STICHTING STROHALM HET JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAG 2003

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "STICHTING STROHALM HET JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAG 2003"

Transcriptie

1 STICHTING STROHALM HET JAARLIJKSE ACTIVITEITENVERSLAG 2003

2 Inhoudsopgave Het jaarlijkse activiteitenverslag Inleiding 1.1 Achtergrond Positionering van het DGIS programma Verantwoordelijkheid 3 2. Bijdrage aan duurzame armoedevermindering en beleidskeuzes Beleidsontwikkeling Gemaakte keuzes en operationalisering Toegevoegde waarde 5 3. Doelen, resultaten en activiteiten Subprogramma 1: Zuid-Amerika Subprogramma 2: Centraal-Amerika Subprogramma 3: Methodologische ontwikkeling Lokale barter (Trueque) Fomento / VLC BVN - Consumer and Commerce Circuit (C3) Subprogramma 4: vergroting maatschappelijk draagvlak in Nederland Partnerorganisaties in het Zuiden Organisatie, management en organisatiestructuur Financiële administratie Controle- en evaluatiesysteem 19 1

3 1. Inleiding 1.1 Achtergrond Sinds haar oprichting in 1970 is Strohalm betrokken bij de ontwikkeling van innovatieve benaderingen van milieu- en armoedekwesties, zowel in Nederland als in het buitenland. In de afgelopen 15 jaar heeft Strohalm zich gespecialiseerd in het creeren van nieuwe dynamiek door gebruikmaking van methoden die rentevrije oplossingen bieden. Geldschepping die de invloed van rente structureel tegengaat beinvloedt de menselijke ontplooiing en het gebruik van ons milieu op een positieve wijze. Verschillende prisoner-dilemma s, de mogelijkheid tot misbruik en de daaruit voortvloeiende oplossingen die louter verlies opleveren maken het geldsysteem (ook vanuit het economisch perspectief!) veel minder doelmatig dan vaak gedacht wordt. Het uitsluiten van de potenties van de armen is een van de duidelijkste tekenen van ondoelmatigheid. Het rentemechanisme zorgt ervoor dat het geld van degenen die dit het hardste nodig hebben, stroomt naar de financiële centra. Het stroomt slechts terug wanneer regio's kunnen aantonen dat er voldoende winst te behalen is. Daarom is er vaak een geldtekort in gebieden waar geld het hardste nodig is: arme gemeenschappen met een overschot aan zowel ongebruikte capaciteiten als onbevredigde behoeften. De heersende regels van het (internationale) geldsysteem maken het erg moeilijk (bijna onmogelijk) voor regeringen om monetaire onevenwichtigheden op het regionale laat staan het lokale niveau te corrigeren. De regels van het geldspel dwingen beleggers tot winst op korte termijn, en daardoor worden vele activiteiten die pas op de lange termijn geld opbrengen niet gerealiseerd. Een zinvolle economische integratie van miljoenen geheel of gedeeltelijk werklozen blijft een illusie zonder het scheppen van een geschikte monetaire omgeving. Nationale geldsystemen zijn moeilijk te veranderen en kunnen zich niet aanpassen aan de lokale omstandigheden. Daarom ziet Strohalm de ontwikkeling van innovatieve, meer lokale, monetaire benaderingen als een essentiële voorwaarde voor een duurzame, economische ontwikkeling op lokaal niveau. Strohalm beweert niet dat complementaire geldsystemen DE oplossing zijn voor de armoede in de wereld. Strohalm beweert echter wel dat zonder een geschikte (lokale) monetaire omgeving, wijdverbreid en duurzaam welzijn een illusie blijft voor het grootste gedeelte van de mensheid. Strohalm heeft zich het scheppen van praktische voorbeelden ten doel gesteld, voorbeelden die tonen hoe sommige van de "nadelen" die door het wereldwijde monetaire systeem geschapen zijn, aangepakt kunnen worden en nieuwe kansen bieden om arme gemeenschappen te versterken op economisch, sociaal, ecologisch en cultureel gebied. Strohalm is een van voornaamste adviseurs ter wereld op het gebied van complementaire geldsystemen, en initiatiefnemer van verscheidene experimenten in diverse verbanden. In de afgelopen 5 jaar heeft Strohalm vele verzoeken om technische bijstand ontvangen van organisaties in het Zuiden die lokale of regionale complementaire geldsystemen voorbereiden of uitvoeren. Vanwege budgettaire beperkingen kon Strohalm aan slechts een klein deel van deze vraag, hoofdzakelijk in Latijns Amerika, tegemoet komen. De ervaring en de contacten die uit deze adviesopdrachten voortvloeiden gaven Strohalm een nog duidelijker beeld van de potentie van complementaire systemen in het Zuiden. De omstandigheden voor de ontwikkeling van nieuwe modellen blijken er geschikter dan in het Noorden. Het LIDO programma beoogt drie innovatieve complementaire geldmethoden te ontwikkelen, toe te passen, te evalueren en te systematiseren. Zoals het geval is in ieder onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma, kunnen vele onbekende en onvermoede obstakels verwacht 2

4 worden. We verzoeken de lezer in het achterhoofd te houden dat fouten maken (of beter: lessen leren) een deel is van het vernieuwingsproces. Het hogere risico, wordt echter naar onze mening meer dan goedgemaakt door de mogelijke resultaten van het programma. Zelfs als slechts één methode succesvol blijkt, zou dit kunnen leiden tot een doorbraak in het conventionele ontwikkelingsdenken, en daarbij een geheel nieuw instrument bieden voor economische ontwikkelingsstrategieën. 1.2 De positionering van het DGIS-programma Het hierboven beschreven inzicht werd geïntegreerd in Strohalm's missie, die begin negentiger jaren als volgt werd geformuleerd: De ontwikkeling en stimulering van levensvatbare economische modellen die bijdragen aan een wereld met meer kansen, levenskwaliteit, culturele en natuurlijke diversiteit en met een duurzame productie en consumptie. Binnen deze missie concentreert het DGIS programma zich op de ontwikkeling van modellen voor lokale en regionale handel- en investeringsnetwerken, die bijna naadloos kunnen samengaan met de voornaamste economische stroming en daarom naar verwachting het meest doelmatig zijn in termen van bereik en impact. Dit wordt weerspiegeld in het algemene doel van het DGIS programma: De ontwikkeling en verspreiding van modellen voor lokale handels- en investeringsnetwerken als basis voor de organisatie van economische ruilprocessen. Deze modellen moeten een bijdrage leveren aan een stabiele maatschappij en gezonde internationale betrekkingen door middel van schepping van inkomen en werkgelegenheid, in het bijzonder in economisch achtergestelde gebieden en gebieden waar economische crises de mensen aansporen tot het zoeken naar alternatieven. Behalve van DGIS heeft het LIDO programma ook bijdragen ontvangen van ICCO, Rabobank Stichting, PSO en uit Strohalm s eigen middelen. De bijdrage van DGIS is echter de belangrijkste, in het bijzonder omdat het de financiering mogelijk maakt van methodologieontwikkeling (proefprojecten, evaluatie en systematisering). Dit programmaonderdeel laat zich moeilijker financieren door de conventionele donateurs. Met de financiering van het LIDO programma draagt DGIS bij aan een onderzoeksinspanning in de vorm van praktische proefprojecten die, zoals we hopen en verwachten, zullen helpen de impact van ontwikkelingshulp structureel te verhogen. 1.3 Verantwoordelijkheid De voorbereiding van dit jaarlijkse verslag is het gezamenlijke werk geweest van het personeel van Strohalm in Utrecht, de regionale adviseurs in Zuid-Amerika, Centraal- Amerika en Zuid-Oost-Azië en van Strohalm s partnerorganisaties. Vier regionale adviseurs hebben jaarlijkse projectverslagen voorbereid, gebaseerd op informatie die door de partnerorganisaties en de adviseurs zelf geleverd werd. Deze verslagen zijn gesystematiseerd en aangevuld (in het bijzonder voor de subprogramma's "Methodologieontwikkeling" en "Vergroting van het maatschappelijk draagvlak") door het personeel van Strohalm in Utrecht. Het eindresultaat is uitgebreid met commentaar van Strohalm's veldmedewerkers. Er bestaat geen formele band tussen Stichting Strohalm en de uiteindelijke doelgroep. De verantwoordelijkheid op basisniveau blijkt uit de keuze van Strohalm's partners in het Zuiden. 3

5 Deze partners worden door hun doelgroep verantwoordelijk gehouden voor hun acties, ofwel: (a) omdat ze ledenorganisaties zijn (de boerenbeweging MST in Brazilië en COMAL in Honduras, de organisaties uit de lokale gemeenschap ASMOCONP en AMORB in Brazilië) of (b) omdat ze diensten aan de doelgroep (zullen) verkopen (FADEMYPE in El Salvador, CompRaS in Brazilië) of (c) omdat ze een politiek mandaat hebben (bijv. de gemeente São Sepé in Brazilië). In Nederland vraagt en ontvangt Strohalm constant commentaar van haar particuliere donateurs die bestaan uit ongeveer betrokken Nederlandse burgers. 2. Bijdrage aan duurzame armoedevermindering en beleidskeuzes 2.1 Beleidsontwikkeling Gegeven het vroege stadium van het programma is de bijdrage van Strohalm aan de beleidsontwikkeling op relevante gebieden zoals microfinanciering en lokale economische ontwikkeling bescheiden geweest. In september 2003 publiceerde Strohalm een verslag met haar visie op de rol van de financiële sector in de vermindering van de armoede 1. In de komende jaren, als de theoretische modellen zijn vertaald in praktische probleemstudies, beoogt Strohalm deze kennis en de onderliggende analyses te delen in zowel de nationale als de internationale fora. 2.2 Gemaakte keuzes en operationalisering (a) Diversiteit Daar de concepten die ontwikkeld en getest moeten worden binnen het LIDO programma een hoog innovatief gehalte hebben, is het niet op voorhand duidelijk welke context het meest geschikt is. Bepaalde basisvoorwaarden zijn duidelijk (zoals het bestaan van ongebruikte capaciteiten en een economie met een redelijke mogelijkheid voor het aanbrengen van verscheidenheid, maar vele andere zijn nog onduidelijk. Daarom heeft Strohalm de keuze te experimenteren met soortgelijke methodes in verschillende contexten en in samenwerking met verscheidene parallelorganisaties. Stad en platteland Van de 8 projecten die in uitvoering of voorbereiding zijn, vinden er twee plaats op het platteland (COMAL, MST) en twee ervan hebben een stedelijk karakter (FADEMYPE/San Salvador, Banco Palmas/Fortaleza). Eén project heeft een regionaal karakter en had deelnemers op zowel het platteland als in de stad (CompRaS). De context van de drie overige projecten kan omschreven worden als semi-stedelijk (Rubem Berta, Vila Pinto, São Sepé). Diversiteit in partnerorganisaties In 2003 heeft Strohalm met verscheidene soorten partnerorganisaties de mogelijkheid verkend van samenwerking op specifieke projecten. Deze organisaties omvatten gemeentes, 1 "De rol van de financiële sector in armoedebestrijding, getoond aan Mr. J. de Waard in september

