Opmerkingen van COC bij de mededeling van het VVKSO betreffende. Functiebeschrijvingen, functioneringsgesprekken en evaluatie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Opmerkingen van COC bij de mededeling van het VVKSO betreffende. Functiebeschrijvingen, functioneringsgesprekken en evaluatie"

Transcriptie

1 Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. M-VVKSO datum gewijzigd contact Dienst Personeel en schoolbeheer, Opmerkingen van COC bij de mededeling van het VVKSO betreffende Functiebeschrijvingen, functioneringsgesprekken en evaluatie COC apprecieert ten zeerste dat het VVKSO met COC overlegd heeft over de inhoud van deze Mededeling, ook al heeft dat overleg niet geleid tot een volledige consensus. COC wil hierbij duiden waarover meningsverschillen zijn blijven bestaan. Om de leesbaarheid van het geheel te bevorderen, hebben we ervoor geopteerd om onze opmerkingen in de Mededeling van het VVKSO zelf te verwerken. 1 1 Inleiding Vanaf 1 september 2004 is de functiebeschrijving verplicht voor de meeste personeelsleden die op basis van het decreet rechtspositie zijn aangesteld. Het werken met een functiebeschrijving en het voeren van functioneringsgesprekken maken deel uit van een integraal personeelsbeleid en hangen samen met een cultuur van inspraak, betrokkenheid en participatie van de personeelsleden. Functioneringsgesprekken bieden aan schoolbesturen en directies de kans om hun waardering uit te drukken voor de prestaties van het personeelslid. Deze gesprekken zijn een belangrijke communicatielijn tussen personeel en directie en vormen tevens een uitstekende gelegenheid om een sterkte-zwakte analyse van de school te maken. De functioneringsgesprekken zijn daarom een cruciaal onderdeel in het traject van personeelsbegeleiding. We vinden het dan ook positief dat de verplichting ertoe vanaf 1 september 2007 in het decreet rechtspositie wordt opgenomen. In een eerste fase werd de functiebeschrijving losgekoppeld van de evaluatie. Maar het traject van professionalisering is pas volledig afgerond met een evaluatie als sluitstuk. Personeelsleden die hun werk goed en graag doen, willen getoetst worden en zullen bevestigd worden in hun evaluatie. Ze krijgen in hun evaluatie erkenning en waardering voor het gepresteerde werk. Evaluatie gaat dus niet in de eerste plaats om sanctioneren. Daarom zal in uitzonderlijke gevallen een evaluatie leiden tot een onvoldoende. Op dat moment moeten we ervoor zorgen dat er geen procedurefouten gemaakt werden, want in dat geval is de kans reëel dat de evaluatie onvoldoende in beroep vernietigd wordt. We zijn overtuigd dat het geheel van functiebeschrijving, functioneringsgesprekken en de uiteindelijke evaluatie zal bijdragen tot het welbevinden van personeelsleden. Vooraleer met de evaluaties te starten raden wij de schoolbesturen aan om alle personeelsleden op de hoogte te brengen van het vernieuwde wettelijke kader dat ingaat op 1 september Duidelijke informatie kan heel wat twijfels wegwerken We lichten de volledige wetgeving rond de functiebeschrijving, de functioneringsgesprekken en de evaluatie toe in deze mededeling. 1 Inhoudsopgave achteraan deze bundel

2 2 2 Reglementering Artikelen 23 bis; 31; 40; 43 ter van het decreet rechtspositie 2 Hoofdstukken V bis en V ter van het decreet rechtspositie Artikelen 60; 61; 62 bis; 84 bis van het decreet rechtspositie Artikel 28 van de schoolpactwet van 29 mei Deze Mededeling stoelt op vrij recente wetgeving. Dat betekent dat ze de toetsing aan de praktijk nog moet doorstaan. Niettegenstaande deze Mededeling door het VVKSO met uiterste zorg werd samengesteld, is het bijgevolg niet uitgesloten dat de praktijk zal leren dat ze moet verfijnd en/of aangepast worden. 3 Toepassingsgebied Elk gesubsidieerd personeelslid met een aanstelling (fulltime of gefractioneerd, vastbenoemd of tijdelijk) van meer dan 104 dagen moet een geïndividualiseerde functiebeschrijving krijgen. Er kan ook een functiebeschrijving opgesteld worden voor personeelsleden die voor kortere duur zijn aangesteld. Indien de scholengemeenschap hiervoor opteert, dient men afspraken te maken in het OCSG. Deze afspraken worden best opgenomen in het protocol van de onderhandelingen die dienaangaande werden gevoerd. Vanaf 1 september 2007 moet elk personeelslid dat een functiebeschrijving heeft minimaal om de vier schooljaren geëvalueerd worden. Bij een evaluatie kan enkel rekening gehouden worden met prestaties geleverd in het lopende schooljaar en in de drie voorafgaande schooljaren. Voorbeeld Een personeelslid heeft op 1 september 2004 een functiebeschrijving gekregen. De situatie in de volgende schooljaren was: schooljaar :personeelslid leverde effectieve prestaties schooljaar :personeelslid nam volledige loopbaanonderbreking schooljaar :personeelslid nam volledige loopbaanonderbreking schooljaar : personeelslid levert effectieve prestaties De eerste evaluator beslist om in februari 2008 een evaluatie uit te spreken. Dit kan op basis van de prestaties van het schooljaar en op basis van de geleverde prestaties in De eerste evaluator zou met de evaluatie ook nog kunnen wachten tot het schooljaar In dat geval kan de evaluatie enkel gaan over prestaties geleverd in en in maar niet meer over het schooljaar Naar de letter van het decreet rechtspositie is dit voorbeeld juist. De praktijk kan echter anders zijn omdat er grote problemen kunnen opduiken wanneer men voor een evaluatie ook prestaties in aanmerking neemt van vóór Op basis van welke functiebeschrijving worden die dan immers geëvalueerd? Is deze functiebeschrijving tot stand gekomen volgens de voorgeschreven procedures? Gaat het hier wel over een geïndividualiseerde functiebeschrijving? Zijn er in die periode functioneringsgesprekken geweest? Was er voor die periode wel een evaluator aangeduid volgens de regels die nu gelden? Besluit: bij problemen moet deze problematiek dossier per dossier bekeken worden. 2 U surft naar > via delen en rubrieken in de wetgeving > Personeel > Administratief statuut > Gesubsidieerd onderwijs > 27 maart U surft naar > via delen en rubrieken in de wetgeving > Niveauoverschrijdend deel > Schoolpact > 29 mei 1959.

3 3 4 Bevoegdheden 4.1 Rol van het schoolbestuur Het schoolbestuur draagt de eindverantwoordelijkheid voor het personeelsbeleid in een school. het schoolbestuur voert de onderhandelingen over afspraken inzake functioneren en evalueren van personeelsleden in de betrokken onderhandelingscomités; het schoolbestuur duidt twee evaluatoren aan voor de meeste personeelsleden. Het kan zelf de rol van tweede evaluator opnemen; het schoolbestuur treedt op als enige evaluator voor de directeur en de internaatsbeheerder. Het kan ook als enige evaluator optreden voor de adjunct-directeur. Dit zal vooral gebeuren in situaties waar directeur en adjunct-directeur samen werken in een directieteam. Wij raden aan om binnen het schoolbestuur de evaluatie te delegeren aan een team van bestuurders, dat gezamenlijk de evaluatie van het bestuurspersoneel op zich neemt. Door te opteren voor een team wordt dit proces niet overgelaten aan één enkele persoon; het schoolbestuur heeft de ultieme beslissingsbevoegdheid inzake functiebeschrijvingen van alle personeelsleden. Wanneer een evaluator en een betrokken personeelslid het niet eens zouden raken over de functiebeschrijving of bepaalde onderdelen ervan, dan hoort het schoolbestuur de beide partijen en neemt uiteindelijk de beslissing over de definitieve inhoud van de functiebeschrijving; het schoolbestuur stelt zelf de evaluatieverslagen op van het bestuurspersoneel dat het evalueert; het schoolbestuur beheert de evaluatieverslagen die door de eerste evaluator worden bezorgd. De schoolbesturen vrijwaren de confidentialiteit van deze verslagen. 4.2 Rol van de scholengemeenschap Art. 71 van het decreet secundair onderwijs 4 bepaalt dat een scholengemeenschap afspraken moet maken over het personeelsbeleid, meer bepaald over de criteria voor het aanwerven, functioneren en evalueren van de personeelsleden. Het decreet legt geen minimale afspraken op. Binnen het OCSG zullen de criteria inzake functioneren en evalueren dus worden onderhandeld. Hierbij wordt steeds gestreefd naar consensus. Wanneer een consensus wordt bereikt, wordt dit opgenomen in een protocol van eenparig akkoord. De scholengemeenschap en de scholen kunnen vervolgens niet meer van de bepalingen, opgenomen in dit akkoord, afwijken 5. Ook wanneer geen of slechts een gedeeltelijke consensus wordt bereikt, is het best dat de criteria inzake functioneren en evalueren toch uit het protocol blijken. Een protocol is immers een document waaruit blijkt dat er onderhandeld werd, waarover er onderhandeld werd, wie er onderhandeld heeft en wat de resultaten van deze onderhandelingen waren 6. In het geval van een protocol van niet-akkoord moet er minstens een document bestaan waaruit blijkt welke criteria zullen worden gehanteerd. 4 Decreet van 14 juli 1998 houdende diverse maatregelen met betrekking tot het secundair onderwijs en tot wijziging van het decreet van 25 februari 1997 betreffende het basisonderwijs. vlaanderen.be/edulex > Via delen en rubrieken van de wetgeving > Secundair onderwijs > Decreet secundair onderwijs. 5 Op voorwaarde uiteraard dat de scholengemeenschap binnen haar bevoegdheden blijft. Zo schrijft het decreet rechtspositie duidelijk voor dat het opmaken van de lijst van instellingsgebonden opdrachten voor de leraars SO een taak is van de lokale inrichtende macht. Dat heeft tot gevolg dat deze lijst ook lokaal moet onderhandeld worden. 6 Art. 34 van het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs stelt dat de conclusies van iedere onderhandeling moeten worden vermeld in een protocol waarin ofwel het eenparig akkoord van de afvaardiging van de inrichtende macht en van de vertegenwoordigers van het personeel, ofwel hun respectieve standpunten worden opgetekend.

4 4 Bij het invoeren van functiebeschrijvingen in 2004 heeft de ervaring geleerd dat er in de meeste scholengemeenschappen in het OCSG een algemeen model voor de verschillende ambten in consensus werd ontwikkeld. Dit gaf aan de scholen de mogelijkheid hun schoolculturen beter op elkaar af te stemmen. Een gemeenschappelijke visie op kwaliteitseisen voor het personeel is belangrijk binnen een scholengemeenschap gezien de opbouw van rechten binnen het geheel. Vanaf 1 september 2007 verplicht het decreet rechtspositie om voor elk personeelslid met een aanstelling van meer dan 104 dagen een geïndividualiseerde functiebeschrijving vast te leggen. Dit betekent niet dat de algemene modellen, goedgekeurd door het OCSG, niet meer bruikbaar zouden zijn. Na toetsing aan de nieuwe decretale bepalingen kunnen ze de basis vormen waaruit schoolbesturen vertrekken om de instellingsgebonden opdrachten over alle personeelsleden te verdelen en desgevallend aan de functiebeschrijvingen toe te voegen. 4.3 Rol van LOC/ondernemingsraad Elk schoolbestuur moet over de algemene principes inzake het personeelsbeleid in het LOC/ondernemingsraad onderhandelen 7. De criteria die bij het functioneren en het evalueren van personeelsleden gehanteerd worden, vallen hieronder en worden dus onderhandeld in het LOC/ondernemingsraad. Indien een akkoord werd bereikt in het OCSG moet het LOC/ondernemingsraad zich houden aan de daar gemaakte afspraken. Naast de overkoepelende rol die de scholengemeenschap speelt, zal elk schoolbestuur het model van functiebeschrijving voor haar personeelsleden verfijnen door er de instellingsgebonden opdrachten aan toe te voegen. Het schoolbestuur heeft op die manier de mogelijkheid om specifieke accenten van het eigen opvoedingsproject aan de functiebeschrijving toe te voegen. Het schoolbestuur onderhandelt in het LOC/ondernemingsraad over de volgende zaken: de lijst van de instellingsgebonden opdrachten: binnen de lijst van de instellingsgebonden opdrachten wordt bepaald welke eerder beleidsondersteunend zijn en welke niet (punt 6.3.2); de criteria die gebruikt worden om de beleidsondersteunende opdrachten te kwalificeren en te verdelen onder de in dienst zijnde personeelsleden; de criteria voor de verdeling van de omkaderingselementen (BPT-uren, punten taak- en functiedifferentiatie, mentoruren...). Ook het resultaat van deze onderhandelingen moet blijken uit het protocol. 5 De evaluatoren Het ambt waarin men is aangesteld bepaalt het aantal evaluatoren dat moet worden aangeduid. Het schoolbestuur duidt voor de meeste personeelsleden twee evaluatoren aan. De directeur en de internaatsbeheerder worden geëvalueerd door het schoolbestuur zelf. Voor de evaluatie van de adjunct-directeur heeft het schoolbestuur de keuze: ofwel voorziet het in twee evaluatoren ofwel treedt het bestuur zelf op als enige evaluator voor de adjunct-directeur. 7 Artikel 32 van het decreet tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs van 5 april U surft naar vlaanderen.be/edulex > Via delen en rubrieken van de wetgeving > Personeel > Administratief statuut > Gesubsidieerd onderwijs (uitsluitend) > 5 april 1995.

