H. Programmawet 26 december 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "H. Programmawet 26 december 2013"

Transcriptie

1 11 streekse concurrentie stonden met de privésector. Deze motivering zorgde er ook voor dat deze gunstregelingen slechts van toepassing werden op De Post vanaf 1 januari 2010 omdat zij in 2009 nog niet volledig in concurrentie stond met de privésector. H. Programmawet 26 december 2013 De laatste wijziging kwam er met de programmawet van 26 december , die een bijkomende lastenverlaging invoerde die specifiek was bedoeld voor de gepresteerde overuren in de horecasector en voor arbeidsplaatsen die werken uitvoeren in onroerende staat. Voor de personen die hierin zijn tewerkgesteld werd de uurgrens voor de belastingvermindering opgetrokken van 130 uren tot 180 uren, van toepassing vanaf 1 januari 2014 voor de horecasector en vanaf 1 april 2014 voor de ondernemingen die werken uitvoeren in onroerende staat. De modaliteiten met betrekking tot de elektronische aanwezigheidsregistratie staan verder beschreven in het KB van 11 februari Horeca-uitbaters Horeca-uitbaters kunnen vanaf 1 januari 2014 immers vrijwillig gebruik maken van de geregistreerde kassa 27. De werknemers dienen te werken bij een werkgever die in elke plaats van uitbating gebruik maakt van een geregistreerd kassasysteem en die deze kassa heeft aangegeven bij de Belastingadministratie overeenkomstig de geldende procedure. 2. Personen die werken uitvoeren in onroerende staat Voor personen die werken uitvoeren in onroerende staat treedt de verhoogde grens van 180 uren in werking op dezelfde dag als de dag waarop het gebruik van het elektronisch aanwezigheidsregistratiesysteem verplicht wordt, nl. 1 april Dit elektronisch aanwezigheidsregistratiesysteem geldt voor alle arbeidsplaatsen waar werken in onroerende staat worden uitgevoerd waarvan het totale bedrag exclusief btw gelijk is aan of hoger is dan EUR. Om te bepalen of deze grens overschreden is, moeten alle contracten met dezelfde opdrachtgever voor werken van dezelfde aard worden samengeteld. Zodra de grens is overschreden, wordt de aanwezigheidsregistratie vanaf dat ogenblik verplicht voor alle personen binnen dezelfde keten van onderaannemers. 25 Art. 50, 52 en 53 programmawet 26 december 2013, BS 31 december KB 11 februari 2014, BS 21 februari Voor meer informatie kan worden verwezen naar index.htm. 28 Art. 6 t.e.m. art. 14 en 16 wet 8 december 2013 tot wijziging van art. 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot aanpassing van de bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die betrekking hebben op de voorafgaande aangifte en op de registratie van aanwezigheden voor wat de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen betreft, BS 20 december 2013.

2 12 DE BEDRIJFSVOORHEFFING EEN OVERZICHT VAN DE VRIJSTELLINGEN In dit geval geldt de verplichte registratie voor alle personen die daar aanwezig zijn en er werk verrichten in het kader van de uitvoering van een bouwwerk. De arbeidsplaatsen zijn dus niet beperkt tot de bouwsector, maar omvatten eveneens de schoonmakers, de elektriciens, de loodgieters enz. Uitzendkantoren die werknemers ter beschikking stellen van de hier beschreven werkgevers, kunnen eveneens genieten van deze versterkte maatregel. Horeca-uitbaters die geen gebruik maken van de geregistreerde kassa en werkgevers in de bouwsector die geen gebruik maken van het elektronisch aanwezigheidsregistratiesysteem, kunnen nog altijd gebruik maken van de vorige grens van 130 uren. 2. Actuele situatie Om van de tweeledige vrijstelling te kunnen genieten, dient er een aantal toepassingsvoorwaarden vervuld te zijn. Daarnaast dient er ook een volgorde van toerekening te worden gerespecteerd. In wat volgt zal er een onderscheid worden gemaakt tussen de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor de werkgevers en de belastingvermindering voor de werknemers, aangezien zij verschillende cumulatieve toepassingsvoorwaarden hebben. A. Vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing % inhouding bedrijfsvoorheffing door schuldenaar van bedrijfsvoorheffing De vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing kan enkel toepassing vinden indien de bedrijfsvoorheffing effectief voor 100% is ingehouden door de schuldenaars van de bedrijfsvoorheffing. Conform artikel 270, 1 WIB 92 worden hiermee de belastingplichtigen bedoeld welke worden vermeld in de artikelen 3, 179 of 220 WIB 92 en die als schuldenaar van de bedrijfsvoorheffing, bewaarder, mandataris of tussenpersoon in België of in het buitenland in artikel 30, 1 en 2, bedoelde bezoldigingen, pensioenen, renten en toelagen betalen of toekennen, evenals de in artikel 227 vermelde niet-inwoners voor wie de in artikel 30, 1 en 2, bedoelde bezoldigingen, pensioenen, renten en toelagen die ze in België of in het buitenland betalen of toekennen, beroepskosten zijn in de zin van artikel 237. Deze regeling is eveneens van toepassing op het fiscaal voluntariaat, wanneer er aanvullende inhoudingen zijn verricht op verzoek van de verkrijger van de inkomsten volgens de regels die opgenomen zijn in bijlage III KB/WIB 92, nr Circ. 26 september 2008, FAQ nr. 37.

