Jaar- en evaluatierapport sectorconvenants
|
|
- Joachim Vermeiren
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Jaar- en evaluatierapport sectorconvenants Eindrapport In opdracht van: Vlaams Ministerie van Werk en Sociale Economie VIONA Uitgevoerd door: IDEA Consult: Dr. Anneleen Peeters Katrien Rommens Debbie Sanders Griet Jans Brussel, februari 2007 IDEA Consult nv Congresstraat 37-41, bus 3 Tel: (+32) B 1000 Brussel Fax: (+32)
2 Inhoudsopgave p. 1 Doel en aanpak van de studie 1 2 Evaluatiefiche 2 3 Inhoudelijke analyse van de sectorconvenants Typologie van de acties Typologie van de doelgroepen Stand van zaken van de acties Effectiviteit Analyse modules Analyse inhoudelijke thema s Stages en werkervaringsplaatsen Diversiteit Basiscompetenties Opleidingen Herstructurering Bijlage 1: Overzicht sectoren met sectorconvenants 38 februari 2007
3 1 Doel en aanpak van de studie In afspraak tussen het beleid en de sociale partners moet jaarlijks een opvolgingsrapport worden gemaakt door het departement voor Werk en Sociale Economie. Deze opvolgingsrapporten en andere documenten (rapporten van vergaderingen, thematische nota s) laten toe na te gaan in welke mate de doelstellingen van de sectorconvenants werkelijk gerealiseerd zijn. Het doel van de studie is de opmaak van een jaar- en evaluatierapport sectorconvenants die een antwoord biedt op de vraag in welke mate en op welke wijze de doelstellingen uit de sectorconvenants gerealiseerd werden in de loop van De uitvoering van de studie werd opgesplitst in vier stappen. Onderstaande figuur geeft een overzicht van het stappenplan. Figuur 1: Stappenplan evaluatie sectorconvenants Stap 1: Inventarisatie- en initiatiefase Stap 2: Opmaak template van evaluatiefiche Stap 3: Evaluatie van de realisaties van de sectorconvenants Stap 4: Sectoroverschrijdende conclusies en aanbevelingen Dit rapport geeft de resultaten van de analyses uitgevoerd op basis van individuele fiches opgemaakt per sector. In hoofdstuk 2 geven we een toelichting bij de opmaak van de evaluatiefiches. Dit hoofdstuk fungeert als leidraad bij het gebruik van de elektronische evaluatiefiches. In hoofdstuk 3 geven we een inhoudelijke analyse van de sectorconvenants. februari
4 2 Evaluatiefiche Bij de start van de studie (eind januari 2007) waren er 24 convenants afgesloten tussen de Vlaamse regering en de sectoren. Elke convenant heeft een looptijd van 2 kalenderjaren, maar de startdatum verschilt tussen de sectoren. Bij 12 sectoren werd de convenant afgesloten in de loop van het jaar 2005, bij 10 andere sectoren begon de convenant te lopen vanaf 1 januari 2006 en in 2 sectoren startte de convenant in september Uiterlijk 1 maand na het verstrijken van het eerste werkingsjaar dient elke sector een opvolgingsrapport te bezorgen aan het departement voor Werk en Sociale Economie. Als gevolg van de verschillende opstartdata van de convenant zijn er op dit ogenblik 2 sectoren (met name de binnenscheepvaart en de scheikundige nijverheid) die nog in hun eerste werkingsjaar zitten en bijgevolg nog geen opvolgingsrapport kunnen indienen. De overige 22 sectoren zitten momenteel in hun tweede werkingsjaar. Gegeven de ontbrekende opvolgingsrapporten bij aanvang van de opdracht en de korte doorlooptijd van de studie werden in totaal 18 opvolgingsrapporten verwerkt. Tabel 12 in bijlage geeft een overzicht van de sectoren opgenomen in dit onderzoek. Bij de aanvang van het onderzoek werd een template opgemaakt voor de evaluatie van 24 sectorconvenants. Deze template stelde ons in staat de evaluaties van de convenants op een zo efficiënt en uniform mogelijke manier uit te voeren. Een uniforme aanpak van de evaluatie maakte het ook mogelijk om naast de individuele evaluaties van de 24 sectorconvenants ook enkele horizontale conclusies en lessen voor de toekomst te trekken. We lieten ons bij de opmaak van de evaluatiefiche inspireren door de structuur van de sectorconvenants en de bestaande opvolgingsrapporten die jaarlijks dienen opgemaakt te worden door de sectoren. Hierdoor kan bestaande informatie op een efficiënte manier geanalyseerd worden. Bij de ontwikkeling van de template werd ook met de diversiteitstoets 1 rekening gehouden opdat dit aspect ook kan meegenomen worden in de evaluatie. De fiche werd in Excel opgemaakt en is te zien in Figuur 2. Het is een eenvoudige toepassing die toelaat om zowel kwantitatieve als kwalitatieve informatie op een overzichtelijke manier weer te geven. Zowel de informatie uit het sectorconvenant als uit het opvolgingsrapport werden in de fiche ingevoerd. Bovenaan de fiche werd telkens aangegeven over welke sector het gaat en welke periode werd geëvalueerd indien een opvolgingsrapport beschikbaar was. Voor 18 van de 24 sectoren betrof het een evaluatie van het eerste werkingsjaar en werd de convenant en het eerste opvolgingsrapport in de fiche verwerkt. Voor de overige 6 sectoren werd enkel de inhoud van de convenant meegenomen in de fiche. 1 De diversiteitstoets is een horizontaal aandachtspunt in het nieuwe model van sectorconvenant. februari
5 De fiche bestaat uit de volgende velden: Thema s: dit zijn de inhoudelijke thema s die zijn vastgelegd in het kader van het nieuwe type sectorconvenants. De verschillende thema s zijn: bruggen tussen leren en werk, bruggen naar werk: opleidings- en competentiebeleid, modules en diversiteit. Doelstellingen: dit zijn de doelstellingen per thema die eveneens zijn vastgelegd in het nieuwe type sectorconvenants. Zij kunnen in Figuur 2 afgelezen worden. Het is mogelijk dat sectoren geen acties voor één of meerdere van deze doelstellingen in het sectorconvenant vooropstellen. Daarnaast werden door enkele sectoren nog sectorspecifieke doelstellingen bijgevoegd. Acties: dit zijn de specifieke acties die zijn opgenomen in de sectorconvenants waarmee men de bovenvermelde doelstellingen wil behalen. Het is mogelijk dat extra acties ondernomen werden tijdens de werkingsjaren die niet zijn opgenomen in de convenant. Deze acties werden dan achteraf in de fiche bijgevoegd en aangeduid als extra actie. Type actie: op basis van de actiebeschrijving werd een typologie ontwikkeld van soorten acties waarin de acties werden ingedeeld. We onderscheiden: overleg, opleiding, promotie, evenement, werkervaringsprojecten, begeleiding en advies, opmaak actieplan/programma, financiële instrumenten, onderzoek, educatief materiaal, informeren en sensibiliseren, specifieke diversiteitsactie, monitoring, afsluiten contract/convenant, pers en project. Prioritair thema: enkele thema s worden door de overheid als prioritair aanzien. Hieraan werd extra aandacht verleend door aan te duiden welke acties tot deze prioritaire thema s behoren. Dit gebeurt enkel voor die acties die concreet tot doel hebben stages en werkervaringsplaatsen te creëren, diversiteitsplannen te promoten, basiscompetenties via opleidingen te versterken, andere opleidingen aan te bieden of begeleidingsacties voor werknemers getroffen door herstructurering of faillissement. Andere acties rond deze thema s (vb. acties gericht op het verhogen van de kwaliteit van stages) zijn terug te vinden via de relevante algemene doelstelling(en) (vb. Meer en kwaliteitsvolle stages ). Diversiteitstoets convenant: in een sectorconvenant kunnen per algemene doelstelling extra diversiteitsacties opgenomen worden. Soms hangen ze samen met een eerder vooropgestelde actie bijvoorbeeld kwantitatieve doelstellingen inzake het bereik van opleidingen bij kansengroepen. Dit werd aangeduid via bijkomende aandacht kansengroepen. Soms staan de diversiteitsacties los van de al vooropgestelde acties vb. het organiseren van vooropleidingen voor kansengroepen. Dan werd aangeduid dat de actie exclusief op kansengroepen was gericht. Daarnaast gebeurt het ook dat een diversiteitsactie zeer vaag is beschreven en niet geconcretiseerd werd, dit werd aangeduid met vage DT. Wanneer er helemaal geen diversiteitstoets is, werd dit ook aangegeven met niet opgenomen. februari
6 Algemene doelgroep: bij de beschrijving van de actie kan meestal afgeleid worden welke doelgroepen men via de actie tracht te bereiken. De type doelgroepen die werden onderscheiden zijn: ruime doelgroep, meerdere doelgroepen, leerlingen, eigen sector, werkzoekenden, werknemers, bedrijven, onderwijzend personeel, onderwijsinstellingen en opleidingscentra, vrouwen en kansengroepen. Enkele keren werd een categorie andere toegevoegd. Specifieke doelgroep: het is mogelijk dat de algemene doelgroep meer gespecificeerd werd. Deze informatie werd ook opgenomen in de fiche. Daarin onderscheiden we de volgende veel voorkomende types: o bij leerlingen: basisonderwijs, secundair onderwijs, voltijds en deeltijds beroepssecundair onderwijs, BuSO, hoger onderwijs o bij werkzoekenden: langdurig werkzoekenden, jongere werkzoekenden o bij bedrijven: KMO s en grote bedrijven o bij onderwijzend personeel: zelfde opsplitsing als bij leerlingen o bij onderwijsinstellingen en opleidingscentra: zelfde opsplitsing als bij leerlingen en bijkomende categorieën competentiecentra en Syntra o bij kansengroepen: allochtonen, personen met een handicap, ouderen (50+), laaggeschoolden Stand van zaken: op basis van het opvolgingsrapport is het mogelijk na te gaan in hoeverre de actie al is uitgevoerd. Daartoe werd de volgende typologie gebruikt: gepland, lopend, afgelopen met vervolg (indien vervolgactie), afgelopen zonder vervolg (geen vervolgactie), stopgezet en onduidelijk. Indicatoren: hier worden de indicatoren geplaatst die in het sectorconvenant en/of opvolgingsrapport werden opgenomen. We maken een onderscheid tussen: o Naam indicator: summiere beschrijving van de indicator en periode waarop die betrekking heeft (per werkingsjaar of over de gehele periode van de sectorconvenant) o Streefwaarden jaar 1: in het sectorconvenant vooropgestelde kwantitatieve doelstellingen o Gerealiseerde waarden jaar 1: in het opvolgingsrapport opgenomen kwantitatieve resultaten. Dit kan gekoppeld zijn aan een vooropgestelde doelstelling. Doelstellingen behaald jaar 1: op basis van de kwalitatieve en kwantitatieve rapportering wordt een uitspraak gedaan over de uitvoering van de actie. We geven aan of de doelstellingen behaald of niet behaald zijn, het onduidelijk is of de actie werd uitgevoerd zoals vooropgesteld of geen resultaten in het opvolgingsrapport werden opgenomen. Wanneer we aangeven dat voor een bepaalde actie de doelstellingen niet werden behaald geven we indien mogelijk ook aan waarom. februari