5 5 Ambt Te evalueren personeelslid Aantal evaluatoren Wervingsambten Leraar, opvoeder, administratief medewerker 2 Godsdienstleraar Paramedici, orthopedagoog, psycholoog, arts, maatschappelijk werker Selectieambten Technisch adviseur, coördinator dbso 2 Adjunct-directeur Bevorderingsambten Technisch adviseur-coördinator 2 Directeur, internaatsbeheerder Coördinerend directeur, algemeen directeur Mandaten 2 + bevoegde instantie (= het bisdom) 2 2 of het schoolbestuur als enige evaluator het schoolbestuur als enige evaluator het schoolbestuur als enige evaluator 5.1 Rol van de eerste evaluator In het decreet rechtspositie wordt vooral de rol van de eerste evaluator uitgetekend. De eerste evaluator draagt de uiteindelijke verantwoordelijkheid in het volledige evaluatieproces. De eerste evaluator stelt samen met het personeelslid de functiebeschrijving op, voert functioneringsgesprekken, begeleidt en coacht het personeelslid, voert het evaluatiegesprek en stelt uiteindelijk het evaluatieverslag met de eindconclusie op. 5.2 Rol van de tweede evaluator Het decreet legt slechts minimale bepalingen vast met betrekking tot de tweede evaluator. De taak van de tweede evaluator wordt ingevuld door het schoolbestuur. Hierover worden algemene afspraken gemaakt in het onderhandelingscomité op het niveau van de scholengemeenschap (OCSG). Deze afspraken moeten blijken uit het afgesloten protocol. Essentieel daarbij is alleszins dat de tweede evaluator vooral een kwaliteitsbewakende rol moet krijgen. Hij moet het evaluatieproces bewaken en zowel ten aanzien van het personeelslid als ten aanzien van de eerste evaluator een ondersteunende rol bieden. De tweede evaluator kan evenwel nooit in de plaats treden van de eerste evaluator en kan de uiteindelijke beslissing van de eerste evaluator niet wijzigen. In de loop van de evaluatieprocedure moeten zowel de eerste evaluator als het personeelslid hem steeds kunnen raadplegen. Wij raden aan om de tweede evaluator in ieder geval te betrekken bij een evaluatie die dreigt af te lopen met een eindconclusie onvoldoende. Wanneer het schoolbestuur ervoor kiest zelf de rol van tweede evaluator op te nemen, wordt deze taak, overeenkomstig de vzw-reglementering, toevertrouwd aan leden van de raad van bestuur.

6 6 5.3 Wie kan optreden als evaluator 8? Twee evaluatoren voor de wervingsambten van leraar, godsdienstleraar, opvoeder en administratief medewerker Voor een personeelslid dat in een wervingsambt is aangesteld, duidt het schoolbestuur twee evaluatoren aan. De eerste evaluator moet aan de volgende voorwaarden voldoen: steeds van een hogere rang 9 zijn dan het personeelslid dat wordt geëvalueerd. Om die reden is het uitgesloten dat een graadcoördinator, een mentor-coach of een vakgroepvoorzitter die zelf in het ambt van leraar is aangesteld, een andere leraar evalueert; moet een personeelslid zijn van het schoolbestuur; één van de twee evaluatoren moet steeds een directeur of adjunct-directeur zijn. De tweede evaluator moet minstens van eenzelfde hiërarchische rang zijn als de eerste evaluator, of moet een lid zijn van het schoolbestuur. Is de eerste evaluator bv. een personeelslid dat is aangesteld in een selectieambt, dan moet de tweede evaluator dat minstens ook zijn, of moet hij een lid zijn van het schoolbestuur. Voorbeelden van mogelijke combinaties van de twee evaluatoren voor personeelsleden aangesteld in een wervingsambt. Deze voorbeelden zijn uiteraard niet exhaustief. Te evalueren personeelslid Eerste evaluator Tweede evaluator Leraar Technisch adviseur Directeur Leraar Directeur Algemeen directeur Leraar Technisch adviseur-coördinator Directeur Leraar Directeur Coördinerend directeur Opvoeder Adjunct-directeur Internaatsbeheerder Psycholoog Directeur Lid schoolbestuur Twee evaluatoren voor de selectieambten technisch adviseur, coördinator dbso, en eventueel voor de adjunct-directeur Voor een personeelslid dat in een selectieambt is aangesteld, duidt het schoolbestuur in principe ook twee evaluatoren aan. Voor de adjunct-directeur kan hierop een uitzondering worden gemaakt: het schoolbestuur heeft de keuze om voor de adjunct-directeur ofwel twee evaluatoren aan te stellen ofwel zelf de evaluatie op te nemen. Het schoolbestuur zal er doorgaans voor opteren zelf de rol van evaluator op te nemen daar waar de adjunct-directeur deel uitmaakt van een directieteam en er tussen de leden van het directieteam geen strikte hiërarchie is. De eerste evaluator van een personeelslid aangesteld in een selectieambt, moet personeelslid zijn van het schoolbestuur en moet daarenboven zelf aangesteld zijn in een bevorderingsambt. De tweede evaluator moet ofwel eveneens aangesteld zijn in een bevorderingsambt ofwel lid zijn van het schoolbestuur. 8 In wat volgt, wordt opgesomd wie evaluator kan zijn. Dat betekent uiteraard niet dat personeelsleden niet nomitatief moeten weten wie hun evaluator is. Zeker als er meerdere mogelijkheden zijn, moeten de evaluatoren nominatief worden aangeduid. 9 Met rangorde wordt bedoeld: wervingsambten, selectieambten en bevorderingsambten

7 7 Voorbeelden van mogelijke combinaties van de twee evaluatoren voor personeelsleden aangesteld in een selectieambt. Deze voorbeelden zijn uiteraard niet exhaustief. Te evalueren personeelslid Eerste evaluator Tweede evaluator Technisch adviseur Technisch adviseur-coördinator Directeur Coördinator DBSO 10 Directeur Lid schoolbestuur Adjunct-directeur Directeur Schoolbestuur - Lid schoolbestuur Evaluator(en) voor de bevorderingsambten technisch adviseur coördinator, directeur, internaatsbeheerder, algemeen directeur en coördinerend directeur Voor de technisch adviseur-coördinator duidt het schoolbestuur twee evaluatoren aan. De eerste evaluator moet een directeur zijn. De tweede evaluator is minstens ook aangesteld in een bevorderingsambt, of is lid van het schoolbestuur. De directeur en de internaatsbeheerder worden rechtstreeks door het schoolbestuur geëvalueerd. Het decreet rechtspositie schrijft voor dat het schoolbestuur optreedt als eerste en enige evaluator. Om objectiviteit na te streven en omdat er geen tweede evaluator is die kwaliteitsbewakend kan optreden, gaan we ervan uit dat het schoolbestuur binnen haar rangen een evaluatieteam samenstelt om de evaluatie van haar bestuurspersoneel te behartigen. Mogelijke voorbeelden van evaluatoren voor personeelsleden aangesteld in een bevorderingsambt. Te evalueren personeelslid Eerste evaluator Tweede evaluator Technisch adviseur-coördinator Directeur Lid schoolbestuur Directeur, internaatsbeheerder, algemeen directeur, coördinerend directeur Schoolbestuur Twee evaluator(en) voor personeelsleden op niveau of ter ondersteuning van de scholengemeenschap Leden van het bestuurs-, ondersteunend of onderwijzend personeel kunnen taken uitvoeren ter ondersteuning van of op het niveau van de scholengemeenschap. Deze personeelsleden blijven geaffecteerd aan een instelling van de scholengemeenschap. Het ambt waarin het personeelslid is aangesteld, bepaalt hoeveel evaluatoren het schoolbestuur aanduidt. De enige uitzondering die voor de evaluatie van personeelsleden op het niveau of ter ondersteuning van de scholengemeenschap geldt, is dat de eerste evaluator niet tot hetzelfde schoolbestuur moet behoren als het te evalueren personeelslid. Het personeelslid voert immers opdrachten uit voor de totaliteit van de scholengemeenschap. Dit zal ook duidelijk blijken uit zijn functiebeschrijving. Het is evident dat in dergelijk geval de evaluatie gebeurt door de persoon die het personeelslid effectief dagdagelijks aan het werk ziet en er de leiding over heeft. 10 Autonome centra dbso hebben een directeur en deze moet geëvalueerd worden door het schoolbestuur zelf

8 8 Voorbeeld Een stafmedewerker van de scholengemeenschap is geaffecteerd als leraar aan school A (schoolbestuur A) maar functioneert onder het rechtstreekse gezag van de coördinerend directeur, die geaffecteerd is aan school B (schoolbestuur B). Schoolbestuur A kan de coördinerend directeur als eerste evaluator aanduiden niettegenstaande hij tot een ander schoolbestuur behoort. Als tweede evaluator wordt dan best de directeur van school A of een lid van schoolbestuur A aangeduid. Mogelijke voorbeelden van combinaties van de twee evaluatoren voor personeelsleden tewerkgesteld ter ondersteuning of op het niveau van de scholengemeenschap. Deze voorbeelden zijn uiteraard niet exhaustief. Te evalueren personeelslid Eerste evaluator Tweede evaluator Stafmedewerker SG geaffecteerd als leraar aan school A Stafmedewerker SG geaffecteerd als adjunct-directeur aan school A Coördinerend directeur (kan personeelslid van ander schoolbestuur zijn) Coördinerend directeur (kan personeelslid van ander schoolbestuur zijn) Lid schoolbestuur van school A Directeur van school A 5.4 Opleiding voor de evaluatoren We zien de functionerings- en evaluatiegesprekken als een belangrijk instrument in een integraal personeelsbeleid van schoolbesturen, scholen en scholengemeenschappen. De rol van deze evaluator is enigszins dubbel: enerzijds coacht en begeleidt hij de personeelsleden, anderzijds spreekt hij ook de evaluatie uit. Tijdens dit hele proces worden van de evaluator heel wat vaardigheden en attitudes verwacht die ontwikkeld dienen te worden. Hoewel het geen decretale verplichting is, volgt uit het voorgaande dat het volgen van een opleiding aangewezen is. De evaluatoren nemen immers een sleutelfunctie op in dit hele proces en dragen een uitermate grote verantwoordelijkheid De functiebeschrijving Een functiebeschrijving wordt opgemaakt per ambt en per instelling of per pedagogische entiteit 12 en is een constructief en positief beleidsinstrument. Dit betekent dat een personeelslid, aangesteld als leraar en als opvoeder twee functiebeschrijvingen moet krijgen. Ook personeelsleden aangesteld in hetzelfde ambt in twee administratieve scholen, met uitzondering van de pedagogische entiteit, dienen twee aparte functiebeschrijvingen te krijgen, zelfs indien deze scholen behoren tot hetzelfde schoolbestuur. 11 Zij kunnen immers aan de basis van een ontslag liggen. Bij een eventueel beroep tegen een evaluatie onvoldoende zijn zowel zij (en dus niet noodzakelijke de inrichtende macht) als het geëvalueerde personeelslid betrokken partij. Dat betekent ook dat er terzake sluitende afspraken moeten gemaakt worden tussen de evaluator en de inrichtende macht. Als een inrichtende macht zou geconfronteerd worden met een ontslag dat uit de lucht komt te vallen, dan duidt dit op een gebrek aan broodnodige communicatie. 12 Met pedagogische entiteit wordt de definitie van dit begrip in artikel 45 2 van het DRP bedoeld: een pedagogische entiteit bestaat uit enerzijds één instelling met een eerste graad en anderzijds één instelling met een tweede, een derde en eventueel een vierde graad van het secundair onderwijs, die behoort tot dezelfde inrichtende macht en die in hetzelfde gebouwencomplex is gelegen.