6 deelstaatministeries, organisaties van bewoners, banken, BDS 2 -providers en instellingen voor microkrediet. (b) Geografische concentratie Om de kosten te verminderen besloten we de inspanningen van het DGIS-programma tijdens de proefperiode in twee regio's te concentreren: de staat Rio Grande do Sul (Zuid- Brazilië) en Centraal-Amerika (Honduras en El Salvador). De regionale adviseurs kunnen met het openbare vervoer binnen een dag naar deze projectgebieden reizen. De enige uitzondering hierop is Fortaleza (in Noord-Brazilië), waar er bijzondere omstandigheden zijn die de hogere (lucht-)transportkosten zouden kunnen rechtvaardigen. (c) Uitvoering versus advisering In alle projecten heeft Strohalm ervoor gekozen zichzelf zoveel mogelijk te beperken tot een adviserende rol. Ze liet daarbij de uitvoering grotendeels over aan lokale organisaties. Dit lijkt een voor de hand liggende beslissing: als de verantwoordelijkheid voor de uitvoering lokaal is, draagt dit bij aan de duurzaamheid van het initiatief. Dit verzekert ook een behoorlijke plaatselijke integratie. Aan de andere kant, het hoge innovatieve gehalte van de proefprojecten schept de behoefte aan een directere betrokkenheid bij de dagelijkse uitvoering van het project, meer dan bij conventionele ontwikkelingsprojecten. De advisering, training en het vervolgtraject waarin de regionale adviseurs voorzien, spelen daarom een essentiële rol in de uitvoering van het project. (d) Focus op de methodologieontwikkeling Vooral bij aanvang van het programma zijn de inspanningen gericht op het testen van de monetaire, lokale ontwikkelingsmethoden. Dit betekent dat de verspreiding van de resultaten en methoden een lage prioriteit heeft in dit stadium van het programma. (e) Selectieve financiële bijdragen aan de lokale partners Wat betreft de financiële bijdragen aan de lokale partners was het Strohalm s beleid in 2003 deze zoveel mogelijk te concentreren op de innovatieve aspecten van de projecten en de financiering van de 'conventionele aspecten' van de projecten zoveel mogelijk aan de partners of andere financiers over te laten. Strohalm koos voor dit zorgvuldige financiële beleid (i) vanwege de beperkte beschikbare bronnen, (ii) om de motivatie te testen van de lokale partner en (iii) vanwege de onzekerheid over de totale beschikbare fondsen op de lange termijn. Dit heeft erin geresulteerd dat het selectieproces van de partners langer duurde dan verwacht. 2.3 Toegevoegde waarde Het LIDO programma voegt duidelijk iets toe aan de meer conventionele inspanningen van de internationale ontwikkelingssamenwerking. Hoewel vele specialisten het er over eens zijn dat innovatie in de huidige praktijk van het ontwikkelingswerk meer dan welkom is, is het LIDO programma dat door DGIS ondersteund wordt één van de weinige praktische onderzoek- en ontwikkelingsprogramma's die lopen op het gebied van armoedevermindering (afgezien van ICT-projecten). 2 BDS = Business Development Services (Diensten ter ontwikkeling van bedrijven) 5

7 Hoewel het LIDO programma nog steeds in haar beginfase verkeert, geven de onderzoeksresultaten van het Fomento proefproject in Fortaleza reeds sterke aanwijzingen dat complementaire geldsystemen wel degelijk de invloed van hulp op de lokale economie vergroot. Van de complementaire geldsystemen wordt verwacht dat ze de invloed zullen vergroten van interventies zoals microkrediet, beleggingen in de basisinfrastructuur, BDS en andere organisaties in de lokale economie. De LIDO methoden kunnen helpen om de effecten van strategieën tot armoedevermindering te concentreren op specifieke doelgroepen, en daarbij een winstsituatie te scheppen voor donateurs, lokale ondernemingen en, vanzelfsprekend, de armen uit de doelgroep. 3. Doelen, resultaten en activiteiten Het Algemene Doel van het LIDO programma, zoals omschreven in 1, is vertaald naar twee specifieke doelen: (a) de ontwikkeling van "rentevrije" monetaire ontwikkelingsmethoden die kunnen worden gesystematiseerd en over de wereld verspreid als een instrument om lokale gemeenschappen te helpen een fatsoenlijk en duurzaam ontwikkelingsniveau te bereiken, en (b) de vergroting van het algemene draagvlak in Nederland voor ontwikkelingssamenwerking, de relatie tussen geldsystemen en armoede, en de zoektocht naar mogelijke alternatieven voor deze systemen. Om deze doelen te bereiken wordt het LIDO programma georganiseerd in 5 onderdelen: Subprogramma 1: Zuid-Amerika Subprogramma 2: Centraal-Amerika Subprogramma 3: Methodologische ontwikkeling Subprogramma 4: Vergroting van het algemene draagvlak in Nederland Onderdeel 5: Coördinatie en organisatie Specifiek doel (a) wordt gedekt door subprogramma's 1,2 en 3. Voor dit eerste doel worden verscheidene proefprojecten uitgevoerd om de toepasbaarheid te testen en de invloed te evalueren van de verschillende methodes. In een latere fase worden de evaluaties gesystematiseerd in de beste praktijken en aanbevolen strategieën voor iedere methodologie onder verschillende omstandigheden. We verwachten dat we de methoden in gemeenschappen over de wereld kunnen herhalen, maar dit valt grotendeels buiten het bereik van deze programmaperiode. In termen van verwachte resultaten bestaat het "eindproduct" van het programma per definitie uit de handboeken voor de methodes die in deze periode ontwikkeld en getest zijn. Het tweede doel (b) wordt gedekt door subprogramma 4 en zoekt een maatschappelijk draagvlak voor de bewering dat monetaire systemen een belangrijke oorzaak zijn van, maar ook een oplossing voor, armoede. De resultaten van dit subprogramma zullen worden samengevat in 3.4. In het (gereviseerde) voorstel dat DGIS goedkeurde onder het subsidieprogramma voor Thematische Medefinanciering, werd geen gedetailleerde planning aangeboden over de uit te voeren activiteiten en de te behalen resultaten in het jaar Echter, we hebben enkele algemene lijnen uitgezet die een definitie geven van de projectgebieden, het aantal projecten dat uitgevoerd moest worden, en de respectievelijke methodes die moesten worden ontwikkeld en in praktijk gebracht. Voor het doel van de huidige analyse zullen we deze algemene bepalingen als ijkpunt nemen voor de discussie in dit verslag over de resultaten van

8 3.1 Subprogramma 1: Zuid-Amerika In Zuid-Amerika heeft Strohalm besloten een onafhankelijke adviesorganisatie op te richten die Instrodi (Instituto Strohalm de Desenvolvimento Integral) heet en gezeteld is in Porto Alegre, de hoofdstad van de zuidelijke deelstaat Rio Grande do Sul. De redenen voor de oprichting van Instrodi waren: (a) de gunstige voorwaarden voor de ontwikkeling van innovatieve monetaire benaderingen in deze regio (zie het oorspronkelijke LIDO voorstel), (b) de hieruitvolgende geografische concentratie van projecten die technische ondersteuning nodig hebben, (c) de behoefte aan een Braziliaanse vertegenwoordiging om in staat te zijn formele overeenkomsten te sluiten met Braziliaanse partnerorganisaties; (d) verhoogde doelmatigheid van de kennisoverdracht van Strohalm naar lokale partners ("doceer de docenten in plaats van "doceer de managers"). In 2003 werd een belangrijke vooruitgang geboekt in de institutionele ontwikkeling van Instrodi in Brazilië: de formele oprichting van Instrodi is bijna een feit (de afronding wordt in maart 2004 verwacht), het kantoor is ingericht, de administratieve systemen zijn geïnstalleerd en functioneren, functieomschrijvingen zijn gemaakt, het personeel is geselecteerd, in dienst genomen en getraind. De focus van de activiteiten in het eerste jaar lag op het identificatieproces van lokale partners en de onderhandelingen over de voorwaarden voor mogelijk partnerschap. Dit proces bleek een "lange en kronkelige weg", maar met duidelijke resultaten. De organisaties waarmee we contact hebben opgenomen lopen uiteen van bankinstellingen (waaronder BanriSul, de grootste bank van de deelstaat Rio Grande do Sul), nietgouvernementele ontwikkelingsorganisaties, universiteiten, regeringsprogramma's en - secretariaten (SEDAI, Programa "Fome Zero"), gemeentes, maatschappelijke bewegingen, organisaties van bewoners, mediagroepen etc. De inspanningen voor het netwerken en de verspreiding van de methodes stelden hoge eisen in termen van tijd en energie van de medewerkers, maar waren noodzakelijk om een stevige basis te scheppen voor de ontwikkeling van de projecten. De innovatieve aard van de methoden (en tot op zekere hoogte hun technische complexiteit) verlengden dit proces. Volgens het ontwerp moesten we in projecten starten in Zuid-Amerika: 1 proefproject van de Fomento methodologie en 2 proefprojecten van de C3 methode (Consumer and Commerce Circuit - Consumenten- en Handelsketen 3 ). Alle 3 projecten zijn gestart zoals het in de volgende tabel vermeld staat: # verwacht voor gerealiseerd in project huidige situatie van het project Fomento Fomento Fomento Fortaleza Eerste fase (Fomento): geëvalueerd; tweede fase (VLC) 5 : identificatie/onderhandeling 3 De C3 is een verbeterde versie van het Bedrijven-Verrekenings-Netwerk (BVN), dat vermeld werd in het oorspronkelijke LIDO voorstel (zie 3.3: Methodologieontwikkeling) 4 In de interne benamingen die gebruikt worden door Strohalm/Instrodi worden 5 mogelijke stadia in de uitvoering gedefinieerd voor elk project: identificatie, onderhandeling, voorbereiding, uitvoering en evaluatie. 5 VLC staat voor Valuable Local Currency System (waardevol lokaal geldsysteem) en is een uitgebreide (en duurzamere) methode die de Fomento methode omvat die werd beschreven in het oorspronkelijke LIDO voorstel (zie ook 3.3). 7

9 2 Handelsnetwerk (C3) 3 Handelsnetwerk (C3) Handelsnetwork (C3) Handelsnetwerk (C3) C3 CompRaS C3 MST Gevorderde onderhandelingen met verscheidene partners; transactiesoftware ontworpen en in 2 e testfase Uitvoering: eerste demonstratie gestart in november 2003 Afgezien van de 3 verwachte projecten zijn er nog 3 geïdentificeerd en er zijn onderhandelingen gestart met mogelijke partners, zoals duidelijk wordt in de volgende tabel. Alle drie projecten zijn nog in een vroege fase van identificatie en we zullen ze in 2004 evalueren om vast te stellen of we de inspanningen wel of niet zullen voortzetten en het partnerschap zullen formaliseren. # Verwacht voor 2004 Voorbereiding begonnen in Huidige staat van het project Fomento VLC Rubem Berta Onderhandeling/voorbereiding: afstemming tussen de verscheidene benodigde partners 5 Fomento Fomento Vila Pinto Identificatie/voorbereidende activiteiten ter consolidatie en versterking van de lokale partner 6 Handelsnetwerk (C3) C3 São Sepé (Gemeente) Onderhandelingen met de partners Mochten alle 3 projecten in voorbereiding hun uitvoeringsfase bereiken, dan is het totaal aantal projecten 6 tegen het eind van 2004, wat volgens het ontwerp is. Een gedetailleerde beschrijving van alle 6 Zuid-Amerikaanse projecten en hun huidige situatie kan gevonden worden in Bijlage 1 tot en met 6. Conclusie: Zowel de uitvoering van de geplande projecten voor 2003 als de voorbereiding voor 2004 zijn bevredigend en komen met de planning overeen. 3.2 Subprogramma 2: Centraal- Amerika De voorbereiding van het Centraal-Amerikaanse subprogramma begon met een identificatiemissie naar Honduras en El Salvador in april en mei We selecteerden twee partners: één omdat ze de grootste consumentenorganisatie van Centraal-Amerika is (COMAL in Honduras: gezinnen) en de tweede omdat ze de enige barterhandelsorganisatie is in de regio (FADEMYPE in El Salvador). We sloten een mondeling overeenkomst met beide partners naar aanleiding van een ontwerpvoorstel. In de volgende maanden werden de projectdocumenten uitgebreid. Tijdens het ontwerp van de voorstellen werd het duidelijk dat de DGIS financiering niet voldoende zou zijn om projecten te ontwikkelen met voldoende, duurzame invloed. Daarom legden we de voorstellen ook voor aan HIVOS (die een bijdrage aan het El Salvador project goedkeurde). In overeenkomst met deze fondsenwerving voor de lokale partners zocht Strohalm ook steun van PSO om een professionele adviseur aan te stellen voor beide projecten. Deze inspanningen bleken vruchtbaar in oktober 2003, toen we regionale adviseur aanstelden voor een periode van 3 jaar (die bijna de gehele LIDO programmaperiode besloeg). De aanstelling van de regionale adviseur verhoogt de kwaliteit van de projecten, omdat een expert de problemen ter plaatse kan aanpakken. Deze aanstelling maakt ook experimenten mogelijk met meer ingewikkelde variaties in de methodologie. De planning voorzag de start van 2 proefprojecten in 2003 in Centraal-Amerika. Strohalm zal zich maximaal inspannen de uitvoering van beide projecten voort te zetten, gegeven de 8