7 Beoordeling diversiteitstoets: op basis van de rapportering in het opvolgingsrapport, maken we een beoordeling over de diversiteitstoets. We geven aan of de actie kwalitatief of kwantitatief goed is gerapporteerd, of eerder vaag of helemaal niet werd vermeld in hoeverre de doelstellingen van de diversiteitstoets zijn behaald. Opmerkingen: indien bepaalde vragen rezen bij de formulering van een actie of de beschrijving over de uitvoering ervan vb. de rol van de sector in de uitvoering van de actie, over de realistische inschatting van het bereik, enz. dan werden deze in dit veld geplaatst. Ook relevante bijkomende kwalitatieve informatie werd in deze kolom opgenomen. februari
8 Figuur 2: Inhoud van de evaluatiefiche Evaluatie fiche sectorconvenant Naam sector: Evaluatieperiode: Thema Algemene doelstellingen Acties Type actie Stimuleren van samenwerking met scholen Waarderen van technisch- en beroepsonderwijs Ondersteunen van systemen van afwisselend leren en werken prioritair thema diversiteitstoets convenant Algemene doelgroep specifieke doelgroep Stand van zaken Indicatoren (indien beschikbaar) streefwaarden jr1 waarden gerealiseerde naam indicator jr1 Doelstellingen behaald jr1 beoordeling diversiteitstoets Opmerkingen Bruggen tussen leren en werk Meer en kwaliteitsvolle stages Bruggen naar werk: opleidings- en competentiebeleid Ontwikkelen beroepsprofielen van de SERV Ondersteunen van Regionale Technologiecentra Peterschap Bevorderen van basiscompetenties Stijging van de kwantiteit en kwaliteit van de opleiding Verminderen knelpuntberoepen Meewerken aan de titel beroepsbekwaamheid en loopbaanbegeleiding Aangaan van partnerschappen in het kader van competentiecentra Begeleiding bij herstructurering (diversiteitstoets) Arbeidsmarktanalyse Mobiliteit Modules Oudere werknemers Versterken van de screening en toeleiding van werkzoekenden Verhogen van de werkbaarheid door werkstress te voorkomen Diversiteit Bron: IDEA Consult Diversiteitsdrager Diversiteitstoets februari
9 3 Inhoudelijke analyse van de sectorconvenants In dit hoofdstuk gaan we dieper in op de inhoud van de sectorconvenants. Een eerste deel is een kwantitatieve analyse op basis van de evaluatiefiches. We starten met het analyseren van de typologie van de acties en de doelgroepen. Daarna bekijken we hoe ver de acties na het afsluiten van het eerste werkingsjaar staan en of de (tussentijdse) doelstellingen werden behaald. We gaan ook even in op de verschillende extra modules in de sectorconvenants. In het tweede deel bekijken we meer kwalitatief naar de inhoud van de acties voor de prioritaire thema s zoals die gedefinieerd werden in het kader van de evaluatiefiche (cf. supra). Aan de hand van een aantal kwantitatieve indicatoren wordt een beeld geschetst van de engagementen en realisaties omtrent een vijftal inhoudelijke thema s. 3.1 Typologie van de acties Om meer inzicht te krijgen in het soort acties die door de sectoren worden genomen, werd in het kader van de evaluatiefiche een typologie voor het type van de acties gemaakt. We kunnen een onderscheid maken tussen de acties met resultaten op korte termijn en acties waarvan de impact op middellange of lange termijn zichtbaar wordt. Voor het geheel van alle acties opgenomen in de convenants van 24 sectoren bekomen we een verhouding van 44% acties met resultaten op korte termijn en 56% acties met impact op middellange of lange termijn. Ter verduidelijking geven we hier per type actie enkele voorbeelden weer. Tussen haakjes staat het aandeel van elk type actie in het totaal van alle acties 2. Acties met resultaten op korte termijn (44,1%): Begeleiding en advies (13,6%) vb. bedrijven begeleiden bij opmaak van opleidingsplannen, werknemers begeleiden die getroffen werden door herstructurering of faillissement, kennis ter beschikking stellen van SERV voor de opmaak van beroepsprofielen, Educatief materiaal (3,3%) vb. het ontwikkelen en beschikbaar stellen van educatief materiaal aan leerkrachten Financiële instrumenten (5,3%) vb. doorstroompremies voor scholen en jongeren, opleidingspremies voor bedrijven en werknemers, Opleiding (14,8%) vb. organiseren van opleidingen rond basiscompetenties voor laaggeschoolde werknemers, beroepsopleidingen voor werkzoekenden, bijscholingen voor werknemers en leerkrachten, Project (3,4%) vb. participeren of opzetten van projecten vb. WELP-project 2 De specifieke diversiteitsacties werden niet meegeteld aangezien zij een mix zijn van acties met resultaten op korte termijn en acties met resultaten op middellange en lange termijn. februari
10 Werkervaringsprojecten (3,8%) vb. aanbieden van aantal werkervaringsplaatsen en stages aan leerlingen, verhogen van kwaliteit van werkervaringsplaatsen, Specifieke diversiteitsactie vb. laagdrempelig maken van educatief materiaal voor kansengroepen, Acties met resultaten op middellange en lange termijn (55,9%): Afsluiten contract/convenant (1,4%) vb. afsluiten convenants met onderwijs Evenement (1,6%) vb. organiseren van examen, wedstrijden, doe-dagen, Informeren en sensibiliseren (15,9%) vb. informeren van bedrijven en werknemers over opleidingsaanbod, premies, leertijd, loopbaandienstverlening, Monitoring (2,9%) vb. gebruik van opleidingsaanbod nagaan, kwaliteit opleidingen opvolgen, Onderzoek (12,3%) vb. uitwerken beroepsprofielen, ontwikkelen van methodiek om opleidingen te evalueren, Opmaak actieplan/programma (1,1%) vb. actieplan voor promotie van opleidingen bij bedrijven Overleg (7,9%) vb. overleg met VDAB over toeleiding van werkzoekenden, overleg met onderwijs over opleidingsvernieuwing, Pers (0,1%) vb. organisatie van perscampagne om sector in beeld te brengen Promotie (12,6%) vb. promoten van secundaire opleidingen die leiden tot job in de sector, promotie voor eigen opleidingsaanbod bij bedrijven en werknemers, Specifieke diversiteitsactie vb. sectorale non-discriminatiecode promoten, Sommige acties komen typisch voor onder een bepaalde doelstelling of thema vb. werkervaringsprojecten komen voor bij ondersteunen van systemen van afwisselend leren en werken (tewerkstellingsplaatsen) en bij meer en kwaliteitsvolle stages. Afsluiten contract/convenant komt veelal voor onder stimuleren van samenwerking met scholen (gemeenschappen). Ander acties overschrijden de thema s en doelstellingen omdat ze overal kunnen ingezet worden bijvoorbeeld promotie en informeren en sensibiliseren. In Tabel 1 staan de meest voorkomende actietypes vermeld per thema, met tussen haakjes het aandeel van dit type actie in het totaal van alle acties voor dit thema. februari
11 Tabel 1: Belangrijkste actietypes per thema Thema Belangrijkste actietypes Bruggen tussen leren en werk - Promotie (14,3%) - Opleiding (12,8%) - Informeren en sensibiliseren (11,1%) Bruggen naar werk: opleidings- en competentiebeleid - Opleiding (18,7%) - Begeleiding- en advies (16,6%) - Informeren en sensibiliseren (15,9%) Modules - Informeren en sensibiliseren (20,2%) - Begeleiding en advies (16,2%) - Overleg (15,2%) Diversiteit - Informeren en sensibiliseren (33,6%) - Specifieke diversiteitsactie (20,8%) Bron: IDEA Consult Uit de tabel valt af te lezen dat zowel bij de thema s Bruggen tussen leren en werk en Bruggen naar werk vaak opleidingen als actie voorkomen. We kunnen verwachten dat de combinatie van opleiding en begeleiding en advies bij het thema Bruggen naar werk op korte termijn al resultaten kan geven. Bij het thema Bruggen tussen leren en werken worden naast opleidingen veelal acties ingezet waarvan de impact op langere termijn zichtbaar zal worden, namelijk informeren en sensibiliseren en promotie. Er valt op te merken dat informeren en sensibiliseren bij elk thema voorkomt. Bij het thema diversiteit is dit het belangrijkste instrument, gevolgd door specifieke diversiteitsacties. De resultaten van de acties zullen dan ook pas op middellange termijn en lange termijn zichtbaar worden. februari