9 9 6.1 Individueel karakter van een functiebeschrijving Vanaf 1 september 2007 verplicht het decreet rechtspositie in het kader van de begeleiding van het personeel te werken met een individuele functiebeschrijving. We raden u aan om de functiebeschrijving waarover in het verleden in het LOC/ondernemingsraad een consensus was bereikt, te toetsen aan de nieuwe decretale bepalingen. Voor de leraar denken we dat deze functiebeschrijvingen 13 grotendeels kunnen blijven bestaan omdat de geïntegreerde lerarenopdracht (zie punt 6.3.1) voor alle leraars gelijklopend is. Door toevoeging van de instellingsgebonden opdrachten (zie punt 6.3.2) krijgt de functiebeschrijving een individuele invulling. Na verloop van tijd en naar aanleiding van latere functionerings- en evaluatiegesprekken kan de functiebeschrijving verder aangepast worden en nog meer individueel worden (zie punt 6.5). Een functiebeschrijving is een dynamisch geheel waaraan personeelslid en eerste evaluator in overleg gaandeweg samen aanpassingen zullen aanbrengen. De functiebeschrijving wordt op die manier een belangrijk instrument tijdens het traject van personeelsbegeleiding. Het is ook een grote hefboom voor de kwaliteit van het geboden onderwijs. 6.2 Functiebeschrijving voor de godsdienstleraar De godsdienstleraar heeft een specifiek statuut. In het katholiek onderwijs kan hij enkel aangesteld of vast benoemd worden indien hij voorgedragen is door de bevoegde kerkelijke overheid (= de diocesane bisschop of zijn vertegenwoordiger; vaak is dit de vicaris voor onderwijs of een inspecteur-adviseur rooms katholieke godsdienst). Voor de functiebeschrijving van de godsdienstleraar geldt de specifieke bepaling dat ze wordt opgemaakt met het akkoord van de bevoegde kerkelijke overheid. De erkende instantie rooms-katholieke godsdienst heeft een algemene functiebeschrijving opgesteld voor de leraar rooms-katholieke godsdienst in het vrij katholiek gewoon en buitengewoon secundair onderwijs 14. Deze algemene functiebeschrijving geldt tevens als individuele functiebeschrijving voor elke godsdienstleraar. De bevoegde instanties, dit zijn de betrokken bisdommen, geven aan de schoolbesturen van het katholiek onderwijs een delegatie om deze functiebeschrijving voor akkoord te ondertekenen. Bovenstaande paragraaf wekt de indruk dat een godsdienstleraar onttrokken wordt aan de reguliere evaluatieregeling i.v.m. het realiseren van instellingsgebonden opdrachten. Dat is niet het geval. Een godsdienstleraar is ook een leraar en kan net zo goed als andere leraars met zulke opdrachten belast worden en o.a. op basis daarvan geëvalueerd worden. Omdat de godsdienstleraar ook leraar is, vormt de functiebeschrijving van de godsdienstleraar één geheel met deze van leraar. De godsdienstleraar wordt voor de niet-vakinhoudelijke en niet-vaktechnische aspecten geëvalueerd door de eerste evaluator. Voor de vakinhoudelijke en vaktechnische aspecten levert de bevoegde instantie van de betrokken eredienst een bijdrage tot deze evaluatie. 13 U vindt een aantal functiebeschrijvingen als u surft naar > Personeel > Functiebeschrijving. De concrete modellen, ontwikkeld in bepaalde SG en en schoolbesturen, en de modellen uit het VVKSOdossier werden opgemaakt vanuit de beroepsprofielen van de leraar. 14 U vindt deze functiebeschrijving als u surft naar > Personeel > Functiebeschrijving.

10 Wat omvat de functiebeschrijving? Het decreet rechtspositie legt vast dat de functiebeschrijving de volgende elementen moet bevatten: de taken; de instellingsgebonden opdrachten; de wijze waarop het personeelslid deze taken en opdrachten moet uitvoeren; de instellingsspecifieke doelstellingen; de rechten en plichten inzake permanente vorming en nascholing; de persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen: afspraken die naar aanleiding van een functioneringsgesprek of van een evaluatiegesprek op het einde van de vorige evaluatieperiode gemaakt zijn. Het decreet treedt verder enkel in detail over de taken en de instellingsgebonden opdrachten voor het ambt van leraar. De taken en instellingsgebonden opdrachten voor het ondersteunend personeel en voor het bestuurspersoneel (selectie- en bevorderingsambten) zijn niet decretaal vastgelegd. Conform de afspraken in het OCSG, die ook weer moeten blijken uit een protocol van onderhandelingen die dienaangaande werden gevoerd, zal de taakinvulling (ook de instellingsgebonden opdrachten) van deze ambten opgesteld worden door de eerste evaluator en overlegd met het personeelslid De taken van een leraar De hoofdtaak van de leraar is lesgeven in de brede zin van het woord. Met taken wordt de geïntegreerde lerarenopdracht bedoeld dus alles wat als vanzelfsprekend bij het lerarenberoep hoort, vertrekkend van de brede professionaliteit van de leraar. De taken van de geïntegreerde lerarenopdracht zijn taken die inherent zijn aan het beroep van leraar en zijn als dusdanig geen voorwerp van individuele onderhandeling. Het decreet neemt volgende taken op als behorend tot een geïntegreerde lerarenopdracht: de planning en voorbereiding van de lessen; het lesgeven zelf; de klaseigen leerlingenbegeleiding; de evaluatie van de leerlingen; de nascholing; het overleg en de samenwerking met directie, collega s, CLB en ouders De instellingsgebonden opdrachten van een leraar Dit deel van de functiebeschrijving omvat alle verantwoordelijkheden die het les- of klasgebeuren overstijgen. Het opnemen van een beperkt aantal instellingsgebonden opdrachten garandeert een billijke taakverdeling over alle personeelsleden (zie punt 8). De eerste evaluator en het personeelslid leggen samen vast welke instellingsgebonden opdrachten in de individuele functiebeschrijving worden opgenomen.

11 11 De directeur maakt een lijst van mogelijke instellingsgebonden opdrachten en onderhandelt deze lijst binnen het LOC/ondernemingsraad. Hij maakt een uitsplitsing tussen instellingsgebonden opdrachten die beleidsondersteunend zijn en andere die dat niet zijn. Tegenover instellingsgebonden opdrachten die beleidsondersteunend zijn, staan in principe ondersteunende omkaderingselementen. De criteria op basis waarvan leraren kunnen worden vrijgesteld van lesopdracht om instellingsgebonden taken uit te oefenen, worden eveneens onderhandeld 15. Een lijst van mogelijke instellingsgebonden opdrachten kan bv. volgende verantwoordelijkheden bevatten: Vervanging van afwezige collega s, uitoefenen van toezichten, graadcoördinatie, klassedirectie, vertrouwensleraar, leerlingenbegeleiding, mentorschap, ICT-coördinatie, GOK-coördinatie, GIP-coördinatie, vakverantwoordelijke, preventieadviseur, gezondheidscoördinator, milieucoördinator, organisatie culturele activiteiten, verantwoordelijke pastoraal, begeleiding leerlingenraad, vertegenwoordiging in participatieorganen (LOC, OCSG, medezeggenschapscollege, schoolraad, LOP, leerplancommissie, Comité Preventie en bescherming op het Werk ), contact leggen met bedrijven, prospectie stageplaatsen, organisatie promotie, webmaster, verantwoordelijke schooltijdschrift, begeleiding vernieuwingsprocessen, sportverantwoordelijke, verantwoordelijke werkgroepen ad hoc, begeleiding busvervoer, begeleiding van meerdaagse activiteiten,. De punten en samen gelezen, leiden minstens tot het besluit dat het niet zo is dat de geïntegreerde lerarenopdracht ook alle verplichtingen omvat die voorkomen in de arbeidsovereenkomst, het arbeidsreglement, de opdrachtsverklaring van het katholiek onderwijs,. Integendeel zelfs. De geïntegreerde lerarenopdracht is in feite niets anders dan de opdracht die iedere leraar vanuit zijn leraarschap zelf heeft en dit ongeacht het net en onderwijsniveau waarin hij of zij is tewerkgesteld. De voorbeelden in punt maken ook duidelijk dat de lijst van de instellingsgebonden opdrachten ruimer kan zijn dan de lijst van taken en opdrachten die staan beschreven in de arbeidsovereenkomst, het arbeidsreglement, de opdrachtsverklaring van het katholiek onderwijs, Gelet op het eerste lid van artikel 47ter, 8 van het decreet rechtspositie 16 is het vastleggen van een geïndividualiseerde functiebeschrijving dan ook een hele delicate aangelegenheid. Enerzijds zijn er immers instellingsgebonden opdrachten die verplichtend kunnen opgelegd worden omdat ze deel uitmaken van de arbeidsovereenkomst, het arbeidsreglement, de opdrachtsverklaring van het katholiek onderwijs,, maar anderzijds zijn er ook opdrachten die niet verplichtend kunnen worden opgelegd (bijv. begeleiding van meerdaagse activiteiten, coördinatieopdrachten, begeleiding leerlingenraad, ) omdat het opdrachten zijn die niet opgenomen zijn in de arbeidsovereenkomst en de documenten die daar integraal deel van uitmaken. Dat laatste betekent niet dat ze niet kunnen of mogen opgenomen worden in de individuele functiebeschrijving. Dat kan en mag wel, maar het is evident dat zoiets dan moet gebeuren in onderling akkoord. Bij gebrek aan zulk akkoord is de functiebeschrijving immers in tegenstrijd met de arbeidsovereenkomst. In deze context mag niet vergeten worden dat de evaluatie gebeurt op basis van de functiebeschrijving. Akkoord gaan met de functiebeschrijving betekent dat men akkoord is om op deze basis geëvalueerd te worden. Taken die men vrijwillig uitoefent en die niet omschreven staan in de functiebeschrijving kunnen bij de evaluatie niet in rekening gebracht worden. Maar ze kunnen ook niet in aanmerking genomen worden voor de zogenaamde billijke verdeling van de taken! Vrijwillig uitgevoerde taken gebeuren dan immers in het zwart De instellingsspecifieke doelstellingen De instellingsspecifieke doelstellingen worden eenzijdig geformuleerd door het schoolbestuur. Net zoals de geïntegreerde lerarenopdracht maakt ook dit deel van de functiebeschrijving geen onder- 15 Ook de conclusies van deze onderhandelingen moeten blijken uit een protocol. 16 Dat lid stelt: Het personeelslid en de eerste evaluator, of de inrichtende macht voor de beheerder van een internaat, de directeur en desgevallend de adjunct-directeur, leggen per ambt en per instelling waar het personeelslid fungeert, een geïndividualiseerde functiebeschrijving vast. Daarbij houden ze rekening met de algemene afspraken die in uitvoering van 3 zijn vastgelegd, met de bepalingen van het arbeidsreglement en, in het gesubsidieerd vrij onderwijs, met de bepalingen van de arbeidsovereenkomst.

12 12 werp uit van overleg tussen personeelslid en eerste evaluator. Voor een personeelslid in het katholiek onderwijs zijn de volgende documenten opgelegd door het schoolbestuur en worden dus beschouwd als instellingsspecifieke doelstellingen (zie punt 7): de opdrachtsverklaring van het katholiek onderwijs; het opvoedingsproject van het schoolbestuur Rechten en plichten inzake permanente vorming en nascholing Professionalisering van het personeelslid is een belangrijk element in de loopbaan. Vandaar dat de rechten en plichten van permanente vorming en nascholing in de functiebeschrijving worden opgenomen. Indien het schoolbestuur een nascholing oplegt aan het personeelslid dan worden alle kosten, die aan deze nascholing verbonden zijn, gedragen door het schoolbestuur De wijze waarop het personeelslid deze taken en opdrachten moet uitvoeren De functiebeschrijving omschrijft de vaardigheden en competenties waarover een personeelslid dient te beschikken om de taken en opdrachten uit te voeren. Zo kan bijvoorbeeld in de functiebeschrijving bij de leraar als vakdidacticus en vakspecialist worden opgenomen dat hij gevarieerde en aangepaste leervormen moet toepassen. Bij de leraar als begeleider van leerprocessen kan de functiebeschrijving o.a. aangeven dat hij de leerlingen positieve feedback moet geven en moet aanmoedigen. De decretale bepaling dat een functiebeschrijving de wijze moet omschrijven waarop het personeelslid de hem opgedragen taken en opdrachten moet omvoeren, heeft niet alleen betrekking op de taken maar ook op de instellingsgebonden opdrachten en dit ongeacht of ze beleidsondersteunend zijn of niet en ongeacht of er omkaderingsmiddelen tegenover staan of niet. Als er geen omkaderingsmiddelen tegenover staan, dan moeten deze instellingsgebonden opdrachten in omvang en invulling ook beperkt zijn. Een personeelslid dat bv. klastitularis is (zonder lesvrijstelling) kan geen taken krijgen die van aard zijn dat er eigenlijk BPT-uren zouden moeten voor voorzien worden. Het spreekt ook voor zich dat het schoolbestuur de leraar de middelen moet ter beschikking stellen die hem toelaten de taken en de opdrachten uit te oefenen op de wijze zoals ze worden voorgeschreven Persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen Naar aanleiding van een functioneringsgesprek en/of een evaluatiegesprek kunnen de eerste evaluator en het personeelslid afspraken maken over het toekomstig functioneren en over de manier waarop de tekortkomingen kunnen worden weggewerkt. Dergelijke werk- of aandachtspunten worden aan de individuele functiebeschrijving toegevoegd (zie punt 6.5). De afspraken kunnen ook verwoorden welke vorm van ondersteuning de evaluator aanbiedt aan het personeelslid of welke nascholing het personeelslid kan volgen. De eerste doelstelling van een functiebeschrijving is immers een positief en constructief beleidsinstrument te zijn.

