CREATIVE EUROPE ( )

Transcriptie

1 CREATIVE EUROPE ( ) SUBPROGRAMMA MEDIA OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EACEA/17/2016: STEUN VOOR MARKTTOEGANG LET OP: Deze oproep tot het indienen van voorstellen is afhankelijk van: de beschikbaarheid van de middelen na goedkeuring van de begroting voor 2017 door de begrotingsautoriteit. 1. DOELSTELLINGEN EN BESCHRIJVING Deze oproep tot het indienen van voorstellen is gebaseerd op de verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het programma Creative Europe ( ) 1 en de aanpassing van 27/06/2014 Op het gebied van het versterken van de capaciteit van de audiovisuele sector heeft het subprogramma MEDIA onder meer de volgende prioriteiten: het vergroten van de capaciteit van audiovisuele actoren om audiovisuele werken te ontwikkelen met verspreidingsmogelijkheden in de Europese Unie en daarbuiten, om Europese en internationale coproducties te stimuleren, ook met televisiemaatschappijen; het aanmoedigen van innovatieve business-to-business-uitwisselingen door de toegang tot markten en bedrijfshulpmiddelen te bevorderen voor audiovisuele actoren, teneinde de zichtbaarheid van hun projecten op de Europese en internationale markten te vergroten. Het subprogramma MEDIA biedt steun voor: het stimuleren van Europese en internationale coproducties, zoals korte films, videogames, televisieseries en crossmedia; het verbeteren van de toegang tot professionele audiovisuele beurzen, exposities en markten en het bevorderen van het onlinegebruik van bedrijfshulpmiddelen binnen en buiten Europa; 1 VERORDENING (EU) Nr. 1295/2013, Publicatieblad van de Europese Unie van 20/12/2013, (PB L347/221)

2 het bevorderen van de verspreiding van Europese werken, met inbegrip van korte werken, in Europa en wereldwijd op alle platforms in alle formaten. 2. IN AANMERKING KOMENDE AANVRAGERS De aanvragers moeten Europese entiteiten zijn (particuliere bedrijven, organisaties zonder winstoogmerk, verenigingen, stichtingen, liefdadigheidsinstellingen, gemeenten/gemeenteraden, enz.), die gevestigd zijn in één van de deelnemende landen van het subprogramma MEDIA en rechtstreeks, of via een meerderheidsparticipatie, eigendom zijn van onderdanen van die landen. Aanvragen van rechtspersonen die gevestigd zijn in éen van de volgende landen komen in aanmerking als aan alle voorwaarden van artikel 8 van de verordening tot vaststelling van het programma Creative Europe is voldaan en de Commissie onderhandelingen heeft aangeknoopt met het land: de lidstaten van de EU en overzeese landen en gebieden die aan het programma mogen deelnemen ingevolge artikel 58 van Besluit 2001/822/EG van de Raad; de toetredingslanden, kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten die onder een pretoetredingsstrategie vallen, overeenkomstig de algemene beginselen en algemene voorwaarden voor deelname van deze landen aan programma s van de Unie zoals vastgesteld in de desbetreffende kaderovereenkomsten, besluiten van de Associatieraad of soortgelijke overeenkomsten; de EVA-landen die lid zijn van de EER, overeenkomstig de bepalingen van de EER-overeenkomst; de Zwitserse Bondsstaat, overeenkomstig een met dit land te sluiten bilaterale overeenkomst; de landen die onder het Europees nabuurschapsbeleid vallen, volgens de procedures die met deze landen worden overeengekomen in de kaderovereenkomsten die voorzien in hun deelname aan EU-programma s; het programma staat ook open voor op uitgekozen landen of regio's gerichte bilaterale en multilaterale samenwerkingsacties op basis van door die landen of regio's betaalde aanvullende financiële bijdragen en van specifieke met die landen of regio's vast te leggen afspraken. In het kader van het programma zijn, op basis van gezamenlijke bijdragen voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het programma, ook samenwerking en gemeenschappelijke acties mogelijk met landen die niet aan het programma deelnemen en met internationale organisaties die in de culturele en creatieve sectoren actief zijn, zoals de Unesco, de Raad van Europa, de Organisatie voor Europese samenwerking en ontwikkeling en de Wereldorganisatie voor de intellectuele eigendom. Het Agentschap kan aanvragen van buiten de EU selecteren, mits op de datum van toekenning de overeenkomsten zijn ondertekend over de voorwaarden voor de deelname van deze landen aan het programma bij bovengenoemde verordening. Een bijgewerkte lijst met landen die voldoen aan de condities zoals gesteld in artikel 8 in de verordening en waarmee de commissie de onderhandelingen is gestart, vindt u via onderstaande link:

