Bermveiligheid 80-wegen uitgediept

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bermveiligheid 80-wegen uitgediept"

Transcriptie

1 Bermveiligheid 80-wegen uitgediept Jan Willem Hendrik van Petegem Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid - SWOV Samenvatting Wegen met een snelheidslimiet van 80 km/uur vormen de meest onveilige wegen in Nederland. Het grootste deel van de dodelijke ongevallen vindt op deze wegen plaats. Ongeveer de helft van deze ongevallen betreft een enkelvoudig ongeval, waarvan het merendeel een bermongeval betreft. Om deze onveiligheid effectief aan te pakken dient de kennis over de kwantitatieve relatie tussen wegkenmerken en ongevallen verder te worden ontwikkeld. Binnen dit onderzoek is een crash prediction model van bermongevallen op 80-wegen ontwikkeld op basis van bestaande data. Dit model geeft inzicht in risicoverhogende wegkenmerken en maakt een schatting van de relatieve onveiligheid van wegen binnen een netwerk mogelijk. Daarbij laat dit onderzoek zien dat de beperkte beschikbaarheid van gegevens van wegkenmerken een belangrijk knelpunt is in de ontwikkeling van dit type kennis. De opkomst van de BGT en GIS-georiënteerde wegenbeheersystemen lijken echter uitkomst te kunnen bieden voor de verzameling van gegevens van wegkenmerken in de toekomst. Trefwoorden crash prediction model, bermongevallen, wegontwerp, wegenbeheersysteem, BGT Bijdrage aan het Nationaal verkeerskundecongres, 6 november 2013

2 1 Inleiding 1.1 Achtergrond Het grootste deel van alle dodelijke ongevallen vindt plaats op wegen buiten de bebouwde bekom met een snelheidslimiet van 80 km/uur (bubeko 80-wegen). Van alle dodelijke ongevallen in de periode vond 40% op dit type weg plaats. Van de verkeersongevallen met ernstig verkeersgewonden (ernstig letselongevallen) bedroeg dit aandeel 24%. Het merendeel van deze ongevallen gebeurt op een wegvak. Ongeveer de helft daarvan betreft een berm- of enkelvoudig ongeval. Deze wegen worden vaak beschouwd als de onveiligste wegen in Nederland. Belangrijk bij het terugdringen van het aantal ongevallen op deze wegen is verbetering van de infrastructuur, zowel van bestaande als nieuwe wegen. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de wegbeheerder. Voor een efficiënt en proactief beleid ter verbetering van de verkeersveiligheid van bubeko 80-wegen zijn echter enkele obstakels te overwinnen. Allereerst hebben wegbeheerders te maken met beperkte financiële middelen voor de implementatie van verkeersveiligheidsmaatregelen en herstructurering van wegen. Daarnaast leiden de slechte ongevallenregistratie en lage ongevallenfrequenties ertoe dat traditionele blackspotanalyses (of AVOC) niet meer goed uitgevoerd kunnen worden. Ten slotte is de kennis over de kwantitatieve relatie tussen ongevallen en het ontwerp van het dwarsprofiel zeer beperkt. 1.2 Crash Prediction Models Om een (kosten)efficiënte allocatie van beperkte middelen mogelijk te maken is het gewenst om kennis en instrumenten te ontwikkelen, die onveilige wegen helpen identificeren en de effecten van infrastructuurmaatregelen helpen schatten. Een voorbeeld van een dergelijk instrument zijn Crash Prediction Models (CPM s). CPM s geven op basis van een input van de hoeveelheid verkeer, weglengte en risicofactoren (zoals wegkenmerken uit het dwarsprofiel) een schatting van het aantal ongevallen. Deze modellen kunnen worden ingezet in de analyse van de relatie tussen wegkenmerken en ongevallen, de identificatie van relatief onveilige wegen en het schatten van de effecten van verkeersveiligheidsmaatregelen. 1.3 Plan van aanpak Dit artikel is gebaseerd op het afstudeeronderzoek van Van Petegem (2012). Het onderzoek was erop gericht om kennis te ontwikkelen over de kwantitatieve relatie tussen wegkenmerken en bermongevallen. De doelstelling van dit onderzoek was de ontwikkeling van een CPM voor bermongevallen op basis van bestaande of nieuwe data. Binnen het onderzoek zijn vier deelonderzoeken onderscheiden: Een literatuuronderzoek naar de relatie tussen wegkenmerken en bermongevallen Een literatuuronderzoek naar de ontwikkeling en het gebruik van CPM s Onderzoek naar databeschikbaarheid en de ontwikkeling van de onderzoeksdatabase Ontwikkeling van het CPM van bermongevallen Het literatuuronderzoek naar bermongevallen is verricht om een beeld te vormen van de toedracht van bermongevallen en de rol die infrastructuur daarin speelt. Op basis van dit onderzoek zijn relevante infrastructuurkenmerken geïdentificeerd voor het dataonderzoek en de modelontwikkeling. Een tweede literatuuronderzoek is verricht naar de ontwikkeling en het gebruik van CPM s. Op basis hiervan zijn knelpunten en mogelijkheden in de ontwikkeling en gebruik van CPM s vastgesteld en is een methode opgezet voor de ontwikkeling van CPM s binnen deze studie. Het derde deelonderzoek was een onderzoek naar vooral de data van wegkenmerken. Er is gekeken naar data-inventarisatiemogelijkheden en de beschikbaarheid van data bij wegbeheerders op basis van een analyse van beschikbare data en gesprekken met verschillende wegbeheerders en bedrijven. Ten slotte is een methode opgezet voor de ontwikkeling van CPM s op basis van het literatuuronderzoek en is een CPM ontwikkeld van enkelvoudige bermongevallen op gebiedsontsluitingswegen 2

3 buiten de bebouwde kom, met een snelheidslimiet van 80 km/uur en een enkele rijbaan zonder fysieke rijrichtingscheiding. 1.4 Opzet van dit artikel Dit artikel concentreert zich op de probleemanalyse en het dataonderzoek en toont een aantal resultaten van de modelontwikkeling. Voor een uitgebreide beschrijving van de methode en het proces van modelontwikkeling wordt verwezen naar het onderzoeksrapport en een artikel voor het Road Safety and Simulation 2013 congres (Van Petegem, 2013). 2 Probleemanalyse 2.1 Ongevallenanalyse Een groot aandeel van de dodelijke ongevallen en ernstige letselongevallen (ongevallen met ernstig gewonden, exclusief dodelijke ongevallen) in Nederland vindt plaats op bubeko 80-wegen. Figuur 1 toont de aantallen dodelijke en ernstige letselongevallen op bubeko 80-wegen ten opzichte van andere wegtypen. De figuur toont grote verschillen in dodelijke ongevallen en ernstige letselongevallen tussen de verschillende wegtypen. Uit de figuur komen duidelijk bubeko 80-wegen en bibeko 50-wegen als meest onveilig naar voren. Opvallend daarbij is het aandeel van bubeko 80-wegvakken binnen de categorie dodelijke ongevallen. Dit aandeel is groter dan alle dodelijke ongevallen op de andere wegtypen bij elkaar. Het verschil loopt daarbij op tot een factor 30 met bibeko 30-wegen. Ook komt een groot aandeel van de ernstige slachtoffers voor rekening van bubeko 80-wegen. Het aandeel ernstige slachtoffers is alleen op bibeko 50-wegen nog hoger. Ernst en plaats van het ongeval dodelijk - kruising ernstig - kruising dodelijk - wegvak ernstig - wegvak bibeko - binnen de bebouwde kom Aantal ongevallen bubeko - buiten de bebouwde kom bibeko 30 km/uur bibeko 50 km/uur bibeko 70 km/uur bubeko 60 km/uur bubeko 80 km/uur bubeko 100 km/uur bubeko 120 km/uur Figuur 1 Het gemiddeld aantal ongevallen per jaar over de periode , per wegtype, ingedeeld naar de locatie en ernst van het ongeval. (op basis van cijfers uit Wegman en Aarts, 2005) Wanneer we ons specifiek richten op wegvakken van bubeko 80-wegen, wordt duidelijk dat de enkelvoudige conflicten het grootste verkeersveiligheidsprobleem vormen voor wegvakken van bubeko 80-wegen. Dit is zichtbaar gemaakt in Figuur 2. 3

4 Op basis van de indeling naar conflicttypen in Figuur 2 1 is een top-4 van conflicttypen aan te duiden die samen goed is voor ongeveer 85% van alle ongevallen op wegvakken van bubeko 80-wegen: Enkelvoudige conflicten (bermongevallen) - resp. 53% en 49% dodelijke en ernstige ongevallen Frontale conflicten - resp. 17% en 12% dodelijke en ernstige ongevallen Fietsersconflicten - resp. 10% en 14% Flankerende conflicten - resp. 8% en 10% Het aandeel bermongevallen springt er daarbij duidelijk uit, met een aandeel van ongeveer 50% voor dodelijke en ernstige ongevallen. Daarmee vormen bermongevallen het meest urgente verkeersveiligheidsprobleem op bubeko 80-wegen. 2 Overig Parkeerconflicten Voetgangersconflicten Langsconflicten Flankerende conflicten Frontale conflicten Fietsersconflicten Enkelvoudige conflicten Dodelijk ongeval Ernstig ongeval Figuur 2 Het gemiddeld aantal dodelijke en ernstige geregistreerde ongevallen op bubeko 80-wegen voor heel Nederland over de periode , ingedeeld naar het type ongeval (op basis van BRON) Opvallend daarbij (zie Figuur 3) is dat bij de gestage daling van de aantallen dodelijke en ernstige ongevallen de afgelopen jaren dit aandeel onveranderd is gebleven in de periode Dit benadrukt het belang van een blijvende aandacht voor dit type ongevallen. 1 De cijfers betreffen een bewerking op vanuit Cognos geëxporteerde geregistreerde ongevalcijfers. Dit betreffen BRON ongevallengegevens. Uit de selectie is af te leiden dat bermmanoeuvres die leiden tot een ander conflicttype hierin ontbreken. Het werkelijke aantal bermongevallen volgens de definitie is dus nog hoger. De overlap met andere conflicttypen is echter onbekend. 2 Het gaat hier om de totale populatie van bubeko 80-wegen. Deze cijfers vormen een gemiddelde van N-wegen en gemeentelijke en waterschapswegen. Omdat N-wegen doorgaans een gesloten verklaring voor fietsers hebben en drukker zijn dan gemeentelijke en waterschapswegen is het aandeel bermongevallen (42%) en fietsconflicten (8%) iets lager en zijn de aandelen van de meervoudige voertuigconflicten juist iets hoger. Op gemeentelijke en waterschapswegen is het aandeel bermongevallen (58%) en fietsongevallen (14%) iets hoger en het aandeel meervoudige voertuigongevallen iets lager. 4

