HET VEILIGHEIDSRAPPORT VAN DE GRAFISCHE SECTOR 2005
|
|
- Christel van de Berg
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 HET VEILIGHEIDSRAPPORT VAN DE GRAFISCHE SECTOR 005 Globaal Belgische ondernemingen NACE code UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUCTIE VAN OPGENOMEN MEDIA NACE code Drukkerijen en diensten in verband met drukkerijen NACE code 1 Dagbladdrukkerijen NACE code Overige drukkerijen NACE code 3 Boekbinden NACE code 4 Prepress-activiteiten NACE code 5 Hulpactiviteiten in verband met drukkerijen KALENDERJAAR 005 Mei 009 1
2
3 De vaststellingen in dit rapport werden gemaakt op basis van verschillende informatiebronnen. Naargelang de bron zijn meer of minder gedetailleerde gegevens beschikbaar. Hierdoor is het niet steeds mogelijk om alle voor handen zijnde gegevens juist te verwerken. Tewerkstellingsgegevens i.f.v. de leeftijd, het geslacht, het type tewerkstelling, enz. zijn bijvoorbeeld voor de onderverdeling volgens de NACE codes slechts tot 3 cijfers beschikbaar, terwijl de ongevallenstatistieken wel het aantal ongevallen tot de NACE codes met 4 cijfers weergeeft. Om de cijfers van de subcodes van NACE code te kunnen plaatsen werden in deze gevallen toch cijfers uit verschillende niveaus met elkaar verrekend. Dit geeft uiteraard een vertekend beeld, maar het laat wel toe om in te schatten hoe het beeld voor de fijnste onderverdelingen er uitziet. Dit rapport verschaft naast de indicatieve cijfers over veiligheid, zoals frequentiegraad, ernstgraad en globale ernstgraad, ook cijfers die een dieper inzicht geven in de aard van de ongevallen en opgelopen letsels. Deze cijfers zijn pas recentelijk beschikbaar gesteld en omvatten momenteel enkel gegevens van het kalenderjaar 005 (he t Fonds voor Arbeidsongevallen). Dit is bijgevolg het eerste rapport dat een vrij volledig beeld weergeeft van de veiligheidsprestaties in de grafische sector en zijn subsectoren. 3
4 4
5 Samenvatting Globaal kan worden gesteld dat de grafische sector op vlak van veiligheid in 005 goed heeft gescoord. Het aantal ongevallen en de gevolgen ervan zijn immers lager/minder erg dan het Belgische gemiddelde. Als verschillende (sub)sectoren naast elkaar worden geplaatst, is er steeds een (sub)sector die het beste en één die het zwakste scoort. In de graf ische sector is dit niet anders. Op vlak van het relatieve aantal ongevallen en de relatieve ernstgraden scoort boekbinden (NACE code 3) het zwakste (slechts iets hoger dan het Belgische gemiddelde) en prepress (NACE code 4) het beste. Het ligt voor de hand dat productieactiviteiten in drukkerijen (NACE code.) het meeste aantal ongevallen met zich meebrengt (dit geldt tevens ook voor andere sectoren). In afwijking tot het algemene beeld echter, leiden in grafische ondernemingen (NACE code en.), na de handelingen m.b.t. de productie, de handelingen m.b.t. de opslagactiviteiten tot het meeste aantal ongevallen. Handelingen m.b.t. opslag vormen voor drukkerijen dan echter ook een groot aandeel van het takenpakket,wat het hogere aantal ongevallen t.o.v. het gemiddelde verklaard. Opvallend t.o.v. het algemene beeld is dat de meeste ongevallen in grafische bedrijven het gevolg zijn van het contact met snijdende voorwerpen. Deze wijze van verwonding komt in het algemeen pas op de vierde plaats. Ook opmerkelijk is dat verwondingen ten gevolge van beknelling of verplettering in grafische bedrijven op de tweede plaats komen, terwijl algemeen deze oorzaak van ongevallen pas op een zesde plaats komt. De lichaamsdelen die het vaakst verwond worden, zijn vingers en, in mindere mate, enkels en voeten. Deze vaststelling in de grafische sector komt overeen met de vaststellingen in een gemiddelde Belgische onderneming. Binnen de drukkerijen leiden verwondingen aan de vingers wel vaker tot blijvende arbeidsongeschiktheid dan in een gemiddelde Belgische onderneming. Bovendien is voor drukkerijen de kans op blijvende arbeidsongeschiktheid na verwondingen aan de rug het grootst t.o.v. de kans op blijvende arbeidsongeschiktheid door verwondingen opgelopen aan andere lichaams delen. Bijzonder positief is dat in drukkerijen de kans op ongevallen voor alle leeftijdscategorieën bijzonder laag is t.o.v. een gemiddelde Belgische onderneming. De kans op blijvende arbeidsongeschiktheid vertoont daarenboven vanaf een leeftijd van 50 jaar een duidelijke positieve trendbreuk t.o.v. een gemiddelde Belgische onderneming. Hierbij dient te worden opgemerkt dat in drukkerijen (NACE code.), en in iets minder mate in uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ), meer ongevallen gebeuren bij werknemers met meer anciënniteit. In een gemiddeld Belgische onderneming gebeuren echter het meeste aantal ongevallen bij werknemers met minder anciënniteit. Hoewel deze cijfers niet kunnen geplaatst worden tegenover de tewerkstellingscijfers, is het een algemeen gegeven dat de grafische sector geconfronteerd wordt met een oudere beroepsbevolking die bove ndien een relatief klein verloop kent. Het ligt bijgevolg binnen de verwachtingen dat het aantal ongevallen voor werknemers met meer dan 10 jaar anciënniteit hoog ligt. Het is bovendien ook zo dat het aantal ongevallen dat leidt tot blijvende arbeidsongeschiktheid voor deze groep werknemers 0 % hoger ligt dan in een gemiddelde Belgische onderneming. Deze vaststelling geeft aan dat een hogere graad van ervar ing niet automatisch leidt tot minder risicovol gedrag. Een ander positief resultaat is dat het aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid tot gevolg bij werknemers met minder dan 1 jaar werkervaring bijna 5 % lager ligt dan in een gemiddelde Belgische onderneming. Dit kan mogelijks verklaard worden doordat werknemers met minder anciënniteit of ervaring minder vlug zullen ingezet worden voor omvangrijke, gevaarlijke of complexe taken. Uit de cijfers blijkt dat de kleinere grafische ondernemingen op vlak van ongevallen het niet slechter doen dan de grotere grafische ondernemingen, integendeel. Globaal gezien leggen de grafische bedrijven zeker betere scores voor dan een gemiddelde Belgische onderneming. Bij ondernemingen met een tewerkstelling tussen de 50 en 99 werknemers scoren grafische bedrijven duidelijk minder goed dan de gemiddelde Belgische onderneming. 4
6 5
7 Inhoud SAMEN VATTING 3 HET AANTAL ONGEVALLEN EN DE ERNST VAN DE GEVOLGEN IN RELATIE MET DE BLOOTSTELLING 8 1. Frequentiegraad, ernstgraad en globale ernstgraad 9 VERDELING VAN DE ONGEVALLEN Verdeling volgens het soort werk 10. Verdeling volgens de afwijkende gebeurtenis Verdeling volgens de wijze van verwondingen 1 4. Verdeling volgens het betrokken voorwerp Verdeling volgens de aard van het letsel Verdeling volgens de plaats van het letsel Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling i.f.v. de leeftijdsverdeling Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volgens de nationaliteit Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling i.f.v. het geslacht Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling i.f.v. de beroepscategorie Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volgens anciënniteit 0 1. Aantal ongevallen, aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid en tewerkstelling volgens grootte van de onderneming Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. tewerkstelling volgens grootte van de onderneming 6
8 7
9 Het aantal ongevallen en de ernst van de gevolgen in relatie met de blootstelling 1. Frequentiegraad, ernstgraad en globale ernstgraad We noteren zeer goede cijfers voor drukkerijen en diensten i.v.m. drukkerijen (NACE code ). Zowel de ernstgraad, frequentiegraad als de globale ernstgraad liggen lager dan het algemeen gemiddelde (zie grafieken op de volgende bladzijde). Opvallend is dat boekbinden (NACE code 3) het minst goed scoort voor de drie parameters. De scores voor boekbinden liggen telkens hoger dan het Belgische gemiddelde. De beste en tevens uitstekende scores vinden we telkens terug voor prepress activiteiten (NACE code 3). Tabel 1: NACE min gemiddelde max FG 11,94 0 6,35 70,04 EG 0,8 0 0,6,60 GEG 0,96 0,37 53,7 NACE min gemiddelde max FG 16,68 1,36 6,35 81,31 EG 0,41 0,01 0,6,60 GEG 1,6 0,01,37 53,7 NACE 1 min gemiddelde max FG 18,95 0 6,35 164,15 EG 0,5 0 0,6 3,69 GEG 1,53 0,37 3,7 NACE min gemiddelde max FG 18,03 0 6,35 164,15 EG 0,4 0 0,6 3,69 GEG 1,33 0,37 3,7 NACE 3 min gemiddelde max FG 6,98 0 6,35 164,15 EG 0,85 0 0,6 3,69 GEG,69 0,37 3,7 NACE 4 min gemiddelde max FG 4,88 0 6,35 164,15 EG 0,07 0 0,6 3,69 GEG 0,07 0,37 3,7 NACE 5 min gemiddelde max FG 5,47 0 6,35 164,15 EG 0,17 0 0,6 3,69 GEG 0,58 0,37 3,7 1 Een evolutie van deze parameters overmeerdere jaren kunt u vinden in rapport De veiligheidsgraden van de grafische se ctor ( belgra.be > Die nsten > Documente n e n cijfe rs > Ve ilighe id) 8
10
