Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie"

Transcriptie

1 Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie 2013

2

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding 6 2 Sociale werkbedrijven in meerjarenperspectief Wsw'ers bij gewone werkgevers Financiële ontwikkeling bij sociale werkbedrijven 9 3 Personen Wsw-medewerkers Overige doelgroepen Professionals 16 4 Wachtlijst Stand op de wachtlijst Ontwikkeling op de wachtlijst 19 5 Instroom en uitstroom Wsw In- en uitstroom in Wsw-dienstverband Ziekteverzuim 21 6 Financiën Opbrengsten Kosten Resultaat 28 7 Het sociale werkbedrijf nader toegelicht Het bedrijfsresultaat van een gemidddeld sociaal werkbedrijf Verschillen per sociaal werkbedrijf Het bedrijfsresultaat ontleed Samenvattend 37 Bijlage 1: Schematische indeling van de werkladder Wsw 38 Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie

4 Voorwoord Job Cohen Voorzitter Cedris Ook dit jaar zijn sociale werkbedrijven erin geslaagd meer mensen aan de slag te krijgen bij gewone werkgevers: Wsw ers werken nu bij een gewone werkgever. Ondanks de crisis. Ondanks terughoudende werkgevers. Ondanks dat sociale werkbedrijven mensen met meer beperkingen moesten plaatsen (degenen die meer in huis hebben, werken al bij gewone werkgevers). Deze prestatie maakt zichtbaar dat sociale werkbedrijven de arbeidsmarktregio s veel te bieden hebben bij het realiseren van de baanafspraken en de uitvoering van de Participatiewet. Werkgeverscontacten, begeleiding en advies, meedenken over werkprocessen en kosten en organisatie van groepsdetacheringen: sociale werkbedrijven hebben er ruime ervaring in. Die expertise is van groot belang als je werkgevers wilt laten zien wat ze te winnen hebben bij de inzet van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Want een goede match maakt dwang in de vorm van een quotum overbodig. Dan ziet een werkgever niet meer een werknemer met een vlekje, maar gewoon Daniëlle, Dennis of Dirk die precies díe bijdrage levert, waar de organisatie behoefte aan heeft. Tegelijk maken de cijfers ook zichtbaar, dat een forse groep mensen aangewezen blijft op beschut werk. Soms tijdelijk, soms helaas voor altijd. Nieuw beschut werk blijft dus ook in de toekomst van groot belang. Door bezuinigingen, maar vooral uit onzekerheid, aarzelen gemeenten om te investeren in nieuw beschut werk voor de zwakste groep. Dat is doodzonde. Echt, zinvol werk is ook van grote betekenis voor mensen die niet bij gewone werkgevers kunnen werken. Bovendien is het voor veel mensen een noodzakelijke tussenstap op weg naar werk bij een gewone werkgever. Zonder beschut werk snijd je voor hen de route af naar een baan bij een gewone werkgever. Voor gemeenten betekent het dat zij jarenlang een uitkering moeten betalen, maar voor mensen betekent het dat ze geen enkel perspectief meer hebben op een betaalde baan. Dat zouden we moeten voorkomen, vanuit menselijk perspectief èn uit financieel oogpunt. 4 Financieel ziet de situatie van sociale werkbedrijven er iets beter uit dan de afgelopen jaren. Er is echter nog steeds een tekort van 103 miljoen als gevolg van eerdere bezuinigingen van het Rijk en de crisis. Toch hebben SW-bedrijven hun financiële resultaat met 64 miljoen weten te verbeteren. Een forse prestatie, zeker

5 in dit economisch klimaat. Sociale werkbedrijven kunnen hun kosten ook maar beperkt beïnvloeden omdat de loonkosten voor de Wsw ers een vast gegeven zijn. Ik vind het goed dat sociale werkbedrijven de afgelopen jaren allemaal met een stofkam door de organisatie zijn gegaan om hun bedrijfsresultaten te verbeteren. Met de bezuinigingen van de Participatiewet in het verschiet, is dat ook bittere noodzaak. In de cijfers valt overigens op dat de bedrijven met de beste bedrijfsresultaten hogere opbrengsten, maar óók hogere kosten hebben. Alleen afknijpen loont dus niet: we zullen ook moeten blijven investeren in doortastende marketeers, ervaren bedrijfskundigen en stevige jobcoaches. Met de komst van de Participatiewet zullen we ze hard nodig hebben! 5

6 1 Inleiding De 92 leden van Cedris zijn sociale werkbedrijven (SW-bedrijven) die mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt begeleiden naar werk. Bij voorkeur gebeurt dat bij een gewone werkgever. Voor wie daar echt op is aangewezen, is er de mogelijkheid te werken op een beschutte werkplek. Sociale werkbedrijven richten zich op een brede groep van mensen die (nog) niet zelf in staat zijn het minimumloon te verdienen, bijvoorbeeld vanwege een beperking of omdat ze al jarenlang niet meer gewend zijn te werken. Het zijn mensen die straks onder de nieuwe Participatiewet vallen. Het gaat om de huidige Wsw-medewerkers en een groep van naar schatting mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Cedris vindt het belangrijk dat er een goed beeld bestaat van wat de sector doet voor de verschillende doelgroepen, welke middelen daarvoor worden ingezet en wat de financiële en sociale resultaten zijn. Daarom laat Cedris ieder jaar onderzoek doen naar de resultaten van de branche. Dit is de achtste keer dat Cedris dit onderzoek presenteert. De opzet van het onderzoek en de rapportage is vrijwel gelijk aan de opzet van De deelname aan het onderzoek is onverminderd hoog gebleven: 84 deelnemers. Als rekening wordt gehouden met de grootte en financiële omvang van de bedrijven gaat het om 91 procent van de sector. Met zo n hoog dekkingspercentage is sprake van een vrijwel volledig landelijke dekking. 6

7 2 Sociale werkbedrijven in meerjarenperspectief In dit hoofdstuk laten we de lange termijnontwikkeling van sociale werkbedrijven zien op twee hoofdthema s. In de eerste plaats wordt de beweging van binnen naar buiten geschetst. Sociale werkbedrijven streven ernaar mensen zoveel mogelijk te plaatsen bij gewone werkgevers. Een tweede thema dat wordt belicht is de financiële positie van de sociale werkbedrijven. Nu de branchecijfers voor de achtste keer zijn opgevraagd is de meerjarenontwikkeling op beide thema s goed zichtbaar te maken Wsw ers bij gewone werkgevers Sociale werkbedrijven zijn gespecialiseerd in het aan de slag helpen van mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Aan de ene kant bieden sociale werkbedrijven werk aan in een beschutte omgeving voor mensen die daar echt op aangewezen zijn. Maar de tendens van de afgelopen jaren is dat mensen steeds meer bij gewone werkgevers aan de slag gaan. Sociale werkbedrjjven operen daarbij als matchmaker en zorgen voor begeleiding van mensen op de werkvloer. Ook spelen ze in op de behoefte aan flexibiliteit bij werkgevers door detacheringen aan te bieden. Mensen blijven dan in dienst van het sociale werkbedrijf, maar worden tegen een vergoeding geplaatst bij werkgevers. Voordeel voor werkgevers is dat zij op die manier flexibiliteit behouden en dat de administratieve rompslomp bij het sociale werkbedrijf blijft. Door in te spelen op de flexibilisering van de arbeidsmarkt kun je veel meer mensen plaatsen: vooral aan de onderkant van de arbeidsmarkt zijn steeds meer banen tijdelijk. Tabel 1 Verdeling Wsw-medewerkers (in %) volgens 3 x ⅓ principe, historische reeks Wsw-medewerkers 3 x ⅓ (in %) Extern geplaatst (begeleid werken, ind. en groepsdeta.) Werken op locatie Intern geplaatst (beschermd/intern en test/training)

8 In tabel 1 is zichtbaar dat ondanks de economische teruggang de groep die werkt bij gewone werkgevers van jaar op jaar is gestegen. In 2005 werkte 19 procent van de SW-medewerkers (bijna personen) bij gewone werkgevers. In 2013 is dat 34 procent (ruim personen): een toename van 85 procent in acht jaar. Voor een deel van de mensen is werk bij gewone werkgevers (nog) niet weggelegd. Deze mensen zijn soms aangewezen op beschut werk, eenvoudige werkzaamheden binnen de muren van het SW-bedrijf. Anderen werken op locatie, vaak in het groen of de schoonmaak. Dit werk vraagt een grotere mate van zelfstandigheid van medewerkers dan beschut werk. Achter deze cijfers gaat een grote dynamiek schuil. Niet alleen is er sprake van instroom en uitstroom uit de Wsw maar ook tussen de werksoorten wisselen medewerkers van werkplek. Zo is er sprake van terugval van medewerkers die werk bij een gewone werkgever niet meer aankunnen, medewerkers die in afwachting van een nieuw contract tijdelijk een interne werkplek hebben of medewerkers die juist de stap van intern werk naar buiten toe zetten. Inschatting is dat jaarlijks circa 20% tot 30% van de medewerkers een nieuwe of andere werkplek heeft. In grafiek 1 is zichtbaar is dat door de jaren heen de groei van het aandeel mensen dat bij gewone werkgevers aan de slag gaat, afneemt. Aannemelijk is dat de meest kansrijke Wsw-medewerkers inmiddels aan de slag zijn bij gewone werkgevers en dat het steeds lastiger wordt om het resterende deel van de SW-medewerkers te plaatsen. Het beperkte aantal beschikbare banen in de huidige arbeidsmarkt heeft hierin mogelijk een dempende werking gehad. In hoeverre met een aantrekkende economie er nog een substantieel extra potentieel is voor het naar buiten plaatsen van medewerkers is op dit moment moeilijk te beantwoorden. Grafiek 1 Aandeel Wsw ers bij gewone werkgevers 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 1% Extern geplaatst (begeleid werken, individuele en groepsdetachering) Werken op locatie Intern geplaatst (beschermd/intern en test/training)

9 2.2. Financiële ontwikkeling sociale werkbedrijven De afgelopen jaren waren de kosten, opbrengsten en het financiële resultaat van sociale werkbedrijven sterk in beweging. Het kabinet Rutte I bezuinigde in in totaal 120 miljoen op de Rijkssubsidie. Dit betekende dat sociale werkbedrijven fors moesten bezuinigen. De mogelijkheden daarvoor zijn beperkt, omdat de lonen van Wsw ers vastliggen in de cao. Die loonkosten maken wel het grootste deel uit van de kosten van sociale werkbedrijven: zo n 80 procent. De bezuinigingen hadden een groot effect op het verschil tussen de subsidie van het Rijk en de lonen van de Wsw ers. Grafiek 2 Ontwikkeling financieel resultaat sociale werkbedrijven Economische crisis Verbetering bedrijfsvoering Bezuiniging Rutte 1 Trendmatige daling loonkosten Verschil loonkosten en subsidie Resultaat bedrijfsvoering In grafiek 2 is zichtbaar dat het verschil tussen lonen en subsidie afneemt van -85 mln in 2010 tot -165 mln in Daarna is sprake van een lichte stijging als gevolg van een trendmatige daling van de loonkosten. Dat komt omdat mensen die nieuw de Wsw instromen langer dan voorheen op het niveau van het minimumloon zitten en duurdere arbeidskrachten uitstromen. De bedrijfsvoering daalt van -10 in 2010 naar -52 in Dit is het gevolg van de economische teruggang. Daarna verbetert de bedrijfsvoering weer, doordat sociale werkbedrijven besparingen en hogere opbrengsten weten te realiseren. Door deze ontwikkeling verdienen sociale werkbedrijven een deel van de bezuiniging van het Rijk terug. Dit is goed zichtbaar in de grafiek. 1 Resultaat van de kosten (begeleiding, werkplek) en de baten (detacheringstarief of opbrengst productie en diensten). Dit wordt ook wel netto toegevoegde waarde genoemd. 9