13 Overhandigen van de functiebeschrijving aan de personeelsleden Personeelsleden die reeds in dienst waren vooraleer de functiebeschrijving in voege treedt De algemene functiebeschrijving werd bij invoering (schooljaar ) uitvoerig toegelicht op een personeelsvergadering en ter ondertekening aan elk personeelslid voorgelegd. Het personeelslid heeft ondertekend ter kennisname. De eerste evaluator zal nu moeten nagaan of alle elementen die vanaf 1 september 2007 in het decreet rechtspositie zijn toegevoegd, ook in de voorgaande functiebeschrijving opgenomen zijn. Dit moet zorgvuldig gebeuren want een evaluatie kan maar worden uitgesproken op basis van de taken en opdrachten die in de individuele functiebeschrijving vermeld zijn. Een algemene toelichting op een personeelsvergadering volstaat niet als overhandiging van een individuele functiebeschrijving. We stellen voor dat de eerste evaluator tijdens een eerstvolgend gesprek de functiebeschrijving met elk personeelslid opnieuw overlegt. De aangepaste (of bestaande) functiebeschrijving wordt opnieuw ondertekend door de eerste evaluator. Het personeelslid ondertekent ter kennisname. Indien het personeelslid en de eerste evaluator het niet eens zouden raken over de gewijzigde functiebeschrijving dan hoort het schoolbestuur beide partijen. Het personeelslid kan zich laten bijstaan door een raadsman. Uiteindelijk beslist het schoolbestuur Personeelsleden die voor het eerst aangesteld worden De functiebeschrijving wordt uitvoerig toegelicht vooraleer het schoolbestuur het personeelslid aanstelt. Ook hier ondertekenen eerste evaluator en personeelslid de functiebeschrijving. Het personeelslid ondertekent ter kennisname. 6.5 Wijzigen van de functiebeschrijving Een functiebeschrijving kan aangepast worden in de volgende drie situaties: na een functioneringsgesprek; na een evaluatiegesprek; bij een belangrijke wijziging van de opdracht. Zoals verder ook verduidelijkt wordt, heeft het aanpassen van een functiebeschrijving echter niet als bedoeling de opdracht van een personeelslid stelselmatig te verzwaren door er eenvoudigweg taken aan toe te voegen. Het decreet rechtspositie 17 stelt (letterlijk) dat een functiebeschrijving alleen kan aangepast worden: 1 ingevolge afspraken die de eerste evaluator, of de inrichtende macht voor de beheerder van een internaat, de directeur en desgevallend de adjunct-directeur, en het personeelslid maken tijdens een functioneringsgesprek; 2 na overleg tussen eerste evaluator, of de inrichtende macht voor de beheerder van een internaat, de directeur en desgevallend de adjunct-directeur, en het personeelslid bij een belangrijke wijziging van de opdracht van het personeelslid; 3 bij aanvang van een nieuwe evaluatieperiode. Het principe is dat een functiebeschrijving niet om de haverklap kan aangepast worden. Dat betekent dat een functiebeschrijving geacht wordt gedurende de volledige evaluatieperiode mee te gaan. Maar het is 17 artikel 47sexies van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs

14 14 uiteraard mogelijk dat naar aanleiding van een functioneringsgesprek de behoefte bestaat om de functiebeschrijving aan te passen. Deze behoefte kan uitgaan zowel van de evaluator als van het betrokken personeelslid. Een wijziging kan echter enkel en alleen op de wijzen zoals in het decreet rechtspositie opgenomen. Artikel 47sexies voorziet drie mogelijkheden: 1. ingevolge gemaakte afspraken. Het is evident dat een functiebeschrijving kan gewijzigd worden als de evaluator en het betrokken personeelslid het hierover eens zijn. Tijdens de onderhandelingen over het ontwerp van decreet werd in 1 trouwens doelbewust gekozen voor de term afspraken om zo het onderscheid te maken tussen de eerste en de tweede mogelijkheid tot wijziging; 2. Na overleg. Dat in punt 2 het woord overleg werd gebruikt en niet de woorden ingevolge afspraken, is eenvoudig te verklaren. Een directeur mag immers binnen de draagwijdte van een vaste benoeming de opdracht van een personeelslid 18 eenzijdig wijzigen en/of aanpassen. Zo is het bijv. mogelijk dat een personeelslid bij de aanvang van een schooljaar 10 uur BPT-uren kreeg met daaraan verbonden een specifieke opdracht. De directeur is niet verplicht om deze 10 uur eeuwig te handhaven. Als hij deze uren vermindert of vermeerdert, is het niet meer dan logisch dat ook de functiebeschrijving aangepast wordt; 3. bij de aanvang van een nieuwe evaluatieperiode. Dat een functiebeschrijving door de evaluator kan aangepast worden na een evaluatiegesprek is eveneens logisch. Zulk gesprek sluit immers een evaluatieperiode af. Het decreet rechtspositie stelt eveneens dat aan de functiebeschrijving, naar aanleiding van een functioneringsgesprek of op basis van de afspraken gemaakt op het einde van de vorige evaluatieperiode, ook persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen kunnen worden toegevoegd 19. Het is de evaluator die bepaalt of deze doelstellingen al dan niet worden toegevoegd Naar aanleiding van een functioneringsgesprek Tijdens een functioneringsgesprek kunnen de eerste evaluator en het personeelslid samen een groei- of verbetertraject uitstippelen. Dit kan aanleiding geven tot afspraken over nieuwe persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen die als bijlage aan de functiebeschrijving worden toegevoegd. Zo kan men afspreken hoe de punten waarop het personeelslid minder goed functioneert, kunnen bijgestuurd worden. Er kunnen evengoed afspraken worden gemaakt over de ondersteuning die aan het personeelslid geboden wordt. In het kader van wat hierboven werd geschetst, is dit inderdaad juist. Een functioneringsgesprek kan ook leiden tot een wijziging van de instellingsgebonden opdrachten. In een dergelijk geval is een aangepaste functiebeschrijving noodzakelijk. Elke wijziging wordt opnieuw ondertekend door de eerste evaluator en door het personeelslid dat ter kennisname tekent. Wanneer het personeelslid met de wijziging niet akkoord gaat dan kan het zich wenden tot het schoolbestuur. Het schoolbestuur hoort de eerste evaluator en het personeelslid. Het personeelslid kan zich hiervoor laten bijstaan door een raadsman. Het schoolbestuur neemt de uiteindelijke beslissing over de gewijzigde functiebeschrijving. Dit moet bekeken worden binnen het decretaal kader zoals hierboven geschetst. Wanneer tegenover deze instellingsgebonden opdrachten ondersteunende middelen staan, dan is dit juist. In dat geval behoren deze instellingsgebonden opdrachten immers tot de opdracht van het personeelslid en deze opdracht kan eenzijdig gewijzigd worden binnen de draagwijdte van de vaste benoeming. Maar als tegenover deze instellingsgebonden opdracht geen ondersteunende middelen staan (deze instellingsgebon- 18 artikel 5, 13 van het decreet rechtspositie omschrijft de opdracht van een personeelslid als volgt aantal prestatie-eenheden per week door een personeelslid verricht in een bepaald ambt in een instelling en, indien het een onderwijsopdracht betreft, in een bepaald onderwijsniveau, in een bepaald vak en de specialiteit ervan of een ermede gelijkgestelde activiteit, en in voorkomend geval, de graad of cyclus en de onderwijsvorm of de opleidingsvorm. De prestatie-eenheid is de basiseenheid die voor een bepaald ambt door de Vlaamse Regering wordt vastgesteld; 19 artikel 47ter, 8, laatste lid

15 15 den opdracht maakt dan geen deel uit van wat decretaal genoemd wordt de opdracht van het personeelslid ), dan liggen de zaken moeilijker. In dat geval kan een functiebeschrijving immers alleen gewijzigd worden in onderlinge afspraak. Maar ook hier moet het gezond verstand primeren. Wanneer bij een functioneringsgesprek namelijk zou blijken dat de evaluator wijzigingen wilt aanbrengen aan de functiebeschrijving omwille van het niet naar behoren presteren van het betrokken personeelslid, dan zou het uitermate dom zijn van het betrokken personeelslid halsstarrig te blijven vasthouden aan deze instellingsgebonden opdracht. In dat geval groeit immers de kans op een evaluatie onvoldoende Naar aanleiding van een evaluatiegesprek Tijdens een evaluatiegesprek komen de sterke punten en de zwakke punten duidelijk aan bod. Dit zal bijgevolg aanleiding kunnen geven tot bijsturingen van de functiebeschrijving naar de toekomst toe. Er kunnen andere accenten worden gelegd of meer verantwoordelijkheden aan het personeelslid worden toegekend. Er kunnen afspraken worden gemaakt over hoe de punten waarop het personeelslid eventueel minder goed scoorde, kunnen bijgestuurd worden. Er kunnen evengoed afspraken worden gemaakt over de ondersteuning die aan het personeelslid geboden wordt (bv. het aanbieden van bijscholing). Al deze afspraken zijn opgenomen in het evaluatieverslag en worden als bijlage aan de functiebeschrijving toegevoegd. Voor personeelsleden die een evaluatie onvoldoende kregen, zullen deze afspraken belangrijk zijn om het functioneren van het personeelslid te beoordelen bij de volgende evaluatie. Ook een evaluatiegesprek kan leiden tot een wijziging van de instellingsgebonden opdrachten. In een dergelijk geval is een aangepaste functiebeschrijving noodzakelijk. Zo kunnen eerste evaluator en personeelslid bv. overeenkomen dat betrokkene het voorzitterschap opneemt van een vakwerkgroep. Ook bij wijzigingen aan de functiebeschrijving moet men steeds in acht nemen dat deze in overeenstemming moeten zijn met de arbeidsovereenkomst. Wanneer het personeelslid met de wijziging niet akkoord gaat dan kan het zich wenden tot het schoolbestuur. Het schoolbestuur hoort de eerste evaluator en het personeelslid. Het personeelslid kan zich hiervoor laten bijstaan door een raadsman. Het schoolbestuur neemt de uiteindelijke beslissing over de gewijzigde functiebeschrijving Na overleg bij een belangrijke wijziging van de opdracht Wanneer een personeelslid andere instellingsgebonden opdrachten krijgt in zijn takenpakket dan kan dit eenzijdig opgelegd worden na overleg tussen de eerste evaluator en het personeelslid. De bestaande functiebeschrijving zal op dat moment worden gewijzigd. Deze wijziging moet in overeenstemming zijn met de arbeidsovereenkomst. Het opnemen van nieuwe opdrachten wordt bekeken in het kader van de billijke verdeling (zie punt 8). De wijziging hoeft niet noodzakelijk het gevolg te zijn van het functioneren van het personeelslid. De reden kan ook zijn dat de school andere beleidsaccenten legt en bijvoorbeeld in het kader van innovatie een project ontwikkelt, waarbij een personeelslid dit nieuwe project zal coördineren. Deze coördinatieopdracht houdt een wijziging van de functiebeschrijving in. Dit punt moet genuanceerd bekeken worden. Instellingsgebonden opdrachten kunnen enerzijds opdrachten zijn waartegenover middelen staan (bijv. BPT-uren) en anderzijds opdrachten zijn waartegenover geen middelen staan. Als een personeelslid een instellingsgebonden opdracht heeft waartegenover middelen staan, dan is het evident dat deze opdracht kan gewijzigd worden. Bij een lesopdracht kan dit immers ook het geval zijn. Een goed directeur pleegt hierover vooraf overleg. Als er tegenover deze instellingsgebonden opdrachten geen middelen staan, dan kan men niet zomaar de functiebeschrijving wijzigen. In dit geval gaat het immers over instellingsgebonden opdrachten bovenop de geïntegreerde lerarenopdracht en in dat geval kan een functiebeschrijving alleen maar worden gewijzigd op de wijzen zoals bepaald in het decreet rechtspositie. (zie ook punt 6.5)

