Smartline. Opbouw en inbouw uitvoering. Installatie/gebruiksaanwijzing. Soort: INSTALLATIE GEBRUIKSAANWIJZING Aantal bladen: 16 Versie: V1.

Transcriptie

1 SunDisc Solar Systems BV Smartline Opbouw en inbouw uitvoering Installatie/gebruiksaanwijzing Omschrijving : Smartline, thermostaat voor zwembadverwarming. Opbouw uitvoering, klemmen onder. Doc.nr.: Soort: ISTALLATIE GEBRUIKSAAWIZIG Aantal bladen: 16 Versie: V1.15 Bestand: Do Smartline v1.15 L.wpd Software: MC585 SunDisc Versie: V3.00 Door: BB Datum: VDH Products BV Roden Holland Paraaf: Kast: Doc'06

2 Inhoudsopgave Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 2 van Technische specificaties Functionele specificaties Werking Installatie Bediening Bedieningselementen Aan/uitzetten van de regelaar Bekijken en/of veranderen ingestelde setpoint (maximale bassintemperatuur) Werking van de pomp sturing Bekijken temperaturen Bekijken besparing Programmeren interne instellingen Werkings principe Voeler kalibratie Alarmeringen Aanzicht Maatgegevens Aansluitschema...14 Bij de samenstelling van dit document is met de meeste zorg te werk gegaan en de informatie hierin wordt geacht betrouwbaar te zijn. VDH Products BV aanvaardt echter geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele fouten of vergissingen en behoudt zich het recht voor dit document zonder kennisgeving aan te passen of te wijzigen.

3 Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 3 van Technische specificaties Algemeen Type s : Smartline (MC 585) Opbouwuitvoering Inbouwuitvoering Huis : Grijs kunststof Plaatstaal inbouw paneel Aansluitingen : Klemmen onder Klemmen achter Materiaal : Polystyrol 45h KG 2 natur BASF Plaatstaal zilvergrijs gespoten Afmetingen : 213 x 180 x 85mm (bhd) 217 x 155 x 85 mm (bhd) Front : Polycarbonaat Bereik : 0/+100EC per 0,1EC Voeding : 230 Vac; 50/60 Hz (10/+5%). Opgenomen vermogen : 9 VA (Elektronica dus exclusief pomp vermogen) Interne zekering : Glaszekering 5x20mm, 315mAT (traag) t.b.v. elektronica (excl.pomp) Werktemperatuur : 20/+50EC Opslag temperatuur : 20/+60EC Werk RH : 10/+90 % RH niet condenserend auwkeurigheid : ± 0,5 % van het bereik Front Display : 4cijferig digitaal display t.b.v. temperatuur aanduiding Led's : = LED pomp actief = LED pompmode automatisch = LED pompmode handmatig = LED voedingsspanning aanwezig indicatie, knipperend indien externe sper actief Toetsen : = Aan/uit toets = Pompmode toets = Setpoint toets = Up toets = Down toets = Mode toets In en uitgangen Voelers (Sensor) : T1 Bassinvoeler (SM 8111) Op klem A1(br), G1(wi) en afscherming op aarde T2 Collectorvoeler (SM 8112) Op klem A2(br), G2(wi) en afscherming op aarde Contact input Remote Display : Laagwaterbeveiliging of extern sper contact (potentiaal vrij ingangscontact) Op klem I1 en GD : RS485etwerk, 4aderig afgeschermde kabel min. 0,5mm 2, max. lengte 1KM. Op klem I3 (+12V), GD (0V), A (LineA) en B (LineB) Voeding (Supply) : 230Vac 50/60Hz Op klem L, en PE, (2x uitgevoerd) SunDisc Pomp : Pomp 230Vac max. 1,5KW Op klem O RY5(L) en

4 Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 4 van 16 en PE op voedingsklemmen

