Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent DE ZEKERHEIDSFUNCTIE VAN HET RETENTIERECHT. Lydia Engels

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent DE ZEKERHEIDSFUNCTIE VAN HET RETENTIERECHT. Lydia Engels"

Transcriptie

1 Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar DE ZEKERHEIDSFUNCTIE VAN HET RETENTIERECHT Masterproef van de opleiding Master in de Rechten Ingediend door Lydia Engels (Studentennr ) Promotor: Prof. Dr. Joke Baeck

2 2

3 Dankwoord Le droit de rétention est une des matières les plus délicates et les plus incertaines de notre droit civil. H. DE PAGE 1 Toen ik deze stelling van DE PAGE las, kon ik hem alleen maar gelijk geven. Het uitpluizen van de vele discussies in de rechtsleer over de tegenwerpelijkheid van het retentierecht was immers geen sinecure. Zeer veel over het retentierecht in het algemeen was er trouwens ook niet te vinden. Een paar (goede) auteurs hadden er wel over geschreven, maar ik mocht me niet verwachten aan een uitgebreid repertorium van verscheidene dikke boeken met de titel retentierecht. Gelukkig was er ook nog de rechtspraak, die wel vaker het typische geval van de garagist en de (leasing)wagen voorgeschoteld kreeg. Het schrijven van deze masterproef was dus een proces van vallen en opstaan, dat ik goed ten einde heb kunnen brengen dankzij een aantal mensen. Bij deze wil ik voornamelijk mijn promotor Prof. J. BAECK bedanken, voor de vele tips en hulp die ze me gaf. Door haar duidelijke visie hield ze mij steeds op het juiste pad met eerlijke kritiek. Ook een dankwoordje voor mijn ouders, vriend en vriendinnen mag hier niet ontbreken. Bedankt iedereen voor de steun, de motivatie en het nalezen van mijn teksten. Mijn hele rechtenopleiding stonden jullie altijd voor me klaar, en lieten jullie duidelijk merken enorm trots op me te zijn als ik goede punten behaalde. Jullie doen glimlachen, daar deed ik het voor. Ik heb deze masterproef, als slotstuk van mijn vijfjarige rechtenopleiding, dan ook grotendeels aan jullie te danken. LYDIA ENGELS, Gent, 15 mei H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil Belge, Tombe VI, Brussel, Bruylant, 1942, 747, nr

4 4

5 INHOUD Inleiding... 7 Hoofdstuk 1: Het retentierecht Omschrijving van het retentierecht A. Definitie B. Onderscheid met de exceptie van niet-uitvoering C. Nederland D. Frankrijk Functies van het retentierecht Toepassingsvoorwaarden A. Zekere en opeisbare schuldvordering B. Verband tussen schuldvordering en teruggehouden zaak C. Uitoefening ter goeder trouw D. Materiële detentie van de zaak Einde en herleving van het retentierecht Aard van het retentierecht A. Persoonlijk verweermiddel B. Recht met zakelijke werking C. Frankrijk Hoofdstuk 2: Tegenwerpelijkheid van het retentierecht De tegenwerpelijkheid van het retentierecht aan verschillende categorieën van derden. 31 A. Algemene rechtsverkrijgers en rechtsverkrijgers onder algemene titel B. Rechtsverkrijgers onder bijzondere titel C. Chirografaire schuldeisers en curator D. Algemeen bevoorrechte schuldeisers E. Eigenaar E.1. Roerende goederen E.1.1. Het Cassatiearrest van 27 april E.1.2. Nederland E.2. Onroerende goederen F. Verkoper met eigendomsvoorbehoud F.1. Eigendomsvoorbehoud: algemeen F.1.1. Tegenwerpelijkheid van het eigendomsvoorbehoud bij samenloop F.1.2. Rang van het eigendomsvoorbehoud in de Wet Roerende Zekerheden G. Hypothecaire schuldeiser

6 H. Bijzonder bevoorrechte schuldeisers Regeling in de Wet Roerende Zekerheden De retentor buiten de samenloop (de Wet Continuïteit Ondernemingen) A. De Wet Continuïteit Ondernemingen: algemeen B. De proportionaliteitstoets Hoofdstuk 3: Het conventioneel (verlengd) retentierecht Geldigheid inter partes Tegenwerpelijkheid A. Criterium van de economische realiteit B. Conventioneel verlengd retentierecht als inpandgeving? Hoofdstuk 4: Gevolgen van het retentierecht Huidig recht A. Geen voorrecht B. Praktijk van de vervangende zekerheden Toekomstig recht A. Recht van voorrang B. Ranginname C. Recht op parate executie Besluit Bibliografie Boeken Bijdragen in boeken en losbladige verzamelwerken Bijdragen in tijdschriften

7 INLEIDING 1. Het retentierecht is de bevoegdheid van een schuldeiser die een bepaalde zaak onder zich heeft om de afgifte van die zaak aan zijn schuldenaar op te schorten totdat de schuldvordering met betrekking tot die zaak is voldaan. 2 De retentor (hij die het retentierecht uitoefent) kan op deze manier zijn schuldenaar aansporen tot betaling, daar hij zal weigeren de zaak af te geven zolang de schuld niet werd voldaan. Het retentierecht vervult aldus de functie van een drukkingsmiddel Het retentierecht heeft echter ook een bepaalde zekerheidsfunctie. In tegenstelling tot de mening van DE PAGE, die het retentierecht beschouwde als een louter persoonlijk verweermiddel 4, wordt door het merendeel van de rechtsleer aangenomen dat de werking van het retentierecht niet beperkt blijft tot de interne verhouding tussen schuldeiser en schuldenaar. 5 Een retentor kan namelijk zijn retentierecht tegenwerpen aan bepaalde categorieën van derden, waardoor hij een sterkere positie probeert te verkrijgen in geval van samenloop. De aflijning van deze groep van derden was echter een groot discussiepunt in de rechtsleer. 6 Tot voor kort bestond er in België immers geen duidelijke wettelijke regeling omtrent het retentierecht, wat tot veel onzekerheden leidde. Het retentierecht wordt daarbij door de meeste auteurs als een onvoltooid zekerheidsrecht beschouwd, daar een retentor niet het recht heeft om bij voorrang op andere schuldeisers te worden betaald met de opbrengst van het teruggehouden goed Met de Wet van 11 juli 2013 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de zakelijke zekerheden op roerende goederen betreft en tot opheffing van diverse bepalingen ter zake (hierna: Wet Roerende Zekerheden), wordt er voorzien in een algemene wettelijke regeling van 2 F. T KINT, Sûretés et principes généraux du droit de poursuite des créanciers, Brussel, Larcier, 2004, 95, nr. 171; E. DIRIX, Retentierecht in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, afl. 45, 6, nr. 1; A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 42, nr E. DIRIX, Eigenrichting in het privaatrecht, in G. BAERT, J.M. MAEIJER, J. POLAK, L. SIMONT, M. STORME en W. VAN GERVEN (eds.), Liber Amicorum Jan Ronse, Brussel, Story-Scientia, 1986, (597) 603; J. BAECK, Achtergrond en krachtlijnen van de hervorming in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (1) 6, nr. 10; P. VAN OMMESLAGHE, Traité de droit civil Belge. Tombe II - Les obligations (volume 1), Brussel, Bruylant, 2013, 935, nr H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil Belge, VI, Brussel, Bruylant, 1942, 749, nr. 793-A, en 784, nrs Zie infra, Hoofdstuk 2( 1). 6 E. DIRIX, Retentierecht in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, afl. 45, 9, nr F. T KINT, Sûretés et principes généraux du droit de poursuite des créanciers, Brussel, Larcier, 2004, 99, nr. 180; J. BAECK, Achtergrond en krachtlijnen van de hervorming in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (1) 20, nr

8 het retentierecht en zijn tegenwerpelijkheid aan derden. 8 De wetgever stelt hiermee dus een einde aan de vroegere discussies over de tegenwerpelijkheid aan derden van het retentierecht. In de Wet Roerende Zekerheden wordt tevens aan het retentierecht eenzelfde recht van voorrang toegekend als aan een pandhouder. 9 Deze nieuwe regeling doet echter ook nieuwe vragen rijzen. De precieze draagwijdte van deze gelijkstelling met een pandhouder is immers niet zo nauwkeurig geregeld in de Wet. Het is daarom onduidelijk of een retentor nu over alle rechten (zoals bijvoorbeeld het recht van parate executie) van een pandhouder beschikt, en welke rang een retentor voortaan inneemt ten aanzien van andere schuldeisers. 4. Een eenduidig en precies antwoord op de vraag in welke mate het retentierecht nu een zekerheidsmechanisme vormt voor een schuldeiser, is daarom, zowel in het huidige als in het toekomstige recht 10, niet te vinden. De hoofdonderzoeksvraag in deze masterproef komt aldus neer op de vraag in welke mate het retentierecht, zowel in het huidige recht als het toekomstige, een mechanisme vormt om een schuldeiser meer zekerheid op betaling te geven. 5. Om deze vraag te beantwoorden, zal vooreerst - ter situering - onderzocht worden wat het retentierecht precies is. Het begrip, zijn toepassingsvoorwaarden, functies en aard zullen worden nagegaan. 6. Vervolgens wordt de tegenstelbaarheid van het retentierecht aan verschillende categorieën van derden onderzocht. Zoals reeds gesteld, werd hierover in de rechtsleer veel discussie gevoerd. Deze discussies vormen het uitgangspunt van dit onderdeel, daar de nieuwe Wet Roerende Zekerheden aansluiting heeft gezocht bij de dominante opvattingen. 11 Ook zal nagegaan worden welke oplossingen de rechtspraak voorstelde, en welke strekkingen vanuit de rechtsleer door de rechters werden gevolgd. De geldigheid en tegenwerpelijkheid van contractuele clausules inzake het retentierecht wordt hierna tevens onderzocht. 7. Het laatste onderdeel van deze masterproef betreft de gevolgen van het retentierecht. In het huidige recht beschikt een retentor niet over enig voorrecht, wat soms tot een geblokkeerde 8 Artikel 74 en 75 Wet Roerende Zekerheden. 9 Artikel 76 Wet Roerende Zekerheden. 10 Daar de inwerkingtreding van de Wet Roerende Zekerheden is uitgesteld tot 1 januari 2017, wordt deze Wet hier beschouwd als het toekomstige recht. Zie Wetsontwerp tot wijziging van de datum van inwerkingtreding van de wet van 11 juli 2013 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de zakelijke zekerheden op roerende goederen betreft en tot opheffing van diverse bepalingen ter zake, Parl.St. Kamer , nr / Wetsontwerp van 24 oktober 2012 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de zakelijke zekerheden op roerende goederen betreft en tot opheffing van diverse bepalingen ter zake, Parl. St. Kamer , nr /001, 32. 8