11 SitueringFG voornacecode t.o.v.de FGvan de andere NACE codes met cijfers (005) max = 70, SitueringFGvoor NACE code t.o.v. de FGvan de andere NACE codes met 3 cijfers (005) Max = 81, Situerin g FG vo or de sub co des van NACE code t.o.v.d e FG van de andere NACEcodes met 4 cijfers (005) max =164,15 Figuur 1: mi n = 0 Gemiddelde = 6,35 ; 11, Gemiddelde = 6,35 1; 3,86 10 min = 1,36 0 ; 16, min = 0 4; 4,88 5; 5,47 Gemiddelde = 6,35 ; 18,03 1; 18,95 3;6,98 3,5 Situering EG voornacecode t.o.v.de EG van de andere NACE codes met cijfers (005) max =,6 3,0,5 Situering EG voor NACE co de t.o.v. de EG van d e andere NACE co des met 3 cijfers (005) max =,60 4 3,5 Situering EG voo r de sub co des van NACE code t.o.v.d e EG van de andere NACEcodes met 4 cijfers (005) max =3,69 3,0,5 1,5 1,5 1 0,5 0 min = 0 gemiddelde = 0, 6 ; 0,8 1,0 m in = 0,01 0,5 0,0 1; 0,07 gemiddeld = 0,6 ; 0,41 1,5 1 4; 0,07 0,5 min = 0 0 5; 0,17 gemiddeld =0,6 ; 0,4 1; 0,5 3; 0, Situering GEG voornacecode t.o.v.de GEG van de andere NACE codes met cijfers (005) max = 53, SitueringGEG voor NACE code t.o.v. de GEG vande andere NACE codes met 3 cijfers (005) max =53, SitueringGEG voor de subcodes vannacecode t.o.v. de GEG vande andere NACE codes met 4 cijfers (005) ma x = 5 3, min = min = 0 gemiddelde=,37 ; 0, ; 0,45 min = 0, 01 gemiddeld=,60 0 ; 1, ; 0,07 5; 0,58 gemiddeld=,37 ; 1, 33 1; 1,53 3;,6 9 9
12 Verdeling van de ongevallen 1. Verdeling volgens het soort werk Figuren 1a, 1b en 1c geven het aantal ongevallen weer in de top 6 volgens het soort werk waarbij de ongevallen gebeurden voor de NACE code. Overige drukkerijen, NACE code drukkerijen en uitgeverijen en de gemiddelde Belgische onderneming. Het grootste aantal ongevallen doet zich voor bij de productie, verwerking en bewerking ongeacht de aard. Op de tweede, derde en vierde plaats komen respectievelijk handelingen in het kader van opslag, montage en onderhoud, reparatie, regeling, afstelling. De kans op blijvende arbeidsongeschiktheid na een arbeidsongeval is voor elke groep ongeveer gelijk (5 à 10 %) met uitzondering van de ongevallen die binnen de groep verkeer vallen. In deze groep is de kans op een blijvende arbeidsongeschiktheid %. De top 6 volgens het soort werk vertegenwoordigt 76,9 % van het totaal aantal ongevallen. De top 6 van het aantal ongevallen volgens het soort werk is voor drukkerijen (NACE code.) iets sterker geconcentreerd dan voor uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) en veel sterker geconcentreerd dan de verdeling van de ongevallen voor Belgische ondernemingen. Respectievelijk 76,9 %, 68,9 % en 51,3 % van alle ongevallen situeren zich in de top 6 van de verdeling volgens het soort werk. Zowel voor NACE code., NACE code als voor alle Belgische bedrijven geldt dat, t.o.v. de tewerkstelling, in de productieactiviteiten (dit zijn Productie, verwerking en bewerking ) het grootste aantal ongevallen wordt opgetekend. Voor drukkerijen NACE code is het opvallend dat het aantal ongevallen t.o.v. de tewerkstelling 1,77 % duidelijk groter is dan het globale kengetal 1,8 %. Dit kengetal voor NACE code. (1,77 %) ligt ook een heel stuk hoger dan dit voor NACE code (1,09 %). Dit kan mogelijks worden verklaard doord at er binnen NACE code veel ondernemingen zijn die minder zware industriële activiteiten exploiteren, zoals prepress-activiteiten en hulpactiviteiten in verband met drukkerijen. De cijfers voor deze subsectoren zijn echter niet vrijgegeven. T.o.v. de globale cijfers voor de arbeid in België leiden de activiteiten m.b.t. opslag voor NACE code. tot 16 % meer ongevallen. Handelingen m.b.t. opslag vormen voor drukkerijen ook een groot aandeel van het takenpakket. Dat precies bij de handelingen m.b.t. de opslagactiviteiten meer ongevallen dan gemiddeld gebeuren, ligt dan ook voor de hand. De kans dat ongevallen die zich tijdens deze handelingen voordoen bij NACE code ligt een heel stuk lager dan voor NACE code., namelijk 44 %, wat erop wijst dat handelingen m.b.t. opslag-acti viteiten voor de andere subsectoren van NACE code minder intens of belangrijk zijn. De kans dat er zich dus ongevallen voordoen is bijgevolg kleiner. Betreffende blijvende arbeidsongeschiktheid t.g.v. Productie, verwerking, bewerking - ongeacht de aard scoren drukkerijen (NACE code.) minder goed dan Uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) en beduidend minder goed dan het globaal gemiddelde. Respectievelijk leidden 10,5 %, 10,0 % en 7,3 % van deze ongevallen tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Ongevallen die opgetekend worden bij verkeer, ook in vervoermiddelen in drukkerijen (NACE.) leiden in % van de gevallen tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Ongevallen van deze aard komen bij uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) niet voor in de top 6. In een gemiddelde Belgische onderneming leidt slechts 6 % van de ongevallen van deze aard tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Figuur 1a: Verdeling volgens het soort werk (top-6) NACE. productie, verwerking, bewerking - ongeacht de aard producti e, verwerking,bewerking,opslag plaatsing, voorbereiding, installatie, montage, onderhoud, reparat ie, regeling, af stelling overige soort en van samenhangende werkzaam heden 4 verkeer, ookin vervoermiddelen aandeel top 6 van het t ot aal aant al ongevallen Figuur 1b: ,9% 3,1% Verdeling volgens het soort werk (top-6) NACE producti e, verwerking,bewerking - ongeacht de aard product ie, verwerking, bewerking, opslag plaatsing, voorbereiding,inst all at ie, mont age, onderhoud, reparatie,regeling, afst ell ing hoof darbeid - onderwijs, oplei ding, kant oorwerk opslag ongeacht de aard aandeel top 6 van het totaal aantal ongevall en Figuur 1c: Verdeling volgens het soort werk ( top-6) GLOBAAL P roductie, verwerking, bewerking - ongeacht de aard Plaat sing, voorbereiding,i nst allatie, montage, losmaken, demontage Diens tverlening,verzorging, bijs tand,aan pers onen Opslag - ongeachtde aard Onderhoud, reparatie, regeling, af stelling Verkeer, ook in vervoermiddelen aandeel top 6 van het totaal aantal ongevallen ,9% 31,1% ,3% 48,7% 10
13 . Verdeling volgens de af wijkende gebeurtenis Figuren a, b en c geven het aantal ongevallen weer in de top 6 volgens de afwijkende gebeurtenis die aanleiding gaven tot ongevallen. Het grootste aantal ongevallen doet zich voor naar aanleiding van ongecoördineerde, onbeheerste of verkeerde bewegingen (NACE code.). De kans op blijvende arbeidsongeschiktheid na een arbeidsongeval varieert tussen de 3% en de 1 %. De grootste kans op blijvende arbeidsongeschiktheid treedt op in de groep waarin zich ook het meest ongevallen voordoen, dus bij ongecoördineerde, onbeheerste of verkeerde bewegingen (NACE code.). De top 6 volgens deze verdeling vertegenwoordigt slechts 51,8 % van het totale aantal ongevallen. Er doen zich met andere woorden een groot deel ongevallen voor naar aanleiding van andere afwijkende gebeurtenissen dan deze van de top 6 gebeurtenissen. Deze verdeling wordt ook vastgesteld bij uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) en in de globale cijfers. Zowel voor drukkerijen NACE code., uitgeverijen en drukkerijen NACE code, als voor de cijfers van alle Belgische ondernemingen blijken ongecoördineerde, onbeheerste of verkeerde bewegingen het vaakst aanleiding te geven tot ongevallen. T.o.v. de tewerkstelling ligt het aantal ongevallen t.g.v. ongecoördineerde, onbeheerste of verkeerde bewegingen voor drukkerijen quasi gelijk met deze voor alle Belgische ondernemingen, respectievelijk 0,81 % en 0,86 %. Voor uitgeverijen en drukkerijen ligt dit cijfer duidelijk lager, namelijk 0,57 %. Voor alle Belgische ondernemingen samen is er een iets minder uitgesproken verdeling van de afwijkende gebeurtenissen. Dit in tegenstelling voor NACE code en NACE code.. In Belgische onderneming leidt de afwijkende gebeurtenis het vallen van personen - van hoogte het vaakst, n amelijk 19,8 % van de ongevallen, tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Voor uitgeverijen en drukkerijen is de gebeurtenis die het vaakst leidt tot blij vende arbeidsongeschiktheid uitglijden of struikelen met val; deze leidden in 13,3 % van de ongevallen tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Voor drukkerijen zijn dit ongecoördineerde, onbeheerste of verkeerde bewegingen; deze leidden in 11,6 % van de ongevallen tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Figuur a: Verdeling volgens de afwijkende gebeurtenis (top- 6) NACE. ongecoördineerde, onbeheerst e of verkeerde bewegingen verlies van controle over een machine verlies van cont role over een voorwerp door eenvoorwerp gegrepen of meegesleept worden uit glijden of st ruikelen met val verliesvan controle over een handgereedschap aandeel t op 6 van het t otaal aantal ongevallen Figuur b: ,8% 48,% Verdeling volgens de afwijkende gebeurtenis (top- 6) NACE ongecoördineerde, onbeheerst e of verkeerde bewegingen verlies van cont role over een machine verliesvan controle over een voorwerp uitglijden of struikel en met val verl ies van controle over een handgereedschap door een voorwerp gegrepen of meegesleept worden aandeel top 6 van het totaal aant al ongevallen 51 5,7% 47,3% Figuur c: Verdeling volgens de afwijkende gebeurtenis (top- 6) GLOBAAL ongecoördineerde, onbeheerste ofverkeerde bewegingen Uitgl ijden of struikelen met val, vallen van personen - op ± dezelfde hoogte V erliesvan controle (geheel of gedeeltelij k) - over een voorwerp (dat wordt gedragen, verplaatst, gehanteerd enz.) V erliesvan controle (geheel of gedeeltelij k) - over een handgereedschap (al dan niet gemotoriseerd) en over hetm et het Glijden,vallen, instorten van het betrokken voorwerp - hogergelegen (op hetslachtoffer vallend) Vallen van personen - van hoogte aandeel top 6 van hettotaal aantal ongevallen ,1% 53,9% 11