10 betrokkenheid van de partners, de potentiële invloed, de mogelijkheden om de projecten te herhalen en de inspanningen die reeds geïnvesteerd zijn in deze initiatieven. In het originele ontwerp voorzagen we twee C3's. In werkelijkheid hebben we een C3 en een VLC opgestart, zoals te zien is in de tabel hieronder. De reden voor deze verandering in de methodologie was, dat we, zoals in Brazilië, partners hebben geïdentificeerd op basis van hun potentieel en dat we de methode later hebben aangepast aan de eigenaardigheden van die partner, liever dan te blijven vasthouden aan zuiver methodologische doelen. # Verwacht voor Handelsnetwerk (C3) 8 Handelsnetwerk (C3) Gerealiseerd in 2003 Handelsnetwerk (C3) Valuable Local Currency (VLC) Project C3 FADEMYPE VLC COMAL Huidige situatie van het project Uitvoering: interne eenheden zijn in omloop (transactiewaarde ca US$ per maand); onderzoek over betrokkenheid vd consument. Voorbereiding: selectie and training van projectmedewerkers Het project met FADEMYPE is geformaliseerd in een contract van 3 jaar. Met COMAL is een basisovereenkomst getekend in januari De basisovereenkomst zal vergroot worden, zodra we van aanvullende fondsen verzekerd zijn. Voor beide projecten is een handleiding met functieomschrijvingen voor het betrokken lokale personeel uitgebreid. Een gedetailleerde beschrijving van beide Centraal-Amerikaanse projecten en hun huidige situatie kan gevonden worden in Bijlage 7 en Subprogramma 3: Methodologische ontwikkeling Het LIDO programmavoorstel voorziet de ontwikkeling en verspreiding van één methode ("Trueque = eenvoudige, lokale barter") en het ontwikkelen en testen van twee verdere methodes: Fomento en BVN 6 (de laatste is hernoemd tot C3 7 ). Voor alle drie methoden is een belangrijke hoeveelheid waardevolle documentatie voorbereid. Dit materiaal bestaat uit ten minste een beschrijving/ discussiedocument per methodologie, praktische stukken met algemene informatie over alle methoden en ook visueel materiaal om de presentaties te ondersteunen. De revisie en actualisering van het bestaande materiaal is een constant proces. Meer dan 20 technische, praktische en wervende teksten in 4 talen zijn geproduceerd in het afgelopen jaar (zie Bijlage 9 voor een complete lijst met materiaal). De belangrijkste methodologische verrichtingen van het afgelopen jaar zullen we in de volgende passage beschrijven. In 2003 zijn er internationale contacten en samenwerkingsverbanden gelegd die hebben geleid tot interessante ontwikkelingen en mogelijke toepassingen van de methodes die in het LIDO programma voorgesteld zijn. Vooral de deelname aan de Conferentie in Bahrein over Islamitische Economie en Financiën is bijzonder interessant en vruchtbaar geweest in termen van contacten en ideeën voor de ontwikkeling van de methodes. Naar aanleiding van een lezing die de directeur van Strohalm gaf aan een groep economen, ontwikkelingsexperts, vertegenwoordigers van NGO's, academici en bankiers hebben we contacten gelegd met rentevrije netwerken. Hier kan partnerschap voor de uitvoering van de internationale C3 structuur uit voortvloeien. Discussies met bankiers en financiële experts resulteerden in de ontwikkeling van een aanvullende groeistrategie voor VLC-systemen, gebaseerd op de koop of ruil van oninbare schulden van de bankinstellingen. Dit bezoek heeft ook de inspiratie gegeven voor enkele goede ideeën over hoe de LIDO methoden toegepast kunnen worden in de islamitische wereld. 6 BVN is de afkorting voor Bedrijven-Verrekenings-Netwerk 7 Zie voetnoot 3 9

11 Bij dezelfde gelegenheid brachten we een bezoek aan Istanbul waarin we contacten met een belangrijk bartersysteem legden om de kennis te versterken over de werking van zulke systemen en hun toepassing in de methodologische verbetering van het C3 project in Centraal-Amerika Local Barter (Trueque) Lokale Barter (Trueque genaamd in het Spaans) is de eenvoudigste van de drie methoden die binnen het LIDO kader worden bevorderd, en het houdt een ruilsysteem op het niveau van de gemeenschap in. Het afgelopen jaar hebben we de problemen en de verrichtingen van in het bijzonder de Argentijnse Trueque-beweging bestudeerd. We hebben de recente krimp in het systeem geanalyseerd en dat resulteerde in de volgende bevindingen: (a) Terwijl het systeem groeide, werd vervalsing van de papieren bonnen die men binnen de Trueque gebruikte, wijdverbreid. Dit tastte het vertrouwen in het systeem als geheel ernstig aan. Deze bevinding heeft ertoe geleid dat Strohalm de mogelijkheid ging onderzoeken bonnen op papier van hoge kwaliteit te drukken. Vele systemen in de wereld moest deze bonnen ook kunnen gebruiken. Er is een ontwerp gemaakt dat de lokale groepen de mogelijkheid biedt biljetten aan hun specifieke eisen aan te passen. Met Koninklijke Joh Enschedé 8 hebben we onderhandelingen gevoerd voor het drukken van de bonnen. (b) Het mechanisme van uitgifte van de bonnen liet de terugtrekking van biljetten uit de kringloop op het moment dat het systeem aan het krimpen was, niet toe. Deze leemte is geen probleem zolang het systeem doorgaat met groeien (zoals het geval was in Argentinië tot 2002, toen op zijn hoogtepunt naar schatting 6 miljoen mensen lid waren van het netwerk). Echter, als mensen het systeem verlaten, is de hoeveelheid biljetten niet langer in balans met de aanvoer van goederen en diensten en dit veroorzaakt daarmee onvermijdelijk een inflatieprobleem. Deze bevinding zette Strohalm aan tot de ontwikkeling van een nieuwe methode, Controlled Community Currency System (CCCS; gecontroleerd geldsysteem van de gemeenschap) genaamd. Dit systeem geeft verscheidene middelen om zo nodig het aanbod van valuta te verminderen met het doel zo een permanent instrument voor gemeenschappen te scheppen. Het voornaamste instrument voor de verspreiding van de CCCS en andere Trueque varianten is de Internationale Helpdesk voor Lokale Geldsystemen. De Helpdesk werd officiëel opgericht in maart 2003 en is toegankelijk via Internet 9 voor alle groepen en individuen die een lokaal-geldinitiatief plannen, voorbereiden of uitvoeren. Er zijn een website en een discussiegroep ontwikkeld om systemen toegang te verlenen tot informatie en ruilervaringen. Ze kunnen er bovendien discussiëren over thema's over lokale geldsystemen. Deze discussiegroep is gegroeid tot 70 leden in 20 landen. Groepen die in een verdergevorderd stadium zijn, kunnen om assistentie vragen van één van Strohalm's adviseurs. Tegen december 2003 is er advies gegeven aan 20 organisaties wereldwijd. Een breed scala aan technisch materiaal is verzameld, gesystematiseerd en beschikbaar gemaakt voor de leden van de helpdesk in het bijzonder en voor het algemene publiek. Het resultaat is het onderdeel 'Materiaal' van de website van de helpdesk ( dat ruim 100 artikelen, studies en onderzoek naar verwante onderwerpen behelst (zie Bijlage 10). 8 Koninklijke Joh. Enschedé is gespecialiseerd in waardedrukwerk en produceert tegenwoordig Eurobiljetten voor 5 landen. 9 en 10

12 3.3.2 Fomento / VLC Wat is een Fomento? Een Fomento is een instrument om de economische invloed van ontwikkelingsuitgaven (van de NGO's of de regering) te verhogen op het niveau van de lokale gemeenschap. In een Fomento wordt het geld dat beschikbaar is of iedere lokale uitgave (in het algemeen een gemeenschapsproject, zoals het bouwen van een school, lokale gemeenschapsvoorzieningen etc.) in drie typische gevallen gebruikt: (a) om een gemeenschapsproject te realiseren, hoewel dit wordt gerealiseerd door betalingen in bonnen (lokaal geld); (b) als een fonds voor microkrediet: ondernemers ontvangen een lening in de nationale valuta en ze mogen in lokale bonnen terugbetalen; (c) om extra lokale handel te scheppen: de ontvangers van de lokale bonnen zullen hun koopkracht richten op lokale bedrijven, vooral degenen die microkrediet ontvangen hebben. Vaak wordt een tussen-ruilhandel geschapen die degenen die in lokale bonnen betalen verbindt met degenen die ze nodig hebben (ondernemers met microkrediet). In de methodologische zin kan Fomento beschouwd worden als een groeistrategie voor VLC systemen door middel van het stimuleren van de vraag naar het nieuwe lokale geld. Begin 2003 werd het eerste Fomento proefproject ter wereld beëindigd en geëvalueerd in Fortaleza, Brazilië. De socio-economische invloed van het project werd grondig beoordeeld. Het coördinatieteam van Strohalm ontwikkelde verscheidene analysemethoden om de kwantitatieve (inkomens-)effecten te meten. Een onderzoek werd uitgevoerd in samenwerking met de Universiteit van Bahia om de invloed van het project vast te stellen. Ondanks de kleine schaal van het project resulteerde de realisatie van het project in lokaal geld (in plaats van de nationale valuta) op zichzelf reeds in een extra inkomenseffect van 15%, wat een aanwijzing is dat deze methode de capaciteit heeft om de doelmatigheid van de ontwikkelingsfondsen van de overheid en de NGO's te verhogen. De volgende tabel laat de belangrijkste conclusies van het Fomento proefproject zien. Hypothese Conclusie Les: bijstelling van de strategie (i) Fomento versterkt de Waar Geen lokale economische circulatie meer dan conventionele ontwikkelingsinvesteringen. (ii) Een Fomento is in staat om de acceptatie te bewerkstelligen voor een nieuwe lokale geldeenheid. Waar De acceptatie kan verhoogd worden als mogelijke interne circuits van te voren worden bestudeerd: een inventaris van de lokale economische spelers en middelen is een belangrijke informatiebron hiervoor. (iii) Een kleinschalig Fomento project op de korte termijn is voldoende om een zelfvoorzienend lokaal geldsysteem te vestigen. Niet waar * Niet langer zullen Fomento's worden uitgevoerd als zelfstandige projecten. De vraag naar leningen in lokale bonnen komt niet van de grond met slechts een kort project. Toekomstige projecten zullen zich richten op een permanente instromingen van geld naar de gemeenschap. * Een uitgebreidere methode: VLC (zie hieronder) wordt ontwikkeld waarin Fomento wordt gebruikt als één van de strategieën om een vraag naar lokale bonnen te scheppen. Hoewel de belangrijkste hypothese (i) waar bleek te zijn, toonde de analyse ook dat een éénmalige Fomento niet voldoende is om een permanente systeem te scheppen (hypothese iii). Twee mogelijke strategieën werden geïdentificeerd om een permanente circulatie te scheppen. De eerste is een permanente instroming van fondsen naar de projectactiviteiten (een "permanente Fomento"), wat de basis is van het "Fomento Vila Pinto project" dat bezig is met de voorbereiding (zie Bijlage 3). Een tweede innovatievoorstel (de schuldencyclus- 11