5 Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 5 van Functionele specificaties 2.1 Werking De Smartline is een complete SunDisc pompregelaar voor het verwarmen van zwembaden door middel van zonnewarmte. De regelaar meet de temperatuur van het zwembad en van de collector. Zodra de temperatuur van de collector geschikt is om het zwembad te verwarmen, zal de pomp gaan draaien. Als de pomp op basis van temperatuurverschil (deltat) ingeschakeld wordt, dan zal de pomp altijd minimaal 3 minuten ingeschakeld blijven. De regelaar kijkt, vanaf het tijdstip van voedingsspanning aansluiten, na elke 24 uur of de pomp in de afgelopen 24 uur ingeschakeld is geweest. Is dat niet het geval dan wordt de pomp ingeschakeld om te voorkomen dat het water in de leidingen te lang stil staat. De tijdsduur van het doorspoelen is instelbaar met parameter P50. De regelaar berekend hoeveel energie er bespaard wordt door het gebruik van zonnewarmte voor het verwarmen van het zwembad. Deze besparing is uit te lezen door middel van 2 tellerstanden. 1 teller is door de gebruiker te resetten, de andere is alleen door een installateur te resetten. Als één van de temperatuursensoren defect is, wordt ook dit door middel van een foutcode in het display getoond. Optioneel kan er op de regelaar een laagwaterbeveiliging, een extern spercontact en/of een externe temperatuuruitlezing worden aangesloten. De laagwaterbeveiliging voorkomt dat de pomp gaat draaien als het waterniveau in het zwembad te laag is. Als de laagwaterbeveiliging actief is, wordt dit door middel van een foutcode in het display gemeld. Met het extern spercontact kan het draaien van de pomp ook worden geblokkeerd. Daarbij zijn verschillende instelmogelijkheden (zie parameters P34 en P35). Als een externe sper actief is, wordt dat weergegeven met een knipperende LED voedingsspanning. Op de externe temperatuur uitlezing (de SunDisc Remote) is de temperatuur van het zwembadwater af te lezen, en is te zien of de pomp ingeschakeld is.

6 Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 6 van Installatie. Op het aansluitschema van de Smartline staat vermeld hoe de voeding, de sensoren, de pomp, de laagwaterbeveiliging, en het externe display aangesloten moeten worden. Zorg ervoor dat de regelaar spanningsloos gemaakt kan worden door de regelaar van een werkschakelaar te voorzien, of door de regelaar aan te sluiten door middel van een stekkerwandcontactdooscombinatie. Gebruik het liefst aderhulzen op de niet gesoldeerde kabel uiteinden. Denk hierbij aan de juiste draaddiameters. Afscherming van kabels dienen aan één kant aan de PE (=aarde) gelegd te worden! Voor de voelers en het netwerk is dit de aardbout in het klemmendeksel. En voor de pomp en de voeding is dit klemmen PE van de voeding. De voeding dient voldoende te zijn af gezekerd voor pomp en regelaar. Als de afscherming aan twee kanten aan de aarde gelegd wordt, kunnen er grote stromen gaan lopen die veel schade kunnen veroorzaken. Als de afscherming toch aan twee kanten aan aarde gelegd wordt, dient er een compensatiedraad tussen deze twee aardpunten te worden gelegd met een minimale draaddiameter van 4mm 2. Leg voeler en netwerkkabels nooit in dezelfde kabelgoten als sterkstroomkabels! Dit veroorzaak storingen en de regelaar kan uiteindelijk beschadigd worden. Voor een juiste berekening van de energiebesparing dient na de installatie het aantal collectoren ingevoerd te worden onder parameter P33 (standaard ingesteld op 1 collector). Indien met een debietmeter het debiet per collector gecontroleerd wordt, kan deze waarde ingevoerd worden onder parameter P40 (standaard staat deze ingesteld op 750 L/uur per collector).

7 3. Bediening Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 7 van 16 Zolang de regelaar van voedingsspanning is voorzien brandt de LED naast de O/OFFtoets. adat de regelaar is aangezet wordt na enkele seconden de gemeten temperatuur van het zwembad (Sensor1) of van de collector (Sensor2) in het display weergegeven. Dit is afhankelijk van de instelling van parameter P Bedieningselementen. De Smartline is door middel van een 6tal druktoetsen op het front te bedienen: O/OFF POMP SETP. UP DOW MODE aan / uit zetten van de regelaar. Pompmode keuze toets bekijken / veranderen van ingestelde waarde. verhogen van ingestelde waarde of uitlezen collector temperatuur (indien P32=0 default) of uitlezen bassin temperatuur (indien P32=1). verlagen van de ingestelde waarde of uitlezen delta (verschil) temperatuur. mode toets om de gasbesparing te bekijken. 3.2 Aan/uitzetten van de regelaar. Door de O/OFF toets in te drukken wordt de regelaar aan c.q. uitgezet. 3.3 Bekijken en/of veranderen ingestelde setpoint (maximale bassintemperatuur). Door op de SETP. toets te drukken wordt het ingestelde setpoint (ingestelde maximale bassin temperatuur) zichtbaar. Tevens gaat de led 'set' knipperen. Laat de SETP. toets los. Door nu op de SETP. toets te drukken tegelijk met de UP of DOW toetsen kan het setpoint veranderd worden. Enkele seconden na het loslaten van de SETP. toets verdwijnt het setpoint en wordt de gemeten waarde weer zichtbaar. Het setpoint staat standaard op 32 O C en is standaard instelbaar van 0 O C tot 32 O C. Dit instelbereik kan door de installateur worden aangepast via de interne parameters. 3.4 Werking van de pomp sturing. Met de POMP toets kan de pompmode worden ingesteld. De volgende modes zijn mogelijk: pomp handmatig UIT. Hierbij knippert de LED. De pomp is continu uitgeschakeld. pomp handmatig AA. Hierbij brandt de LED. De pomp is continu ingeschakeld. pomp in automatische mode. Hierbij brandt de LED. De pomp wordt ingeschakeld als er een positief rendement is, of tijdens het periodiek doorspoelen. De ingestelde pompmode wordt opgeslagen. a spanningsuitval start de regelaar dus altijd in de laatst gekozen pompmode. a het inschakelen van de regelaar via de O/OFF toets start de regelaar in de handmatig UIT mode.