14 3. Verdeling volgens de wijze van ve rwondinge n Figuren 3a, 3b en 3c geven het aantal ongevallen weer in de top 6 volgens de wijze van verwondingen die worden opgelopen. Het grootste aantal verwondingen wordt opgelopen door het contact met een snijdend voorwerp, op de voet gevolgd door verwondingen die veroorzaakt worden door beknelling en verplettering (NACE code.). In een drukkerij (NACE code.) is de kans op blijvende arbeidsongeschiktheid het grootst na een ongeval waarbij de verwonding wordt opgelopen door beknelling en verplettering, namelijk 17 %. De kans op blijvende arbeidsongeschiktheid na contact met een snijdend voorwerp is dan weer vrij klein, namelijk 5,6 % (NACE code.). De top 6 volgens deze verdeling vertegenwoordigt voor NACE code. slechts 56,6 % van het totale aantal ongevallen. M.a.w., de verwondingen worden op nog vele andere manieren opgelopen. Eenzelfde vaststelling kan gemaakt worden voor NACE code en voor de globale cijfers. Een verwonding t.g.v. contact met een snijdend voorwerp komt bij de globale cijfers pas op de vierde plaats (figuur 3c) terwijl dit voor NACE codes en. op de eerste plaats komt. Ongevallen t.g.v. fysieke belasting van het bewegingsapparaat komt voor de NACE codes en. op de derde plaats. Bij de globale cijfers komt deze wijze van verwonding op de tweede plaats. Ongevallen door een val in bedrijven die in NACE code en. ingedeeld worden, komen pas op de vijfde plaatst van de wijze van verwondingen, terwijl deze wijze van verwonding de eerste plaats inneemt als de globale cijfers worden geanalyseerd. Figuur 3a: Verdeling volgens de wijze van verwonding (top- 6) NACE. contactm et een snij dend voorwerp beknelling, verpl ettering - tussen fysieke belasting - van het bewegingsapparaat contactmet een hard of ruw voorwerp verticale beweging, verplettering op/tegen stoot door vallend voorwerp aandeel top 6 van het totaal aantal ongevallen Figuur 3b: ,6% 43,4% Verdeling volgens de wijze van verwonding (top- 6) NACE contact met een snijdend voorwerp beknelling, verplettering - t ussen fysieke belasting - van het bewegingsapparaat contact met een hard of ruw voorwerp verticale beweging, verplet tering op/ tegen st oot door vallend voorwerp aandeel t op 6 van het t ot aal aant al ongevallen ,3% 40,7% Figuur 3c: Verdeling volgens de wijze van verwonding (top- 6) GLOBAAL Verticale beweging, verplett ering op/tegen (gevolg van een val) Fysieke belast ing -van het bewegingsapparaat Contact met een hard of ruw voorwerp Contact met een snijdend voorwerp (mes enz.) St oot door voorwerp - vallend Beknell ing, verplet tering - tussen aandeel top 6 van het totaal aantal ongevallen ,7% 47,3% 1
15 4. Verdeling volgens het betrokken voorwerp Figuren 4a, 4b en 4c geven het aantal ongevallen weer in de top 6 volgens het betrokken voorwerp waarmee de ongevallen gebeurden. Het grootste aantal ongevallen binnen NACE code. doet zich voor met machines en uitrusting. Deze vertegenwoordigen zo n 40,3 %. De kans op blijvende arbeidsongeschiktheid na een arbeidsongeval met materialen, voorwerpen, producten, machineonderdelen is 11,6 %, op de voet gevolgd door machines en hun uitrusting met een risico van 9,3 % op blijvende arbeidsongeschiktheid. De top 6 volgens deze verdeling voor NACE code. vertegenwoordigt 69,7 % van het totaal aantal ongevallen. Gelijkaardige verdeling zijn vast te stellen voor NACE code en voor de globale cijfers. Figuur 4a: Verdeling volgens het betrokken voorwerp (top-6) NACE. machinesen uitrusting -vast gemonteerd materi alen, voorwerpen,producten, machineonderdelen systemen voor t ransport en opslag handgereedschap -niet gemot oriseerd gebouwen, constructies, oppervlakken - gelijkvl oers gebouwen, constructies, oppervlakken - in de hoogte aandeel top 6 van het totaal aantal ongeval len 7 69,7% 30,3% Figuur 4b: Verdeling volgens het betrokken voorwerp (top-6) NACE materialen, voorwerpen, producten, machineonderdelen machinesen uitrusting - vast gemonteerd handgereedschap - niet gemot oriseerd gebouwen, constructies, oppervlakken - gelijkvloers systemen voor t ransport en opslag gebouwen, constructies,oppervlakken - in de hoogte aandeel t op 6 van het totaal aantal ongevallen ,5% 30,5% Figuur 4c: Verdeling volgens het betrokken voorwerp (top-6) GLOBAAL Mat erialen, objecten,producten,onderdelen van machines of voer- en vaart uigen, breukmateriaal, stof Gebouwen, oppervlakken -gelijkvloers (binnen of buiten, vast of verplaat sbaar, tijdelijk ofpermanent) Handgereedschap -niet gemot oriseerd Systemen voor geslot en of open transport en opslag Gebouwen, constructies, oppervlakken - bovengronds(binnen of buit en) Overige bet rokken voorwerpen, niet in deze lij st vermeld aandeel top 6 van het totaal aantal ongevallen ,% 34,8% 13
16 5. Verdeling volgens de aard van het letsel Figuur 5 geeft het aantal ongevallen weer in de top 6 volgens de aard van het letsels die worden opgelopen. Het grootste aantal letsels voor NACE code. is van niet gedefinieerde aard: andere verwondingen. Het grootste risico op blijvende arbeidsongeschiktheid is na een ongeval waarbij een fractuur werd opgelopen (34,1 % kans). Ongevallen door beknelling en verplettering geven 11 % risico op blijvende arbeidsongeschiktheid. Opmerkelijk is dat het aantal ongevallen dat leidt tot blijvende arbeidsongeschiktheid relatief het hoogste is bij fracturen, zowel voor NACE code., NACE code, als voor de algemene cijfers. Gemiddeld leiden 34,5 % van de fracturen tot blijvende werkonbekwaamheid. Binnen NACE code. leiden iets meer kneuzingen en verbrijzelingen tot blijvende arbeidsongeschiktheid, 8,7 % t.o.v. 7 % voor NACE code en voor de gemiddelde Belgische onderneming. De top 6 van de gedefinieerde letsels omvatten tussen de 85,8 % en de 87, % van het totaal aan tal ongevallen. Figuur 5a: Verdeling volgens de aard van het letsel (top-6) NACE. andere verwondingen kneuzi ngen en verbrijzelingen verstuikingen en verzwikkingen oppervl akkige traumata fracturen 1 schuddi ngen en andere inwendige traumata aandeel top 6 van het totaal aant al ,% 1,8% Figuur 5b: Verdeling volgens de aard van het letsel (top-6) NACE andere verwondingen kneuzi ngen en verbrijzelingen verstuikingen en verzwikkingen oppervl akkige traumata 76 fracturen schuddi ngen en andere inwendige traumata aandeel top 6 van het totaal aant al ,8% 14,% Figuur 5c: Verdeling volgens de aard van het letsel (top-6) GLOBAAL andere verwondingen kneuzingen en verbri jzelingen verst uikingen en verzwikkingen oppervlakkige t raumat a Andere traumata en slecht bepaalde t raumat a Fract uren 3511 aandeel t op 6 van het t ot aal aant al ongevallen ,3% 11,7% 14
17 6. Verdeling volgens de plaats van het letsel Figuur 6 geeft het aantal ongevallen weer in de top 6 volgens de plaats van het letsel. Voor NACE code, NACE code. en voor alle Belgische ondernemingen doen zich het grootste aantal letsels voor aan de vingers, gevolgd door verwondingen aan de enkel en de voeten. Op de derde plaats komen letsels aan de handen, hoewel in de globale cijfers letsels aan de handen pas op de vierde plaatst voorkomen. Letsels aan het oog komen globaal op de derde plaats, maar dit type letsel komt niet voor in de top 6 van drukkerijen (NACE code.), noch in deze van Uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ). Voor NACE code. is het risico op blijvende arbeidsongeschiktheid het grootst voor letsels aan de handen 14,6 %, gevolgd door letsels aan de vingers 1,5 %. Opvallend is dat binnen drukkerijen, NACE code., het risico op blijvende arbeidsongeschiktheid door letsels aan de vingers (1,5 %) hoger ligt dan voor uitgeverijen en drukkerijen, NACE code (8,4 %). Globaal is het risico op blijvende arbeidsongeschiktheid t.g.v. van letsels aan de vingers (6,8 %) nóg lager dan voor NACE code (8,4 %). Wat de blijvende arbeidsongeschiktheid betreft t.g.v. letsels opgelopen aan de handen scoort NACE code. (14,6 %) en NACE code (14,7 %) minder goed dan de globale resultaten (6,6 %). Deze vaststellingen dienen iets genuanceerd te worden als we het risico op letsels nader bekijken. Het risico op dergelijke letsels ligt het hoogst bij de globale cijfers (1,71 %). Voor NACE code. is deze kans 1,36 % en voor NACE code is deze kans 1,01 %. Hoewel slechts 6,0 % van de ongevallen in drukkerijen NACE code. betrekking hebben op letsels aan de rug, leidt dit in 11,8 % van deze ongevallen tot blijvende arbeidsongeschiktheid en vormt deze plaats van letsel de tweede meest voorkomende oorzaak van blijvende letsels. De globale cijfers geven een gelijkaardig beeld. Voor uitgeverijen en drukkerijen NACE code liggen deze cijfers telkens iets hoger. Dit is merkwaardig aangezien er in de ondernemingen die onder NACE code vallen meer bedienden tewerkgesteld worden dan voor de subsector NACE code.. Rugletsels zou men immers eerder verwachten bij de fysiek zwaardere handelingen die arbeiders uitvoeren. De top 6 van de gedefinieerde letsels omvatten voor NACE code, NACE code. en voor de globale cijfers gemiddeld 65,3 % van alle ongevallen. Figuur 6a: Verdeling volgens de plaats van het letsel (top-6) NACE. vi ngers enkel en voeten (alleen tenen uitgezonderd) handen (alleen vingersuitgezonderd) kni eën 4 rug (de schouder niet inbegrepen) 0 armen en el lebogen aandeel top 6 van hettotaal aantal Figuur 6b: ,% 30,8% Verdeling volgens de plaats van het letsel (top-6) NACE vingers enkel en voeten (alleen tenen uitgezonderd) handen (alleen vingers uitgezonderd) rug (de schouder niet inbegrepen) knieën 1 oog (inclusief oogholt e en gezichtzenuw aandeel top 6 van het totaal aantal ,7% 35,3% Figuur 6c: Verdeling volgens de plaats van het letsel (top-6) GLOBAAL Vingers Enkelsen voeten (tenen uitgezonderd) Oog (inclusiefoogholteen gezichtszenuw) Handen Rug (de schoudersnietinbegrepen) K nieën ,0% 38,0% aandeel top 6 van hettotaal aantal 15
