Kabellier Artikelnummer 1256 Handleiding

Transcriptie

1 Kabellier Artikelnummer 1256 Handleiding Inhoudsopgave Hoofdstuk Algemene veiligheidsinformatie Elektrische veiligheidsinstructie Gebruik volgens de voorschriften Technische gegevens Leveromvang / beschrijving van het apparaat / bedrijfsonderbreking / overbelasting Bedieningsvoorschriften Voorbereiding en inbedrijfstelling Beschrijving van de bedieningselementen Gebruik Verzorging en onderhoud Reserveonderdelen, uitgerangeerd elektrisch werktuig en milieubescherming Garantie Lees deze handleiding a.u.b. precies door vóór u de kabellier in gebruik neemt en bewaar hem goed. Algemene veiligheidsinformatie LET OP: Bij het gebruik van de kabellier moeten ter bescherming tegen elektrische schokken, risico op ongevallen en brandgevaar de volgende veiligheidsmaatregelen in elk geval in acht worden genomen. Lees deze instructie en houd er rekening mee vóór u het apparaat gebruikt. Houd uw werkplek op orde. Gebrek aan orde verhoogt de kans op ongevallen. Stel de kabellier niet bloot aan regen en zorg voor goede belichting. Gebruik de kabellier niet in de buurt van brandbare vloeistoffen of gassen. Houd kinderen en andere personen verre van uw werkplek. Laat niemand het apparaat of de kabel aanraken. Gebruik de kabellier alleen tot de maximale draagkracht volgens typeplaatje (niet lasthaak!). Gebruik de kabellier alleen, zoals bedoelt, voor het loodrecht heffen en neerlaten van lasten. Personen mogen met de kabellier niet worden getransporteerd. Niet onder een opgeheven last staan of werken. Onderhoud uw werktuig zorgvuldig. Controleer regelmatig de stekker, de kabel en het staalkabel op beschadigingen. Beschadigde kabels of kabelonderdelen moeten in een bevoegd vakbedrijf worden vervangen. Bij alle onderhoudswerkzaamheden en als het apparaat niet wordt gebruikt moet te allen tijde de netstekker worden afgekoppeld.

2 Elektrische veiligheidsinstructie Zorg ervoor dat de netspanning met de op het typeplaatje aangegeven spanning overeenkomt. Beveilig uw elektrische installatie met een veiligheidsschakelaar bij overbelasting van 10A. Het apparaat mag niet in de open lucht worden gebruikt. Het moet worden beschermd tegen de effecten van neerslag, water, stof en grote hitte. Gebruik volgens de voorschriften De kabellier dient voor het loodrecht heffen en naar beneden laten van lasten tot 125 kg resp. 250 kg bij gebruik van de katrol haak. Dit apparaat is alleen ontworpen voor gebruik in de particuliere huishouding. Het is niet bedoeld voor commercieel continubedrijf. LET OP: personen mogen niet worden getransporteerd! Technische gegevens KABELHEFWERKTUIG ARTIKELNR Nominale spanning 230 V Nominale frequentie 50 Hz Energieverbruik (motor) P1: 500 W Nominale stroom 2,2 A Max. draagkracht - bij enkele kabel 125 kg - bij dubbele kabel (met katrol haak) 250 kg Kabelsnelheid - bij enkele kabel 8 m/min - bij dubbele kabel (met katrol haak) 4 m/min Hefhoogte - bij enkele kabel 12,0 m - bij dubbele kabel (met katrol haak) 6,0 m Kabeldoorsnee 3,0 mm Nominale vastheid 1870 N/mm 2 Beschermingsklasse Soort bescherming Isolatieklasse (motor) Motorklasse Modus operandi (inschakelduur) Geluidsdrukniveau Klasse I IP54 B M1 S 3 20% - 10 min < 85 db(a)

3 Leveromvang 1 Kabellier 1 Lasthaak met katrol haak 2 Bevestigingsbeugel 4 Zeskant schroeven M8x20 4 Veerringen M8 1 Handleiding Beschrijving van het apparaat (fig.1) 1. Bevestigingsbeugel 2. Eindschakelaar met uitschakelbeugel 3. Lasthaken 4. Lasthaken met katrol haak 5. Uitschakelgewicht 6. Netleiding 7. Bekisting drager 8. Motor 9. Noodschakelaar 10. Bedienschakelaar 11. Kabelafstandsbediening 12. Stalen drager (niet in de leveromvang) S 3 = bedrijfsonderbreking De inschakelduur van 20% heeft betrekking op een periode van 10 minuten. D.w.z. na 2 minuten bedrijf moet een afkoelingspauze van 8 minuten worden gehouden. Overbelasting De kabellier is niet geschikt voor continubedrijf. De motor is door een temperatuurbewaker beschermd tegen overbelasting door oververhitting. Als de toegestane bedrijfstijd wordt overschreden verhoogd de motortemperatuur, dan schakelt de temperatuurbewaker de kabellier uit. Pas na een afkoelingspauze schakelt de temperatuurbewaker weer vanzelf in. Bij belasting van de kabellier met een geringere last wordt de bedrijfstijd langer, de pauze is korter. LET OP! Bij directe instraling van de zon wordt de temperatuur van de kast duidelijk verhoogd, daardoor wordt ook de toegestane bedrijfstijd verminderd. Het is dus mogelijk dat de temperatuurbewaker al na kortere tijd aanspringt en de kabellier uitschakelt. Wacht dan tot het apparaat weer is afgekoeld. Bedieningsvoorschriften De bediening van de kabellier is alleen toegestaan aan personen die bewezen hebben met de bedieningsvoorschriften vertrouwd te zijn. De werkpositie moet zo worden gekozen dat de bediener geen gevaar kan lopen door naar beneden vallende lasten. Vóór het heffen of neerlaten van een last moet worden zeker gesteld dat er niemand in de risicozone aanwezig is. De bediener is verantwoordelijk voor de correcte toestand van de apparatuur als katrol haaklen en bevestigingsteile evenals de veilige bevestiging daarvan aan stabiele contactpunten. De bediener is verantwoordelijk voor het niet overschrijden van de maximale belasting. Draagkabels; lasten mogen nooit over kanten worden getrokken.