12 3.2 Typologie van de doelgroepen In het kader van de opmaak van de evaluatiefiche (cf. supra) werd naast een typologie van de acties ook een typologie van de doelgroepen ontwikkeld. Hiervoor baseerden we ons op de actiebeschrijving en de algemene doelstellingen waartoe de actie behoort in de sectorconvenants. De actie kon ofwel op een ruime doelgroep (2,2%) gericht zijn door bijvoorbeeld promotie van de sector naar het brede publiek toe via gemakkelijke toegankelijke kanalen zoals tv, kranten, websites etc. Daarnaast kon een actie meer gericht zijn op een bepaald publiek. Indien meerdere doelgroepen (10,1%) werden vooropgesteld, werd dit aangeduid. Indien één doelgroep werd vooropgesteld dan werd deze doelgroep meer in detail opgenomen. We geven voor elke van de mogelijkheden enkele voorbeelden aan en vermelden tussen haakjes het aandeel acties gericht op een bepaalde doelgroep in het totaal van alle acties. Bedrijven (18,4%) vb. informeren over het sectorale opleidingsaanbod en premies waarop ze kunnen rekenen, gebruik stimuleren van stages en tewerkstellingsplaatsen, Eigen sector (19,2%) vb. onderzoek naar het gebruik van het sectorale opleidingsaanbod, monitoring en evaluatie van maatregelen, opmaak van beroepsprofielen, Kansengroepen (2,6%) vb. vooropleidingen voor kansengroepen, extra begeleiding bij het zoeken naar werk in de sector, Leerlingen (11,4%) vb. promotie van werken in de sector en opleidingen die leiden tot een job in de sector, gratis opleidingen en examens, Onderwijsinstellingen en opleidingscentra (12,7%) vb. convenantwerking met scholen, ontwikkelen van cursusmateriaal, premie voor doorgestroomde jongeren, Onderwijzend personeel (4,2%) vb. organiseren van bijscholingen voor leerkrachten, promoten van job-to-job-uitwisselingen, informeren van CLB s over opleidingen die leiden tot een job in de sector, Vrouwen (0,2%) vb. specifiek opleidingsaanbod organiseren voor vrouwen, promotiecampagne om vrouwen aan te trekken tot een opleiding of een job in de sector, Werknemers (10,0%) vb. opleidingen rond basiscompetenties, promotie voor het toetreden tot een titeltraject, Werkzoekenden (5,2%) vb. voorzien van beroepsopleidingen, stimuleren van instappen in IBO-systeem, screening en toeleiding van werkzoekenden naar knelpuntberoepen, Andere ( 1,9%) vb. overleg met RESOC en SERV, samenwerking met RTC s, overleg met VDAB over toeleiding van werkzoekenden, uitwisseling van good practices met andere sectoren, Het gebeurt dat niet uit de sectorconvenant valt af te leiden wat de doelgroep van een bepaalde actie is. Dit werd aangeduid met onduidelijk (1,9%). februari
13 De mate waarin een doelgroep voorkomt hangt sterk samen met de thema s en algemene doelstellingen. In de volgende tabel staan per thema de belangrijkste doelgroepen opgelijst, met tussen haakjes het aandeel van de acties gericht op een bepaalde doelgroep in het totaal van alle acties voor dit thema. Tabel 2: Belangrijkste doelgroepen per thema Thema Belangrijkste doelgroepen Bruggen tussen leren en werk - Leerlingen (25,1%) - Onderwijsinstellingen en opleidingscentra (22,8%) - Eigen sector (16,9%) Bruggen naar werk: opleidings- en competentiebeleid - Bedrijven (24,1%) - Eigen sector (20,3%) - Werknemers (19,4%) Modules - Eigen sector (27,7%) - Bedrijven (23,4%) Diversiteit - Bedrijven (44,8%) - Eigen sector (23,2%) Bron: IDEA Consult Acties die horen bij het thema Bruggen tussen leren en werken zijn typisch gericht op leerlingen, onderwijsinstellingen en opleidingscentra. Daarnaast zien we dat acties bij het thema Bruggen naar werk zoals verwacht vaak gericht zijn op bedrijven en werknemers. Er valt op te merken dat vaak de eigen sector als doelgroep staat aangeduid. Dit is het geval bij de verschillende thema s. Vaak gaat het in deze gevallen om acties die overleg met overheidsinstanties of overleg met andere actoren inhouden of om het uitvoeren van een onderzoek waaraan men op basis van de resultaten nadien concrete acties kan koppelen. Hoewel zou kunnen verwacht worden dat kansengroepen één van de belangrijkste doelgroepen is bij het thema diversiteit, blijkt dat de acties vooral gericht zijn op de bedrijven vb. via ondersteuning bij de opmaak van diversiteitsplannen. De kansengroepen zijn in dit geval wel de uiteindelijke begunstigden van deze plannen. Slechts 8% van de acties spitst zich exclusief toe op kansengroepen. februari
14 3.3 Stand van zaken van de acties Voor de sectoren waarvoor een opvolgingsrapport beschikbaar was, kon op basis van de rapportage een stand van zaken van de acties na het eerste werkingsjaar opgemeten worden. Er zijn zes mogelijkheden: Lopend (56,0%): dit is veelal bij de acties die typisch voor de hele periode gelden o.a. promotie en opleidingen Afgelopen met vervolg (6,8%): de actie werd uitgevoerd en een vervolgactie is gepland voor het tweede werkingsjaar Afgelopen zonder vervolg (8,6%): een actie werd uitgevoerd maar geen vermelding van een vervolgactie Stopgezet (2,7%): de actie werd volledig afgelast of tijdens de uitvoering stopgezet Gepland (18,0%): de actie is gepland voor het tweede werkjaar of in het opvolgingsrapport werd niets opgenomen wat betreft de uitvoering Onduidelijk (8,0%): indien niet duidelijk is wat de stand van zaken van de actie is Omdat het een tussentijdse evaluatie, is een belangrijk aandeel van de acties nog lopend (56%). Het gaat vaak om acties die geen echt einde kennen zoals geven van opleidingen, overleg met scholen, sensibiliseren van bedrijven. 18% van de acties is gepland maar nog niet uitgevoerd of niet gerapporteerd in het opvolgingsrapport. 15,4% van de acties zijn afgelopen (8,6% zonder vervolg en 6,8% met vervolgactie). Voor 8% van de acties is het niet duidelijk wat de stand van zaken is. Een kleine 3% van de acties werd voor of tijdens de uitvoering stopgezet. De cijfers liggen voor alle thema s in dezelfde lijn. Tussen de verschillende sectoren onderling zijn soms wel belangrijke verschillen te merken. februari
15 3.4 Effectiviteit In een vierde stap van de inhoudelijke analyse gaan we dieper in op de effectiviteit van de acties. Dit is opnieuw enkel mogelijk voor die sectoren waarvoor een opvolgingsrapport beschikbaar was. We kijken na in welke mate de kwalitatieve en kwantitatieve doelstellingen die werden vooropgesteld in de sectorconvenants voor het eerste werkingsjaar behaald zijn a.d.h.v. het opvolgingsrapport. Het is mogelijk dat de actie over de twee werkingsjaren doorloopt maar hier werd geen rekening mee gehouden in de beoordeling tenzij expliciet doelstellingen voor het eerste jaar werden vooropgesteld. In dit geval kon worden beoordeeld of de doelstellingen voor het eerste werkingsjaar werden behaald of niet. Zoals reeds werd uiteengezet in hoofdstuk 2 zijn in de evaluatiefiche vier mogelijkheden opgenomen: Ja (53,7%): alle kwalitatieve en eventuele kwantitatieve doelstellingen zijn behaald Nee (21,8%): de kwalitatieve en eventuele kwantitatieve doelstellingen zijn niet of (nog) niet allemaal behaald Onduidelijk (9,4%): uit de opvolgingsrapportage valt niet duidelijk af te leiden of alle kwalitatieve en eventuele kwantitatieve doelstellingen behaald zijn Niet gerapporteerd (15,1%): in de opvolgingsrapportage werd niets vermeld over de uitvoering en de resultaten van de actie We moeten wijzen op het feit dat niet alle acties in de sectorconvenants even concreet werden geformuleerd en dat dit de resultaten kan beïnvloeden. Globaal kunnen we stellen dat over alle sectoren heen voor meer dan de helft van de acties de doelstellingen zijn behaald. Voor één op vijf van de gevallen werden de vooropgestelde doelstellingen niet behaald. Bij één op vier van de acties was geen uitspraak mogelijk omdat geen resultaten werden gerapporteerd (15%) of omdat vaag werd gerapporteerd (9,4%). Opnieuw zijn er geen grote verschillen in effectiviteit tussen de verschillende thema s te merken. Tussen de verschillende sectoren onderling zijn wel belangrijke verschillen op te merken die kunnen te wijten zijn aan de wijze waarop de acties worden beschreven in de sectorconvenant en gerapporteerd in het opvolgingsrapport. februari
16 3.5 Analyse modules De convenant is opgesteld volgens een vaste structuur bestaande uit een aantal luiken die verder worden onderverdeeld in een aantal inhoudelijke artikels. Deze artikels omschrijven de inhoudelijke doelstellingen die men met de convenant wil bereiken. Het is aan de sectoren om deze artikels (algemene doelstellingen) verder te concretiseren in een aantal acties. Sectoren zijn evenwel niet verplicht acties te ondernemen onder elk van de artikels. Artikels die door meerdere sectoren niet werden opgenomen in de convenant zijn: Art.6: Ondersteunen Regionale Technologiecentra Art.7: Peterschap Art.12: Aangaan van partnerschappen in het kader van competentiecentra Art.13: Begeleiding bij herstructurering Naast de 3 vaste luiken: Luik1: Bruggen tussen leren en werk, Bruggen naar werk: opleidings- en competentiebeleid en Diversiteit, kunnen de sectoren een aantal bijkomende modules definiëren. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de modules die werden gedefinieerd door de verschillende sectoren. Tabel 3: Modules in sectorconvenants Voorkomende modules Aantal sectoren Versterken van de screening en toeleiding van werkzoekenden 9 Mobiliteit 7 Evenwichtige combinatie tussen gezin en arbeid 3 Verhogen van de werkbaarheid door werkstress te voorkomen 3 Veiligheid 1 Duurzame tewerkstelling 1 Coördinatie sociaal overleg 1 Oudere werknemers 1 Communicatie 1 Arbeidsmarktanalyse 1 Opmaak sectorfoto 1 Klaverbladfinanciering en opmaak masterplan diensteneconomie 1 Pilootproject: Allochtonen in de sportsector 1 Onthaal nieuwe werknemers 1 Samenwerking jobkanaal 1 Versterken visibiliteit van de sector bij kansengroepen 1 Aantal sectoren die geen module hebben toegevoegd aan convenant 8 februari
