Het onderzoeksverslag

Transcriptie

1 Het onderzoeksverslag Rian Aarts & Kitty Leuverink

2 Onderzoeksverslag (zie ook handboek blz. 306) Titel en Titelpagina Voorwoord Inhoudsopgave Samenvatting Inleiding (ook wel: Aanleiding) Probleemstelling (ook wel: Theoretisch kader) Aanpak (ook wel: Methode) Resultaten Conclusie(s) Discussie Literatuurlijst Bijlagen

3 Omslag Omslag van het verslag bevat: titel met eventueel een ondertitel de naam / namen van de auteur(s) Formuleer de titel: pakkend (maak iemand nieuwsgierig naar de inhoud van het verslag) concreet (maak duidelijk wat de lezer kan verwachten) niet in de vorm van je onderzoeksvraag

4 Titelpagina De titelpagina bevat algemene gegevens die nodig zijn voor de documentatie van het onderzoeksverslag: titel ondertitel naam / namen van de auteur(s) naam van organisatie (school) (indien mogelijk) plaats en datum naam / namen van begeleiders

5 Inhoudsopgave De inhoudsopgave geeft een kort overzicht van de inhoud van het onderzoeksverslag: namen en nummers van hoofdstukken en paragrafen namen van de overige onderdelen van het verslag (maar niet van het omslag, de titelpagina, de samenvatting en de inhoudsopgave zelf) voorwoord, literatuurlijst en bijlagen hebben geen hoofdstuknummers de nummers van de pagina s waar de onderdelen beginnen Een inhoudsopgave wordt overzichtelijk door het gebruik van witregels en het laten inspringen van de verschillende niveaus van nummering.

6 Samenvatting 1. Welk belang heeft de lezer bij de tekst? 2. Hoe is de tekst opgebouwd? 3. Wat staat er in de tekst? 4. Wat zijn de resultaten, aanbevelingen of conclusies?

7 Voorwoord Achtergronden Persoonlijke ervaringen Dankwoord

8 Aanleiding / Inleiding Maak de lezer nieuwsgierig een anekdote, een treffend voorbeeld, herkenbare situatieschets, spectaculaire cijfers Geef aan hoe de tekst is opgebouwd Geef een probleemstelling Wie heeft er met het praktijkprobleem te kampen? Wanneer treedt het probleem op? Waarom is het een probleem? Waar doet het probleem zich voor? Hoe is het probleem ontstaan?

9 Probleemstelling Literatuuronderzoek Beschrijving van gegevens die relevant zijn voor het omschreven praktijkprobleem. Vermeld bronnen! APA-stijl. Literatuuronderzoek mondt uit in het onderzoeksdoel en de onderzoeksvragen.

10 Aanpak (Methode) In de aanpak beschrijf je hoe je tot een antwoord op de geformuleerde onderzoeksvragen bent komen. 1. Proefpersonen (respondenten) Wie heb je bevraagd / geïnterviewd / geobserveerd / etc.? 2. Onderzoeksinstrument Waarmee heb je de respondenten bevraagd / geïnterviewd / geobserveerd / etc.? Hoe is het instrument opgebouwd? Verantwoording van de keuzes. 3. Procedure Op welke manier ben je te werk gegaan (plaats, tijd, afspraken met respondent, etc.) 4. Analyse van de gegevens Hoe heb je de gegevens geanalyseerd?

11 Resultaten Presentatie van gegevens: ruwe data (geen interpretaties, conclusies!) Maak gebruik van visuele weergaves (tabellen, grafieken)

12 Conclusie(s) (en Aanbevelingen) Interpretatie van resultaten. Herhaal onderzoeksvragen en beantwoord deze aan de hand van de uitkomsten. Leid conclusie af uit het voorafgaande. Maak de conclusie zelfstandig leesbaar.

13 Discussie Reflectie op de resultaten en daaruit getrokken conclusie(s). Ga na of je conclusies niet voor meer dan één uitleg vatbaar is. Evalueer de gekozen methode. Geef opties voor vervolgonderzoek aan.

14 Geraadpleegde literatuur Vermeld bronnen! APA-stijl Alle gebruikte bronnen worden zowel in de tekst als in de literatuurlijst vermeld. Wat in de tekst vermeld staat, moet worden opgenomen in de literatuurlijst en vice versa.

15 Afrondende onderdelen Registers (indien van toepassing) Lijsten van figuren Aanduiding vaktermen Bijlagen Alleen bijlagen opnemen die voor lezers relevant zijn.

16 Tip bij formuleren Samenvatting: tegenwoordige tijd en verleden tijd Inleiding: tegenwoordige tijd Literatuur: tegenwoordige tijd en verleden tijd Methode: verleden tijd Resultaten: verleden tijd Conclusie: verleden tijd Discussie: tegenwoordige tijd