18 7. Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling i.f.v. de leeftijdsverdeling De figuren 7a, 7b en 7c tonen aan dat er zich relatief veel ongevallen voordoen binnen de jongste leeftijdsgroep (15-19 jaar). Het aantal van deze ongevallen ligt in drukkerijen NACE code duidelijk lager dan het globale gemiddelde. De relatief vele ongevallen voor die leeftijdsgroep leidt echter niet tot blijvende arbeidsongeschiktheid voor de drukkerijen NACE code en uitgeverijen en drukkerijen NACE code. in tegenstelling tot de globale cijfers. Heel opvallend is dat het relatief aantal ongevallen voor alle leeftijdsgroepen, uitgezonderd de jongste leeftijdsgroep, meer dan tot bijna 4 keer lager ligt dan het globale gemiddelde. Het relatief aantal ongevallen voor de jongste leeftijdsgroep ligt een fractie hoger dan het globale gemiddelde. Het risico op ongevallen in drukkerijen (NACE.) en uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) zijn voor de overige leeftijdsklassen ongeveer gelijk, enkel bij de hoogste leeftijdscategorie daalt dit relatieve aantal ongevallen opvallend (van,91 % naar 1,40 %). Het risico dat ongevallen leiden tot blijvende arbeidsongevallen vertoont voor drukkerijen (NACE.) en uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) vanaf de jongste leeftijdscategorie een stijgende trend tot en met de leeftijdscategorie jaar. Dit in tegenstelling met de globale cijfers, die een stijgend beeld geeft tot de hoogste leeftijdsklasse. In de leeftijdsklasse boven de 60 jaar leiden de ongevallen in grafische ondernemingen helemaal niet tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Figuur 7a: 60 jaar en meer jaar jaar jaar 0-9 jaar jaar 5% Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling ifv de leeftijdsverdeling NACE. 1,40 % 0 %, 91% 3,00 % 3,9 %,94% 15% 1,6 5% 11,36 % 1 0% 8,59 % 15,19 % 3,88 % 0, 00% 0, 00% 0% 5 % 10% 1 5% 0% 5% Perc entageongevallen tov de tewerkstelling Perc entageongevallen metblijvende arbeidsongeschiktheid tov de tewerkstelling Figuur 7b: 60 jaar en meer 5 % Verdeling aantalongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling ifv de leeftijdsverdeling NACE 1, 8% 0% 15% 10 % 5% 5 % 0,00% 0 % 0% jaar 3, 0% 10,0 % jaar 3,1% 11, 57% jaar 3,06 % 9, 76% 0-9 jaar 3,1 5% 3,43 % jaar 18,39 % 0,00% 0 % 5% 10% 15 % 0 % 5% Percentage ongev allen tov detewerkstelling Percentage ongev allen met blijvende arbeidsongeschiktheidtov de tewerks telling Figuur 7c: Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschikthei d t. o.v. de tewerkstel ling ifv de leeftijdsverdeling GLOBAAL 5% 0% 15 % 10 % 5% 0 % 60 jaar en meer 5, 3% 14,48 % jaar 6,15% 1,4 0% jaar 6, 95% 1 0,6 0% jaar 7, 43% 9,01 % 0-9 jaar jaar 9,90% 6,3 4% 5, 4% 1 8, 8% 0% 5% 10 % 15 % 0% 5% Percentage ongevallen tov detewerkst elling Percentage ongevallen met blijvendearbeids onges chik theidt ov de tewerk stelling 16
19 8. Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volge ns de nationaliteit Opvallend is dat vooral bij buitenlandse arbeidskrachten (exclusief deze uit de buurlanden) de kans op blijvende letsels in drukkerijen (NACE.) en uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) het grootst zijn (zie figuur 8a en 8b). Er dient te worden opgemerkt dat deze cijfers heel sterk beïnvloed wordt door de grootte van de groepen op basis waarvan de cijfers zijn berekend. Deze groepen zijn namelijk heel klein, waardoor 1 ongeval het beeld heel sterk kan beïnvloeden. Van zodra de groep iets groter wordt, geven de cijfers een gelijkaardig beeld weer. Figuur 8a: Landen buiten Europese Unie Andere Europese l idstaten Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volgens de nationaliteit NACE. 8 0% 0 Buurlanden % 67 % 60% 5 0% 40 % 3 0% 0 % 10% 7% 0% 0 % Belgisch % Aantal ongevallenmet blijvendearbeidsongeschiktheid Aantal ongevallen Percentage vandeongevallen dat aanleiding geeft tot BAO Figuur 8b: Verdeling aantalongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volgens de nationaliteit NACE 80% 7 0% 60% 50 % 40% 30 % 0% 10 % 0% Landen buiten Europese Unie % Andere Europese li dstaten 4 Buurlanden 1 Belgisch % 10 % 8 % Aantal ongevalenmetblijvendearbeidsongeschiktheid Aantal ongevalen Percentagevandeongevallendat aanleiding geefttotbao Figuur 8c: Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbei dsongeschiktheid volgens de nationaliteit GLOBAAL 8 0% 70 % 60% 5 0% 40 % 3 0% 0 % 10% 0 % Landen buiten Europese Unie % Andere Europese l idstaten % Buurlanden % Belgisch % Aantal ongevalen metblijvende arbeidsongeschiktheid Aantal ongevalen Perc ent agevandeongevallen dat aanleiding geeft tot BAO 17
20 9. Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling i.f.v. het geslacht Er zijn relatief meer mannen dan vrouwen betrokken bij ongevallen. In uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) ligt dit relatieve aantal net iets hoger dan in drukkerijen (NACE code.), maar beide cijfers liggen ongeveer 1/3 lager dan het globale cijfer. Het risico op blijvende arbeidsongeschiktheid na een ongeval is ongeveer gelijk voor mannen in drukkerijen (NACE code ), uitgeverijen en drukkerijen (NACE code.) en een gemiddelde Belgische onderneming. Heel opvallend is dat het risico op blijvende arbeidsongeschiktheid bij vrouwen voor zowel drukkerijen (NACE code ) (mannen: 8,7 %; vrouwen: 11,7 %) als uitgeverijen en drukkerijen (NACE code.) (mannen: 8,1 %; vrouwen: 14,6 %) duidelijk hoger is dan in een gemiddelde Belgische onderneming (mannen: 9,0 %; vrouwen: 8,3 %), terwijl bij de mannen een omgekeerd beeld wordt opgetekend. Deze minder goede cijfers voor vrouwen is niet te verklaren o.b.v. de verdeling volgens aard van de tewerkstelling (arbeiders/bedienden). Binnen drukkerijen (NACE code ) hebben meer vrouwen het bediendestatuut dan het arbeidersstatuut. Aangezien bij bedienden de nadruk op hoofdarbeid ligt en niet op handenarbeid is dit cijfer des te opvallender. Figuur 9a: Verdeling aantal ongevallen en aantalongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling ifv het geslacht NACE. 30% 5% 0 % 1 5% 10 % 5% Mannen Vrouwen Figuur 9b: 0,34% 0,14% 1,% 3,9% 1 % Aantal ongev allen met blijvendearbeids ongesc hiktheid Aantal ongevallen 9% Percentage van de ongevallendat aanleiding geeft tot BAO Verdeling aantal ongevallen en aantalongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling ifv het geslacht NACE 30 % 5% 0 % 1 5% 10% 5 % M annen 0,35% 4,3% 8 % 0 % 0% Vrouwen 0,16% 1,3% 1 % Aantal ongevallenmet blijvende arbeidsongeschiktheid Aantal ongevallen Percentage vandeongevallendat aanleidinggeeft t ot BAO Figuur 9c: Verdeling aantalongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. detewerkstelling ifv het geslacht GLOBAAL 3 0% 5% 0% 15% 1 0% 5% 0% Mannen 0,56% 6,% 9% Vrouwen 0,0%,4% 8 % Aantal ongevallen metblijvende arbeidsongeschiktheid Aantal ongevallen Perc ent agevandeongevallen dat aanleiding geeft tot BAO 18
21 10. Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling i.f.v. de beroepscategorie Arbeiders in drukkerijen (NACE code ) hebben een veel kleinere kans op ongevallen 4,63 % dan arbeiders in een doorsnee Belgische onderneming 8,97 %. Hierbij dient opgemerkt te worden dat het cijfer voor arbeiders in drukkerijen in werkelijkheid iets hoger moet liggen, aangezien het aantal ongevallen werd gebruikt voor NACE code. terwijl het cijfer voor de tewerkstelling gebaseerd is op cijfers voor NACE code.. Het werkelijke cijfer zal eerder in de buurt liggen van het cijfer voor arbeiders in uitgeverijen en drukkerijen, namelijk 5,67 %. Dit sectorcijfer ligt eveneens duidelijk lager dan het Belgische gemiddelde (8,97 %). Voor arbeiders in drukkerijen (NACE code.) ligt het risico op blijvende arbeidsongeschiktheid net iets hoger dan het Belgische gemiddelde. Voor uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) ligt dit cijfer net iets beter dan het Belgische gemiddelde. Voor bedienden kunnen voor wat betreft de risico s op ongevallen dezelfde opmerkingen gemaakt worden als voor de arbeiders. Opmerkelijk is dat er geen enkele bediende betrokken zou zijn bij ongevallen die blijvende arbeidsongeschiktheid tot gevolg hebben. Figuur 10a: Bedienden Arbeiders 0% Verdeling aantal ongevallen en aantalongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling ifv de beroepscategorie NACE. 0,50% 1 6% 4, 63% 9,70% 0, 00% 0% 4% 8 % 1 % 16% 0% Figuur 10b: 1 % Percentage ongevallen tov de tew erk stelling Percentage van de ongev allen dataanleiding geeft totbao Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o. v. de tewerkstelli ng ifv de beroepscategorie NACE 8% 4% 0% 0 % 16 % 1 % 8 % 4 % 0 % Bedienden 0,96 % 8,8 6% Arbeiders 5,67 % 8,8% 0% 4 % 8 % 1 % 1 6% 0% Percentageongevallen tov de tew erk stelling Percentagev an de ongev allen dat aanleidinggeeft t ot BAO Figuur 10c: Verdeling aantalongevallen en aantal ongevallen metblijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. de tewerkstelling ifv de beroepscategorie GLOBAAL 0% 16% 1% 8% 4% 0% Bedienden 0,8 0% 8,01 % Arbeiders 9,37% 8,97% 0% 4% 8% 1 % 1 6% 0% Perc ent age ongevallentov detewerkstelling Perc ent age vandeongevallendat aanleiding geeft t ot BAO 19