10 De twee ontwikkelingen in de grafiek samen bedrijfsvoering en het verschil tussen lonen en subsidies in de Wsw bepalen het bedrijfsresultaat. Dat wordt zichtbaar in tabel 2. Het totale bedrijfsresultaat is negatief ondanks de positieve ontwikkeling in de bedrijfsvoering. Tabel 2 Meerjarencijfers op hoofdlijnen Verschil loonkosten en subsidie Resultaat bedrijfsvoering Resultaat overige baten en lasten Totaal

11 3 Personen Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de personele ontwikkelingen in de sociale werkbedrijven. Aan de orde komen drie categorieën personen: de Wsw-medewerkers, overige doelgroepen met een afstand tot de arbeidsmarkt en de (ongesubsidieerde) professionals die werkzaam zijn in het sociale werkbedrijf Wsw-medewerkers Tabel 3 Aantal medewerkers Aantal medewerkers Wsw-medewerkers (personen) Tabel 3 geeft een overzicht van het aantal Wsw-gesubsidieerde medewerkers met een SW-dienstverband per ultimo van het jaar. Het betreft Wsw-gesubsidieerd personeel en Wsw-geïndiceerden op de wachtlijst met een boventallig dienstverband conform cao Wsw. Aan het eind van 2013 waren er medewerkers. Dit is iets minder dan het voorgaande jaar. Tabel 4 Aantal arbeidsjaren Wsw Aantal arbeidsjaren Wsw Wsw-medewerkers In tabel 4 wordt de doelgroep Wsw-medewerkers uitgedrukt in arbeidsjaren (voorheen standaardeenheden). Het aantal arbeidsjaren is lager dan het aantal medewerkers, omdat Wsw ers in deeltijd kunnen werken. In 2012 bedroeg het aantal arbeidsjaren Voor 2013 is dit gelijk gebleven. In het licht van de bezuinigingen en de lagere subsidiebedragen zien we dat SW-bedrijven scherper op de taakstelling en het daaraan gekoppelde budget sturen. Hogere realisaties dan de beschikbare taakstelling per gemeente komen vrijwel niet voor. Enkele sociale werkbedrijven hebben de taakstelling over 2013 niet volledig gerealiseerd, met name waar sprake was van een toename van de taakstelling ten opzichte van voorgaand jaar. Daarmee komt het landelijke totaal iets lager uit dan de totale taakstelling (90.804). 11

12 Verdeling over de werkladder Wsw-medewerkers kunnen worden verdeeld over de werkladder, een categorisering van de verschillende vormen waarin Wsw-gesubsidieerden werk kunnen verrichten. De werkladder bestaat uit 6 treden, oplopend van test/training arbeidsinpassing en beschut werken binnen de muren van het sociale werkbedrijf tot werken in dienst van een reguliere werkgever (begeleid werken). Deze gegevens zijn uitgedrukt in % van het aantal personen (tabel 3). Een toelichting op de categorieën is te vinden in bijlage 1. Tabel 5 Aantal Wsw-medewekers (personen) naar treden op de werkladder Categorie werkladder 2013 % 2012 % Begeleid werken Individueel gedetacheerd Extern in groep: groepsdetachering Extern in groep: werken op locatie Beschermd/intern geplaatst Test/training arbeidsinpassing Totaal In totaal is het percentage mensen dat bij een gewone werkgever aan de slag is, gestegen van 33% naar 34%, een zelfde stijging als vorig jaar. Bij begeleid werken en individuele detacheringen zien we een zelfde percentage als voorgaand jaar, in absolute aantallen een kleine daling. De toename in detacheringen zien we bij de groepsdetacheringen: van naar Achterliggende ontwikkelingen zijn een (beperkte) toename van intern werk naar groepsdetachering (van binnen naar buiten plaatsen) en een verplaatsing van werken op locatie naar groepsdetachering. Dit gebeurt bijvoorbeeld als een eigen dienst van een sociaal werkbedrijf (bijvoorbeeld in groen of schoonmaak) wordt overgenomen door een marktpartij en de medewerkers door middel van groepsdetachering bij deze nieuwe marktpartij worden geplaatst. De omvang van de groep die werkzaam is op locatie is afgenomen. Ook bij de interne/ beschutte werkplekken zien we een afname van de cijfers ten opzichte van 2012, terwijl het aantal mensen in de test/training arbeidsinpassing gelijk is gebleven. 12

13 Figuur 1 Verdeling over de werkladder (personen) % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Test/training arbeidsinpassing Beschermd/intern geplaatst Extern in groep: werken op locatie Extern in groep: groepsdetachering Individueel gedetacheerd Begeleid werken De verdeling van personen over de werkladder is in figuur 1 weergegeven in percentages. Ten opzichte van 2012 is het aandeel personen in groepsdetachering licht gestegen van 11% naar 12%. Het aandeel werken op locatie is daarentegen licht gedaald van 25% naar 24%. In de gegevensuitvraag is bij de Wsw-medewerkers onderscheid gemaakt naar een indicatiestelling van vóór 1998 en daarna. Omdat de indicatiestelling destijds substantieel gewijzigd is, kunnen er verschillen zijn in niveau van werknemers en beloning. Op dit moment is de groep van voor 1998 nog circa personen groot, daarmee zo n 38% van de totale populatie. Bij de verdeling van de oudere en nieuwere populatie over de werkladder zien we een vrijwel vergelijkbaar patroon, met bij de oudere populatie relatief wat meer individuele detachering en minder begeleid werken. Verdeling 3 x ⅓ De sector hanteert het zogenaamde 3 x ⅓ principe. Daarbij wordt gestreefd naar een sectorbrede verdeling waarin minimaal een derde van de doelgroep werkt bij reguliere werkgevers, een derde werkt op locatie buiten het sociale werkbedrijf en maximaal een derde binnen het sociale werkbedrijf. De verdeling is een samenvoeging van de 6 categorieën uit tabel 5. Tabel 6 Aantal Wsw-medewerkers (personen) volgens 3 x ⅓ principe Wsw-medewerkers 3 x ⅓ 2013 % 2012 % Extern geplaatst (begeleid werken, ind. en groepsdeta.) Werken op locatie Intern geplaatst (beschermd/intern en test/training) Totaal In tabel 6 is het aantal medewerkers verdeeld naar de categorieën van het 3 x ⅓ principe. Het aantal medewerkers dat op locatie werkt is licht gedaald, het aantal dat werkt in een externe werkomgeving is licht gestegen. 13

14 Figuur 2 Verdeling volgens 3 x ⅓ principe % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Intern geplaatst Werken op locatie Extern geplaatst In figuur 3 is de verdeling naar leeftijd van de populatie Wsw-medewerkers weergegeven. Eind 2013 is 4% van de medewerkers 24 jaar of jonger. De grootste groep bevindt zich in de leeftijdscategorie van jaar (33%). Zo n 30% van de populatie is 55 jaar en ouder. Verdeling naar leeftijdscategorie Figuur 3 Wsw-medewerkers in 2013 naar leeftijdscategorie (%) % 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% 24 jaar en jonger jaar jaar jaar 55 jaar en ouder Verdeling naar type opdrachtgever Tabel 7 Aantal extern geplaatste medewerkers naar type opdrachtgever Type opdrachtgever Begeleid werken bij eigen gemeenten Detachering bij eigen gemeenten Geplaatst bij derden (private en semipublieke sector) Totaal Van de extern geplaatsten is een groot deel niet bij gemeenten uit het eigen verzorgingsgebied geplaatst, maar bij derden. Eind 2013 bedroeg het aantal extern geplaatste personen , van wie 550 personen waren geplaatst in begeleid werken bij gemeenten in het eigen verzorgingsgebied. Bij circa de helft van de sociale werkbedrijven hebben de eigen gemeenten Wsw-medewerkers in dienst met begeleid werken. Ten opzichte van 2012 is een lichte daling te zien. Gedetacheerd bij eigen gemeenten waren personen, en dat is iets meer dan in

15 Figuur 4 Verdeling extern geplaatste medewerkers naar type opdrachtgever in (%) % 20% 40% 60% 80% 100% Begeleid werken bij eigen gemeenten Detachering bij eigen gemeenten Niet geplaatst bij eigen gemeenten In figuur 4 wordt de verdeling van extern geplaatste personen in procenten weergegeven. 12% was geplaatst bij de eigen gemeenten. Geplaatst bij derden was 88% Overige doelgroepen Naast de Wsw-medewerkers werken in het sociale werkbedrijf ook mensen uit andere regelingen, zoals de WWB, WIA, Wajong, AWBZ et cetera. Deze doelgroepen zijn in dit onderzoek samengevat onder de noemer overige doelgroepen. Tabel 8 Aantal personen in traject overige doelgroepen (per 31 december) Aantal personen In tabel 8 wordt het aantal personen uit overige doelgroepen weergegeven op 31 december van het meetjaar. Eind 2013 waren personen uit deze doelgroepen werkzaam in SW-bedrijven, wederom een daling ten opzichte van het voorgaande jaar, ditmaal met personen. Tabel 9 Aantal trajecten overige doelgroepen (aantal lopende trajecten, ongeacht begin- en einddatum) Aantal trajecten Naast een daling in het aantal personen, zien we ook in het aantal trajecten een verdergaande daling. In het gehele jaar 2013 zijn trajecten doorlopen door de overige doelgroepen (tabel 9). Dat is een daling van trajecten 15

16 ten opzichte van Vanwege de dalende re-integratiebudgetten, zien we dat minder mensen uit de overige regelingen een plek in de SW-bedrijven geboden wordt. Figuur 5 Soort traject overige doelgroepen in (%) % 20% 40% 60% 80% 100% Diagnose/assesment Sociale activering Werken met behoud van uitkering Gesubsidieerde arbeid In het onderzoek is een onderscheid gemaakt in vier soorten trajecten voor overige doelgroepen: diagnose/assessment, sociale activering, werken met behoud van uitkering en gesubsidieerde arbeid. In figuur 5 is de verdeling van de trajecten weergegeven naar soort traject. De verreweg grootste categorie is werken met behoud van uitkering (54% in 2013). Ten opzichte van vorig jaar heeft een verschuiving plaatsgevonden van gesubsidieerde arbeid naar diagnose/ assessment Professionals De doelgroepen worden begeleid en gefaciliteerd door ongesubsidieerde professionals van het SW-bedrijf. In dit onderzoek maken we een onderscheid naar professionals die: indirect werken (bedrijfsleiding en staf); direct werken (ontwikkelingsgerichte medewerkers, zoals jobcoaches, consulenten, interne opleiders en hiërarchische leidinggevenden, zoals werkleiders, et cetera); productiemedewerkers (werknemers, voormannen en direct omzetgenererend personeel). De directe medewerkers zijn in deze paragraaf verder verdeeld naar direct ten behoeve van Wsw-medewerkers en direct ten behoeve van overige doelgroepen. 16