3 13 2. Werkgever De vrijstelling is van toepassing op de werkgevers die zijn onderworpen aan de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités 30 wat de werknemers betreft die zijn onderworpen aan de Arbeidswet van 16 maart 1971 en die vallen onder categorie 1 van artikel 330 van de programmawet van 24 december 2002 (wordt besproken bij de werknemers). Deze verwijzing naar de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités zorgt ervoor dat hoofdzakelijk werkgevers van de privésector worden bedoeld, zonder verder onderscheid tussen de profit- en non-profitsector. Binnen de non-profitsector werden echter wel de werknemers van publieke organisaties uitgesloten, zoals bijvoorbeeld de ambassades, plaatselijke besturen, kerkfabrieken en internationale organisaties. Vanaf 1 januari 2009 vallen de volgende autonome overheidsbedrijven eveneens onder het toepassingsgebied 31 : de NV van publiek recht Belgacom, de NV van publiek recht NMBS-Holding, de NV van publiek recht NMBS en de NV van 30 Deze wet is van toepassing op de werknemers en op de werkgevers alsook op de organisaties. Voor de toepassing van deze wet worden gelijkgesteld met: a. werknemers: de personen die anders dan krachtens een arbeidsovereenkomst arbeid verrichten onder het gezag van een ander persoon; b. werkgevers: de persoon die de onder 1 bedoelde personen tewerkstellen; c. een arbeidsovereenkomst: de arbeidsverhoudingen tussen de met werknemers en werkgevers gelijkgestelde personen; d. een bedrijfstak: de groepen van met werkgevers gelijkgestelde personen, die buiten het bedrijfsleven een gelijke of verwante activiteit uitoefenen; e. een onderneming: de inrichtingen van de met werkgevers gelijkgestelde personen. 3. Deze wet is evenwel niet van toepassing op: a. degenen die in dienst zijn van de Staat, de gemeenschappen, de gewesten, de gemeenschapscommissies, de provincies, de gemeenten, de daaronder ressorterende openbare instellingen en de instellingen van openbaar nut met uitzondering van de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij, van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten, van het Participatiefonds, van de Nationale Delcrederedienst, van de Nationale Bank van België, van de NV CREDIBE, van de NV Nationale Loterij, van de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek, van de maatschappijen voor sociale huisvesting erkend overeenkomstig de huisvestingscodes van de gewesten en van de naamloze vennootschappen van publiek recht Brussels South Charleroi Airport-Security en Liège-Airport-Security. De Koning kan evenwel, bij gemotiveerd en in ministerraad overlegd besluit, de toepassing van deze wet geheel of gedeeltelijk uitbreiden tot die personen of bepaalde categorieën ervan. De in het tweede lid bedoelde bevoegdheden van de Koning verstrijken de dag waarop de regeling, ingevoerd bij de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel toepasselijk wordt verklaard op de betrokken personen, die in dienst zijn van de Staat, de provincies, de gemeenten, de openbare instellingen en de instellingen van openbaar nut; b. degenen die tewerkgesteld zijn in centra voor beroepsopleiding met toepassing van de wetgeving betreffende de arbeidsbemiddeling of beroepsopleiding van werkzoekenden; c. de door het Rijk gesubsidieerde personeelsleden die in dienst zijn van de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs; d. werknemers aangeworven in het kader van een PWA-arbeidsovereenkomst. 31 Art. 15, 1 en 3 herstelwet 27 maart 2009, BS 7 april 2009.

4 14 DE BEDRIJFSVOORHEFFING EEN OVERZICHT VAN DE VRIJSTELLINGEN publiek recht Infrabel. Vanaf 1 januari 2010 geldt hetzelfde voor de NV van publiek recht (De Post) 32 bpost 33. Ook de erkende uitzendbureaus kunnen genieten van de vrijstelling (cf. infra). Zoals hierboven reeds aan bod gekomen is, dienen bovenstaande werkgevers een wettelijke overwerktoeslag te betalen of toe te kennen (20%, 50% of 100%) voor het overwerk dat is geleverd overeenkomstig artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart 1971 of overeenkomstig artikel 7 van het koninklijk besluit nr. 213 van 26 september 1983 betreffende de arbeidsduur in de ondernemingen die onder PC nr. 124 (bouw) ressorteren. Deze artikelen bepalen als volgt: Artikel 29 van de wet van 16 maart 1971 bepaalt als volgt: 1. Overwerk wordt betaald tegen een bedrag dat ten minste 50 pct. hoger is dan het gewone loon. Deze vermeerdering bedraagt 100 pct. voor overwerk op zondag of op de rustdagen toegekend krachtens de wetgeving op de betaalde feestdagen. 2. (Voor de toepassing van dit artikel wordt als overwerk aangemerkt, arbeid verricht boven 9 uren per dag of 40 uren per week of boven de lagere grenzen vastgesteld overeenkomstig artikel 28. In afwijking van het eerste lid wordt de arbeid verricht met naleving van de voorwaarden en de grenzen die van toepassing zijn op een arbeidsregeling bedoeld bij de artikelen 20, 20bis, 22, 1 en 2, en 23, niet als overwerk aangemerkt.) ( 3. De Koning kan sommige prestaties van deeltijds tewerkgestelde werknemers, die de bij de vorige paragraaf vastgestelde grenzen niet bereiken, met overwerk gelijkstellen.) ( 4. Een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten overeenkomstig de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités kan toelaten dat de krachtens 1 verschuldigde toeslag in bijkomende inhaalrust wordt omgezet. In het kader van dergelijke overeenkomst geeft elk uur overwerk, dat met een toeslag van 50% moet worden betaald, recht op ten minste een half uur inhaalrust, terwijl elk uur overwerk, dat met een toeslag van 100% wordt betaald, recht geeft op ten minste één uur inhaalrust.) Artikel 7 van het koninklijk besluit nr. 213 van 26 september 1983 betreffende de arbeidsduur in de ondernemingen die onder PC nr. 124 (bouw) ressorteren bepaalt als volgt: 32 Sinds de wet van 7 november 2011 houdende fiscale en diverse bepalingen werd De Post vervangen door bpost, in overeenstemming met de doorgevoerde naamswijziging. 33 Vanaf 1 januari 2010.