22 11. Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volge ns anciënniteit In grafische bedrijven doen er zich het minste ongevallen voor bij werkkrachten die minder dan 1 jaar anciënniteit hebben. Bovendien is het risico op blijvende arbeidsongeschiktheid binnen de groep met de kleinste anciënniteit het laagst. Deze cijfers kunnen echter niet t.o.v. de tewerkstellingscijfers worden geplaatst, aangezien deze niet voorhanden zijn. Opvallend is echter dat voor zowel drukkerijen (NACE code.) als voor uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) een totaal andere verdeling wordt vastgesteld als voor een gemiddelde Belgische onderneming. Het grootste aantal ongevallen in drukkerijen en uitgeverijen en drukkerijen doet zich voor bij werknemers met meer dan 10 jaar ervaring. Ook bij werknemers in grafische bedrijven met een werkervaring tussen de 5 en de 10 jaar worden relatief meer ongevallen vastgesteld (5 % en 4 %) dan in een gemiddelde Belgische onderneming het geval is (17 %). Bij werknemers in grafische bedrijven meteen anciënniteit tussen 1en 5 jaar liggen de aantallen relatief duidelijk lager (5 % en 6 %) dan het Belgische gemiddelde (31 %). Bij werknemers in grafische bedrijven meteen anciënniteit kleiner dan 1 jaar scoren drukkerijen (13 %) en uitgeverijen en drukkerijen (14 %) duidelijk veel beter dan een gemiddelde Belgische onderneming (31 %). Betreffende ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid wordt een totaal andere verdeling opgetekend voor drukkerijen en uitgeverijen en drukkerijen dan voor een gemiddelde Belgische onderneming. Voor werknemers met meer dan 10 jaar anciënniteit leidt in zowel drukkerijen (NACE code.) als in uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) 1 % van de ongevallen tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Voor deze groep werknemers leidt dit in een gemiddelde Belgische onderneming slechts tot 10 % blijvende arbeidsongeschiktheid. Voor werknemers met minder dan 1 jaar anciënniteit leiden 5 tot 6 % van de ongevallen in drukkerijen (NACE code.) als in uitgeverijen en drukkerijen (NACE code ) tot blijvende arbeidsongeschiktheid. Voor deze groep werknemers leidt dit in een gemiddelde Belgische onderneming tot 8 % blijvende arbeidsongeschiktheid. Het lijkt er op dat werknemers met minder anciënniteit in grafische bedrijven minder vlug tewerkgesteld worden op arbeidsplaatsen met een hogere blootstellingsgraad aan risico s die gevaar inhouden voor de gezondheid. Of anders gezegd, dat werknemers met weinig anciënniteit (lees ook ervaring) minder omvangrijke, gevaarlijke of complexe taken toebedeeld krijgen. Figuur 11a: Onbekend > 10 jaar 5 < 10 jaar 11 1 < 5 jaar 13 < 1 jaar 4 Verdeling aantal ongevallen en aantalongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volgens anciënniteit NACE. 4 0% 33 35% 75 30% % 0 % 15 % 1 % Aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschik theid Aantal ongevallen Figuur 11b: 1 0% 9 % Percentagev an de ongev allen dat aanleidinggeef t tot BAO Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volgens anciënniteit NACE 4 0% Onbekend 4 > 10 jaar 3 5 < 10 jaar 17 1 < 5 jaar 1 < 1 jaar % % % 0% 15% 1 % Aantal ongevallenmet blijvendearbeidsongeschiktheid Aantal ongevallen Figuur 11c: 9% 8% 10 % Percentage van deongevalen dat aanleiding geeft tot BAO Verdeling aantalongevallen en aantalongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid volgens anciënniteit GLOBAAL 4 0% Onbekend % 30 % >10 jaar % 0% 15 % 1 0% 9 % 1 0% 8% 6% 6% 5% 6% 5% 5 % 5% 0% 0% 0 % 5 < 10 j aar % 1 < 5 jaar % <1 jaar % Aantal ongevallen metblijvende arbeidsongeschiktheid Aantal ongevallen Percent age vandeongevallen dat aanleidinggeeft t ot BAO 0
23 1. A antal ongevallen, aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid en tewerkstelling volgens grootte van de onde rne ming De meeste ongevallen doen zich voor binnen drukkerijen (NACE code.) die 100 tot 199 mensen tewerkstellen, gevolgd door de ondernemingen met een tewerkstelling tussen de 0 en 49 werknemers. In verhouding met de tewerkstelling doen zich in deze ondernemingen respectievelijk 5,7 % en 3,1 % ongevallen voor. Binnen deze groepen van ondernemingen liggen de Belgische gemiddelden een flink stuk hoger, namelijk respectievelijk 8,1 % en 8,4 %. Ook de andere groepen, uitgezonderd voor de bedrijven met 00 tot 499 werknemers, scoren beter dan het Belgische gemiddelde. Opvallend voor drukkerijen (NACE code.) is dat, hoe groter de tewerkstelling is, hoe groter de kans op ongevallen wordt. Het minste aantal ongevallen doet zich voor binnen drukkerijen (NACE code.) met een tewerkstelling tussen de 1 en 4 werknemers. In verhouding met de tewerkstelling is de kans op ongevallen in deze ondernemingen bijzonder laag, namelijk 0,4 % ( zie ook punt 13). Figuur 1a: Aantal ongevallen, aantalongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid en tewerkstelling volgens grootte van de onderneming NACE Tewerk stelling Aantal ongevallen metblijvende arbeidsongeschiktheid Aantal ongevallen 836 Figuur 1b: Aantalongevallen,aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid en tewerkstelling volgens grootte van de onderneming NACE Tewerk stelling Aantal ongev allen Aantal ongevallen metblijvende arbeidsongesc hik theid Figuur 1c: Aantalongevallen, aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid en tewerkstelling volgens grootte van de onderneming GLOBAAL > Tewerkstelling Aantal ongevallen Aantal ongevallenmet blijvende arbeidsongeschiktheid 1
24 13. Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. tewerkstelling volgens grootte van de onderneming Aansluitend op punt 1 kunnen nog onderstaande vaststellingen gedaan worden. Wanneer het aantal ongevallen t.o.v. de tewerkstelling wordt bekeken, ontstaat een totaal ander beeld dan in punt 1. We stellen vast dat er relatief de minste ongevallen gebeuren in de kleine drukkerijen (NACE code.) en het grootste aantal in de grootste drukkerijen. We stellen ook vast dat de kans op ongevallen in de grootste drukkerijen werknemers (8,33 %) hoger ligt dan het Belgische gemiddelde (7,41 %) voor gelijkaardige ondernemingen. Verder kan vastgesteld worden dat voor de lagere categorieën (bedrijven met minder dan 00 werknemers) elke categorie beter scoort dan het Belgische gemiddelde. Het aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid tot gevolg is voor drukkerijen (NACE code.) met 1 tot 4 werknemers bijzonder hoog (9 %). Voor deze groep geldtechter dat het aantal ongevallen zo klein is dat de ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid tot gevolg het resultaat heel erg negatief beïnvloeden. Drukkerijen met 0 tot 99 werknemers scoren slechter (10,3 % en 1,4 %) dan het Belgische gemiddelde (9,7 % en 8,7 %), in het bijzonder in de drukkerijen met 50 tot 99 werknemers. Ook de drukkerijen met 00 tot 499 werknemers (9,5 %) scoren hier minder goed dan het Belgische gemiddelde (7,6 %). Bedrijven met 5 tot 9 werknemers (6,3 %) scoren dan weer veel beter dan het Belgische gemiddelde (11,4 %). Figuur 13a: Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. tewerkstelling volgens grootte van de onderneming NACE. 35% 30% 1,8 0% 8,5 7% 0, 43%,43% 5% 3,5 6% 3,0 7% 0% 5,66% 1 5% 8,33 % 9,47 % 1,3 6% 10,34 % 1 0% 9,6% 6, 55% 6,5 % 0, 0%,1 % 4,3 % 6,4 % 8,6 % 1 0,7 % 1,9 % 1 5,0 % Figuur 13b: Percentageongevallen tov de tewerks telling Percentagevandeongevallen dat aanleiding geeft t ot BAO Verdeling aantalongevallen en aantalongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. tewerkstelling volgens grootte van de onderneming NACE 3 5% 30% 5 % 0% 15% 10 % 5 % 5 % 0 % 0% ,40% 9,40% 7,81% 6,53% 5,05% 9,09% 4,47% 10,80% 10-19, 98% 6,85% 5-9 3,13% 8,6% 1-4,18% 16,67% 0,0%, 1% 4,3% 6,4% 8,6% 10,7% 1,9% 15, 0% Percentage ongevallentov detewerks telling Percentage vandeongevallen dataanleiding geefttotbao Figuur 13c: Verdeling aantal ongevallen en aantal ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid t.o.v. tewerkstelling volgens grootte van de onderneming GLOBAAL 35% 30% 5% 0% 1 5% 1 0% 5 % 0 % ,41% 7,63% 8, 09% 8, 1% 8,43% 8,69% 8,37% 9,65% 7, 31% 10,71% , 3% 6,15% 11,36% 1,57% 0, 0%,1% 4,3% 6,4% 8,6% 10,7% 1,9% 15,0% Percentageongevallen tov de tewerkst elling Percentagevandeongevallen dat aanleidinggeeft tot BAO
25 3
26 Bronnen: website van he t Fonds voor Arbe idsonge vallen website van de R ijksdienst voor Sociale Zeke rhe id He t statistisch dossie r 006, Febe lgra, 006 4
Evolutie van de ongevalsaangiften
1 FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Statistisch verslag van de arbeidsongevallen van 2016 - privésector 1. Aangiften : 250.000 Evolutie van de ongevalsaangiften 200.000 150.000 202.208 202.415 207.384 185.628
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Januari 2012 De arbeidsongevallen in de sector van de bouwnijverheid in 2010 Inleiding De dienst Gegevensbank van het Fonds voor arbeidsongevallen doet elk jaar een statistische
Nadere informatieStatistisch verslag Arbeidsongevallen Privésector
Statistisch verslag 2017 Arbeidsongevallen Privésector 1 1. Aangiften : 250.000 Evolutie van de ongevalsaangiften 202.415 200.000 150.000 202.208 207.384 185.628 197.883 190.381 178.186 171.229 161.829
Nadere informatieStatistisch verslag Arbeidsongevallen Privésector
Statistisch verslag 217 Arbeidsongevallen Privésector 1 1. Aangiften : 25. Evolutie van de ongevalsaangiften 22.415 2. 15. 22.28 27.384 185.628 197.883 19.381 178.186 171.229 161.829 157.242 16.717 164.786
Nadere informatieDE VEILIGHEIDSGRADEN VAN DE GRAFISCHE SECTOR