17 We zien dat heel wat sectoren gebruik maken van de mogelijkheid om nog één of meerdere additionele modules toe te voegen aan de convenant die relevant zijn voor de eigen sector. In de modelconvenant worden enkele suggesties naar voor geschoven van bijkomende modules, met name: Nastreven van een evenwichtige combinatie tussen gezin en arbeid Mobiliteit Versterken van de screening en toeleiding van werkzoekenden Verhogen van de werkbaarheid door werkstress te voorkomen Uit de analyse blijkt dat deze modules ook door meerdere sectoren worden opgenomen. De andere bijkomende modules worden zelf door de sector gedefinieerd en komen dan ook maar 1 keer voor. 8 sectoren opteerden ervoor om geen enkele bijkomende module op te nemen. 3.6 Analyse inhoudelijke thema s De sectorconvenants bevatten engagementen met betrekking tot diverse thema s, zoals opleiding en diversiteit. Op basis van de verzamelde informatie uit 24 sectorconvenants en de opvolgingsrapporten van 18 sectoren gaan we dieper in op vijf belangrijke thema s die in de meerderheid van de convenants aan bod komen. De volgende thema s komen hierbij aan bod: - Stages en werkervaringsplaatsen - Diversiteit - Basiscompetenties - Opleidingen - Herstructurering Stages en werkervaringsplaatsen Type acties Voor het realiseren van de beleidsdoelstellingen op vlak van stages en werkervaring worden uiteenlopende acties uitgevoerd door de sectoren. We maken hierbij een onderscheid tussen acties gericht op het verhogen van het aantal stage- en werkervaringsplaatsen en acties gericht op het verbeteren van de kwaliteit van de stages. (a) verhogen van het aantal stage- en werkervaringsplaatsen De belangrijkste actie op dit terrein is het concreet aanbieden van stage- en/of werkervaringsplaatsen. De stageplaatsen kunnen aangeboden worden aan leerlingen, maar ook aan onderwijzend personeel (vb. stages voor leerkrachten in de grafische sector). Bepaalde sectoren (vb. horeca) gaan via onderzoek eerst na waar er tekorten zijn, om vervolgens via gerichte acties de tekorten te remediëren. Een tweede groep van acties is gericht op bedrijven. Het gaat hier om het prospecteren van individuele bedrijven en zoeken van stage- en werkervaringsplaatsen of algemene promotie-acties gericht op het openstellen van stage- en werkervaringsplaatsen. februari
18 Bepaalde sectoren (o.a. grafische sector, groene sectoren) voeren promotie voor het gebruik van de DIVA-stagedatabank. Een derde groep van acties is gericht op het onderwijs. In dit geval bestaan de acties uit overleg met onderwijs om de uitwerking van leer-werkplaatsen te stimuleren (vb. bij elektriciens) of het voeren van promotie in het onderwijs voor stages door middel van bedrijfsbezoeken, website,. (vb. in grafische sector). De afspraken met onderwijs kunnen ook vastgelegd worden in een convenant met het onderwijs. In een aantal sectoren experimenteert men ook met een nieuw systeem van kijkstages van één dag om leerlingen in contact te brengen met de industrie (vb. scheikundige sector). (b) verbeteren van de kwaliteit van stages en werkervaringsplaatsen Stages kunnen kwalitatief verbeterd worden bijvoorbeeld door een gestructureerde aanpak van de begeleiding van stagiairs. Het gebruik van een stage-doeboek kan hiertoe een nuttig instrument zijn. Voorbeeldsectoren van dit soort actie zijn de internationale handel en social profit (ontwikkelen van een stage-doe-boek) en de grafische sector (promoten stage-doeboek). Het verbeteren van de kwaliteit van stages gebeurt in heel wat sectoren ook door het inzetten van peter- en meterschapsformules. In de horeca werkt men aan de certificering van erkende leerwerkbedrijven en stageplaatsen. Andere acties hebben het onderwijzend personeel als doelgroep, bijvoorbeeld via het stimuleren van de opleidingscentra en leveranciers van nieuwe apparatuur om hun programma-aanbod ook open te stellen als bijscholingsprogramma s voor leerkrachten/docenten (vb. grafische sector, kappers, voeding). Uitwisselingsprogramma s tussen leerkrachten en werknemers behoren ook tot de mogelijkheden. In de houtsector wordt dit soort actie momenteel onderzocht. In de sector van internationale handel wordt gewerkt aan het matchen van de stagevraag van het onderwijs met het stage-aanbod van de bedrijven om zo meer en kwalitatief betere stagetrajecten uit te werken. Indicatoren inzake stages en werkervaringsplaatsen De meest voorkomende indicatoren rond dit thema zijn: - het aantal bedrijfsbezoeken afgenomen in het kader van prospectie naar stage en/of werkervaringsplaatsen - het aantal stageplaatsen voor leerlingen - het aantal stageplaatsen voor leerkrachten - het aantal werkervaringsplaatsen Uit een onderzoek van de sectorconvenants en opvolgingsrapporten kunnen we afleiden dat vele sectoren engagementen formuleren rond het aantal te prospecteren bedrijven waar stages en werkervaringsplaatsen gezocht zullen worden, maar veel minder vaak rond het concrete aantal stages en/of werkervaringsplaatsen dat aangeboden zal worden vanuit de sector. Verder kunnen we opmerken dat eenzelfde bedrijfsbezoek vermoedelijk gebruikt wordt om diverse thema s aan te kaarten bij bedrijven (bv. sensibilisering rond diversiteitsplannen of andere diversiteitsacties, stageplaatsen, opleiding, ). februari
19 Zowel in de convenant als in het opvolgingsrapport wordt zelden toelichting gegeven bij de gehanteerde indicatoren. Dit leidt onvermijdelijk tot verschillende interpretaties en invullingen. Zo is het bijvoorbeeld niet duidelijk of de cijfers verwijzen naar het aantal nieuwe (bijkomende) stage- en werkervaringsplaatsen in 1 jaar of het totaal aantal in de sector. In bepaalde gevallen geeft de convenant een doelstelling inzake nieuwe plaatsen, terwijl het opvolgingsrapport enkel een cijfer geeft voor de totale sector. In uitzonderlijke gevallen (bv. social profit) wordt een onderscheid gemaakt tussen aantal aangeboden en ingevulde stageplaatsen. De sector van de kappers maakt een onderscheid tussen aantal stageplaatsen en aantal stagairs. Engagementen versus realisaties Tabel 4 en Tabel 5 geven een overzicht van het aantal stage- en werkervaringsplaatsen in de diverse sectoren. Waar mogelijk worden de engagementen vergeleken met de gerealiseerde stage- en werkervaringsplaatsen. In totaliteit bekomen we een engagement van minstens stageplaatsen voor leerlingen uit voltijds beroepsonderwijs (exclusief social profit) en werkervaringsplaatsen voor leerlingen uit deeltijds beroepsonderwijs. Daarnaast is er ook een totaal engagement van 97 stageplaatsen voor leerkrachten. Dit laatste is wel beperkt tot een aantal sectoren. Het totaal aantal gerealiseerde stage- en werkervaringsplaatsen ligt lager dan de vooropgestelde cijfers, maar dit beeld is niet volledig correct aangezien de realisaties van diverse sectoren nog niet meegeteld werden (omdat opvolgingsrapport hieromtrent geen cijfers aangaf, omdat opvolgingsrapport van eerste werkingsjaar niet beschikbaar was of niet verwerkt werd in dit onderzoek). Door het grote aantal ontbrekende gegevens is het erg moeilijk een beeld te vormen van het totaal aantal stage- en werkervaringsplaatsen. Andere belemmerende factoren zijn de uiteenlopende definities (bv. aangeboden versus ingevulde plaatsen) en het feit dat de cijfers voor bepaalde sectoren niet verwijzen naar de nieuwe plaatsen gecreëerd tijdens het eerste werkingsjaar van de convenant (vb. lokale besturen, social profit). Tabel 4: Aantal stageplaatsen voor leerlingen en leerkrachten ANPCB Bedienden Aantal stageplaatsen voor leerlingen Aantal stageplaatsen voor leerkrachten Engagement Realisaties Kansengroepen Engagement Realisaties Actie opgenomen, geen cijfers (niet verwerkt) Actie opgenomen, geen cijfers (niet verwerkt) Autosector Geen acties - Binnenscheepvaart 60 (niet beschikbaar) 12 (niet beschikbaar) Bouw Elektriciens Geen acties (niet verwerkt) Goederenvervoer Grafische sector kijkstages geen cijfers Groensectoren Actie opgenomen, geen cijfers geen cijfers 10 geen cijfers februari
20 Horeca Houtsector Internationale handel Kappers Actie opgenomen, geen cijfers geen aantallen Aandeel allocht., andersvaliden, vrouwen enkel doelst, geen result. Kappers: 1300 Fitness en schoonheidszorgen: 25 Kappers: 790 stageplaatsen en 2000 stagiairs Fitness en schoonheidszor gen: 38 Lokale besturen 250 In rapport: geen aantal nieuwe plaatsen (wel totaal: 5433); Bijkomende info: 490 extra plaatsen Aandeel allocht., andersvaliden, leefloners, enkel doelst, geen result Metaal arbeiders 2 (hoger onderwijs) (niet verwerkt) 50 (niet verwerkt) Metaal bedienden Geen acties (niet verwerkt) Montage Personenvervoer Geen acties - Scheikundige nijverheid 500 (voltijds beroepsonderwijs) (niet beschikbaar) 30 (niet beschikbaar) 25 (hoger onderwijs) Social Profit geen aantallen Textielsector Uitzendsector Geen acties - Verhuissector Geen acties - Vermakelijkheidsbe drijven Geen acties - Voeding TOTAAL 6579 (excl. social profit) februari