5 15 1. In de ondernemingen bedoeld in artikel 1, kunnen de grenzen van de arbeidsduur, vastgesteld bij artikel 19 van de arbeidswet van 16 maart 1971, overschreden worden [ 1 met 180 uren] 1 per kalenderjaar gedurende de zomerperiode of een periode van intense activiteit, naar rato van maximum één uur per dag, bezoldigd tegen het normale loon. Naar keuze van de arbeider voor het einde van de betaalperiode waarin deze uren worden gepresteerd, kunnen inhaalrustdagen toegekend worden of kan een loontoeslag van 20% per bijkomend uur toegekend worden. Bij ontstentenis van de in het vorige lid bedoelde keuze vóór het einde van de betaalperiode, worden inhaalrustdagen toegekend. De toekenning van inhaalrustdagen gebeurt in onderling overleg binnen de zes maanden volgend op de periode waarin deze grenzen werden overschreden, naar rato van één rustdag per acht bijkomend gepresteerde uren. In geval er inhaalrustdagen worden toegekend, worden de bijkomend gepresteerde uren, in afwijking van de bepalingen van artikel 9 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, betaald op het ogenblik dat de inhaalrust wordt toegekend. [ 1 Voor de eerste 130 uren van de in het eerste lid bedoelde overschrijding van de grenzen van de arbeidsduur dient de werkgever vooraf het akkoord van de meerderheid van de vakbondsafvaardiging te verkrijgen. Bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging wordt de voorzitter van het paritair comité geïnformeerd.] 1 [ 1 Voor de 50 uren die bovenop de eerste 130 uren bedoeld in het vorig lid gepresteerd worden, dienen de bepalingen van paragraaf 2, vierde tot zesde lid, te worden nageleefd.] 1 2. In afwijking van het verbod op zaterdagwerk bedoeld in artikel 4, 2 van de wet van 6 april 1960 betreffende de uitvoering van bouwwerken en onverminderd andere bepalingen genomen krachtens een wet, die zaterdagwerk mogelijk maken, kan er in de ondernemingen bedoeld in artikel 1, op zaterdag gewerkt worden gedurende 64 uren per kalenderjaar per arbeider. Naar keuze van de arbeider voor het einde van de betaalperiode waarin deze uren op zaterdag werden gepresteerd, kunnen inhaalrustdagen toegekend worden. Er wordt een loontoeslag van 50% toegekend per uur gepresteerd op zaterdag, ongeacht of er gekozen wordt voor de toekenning van inhaalrustdagen of niet. Indien de arbeider voor de toekenning van inhaalrustdagen kiest wordt deze loontoeslag betaald op het ogenblik van het verrichten der prestaties en het normale loon, in afwijking van de bepalingen van artikel 9 van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers, op het ogenblik van het nemen van de inhaalrust. Het aantal uren gepresteerd op zaterdag komt in mindering van het aantal uren bepaald in 1, eerste lid. De gevallen waarin op zaterdag kan gewerkt worden, zijn: 1 de werken die op geen enkel ander ogenblik kunnen uitgevoerd worden;

6 16 DE BEDRIJFSVOORHEFFING EEN OVERZICHT VAN DE VRIJSTELLINGEN 2 de werken waarbij de gelijktijdige uitvoering van bouwactiviteiten en andere activiteiten op dezelfde plaats risico s inhoudt voor de veiligheid en/of gezondheid van de werknemers of derden; 3 de werken die om technische redenen niet combineerbaar zijn met andere activiteiten. Voor het werken op zaterdag is het akkoord vereist van de meerderheid van de vakbondsafvaardiging. Bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging, kan er op zaterdag gewerkt worden mits de werkgever een protocol van toetreding tot de regeling ondertekent samen met minstens één arbeider. Dit protocol moet medeondertekend worden door de gewestelijke vakbondssecretarissen indien aanwezig in het gewest, van wie de handtekening rechtstreeks of na tussenkomst van de lokale beroepsorganisatie wordt bekomen. De gewestelijke vakbondssecretarissen beschikken over een termijn van veertien dagen om het protocol te ondertekenen dan wel hun weigering kenbaar te maken. In geval van weigering wordt via plaatselijk overleg getracht een verzoening te bereiken. Bij het uitblijven van een oplossing na uitputting van het plaatselijk overleg, maakt de meest gerede partij het geschil aanhangig bij het verzoeningsbureau van het paritair comité. Het protocol van toetreding tot de regeling is geldig voor de duur van één jaar en wordt behoudens protest stilzwijgend hernieuwd. Het werken op zaterdag gebeurt steeds op vrijwillige basis. De vrijwilligheid van de arbeider moet vastgesteld worden in een schriftelijk akkoord uiterlijk op het tijdstip van de aanvang der werkzaamheden, ondertekend door de arbeider en de werkgever. Dit schriftelijk akkoord wordt bewaard op de bouwplaats. Dit koninklijk besluit is nog verder aangepast via artikel 113 de wet houdende diverse bepalingen van 28 april 2010, dat bepaalt als volgt: In artikel 7, 1 van het koninklijk besluit nr. 213 van 26 september 1983 betreffende de arbeidsduur in de ondernemingen die onder het paritair comité voor het bouwbedrijf ressorteren, gewijzigd bij de wet van 8 juni 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1 in het eerste lid worden de woorden met 130 uren vervangen door de woorden met 180 uren ; 2 het laatste lid wordt vervangen als volgt: Voor de eerste 130 uren van de in het eerste lid bedoelde overschrijding van de grenzen van de arbeidsduur dient de werkgever vooraf het akkoord van de meerderheid van de vakbondsafvaardiging te verkrijgen. Bij ontstentenis van een vakbondsafvaardiging wordt de voorzitter van het paritair comité geïnformeerd. ; 3 de paragraaf wordt aangevuld met een zesde lid, luidende: Voor de 50 uren die bovenop de eerste 130 uren bedoeld in het vorig lid gepresteerd worden, dienen de bepalingen van paragraaf 2, vierde tot zesde lid, te worden nageleefd.