3 Natuurlijke personen kunnen geen subsidie aanvragen. 3. SUBSIDIABELE ACTIES Deze oproep tot het indienen van voorstellen beoogt de ondersteuning van acties en activiteiten in en buiten de landen die deelnemen aan het subprogramma MEDIA. Alleen aanvragen die verband houden met één van de onderstaande 3 acties komen in aanmerking: Actie 1 B2B-markten (fysiek) voor Europese audiovisuele vakmensen Actie 2 Online instrumenten ter aanmoediging van uitwisselingen tussen bedrijven onderling Actie 3 Activiteiten tussen bedrijven onderling gericht op de promotie van Europese werken De activiteiten moeten van start gaan tussen 1 juni 2017 en 31 mei De actie mag maximaal 12 maanden duren. Een verlenging van ten hoogste 6 maanden wordt toegekend, als zij vóór de in de subsidieovereenkomst aangegeven uiterste datum wordt aangevraagd. In geen enkel geval mag de looptijd langer zijn dan 18 maanden. 4. TOEKENNINGSCRITERIA Bij de beoordeling van de in aanmerking komende aanvragen worden op basis van de volgende criteria en weging punten toegekend tot in totaal 100: Actie 1 Relevantie van de inhoud van de actie, inclusief de innovatieve aspecten en de internationale en Europese dimensie, ten aanzien van de doelstellingen in de oproep tot het indienen van voorstellen en de behoeften van de audiovisuele sector, zoals videogames, televisieseries, crossmedia en korte werken. Geschiktheid van de methodologie voor de doelstellingen, inclusief formaat, doelgroep, selectiemethoden, synergie en samenwerking met andere projecten, de instrumenten, inclusief de toepassing van digitale technologieën die voor nieuwe bedrijfsmodellen van belang zijn, de haalbaarheid en kosteneffectiviteit. Impact op de financiering, internationale verspreiding en het wereldwijde publiek voor de projecten en werken en/of de structurerende effecten op de Europese audiovisuele sector. Actie 2

4 Relevantie van het online-instrument ten aanzien van de doelstellingen in de oproep tot het indienen van voorstellen en de behoeften van de sector alsmede de meerwaarde ervan wat betreft uitwisselingen tussen bedrijven onderling, inclusief innovatie in de inzet van digitale technologieën. Kwaliteit en haalbaarheid met inachtneming van het bedrijfsmodel en de relevantie voor bestaande en nieuwe synergieën in de AV-sector alsmede de doeltreffendheid en kosteneffectiviteit van het instrument, inclusief de toepassing van digitale technologieën die voor nieuwe marktkansen en bedrijfsmodellen van belang zijn. Systemische impact, de doeltreffendheid qua structurerende effecten op de Europese audiovisuele sector en de meerwaarde wat betreft het bevorderen van coproducties en internationale verspreiding. Actie 3 Relevantie van de promotionele activiteiten tussen bedrijven onderling ten aanzien van de doelstellingen in de oproep, de meerwaarde wat betreft zichtbaarheid en verspreiding van Europese werken op Europese en internationale markten alsmede de innovatie en inzet van digitale technologieën. Kwaliteit en haalbaarheid, de doeltreffendheid van de strategie ter versterking van de distributie en verspreiding van Europese werken op Europese en internationale markten en de kosteneffectiviteit van de actie. Systemische impact qua toegenomen zichtbaarheid, verspreiding en publieksbereik, de doeltreffendheid qua structurerende effecten op de Europese audiovisuele sector en de meerwaarde wat betreft het benutten van nieuwe marktkansen. 5. BEGROTING De totale begroting is geraamd op 7.5 miljoen euro. De financiële bijdrage van de Unie mag niet meer bedragen dan: - 60 % van de totale subsidiabele kosten van de actie in geval van een actie die plaatsvindt in landen die deelnemen aan het subprogramma MEDIA; - 80 % van de totale subsidiabele kosten van de actie in geval van een actie die plaatsvindt in landen die niet deelnemen aan het subprogramma MEDIA; Het Agentschap behoudt zich voor om niet alle beschikbare financiële middelen toe te wijzen.

5 6. UITERSTE DATUM VOOR DE INDIENING VAN AANVRAGEN De aanvragen moeten uiterlijk op 02 februari 2017 om 12 uur 's middags (Belgische tijd) via het online aanvraagformulier (elektronisch formulier) worden ingediend. Andere manieren van indiening worden niet aanvaard. De vereiste, in de elektronische formulieren vermelde documenten moeten door de aanvragers worden verstrekt. 7. VOLLEDIGE INFORMATIE De volledige tekst van de richtlijnen en de aanvraagformulieren zijn te vinden op de volgende website: De aanvragen moeten voldoen aan de voorwaarden van de richtlijnen en aan de hand van de daartoe bestemde elektronische formulieren worden ingediend.