21 Tabel 5: Aantal werkervaringsplaatsen Engagement Realisaties Specifieke doelgroepen ANPCB Bedienden 100 (niet verwerkt) Autosector Geen acties - Binnenscheepvaart 30 (niet beschikbaar) Bouw aandeel allochtonen:.7% doelst.; 5,6% bereikt 160 (Alternerende bouwopl.) 127 ((lternerende bouwopl.) aandeel allochtonen:.7% doelst.; 10,3% bereikt Elektriciens 24 (niet verwerkt) aandeel allochtonen: 10% doelst. Goederenvervoer Grafische sector 10 5 Groensectoren 5 11 aandeel allochtonen:. 20% doelst.; 28,5% bereikt Horeca 40 geen resultaten in rapport - 26 (aantal lln in ILW) Houtsector Aantal allochtonen: geen doelst.; 7 lln. bereikt Internationale handel Geen acties - Kappers Geen acties - Lokale besturen 120 (WEP) 127 (WEP) Aandeel allocht., andersvaliden, leefloners, enkel doelst, geen result. Metaal arbeiders 50 (niet verwerkt) Metaal bedienden Geen acties (niet verwerkt) Montage 8 6 Personenvervoer Actie opgenomen, geen aantallen geen cijfers Scheikundige nijverheid (niet beschikbaar) Social Profit (ingevuld) 602 (aangeboden) Textielsector Aantal allocht.meisjes: 10 doelst; 0 gerealiseerd Uitzendsector Geen acties - Verhuissector Vermakelijkheidsbe drijven Geen acties - Voeding Aandeel allocht., enkel doelst, geen result. TOTAAL (aantal nieuwe ILW-contracten) februari
22 3.6.2 Diversiteit Type acties Diversiteit is een horizontaal aandachtspunt dat aan bod komt in alle sectorconvenants. Het type acties dat hieromtrent ondernomen wordt is - in alle sectoren - erg uiteenlopend. Op basis van de convenants en opvolgingsrapporten kunnen we afleiden dat de meerderheid van de diversiteitsacties behoren tot de groep van informerende en sensibiliserende acties. Diversiteit is daarnaast een belangrijk aandachtspunt in heel wat opleidingen en acties gericht op het bevorderen van basiscompetenties. Bepaalde sectoren engageren zich tot specifieke doelstellingen voor het bereik van allochtonen, ouderen, jongeren en langdurig werkzoekenden in de gerealiseerde opleidingsacties of voorzien extra opleidingen voor kansengroepen. Er zijn daarnaast ook heel wat sectoren die in hun aanbod van stages en werkervaringsplaatsen extra inspanningen verrichten naar kansengroepen. Om een beeld te geven van het soort activiteiten dat sectoren uitvoeren rond diversiteit geven we per type actie enkele voorbeelden. (a) informeren en sensibiliseren - verspreiden van informatie over diversiteitsbeleid naar bedrijven via brochures, bedrijfsbezoeken (vb. auto, electriciens) - bedrijven stimuleren om diversiteitsplannen en projecten op te stellen - infosessie rond diversiteitsplan in samenwerking met VDAB en RESOC (vb. internationale handel) - bedrijven doorgeven die geïnteresseerd zijn in diversiteitsplan - getuigenis van bedrijven verzamelen rond voorbeelden van goede praktijk qua kansengroepenbeleid en kenbaar maken van informatie via mail in middens van technische scholen met voor de sector relevante opleidingen (vb. scheikundige nijverheid) - non-discriminatiecode verspreiden en bekend maken (vb. grafische sector, horeca) - stimuleren en informeren van bedrijven omtrent bestaande financiële tegemoetkomingen teneinde in hun arbeidsorganisatie kansengroepen te integreren en diversiteitsplannen te implementeren in samenwerking met de RESOC's/SERR's (vb. verhuis) - actieve deelname aan studiedagen over tewerkstelling van kansengroepen/diversiteit - ondernemingen stimuleren om werkervaringsplaatsen te voorzien voor jongeren uit kansengroepen (groene sectoren) (b) begeleiding en advies - sectorconsulenten bieden ondersteuning bij prospectie van diversiteitsplannen in samenwerking met RESOC - extra ondersteuning bieden aan allochtone jongeren bij NT2 of Nederlands op de werkvloer (vb. groene sectoren) - cursusmateriaal aanpassen naar behoeften van verschillende kansengroepen (vb. montage) februari
23 (c) promotie/pers - promoten van de sectorale non-discriminatie code op bedrijfsniveau en bedrijven stimuleren om deze op te nemen in het arbeidsreglement (electriciens, binnenscheepvaart) - folder voor beroepskeuzes ontwikkelen die laagdrempelig is qua taalgebruik (groene sectoren) - via artikels in vakpers en bedrijfsbezoeken werkgevers aansporen laaggeschoolde werknemers opleiding te laten volgen (bevorderen van basiscompetenties groene sectoren) (d) overleg - overleg met andere sectoren rond diversiteitsbeleid (vb. ANPCB) - overleg met bevoorrechte diversiteitspartners (vb. auto) - optimaliseren van de samenwerking met RESOC's en ERSV s optimaliseren (vb. auto) - actieve participatie aan SERV-netwerk Diversiteit en Kansengroepen (vb. bouw) - samenwerking met structurele projecten van interprofessionele sociale partners die actief zijn op vlak van tewerkstelling van kansengroepen - in overleg treden met VDAB om tot een beter registratie-instrument inzake het meten van allochtonen te komen (e) monitoring - jaarlijks in kaart brengen van de evolutie van de instroom van kansengroepen (grafische sector) (f) project - deelname aan een Equal of ESF-project rond diversiteit (vb. Social Profit met EQUAL project United colours of nursing voor allochtonen) (g) financiële instrumenten - extra subsidies ter beschikking stellen voor opleidingen voor kansengroepen (montage) Diversiteitsacties in de sectorconvenants zijn niet altijd duidelijk omschreven, waardoor de opvolging moeilijk of niet kan gebeuren. Enkele voorbeelden van vage acties zijn: - Geregeld een onderzoek voeren naar diversiteit in de sector - Specifieke acties opzetten als uit diversiteitsanalyse blijkt dat onvoldoende inspanningen geleverd zijn voor welbepaalde doelgroep terwijl er wel tewerkstellingskansen zijn - Rekening houden met ondersteuning die nodig is voor toepassing van NT2 of NODW - Aandacht besteden aan goede communicatie naar jongeren uit kansengroepen binnen de loop van het onderwijs die voor een beroepskeuze staan februari
24 Indicatoren inzake diversiteitsacties De meest bekende indicator rond dit thema is het aantal afgesloten diversiteitsplannen. Varianten op deze indicator zijn het aantal klassieke diversiteitsplannen, het aantal instapplannen, het aantal groeiplannen en het aantal clusterdiversiteitsplannen. Zoals hiervoor reeds geïllustreerd worden er rond diversiteit heel wat meer acties ontwikkeld dan het afsluiten van diversiteitsplannen. Op dit ogenblik zijn er echter weinig eenvoudige en uniforme indicatoren in gebruik rond deze andere acties, met uitzondering van bijvoorbeeld het aantal bedrijfsbezoeken of deelnemers aan infosessies die wel vaak gehanteerd worden om het resultaat van informerende en sensibiliserende acties te meten. Zowel de engagementen als de realisaties worden ook vaak alleen in kwalitatieve termen (in (soms uitgebreide) tekstvorm) gerapporteerd. Een voorbeeld van een actie is bijvoorbeeld het aanpassen van een brochure aan kansengroepen. Bij de realisaties lezen we soms dat de brochure effectief werd aangepast aan kansengroepen, maar niet hoe dit resultaat bereikt werd. Engagementen versus realisaties Tabel 6 geeft een overzicht van het aantal diversiteitsplannen gepland en gerealiseerd in de verschillende sectoren. Heel wat sectoren engageren zich tot het afsluiten van diversiteitsplannen in hun sector, maar formuleren hieromtrent geen streefcijfer in de convenant. In de opvolgingsrapporten vinden we over het algemeen wel een kwantificering van het aantal afgesloten diversiteitsplannen. Slechts in 4 sectoren wordt een onderscheid gemaakt naar type diversiteitsplan (klassiek, instap, groei en clusterplan). Op basis van de beschikbare informatie kunnen we afleiden dat er in totaliteit 158 diversiteitsplannen vooropgesteld werden en dat er minstens 240 gerealiseerd werden. februari
25 Tabel 6: Aantal diversiteitsplannen Engagement Realisaties Specifieke doelgroepen/plannen ANPCB Bedienden Acties, geen cijfers (niet verwerkt) Autosector Binnenscheepvaart Geen acties (niet beschikbaar) Bouw Actie opgenomen, geen cijfers geen aantallen Elektriciens 6 (niet verwerkt) Goederenvervoer Acties, geen cijfers Grafische sector 15 3 Clusterplannen: actie, maar geen cijfers Groensectoren Acties, geen cijfers Horeca Geen cijfers 5 Houtsector 7 8 Internationale handel Kappers Geen cijfers 5 Instapplannen: geen doelst.; 3 gerealiseerd Geen acties Groeiplannen: geen doelst.; 7 gerealiseerd Clusterplannen: geen doelst.; 1 gerealiseerd Lokale besturen Klassieke plannen: geen doelst.; 10 gerealiseerd Metaal arbeiders Metaal bedienden Montage Personenvervoer Scheikundige nijverheid Acties, geen cijfers Acties, geen cijfers Geen acties Acties, geen cijfers (niet beschikbaar) Instapplannen: geen doelst.; 6 gerealiseerd Groeiplannen: geen doelst.; 7 gerealiseerd Clusterplannen: 4 gepland; 3 gerealiseerd Social Profit Instapplannen: geen doelst.; 14 gerealiseerd Textielsector Uitzendsector Verhuissector Geen cijfers 1 Vermakelijkheidsbe drijven Geen acties Voeding TOTAAL: Klassieke plannen Instapplannen - 23 Groeiplannen - 47 Clusterplannen 4 14 Groeiplannen: geen doelst.; 33 gerealiseerd Clusterplannen: geen doelst;10 gerealiseerd februari