17 Tabel 10 Aantal professionals naar categorie (fte) Professionals Indirect Direct t.b.v. Wsw-gesubidieerden Direct t.b.v. overige doelgroepen Productie Totaal In tabel 10 wordt het aantal professionals weergegeven naar categorie uitgedrukt in fte. In totaal waren er in 2013 circa fte professionals werkzaam in de sociale werkbedrijven. In 2012 lag het totaal nog 300 fte hoger. In deze cijfers is een verdergaande efficiencyslag/bezuiniging zichtbaar waarbij sociale werkbedrijven het aantal leidinggevenden en stafmedewerkers terugbrengen. Tegelijkertijd zien we dat er bij sommige sociale werkbedrijven juist sprake is van een toename van reguliere functies omdat interne functies die in het verleden door Wsw-medewerkers werden ingevuld, gaandeweg door professionals worden vervangen. Ongesubsidieerde professionals zijn in de meeste gevallen in vaste dienst bij het sociale werkbedrijf. Een beperkt deel van de professionals bestaat uit extern ingehuurde arbeidskrachten. Voor bovenstaande cijfers geldt dat de formatie professionals is weergegeven inclusief de externe inhuur. Van de totale formatie werd in 2013 net als in 2012 circa 4 % ingehuurd. Figuur 6 Verdeling van professionals naar categorie (%) % 33% 6% 24% % 32% 7% 24% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Indirect Direct t.b.v. Wsw-medewerkers Direct t.b.v. overige doelgroepen Productie De verdeling over de vier categorieën professionals wordt in figuur 6 in procenten uitgedrukt. Over 2013 is de verdeling over de verschillende categorieën ongeveer gelijk gebleven. 17

18 4 Wachtlijst Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de stand en ontwikkeling op de wachtlijst voor de Wsw Stand op de wachtlijst Tabel 11 Aantal mensen op de wachtlijst Aantal personen Het aantal mensen op de wachtlijst is in 2013 gedaald naar personen, een daling van circa personen. Hiermee wordt de in 2011 in gang gezette daling voortgezet. Figuur 7 Status op de wachtlijst % 22% 75% % 16% 81% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Met dienstverband Zonder dienstverband Passief In 2013 heeft 18% van de mensen op de wachtlijst een alternatief aangeboden gekregen en geaccepteerd (tegenover 25% in 2012). 2% heeft een tijdelijk dienstverband (niet zijnde een Wsw-dienstverband), 16% een alternatief zonder dienstverband (bijvoorbeeld: werk met behoud van uitkering of een stageplaats). De overige 81% op de wachtlijst heeft geen tijdelijke oplossing naar werk gekregen of hebben dit niet geaccepteerd. 18

19 4.2. Ontwikkeling op de wachtlijst Tabel 12 In- en uitstroom op de wachtlijst Instroom Uitstroom Netto resultaat verloop In 2013 kwamen er personen op de wachtlijst bij en verdwenen personen van de wachtlijst. De instroom is ten opzichte van 2012 toegenomen, en de uitstroom van de wachtlijst is afgenomen, maar bleef nog steeds groter dan de instroom. Het nettoresultaat is dat de wachtlijst hierdoor is afgenomen met personen, in lijn met de daling van het geregistreerde aantal personen op de wachtlijst zoals we zagen in tabel 11. Figuur 8 Instroom wachtlijst naar reden % 23% % 23% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Op wachtlijst geplaatst Vanuit Wsw teruggeplaatst De instroom op de wachtlijst wordt voor 23% veroorzaakt door terugplaatsing van Wsw-gesubsidieerden vanaf de werkladder (figuur 8). De overige 77% bestaat uit plaatsing op de wachtlijst door indicatiestelling voor de Wsw. Figuur 9 Uitstroom wachtlijst naar redenen % 5% 2% 6% 50% % 5% 1% 6% 53% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Overige redenen Verhuizing/overplaatsing ander gemeente Reguliere baan Begeleid werken In Wsw-dienstbetrekking ingestroomd Figuur 9 betreft de uitstroom uit de wachtlijst. In 2012 wordt 53% van de uitstroom veroorzaakt door het aanvaarden van een Wsw-dienstverband. 19

20 5 Instroom en uitstroom Wsw In dit hoofdstuk komt de in- en uitstroom in Wsw-dienstverband en het ziekteverzuim in het SW-bedrijf aan de orde In- en uitstroom in Wsw-dienstverband Tabel 13 Instroom in de Wsw naar trede van de werkladder Werkladder 2013 % 2012 % Begeleid werken 700 9% % Individueel gedetacheerd % % Extern in groep: groepsdetachering 600 8% 700 9% Extern in groep: werken op locatie % % Beschermd/intern geplaatst % % Totaal % % Tabel 13 toont het aantal ingestroomde personen in een Wsw-dienstverband naar trede op de werkladder, na de eventuele test- en trainingsperiode die is gebruikt om een diagnose te stellen. In totaal stroomden in personen de Wsw in. Van deze groep komt 52% bij aanvang in een externe werkomgeving. Dit percentage is een lichte afname vergeleken met dat van Er zijn mensen ingestroomd op een interne plek. Dit zou een eerste indicatie kunnen zijn voor de toekomstige behoefte aan beschut werk. Anderzijds zien we dat een aantal SW-bedrijven er juist voor kiest om gedurende de eerste periode medewerkers intern op te leiden en arbeidsvaardigheden bij te brengen, en daarna naar een externe werkplek te begeleiden. Tabel 14 Uitstroom uit de Wsw naar reden Reden 2013 % 2012 % Reguliere baan 100 1% 100 1% WAO, WIA, Wajong of andere uitkering % % Overige redenen % % Totaal % % 20

21 De totale uitstroom bedroeg in personen. De uitstroom uit de Wsw is in tabel 14 uitgesplitst naar reden van uitstroom. Uitstroom kan verschillende redenen hebben: het aanvaarden van een reguliere baan (zijnde niet begeleid werken) of het verkrijgen van een uitkering zoals WAO, WIA of Wajong. Andere redenen voor uitstroom, zoals pensionering en overlijden zijn samengevat onder overige redenen. De uitstroom om overige redenen is de grootste categorie (76%). In 2013 stroomden afgerond 100 personen uit omdat zij een reguliere baan hadden aanvaard. Het saldo in 2013 van de instroom (7.000) en de uitstroom (7.200) komt vrijwel overeen met het licht afnemende aantal personen in de Wsw van 2012 naar 2013 (tabel 3). Het kleine verschil wordt veroorzaakt door statistische verschillen en afrondingen Ziekteverzuim Het ziekteverzuim heeft in de Wsw veel aandacht. In het bedrijfsvergelijkend onderzoek is gevraagd naar het ziekteverzuim van mensen met een Wsw-dienstverband, mensen in een voortraject (met dienstverband) en overige doelgroepen (met dienstverband). Tabel 15 Ziekteverzuim Categorie % 2013 % 2012 Wsw-dienstverband 12,6 12,8 Voortrajecten 11,1 12,0 Overige doelgroepen 7,9 8,8 Het ziekteverzuim in de Wsw dienstverbanden is in ,6% en is daarmee iets afgenomen ten opzichte van 2012 (12,8%), waarmee de dalende trend van de afgelopen jaren wordt voortgezet. Voor de overige categorieën (voortrajecten en overige doelgroepen) liggen de percentages zoals gebruikelijk wat lager. Voor deze categorieën is het aantal data beperkt, waardoor tussen de jaren relatief grote schommelingen kunnen optreden. 21

22 6 Financiën In dit hoofdstuk komen de opbrengsten, de kosten en het financiële resultaat van de SW-sector aan de orde Opbrengsten De opbrengst van SW-bedrijven bestaat hoofdzakelijk uit: arbeidsplaatsgebonden subsidies; de netto omzet 2 van detachering; de netto omzet van productie en eigen dienstverlening. In deze paragraaf worden deze opbrengsten onderscheiden. Daarnaast wordt ook een marge gemaakt op begeleid werken, doordat een deel van de loonkostensubsidies niet wordt doorgegeven aan werkgevers, ter bekostiging van eigen begeleiding en administratie. De marge begeleid werken is in de opbrengst meegenomen onder de noemer arbeidsplaatsgebonden subsidie. Gemeentelijke bijdragen zijn in de berekening van de opbrengst niet meegenomen. Overige bedrijfsopbrengsten komen in het resultaatoverzicht terug (paragraaf 6.3). Opbrengst Wsw-gesubsidieerde medewerker Tabel 16 De totale opbrengst van de Wsw-gesubsidieerde medewerkers (x A ) Opbrengst Arbeidsplaatsgebonden subsidies Netto omzet uit detachering Netto omzet uit eigen productie en dienstverlening Totaal Tabel 16 geeft een beeld van de opbrengst van de sector. De totale opbrengst in 2013 van miljoen is met zo'n 43 miljoen gestegen ten opzichte van Dit wordt met name veroorzaakt door een stijging van de arbeidsplaatsgebonden subsidies en de omzet uit detachering Onder netto omzet wordt verstaan: omzet minus directe kosten voor inkoop van grond- en hulpstoffen en uitbesteed werk.

23 Figuur 10 Verdeling omzet Wsw (%) % 8% 19% % 8% 19% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Arbeidsplaatsgebonden subsidies Netto omzet uit detachering Netto omzet uit eigen productie en dienstverlening De omzet is grotendeels afkomstig uit arbeidsplaatsgebonden subsidies. In 2013 is net als voorgaande jaren bijna driekwart (73%) van de totale opbrengst daaruit afkomstig (figuur 10). Tabel 17 Opbrengst Wsw per arbeidsjaar Opbrengstsoort Arbeidsplaatsgebonden subsidies (Rijkssubsidie) Netto omzet totaal In tabel 17 zijn de omvang van de Rijkssubsidie en de netto omzet (totaal) per Wsw-arbeidsjaar weergegeven. Per arbeidsjaar werd in 2013 een bedrag van aan Rijkssubsidie ontvangen en een netto omzet van gerealiseerd. Duidelijk is hierbij de toename in opbrengsten in 2013 zichtbaar. Gezien de grote druk op de producten- en dienstenprijsontwikkeling in de economie (in 2013 vrijwel nihil), is dit een zeer kleine maar reële verbetering. Opbrengst overige doelgroepen De overige doelgroepen genereren ook opbrengsten voor het SW-bedrijf. Hieronder worden die apart in beeld gebracht. Tabel 18 Opbrengst overige doelgroepen (x A ) Opbrengst Arbeidsplaatsgebonden subsidies Opbrengst activiteiten overige doelgroepen Totaal A 106 A 187 De opbrengst van overige doelgroepen bedraagt in miljoen, een daling van 81 miljoen ten opzichte van het jaar 2012 ( 187 miljoen). De daling wordt grotendeels veroorzaakt door een daling van het aantal gesubsidieerde 23

24 banen (zie figuur 5) en deels door een afname van de opbrengsten uit trajecten. Dit is het gevolg van de bezuiniging op het Participatiebudget. Netto omzet naar type opdrachtgever De netto omzet van Wsw-gesubsidieerden en overige doelgroepen samen laat zich als volgt verdelen over verschillende typen opdrachtgevers. Figuur 11 Verdeling netto omzet naar type opdrachtgever (%) % 12% 51% % 12% 50% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Eigen gemeenten Overige overheden/non profit Profit De netto omzet is in 2013 voor 50% afkomstig uit de profitsector (figuur 11). Gemeenten uit het eigen verzorgingsgebied zorgen voor 38% van de omzet. De verdeling is vergelijkbaar met die van Achter dit landelijk gemiddelde cijfer van 38% gaan overigens forse lokale verschillen schuil. Sommige SW-bedrijven hebben een omzet uit de eigen gemeenten van 20%, bij andere bedrijven ligt dit rond 60% Kosten De kosten van de SW-bedrijven bestaan hoofdzakelijk uit: arbeidskosten voor de doelgroep; arbeidskosten voor ongesubsidieerde professionals; materiële kosten, zoals huisvesting, productiemiddelen, afschrijvingen, et cetera. In deze paragraaf worden bovenstaande kostensoorten in beeld gebracht voor de Wsw-medewerkers en overige doelgroepen. Incidentele kosten en financiële lasten (rentekosten) worden in deze paragraaf niet genomen. Zij komen in het resultaatoverzicht (paragraaf 6.3) terug. 24