13 strategie, zie hieronder) past conventionele leenmethodes toe om een voortdurend groeiende vraag naar het lokale geld te scheppen en zo economische activiteit te stimuleren totdat volledige werkgelegenheid bereikt is. De schuldencyclus-strategie wordt als zo krachtig beschouwd dat de Fomento gezien kan worden als louter een bijkomstige strategie om het zelfde eindresultaat te bereiken, namelijk de schepping van een permanent geldsysteem voor een lokale, onomwisselbare geldeenheid. Deze nieuwe, ruimere methode behelst beide Fomento's en is Valuable Local Currency System (VLC; waardevol lokaal geldsysteem) genaamd. Wat is een VLC (Valuable Local Currency Circuit)? De VLC methode genereert dezelfde dynamiek die waargenomen kan worden op het internationale niveau in de vorm van constante geldstromen van schuldenlanden naar de financiële markten. In een VLC wordt deze energie vastgelegd en weer losgelaten op een lokaal of regionaal niveau, wat resulteert in een groeiende stroom van lokale investeringen ten behoeve van de gemeenschap zelf. De VLC methode combineert 3 strategieën om de lokale geldeenheid in circulatie te brengen: (a) het voorzien van lokale circuits (o.a. gebaseerd op de Trueque ervaring), (b) Fomento en (c) de schuldencyclus-strategie. Deze laatste strategie is de motor van de VLC-methode en is een kopie van de praktijk van internationale schuldenfinanciering, aangepast aan het niveau van een lokale economie. Het verschil is dat rentebetalingen de lokale economie niet verlaten (in de vorm van rente of winstbetalingen aan de kapitaalverschaffers), maar verzameld worden in een gemeenschapsfonds dat de middelen terugpompt naar de lokale economie in de vorm van leningen voor productieve activiteiten. Op deze manier wordt de groeiende schuldencyclus in beweging gezet en deze wordt gebruikt om de lokale, economische activiteit te stimuleren, in plaats van de liquiditeit van de gemeenschap af te tappen. In tegenstelling tot de internationale schuldenfinanciering heeft de VLC wel degelijk een alternatief mechanisme ("demurrage genaamd, in het Nederlands: liggeld") in het geval dat de schulden sneller groeien dan de economie aankan. De timing en de afstemming tussen de drie strategieën is belangrijk om een doelmatige en duurzame systeemgroei te bereiken. Het is bijvoorbeeld minder kostbaar om reclame te maken voor een Fomento als de gemeenschap reeds bekend is met het concept van een lokale geldeenheid (a). Strohalm heeft een discussienota voorbereid. We hebben inspanningen verricht voor de uitvoering van twee VLC proefprojecten: een in Fortaleza, als een opvolger van het Fomento project dat hierboven beschreven is en een tweede in de streek van Porto Alegre, hoogstwaarschijnlijk in Rubem Berta (zie Bijlage 2). Samenvatting: in plaats van het ontwikkelen van de Fomento methode, zoals deze in het begin voorgesteld is, zal het LIDO programma de Fomento ontwikkelen als een deel van de VLC methode. Gegeven het feit dat de VLC een intensievere (maar ook een duurzamere) methode is dan de Fomento, is het mogelijk dat het aantal projecten verminderd zal worden. Dit zal gebeuren als de financiering onvoldoende blijkt te zijn om projecten met voldoende invloed uit te voeren. 12

14 3.3.3 BVN - Consumer and Commerce Circuit (C3) 10 Wat is een C3 (Consumer and Commerce Circuit)? Een C3 is een netwerk van consumenten en ondernemers. In een wereldwijd geldsysteem hebben de consument en de ondernemer geen idee over de waarschijnlijkheid dat zijn/haar bestedingen zullen terugkeren in de vorm van werkgelegenheid of verkoop. Het C3 netwerk voorziet ondernemers van handelsrelaties en toegang tot koopkracht. Binnen het netwerk proberen ondernemingen en consumenten het gebruik van geld in hun handel met elkaar zoveel mogelijk te vermijden. In plaats van geld gebruiken de leden bonnen of een geautomatiseerd boekhoudsysteem. Het geld dat op deze manier "bevrijd" is, wordt beschikbaar als een goedkoop leenfonds voor de regio. Op deze manier kan het collectieve economische voordeel van de keuze om te handelen binnen de C3 vertaald worden in individuele voordelen. In 2003 besloten we de naam BVN te veranderen in C3 vanwege 2 redenen: (i) de behoefte aan een internationale afkorting 11 en (ii) de behoefte om de deelname van consumenten te vermelden. De essentie van het concept zoals het voorgesteld was in het originele LIDO voorstel blijft onveranderd. Gedurende 2003 is de C3 methode tot in het detail uitgewerkt en verbreed in termen van mogelijke varianten. Deze specifieke varianten verwijzen hoofdzakelijk naar de beginstrategieën en de belangrijkste partners in de uitvoering van de strategie. Er zijn varianten voorbereid voor lokale overheden (C3 São Sepé), voor bestaande productie-/handelsketens (C3 MST, C3 SEBRAE, C3 CompRaS). Een derde C3 variant zal aangepast worden aan bestaande commerciële bartersystemen (C3 FADEMYPE). Er zijn voorlopige methodebeschrijvingen voorbereid om te dienen als instrument voor het informeren en besturen van de partnerorganisaties. In een later stadium zullen de handleidingen uitgebreid worden met de resultaten en conclusies die uit deze proefprojecten voortvloeien. Een belangrijk element in de C3 methode is de transactiesoftware die op het internet gebaseerd is en die de leden kunnen gebruiken om op een doelmatige en veilige manier met elkaar te handelen. Deze software moet voldoen aan de veiligheidsstandaarden van de partnerbanken. In het afgelopen jaar is er een eerste versie ontwikkeld en getest en deze wordt naar verwachting operationeel in juni De softwareontwikkeling heeft enige vertraging opgelopen vanwege het hoge verloop onder de betrokken programmeurs. Voor meer informatie over het softwareonderdeel zie Bijlage Subprogramma 4: het vergroten van het maatschappelijk draagvlak in Nederland Er zijn verscheidene kanalen en instrumenten onderzocht om bewustzijn te kweken en informatie te verspreiden over de onderwerpen waaraan wij werken. Dit is op 3 manieren gebeurd: (a) verspreiding door de media, (b) presentaties en discussie in academische en gespecialiseerde kringen en (c) door middel van websites. Ad (a) Media Er zijn acht artikelen gepubliceerd over de activiteiten van Strohalm, het merendeel in Nederlandse kranten en tijdschriften. In het afgelopen jaar gaven we 3 interviews en legden we verscheidene andere contacten met de media. Bovendien schreven Strohalm 10 De termen C3 (Consumer and Commerce Circuit) en BVN (BedrijvenVerrekeningsNetwerk) zullen als synoniemen gebruikt worden in dit verslag. 11 In het Spaans, Portugees en Frans kan dezelfde afkorting (CCC of C3) gebruikt worden. 13

15 medewerkers 4 artikelen zie Bijlage 11). Er zijn twee mailings gedaan die gericht waren aan de donateurs en sympathisanten, bij elkaar meer dan 5000 mensen die rechtstreeks geïnformeerd zijn over de activiteiten van Strohalm. Bijna 4500 exemplaren zijn er verspreid van het boek "Arm door Geld", dat de filosofie en de fundamenten van het LIDO programma behandelt. Ad (b) Presentaties Strohalm heeft rechtstreeks deelgenomen aan 10 conferenties, lezingen en werkgroepen over verwante thema's en heeft de mogelijkheid gehad om haar visie en alternatieven met ruim 200 mensen te delen. De presentaties wekten de belangstelling en enthousiasme op over de mogelijke betekenis voor toekomstige ontwikkelingsrelaties van de methoden en projecten die Strohalm uitvoert. Vanwege de groeiende belangstelling van specialisten en het algemene publiek in deze methoden, is Strohalm in 2003 gestart met de voorbereiding van meer visueel materiaal. Dit materiaal kunnen we gebruiken in presentaties. Ad (c) Internet Strohalm erkent het grote potentieel van dit instrument om haar methoden te verspreiden en steun te verwerven voor haar missie. Daarom kan de constante verbetering en actualisatie van Strohalm s website gezien worden als één van de belangrijkste activiteiten van het jaar 2003 in het kader van het subprogramma 4. Dankzij de samenwerking tussen (veld-)projectadviseurs, specialisten en het websiteteam is de kwaliteit en het belang van de teksten en gepubliceerde materialen verzekerd. Samen met Strohalm s website in het Nederlands verspreiden ook de Engelstalige websites en informatie over het LIDO programma, haar methoden en projecten. Strohalm's website ontvangt een gemiddelde van 65 bezoekers per dag. In 'ruwe' cijfers kunnen we schatten dat in 2003 enkele duizenden mensen d.m.v sessies 12 informatie hebben ontvangen over complementaire geldsystemen via websites die door Strohalm ondersteund worden (zie Bijlage 12). In een later stadium van het programma, wanneer de resultaten meer tastbaar worden, zullen we de verspreidingsactiviteiten opvoeren en verwachten we dat de steun van het algemene publiek verder zal groeien. 4. Partnerorganisaties in het Zuiden Zoals aangegeven in het LIDO programmavoorstel werkt Strohalm met vijf typen partnerorganisaties in het Zuiden, die behandeld zullen worden in de volgende paragraaf: (a) Uitvoerende organisaties Uitvoerende organisaties omvatten NGO's, Credit Unions, en volksbewegingen. Ondanks het probleem dat onder 3.1 vermeld werd (geringe beschikbaarheid van middelen voor het medefinancieren van uitvoerende partners) heeft Strohalm overeenkomsten bereikt met diverse, veelbelovende uitvoerende partners, met name met FADEMYPE in El Salvador, COMAL in Honduras, de Crehnor-bank en Banco Palmas in Brazilië. Om het selectieproces van nieuwe uitvoerende partners te standaardiseren is een "Partnerbeoordelingsformulier" ontworpen. Alle projecten die in de uitvoerende fase zijn toegetreden, zijn medegefinancierd 12 Zie Bijlage 12 voor de onderliggende cijfers van deze berekening. 14

16 door DGIS en andere bronnen (Stichting Rabobank, HIVOS en ICCO). De behoefte om te zoeken naar aanvullende fondsen heeft in sommige gevallen de start van de projecten uitgesteld. (b) Kennisinstellingen Deze partners zijn vaak universiteiten en hebben hoofdzakelijk een rol in het controleren en evalueren van de proefprojecten. In het afgelopen jaar speelde de Universiteit van Bahia (in Fortaleza, Noord-Brazilië) een belangrijke rol in de evaluatie van het Fomento proefproject. We hebben contacten gelegd met diverse universiteiten in het gebied rond Porto Alegre en in Centraal-Amerika. De universiteiten tonen in het algemeen belangstelling in het programma, wat geactiveerd zal moeten worden zodra de projecten volop draaien. Strohalm heeft Instrodi verzocht speciale aandacht te geven aan de verdere betrokkenheid van SEBRAE, daar we deze semi-overheidsinstantie zien als de belangrijkste organisatie die gespecialiseerd is in het ondersteunen van kleine en zeer kleine ondernemingen in Brazilië. Een bepaalde proportie van de belastingbetalingen door ondernemingen financiert SEBRAE. De belangrijkste taak van SEBRAE is kennisoverdracht. Met haar relaties die gelegd zijn met tienduizenden ondernemers en meer dan 600 kantoren in alle 26 deelstaten van Brazilië, heeft het partnerschap met SEBRAE grote mogelijkheden. (c) Ondernemingen In 2003 hebben we gewerkt met verscheidene ondernemingsnetwerken, zoals de Redes de Cooperação, Sindilojas en COCEARGS in Brazilië. Vanwege een verandering van regering is de veelbelovende ontwikkeling van de eerste organisatie beëindigd. COCEARGS introduceert de ondernemingen in het netwerk dat door de Crehnor-bank bestuurd wordt en verbindt ook dit project aan de hele MST gemeenschap (uiteindelijk meer dan leden en kleine ondernemingen). Onderhandelingen met een derde ondernemingsnetwerk (Red Empresarial de Trueque in El Salvador) dat verbonden is aan de projectpartner FADEMYPE (zie 4.1), hebben geresulteerd in het project dat we in Bijlage 7 beschrijven. Een belangrijke zakenpartner in de verder gevorderde stadia van de C3 methode is een bank. Als onderdeel van het CompRaS project heeft Instrodi diverse banken in Brazilië benaderd. Een partnerschap is aangegaan met BanriSul, maar het is niet duidelijk of de noodzakelijke stap van de software-integratie gerealiseerd kan worden. De ervaringen van de contacten met banken hebben belangrijke lessen opgeleverd voor de toekomstige promotie van het concept bij banken. We voeren nog steeds onderhandelingen met twee banken (zie Bijlage 4). (d) Regering In Brazilië hebben we zowel lokale overheden als deelstaatregeringen benaderd om te samenwerken in de verschillende projecten. De meeste respons kregen we van de lokale overheden (gemeentes; zie Bijlage 2), hoewel hun financiële capaciteit om bij te dragen aan projecten duidelijk kleiner is. Contacten met functionarissen van de deelstaatregeringen werden verbroken door een verandering van regering aan het begin van In het bijzonder het CompRaS project heeft onder deze politieke verandering geleden (zie Bijlage 4). (e) Consumenten Het project met de meeste betrokkenheid van de consumenten in de nabije toekomst is de VLC COMAL in Honduras, een distributienetwerk dat ongeveer plattelandshuishoudens bedient. Het betrekken van consumenten bij complementaire geldinitiatieven is slechts haalbaar als hun koopkracht snel georganiseerd kan worden en er een 15