9 situatie leidt in geval van samenloop. 12 Retentors gaan zich immers vaak verschuilen achter hun retentierecht en weigeren resoluut om de zaak af te geven, in de hoop dat de curator zijn lossingsrecht uitoefent en hem uitbetaalt. 13 Gebeurt dit niet, dan ontstaat een impasse. De nieuwe Wet Roerende Zekerheden wou dit probleem verhelpen, en bepaalt daarom dat een retentor eenzelfde recht van voorrang als een pandhouder toekomt. 14 Zoals gesteld, wordt de precieze draagwijdte van deze gelijkstelling met een pandhouder in de Wet echter niet verduidelijkt. Dit dient dan ook te worden nagegaan, teneinde te weten te komen of het retentierecht nu werkelijk van een onvoltooid zekerheidsrecht naar een echt zakelijk zekerheidsrecht is geëvolueerd. 8. Eveneens wordt, doorheen deze thema s, aandacht besteed aan hoe het retentierecht in Nederland al eerder een wettelijke regeling kreeg en er tevens werd uitgerust met een voorrecht. 15 Ook komt de regeling van het retentierecht in Frankrijk aan bod. Daar werd met de hervorming van de zekerheden in 2006 het retentierecht eveneens wettelijk geregeld F. T KINT, Sûretés et principes généraux du droit de poursuite des créanciers, Brussel, Larcier, 2004, 98, nr E. DIRIX, Retentierecht, in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 22, nr. 26; K. TROCH, De opschorting van de tenuitvoerlegging: juridische grondslag en toepassingsgebied, in Faillissement & Reorganisatie, Mechelen, Kluwer, afl. 30, Zie Wetsontwerp van 24 oktober 2012 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de zakelijke zekerheden op roerende goederen betreft en tot opheffing van diverse bepalingen ter zake, Commentaar op de artikelen, Parl. St. Kamer , nr /001, 72: Thans doet de uitoefening van het retentierecht vaak een impasse ontstaan. [ ] Het ontwerp wenst hieraan te verhelpen. 15 Art. 3: NBW. 16 Art Code Civil. 9

10 10

11 HOOFDSTUK 1: HET RETENTIERECHT 9. Het retentierecht is een persoonlijk verweermiddel, geput uit de verbintenisrechtelijke verhouding tussen twee partijen, dat aan een schuldeiser het recht verleent om de afgifte van een zaak, die aan een ander toebehoort en die hij rechtmatig onder zich houdt, te weigeren, zolang zijn schuldvordering met betrekking tot die zaak niet werd voldaan In het huidige recht is er geen algemene wettelijke regeling van het retentierecht. 18 Het duikt hier en daar wel op in bepaalde wetteksten als toepassingsgeval. 19 De uitoefening van het retentierecht buiten deze door de wet geregelde gevallen wordt algemeen aanvaard. Er wordt immers aangenomen dat een schuldeiser zijn retentierecht mag uitoefenen van zodra alle voorwaarden 20 hiertoe zijn vervuld. DIRIX stelt daarom dat het retentierecht als een algemeen rechtsbeginsel kan worden beschouwd. 21 VAN OMMESLAGHE stelt hieromtrent eveneens dat Ces différentes textes sont des applications particulières d un principe général du droit, en vertu duquel le droit de rétention est reconnu comme une forme particulière de garantie qui peut être invoquée même en l absence de texte exprès, dans les conditions que la doctrine et la jurisprudence ont progressivement élaborées". 22 We kunnen m.i. echter niet zomaar stellen dat het retentierecht een algemeen rechtsbeginsel is. Het Hof van Cassatie heeft het retentierecht immers nog niet expliciet als een algemeen rechtsbeginsel erkend. Het deed dat echter wel al voor de exceptio non adimpleti contractus (hierna: de enac). 23 In gevallen waarbij het retentierecht dus samenvalt 17 A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 42, nr. 21; 18 P. VAN OMMESLAGHE, Traité de droit civil Belge. Tombe II - Les obligations (volume 1), Brussel, Bruylant, 2013, 935, nr. 598; F. T KINT, Sûretés et principes généraux du droit de poursuite des créanciers, Brussel, Larcier, 2004, 95-96, nr. 171; A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 42, nr Zie artikelen 570, 867, 1612, 1673, 1749, 1948, 2028, 2087 BW, art. 106 Faill.W. en art. 6 Opstalwet. Zij vormen het aanknopingspunt voor de juridische erkenning van het retentierecht, ook buiten de specifiek wettelijke gevallen. 20 Zie infra, Hoofdstuk 1, E. DIRIX, Retentierecht in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 7, nr. 2. Dit valt echter te nuanceren volgens VEROUGSTRAETE. In het Cassatie-arrest van 7 november 1935 (zie infra, nr. 56) stelde het Hof van Cassatie dat een retentierecht kon worden uitgeoefend krachtens de algemene beginselen van het verbintenissenrecht. Deze algemene beginselen van het verbintenissenrecht zijn echter niet de algemene rechtsbeginselen waarvan de miskenning een grond tot cassatie kan opleveren. Zie I. VEROUGSTRAETE, Retentierecht in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (167) 169, nr P. VAN OMMESLAGHE, Traité de droit civil Belge. Tombe II - Les obligations (volume 1), Brussel, Bruylant, 2013, 935, nr Cass. 15 juni 1981, Arr.Cass , 1190, Pas. 1981, I, 1179; Cass. 2 november 1995, Arr.Cass. 1995, 946, Pas. 1995, I,

12 met de enac (nl. in contractuele verhoudingen) 24, kunnen we aannemen dat het retentierecht als een algemeen rechtsbeginsel kan worden beschouwd. 11. Zoals in de inleiding gesteld, komt er verandering in het feit dat er geen wettelijke regeling van het retentierecht is met de nieuwe Wet Roerende Zekerheden. Een volledige regeling van het retentierecht in àl zijn aspecten is in deze Wet echter niet te vinden. Enkel de gevolgen van het retentierecht (zijn externe werking en recht van voorrang) worden geregeld, niet de voorwaarden voor de totstandkoming en de uitoefening van het retentierecht. 25 Het retentierecht is immers in se een verbintenisrechtelijke figuur 26 en het was niet de bedoeling van de wetgever om het verbintenissenrecht zelf te wijzigen. 27 Uit de Parlementaire Voorbereiding blijkt duidelijk dat de wetgever enkel een antwoord wou bieden op de impasse die de werking van het retentierecht in geval van samenloop in het huidige recht veroorzaakt. 28 De opvattingen uit het huidige recht over de toepassingsvoorwaarden van het retentierecht blijven aldus relevant voor de toekomst, en worden hier dan ook besproken ( 3). Eerst volgt echter een analyse van wat het retentierecht precies is ( 1) en wat zijn functies zijn ( 2). Tot slot wordt de (betwiste) aard van het retentierecht bessproken ( 5). 1. Omschrijving van het retentierecht A. Definitie 12. Het nieuwe artikel 73 van de Wet Roerende Zekerheden geeft een omschrijving van het retentierecht. Het bepaalt: Het retentierecht verleent aan een schuldeiser het recht om de teruggave van een goed dat hem door zijn schuldenaar werd overhandigd of bestemd is voor zijn schuldenaar, op te schorten zolang zijn schuldvordering die verband houdt met dat goed niet is voldaan. Deze definitie sluit aan bij de reeds bestaande klassieke definities uit de rechtsleer 29, die steeds stelden dat het retentierecht aan een schuldeiser (de retentor) de bevoegdheid verleent om de 24 Zie infra, nr Wetsontwerp van 24 oktober 2012 tot wijziging van het Burgerlijk wetboek wat de zakelijke zekerheden op roerende goederen betreft en tot opheffing van diverse bepalingen ter zake, Parl. St. Kamer , nr /001, Zie infra, nr J. BAECK, Achtergrond en krachtlijnen van de hervorming in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (1) 19, nr Verslag van 21 december 2012 namens Commissie Justitie, Parl. St. Kamer , nr /005, I. VEROUGSTRAETE, Retentierecht in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (167) 170, nr

13 afgifte van een zaak die aan een ander toebehoort te weigeren, zolang zijn schuldvordering met betrekking tot die zaak niet is voldaan Merk op dat in artikel 73 Wet Roerende Zekerheden gebruik wordt gemaakt van de term teruggave, in tegenstelling tot de klassieke definitie, die stelt dat de afgifte van de zaak wordt opgeschort. Een reden voor dit verschil in begrip is in de Parlementaire Voorbereiding niet te vinden, en heeft m.i. aldus geen verdere betekenis, daar de wetgever de bedoeling had aansluiting te zoeken bij de bestaande omschrijving van het retentierecht. 31 B. Onderscheid met de exceptie van niet-uitvoering 14. Het retentierecht is in wezen een verbintenisrechtelijk opschortingsrecht. Onder opschortingsrechten verstaat men de bevoegdheden van een schuldenaar van een bepaalde verbintenis of van een persoon die een bepaalde zaak in zijn macht heeft, om de uitvoering van die verbintenis of de afgifte van die zaak uit te stellen tot de persoon die aanspraak maakt op de uitvoering van die verbintenis of op de afgifte van die zaak, de op hem wegende verplichting nakomt. Opschortingsrechten dienen daarom als drukkingsmiddel om een schuldenaar tot nakoming van zijn verplichtingen aan de sporen. Ze verschaffen de schuldeiser tevens een bepaalde vorm van zekerheid, daar deze zich, door de uitvoering van zijn verbintenis of de afgifte van de zaak te weigeren, kan indekken tegen het risico dat zijn schuldenaar definitief in gebreke zou blijven en insolvabel zou worden Naast het retentierecht is ook de enac een gekend opschortingsrecht. De enac is een tijdelijk verweermiddel dat een contractant de mogelijkheid biedt de nakoming van zijn eigen verbintenissen uit te stellen, zolang de wederpartij in gebreke blijft. Deze exceptie is gemeen aan alle synallagmatische rechtsverhoudingen en steunt op de band die tussen de wederzijdse 30 E. DIRIX en R. DE CORTE, Zekerheidsrechten in Beginselen van Belgisch privaatrecht, Mechelen, Kluwer, 2006, 371, nr. 542; L. LAMINE, Het retentierecht, Antwerpen, Kluwer, 1993, 3-4, nr. 6; P. VAN OMMESLAGHE, Traité de droit civil Belge. Tombe II - Les obligations, Brussel, Bruylant, 2013, 935, nr. 598; A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 42, nr. 21. DE PAGE gaf volgende definitie van het retentierecht: D une manière générale, le droit de rétention est le droit en vertu duquel une personne qui détient une chose appartenant à autrui est fondée à en différer la restitution jusqu au payement de ce qui lui est dû, à l occassion de cette chose, pas son propriétaire. H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil Belge, Tombe VI, Brussel, Bruylant, 1942, 749, nr. 793-A. 31 In het wetsontwerp maakt de wetgever immers geen gewag over deze term en gebruikt men zelfs de term behouden. Men stelt: Het retentierecht verleent aan een schuldeiser het recht om een zaak die hem door zijn schuldenaar is overhandigd, te behouden zolang zijn schuldvordering met betrekking tot die zaak is voldaan. Zie Wetsontwerp van 24 oktober 2012 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de zakelijke zekerheden op roerende goederen betreft en tot opheffing van diverse bepalingen ter zake, Parl. St. Kamer , nr /001, C. CAUFFMAN, Opschortingsrechten bij niet-nakoming, in J. SMITS en S. STIJNS, Remedies in het Belgisch en Nederlands contractenrecht, Antwerpen, Intersentia, 2000, (141) , nr