25 Kosten Wsw-medewerkers Tabel 19 De kosten van de Wsw-medewerkers (x A ) Kostensoort Arbeidskosten Wsw-medewerkers Arbeidskosten ongesubsidieerde professionals Materiële kosten Totaal c c De totale kosten van de Wsw bedragen in miljoen, een stijging van 3 miljoen ten opzichte van 2012 ( miljoen). De kosten bestaan voor het grootste deel uit arbeidskosten van Wsw-medewerkers. De beperkte stijging vormt een combinatie van de loonsverhoging conform de cao-afspraak (1% met 170 eenmalige uitkering), de wettelijke aanpassingen van de hoogte van het minimum loon (1,5%) en een beperkte daling van het gemiddelde loon doordat er sprake is van een relatief goedkopere instroom (op basis van wettelijk minimumloon) in vergelijking tot de uitstroom van hoger ingeschaalde medewerkers. Daarnaast zien we dat de arbeidskosten van de ongesubsidieerde professionals zijn gedaald. Dit is in lijn met de daling van het aantal personeelsleden die sinds 2010 in gang is gezet (zie ook tabel 10). Overigens geldt daarbij dat personele maatregelen vaak pas in een volgend jaar tot volledige kostenreductie leiden. In het eerste jaar is nog sprake van onder andere kosten flankerend beleid en tijdelijke doorbetaling loonkosten. Tenslotte zien we dat de materiële kosten ten opzichte van 2012 zijn gedaald. Dit is in lijn met de trend van afgelopen jaren waarin de kosten steeds kapitaalextensiever worden. Figuur 12 Verdeling kosten Wsw (%) % 17% 10% % 16% 9% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Arbeidskosten Wsw-medewerkers Arbeidskosten ongesubsidieerde professionals Materiële kosten In figuur 12 is de verhouding tussen de kostensoorten uitgedrukt in procenten. Daaruit valt af te lezen dat er procentueel gezien slechts lichte wijzigingen zijn in de kostenverdeling; de arbeidskosten van Wsw-medewerkers zijn relatief iets gestegen, materiële kosten en de arbeidskosten van ongesubsidieerde professionals zijn wederom gedaald. 25

26 Bovenstaande kosten zijn in tabel 20 omgerekend naar kosten per arbeidsjaar Wsw. De arbeidskosten van Wsw-medewerkers bedragen per arbeidsjaar, de begeleidingskosten door professionals en de materiële kosten per arbeidsjaar. In totaal is hiermee sprake van een kostenbesparing van circa 100 per arbeidsjaar. Tabel 20 Kosten Wsw per Wsw-arbeidsjaar Kostensoort Arbeidskosten Wsw-medewerkers (incl. subsidie begeleid werkers) Arbeidskosten ongesubsidieerde professionals Materiële kosten Achter deze gemiddelde cijfers van loonkosten en materiële kosten gaan verschillende ontwikkelingen schuil die om een nadere toelichting vragen. De gemiddelde arbeidskosten per Wsw-medewerker zijn een samenstelling van Wsw-medewerkers in een dienstverband bij het sociale werkbedrijf (circa 94% van de populatie) en de Wsw-medewerkers die via begeleid werken bij een reguliere werkgever in dienst zijn (6%). Voor de Wsw-medewerkers in een dienstbetrekking wordt gemiddeld een brutoloon betaald van circa Voor de (beperkte) groep begeleid werkers een loonkostensubsidie van circa Over de gehele Wsw-populatie betekent dit een gemiddelde loonsom van De materiële kosten zijn samengesteld uit huisvestingskosten, afschrijvingen vaste activa, productiemiddelen en overige kosten. De volgende tabel geeft een uitsplitsing van de landelijke cijfers naar verschillende kostensoorten. Aandachtspunt hierbij is dat in de benchmark de sociale werkbedrijven alleen voor het totaal van de kosten een onderverdeling gemaakt hebben naar SW-activiteiten en overige doelgroepen. Er is dus in de benchmark geen exacte toerekening beschikbaar van bijvoorbeeld huisvestingskosten voor de SW-activiteiten. Hiermee rekening houdend geeft de volgende tabel een globale inschatting hoe de materiële kosten verdeeld zijn. 26

27 Tabel 21 Uitsplitsing kosten 2013 (%) Uitsplitsing materiële kosten 2013 % 2012 % Huisvestingskosten 19% 19% Afschrijvingen vaste activa 14% 14% Productiemiddelen 12% 12% Overige 35% 35% Niet uitgesplitst 20% 21% Totale materiële kosten (SW + overige doelgroepen) 100% 100% Kosten overige doelgroepen Het aandeel van de arbeidskosten van overige doelgroepen is aanzienlijk lager, omdat lang niet iedereen in dienst van het sociale werkbedrijf komt. Het aandeel van de begeleidingskosten (trajectkosten) is voor deze doelgroepen groter dan in de Wsw. Tabel 22 De kosten van de overige doelgroepen (x A ) Kostensoort Arbeidskosten overige doelgroepen Arbeidskosten ongesubsidieerde professionals Materiële kosten Totaal c 113 c 179 In 2013 bedragen de kosten voor overige doelgroepen 113 miljoen, een daling ten opzichte van 2012 van 66 miljoen. De kostendaling wordt vooral veroorzaakt door een daling van de arbeidskosten voor de overige doelgroepen. Er is sprake van een afname van het aantal gesubsidieerde banen (zie ook figuur 5). Figuur 13 geeft de percentuele verhouding tussen de kostensoorten voor overige doelgroepen weer. Door de toename van het aantal assessments/diagnoses is het aandeel arbeidskosten van ongesubsidieerde professionals relatief toegenomen. 27

28 Figuur 13 Verdeling kosten overige doelgroepen (%) % 39% 18% % 49% 23% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Arbeidskosten overige doelgroepen Arbeidskosten ongesubsidieerde professionals Materiële kosten 6.3. Resultaat Tabel 23 Exploitatieoverzicht (x A ) Totaal exploitatieoverzicht Omzet Wsw (totale opbrengsten) Omzet overige doelgroepen (totale opbrengsten) Totale omzet Kosten Wsw Kosten overige doelgroepen Totale kosten Exploitatieresultaat Overige bedrijfsopbrengsten Saldo incidentele baten en lasten Bedrijfsresultaat Het bovenstaande resultaatoverzicht toont voor 2013 een negatief bedrijfsresultaat van 103 miljoen. Dat is een verbetering ten opzichte van 2012 met 64 miljoen (- 167 miljoen). Achter deze cijfers gaan verschillende ontwikkelingen schuil. 28 Allereerst hebben we gezien dat de omzetcijfers achter blijven met zo n 38 miljoen ( versus 3.318). Dit is het saldo van een beperkte omzetstijging bij de Wsw en een omzetdaling bij de overige doelgroepen. Vervolgens hebben

29 we gezien dat er sprake is van een besparing in de kosten met 63 miljoen ( versus 3.486). Met deze kostendaling wordt de omzetdaling meer dan gecompenseerd. Het saldo is zichtbaar in de ontwikkeling van het exploitatieresultaat: deze is van 2012 op 2013 licht verbeterd (van miljoen naar miljoen). Tenslotte zien we dat het saldo incidentele baten en lasten is toegenomen: van - 32 mln naar + 13 mln. Het jaar 2012 was een uitschieter naar beneden doordat toen verschillende grote sociale werkbedrijven eenmalige reorganisatielasten kenden. In 2013 is mogelijk sprake van een incidenteel voordeel omdat sociale werkbedrijven een belastingteruggave over de afgelopen jaren hebben ontvangen. In het resultaatoverzicht zijn de vaste gemeentelijke bijdragen buiten beschouwing gelaten. In 2013 betrof dat een bedrag van 86 miljoen, een toename ten opzichte van 2012 ( 71 miljoen). We zien dat de tekorten in het bedrijfsresultaat bij meer bedrijven en voor een groter deel door middel van vaste gemeentelijke bijdragen worden gefinancierd ( 86 van de 103 miljoen). Dit is een illustratie van een toenemende transparantie tussen gemeenten en sociale werkbedrijven, omdat in het verleden vaker tekorten achteraf via eenmalige bijdragen of bijvoorbeeld via een afname van reserves werden gefinancierd. 29

30 7 Het sociale werkbedrijf nader toegelicht In de voorgaande hoofdstukken hebben we de resultaten laten zien van de SW-sector als geheel. In dit hoofdstuk staan we stil bij wat dit betekent voor het resultaat van een gemiddeld (fictief) sociaal werkbedrijf. We leggen uit wat de meest bepalende factoren zijn en gaan nader in op de verschillen tussen sociale werkbedrijven Het bedrijfsresultaat van een gemiddeld sociaal werkbedrijf De landelijke totaalresultaten van de branche hebben we vertaald naar een gemiddeld sociaal werkbedrijf. In het vorige hoofdstuk is toegelicht dat landelijk over de totale SW-populatie van ruim arbeidsjaren een negatief bedrijfsresultaat behaald is van -103 miljoen. In Nederland wordt de Wsw uitgevoerd door ongeveer 92 SW-bedrijven. Een gemiddeld sociaal werkbedrijf biedt daarmee werk aan zo n Wsw-medewerkers (in arbeidsjaren). Er zijn evenwel grote verschillen in grootte, variërend van enkele honderden tot enkele duizenden medewerkers. 30

31 Tabel 24 Bepalende factoren van het bedrijfsresultaat (x A ) 2013 Gemiddeld bedrijfsresultaat - 1,1 1. Verschil tussen SW-loonkosten en subsidies - 1,7 - SW-loonkosten (cao-loon) - 27,7 - Arbeidsplaats gebonden subsidies Saldo opbrengsten en kosten bedrijfsvoering SW 0,2 - Opbrengsten SW (netto toegevoegde waarde) 9,5 - Kosten bedrijfsvoering SW -9,3 3. Overig (andere doelgroepen, opbrengsten, fin. baten en lasten) 0,4 - Opbrengsten overige doelgroepen 0,0 - Overige opbrengsten 0,3 - Saldo financiële en incidentele baten en lasten 0,1 In tabel 24 zien we dat over 2013 het gemiddelde sociale werkbedrijf een negatief bedrijfsresultaat heeft behaald van 1,1 miljoen. In de kern zijn er drie verschillende factoren die aan dit bedrijfsresultaat ten grondslag liggen. De eerste factor betreft het verschil tussen de SW-loonkosten en de Rijkssubsidie. Wsw-medewerkers worden conform de cao betaald. Dat betekent dat de medewerker loon ontvangt op basis van een in het verleden vastgestelde inschaling (historische rechten). De Rijkssubsidie wordt jaarlijks vastgesteld; over 2013 was deze per arbeidsjaar. Het verschil van - 1,7 miljoen betekent dat een SW-bedrijf per medewerker gemiddeld zo n meer aan loonkosten betaalt dan dat aan subsidie wordt ontvangen. Oorspronkelijk doel van de Rijkssubsidie SW was om aan de gemeente een substantiële tegemoetkoming in de totale kosten te geven; een volledige compensatie van de loonkosten is nooit de primaire doelstelling geweest. Wel kunnen we constateren dat het negatieve verschil tussen de verplichte loonkosten en het ontvangen subsidiebedrag de afgelopen jaren fors is toegenomen. Enerzijds door een toename van de loonkosten (ontwikkeling cao-loon) en anderzijds door een bezuiniging op het subsidiebedrag van 120 miljoen in 2011 en achterwege laten van de prijsbijstelling in