8 Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 8 van Bekijken temperaturen. Zonnecollector temperatuur bekijken indien parameter 32 = 0 (default): ormaal de temperatuur van het bassin in het display weergegeven. Door op de UP toets te drukken wordt de gemeten collector temperatuur ca. 1 minuut lang in het display getoond. Bassin temperatuur bekijken indien parameter 32 = 1: In dit geval (P32=1) wordt de temperatuur van de collector standaard in het display weergegeven en kan de bassintemperatuur worden bekeken door op de UP toets te drukken. Delta temperatuur: Druk op de DOW toets om de verschiltemperatuur (collector temp bassin temp) ca. 1 minuut lang in het display te laten verschijnen. Wanneer een toets wordt ingedrukt gaat het display direct weer terug naar zijn normale mode. 3.6 Bekijken besparing. Door op de MODE toets te drukken kan men bekijken hoeveel energie er is bespaard door het zwembad te verwarmen met zonnecollectoren. De uitlezing van de besparingstellers kan in m3 (gas) of kwh (electriciteit) worden weergegeven, keuze hiervan gebeurt door middel van parameter P41. In het display wordt de tellerstand weergegeven in 2 delen. Afwisselend worden de duizendtallen en de eenheden van de tellerstand weergegeven, met respectievelijk de letters t (thousands) en u (units) voor de weergegeven delen. De besparingsteller kan weer terug op nul gezet worden door tijdens het bekijken van de besparingsteller op de MODE toets te drukken en deze vast te houden totdat de tellerstanduitlezingen ( t en u ) beide op 0 springen. Indien tijdens het bekijken van de besparingteller op de SETP. toets wordt gedrukt, wordt de totale (cumulatieve) besparingsteller weergegeven. De laatste decimale punt brandt hierbij. Deze teller alleen te resetten door de installateur. Wanneer er 20 seconden geen toets wordt aangeraakt dan gaat de regelaar weer terug naar de normale uitlezing.

9 Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 9 van Programmeren interne instellingen aast het instellen van het setpoint zijn er een aantal interne instellingen mogelijk zoals de differenties, voeleroffsets, setpointbereik en pomp instellingen. Deze interne parameters mogen door SunDisc of de SunDisc dealer gewijzigd worden om een goede werking van het systeem te kunnen garanderen. Slechts enkele zijn door de gebruiker te wijzigen. PARA METER BESCHRIVIG PARAMETER BEREIK EEHEID G D S DEFAULT WAARDE Offset temperatuurvoeler 1 (Bassin) Offset temperatuurvoeler 2 (Collector) Alarmvertraging E2, bij meetwaarde onder 0 C C C uren Delta temperatuur instelling verwarmen Differentie instelling verwarmen C C Minimum instelbaar setpoint Maximum instelbaar setpoint C C Uitlezing op hele graden (0=nee, 1=ja) Functie digitale contact ingang 0 = extern sper contact (zie P34 en P35) 1 = laagwater detector (open contact bij laagwater detectie) Displaymode: 0 = bassintemperatuur 1 = collectortemperatuur Aantal collectoren aanwezig Type extern sper contact #) 0 = geen sper functie 1 = open contact bij sper 2 = gesloten contact bij sper Werking externe sper #): 0 = pomp volledig gesperd 1 = verwarmen in automatische mode en periodiek doorspoelen beide gesperd, hand mode wel mogelijk 2 = alleen verwarmen in automatische mode gesperd, periodiek doorspoelen en hand mode wel mogelijk Liter per uur per collector Eenheid energiebesparingstellers: 0 = m3 (gas) 1 = kwh (elektriciteit) l/u Tijdsduur doorspoelen minuten password 1(installateur) etwerknummer Log interval minuten Software versie * Serie nummer * Productie datum * jaar/ week

10 Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 10 van 16 G = Gebruiker, D = Dealer (Installateur), S = SunDisc medewerker, = niet bevoegd uit te lezen en/of te wijzigen, =wel bevoegd uit te lezen en/of te wijzigen *) = Alleen uitlezen, kan niet veranderd worden. #) = Alleen in te stellen op de regelaar zelf.

