Begeleiden bij vaardigheidstoetsen

Transcriptie

1 PVB 2.2 Begeleiden bij vaardigheidstoetsen Inleiding Om het door de NWWB en NOC*NSF erkende diploma Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 te behalen moet de kandidaat drie kerntaken op niveau 2 beheersen. Door met succes een proeve van bekwaamheid (PVB) af te leggen, toont de kandidaat aan dat deze een kerntaak beheerst. 1. Doelstelling Deze PVB heeft betrekking op kerntaak 2.2 Begeleiden bij vaardigheidstoetsen. Met deze PVB toont de kandidaat aan dat deze: - sporters kan begeleiden bij vaardigheidstoetsen; - vaardigheidstoetsen kan voorbereiden; - aanwijzingen kan geven. 2. Opdracht De algemene opdracht voor deze PVB is: Begeleid bij een vaardigheidstoets. Deze opdracht voert de kandidaat uit aan de hand van drie deelopdrachten. Deze drie deelopdrachten hebben betrekking op de volgende werkprocessen: Begeleidt sporters bij vaardigheidstoetsen; Bereidt vaardigheidstoetsen voor; Geeft aanwijzingen. 3. Eisen voor toelating tot de PVB De kandidaat wordt toegelaten tot de PVB, als deze voldoet aan de volgende eisen: - zij/hij is minstens 18 jaar oud; - zij/hij is lid van de NWWB; - zij/hij heeft voldaan aan de financiële verplichtingen die voortvloeien uit de PvB; - zij/hij heeft een voldoende gescoord voor de schriftelijke toets; - zij/hij heeft bij de PVB-aanvraag een planning van de test die de kandidaat tijdens de PVB wilt begeleiden, aan het bondsbureau gestuurd. 4. Onderdelen van deze PVB Deze PVB bestaat uit een praktijkbeoordeling, voorafgegaan door een planningsinterview en gevolgd door een reflectie-interview. In het planningsinterview wordt de kandidaat bevraagd op de logische samenhang tussen wat de skiërs / riders al kunnen en de planning van de testafname. Het planningsinterview duurt maximaal 30 minuten. Bij de praktijkbeoordeling observeert de PVB-beoordelaar de voorbereiding, de begeleiding tijdens de toets, de beoordeling en de afronding (maximaal 30 minuten). Het reflectie-interview gaat over de beoordelingscriteria die zich in de praktijk niet hebben voorgedaan en/of waarover nog twijfel bestaat wat betreft de beheersing. Het reflectieinterview duurt maximaal 30 minuten. In totaal duurt de praktijkopdracht maximaal 90 minuten. PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober

2 De beoordelingscriteria staan in het protocol van PVB Afnamecondities De kandidaat begeleidt minimaal twee skiërs en/of riders, waarbij beide disciplines vertegenwoordigd moeten zijn (dus tenminste één skiër en één rider), gedurende een officieel NWWB-testexamen. Het betreft eigen skiërs en riders. De groep kan bestaan uit kinderen, jeugdigen of volwassenen. De locatie is een vereniging of skischool aangesloten bij de NWWB. Er moet een ruimte zijn rond de testlocatie voor de beoordelaar. Ook dient een aparte ruimte beschikbaar te zijn voor het plannings- en het reflectie-interview. 6. Aanmeldingsprocedure De kandidaat schrijft zich in voor de PvB door het aanmeldingsformulier en de planning van de testafname naar het bondsbureau te sturen. De toetsingscommissie bevestigt schriftelijk de ontvangst van de aanmelding en bevestigt daarmee de inschrijving voor de PvB. Namens de toetsingscommissie ontvang de kandidaat informatie over de praktijkbeoordeling. 7. Taken van de PVB-beoordelaars - Houden een planningsinterview op basis van de door de kandidaat aangereikte planning van de testafname, aan de hand van het protocol; - Beoordelen de planning van de testafname; - Observeren en beoordelen de begeleiding vóór, tijdens en na de test en vullen het protocol in; - Houden een reflectie-interview aan de hand van het protocol; - Bepalen het voorlopige resultaat en geven feedback aan de kandidaat. - Informeren de toetsingscommissie over de voorlopige uitslag. 8. Voorbereiding door de kandidaat De kandidaat is 30 minuten voor de test aanwezig op de testlocatie, met de planning van de testafname. 9. PVB-beoordelaars De PVB wordt afgenomen door twee PVB-beoordelaars. De PVB-beoordelaars worden aangewezen door de toetsingscommissie van de NWWB. 10. De normering De kandidaat is geslaagd, wanneer alle beoordelingscriteria met voldoende zijn beoordeeld. 11. Vaststelling van de uitslag PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober

3 Binnen vijftien minuten na afloop van het reflectie-interview wordt een voorlopige uitslag vastgesteld en bekendgemaakt aan de kandidaat. De voorlopige uitslag wordt binnen drie werkdagen voorgelegd aan de NWWB. De NWWB stelt de definitieve uitslag vast. De kandidaat ontvangt binnen tien werkdagen na afname van de PVB een formele bevestiging van de definitieve uitslag. 12. Beroepsmogelijkheid De kandidaat kan schriftelijk beroep aantekenen tegen de definitieve uitslag binnen vier weken na de bekendmaking bij de Commissie van Beroep voor de Toetsing van de NWWB. De Commissie van Beroep voor de Toetsing maakt binnen vier weken na ontvangst van het beroep de uitspraak van het beroep schriftelijk bekend aan de kandidaat. De uitspraak van de Commissie van Beroep voor de Toetsing is bindend. 13. Herkansing Indien de kandidaat een onvoldoende voor de PVB haalt, is er de mogelijkheid voor een herexamen. Mocht de kandidaat ook voor dit herexamen een onvoldoende halen, dan zal de betreffende scholing opnieuw gevolgd moeten worden. PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober

4 Bijlage bij PVB 2.2 Format Planning van de testafname Weer/veiligheid Doelgroep Doelen Materiaal Locatie Trainer Inhoud van de testafname Voorbespreking Testafname Evaluatie PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober

5 Protocol PVB 2.2 Begeleiden bij vaardigheidstoetsen Kandidaat: PVB-beoordelaars: Locatie: Datum: Praktijkbeoordeling Voldaan aan de afnamecondities? ja / nee* *Bij nee gaat de PVB niet door. De PVB-beoordelaar motiveert dit bij de toelichting. Toelichting: Beoordelingscriteria Werkproces Begeleidt de sporters bij vaardigheidstoetsen 1 Luistert naar de sporters Voldaan Bewijzen (of het weglaten daarvan) waarop score is gebaseerd 2 Spreekt de sporters aan op hun gedrag 3 Bewaakt (en ziet toe op) hygiëne en verzorging 4 Bewaakt (en ziet toe op) de veiligheid en handelt in geval van een noodsituatie (ongeluk) 5 Zorgt dat de sporters zich aan de regels houden 6 Gaat sportief en respectvol om met alle betrokkenen 7 Benadert de sporters op een positieve wijze 8 Vangt de sporters na afloop op 9 Vertoont voorbeeldgedrag op en rond de sportlocatie 10 Gaat vertrouwelijk om met persoonlijke informatie 11 Houdt zich aan de beroepscode Werkproces Bereidt vaardigheidstoetsen voor PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober

6 12 Zorgt ervoor dat de sporters op tijd aanwezig zijn op de gewenste plek 13 Komt afspraken na 14 Zorgt dat het materiaal in orde is 15 Vraagt hulp, bevestiging en feedback Werkproces Geeft aanwijzingen 17 Geeft tijdens de (pauze van de) toets aanwijzingen 18 Begeleidt positief 19 Evalueert samen met de sporters 21 Reflecteert op het eigen handelen 22 Verzorgt reglementaire zaken voor en na de vaardigheidstoets Resultaat van de PVB Toelichting Handtekeningen van de PvB-beoordelaars: Akkoord toetsingscommissie PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober

7 Toelichting op de beoordelingscriteria Werkproces Begeleidt de sporters bij vaardigheidstoetsen 1 Luistert naar de sporters De instructeur geeft de sporters ruim de gelegenheid om iets te zeggen. De instructeur reageert hierop door aan te geven wat hij doet met deze informatie. 2 Spreekt de sporters aan op hun gedrag Indien de veiligheid van de sporters in het gedrang komt (bijvoorbeeld door pesterijen, negatieve opmerkingen naar elkaar), de sporters de opdrachten niet opvolgen of geen sportief en respectvol gedrag naar elkaar tonen, spreekt de instructeur hen aan op deze gedragingen en maakt daar afspraken over. 3 Bewaakt (en ziet toe op) hygiëne en verzorging De instructeur ziet toe op geschikte kleding en schoeisel tijdens de toets. De instructeur houdt hierbij rekening met transpireren en temperatuur. Ook let de instructeur op sieraden en andere items die blessures kunnen veroorzaken. 4 Bewaakt (en ziet toe op) veiligheid en handelt in geval van een noodsituatie (ongeluk) De instructeur is zich bewust van de veiligheid en van de sporters. Bij overbodige en onveilige materialen neemt hij maatregelen. Hierbij let de instructeur ook op kleding, sieraden en schoeisel. De instructeur grijpt direct in, als er zich een onveilige situatie of een ongeval voordoet. 5 Zorgt dat de sporters zich aan de regels houden De instructeur ziet toe op een correct en sportief verloop van de toets. De instructeur grijpt in, als de sporters zich niet houden aan de gemaakte afspraken over correct en sportief gedrag. 6 Gaat sportief en respectvol om met alle betrokkenen De instructeur gaat sportief en respectvol om met alle betrokkenen. Hiervoor heeft de instructeur duidelijke richtlijnen gegeven aan de betrokkenen wat zij kunnen verwachten en waar zij de instructeur op mogen aanspreken als dit niet gebeurt. 7 Benadert de sporters op een positieve wijze De instructeur benadert en communiceert met de sporters op een positieve wijze. Dit houdt in dat de instructeur complimenten geeft als gewenst gedrag wordt vertoond. De instructeur focust op de complimenten en goede elementen in plaats van te focussen op wat fout gaat en wie deze fout maakt. 8 Vangt de sporters na afloop op De instructeur zorgt na afloop van de toets voor een gezamenlijke afsluiting en eventuele evaluatie van de gemaakte toets. 9 Vertoont voorbeeldgedrag op en rond de sportlocatie De instructeur is zich ervan bewust dat hij als instructeur een voorbeeldfunctie heeft. Hij weet wat het gewenste gedrag is en draagt dit ook uit naar de sporters. Daarbij handelt hij naar de afspraken die gemaakt zijn over correct en sportief gedrag. 10 Gaat vertrouwelijk om met persoonlijke informatie De instructeur geeft geen persoonlijke informatie door aan derden zonder toestemming van de betreffende personen. 11 Houdt zich aan de gedragscode De instructeur handelt in de uitoefening van zijn functie als instructeur conform de regels van de gedragscode. Werkproces Bereidt vaardigheidstoetsen voor 12 Zorgt ervoor dat de sporters op tijd aanwezig zijn op de gewenste plek De instructeur maakt afspraken met de sporters over de rij- en tijdschema s voor de toetsen. De instructeur houdt daarbij ook de gemaakte afspraken nadrukkelijk in de gaten. 13 Komt afspraken na De instructeur formuleert de afspraken eenduidig. De instructeur controleert of de betrokkenen de afspraken hebben begrepen. De instructeur voert de afspraken uit en indien, door veranderende omstandigheden, een wijziging van een afspraak noodzakelijk is, worden de betrokkenen tijdig geïnformeerd. 14 Zorgt dat het materiaal in orde is De instructeur zorgt er voor dat alle voor de toets noodzakelijke materialen aanwezig zijn. 15 Vraagt hulp, bevestiging en feedback De instructeur vraagt hulp, feedback en bevestiging ten bate van het eigen functioneren aan de instructeur onder wiens verantwoordelijkheid zij/hij opereert. Mocht de instructeur zelfstandig functioneren, dan vraagt de instructeur feedback aan andere instructeurs en betrokkenen in de vereniging. Werkproces Geeft aanwijzingen 16 Geeft tijdens de (pauze van de) toets aanwijzingen De instructeur houdt een voorbespreking met de sporters. De instructeur geeft tijdens de (pauze van de) toets aanwijzingen gericht op het optimaal presteren van de kandidaten. 17 Begeleidt positief De instructeur begeleidt positief naar alle betrokkenen. Hij maakt hierbij gebruik van complimenten op gewenst gedrag en focust zich op verbetering en ontwikkeling. De instructeur staat niet te lang stil bij PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober

8 fouten, maar benadrukt de goede uitvoeringen. 18 Evalueert samen met de sporters De instructeur evalueert de toets samen met de sporters. Hierbij mag iedere sporter zijn inbreng hebben. Deze wordt aangehoord. 19 Reflecteert op het eigen handelen De instructeur laat zien dat hij in staat is te reflecteren op eigen handelen. De instructeur evalueert zijn eigen functioneren en vraagt daarbij feedback van anderen. In zijn nieuwe functioneren laat de instructeur zien dat zij/hij de uitkomst van de evaluatie en feedback verwerkt in zijn handelen. 20 Verzorgt reglementaire zaken voor en na de vaardigheidstoets De instructeur zorgt voor het invullen van het beoordelingsformulier. De instructeur bedankt aan het einde van de toets alle betrokkenen. PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober

9 TESTRAPPORT WATERSKI Naam skiër : roepnaam: geboortedatum: Adres: woonplaats: postcode: 7 Diep waterstart op twee toerski s Vier hekgolfkruisingen ( beurtelings links en rechts) Beurtelings linker en rechterski enige tijd horizontaal vrij van het water houden Waterstop maken beide ski s uit- en weer aantrekken- diep waterstart Beheerste landing op een aangegeven punt 6 Diep waterstart op twee ski s, waarvan een in mono uitvoering Hekgolfsprongen van binnen naar buiten en terug over beide hekgolven ( beide ski s vrij van het water ) Een ski uitschoppen vride kandidaat voet in de achterbinding plaatsen Vier hekgolf kruisingen over beide hekgolven op een ski ( ski moet in het water blijven) A B TEST RAPPORT WAKE BOARDEN Naam skiër : roepnaam: geboortedatum: Adres: woonplaats: postcode: 5 Steiger of diepwaterstart Kanten van wakeboarden tussen de hekgolven Hekgolfkruisingen maken Waterstop- board uit- en weer aantrekken diepwaterstart Beheerste landing nabij de steiger A B PvB 2.2 Waterski- en Wakeboardinstructeur 2 Versie oktober