32 De tweede factor betreft het verschil tussen de opbrengsten en kosten bedrijfsvoering SW. Voor het generen van werk en begeleiden van medewerkers heeft een sociaal werkbedrijf personeelskosten (voor de begeleidende professionals) en materiële kosten (onder andere huisvesting). Daartegenover staat dat met de werkzaamheden die de Wsw-medewerkers uitvoeren een (bescheiden) omzet kan worden behaald. Het positieve saldo van 0,2 miljoen betekent dat de kosten per Wsw-medewerker met de opbrengsten uit het werk kunnen worden gefinancierd. De derde factor is samengesteld uit verschillende elementen. Het gaat onder andere om activiteiten voor overige doelgroepen (bijvoorbeeld re-integratietrajecten), overige bedrijfsopbrengsten en het saldo van (financiële) baten en lasten. Het saldo van 0,4 miljoen betekent dat een gemiddeld sociaal werkbedrijf wat inkomsten heeft uit andere activiteiten of aanvullende middelen, waarmee het verlies op de SW-activiteiten nauwelijks tot niet kan worden gecompenseerd. De drie factoren gezamenlijk tellen op tot een verlies van -1,1 miljoen. In 2013 is dit verlies voor het grootste deel (0,9 miljoen) opgevangen door een vaste gemeentelijke bijdrage. Deels gebeurt dit door aanvullende gemeentelijke bijdragen of voor zover aanwezig door het interen op het eigen vermogen van het sociale werkbedrijf Verschillen per sociaal werkbedrijf Bovenstaand is een gemiddeld sociaal werkbedrijf geschetst. In de praktijk zijn er forse verschillen per bedrijf. In tabel 25 is dit schematisch weergegeven 3. Voor de bedrijven met een bedrijfsresultaat in het middensegment (de zogenoemde mediaan van 50%) zien we dat het bedrijfsresultaat in de orde van grootte van -0,8 miljoen ligt. Kijkend naar het onderste segment (van %) zien we dat het bedrijfsresultaat sterk negatief is, rond de -4,0 miljoen. Het bovenste segment (van 20% - 0%) heeft een positief bedrijfsresultaat in de orde van 1,1 miljoen. Dat de bedrijven in het middensegment met -0,8 miljoen een iets gunstiger bedrijfsresultaat hebben dan het landelijk gemiddelde van -1,1 miljoen, komt doordat een aantal bedrijven in het onderste segment een sterk negatief resultaat kennen. Dit trekt het landelijk gemiddelde naar beneden Ten behoeve van de vergelijkbaarheid ten opzichte van het gemiddeld sociaal werkbedrijf zijn ook deze bedrijven geschaald tot Wsw-medewerkers (in arbeidsjaren).

33 Tabel 25 Verschillen in bepalende factoren van het bedrijfsresultaat (x A ) Resultaat 2013: onderlinge verschillen Laag < 80% Gemiddeld rond 50% Hoog > 20% Bedrijfsresultaat -4,0-0,8 0,9 1. Verschil tussen SW-loonkosten en subsidies -2,9-1,5-0,3 - Arbeidsplaats gebonden subsidies 26,2 26,2 26,2 - SW-loonkosten (cao-loon) 29,2 27,9 26,4 2. Saldo opbrengsten en kosten bedrijfsvoering SW - Opbrensten SW (netto toegevoegde waarde) -1,1-0,1 0,6 8,3 9,3 12,2 - Kosten personeel 5,6 5,8 7,3 - Kosten materieel 3,7 3,6 4,3 3. Overig (andere doelgroepen, opbrengsten, fin baten en lasten) -0,1 0,7 0,5 - Opbrengsten overige doelgroepen -0,2 0,0 0,0 - Overige opbrengsten 0,2 0,4 0,5 - Saldo incidentele baten en lasten 0,1 0,4 0,1 - Saldo financiële baten en lasten -0,2-0,1-0,1 Inzoomend op de verschillen in bedrijfsresultaat tussen het onderste en bovenste segment zien we dat de verschillen zo n 5 miljoen bedragen (- 4,0 miljoen en 0,9 miljoen). Deze worden veroorzaakt door de eerder genoemde drie factoren. De verschillen in loonkosten lopen uiteen van -2,9 miljoen tot -0,3 miljoen, het saldo van opbrengsten en kosten in de bedrijfsvoering van -1,1 miljoen tot 0,6 miljoen. Hierop inzoomend zien we dat de bedrijven uit het bovenste segment gemiddeld een hoger niveau aan opbrengsten én aan kosten hebben dan de lagere segmenten. Goed renderende bedrijven sturen dus niet alleen op kostenreductie maar kijken nadrukkelijk op welke wijze toegevoegde waarde kan worden gegenereerd. In de overige factoren tenslotte zien we een bandbreedte van -0,1 miljoen tot 0,5 miljoen De hoogte van het bedrijfsresultaat is niet bepalend voor de vraag of een sociaal werkbedrijf het goed heeft gedaan of niet. Het ene sociaal werkbedrijf heeft een gunstiger uitgangssituatie en lokale/regionale situatie dan de ander. Voor de loonkosten is bijvoorbeeld van belang hoe de leeftijdsopbouw is van de 33

34 Wsw-medewerkers: oudere werknemers zijn duurder. Om mensen aan de slag te helpen bij gewone werkgevers, is het belangrijk een aantal grote en geschikte bedrijven in de omgeving te hebben. Zo zijn er meer aspecten waar sociale werkbedrijven mee te maken hebben, die van invloed zijn op hun uiteindelijke bedrijfsresultaat. De vraag is daarom interessant welke factoren sociale werkbedrijven zelf kunnen beïnvloeden en welke niet. In het vorig jaar verschenen rapport Optimaliseren Verdienvermogen wordt ingegaan op hiervoor bepalende factoren als economische en geografische context en de mogelijkheden en onmogelijkheden om gegeven deze lokale context het resultaat te beïnvloeden Het bedrijfsresultaat ontleed In onderstaande figuur zien we het bedrijfsresultaat voor de deelnemende bedrijven gerangschikt naar het bedrag per SW-medewerker. Grafiek 3 Het bedrijfsresultaat over 2013 (per Wsw-medewerker) % - 80% 80% - 60% 60% - 40% 40% - 20% 20% - 0% De deelnemende bedrijven aan de benchmark gerangschikt naar toenemend bedrijfsresultaat. We zien hier de forse spreiding in het bedrijfsresultaat terug, variërend van zo n per medewerker voor het laagste segment, en circa voor het hoogste segment. Deze getallen komen overeen met de hierboven geschetste bedragen voor een gemiddeld sociaal werkbedrijf (respectievelijk - 4 mln en 0,9 mln). Het gemiddelde bedrijf (de mediaan) kent een negatief bedrijfsresultaat van 800 per Wsw-medewerker. 34 In de volgende figuur zien we voor de bedrijven op een zelfde manier gerangschikt naar toenemend bedrijfsresultaat het verschil tussen SW-loonkosten en subsidies weergegeven. 4 Optimaliseren Verdienmogen. Rapport in opdracht van Cedris (juni 2013).

Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie

Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie Inhoudsopgave Voorwoord Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie 1 Inleiding 5 2 Personen 6 2.1 Wsw-medewerkers 6

Nadere informatie

Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie

Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 2 Sociale werkbedrijven in meerjarenperspectief 6 2.1 Wsw'ers bij gewone werkgevers 6 2.2 Financiële ontwikkeling

Nadere informatie

Individuele rapportage bedrijfsvergelijkend onderzoek Cedris 2013

Individuele rapportage bedrijfsvergelijkend onderzoek Cedris 2013 Rapport WEDEO Inleiding In de rapportage die nu voor u ligt is worden de resultaten getoond van de gegevens die u, samen met de andere deelnemers aan de benchmark, heeft aangeleverd. De gegevens zijn omgezet

Nadere informatie

In deze. bench- Branche. markre- sultaten aan en een toelichting. informatie. daarop. Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie

In deze. bench- Branche. markre- sultaten aan en een toelichting. informatie. daarop. Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie brotreft vat- de samenting van bench- In deze chu- u Branche markre- sultaten aan en een toelichting daarop informatie 2009 Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie Inhoudsopgave

Nadere informatie

In deze brochu- re treft u. Branche. en een. daarop. informatie. Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie

In deze brochu- re treft u. Branche. en een. daarop. informatie. Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie In deze brochu- re treft u samen- vatvan de benchmarkre- sultaten aan en een Branche toelich- ting daarop informatie 2011 Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie Inhoudsopgave 1

Nadere informatie

In deze. bench- Branche. markre- sultaten aan en een toelichting. informatie. daarop. Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie

In deze. bench- Branche. markre- sultaten aan en een toelichting. informatie. daarop. Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie brotreft vat- de samenting van bench- In deze chu- u Branche markre- sultaten aan en een toelichting daarop informatie 2010 Branche-informatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie Inhoudsopgave

Nadere informatie

1 Inleiding 5. 3 Personen WSW-medewerkers Overige doelgroepen Financiën Opbrengsten Kosten 21 4.

1 Inleiding 5. 3 Personen WSW-medewerkers Overige doelgroepen Financiën Opbrengsten Kosten 21 4. SECTOR 2015 INFORMATIE Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 2 Het meerjarenperspectief 6 2.1 WSW'ers bij gewone werkgevers 6 2.2 Financiële ontwikkeling sociale werkbedrijven 8 2.3 Verwachte financiële ontwikkeling

Nadere informatie

- formatieruimte aan uw bedrijf toegekend arbeidsjaren - gerealiseerde taakstelling door uw bedrijf arbeidsjaren

- formatieruimte aan uw bedrijf toegekend arbeidsjaren - gerealiseerde taakstelling door uw bedrijf arbeidsjaren A Algemeen A1 Indien het onderzoeksteam naar aanleiding van de geretourneerde enquête vragen heeft of toelichting en/of aanvullingen behoeft, nemen wij contact met u op Naam contactpersoon Telefoonnummer

Nadere informatie

1 Inleiding 5. 3 Personen Wsw-medewerkers Overige doelgroepen Financiën Opbrengsten Kosten 27 4.

1 Inleiding 5. 3 Personen Wsw-medewerkers Overige doelgroepen Financiën Opbrengsten Kosten 27 4. SECTOR 2016 INFORMATIE Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 2 Het meerjarenperspectief 7 2.1 De doelgroep blijft, de wetgeving verandert 7 2.2 Wsw-ers bij gewone werkgevers 11 2.3 Financiële ontwikkeling sociale

Nadere informatie

Een financieel toekomstperspectief voor het sw-bedrijf na 2013

Een financieel toekomstperspectief voor het sw-bedrijf na 2013 Een financieel toekomstperspectief voor het sw-bedrijf na 2013 Een doorrekening van het bedrijfsresultaat op basis van het rapport Optimaliseren Verdienvermogen Een financieel toekomstperspectief 2013-2018.