11 Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 11 van 16 Door de DOW toets langer dan 10 seconden in te drukken, kan men in het 'interne programmering menu' komen. Als men meer wilt zien als alleen de gebruikersparameters moet eerst de toegangscode worden ingegeven. Dit kan door op de POMP toets te drukken. Op de positie die kan worden gewijzigd verschijnt een cijfer, de overige posities bevatten een streepje. Voer door midden van de UP en DOW toetsen het gewenste cijfer in. adat op de SETP. toets is gedrukt kan het volgende cijfer worden ingevoerd. Wanneer alle cijfers goed zijn ingevoerd wordt het parameter menu beschikbaar. Eenmaal goed ingevoerd blijft de code tot vijf minuten nadat de parameters zijn verlaten actief. Eenmaal in het parametermenu, gaan in het linker display de drie horizontale segmenten knipperen en daarachter verschijnt een parameter nummer. Via de UP en DOW toetsen kan nu de gewenste parameter worden gekozen (zie tabel voor de parameters). Wanneer de gewenste parameter gekozen is, kan door op de SETP. toets te drukken de waarde van de parameter worden uitgelezen. Om de waarde te wijzigen moet de SETP. toets tegelijk met de UP en/of DOW toets worden ingedrukt. Als na 20 seconden geen toets is ingedrukt, zal de Smartline weer naar de normale uitlezing terugspringen. 5. Werkings principe

12 6. Voeler kalibratie Smartline Klant : SunDisc Solar Systems BV Pagina : 12 van 16 De temperatuurvoelers voor bassin en collector zijn af fabriek gekalibreerd en de afwijking is aangegeven middels een label op elke individuele temperatuur voeler. Voor ingebruikname dienen de beide voeler afwijkingen alleen te worden ingesteld op de regelaar door de Dealer indien dit niet al door SunDisc gedaan is; De offset voor de bassin voeler (T1) moet gecorrigeerd worden onder parameter 01. De offset voor de collector voeler (T2) moet gecorrigeerd worden onder parameter 02. Als op het label, van bijvoorbeeld de bassin temperatuurvoeler, aangegeven is de waarde 0,9 dan betekend dit dat deze temperatuurvoeler 0,9 graden Celsius te weinig aangeeft ten opzichte van de ijktemperatuur van 22,0 graden Celsius. De waarde die dan onder parameter 01 ingevoerd moet worden is 0,9 (positief). Als de waarde op het label +2,0 is dan moet een waarde van 2,0 ingevoerd worden onder de desbetreffende parameter. Voorbeeld: Indien een temperatuursensor vervangen moet worden door een nieuwe sensor dan dient de Dealer of SunDisc medewerker de op de nieuwe sensor aangegeven afwijking (b.v. 0.5 C) als negatieve waarde ((0,5 C))=+0,5 C in de bijbehorende offset temperatuurvoeler parameter (02 voor de collector en 01 voor de bassin voeler) in te voeren, ongeacht de waarde die er stond..b. 90% van de voelerkalibraties wordt door SunDisc gedaan. Alleen als Dealers regelingen op voorraad hebben en een andere kabel lengte door SunDisc verzonden wordt, moeten zij zelf de kalibratie doen. 7. Alarmeringen Foutmeldingen. In het display van de Smartline kunnen de volgende foutmeldingen verschijnen: Code Alarm Actie E1 E2 E3 Bassintemperatuur sensor defect Collector temperatuur sensor defect of langer dan param. 03 uur lager dan 0 C Waterniveau te laag om de pomp te laten draaien De pomp wordt uitgeschakeld bij pompmode automatisch, handmatig bedienen van de pomp is nog wel mogelijk. De pomp wordt uitgeschakeld bij pompmode automatisch, handmatig bedienen van de pomp is nog wel mogelijk. De pomp wordt uitgeschakeld. Als de pomp wel zou moeten draaien volgens de regeling, maar dit niet kan vanwege een te laag waterniveau, dan knippert de POMP AA led Oplossing E2: Oplossing voor E1 en/of E2: Alarmvertraging duur P03 in interne parameter menu aanpassen. Controleer of desbetreffende voeler goed is aangesloten. Controleer desbetreffende voeler (1000Ω/25 C). Vervang desbetreffende voeler. Reset alarm: M.b.v de SETP. toets kan het alarm gereset worden.