5 Bermconflicten- Dodelijk ongeval Bermconflicten - Ernstig ongeval Rest conflicten - Dodelijk ongeval Rest conflicten - Ernstig ongeval Figuur 3 Trendlijn ongevallencijfers van enkelvoudige ongevallen en de rest van de conflicten op bubeko 80- wegen (op basis van BRON) 2.2 Een kwantitatieve relatie tussen wegkenmerken en ongevalsrisico s Ontwerprichtlijnen dienen ertoe om een gewenst of minimaal verkeersveiligheidsniveau van wegen te waarborgen. Deze richtlijnen zijn op dit moment echter onvoldoende onderbouwd met kennis over de feitelijke, kwantitatieve relatie tussen de kenmerken van het wegontwerp en de verkeersveiligheid. In toenemende mate ligt er druk op wegontwerpers om ontwerpen te realiseren binnen beperkte (zelfs nauwelijks toereikende) budgetten en (te) weinig ruimte. Doordat kennis ontbreekt over de effecten op de verkeersveiligheid wanneer minimumwaarden worden gebruikt, of van de richtlijnen wordt afgeweken, is het des te moeilijker om argumenten aan te dragen waarom bepaalde ontwerpkeuzes slecht voor de verkeersveiligheid kunnen zijn en waarom extra budget nodig is in het belang van verkeersveiligheid. Gelet op de kostenafwegingen die gemaakt moeten worden, kan dit gebrek aan inzicht leiden tot keuzes in het wegontwerp ten nadele van de verkeersveiligheid, met als gevolg bijvoorbeeld meer bermongevallen. Een voorbeeld waarbij het gebrek aan kennis over de relatie tussen wegkenmerken en ongevallen kan leiden tot onverwachte/negatieve verkeersveiligheidsrisico s, is het ontwerp van bogen. Het Handboek Wegontwerp beveelt een minimale boogstraal van 300m aan bij een verkanting van 2,5%. Deze richtlijn is echter gebaseerd op voertuigdynamische aspecten (wrijvingsweerstand) en niet gerelateerd aan ongevallenonderzoek. Een Zweedse studie naar de relatie tussen de boogstraal en ongevallen toont echter een sterke toename in het ongevalsrisico van bochten krapper dan 1000 meter, zoals te zien is in Figuur 4. (Brüde et al., 1980; Hedman, 1989) Figuur 4 Index van het ongevalsrisico voor bochten met een bochtstraal r = x, ten opzichte van r = 1000 m bij wegen en een ontwerpsnelheid van 90 km/uur (Hedman, 1989) 5

6 Vergelijkbare resultaten zijn in Amerikaans onderzoek gevonden (Zegeer et al., 1990 zoals beschreven in; Dijkstra, 1998). Uit beide onderzoeken volgt een verschil in het ongevalsrisico tussen bochten met een boogstraal van 400 en 1000 meter van grofweg 40% en bij krappere bochten loopt dit verschil sterk op. Dit onderzoek duidt duidelijk op een sterke toename van ongevallen bij gebruik van krappere boogstraal. In het Handboek Wegontwerp ontbreekt dergelijke kennis met betrekking tot de Nederlandse situatie. Daarmee ontbreekt het aan een motief om boogstralen aan te brengen die ruimer zijn dan de minimumrichtlijn. Met inzicht in de relatie tussen ongevallen en de boogstraal kan de veiligheidswinst door ruimere boogstralen worden afgewogen tegen de daarmee gepaard gaande hogere kosten. Het is dus belangrijk om te identificeren van welke wegkenmerken een (relevante) relatie wordt verwacht met ongevallen en om deze relatie te kwantificeren, om afgewogen keuzes te kunnen maken. Binnen dit onderzoek wordt het specifieke probleem van bermongevallen beschouwd. De volgende paragraaf richt zich daarom op het identificeren van relevante kenmerken van bermongevallen. 2.3 Ongevalskarakteristieken van bermongevallen Om inzicht te verkrijgen in causale verbanden tussen het ontwerp van de weg en bermongevallen zijn ongevalskarakteristieken en het verloop van bermongevallen onderzocht. Hieruit moeten de relevante wegkenmerken blijken die als variabelen van een te ontwikkelen CPM van bermongevallen kunnen worden gebruikt. Een eerste karakteristiek betreft de aanloop naar een ongeval. Uit een recent diepteonderzoek naar bermongevallen van de SWOV (Davidse, 2011; Davidse et al., 2011) blijkt dat in slechts 60% van de ongevallen het motorvoertuig direct de berm in rijdt. In alle andere gevallen vindt eerst een poging tot correctie plaats, waarbij getracht wordt het voertuig weer onder controle te krijgen. In het geval van een bermongeval vindt echter een overcorrectie plaats bij het terugsturen naar de weg en het onder controle krijgen van het voertuig. Een schets van de aanloop van de manoeuvres is afgebeeld in Tabel 1. Ongevalsverloop Geanalyseerde bermongevallen (n=86)* 29 (34%) A. 13 (15%) B. 23 (27%) C. D. E. 6

7 6 (7%) F. G. H. 7 (8%) I. 3 (3%) J. 5 ongevallen (6%) vallen onder de categorie overig, waaronder een Y- en T-splitsing * n=86 betreft de som van ongevallen uit beide onderzoeken van Davidse et al. Tabel 1 Manoeuvres in aanloop van het bermongeval (bewerking op basis van gegevens uit beide diepteonderzoeken: Davidse, 2011; Davidse et al., 2011) In het onderzoek van Davidse et al. valt op dat het aandeel meervoudige ongevallen laag is, ondanks het hoge aandeel manoeuvres waarbij ongecontroleerd terug de rijbaan op wordt gestuurd en tevens de tegengestelde rijrichting wordt gekruist. In de regio Haaglanden en Hollands Midden is dit aandeel (11%) iets hoger dan in Zeeland (4%). Dit kan het gevolg zijn van een verschil tussen beide regio s in de drukte op de weg. Op basis van locatieonderzoek en interviews met betrokkenen bij elk ongeval komen Davidse et al. tevens tot een lijst van de meest voorkomende ongevalskenmerken. In het onderzoek wordt geconcludeerd dat een of meer van deze kenmerken de ongevalsoorzaak vormen en/of de ernst van de afloop bepalen. Kenmerken Meest voorkomende ongevalskenmerken (% in totaal aantal van geanalyseerde ongevallen)* Regio Zeeland (n=59) Haaglanden en Hollands Midden (n=27) Algemene factoren Donker (7-19%) Donker (4-11%) Nat wegdek (10-15%) Nat wegdek (4-15%) Mensfactoren Afleiding (31-42%) Afleiding (19-30%) Snelheid te hoog (27-47%) Snelheid te hoog (15-19%) - te hard voor omstandigheden (10-25%) - bewust boven limiet (17-22%) Vermoeidheid (17-19%) Vermoeidheid (7-19%) Alcohol (19-22%) Alcohol (4%)** Beginnende bestuurder (10-15%) Beginnende bestuurder (11%) Voertuigfactoren Banden (2-7%) Banden (3-11%) Wegfactoren Obstakelvrije zone te smal (41-42%) Obstakelvrije zone te smal (44-52%) Talud te steil (34-37%) Talud te steil (22-26%) Bocht: boogstraal te krap en/of niet (goed) aangekondigd (15-20%) Bocht: boogstraal te krap en/of niet (goed) aangekondigd (11-15%) Snelheidslimiet te hoog voor -** categorie (14%) Suggestiestrook / redresseerstrook te Rijstrook en/of redresseerstrook te 7

8 smal of niet aanwezig (10-14%) smal (11-26%) Semiverharding niet aanwezig of te Semiverharding niet aanwezig (19- smal (8-12%)* 26%) * Het eerste getal tussen haken geldt voor die ongevallen waarvoor het (zeer) waarschijnlijk wordt geacht dat deze factor een rol heeft gespeeld bij het ontstaan van het ongeval, het tweede getal voor alle ongevallen waarbij de betreffende factor een rol lijkt te hebben gespeeld, inclusief die waarover twijfel bestond tijdens de analyse van het ongeval. ** Deze factor komt in de desbetreffende studie niet of niet vaak voor, wel in de andere studie. Tabel 2 De meest voorkomende ongevalskenmerken (Davidse et al., 2011) Een eerste factor die opvalt is de mensfactor. In veel gevallen vormen een laag attentieniveau als gevolg van afleiding, vermoeidheid en/of alcohol een factor in de ongevalsoorzaak. Een andere belangrijke factor is de obstakelvrije zone. In bijna de helft van de ongevallen bleek de obstakelvrije zone een belangrijke factor in de ongevalsoorzaak. In alle gevallen van een ernstig ongeval was zelfs een botsing met een obstakel (inclusief talud en waterloop) hiervan de oorzaak. Tevens bleek een te krappe boogstraal (d.w.z. krapper dan de minimum vormgevingseisen volgens het CROW) een veel voorkomende factor (15-20%). Aangezien bochten slechts een beperkt deel van de weglengte vormen, is dit aandeel relatief hoog. De ongevalsfactoren in Tabel 2 duiden er gezamenlijk op dat het bieden van correctieruimte en maatregelen die het attentieniveau verhogen, een positieve invloed kunnen hebben op de afloop en/of zelfs het voorkomen van een bermongeval. Ruimte voor correctie kan bijvoorbeeld worden geboden door een voldoende brede rijbaan, redresseerstrook en semiverharde berm. 3 Het attentieniveau kan bijvoorbeeld worden verhoogd door akoestische markeringen, rumblestroken en bochtmarkering toe te passen 4. Op basis van het literatuuronderzoek zijn wegkenmerken geselecteerd waarvan wordt verwacht dat deze een relevante relatie hebben met bermongevallen. Dit zijn: Wegbreedte en wegindeling o Rijstrookbreedte o Redresseerstrookbreedte Bermverharding Obstakelvrije zone of obstakelafstand Boogstralen en bochtigheid Verlichting en bochtmarkering Attentiestroken zoals rumblestroken Van al deze wegkenmerken wordt verwacht dat zij een relevante invloed hebben op het ontstaan van ongevallen. 3 Dataonderzoek Voor de analyse van het verband tussen wegkenmerken en ongevallen in dit onderzoek wordt een onderzoeksdatabase gebruikt die bestaat uit drie typen gegevens: Gegevens van wegkenmerken: de karakteristieken van een weg, betreffende alle bovengrondse elementen en objecten in het dwarsprofiel inclusief kenmerken zoals objecttype en dimensies; Ongevallengegevens: gegevens met betrekking tot het ongeval; locatie, letselernst, aantal betrokkenen, type ongeval, tijdstip, weersomstandigheden, enzovoort; 3 Voor effectenschattingen van rijbaan, rijstrook en redresseerstrook verbreding op basis van internationaal onderzoek zie bijvoorbeeld Gross et al. (2009) en Schermers en Van Petegem (2013). 4 Voor effectschattingen van de toepassing van rumble strips zie bijvoorbeeld Torbic et al. (2009) en Schermers en Van Petegem (2013). 8