Nadere informatie

Een financieel toekomstperspectief voor het sw-bedrijf na 2013

Een financieel toekomstperspectief voor het sw-bedrijf na 2013 Een financieel toekomstperspectief voor het sw-bedrijf na 2013 Een doorrekening van het bedrijfsresultaat op basis van het rapport Optimaliseren Verdienvermogen Een financieel toekomstperspectief 2013-2018.

Nadere informatie

Financiële gevolgen van het beëindigen van tijdelijke contracten in de sociale werkvoorziening

Financiële gevolgen van het beëindigen van tijdelijke contracten in de sociale werkvoorziening Financiële gevolgen van het beëindigen van tijdelijke contracten in de sociale werkvoorziening Gemeenten worden geconfronteerd met hoge kosten voor onder andere de SW- populatie, een dalend subsidiebedrag

Nadere informatie

Sector informatie

Sector informatie Sector informatie 2017 1 Inhoudsopgave Voorwoord 3 1. Inleiding 5 2. Participatiewet en Wsw in meerjarenperspectief 2.1 De doelgroep blijft, de wetgeving verandert 2.2 De wijze van uitvoering verschilt

Nadere informatie

uw brief van: ons kenmerk: bijlage(n): datum: 15.3003742 2 4 juni 2015

uw brief van: ons kenmerk: bijlage(n): datum: 15.3003742 2 4 juni 2015 Gemeenteraad Heerenveen HEERENVEEN uw brief van: ons kenmerk: bijlage(n): datum: 15.3003742 2 4 juni 2015 Onderwerp: Jaarrekening 2014 en 1e kwartaalrapportage 2015 Caparis NV Geachte raad, Jaarrekening

Nadere informatie

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders Nummer: Datum vergadering: 10-09-2013 Onderwerp: Verlenging tijdelijke dienstverbanden SW NoordWestGroep Conceptbesluit: Samenvatting: NoordWestGroep toestemming

Nadere informatie

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak - 2017 Analyse op basis van het doelgroepregister en de polisadministratie 1 Inhoud Inleiding... 3 1: Werkzaam zijn en blijven... 4 1a: Werkzaam zijn en blijven

Nadere informatie

De feiten over beschut werk: werken loont Kernpunten

De feiten over beschut werk: werken loont Kernpunten De feiten over beschut werk: werken loont Kernpunten Beschut werk is goedkoper dan een participatievoorziening omdat met beschut werk opbrengsten worden gerealiseerd uit productie. Hiermee kunnen ongeveer

Nadere informatie

We zien in figuur 2 dat het aandeel personen met een migratieachtergrond toeneemt van 46 procent januari 2015 naar 51 procent in juni 2017.

We zien in figuur 2 dat het aandeel personen met een migratieachtergrond toeneemt van 46 procent januari 2015 naar 51 procent in juni 2017. Bijlage 2 Cijfers uitvoering Participatiewet Bijstandsvolume stabiliseert Er zijn duidelijke signalen dat de economie en de arbeidsmarkt zich aan het herstellen zijn van de crisis. Het aantal mensen met

Nadere informatie

Notitie tijdelijke dienstverbanden medewerkers Risse

Notitie tijdelijke dienstverbanden medewerkers Risse Notitie tijdelijke dienstverbanden medewerkers Risse Aanleiding In de vergadering van de Commissie Welzijn op 24 januari 2012 heeft wethouder Litjens van de gemeenteraad de opdracht gekregen om een notitie

Nadere informatie

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak 2017-2018 Analyse op basis van het doelgroepregister en de polisadministratie 1 Inhoud Inleiding...3 Aanleiding...3 Aanpak, perioden en meetmomenten...3 Samenvatting...4

Nadere informatie

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20%

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20% Participatiewet Sinds 1 januari 215 is de Participatiewet van kracht. Deze wet vervangt de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning

Nadere informatie

Aan de gemeenten in de GR Breed Griffier ter attentie van gemeenteraad. Datum: 31 maart 2014 Onderwerp: gewijzigde begroting 2015

Aan de gemeenten in de GR Breed Griffier ter attentie van gemeenteraad. Datum: 31 maart 2014 Onderwerp: gewijzigde begroting 2015 Aan de gemeenten in de GR Breed Griffier ter attentie van gemeenteraad Datum: 31 maart 2014 Onderwerp: gewijzigde begroting 2015 Geachte gemeenteraadsleden, In december 2014 hebben wij u geïnformeerd over

Nadere informatie

Managementsamenvatting

Managementsamenvatting 2017/23670 Managementsamenvatting Het jaar 2016 stond voor BaanStede in het teken van discussie over en voorbereiding van de opheffing van de huidige gemeenschappelijke regeling voor uitvoering van de

Nadere informatie

uw brief van: ons kenmerk: bijlage(n): datum: 14.3004216 2 12 juni 2014

uw brief van: ons kenmerk: bijlage(n): datum: 14.3004216 2 12 juni 2014 Gemeenteraad Heerenveen uw brief van: ons kenmerk: bijlage(n): datum: 14.3004216 2 12 juni 2014 Onderwerp: Geachte raad, Graag willen wij u onze zienswijze geven op de financiële rapportages die wij van

Nadere informatie

Managementsamenvatting

Managementsamenvatting Managementsamenvatting Het jaar 2015 was voor BaanStede een bewogen jaar. Gaandeweg het jaar werd duidelijk dat voor het transitieplan voor BaanStede onvoldoende draagvlak aanwezig was, waarna bestuurlijk

Nadere informatie

Raadsinformatieavond. dinsdag 22 april 2014. Transitieplan UW

Raadsinformatieavond. dinsdag 22 april 2014. Transitieplan UW Raadsinformatieavond dinsdag 22 april 2014 Transitieplan UW Missie - waartoe zijn wij op aarde - UW helpt mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt met raad en daad bij het verkrijgen van passend werk,

Nadere informatie

Factsheet. Participatiewet. Informatie voor de werkgever, juli 2014

Factsheet. Participatiewet. Informatie voor de werkgever, juli 2014 Factsheet Participatiewet Informatie voor de werkgever, juli 2014 In deze factsheet voor de UMC s over de Participatiewet wordt op een rij gezet waar deze wetgeving over gaat, over wie het gaat en wat

Nadere informatie

De werkschijf van 5. Hoe werkt IBN? 190 mm. 240 mm. IBN Postbus 660 5400 AR Uden T 0413 33 44 55 F 0413 33 44 50. E info@ibn.nl I www.ibn.

De werkschijf van 5. Hoe werkt IBN? 190 mm. 240 mm. IBN Postbus 660 5400 AR Uden T 0413 33 44 55 F 0413 33 44 50. E info@ibn.nl I www.ibn. 240 mm 190 mm De werkschijf van 5 IBN Postbus 660 5400 AR Uden T 0413 33 44 55 F 0413 33 44 50 Hoe werkt IBN? E info@ibn.nl I www.ibn.nl oktober 2012 190 mm 200 mm Hoe werkt IBN? De werkschijf van 5: De

Nadere informatie

Eerste Kwartaal verslag

Eerste Kwartaal verslag Eerste Kwartaal verslag 2018 Inhoudsopgave 1 Voorwoord directie 2 2 Kengetallen personeel 3 3 Resultaten re-integratie 2017 5 4 Kengetallen ziekteverzuim 7 5 Financiën 9 Roermond, 30 april 2018 1 1 Voorwoord

Nadere informatie

Een nieuwe taak voor gemeenten

Een nieuwe taak voor gemeenten Een nieuwe taak voor gemeenten Vanaf 1 januari 2015 treedt de Participatiewet in werking. Het doel van de wet is om meer mensen, ook mensen met een arbeidsbeperking, aan de slag te krijgen. De gemeente

Nadere informatie

Gevolgen Participatiewet voor de sociale werkvoorziening

Gevolgen Participatiewet voor de sociale werkvoorziening Gevolgen Participatiewet voor de sociale werkvoorziening Nav het rapport Optimaliseren verdienvermogen: - impressies van mogelijke verbeteringen in de bedrijfsvoering/ financiën van het (SW-)bedrijf -

Nadere informatie

Strategieën gericht op het wegwerken van tekorten op de SW Workshop conferentie Weg naar werk 2020 Utrecht d.d. 11 november 2015

Strategieën gericht op het wegwerken van tekorten op de SW Workshop conferentie Weg naar werk 2020 Utrecht d.d. 11 november 2015 Strategieën gericht op het wegwerken van tekorten op de SW Workshop conferentie Weg naar werk 2020 Utrecht d.d. 11 november 2015 Martin Heekelaar (adviseur Berenschot) Guido van den Boorn (directeur ad

Nadere informatie

Programma. Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen?

Programma. Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen? Programma Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen? De Participatiewet Op 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht Van werkgevers wordt nu verwacht om werkzoekenden met een arbeidsbeperking

Nadere informatie

Kortetermijnontwikkeling

Kortetermijnontwikkeling Artikel, donderdag 22 september 2011 9:30 Arbeidsmarkt in vogelvlucht Het aantal banen van werknemers en het aantal openstaande vacatures stijgt licht. De loonontwikkeling is gematigd. De stijging van

Nadere informatie

On-line versie IROKO Rekenmodel Participatiebudget: maak uw eigen Wat als analyses

On-line versie IROKO Rekenmodel Participatiebudget: maak uw eigen Wat als analyses On-line versie IROKO Rekenmodel Participatiebudget: maak uw eigen Wat als analyses 1. Inleiding De WWB, (een gedeelte van) de Wajong en de Wsw zijn opgegaan in de Participatiewet. De gemeenten zijn daarmee

Nadere informatie

Aan de Raad. 1. Aanleiding Het voorstel wordt aan de raad voorgelegd in zijn kaderstellende rol

Aan de Raad. 1. Aanleiding Het voorstel wordt aan de raad voorgelegd in zijn kaderstellende rol Aan de Raad No. : 8/3 Muntendam : 13 april 2017 Onderwerp : Vaststellen gewijzigde re-integratie verordening i.v.m. beschut werken ---------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

De Participatiewet. Raad op Zaterdag Den Haag, 21 september 2013. Edith van Ruijven

De Participatiewet. Raad op Zaterdag Den Haag, 21 september 2013. Edith van Ruijven De Participatiewet Raad op Zaterdag Den Haag, 21 september 2013 Edith van Ruijven De participatiewet Naar een inclusieve arbeidsmarkt jobcoach No risk polis Compensatie lagere productiviteit (loonkostensubsidie)

Nadere informatie

De missie van DZB en de Wet werken naar vermogen

De missie van DZB en de Wet werken naar vermogen De missie van DZB en de Wet werken naar vermogen Bas van Drooge Directeur DZB april 2012 concept 1 1 Wet werken naar vermogen Eén regeling voor WSW, Wajong en WWB Bezuiniging van ca. 1,8 mld 1 op 3 uitstromers

Nadere informatie

Financieel verslag Derde Kwartaal d.d. 13 december DSW Rijswijk en omstreken

Financieel verslag Derde Kwartaal d.d. 13 december DSW Rijswijk en omstreken Financieel verslag Derde Kwartaal 2018 d.d. 13 december 2018 DSW Rijswijk en omstreken AB20181213-6-Vaststellen definitieve rapportage DSW derde kwartaal 2018 1 INLEIDING Voor u ligt de 3e kwartaalrapportage

