EXAMEN CLUBLEIDER A (CLA)

Transcriptie

1 EXAMEN CLUBLEIDER A (CLA) U hebt voor het examen 2 uur de tijd uur uur De opgaven 1 t/m 18 gaan over organisatie en rekenen. De opgaven 19 t/m 30 gaan over de spelregels. Opgave 1-16 Opgave Opgave éénpuntsvragen. tweepuntsvragen. tweepuntsvragen. Om te slagen dient u minimaal 26 punten te behalen. Op het antwoordformulier dient u op het voorblad uw naam, uw postcode, huisnummer en NBB nummer te vermelden. Wij verzoeken u dit met zorg en duidelijk leesbaar te doen. Veel succes. 10 september 2016

2 Organisatie- en Rekengedeelte: Wij adviseren om voor het beantwoorden van de opgaven van dit gedeelte niet meer dan één uur van de totaal beschikbare twee uur te gebruiken. Stel uw rekenmachine in op minimaal 4 decimalen en rond pas later af. Voorbeeld: 1:7 = en dan zelf verder afronden. MP dienen te worden afgerond op 1 decimaal. Uitslagen van parenwedstrijden (percentages) dienen gegeven te worden op 2 decimalen nauwkeurig. Vergeet niet uw antwoorden op het antwoordformulier over te nemen. Opgave 1 Tijdens een wedstrijd is op bord 27 niet aangegeven wie de gever is, noch hoe het zit met de kwetsbaarheid. Geef aan wie de gever is en hoe de kwetsbaarheid is op dit bord. De opgaven 2 t/m 13 gaan over de A-lijn van Bridgeclub Edelweiss. Er worden 28 spellen gespeeld door 14 paren volgens onderstaand schema. Tafel 1 Tafel 2 Tafel 3 Tafel 4 Tafel 5 Tafel 6 Tafel 7 Ronde 1 1-2:A 3-4:B 5-6:C 7-8:D 9-10:E 11-12:F 13-14:G Ronde :B 1-14:C 3-2:D 5-4:E 7-6:F 9-8:G 11-10:A Ronde :C 13-10:D 1-12:E 3-14:F 5-2:G 7-4:A 9-6:B Ronde 4 4-9:D 6-11:E 8-13:F 10-1:G 12-3:A 14-5:B 2-7:C Ronde :E 9-2:F 11-4:G 13-6:A 1-8:B 3-10:C 5-12:D Ronde :F 7-12:G 9-14:A 11-2:B 13-4:C 1-6:D 3-8:E Ronde 7 6-3:G 8-5:A 10-7:B 12-9:C 14-11:D 2-13:E 4-1:F Opgave 2 Hoe hoog is de top op een spel? Opgave 3 Hoeveel MP kan een paar maximaal verdienen tijdens deze zitting? Opgave 4 Hoeveel MP worden er uitgereikt tijdens de hele zitting? Opgave 5 In één ronde scoort het noord-zuid paar 33 MP. Hoeveel MP behaalt dan het oost-west paar in die ronde als er verder niets bijzonders gebeurt? Opgave 6 Aan één tafel wordt op één spel aan beide paren 60% gegeven. Dit heeft consequenties voor het aantal MP dat wordt uitgedeeld op dit spel. Reken het totaal aantal MP op deze tafel uit. CLA examen 10 september 2016 Pagina 2 van 11