9 Verkeersgegevens: intensiteiten, samenstelling verkeer, gereden snelheden, enzovoort. Om een statistisch significante relatie tussen de ongevallenfrequentie en de verschillende wegkenmerken te vinden, zijn voldoende betrouwbare gegevens nodig. De verzameling van dit soort gegevens is echter een uitdaging. Uit een recent onderzoek is gebleken dat voor alle drie de typen gegevens problemen te verwachten zijn ten aanzien van de beschikbare hoeveelheid data, het detailniveau en de kwaliteit. (Schermers en Duivenvoorde, 2010). Daarom is een aanzienlijk deel van dit onderzoek gericht geweest op de identificatie van databronnen en de ontwikkeling van een onderzoeksdatabase van wegkenmerken. Dit artikel benoemt in het kort een aantal belangrijke knelpunten die spelen bij de verzameling van ongevallengegevens (3.1) en verkeersgegevens (3.2) en richt zich verder op de gegevensverzameling van wegkenmerken (3.3). 3.1 Knelpunten bij ongevallengegevens De basis van ongevallenonderzoek is het bestand met ongevallengegevens: BRON. Om een (statistisch significant) verband te kunnen leggentussen ongevallen en wegkenmerken zijn er voldoende ongevallengegevens nodig. Het eerste knelpunt in onderzoek is de registratiegraad van ongevallen. De registratiegraad van ernstige, lichte en ums- ongevallen (met uitsluitend materiele schade) is namelijk zeer laag, waardoor slechts een zeer beperkt (en selectief) deel van het aantal ongevallen gebruikt kan worden voor onderzoek. Een tweede knelpunt is de registratie van de locatie van ongevallen. Ongevallen worden gekoppeld aan een hectometerpunt in het NWB of een NWB-wegvak op basis van gemeente, straatnaam en/of wegnummer. Deze laatste vorm van registratie is echter zeer onnauwkeurig wanneer het gaat om het leggen van een relatie met wegkenmerken, omdat deze vaak variëren binnen het wegvak. Daardoor ontstaat onnauwkeurigheid in de koppeling van ongevallen aan kenmerken. Een derde punt is de registratie van de letselernst. De aanduiding van ziekenhuisgewonden zegt te weinig over de letselernst van het ongeval. Zo bestaat allereerst onzekerheid of de betrokkene daadwerkelijk is opgenomen in het ziekenhuis. Daarnaast kunnen dit zowel lichtgewonden (MAIS1) als ernstig gewonden (MAIS2+) betreffen. Om het probleem met de letselaanduiding op te lossen koppelt de SWOV de ongevallenregistratie in BRON met de ziekenhuisregistratie van verkeersgewonden. Omdat die koppeling niet voor alle records lukt, neemt het bruikbaar aantal ongevallen nog verder af bij gebruik van ongevallengevens met de gecorrigeerde letselernst Knelpunten bij verkeersgegevens Verkeersgegevens worden over het algemeen verzameld door de wegbeheerder zelf. 5 De dichtheid van het aantal meetpunten in een netwerk, type gegevens, format van gegevens en database en gebruikte apparatuur verschilt per wegbeheerder en verandert door de jaren heen. Over het algemeen geldt dat van het hoofdwegennet vrij goede gegevens beschikbaar zijn over een lange periode. Van het onderliggend wegennet zijn de verkeersgegevens beperkter. Van gemeentelijke wegen ontbreken structurele tellingen veelal. Op provinciale wegen worden meer structurele tellingen uitgevoerd. Daar levert de lage dichtheid van telpunten echter onzekerheden op in de gegevens (Voskamp, 2011). Dit wordt helder wanneer gekeken wordt naar de telvakindeling van Figuur 5. 5 Twee alternatieve bronnen zijn floating car data op basis van gps of telefoongegevens 9

10 Figuur 5 Indeling telvakken Telvak A is hier gedefinieerd als het wegvak tussen twee knopen met wegen van dezelfde orde in de netwerkhiërarchie. De telling van telvak A wordt verricht met behulp van één telpunt op een willekeurig punt op dit wegvak. Binnen dit wegvak bevinden zich echter knopen met wegen van een lagere orde. Hier vindt een uitwisseling van stromen plaats. Omdat kruispunttellingen ontbreken, valt vervolgens niet te reconstrueren wat de verkeersintensiteiten waren op wegvak A.1 - A Gegevens van wegkenmerken Huidige situatie Gegevens met betrekking tot wegkenmerken zijn maar beperkt beschikbaar. Kennis die wegbeheerders hebben over de vormgeving van hun wegen hebben zijn vaak vastgelegd in rapporten, op tekeningen of bevindt zich in de hoofden van mensen zelf. 6 Deze vorm van kennis is echter slecht toegankelijk en is erg arbeidsintensief om te ontsluiten. Vanwege de benodigde schaalgrootte bij onderzoek naar de relatie tussen wegkenmerken en ongevallen (het gaat om honderden of zelfs duizenden kilometers), zijn gegevens in deze vorm niet (of slecht) geschikt voor dit type onderzoek. Het initiatief Wegkenmerken+ had als doel hier verandering in te brengen door het uniform vastleggen en periodiek bijhouden van een selectie van vormgevingsaspecten van de weg in een toegankelijke database. Door het vrijwillige karakter van de inventarisatieopdracht en het gebrek aan communicatie over het nut ervan is het project echter niet geslaagd. Enkele wegbeheerders hebben een inventarisatie uitgevoerd, maar vaak niet actief bijgehouden. ViaStat 7 is een ander bekend instrument, en gebaseerd op Wegkenmerken+. Met ViaStat is echter de uniformiteit van bestanden tussen verschillende wegbeheerders verdwenen, doordat wegbeheerders zelf de specificaties van de inventarisatie vaststellen. Tevens lijkt het ook bij gebruik van ViaStat zo te zijn dat wegbeheerders het bestand niet altijd actueel houden. Toegankelijke kennis over de weg is dus maar beperkt beschikbaar. Een alternatief zou dan zijn om binnen een onderzoeksproject een inventarisatie van wegkenmerken uit te voeren. Dergelijke inventarisaties zijn echter zeer arbeidsintensief en kostbaar. Dit geldt zowel voor inventarisaties in het veld, als voor inventarisaties achter een desktop aan de hand van beeldmateriaal. 8 De middelen voor onderzoek zijn daarvoor meestal niet toereikend. Daarbij komt het nadeel dat een eenmalige inventarisatie slechts een momentopname is van de staat van de weg. Mutaties in de tijd worden dus niet waargenomen. Aangezien in ongevallenonderzoek vaak met jaarreeksen van minimaal drie jaar aan ongevallen wordt gewerkt (in dit onderzoek vijf jaar), leidt dit tot onzekerheden over de staat de weg ten tijde van het ongeval. 6 Dit blijkt uit een onderzoek in opdracht van het KpVV naar de registratie van wegkenmerken (Stemerdink et al., 2011) 7 Dit betreft een product van Via.nl 8 Voorbeelden van bronnen van geschikte beeldgegevens voor inventarisatie zijn Cyclomedia met Globespotter en, de Fugro met Drive- Map en Beeldmateriaal.nl 10

11 Nieuwe gegevensbronnen voor de ontwikkeling van een database van wegkenmerken zijn daarom gewenst. Daarbij zijn continuïteit, uniformiteit en toegankelijkheid belangrijke vereisten voor de bruikbaarheid voor onderzoek De ontwikkeling van de Basisregistratie Grootschalige Topografie Een belangrijke ontwikkeling die perspectief biedt voor een duurzame, uniforme en toegankelijke inventarisatie van wegkenmerken komt vanuit de ontwikkelingen van het gebruik van GIS 9 bij de overheid. Recentelijk heeft de overheid besloten tot de ontwikkeling van de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). Van heel Nederland worden daarin op een eenduidige manier ruimtelijke objecten zoals gebouwen, wegen, water, spoorlijnen en groen vastgelegd. De schaal waarop de BGT dient te functioneren is 1:500 tot 1:5000. Met de ontwikkeling van een eenduidige basiskaart verkrijgen alle overheden toegang tot dezelfde basisgegevens over de topografie van Nederland. Het doel is een eenmalige inwinning en een meervoudig gebruik van topografische informatie. Bij het gebruik kan gedacht worden aan beheer en informatie-uitwisseling van ruimtelijke ontwikkelingen. Daarbij kan op een aantal punten winst worden gemaakt, waaronder: Een betere dienstverlening aan burgers en bedrijven door het bieden van eenduidige, actuele en betrouwbare gegevens Betere samenwerking tussen overheden op basis van eenduidige gegevens Tijdbesparing op de aanlevering van ruimtelijke gegevens Kostenbesparing op (dubbele) inwinning en vergaren van gegevens De BGT wordt tot stand gebracht door alle gebiedsbeheerders in Nederland. Gebiedsbeheerders zijn de beheerders van bepaalde grondgebieden, zoals Rijkswaterstaat, provincies, gemeenten en waterschappen. Elke bronhouder (gebiedsbeheerder) is verantwoordelijk voor de realisatie van de BGT binnen zijn of haar gebiedsgrenzen. Voor deze realisatie hebben zij de tijd tot eind 2015, waarna zij tevens de plicht hebben om de BGT actueel te houden. 10 De BGT omvat een selectie van topografische basisobjecten, gebaseerd op de gezamenlijke informatiebehoeften van verschillende gebruikers. De objecten staan gedefinieerd in het Informatiemodel Geografie (IMGeo). Deze IMGeo is opgedeeld in het verplichtte deel, de BGT, en een optioneel deel; de plustopografie. Deze plustopografie is bedoeld als nationale standaard voor het opslaan en uitwisselen van beheer- en plustopografie die niet onderdeel vormt van de BGT maar wel wordt verzameld door de bronhouder. Een voorbeeld van een wegindeling met daarin de objecten die in de BGT zijn opgenomen, is gegeven in Figuur 6. 9 Een GIS is een instrument voor het verzamelen, opslaan, weergeven, bewerken, analyseren, interpreteren en presenteren van ruimtelijke gegevens. Alle denkbare gegevens met een ruimtelijke component kunnen in een GIS in kaarten worden weergegeven. Deze kaarten zijn in wezen modellen van de ruimtelijke werkelijkheid. 10 De richtlijnen voor de actualiteit van het BGT staan nog ter discussie. Het voorstel voor wegdelen buiten de bebouwde kom is een actualiteit van 4 maanden. Het voorstel voor ondersteunende wegdelen en dergelijke buiten de bebouwde kom is 18 maanden. (Programma Bgt, 2012) 11

12 Figuur 6 Voorbeeld van wegindeling uit de Gegevenscatalogus BGT (2012) Een wegbeheersysteem in GIS op basis van IMGeo De BGT biedt een basis voor de ontwikkeling van actuele en uniforme wegbeheersystemen met gedetailleerde gegevens over de weg. De BGT alleen biedt echter onvoldoende gedetailleerde informatie voor onderzoek. Zo worden bomen zoals afgebeeld in Figuur 6 binnen de BGT niet vastgelegd, maar zijn deze onderdeel van wat in de BGT als begroeide berm wordt geregistreerd. Op basis hiervan kan de obstakelvrije zone echter niet bepaald worden, aangezien onbekend is wat er in de berm staat en op welke afstand een boom van de weg staat. De BGT introduceert bij de wegbeheerder echter wel het werken met GIS. De ontwikkeling van de BGT is voor een aantal provincies, waaronder de provincie Noord-Brabant en Noord-Holland, de aanleiding geweest om een start te maken met de ontwikkeling van een ruimtelijke database van de wegen in beheer van de provincie en een directe koppeling met een nieuw wegenbeheersysteem. In Noord-Brabant betreft dit het Digitaal Topografisch Bestand (DTB), in de provincie Noord-Holland betreft dit de Grootschalige Topografie Provincie Noord-Holland (GTPNH) en in beide provincies wordt deze gekoppeld aan een nieuw wegenbeheersysteem. Het doel van het DTB is de ontwikkeling van één ruimtelijke database, voor alle afdelingen binnen de provincie die werken met ruimtelijke gegevens. Daarbij wordt beoogd het asset management (planning en beheer) van wegen, groenvoorziening en openbare ruimte efficiënter vorm te geven. Deze doelstelling is vergelijkbaar met die van de BGT. Verschillende beheertaken vanuit wegbeheer en groenbeheer vragen echter een hoger detailniveau van de data, dan geleverd kan worden op basis van de BGT-standaard. Dit is de aanleiding geweest om een ruimere objectdatabase op te zetten dan wordt gehanteerd in de BGT. Daarbij wordt zo veel mogelijk de plustopografie uit IMGeo aangehouden. Objecten die in de objectdatabase van het DTB zijn opgenomen en in de BGT ontbreken zijn bijvoorbeeld: Wegbelijning Verhardingstypen Bermbeveiliging Bomen (en andere gewassen als puntobjecten) Lantaarnpalen Verkeerslichten Talud Hectometrering Figuur 7 geeft bijvoorbeeld een visualisatie van de N289 uit het DTB. 12