7 17 3. Werknemer De vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing is van toepassing wanneer de hierboven bedoelde werkgevers werknemers tewerkstellen die: onderworpen zijn aan de Arbeidswet van 16 maart ; én deel uitmaken van categorie 1 zoals bedoeld in artikel 330 van de programmawet van 24 december ; én voor zover zij overwerk presteren. a. Onderworpen aan de Arbeidswet van 16 maart 1971 Deze verwijzing naar de Arbeidswet zorgt ervoor dat enkel de werknemers van de privésector zijn bedoeld, zowel van de profit- als van de non-profitsector (uitgezonderd de publieke ondernemingen). Volgende personen zijn uitgesloten van het toepassingsgebied: personen die een leidinggevende functie of leidingpost hebben, zelfs indien zij dit gratis doen. Dit geldt eveneens voor overuren die zijn gepresteerd door werknemers wier bezoldigingen ingevolge het attractiebeginsel als bezoldigingen van bedrijfsleiders moeten worden aangemerkt. Bedrijfsleiders kunnen aldus noch genieten van de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing noch van de belastingvermindering; handelsvertegenwoordigers; huisarbeiders; dienstboden; personen die tewerkgesteld zijn in een familieonderneming waar gewoonlijk alleen bloedverwanten, aanverwanten of pleegkinderen onder het uitsluitende gezag van de vader, moeder of voogd zijn tewerkgesteld. b. Onderworpen aan categorie 1 van artikel 330 van de programmawet van 24 december 2002 In de tweede voorwaarde vindt men een expliciete verwijzing naar artikel 330 van de programmawet (I) van 24 december Dit artikel luidt als volgt: De structurele vermindering heeft betrekking op drie categorieën van tewerkstellingen van werknemers: Categorie 1: de tewerkstellingen in de hoedanigheid van werknemer onderworpen aan het geheel der regelingen als bedoeld in artikel 21, 1 van de wet van 29 juni 1981 en die niet in een andere categorie wordt bedoeld. ( ) 34 Toegevoegd in bijlage. 35 Met andere woorden beperkt voor werknemers die recht geven op structurele vermindering van sociale lasten.

8 18 DE BEDRIJFSVOORHEFFING EEN OVERZICHT VAN DE VRIJSTELLINGEN Met dit geheel der regelingen wordt bedoeld 36 : uitkeringen verschuldigd in uitvoering van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen; werkloosheidsuitkering; rust- en overlevingspensioenen; uitkeringen uit hoofde van arbeidsongevallen en beroepsziekten; geneeskundige verstrekkingen verschuldigd in uitvoering van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen; gezinsbijslag; jaarlijkse vakantie-uitkeringen. De volgende personen komen dus niet in aanmerking aangezien ze niet zijn onderworpen aan het hierboven uiteengezette geheel van socialezekerheidsregelingen voor werknemers 37 : de werknemers die tewerkgesteld zijn bij een werkgever van de non-profitsector, als bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profitsector, met uitzondering van werknemers die worden tewerkgesteld door werkgevers behorende tot het Paritair Comité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp en door de werkgevers van de beschutte werkplaatsen behorende tot het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen (categorie 2 van art. 330 programmawet (I) 24 december 2002); de werknemers die tewerkgesteld zijn bij een werkgever behorende tot het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen (categorie 3 van art. 330 programmawet (I) 24 december 2002). Aangezien zij ook niet onderworpen zijn aan het geheel der regelingen in artikel 21, 1 van de wet van 29 juni 1981, kan de volgende groep personen die zijn tewerkgesteld in de privésector geen toepassing maken van de vrijstelling: de dienstboden; de jongeren tot 31 december van het jaar waarin ze de leeftijd van 18 jaar bereiken; de betaalde sportbeoefenaars; gelegenheidsarbeiders in de land- en tuinbouw; gelegenheidsarbeiders in de horeca tewerkgesteld op piekdagen; de geneesheren in opleiding tot specialist; de onthaalouders. Hierbij wordt er geen enkel onderscheid gemaakt tussen bedienden en arbeiders. Vastbenoemde ambtenaren uit de overheidssector die overwerk presteren 36 Art. 21, 1 wet 29 juni Circ. 11 januari 2005, nr. 5. Hoewel deze circulaire specifiek is opgesteld voor de vrijstelling van bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid, gaat dezelfde redenering hier op.