3 Tafel 1 Tafel 2 Tafel 3 Tafel 4 Tafel 5 Tafel 6 Tafel 7 Ronde 1 1-2:A 3-4:B 5-6:C 7-8:D 9-10:E 11-12:F 13-14:G Ronde :B 1-14:C 3-2:D 5-4:E 7-6:F 9-8:G 11-10:A Ronde :C 13-10:D 1-12:E 3-14:F 5-2:G 7-4:A 9-6:B Ronde 4 4-9:D 6-11:E 8-13:F 10-1:G 12-3:A 14-5:B 2-7:C Ronde :E 9-2:F 11-4:G 13-6:A 1-8:B 3-10:C 5-12:D Ronde :F 7-12:G 9-14:A 11-2:B 13-4:C 1-6:D 3-8:E Ronde 7 6-3:G 8-5:A 10-7:B 12-9:C 14-11:D 2-13:E 4-1:F Opgave 7 In de derde ronde wordt aan tafel 6 abusievelijk spel 28 gespeeld. De score, die nu behaald is op dit spel, wordt gehandhaafd. Wat zijn de consequenties voor paar 11 en 12? Opgave 8 Het bovenstaande schema wordt een draaiend schema genoemd. Dit betekent dat zowel de noord-zuid paren, als de oost-west paren, als de spellen elke ronde via eenzelfde beweging veranderen. Geef voor ieder van deze drie groepen aan welke beweging dit in bovenstaand schema is. Opgave 9 Welke paren spelen de spellen 9-12 in ronde 6? Opgave 10 Maak een gidsbriefje voor paar 4. Nederlandse Bridge Bond Gidsbriefje Paar 4 ronde tafel NZ/ OW tegen stander spellen CLA examen 10 september 2016 Pagina 3 van 11

4 Tafel 1 Tafel 2 Tafel 3 Tafel 4 Tafel 5 Tafel 6 Tafel 7 Ronde 1 1-2:A 3-4:B 5-6:C 7-8:D 9-10:E 11-12:F 13-14:G Ronde :B 1-14:C 3-2:D 5-4:E 7-6:F 9-8:G 11-10:A Ronde :C 13-10:D 1-12:E 3-14:F 5-2:G 7-4:A 9-6:B Ronde 4 4-9:D 6-11:E 8-13:F 10-1:G 12-3:A 14-5:B 2-7:C Ronde :E 9-2:F 11-4:G 13-6:A 1-8:B 3-10:C 5-12:D Ronde :F 7-12:G 9-14:A 11-2:B 13-4:C 1-6:D 3-8:E Ronde 7 6-3:G 8-5:A 10-7:B 12-9:C 14-11:D 2-13:E 4-1:F Opgave 11 In ronde 4 heeft op spel 10 noord 14 kaarten en zuid 12. Welke paren spelen dit spel nu? Welke paren hebben dit spel in de ronde hiervoor gespeeld? Opgave 12 Paar 11 scoort op deze avond 135 MP. Reken het percentage uit dat dit paar op deze avond heeft gescoord. Opgave 13 Met welke paren wordt paar 3 vergeleken op spel 5? Opgave 14 Op de club Gentiaan spelen de leden altijd 24 spellen op een avond. In de A-lijn spelen 16 paren. Paar 12 behaalt 200 MP. Hoeveel procent heeft dit paar op deze avond behaald? Opgave 15 Op diezelfde clubavond behaalt een paar 75%. Hoeveel MP is dit? Opgave 16 Paar 10 moet door omstandigheden vroeger naar huis en speelt daardoor 4 spellen minder. Paar 10 haalt deze avond 180 MP. Reken het percentage van die avond voor dit paar uit. CLA examen 10 september 2016 Pagina 4 van 11

5 Opgave 17 Reken de scorekaart van spel 2 uit. U mag ervan uitgaan dat de scorekaart correct is ingevuld. Vergeet niet de MP op het antwoordvel te noteren. Datum: Groep: Spelnr. Paar nr. Contract Resul taat Score 2 NZ OW NZ OW MP 1 2 (2) C (1) (12) (7) 3 C (8) C (13) (4) (5) SA (14) C (11) (10) D (3) (6) (9) -90 CLA examen 10 september 2016 Pagina 5 van 11

6 Opgave 18 Noteer de scores op onderstaand spel 3. U hoeft niet de MP uit te rekenen. Vergeet niet uw antwoorden over te nemen op het antwoordvel. Datum: Groep: Spelnr. Paar nr. Contract Resultaat Score 3 NZ OW NZ OW MP 1 3 D C RD D C SA D RD Einde onderdeel Rekenen en Organisatie. CLA examen 10 september 2016 Pagina 6 van 11