17 distributieplan aanwezig is. Daar consumentennetwerken zoals COMAL een wijdverbreid fenomeen zijn in Latijns-Amerika (verenigd onder de koepelorganisatie RELACC), zijn de mogelijkheden voor een herhaling in de toekomst groot. In de andere projecten zijn consumenten slechts zelden benaderd. Dit is gebaseerd op het vermoeden dat consumenten niet bereid zijn lokale eenheden te accepteren of zelfs maar hun koopkracht daarin om te zetten, tenzij er voldoende mogelijkheden zijn om ze uit te geven. In El Salvador is er een strategie uitgebreid voor het opnemen van consumenten met "ontwikkelingsbewustzijn", namelijk Salvadoranen die werken in de USA en geregeld geld overmaken naar hun familie. Als dit haalbaar is, zal deze strategie uitgevoerd worden in Conclusies De belangrijkste inzichten die voortvloeien uit de ervaringen van het afgelopen jaar op het gebied van partnerselectie en onderhandelingen zijn: Partners die toegang hebben tot een belangrijke hoeveelheid koopkracht (bedrijvenassociaties, regeringsinstellingen) zijn essentieel voor een "vliegende start" van een project, omdat de voordelen exponentieel groeien met de hoeveelheid transacties. Een grotere hoeveelheid betekent dat de voordelen voor de deelnemers hoger zijn, wat zelfs meer deelnemers aantrekt; Er is een positieve relatie tussen de financiering die Strohalm kan toewijzen aan een project en de tijd die vereist is om van de onderhandelingsfase in de voorbereidende fase te geraken; Het belang van pogingen om partners in het project te betrekken die een goede reputatie genieten in het projectgebied: de succesvolle introductie van nieuwe valuta is grotendeels een kwestie van vertrouwen kweken; De belangrijkste aanwinst van een bank is het vertrouwen van het algemene publiek. Elk project dat een onzekere factor in zich draagt is onacceptabel voor een bank. Een kristalheldere risicoanalyse is voor een bank onmisbaar voor het sluiten van een overeenkomst; Het risico van de afhankelijkheid van (verwante) regeringspartners schuilt erin dat een geheel netwerk van contacten verloren kan gaan zodra het politieke klimaat verandert. Dit is vooral schadelijk in de beginfase van een project, wanneer het nog te vroeg is om zijn invloed te doen gelden. Het is van belang om resultaten te behalen voor de volgende verkiezingen om de steun van deze partners te behouden; De kwaliteit van het project verbetert eerder als we de partner eerst identificeren en dan de essentie van de methodologie bepalen dan als we eerst de methode als uitgangspunt nemen en dan pas naar een partner gaan zoeken. In de praktijk heeft dit geleid tot een kleine verandering in de verspreiding van de methoden. 5 Organisatie, management en organisatiestructuur Het team dat verantwoordelijk is voor de realisatie van het LIDO programma valt onder de directe supervisie van de directeur van Strohalm. Het team bestaat uit een programmacoördinator, een methodologisch specialist, een financieel coördinator en een PRcoördinator. Deze staf zet zijn begeleiding voort aan 4 projectadviseurs, die hun standplaats hebben in Brazilië (2), Centraal-Amerika (1) en Zuid-Oost-Azië (1), de laatste functioneert ook als helpdesk-coördinator. Het management van overzeese projecten is een betrekkelijk recent fenomeen binnen Strohalm. Dit is gecompenseerd door het aantrekken van ervaren personeel en adviseurs met uitgebreide veldervaring in verschillende delen van de wereld. Gegeven het innovatieve 16

18 karakter van deze projecten is Strohalm s advisering hierin veel intensiever dan in conventionele ontwikkelingsprojecten. Hoewel de veldadviseurs goed getraind zijn, vragen ze vaak naar een tweede oordeel van de Utrechtse experts. Vice versa zijn de veldadviseurs de belangrijkste bron van informatie voor de stafleden in Utrecht en zij verschaffen hun praktische inzichten en lessen die leiden tot een bijstelling van de theoretische modellen. Strohalm nam deel aan de werkgroep "Programmatic Planning" ("programmatisch plannen"), georganiseerd door PSO (Den Haag, 18 november 2003) om haar vaardigheden in het leiding geven verder te verbeteren. Geregeld contact tussen de Utrechtse staf en de veldadviseurs vindt plaats door geregelde correspondentie per en door telefonische raadpleging. Bovendien organiseren we tenminste een keer per jaar een jaarlijkse ontmoeting voor adviseurs en specialisten; de laatste vond plaats in Utrecht in oktober De informatiestroom wordt gesystematiseerd in maandelijkse voortgangsrapporten, die door de adviseurs ingediend worden voor ieder afzonderlijk project. Deze rapporten worden bediscussieerd in een vergadering over deze rapporten in Utrecht, van waaruit de adviseurs richtlijnen ontvangen, als dat nodig is. Bovendien onderneemt de staf adviesmissies naar de projectgebieden. Deze missies dienen het drievoudige doel van informatie vergaren, advisering en controle/evaluatie van bepaalde onderdelen van het programma 13. Een interne evaluatie van het functioneren van het management, de interne organisatie en de communicatie werd tegen het einde van 2003 gehouden. De belangrijkste resultaten waren: Veldadviseurs zijn in het algemeen tevreden over de vervolgbegeleiding die ze ontvangen uit Utrecht. De verslagverplichtingen voelen ze niet als een last, maar als waardevolle terugkoppelingsmomenten; De communicatielijnen zijn in 2003 duidelijker geworden voor alle partijen; De delegatieprocedures hebben de productiviteit verbeterd en voor meer oriëntatie gezorgd op doelen op diverse niveaus De werknemers in Utrecht die niet direct aan de projecten werken vinden het ook prettig geïnformeerd te worden over de veldactiviteiten; De verschuiving van Strohalm naar een adviserende rol, terwijl haar rol in de uitvoering positief wordt beoordeeld door het betrokken personeel: de lokale partnerorganisatie neemt meer verantwoordelijkheid, terwijl de specialistische kennis van de adviseurs beter wordt aangewend. 6 Financiële administratie Strohalm heeft diverse maatregelen genomen om de interne administratieve capaciteit van Strohalm en haar belangrijkste partner in Brazilië, Instrodi, te vergroten: Instrodi werd uitgerust met hetzelfde computerprogramma voor de boekhouding als Strohalm gebruikt (AccountView). Dit geeft de beschikbaarheid over direct geactualiseerde financiële gegevens; 13 In 2003 werden er in het totaal 5 steunmissies ondernomen naar Brazilië door specialisten van Strohalm's hoofdkantoor in Utrecht. Drie specialisten inclusief Strohalm's directeur en de softwarespecialist hebben daar bij elkaar meer dan 16 weken doorgebracht. Bovendien hadden de activiteiten van de projectadviseur een totale duur van 11 maanden. In de Centraal-Amerikaanse regio had de missie van Strohalm's projectcoördinator een duur van 9 weken. Deze missie werd versterkt door het contracteren van een adviseur voor de regio wiens activiteiten in november 2003 begonnen. 17

19 De manager van Instrodi ontving een uitgebreide cursus in het gebruik van de financiële software; Instrodi heeft een lijst ontvangen van Braziliaanse, externe accountants die door de Nederlandse brancheorganisatie voor accountants erkend worden; In Centraal-Amerika werkt Strohalm met partners die ervaring hebben in het werken met HIVOS en ICCO. De partners zullen voor het maken van financiële verslagen dezelfde administratieve procedures volgen als ze gewoon waren met HIVOS en ICCO. De regionale Strohalm adviseur geeft vervolgbegeleiding bij deze procedure. Strohalm heeft een subcontract afgesloten met een professioneel administratiekantoor. Dit kantoor heeft ervaring in administratieve projecten in het buitenland. Verder zijn de budgetcategorieën die gebruikt worden in het LIDO voorstel geïntegreerd in de reguliere boekhouding van Strohalm. Met deze maatregelen komt Strohalm tegemoet aan iedere algemeen aanvaarde norm voor financiële verslaglegging. 18

20 7 Controle- en evaluatiesysteem Geconfronteerd met de afwezigheid van controle- en evaluatieinstrumenten die specifiek geschikt zijn om de invloed van complementaire geldsystemen te meten, heeft Strohalm belangrijke inspanningen verricht deze instrumenten te ontwerpen. Met de beëindiging van de eerste Fomento was de aandacht begin 2003 gericht op het meten van de invloed van de Fomento methode, waarvoor we twee belangrijke instrumenten ontwikkelden: Fomento evaluatiemodel: een spreadsheet die het inkomenseffect berekent van een impuls met lokaal geld in vergelijking met dezelfde impuls met de nationale valuta, waarbij bepaalde parameters gegeven worden. Duurzaamheidsthermometer: een verhouding die de hoeveelheid lokaal geld die in omloop is bij de bron analyseert. Duurzame bronnen zijn bijvoorbeeld leningen in lokaal geld, constante bestedingen via een Fomento door een gemeente en gesloten lokaalgeldcircuits. Niet-duurzame bronnen zijn bijvoorbeeld incidentele, extern gefinancierde projecten. In de toekomst kan ditzelfde instrument ook gebruikt worden om de duurzaamheid van VLC's te meten. Voor de nieuwe methoden (C3 en VLC) ontwikkelen we voor ieder project afzonderlijk een set instrumenten. De meest geavanceerde beschrijving van controle- en evaluatieinstrumenten is gemaakt voor de projecten in Honduras en El Salvador 14 en is gebaseerd op de AIMS 15 methodologie, die ontwikkeld is door USAID. Deze methode begint met een invloedschema, dat beschrijft de relatie tussen activiteiten, effecten en invloed. Vervolgens worden hypotheses over de (economische en niet-economische) invloed geformuleerd voor één of meer doelgroepen. Voor iedere invloedhypothese wordt een reeks van verifieerbare indicatoren bepaald. Uiteindelijk wordt voor iedere indicator een verificatiemethode beschreven (bijvoorbeeld een analyse van financiële gegevens, interviews etc.). In de loop van 2004 zullen we soortgelijke controle- en evaluatiemodellen voorbereiden voor andere projecten die de uitvoerende fase naderen. Ten slotte kunnen we vermelden dat Strohalm's deelname aan de vergadering "Quality system TMF ("Kwaliteitssysteem TMF"), georganiseerd door DGIS (Den Haag, 29 september 2003) nieuwe inzichten heeft gegeven in de discussie over kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren. 14 De relevante, voorbereide documenten zijn Indicadores de Monitoreo Financiero, Manual de Monitoreo de Impacto and Flujo Financiero COMAL 15 Assessing the Impact of Microentreprise Services (AIMS; taxatie van de invloed van diensten voor zeer kleine ondernemingen). 19

Stichting STROhalm Oude Gracht 42 3511 AR Utrecht Nederland T: 030-2314314 www.strohalm.nl www.socialtrade.org info@strohalm.nl.