16 16 Daarnaast stelt het decreet rechtspositie ook dat naar aanleiding van een functioneringsgesprek of op basis van afspraken gemaakt op het einde van de vorige evaluatieperiode, ook persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen aan de functiebeschrijving kunnen worden toegevoegd. 7 Functiebeschrijving in relatie met andere documenten die rechten en plichten van personeelsleden vastleggen Elk personeelslid van het katholiek onderwijs ondertekent een arbeidsovereenkomst. Een aantal documenten vormen een ondeelbaar geheel met deze arbeidsovereenkomst. Deze documenten zijn het algemeen reglement van het katholiek onderwijs en de specifieke arbeidsreglementen van de scholen die een concretisering zijn; de opdrachtsverklaring van het katholiek onderwijs; het opvoedingsproject van het schoolbestuur; In deze documenten zijn rechten en plichten van personeelsleden opgenomen. De bepalingen van de functiebeschrijvingen mogen nooit in strijd zijn met deze documenten 20. Wat hierboven staat, is zeer juist. Ook de laatste zin is een zeer belangrijke zin. Hij betekent immers dat men door middel van een functiebeschrijving aan de personeelsleden geen opdrachten of taken kan geven die in strijd zouden zijn met de arbeidsovereenkomst en de documenten die daar integraal deel van uitmaken (algemeen reglement, opdrachtsverklaring van het katholiek onderwijs, eigen opvoedingsproject). Door middel van een functiebeschrijving kan men een personeelslid dus geen dingen laten doen die, vóór het invoeren van de functiebeschrijving, op basis van de arbeidsovereenkomst ook niet mogelijk zouden geweest zijn. Over de instellingsgebonden opdrachten die opgenomen zijn in de bovengenoemde documenten dient de eerste evaluator niet individueel met het personeelslid te onderhandelen. We denken hier aan het vervangen van afwezige collega s of het uitoefenen van toezichten, de medewerking aan schoolfeesten, de aanwezigheid tijdens de vakantieperiode Dit is juist, want deze zaken staan beschreven in het Algemeen Reglement van het Personeel van het Katholiek Onderwijs dat deel uitmaakt van de arbeidsovereenkomst. Maar datzelfde reglement laat wel nog ruimte voor overleg. Hoe dikwijls per week moet ik afwezige leraars vervangen, hoeveel toezichten moet ik doen, welke prestaties moet ik niet doen omdat ik andere taken doe, In het beste geval staan deze zaken beschreven in het arbeidsreglement. Alle bepalingen uit deze documenten hoeven niet expliciet opnieuw in de functiebeschrijving opgenomen. Wanneer personeelsleden hun arbeidsovereenkomst ondertekenen, verklaren ze zich akkoord met alle bepalingen die erin zijn opgenomen. Wij pleiten wel voor een verwijzing naar deze documenten en stellen voor de volgende formulering in de inleiding van de functiebeschrijving op te nemen: Deze functiebeschrijving doet geen afbreuk aan de rechten en plichten opgenomen in de arbeidsovereenkomst en in de documenten die met de arbeidsovereenkomst een ondeelbaar geheel vormen zoals de opdrachtsverklaring van het katholiek onderwijs, het algemeen reglement van het katholiek gewoon en buitengewoon kleuter-, lager en secundair onderwijs met uitzondering van het volwassenen- en deeltijds kunstonderwijs, het arbeidsreglement, het opvoedingsproject en andere wettelijke bepalingen in de mate dat zij bepalingen bevatten die verband houden met de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. Deze formulering zal vooral belangrijk zijn wanneer een evaluatie onvoldoende wordt uitgesproken op basis van het niet-naleven van bepalingen die in de hierboven opgesomde documenten opgenomen zijn. De reglementering stelt immers heel duidelijk dat een evaluatie enkel kan uitgesproken worden op basis 20 artikel 47ter, 8, eerste lid

17 17 van de functiebeschrijving. Tegen de opname van deze bepaling in de functiebeschrijving heeft COC in principe geen bezwaar. Ze stelt immers dat zowel de afgesproken rechten als de afgesproken plichten blijven bestaan. Deze rechten en plichten zijn niet beperkt tot deze die in de arbeidsovereenkomst (in de strikte betekenis van het woord) zijn opgenomen, maar strekken zich ook uit naar rechten en plichten opgenomen in andere documenten die er een ondeelbaar geheel mee vormen (het decreet rechtspositie, de opdrachtsverklaring van het katholiek onderwijs en het eigen opvoedingsproject van de instelling). Problemen kunnen echter opduiken als functiebeschrijvingen zouden gebruikt worden om personeelsleden met taken en opdrachten te belasten die niet voorzien zijn in de arbeidsovereenkomst en de documenten die daar één ondeelbaar geheel mee vormen. Zulke functiebeschrijvingen wijzigen de arbeidsovereenkomst dan eenzijdig, wat niet kan gelet op het feit dat de arbeidsovereenkomst een overeenkomst is tussen twee partijen. Volgens COC kan zulke functiebeschrijving dan ook niet leiden tot een evaluatie onvoldoende. Om deze problemen te vermijden, is het volgens COC aangewezen functiebeschrijvingen met de nodige voorzichtigheid op te maken en hiervoor voldoende tijd uit te trekken. Op deze manier wordt het instrument van een functiebeschrijving inderdaad een instrument dat het welbevinden van het personeelslid zal verhogen en dat hem of haar erkenning en waardering brengt. De beste functiebeschrijving is dan ook de functiebeschrijving die in akkoord met het personeelslid wordt opgesteld, zo concreet mogelijk omschrijft wat van hem of haar verwacht wordt en oog heeft voor een billijke verdeling van alle taken (zie punt 8). Ten gronde toont punt 7 van deze mededeling duidelijk aan dat er een spanningsveld bestaat tussen enerzijds het eenzijdig vastleggen door de evaluator van een functiebeschrijving en anderzijds het contractuele karakter van de aanwervingen in het vrij onderwijs. Beiden gaan alleen samen als functiebeschrijvingen niet in strijd kunnen zijn met de arbeidsovereenkomst (zoals het decreet rechtspositie wel degelijk voorziet). 8 Billijke verdeling Bij de verdeling van de instellingsgebonden opdrachten is het principe van de billijke verdeling een belangrijk criterium. De invoering van de functiebeschrijving geeft de mogelijkheid om alle taken die nodig zijn voor de organisatie van de school evenwichtig over alle personeelsleden te spreiden. Het kan dus geenszins de bedoeling zijn om van de functiebeschrijving gebruik te maken om de werkdruk en taakbelasting van personeelsleden te verhogen, noch bij de invoering ervan, noch bij latere wijzigingen. Zoals reeds vermeld in deze mededeling dienen die instellingsgebonden opdrachten die opgenomen zijn in het Algemeen Reglement en de andere documenten die een ondeelbaar geheel vormen met de arbeidsovereenkomst (zie hiervoor punt 7) niet individueel onderhandeld te worden. Indien andere instellingsgebonden opdrachten, zoals bijvoorbeeld voorzitter van een vakwerkgroep in de functiebeschrijving worden opgenomen, dan worden deze wel onderhandeld tussen eerste evaluator en leraar. In het kader van de billijke verdeling betekent dit dat in compensaties kan voorzien worden voor die leraar die belast wordt met instellingsgebonden opdrachten die niet opgenomen zijn in de documenten van punt 7 van deze mededeling. Alleszins dient men steeds rekening te houden met de bepalingen van de arbeidsovereenkomst en het arbeidsreglement. Bij de verdeling van de instellingsgebonden opdrachten dient men ook rekening te houden met het volume van de opdracht, de eventuele spreiding van de opdracht over verschillende scholen en de tijd die besteed wordt aan overlegorganen zoals LOC, CPBW, schoolraad e.d. Het decreet rechtspositie zegt hierover letterlijk het volgende (en dus meer dan wat in de voorgaande alinea staat): Bij het verdelen van de instellingsgebonden opdrachten tussen alle personeelsleden houdt de inrichtende macht rekening met o.a.: 1 de aard van de hoofdtaak van de personeelsleden in de instelling, het voltijds of deeltijds karakter ervan en de tijd die hieraan besteed wordt;

18 18 2 het principe van de billijke verdeling van de taken, inzonderheid met betrekking tot personeelsleden die nog in andere instellingen werkzaam zijn; 3 de mogelijkheden en capaciteiten van de personeelsleden; 4 de tijd die personeelsleden besteden aan hun vertegenwoordiging in officiële inspraakorganen. 9 De functioneringsgesprekken Vanaf 1 september 2007 is de verplichting van het voeren van functioneringsgesprekken in het decreet rechtspositie opgenomen. De functiebeschrijving geldt als basis voor functioneringsgesprekken. Het behoort tot de taak van de eerste evaluator om functioneringsgesprekken te voeren met het te evalueren personeelslid. Normaliter zal de tweede evaluator hierbij niet betrokken worden maar indien de omstandigheden dit vereisen, kunnen zowel de eerste evaluator als het personeelslid verzoeken dat de tweede evaluator aanwezig is op een functioneringsgesprek. Het doel van een functioneringsgesprek is het personeelslid te coachen, meer bepaald zijn functioneren te waarderen, te ondersteunen en waar nodig bij te sturen. Dit betekent dat er geregeld momenten moeten worden ingebouwd waarop evaluator en personeelslid aandacht besteden aan het functioneren van het personeelslid. Dit kan o.m. door een functioneringsgesprek te voeren. Ook minder formele contacten maken zeker deel uit van het begeleidings- en coachingsproces. Functioneringsgesprekken zijn geen eenrichtingsverkeer en zijn ook niet enkel op de voorbije prestaties gericht. Ze geven aan het personeelslid de kans om zijn functioneren bij te stellen en aan de eerste evaluator om zijn verwachtingen mee te delen en desgevallend aan te passen. Tijdens een functioneringsgesprek geeft de eerste evaluator voldoende ruimte aan het personeelslid om zowel positieve elementen als knelpunten in wederzijds overleg te duiden. Het personeelslid kan de eerste evaluator om ondersteuning voor zijn dagelijks functioneren vragen. De eerste evaluator heeft de taak om het personeelslid de juiste ondersteuning en begeleiding te geven. Een functioneringsgesprek is gebaseerd op de gelijkwaardigheid tussen eerste evaluator en personeelslid. In die zin is de dialoogvorm dan ook de meest geëigende vorm. Een cultuur van gelijkwaardigheid en grote openheid zal bij de personeelsleden onnodige weerstand, verzet en gevoelen van bedreiging voorkomen. Het is belangrijk dat de eerste evaluator en het personeelslid een open overleg hebben en aan een vertrouwensrelatie werken binnen het proces. Regelmatig terugkerende functioneringsgesprekken brengen o.a. duidelijkheid over: het functioneren van de medewerkers; de onderlinge samenwerking tussen collega s en de samenwerking met de leidinggevenden; de problemen en conflicten op school; de graad van welbevinden en betrokkenheid; de vraag naar verdere groei en professionele ontwikkeling de zwaktes en sterktes van de schoolorganisatie. Alhoewel het decretaal niet verplicht is, raden wij aan om van een functioneringsgesprek een verslag te maken dat de overeengekomen afspraken tussen personeelslid en eerste evaluator en eventueel de aangeboden ondersteuning bevat en een beknopte weergave is van de behandelde onderwerpen. Deze afspraken worden als persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen aan de functiebeschrijving toegevoegd. Op die manier wordt een functiebeschrijving verder geïndividualiseerd. Elke wijziging aan een functiebeschrijving wordt ondertekend door de eerste evaluator en door het personeelslid dat tekent ter kennisname.

19 19 Het aantal functioneringsgesprekken is niet decretaal vastgelegd. Binnen het OCSG kunnen afspraken worden gemaakt over het aantal functioneringsgesprekken voorafgaand aan een evaluatie. Deze afspraken worden opgenomen in het evaluatiereglement (zie punt 10.1). Toch willen wij ervoor waarschuwen om een verplichte frequentie vast te leggen. Eenmaal een frequentie is opgenomen in het evaluatiereglement, is het schoolbestuur er ook aan gebonden. De frequentie kan bovendien ook bepaald worden door het al dan niet goed functioneren van het personeelslid. 10 De evaluatie De decretale bepalingen inzake evaluatie gelden vanaf 1 september Evaluatie moet gezien worden als een constructief en positief beleidsinstrument; een middel tot het voeren van een autonoom personeelsbeleid; gericht op het verstrekken van kwaliteitsvol onderwijs. De evaluatie gebeurt in de instelling waar het personeelslid prestaties verricht en voor elk ambt dat het daar uitoefent. De evaluatie heeft betrekking op het volledig functioneren van het personeelslid ten opzichte van de geïndividualiseerde functiebeschrijving met inbegrip van de voor de betrokken evaluatieperiode afgesproken persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen. Er kan bij een evaluatie enkel rekening worden gehouden met prestaties geleverd in het lopende schooljaar en de drie voorafgaande schooljaren. Een personeelslid voor wie geen functiebeschrijving werd opgesteld, volgens de decretale bepalingen in voege sedert 1 september 2007, kan niet worden geëvalueerd Het evaluatiereglement 21 De algemene afspraken inzake de evaluatie worden onderhandeld in het OCSG en worden, hoewel niet decretaal verplicht, best vastgelegd in het evaluatiereglement. Een evaluatiereglement bevat niet alleen afspraken die rechtstreeks met de evaluatie zelf te maken hebben, maar evengoed afspraken met betrekking tot het functioneren en het voeren van functioneringsgesprekken, dus alle afspraken die een uiteindelijke evaluatie kunnen voorafgaan. Afhankelijk van de aard van de criteria die op het niveau van de scholengemeenschap worden afgesproken, zal de procedure die bij evaluatie wordt gevolgd in meer of mindere mate voor alle personeelsleden gelijklopend zijn. Wanneer personeelsleden weten waar ze aan toe zijn, op welke wijze en wanneer ze geëvalueerd zullen worden, zal de weerstand tegen deze evaluatie minder groot zijn. Het evaluatiereglement wordt dan ook aan alle personeelsleden bekendgemaakt. Verder in deze mededeling zullen wij per item steeds aangeven wat o.i. ter zake kan opgenomen worden in het evaluatiereglement. Omdat de wettelijke bepalingen geen minimale afspraken bevatten, beperken wij ons tot suggesties die ons zinvol lijken. 21 Op dit ogenblik werkt het VVKSO aan een model van evaluatiereglement. Hierover zou overleg met COC gevoerd worden. Vakbondsafgevaardigden die nu reeds geconfronteerd worden met modellen van evaluatiereglementen kunnen contact opnemen met de begeleiders inspraakorganen van hun provincie.