4 De bediener moet voor het bedrijf van het hefwerktuig de veiligheidsvoorzieningen controleren De last mag niet direct met de hefkabel worden gekoppeld, maar moet altijd aan de lasthaak worden bevestigd. De bediener moet de beweging van de last continu in het oog houden. Als de bediener de beweging op of neer niet kan overzien moet de risicozone worden afgezet en moet er ook een andere persoon worden ingezet die het werkveld wel kan overzien. De bediener moet het eind van de lastweg kunnen overzien om het bedrijfsmatige aanspringen van de noodschakelaar te vermijden. Als de kabellier met zwevende last verlaten wordt door de bediener, dan moet de risicozone onder de last worden beveiligd. Een kabellier mag alleen worden gebruikt voor het heffen en neerlaten van lasten, het transporteren van personen is in alle gevallen verboden. Het blijven haken van de last moet te allen tijde worden vermeden om de kabellier niet te overbelasten. De te transporteren last moet altijd vast en veilig aan de bevestigingshaak worden ingehangen. Een beschadigde kabel moet direct worden vervangen (zie verzorging en onderhoud). Inbedrijfstelling Controleer voor u begint te werken dat de netspanning van de krachtbron overeenstemt met de informatie op het typeplaatje. Zorg ervoor dat de netschakelaar bij aansluiting van de machine op het elektrische net is uitgeschakeld. Installatie Monteer de kabellier aan een stalen drager. Gebruik daarvoor de meegeleverde bevestigingsbeugel, die u met behulp van de schroeven en veerringen boven aan de bekisting van de drager aanbrengt. De stalen drager moet minstens het dubbele van de nominale last van de kabellier kunnen opnemen. Schakel voor de montage het beste een vakman in. De stalen drager moet een dwarsdoorsnede van 44 x 44 mm hebben, een wandsterkte van minstens 2,3 mm en een lengte van minstens 450 mm. De stalen drager moet vast in een wand zijn verankerd. De verankering moet daarop berekend stabiel worden uitgevoerd om de optredende krachten te kunnen opnemen. Let erop dat de kabellier altijd horizontaal en nooit scheef wordt bevestigd. De kabelafstandsbediening moet altijd goed toegankelijk zijn en moet daarom een afstand van de bodem hebben van tussen 0,8 m en 1,5 m. Beschrijving van de bedieningselementen Kabelafstandsbediening (11) NOODschakelaar (9): Door het inschakelen van de noodschakelaar kan de kabellier in noodgeval direct worden uitgeschakeld en worden beveiligd tegen opnieuw inschakelen. Om het apparaat weer

5 bedrijfsklaar te maken moet de noodschakelaar eerst met de klok mee worden gedraaid, daardoor wordt de rode knop ontgrendeld; de kabellier kan dan weer worden gebruikt. Bedieningsschakelaar (10): De bediening van de kabellier gebeurt met behulp van de bedienschakelaar (tuimelschakelaar) (10) aan de kabelafstandsbediening, die al naar gelang de looprichting moet worden geschakeld. Schakel niet direct van voor- naar terugloop, maar houd het apparaat daartussen an. De bedienschakelaar moet voor u met het werk begint in UIT positie staan. Eind uitschakelaar met uitschakelbeugel (2) Boven de lasthaak is een uitschakelgewicht aan de staalkabel gemonteerd. Mocht de kabellier bij het heffen van een last niet tijdig uitgeschakeld worden of de kabelafstandsbediening defect zijn, dan stoot het gewicht tegen de beugel van de eindschakelaar; de kabellier wordt dan uitgeschakeld. Daardoor wordt een oververhitting van de motor verhinderd. Vermijd te allen tijde het doelbewust raken van de uitschakelbeugel! Een andere eindschakelaar aan de kabeltrommel zorgt ervoor dat 2-3 rondwentelingen van de kabel bij het afrollen op de trommel blijven en dat de kabel niet in de verkeerde richting op de trommel wordt gewikkeld. Gebruik De staalkabel van de kabellier moet conform de hieronder staande afbeelding op de trommel zijn gewikkeld. falsch: verkeerd richtig: juist Laat ook in volledig afgewikkelde toestand de kabel minstens nog drie omwikkelingen op de kabeltrommel om de kabel niet te beschadigen. Als de kabellier een gewicht niet direct kan heffen, schakel de kabellier dan direct uit om beschadigingen en ongevallen te vermijden. Let op het veilig vastzitten van de last aan de haak en blijf altijd op afstand van last en staalkabel. Bij het laten zakken van een last moet er rekening mee worden gehouden dat de kabellier bij het stoppen nog een paar centimeter kan nalopen, dus tijdig stoppen. Zorg ervoor dat de draagkabel niet meer dan ca. 15 uitzwenkt. Bedrijf met de katrol haak Voor bedrijf met de katrol haak moet om te beginnen de lasthaak aan de kast van de kabellier worden bevestigd. 1. Lasthaak horizontaal houden en lasthaakbeveiliging onder het inhanggat tegen de kant van de kast drukken.