Stichting STROhalm Oude Gracht 42 3511 AR Utrecht Nederland T: 030-2314314 www.strohalm.nl www.socialtrade.org info@strohalm.nl. Stichting STROhalm Oude Gracht 42 3511 AR Utrecht Nederland T: 030-2314314 www.strohalm.nl www.socialtrade.org info@strohalm.nl Jaarverslag 2005 Inhoudsopgave: p 1. Voorwoord 3 2. Introductie 4 3. Algemene

Nadere informatie

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie: Conferentie over Biodiversiteit in een veranderende wereld 8-9 september 2010 Internationaal Conventiecentrum

Nadere informatie

Beleidsplan Soul Venture

Beleidsplan Soul Venture Beleidsplan Soul Venture Dit document beschrijft het beleidsplan dat is geformuleerd bij de oprichting van Stichting Soul Venture. Inleiding Stichting Soul Venture is een initiatief van Riksja Travel.

Nadere informatie

Vlaamse overheid Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35, bus 10 1030 Brussel

Vlaamse overheid Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35, bus 10 1030 Brussel Evaluatie van beleid en beleidsinstrumenten Protocol tussen de entiteit 1 verantwoordelijk voor de (aansturing van de) evaluatie en (de instelling verantwoordelijk voor) het beleidsinstrument Vlaamse overheid

Nadere informatie

Social Trade Organisation: Het NieuweGeld. symposium Alles zullen we eerlijk delen, 30 november 2013

Social Trade Organisation: Het NieuweGeld. symposium Alles zullen we eerlijk delen, 30 november 2013 Social Trade Organisation: Het NieuweGeld symposium Alles zullen we eerlijk delen, 30 november 2013 Inhoud Social Trade Organisation Crisis huidig geldsysteem Nieuw Geld: vele vormen Nieuw Geld: praktijk

Nadere informatie

vooruitgang met financieringsinstrumenten vanuit ESI-fondsen Het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling Financieringsinstrumenten

vooruitgang met financieringsinstrumenten vanuit ESI-fondsen Het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling Financieringsinstrumenten vooruitgang met financieringsinstrumenten vanuit ESI-fondsen Het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling medegefinancierd door Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling zijn een duurzame

Nadere informatie

Over de. Bernard van Leer Foundation

Over de. Bernard van Leer Foundation Over de Bernard van Leer Foundation Wie wij zijn De Bernard van Leer Foundation gelooft dat het realiseren van een sterke start voor alle jonge kinderen niet alleen goed is om te doen vanuit moreel perspectief,

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) onderhoudt middels de organisaties Kerk in Actie (KiA) en ICCO Alliantie contacten met partners in Brazilië. Deze studie verkent de onderhandelingen

Nadere informatie

Beleidsplan. Beleidsplan Orissa Zal Leven pag. 1

Beleidsplan. Beleidsplan Orissa Zal Leven pag. 1 Beleidsplan Stichting ORISSA ZAL LEVEN! Spelt-oord 18 3991 XH Houten Telefoon: 030-6343167 Website: www.orissazalleven.nl Emailadres: info@orissazalleven.nl Kamer van Koophandel: 51405229 Bankrekeningnr:

Nadere informatie

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer AUTEURS Jonathan Desdemoustier, onderzoeker-doctorandus, Smart City Institute, HEC-Liège, Universiteit van Luik (België)

Nadere informatie

Stichting So Logical Foundation

Stichting So Logical Foundation Stichting So Logical Foundation BELEIDSPLAN 2015-2016 Stichting So Logical Foundation Postbus 5823 1410 GA Naarden Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Doelstelling 4 3. Werkwijze 6 4. Organisatie 7 5. Financiën

Nadere informatie

Social Trade Organisation: Het Nieuwe Geld

Social Trade Organisation: Het Nieuwe Geld Social Trade Organisation: Het Nieuwe Geld Lezing voor studiestichting Alias, 25 februari 2013 Inhoud Social Trade Organisation Crisis huidig geldsysteem Nieuw Geld: vele vormen Nieuw Geld: praktijk Meer

Nadere informatie

6. Project management

6. Project management 6. Project management Studentenversie Inleiding 1. Het proces van project management 2. Risico management "Project management gaat over het stellen van duidelijke doelen en het managen van tijd, materiaal,

Nadere informatie

CALL FOR PROPOSALS. Die initiatieven versterken we met geld. Wij helpen ideeën te realiseren met financiële ondersteuning tot ,- per project.

CALL FOR PROPOSALS. Die initiatieven versterken we met geld. Wij helpen ideeën te realiseren met financiële ondersteuning tot ,- per project. CALL FOR PROPOSALS HET VOGIN FONDS STEUNT KANSRIJKE INNOVATIEVE INITIATIEVEN OP HET GEBIED VAN KENNIS- & INFORMATIE(TECHNOLOGIE) MET MAATSCHAPPELIJKE MEERWAARDE Die initiatieven versterken we met geld.

Nadere informatie

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling 1 P a g i n a F u n c t i o n a l i t e i t s e c o n o m i e : h e f b o o

Nadere informatie

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid Plan van aanpak Rekenkamer Maastricht februari 2007 1 1. Achtergrond en aanleiding 1 De gemeente Maastricht wil maatschappelijke doelen bereiken.

Nadere informatie

Gebruikersgroepen zoals internationale investeerders, journalisten, officiële nationale en multilaterale hulporganisaties, 318

Gebruikersgroepen zoals internationale investeerders, journalisten, officiële nationale en multilaterale hulporganisaties, 318 Dit proefschrift bevat een uitgebreide analyse van de problemen rond de constructie en het gebruik van indicatoren voor de kwaliteit van het openbare bestuur, bekend als governance indicatoren. De kwaliteit

Nadere informatie

2. Werkzaamheden...5 2.1 Organisatieontwikkeling...5 2.2 Voorlichting en fondsenwerving...7 2.3 Activiteiten...8

2. Werkzaamheden...5 2.1 Organisatieontwikkeling...5 2.2 Voorlichting en fondsenwerving...7 2.3 Activiteiten...8 JAARVERSLAG 2005 Inhoudsopgave 1. Bestuursverslag...3 1.1 Algemeen...3 1.2 Doelstelling...3 1.3 Bestuur...4 1.4 Comité van aanbeveling...4 1.5 Banden met Tastite...4 1.6 CBF-keurmerk...4 2. Werkzaamheden...5

Nadere informatie

Public Value Een introductie

Public Value Een introductie Public Value Een introductie Zwolle, 3 oktober 2018 Gerwin Nijeboer waarde creëren in het gemeenschappelijk belang voor het welzijn van het individu en de samenleving. Belangrijk: Public is NIET gelimiteerd

Nadere informatie

Beleidsplan

Beleidsplan Beleidsplan 2017-2020 02 Inhoud Inhoud Inleiding Visie en Missie Projecten Aanpak Toekomst p. 3 p 3 p. 4 p. 4 p. 7 03 Inleiding Visie en Missie Inleiding EducAIDed streeft naar goed onderwijs voor iedereen.

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.3.2014 C(2014) 1410 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE van 11.3.2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1301/2013 van het Europees Parlement

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen

Nadere informatie

EEN EIGEN ONDERNEMING STARTEN ALS WEDDING PLANNER. Deel 2

EEN EIGEN ONDERNEMING STARTEN ALS WEDDING PLANNER. Deel 2 Master Executive in Wedding Management EEN EIGEN ONDERNEMING STARTEN ALS WEDDING PLANNER Deel 2 [LES 2] Event & Media Education. Alle rechten voorbehouden. Elke vorm van kopiëren of verspreiding van de

Nadere informatie

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1

Instroom 1. Inclusie. Uitstroom. Doorstroom. Universiteit Utrecht 1 Instroom 1 4 Uitstroom 3 Inclusie 2 Doorstroom Universiteit Utrecht 1 Rapportage 2018 Prof. Dr. Naomi Ellemers Prof. Dr. Jojanneke van der Toorn Dr. Wiebren Jansen Inhoud Voorwoord 4 Algemeen 6 Hoe is

Nadere informatie

Stichting STRO Oude Gracht 42 3511 AR Utrecht Nederland T: 030-2314314 www.strohalm.nl www.socialtrade.org info@strohalm.nl.

Stichting STRO Oude Gracht 42 3511 AR Utrecht Nederland T: 030-2314314 www.strohalm.nl www.socialtrade.org info@strohalm.nl. Stichting STRO Oude Gracht 42 3511 AR Utrecht Nederland T: 030-2314314 www.strohalm.nl www.socialtrade.org info@strohalm.nl Jaarverslag 2006 Inhoudsopgave: p 1. Voorwoord 3 2. Introductie 4 3. Projecten

Nadere informatie

Ouderraad Lindenborg Bevordering van ouderbetrokkenheid door uitwisseling van ideeën, informatie en inspiratie

Ouderraad Lindenborg Bevordering van ouderbetrokkenheid door uitwisseling van ideeën, informatie en inspiratie Meerjaren ontwikkelplan 2014-2016 Ouderraad Lindenborg Bevordering van ouderbetrokkenheid door uitwisseling van ideeën, informatie en inspiratie Januari 2014 Opbouw 1. OUDERRAAD LINDENBORG... 3 1.1 DUIDELIJKHEID

Nadere informatie

Figuur 1 Model Operational Excellence

Figuur 1 Model Operational Excellence 1. Management samenvatting Ondanks de groeiende populariteit process redesign, is er maar weinig bekend over de strategieën die organisaties kunnen volgen om te bereiken. Een redesign strategie specificeert

Nadere informatie

C3: Commercial Credit Circuit. Instrument om liquiditeitspositie MKB bedrijfsleven te verbeteren

C3: Commercial Credit Circuit. Instrument om liquiditeitspositie MKB bedrijfsleven te verbeteren C3: Commercial Credit Circuit Instrument om liquiditeitspositie MKB bedrijfsleven te verbeteren Social Trade Organisation NGO Opgericht: 1970 Hoofdkantoor: Oude gracht, Utrecht Kantoren in Brazilië, Uruguay

Nadere informatie

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling

Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting. Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling Functionaliteitseconomie: Hefboom voor duurzame ontwikkeling in België? Samenvatting Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling 1 P a g i n a F u n c t i o n a l i t e i t s e c o n o m i e : h e f b o o

Nadere informatie

2.5. Opzetten van een Bijzondere Onderhandelingsgroep (BOG). Stappen

2.5. Opzetten van een Bijzondere Onderhandelingsgroep (BOG). Stappen 2.5. Opzetten van een Bijzondere Onderhandelingsgroep (BOG). Stappen 2.5.0. Inleiding over het opstarten van een BOG Opstarten van een bijzondere onderhandelingsgroep (BOG) Wetenschappelijk onderzoek en

Nadere informatie

we zijn in beeld VPTZ-ZU/ Hospice Nieuwegein

we zijn in beeld VPTZ-ZU/ Hospice Nieuwegein we zijn in beeld VPTZ-ZU/ Hospice Nieuwegein Beleid 2012-2013 Inleiding Dit beleidsstuk is geschreven om in beeld te brengen wat onze organisatie doet, waar we voor staan en waar we goed in zijn, hoe we

Nadere informatie

Planning & Control. Inleiding. Inhoudsopgave

Planning & Control. Inleiding. Inhoudsopgave Planning & Control Inleiding Planning & Control is de Engelse benaming voor coördinatie en afstemming. Het is gericht op interne plannings- en besturingsactiviteiten. Een heldere Planning & Control functie

Nadere informatie

Beleidsplan SVK

Beleidsplan SVK Beleidsplan SVK 2016 2020 1 Competentie vorming 1.1 Doelstelling Ons lokale comité in Laos, de Khongdistrict Community Development Association (KCDA), draagt veel bij aan de ontwikkeling van het hele district.

Nadere informatie

Projectplan Het Nieuwe Wonen

Projectplan Het Nieuwe Wonen Projectplan Het Nieuwe Wonen 1 1. Inleiding Duurzaamheidsambitie Giessenlanden heeft de ambitie om in 2030 energieneutraal te zijn. In het duurzaamheidsplan Giessenlanden zijn diverse beleidsvoornemens

Nadere informatie

De missie van Eye Care Foundation is het toegankelijk maken van primaire oogzorg voor kansarme mensen in ontwikkelingslanden.