20 Tijdstip van de evaluatie Ieder personeelslid dat een functiebeschrijving heeft, moet minimaal om de vier schooljaren geëvalueerd worden op basis van die functiebeschrijving. Er kan dus geopteerd worden om binnen de vier schooljaren meermaals te evalueren. Over de frequentie van deze evaluaties worden afspraken gemaakt in het lokaal comité. Dit kan worden opgenomen in het evaluatiereglement. Zo lijkt het evident dat tijdelijke personeelsleden frequenter geëvalueerd zullen worden dan vastbenoemde personeelsleden. Bij een evaluatie kan enkel rekening gehouden worden met prestaties geleverd in het lopende schooljaar en in de drie voorafgaande schooljaren. Na een evaluatie met eindconclusie onvoldoende moet in sommige gevallen binnen een snellere termijn een nieuwe evaluatie plaatsvinden. Deze nieuwe evaluatie kan ten vroegste na een periode van twaalf maanden effectieve prestaties in de instelling waar de eerste evaluatie gebeurde. Met effectieve prestaties worden bedoeld de prestaties geleverd in het ambt en in de onderwijsinstelling van het schoolbestuur waarvoor het personeelslid de evaluatie onvoldoende verkreeg Verloop van de evaluatie Het evaluatiegesprek Evalueren vereist een evaluatiegesprek met als doel het functioneren van personeelslid te verbeteren en te ondersteunen. Het gesprek is niet louter op het verleden gericht. Een evaluatiegesprek verschilt evenwel van een functioneringsgesprek omdat een evaluatiegesprek leidt tot een evaluatieverslag met een beoordeling nl. de eindconclusie. Het behoort decretaal tot de taak van de eerste evaluator om evaluatiegesprekken te houden met het te evalueren personeelslid. Normaliter zal de tweede evaluator hierbij niet betrokken worden maar indien de omstandigheden dit vereisen, kunnen zowel de eerste evaluator als het personeelslid verzoeken dat de tweede evaluator aanwezig is op een evaluatiegesprek. Het personeelslid mag zich laten bijstaan door een raadsman 22. In de gevallen waar het schoolbestuur als evaluator optreedt wordt het evaluatiegesprek gehouden tussen schoolbestuur en te evalueren personeelslid (directeur, internaatsbeheerder en eventueel de adjunctdirecteur). De eerste evaluator bepaalt vrij, maar binnen de afspraken die hieromtrent werden gemaakt, wanneer een evaluatiegesprek zal plaatsvinden en nodigt het personeelslid daartoe uit. Op de uitnodiging wordt vermeld dat het personeelslid zich tijdens het gesprek kan laten bijstaan door een raadsman 10. Wij raden aan volgende procedure toe te passen: de uitnodiging gebeurt per mail of met een gewone brief; de uitnodiging moet tijdig aan het personeelslid bezorgd worden; indien het personeelslid niet ingaat op de uitnodiging tot evaluatiegesprek en zijn afwezigheid kan wettigen, dan stelt de eerste evaluator een nieuwe datum voor; indien het personeelslid niet ingaat op de uitnodiging tot evaluatiegesprek en zijn afwezigheid niet kan wettigen dan stuurt de eerste evaluator het ontwerp van evaluatieverslag, zonder eindconclusie, aangetekend naar het personeelslid op. In een bijhorende brief nodigt de eerste evaluator het personeelslid opnieuw uit voor een evaluatiegesprek; 22 In het decreet rechtspositie wordt raadsman omschreven als: advocaat, personeelslid van een instelling of een vertegenwoordiger van een erkende vakorganisatie (art. 5, 19 ).

Functiebeschrijving, functioneringsgesprek en evaluatie

Functiebeschrijving, functioneringsgesprek en evaluatie Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel DOCUMENT Datum: 2007-03-01 Functiebeschrijving, functioneringsgesprek en evaluatie 1 Functiebeschrijving 1.1 Tekst van

Nadere informatie

Functiebeschrijvingen, functioneringsgesprekken en evaluatie

Functiebeschrijvingen, functioneringsgesprekken en evaluatie Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2007-050 datum : 2007-10-08 gewijzigd : 2012-03-14 contact : Dienst Personeel en Schoolbeheer,

Nadere informatie

SCHOLENGEMEENSCHAP SAS BRUSSEL AFSPRAKEN ROND FUNCTIEBESCHRIJVING, FUNCTIONERINGSGESPREK, EVALUATIEGESPREK

SCHOLENGEMEENSCHAP SAS BRUSSEL AFSPRAKEN ROND FUNCTIEBESCHRIJVING, FUNCTIONERINGSGESPREK, EVALUATIEGESPREK 1 SCHOLENGEMEENSCHAP SAS BRUSSEL AFSPRAKEN ROND FUNCTIEBESCHRIJVING, FUNCTIONERINGSGESPREK, EVALUATIEGESPREK Inleiding Vanaf 1 september 2007 is het werken met individuele functiebeschrijvingen in het

Nadere informatie

Functionerings- en evaluatiereglement in het kader van loopbaanbegeleiding Goedkeuring Schoolbestuur: 10/02/2010 Goedkeuring LOC: 10/02/2010

Functionerings- en evaluatiereglement in het kader van loopbaanbegeleiding Goedkeuring Schoolbestuur: 10/02/2010 Goedkeuring LOC: 10/02/2010 Breekiezel 27, 3670 Meeuwen-Gruitrode Functionerings- en evaluatiereglement in het kader van loopbaanbegeleiding Goedkeuring Schoolbestuur: 10/02/2010 Goedkeuring LOC: 10/02/2010 Artikel 1: Wettelijk kader

Nadere informatie

Loopbaanbegeleiding in dialoog

Loopbaanbegeleiding in dialoog Loopbaanbegeleiding in dialoog Colloquium Mechelen-Brussel 29 november 2018 Marc Keppens Els Goeminne Dienst Personeel Katholiek Onderwijs Vlaanderen Wat als? er een nieuwe eerste evaluator wordt aangesteld

Nadere informatie

SCHOLENGEMEENSCHAP SAS BRUSSEL AFSPRAKEN ROND FUNCTIEBESCHRIJVING, FUNCTIONERINGSGESPREK, EVALUATIEGESPREK

SCHOLENGEMEENSCHAP SAS BRUSSEL AFSPRAKEN ROND FUNCTIEBESCHRIJVING, FUNCTIONERINGSGESPREK, EVALUATIEGESPREK 1 SCHOLENGEMEENSCHAP SAS BRUSSEL AFSPRAKEN ROND FUNCTIEBESCHRIJVING, FUNCTIONERINGSGESPREK, EVALUATIEGESPREK Inleiding Vanaf 1 september 2007 is het werken met individuele functiebeschrijvingen in het

Nadere informatie

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven Decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden

Nadere informatie

Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven

Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT SCHOLENGEMEENSCHAP DE GROEVE Opgemaakt op 18 JUNI 2009 Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven Decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige

Nadere informatie

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING 2008-10-20

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING 2008-10-20 FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING 2008-10-20 Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven Decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden

Nadere informatie

De betrekkingen in de ambten van adjunct-directeur, coördinator, technisch adviseur en technisch adviseur-coördinator

De betrekkingen in de ambten van adjunct-directeur, coördinator, technisch adviseur en technisch adviseur-coördinator Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2009-035 datum : 2009-06-26 gewijzigd : 2010-01-20 contact : Dienst Personeel en schoolbeheer,

Nadere informatie

FUNCTIONEREN EVALUEREN. CLB van het GO!

FUNCTIONEREN EVALUEREN. CLB van het GO! FUNCTIONEREN EVALUEREN CLB van het GO! Procedure goedgekeurd dd. 12.11.2007 INLEIDING De Raad van de Directeurs van de CLB van het GO! (RADI) heeft gezamenlijk functiebeschrijvingen ontwikkeld (werkgroep

Nadere informatie

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING juni 2009 Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven Decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING TECHNISCH ADVISEUR-COÖRDINATOR

FUNCTIEBESCHRIJVING TECHNISCH ADVISEUR-COÖRDINATOR FUNCTIEBESCHRIJVING TECHNISCH ADVISEUR-COÖRDINATOR Naam personeelslid: School en instellingsnummer: Scholengemeenschap: Schoolbestuur: Eerste evaluator: Tweede evaluator: DEEL 1: ALGEMEEN GEDEELTE Functiebeschrijvingen,

Nadere informatie

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING VAN SGKBO AARSCHOT-BETEKOM-HOUWAART 14-12-2009

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING VAN SGKBO AARSCHOT-BETEKOM-HOUWAART 14-12-2009 Vlaams Verbond van het Katholiek Basisonderwijs Guimardstraat 1, 1040 BRUSSEL FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING VAN SGKBO AARSCHOT-BETEKOM-HOUWAART 14-12-2009 Artikel

Nadere informatie

Tijdelijke aanstelling en aanvangsbegeleiding vanaf 1 september 2019

Tijdelijke aanstelling en aanvangsbegeleiding vanaf 1 september 2019 Tijdelijke aanstelling en aanvangsbegeleiding vanaf 1 september 2019 Doelstellingen van de maatregelen uit cao XI De praktijkschok verminderen door een betere en meer kwaliteitsvolle aanvangsbegeleiding

Nadere informatie

Omkadering die wordt toegekend via de scholengemeenschap

Omkadering die wordt toegekend via de scholengemeenschap Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2003-069 datum : 2003-07-15 gewijzigd : 2013-10-08 contact : Dienst Personeel en schoolbeheer,

Nadere informatie

Evaluatie directeur op basis van de functiebeschrijving. Afdeling Onderwijsorganisatie en -personeel

Evaluatie directeur op basis van de functiebeschrijving. Afdeling Onderwijsorganisatie en -personeel Evaluatie directeur op basis van de functiebeschrijving Afdeling Onderwijsorganisatie en -personeel Geschiedenis GO! evaluatie steeds bestaan KB 22 maart 1969 (Rijksonderwijs): beoordeling alle personeelsleden

Nadere informatie

Collegestraat St-Niklaas 03 / /

Collegestraat St-Niklaas 03 / / Collegestraat 31 9100 St-Niklaas 03 / 780 71 95 0479 / 20 12 98 info@sint-nicolaas-sgbao.be www.sint-nicolaas-sgbao.be FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEREGLEMENT IN HET KADER VAN LOOPBAANBEGELEIDING 2009-11-30

Nadere informatie

GEMEENTE Overzichtslijst overgemaakt op 28 DECEMBER 2011 KNOKKE-HEIST

GEMEENTE Overzichtslijst overgemaakt op 28 DECEMBER 2011 KNOKKE-HEIST GEMEENTE Overzichtslijst overgemaakt op 28 DECEMBER 2011 KNOKKE-HEIST UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAADZITTING VAN donderdag, 22 december 2011 Aanwezig : Afwezig : Verontschuldigd: Graaf L.