13 Figuur 7 Visualisatie van het DTB van de N289 ter hoogte van hectometerpaal 13.4 (Bron: DTB Provincie Noord- Brabant) 11 De figuur geeft een beeld van de N289 en de omgeving. Verschillende objecten uit het DTB zijn hier zichtbaar gemaakt, zoals de verschillende opritten, de bomen, de berm, sloten en fietspaden. Elk object is eenvoudig te benaderen. Indien iemand geïnteresseerd is in de specifieke eigenschappen van één of meer (gevisualiseerde) objecten, kunnen deze eenvoudig worden benaderd door ze te selecteren op de kaart of op basis van zijn eigenschappen met behulp van een query op te vragen. Het DTB bevat echter niet expliciet alle relevante gegevens voor een onderzoeksdatabase voor wegkenmerken. Een deel van de gewenste informatie wordt verzameld in de objectadministratie, een ander deel is impliciet aanwezig in de geometrie van het DTB en dient met behulp van GIS-software te worden bepaald. Dit betreffen kenmerken zoals de wegbreedte en de obstakelvrije zone. Zo kan voor elk (geregistreerd) obstakel langs de weg de afstand tot de weg worden bepaald. Daarmee is vervolgens bijvoorbeeld de gemiddelde obstakelvrije zone en de obstakeldichtheid per honderd meter wegvak te bepalen Inbedding van verkeersveiligheidsaspecten in Informatiemodellen IMGeo en BGT zijn beide generiek van aard en bevatten daarom slechts een beperkte algemene set van kenmerken. Belangrijke basiskenmerken voor verkeersveiligheidsonderzoek die hierin bijvoorbeeld niet zijn opgenomen, zijn de Duurzaam Veilig-wegcategorisering, snelheidslimieten, komgrenzen en wegindeling. Voor meer specifieke doeleinden zijn daarom ook specifieke informatiemodellen in ontwikkeling (of al gereed). De ontwikkeling van deze modellen is belangrijk voor het vormgeven onderbrengen van bijvoorbeeld het DTB in een nationale standaard. Een model voor beheer van de openbare ruimte (IMBOR) wordt nu door het CROW ontwikkeld in samenhang met IMGeo. Deze is dus specifiek gericht op (weg)beheerdoeleinden. De ontwikkeling van IMBOR bevindt zich nog in een vroeg stadium, maar dient binnen één of twee jaar gereed te zijn, aangezien is vastgesteld dat het BGT in 2015 in gebruik moet worden genomen. Om bij verkeersveiligheidsonderzoek en -beleid van deze nieuwe informatiebronnen te kunnen profiteren, zal dus aansluiting gezocht dienen te worden bij deze ontwikkelingen. Een alternatief zou tevens kunnen zijn dat vanuit wegontwerp, aansluitend op IMBOR een informatiemodel wegontwerp wordt ontwikkeld. Dit is op dit moment nog niet geïnitieerd. 11 De complete legenda is te groot om hier weer te geven en de visualisatie is redelijk duidelijk van zichzelf. Daarom is de legenda hier achterwege gelaten 13

14 3.4 SWOV Onderzoeksdatabase Wegkenmerken Binnen de looptijd van dit onderzoek was het niet mogelijk om naast de verkenning en analyse van nieuwe databronnen ook een nieuwe onderzoeksdatabase te ontwikkelen. Voor de modelontwikkeling is daarom gebruikgemaakt van de SWOV Onderzoeksdatabase Wegkenmerken (SODBW). De SWOV Onderzoeksdatabase Wegkenmerken SODBW bestaat uit gegevens van provinciale wegen van de provincies Drenthe en Gelderland en bevat gegevens van wegkenmerken, verkeersgegevens en ongevallengegevens. De wegen zijn opgedeeld in honderdmeterwegvakken op basis van de hectometrering. De wegkenmerkengegevens zijn verzameld in 2007 in opdracht van de SWOV. De verkeersgegevens zijn afkomstig van de tellingen door de provincies. De ongevallengegevens zijn afkomstig uit BRON. Zowel de ongevallengegevens als de verkeersgegevens komen uit de periode Voor een uitvoerige beschrijving van de data wordt verwezen naar het onderzoeksrapport (Van Petegem, 2012) 4 Modelresultaten 4.1 Een CPM van bermongevallen In dit onderzoek is een CPM van bermongevallen (of eigenlijk enkelvoudige ongevallen) voor bubeko 80-wegen ontwikkeld. De modelparameters zijn geschat aan de hand van een regressieanalyse 12 op basis van data van letselongevallen, wegkenmerken en intensiteiten uit de SWOV Onderzoeksdatabase Wegkenmerken (SODBW). Het ontwikkelde model is weergegeven in de onderstaande functie en Tabel 3, inclusief de significantie van de verschillende parameterschattingen. Ong = 7, JGEI 1,05 Icorr. 0,11 + Obst.0,41 + Bermb. 0,74 + SBocht.1,07 + MBocht.0,20 e Variabelen Exponent Parameterschatting p-waarde Ong Ongevallenfrequentie van letselongevallen op een wegvak Constante Modelintercept 7,79 E-06-11,76 0,001 JGEI Jaargemiddelde etmaalintensiteit - 1,05 0,019 Icorr Intensiteit correctiefactor 0,89-0,11 0,049 Obst Obstakelafstand 0-2 meter 1,51 0,41 0,001 Bermb Bermbeveiliging zijnde een betonnen 0,48-0,74 0,092 barrier of standaard vangrail Sbocht Sterk bochtig; visuele interpretatie 2,93 1,07 0,008 van het aantal bochten per km Mbocht Matig bochtig; visuele interpretatie 1,23 0,20 0,108 van het aantal bochten per km Tabel 3 CPM van bermongevallen Het model geeft een schatting van de verwachte ongevallenfrequentie (aantal ongevallen per vijf jaar) van enkelvoudige letselongevallen van honderdmeterwegvakken in de provincies Drenthe en Gelderland, op basis van de hierboven aangegeven parameterschattingen. De jaargemiddelde etmaalintensiteit is daarin een belangrijke component. Het aantal ongevallen op een weg of netwerk hangt namelijk sterk samen met de hoeveelheid verkeer, zoals ook uit dit onderzoek naar voren komt. 12 De regressieanalyse is verricht met behulp van het programma SAS enterprise. Daarbij is de analyse verricht aan de hand van Generalised Linear Modelling procedures, de Negatief Binomiale kansfunctie en de log link als linkfunctie. Een nadere beschrijving is te vinden in het afstudeerrapport (Van Petegem, 2012) en een artikel ingediend bij RSS (Van Petegem, 2013) 14

15 Omdat het model expliciet de expositie in rekening brengt, kunnen de andere parameters worden afgelezen als het effect op de verkeersveiligheid, gecorrigeerd voor de expositie. De JGEI en Icorr betreffen continue variabelen. De wegkenmerkenvariabelen betreffen dummievariabelen. De parameterschattingen van de wegkenmerkenvariabelen bevinden zich in de e-macht. Door de e-macht te bepalen van de parameterschattingen wordt het effect gevonden van de (dummie)variabelen op het aantal ongevallen, bij constant houden van de overige modelvariabelen. Daarbij is geen onderlinge afhankelijkheid geconstateerd tussen de hierboven genoemde wegkenmerken. Het model vertelt ons dan dat op wegvakken met een obstakelafstand van 0-2 meter een factor 1,5 meer bermongevallen plaatsvinden dan op andere wegvakken. Een sanering van obstakels binnen een afstand van 2 meter kan dus leiden tot een reductie van 50% van het aantal ongevallen op deze wegvakken. Met de ontwikkeling van een alternatief model is tevens bepaald dat de sanering van obstakels binnen een afstand van 0-5 meter een reductie van ongeveer 30% in het aantal ongevallen kan opleveren op deze wegvakken. 13 Daarnaast geeft het een indicatie dat op wegen met een bermbeveiliging een factor 2 minder bermongevallen plaatsvinden dan op wegen zonder bermbeveiliging. En ten slotte maakt het model duidelijk dat bochten gevaarlijke elementen zijn in het wegontwerp, met een factor 3 meer ongevallen op wegen met relatief veel bochten per kilometer. 14 Daarmee biedt het model een kwantitatieve onderbouwing voor het saneren van krappe obstakelvrije zones. Ook geeft het een indicatie van het gunstige effect van een bermbeveiliging waar een echte sanering niet mogelijk is. Tevens duidt het model op het gevaar dat bochtige wegen met zich mee brengen. Het model is echter nog geen compleet model van bermongevallen. Zo ontbreekt het onderscheid in ongevalsrisico tussen obstakelafstanden van 0-2 m, 2-4,5 m, 4,5-6 m en meer dan 6 m. Daarnaast is de schatting van de bermbeveiliging indicatief en dus niet significant op 95% en is de variabele bochtigheid een subjectieve maat 15, die niet reproduceerbaar is. Ook ontbreken andere wegkenmerken die relevant worden geacht, zoals de rijbaanbreedte en -indeling, de semiverharde berm, rumble-stroken en bochtmarkering. Deze beperkingen komen voornamelijk voort uit een beperkte kwantiteit en kwaliteit van beschikbare data. 4.2 Een CPM als proactief instrument voor de identificatie van onveilige wegen Een mogelijke toepassing van het model ligt in de identificatie van relatief onveilige wegen. Met het model kan een schatting worden gedaan van het te verwachten aantal ongevallen op een hectometerwegvak, in een periode van vijf jaar, op provinciale bubeko 80-wegen, van de provincies Drenthe en Gelderland. Op basis van het ontwikkelde model is een schatting van de ongevallendichtheid van deze provinciale wegen eenvoudig te visualiseren met behulp van ArcGis (zie Figuur 8). 13 Het effect van een sanering van de obstakelvrije zone op wegvakken met obstakels binnen een afstand van 0-5 meter is lager, omdat het gemiddeld risico van obstakels in de klasse 0-5 m lager is dan in de klasse 0-2 m 14 Hierbij wordt aangenomen dat de parameterschattingen op basis van enkelvoudige ongevallen representatief zijn voor alle bermongevallen. Strikt genomen heeft het model betrekking op enkelvoudige ongevallen. 15 De bochtigheid betreft een subjectieve waarneming van de uitvoerder van de dataverzameling van de mate van bochtigheid en is dus niet uitgedrukt in hoekverdraaiing. 15