14 verbintenissen bestaat. 33 De enac is een algemeen rechtsbeginsel 34 en wordt als erga omnes tegenwerpelijk beschouwd 35. De enac beantwoordt tevens, net zoals het retentierecht, aan de beschrijving van eigenrichting: zonder voorafgaande tussenkomst van de rechter mag een contractant overgaan tot het opschorten van de uitvoering van zijn eigen verbintenissen, teneinde op de wederpartij druk uit te oefenen en/of zich te beschermen voor het geval diens wanprestatie definitief zou worden. 36 Beiden zijn aldus een geoorloofde vorm van eigenrichting, gesteund op de samenhang der verbintenissen. 37 Niettemin blijft een rechterlijke controle a posteriori mogelijk. Bij betwisting dient de rechter na te gaan of aan de toepassingvoorwaarden van de enac/het retentierecht is voldaan Het onderscheid tussen de enac en het retentierecht bestaat in het verschil in aard van het verband tussen de schuldvordering en de zaak. Het retentierecht, in de enge betekenis van het woord, vereist dat er een materiële band bestaat tussen de schuldvordering en de zaak waarop het retentierecht wordt uitgeoefend. Deze materiële band wordt uitgedrukt met de Latijnse uitdrukking dubitum cum re junctum. Schoolvoorbeeld hiervan zijn kosten gemaakt tot herstelling van de zaak. De schuldvordering, nl. de betaling van de herstellingskosten, heeft immers rechtstreeks betrekking op de herstelde zaak zelf, die teruggehouden wordt C. CAUFFMAN, Opschortingsrechten bij niet-nakoming, in J. SMITS en S. STIJNS, Remedies in het Belgisch en Nederlands contractenrecht, Antwerpen, Intersentia, 2000, (141) , nr Cass. 15 juni 1981, Arr.Cass , 1190, Pas. 1981, I, 1179; Cass. 2 november 1995, Arr.Cass. 1995, 946, Pas. 1995, I, Cass. 12 september 1986, Arr.Cass , E. DIRIX, Eigenrichting in het privaatrecht in G. BAERT, J.M. MAEIJER, J. POLAK, L. SIMONT, M. STORME en W. VAN GERVEN (eds.), Liber Amicorum Jan Ronse, Brussel, Story-Scientia, 1986, (597) E. DIRIX, Eigenrichting in het privaatrecht in G. BAERT, J.M. MAEIJER, J. POLAK, L. SIMONT, M. STORME en W. VAN GERVEN (eds.), Liber Amicorum Jan Ronse, Brussel, Story-Scientia, 1986, (597) 603; E. DIRIX, Retentierecht, in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 11, nr E. DIRIX, Eigenrichting in het privaatrecht in G. BAERT, J.M. MAEIJER, J. POLAK, L. SIMONT, M. STORME en W. VAN GERVEN (eds.), Liber Amicorum Jan Ronse, Brussel, Story-Scientia, 1986, (597) 603; A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 42, nr A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 43, nr. 22; P. VAN OMMESLAGHE, Observations sur les effets et l étendue du droit de rétention en l exceptio non adimpleti contractus, spéciallement en cas de faillite du débiteur, RCJB 1963, (69) 73, nr. 3. Vgl. met Frankrijk: zie Cass. fr. 22 mei 1962, Bull.Civ. I, nr In dit arrest werd gesteld dat «Le droit de rétention peut être exercé dans tous les cas où, la créance ayant pris naissance à l occasion de la chose retenue, il existe entre cette créance et cette chose un lien de connexité matérielle.» 14

15 De enac vereist daarentegen een juridische samenhang tussen de wederzijds afhankelijke verbintenissen, voorvloeiend uit eenzelfde wederkerige overeenkomst of uit een rechtsverhouding die wederkerigheid inhoudt. Indien een retentierecht wordt uitgeoefend in een wederkerige rechtsverhouding, vormt het retentierecht aldus een toepassing van de enac, en wordt het er als het ware door opgeslorpt. 40 VAN OMMESLAGHE stelt hierbij dat in het merendeel van de gevallen, waar de wet spreekt van retentie, het niet om werkelijke gevallen van een zuivere retentierecht gaat, maar in wezen een enac betreft, waarvan het retentierecht hier een toepassing vormt. 41 Een voorbeeld hiervan is het geval dat een verkoper, op basis van de enac, weigert de verkochte goederen te leveren totdat de koper zijn verbintenis tot betaling van de prijs heeft volbracht. 42 Beide verbintenissen vloeien voort uit eenzelfde wederkerige rechtsverhouding (nl. de verkoopovereenkomst). We kunnen echter ook stellen dat in dit zelfde geval de verkoper een retentierecht uitoefent op de verkochte goederen. De enac en het retentierecht vallen hier dus samen. 43 Volgens VAN OEVELEN verdient het de aanbeveling om de term retentierecht niet te gebruiken in dergelijke gevallen waarbij het retentierecht een duidelijke toepassing vormt van de enac. 44 C. Nederland 17. In het Nederlands Burgerlijk Wetboek wordt het retentierecht 45 in Boek 3 ( Vermogensrechten in het algemeen ) geregeld, en niet bij de andere algemene opschortingsrechten in Boek 6 ( Algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht ). Reden voor deze plaatsing in Boek 3 is dat het retentierecht een veel ruimer toepassingsgebied heeft dan de algemene opschortingsrechten van Boek 6, daar het ook verplichtingen tot teruggave van een zaak omvat die niet als verbintenis kunnen worden aangemerkt. 46 De algemene bepalingen van Boek 6 zijn wel op het retentierecht van toepassing, voor zover er in Boek 3 niet van wordt afgeweken Zie ook infra, nr P. VAN OMMESLAGHE, Observations sur les effets et l étendue du droit de rétention en l exceptio non adimpleti contractus, spéciallement en cas de faillite du débiteur, RCJB 1963, (69) 73, nr. 3 in fine. 42 Zie art BW. 43 P. VAN OMMESLAGHE, Traité de droit civil Belge. Tombe II - Les obligations (volume 1), Brussel, Bruylant, 2013, 936, nr A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S. STIJNS en R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 44, nr In Nederland gebruikt men soms ook de benaming recht van terughouding. 46 J.H. NIEUWENHUIS, C.J.J. STOLKER, W.L.VALK, Burgerlijk Wetboek, Tekst en Commentaar, Deventer, Kluwer, 2009, 1735; H.J. SNIJDERS en E.B.RANK-BERENSCHOT, Goederenrecht in Studiereeks Burgerlijk Recht, Deventer, Kluwer, 2012, 590, nr J.H. NIEUWENHUIS, C.J.J. STOLKER, W.L.VALK, Burgerlijk Wetboek, Tekst en Commentaar, Deventer, Kluwer, 2009,

16 In artikel 3:290 NBW wordt het retentierecht omschreven als de bevoegdheid die in de bij wet aangegeven gevallen aan een schuldeiser toekomt, om de nakoming van een verplichting tot afgifte van een zaak aan zijn schuldenaar op te schorten tot de vordering wordt voldaan. Het retentierecht is er aldus, net zoals bij ons, een opschortingsrecht dat een schuldeiser de bevoegdheid geeft om tegenover zijn schuldenaar de nakoming van zijn verplichting tot teruggave van de zaak op te schorten. 48 D. Frankrijk 18. Tot voor 2006 was er in Frankrijk, net zoals tot voor kort bij ons, geen wettelijke verankering van het retentierecht. 49 De regeling van het retentierecht (in de rechtsleer en rechtspraak) stemt er wel met ons huidige recht overeen. 50 Met de hervorming van het zekerheidsrecht in 2006 werd er in Frankrijk een wettelijke grondslag geboden aan het retentierecht, met een opsomming van wie zich op een retentierecht kan beroepen. 51 Het artikel 2286 Code Civil luidt als volgt: «Peut se prévaloir d un droit de rétention sur la chose: 1 Celui à qui la chose à été remise jusqu au paiement de sa créance ; 2 Celui dont la créance impayée résulte du contrat qui l oblige à la livrer ; 3 Celui dont la créance impayée est née à l occassion de la détention de la chose ; 4 Celui qui bénéficie d'un gage sans dépossession. Le droit de rétention se perd par le dessaisissement volontaire.» 19. Een algemene definitie, zoals in de Wet Roerende Zekerheden (artikel 73) of het Nederlands Burgerlijk Wetboek (artikel 3:290), vinden we in artikel 2286 Code Civil echter niet. In de Franse rechtsleer werd het retentierecht wel steeds gedefinieerd als de mogelijkheid van een schuldeiser, die een goed van zijn schuldenaar onder zich houdt, om de teruggave van het goed aan deze laatste te weigeren totdat de schuldvordering is betaald. 52 Ook in Frankrijk vervult het retentierecht de functies van drukkingsmiddel en zekerheid. 53 De betekenis van deze functies wordt hieronder uiteengezet. 48 W.H.M. REEHUIS en A.H.T HEISTERKAMP, Goederenrecht, Kluwer, Deventer, 2012, 672, nr P. ANCEL, Droit des sûretés, Paris, Lexis Nexis, 2011, 111, nr E. DIRIX, Retentierecht, in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 6, nr C. ALBIGES en M.-P. DUMONT-LEFRAND, Droit des sûretés, Paris, Dalloz, 2011, Zie o.m. C. ALBIGES en M.-P. DUMONT-LEFRAND, Droit des sûretés, Paris, Dalloz, 2011, 219; M. CABRILLAC en C. MOULY, Droit des sûretés, Paris, Lexis Nexis Litec, 2004, 460, nr. 537 ; L. AYNES en P. CROCQ, Les sûretés: la publicité foncière, Paris, Defrénois, 2012, 191, nr C. ALBIGES en M.-P. DUMONT-LEFRAND, Droit des sûretés, Paris, Dalloz, 2011,