26 Diversiteitstoets Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit zijn een van de beleidsprioriteiten uit de beleidsnota werk. Er werd voor geopteerd dit thema niet als een aanvullende pijler te voorzien, maar als een horizontaal aandachtspunt dat door de twee andere pijlers heenloopt. Dit betekent dat een (kwalitatieve en/of kwantitatieve) diversiteitstoets wordt ingevoerd bij elk artikel van het convenant. De diversiteitstoets bestaat uit twee stappen: 1. de sector als drager van diversiteit 2. de diversiteitstoets bij elk van de (relevante) acties De diversiteitstoets bestaat uit drie vragen en een aantal deelvragen die peilen naar kwantitatieve doelstellingen en kwalitatieve doelstellingen om de aanwezigheid van kansengroepen in de maatregel te waarborgen. Er wordt tevens gevraagd hoe dit zal aangepakt worden en met welke actoren men hiervoor zal samenwerken. Een inhoudelijke analyse van het thema diversiteit vindt u terug in hoofdstuk 3. Hier gaan we kijken naar de wijze waarop de diversiteitstoets werd gehanteerd en ingevuld 1) in de convenant en 2) in het opvolgingsrapport. In de convenant zijn we gaan kijken of de diversiteitstoets werd opgenomen of niet. Als ze werd opgenomen hebben we een onderscheid gemaakt tussen: een diversiteitstoets die opgenomen is bij een actie die exclusief op kansengroepen is gericht en een diversiteitstoets die bij een actie hoort waar naast een bepaalde doelgroep ook bijkomende aandacht wordt besteed aan kansengroepen. We hebben bij onze evaluatie ruim geïnterpreteerd. Als er bij een actie iets werd opgenomen rond kansengroepen (soms redelijk vaag), werd bij die actie aangegeven dat de toets aanwezig was. Onderstaande tabel geeft het overzicht van de resultaten over de 24 sectoren heen. Tabel 7: Diversiteitstoets in de convenants DT bijkomende aandacht voor kansengroepen DT exclusief kansengroepen DT niet opgenomen DT is vaag opgenomen TOTAAL Aantal acties 24 sectoren % 13,2% 12,3% 66,7% 7,8% 100% Aantal acties 18 sectoren* % 10,6% 14,3% 67% 8,2% 100% * excl. die sectoren waarvan opvolgingsrapport niet werd verwerkt: bedienden, chemie, metaal arbeiders, metaal bedienden, elektriciens, binnenscheepvaart februari
27 We zien dus dat voor 67% van de acties geen diversiteitstoets wordt opgenomen. Uiteraard is een diversiteitstoets niet voor alle acties relevant maar we kunnen toch besluiten dat ze ook niet wordt opgenomen wanneer dit wel het geval zou moeten zijn. Bovendien komt het ook voor dat er een diversiteitstoets wordt opgenomen maar dat die volledig niet beantwoord aan wat men onder de diversiteitstoets verstaat. In dit geval hebben we de mogelijkheid vage diversiteitstoets gebruikt. Wanneer we opvolgingsrapporten analyseerden hebben we een gelijkaardige oefening gemaakt voor de wijze van rapportering van de diversiteitstoets. We zijn gaan kijken of er kwantitatieve of kwalitatieve resultaten werden weergegeven, of de diversiteitstoets eerder vaag werd gerapporteerd of helemaal niet. Volgende tabel vat de resultaten samen. Tabel 8: Resultaten diversiteitstoets in de opvolgingsrapporten Goed kwalitatief Goed kwantitatief Niet gerapporteerd Vaag gerapporteerd TOTAAL Aantal acties 18 sectoren* % 5.0% 5.9% 86.5% 2.6% 100% * excl. die sectoren waarvan opvolgingsrapport niet werd verwerkt: bedienden, chemie, metaal arbeiders, metaal bedienden, elektriciens, binnenscheepvaart We stellen vast dat voor het overgrote deel van de acties (86,5%) geen resultaten worden gerapporteerd omtrent de diversiteitstoets, noch kwalitatief, noch kwantitatief. Hiervan moeten we die acties aftrekken die ook geen diversiteitstoets hadden opgenomen in de sectorconvenant (zie Tabel 7). Dan zijn er nog 229 acties over waarvoor wel een diversiteitstoets werd opgenomen in de sectorconvenant maar geen resultaten hieromtrent werden gerapporteerd. Een klein deel hiervan kunnen acties zijn die nog gepland zijn voor het tweede werkingsjaar. Enkele sectoren die een goed kwalitatieve omschrijving gaven rond kansengroepen in hun opvolgingsrapport zijn de verhuissector en de artistieke sector. Een goed voorbeeld van kwantitatieve rapportering inzake kansengroepen is de sector van de internationale handel. Hier werd bijvoorbeeld het aantal cursisten en stageplaatsen steeds opgesplitst naar kansengroepen (allochtonen, personen met een handicap, laaggeschoolden, ). We kunnen concluderen dat - ondanks het bestaan van een handleiding rond de diversiteitstoets met verschillende praktische voorbeelden per artikel de diversiteitstoets nog onvoldoende wordt toegepast in de praktijk. De diversiteitstoets zoals ze wordt voorgesteld met verschillende vragen en deelvragen per actie is in de praktijk wel relatief omvangrijk om toe te passen. februari
De dynamische kracht van sectorconvenants
De dynamische kracht van sectorconvenants De Rick, K. & Vermaut, H. 2008. De dynamische kracht van sectorconvenants. Leuven: K.U.Leuven. Hoger Instituut voor de Arbeid. Meer mensen aanzetten tot levenslang
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieNieuw loopbaanakkoord zet de stap naar maatwerk
PERSBERICHT VLAAMS MINISTER-PRESIDENT KRIS PEETERS VLAAMS VICE-MINISTER-PRESIDENT INGRID LIETEN VLAAMS MINISTER VAN WERK PHILIPPE MUYTERS SERV-voorzitter KAREL VAN EETVELT SERV-ondervoorzitter ANN VERMORGEN
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieAanbeveling. van de werkgroep bouw van de sectoriële commissie hout en bouw Bedrijfsoverschrijdende projecten m.b.t. diversiteit
Brussel, 5 maart 2004 050304_Aanbeveling_wg_bouw_mbt_diversiteit Aanbeveling van de werkgroep bouw van de sectoriële commissie hout en bouw Bedrijfsoverschrijdende projecten m.b.t. diversiteit INHOUD INHOUD...
Nadere informatieWegwijs in de social profit
8/10/2015 Trefdag Gent Wegwijs in de social profit SPREKER: Tine Winnelinckx - VIVO Wegwijs in de social profit Even kennismaken? ONDERWIJS ARBEIS- MARKT LEVENSLANG LEREN DIVERSITEIT FOSEN SAINCTELETTESQUARE
Nadere informatieJAARRAPPORT 2004 SECTORCONVENANTS. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Administratie Werkgelegenheid afdeling Tewerkstelling cel Migratie
JAARRAPPORT 2004 SECTORCONVENANTS Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Administratie Werkgelegenheid afdeling Tewerkstelling cel Migratie Markiesstraat 1 1000 Brussel website: www.vlaanderen.be/werk INHOUDSOPGAVE
Nadere informatieDiversiteitsplannen. Maatregel. Impact van de maatregel
Diversiteitsplannen Maatregel Met de subsidiëring en ondersteuning van diversiteitsplannen moedigt de Vlaamse Overheid, ondernemingen en organisaties aan om werk te maken van een divers personeelsbeleid.
Nadere informatieSectorconvenant tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de naam sector (PC sector)
Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de naam sector (PC sector) Tussen de Vlaamse Regering, hierbij vertegenwoordigd door: De heer Philippe Muyters, Vlaams minister
Nadere informatieEvaluatie Loopbaan- en Diversiteitsplannen (LDP)
Evaluatie Loopbaan- en Diversiteitsplannen (LDP) Viona-studieopdracht WSE Arbeidsmarktcongres 11 februari 2015 Daphné Valsamis & An De Coen Agenda Methodologie Wat is een LDP? 10 vaststellingen uit het
Nadere informatieM-decreet. BuBaO type1/8 > basisaanbod BUSO OV3 type 1 > basisaanbod Evaluatie om de 2 jaar (BuBaO), na de opleidingsfase (BUSO)
M-decreet BuBaO type1/8 > basisaanbod BUSO OV3 type 1 > basisaanbod Evaluatie om de 2 jaar (BuBaO), na de opleidingsfase (BUSO) M-decreet Type 7 ook voor kinderen met spraak- of taalstoornis Creatie van
Nadere informatieProtocol van samenwerking TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE SOCIALE PARTNERS VAN HET PC 314 DEELSECTOREN HAARKAPPEN, FITNESS EN SCHOONHEIDSZORGEN
Vlaamse Regering Protocol van samenwerking In het kader van het akkoord 2005-2006 TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE SOCIALE PARTNERS VAN HET PC 314 DEELSECTOREN HAARKAPPEN, FITNESS EN SCHOONHEIDSZORGEN
Nadere informatieSECTORCONVENANTS GENERATIE Inhoudelijk kader - krijtlijnen
SECTORCONVENANTS GENERATIE 2018-2019 Inhoudelijk kader - krijtlijnen Decretale basis Inhoudelijke krijtlijnen bouwen verder op de huidige generatie sectorconvenants 2016-2017 Drie decretale thema s blijven
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieDiversiteitsplannen. Volgende tabel geeft een beknopt overzicht van de soorten loopbaan- en plannen (LDP s). SUBSIDIE LOOPTIJD VOOR WIE
Diversiteitsplannen Maatregel Met een Loopbaan- en diversiteitsplan worden ondernemingen, organisaties en lokale besturen ondersteund om werk te maken van een loopbaan-en diversiteitsbeleid. Bijzondere
Nadere informatieProtocol van samenwerking. Tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van montage PC 111.3
Vlaamse Regering Protocol van samenwerking In het kader van het akkoord 2005-2006 Tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van montage PC 111.3 Tussen de Vlaamse Regering, vertegenwoordigd
Nadere informatieProtocol van samenwerking
Vlaamse Regering Protocol van samenwerking In het kader van het akkoord 2005-2006 TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE SOCIALE PARTNERS VAN DE SECTOR VAN DE INTERNATIONALE HANDEL, HET VERVOER EN DE AANVERWANTE
Nadere informatieWerkplekleren: leren doen doet leren 6 februari 2012
Werkplekleren: leren doen doet leren 6 februari 2012 Workshop werkplekleren: opbouw Wat is werkplekleren? Uitgangspunt Waarom werkplekleren? Getuigenissen Wedstrijd Toekomst werkplekleren? Advies SERV
Nadere informatieDIVERSITEITSPLANNEN IN HET ONDERWIJS
DIVERSITEITSPLANNEN IN HET ONDERWIJS Een school die een efficiënt diversiteitsbeleid voert heeft oog voor de capaciteiten en de verscheidenheid van elk personeelslid/leerling. Nu zijn er heel wat scholen
Nadere informatie2. Op welke manier zullen de partnerorganisaties met elkaar nauwer samenwerken?