16 Figuur 8 Kaart van de ongevallendichtheid van de provincies Drenthe en Gelderland Met behulp van het model is de verwachte ongevallenfrequentie geschat op basis van het verkeersaanbod en de kenmerken van de weg van alle wegvakken in de SODBW. Deze toepassingsvorm van CPM s biedt wegbeheerders inzicht in het relatieve veiligheidsniveau van wegen. Met behulp van de kaarten zoals getoond in Figuur 8, zijn eenvoudig die wegen aan te wijzen waar relatief veel bermongevallen verwacht worden. 16 Daarmee kunnen CPM s als deze ondersteuning bieden in een proactief verkeersveiligheidsbeleid. 5 Conclusies Uit de ongevallenanalyse komt duidelijk naar voren dat bermongevallen op wegvakken buiten de bebouwde kom met een snelheidslimiet van 80 km/uur een belangrijk deel uit maken van de ernstige ongevallen in Nederland. Ook is duidelijk gemaakt dat de infrastructuur hierin een belangrijke rol in speelt en van welke wegkenmerken een relevante relatie wordt verwacht met bermongevallen. Om dit probleem effectief aan te pakken hebben wegbeheerders behoefte aan kennis over de kwantitatieve relatie tussen ongevallen en het wegontwerp en verkeersveiligheidsmaatregelen. Crash Prediction Models kunnen hier een belangrijke rol in spelen, zo tonen de resultaten van dit onderzoek aan. Het CPM van bermongevallen biedt inzicht in de relatie tussen bermongevallen en de volgende kenmerken; de verkeersintensiteit, de obstakelvrije zone, de bermbeveiliging en de bochtigheid. Daarnaast kan met het model inzicht worden verkregen in de relatieve veiligheid van de wegen in een netwerk wat bermongevallen betreft. Door de beperkte beschikbaarheid van data konden van andere relevante kenmerken (zoals bepaald in de ongevallenanalyse) echter geen relatie worden bepaald met ongevallen. Voor verder onderzoek naar de relatie tussen wegkenmerken en (berm)ongevallen zijn nieuwe databronnen nodig. 16 Daar waar de geschatte ongevallenfrequentie (en dus de ongevallendichtheid) het hoogst is, kleurt de weg donkerrood. Daar waar deze het laagst is, kleurt de weg groen. 16

17 In het dataonderzoek zijn nieuwe databronnen voor toekomstig onderzoek geïdentificeerd. De meeste potentie lijkt daarbij te liggen in GIS-beheersystemen, waarbinnen de topografie- en wegbeheerinformatie liggen opgeslagen. Het Digitaal Topografisch Bestand van de provincie Noord-Brabant vormt hiervan een goed voorbeeld. In dit bestand liggen veel voor beheerdoeleinden relevante gegevens opgeslagen (zoals de topografie van wegen en alle bomen), op basis waarvan relevante verkeersveiligheidskenmerken zoals de wegbreedte en obstakelvrije zone kunnen worden bepaald. Doordat wegbeheerder zijn verplicht om een Basisregistratie Grootschalige Topografie te ontwikkelen, worden ze gedwongen om de basisgegevens van hun wegennet in een GIS op te nemen. Daarmee kan de een ontwikkeling van de BGT als vliegwiel dienen voor de ontwikkeling van GIS-beheersystemen op grote schaal in Nederland. Om deze nieuwe gegevensbronnen te kunnen gaan gebruiken voor verkeersveiligheidsbeleid en onderzoek, en ten behoeve van een uniforme registratie van gegevens, is het belangrijk om aansluiting te zoeken bij de ontwikkeling van informatiemodellen die de registratie van deze gegevens beschrijven, zoals het IMGeo en IMBOR (informatiemodel beheer openbare ruimte). Op de korte termijn biedt IMBOR hiervoor waarschijnlijk de meeste kans. Daarnaast is het echter ook waardevol om te kijken naar de mogelijkheden om basisgegevens zoals snelheidslimiet, wegcategorie en komgrenzen op te nemen in de BGT, zodat de BGT ook een toepassing kan krijgen in verkeersveiligheidsonderzoek. Literatuurlijst Brüde, U., Larsson, J., & Thulin, H. (1980). Trafikolyckors samband med linjeföring (VTI Meddelande No. 235). Linköping: Statens Väg- och trafik institut VTI. Davidse, R. J. (2011). Bermongevallen: karakteristieken ongevalsscenarios en mogelijke interventies (R ). Leidschendam: SWOV - Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveilighied. Davidse, R. J., Doumen, M. J. A., Duivenvoorde, K. V., & Louwerse, W. J. R. (2011). Bermongevallen in Zeeland: karakteristieken en oplossingsrichtingen (R ). Leidschendam: SWOV. Dijkstra, A. (1998). Oriëntatie op kwantitatieve relaties tussen elementen van het wegontwerp en indicatoren voor verkeersonveiligheid : literatuurstudie buitenlands onderzoek. (R-98-49). Leidschendam: Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV. Gross, F., Jovanis, P. P., Eccles, K., & Chen, K. Y. (2009). Safety Evaluation of Lane and Shoulder Width Combinations on Rural, Two-Lane, Undivided Roads (FHWA-HRT ). Georgetown Pike. Hedman, K.-O. (1989). Road design and safety. In Proceedings of Strategic Highway Research Program and Traffic Safety on Two Continents in Gothenburg, Sweden, September, 1989 (pp ). Linkoping: VTI Programma Bgt, A. I. S. (2012). Basisregistratie Grootschalige Topografie: Gegevenscatalogus BGT 1.0: Geonovum. Schermers, G., & Duivenvoorde, C. W. a. E. (2010). Een SWOV-Database Wegkenmerken. Leidschendam: SWOV. Schermers, G., & Van Petegem, J. W. H. (2013). Veiligheidseisen aan het dwarsprofiel van gebiedsontsluitingswegen met limiet 80 km/uur; Aanbevelingen voor de actualisatie van het Handboek Wegontwerp (D ). Leidschendam: SWOV. Stemerdink, M., Hoek, P. V., Schermers, G., & Moning, H. (2011). Effecten van fysieke verkeersveiligheidsmaatregelen op 80 en 100 km/h wegen: Kennisplatvorm Verkeer en Vervoer. Torbic, D. J., Hutton, J. M., Bokenkroger, C. D., Bauer, K. M., Harwood, D. W., Gilmore, D. K., Dunn, J. M., Ronchetto, J. J., Donnell, E. T., Sommer Iii, H. J., Garvey, P., Persaud, B., & Lyon, C. (2009). Guidance for the design and application of shoulder and centerline rumble strips (Vol. NCHRP 641): Transportation Research Board. Van Petegem, J. W. H. (2012). Een modelonderzoek naar bermongevallen: Delft, Technische Universiteit Delft TUD, Faculteit Civiele Techniek, Master Thesis, 177 p., 50 ref. Van Petegem, J. W. H. (2013). A modeling approach on run-off-the-road crashes in the Netherlands. Paper presented at the International Conference Road Safety and Simulation (RSS) Voskamp, H. a. W. (2011). Verzamelen van verkeersintensiteiten voor de bepaling van ongevalsrisicocijfers op provinciale wegen (Stagerapport). Leidschendam: SWOV. Wegman, F., & Aarts, L. (2005). Door met Duurzaam Veilig. Leidschendam: SWOV. Zegeer, C., Reinfurt, D., Neuman, T., Stewart, R., & Council, F. (1990). Safety improvements on horizontal curves for twolane rural roads : informational guide. Chapel Hill: University of North Carolina UNC, Highway Safety Research Center HSRC. 17

MASTER THESIS EEN MODELONDERZOEK NAAR BERMONGEVALLEN. Een correlatieonderzoek naar bermongevallen en het dwarsprofiel, plus

MASTER THESIS EEN MODELONDERZOEK NAAR BERMONGEVALLEN. Een correlatieonderzoek naar bermongevallen en het dwarsprofiel, plus MASTER THESIS EEN MODELONDERZOEK NAAR BERMONGEVALLEN Een correlatieonderzoek naar bermongevallen en het dwarsprofiel, plus een handreiking voor de ontwikkeling van nieuwe ongevallenvoorspellingsmodellen

Nadere informatie

Voortbouwen op de BGT

Voortbouwen op de BGT Voortbouwen op de BGT BGT IMGeo als basis voor andere sectoren Arnoud de Boer Open GeoDag 2 september 2015 Informatiemodel Geografie Voordelen BGT Overheid werkt op zelfde basiskaart Betere Dienstverlening

Nadere informatie

R-89-25 Ir. A. Dijkstra Leidschendam, 1989 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

R-89-25 Ir. A. Dijkstra Leidschendam, 1989 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV SCHEIDING VAN VERKEERSSOORTEN IN FLEVOLAND Begeleidende notitie bij het rapport van Th. Michels & E. Meijer. Scheiding van verkeerssoorten in Flevoland; criteria en prioriteitsstelling voor scheiding van

Nadere informatie

Voorspelbaar gedrag door herkenbare wegen. De Nederlandse aanpak

Voorspelbaar gedrag door herkenbare wegen. De Nederlandse aanpak Voorspelbaar gedrag door herkenbare wegen De Nederlandse aanpak Voorspelbaar gedrag door herkenbare wegen De Nederlandse aanpak Robert Louwerse Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

Nadere informatie

Richard van den Hout. Op weg naar een verkeersveiligere infrastructuur van de Nederlandse provinciale wegen

Richard van den Hout. Op weg naar een verkeersveiligere infrastructuur van de Nederlandse provinciale wegen Op weg naar een verkeersveiligere infrastructuur van de Nederlandse provinciale wegen 2 Agenda ANWB Ambitie 20 20 ANWB & VN decade of action Verkeersveiligheid EuroRAP basics EuroRAP Rijkswegen EuroRAP

Nadere informatie

Dilemma s over provinciale wegen. Technische briefing 18 januari 2017 Chris Pit

Dilemma s over provinciale wegen. Technische briefing 18 januari 2017 Chris Pit Dilemma s over provinciale wegen Technische briefing 18 januari 2017 Chris Pit Wegennetvisie = nieuwe functionele indeling van de provinciale wegen Indeling in: Stroomwegen Gebiedsontsuitingswegen Erftoegangswegen

Nadere informatie

Ir. W.J.R. Louwerse (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV) Dr. R.J. Davidse (SWOV) Ing. L.C. van Sluijs (Provincie Zeeland)

Ir. W.J.R. Louwerse (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV) Dr. R.J. Davidse (SWOV) Ing. L.C. van Sluijs (Provincie Zeeland) (bijdragenr. 135) Over bermen, bochten en bomen: verkeerstechnische resultaten van diepteonderzoek naar bermongevallen Ir. W.J.R. Louwerse (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV)

Nadere informatie

Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h

Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h Datum 12 december 2011 Bijlage(n) - Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h Achtergrond Het kabinet is voornemens de maximumsnelheid op autosnelwegen te verhogen naar 130

Nadere informatie

Mededeling. Registratienummer Datum 18 juni 2019 Afdeling/Bureau SENB. Onderwerp Ongevallencijfers Flevoland 2018

Mededeling. Registratienummer Datum 18 juni 2019 Afdeling/Bureau SENB. Onderwerp Ongevallencijfers Flevoland 2018 PROVINCIE FLEVOLAND Mededeling Onderwerp Ongevallencijfers Flevoland 218 Kern mededeling: Jaarlijks worden in april de ongevallencijfers op landelijke schaal bekend gemaakt. Hierin is ook te zien hoeveel

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsmonitor. Gemeente Slochteren

Verkeersveiligheidsmonitor. Gemeente Slochteren Verkeersveiligheidsmonitor Gemeente Slochteren INHOUDSOPGAVE Trend 3 Algemene ontwikkeling van het totale aantal slachtoffers... 3 Ontwikkeling aantal verkeersdoden (geïndexeerd) ten opzichte van het referentiegebied

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 29 398 Maatregelen verkeersveiligheid Nr. 523 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Een nieuwe kijk naar dwarsprofielen op 80 km/uur wegen

Een nieuwe kijk naar dwarsprofielen op 80 km/uur wegen Een nieuwe kijk naar dwarsprofielen op 80 km/uur wegen Govert Schermers (SWOV, Leidschendam) Jan Hendrik van Petegem (SWOV, Leidschendam) Samenvatting Richtlijnen voor wegontwerp zijn op dit moment onvoldoende

Nadere informatie

Op weg naar verkeersveiligere infrastructuur van de Nederlandse provinciale wegen

Op weg naar verkeersveiligere infrastructuur van de Nederlandse provinciale wegen Op weg naar verkeersveiligere infrastructuur van de Nederlandse provinciale wegen 1 2 ANWB & verkeersveiligheid ANWB onderschrijft VN Decade of Action for Road Safety ANWB 10 puntenplan Veilig op weg naar

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsmonitor

Verkeersveiligheidsmonitor Verkeersveiligheidsmonitor Cijfers & Trends Gemeente Molenwaard 2009-2013 Datum: 23-9-2014 Realisatie door VIA met inzet van ViaStat. INHOUDSOPGAVE Trend 3 Algemene ontwikkeling van het totale aantal slachtoffers...