17 2. Functies van het retentierecht 20. Volgens LAMINE is het retentierecht een belangrijk middel tot rechtshandhaving. Een garagist bijvoorbeeld die een auto van een klant hersteld heeft, kan dankzij het retentierecht de auto bij zich houden totdat de klant alle kosten heeft betaald. Dit verschaft de garagist enig comfort: hij kan de zaak gewoon blijven terughouden en zich aldus een passieve houding aannemen. Het is de klant die vervolgens tot een actieve houding gedwongen zal worden: betaling van de schuldvordering, of een geding inleiden. Zonder het retentierecht zouden de rollen echter omgekeerd zijn, wat vanuit economisch perspectief niet aan te raden is. Een handelaar zou dan immers telkens de last van het invorderen van de schuld (realisatie via procesrechtelijke weg) worden opgelegd De voornaamste functie van het retentierecht is echter dat van een drukkingsmiddel. Aangezien de retentor kan weigeren de zaak terug te geven zolang zijn schuldenaar de schuld niet heeft betaald, kan de schuldeiser druk uitoefenen op de schuldenaar om de betaling van zijn schuldvordering te verkrijgen. Het retentierecht heeft aldus de functie van een drukkingsmiddel, om de schuldenaar aan te sporen tot betaling Het retentierecht heeft tevens een bepaalde zekerheidsfunctie. Algemeen wordt immers aangenomen dat de werking van het retentierecht niet beperkt blijft tot de loutere interne verhouding tussen schuldeiser en schuldenaar. Zoals we zullen zien 56 kan de retentor zijn retentierecht tegenwerpen aan bepaalde categorieën van derden. Op deze manier probeert hij een sterkere positie te verkrijgen in geval van samenloop. 57 T KINT stelde hierover duidelijk: (Le droit de rétention) crée, a-t-on dit, un «effet de sûreté» particulièrement efficace puisqu il suffit au créancier de s opposer à toute délivrance de la chose tant que le paiement n est pas effectué L. LAMINE, Het retentierecht, Antwerpen, Kluwer, 1993, 11, nr R. DE CORTE en E. DIRIX, Zekerheidsrechten in Beginselen van Belgisch privaatrecht, Mechelen, Kluwer, 2006, 371, nr. 542; E. DIRIX, Eigenrichting in het privaatrecht, in G. BAERT, J.M. MAEIJER, J. POLAK, L. SIMONT, M. STORME en W. VAN GERVEN (eds.), Liber Amicorum Jan Ronse, Brussel, Story-Scientia, 1986, (597) 603; J. BAECK, Achtergrond en krachtlijnen van de hervorming in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (1) 6, nr. 10; P. VAN OMMESLAGHE, Traité de droit civil Belge. Tombe II - Les obligations (volume 1), Brussel, Bruylant, 2013, 935, nr. 598; A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S. STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 43, nr. 21; I. VEROUGSTRAETE, Manuel de la continuité des entreprises et de la faillite, Mechelen, Kluwer, 2011, 649, nr Zie infra, Hoofdstuk 2, A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S. STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 43, nr. 21; R. DE CORTE en E. DIRIX, Zekerheidsrechten in Beginselen van Belgisch privaatrecht, Mechelen, Kluwer, 2006, 371, nr F. T KINT, Sûretés et principes généraux du droit de poursuite des créanciers, Brussel, Larcier, 2004, 98, nr

18 3. Toepassingsvoorwaarden 23. Opdat een retentierecht rechtsgeldig kan worden uitgeoefend, dienen een aantal toepassingsvoorwaarden vervuld te zijn. A. Zekere en opeisbare schuldvordering 24. Een retentor moet vooreerst beschikken over een zekere en opeisbare schuldvordering. 59 Wanneer de retentor tot eerdere nakoming gehouden is, beschikt hij niet over enig opschortingsrecht. 60 Een opschortingsrecht komt een schuldeiser immers enkel toe indien de schuldenaar als eerste een wanprestatie beging (en indien de schuldeiser geen termijn heeft toegestaan). 61 Daar er enkel sprake kan zijn van een retentierecht voor zover aan de verbintenisrechtelijke vereisten ervan is voldaan, en met name of de retentor zelf niet tot voorafgaandelijke uitvoering gehouden is, moet er aldus een eerste tekortkoming zijn vanwege de schuldenaar Het is niet vereist dat de schuldvordering vaststaand en het bedrag aldus reeds bepaald moet zijn. 63 Ook in Nederland wordt de voorwaarde dat de vordering effen moet zijn niet gesteld. 64 De gewaarborgde schuldvordering bevat zowel het hoofdbedrag als de intresten en de bijhorigheden C. CAUFFMAN, Opschortingsrechten bij niet-nakoming in J. SMITS en S. STIJNS, S. (eds.), Remedies in het Belgisch en Nederlands contractenrecht, Antwerpen, Intersentia, 2000, (141) 155, nr. 27; P. VAN OMMESLAGHE, Traité de droit civil Belge. Tombe II - Les obligations (volume 1), Brussel, Bruylant, 2013, 939, nr. 601; J.L. FAGNART, Recherches sur le droit de rétention et l exception de l inexécution (noot onder Cass. 7 oktober 1976), RCJB 1979, (12) 14, nr. 5; I. VEROUGSTRAETE, Manuel de la continuité des entreprises et de la faillite, Mechelen, Kluwer, 2011, 649, nr ; F. T KINT, Sûretés et principes généraux du droit de poursuite des créanciers, Brussel, Larcier, 2004, 96, nr E. DIRIX, Retentierecht, in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 12, nr. 8; I. VEROUGSTRAETE, Retentierecht in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (167) 171, nr Een uitzondering hierop wordt gevormd door artikel 1613 BW, dat toelaat dat een verkoper op krediet bij voorbaat een opschortingsrecht inroept (i.e. de exceptio timoris, waardoor de verkoper de zaak kan achterhouden wegens het dreigende gevaar dat de koper niet op tijd zal kunnen betalen). Zie voor een uitgebreide uiteenzetting hieromtrent A. CHRISTIAENS, Artikel BW in Bijzondere Overeenkomsten. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, M.E. STORME, Actualia zakelijke zekerheden: Retentierecht, rechtstreekse vordering, in CBR Jaarboek , Antwerpen-Apeldoorn, Maklu, 2006, (567) L. LAMINE, Het retentierecht, Antwerpen, Kluwer, 1993, 70-71, nr. 107; A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S. STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 45, nr J.E. FESEVUUR, Retentierecht, Deventer, Kluwer, 1988, 125, nr. 26. Voor Frankrijk: zie L. AYNES en P. CROCQ, Les sûretés: La publicité foncière, Paris, Defrénois, 2012, 196, nr. 441 : «La liquidité n est pas exigée au moment où le créancier oppose son droit de rétention». 18

19 B. Verband tussen schuldvordering en teruggehouden zaak 26. De belangrijkste voorwaarde voor de uitoefening van een geldig retentierecht is deze van de connexiteit. Er is een nauw verband, een samenhang, vereist tussen de schuldvordering en de teruggehouden zaak. 66 Volgens het Hof van Cassatie is het de feitenrechter die onaantastbaar oordeelt over het bestaan van dit verband. 67 Het recht van de retentor om de teruggave van de goederen uit te stellen vindt zijn grondslag in deze samenhang. 68 Indien een schuldeiser immers een retentierecht zou kunnen uitoefenen op om het even welk goed van de schuldenaar, zou dit aanleiding kunnen geven tot willekeur, en wordt het gelijkheidsbeginsel tussen schuldeisers doorbroken In de rechtsleer werd uitvoerig discussie gevoerd over de aard van dit verband. Moet voor de uitoefening van het retentierecht een materieel verband voorhanden zijn, of volstaat ook een louter juridisch verband? Traditioneel werd in de rechtsleer immers een onderscheid gemaakt tussen een juridische en een materiële samenhang. Het verschil tussen beiden soorten connexiteit werd hierboven reeds behandeld in het kader van de enac. 70 Zoals uiteengezet, wordt in beginsel voor het retentierecht een materiële samenhang vereist. Een juridische samenhang, zoals bij de enac, wordt voor het retentierecht echter ook in sommige gevallen aanvaard. Het retentierecht is immers een toepassing van de enac indien er sprake is van een wederkerige rechtsverhouding. 71 C. Uitoefening ter goeder trouw 28. Het retentierecht moet steeds te goeder trouw worden uitgeoefend. Net zoals de enac, mag het retentierecht niet worden ingeroepen in omstandigheden die strijdig zijn met de goede 65 M. GREGOIRE, L opposabilité du droit de rétention bénéficiant au créancier gagiste, TBH 2012, afl. 5, (421) I. VEROUGSTRAETE, Het retentierecht in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (167) 171, nr. 8. P. VAN OMMESLAGHE, Traité de droit civil Belge. Tombe II - Les obligations (volume 1), Brussel, Bruylant, 2013, 942, nr Cass. 27 april 2006, RW , afl. 37, Zie ook infra, nr E. DIRIX, Retentierecht, in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 6, nr. 1 en 15, nr R. DE CORTE en E. DIRIX, Zekerheidsrechten in Beginselen van Belgisch privaatrecht, Mechelen, Kluwer, 2006, Zie supra, nr Merk op dat de Franse rechtsleer stelt dat de voor het retentierecht vereiste connexiteit van drie soorten aard kan zijn: ofwel materieel, ofwel juridisch, ofwel conventioneel (Zie L. AYNES en P. CROCQ, Les sûretés : la publicité foncière, Paris, Defrénois, 2012, 201, nr. 447). 19

20 trouw. 72 Deze goede trouw dient hier zowel in subjectieve als in objectieve zin te worden verstaan. 73 Subjectieve goede trouw impliceert dat de excipiens geen verwijtbare fout of nalatigheid heeft begaan die aan de basis ligt van de wanprestatie van de wederpartij. 74 Goede trouw in de objectieve betekenis verwijst naar het proportionaliteitscriterium: er mag geen onevenredigheid bestaan tussen de omvang van de schuldvordering en de waarde van de teruggehouden goederen Het loutere feit dat de teruggehouden goederen meer waard zijn dan de omvang van de schuldvordering is geen voldoende reden om de uitoefening van het retentierecht als een misbruik te bestempelen. 76 De uitoefening van opschortingsrechten te goeder trouw moet immers, volgens het Hof van Cassatie, gekoppeld worden aan de theorie van rechtsmisbruik. 77 Een beroep op een opschortingsrecht kan aldus slechts worden afgewezen wegens strijdigheid met de goede trouw indien tevens aan het criterium van rechtsmisbruik is voldaan. Rechtsmisbruik wordt algemeen omschreven als de uitoefening van een recht op een manier die kennelijk de grenzen te buiten gaat van de normale uitoefening van dat recht door een voorzichtig en oplettend persoon. 78 De rechter heeft hierbij een marginale toetsingsgrond, wat inhoudt dat er slechts sprake is van rechtsmisbruik indien de rechtsuitoefening kennelijk de grenzen te buiten gaat van een normale rechtsuitoefening. De rechter dient bij zijn beoordeling rekening te houden met alle concrete omstandigheden. 79 Een voorbeeld van dergelijk 72 J.L. FAGNART, Recherches sur le droit de rétention et l exception d inexécution, RCJB 1979, (12) 15, nr. 5 c). 73 A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht, in A. DE BOECK, S. STIJNS, en R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 47, nr E. DIRIX, Eigenrichting in het privaatrecht, in G. BAERT, J.M. MAEIJER, J. POLAK, L. SIMONT, M. STORME en W. VAN GERVEN (eds.), Liber Amicorum Jan Ronse, Brussel, Story-Scientia, 1986, (597) 602; C. CAUFFMAN, Opschortingsrechten bij niet-nakoming in J. SMITS en S. STIJNS (eds.), Remedies in het Belgisch en Nederlands contractenrecht, Antwerpen, Intersentia, 2000, (141) A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht, in A. DE BOECK, S. STIJNS, en R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 47, nr. 27 en 28; J. DE WEGGHELEIRE, Rechtmisbruik bij de aanwending van het (conventioneel) retentierecht in het raam van de Wet Continuïteit Ondernemingen, RW , afl. 15, (750) 752, nr I. VEROUGSTRAETE, Het retentierecht in J. BAECK en M. KRUITHOF (eds.), Het nieuwe zekerheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2014, (167) 173, nr Cass. 19 september 1983, RW , J. DE WEGGHELEIRE, Rechtmisbruik bij de aanwending van het (conventioneel) retentierecht in het raam van de Wet Continuïteit Ondernemingen, RW , afl. 15, (750) 752, nr. 3; C. CAUFFMAN, Opschortingsrechten bij niet-nakoming in J. SMITS en S. STIJNS (eds.), Remedies in het Belgisch en Nederlands contractenrecht, Antwerpen, Intersentia, 2000, (141) 164, nr. 42; Cass. 20 november 1987, Arr.Cass , 359; Cass. 18 februari , Arr.Cass. 1988, 790; Cass. 1 februari 1966, Arr. Cass. 1996, Cass. 21 februari 1992, RW ,