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 308 van EMMILY TALPE datum: 2 februari 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT VDAB - Campagne Ervaring werkt - Jobkanaal De VDAB heeft
Nadere informatieDiversiteitsplannen. Maatregel
Diversiteitsplannen Maatregel Met de subsidiëring en ondersteuning van diversiteitsplannen moedigt de Vlaamse Overheid, ondernemingen en organisaties aan om werk te maken van een divers personeelsbeleid.
Nadere informatie5 jaar Diversiteitsplannen in Gent Rondom Gent en Meetjesland Leiestreek en Schelde
5 jaar Diversiteitsplannen in Gent Rondom Gent en Meetjesland Leiestreek en Schelde een schets van hoe het was, hoe het is en hoe het (waarschijnlijk) wordt Sint-Laureins, 5/6/2012 Anne Coetsier Projectontwikkelaar
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS. Contactdag Levenslang Leren
ACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS Contactdag Levenslang Leren Wat zijn sectorconvenants? De sectorconvenants zijn protocols van samenwerking tussen de sectoren (sectorale sociale partners) en
Nadere informatieAdvies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC)
ALGEMENE RAAD 25 november 2010 AR-AR-KST-ADV-005 Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC) Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219
Nadere informatieGROEPSSECTORFOTO 2012
GROEPSSECTORFOTO 2012 Colofon Samenstelling Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus 20 1030 Brussel 02 553 42 56 monitoring@vlaanderen.be
Nadere informatieACTIVITEITENVERSLAG 2010 FTMA
ACTIVITEITENVERSLAG 2010 FTMA 1 OVERZICHT Opleidingsinitiatieven voor werknemers Projecten voor werkzoekenden Campagnes voor het onderwijs Denkdagen 2010. ANTTEC 21/06/2011 2 OPLEIDINGSINITIATIEVEN VOOR
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieTOOLBOX EAD EEN INSTRUMENTENKOFFER VOOR CONSULENTEN TOOLBOX EAD FASE 1 1
TOOLBOX EAD EEN INSTRUMENTENKOFFER VOOR CONSULENTEN TOOLBOX EAD FASE 1 1 DE TOOLBOX EAD: EEN INSTRUMENTENKOFFER VOOR CONSULENTEN 1. Wat willen we bereiken met de toolbox? De uitdaging Het Vlaamse impulsbeleid
Nadere informatieTussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de bouwsector (paritair comité 124)
Vlaamse Regering Protocol van samenwerking In het kader van het akkoord 2005-2006 Tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de bouwsector (paritair comité 124) Tussen de Vlaamse Regering, vertegenwoordigd
Nadere informatieCHECKLIST BRUSSELSE DIVERSITEITSPLANNEN. Checklist voor een nieuw diversiteitsplan
CHECKLIST BRUSSELSE DIVERSITEITSPLANNEN Checklist voor een nieuw diversiteitsplan 1. Betrokkenheid van de werknemers bij het opmaken van het diversiteitsplan Wordt het plan opgesteld in samenwerking met
Nadere informatieDiversiteitsplannen. Volgende tabel geeft een beknopt overzicht van de soorten loopbaan- en plannen (LDP s). SUBSIDIE LOOPTIJD VOOR WIE
Diversiteitsplannen Maatregel Met een Loopbaan- en diversiteitsplan worden ondernemingen, organisaties en lokale besturen ondersteund om werk te maken van een loopbaan-en diversiteitsbeleid. Bijzondere
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieDE OVEREENKOMST. en mediarte.be,...vertegenwoordigd door...
Samenwerkingsovereenkomst VDAB mediarte.be 2013-2014 DE OVEREENKOMST Tussen De Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding, publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap
Nadere informatieSECTORFOTO Verhuissector 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE
SECTORFOTO Verhuissector 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan
Nadere informatieDe makers www.aclvb.be
De makers www.aclvb.be D/1831/2009/14/1000 V.U.: Jan Vercamst, Koning Albertlaan 95 9000 Gent Jij bent een verschilmaker We zijn allemaal verschillend, jij bent uniek, je collega is het, je baas is het.
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieActielijst arbeidsbeperking Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren
Actielijst arbeidsbeperking 2020 Een focus op redelijke aanpassingen tijdens werkplekleren Evenredige arbeidsdeelname kansengroepen Diversiteit Gelijke behandeling Actielijst arbeidsbeperking 2020-2 december
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. Bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum Bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieHERKOMSTMONITOR Arbeidsmarktpositie van personen met een buitenlandse herkomst
HERKOMSTMONITOR 2015 Arbeidsmarktpositie van personen met een buitenlandse herkomst 1. Methodologische toelichting 1. Methodologische toelichting Kruispuntbank Sociale Zekerheid Momentopname Uniforme conceptafbakening:
Nadere informatieDE VLAAMSE ARBEIDSMARKT IN SECTORAAL PERSPECTIEF
DE VLAAMSE ARBEIDSMARKT IN SECTORAAL PERSPECTIEF 2008-2016 Aandeel in de totale loontrekkende tewerkstelling (2016/2) social profit 14,6 ANPC bedienden 13,4 bouw metaal arbeiders uitzend scheikundige nijverheid
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieDEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE. Het Vlaamse loopbaan- en diversiteitsbeleid Michiel Van de Voorde
DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE Het Vlaamse loopbaan- en diversiteitsbeleid Michiel Van de Voorde 0. Inhoud 1 1. Het Vlaamse loopbaan- en diversiteitsbeleid: de klemtonen. 2. Het loopbaan- en diversiteitsbeleid:
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieDe arbeidsmarktsituatie in regio Waas & Dender: 1. beroepsbevolking: 74,0% (Vlaams gewest: 74,0%) activiteitsgraad: 70,7% (Vlaams gewest: 70,5%)
ARBEIDSMARKT 9 10 Arbeidsmarkt Economische groei, verhoging van de arbeidsparticipatie, verlaging van de werkloosheid en vergroting van het draagvlak onder ons sociaal zekerheidsstelsel vragen om een open
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieBrussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 03 / 2004 van 15 maart 2004
KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hallepoortlaan 5-8, B-1060 Brussel Tel. : +32(0)2/542.72.00 Email : commission@privacy.fgov.be Fax.: : +32(0)2/542.72.12 http://www.privacy.fgov.be/ COMMISSIE VOOR DE
Nadere informatieSYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING
SYNTHESERAPPORT EVALUATIE WETENSCHAPPELIJKE OLYMPIADES SAMENVATTING Studiedienst en Prospectief Beleid 1 Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Vlaamse Overheid Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030
Nadere informatieJAARACTIEPLAN Sept 2015 Aug 2016 RTC Vlaams-Brabant VZW
JAARACTIEPLAN Sept 2015 Aug 2016 RTC Vlaams-Brabant VZW Periode 1 september 2015-31 augustus 2016 Goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 17/06/2015 1 Inleiding RTC Vlaams-Brabant vzw wil, net als zijn
Nadere informatieWerkgelegenheidsakkoord januari 2005
Werkgelegenheidsakkoord 2005-2006 20 januari 2005 A. SITUERING 1. De Vlaamse sociale partners en de Vlaamse regering hebben, -in uitvoering van het regeerakkoord en gegeven het financieel engagement van
Nadere informatieProtocol van samenwerking
Vlaamse Regering Protocol van samenwerking In het kader van het akkoord 2005-2006 TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE SOCIALE PARTNERS VAN DE SECTOR VAN HET BEZOLDIGD PERSONENVERVOER PSC 140.01 PSC 140.02
Nadere informatie1. Voor de jaren 2013 en 2014 kreeg ik graag een overzicht van het aantal 50-plussers dat:
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 496 van EMMILY TALPE datum: 27 maart 2015 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Informatiesessies voor oudere werklozen - VDAB en vakbonden
Nadere informatieEvaluatie van Open Bedrijvendag
Evaluatie van Open Bedrijvendag Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel April 2011 Samenvatting De Open Bedrijvendag
Nadere informatieVlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei 2008-179-
Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei 2008-179- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS
Nadere informatieAFKORTINGEN EN BEGRIPPENKADER Ervaringsbewijs begeleider buitenschoolse kinderopvang
AFKORTINGEN EN BEGRIPPENKADER Ervaringsbewijs begeleider buitenschoolse kinderopvang BKO BSO CVO CVS ERSV ESF EVC EVK IBO K&G PLOT POP RESOC SERR SERV VBJK VCOK VDAB VDKO VLOR VSPW VZW Buitenschoolse Kinderopvang
Nadere informatieDiversiteitsplannen. Een overzicht. Annemie Van Uytven projectontwikkelaar diversiteit RESOC Halle-Vilvoorde
Diversiteitsplannen Een overzicht Annemie Van Uytven projectontwikkelaar diversiteit RESOC Halle-Vilvoorde MVO contactdag workshop duurzaam personeelsbeleid 25 mei 2010 provinciehuis Vlaams-Brabant Diversiteitsplannen
Nadere informatienr. 61 van YASMINE KHERBACHE datum: 21 oktober 2015 aan LIESBETH HOMANS Vlaamse overheid - Evaluatie ambtenaren - Criterium diversiteit
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 61 van YASMINE KHERBACHE datum: 21 oktober 2015 aan LIESBETH HOMANS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN,
Nadere informatieOpleiding en werkervaring aanvullende thuiszorg vzw Aksent
BIJLAGE Bijlage nr. 1 Fiches Titel initiatief: Initiatiefnemer: Opleiding en werkervaring aanvullende thuiszorg vzw Aksent Projectomschrijving Het project wordt opgenomen binnen volgende strategische en
Nadere informatieADVIES I.V.M. HET POSITIEF ACTIEPLAN ALLOCHTONEN EN ARBEIDSGEHANDICAPTEN 2002
ADVIES I.V.M. HET POSITIEF ACTIEPLAN ALLOCHTONEN EN ARBEIDSGEHANDICAPTEN 2002 Brussel, 13 februari 2002 2. Op 4 januari 2002 vroeg de heer Van Grembergen, Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden,
Nadere informatieEvaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma
Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel
Nadere informatieTussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de lokale besturen