9 19 komen evenmin in aanmerking, aangezien zij ook niet onderworpen zijn aan artikel 21, 1 van de wet van 29 juni Deze uitsluitingen zorgen ervoor dat de maatregel enkel nog toepassing vindt op werknemers die onderworpen zijn aan alle basistakken van de sociale zekerheid en wiens werkgever niet behoort tot het toepassingsgebied van de Sociale Maribel, uitgezonderd de werkgevers die binnen het Paritair Comité voor gezins- en bejaardenhulp vallen. Deze enkele toepassing doet geen afbreuk aan het feit dat bijna de hele non-profitsector een belangrijke besparing misloopt, welke wél wordt toegekend binnen de profitsector. c. Overwerk presteren Deze voorwaarde is gelinkt aan de verplichte betaling van de overwerktoeslag door de werkgevers. Om van de vrijstelling te kunnen genieten, moeten de werknemers werkelijk overwerk verricht hebben. Oorspronkelijk was het maximumaantal overuren beperkt tot 65 overuren per jaar, maar vanaf 1 januari 2009 is dit verhoogd tot 100 uren per jaar en vanaf 1 januari 2010 tot 130 overuren per jaar. Voor sommige werkgevers in de horeca- en bouwsector is er sinds 1 januari 2014 nogmaals een voorwaardelijke verhoging ingevoerd tot 180 uren (cf. supra). B. Belastingvermindering voor werknemers 1. Werkgevers De werkgevers dienen te vallen onder het toepassingsgebied van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités (cf. supra). Deze verwijzing zorgt ervoor dat hoofdzakelijk werkgevers van de privésector worden bedoeld, zonder verder onderscheid tussen de profit- en non-profitsector. Binnen de non-profitsector werden echter wel de werknemers van publieke organisaties uitgesloten, zoals bijvoorbeeld de ambassades, plaatselijke besturen, kerkfabrieken en internationale organisaties. 2. Werknemers De werknemers moeten onderworpen zijn aan de Arbeidswet van 16 maart Zij moeten gedurende het belastbare tijdperk overuren hebben gepresteerd die recht geven op een overwerktoeslag overeenkomstig artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart 1971 of artikel 7 van het koninklijk besluit nr. 213 van 26 september 1983 betreffende de arbeidsduur in de ondernemingen die onder PC nr. 124 (bouw) ressorteren. Deze verwijzing zorgt ervoor dat zuiver goedgunstige overwerktoeslagen die geen oorsprong vinden in een wet of CAO hier niet zijn bedoeld.

10 20 DE BEDRIJFSVOORHEFFING EEN OVERZICHT VAN DE VRIJSTELLINGEN Het is opmerkelijk dat voor de belastingvermindering van de werknemers niet wordt vereist dat zij vallen onder categorie 1 van artikel 330 van de programmawet van 24 december Deze bewuste nuancering is bevestigd in de circulaire van 26 september In de memorie van toelichting bij artikel 23 van de wet van 3 juli 2005 houdende diverse bepalingen betreffende het sociaal overleg 38 wordt namelijk vermeld dat dit artikel van toepassing is op de werknemers uit de profitsector en de werknemers uit de non-profitsector (andere dan de publieke ondernemingen uit die laatste sector). Op het vlak van de werknemers geeft de wetgever bijgevolg ook het recht op belastingvermindering aan sommige werknemers van de nonprofitsector, welke niet onder het interprofessioneel akkoord vallen. Op het vlak van de werkgevers (art. 25 van voornoemde wet van 3 juli 2005 vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing) wordt gewoon uitvoering gegeven aan het interprofessioneel akkoord. Ook de werknemers die als contractuele of statutaire werknemers zijn tewerkgesteld door één van de volgende autonome overheidsbedrijven kunnen van de belastingvermindering genieten: de NV van publiek recht Belgacom, de NV van publiek recht NMBS-Holding, de NV van publiek recht NMBS, de NV van publiek recht Infrabel en de NV van publiek recht bpost (vanaf 1 januari 2010). a. Deeltijdse werknemers 39 De wettelijke bepalingen inzake de belastingvermindering voor werknemers maken geen onderscheid tussen voltijdse en deeltijdse werknemers. Er wordt alleen vereist dat de werknemers zijn onderworpen aan de bepalingen van de Arbeidswet van 16 maart 1971 en zijn tewerkgesteld door een werkgever die is onderworpen aan de wet van 5 december 1968 aangaande de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. Voormelde werknemers moeten gedurende het belastbaar tijdperk overwerk hebben gepresteerd dat recht geeft op een overwerktoeslag, overeenkomstig artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart 1971 of artikel 7 van het KB nr. 213 van 26 september 1983 betreffende de arbeidsduur in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf ressorteren. Er wordt hier op algemene wijze verwezen naar artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart Op grond van dit artikel kunnen bepaalde prestaties van deeltijdse werknemers met overwerk worden gelijkgesteld (cf. KB 25 juni 1990). Voormeld KB stelt dat, mits vrijstelling van een bepaald krediet (in sommige gevallen 12 uren per kalendermaand), bepaalde prestaties (bijkomende uren) van deeltijdse werknemers worden gelijkgesteld met overwerk in de zin van artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart 1971, waardoor de deeltijds werkende recht kan hebben op een overwerktoeslag. 38 Belastingvermindering ten name van de werknemers Kamer, Doc. 51, 1767/001, p Circ. 26 september 2008, FAQ.