De missie van Eye Care Foundation is het toegankelijk maken van primaire oogzorg voor kansarme mensen in ontwikkelingslanden. Strategisch plan 2011-2015 Missie & Visie Eye Care Foundation handelt vanuit de overtuiging dat elk mens recht heeft op gezichtsvermogen. Het verlies aan gezichtvermogen kan voor blinden en slechtzienden

Nadere informatie

Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ONTWERPVERSLAG

Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ONTWERPVERSLAG PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ACP-UE/101.868/B 19.3.2015 ONTWERPVERSLAG over de financiering van de investeringen en de handel, met

Nadere informatie

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen We zien een datagedreven wereld vol kansen Toepassingscentrum voor big data oplossingen We zien succesvolle organisaties groeien door big data 50% van de meest succesvolle organisaties Volg ons op twitter:

Nadere informatie

STRATAEGOS CONSULTING

STRATAEGOS CONSULTING STRATAEGOS CONSULTING EXECUTIE CONSULTING STRATAEGOS.COM WELKOM EXECUTIE CONSULTING WELKOM BIJ STRATAEGOS CONSULTING Strataegos Consulting is een strategie consultancy met speciale focus op strategie executie.

Nadere informatie

OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S20/2019. Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen

OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S20/2019. Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen OPROEP TOT HET INDIENEN VAN VOORSTELLEN EAC/S20/2019 Sport als instrument voor integratie en sociale inclusie van vluchtelingen Deze oproep tot het indienen van voorstellen past in de uitvoering van het

Nadere informatie

We doen zeven aanbevelingen om de aanpak van drukte en de leefbaarheid te

We doen zeven aanbevelingen om de aanpak van drukte en de leefbaarheid te Aanbevelingen Rekenkamer t.a.v. Drukte Amsterdam december 2016 Aanbevelingen We doen zeven aanbevelingen om de aanpak van drukte en de leefbaarheid te verbeteren. Vier aanbevelingen hebben betrekking op

Nadere informatie

Hefbomen van Leiderschap. Simpel. Voorspellend. Invloedrijk.

Hefbomen van Leiderschap. Simpel. Voorspellend. Invloedrijk. Hefbomen van Leiderschap Simpel. Voorspellend. Invloedrijk. Excellente Competentiemodellen Organisaties zoeken naar simpele, praktische middelen voor de ontwikkeling van leiderschap. Een grote focus op

Nadere informatie

R A P P O R T Nr. 87 --------------------------------

R A P P O R T Nr. 87 -------------------------------- R A P P O R T Nr. 87 -------------------------------- Europese kaderovereenkomst betreffende inclusieve arbeidsmarkten Eindevaluatie van de Belgische sociale partners ------------------------ 15.07.2014

Nadere informatie

JAARLIJKSE EMAS ONTMOETING

JAARLIJKSE EMAS ONTMOETING JAARLIJKSE EMAS ONTMOETING Revisie van Bijlagen I, II en III en integratie van de Norm ISO 14001-2015 Sébastien Paquot Europese Commissie Agenda 1. Goedkeuring van de herziene bijlagen voornaamste wijzigingen

Nadere informatie

Visie op duurzaam Veranderen

Visie op duurzaam Veranderen Visie op duurzaam Veranderen Ruysdael Ruysdael is een gerenommeerd bureau dat zich sinds haar oprichting in 1994 heeft gespecialiseerd in het managen van veranderingen. Onze dienstverlening kent talloze

Nadere informatie

JAARVERSLAG 2014. Onderzoekscentrum toegewijd aan rentevrije & duurzame financiële diensten

JAARVERSLAG 2014. Onderzoekscentrum toegewijd aan rentevrije & duurzame financiële diensten JAARVERSLAG 2014 Onderzoekscentrum toegewijd aan rentevrije & duurzame financiële diensten Vooraf Voor u ligt het jaarverslag van de Stichting Onderzoekscentrum Rentevrije Financiële Dienstverlening (ORFD).

Nadere informatie

Cultura Creative (RF) / Alamy Stock Photo

Cultura Creative (RF) / Alamy Stock Photo Cultura Creative (RF) / Alamy Stock Photo DE EUROPESE STRUCTUUR- EN INVESTERINGSFONDSEN (ESI-FONDSEN) EN HET EUROPEES FONDS VOOR STRATEGISCHE INVESTERINGEN (EFSI) HET VERZEKEREN VAN COÖRDINATIE, SYNERGIEËN

Nadere informatie

Rotary & Nyenrode. Cursus voor Surinaamse ondernemers

Rotary & Nyenrode. Cursus voor Surinaamse ondernemers Rotary & Nyenrode Cursus voor Surinaamse ondernemers Nieuwsbrief, februari 2011 een training gericht op professionalisering van (beginnende) Surinaamse ondernemers Gesprekspartners Rotary Interland Commissie

Nadere informatie

Case study. Verhoog je werkkapitaal: tips voor goed debiteurenbeheer

Case study. Verhoog je werkkapitaal: tips voor goed debiteurenbeheer Case study Verhoog je werkkapitaal: tips voor goed debiteurenbeheer Debiteurenbeheer is één van de grootste zorgen van managers in het bedrijfsleven. De moeilijke economische tijden van nu zien we terug

Nadere informatie

Vlaams Fonds voor Tropisch Bos

Vlaams Fonds voor Tropisch Bos Vlaams Fonds voor Tropisch Bos Projectoproep 2019 Beoordelingsmemorandum (BEMO) Fase 1 Conceptnota Algemene gegevens Code Titel 1. Projectgegevens: Uitvoerder/ Aanvrager Land, plaats Algemene doelstelling

Nadere informatie

Beleidsplan Stichting Stichting Talent2Grow

Beleidsplan Stichting Stichting Talent2Grow Beleidsplan 2015-2019 Stichting Stichting Talent2Grow Stichting Talent2Grow Internet: www.talent2grow.nl Email: info@talent2grow.nl Postadres: Willem Littelstraat 7, 2871 ND Schoonhoven Telefoon: +31 (0)6

Nadere informatie

Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut. Samenvatting Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut. De Jeugdmonitor Zeeland De Jeugdmonitor Zeeland is een plek waar allerlei informatie bij

Nadere informatie

dutch building better//energy markets

dutch building better//energy markets building better//energy markets Alliander versnelling van de energietransitie Opzetten van een nieuwe dienst in een zelfstandige BV; inbrengen van gewenst ondernemerschap Vertalen van mogelijkheden nieuwe

Nadere informatie

WESTHOEK BUSINESS DISTRICT. een regionaal contactpunt voor bedrijven d.m.v. een officieel samenwerkingsverband

WESTHOEK BUSINESS DISTRICT. een regionaal contactpunt voor bedrijven d.m.v. een officieel samenwerkingsverband WESTHOEK BUSINESS DISTRICT een regionaal contactpunt voor bedrijven d.m.v. een officieel samenwerkingsverband AGENDA 1. Missie, doelstellingen en taakstellingen van Westhoek Business District 2. Inspirerende

Nadere informatie

6 Thema s. kernen. 3 schillen. Duurzaam. Buitengebied. Gemeenschappen. Ondernemer. Onderwijs. Overheid. All e s h ee ft zi jn maat.

6 Thema s. kernen. 3 schillen. Duurzaam. Buitengebied. Gemeenschappen. Ondernemer. Onderwijs. Overheid. All e s h ee ft zi jn maat. 6 de tafel van Samen kom je verder Plannen en ideeën zijn er genoeg. Initiatieven te over. Maar de weg van initiatief naar realisatie gaat niet altijd even gemakkelijk. De Baaij Advies werkt binnen 6 thema

Nadere informatie

Het beleid voor Plattelandsontwikkeling na 2013

Het beleid voor Plattelandsontwikkeling na 2013 C Olof S. Het beleid voor Plattelandsontwikkeling na 2013 DG Landbouw en plattelandsontwikkeling Europese Commissie Prioriteiten Plattelandsontwikkeling in een nieuw kader (1) Europa 2020 strategie Gemeenschappelijk

Nadere informatie

Handleiding Cultuur Canvas

Handleiding Cultuur Canvas Handleiding Cultuur Canvas Je hebt een idee voor Tilburg, voor cultuur in het publieke domein en je weet waarschijnlijk ook wat je het wilt realiseren. Weet je ook of je plan kansrijk is? En wat je kunt

Nadere informatie

Kennisdocument 5: DE CAPACITEIT VAN EEN ORGANISATIE

Kennisdocument 5: DE CAPACITEIT VAN EEN ORGANISATIE Kennisdocument 5: DE CAPACITEIT VAN EEN ORGANISATIE Inhoud Het stappenplan: voor de capaciteitsanalyse van PI en PE 4 Uitvoering organisatieanalyse 5 Het opbouwen van de capaciteiten van een organisatie

Nadere informatie

BAROMETER 2018 SMART CITIES IN BELGIË

BAROMETER 2018 SMART CITIES IN BELGIË BAROMETER 2018 SMART CITIES IN BELGIË 01 METHODOLOGIE 21% antwoordpercentage, ofwel123 deelnemende gemeenten REPRESENTATIVITEIT Deze studie is representatief op niveau van de: Regio s Provincies Karakter

Nadere informatie

Triodos Bank Private Banking

Triodos Bank Private Banking Triodos Bank Private Banking Triodos Bank Private Banking biedt een breed pakket van financiële en niet-financiële diensten aan voor vermogende particulieren, stichtingen, verenigingen en religieuze instellingen.

Nadere informatie

De mindset van een verbinder Focus op balans, afstemming en integratie

De mindset van een verbinder Focus op balans, afstemming en integratie De mindset van een verbinder Focus op balans, afstemming en integratie Zou je door een andere focus en een andere manier van denken de kans op succes kunnen verhogen? In het praktijkonderzoek verschil

Nadere informatie

Associatie Raamwerk Overeenkomst tussen de Republiek Suriname en MERCOSUR

Associatie Raamwerk Overeenkomst tussen de Republiek Suriname en MERCOSUR Associatie Raamwerk Overeenkomst tussen de Republiek Suriname en MERCOSUR De Argentijnse Republiek, de Federatieve Republiek Brazilië, de Republiek Paraguay, de Republiek ten oosten van de Uruguay, de

Nadere informatie

Participatie Stichting BioMedTech Zuid-Holland BESLUITEN

Participatie Stichting BioMedTech Zuid-Holland BESLUITEN Aanbiedingsformulier Onderwerp Participatie Stichting BioMedTech Zuid-Holland BESLUITEN behoudens advies van de Commissie voor Economische Zaken, Grondzaken, Toerisme en Parkeren, bijgaand raadsvoorstel

Nadere informatie

Hoe financier je een project; de opties op een rij. Pagina 1

Hoe financier je een project; de opties op een rij. Pagina 1 Hoe financier je een project; de opties op een rij Pagina 1 Bernard Stornebrink - Manager Project Finance - Business Development - Energiefonds Overijssel Pagina 2 Tim Lammers - Coördinatie lokale energieinitiatieven

Nadere informatie

De motor van de lerende organisatie

De motor van de lerende organisatie De motor van de lerende organisatie Focus op de arbeidsmarkt Naast het erkennen van leerbedrijven is Calibris verantwoordelijk voor ontwikkeling en onderhoud van kwalificaties in de sectoren zorg, welzijn

Nadere informatie

vanuit de technische en organisatorische omgeving, werk-verdeling, budget, planning, en hergebruik van componenten. Het documenteren van SA dient

vanuit de technische en organisatorische omgeving, werk-verdeling, budget, planning, en hergebruik van componenten. Het documenteren van SA dient 9 Samenvatting Software heeft vooruitgang in veel vakgebieden mogelijk gemaakt en heeft een toenemend invloed op ons leven en de samenleving in zijn geheel. Software wordt gebruikt in computers, communicatienetwerken,

Nadere informatie

I Welke kosten kunnen worden betaald met geld van de Stichting Culemborg 700?

