Negentiende zondag in de Pinkstertijd L I T U R G I E. van de dienst. op zondag 30 september voorganger: ds. Jac. Goorhuis

Transcriptie

1 Negentiende zondag in de Pinkstertijd L I T U R G I E van de dienst op zondag 30 september 2018 voorganger: ds. Jac. Goorhuis INLEIDING Vandaag wil ik het over de zonde hebben én over de gemeente. We lezen het verhaal van Kaïn en Abel, de eerste zonde. De tweede lezing is uit de Korintebrief van de apostel Paulus. Daar gaat het over de gemeente. Tegen Kaïn wordt gezegd dat hij over de zonde moet heersen. De gemeente is de plekwaar dat geoefend wordt, steeds weer. Gemeentezijn is wachtlopen tegen de duivel. Begroeting door de ouderling van dienst (gemeente gaat staan) Zingen: Psalm 24: 1 en 2 1 De aarde en haar volheid zijn des Heren koninklijk domein, de wereld en die daarin wonen. Het land rijst uit de oceaan, rivieren breken zich ruim baan om Gods volmaakte macht te tonen.

2 2 Wie is de mens die op zal gaan en voor Gods heilig aanschijn staan? Wie mag de tempel binnentreden? Wie niet op loze wijsheid bouwt, zijn hart en handen zuiver houdt van kwade trouw en valse eden. Bemoediging v. Onze hulp is de Naam van de Heer g. Die hemel en aarde gemaakt heeft Drempelgebed v. God, hart en handen openen wij voor U, wij bidden: g. Wil daaruit wegdoen wat kwaad is en trouweloos en ons van u en van elkaar vervreemdt. v. Wees ons nabij met uw zegen g. Amen (gemeente gaat zitten) Zingen: Psalm 24: 3 God is hem zegenrijk nabij, in t recht des Heren wandelt hij, de God des heils zal hem verblijden. Een nieuw geslacht gaat op in t licht en zoekt des Heren aangezicht, Jakob, het volk dat Hij zal leiden. Kyriëgebed v. God, om onze aarde en haar volheid roepen wij tot U, want wij schenden haar, -2-

3 plunderen en vervuilen haar en maken haar onbewoonbaar, woest en ledig als in den beginne. Ontferm U heer, want wij bouwen op loze wijsheid, liggen te raap voor hebzucht en tomeloze consumptiedrift ons hart en onze handen zijn bezoedeld met kwade trouw en vals gehuichel. Heer ontferm U onthoud ons uw zegen niet want dan zijn wij verloren, maar doe ons gaan mét Jacob, uw volk, op de weg van uw recht en waarheid. Zo bidden wij U en zingen Lied 299e: Heer, ontferm u, Heer, ontferm u, Christus, ontferm u, Christus, ontferm u, Heer, ontferm u over ons, Heer, ontferm u over ons. Jezus Messias, heilige Geest, glorie van God! U alle eer, nu en altijd. Amen, amen, amen. Vader van mensen! Jezus Messias, één met de Vader, Lam van God, die wegdraagt de zonden van heel onze wereld: geef uw ontferming! Heilig, heilig zijt Gij alleen Heer, Allerhoogste, Glorie, glorie aan God hoog in de hemel -3-

4 en op aarde vrede voor mensen van zijn behagen. Wij loven U, aanbidden U, vereren en zegenen U. Wij danken U om uw glorie! Hemelse koning, God over allen, De kinderen gaan naar de kinderdienst Zingen: En dat het nu weer zondag is vind ik zo fijn, zo fijn Ik ga dan naar het huis van God om dicht bij Hem te zijn. DE HEILIGE SCHRIFT Groet: v. De Heer zal bij u zijn g. De Heer zal u bewaren Gebed: Lied 336 Open ons en raak ons aan Open ons en raak ons aan. Eerste lezing: Genesis 4: 1-9 Zingen: Lied 318: 1 en 2 1 Het woord brengt de waarheid teweeg. Het veranderde in den beginne een aarde die woest was en leeg tot een lusthof voor ziel en zinnen. 2 Het woord dat de wereld schiep is het woord dat klonk door de eeuwen, is het woord dat Abraham riep en Daniël tussen de leeuwen. -4-

5 Brieflezing: 1 Korintiërs 3: 1-11 en Zingen: Lied 318: 3 en 4 3 Het woord dat God was bij God, tussen mensen een mens werd op aarde, dat in het armzaligste lot zijn heerlijkheid openbaarde. 4 Het onvergelijkelijk woord met een hemelse hand geschreven wordt in onze harten gehoord: onze weg, onze waarheid, ons leven. Uitleg/ Verkondiging Orgelspel Zingen: Lied De ware kerk des Heren, in Hem alleen gegrond, geschapen Hem ter ere, de bruid van zijn verbond, dankt aan zijn dood het leven. Hij is haar bruidegom. Want God, zo staat geschreven, zag naar zijn dienstmaagd om. 2 Door God bijeen vergaderd, één volk dat Hem behoort, als kinderen van één Vader; één doop, één Geest, één woord. Zo offert allerwege -5-

6 de kerk U lof en prijs. Eén naam is aller zegen, één brood is aller spijs. 3 Al heeft men haar geteisterd, al wordt zij onderdrukt, door dwalingen verbijsterd, door strijd uiteengerukt, de stem der martelaren roept uit: O Heer, hoe lang? De nacht is vol gevaren, de morgen vol gezang. 4 In t woeden aller tijden is nooit het lied verstomd, Gods hoede zal ons leiden, de volle vrede komt! Geloven wordt aanschouwen, als uit de hemel daalt de bruid, de hoge vrouwe, de kerk die zegepraalt. 5 Met God zijn wij verbonden, met Vader, Zoon en Geest, met alwie overwonnen, alwie zijn trouw geweest. Bewijs ons uw genade, dan zingen wij bevrijd de glorie van uw daden, in tijd en eeuwigheid. GAVEN EN GEBEDEN -6-

7 Dankgebed, voorbeden, stil gebed, Onze Vader Inzameling der gaven 1. Diaconie - KerkinActie - Versterk de Kerk in het Midden-Oosten 2. Ontmoetingskerk De kinderen komen terug uit de kindernevendienst en de kinderen kunnen uit de oppas gehaald worden opdat zij ook delen in de zegen Slotlied 978 [staande]: 1 Aan U behoort, o Heer der heren, de aarde met haar wel en wee, de steile bergen, koele meren, het vaste land, de onzekere zee. Van U getuigen dag en nacht. Gij hebt ze heerlijk voortgebracht. 2 Gij roept het jonge leven wakker, een tuin bloeit rond het open graf. Er ruisen halmen op de akker waar zich het zaad verloren gaf. En vele korrels vormen saam een kostbaar brood in uwe naam. 3 Gij hebt de bloemen op de velden met koninklijke pracht bekleed. De zorgeloze vogels melden dat Gij uw schepping niet vergeet. t Is alles een gelijkenis van meer dan aards geheimenis. -7-

8 4 Laat dan mijn hart U toebehoren en laat mij door de wereld gaan met open ogen, open oren om al uw tekens te verstaan. Dan is het aardse leven goed, omdat de hemel mij begroet. Zegen, beantwoord met gezongen amen -8-