21 rechtsmisbruik in de uitoefening van het retentierecht zien we later in het kader van de Wet Continuïteit Ondernemingen. 80 D. Materiële detentie van de zaak 30. Opdat een retentor een zaak (roerend of onroerend) 81 kan terughouden, moet hij het uiteraard eerst in zijn macht hebben. Een retentor moet aldus beschikken over de feitelijke macht van de zaak waarop hij zijn retentierecht wil laten gelden. 82 De macht die de retentor over de zaak moet hebben, kunnen we aanduiden als detentie, houderschap. Het houderschap kan ofwel door de schuldeiser zelf worden uitgeoefend, ofwel door een derde, die de zaak voor zijn rekening houdt. 83 Een bezit in de zin van het houden voor zichzelf wordt niet vereist. LAMINE stelt daarentegen wel dat de retentor de detentie voor zichzelf moet hebben. Volgens hem kan het retentierecht niet worden ingeroepen tegen de persoon voor wiens rekening men de zaak onder zich houdt. Zo kan een werknemer bijvoorbeeld het retentierecht niet aanwenden tegen zijn werkgever. Evenmin kan de vereffenaar van een vennootschap, aldus LAMINE, het retentierecht uitoefenen op het actief dat hij moet verdelen, daar de rechtspersoon de detentie behoudt van de maatschappelijke goederen De feitelijke macht moet op een geoorloofde wijze verkregen worden. De retentor zal dus geen bescherming genieten indien hij de detentie op onrechtmatige wijze (bvb. door bedrog of diefstal) verkrijgt Zie infra, nr Het retentierecht kan uitgeoefend worden op alle roerende lichamelijke zaken, die in de handel zijn. Ook op onroerende goederen kan het mogelijks worden uitgeoefend; op schuldvorderingen echter niet. H. DE PAGE, Traité élémentaire de droit civil Belge, Tombe VI, Brussel, Bruylant, 1942, nr. 778 en nr. 818; L. LAMINE, Het retentierecht, Antwerpen, Kluwer, 1993, 58, nr. 80. Zie voor een voorbeeld m.b.t. schuldvorderingen: Vred. Brugge 18 december 2009, T.App. 2010, 27, waarbij beslist werd dat bij het einde van het mandaat van een syndicus deze zich niet kon beroepen op enig retentierecht op de afzonderlijke rekening op naam van de mede-eigenaars. 82 L. LAMINE, Het retentierecht, Antwerpen, Kluwer, 1993, 60-61, nr. 86; F. T KINT, Sûretés et principes généraux du droit de poursuite des créanciers, Brussel, Larcier, 2004, 96, nr. 174; A. VAN OEVELEN, Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten krachtens de exceptie van niet-uitvoering en het retentierecht in A. DE BOECK, S. STIJNS, R. VAN RANSBEECK (eds.), Schorsing van verbintenissen en overeenkomsten, Brugge, Die Keure, 2010, (15) 45, nr. 25. Voor Frankrijk, zie M. CABRILLAC en C. MOULY, Droit des sûretés, Parijs, Lexis Nexis Litec, 2004, 469, nr M.E. STORME, Actualia zakelijke zekerheden: Retentierecht, rechtstreekse vordering, in CBR Jaarboek , Antwerpen-Apeldoorn, Maklu, 2006, (567) 569. Ook in de Franse rechtsleer wordt het houderschap door een derde voor rekening van aanvaard: «(L emprise matérielle) peut être réalisée corpore alieno, c est-à-dire par l intermédiairement d un prépose ou d un tiers convenu.» M. CABRILLAC en C. MOULY, Droit des sûretés, Parijs, Lexis Nexis Litec, 2004, 469, nr L. LAMINE, Het retentierecht, Antwerpen, Kluwer, 1993, 61, nr E. DIRIX, Retentierecht, in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 13, nr. 10; L. LAMINE, Het retentierecht, Antwerpen, Kluwer, 1993, 61, nr

22 32. De retentor dient aan de goederen die hij terughoudt de nodige zorg te besteden, zoals een zorgvuldige schuldeiser in dezelfde omstandigheden. Een retentor heeft daarbij geen recht op het genot of gebruik van de zaak. Ook de vruchten van de zaak mag hij zich niet toe-eigenen. Het retentierecht strekt zich wel uit tot deze vruchten, maar de retentor mag deze niet aanrekenen op zijn schuldvordering. Vruchten dient hij dus te bewaren ten behoeve van de eigenaar (Stallings)kosten die een retentor in het kader van deze detentie maakt, kunnen hem in principe niet worden vergoed. Reden hiervoor is dat de uitoefening van het retentierecht een eigen beslissing van de retentor is. 87 Wel kan een retentor een vergoeding krijgen voor kosten van instandhouding van de zaak en normaal onderhoud. 88 In Nederland stelt artikel 3:293 NBW dat het retentierecht mede kan worden uitgeoefend voor de kosten die de schuldeiser heeft moeten maken ter zake van de zorg die hij krachtens de wet ten aanzien van de zaak in acht moet nemen. Dit lijkt me zeer billijk, omdat het anders onrechtvaardig is indien een retentor zich genoodzaakt zou zien zijn retentierecht uit handen te geven indien hij met te hoog oplopende kosten te maken krijgt Einde en herleving van het retentierecht 34. De materiële detentie moet bestendig zijn. Verliest de retentor de feitelijke macht op vrijwillige basis, dan eindigt immers zijn retentierecht. Aan het retentierecht is dus géén volgrecht verbonden Indien het bezitsverlies niet vrijwillig is, blijft het retentierecht voortbestaan. Een voorbeeld hiervan is een zaak voor de Rechtbank van Koophandel te Antwerpen 91, dat we later Voor Frankrijk: Cass. fr. 28 februari 1957, Bull.Cic. II, nr. 189; M. CABRILLAC en C. MOULY, Droit des sûretés, Parijs, Lexis Nexis Litec, 2004, 470, nr E. DIRIX, Retentierecht, in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 21, nr Zie voor een toepassing m.b.t. het retentierecht van een bewaargever: Rb. Kortrijk 15 oktober 2009, RW , afl. 41, E. DIRIX, Retentierecht, in Voorrechten en hypotheken. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, afl. 45, 13, nr J.H. NIEUWENHUIS, C.J.J. STOLKER, W.L.VALK, Burgerlijk Wetboek, Tekst en Commentaar, Deventer, Kluwer, 2009, R. DE CORTE en E. DIRIX, Zekerheidsrechten in Beginselen van Belgisch privaatrecht, Mechelen, Kluwer, 2006, 372, nr. 544; W. VAN GERVEN, Verbintenissenrecht, Leuven, Acco, 2006, 213; M.E. STORME, Actualia zakelijke zekerheden: Retentierecht, rechtstreekse vordering, in CBR Jaarboek , Antwerpen-Apeldoorn, Maklu, 2006, (567) 569. Idem in Frankrijk: zie L. AYNES en P. CROCQ, Les sûretés: La publicité foncière, Paris, Defrénois, 2012, 199, nr Kh. Antwerpen, 14 februari 2001, RW , afl. 6, (227)

HET RETENTIERECHT ALS ZEKERHEIDSMECHANISME

HET RETENTIERECHT ALS ZEKERHEIDSMECHANISME HET RETENTIERECHT ALS ZEKERHEIDSMECHANISME Aantal woorden: 53.286 Véronique Van Eessel Studentennummer: 00900571 Promotor: Prof. dr. Joke Baeck Commissaris: Mevr. Sandra Callewaert Masterproef voorgelegd

Nadere informatie

De Nieuwe Pandwet: Het pand, het eigendomsvoorbehoud & het retentierecht

De Nieuwe Pandwet: Het pand, het eigendomsvoorbehoud & het retentierecht De Nieuwe Pandwet: Het pand, het eigendomsvoorbehoud & het retentierecht FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be

Nadere informatie

OP DE GOEDEREN GAAN ZITTEN : (ON)COMFORTABEL OF NIET?.

OP DE GOEDEREN GAAN ZITTEN : (ON)COMFORTABEL OF NIET?. Dirk Noels Advocaat Avocat Attorney Rechtsanwalt Belgisch-Nederlands Colloquium Vlaardingen, 4 april 2019 OP DE GOEDEREN GAAN ZITTEN : (ON)COMFORTABEL OF NIET?. Het conventioneel uitgebreid retentierecht

Nadere informatie

Juridische beschermingsmogelijkheden voor de EDPB in geval van niet of laattijdige betaling van facturen door de aangeslotenen

Juridische beschermingsmogelijkheden voor de EDPB in geval van niet of laattijdige betaling van facturen door de aangeslotenen 3 juni 2010 Juridische beschermingsmogelijkheden voor de EDPB in geval van niet of laattijdige betaling van facturen door de aangeslotenen VRAAGSTELLING De vraag heeft betrekking op de situaties waarbij

Nadere informatie

Het Hof; Er wordt een akte van betekening door geïntimeerde d.d. 6 januari 2000 overgelegd. Het hoger beroep is toelaatbaar.

Het Hof; Er wordt een akte van betekening door geïntimeerde d.d. 6 januari 2000 overgelegd. Het hoger beroep is toelaatbaar. Het Hof; De door de wet vereiste procedurestukken worden overgelegd, waaronder het bestreden op tegenspraak gewezen vonnis van de rechtbank van koophandel te Antwerpen d.d. 22 december 1999, waartegen

Nadere informatie

Het is nadien aan de hoofdaannemer en de onderaannemer zelf om onderling uit te maken aan wie de consigneerde som uiteindelijk zal toekomen.

Het is nadien aan de hoofdaannemer en de onderaannemer zelf om onderling uit te maken aan wie de consigneerde som uiteindelijk zal toekomen. Het nieuwe artikel 1798 lid 3 BW: mogelijkheid voor de bouwheer tot consignatie van de betwiste schuldvordering van de onderaannemer op de hoofdaannemer 1. De uitoefening van de rechtstreekse vordering

Nadere informatie

Geldigheidsvereisten voor elke overeenkomst toegepast op borgtocht

Geldigheidsvereisten voor elke overeenkomst toegepast op borgtocht 67 H o o f d s t u k I Geldigheidsvereisten voor elke overeenkomst toegepast op borgtocht 1. Algemeen Afdeling 1 Toestemming 94. Krachtens artikel 2015 BW wordt borgtocht niet vermoed en moet het uitdrukkelijk

Nadere informatie

Voorrechten. p. 1254 e.v. Wetboek 2. 1. Algemene regels inzake voorrechten

Voorrechten. p. 1254 e.v. Wetboek 2. 1. Algemene regels inzake voorrechten Voorrechten p. 1254 e.v. Wetboek 2 1. Algemene regels inzake voorrechten Begrip: Een voorrecht is een recht dat door de wet wordt verleend aan een SE wegens de bijzondere aarde van zijn SV, waardoor die

Nadere informatie

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer 11 februari 2016 Mr. L.A. (Leonie) Dutmer Overzicht retentierecht van de aannemer Elementen retentierecht Feitelijke macht en kenbaarheid Retentierecht

Nadere informatie

BENOEMDE OVEREENKOMSTEN

BENOEMDE OVEREENKOMSTEN BENOEMDE OVEREENKOMSTEN 1. Koop De koop is een overeenkomst waarbij een partij (de verkoper) zich ertoe verbindt dat de eigendom van een zaak over te dragen aan een andere partij (de koper), die zich op

Nadere informatie

INSOLVENTIEPROCEDURES MET GRENSOVERSCHRIJDENDE ELEMENTEN. DE NIEUWE EUROPESE INSOLVENTIEVERORDENING

INSOLVENTIEPROCEDURES MET GRENSOVERSCHRIJDENDE ELEMENTEN. DE NIEUWE EUROPESE INSOLVENTIEVERORDENING III INHOUD INSOLVENTIEPROCEDURES MET GRENSOVERSCHRIJDENDE ELEMENTEN. DE NIEUWE EUROPESE INSOLVENTIEVERORDENING I. RECHTSGESCHIEDENIS 1 A. De totstandkoming van de eerdere Verordening nr. 1346/2000 1 B.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 SEPTEMBER 2012 C.11.0662.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0662.N PARFIP BENELUX nv, Mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen ARAMEX CARS nv, I. RECHTSPLEGING VOOR HET

Nadere informatie

Het pand. Ovk waarbij een SA aan zijn SE een zaak afgeeft tot zekerheid van een schuld. Art. 2071 B.W.

