Avondgebed op de Oudejaarsavond van het jaar onzes Heren 2018

Transcriptie

1 Avondgebed op de Oudejaarsavond van het jaar onzes Heren 2018 Maandag : 31 december 2018 Aanvang : uur Voorganger : Ad van Nieuwpoort Ouderling : Kees van Riessen Diaken : Carolien Oosterhof Organist : Agnes van Bekkum

2 Orgelspel Opgang (De gemeente gaat staan) Aanvangslied: Psalm 90A: 1, 2 en 3 2. De schaduw van uw troon omsloot uw heiligen weleer, bij U beveiligd is ons lot en zeker ons verweer. 3. Gij zijt, van vóór Gij zee en aard hebt door uw woord bereid, altijd dezelfde, die Gij waart, de God der eeuwigheid! Moment van stilte v: Heer, open mijn lippen g: Mijn mond zal zingen van uw eer v: God, kom mij te hulp g: Heer, haast U mij te helpen v: Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest g: zoals het was in het begin en nu en altijd v: en in de eeuwen der eeuwen g: amen 2

3 vervolg aanvangslied: Psalm 90A: 4, 5 en 6 4. En duizend jaar gaan als de dag van gisteren voor U heen, een schaduw, een gedachte vaag, een nachtwaak, die verdween. 5. De tijd draagt alle mensen voort op zijn gestage stroom; ze zijn als gras, door zon verdord, vervluchtigd als een droom. Hierna gaat de gemeente zitten Gebed van Opgang Zingen: Lied 605: 1, 2, 3, 4 en 5 6. O God, die droeg ons voorgeslacht in tegenspoed en kruis, wees ons een gids in storm en nacht en eeuwig ons tehuis! 2. De toekomst is al gaande, schept doorgang door de vloed, dwars door het ongebaande een pad dat voortgaan doet. 3

4 4. De toekomst is al gaande, verborgen en gezien, een stem die te verstaan is, een God die draagt en dient. 5. De toekomst houdt ons gaande, voert ondanks tegenstand ons uit het doods bestaande naar nieuw, bewoonbaar land. Psalmgebed: Psalm 90 (V = Voorganger; G = Gemeente) V: Een veilige toevlucht zijt Gij, altijd geweest, van geslacht op geslacht. G: De bergen stonden nog niet de aarde lag nog in weeën er was nog niemand geboren. V: Maar toen al, eeuwigheid nu, waart Gij de enige ware, en zo zal het blijven. (uit de psalmen van Huub Oosterhuis) 4

5 G: Gij doet het mensenkind tot stof vergaan. Gij zegt: ga jij, kind van Adam. V: Duizend jaren zijn in uw ogen als de dag van gisteren, weg, als een seconde van waken. G: Gij vaagt ons uit als een droom in de morgen, wij zijn het gras dat s morgens bloeit maar s avonds is het verdord. V: Gij laait, als een verterend vuur Gij houdt ons tegen uw licht, al het intieme doorziet Gij. G: Uw hartstocht is ons te machtig, wij durven niet met U gaan, Gij verblindt ons temper uw Aanschijn onze adem houdt U niet bij. V: Gij zijt te veel voor één leven. Zeventig jaren zijn onze dagen, als wij sterk zijn tachtig. G: Het meeste is zwoegen en pijn en plotseling vliegen wij heen. Is dat ontferming, liefde en trouw? V: Geef antwoord, stormende god. Ik tel mijn dagen hoe lang nog? Ik wil een wijs en vredig hart. Hoelang nog wachten op antwoord, onvoorspelbare Grote Liefde. 5

6 G: Ik wil wakker worden in de morgen en weten dat jij bestaat. Ik wil gelukkig zijn met jou, iedere dag, nooit meer niet. V: Maak mij evenveel dagen gelukkig als ik ongelukkig geweest ben jarenlang, zonder jou. Doe mij weten: omvat uw ontferming ook onze kinderen hoe werkt dat? G: Jij, enige ware, geef kracht en bestemming aan de werken van onze handen. Dat ze stand zullen houden. Geef richting aan het werk van mijn handen. Gemeente zingt: Lied 705: 1 6

7 Schriftlezing: Matteüs 11: (Naardense Bijbel) 25) Op dat moment geeft Jezus zijn oordeel: ik dank u, Vader, Heer van de hemel en het aardland, dat gij deze dingen hebt verborgen voor wijzen en verstandigen en ze hebt onthuld aan onmondigen; 26) ja, Vader, dat zó voor u welbehagen is geschied! 27) Alles is aan mij overgegeven door mijn Vader, en niemand behalve de Vader kent de Zoon, en behalve de Zoon en aan wie de Zoon het wil onthullen kent niemand de Vader! 28) Hierheen, naar mij toe, allen die vermoeid en belast zijt, en ík zal u rust geven! 29) Neemt mijn juk op u en leert van mij dat ik zachtmoedig ben en nederig van hart, en ge zult rust vinden voor uw zielen: 30) want mijn juk is passend en mijn last is licht! 7

8 Muzikaal intermezzo OVERWEGING Zingen: Lied 511: 1, 2, 5, 6, 7 2. Wil nog de oude pijn ons hart vernielen, drukt nog de last van t leed dat ons beklemt, o Heer, geef onze opgejaagde zielen het heil waarvoor Gij zelf ons hebt bestemd. 5. Laat warm en stil de kaarsen branden heden, die Gij hier in ons duister hebt gebracht, breng als het kan ons samen, geef ons vrede. Wij weten het, uw licht schijnt in de nacht. 6. Valt om ons heen steeds meer het diepe zwijgen, de eenzaamheid, die nergens uitkomst ziet, laat ons dan allerwege horen stijgen tot lof van U het wereldwijde lied. 7. In goede machten liefderijk geborgen verwachten wij getroost wat komen mag. God is met ons des avonds en des morgens, is zeker met ons elke nieuwe dag. 8

9 DIENST VAN DE DANKBAARHEID Inzameling van de gaven bestemd voor het ouderenwerk Muzikaal Intermezzo tijdens de collecte Dankgebed, voorbeden, stil gebed en Onze Vader na elke intentie zingen we Slotlied (staande): Lied 416: 1, 2, 3 en 4 2. Ga met God en Hij zal met je zijn: bij gevaar, in bange tijden, over jou zijn vleugels spreiden. Ga met God en Hij zal met je zijn. 9

10 3. Ga met God en Hij zal met je zijn: in zijn liefde je bewaren, in de dood je leven sparen. Ga met God en Hij zal met je zijn. 4. Ga met God en Hij zal met je zijn tot wij weer elkaar ontmoeten, in zijn naam elkaar begroeten. Ga met God en Hij zal met je zijn. Zegen, beantwoord met door allen gezongen Orgelspel Deurcollecte voor de Diaconie Dienst zondag 6 januari 2019 in de Dorpskerk Aanvang uur Ds. Sylvia Neuféglise- Vermeer 10