Vlaamse regering protocol van samenwerking In het kader van het akkoord 2005-2006 Tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de lokale besturen Tussen de Vlaamse Regering vertegenwoordigd
Nadere informatieSport en tewerkstelling van jongeren. Marc Theeboom / Joris Philips
Sport en tewerkstelling van jongeren Marc Theeboom / Joris Philips studie Kan sport bijdragen tot competentie-ontwikkeling voor kortgeschoolde jongeren, waardoor hun tewerkstellingskansen toenemen? initiatieven
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieAddendum Tewerkstelling van kansengroepen bij lokale besturen
Addendum Tewerkstelling van kansengroepen bij lokale besturen 1. Situering De nieuwe cijfers uit de stads- en gemeentemonitor 2018 vormen de aanleiding voor dit addendum bij het advies van de van 6 juni
Nadere informatieInvoegbedrijven. Maatregel. De begunstigden en bestedingen
Invoegbedrijven Maatregel Het programma invoegbedrijven beoogt de creatie van duurzame tewerkstelling voor kansengroepen binnen de reguliere economie. Aan ondernemingen die de principes van Maatschappelijk
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieDe Vlaamse sectorconvenants in cijfers
De Vlaamse sectorconvenants in cijfers In deze bijdrage wordt een beknopt overzicht gegeven van de mogelijkheden die er sinds kort zijn om statistieken van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) in
Nadere informatieVIONA-OPROEP VOOR EEN STUDIEOPDRACHT, 1/2/2011
VIONA-OPROEP VOOR EEN STUDIEOPDRACHT, 1/2/2011 De organisatie van een evaluatie van de structurele EAD-projecten als onderdeel van het impulsbeleid Evenredige Arbeidsdeelname en Diversiteit van de Vlaamse
Nadere informatieWERK MAKEN VAN WERK IN DE ZORGSECTOR HASSELT EXPERTENSTUURGROEP SPEERPUNT ZORGECONOMIE
WERK MAKEN VAN WERK IN DE ZORGSECTOR HASSELT EXPERTENSTUURGROEP SPEERPUNT ZORGECONOMIE Filip Van Laecke Raadgever Vlaams Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Jo Vandeurzen Situatieschets social
Nadere informatieDe Vlaamse sectorconvenants in cijfers
De Vlaamse sectorconvenants in cijfers Wouter Vanderbiesen April 2006 WAV-Rapport Steunpunt Werkgelegenheid, Arbeid en Vorming Interuniversitair samenwerkingsverband E. Van Evenstraat 2 blok C 3000 Leuven
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieVlaamse Regering. Addendum. bij het. Protocol van samenwerking
Vlaamse Regering Addendum bij het Protocol van samenwerking In het kader van het economisch impulsplan herstel het vertrouwen van de Vlaamse regering goedgekeurd op 14 november 2008 Tussen de Vlaamse Regering
Nadere informatieWat? = een educatief centrum voor jongeren tussen 11 en 14 jaar oud, hun ouders en hun
Wat? = een educatief centrum voor jongeren tussen 11 en 14 jaar oud, hun ouders en hun leerkrachten om op interactieve en ervaringsgerichte wijze kennis te maken met een brede waaier aan praktisch uitvoerende
Nadere informatieGemeenschappelijke platformtekst Vlaamse regering en sociale partners Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit
Gemeenschappelijke platformtekst Vlaamse regering en sociale partners Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit 2010 1. Doelstellingen De Vlaamse regering en de Vlaamse sociale partners stellen vast dat
Nadere informatieInstroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1
Instroom 1 4 Uitstroom 3 Inclusie 2 Doorstroom Universiteit Utrecht 1 Rapportage 2018 Prof. Dr. Naomi Ellemers Prof. Dr. Jojanneke van der Toorn Dr. Wiebren Jansen Inhoud Voorwoord 4 Algemeen 6 Hoe is
Nadere informatieSectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de papier- en kartonverwerkende nijverheid (PC 136)
Sectorconvenant 2013-2014 tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector van de papier- en kartonverwerkende nijverheid (PC 136) Tussen de Vlaamse Regering, hierbij vertegenwoordigd door:
Nadere informatie1.1. Toetsing van een afwijkende activiteit en de weergave van de toetsing
Actieplan wijk-werken 2019 Inleiding Op de zitting van de Raad van Bestuur van van 05 december 2018 keurden de leden het, tevens door gedragen, algemeen afsprakenkader omtrent de werking van het activeringsinstrument
Nadere informatieOproep Mensgericht ondernemen
Oproep Mensgericht ondernemen MO - Situatieschets Geef een korte situatieschets van uw organisatie op dit moment zowel naar werking als naar context. Link dit aan uw kwaliteitsopstap/ -paper. Project steeds
Nadere informatieActiviteiten en instrumenten op het gebied van arbeidsmarkt en HRM-beleid
Sectorconvenant Lokale Besturen? Samen met lokale besturen Werken aan een divers personeelsbeleid In 2005 ondertekende de Vlaamse Regering samen met de werkgeversorganisatie VVSG en de drie werknemersorganisaties
Nadere informatieVragen infosessie werkervaring 22 november 2010
Vragen infosessie werkervaring 22 november 2010 Hieronder vindt u alle vragen die gesteld zijn tijdens de infosessie van 22/11/2010. In het eerste gedeelte worden vragen vermeld die betrekking hebben op
Nadere informatieDe werking van het gemeentebestuur vanaf 01/01/2013
De werking van het gemeentebestuur vanaf 01/01/2013 1 Waarom veranderen? Wellicht ken je het lokaal jeugdbeleidsplan wel, het is het plan van een gemeente over hoe ze werk willen maken van jeugdwerk- en
Nadere informatieInhoudelijk kader nieuwe generatie sectorconvenants
VESOC_WG_2010212_sectorconvenantsdef_NOT_013 Vlaamse Regering Philippe Muyters Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport Phoenixgebouw, 11e verdieping Koning Albert
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Sectorconvenant in het raam van het Vlaamse werkgelegenheidsbeleid - Goedkeuring van 1 nieuwe sectorconvenant
Nadere informatiePersonenvervoer 2008
SECTORFOTO Personenvervoer 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan
Nadere informatieBeleidsfocussen voor sectoraal beleid,
Beleidsfocussen voor sectoraal beleid, een nieuw inhoudelijk kader voor de sectorconvenants 1 Onderbouwd inhoudelijk kader Door brede beleidskaders Pact 2020, Regeerakkoord, Beleidsnota s, Decreet sectorconvenants
Nadere informatieInitiatieven om de insluiting te bevorderen in de bouwsector. Een aanpak in de breedte en in de diepte
Initiatieven om de insluiting te bevorderen in de bouwsector Een aanpak in de breedte en in de diepte Een beeld van de bouwsector De sector in aantallen 160.000 bouwvakarbeiders 30.000 ondernemingen Typische
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Goedkeuring van 1 addendum bij de sectorconvenant Transport en logistiek en Grondafhandeling op Luchthavens
Nadere informatieTRAINING & OPLEIDING Opleidingen in de lift: + 25% in 2001
TRAINING & OPLEIDING Opleidingen in de lift: + 25% in 2001 Training en opleiding (T&O) van werkzoekenden en werknemers is één van de kerntaken van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding
Nadere informatieI B O. Een werknemer op maat gemaakt. 1. IBO = training-on-the-job. IBO = 'werkplekleren' IBO = 'een werknemer op maat'
I B O Een werknemer op maat gemaakt Eén van de kernopdrachten van de VDAB bestaat uit het verstrekken van opleiding. Het tekort aan specifiek geschoold personeel en de versnelde veranderingen in de werkomgeving
Nadere informatieJe vormingsfonds in actie
Je vormingsfonds in actie Nieuwsflash PC 329 Februari 2015 Optimaliseer de opleidingen en tewerkstellingen in je organisatie. Verken het aanbod 2015 van het SFSCW en VIVO vzw. Midden december 2014 kreeg
Nadere informatieHet Dream-project wordt sinds 2002 op ad-hoc basis gesubsidieerd.
Naam evaluatie Volledige naam Aanleiding evaluatie DREAM-project Evaluatie DREAM-project De Vlaamse overheid ondersteunt een aantal initiatieven ter bevordering van het ondernemerschap en de ondernemerszin.
Nadere informatie1. Graag had ik volgende gegevens ontvangen betreffende de arbeidsmigratie in de social profit:
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 242 van GRIET COPPÉ datum: 20 januari 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Buitenlandse werkkrachten - Zorgsector Op mijn schriftelijke
Nadere informatieLerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte
OP ESF Vlaanderen 2014 2020 Prioriteit uit OP: 1 - loopbaanbeleid curatief investeringsprioriteit 8i - werkloosheid naar werk Informatieve Bijlage: Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte Lerend Netwerk Arbeidsmarktkrapte
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 ELEKTRICIENS
SECTORFOTO 2012 ELEKTRICIENS Synthese De sector van de elektriciens telde in het tweede kwartaal van 2010 15.171 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden
Nadere informatieRandstad Diversity. voor een succesvol diversiteitsbeleid. www.randstad.be/diversity
Randstad Diversity voor een succesvol diversiteitsbeleid www.randstad.be/diversity inhoud Randstad en diversiteit Wat is diversiteit? Waarom diversiteit? Onze dienstverlening Coaching 22 Consulting onze
Nadere informatieAnalyse van het tewerkstellings- en doelgroepenbeleid Minder doelgroepen voor meer jobs
Analyse van het tewerkstellings- en doelgroepenbeleid Minder doelgroepen voor meer jobs Persconferentie 10 oktober 2013 Agenda 1. Inleiding Sonja Teughels, senior adviseur arbeidsmarktbeleid Voka 2. Studie
Nadere informatieProgramma: Welkom Voorstelling programma: Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit: Diversiteitsplannen in de praktijk Slotwoord
Programma: Welkom: Guy Didden, Voorzitter Unizo Maasmechelen Voorstelling programma: Ilse De Roock, Consulente Jobkanaal Unizo Evenredige arbeidsdeelname en diversiteit: Ann Geukens, Projectontwikkelaar
Nadere informatieHOE HAAL IK MIJN DIPLOMA SECUNDAIR ONDERWIJS? Leerwegen naar de toekomst
HOE HAAL IK MIJN DIPLOMA SECUNDAIR? Leerwegen naar de toekomst Je kan op meer dan 1 manier je diploma secundair onderwijs behalen. Of een andere kwalificatie die je op weg helpt naar dat diploma. Dit zijn
Nadere informatie