Het pand. Ovk waarbij een SA aan zijn SE een zaak afgeeft tot zekerheid van een schuld. Art. 2071 B.W. Het pand Toekomstige wetswijziging: Wet Zakelijke Zekerheid RG (p. 1248 in Wetboek 2) Ovk waarbij een SA aan zijn SE een zaak afgeeft tot zekerheid van een schuld. Art. 2071 B.W. Soorten pandrecht: Vuistpand:

Nadere informatie

Zakelijke zekerheden. Joke Baeck Docent Universiteit Gent

Zakelijke zekerheden. Joke Baeck Docent Universiteit Gent Zakelijke zekerheden Joke Baeck Docent Universiteit Gent Contrast Law Seminar Knipperlichten 2015 Vrijdag 9 mei 2014 Hervorming zekerheidsrecht 1. Wet van 11 juli 2013 Datum inwerkingtreding: nog te bepalen

Nadere informatie

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen Artikel 24 Lid 1 Lid 2 Pandrecht Pandrecht Verkoop van verpande goederen Artikel 24 lid 1 Pandrecht Algemeen Het verschil tussen pand en retentie Het pandrecht in de AVC 2002 is nieuw ten opzichte van

Nadere informatie

NIEUWE REGELS voor de RECHTSTREEKSE VORDERING EN HERVORMING van het EIGENDOMSVOORBEHOUD

NIEUWE REGELS voor de RECHTSTREEKSE VORDERING EN HERVORMING van het EIGENDOMSVOORBEHOUD pandrecht NIEUWE REGELS voor de RECHTSTREEKSE VORDERING EN HERVORMING van het EIGENDOMSVOORBEHOUD De regels omtrent de zakelijke zekerheden* zijn lang achterhaald. Door het groot aantal voorrechten werd

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 6 DECEMBER 2012 C.11.0654.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0654.F A. V., advocaat, handelend in de hoedanigheid van curator van het faillissement van de coöperatieve vennootschap met onbeperkte

Nadere informatie

Relevante feiten. Beoordeling. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996

Relevante feiten. Beoordeling. RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN Vonnis van 09 oktober 2002 - Rol nr 00/2654/A - Aanslagjaar 1996 Relevante feiten Als kaderlid van M heeft eerste eiser in 1993 aandelenopties verkregen op aandelen

Nadere informatie

101 TIPS VOOR MIJN DEBITEURENBEHEER

101 TIPS VOOR MIJN DEBITEURENBEHEER 101 TIPS VOOR MIJN DEBITEURENBEHEER I. HOE BEHEER IK MIJN SCHADECLAIM EN SCHULDVORDERING? 1. Quasi-delictuele aansprakelijkheid...4 1.1 Slachtoffer van een ongeval: wat moet ik doen?...5 1.2 Hoe wordt

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2012/4 - De boekhoudkundige verwerking van de inbeslagname in hoofde van de beslagen schuldenaar

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2012/4 - De boekhoudkundige verwerking van de inbeslagname in hoofde van de beslagen schuldenaar COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2012/4 - De boekhoudkundige verwerking van de inbeslagname in hoofde van de beslagen schuldenaar Advies van 11 januari 2012 I. Bewarend beslag A. Algemene

Nadere informatie

Voorrechten en hypotheken van de RSZ

Voorrechten en hypotheken van de RSZ 149 H o o f d s t u k V I Voorrechten en hypotheken van de RSZ 256. De vraag rijst wat er gebeurt indien de RSZ geconfronteerd wordt met een werkgever-schuldenaar in financiële moeilijkheden en riskeert

Nadere informatie

101 PRAKTISCHE TIPS VOOR MIJN INCASSO

101 PRAKTISCHE TIPS VOOR MIJN INCASSO 101 PRAKTISCHE TIPS VOOR MIJN INCASSO I. HOE BEHEER IK MIJN SCHADECLAIM EN SCHULVORDERING? 1. Quasi-delictuele aansprakelijkheid...4 1.1 Slachtoffer van een ongeval: Wat moet ik doen?...5 1.2 Hoe wordt

Nadere informatie

DE SCHORSING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST EN HET RECHT OP ARBEID

DE SCHORSING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST EN HET RECHT OP ARBEID DE SCHORSING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST EN HET RECHT OP ARBEID KIM VAN DEN LANGENBERGH intersentia Antwerpen - Oxford INHOUD VOORWOORD DANKWOORD TEN GELEIDE v vii ix DEEL 1. CIVIELE MECHANISMEN VAN TIJDELIJKE

Nadere informatie

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN C.O.B.A. 4 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN Aanbeveling betreffende strafbedingen Brussel, 21 oktober 1997 1 Gelet op de artikelen 35, par. 3, lid 2, en 36 van de wet van 14 juli 1991 betreffende

Nadere informatie

TITEL 1. ALGEMENE BEPALINGEN

TITEL 1. ALGEMENE BEPALINGEN INHOUD SAMENVATTING.................................................... v INHOUD........................................................... vii INLEIDING.........................................................

Nadere informatie

Arbitragecommissie. Advies over de sancties bepaald in artikel 5 van de wet

Arbitragecommissie. Advies over de sancties bepaald in artikel 5 van de wet Advies nr. 2011/08 van 4 oktober 2011 Arbitragecommissie Wet van 19 december 2005 betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten. Advies over de sancties bepaald

Nadere informatie

EXPERT IN BEDRIJFSMANAGEMENT

EXPERT IN BEDRIJFSMANAGEMENT CD-Rom EXPERT IN BEDRIJFSMANAGEMENT Uit de inhoud 101 PRAKTISCHE TIPS VOOR MIJN DEBITEURENMANAGEMENT 1) Hoe beheer ik mijn schadeclaim en schuldvordering? 1. Quasi-delictuele aansprakelijkheid... 1.1 Slachtoffer

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN

COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN C.O.B. 11 COMMISSIE VOOR ONRECHTMATIGE BEDINGEN ADVIES OVER HET WETSVOORSTEL Nr. 51/0122 TOT WIJZIGING VAN HET BURGERLIJK WETBOEK, WAT DE INTERESTEN EN SCHADEBEDINGEN BIJ CONTRACTUELE WANUITVOERING BETREFT

Nadere informatie

Rederijfaillissementen. Benoit Goemans GOEMANS, DE SCHEEMAECKER ADVOCATEN

Rederijfaillissementen. Benoit Goemans GOEMANS, DE SCHEEMAECKER ADVOCATEN Rederijfaillissementen Benoit Goemans De gevolgen van de insolventie van rederijen voor de - scheepsfinanciers - andere schuldeisers - ladingbelanghebbenden - containerverhuurders Benoît Goemans Rederij

Nadere informatie

HOOFDELIJKHEID IN DE GEMEENTELIJKE BELASTINGREGLEMENTEN

HOOFDELIJKHEID IN DE GEMEENTELIJKE BELASTINGREGLEMENTEN HOOFDELIJKHEID IN DE GEMEENTELIJKE BELASTINGREGLEMENTEN Op grond van de gemeentelijke e autonomie mogen de gemeenten bepalen wie de belastingen die zij invoeren, moet betalen. Om de inning van deze belastingen

Nadere informatie

II. DE TOTSTANDKOMING VAN OBLIGATOIRE OVEREENKOMSTEN / 11

II. DE TOTSTANDKOMING VAN OBLIGATOIRE OVEREENKOMSTEN / 11 INHOUD I. VERMOGENSRECHTEN / 1 1.1. Inleiding / 1 1.1.1 Goed, zaak, registergoed / 1 1.2. Eigendom en vorderingsrecht / 2 1.2.1 Absolute en relatieve rechten / 2 1.2.2 Zakelijke en persoonlijke rechten

Nadere informatie

De aansprakelijkheid voor gebreken van de verkoper: een overzicht van diverse regimes

De aansprakelijkheid voor gebreken van de verkoper: een overzicht van diverse regimes De aansprakelijkheid voor gebreken van de verkoper: een overzicht van diverse regimes Masterproef van de opleiding Master in de rechten Academiejaar 2012-2013 Julie De Prest Promotor: Prof. dr. M. Dambre

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Faillissement, Faillissementsakkoord en gerechtelijk akkoord - Gevolgen (personen, goederen, verbintenissen) - Verbintenissen - Schuldvordering - Aangifte Gevolg -

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2012/4 - De boekhoudkundige verwerking van de inbeslagname in hoofde van de beslagen schuldenaar

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2012/4 - De boekhoudkundige verwerking van de inbeslagname in hoofde van de beslagen schuldenaar COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2012/4 - De boekhoudkundige verwerking van de inbeslagname in hoofde van de beslagen schuldenaar Inleiding Advies van 11 januari 2012 1. Luidens de artikelen

Nadere informatie

Concubinaat. De buitenhuwelijkse tweerelatie. Patrick Senaeve (ed.) Acco Leuven / Amersfoort

Concubinaat. De buitenhuwelijkse tweerelatie. Patrick Senaeve (ed.) Acco Leuven / Amersfoort Concubinaat De buitenhuwelijkse tweerelatie Patrick Senaeve (ed.) Met bijdragen van: Eric Dirix Jacques Herbots Walter Pintens Jan Roodhooft Patrick Senaeve Acco Leuven / Amersfoort INHOUD Patrick Senaeve

Nadere informatie

Inhoudstafel INHOUDSTAFEL... 5 LIJST VAN TABELLEN... 9 LIJST VAN PRAKTISCHE VOORBEELDEN... 11 I. INLEIDING... 13

Inhoudstafel INHOUDSTAFEL... 5 LIJST VAN TABELLEN... 9 LIJST VAN PRAKTISCHE VOORBEELDEN... 11 I. INLEIDING... 13 Inhoudstafel INHOUDSTAFEL... 5 LIJST VAN TABELLEN... 9 LIJST VAN PRAKTISCHE VOORBEELDEN... 11 I. INLEIDING... 13 II. HET OBJECTIEVE RECHT... 17 A. HET OBJECTIEVE EN SUBJECTIEVE RECHT... 17 1. Het objectieve

Nadere informatie

Auteurs. Philippe Colle Bart Van Den Brande. Onderwerp. Dit is een uittreksel uit het boek:

Auteurs. Philippe Colle Bart Van Den Brande. Onderwerp. Dit is een uittreksel uit het boek: Auteurs Philippe Colle Bart Van Den Brande Onderwerp Dit is een uittreksel uit het boek: Titel: De koop/la vente Jaar: 2003 Auteurs: L. Barnich, Ph. Colle, H. Cousy, P. A. Foriers, A.. Puttemans, B. Tilleman,

Nadere informatie

EURO BOOKS ONLINE - Digitaal bladeren in juridische uitgaven. Uitgave 2013. C.I.P. Koninklijke Bibliotheek Albert I NUR 820 I.S.B.N.

