RESULTATEN Hieronder volgt de samenvatting van de resultaten.

Transcriptie

1 Samenvatting Gemeentelijke communicatie, 2018 Het Delft Internet Panel (DIP) is ingezet om de mening van Delftenaren over de gemeentelijke berichtgeving online en in de Stadskrant Delft te peilen. Daarnaast is er een oproep in de Stadskrant Delft gezet, met een link naar een digitale vragenlijst, zodat lezers van de Stadskrant ook de gelegenheid hadden om te reageren. RESPONS Van de Delftenaren die via het DIP zijn benaderd, hebben er de vragenlijst ingevuld. Dit komt neer op een respons van 63%. Daarnaast hebben nog 67 Delftenaren gereageerd op de oproep in de Stadskrant Delft door de online vragenlijst in te vullen, waardoor het totaal aantal respondenten komt op RESULTATEN Hieronder volgt de samenvatting van de resultaten. Het lezen van de Stadskrant Delft Allereerst is er geïnventariseerd of men de Delftse Post wel eens leest. Figuur 1 toont de resultaten. Bijna de helft van de respondenten leest de Delftse Post wekelijks, een aandeel van 15% enkele keren per maand, ongeveer een gelijk deel een enkele keer. Opgeteld leest driekwart de Delftse Post wel eens tot wekelijks. Een kwart leest de Delftse Post niet, omdat zij de krant niet ontvangen (15%) of (vrijwel) nooit lezen (10%). Figuur 1 Het lezersaandeel is met name klein onder de jarigen (27%), en loopt verder op met de leeftijd van 59% onder jarigen tot 96% onder 65-plussers. Het aandeel dat een NEE/NEE-sticker heeft loopt af naarmate men ouder is, van 41% onder jarigen tot 2% onder 65-plussers. Ook het aandeel dat de Delftse Post (vrijwel) nooit leest loopt af, van 33% onder jarigen tot 2% onder 65-plussers.

2 De respondenten die de Delftse Post ontvangen konden vervolgens aangeven of zij de pagina s van de Stadskrant Delft hierin wel eens lezen. Figuur 2 toont de resultaten. Vier van de tien respondenten die de Delftse Post ontvangen lezen de Stadskrant elke week. Een vijfde deel leest de Stadskrant enkele keren per maand, een kwart een enkele keer. Samen komt het lezersaandeel op 85%. De overige 15% leest de Stadskrant (vrijwel) nooit. Figuur 2 Ook het aandeel dat de Stadskrant leest loopt op met de leeftijd, van 38% onder jarigen tot 94% onder 65-plussers. Terwijl het aandeel dat (vrijwel) nooit de Stadskrant leest afloopt van 62% onder de jarigen tot 6% onder de 65-plussers. Overigens is het aantal jarigen dat de Delftse Post ontvangt in het onderzoek niet heel groot, dus het percentage dient indicatief opgevat te worden.

3 Bekendmakingen De samenvatting van de officiële gemeentelijke bekendmakingen staat zowel in de Stadskrant als online. Dit gaat bijvoorbeeld over de aangevraagde vergunningen, verkeersbesluiten en nieuwe verordeningen. In het onderzoek is nagegaan in hoeverre en via welk medium Delftenaren deze bekendmakingen lezen en wensen te lezen. Allereerst konden de respondenten die de Delftse Post ontvangen aangeven of zij de bekendmakingen in de Stadskrant wel eens lezen. Drie van de tien van hen lezen de bekendmakingen elke week. Een klein kwart leest de bekendmakingen enkele keren per maand, ruim een kwart een enkele keer. Tezamen is het lezersaandeel van de bekendmakingen 79%. Een vijfde deel leest de bekendmakingen (vrijwel) nooit. Figuur 3

4 De respondenten die de Delftse Post ontvangen en dus de gelegenheid hebben om de bekendmakingen in de Stadskrant te lezen, zijn gevraagd of zij weten dat de bekendmakingen ook op het internet staan. Figuur 4 toont de resultaten. Het merendeel weet dat de bekendmakingen ook online te vinden zijn (57%). Een kleine groep leest deze ook online (13%), de meesten niet (44%). Ruim vier van de tien ontvangers van de Delftse Post wisten niet dat de gemeentelijke bekendmakingen ook online staan. Figuur 4 Het aandeel dat bekend is met de online publicatie van de bekendmakingen loopt op met de leeftijd, van 43% onder zowel de jarigen 1 als de jarigen tot 68% onder de 65-plussers. Het aandeel dat de publicaties ook online leest is vooral laag onder jarigen. Bij de overige groepen varieert dit tussen de 11% en 17%. 1 Het aantal jarigen dat de Delftse Post ontvangt in dit onderzoek is klein, percentages dienen indicatief te worden opgevat.