DE VEILIGHEIDSGRADEN VAN DE GRAFISCHE SECTOR 999-8 GLOBAAL Belgische ondernemingen NACE-BEL CODE 8 Drukkerijen, reproductie van opgenomen media NACE-BEL CODE 8. Drukkerijen en diensten in verband met drukkerijen
Nadere informatieANALYSE VAN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE SECTOR
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN 1. Inleiding ANALYSE VAN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE SECTOR VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN (NACE 15) - 2005 Januari 2008 Dit rapport werd opgemaakt op basis van
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN December 2012
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN December 2012 De arbeidsongevallen in de sector van de bouwnijverheid in 2011 Inleiding De dienst Gegevensbank van het Fonds voor arbeidsongevallen doet elk jaar een statistische
Nadere informatieANALYSE VAN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE TEXTIELSECTOR IN 2005 April 2007
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN ANALYSE VAN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE TEXTIELSECTOR IN 2005 April 2007 1 Inleiding Alle arbeidsongevallengegevens zijn afkomstig van de Gegevensbank van het Fonds voor Arbeidsongevallen
Nadere informatieDE VEILIGHEIDSGRADEN VAN DE GRAFISCHE SECTOR 1999-2007
DE VEILIGHEIDSGRADEN VAN DE GRAFISCHE SECTOR 999-7 GLOBAAL Belgische ondernemingen NA CE CODE UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUCTIE VAN OPGENOMEN MEDIA NACE CODE. Drukkerijen en diensten in verband
Nadere informatieANALYSE ARBEIDSONGEVALLEN JOBSTUDENTEN- UITZENDKRACHTEN JULI, AUGUSTUS, SEPTEMBER 2005
ANALYSE ARBEIDSONGEVALLEN JOBSTUDENTEN- UITZENDKRACHTEN JULI, AUGUSTUS, SEPTEMBER 2005 Centrale Preventiedienst voor de Sector van de Uitzendarbeid Havenlaan 86C bus 302 1000 BRUSSEL 02/204.56.80 02/204.56.89
Nadere informatieAnalyse van de arbeidsongevallen in de houtsector 2002
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Analyse van de arbeidsongevallen in de houtsector 1 Inleiding De gegevensbank van het Fonds voor Arbeidsongevallen krijgt informatie van de verzekeringsondernemingen die haar
Nadere informatieDE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE UITZENDSECTOR ( ) 28 oktober 2008
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE UITZENDSECTOR (2005 2007) 28 oktober 2008 1 Inleiding De gegevensbank van het FAO werd in het begin van de jaren negentig opgericht en wordt gevoed
Nadere informatie1. Aangiften : FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Statistisch verslag van de arbeidsongevallen van 2015 - privésector 1. Aangiften : In 2015 werden 157.242 aangiften genoteerd. Het betreft een verdere daling (-6,5% t.o.v.
Nadere informatieStatistieken inzake arbeidsongevallen bij jonge werknemers in 2005. Colloquium «Start veilig!»
FONDS VOOR ARBEIDONGEVALLEN Statistieken inzake arbeidsongevallen bij jonge werknemers in 2005 Colloquium «Start veilig!» 23 oktober 2006 FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg Algemene Directie
Nadere informatieDE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE SECTOR
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE SECTOR VAN DE UITZENDARBEID IN 2008 Oktober 2009 1 Inleiding Gegevensbronnen Voor het statistisch jaarverslag van de arbeidsongevallen in de uitzendsector
Nadere informatieVERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN
VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN - 2005 BIJLAGE I : Algemeen overzicht Tabel 1 : Evolutie van het aantal werknemers (VTE) en van de ongevallen op de arbeidsplaats in de sector van de voedingsindustrie
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN 11/12/2007
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN 11/12/2007 Statistisch verslag van de arbeidsongevallen in 2006 1 Inleiding De arbeidsongevallenaangifte vormt de basis voor de verzameling van de gegevens met betrekking tot
Nadere informatieANALYSE ARBEIDSONGEVALLEN JOBSTUDENTEN- UITZENDKRACHTEN JULI, AUGUSTUS, SEPTEMBER 2010
ANALYSE ARBEIDSONGEVALLEN JOBSTUDENTEN- UITZENDKRACHTEN JULI, AUGUSTUS, SEPTEMBER 2010 Centrale Preventiedienst voor de Sector van de Uitzendarbeid Havenlaan 86C bus 302 1000 BRUSSEL 02/204.56.80 02/204.56.89
Nadere informatieEvolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013
Evolutie van het arbeidsongevallenrisico in de privésector in België tussen 1985 en 2013 Verschillende factoren bepalen het aantal arbeidsongevallen. Sommige van die factoren zijn meetbaar. Denken we daarbij
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN December 2012 De arbeidsongevallen in de uitzendsector in 2011 1 Inleiding De arbeidsongevallen van uitzendkrachten kunnen worden geanalyseerd aan de hand van 3 selectiecriteria
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN September 2016 Statistisch verslag over de arbeidsongevallen van 2014 in de publieke sector De methode om de gegevens over de arbeidsongevallen in de publieke sector te verzamelen
Nadere informatieJobstudenten zomer Sterke daling van de arbeidsongevallen dankzij sensibilisatieacties van Preventie en Interim
Jobstudenten zomer 2008 Sterke daling van de arbeidsongevallen dankzij sensibilisatieacties van Preventie en Interim Preventie en Interim Perscontact: Hendrik De Lange: hdl@p-i.be Centrale Preventiedienst
Nadere informatieDE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE SECTOR
Pagina / 15 1 FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE SECTOR VAN DE VERZORGINGSINSTELLINGEN (ZIEKENHUIZEN, RUSTHUIZEN, PARAMEDISCHE ACTIVITEITEN EN THUISZORG) - 2007 Oktober 2008 1 Inleiding
Nadere informatieARBEIDSONGEVALLEN BIJ JONGE WERKNEMERS MAI 2006
Fonds voor Arbeidsongevallen Inleiding ARBEIDSONGEVALLEN BIJ JONGE WERKNEMERS MAI 26 De Europese statistieken inzake arbeidsongevallen die door Eurostat gepubliceerd werden, tonen aan dat de frequentiegraad
Nadere informatieBijlage bij nota Onderhoud : Tabellen
1 Bijlage bij nota Onderhoud 2008-2009: Tabellen Tabel 1 : Verdeling in absolute en relatieve frequentie van arbeidsongevallen bij onderhoudswerkzaamheden volgens hun gevolg in 2008 en 2009 Gevolgen van
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Juli 2015 Statistisch verslag van de arbeidsongevallen van 2014 - Privésector 1 De arbeidsongevallen in 2014: Daling met 4,4 % op de arbeidsplaats Daling met 13,1 % op de weg
Nadere informatieOngevallen. Guy Linten preventieadviseur-coördinator Gemeenschappelijke preventiedienst
Ongevallen Guy Linten preventieadviseurcoördinator Gemeenschappelijke preventiedienst http://pro.go.be/gezondheidenpreventie/preventie Procedures: arbeidsongeval en ernstig arbeidsongeval Jaarverslag Jaarverslag
Nadere informatieAantal ongevallen op de werkplek
Enkele cijfers: preventie-inspanningen en arbeidsongevallen 1. Preventie Elke dag werken duizenden mensen aan veiligheid op de werkvloer. Er werden naar schatting 2.000 personen opgeleid tot preventieadviseur
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Januari 2008 Statistisch verslag van de arbeidsongevallen in de publieke sector in 2006 1 Inleiding In deze nota presenteren we de statistieken van de arbeidsongevallen overkomen
Nadere informatieBIJLAGEN. Verdeling van de arbeidsongevallen volgens het soort werk - Uitzendkrachten Soort werk
BIJLAGEN Verdeling van de arbeidsongevallen volgens het soort werk - Uitzendkrachten - 2007 Soort werk 2007 N % privé sector 2007 10 Productie, verwerking, bewerking, opslag - ongeacht de aard - niet gespecificeerd
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN VERKEERSRISICO OP DE ARBEIDSWEG MAART 2006 1. Inleiding In een eerste deel van deze nota worden cijfergegevens verstrekt over de arbeidswegongevallen met een (al of niet) gemotoriseerd
Nadere informatieArbeidsongevallen uitzendkrachten Hoofdstuk 2
Arbeidsongevallen uitzendkrachten 21 Hoofdstuk 2 2.1 Nationale cijfers 21 De gegevens werden verzameld via de rapporten van de verschillende uitzendbureaus en verwerkt door Preventie en Interim (PI). 2.1.1
Nadere informatieFONDS DES ACCIDENTS DU TRAVAIL
FONDS DES ACCIDENTS DU TRAVAIL Bijlage bij de nota - Houtsector 2008 Tabel 1 : Vergelijking van het jaarlijks tewerkstellingsvolume in voltijdse equivalenten (VTE) in de privésector en de houtsector -
Nadere informatieVERSLAG INZAKE DE ARBEIDSONGEVALLEN VAN 2005 IN BELGIË
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN VERSLAG INZAKE DE ARBEIDSONGEVALLEN VAN 2005 IN BELGIË PRIVÉSECTOR 6/12/2006 Openbare instelling van sociale zekerheid Troonstraat 100 BE-1050 BRUSSEL Tel. : 02 506 84 11 Fax
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN December 2008 Statistisch verslag van de arbeidsongevallen in de publieke sector in 2007 1 Inleiding In deze nota presenteren we de statistieken van de arbeidsongevallen overkomen
Nadere informatieDe arbeidsongevallen in de bouwsector
De arbeidsongevallen in de bouwsector Studievoormiddag van de Vaste Commissie Bouw 24.02.2015 Bernard Renneson Fonds voor arbeidsongevallen 1. Statistische gegevens op basis van de NACEcode en niet op
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN December 2012 Analyse van de arbeidsongevallen tussen 2005 en 2007 - situatie in oktober 2012 Inleiding In 2011 werd er beslist om een jaarlijkse studiedag in te voeren die
Nadere informatieCentrale Preventiedienst voor de Sector van de Uitzendarbeid vzw Havenlaan 86C bus 302 1000 BRUSSEL 02/204.56.80 02/204.56.89 info@p-i.be www.p-i.