EURO BOOKS ONLINE - Digitaal bladeren in juridische uitgaven. Uitgave 2013. C.I.P. Koninklijke Bibliotheek Albert I NUR 820 I.S.B.N. EURO BOOKS ONLINE - Digitaal bladeren in juridische uitgaven Uitgave 2013 C.I.P. Koninklijke Bibliotheek Albert I NUR 820 I.S.B.N. 2013 by Euro Books Uitgegeven door Euro Trans Lloyd Kaleshoek 8 8340 Damme

Nadere informatie

Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving:

Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving: Hoofdstuk I: Inzake de toepasselijke wetgeving: Afdeling I: De oorspronkelijke wet van 5 juli 1998 en de diverse wetswijzigingen: Bij wet van 5 juli 1998 2 werd een titel IV toegevoegd aan het Gerechtelijk

Nadere informatie

Advies nr. 2017/16 van 22 februari Arbitragecommissie

Advies nr. 2017/16 van 22 februari Arbitragecommissie Advies nr. 2017/16 van 22 februari 2017 Arbitragecommissie Titel 2 van boek X van het Wetboek van economisch recht betreffende de precontractuele informatie bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten

Nadere informatie

Misbruik van exoneratiebedingen in het Belgische recht. Een rechtsvergelijkend perspectief met de Draft Common Frame of Reference

Misbruik van exoneratiebedingen in het Belgische recht. Een rechtsvergelijkend perspectief met de Draft Common Frame of Reference Misbruik van exoneratiebedingen in het Belgische recht. Een rechtsvergelijkend perspectief met de Draft Common Frame of Reference Neil Simons Onder wetenschappelijke begeleiding van Prof. Dr. Ilse Samoy

Nadere informatie

Betreft: rioleringsproblematiek in diverse straten in Oostmalle verjaring van rechten?

Betreft: rioleringsproblematiek in diverse straten in Oostmalle verjaring van rechten? Aan het college van burgemeetser en schepenen Antwerpsesteenweg 246 2930 Malle Antwerpen, 16 decmeber 2010 Betreft: rioleringsproblematiek in diverse straten in Oostmalle verjaring van rechten? Na onderzoek

Nadere informatie

ONTWERP VAN WET TOT WIJZIGING VAN HET BURGERLIJK WETBOEK

ONTWERP VAN WET TOT WIJZIGING VAN HET BURGERLIJK WETBOEK Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2012-2013 ONTWERP VAN WET TOT WIJZIGING VAN HET BURGERLIJK WETBOEK WAT DE ZAKELIJKE ZEKERHEDEN OP ROERENDE GOEDEREN BETREFT Zijn gevolgen voor

Nadere informatie

Rolnummer 4322. Arrest nr. 129/2008 van 1 september 2008 A R R E S T

Rolnummer 4322. Arrest nr. 129/2008 van 1 september 2008 A R R E S T Rolnummer 4322 Arrest nr. 129/2008 van 1 september 2008 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 26 en 100 van de faillissementswet van 8 augustus 1997, zoals gewijzigd bij

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL. Inhoudstafel

INHOUDSTAFEL. Inhoudstafel Inhoudstafel INHOUDSTAFEL... 5 LIJST VAN TABELLEN... 9 LIJST VAN PRAKTISCHE VOORBEELDEN... 10 I. INLEIDING... 11 II. HET OBJECTIEVE RECHT...15 A. HET OBJECTIEVE EN SUBJECTIEVE RECHT... 15 1. Het objectieve

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 29 FEBRUARI 2008 C.06.0303.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.06.0303.F 1. IBENS, naamloze vennootschap, 2. ANTWERPSE BOUWWERKEN, naamloze vennootschap, Mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 13 JANUARI 2017 C.15.0417.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.15.0417.N N.P., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Bruno Maes, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000 Brussel, Bergstraat

Nadere informatie

Aanloop tot wetswijziging

Aanloop tot wetswijziging De nieuwe Opstalwet FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Inleiding Wet van 10 januari 1824 over het recht

Nadere informatie

E. De gerechtelijke ontbinding. Wet 21 maart 1804 B.W. (uittreksel art. 1184) Wet 21 maart 1804 Burgerlijk Wetboek (B.S., 3 september 1807)

E. De gerechtelijke ontbinding. Wet 21 maart 1804 B.W. (uittreksel art. 1184) Wet 21 maart 1804 Burgerlijk Wetboek (B.S., 3 september 1807) E. De gerechtelijke ontbinding Wet 21 maart 1804 B.W. (uittreksel art. 1184)...................................... 27 Wet 21 maart 1804 Burgerlijk Wetboek (B.S., 3 september 1807) (Uittreksel) BOEK III

Nadere informatie

2. Soorten en verband

2. Soorten en verband Bij dit alles moet de rechter de rechten van verdediging eerbiedigen. Dit betekent dat hij, wanneer hij de rechtsgrond wenst te wijzigen en aan te passen, de debatten dient te heropenen om partijen toe

Nadere informatie

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem De vaststellingsovereenkomst Prof. mr dr Edwin van Wechem Wat is een vaststellingsovereenkomst? Artikel 7:900 BW Bij een vaststellingsovereenkomst binden partijen, ter beëindiging of ter voorkoming van

Nadere informatie

Executie van het retentierecht

Executie van het retentierecht Executie van het retentierecht mr. Jacob Henriquez mr. Teije van Dijk AKD Aangeboden door WEKAbouw Kennisbank Contracteren in de bouw www.weka-bouw.nl @2011 Weka Uitgeverij B.V. - 1 - Inleiding Het retentierecht

Nadere informatie

INHOUD. Property Law Series... v Woord vooraf... vii Dankwoord... ix

INHOUD. Property Law Series... v Woord vooraf... vii Dankwoord... ix INHOUD Property Law Series.................................................... v Woord vooraf......................................................... vii Dankwoord..........................................................

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 30 september 2005 C.04.0513.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.04.0513.F.- GB RETAIL ASSOCIATES, naamloze vennootschap, Mr. Ludovic De Gryse, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen G. J.-M.,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JANUARI 2015 P.14.1276.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1276.N E R H C, beklaagde, eiser, tegen C V D C, burgerlijke partij, verweerder. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 MAART 2015 F.14.0141.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. F.14.0141.N BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kabinet te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt

Nadere informatie

Inhoud Definitie Eigensoortige en gemengde overeenkomsten 19

Inhoud Definitie Eigensoortige en gemengde overeenkomsten 19 Woord vooraf 13 Inleiding 15 1. Belang van het algemeen verbintenissenrecht 15 2. Benoemde en onbenoemde overeenkomsten 15 2.1 Omschrijving 15 2.2 Benoemde overeenkomsten in het Burgerlijk Wetboek 16 2.3

Nadere informatie

De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014)

De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014) De contractuele uitsluiting en beperking van de tienjarige aansprakelijkheid van de architect (Cass. 5 september 2014) FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( )

Voorstel van decreet. van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij. 367 ( ) Nr. 1 9 februari 2010 ( ) stuk ingediend op 367 (2009-2010) Nr. 1 9 februari 2010 (2009-2010) Voorstel van decreet van de heren Sven Gatz, Dirk Van Mechelen, Marino Keulen en Sas van Rouveroij houdende wijziging van artikel 159

Nadere informatie

UITVOEREN VAN WERKEN IN BELGIE Aandachtspunten bij de aannemingsovereenkomst

UITVOEREN VAN WERKEN IN BELGIE Aandachtspunten bij de aannemingsovereenkomst UITVOEREN VAN WERKEN IN BELGIE Aandachtspunten bij de aannemingsovereenkomst NKVK 13 oktober 2015 Lore Derdeyn Overzicht 1. Bewijs van de aannemingsovereenkomst 2. Belangrijke clausules van de aannemingsovereenkomst

Nadere informatie

Middag van het Recht: Nieuw Verbintenissenrecht. Prof. dr. Britt Weyts Hoogleraar Universiteit Antwerpen Advocaat

Middag van het Recht: Nieuw Verbintenissenrecht. Prof. dr. Britt Weyts Hoogleraar Universiteit Antwerpen Advocaat Middag van het Recht: Nieuw Verbintenissenrecht Prof. dr. Britt Weyts Hoogleraar Universiteit Antwerpen Advocaat 1 Enkele vaststellingen 1. Je schrijft niet elk jaar een nieuw BW 2. Streven naar balans

Nadere informatie

NIET-TEGENSTELBAARHEID IN HET PRIVAATRECHT

NIET-TEGENSTELBAARHEID IN HET PRIVAATRECHT NIET-TEGENSTELBAARHEID IN HET PRIVAATRECHT Aantal woorden: 49.531 Brent Imschoot Studentennummer: 01205350 Promotor: Prof. Dr. Joke Baeck Commissaris: Maja Reynebeau Masterproef voorgelegd voor het behalen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 DECEMBER 2009 C.08.0499.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0499.F HANCIAUX, nv, Mr. Jacqueline Oosterbosch, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen C. R., I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Faillissement - Faillissementsakkoord en gerechtelijk akkoord Begrip Vereisten van het faillissement Datum 6 maart 2003 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van

Nadere informatie

Rechtspraak. Grondwettelijk Hof 28 november 2007 :

Rechtspraak. Grondwettelijk Hof 28 november 2007 : Rechtspraak Grondwettelijk Hof 28 november 2007 : Voorzitter: de h. Melchior Rapporteurs: de hh. Martens en Lavrysen Advocaten: mrs. Poncelet loco Tordeur en Tasset 1. Grondwet Gelijkheid en niet-discriminatie

Nadere informatie

BESCHERMING VAN SCHULDEISERS

BESCHERMING VAN SCHULDEISERS BESCHERMING VAN SCHULDEISERS 1. Verhaalsrecht = recht van de SE om de goederen waarop het zekerheidsrecht ligt, ten gelde te maken en met de opbrengst de schuldvordering te voldoen - wijze: via uitvoerend

Nadere informatie

Workshop Insolventierecht FR&R. Deel 2: Tijdens faillissement

Workshop Insolventierecht FR&R. Deel 2: Tijdens faillissement Workshop Insolventierecht FR&R Deel 2: Tijdens faillissement Rolf Verhoeven / Johan Jol 3 september 2009 Onderwerpen Mogelijke procedures en hun gevolgen Spelers en hun bevoegdheden Verhaalsmogelijkheden

Nadere informatie

DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement. Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem,

DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement. Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem, 8 FEBRUARI 2001 C.98.0470.N/1 C.98.0470.N DE IDEALE WONING, coöperatieve vennootschap, arrondissement Antwerpen, met maatschappelijke zetel te 2600 Berchem, Diksmuidelaan 276, ingeschreven in het handelsregister

Nadere informatie

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling. Masterproef Overeenkomsten van schuldvergelijking of netting.

FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling. Masterproef Overeenkomsten van schuldvergelijking of netting. 2012 2013 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten: rechtsbedeling Masterproef Overeenkomsten van schuldvergelijking of netting Promotor : Prof. dr. Matthias STORME De transnationale Universiteit Limburg

Nadere informatie

HOOFDSTUK I: DE LEER VAN DE INDELING VAN DE GOEDEREN 00

HOOFDSTUK I: DE LEER VAN DE INDELING VAN DE GOEDEREN 00 VII Inhoudsopgave VOORWOORD 00 INLEIDING 00 HOOFDSTUK I: DE LEER VAN DE INDELING VAN DE GOEDEREN 00 Afdeling 1 Roerende en onroerende goederen 00 1/ Belang van deze indeling 00 2/ Onroerende goederen 00

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 JUNI 2009 C.08.0475.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0475.N TRADIPLAN BOUWBEDRIJF, naamloze vennootschap, met zetel te 2880 Bornem, Lodderstraat 14, eiseres, vertegenwoordigd door mr.

Nadere informatie

HET NIEUWE PANDRECHT: VERGELIJKING MET DE HYPOTHEEK

HET NIEUWE PANDRECHT: VERGELIJKING MET DE HYPOTHEEK HET NIEUWE PANDRECHT: VERGELIJKING MET DE HYPOTHEEK Aantal woorden: 37871 Thijs Geerinckx Studentennummer: 01202889 Promotor: Prof. Dr. Joke Baeck Copromotor: Sandra Callewaert Masterproef voorgelegd voor

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 OKTOBER 2009 C.08.0200.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0200.F FORTIS INSURANCE BELGIUM, Mr. Antoine De Bruyn, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen P. D. I. RECHTSPLEGING VOOR HET

Nadere informatie

Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten.

Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten. Korte handleiding bijeenkomst 8. Bijzondere overdrachten. Situaties: 1. Overdracht onder voorwaarde 2. Overdracht onder eigendomsvoorbehoud 3. Overdracht toekomstige goederen 4. Overdracht onder tijdsbepaling

Nadere informatie

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST 1) Omschrijving van de arbeidsovereenkomst Artikel 3 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 3 MEI 2012 C.11.0340.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0340.N H D M, als curator van het faillissement van Ryckaert-Neyt bvba, eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij

Nadere informatie

Ontslag wegens dringende reden

Ontslag wegens dringende reden Ontslag wegens dringende reden C. ENGELS -Kluwer a Wolters Kluwer business Inhoud V 1- Begrip I 1.1. Wettelijke definitie 1 1.2. Ontleding van de definitie I 1.2.1. Vereisten 1 1.2.2. Eerste vereiste:

Nadere informatie

Arbitragecommissie. Advies over de brouwerijcontracten

Arbitragecommissie. Advies over de brouwerijcontracten Advies nr. 2014/15 van 12 september 2014 Arbitragecommissie Titel 2 van boek X van het Wetboek van economisch recht betreffende de precontractuele informatie in het kader van commerciële samenwerkingsovereenkomsten.

Nadere informatie

Auteur. Elfri De Neve. www.elfri.be. Onderwerp. Anatocisme. Copyright and disclaimer

Auteur. Elfri De Neve. www.elfri.be. Onderwerp. Anatocisme. Copyright and disclaimer Auteur Elfri De Neve www.elfri.be Onderwerp Anatocisme Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen kan zijn aan rechten van intellectuele eigendom,

Nadere informatie

De overeenkomst in het insolventierecht

De overeenkomst in het insolventierecht RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN De overeenkomst in het insolventierecht Proefschrift ter verkrijging van het doctoraat in de Rechtsgeleerdheid aan de Rijksuniversiteit Groningen op gezag van de Rector Magnificus,

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2012/8 De boekhoudkundige verwerking van de inbreng in eigendom in een Belgische burgerlijke maatschap die niet de rechtsvorm heeft aangenomen van een handelsvennootschap

Nadere informatie

Rechtsmisbruik (muurarrest)

Rechtsmisbruik (muurarrest) Rechtsmisbruik (muurarrest) 1. INSTRUCTIES... 2 2. HET CASSATIEARREST... 2 A. DE FEITEN... 2 B. BESLUIT VAN DE FEITENRECHTER... 2 C. MIDDELEN IN CASSATIE... 2 D. HET BESLUIT VAN CASSATIE... 2 3. DE NOOT

Nadere informatie

Hoofdstuk 21. Verbintenis en rechtshandhaving Inleiding

Hoofdstuk 21. Verbintenis en rechtshandhaving Inleiding Hoofdstuk 21 Verbintenis en rechtshandhaving 21.1 Inleiding In hoofdstuk 5 was het verschil tussen absolute en relatieve rechten aan de orde. Absolute rechten zijn rechten die tegenover iedereen werken.

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten

Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten Zakenrecht en zakelijke zekerheidsrechten INLEIDING...1 HET ZAKENRECHT GESITUEERD BINNEN HET VERMOGENSRECHT...1 HET BELANG VAN HET ZAKENRECHT...2 BEGRIPPEN ZAAK GOED VERMOGEN...3 HOOFDSTUK 1: DE LEER VAN

Nadere informatie

Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15

Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15 Voorwoord 13 Hoofdstuk I. Algemene inleiding 15 Afdeling 1. Het privaatrecht, wat is dat? 15 1. Objectief recht vs. subjectief recht 15 I. Algemeen 15 II. Objectieve benadering het objectief recht 15 III.

Nadere informatie

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed.

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed. Korte handleiding bijeenkomst 5. Overdracht van goederen. 3:83 en volgende BW Definitie overdracht: rechtsovergang van het ene rechtssubject naar het andere op basis van een een levering. Overdracht is

Nadere informatie

Akkoord over prijs en zaak voldoende voor verkoop Of toch niet?

Akkoord over prijs en zaak voldoende voor verkoop Of toch niet? Akkoord over prijs en zaak voldoende voor verkoop Of toch niet? FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 34 A 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Consensualisme

Nadere informatie

1. Hypothese 1: Auto nog niet geleverd aan de koper

1. Hypothese 1: Auto nog niet geleverd aan de koper ALTERNATIEVE ZEKERHEIDSMECHANISMEN Persoonlijke zekerheden geven de schuldeiser een extra schuldenaar. De klassieke zakelijke zekerheden geven een recht van voorrang op de opbrengst van een goed waarop

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL BOEK II. ZAKENRECHT... 1 TITEL I ZAKEN IN HET ALGEMEEN... 3. Inleiding... 3

INHOUDSTAFEL BOEK II. ZAKENRECHT... 1 TITEL I ZAKEN IN HET ALGEMEEN... 3. Inleiding... 3 INHOUDSTAFEL BOEK II. ZAKENRECHT.... 1 TITEL I ZAKEN IN HET ALGEMEEN.... 3 Inleiding.... 3 Hoofdstuk I. Onderscheid der goederen.... 4 Afdeling I. Belangrijkste indelingen.... 4 Afdeling II. Roerende en

Nadere informatie

Masterproef Studie naar Belgisch recht en rechtsvergelijkend van contractuele bedingen die met het oog op mogelijke insolventie bedongen worden

Masterproef Studie naar Belgisch recht en rechtsvergelijkend van contractuele bedingen die met het oog op mogelijke insolventie bedongen worden 2013 2014 FACULTEIT RECHTEN master in de rechten Masterproef Studie naar Belgisch recht en rechtsvergelijkend van contractuele bedingen die met het oog op mogelijke insolventie bedongen worden Promotor

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken

INHOUDSOPGAVE. Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken nr. INHOUDSOPGAVE Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken Hoofdstuk 1 Inleiding /1 1. Introductie / 1 2. Hoofdregels verhaal; gehele vermogen van de schuldenaar en gelijkheid van schuldeisers

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 13. Noordhoff Uitgevers bv

Inhoud. Inleiding 13. Noordhoff Uitgevers bv Inhoud Inleiding 13 1 Enige grondbeginselen 15 1.1 Rechtsregels 16 1.1.1 Publiekrecht en privaatrecht 16 1.1.2 Dwingend en aanvullend (regelend) recht 17 1.1.3 Materieel en formeel recht 18 1.1.4 Objectief

Nadere informatie

3.1 Goederenrecht. Kay Horsch 18 januari 2011

3.1 Goederenrecht. Kay Horsch 18 januari 2011 3.1 Kay Horsch 18 januari 2011 Taak 1 Verbintenissenrecht 1. Absoluut (!!!) 2. Exclusief 3. Zaaksgevolg (Droit de Suite) 4. Prioriteit 5. Separatisme Boek 3, Titel 1, Afdeling 1 Bijvoorbeeld Goederen :

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 SEPTEMBER 2014 C.13.0453.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0453.N CRELAN nv, met zetel te 1070 Anderlecht, Sylvain Dupuislaan 251, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat

Nadere informatie

KNIPPERLICHTEN 2012. Handelsrecht. Hans Van Gompel Van Gompel Renette Advocaten

KNIPPERLICHTEN 2012. Handelsrecht. Hans Van Gompel Van Gompel Renette Advocaten KNIPPERLICHTEN 2012 Handelsrecht Hans Van Gompel Van Gompel Renette Advocaten Herkenrodesingel 4 bus 1 B-3500 Hasselt T. +32(0)11 288 999 F. +32(0)11 288 990 info@vangompelrenette.be www.vangompelrenette.be

Nadere informatie

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST

ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST 1e blad. rep.nr. ARBEIDSHOF TE BRUSSEL ARREST BUITENGEWONE OPENBARE TERECHTZITTING VAN 18 MAART 2011 7e KAMER SOCIALE ZEKERHEIDSRECHT WERKNEMERS - bijdragen werkgevers tegensprekelijk definitief in de

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 10 MEI 2019 C.18.0564.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.18.0564.N KBC BANK nv, met zetel te 1080 Sint-Jans-Molenbeek, Havenlaan 2, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat

Nadere informatie

Verschijnend in persoon, bijgestaan door mr.. te

Verschijnend in persoon, bijgestaan door mr.. te A.R. INZAKE: De Heer bedrijfsrevisor, wonende te Eiser; Verschijnend in persoon, bijgestaan door mr.. te, advocaat TEGEN: De, met maatschappelijke zetel te, en mgeschreven volgens conclusie in het handelsregister

Nadere informatie

ARREST van 20 oktober 1997 in de zaak A 96/ ARRET du 20 octobre 1997 dans l affaire A 96/

ARREST van 20 oktober 1997 in de zaak A 96/ ARRET du 20 octobre 1997 dans l affaire A 96/ BENELUX-GERECHTSHOF COUR DE JUSTICE BENELUX A 96/3/10 ARREST van 20 oktober 1997 in de zaak A 96/3 ------------------------- Inzake : COTRABEL BVBA tegen LAUTE DIRK Procestaal : Nederlands En cause : ARRET

Nadere informatie