11 21 Deze redenering leidt tot de volgende conclusies: 1 Waar er bij overschrijding van het krediet van 12 uren per kalendermaand overeenkomstig het koninklijk besluit van 25 juni 1990 sprake is van (gelijkstelling met) overwerk in de zin van artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart 1971, zal de fiscale voordeelregeling van toepassing zijn. 2 Waar er, zolang men binnen het krediet van 12 uren per kalendermaand blijft, overeenkomstig het genoemde koninklijk besluit geen sprake is van (gelijkstelling met) overwerk in de zin van artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart 1971, zal de fiscale voordeelregeling ook niet toepasselijk zijn. 3 Enkel de bijkomende uren die door een deeltijdse werknemer worden gepresteerd boven een bepaald krediet, worden door het genoemde koninklijk besluit gelijkgesteld met overwerk in de zin van artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart 1971, zodat er enkel voor deze uren verplicht een overwerktoeslag is verschuldigd. Het is mogelijk dat een bepaalde onderneming voorziet dat ook de bijkomende uren beneden dit krediet aanleiding geven tot een overwerktoeslag, doch deze uren hebben dan niet de aard van overwerk in de zin van artikel 29 van de Arbeidswet van 16 maart De fiscale voordeelregeling zal dan ook niet van toepassing zijn voor deze uren die slechts op conventionele basis aanleiding geven tot een toeslag. 4 Voor zover een bepaalde onderneming ten onrechte geen overwerktoeslag toekent voor bijkomende uren gepresteerd boven het betreffende krediet, kan deze onderneming evenmin genieten van het fiscaal voordeel. Het kan immers niet de bedoeling zijn dat degene die een bepaalde wettelijke verplichting niet nakomt niettemin kan genieten van de voordelen die voortvloeien uit of samenhangen met de toepassing van die zelfde wettelijke verplichting. De gelijkgestelde prestaties geven bijgevolg recht op een overwerktoeslag, net zoals dat voor de voltijdse werknemers geldt (zelfde toeslagen, berekeningsbasis en betalingsmodaliteiten). Voor de toepassing van de maatregel is het van belang dat de bijkomende uren recht geven op een wettelijke overwerktoeslag. Indien de bijkomende uren geen recht geven op een wettelijke overwerktoeslag is het evident dat die uren niet beoogd zijn voor de toepassing van de belastingvermindering en de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing. Voor deze deeltijds werkenden worden er geen prorateringen van de toepassingsvoorwaarden opgelegd, waardoor zij onderworpen zijn aan dezelfde maximumgrens van 130 uren dan wel 180 uren.

12 22 DE BEDRIJFSVOORHEFFING EEN OVERZICHT VAN DE VRIJSTELLINGEN 1. Berekeningsgrondslag AFDELING 3 Praktische implementatie A. Algemene regels De berekeningsgrondslag voor beide regelingen is het brutobedrag van de bezoldigingen dat als grondslag dient voor de berekening van de overwerktoeslag (het sociaal bruto), inclusief de in te houden sociale bijdragen. De berekeningsgrondslag omvat dus niet de eigenlijke overwerktoeslag. 1. Vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing Voor de werkgevers bedroeg de vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing oorspronkelijk 24,75% van sociaal bruto. Dit percentage is sinds 1 april 2007 verhoogd tot: 32,19% voor een gepresteerd uur waarop een wettelijke overwerktoeslag van 20% van toepassing is; 41,25% voor een gepresteerd uur waarop een wettelijke overwerktoeslag van 50% of 100% van toepassing is. De berekeningsgrondslag komt momenteel dus overeen met het resultaat van de volgende bewerking: aantal gepresteerde overuren dat recht geeft op een overwerktoeslag van 20/50/100% (beperkt tot de eerste 130/180 overuren) sociaal brutouurloon (vóór inhouding van socialezekerheidsbijdragen) 32,19/ 41,25%. Het bedrag van de niet te storten bedrijfsvoorheffing moet evenwel niet worden beperkt tot de bedrijfsvoorheffing op de bezoldigingen die daadwerkelijk betrekking hebben op het door de werknemer gepresteerd overwerk. De bedrijfsvoorheffing die wordt vrijgesteld van doorstorting kan dus ook de bedrijfsvoorheffing zijn die betrekking heeft en ingehouden is op de andere (gewone) bezoldigingen van de werknemer die in dezelfde aangifte bedrijfsvoorheffing is opgenomen. De berekening moet ook per werknemer gebeuren. Het is niet toegestaan om onderlinge compensaties door te voeren indien bijvoorbeeld de ingehouden bedrijfsvoorheffing bij een werknemer meer bedraagt dan het in zijn naam berekende bedrag aan niet te storten bedrijfsvoorheffing en bij een andere werknemer minder.

13 23 2. Belastingvermindering Parallel met bovenstaande percentages genieten de betrokken werknemers van een belastingvermindering die gelijk is aan een percentage van het brutobedrag van de bezoldigingen dat als berekeningsgrondslag diende voor de overwerktoeslag. Zij bedraagt vanaf 1 april 2007: 66,81% voor gepresteerde uren waarop een overwerktoeslag van 20% (bouwsector) van toepassing is; 57,75% voor gepresteerde uren waarop een overwerktoeslag van 50% (wettelijk) of 100% (zon- en feestdag) van toepassing is. Deze regels gelden per jaar en per werknemer voor de eerste 65 (tot 31 december 2008), 100 (van 1 januari 2009 tot 31 december 2009) of 130 (vanaf 1 januari 2010) 40 uren die hij als overwerk presteert. Voor sommige werknemers in de horeca- en bouwsector is er sinds 1 januari 2014 een verhoogde limiet ingevoerd tot 180 uren (cf. supra). De belastingvermindering voor de werknemers wordt doorgerekend in de bedrijfsvoorheffing. Zij wordt toegepast na de vermindering van bedrijfsvoorheffing voor kinderen ten laste, de vermindering voor andere gezinslasten en de vermindering voor persoonlijke bijdragen voor extrawettelijke pensioenen Beperking De belastingvermindering is beperkt. Indien meer dan 130 of 180 uren als overwerk zijn gepresteerd, wordt dat totaal slechts in aanmerking genomen ten belope van een deel dat wordt bepaald door de verhouding tussen enerzijds 130/ 180 uren en anderzijds het totaal van de uren die als overwerk zijn gepresteerd. Dit betekent dat het totale aantal werkelijk gepresteerde overuren in geen geval mag worden beperkt tot de eerste 130/180 uren. Alle tijdens het belastbare tijdperk werkelijk gepresteerde overuren moeten in aanmerking worden genomen, ongeacht het tijdstip waarop de overwerktoeslag werd betaald of waarop de inhaalrust werd genomen. Ook de overuren waarvoor geen of slechts een gedeeltelijke vermindering van bedrijfsvoorheffing is verleend, moeten in aanmerking worden genomen voor de berekening van de beperking 42. De vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing moet worden beperkt tot, afhankelijk van het geval, de eerste 130 overuren of 180 overuren. Deze beperking dient te worden beoordeeld per werkgever (cf. infra). 40 Art. 15, 2 en 4 herstelwet 27 maart Advies nr betreffende de fiscale lastenverlaging op ploegen- en nachtarbeid/overuren CRB DEF, Circ. 26 september 2008, p. 7.