6 2. Lasthaak van buiten af in de kast hangen tot de lasthaakbeveiliging vanzelf sluit. (evt. moet de staalkabel een paar rondwentelingen worden afgewikkeld) 3. Verwijder de veerstekker van de draagbout van de lasthaak van de katrol haak en trek de lasthaak er naar beneden uit. Leg de draadkabel rondom de katrol en schuif de lasthaak + rubberen onderlegschijven (B) weer tussen de beide afdekplaten (A). 4. Zorg ervoor dat de lasthaak incl. rubberen onderlegschijven correct zijn gemonteerd en de draagbout is beveiligd door de veerstekker. Verzorging en onderhoud Kabels zijn tijdens het gebruik onderhevig aan slijtage. De mate van de slijtage moet regelmatig voor gebruik worden gecontroleerd. Bij beschadiging mag de kabel niet meer worden gebruikt. Slijtage en beschadiging kunnen blijken uit de lengte na overbelasting, slijtagewrijving, draadbreuk, vezelbreuken en door corrosie en weerinvloeden. BELANGRIJK: Controleer de staalkabel regelmatig in zijn totale lengte op beschadigingen evenals de functionaliteit van de eindschakelaar (kabellier omhoog laten trekken tot het gewicht de uitschakelbeugel inschakelt. Als de staalkabel beschadigd is (zie hieronder) moet hij door een origineel reserveonderdeel worden vervangen. a) b) c) d) e) f) a) Kabelbreuk b) Rafelen van de kabel c) Onregelmatigheid in de kabel d) Deuk in de kabel e) Kink in de kabel f) Knik in de kabel Bij de kabelmontage mag in geen geval het compensatie-(schakel)gewicht worden vergeten, om voor een veilige einduitschakeling te zorgen. Behandel het lager van de katrol haak regelmatig met wat olie. Controleer de lichtlopendheid van alle mechanische onderdelen in uitgeschakelde toestand (netstekker afkoppelen).

7 Reserveonderdelen, uitgerangeerd werktuig en milieubescherming Mocht uw kabellier op een dag zo intensief gebruikt zijn dat het moet worden vervangen of mocht u het niet meer nodig hebben, dan dient u het elektrische apparaat af te geven bij een centraal verwijderingbedrijf voor elektrisch en elektronisch afval. Informatie over plaatsen waar u uw elektrische apparatuur kunt afgeven krijgt u bij uw plaatselijke afvalverwerkingsbedrijf resp. bij de gemeente. Elektrische apparatuur bevat waardevolle grondstoffen die kunnen worden hergebruikt. Als u dat dus bij een centraal punt van het afvalverwerkingsbedrijf afgeeft draagt u bij aan het hergebruiken van waardevolle grondstoffen. Elektrische apparatuur bevat ook stoffen, die bij ondeskundige verwijdering tot schade voor mens en milieu kunnen leiden. Het symbool van de doorgestreepte afvalton staat voor de verplichting om de zo gekenmerkte apparatuur apart af te geven bij een inzamelplaats voor elektrische en elektronische apparatuur. Verloren of defecte onderdelen alleen laten vervangen door originele reserveonderdelen. 2 Twee jaar volledige garantie De garantieperiode voor dit apparaat begint met de dag waarop u het koopt. De datum van koop toont u aan door het meesturen van de originele kassabon. Wij garanderen tijdens de garantieperiode: kostenloze reparatie van eventuele storingen. kostenloze vervanging van alle delen die kapot gaan. met inbegrip van kostenloze, deskundige service (dat houdt in: kostenloze montage door onze vakmensen). Voorwaarde is wel dat de fout niet te herleiden is tot een onjuiste behandeling. Bij evt. vragen of kwaliteitsproblemen richt u zich s.v.p. altijd direct aan de producent: Brüder Mannesmann Werkzeug GmbH Abt. Reparatur-Service Lempstr. 24 D Remscheid Telefoon: / Telefax: / service@br-mannesmann.de

8 A B