7 Spelregelgedeelte Er is slechts één goed antwoord per vraag mogelijk. Elk goed antwoord levert 2 punten op. Op het antwoordformulier moet u het juiste antwoord omcirkelen. Opgave 19 Op spel 1 (noord gever) speelt noord 3SA. De leider zegt tegen de dummy, die als laatste bij moet spelen in slag 6, pak hem maar. De hoogste kaart die in die slag tot nu toe is gespeeld, is 8. De dummy heeft AV106. Welke kaart moet de dummy spelen? A. 10 B. V C. A Opgave 20 Op spel 2 (oost gever) wordt oost leider in 4. Zuid moet uitkomen, maar op het moment dat zuid de uitkomst gedekt op tafel legt, speelt noord 8 voor. De wedstrijdleider wordt geroepen. Na de uitleg van de wedstrijdleider besluit oost de uitkomst te accepteren en zelf leider te blijven. Wat betekent dit voor het verdere verloop van het spel? A. De leider speelt nu bij, daarna wordt de dummy open op tafel gelegd. B. De dummy wordt open op tafel gelegd, daarna speelt de leider zijn kaart. Als zuid aan slag komt mag hij eenmaal geen harten voorspelen. C. De dummy wordt open op tafel gelegd, daarna speelt de leider zijn kaart. Er zijn geen voorspeelbeperkingen. Opgave 21 Zuid is leider in 4. Nadat hij de troeven heeft getrokken, wil hij zijn zijkleur (harten) ontwikkelen. Hij troeft echter een slag in met 7, terwijl hij nog 4 in zijn hand heeft. Hij ontdekt dit zelf, voordat hij voorspeelt in de volgende slag. De wedstrijdleider wordt geroepen. Wat beslist deze over 7 en 4? A. 4 moet alsnog worden gespeeld en 7 gaat zonder straf terug in de hand. B. 4 moet alsnog worden gespeeld en 7 wordt een kleine strafkaart. C. 4 moet alsnog worden gespeeld en 7 wordt een grote strafkaart. CLA examen 10 september 2016 Pagina 7 van 11

8 Opgave 22 Op spel 4 (west gever) heeft oost in handen: 108 AB A8 Het bieden gaat: West Noord Oost Zuid pas 1 1 WL Zuid roept, nadat oost 1 heeft geboden, de wedstrijdleider. Deze past de juiste artikelen toe. Zuid accepteert het 1 bod niet, waarna oost zijn bod vervangt door pas. Precies één van de onderstaande beweringen is juist. Welke? A. Er zijn geen beperkingen voor west in het bieden. B. West moet gedurende de rest van het biedverloop verder passen. C. West moet éénmaal passen bij zijn eerstvolgende beurt om te bieden. Opgave 23 Op spel 8 (west gever) begint het bieden met 1SA door noord. West Noord Oost Zuid? 1SA WL Oost roept de wedstrijdleider en geeft aan het 1SA bod voor de beurt van noord niet te accepteren. De wedstrijdleider vertelt dat de bieding teruggaat naar west. West opent 1. Noord besluit daarna 1SA te bieden. Wat voor consequenties heeft dit voor zuid? A. Zuid moet éénmaal passen bij zijn eerstvolgende beurt om te bieden. B. Zuid moet gedurende de rest van het biedverloop verder passen. C. Er zijn geen beperkingen voor zuid in het bieden. CLA examen 10 september 2016 Pagina 8 van 11

9 Opgave 24 Op spel 12 (west gever) gaat het bieden als volgt: West Noord Oost Zuid pas 1 pas 3 3 WL Noord roept de wedstrijdleider. Deze handelt de arbitrage correct af. Noord accepteert het 3 bod niet. (3 is een natuurlijke bieding). West besluit nu te passen en noord biedt 4, waarna iedereen past. West Noord Oost Zuid pas 1 pas 3 pas 4 pas pas pas Oost moet uitkomen. Zijn er voorspeelbeperkingen van kracht? A. Er zijn geen voorspeelbeperkingen. B. Noord mag oost verbieden/gebieden met klaveren uit te komen. Dit geldt alleen voor de uitkomst. C. Noord mag oost verbieden/gebieden met klaveren uit te komen. Een eventueel verbod geldt zolang oost aan slag blijft. Opgave 25 Noord is leider in een ruitencontract. West komt in slag zes met A aan slag. Als alle spelers de kaart dicht hebben liggen moet west niezen en hij legt daarbij zijn overige kaarten op een stapeltje op tafel. Helaas doet hij dit met de beeldzijde naar boven en V ligt nu zichtbaar bovenop. West was niet van plan V voor te spelen. De wedstrijdleider wordt geroepen. West heeft verder nog in handen. 108 B74-2 Precies één van de onderstaande beweringen is juist. Welke? A. West moet in deze slag wel harten spelen, maar dat hoeft niet V te zijn. B. West mag elke kaart spelen die hij wil, maar als hij harten wil spelen, dan moet hij V spelen. C. West moet nu V spelen. CLA examen 10 september 2016 Pagina 9 van 11