I Welke kosten kunnen worden betaald met geld van de Stichting Culemborg 700? Culemborg 700 Op naar een mooi feestjaar, met een beheerst financieel verloop! Versie van 14 juli 2017 Met dit document zet de Stichting Culemborg 700 (C700) de belangrijkste financieel-organisatorische

Nadere informatie

Stichting Life Invest Foundation Jaarverslag 2014

Stichting Life Invest Foundation Jaarverslag 2014 Stichting Life Invest Foundation Stichting Life Invest Foundation Jaarverslag 2014 Geconsolideerd Jaarverslag 2014 Woord Vooraf & Informatie over de stichting In December 2010 is stichting Life Invest

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 05.03.2018 MONITEUR BELGE 18623 WAALSE OVERHEIDSDIENST [2018/201069] 24 JANUARI 2018. Ministerieel besluit tot bepaling van de bedoeld in artikel 4 van het besluit van de Waalse Regering

Nadere informatie

Test naam Marktgerichtheidsscan Datum 28-8-2012 Ingevuld door Guest Ingevuld voor Het team Team Guest-Team Context Overige

Test naam Marktgerichtheidsscan Datum 28-8-2012 Ingevuld door Guest Ingevuld voor Het team Team Guest-Team Context Overige Test naam Marktgerichtheidsscan Datum 28-8-2012 Ingevuld door Guest Ingevuld voor Het team Team Guest-Team Context Overige Klantgerichtheid Selecteren van een klant Wanneer u hoog scoort op 'selecteren

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor

Nadere informatie

Opties voor Internationale samenwerking Bijlage 2 bij advies internationale samenwerking

Opties voor Internationale samenwerking Bijlage 2 bij advies internationale samenwerking I Inleiding Het LOGO SOUTH programma is beëindigd en geëvalueerd. Op basis van de resultaten van de evaluatie is het aan de Raad om op grond van haar kaderstellende bevoegdheid een keuze te maken over

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 13.7.2015 COM(2015) 335 final VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Jaarverslag over de uitvoering van het EU-vrijwilligersinitiatief voor humanitaire

Nadere informatie

AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE

AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL EN DE VLAAMSE REGERING INZAKE DE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK EN ONTWIKKELING IN DE INDUSTRIE AKKOORD TUSSEN DE REGERING VAN DE STAAT ISRAËL EN

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Wereldwijd zijn meer dan 3 miljard mensen afhankelijk van biomassa brandstoffen zoals hout en houtskool om in hun dagelijkse energie behoefte te voorzien. Het gebruik van deze

Nadere informatie

Stichting St. Luke's Hospital Malawi. Beleidsplan

Stichting St. Luke's Hospital Malawi. Beleidsplan Stichting St. Luke's Hospital Malawi Beleidsplan 2014-2016 INHOUD 1. Voorwoord 2. Inleiding 3. Doelstelling 4. Ondersteunen en organisatie projecten 5. Exploitatie: Fondsenwerving Besteding van de donaties,

Nadere informatie

VAN BELEID NAAR BUSINESS Een methode om écht te gaan ondernemen

VAN BELEID NAAR BUSINESS Een methode om écht te gaan ondernemen VAN BELEID NAAR BUSINESS Een methode om écht te gaan ondernemen AANLEIDING De creatieve industrie is een sector die de economische en culturele waarde van betekenis centraal stelt en exploiteert. Deze

Nadere informatie

SROI Quick Scan als basis voor contractinnovatie

SROI Quick Scan als basis voor contractinnovatie SROI Quick Scan als basis voor contractinnovatie Het contracteren van de juiste zorg op de juiste plek Vitaal Thuis is een veldcoalitie: van en voor veldpartijen. Samen zetten we met de Werkgroep Structurele

Nadere informatie

vooruitgang met financieringsinstrumenten vanuit ESI-fondsen Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij Financieringsinstrumenten

vooruitgang met financieringsinstrumenten vanuit ESI-fondsen Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij Financieringsinstrumenten vooruitgang met financieringsinstrumenten vanuit ESI-fondsen Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij medegefinancierd door Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij zijn een duurzame en efficiënte

Nadere informatie

Kwaliteitsvol. jeugdwerk. In vogelvlucht. Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016

Kwaliteitsvol. jeugdwerk. In vogelvlucht. Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016 Kwaliteitsvol jeugdwerk Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016 In vogelvlucht Kwaliteitsvol jeugdwerk Toelichting bij de politieke discussie in de EU en het traject van de

Nadere informatie

Wijnimport Nederland naar regio

Wijnimport Nederland naar regio DO RESEARCH Wijnimport Nederland naar regio Sterke opmars wijn uit Chili Jeroen den Ouden 1-10-2011 Inleiding en inhoudsopgave Pagina I De invoer van wijn in Nederland 1 II De invoer van wijn naar herkomst

Nadere informatie

Heeft u besloten om het erfgoed object waaraan u bent verbonden te verduurzamen, bijvoorbeeld middels duurzame energieopwekking of -besparing?

Heeft u besloten om het erfgoed object waaraan u bent verbonden te verduurzamen, bijvoorbeeld middels duurzame energieopwekking of -besparing? BESLISBOOM Is het zinvol om crowdfunding in te zetten voor de verduurzaming van erfgoed? Kunnen we erfgoed behouden op een manier die ook recht doet aan de maatschappelijke opdracht tot verduurzaming?

Nadere informatie

Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma

Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma Belangrijke informatie: de Gemeenschappelijke Prioriteit met het Frans-Engelse Kanaal programma 1. Uittreksel uit het 2 Zeeën Operationeel Programma, Prioriteit 4 : Gemeenschappelijke Prioriteit met het

Nadere informatie

Kennisdocument 3 CONTEXTANALYSE

Kennisdocument 3 CONTEXTANALYSE Kennisdocument 3 CONTEXTANALYSE Inhoud 1. Het belang van een contextanalyse 4 2. Ken de context in het belang van de duurzaamheid van het project 4 3. Het uitvoeren van een contextanalyse 5 4. Conclusies

Nadere informatie

1. De Vereniging - in - Context- Scan... 2. 2. Wijk-enquête... 3. 3. De Issue-scan en Stakeholder-Krachtenanalyse... 4. 4. Talentontwikkeling...

1. De Vereniging - in - Context- Scan... 2. 2. Wijk-enquête... 3. 3. De Issue-scan en Stakeholder-Krachtenanalyse... 4. 4. Talentontwikkeling... Meetinstrumenten De meetinstrumenten zijn ondersteunend aan de projecten van De Sportbank en ontwikkeld met de Erasmus Universiteit. Deze instrumenten helpen om op een gefundeerde manier te kijken naar

Nadere informatie

Specialisatie is onze kracht, en uw voordeel.

Specialisatie is onze kracht, en uw voordeel. Specialisatie is onze kracht, en uw voordeel. Wij zijn gespecialiseerd in advies en consulting aan middelgrote ondernemingen. Professioneel. Direct. Persoonlijk Het kleine onderscheid met grote banken

Nadere informatie

Den Haag, April Strategisch Beleidsplan Stichting Vilcabamba

Den Haag, April Strategisch Beleidsplan Stichting Vilcabamba Den Haag, April 2013 Strategisch Beleidsplan Stichting Vilcabamba 2013 2017 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Voorwoord... 3 1. Missie en visie Stichting Vilcabamba... 4 1.1 Inleiding... 4 1.2 Missie en

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding

Samenvatting. Inleiding Inleiding Overgewicht en obesitas bij kinderen is een serieus volksgezondheidsprobleem. Het wordt veroorzaakt door een complex geheel van onderling samenhangende persoonlijke, sociale en omgevingsfactoren.

Nadere informatie

Functieprofiel Young Expert

Functieprofiel Young Expert 1 Laatst gewijzigd: 20-7-2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1 Ervaringen opdoen... 3 1.1 Internationale ervaring in Ontwikkelingssamenwerkingsproject (OS)... 3 1.2 Nieuwe vaardigheden... 3 1.3 Intercultureel

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.1.2009 COM(2008)897 definitief 2006/0008 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede

Nadere informatie

Bantopa Terreinverkenning

Bantopa Terreinverkenning Bantopa Terreinverkenning Het verwerven en uitwerken van gezamenlijke inzichten Samenwerken als Kerncompetentie De complexiteit van producten, processen en services dwingen organisaties tot samenwerking

Nadere informatie

Rise- Innovatieve start-ups

Rise- Innovatieve start-ups Rise- Innovatieve start-ups Reglement Oproep van mei 2017 A) Ondernemingen die in aanmerking komen Elke onderneming die aan volgende voorwaarden voldoet, kan zich, met oog op de toepassing van een strategisch

Nadere informatie

Ervaringen Gevarieerd. De oefening werkt het beste bij organisaties of teams die in beweging zijn.

Ervaringen Gevarieerd. De oefening werkt het beste bij organisaties of teams die in beweging zijn. HANDOUT MANAGEMENTGODEN VRAGENLIJST 1 Tijd: 2 uur 20 minuten. Doelen O Deelnemers bewust maken van de organisatie of teamcultuur waarin ze werken. O Hen bewust maken van het soort cultuur dat ze wensen.

Nadere informatie

Conferentie Netwerk Vrede, Veiligheid, en Ontwikkeling Donderdag 28 Mei 2009 Malietoren, Den Haag

Conferentie Netwerk Vrede, Veiligheid, en Ontwikkeling Donderdag 28 Mei 2009 Malietoren, Den Haag Conferentie Netwerk Vrede, Veiligheid, en Ontwikkeling Donderdag 28 Mei 2009 Malietoren, Den Haag 09.00 9.30 uur Ontvangst 9.30 10.00 uur Welkomstwoord, kennismaking en openingwoord door dagvoorzitter

Nadere informatie

Werkstuk Economie marketing

Werkstuk Economie marketing Werkstuk Economie marketing Werkstuk door een scholier 1610 woorden 19 maart 2005 6,6 59 keer beoordeeld Vak Economie Het begrip marketing Het begrip marketing stamt uit de Verenigde Staten, en is onvertaald

Nadere informatie

Het volledige interview van Dr. Ruja Ignatova in het magazine Forbes (mei 2015).

Het volledige interview van Dr. Ruja Ignatova in het magazine Forbes (mei 2015). Nieuwsbrief MyOnecoin.nl Maart 2016-03-15 Het volledige interview van Dr. Ruja Ignatova in het magazine Forbes (mei 2015). Mrs. Ignatova. Wat is Onecoin? Onecoin is een innovatieve virtuele Cryptovaluta

Nadere informatie

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie.

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie. BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL- CULTURELE ORGANISATIES MET EEN WERKING BINNEN SPECIFIEKE REGIO DECREET EN MEMORIE VAN TOELICHTING ARTIKEL 35, UITVOERINGSBESLUIT

Nadere informatie

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie.

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie. BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL- CULTURELE ORGANISATIES MET EEN WERKING BINNEN SPECIFIEKE REGIO DECREET EN MEMORIE VAN TOELICHTING ARTIKEL 35, UITVOERINGSBESLUIT

Nadere informatie

Social Trade Organisation: Het NieuweGeld. Lezing voor Kei Wakker, 24 maart 2013

Social Trade Organisation: Het NieuweGeld. Lezing voor Kei Wakker, 24 maart 2013 Social Trade Organisation: Het NieuweGeld Lezing voor Kei Wakker, 24 maart 2013 Inhoud Social Trade Organisation Crisis huidig geldsysteem Nieuw Geld: vele vormen Nieuw Geld: praktijk Meer informatie over

Nadere informatie

Hoofdlijnen van het beleidsplan Stichting Save the Children Nederland

Hoofdlijnen van het beleidsplan Stichting Save the Children Nederland Hoofdlijnen van het beleidsplan Stichting Save the Children Nederland 1 Inhoud Identiteit van de organisatie Naam, contactgegevens en registraties Doelstelling Visie Missie Waarden Theorie van verandering

Nadere informatie

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A Raad van de Europese Unie Brussel, 20 november 2015 14129/15 SOC 668 EMPL 438 ECOFIN 853 POLGEN 166 NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e

Nadere informatie