2. Beslissing om het stelsel toe te passen

2. Beslissing om het stelsel toe te passen KB NR. 213 - BIJKOMENDE UREN BOUW Als gevolg van het sluiten van het sectoraal akkoord voor 2009 en 2010 in het PC voor het Bouwbedrijf moesten twee wijzigingen door een wet aangebracht worden in de bepalingen

Nadere informatie

Technische fiche overwerk Art , WIB 92

Technische fiche overwerk Art , WIB 92 Technische fiche overwerk Art. 275 1, WIB 92 Wettelijke basis I WIB 92 Art. 275 1, WIB 92 (werkgevers) - Wet van 03.07.2005 (art. 25 en 27) (BS 19.07.2005) o vanaf 01.07.2005 - Programmawet (I) van 27.12.2006

Nadere informatie

De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk

De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk 3 HOOFDSTUK I De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk AFDELING 1 Inleiding Doelstelling Achtergrond Sinds 1 juli 2005 geldt een fiscale lastenverlaging voor

Nadere informatie

VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING EN VERMINDERING VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING BIJ OVERWERK

VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING EN VERMINDERING VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING BIJ OVERWERK VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING EN VERMINDERING VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING BIJ OVERWERK Voor werknemers die overuren presteren die recht geven op een overurentoeslag, kan de werkgever sinds

Nadere informatie

1. Fiscaal aantrekkelijke overschrijdingen

1. Fiscaal aantrekkelijke overschrijdingen FISCAAL VOORDEEL VOOR DE OVERUREN EN DE SECTORALE BIJKOMENDE UREN (KB 213) Overuren en sectorale bijkomende uren (KB 213) genieten een gunstig fiscaal regime. Dit specifiek fiscaal regime bestaat erin

Nadere informatie

Technische fiche looncorrectie (IPA) Art , WIB 92

Technische fiche looncorrectie (IPA) Art , WIB 92 Technische fiche looncorrectie (IPA) Art. 275 7, WIB 92 Wettelijke basis I WIB 92 Art. 275 7, WIB 92 - Wet van 17.05.2007 (art. 28 en 29) (BS 19.06.2007) - Wet van 27.03.2009 (art. 18 en 19) (BS 07.04.2009)

Nadere informatie

16 JUNI Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 3ter van de Arbeidswet van 16 maart 1971 (1)

16 JUNI Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 3ter van de Arbeidswet van 16 maart 1971 (1) 16 JUNI 2003. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 3ter van de Arbeidswet van 16 maart 1971 (1) BS 30/07/2003 in voege 01/09/2003 Gelet op de Arbeidswet van 16 maart 1971, inzonderheid op artikel

Nadere informatie

Aanvullend PC voor de werklieden

Aanvullend PC voor de werklieden 1000000 Aanvullend PC voor de werklieden Waarborg van een gemiddeld minimum maandinkomen (GMMI)... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 november 2011 (107.545)... 2 Overuren... 5 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

Aanvullend PC voor de werklieden

Aanvullend PC voor de werklieden 1000000 Aanvullend PC voor de werklieden Waarborg van een gemiddeld minimum maandinkomen (GMMI)... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 november 2011 (107.545)... 2 Overuren... 5 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

De regels van de arbeidsduur anno 2017 Overuren en vrijwillige overuren

De regels van de arbeidsduur anno 2017 Overuren en vrijwillige overuren De regels van de arbeidsduur anno 2017 Overuren en vrijwillige overuren Annelies Mattheus Agenda 1 Inleiding 2 Wettelijke overuren 3 Absolute grenzen 4 toekennen 5 Toeslag berekenen 6 Gesplitste betaling

Nadere informatie

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari 2019

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari 2019 Bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2019 V.U.: Mario Coppens, Koning Albertlaan 95, 9000 Gent. 2019 Bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2019 De schalen van de bedrijfsvoorheffing worden voor de inkomsten

Nadere informatie

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari Vrije visie, eigen stem

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari Vrije visie, eigen stem Bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2016 Vrije visie, eigen stem V.U.: Mario Coppens, Koning Albertlaan 95, 9000 Gent. 2016/01 Bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2016 De schalen van de bedrijfsvoorheffing

Nadere informatie

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari Vrije visie, eigen stem

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari Vrije visie, eigen stem Bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2017 Vrije visie, eigen stem V.U.: Mario Coppens, Koning Albertlaan 95, 9000 Gent. 2017/01 Bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2017 De schalen van de bedrijfsvoorheffing

Nadere informatie

Technische fiche ploegen- en nachtarbeid Art , WIB 92

Technische fiche ploegen- en nachtarbeid Art , WIB 92 I WIB 92 Technische fiche ploegen- en nachtarbeid Art. 275 5, WIB 92 Art. 275 5, WIB 92 - Wet van 23.12.2005 (art. 108 en 113) (BS 30.12.2005) - Wet van 27.03.2009 (art. 17 en 19) (BS 07.04.2009) o vanaf

Nadere informatie

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2010 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2...