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING DIRECTEUR

FUNCTIEBESCHRIJVING DIRECTEUR FUNCTIEBESCHRIJVING DIRECTEUR Naam personeelslid: School en instellingsnummer: Scholengemeenschap: Schoolbestuur: Evaluator(en): DEEL 1: ALGEMEEN GEDEELTE Functiebeschrijvingen, functioneringsgesprekken

Nadere informatie

Vlaamse Regering. Ontwerp van decreet houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie DE VLAAMSE REGERING,

Vlaamse Regering. Ontwerp van decreet houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie DE VLAAMSE REGERING, Vlaamse Regering Ontwerp van decreet houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming;

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING VOOR HET AMBT VAN LERAAR

FUNCTIEBESCHRIJVING VOOR HET AMBT VAN LERAAR 1 FUNCTIEBESCHRIJVING VOOR HET AMBT VAN LERAAR Naam personeelslid: School en instellingsnummer: Scholengemeenschap: Schoolbestuur: Eerste evaluator: Tweede evaluator: Functiebeschrijvingen, functioneringsgesprekken

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 45454 MONITEUR BELGE 31.08.2007 Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE

Nadere informatie

Vacature voor het ambt van administratief directeur (M/V) in de Don Bosco campus te Haacht

Vacature voor het ambt van administratief directeur (M/V) in de Don Bosco campus te Haacht Vacature voor het ambt van administratief directeur (M/V) in de Don Bosco campus te Haacht Met ingang van 1 september 2015 is er een vacature voor het ambt van administratief directeur in de Don Bosco

Nadere informatie

ONTWERP VAN DECREET houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie in het onderwijs

ONTWERP VAN DECREET houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie in het onderwijs Stuk 1246 (2006-2007) - Nr. 1 Zitting 2006 2007 8 juni 2007 ONTWERP VAN DECREET houdende dringende maatregelen met betrekking tot functiebeschrijving en evaluatie in het onderwijs 3150 OND INHOUD Memorie

Nadere informatie

VR DOC.0272/1

VR DOC.0272/1 VR 2011 0804 DOC.0272/1 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de regeling van de jaarlijkse vakantie voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel

Nadere informatie

EVALUATIEREGLEMENT - GROEP T HOGESCHOOL LEUVEN - Evaluatiereglement, 20 november 2000

EVALUATIEREGLEMENT - GROEP T HOGESCHOOL LEUVEN - Evaluatiereglement, 20 november 2000 1 EVALUATIEREGLEMENT - GROEP T HOGESCHOOL LEUVEN - 2 Voorafgaand Het hogescholendecreet van 13 juli 1994, zoals gewijzigd, bepaalt in artikelen 77 en volgende dat het hogeschoolbestuur een (personeels-)

Nadere informatie

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2011/012/

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2011/012/ 1 KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING Nr. GOO/2011/012/ Inzake:, leermeester katholieke godsdienst, wonende te, bijgestaan door, provinciaal secretaris

Nadere informatie

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING. GVO / 2016 / 5 / / 7 september 2016

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING. GVO / 2016 / 5 / / 7 september 2016 KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING GVO / 2016 / 5 / / 7 september 2016 Inzake, wonende te, bijgestaan door, COV, verzoekende partij, tegen mevrouwen,.., en,

Nadere informatie

EINDE AANSTELLING EN ONTSLAG

EINDE AANSTELLING EN ONTSLAG EINDE AANSTELLING EN ONTSLAG Bisdom Gent, 11 januari 2013 Bisdom Brugge, 15 januari 2013 Bisdom Hasselt, 17 januari 2013 Bisdom Mechelen-Brussel, 22 januari 2013 Bisdom Antwerpen, 24 januari 2013 An De

Nadere informatie

Tijdelijke Aanstelling van Doorlopende Duur

Tijdelijke Aanstelling van Doorlopende Duur Tijdelijke Aanstelling van Doorlopende Duur 1. Inleiding Sinds 1 september 2003 geldt een eenvormige voorrangsregeling voor alle onderwijsniveaus en alle netten: de tijdelijke aanstelling van doorlopende

Nadere informatie

De prestatieregeling in het gewoon basisonderwijs

De prestatieregeling in het gewoon basisonderwijs De prestatieregeling in het gewoon Colloquium Mechelen-Brussel 28 november 2018 Els Goeminne Suzy Sterck Dienst Personeel 1. Regelgeving 1.1 Wettelijke basis Decreet Basisonderwijs (25/02/1997) Decreet

Nadere informatie

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GVO / 2017 / 2 / (...)

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GVO / 2017 / 2 / (...) KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING Nr. GVO / 2017 / 2 / (...) Inzake: De heer (...), onderwijzer, wonende te ( ), Verzoekende partij Tegen: De heer (...),

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING Onderwijzer ASV-LO

FUNCTIEBESCHRIJVING Onderwijzer ASV-LO FUNCTIEBESCHRIJVING Onderwijzer ASV-LO Instelling: BuLO Klim-op instellingsnummer 25841 naam:.. adres:.. stamboeknummer:. opdrachtbreuk:.. vastbenoemd:. eerste indiensttreding eerste indiensttreding binnen

Nadere informatie

Taak- en functiedifferentiatie in het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs

Taak- en functiedifferentiatie in het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs SO/2007/03 (pers) 10/07/2007 Taak- en functiedifferentiatie in het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs Cao VIII bevat een afspraak over extra middelen voor het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs

Nadere informatie

7/05/2009. Belgische grondwet onderschrijft een strikte scheiding kerk en staat. Dit geldt ook voor de toepassing in het Onderwijs.

7/05/2009. Belgische grondwet onderschrijft een strikte scheiding kerk en staat. Dit geldt ook voor de toepassing in het Onderwijs. juridisch kader 1 bemerking vooraf: benadering van het juridisch kader vanuit de praktijk er zijn duidelijke diocesane verschillen scheiding kerk-staat werken vanuit een dubbel spoor zowel voor de opdracht

Nadere informatie

betreffende de scholengemeenschappen in het basis- en secundair onderwijs

betreffende de scholengemeenschappen in het basis- en secundair onderwijs stuk ingediend op 1083 (2010-2011) Nr. 3 1 juni 2011 (2010-2011) Ontwerp van decreet betreffende de scholengemeenschappen in het basis- en secundair onderwijs Tekst aangenomen door de plenaire vergadering

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING VOOR HET AMBT VAN DIRECTEUR

FUNCTIEBESCHRIJVING VOOR HET AMBT VAN DIRECTEUR FUNCTIEBESCHRIJVING VOOR HET AMBT VAN DIRECTEUR Onderwijsinstelling :... Instellingsnummer :... Schoolbestuur :... Scholengemeenschap/consortium : SG BLOM Nummer scholengemeenschap : 121921 Het arbeidsreglement,

Nadere informatie

Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende personeelsleden in het secundair onderwijs die op bedrijfsstage gaan DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende personeelsleden in het secundair onderwijs die op bedrijfsstage gaan DE VLAAMSE REGERING, Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende personeelsleden in het secundair onderwijs die op bedrijfsstage gaan DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie

Nadere informatie

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 81077 N. 2011 3449 VLAAMSE OVERHEID [C 2011/36029] 7 OKTOBER 2011. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2001 betreffende de mandaten van

Nadere informatie

VACANTVERKLARING VAN BETREKKINGEN IN WERVINGSAMBTEN

VACANTVERKLARING VAN BETREKKINGEN IN WERVINGSAMBTEN Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING Deze Mededeling vervangt de gelijknamige Mededeling van 19 februari 2003, Kl. 90.01.03 Datum: 2004-04-13 Kl.

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, bepaalde personeelsleden van het gemeenschapsonderwijs, artikel 56ter 1 en 56quater 1 en 4;

DE VLAAMSE REGERING, bepaalde personeelsleden van het gemeenschapsonderwijs, artikel 56ter 1 en 56quater 1 en 4; Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van de regelgeving betreffende de concordantie, de bekwaamheidsbewijzen en de salarisschalen van de personeelsleden van het buitengewoon

Nadere informatie

MEDEDELING. Toelichting bij het model van evaluatiereglement. Voorafgaande opmerkingen. Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven

MEDEDELING. Toelichting bij het model van evaluatiereglement. Voorafgaande opmerkingen. Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2008-013 datum : 2008-01-30 gewijzigd : contact : dps.vvkso@vsko.be, 02 507 07 01 Toelichting

Nadere informatie

Overeenkomst tussen de schoolraad, het schoolbestuur en de directeur over de procedureregels bij het uitoefenen van de participatierechten

Overeenkomst tussen de schoolraad, het schoolbestuur en de directeur over de procedureregels bij het uitoefenen van de participatierechten 1 Overeenkomst tussen de schoolraad, het schoolbestuur en de directeur over de procedureregels bij het uitoefenen van de participatierechten Tussen de hierna vermelde schoolraad schoolraad van de scholen

Nadere informatie

VR DOC.1605/2

VR DOC.1605/2 VR 2018 2112 DOC.1605/2 Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1992 betreffende de verdeling van de betrekkingen, de terbeschikkingstelling wegens

Nadere informatie

VR DOC.1196/2BIS

VR DOC.1196/2BIS VR 2018 2610 DOC.1196/2BIS Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1992 betreffende de verdeling van de betrekkingen, de terbeschikkingstelling

Nadere informatie

Scholengemeenschap SAS

Scholengemeenschap SAS Scholengemeenschap SAS FUNCTIEBESCHRIJVING PERSONEELSLID MET DE OPDRACHT VAN MENTOR School: Datum: Naam:... Opdrachtbreuk:... / 24 Datum Eerste indiensttreding Eerste indiensttreding binnen het schoolbestuur

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 betreffende de ambtshalve concordantie;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006 betreffende de ambtshalve concordantie; Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van de regelgeving betreffende de concordantie, de bekwaamheidsbewijzen en de salarisschalen van de directeurs van het buitengewoon

Nadere informatie

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2011/011/

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2011/011/ 1 KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING Nr. GOO/2011/011/ Inzake:, leermeester lichamelijke opvoeding, wonende, bijgestaan door, adjunct provinciaal secretaris

Nadere informatie

https://dataonderwijs.vlaanderen.be/edulex/document.aspx?docid=15266#6 1 1. Inleiding De maatregelen die in deze omzendbrief worden toegelicht maken deel uit van de uitvoering van cao XI en hebben tot

Nadere informatie

Afsluiten van een convenant betreffende de vervangingen van korte afwezigheden

Afsluiten van een convenant betreffende de vervangingen van korte afwezigheden Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2008-056 datum : 2008-09-18 gewijzigd : contact : Dienst Personeel en schoolbeheer,

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 15 februari 2008 tot vaststelling

Nadere informatie

Vraagbaak functiebeschrijving en evaluatie

Vraagbaak functiebeschrijving en evaluatie Vraagbaak functiebeschrijving en evaluatie De evaluatoren De beheerder van een autonoom internaat en de directeur worden geëvalueerd door de raad van bestuur. Hoe kan de evaluatie van directies door de

Nadere informatie

Tussen de hierna vermelde schoolraad. Via-scholen Secundair onderwijs. vertegenwoordigd door Tom Sevenants, voorzitter

Tussen de hierna vermelde schoolraad. Via-scholen Secundair onderwijs. vertegenwoordigd door Tom Sevenants, voorzitter 1 Bijlage: Model van overeenkomst tussen de schoolraad, het schoolbestuur en de directeur over de procedureregels bij het uitoefenen van de participatierechten Tussen de hierna vermelde schoolraad Via-scholen

Nadere informatie

Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de vervangingen van korte afwezigheden DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de vervangingen van korte afwezigheden DE VLAAMSE REGERING, Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de vervangingen van korte afwezigheden DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden

Nadere informatie

Vacature voor het ambt van algemeen directeur (M/V) in de Don Bosco campus te Haacht

Vacature voor het ambt van algemeen directeur (M/V) in de Don Bosco campus te Haacht Vacature voor het ambt van algemeen directeur (M/V) in de Don Bosco campus te Haacht Met ingang van 1 september 2015 is er een vacature voor het ambt van algemeen directeur in de Don Bosco campus, Stationsstraat

Nadere informatie

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2016/032/,

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2016/032/, 1 KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING Nr. GOO/2016/032/, Inzake: Mevrouw, wonende te,, vertegenwoordigd door Mter, advocaat, kantoor houdend te, Verzoekende

Nadere informatie

Aandachtspunten schooljaar

Aandachtspunten schooljaar Aandachtspunten schooljaar 2002-2003 Oorspronkelijk meegedeeld in: Bekwaamheidsbewijzen deeltijds kunstonderwijs: wijzigingen vanaf 1 september 2002 referentie : PV/2002/7 publicatiedatum : (10/07/2002)

Nadere informatie

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2017/035/( ), ( ) (II)

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2017/035/( ), ( ) (II) 1 KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING Nr. GOO/2017/035/( ), ( ) (II) Inzake : ( ), wonende te ( ), ( ), bijgestaan door Mevrouw ( ), juriste ( ), ( ),

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 55037 GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID N. 2010 2962 [C 2010/35615]

Nadere informatie

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GVO / 2017 / 3 / (...)

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GVO / 2017 / 3 / (...) KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS BESLISSING Nr. GVO / 2017 / 3 / (...) Inzake: Mevrouw (...), onderwijzer, wonende te ( ), Verzoekende partij Tegen: Mevrouw (...),

Nadere informatie

VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE OVERHEIDSDIENSTEN

VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE OVERHEIDSDIENSTEN SECTORCOMITE X ONDERWIJS (Vlaamse Gemeenschap) COMITE VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE OVERHEIDSDIENSTEN Afdeling 2 Onderafdeling "Vlaamse Gemeenschap". OVERKOEPELEND ONDERHANDELINGSCOMITE VRIJ GESUBSIDIEERD

Nadere informatie

Vacature voltijdse OPVOEDER vanaf 1 september 2016 in het Sint-Jozefsinstituut van Ternat

Vacature voltijdse OPVOEDER vanaf 1 september 2016 in het Sint-Jozefsinstituut van Ternat Vacature voltijdse OPVOEDER vanaf 1 september 2016 in het Sint-Jozefsinstituut van Ternat Voor ons secretariaatsteam zijn we op zoek naar een opvoeder met een diploma professionele bachelor. Het betreft

Nadere informatie

Lerarenplatform in het secundair onderwijs

Lerarenplatform in het secundair onderwijs Lerarenplatform in het secundair onderwijs 1. Inleiding Tijdens het schooljaar 2018-2019 wordt een pilootproject lerarenplatform opgezet om meer tijdelijke leerkrachten werkzekerheid en een opdracht die

Nadere informatie

Dossier. Functiebeschrijving Functioneringsgesprekken Evaluatie. Opgesteld 6 mei 2008 Aangepast 14 december 2012

Dossier. Functiebeschrijving Functioneringsgesprekken Evaluatie. Opgesteld 6 mei 2008 Aangepast 14 december 2012 Dossier Functiebeschrijving Functioneringsgesprekken Evaluatie Opgesteld 6 mei 2008 Aangepast 14 december 2012 KSG De Heide Brugstraat 14 3550 HEUSDEN-ZOLDER tel. 011 45 61 35 secretariaat@ksg-deheide.be

Nadere informatie

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2013/016/,

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2013/016/, 1 KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING Nr. GOO/2013/016/, Inzake: Mevrouw,, opsteller, wonende te,..,, bijgestaan door mevrouw, juriste COC,, te, Verzoekende

Nadere informatie

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEGESPREKKEN

FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEGESPREKKEN FUNCTIONERINGS- EN EVALUATIEGESPREKKEN 03.05.2011 CVO DTL Herentals Functioneringscyclus 3 mei 2011 Pagina 1 INHOUD MISSIE EN WETGEVING VISIE DE FUNCTIONERINGSCYCLUS IN DRIE FASES 1. Het functie- en planningsgesprek

Nadere informatie

Plaats voor logo school DOSSIER FU CTIEBESCHRIJVI G FU CTIO ERI GSGESPREKKE EVALUATIE. Definitieve versie 6 mei 2008-1 -

Plaats voor logo school DOSSIER FU CTIEBESCHRIJVI G FU CTIO ERI GSGESPREKKE EVALUATIE. Definitieve versie 6 mei 2008-1 - Plaats voor logo school DOSSIER FU CTIEBESCHRIJVI G FU CTIO ERI GSGESPREKKE EVALUATIE Definitieve versie 6 mei 2008-1 - I HOUD Hoofdstuk 1 : Stappenplan voor OCSG: Criteria... 3 Hoofdstuk 2 : Evaluatiereglement...