Jaarverslag 2006 Centrale Preventiedienst voor de Sector van de Uitzendarbeid vzw Havenlaan 86C bus 302 1000 BRUSSEL 02/204.56.80 02/204.56.89 info@p-i.be www.p-i.be 1/50 1. INTERNE WERKING... 4 1.1 Beheer...
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Oktober 2011 De arbeidsongevallen in de uitzendarbeidsector in 2010 1 Inleiding De arbeidsongevallen van de uitzendkrachten kunnen worden geanalyseerd op basis van drie selectiecriteria
Nadere informatieVan deze ongevallen bij jongeren was er 16x sprake van dodelijk letsel, 331x blijvend letsel, 236x herstelbaar letsel 1 en 104x onbekend letsel.
A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl T 030 274 21 95 F 030 274 44 42 veiligwerken@rivm.nl ONGEVALSANALYSE SECTOR METAAL - JONGEREN Deze analyse is gebaseerd
Nadere informatieVERKEERSONGEVALLEN ZWARE ARBEIDSONGEVALLEN VAN 2001 TOT 2003 MAART 2005
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN VERKEERSONGEVALLEN ZWARE ARBEIDSONGEVALLEN VAN 2001 TOT 2003 MAART 2005 1. INLEIDING Deze studie handelt over de arbeidsongevallen in het «verkeer» die zich gedurende de periode
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN MOBILITEIT EN ARBEIDSWEGONGEVALLEN BETREFFENDE DE ONDERNEMINGEN MET ZETEL IN HET BRUSSELSE GEWEST 2003 JUNI 2005
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN MOBILITEIT EN ARBEIDSWEGONGEVALLEN BETREFFENDE DE ONDERNEMINGEN MET ZETEL IN HET BRUSSELSE GEWEST 23 JUNI 25 1. Inleiding Daar er in België en in het bijzonder in het Brussels
Nadere informatieArbeidsongevallen en blootstelling in de metaalsector
Arbeidsongevallen en blootstelling in de metaalsector P. Giesbertz J. Kuiper A. Bloemhoff K. Oldenziel Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam November 2007 Bij
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE BOUWSECTOR IN 2007 Onderzoek van de modelongevallen in de bouwsector en subsectoren installatie (NACE 453) en afwerking van gebouwen (NACE 454) Oktober
Nadere informatieARBEIDSONGEVALLEN IN DE SECTOR VAN DE UITZENDARBEID 2004 Maart 2006
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN ARBEIDSONGEVALLEN IN DE SECTOR VAN DE UITZENDARBEID 2004 Maart 2006 1 Inleiding Bij de analyse van de arbeidsongevallen in de sector van de uitzendarbeid stuit men telkens
Nadere informatieARBEIDSONGEVALLEN IN DE HOUTSECTOR 2004 Juni 2005
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN ARBEIDSONGEVALLEN IN DE HOUTSECTOR 2004 Juni 2005 1. Inleiding In de houtsector zijn er vier fases te onderscheiden: - bosbouw, bosexploitatie en aanverwante diensten (Nace
Nadere informatie1 Beschrijving van de activiteiten in de sector op basis van de Nace-Bel nomenclatuur
4 Drukkerijen A Algemeen overzicht van de sector 1 Beschrijving van de activiteiten in de sector op basis van de Nace-Bel nomenclatuur Deze studie brengt die sectoren in kaart die werknemers tewerkstellen
Nadere informatieARBEIDSONGEVALLEN VAN DE UITZENDKRACHTEN
ARBEIDSONGEVALLEN VAN DE UITZENDKRACHTEN IN 25 1 Nationale cijfers 25 De gegevens werden verzameld via de rapporten van de verschillende uitzendondernemingen en verwerkt door Preventie en Interim (PI).
Nadere informatieSectorrapport: Social Profit
Sectorrapport: Social Profit Een analyse van de RSZ-tewerkstelling op basis van de paritaire comités voor de social profit Wouter Vanderbiesen Opgenomen paritaire comités PC 152: arbeiders in het gesubsidieerd
Nadere informatie2.ARBEIDSONGEVALLEN VAN DE UITZENDKRACHTEN Resultaten van de jaarverslagen van de uitzendondernemingen 2001
2.ARBEIDSONGEVALLEN VAN DE UITZENDKRACHTEN 2001 2.1. Resultaten van de jaarverslagen van de uitzendondernemingen 2001 De gegevens betreffende de uitzendkrachten voor 2001 werden verzameld via de rapporten
Nadere informatieInhoud van de arbeidsongevallensteekkaart - Bijlage IV KB IDPB 27/03/1998 Inhoud geldig tot 31/12/2007 Inhoud geldig vanaf 01/01/2008
I.Inlichtingen betreffende de steekkaart I. Inlichtingen betreffende de steekkaart 1. Jaar. 1. Jaar. 2. Chronologisch nummer van de steekkaart in het jaar. 2. Chronologisch nummer van de steekkaart in
Nadere informatieMonitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS
Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS 1 Flexi-jobs: Synthese Tabel 1: Aantal en aandeel flexi-arbeid -2016Q4- Aantal Aandeel Werkgevers 5 223 21,4% Arbeidsplaatsen tijdens kwartaal 1 16 831 9,4% Voltijdsequivalenten
Nadere informatieDe 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt in de logistiek
De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt in de logistiek APRIL 2012 INHOUD Blz 1. Loontrekkende werkgelegenheid 2 1.1 Algemeen 2 1.2 Hoofdsectoren 2 1.3 Logistiek 3 1.3.1 Algemeen 3 1.3.2 Limburgse
Nadere informatieANALYSE ARBEIDSONGEVALLEN JOBSTUDENTEN- UITZENDKRACHTEN JULI, AUGUSTUS, SEPTEMBER 2007
ANALYSE ARBEIDSONGEVALLEN JOBSTUDENTEN- UITZENDKRACHTEN JULI, AUGUSTUS, SEPTEMBER 2007 Centrale Preventiedienst voor de Sector van de Uitzendarbeid Havenlaan 86C bus 302 1000 BRUSSEL 02/204.56.80 02/204.56.89
Nadere informatieErnstige Arbeidsongevallen
Ernstige Arbeidsongevallen www.werk.belgie.be > Thema's > Welzijn op het werk > Arbeidsongevallen > Ernstige ongevallen ir Paul Van Haecke - TWW OVL 27 november 2015 1 INHOUD 1. Wetgeving EAO 2. Wat is
Nadere informatieDe loonkloof tussen vrouwen en mannen in België. Samenvatting rapport 2011
De loonkloof tussen vrouwen en mannen in België Samenvatting rapport 2011 Hoe groot is de loonkloof? Daalt de loonkloof? De totale loonkloof Deeltijds werk Segregatie op de arbeidsmarkt Leeftijd Opleidingsniveau
Nadere informatieACTIES BIJ (ZEER) ERNSTIGE ARBEIDSONGEVALLEN VAN UITZENDKRACHTEN
veiligheidsberichten -0-009 009/ ACTIES BIJ (ZEER) ERNSTIGE ARBEIDSONGEVALLEN VAN UITZENDKRACHTEN Zowel bij havenarbeid als logistieke arbeid kunnen onder bepaalde voorwaarden ook interimarbeiders tewerkgesteld
Nadere informatieInhoud. 6. Studie en onderzoek... 59. 1. Interne werking... 7. 2. Arbeidsongevallen uitzendkrachten 2007... 11. 7. Vorming... 65
Inhoud 1. Interne werking... 7 2. Arbeidsongevallen uitzendkrachten 2007... 11 2.1 Nationale cijfers 2007... 12 2.2 De ongevallencijfers van de verschillende uitzendbureaus... 19 2.3 Arbeidsongevallen
Nadere informatieTabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau.
