app-pictogrammen weergegeven. 4 App-pictogrammen weergeven/verbergen: hiermee kunt u de app-pictogrammen op de taakbalk weergeven of verbergen. Apps-scherm 1 Start: hiermee kunt u het startscherm openen. 2 Terug: hiermee kunt u terugkeren naar het vorige scherm. Statusvervolgkeuzelijst

11 De statusvervolgkeuzelijst bevat de volgende veelgebruikte functies. Wifi, Bluetooth, vliegmodus of schermrotatie in- of uitschakelen. Het volume en de helderheid verhogen of verlagen. De computer opnieuw opstarten, de slaapstand activeren of de computer uitschakelen. Om deze lijst te openen, gebruikt u het touchpad of een gebaar om de statusbalk in de rechterbovenhoek van het scherm naar omlaag te slepen. Gebaren Met gebaren kunt u apps bedienen door voorwerpen op het scherm te manipuleren. In de volgende tabel vindt u de belangrijkste gebaren terug. Aanraken Drukken, loslaten Hiermee kunt u de standaardfunctie van een item activeren. Lang drukken Drukken, wachten, loslaten Hiermee kunt u een of meerdere items op het scherm selecteren en er een handeling voor uitvoeren.

12 Vegen Drukken, bewegen, loslaten Hiermee kunt u scrollen door bewegende inhoud of navigeren tussen verschillende weergaves binnen dezelfde hiërarchie. Slepen Lang drukken, bewegen, loslaten Hiermee kunt u de volgorde van de gegevens op het scherm aanpassen of gegevens naar een houder verslepen. Twee keer aanraken Twee keer snel na elkaar aanraken Hiermee kunt u inzoomen op inhoud. Dit gebaar wordt ook gebruikt als een tweede gebaar om tekst te selecteren. Knijpen Drukken met twee vingers, uit elkaar/naar elkaar toe bewegen, loslaten Hiermee kunt u inhoud in- of uitzoomen. Verbinding maken met een draadloos LAN De computer is uitgerust met een kaart om verbinding te maken met een draadloos netwerk. Hiermee kunt u via een draadloos netwerk verbinding maken met het internet. Wi-Fi inschakelen Om de Wi-Fi-functie in te schakelen, selecteert u Instellingen Wifi en zet u vervolgens de Wifi-schakelaar op AAN. Na het inschakelen van de draadloze functies scant de computer automatisch naar beschikbare draadloze netwerken. Deze worden vervolgens weergegeven in de lijst met netwerken voor draadloos LAN. U kunt om het even welk netwerk in de lijst selecteren. Klik na het selecteren van een netwerk op Verbinden. U kunt ook Geavanceerd selecteren om geavanceerde Wi-Fi-instellingen door te voeren. Daarnaast kunt u handmatig een netwerk scannen of toevoegen.

13 Opmerking: na elke Wi-Fi-netwerknaam wordt een statuspictogram weergegeven. betekent dat u geen wachtwoord moet ingeven en u rechtstreeks verbinding kunt maken met het netwerk. betekent dat het netwerk versleuteld is en u er alleen verbinding mee kunt maken na het invoeren van het correcte wachtwoord. Wi-Fi uitschakelen Voer een van de volgende handelingen uit om de Wi-Fi-functie uit te schakelen: Selecteer Instellingen Wifi en zet de Wifi-schakelaar op UIT. Selecteer Instellingen Meer en vink de optie Vliegmodus aan. Opmerking: zodra de vliegmodus geactiveerd is, worden alle draadloze verbindingen van de computer uitgeschakeld. HOOFDSTUK 3 Veelgestelde vragen In dit onderdeel vindt u veelgestelde vragen per categorie. Informatie opzoeken Welke voorzorgsmaatregelen moet ik nemen bij het gebruik van mijn computer? De Gids met algemene en veiligheidsinformatie van Lenovo (geleverd bij de computer) bevat voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van uw computer. Lees alle voorzorgsmaatregelen en volg deze bij het gebruik van de computer. Waar vind ik de hardwarespecificaties voor mijn computer? U vindt de hardwarespecificaties voor uw computer terug op de gedrukte brochures die geleverd zijn bij de computer. Waar vind ik informatie over de garantievoorwaarden? Voor de garantie die van toepassing is op uw computer, inclusief de garantieperiode en het soort garantie, kunt u de brochure met de Lenovogarantieverklaring raadplegen die bij uw computer werd geleverd. Assistentie Hoe kan ik contact opnemen met de dienst voor klantenondersteuning? Zie "Hoofdstuk 3. Assistentie en service" in de Gids met algemene en veiligheidsinformatie van Lenovo. Problemen oplossen Raadpleeg hoofdstuk 1 als uw probleem hier niet beschreven wordt. Problemen met het scherm