Nadere informatie

EuroRAP Road Protection Score

EuroRAP Road Protection Score EuroRAP Road Protection Score Samenvatting Verkeersveiligheid staat hoog op de Europese en de Nederlandse agenda. Het European Road Assessment Programme (EuroRAP) wil eraan bijdragen om de verkeersveiligheid

Nadere informatie

Fietsongevallen en Infrastructuur

Fietsongevallen en Infrastructuur Fietsongevallen en Infrastructuur demonstratie van verrijkte ongevalsanalyse in Politiezone Antwerpen Tim Asperges Vlaanderen Fietsland! 250,0 200,0 150,0 100,0 50,0 - risico fietsgebruik Maar veiligheid

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA Den Haag

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA Den Haag > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Ministerie van Infrastructuur en Milieu Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus

Nadere informatie

Tijdreeksanalyse in verkeersveiligheidsonderzoek met behulp van state space methodologie

Tijdreeksanalyse in verkeersveiligheidsonderzoek met behulp van state space methodologie Samenvatting Tijdreeksanalyse in verkeersveiligheidsonderzoek met behulp van state space methodologie In dit proefschrift wordt een aantal studies gepresenteerd waarin tijdreeksanalyse wordt toegepast

Nadere informatie

Haal meer uit de BGT!

Haal meer uit de BGT! Haal meer uit de BGT! BGT IMGeo als basis Arnoud de Boer Wat en waarom BGT? Inhoud Doorontwikkeling BGT BGT Koppelvlakken Voortbouwen op de BGT Van data naar informatie (demo) BGT: verplichte deel IMGeo

Nadere informatie

Ongevallenanalyse Quick-Scan WEGVAK N241 van N248 tot N242

Ongevallenanalyse Quick-Scan WEGVAK N241 van N248 tot N242 Ongevallenanalyse Quick-Scan WEGVAK N241 van N248 tot N242 Periode 2005 2009 Verkeersongevallenanalyse B&U IGI Geodata Provincie Noord-Holland Directie Beheer en Uitvoering Zijlweg 245 Postbus 205 2050

Nadere informatie

Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg

Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg 1. Inleiding Lang was de onveiligheid van het fietsverkeer het enige aandachtspunt in het fietsbeleid. Gelukkig heeft de beleidsmatige aandacht

Nadere informatie

DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN

DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN Artikel Mensen op straat (1980) (Voorjaar): 27 R-80-13 Voorburg, 1980 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV -2- Inleiding Zal een verlaging van de maximumsnelheid

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsrapportage

Verkeersveiligheidsrapportage Focus op veilig en vlot verkeer in Gemeente Valkenswaard Verkeersveiligheidsrapportage Periode Q1 2014 - Q2 2016 2 november 2016 BLIQ Focus op veilig en vlot verkeer in Gemeente Valkenswaard BLIQ is dé

Nadere informatie

(Bijdragenr. 126) Ranking the Roads. ir. Mirza Milosevic (Dienst Beheer Infrastructuur, Provincie Zuid-Holland)

(Bijdragenr. 126) Ranking the Roads. ir. Mirza Milosevic (Dienst Beheer Infrastructuur, Provincie Zuid-Holland) (Bijdragenr. 126) Ranking the Roads ir. Mirza Milosevic (Dienst Beheer Infrastructuur, Provincie Zuid-Holland) ir. Peter Carton (Dienst Beheer Infrastructuur, Provincie Zuid-Holland) Samenvatting Ranking

Nadere informatie

Ir. W.J.R. Louwerse (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV) Dr. R.J. Davidse (SWOV) Ing. L.C. van Sluijs (Provincie Zeeland)

Ir. W.J.R. Louwerse (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV) Dr. R.J. Davidse (SWOV) Ing. L.C. van Sluijs (Provincie Zeeland) (bijdragenr. 134) Over bermen, bochten en bomen: verkeerstechnische resultaten van diepteonderzoek naar bermongevallen Ir. W.J.R. Louwerse (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV)

Nadere informatie

IMBOR - INFORMATIEMODEL BEHEER OPENBARE RUIMTE. Grip op de openbare ruimte met het IMBOR

IMBOR - INFORMATIEMODEL BEHEER OPENBARE RUIMTE. Grip op de openbare ruimte met het IMBOR IMBOR - INFORMATIEMODEL BEHEER OPENBARE RUIMTE Grip op de openbare ruimte met het IMBOR 1. Rol CROW Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de Grond-, Water- en Wegenbouw en de Verkeerstechniek Nationaal

Nadere informatie

Strategisch plan verkeersveiligheid. Kennisnetwerk SPV

Strategisch plan verkeersveiligheid. Kennisnetwerk SPV Strategisch plan verkeersveiligheid Kennisnetwerk SPV SPV: Op weg naar 0 slachtoffers Daling Aantal verkeersdoden stagneert en aantal slachtoffers stijgt - extra aandacht voor verkeersveiligheid, samenwerken

Nadere informatie

Alternatieve analysemethoden voor verkeersveiligheid

Alternatieve analysemethoden voor verkeersveiligheid Alternatieve analysemethoden voor verkeersveiligheid Een overzicht van methoden uit de toolkit Samenvatting DTV Consultants heeft in opdracht van DVS een catalogus of toolkit van alternatieve analysemethoden

Nadere informatie

Een beter en nieuw NWB door samenwerking én innovatie

Een beter en nieuw NWB door samenwerking én innovatie Innovatie versnelt: Een beter en nieuw NWB door samenwerking én innovatie Geobuzz, 22 november 2017 Contact: Eric van der Ster (eric.vander.ster@rws.nl) Inhoud Agenda: Voorstellen Doel workshop Het programma

Nadere informatie

Fietsersbond Safety Performance Index. Bas Hendriksen, Jaap Kamminga. Productinformatie

Fietsersbond Safety Performance Index. Bas Hendriksen, Jaap Kamminga. Productinformatie Fietsersbond Safety Performance Index Bas Hendriksen, Jaap Kamminga Productinformatie Augustus 2019 Productinformatie Fietsersbond Safety Performance Index 1 Verkeersveiligheid is een groot en belangrijk

Nadere informatie

Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 2015 Gemeente Eindhoven, november 2016

Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 2015 Gemeente Eindhoven, november 2016 Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 15 Gemeente Eindhoven, november 1 Inleiding Met dit document wordt inzicht gegeven in de actuele stand van zaken van de objectieve verkeersveiligheid in Eindhoven.

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 12 december 2016 Betreft Ernstig verkeersgewonden 2015

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 12 december 2016 Betreft Ernstig verkeersgewonden 2015 > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Wijk- en Stadszaken Nota 1. Inleiding

Wijk- en Stadszaken Nota 1. Inleiding Wijk- en Stadszaken Mobiliteit Doorkiesnummers: Telefoon 015 260 27 73 Fax 015 213 68 23 Aan Commissie Wijk, Verkeer en Beheer Afschrift aan Nota Datum 09-09-2008 Ons kenmerk Onderwerp Ongevallenanalyse

Nadere informatie

Naar meer veiligheid op gebiedsontsluitingswegen Aanbevelingen voor wegvakken van de huidige 50- en 80km/uur-wegen R

Naar meer veiligheid op gebiedsontsluitingswegen Aanbevelingen voor wegvakken van de huidige 50- en 80km/uur-wegen R Naar meer veiligheid op gebiedsontsluitingswegen Aanbevelingen voor wegvakken van de huidige 50- en 80km/uur-wegen R-2014-18 Naar meer veiligheid op gebiedsontsluitingswegen Gebiedsontsluitingswegen de

Nadere informatie

Grip op de openbare ruimte m.b.v. het Informatiemodel Beheer Openbare Ruimte IMBOR

Grip op de openbare ruimte m.b.v. het Informatiemodel Beheer Openbare Ruimte IMBOR Grip op de openbare ruimte m.b.v. het Informatiemodel Beheer Openbare Ruimte IMBOR Ceciel van Iperen CROW-cluster Beheer Openbare Ruimte en Infrastructuur Stand van zaken IMBOR 1.Korte introductie rol

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 29 398 Maatregelen verkeersveiligheid Nr. 544 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

AVOC. Frank Vangeel Politie Antwerpen

AVOC. Frank Vangeel Politie Antwerpen AVOC Frank Vangeel Politie Antwerpen AVOC? Aanpak van verkeersongevallenconcentraties Doel : Op basis van overeenkomsten in ongevallen op één locatie, aanwijzingen vinden voor het verbeteren van de vormgeving

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsrapportage

Verkeersveiligheidsrapportage Focus op veilig en vlot verkeer in Gemeente Valkenswaard Verkeersveiligheidsrapportage Periode 2014 - Q1 2017 Productiedatum 18 mei 2017 BLIQ Focus op veilig en vlot verkeer in Gemeente Valkenswaard BLIQ

Nadere informatie

Bevindingen ongevallengegevens

Bevindingen ongevallengegevens Kerkplein 2 T (0343) 56 56 00 Postbus 200 F (0343) 41 57 60 3940 AE Doorn E info@heuvelrug.nl Bevindingen ongevallengegevens 2005-2009 Datum 5 november 2010 Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Auteur E.

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 65537 Datum : 8 juli 2014 Programma : bestuur Blad : 1 van 6 Cluster : Bestuur Portefeuillehouder: dhr. H.C.V. Veldhuijsen

Nadere informatie

7 Maart 2016 pagina: 1 van 5. STAR Safety Deal. s Hertogenbosch d.d. 24 april 2014. Documentnaam: Safety Deal.docx. Een initiatief van:

7 Maart 2016 pagina: 1 van 5. STAR Safety Deal. s Hertogenbosch d.d. 24 april 2014. Documentnaam: Safety Deal.docx. Een initiatief van: pagina: 1 van 5 STAR Safety Deal s Hertogenbosch d.d. 24 april 2014 pagina: 2 van 5 STAR Safety Deal Door de STAR Safety Deal moet de verkeersveiligheid een nieuwe impuls krijgen. ALTIJD registeren van

Nadere informatie

Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan'

Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan' Ministerie van Verkeer en Waterstaat jklmnopq Adviesdienst Verkeer en Vervoer Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan' Een onderzoek naar letselongevallen met bromfietsers een jaar

Nadere informatie

Handleiding product Bestand geregistreerde Ongevallen Nederland (BRON)

Handleiding product Bestand geregistreerde Ongevallen Nederland (BRON) Handleiding product Bestand geregistreerde Ongevallen Nederland (BRON) Auteur : Rijkswaterstaat - CIV Aanmaakdatum : 22 april 2004 Laatste wijziging : 25 mei 2018 Identificatie : Handleiding product BRON

Nadere informatie

SWOV. Fietsveiligheid: een posi4ef perspec4ef? Feiten, onderzoek, opgaven, een enkel taboe en kansen. Dr. P. (Peter) van der Knaap, directeur SWOV