Nadere informatie

woord vooraf 11 inleiding 13 Hoofdstuk 1 Personeelsevaluatiesysteem in het Vlaamse onderwijs 17

woord vooraf 11 inleiding 13 Hoofdstuk 1 Personeelsevaluatiesysteem in het Vlaamse onderwijs 17 Inhoud woord vooraf 11 inleiding 13 Hoofdstuk 1 Personeelsevaluatiesysteem in het Vlaamse onderwijs 17 1 Omschrijving en begrippenkader 19 1.1 Statuut en rechtspositie van het onderwijspersoneel 19 1.2

Nadere informatie

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING. GVO / 2015 / 2 / / 30 juni 2015

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING. GVO / 2015 / 2 / / 30 juni 2015 KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING GVO / 2015 / 2 / / 30 juni 2015 Inzake, wonende te,, bijgestaan door, advocaat, verzoekende partij, tegen, 1 ste evaluator

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement voor de schoolraad BO

Huishoudelijk reglement voor de schoolraad BO Huishoudelijk reglement voor de schoolraad BO 1 Oprichting 1.1 In uitvoering van het Decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad, B.S. 6 augustus 2004, zoals

Nadere informatie

over 1. mevr. Hilde CREVITS, Viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Onderwijs voorzitter;

over 1. mevr. Hilde CREVITS, Viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Onderwijs voorzitter; VLAAMS ONDERHANDELINGSCOMITE VOOR DE BASISEDUCATIE Brussel, 7 juli 2017 PROTOCOL NR. 72 HOUDENDE DE CONCLUSIES VAN DE ONDERHANDELINGEN DIE GEVOERD WERDEN IN DE VERGADERING VAN HET VLAAMS ONDERHANDELINGSCOMITE

Nadere informatie

Bijlage: Mogelijke evaluatiecriteria voor leraren secundair onderwijs

Bijlage: Mogelijke evaluatiecriteria voor leraren secundair onderwijs 1 Bijlage: Mogelijke evaluatiecriteria voor leraren secundair onderwijs Met voorliggend document willen we alle aspecten van de functie van leraar in de evaluatie betrekken. Met deze brede evaluatie willen

Nadere informatie

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur 1. Recht op TADD 1.1 Toepassingsgebied Het recht op een tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur is van toepassing op alle wervingsambten van de personeelscategorieën

Nadere informatie

Deze betrekkingen worden in bijlage omschreven per school, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de verschillende instellingsnummers.

Deze betrekkingen worden in bijlage omschreven per school, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de verschillende instellingsnummers. CENTRAAL SECRETARIAAT SCHOLENGEMEENSCHAP GENT-DRONGEN E. De Deynestraat 2, 9000 GENT 0474/87 75 19 Gent, 21 maart 2018 Bericht van vacantverklaring voor vaste benoeming in wervingsambten De vzw Provincialaat

Nadere informatie

Evaluatiereglement Stedelijk onderwijs Oostende

Evaluatiereglement Stedelijk onderwijs Oostende Evaluatiereglement Stedelijk onderwijs Oostende Inhoudsopgave Artikel 1 Wettelijk kader en omzendbrieven...1 Artikel 2 Begrippen...1 Artikel 3 Documenten...3 Artikel 4 Algemene principes...3 Artikel 5

Nadere informatie

Functiebeschrijving. Directeur secundair onderwijs. De algemene afspraken werden op het Tussencomité onderhandeld - zie protocol dd.

Functiebeschrijving. Directeur secundair onderwijs. De algemene afspraken werden op het Tussencomité onderhandeld - zie protocol dd. Functiebeschrijving Directeur secundair onderwijs De algemene afspraken werden op het Tussencomité onderhandeld - zie protocol dd. 12 maart 2014 Instelling:.... Naam personeelslid:.... Inleiding Situering

Nadere informatie

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2017/034/(...)

KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING. Nr. GOO/2017/034/(...) 1 KAMER VAN HET COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET GESUBSIDIEERD OFFICIEEL ONDERWIJS BESLISSING Nr. GOO/2017/034/(...) Inzake: de heer (...), wonende te ( ), bijgestaan door Mter ( ), loco Mter (...), advocaten,

Nadere informatie

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur 1. Recht op TADD 1.1 Toepassingsgebied Het recht op een tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur is van toepassing op alle wervingsambten van de personeelscategorieën

Nadere informatie

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING G.V.O. / 2013 / 3 / / 19 augustus 2013 In zake, wonende te, bijgestaan door, COV, verzoekende partij, tegen, eerste evaluator

Nadere informatie

Ook voor de personeelsleden aangesteld in een selectie- of bevorderingsambt wordt de uitbetaling tijdens de zomervakantie

Ook voor de personeelsleden aangesteld in een selectie- of bevorderingsambt wordt de uitbetaling tijdens de zomervakantie Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2004-069 datum : 2004-06-22 gewijzigd : 2010-02-08 contact : Dienst personeel en schoolbeheer,

Nadere informatie

Samenstelling van de ouderraad

Samenstelling van de ouderraad DECRETALE OUDERRAAD Inhoudstabel Inhoudstabel... 2 Samenstelling van de ouderraad... 3 Werking van de ouderraad en het huishoudelijk reglement... 3 Wijziging Participatiedecreet vanaf 1 september 2014:...

Nadere informatie

VLAAMS ONDERHANDELINGSCOMITE VOOR DE BASISEDUCATIE. Brussel, 7 juli 2017

VLAAMS ONDERHANDELINGSCOMITE VOOR DE BASISEDUCATIE. Brussel, 7 juli 2017 VLAAMS ONDERHANDELINGSCOMITE VOOR DE BASISEDUCATIE Brussel, 7 juli 2017 PROTOCOL NR. 71 HOUDENDE DE CONCLUSIES VAN DE ONDERHANDELINGEN DIE GEVOERD WERDEN IN DE VERGADERING VAN HET VLAAMS ONDERHANDELINGSCOMITE

Nadere informatie

Leerkracht en verantwoordelijkheden

Leerkracht en verantwoordelijkheden Nonnemeersstraat 15 9000 Gent 09 267 12 99 info@hetperspectief.net www.hetperspectief.net LEV ~ Groep SO en HO Leerkracht en verantwoordelijkheden Schooljaar 2010-2011 Auteur: Griet Mathieu ~ Martine Baeyens

Nadere informatie

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING. GVO / 2015 / 5 / / 30 september 2015

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING. GVO / 2015 / 5 / / 30 september 2015 KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING GVO / 2015 / 5 / / 30 september 2015 Inzake, wonende te, bijgestaan door mevrouw, COC, verzoekende partij, tegen, 1 ste

Nadere informatie

Globale puntenenveloppe 2009 : visieontwikkeling

Globale puntenenveloppe 2009 : visieontwikkeling Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel INTERN DOCUMENT VVKSO CODIS/DOC/08/23 Globale puntenenveloppe 2009 : visieontwikkeling Inhoudstafel 1 Uitgangspunten...

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING DIRECTEUR

FUNCTIEBESCHRIJVING DIRECTEUR FUNCTIEBESCHRIJVING DIRECTEUR BESTAANSREDEN VAN DE FUNCTIE Deze functiebeschrijving bevat de hoofdlijnen van de opdracht van een directielid SG PSOL en biedt een werkkader dat het directielid zal helpen

Nadere informatie

Personeelsreglementering. basisonderwijs

Personeelsreglementering. basisonderwijs Personeelsreglementering gewoon basisonderwijs Colloquium directies Mechelen-Brussel 22 november 2017 Mogelijke agenda (met ruimte voor vraagstelling) 1. Personeelsformatie 2. Tijdelijke aanstelling 3.

Nadere informatie

1.2 De zetel van de schoolraad is gevestigd op het volgende adres:

1.2 De zetel van de schoolraad is gevestigd op het volgende adres: 1 Huishoudelijk reglement voor de schoolraad 1 Oprichting 1.1 In uitvoering van het Decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad, B.S. 6 augustus 2004, zoals

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 59.882/1/V van 31 augustus 2016 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de waarborgregeling in het secundair onderwijs in het schooljaar

Nadere informatie

INHOUD. Woord vooraf 11 INHOUD

INHOUD. Woord vooraf 11 INHOUD Woord vooraf 11 1 Onderwijs in Vlaanderen 15 1. Vlaams onderwijslandschap 17 1.1. De onderwijsniveaus van jong naar oud 17 1.2. Over inrichters, financieren en subsidiëren: de netten 19 2. Vlaamse steden

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 9 maart 2018 betreffende het deeltijds kunstonderwijs, artikel 26;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 9 maart 2018 betreffende het deeltijds kunstonderwijs, artikel 26; Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het opleidingsaanbod, de structuur, organisatie en financiering van de Koninklijke Beiaardschool Jef Denyn in Mechelen DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet

Nadere informatie

GEMEENTERAAD - BESLUIT

GEMEENTERAAD - BESLUIT GEMEENTERAAD - BESLUIT OPSCHRIFT Vergadering van 23 november 2015 Besluit nummer: 2015_GR_00899 Onderwerp: Vakantie- en prestatieregeling voor personeel ressorterend onder "Statuut Rechtspositie Personeelsleden

Nadere informatie

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING G.V.O. / 2013 / 5 / / 21 augustus 2013 In zake, wonende te, bijgestaan door, COV, verzoekende partij, tegen, eerste evaluator

Nadere informatie

VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE OVERHEIDSDIENSTEN

VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE OVERHEIDSDIENSTEN SECTORCOMITE X ONDERWIJS (Vlaamse Gemeenschap) COMITE VOOR DE PROVINCIALE EN PLAATSELIJKE OVERHEIDSDIENSTEN Afdeling 2 Onderafdeling "Vlaamse Gemeenschap". OVERKOEPELEND ONDERHANDELINGSCOMITE VRIJ GESUBSIDIEERD

Nadere informatie

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur

Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur 1. Recht op TADD 1.1 Toepassingsgebied Het recht op een tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur is van toepassing op alle wervingsambten van de personeelscategorieën

Nadere informatie

VR DOC.0198/1

VR DOC.0198/1 VR 2019 1502 DOC.0198/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten wat betreft de aanpassing

Nadere informatie

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING

KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING KAMER VOOR HET GESUBSIDIEERD VRIJ ONDERWIJS VAN HET COLLEGE VAN BEROEP BESLISSING G.V.O. / 2013 / 7 / / 21 augustus 2013 In zake, wonende te, bijgestaan door, COV, verzoekende partij, tegen, eerste evaluator

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT ZITTING APRIL 1996 ONTWERP VAN DECREET

VLAAMS PARLEMENT ZITTING APRIL 1996 ONTWERP VAN DECREET Stuk 248 (1995-1996) Nr. 9 VLAAMS PARLEMENT ZITTING 1995-1996 2 APRIL 1996 ONTWERP VAN DECREET houdende tijdelijke beperking inzake programmatie en benoeming in sommige onderwijssectoren IN EERSTE LEZING

Nadere informatie

PERSONEELSDIENST VOORBEREIDING EVALUATIEGESPREK

PERSONEELSDIENST VOORBEREIDING EVALUATIEGESPREK PERSONEELSDIENST VOORBEREIDING EVALUATIEGESPREK Beste medewerker Op het einde van de evaluatieperiode hebben jij en je functionele chef een evaluatiegesprek. Hier wordt gekeken of de doelstellingen bereikt

Nadere informatie