14 Wanneer ik de computer inschakel, verschijnt er niets op het scherm. Als het scherm leeg is, controleert u of: - de USB-kabel op de computer is aangesloten en de stekker van de netspanningsadapter in een werkend stopcontact is geplaatst. - de computer is ingeschakeld. (Druk ter controle nogmaals op de aan/uit-knop.) Als u deze punten hebt gecontroleerd en het scherm nog steeds leeg is, laat u de computer repareren. Het scherm wordt zwart terwijl de computer ingeschakeld is. Voer een van de volgende handelingen uit om de slaapstand te annuleren: - Druk op een willekeurige toets op het toetsenbord (alleen notebookmodus). - Druk op de aan/uit-knop. Problemen met de slaapstand Er wordt een melding weergegeven dat de batterij zo goed als leeg is en de computer wordt onmiddellijk uitgeschakeld. De computer schakelt meteen na het inschakelen over naar de slaapstand. Het vermogen van de batterij is te laag. Sluit de USB-kabel en de netspanningsadapter aan op de computer. Controleer of: - de batterij is opgeladen. - de bedrijfstemperatuur binnen het aanvaardbare bereik ligt. Zie "Hoofdstuk 2. Gebruik en onderhoud van de computer" in de Gids met algemene en veiligheidsinformatie van Lenovo. Opmerking: als de batterij opgeladen is en de temperatuur binnen het aanvaardbare bereik ligt, laat u de computer repareren. De computer keert niet terug uit de slaapstand en werkt niet. Als de slaapstand geactiveerd is op de computer, sluit u de USB-kabel en de netspanningsadapter aan op de computer en drukt u vervolgens op de aan/uit-knop. Als de computer uitgeschakeld is, sluit u de USB-kabel en de netspanningsadapter aan op de computer en drukt u vervolgens op de aan/uit-knop om de computer in te schakelen. Opmerking: als de computer nog steeds niet uit de slaapstand terugkeert, het systeem niet langer reageert en u de computer niet kunt uitschakelen, moet u de computer resetten. Hierbij kunnen niet-opgeslagen gegevens verloren gaan. Gebruik de resetopening om de computer te resetten. Problemen met het scherm Het scherm is leeg. Probeer het volgende: - Als u de netspanningsadapter of de batterij gebruikt en het statuslampje voor de batterij brandt, drukt u op om het scherm helderder te maken. - Als de slaapstand geactiveerd is, drukt u op een willekeurige toets om de computer te wekken. Er verschijnen verkeerde tekens op het scherm. Hebt u het besturingssysteem of de programma's correct geïnstalleerd? Als deze software correct is geïnstalleerd en geconfigureerd, laat u de computer repareren. Problemen met het geluid Er komt geen geluid uit de luidspreker, ook niet als ik het volume hoger zet. Controleer of: - de dempfunctie is uitgeschakeld. - de combo-audioaansluiting niet wordt gebruikt. - de luidsprekers geselecteerd zijn als afspeelapparaat. Problemen met de batterij De computer wordt uitgeschakeld voordat het statuslampje voor de batterij aangeeft dat de batterij leeg is. - of - De computer blijft werken terwijl het statuslampje voor de batterij aangeeft dat de batterij leeg is. Laad de batterij op. Overige problemen De computer reageert niet. Houd de aan/uit-knop vijf seconden of langer ingedrukt en selecteer Afsluiten om de computer uit te schakelen. Als de computer nog steeds niet reageert, gebruikt u de resetopening om de computer te resetten.

15 Het aangesloten externe apparaat werkt niet. Met uitzondering van USB-kabels mag u nooit kabels van externe apparatuur aansluiten of loskoppelen terwijl de computer ingeschakeld is. Doet u dit wel, dan kan de computer beschadigd raken. De volgende termen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Lenovo in België, Nederland en/of andere landen. Lenovo IdeaPad Android nl-nl Rev.AA00