Een aantal arbeidsgehandicapten uit onze onderzoekspopulatie waren tijdens de referteperiode ingeschreven bij zowel RVA als RSZ. Deze (relatief kleine) groep van mensen bespreken we in dit deel van het
Nadere informatieEvolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigenverzekering
Evolutie van de schadefrequentie 2007-2016 in de BA motorrijtuigenverzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van de
Nadere informatieStatistieken. Een blik op de tewerkstelling in de paritaire comités van de metaalsector
Statistieken Een blik op de tewerkstelling in de paritaire comités van de metaalsector Vanderbiesen, W. (2006). Sectorrapport: metaal. Een analyse van de RSZ-tewerkstelling op basis van de paritaire comités
Nadere informatieVERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR)
3 RIJBEWIJSBEZIT TABEL 1 VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR) Cumulative Cumulative RYBEWYS Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ
Nadere informatieSTATISTISCH VERSLAG VAN DE
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN STATISTISCH VERSLAG VAN DE ARBEIDSONGEVALLEN IN DE PUBLIEKE SECTOR IN 2008 1 Inleiding In deze nota presenteren we de statistieken van de arbeidsongevallen overkomen in de
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Oktober 2013 Statistisch verslag van de arbeidsongevallen van 2012 - privésector 1 Daling van het aantal arbeidsongevallen met 7,7 % in 2012 In 2012 zijn er in de privésector
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Oktober 2011 Statistisch verslag over de arbeidsongevallen van 2009 in de overheidssector 1 Inleiding In deze nota stellen we de statistieken voor van de arbeidsongevallen
Nadere informatieFactsheet ongevallen havensector
Factsheet ongevallen havensector Deze analyse is gebaseerd op de gegevens van de aan de Arbeidsinspectie (AI) gemelde en door deze dienst onderzochte ongevallen zoals geregistreerd in GISAI in de periode
Nadere informatieVERANTWOORDELIJKHEID INLENER EN UITZENDBUREAU HENDRIK DE LANGE, DIRECTEUR PREVENTIE EN INTERIM
Studienamiddag Leuven 22.10.2010 Arbeidsongevallen: verzoening tussen regelgeving en praktijk VERANTWOORDELIJKHEID INLENER EN UITZENDBUREAU HENDRIK DE LANGE, DIRECTEUR PREVENTIE EN INTERIM Uitzendkrachten
Nadere informatieEvolutie van de schadefrequentie 2001-2010 in de BA motorrijtuigen verzekering
Evolutie van de schadefrequentie 2001-2010 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van
Nadere informatieRAPPORTAGE INCIDENTENANALYSE PERIODE 2012 TOT EN MET 2015 Q2
RAPPORTAGE INCIDENTENANALYSE PERIODE 212 TOT EN MET 215 Q2 Inhoud Inleiding... 2 1. Ongevallen zonder en met verzuim... 4 1.1.1 Vallen/struikelen/uitglijden, ongevallen zonder verzuim... 5 1.1.2 Vallen/struikelen/uitglijden,
Nadere informatieEvolutie van de schadefrequentie 2002-2011 in de BA motorrijtuigen verzekering
Evolutie van de schadefrequentie 2002-2011 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van
Nadere informatie1 Beschrijving van de activiteiten in de sector op basis van de Nace-Bel nomenclatuur
Het ANPCB in cijfers Sectorfiches 3 Uitgeverijen A Algemeen overzicht van de sector 1 Beschrijving van de activiteiten in de sector op basis van de Nace-Bel nomenclatuur Deze studie brengt die sectoren
Nadere informatie2016 T/M Q2 VERSIE 1.1,
RAPPORTAGE KWARTAALOVERZICHT VEILIGHEIDSDASHBOARD T/M Q VERSIE., 9 INCL. RAPPORTAGE INCIDENTEN MET VOERTUIGEN EN INCIDENTEN MET BRF PROCEDURES Inhoud Algemeen.... Inleiding... Rapportage gemelde incidenten
Nadere informatieEvolutie van de schadefrequentie 2003-2012 in de BA motorrijtuigen verzekering
Evolutie van de schadefrequentie 2003-2012 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van
Nadere informatieDe vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29).
In het kader van het onderzoek kreeg de RVA de vraag om op basis van de door het VFSIPH opgestelde lijst van Rijksregisternummers na te gaan welke personen op 30 juni 1997 als werkloze ingeschreven waren.
Nadere informatieBrussels Observatorium voor de Werkgelegenheid
Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen
Nadere informatieSpotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie
Lange duur werkfractie / werkfractie Werkfractie Spotlight Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht Deze keer: De evoluties van de overgangen naar werk van de werklozen volgens hun profiel. 1 Inleiding
Nadere informatieGrafische sector West-Vlaanderen Werkt 2, 2009
Grafische sector West-Vlaanderen Werkt 2, 2009 De grafische sector in West-Vlaanderen Foto: : Febelgra Jens Vannieuwenhuyse sociaaleconomisch beleid, WES De grafische sector is zeer divers. Grafische bedrijven
Nadere informatieEVOLUTIE VAN DE ONGEVALLEN VAN 1996 TOT 2004 September 2006
1. Inleiding FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN EVOLUTIE VAN DE ONGEVALLEN VAN 1996 TOT 2004 September 2006 Er kan opgemerkt worden dat het aangiften van arbeidsongevallen bij de verzekeraars gedaald is tijdens
Nadere informatieEvolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering
Evolutie van de schadefrequentie 2006-2015 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van
Nadere informatieVALLEN VAN HOOGTE IN DE BOUWSECTOR 2002
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN VALLEN VAN HOOGTE IN DE BOUWSECTOR 2002 1 Algemene inleiding 1.1 CONTEXT Juillet 2004 Tijdens het eerste trimester van 2004 heeft mevrouw Kathleen Van Brempt, staatssecretaris
Nadere informatieDE VERKEERSONGEVALLEN OP HET
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN DE VERKEERSONGEVALLEN OP HET WERK EN OP DE ARBEIDSWEG - 2008 December 2009 1 INLEIDING Het is al vijf jaar geleden dat de dienst gegevensbank van het FAO een studie gewijd
Nadere informatieAantal blessures waarvan medisch behandeld SEH-behandelingen Ziekenhuisopnamen na SEH-behandeling 20-50
Korfbalblessures Blessurecijfers Samenvatting Jaarlijks worden 85.000 blessures opgelopen tijdens korfbal. Dit komt overeen met 4,6 blessures per 1.000 uur dat er gekorfbald wordt. Dit betekent dat het
Nadere informatieResultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997
6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de
Nadere informatieDe arbeidsongevallen in het kader van de onderhoudswerkzaamheden 2008 en 2009 December 2010
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN 1. Inleiding De arbeidsongevallen in het kader van de onderhoudswerkzaamheden 2008 en 2009 December 2010 Eén van de doelstellingen van de dienst gegevensbank van het Fonds
Nadere informatieArbeidsmarkt Onderwijs
Nieuwsbrief SEPTEMBER 2011 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand
Nadere informatieSECTORANALYSE DIGITALE ECONOMIE IN LIMBURG
SECTORANALYSE DIGITALE ECONOMIE IN MEI 2018 INHOUD blz 1. Definitie en bondig cijferoverzicht van de digitale economie 3 2. Vestigingen met personeel 4 3. Loontrekkende werkgelegenheid 7 4. Zelfstandigen
Nadere informatieDaling van het aantal ongevallen op de arbeidsplaats (-2 %) en op de arbeidsweg (-19 %) in 2011, ondanks een stijging van de werkgelegenheid (+2,4 %)
Daling van het aantal ongevallen op de arbeidsplaats (-2 %) en op de arbeidsweg (-19 %) in 2011, ondanks een stijging van de werkgelegenheid (+2,4 %) Arbeidsplaats: het risico op een ongeval blijft stabiel
Nadere informatieImpact van de activeringsmaatregelen op de tewerkstelling van werknemers met een buitenlandse nationaliteit
Impact van de activeringsmaatregelen op de tewerkstelling van werknemers met een buitenlandse nationaliteit Dienst Studies Studies@rva.be Inhoudstafel: 1 INLEIDING 1 2 OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE ACTIVERINGSMAATREGELEN
Nadere informatieOngewenst gedrag en werkbaar werk
Technische nota Ongewenst gedrag 2004-2010 en werkbaar werk Brussel, februari 2011 Technische nota s verstrekken bijkomende en gedetailleerde informatie uit de werkbaarheidsmonitor over een specifiek thema.
Nadere informatieDe helft van de 15 tot 64-jarigen met een langdurig gezondheidsprobleem of moeilijkheid bij het uitvoeren van dagelijkse handelingen is aan het werk
1 Arbeidsparticipatie en gezondheidsproblemen of handicap De helft van de 15 tot 64-jarigen met een langdurig gezondheidsprobleem of moeilijkheid bij het uitvoeren van dagelijkse handelingen is aan het
Nadere informatieArbeidsmarkt Onderwijs
Nieuwsbrief FEBRUARI 2011 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand
Nadere informatieTabel 2.1 Overzicht van de situatie op de arbeidsmarkt van de onderzochte personen op 30/06/97. Deelpopulatie 1996
Dit deel van het onderzoek omvat alle personen tussen de 18 en 55 jaar oud (leeftijdsgrenzen inbegrepen) op 30 juni 1997, wiens dossier van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met
Nadere informatieEvolutie van de schadefrequentie 2001-2009 in de BA motorrijtuigen verzekering
Evolutie van de schadefrequentie 2001-2009 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van
Nadere informatieEvolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering
Evolutie van de schadefrequentie 2005-2014 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van
Nadere informatie4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau
4. Het doel van deze studie is de verschillen in gezondheidsverwachting naar een socio-economisch gradiënt, met name naar het hoogst bereikte diploma, te beschrijven. Specifieke gegevens in enkel mortaliteit
Nadere informatieEnkelblessures. Samenvatting. gemiddeld sporters aan een enkelblessure. Het betekent ook 1,4
Enkelblessures Samenvatting Jaarlijks lopen sporters 650.000 enkelblessures op. Dit is achttien procent van alle sportblessures die in een jaar ontstaan. Na knieblessures (20%) zijn enkelblessures daarmee
Nadere informatieEen arbeidsongeval: wat nu?
Een arbeidsongeval: wat nu? 1. Wanneer is het een arbeidsongeval? Definitie Een arbeidsongeval veronderstelt: een plotselinge gebeurtenis; één of meerdere uitwendige oorzaken; het bestaan van een letsel
Nadere informatieTabel 69: Verdeling van het gavpppd volgens geslacht en hoofdvervoerswijze. meerdere verplaatsingen heeft gemaakt.
2.2 Gavpppd en socio-economische kenmerken Iedereen die mobiliteit en verplaatsingsgedrag bestudeert, heeft wellicht al wel eens van een studie gehoord waarin socio-economische kenmerken gebruikt worden
Nadere informatieFONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN
FONDS VOOR ARBEIDSONGEVALLEN Juli 2008 Statistisch verslag van de arbeidsongevallen in 2007 1 Inleiding Voor het opstellen van het jaarlijkse statistisch verslag van de arbeidsongevallen worden de gegevens
Nadere informatieFACTS & FIGURES Participatie aan erfgoedactiviteiten Mathijs De Baere
Inleiding Erfgoed is een brede en overkoepelende term waarbinnen roerend, onroerend en immaterieel erfgoed wordt onderscheiden. Deze drie categorieën zijn in de praktijk sterk verweven met elkaar, maar
Nadere informatie