SWOV. Fietsveiligheid: een posi4ef perspec4ef? Feiten, onderzoek, opgaven, een enkel taboe en kansen. Dr. P. (Peter) van der Knaap, directeur SWOV SWOV Fietsveiligheid: een posi4ef perspec4ef? Feiten, onderzoek, opgaven, een enkel taboe en kansen Dr. P. (Peter) van der Knaap, directeur SWOV SWOV - Ins4tuut voor Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid

Nadere informatie

Fietsen op de veiligheidsbalans. Gert Jan Wijlhuizen SWOV, Den Haag

Fietsen op de veiligheidsbalans. Gert Jan Wijlhuizen SWOV, Den Haag Fietsen op de veiligheidsbalans Gert Jan Wijlhuizen SWOV, Den Haag Verkeersdoden in Nederland 2009-2018 Verkeersdoden (2009-2018) naar leeftijd, geslacht en vervoerswijze Risico per vervoerwijze Number

Nadere informatie

gisiben IM BOR IM BOR de logische opvolger van IM GEO Baten van IM BOR Welke onderlinge samenhang is er Wie voelt zich geroepen?

gisiben IM BOR IM BOR de logische opvolger van IM GEO Baten van IM BOR Welke onderlinge samenhang is er Wie voelt zich geroepen? gisiben IM BOR IM BOR de logische opvolger van IM GEO Probleemstelling: Elk beheersysteem heeft een eigen datamodel Enkelvoudige eenduidige registraties bestaan niet in het openbare domein Uitwisseling

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsrapportage

Verkeersveiligheidsrapportage Voorlopige uitgave Focus op veilig en vlot verkeer in Gemeente Helmond Verkeersveiligheidsrapportage Periode Q1 2014 - Q4 2016 Voorlopige uitgave 1 februari 2017 BLIQ Focus op veilig en vlot verkeer in

Nadere informatie

Risico's op tweede- en derde-arde-wegen buiten de bebouwde kom

Risico's op tweede- en derde-arde-wegen buiten de bebouwde kom Risico's op tweede- en derde-arde-wegen buiten de bebouwde kom Deelrapportage in het kencijfer-project uit het Onderzoekjaarplan 1995 R-96-65 F.Poppe Leidschendam, 1997 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek

Nadere informatie

Ongevallenanalyse motoren op autosnelwegen in Nederland

Ongevallenanalyse motoren op autosnelwegen in Nederland Ongevallenanalyse motoren op autosnelwegen in Nederland Veiligheid motorrijders op autosnelwegen Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Bouwdienst Rijkswaterstaat Ongevallenanalyse

Nadere informatie

Naar meer veiligheid op kruispunten Aanbevelingen voor kruispunten van 50-, 80- en 100km/uur-wegen R-2014-21

Naar meer veiligheid op kruispunten Aanbevelingen voor kruispunten van 50-, 80- en 100km/uur-wegen R-2014-21 Naar meer veiligheid op kruispunten Aanbevelingen voor kruispunten van 50-, 80- en 100km/uur-wegen R-2014-21 Naar meer veiligheid op kruispunten Veel ongevallen in Nederland gebeuren op kruispunten, op

Nadere informatie

Daarnaast worden de volgende zeven vervoerswijzen onderscheiden: Fiets Bromfiets Motorfiets Auto Bestelauto Vrachtauto Trekker 1

Daarnaast worden de volgende zeven vervoerswijzen onderscheiden: Fiets Bromfiets Motorfiets Auto Bestelauto Vrachtauto Trekker 1 Verkeersveiligheid Verkenner voor de Regio (VVR-GIS) Deliverable D_A2: Rapportage update variabelen en waarden referentiesituatie Deliverable D_A2: Rapportage update variabelen en waarden referentiesituatie

Nadere informatie

Op weg naar 0 vermijdbare ernstige verkeersslachtoffers in Zeeland

Op weg naar 0 vermijdbare ernstige verkeersslachtoffers in Zeeland Op weg naar 0 vermijdbare ernstige verkeersslachtoffers in Zeeland Dr. 0 vermijdbare ernstige verkeersslachtoffers 1 Verkeersdoden in Zeeland 0 vermijdbare ernstige verkeersslachtoffers 2 Werkelijk aantal

Nadere informatie

Memo. Adviseurs in mobiliteit. Inleiding. Gebruikte gegevens. Validatie. Berekende onveiligheid. Aan Gemeente Maastricht

Memo. Adviseurs in mobiliteit. Inleiding. Gebruikte gegevens. Validatie. Berekende onveiligheid. Aan Gemeente Maastricht Aan Gemeente Maastricht Van Johan Vos en Remco Bruijnes Telefoon Maastricht.docx Projectnummer RL196618 Onderwerp Notitie Verkeersveiligheid analyse Maastricht Datum 31 oktober 2012 Inleiding Movares heeft

Nadere informatie

Onderwerp Zaaknummer Uw kenmerk Datum Verkeerskundige analyse Torenlaan

Onderwerp Zaaknummer Uw kenmerk Datum Verkeerskundige analyse Torenlaan *1024661* Gemeenteraad Gemeente Hengelo Postbus 18 7550 AA Hengelo Onderwerp Zaaknummer Uw kenmerk Datum Verkeerskundige analyse Torenlaan 1010707 Geachte gemeenteraad, In de commissie Fysiek zijn vragen

Nadere informatie

Fietsongevallen van 50-plussers

Fietsongevallen van 50-plussers Fietsongevallen van 50-plussers SWOV-team voor diepteonderzoek Ragnhild Davidse Index aantal verkeersdoden per miljard reizigerskilometers Overlijdensrisico (index) 1,20 1,00 0,80 0,60 Fiets Auto 0,40

Nadere informatie

Beheer en onderhoud. 4 onafhankelijke onderzoeken: 1. Federal Highway Administration. 2. Low Cost Measures. 3. Warnke Studie. 4.

Beheer en onderhoud. 4 onafhankelijke onderzoeken: 1. Federal Highway Administration. 2. Low Cost Measures. 3. Warnke Studie. 4. Beheer en onderhoud 4 onafhankelijke onderzoeken: 1. Federal Highway Administration (US Department of Transportation, Verenigde Staten) 2. Low Cost Measures (Elsamex Spanje) 3. Warnke Studie (Deutsche

Nadere informatie

Memo van de gedeputeerde C.A. van der Maat Gedeputeerde Mobiliteit en Samenwerking

Memo van de gedeputeerde C.A. van der Maat Gedeputeerde Mobiliteit en Samenwerking Memo van de gedeputeerde C.A. van der Maat Gedeputeerde Mobiliteit en Samenwerking Onderwerp Motie Niet van het padje af voor speed-pedelecs Documentnummer Geachte Statenleden, Op 7 juli 2017 hebben uw

Nadere informatie

Grijze wegen en categorisering Veilige snelheden als nieuw element

Grijze wegen en categorisering Veilige snelheden als nieuw element Grijze wegen en categorisering Veilige snelheden als nieuw element Atze Dijkstra, senior onderzoeker Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV Deze presentatie Veilige snelheden Grijze

Nadere informatie

Nationaal verkeerskundecongres 2016

Nationaal verkeerskundecongres 2016 Nationaal verkeerskundecongres 2016 snelheid als indicator voor verkeersveiligheid: van theorie naar praktijk Hans van Mook Antea Group Ruud Dodemont Stadsregio Amsterdam Samenvatting De verkeersveiligheidspartners

Nadere informatie

Risico s op tweede- en derde-orde-wegen buiten de bebouwde kom

Risico s op tweede- en derde-orde-wegen buiten de bebouwde kom Risico s op tweede- en derde-orde-wegen buiten de bebouwde kom F. Poppe R-96-65 Rijkswaterstaat Adviesdienst Verkeer en Vervoer Bureau Documentatie P Postbus 1031 3000 BA Rotterdam Telefoon. OIO- 282 56

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 398 Maatregelen verkeersveiligheid Nr. 370 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 22 mei 2013 De vaste commissie voor Infrastructuur en

Nadere informatie

Raadsvoorstel 2013 Rockanje, 1 oktober 2013 Nr. 83169/74225

Raadsvoorstel 2013 Rockanje, 1 oktober 2013 Nr. 83169/74225 Raadsvoorstel 2013 Rockanje, 1 oktober 2013 Nr. 83169/74225 Raadsvergadering van 28 en 31 oktober 2013 Agendanummer 11 Aan Onderwerp: de gemeenteraad. Krediet Basisregistratie Grootschalige Topografie

Nadere informatie

Feiten over de BGT op zakformaat. Basisregistratie Grootschalige Topografie

Feiten over de BGT op zakformaat. Basisregistratie Grootschalige Topografie Feiten over de BGT op zakformaat Basisregistratie Grootschalige Topografie Inhoud Samenwerking is de sleutel tot succes 4 Wat is de BGT? 7 De BGT is onderdeel van een groter geheel 9 Meerwaarde door standaarden

Nadere informatie

Een SWOV-database Wegkenmerken

Een SWOV-database Wegkenmerken Een SWOV-database Wegkenmerken Ing. G. Schermers & C.W.A.E. Duivenvoorden MSc D-2010-7 Een SWOV-database Wegkenmerken Stand van zaken en verdere ontwikkeling D-2010-7 Ing. G. Schermers & C.W.A.E. Duivenvoorden

Nadere informatie

6.2 Fietsongevallen van 50-plussers: hoe ontstaan ze en wat kunnen we eraan doen?

6.2 Fietsongevallen van 50-plussers: hoe ontstaan ze en wat kunnen we eraan doen? 6.2 Fietsongevallen van 50-plussers: hoe ontstaan ze en wat kunnen we eraan doen? Ragnhild Davidse, Kirsten van Duijvenvoorde, Marjolein Boele, Michelle Doumen, Kirsten Duivenvoorden en Robert Louwerse

Nadere informatie

Wegvisie N375 Duurzaam veilig Pesse - Meppel

Wegvisie N375 Duurzaam veilig Pesse - Meppel Wegvisie N375 Duurzaam veilig Pesse - Meppel a Wegvisie N375 Duurzaam veilig Pesse - Meppel Provinciale/Gedeputeerde staten van Drenthe Juli 2017 Colofon Dit is een uitgave van de provincie Drenthe VV17071201

Nadere informatie

Verkeersveiligheids monitor. Gemeente Waterland

Verkeersveiligheids monitor. Gemeente Waterland revisie 1 11 februari 2016 Inhoudsopgave Blz. 1 Inleiding 1 2 Trend 2 2.1 Algemene ontwikkeling van het totale aantal slachtoffers 2 2.2 Ontwikkeling aantal verkeersdoden uitgezet naar de doelstelling

Nadere informatie

: : 22 september. : dhr. C.L. Jonkers :

: : 22 september. : dhr. C.L. Jonkers : RAADSVOORSTEL ter besluitvorming in de raad Datum Forum vergadering Datum Raadsvergadering Portefeuillehouder Verantwoordelijk MT-lid : : 22 september : dhr. C.L. Jonkers : Zaaknummer : 65564 Onderwerp:

Nadere informatie

Ongevallenanalyse 2014

Ongevallenanalyse 2014 Ongevallenanalyse 2014 Provincie Zeeland Opdrachtgever Opdrachtnemer ROV Zeeland DTV Consultants B.V. (Lisette) E.W. de Wildt TBO-VK-150081 Breda, 27 november 2015 Ongevallenanalyse 2014 Provincie Zeeland