5 Redenen om de bekendmakingen niet online te lezen De respondenten die wel weten dat de bekendmakingen online staan, maar deze niet online lezen zijn gevraagd naar de reden dat zij dit niet doen. Zij noemen vooral: ze staan al in de krant/een keer lezen in de krant is voldoende/ik lees het al in de krant (Delftse Post of Delft op Zondag), de krant komt iedere week in de bus, ik neem de berichten gelijk mee doordat ik de krant lees, de krant lezen is makkelijker/prettiger/handiger/leuker/ gewoonte, ik zal de bekendmakingen niet speciaal online gaan opzoeken (dan moet ik eraan denken, de moeite nemen van zoeken, zelf het initiatief nemen, achter de computer gaan zitten), ik denk er niet aan, geen behoefte aan/geen interesse in/geen zin in, ik heb geen tijd om de bekendmakingen op te zoeken/al genoeg te doen, van papier lezen is prettiger dan lezen van een scherm, ik zit al genoeg op het internet/achter de computer/achter beeldschermen, in de krant is het overzichtelijker, het is teveel moeite om iedere week de bekendmakingen op te zoeken die mogelijk voor mij van belang zijn, al teveel informatie komt via het internet, het opzoeken van specifieke informatie is te omslachtig, krijg de Delftse Post niet altijd bezorgd, als ik iets nodig zou hebben zou ik het online opzoeken. De 43% die niet wist dat de bekendmakingen ook online staan is nog gevraagd of zij vanaf nu deze online gaan bekijken. Figuur 5 geeft het overzicht van de antwoorden. Van deze groep geeft een derde deel aan dit zeker of waarschijnlijk wel te gaan doen. De helft gaat dit waarschijnlijk of zeker niet doen. Men kon ook aangeven het niet te weten (13%). Figuur 5

6 Alle respondenten die de Delftse Post ontvangen hebben kunnen aangeven hoe zij er tegenover zouden staan als de officiële bekendmakingen voortaan alleen nog op het internet gepubliceerd worden. De grootste groep staat er (zeer) negatief tegenover als de officiële bekendmakingen alleen op het internet gepubliceerd worden, namelijk bijna de helft, zie Figuur 6. Een vijfde staat hier (zeer) positief tegenover, een kwart reageert neutraal. Het was ook mogelijk om geen mening of weet niet te antwoorden (6%). Figuur 6 Het aandeel dat (zeer) positief staat ten opzichte van enkel online publiceren van de bekendmakingen is het grootst onder de jarigen (39%) 2 en loopt vervolgens af met de leeftijd tot 15% onder 65-plussers. Toelichtingen De respondenten konden hun antwoord vervolgens toelichten. Hieronder volgt een samenvatting van wat men vooral aangeeft. (zeer) positief: gemakkelijk informatie kunnen op-/nazoeken, beter digitaal dan op papier/minder papier beter voor milieu, past bij de moderne tijd, dan wel met notificatie om je erop te attenderen, aanvraag/afhandeling/bezwaar ook digitaal positief noch negatief: ik lees het automatisch in de krant/krant is makkelijk/prettiger/ handiger/toegankelijker, als ik het zelf moet opzoeken dan lees ik het minder vaak of ik zal het dan niet lezen/opzoeken, als het enkel online staat sluit je bewoners uit die niet online zitten/niet iedereen heeft of gebruikt internet/de krant bereikt iedereen, publiceer zowel in de krant als online, het maakt mij niet uit, als ik iets hoor zoek ik het wel op, voor jongeren goed maar ouderen zijn minder online, in de papieren versie lees je nog wel iets toevallig, dan wel met notificatieservice bijvoorbeeld via , online worden de berichten makkelijk gemist. (zeer) negatief: met alleen op internet publiceren passeer je een doelgroep (ouderen, mensen die niet op internet kijken/niet vaardig zijn met de computer, geen digitale middelen hebben, geen internet/computer hebben) die ook het recht heeft op het lezen van de officiële bekendmakingen, de gemeente moet actief informeren (push), alleen online betekent dat mensen minder goed worden 2 Het aantal jarigen dat de Delftse Post ontvangt in dit onderzoek is klein, percentages dienen indicatief te worden opgevat.

7 geïnformeerd, dan moet de burger zelf op zoek naar de informatie op eigen initiatief en dan komt het er niet van om het met regelmaat te lezen en zal de informatie worden misgelopen, ik ga niet de moeite nemen om dit wekelijks op te zoeken/in de praktijk lees ik het dan niet meer/minder, krant is gemakkelijker/bereikt iedereen, het is beter om beide kanalen te blijven gebruiken om iedereen te bereiken, belangrijke mededelingen moeten zo breed mogelijk bekend gemaakt worden, website van de gemeente is niet gebruiksvriendelijk genoeg/niet zo overzichtelijk als in de krant, ik lees liever de krant/van papier, de krant is makkelijker/prettiger/wekelijkse informatie, je moet eraan herinnert worden om deze informatie te lezen, er is al zoveel te lezen op internet/te veel informatie/wil niet zo veel achter de computer zitten, het in de krant lezen is een ontspannen manier, er zijn zorgen dat de gemeente zo verantwoordelijkheid verlegd naar burgers/ouderen buitensluit/informatie verstopt/dingen kan doordrukken. weet niet/geen mening: opmerkingen met dezelfde strekking als hierboven genoemd. Welke informatie moet in de Stadskrant blijven? Aan de respondenten die de Delftse Post ontvangen is gevraagd welke onderdelen sowieso in de Stadskrant moeten blijven. Het was mogelijk om meerdere onderdelen te kiezen. Van 6 van de 7 onderdelen vindt de (ruime) meerderheid dat deze in de Stadskrant moeten blijven. Het meest aangewezen onderwerp betreft 'informatie over werkzaamheden in de stad'. Ruim acht van de tien respondenten gaven aan dat dit in de Stadskrant moet blijven. Driekwart koos 'informatie over nieuw beleid'. Ongeveer twee derde deel vindt dat zowel 'praktische informatie over regelingen en voorzieningen waar bewoners gebruik van kunnen maken' als 'informatie over de wijken' in de Stadskrant moet blijven. Figuur 7 Wat gaat er met de resultaten gebeuren? De gemeente gebruikt de resultaten van dit onderzoek om haar middelen waar nodig aan te passen en ze optimaal af te stemmen op de behoeften van bewoners.