Nadere informatie

Tijdelijke contracten SW: collectief stopzetten is twijfelachtig

Tijdelijke contracten SW: collectief stopzetten is twijfelachtig Tijdelijke contracten SW: collectief stopzetten is twijfelachtig Gemeenten worden geconfronteerd met hoge kosten voor onder andere de SW-populatie, een dalend subsidiebedrag en een forse opgave om de verwachte

Nadere informatie

Definitief bijgestelde begroting 2015 van Vixia BV en GR

Definitief bijgestelde begroting 2015 van Vixia BV en GR Betreft Vergaderdatum Definitief bijgestelde begroting 2015 van Vixia BV en GR 28-mei-2015 Gemeenteblad 2015 / Agendapunt Aan de Raad Voorstel De gemeenteraad wordt voorgesteld: 1. Kennisnemen van de definitief

Nadere informatie

Trendrapport Impact daling Wsw-subsidie op financiën gemeenten

Trendrapport Impact daling Wsw-subsidie op financiën gemeenten Trendrapport Impact daling Wsw-subsidie op financiën gemeenten 26 januari 2015 Auteur: drs. G. Reezigt DE WSW SUBSIDIE: VAN MELKKOE TOT MOLENSTEEN Het is zover: de langverwachte Participatiewet is 1 januari

Nadere informatie

Subsidieresultaat A V. NTW (netto toegevoegde waarde) B N

Subsidieresultaat A V. NTW (netto toegevoegde waarde) B N Financiën Paragraaf a is een analyse van het resultaat, in paragraaf b wordt de ontwikkeling van de subsidieratio behandeld, in paragraaf c staat een overzicht van de gemeentelijke bijdrage per SE en in

Nadere informatie

2014 In cijfers SOCIALE WERKVOORZIENING

2014 In cijfers SOCIALE WERKVOORZIENING 2014 In cijfers AANVULLING JAAROVERZICHT 2014 (ON)BEPERKT HOUDBAAR Ondanks de onzekerheden is Ergon koersvast en presteert immens. Een topjaar was 2014, zowel sociaal als financieel; 2336 sw-medewerkers

Nadere informatie

Beschut Werk in de praktijk. presentatie 30 maart 2016 Jan-Jaap de Haan (Cedris)

Beschut Werk in de praktijk. presentatie 30 maart 2016 Jan-Jaap de Haan (Cedris) Beschut Werk in de praktijk presentatie 30 maart 2016 Jan-Jaap de Haan (Cedris) Voor wie doen we het eigenlijk? Voor wie doen we het? WWB: Wajong: WSW: 400.000 (waarvan ca 50% langer dan 3 jaar) 250.000

Nadere informatie

Oplegnotitie begroting 2017

Oplegnotitie begroting 2017 Oplegnotitie begroting 2017 In het tweede kwartaal 2016 worden nog veel besluiten genomen over de toekomst van Permar. Dat maakt het op het moment van schrijven van deze begroting vrijwel onmogelijk om

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 352 Uitvoering en evaluatie Participatiewet Nr. 111 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

College voor Arbeidszaken Kamer Gesubsidieerde Arbeid

College voor Arbeidszaken Kamer Gesubsidieerde Arbeid College voor Arbeidszaken Kamer Gesubsidieerde Arbeid Brief aan de leden T.a.v. het college en de gemeenteraad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 betreft Arbeidsvoorwaarden en de sociale werkvoorziening

Nadere informatie

DE PARTICIPATIEWET VOOR U ALS WERKGEVER

DE PARTICIPATIEWET VOOR U ALS WERKGEVER UTRECHT MIDDEN DE PARTICIPATIEWET VOOR U ALS WERKGEVER Doel van de Participatiewet De Participatiewet vervangt de bijstandswet, de Wet sociale werkvoorziening en een deel van de Wajong. Het doel van de

Nadere informatie

Managementsamenvatting

Managementsamenvatting Managementsamenvatting Het jaar 2017 staat voor BaanStede in het teken van de voorbereidingen voor de overdracht van haar medewerkers en activiteiten naar drie nieuwe uitvoeringsorganisatie: het participatiebedrijf

Nadere informatie

Financieel verslag Prognose d.d. 25 maart DSW Rijswijk en omstreken

Financieel verslag Prognose d.d. 25 maart DSW Rijswijk en omstreken Financieel verslag Prognose 2019 d.d. 25 maart 2019 DSW Rijswijk en omstreken 1 INLEIDING Voor u ligt de 1e rapportage 2019 van DSW Rijswijk en omstreken. Vanuit de kwartaalrapportages over het jaar 2018

Nadere informatie

Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd.

Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd. Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd. 30-1- 2013 Uitgangspunten Iedereen die in een uitkering zit en die

Nadere informatie

Transitie Participatiewet: Regionale Stellingen

Transitie Participatiewet: Regionale Stellingen Transitie Participatiewet: Regionale Stellingen Huidige Visie CGM Kadernota Participatie Land van Cuijk van uw raad uit dec. 2011. Inwoners economisch zelfredzaam = Schadelastbeperken = Verminderen van

Nadere informatie

Sector- en bedrijfsinformatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie 2007 bedrijfsvergelijkend onderzoek Cedris

Sector- en bedrijfsinformatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie 2007 bedrijfsvergelijkend onderzoek Cedris Sector- en bedrijfsinformatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie 2007 bedrijfsvergelijkend onderzoek Cedris Amsterdam, september 2008 In opdracht van Cedris Sector- en bedrijfsinformatie sociale

Nadere informatie

UITVOERINGSVARIANTEN PROMEN

UITVOERINGSVARIANTEN PROMEN UITVOERINGSVARIANTEN PROMEN Uitdagingen voor de Participatiewet Analyse van de huidige situatie van Promen Mogelijke uitvoeringsvarianten voor Promen Bijeenkomst met gemeenteraadsleden op 22 en 23 sep

Nadere informatie

Aantal medewerkers Zuidoost-Brabant

Aantal medewerkers Zuidoost-Brabant Regio Zuidoost-Brabant 1. Werkgelegenheid Zorg en Welzijn Zuidoost-Brabant In dit katern volgt een overzicht van diverse arbeidsmarktfactoren in de sector zorg en welzijn in de regio Zuidoost-Brabant.

Nadere informatie

Notitie beschut werk. Aanleiding. Indicatiestelling beschut werk UWV

Notitie beschut werk. Aanleiding. Indicatiestelling beschut werk UWV Notitie beschut werk Aanleiding Met de inwerkingtreding van de Participatiewet is per 1 januari 2015 de toegang tot de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) afgesloten voor nieuwe instroom en kunnen personen

Nadere informatie

In deze brief presenteer ik de resultaten van deze onderzoeken. Ook stuur ik de onderzoeksrapporten mee.

In deze brief presenteer ik de resultaten van deze onderzoeken. Ook stuur ik de onderzoeksrapporten mee. > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Coen van Hoorn 040-2083704 cho@valkenswaard.nl. 12raad00254 31-05-2012

Coen van Hoorn 040-2083704 cho@valkenswaard.nl. 12raad00254 31-05-2012 Agendapunt commissie: 6 steller telefoonnummer email Coen van Hoorn 040-2083704 cho@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering onderwerp 12raad00254 31-05-2012 Jaarrekening 2011 en het jaaroverzicht

Nadere informatie

Benchmark laat zien: betere bedrijfsprestatie en doorstroming dan landelijk gemiddelde, maar ook hogere lonen en hoger ziekteverzuim

Benchmark laat zien: betere bedrijfsprestatie en doorstroming dan landelijk gemiddelde, maar ook hogere lonen en hoger ziekteverzuim Raadsinformatiebrief inzake WOZL d.d. 06/03/2018 Benchmark laat zien: betere bedrijfsprestatie en doorstroming dan landelijk gemiddelde, maar ook hogere lonen en hoger ziekteverzuim Cedris, de Nederlandse

Nadere informatie

Sociale werkbedrijven de toekomst

Sociale werkbedrijven de toekomst & Sociale werkbedrijven de toekomst Sociale werkbedrijven 2.0 De Participatiewet vraagt om een nieuwe manier van werken. Er zijn nieuwe doelen vastgelegd en overal ontstaan nieuwe samenwerkingsverbanden.

Nadere informatie

Analyse instroom

Analyse instroom Instroomontwikkeling 2016 2017 In 2016 was er een instroomtoename van 5,5% bij de hbo-bachelor- en ad-opleidingen, opgebouwd uit: Een toename van de directe doorstroom vanuit havo, mbo en vwo met 1,0%

Nadere informatie

Coen van Hoorn raad

Coen van Hoorn raad 11 Coen van Hoorn 040-2083704 cho@valkenswaard.nl Jaarrekening 2010 en het jaarverslag 2010 van de GRWRE. 11raad00324 29-06-2011 Ergon kijkt terug op een succesvol sociaal en economisch 2010. Er zijn goede

Nadere informatie

Gewijzigde begroting 2015 Breed als zelfstandige GR, geen onderdeel Werkbedrijf

Gewijzigde begroting 2015 Breed als zelfstandige GR, geen onderdeel Werkbedrijf Gewijzigde begroting 2015 Breed als zelfstandige GR, geen onderdeel Werkbedrijf 1 INHOUD Omschrijving pagina 1 Toelichting op de begrotingswijziging 3 2. Programmabegroting 4 3 Programmabegroting gewijzigd

Nadere informatie

Rapportage 1 e kwartaal 2017

Rapportage 1 e kwartaal 2017 Rapportage 1 e kwartaal Uitvoeringsorganisatie Laborijn Terborgseweg 106 7005 BC DOETINCHEM Inhoudsopgave Voorwoord... 3 1. Programma Inkomen... 4 1.1 Ontwikkeling cliëntenbestand BUIG... 4 1.2 Financiële

Nadere informatie

Risicoanalyse en scenariostudie als onderbouwing van de Kadernota. Samenvatting

Risicoanalyse en scenariostudie als onderbouwing van de Kadernota. Samenvatting Risicoanalyse en scenariostudie als onderbouwing van de Kadernota Samenvatting Aanpak Pagina 2 Doelstelling Vergelijking van keuzes: Doorgaan met huidige uitvoering óf Opzetten van een gezamenlijk uitvoeringsorganisatie

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 206 207 33 98 Wijziging van de Wet financiering sociale verzekeringen in verband met een heffing bij het niet voldoen aan de quotumdoelstelling (Wet banenafspraak

Nadere informatie

Meer kansen, meer banen. SW-bedrijven als banenmakelaar

Meer kansen, meer banen. SW-bedrijven als banenmakelaar Meer kansen, meer banen Inleiding Mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben terecht de volle aandacht van de politiek. Vrijwel alle verkiezingsprogramma s besteden er aandacht aan. Het gaat

Nadere informatie

Samenwerken aan werk. Werkbedrijf: Schakel tussen mens & werk

Samenwerken aan werk. Werkbedrijf: Schakel tussen mens & werk Samenwerken aan werk Werkbedrijf: Schakel tussen mens & werk Gerard Ruis 24/4/2014 Cedris Branche-organisatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie Vereniging met 90 leden: uitvoerders gesubsidieerde

Nadere informatie

Le L a e r a n n & & S h S a h r a e e b i b jie j e e n e k n om o s m t t S W S Zwolle 12 oktober

Le L a e r a n n & & S h S a h r a e e b i b jie j e e n e k n om o s m t t S W S Zwolle 12 oktober Learn & Share bijeenkomst SW Zwolle 12 oktober Zwolle en Wezo GR WEZO en Wezo NV Zwolle, Hattem, Zwartewaterland, Dalfsen, Raalte Algemeen Bestuur GR WEZO Opdrachtverstrekking WSW Beleidsvorming uitvoering

Nadere informatie

BEGROTING 2014-2017 bij ongewijzigd beleid Werkvoorzieningschap De Sluis

BEGROTING 2014-2017 bij ongewijzigd beleid Werkvoorzieningschap De Sluis BEGROTING 2014-2017 bij ongewijzigd beleid Werkvoorzieningschap De Sluis Opgesteld door het Dagelijks Bestuur te Woerden d.d. 3 juli 2013 Vastgesteld door het Algemeen Bestuur d.d. 3 juli 2013 Carrosserieweg

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad. Registratienummer: GF Datum: 8 mei 2012 Agendapunt: 18. Behandelend ambtenaar: De heer C. Tiemersma

Aan de gemeenteraad. Registratienummer: GF Datum: 8 mei 2012 Agendapunt: 18. Behandelend ambtenaar: De heer C. Tiemersma Aan de gemeenteraad Registratienummer: GF12.20057 Datum: 8 mei 2012 Agendapunt: 18 Portefeuillehouder: De heer L. Buwalda Behandelend ambtenaar: De heer C. Tiemersma Onderwerp: Jaarrekening 2011 en begroting

Nadere informatie

In de begrotingen van PAUW Bedrijven wordt uitgegaan van onderbouwingen en aannames. Hiervoor wordt verwezen naar de betreffende documenten.