Nadere informatie

Verkeersonderzoek. Kenmerken advies: www.meldpunt veiligverkeer.nl

Verkeersonderzoek. Kenmerken advies: www.meldpunt veiligverkeer.nl Verkeersonderzoek www.meldpunt veiligverkeer.nl Kenmerken advies: Naam dossier: >Hier komt de naam van dossier zoals in Meldpunt en wordt ingevoegd door meldpuntmedewerker< Locatie: Eenderparkweg in Ermelo

Nadere informatie

Informatievoorziening met BIM de basis voor assetmanagement

Informatievoorziening met BIM de basis voor assetmanagement Informatievoorziening met BIM de basis voor assetmanagement GeoBuzz BIM Programma - 24 november 2015 Niels Reyngoud Provincie Gelderland 1 Assetmanagement Assetmanagement Pijlers (1/2) Assetmanagement

Nadere informatie

Verkeersveiligheid fietsers en infrastructuur: enkelvoudige ongevallen

Verkeersveiligheid fietsers en infrastructuur: enkelvoudige ongevallen Verkeersveiligheid fietsers en infrastructuur: enkelvoudige ongevallen Inleiding Achtergronden Enkelvoudige fietsongevallen Cases Ontwikkeling fietsslachtoffers 300 250 Doden 200 150 100 50 0 Overleden

Nadere informatie

Beheer Grootschalige Topografie voor nietbronhouders

Beheer Grootschalige Topografie voor nietbronhouders Beheer Grootschalige Topografie voor nietbronhouders Campus, recreatie- of bedrijventerrein uniform in beeld Nu alle bronhouders van de Basisregistratie Grootschalige Topografie BGT aangesloten zijn op

Nadere informatie

Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006

Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006 Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in Otto van Boggelen, coördinator Fietsberaad, 1 mei 2007 (versie 2) In is het aantal dodelijke fietsongevallen flink gestegen. Om enig zicht te krijgen

Nadere informatie

Notitie km snelheidslimiet Antwerpsestraatweg

Notitie km snelheidslimiet Antwerpsestraatweg Notitie 60 80 km snelheidslimiet Antwerpsestraatweg 1. INLEIDING In het kader van de herinrichting van de Antwerpsestraatweg is in samenwerking met de gemeente Bergen op Zoom een sober herinrichtingvoorstel

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsanalyse Bommenweg Dreef (Wadenoijen, Gemeente Tiel) 28 juli 2017

Verkeersveiligheidsanalyse Bommenweg Dreef (Wadenoijen, Gemeente Tiel) 28 juli 2017 Verkeersveiligheidsanalyse Bommenweg Dreef (Wadenoijen, Gemeente Tiel) 28 juli 2017 Aanleiding In de afgelopen jaren hebben een aantal verkeersincidenten op het kruispunt Bommelweg Dreef plaatsgevonden.

Nadere informatie

Provincie Gelderland. Verkeersveiligheid provinciale wegen. Analyse van verkeersongevallen en de weginrichting. Datum 21 maart 2019.

Provincie Gelderland. Verkeersveiligheid provinciale wegen. Analyse van verkeersongevallen en de weginrichting. Datum 21 maart 2019. Rembrandterf 1 5261 XS Vught The Netherlands T. +31 (0) 73 657 91 15 E. info@via.nl I. www.via.nl IBAN NL47 RABO 0365 1565 82 BTW NL 8016.97.438.B01 KvK 160 68 457 Provincie Gelderland Verkeersveiligheid

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsanalyse. Rotterdam Aanknopingspunten voor beleid

Verkeersveiligheidsanalyse. Rotterdam Aanknopingspunten voor beleid Verkeersveiligheidsanalyse van de gemeente Rotterdam Aanknopingspunten voor beleid R-2015-6 Verkeersveiligheidsanalyse van de gemeente Rotterdam De gemeente Rotterdam wil haar beleidsplan voor verkeersveiligheid

Nadere informatie

Beheer en Onderhoud. Inhoud van de presentatie

Beheer en Onderhoud. Inhoud van de presentatie Beheer en Onderhoud Inhoud van de presentatie De richtlijn Beheer en Onderhoud Opzetten van een beheersysteem Resultaten van de 3M enquête Beheer en Onderhoud 3M TSS Studiecentrum cases Case Gemeente Tiel

Nadere informatie

Letselongevallen van voetgangers en fietsers

Letselongevallen van voetgangers en fietsers (Bijdragenr. 49) Letselongevallen van voetgangers en fietsers Drs. R. Methorst (Rijkswaterstaat Dienst Verkeer en Scheepvaart) Drs. P. Schepers (Rijkswaterstaat Dient Verkeer en Scheepvaart) Door gebruikmaking

Nadere informatie

Een interviewstudie onder wegbeheerders naar de veiligheid en het ontwerp van kruispunten op 80 km/u wegen

Een interviewstudie onder wegbeheerders naar de veiligheid en het ontwerp van kruispunten op 80 km/u wegen (Bijdragenr. 100) Een interviewstudie onder wegbeheerders naar de veiligheid en het ontwerp van kruispunten op 80 km/u wegen C.W.A.E. (Kirsten) Duivenvoorden Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid

Nadere informatie

De BGT: Steen in de vijver

De BGT: Steen in de vijver De BGT: Steen in de vijver 20 november 2013, Gebruikersdag Ruud van Rossem, Programmamanager BGT 6 december 2013 De BGT als ondergrond voor andere informatie 2 6 december 2013 Doel van de BGT De hele overheid

Nadere informatie

De BGT: de kaart van Nederland

De BGT: de kaart van Nederland De BGT: de kaart van Nederland AGIV 27 november 2014 Ruud van Rossem, Programmamanager BGT 1 december 2014 Waarom de BGT? 2 1 december 2014 Doel van de BGT De hele overheid gebruikt dezelfde basisset grootschalige

Nadere informatie

Nationaal verkeerskundecongres 2014

Nationaal verkeerskundecongres 2014 Nationaal verkeerskundecongres 2014 Agrarisch verkeer; voorkomen is beter dan genezen! Geertje Hegeman, Evert Klem, Debbie Ammerlaan Royal HaskoningDHV Paul Peter Kuiper Kadaster Samenvatting Jaarlijks

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Categorisering en Basiskenmerken Wegontwerp nieuwe stijl

Categorisering en Basiskenmerken Wegontwerp nieuwe stijl (Bijdragenr. 90) Categorisering en Basiskenmerken Wegontwerp nieuwe stijl Auteur: Dirk de Baan (Royal Haskoning) Co-auteurs: John Boender (CROW) Nicole van der Velden (Royal Haskoning) Samenvatting Op

Nadere informatie

HaskoningDHV Nederland B.V. Transport & Planning Mohamed Kalai Debbie Ammerlaan en Geertje Hegeman Datum: 14 juni 2017

HaskoningDHV Nederland B.V. Transport & Planning Mohamed Kalai Debbie Ammerlaan en Geertje Hegeman Datum: 14 juni 2017 Notitie / Memo HaskoningDHV Nederland B.V. Transport & Planning Aan: Mohamed Kalai Van: Debbie Ammerlaan en Geertje Hegeman Datum: 14 juni 2017 Kopie: Niels Bosch Ons kenmerk: T&PBE7241N001F1.0 Classificatie:

Nadere informatie

Ongevallenanalyse: Mogelijkheden en analyseniveaus

Ongevallenanalyse: Mogelijkheden en analyseniveaus Ongevallenanalyse: Mogelijkheden en analyseniveaus Praktische toepassingen Wouter Leysen Verkeersconsulent Lokale politie Antwerpen Analyse op mesoniveau Analyseniveau Doel Voornaamste kennisveld Microniveau

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

3.2 Effecten van onbemande snelheidshandhaving op autosnelwegen in Vlaanderen

3.2 Effecten van onbemande snelheidshandhaving op autosnelwegen in Vlaanderen 3.2 Effecten van onbemande snelheidshandhaving op autosnelwegen in Vlaanderen Ellen De Pauw, Stijn Daniels, Tom Brijs, Elke Hermans, Geert Wets Universiteit Hasselt Instituut voor Mobiliteit (IMOB) Dat

Nadere informatie

Categorisering en Basiskenmerken Wegontwerp nieuwe stijl

Categorisering en Basiskenmerken Wegontwerp nieuwe stijl Categorisering en Basiskenmerken Wegontwerp nieuwe stijl Dirk de Baan, Royal Haskoning John Boender, CROW Samenvatting Op verzoek van het Nationaal MobiliteitsBeraad (NMB) zijn door CROW de Basiskenmerken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 29 398 Maatregelen verkeersveiligheid Nr. 410 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

SWOV. Dr. Gert Jan Wijlhuizen

SWOV. Dr. Gert Jan Wijlhuizen SWOV Als fietsen en infrastructuur met elkaar botsen Dr. Gert Jan Wijlhuizen Inhoud Fietsveiligheid in cijfers Fiets is balansvoertuig Project CycleRAP; SWOV, ANWB, Amsterdam Welke kenmerken hebben aantoonbare

Nadere informatie

Wat is het NWB en wat kun je ermee?

Wat is het NWB en wat kun je ermee? Wat is het NWB en wat kun je ermee? Het Nationaal Wegenbestand (NWB) is een digitaal, topologisch bestand van alle openbare, voor het verkeer opengestelde wegen in Nederland, die voorzien zijn van een

Nadere informatie

1 Inleiding. 2 Ligging van de route. Verkeersstudie Olst. Gemeente Olst-Wijhe. Analyse route Olsterveer - N juni 2017 OLW032/Fdf/concept

1 Inleiding. 2 Ligging van de route. Verkeersstudie Olst. Gemeente Olst-Wijhe. Analyse route Olsterveer - N juni 2017 OLW032/Fdf/concept Deventer Den Haag Eindhoven Snipperlingsdijk 4 Casuariestraat 9a Emmasingel 15 7417 BJ Deventer 2511 VB Den Haag 5611 AZ Eindhoven T +31 (0)570 666 222 F +31 (0)570 666 888 Leeuwarden Amsterdam Postbus

Nadere informatie

Inventarisatie van verkeersknelpunten en oplossingen in de omgeving van Buytewech-Noord Verslag 25 april p 1

Inventarisatie van verkeersknelpunten en oplossingen in de omgeving van Buytewech-Noord Verslag 25 april p 1 Inventarisatie van verkeersknelpunten en oplossingen in de omgeving van Buytewech-Noord Verslag 25 april 2018 p 1 Tijdens participatiebijeenkomsten is een aantal keren aangegeven dat niet alleen gekeken

Nadere informatie

Nationaal verkeerskundecongres 2014

Nationaal verkeerskundecongres 2014 Nationaal verkeerskundecongres 2014 Meer veiligheid mogelijk op gebiedsontsluitingswegen Dr. ir. A. Dijkstra Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV Samenvatting Gebiedsontsluitingswegen

Nadere informatie

Dijklint Alblasserdam

Dijklint Alblasserdam Dijklint Alblasserdam Ontwerpvisie Inrichtingsplan Dijklint Beeld plaatsen ter grootte van dit kader 24 januari 2013 Henk van Zeijl Viviane de Groot 2 Inhoud Inleiding Resultaat discussies in ontwerpwerkgroep

Nadere informatie

Paul Janssen (RAVI), Wilko Quak (TU Delft), Paul van Asperen (RWS-AGI)

Paul Janssen (RAVI), Wilko Quak (TU Delft), Paul van Asperen (RWS-AGI) Jeroen Overbeek (GEON), Jandirk Bulens (Alterra), 116 Paul Janssen (RAVI), Wilko Quak (TU Delft), Paul van Asperen (RWS-AGI) Ontwikkeling van een Grootschalige Basiskaart Rijkswaterstaat als onderdeel

Nadere informatie