10 Opgave 26 Tegen een SA contract (zuid leider) komt west uit met een singleton ruiten. Na afloop wordt hem gevraagd waarom hij dit heeft gedaan. Welk van de onderstaande antwoorden houdt een overtreding in? A. Omdat mijn partner het 2 bod (Jacoby) van noord heeft gedoubleerd. B. Omdat mijn partner nadrukkelijk heeft gevraagd wat het 2 bod van noord betekende. C. Omdat de kaart uit mijn hand open op tafel viel, ben ik er maar mee gestart. Opgave 27 Zuid is leider in 3SA. Hij neemt slag zeven in de dummy met V. Dan liggen er in de dummy nog deze zes kaarten: 9 87 A6 4 Bij het voorspelen in de volgende slag, zegt de leider tegen de dummy, speel maar klaveren 8. Welke kaart heeft de leider nu laten spelen? A. 8 B. Nog geen, hij mag elke kaart uit de dummy spelen. C. Nog geen, hij moet kiezen of hij in deze slag 4 of 8 voorspeelt. Opgave 28 Zuid is de vermoedelijke leider. Oost vraagt of hij moet uitkomen en ietwat afwezig zegt noord daarop ja. Oost legt 5 op tafel. Nu zegt west: ho, ho, ik moet uitkomen. De wedstrijdleider komt en deze beslist: A. De leider moet deze uitkomst nu accepteren. B. Oost mag kiezen. Of hij neemt 5 terug en zijn maat komt uit of hij handhaaft zijn uitkomst. C. Oost neemt 5 terug en zijn maat komt uit. CLA examen 10 september 2016 Pagina 10 van 11

11 Opgave 29 Op spel 16 (west gever) gaat het bieden: West Noord Oost Zuid 1 SA pas 2 A WL! Zuid biedt 2 (Landy, belooft harten en schoppen) voor de beurt. West accepteert dit niet en de bieding gaat terug naar oost. Deze biedt 3SA, wat het eindcontract wordt. Precies één van de onderstaande beweringen is juist. Welke? A. West mag noord verbieden of gebieden met harten of schoppen uit te komen. B. West mag noord verbieden met harten en met schoppen uit te komen. C. West mag noord verbieden of gebieden met klaveren of harten of schoppen uit te komen. Opgave 30 Op onderstaand spel is zuid leider geworden in 4. West komt uit met H. Zuid neemt de slag met A in dummy, oost 8 en de leider 6. De leider trekt de troeven in drie ronden, west bekent de eerste ronde en speelt in de tweede en derde ronde troef respectievelijk 8 en 2 bij. De leider speelt dan H voor, die west neemt met A, noord 4 en oost 5. West speelt daarna schoppen terug voor de H van oost, noord 7 en zuid 6. Oost probeert nu ook nog A mee te nemen, de leider troeft echter af en speelt vervolgens alle ruiten. In de dummy wordt de laatste schoppen weggegooid op de vierde ruitenslag en in de laatste slag troeft de leider 4 af in de dummy. Hij maakt nu 11 slagen. Oost constateert dat de leider heeft verzaakt toen hij A voorspeelde. De wedstrijdleider wordt erbij gehaald. Deze constateert de voldongen verzaking. Hoeveel slagen moeten NZ overdragen? A. 0 B. 1 C A832 HV107 B97 V AB4 N W Z 64 AHB72 HVB109 6 O AHV CLA examen 10 september 2016 Pagina 11 van 11