In de begrotingen van PAUW Bedrijven wordt uitgegaan van onderbouwingen en aannames. Hiervoor wordt verwezen naar de betreffende documenten. Bijlage E Financiën en exploitatie 1. Inleiding Deze bijlage geeft een beeld van de financiële exploitatie van de uitvoering van de Wsw in de nieuwe situatie. Dit gebeurt op exact dezelfde wijze als in

Nadere informatie

Whitepaper Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Whitepaper Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten Whitepaper Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten VeReFi Whitepaper 14 Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten - 1 - Inhoud 1. Inleiding... 3 2. De banenafspraak... 4 2.1 Om welke mensen gaat

Nadere informatie

Aantal medewerkers West-Brabant

Aantal medewerkers West-Brabant Regio West-Brabant 1. Werkgelegenheid Zorg en Welzijn West-Brabant In dit katern volgt een overzicht van diverse arbeidsmarktfactoren in de sector zorg en welzijn in de regio West-Brabant. Waar mogelijk

Nadere informatie

Overheidsbemoeienis versus maatschappelijk verantwoord ondernemen. Wat betekent deze wet voor u als werkgever?

Overheidsbemoeienis versus maatschappelijk verantwoord ondernemen. Wat betekent deze wet voor u als werkgever? De Participatiewet Overheidsbemoeienis versus maatschappelijk verantwoord ondernemen Wat betekent deze wet voor u als werkgever? De Participatiewet het juridische plaatje Met ingang van 1 januari 2015

Nadere informatie

Ingekomen stukken. Vergadering : 22 januari 2015

Ingekomen stukken. Vergadering : 22 januari 2015 Ingekomen stukken Vergadering : 22 januari 2015 Agendapunt : 6 (C7) Status : Besluitvormend (procedureel) Programma : (8) Wurk & Bystân Portefeuillehouder : D.A. Fokkema / H. Rijpstra Behandelend ambt.

Nadere informatie

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2 Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename

Nadere informatie

Vragenlijst inventarisatie effecten omvorming WSW naar Wet Werken naar Vermogen

Vragenlijst inventarisatie effecten omvorming WSW naar Wet Werken naar Vermogen Vragenlijst inventarisatie effecten omvorming WSW naar Wet Werken naar Vermogen Tijdens de VGG Algemene Ledenvergadering in Hoogezand op 20 april jl. is afgesproken dat de VNG en de VGG op het onderdeel

Nadere informatie

2. Globale analyse 2015

2. Globale analyse 2015 2. Globale analyse 2015 2.1. Tekort 2015 We zien dat de economie aantrekt. Dat zien we ook terug in Enschede. We nemen groei en dynamiek waar van bedrijven op de toplocaties (met name Kennispark en de

Nadere informatie

Registratienummer: GF14.20043 Datum collegebesluit: 19 mei 2014 Agendapunt: 12

Registratienummer: GF14.20043 Datum collegebesluit: 19 mei 2014 Agendapunt: 12 Aan de gemeenteraad Registratienummer: GF14.20043 Datum collegebesluit: 19 mei 2014 Agendapunt: 12 Portefeuillehouder: Mevrouw C. van der Laan Behandelend ambtenaar: De heer C. Tiemersma Onderwerp: Jaarrekening

Nadere informatie

De sociale werkvoorziening in 2000

De sociale werkvoorziening in 2000 De sociale werkvoorziening in 2000 Margot de Bontridder de Steur 1 In dit artikel wordt een beeld geschetst van de economische ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan in de sociale werkvoorziening in

Nadere informatie

De Participatiewet en De Banenafspraak. Stijn van Bruggen Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Participatiewet en De Banenafspraak. Stijn van Bruggen Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid De Participatiewet en De Banenafspraak Stijn van Bruggen Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Uitgangspunten van de Participatiewet 1. Een wet voor iedereen met arbeidsvermogen (1.1.2015) 2.

Nadere informatie

Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007

Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007 Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007 24-06-2008, Bussum Etienne Lemmens, Orbis Inleiding Vergelijking Respons Regionale spreiding In de CAO voor de sector SW is opgenomen dat de verzuimbenchmark,

Nadere informatie

Sociaal jaarverslag 2012

Sociaal jaarverslag 2012 Sociaal jaarverslag 2012 Sociaal jaarverslag 2012 Inhoud Voorwoord... 4 Kengetallen Personeel 2012 Kerncijfers Sociaal Jaarverslag 2012 en 2011... 6 Omvang formatie en personeelsbezetting... 7 Overige

Nadere informatie

2013 In cijfers SOCIALE WERKVOORZIENING

2013 In cijfers SOCIALE WERKVOORZIENING 2013 In cijfers Als aanvulling op het Jaaroverzicht 2013. SOCIALE WERKVOORZIENING Ook in 2013 is op de sociale parameters goed gepresteerd. Het aantal medewerkers met een sw-dienstverband is in 2013 tot

Nadere informatie

Personeelsmonitor 2011 Samenvatting

Personeelsmonitor 2011 Samenvatting Jaarlijks brengt het A+O fonds Gemeenten de Personeelsmonitor uit. Dit rapport geeft de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van HRM en arbeidsmarktontwikkelingen bij gemeenten weer. In deze samenvatting

Nadere informatie

Sociaal Domein 2016: De Uitdaging Hoe krijgen we mensen aan het werk? Evelien Meester

Sociaal Domein 2016: De Uitdaging Hoe krijgen we mensen aan het werk? Evelien Meester Sociaal Domein 2016: De Uitdaging Hoe krijgen we mensen aan het werk? Evelien Meester De uitdagingen van de Participatiewet U heeft van René Paas gehoord waar op hoofdlijnen de knelpunten zitten in de

Nadere informatie

Begroting Bedrijfsresultaat

Begroting Bedrijfsresultaat Tabel: samenvattend overzicht begroting 2017 2021 Meer Jaren 2018-2021 (in 1.000) 2016 2017 2018 2019 2020 2021 Totale baten (excl netto omzet) 70.258 75.967 77.100 78.776 79.591 80.669 Totale directe

Nadere informatie

Ontwikkelingen in de sociale werkvoorziening

Ontwikkelingen in de sociale werkvoorziening Ontwikkelingen in de sociale werkvoorziening Margot de Steur 1 Hoewel de sociale werkvoorziening tot de industrie behoort, is het toch een wat afwijkende branche. In de afgelopen jaren is zij in de Industriemonitor

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Kerngetallen 4 maandsrapportage Avres. Toeleiding naar werk, talentontwikkeling en sociale ontwikkeling

Kerngetallen 4 maandsrapportage Avres. Toeleiding naar werk, talentontwikkeling en sociale ontwikkeling Kerngetallen 4 maandsrapportage Avres Toeleiding naar werk, talentontwikkeling en sociale ontwikkeling December 2018 1. Toeleiding naar werk Toeleiding naar werk bestaat uit twee onderdelen. Het plaatsen

Nadere informatie

Oktober 2013. Participatiewet; kansen in samenwerking

Oktober 2013. Participatiewet; kansen in samenwerking Oktober 2013 Participatiewet; kansen in samenwerking In 1952 gaat de Gemeentelijke Sociale Werkvoorzieningsregeling (1950) gelden voor het opzetten van speciale werkplaatsen voor gehandicapten. Gehandicapten

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

BEGROTING 2015 WERKVOORZIENINGSSCHAP ZUID-KENNEMERLAND

BEGROTING 2015 WERKVOORZIENINGSSCHAP ZUID-KENNEMERLAND BOB 14/020 Aan de raad, BEGROTING 2015 WERKVOORZIENINGSSCHAP ZUID-KENNEMERLAND Voorgeschiedenis / aanleiding Op 7 oktober jl. heeft het college besloten de conceptbegroting van 2015 ter goedkeuring voor

Nadere informatie

Registratienummer: GF13.20024 Datum collegebesluit: 16 april 2013 Agendapunt: 7

Registratienummer: GF13.20024 Datum collegebesluit: 16 april 2013 Agendapunt: 7 Aan de gemeenteraad Registratienummer: GF13.20024 Datum collegebesluit: 16 april 2013 Agendapunt: 7 Portefeuillehouder: De heer L. Buwalda Behandelend ambtenaar: De heer C. Tiemersma Onderwerp: Jaarrekening

Nadere informatie

Aantal medewerkers Noordoost-Brabant

Aantal medewerkers Noordoost-Brabant Regio Noordoost-Brabant 1 1. Werkgelegenheid Zorg en Welzijn Noordoost-Brabant In dit katern volgt een overzicht van diverse arbeidsmarktfactoren in de sector zorg en welzijn in de regio Noordoost-Brabant.

Nadere informatie

Participatiewet. 1 januari 2015

Participatiewet. 1 januari 2015 Participatiewet 1 januari 2015 Agenda Uitgangspunten Participatiewet - Sjak Vrieswijk De WVK-groep - Gerard van Beek De ISD/Werkplein de Kempen - Sjak Vrieswijk Kempenplus - Gerard van Beek Het regionaal

Nadere informatie

t ^ nveq.íĩ? ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^- ^

t  ^ nveq.íĩ? ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^- ^ R16.00060 B E Z O E K A D R E S î Raadhuisstraat 1 9301 AA Roden E M E E N T E P O S T A D R E S t Postbus 109 9300 AC Roden î N O O R D E N V E L D W E B S I T E / E - M A I L t www.gi ^ nl T E L E F

Nadere informatie

Detacheren & Uitzenden Anticiperen op Participatiewet. Door : Jan Klerks Controller WSD

Detacheren & Uitzenden Anticiperen op Participatiewet. Door : Jan Klerks Controller WSD Detacheren & Uitzenden Anticiperen op Participatiewet Door : Jan Klerks Controller WSD Aanleiding Participatiewet Stop instroom SW Nieuwe positionering WSD Wat doen we met nieuwe brede doelgroep Wat kan

Nadere informatie