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2010 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2... Identiteit:.. Repertoriumnummer:.. Ondernemingsnr. of nationaal nr.:. TABEL voor de berekening van de vrijstelling voor bijkomend personeel (artikel 67ter van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992)

Nadere informatie

Ploegen- en nachtarbeid

Ploegen- en nachtarbeid 213 H OOFDSTUK V Ploegen- en nachtarbeid AFDELING 1 Inleiding Doelstelling Achtergrond In het kader van het vrijwaren van de concurrentiekracht van ondernemingen en het bevorderen van de werkgelegenheid

Nadere informatie

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2001 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2...

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2001 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2... Identiteit :.. Repertoriumnummer :.. Nationaal nummer : TABEL voor de berekening van de vrijstelling voor bijkomend personeel (art. van de Programmawet van 0.. tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap,

Nadere informatie

FOD FINANCIEN ---------------------------------------- Beleidsexpertise en ondersteuning. Brussel, 5 december 2014

FOD FINANCIEN ---------------------------------------- Beleidsexpertise en ondersteuning. Brussel, 5 december 2014 FOD FINANCIEN ---------------------------------------- Beleidsexpertise en ondersteuning Brussel, 5 december 2014 Dienst Reglementering ---------------------------------------- Directie 1/1b BEO-DR/2014/0438

Nadere informatie

Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap Integratiecentra

Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap Integratiecentra Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap 3290104 Integratiecentra Overwerk... 1 Nachtarbeid... 2 Arbeid op zon en feestdagen... 3 Eindejaarspremie... 4 Vervoerskosten...

Nadere informatie

Paritair Comité voor het bouwbedrijf

Paritair Comité voor het bouwbedrijf 1240000 Paritair Comité voor het bouwbedrijf Getrouwheidszegels... 1 Anciënniteitspremie... 2 Ecocheques... 2 Sectoraal medisch plan... 2 Hospitalisatieverzekering... 2 Aanvullend pensioen... 2 Arbeid

Nadere informatie

WETSONTWERP BETREFFENDE WERKBAAR EN WENDBAAR WERK

WETSONTWERP BETREFFENDE WERKBAAR EN WENDBAAR WERK WETSONTWERP BETREFFENDE WERKBAAR EN WENDBAAR WERK Wetsontwerp aangenomen in de Commissie Sociale zaken op 02/02/2017 en in de plenaire Kamer op 23/02/2017. Definitief goedgekeurde tekst. Meeste bepalingen

Nadere informatie

Focus op de Tax shift en de vermindering van de werkgeversbijdragen

Focus op de Tax shift en de vermindering van de werkgeversbijdragen Vorstlaan 280-1160 Brussel - België T +32 2 761 46 00 F +32 2 761 47 00 info@claeysengels.be Advocaten Datum: Mei 2016 Onderwerp: Focus op de Tax shift en de vermindering van de werkgeversbijdragen Tot

Nadere informatie

Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap

Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap Paritair Subcomité voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap 3290105 Nederlandstalige organisaties voor socio-professionele inschakeling in Brussel Eindejaarspremie... 1 Aanvullend pensioen...

Nadere informatie

Paritair comité van het cementbedrijf Vezelcement

Paritair comité van het cementbedrijf Vezelcement Paritair comité van het cementbedrijf 1060300 Vezelcement Ploegenpremies... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 oktober 2005 (77.854)... 2 Overuren... 3 Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER 1990 BETREFFENDE DE NA TE LEVEN PROCEDURE EN DE DUUR VAN DE TIJDELIJKE

Nadere informatie

12 DECEMBER Wet tot vaststelling van de arbeidsduur. van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen,

12 DECEMBER Wet tot vaststelling van de arbeidsduur. van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen, 12 DECEMBER 2010. - Wet tot vaststelling van de arbeidsduur van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen, kandidaat-geneesheren in opleiding, kandidaat-tandartsen in opleiding en studenten-stagiairs

Nadere informatie

Uittreksel m.b.t. de doelgroepvermindering mentors :

Uittreksel m.b.t. de doelgroepvermindering mentors : Programmawet (I) van 24 december 2002 Titel IV. Werk - Hoofdstuk 7. Harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van sociale zekerheidsbijdragen (B.S. 31.12.2002) Uittreksel

Nadere informatie

FICHE Nr JAAR 2016 Pagina 1 van Nr. 2. Datum van indiensttreding: van vertrek: Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: ...

FICHE Nr JAAR 2016 Pagina 1 van Nr. 2. Datum van indiensttreding: van vertrek: Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: ... FICHE Nr. 281.10 - JAAR 2016 Pagina 1 van 6 1. Nr. 2. Datum van indiensttreding: van vertrek:... 3. Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: 4. Afzender: Geadresseerde: NN of ON: Naam en voornamen van de

Nadere informatie

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk 2140000 Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk Sectoraal akkoord 2009 2010... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 april 2009 (92.203)... 2 Invoering van een nieuwe

Nadere informatie

FISCALE LASTENVERLAGINGEN: VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING

FISCALE LASTENVERLAGINGEN: VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING FISCALE LASTENVERLAGINGEN: VRIJSTELLING DOORSTORTING BEDRIJFSVOORHEFFING In bepaalde gevallen en mits naleving van een aantal specifieke voorwaarden kan de werkgever vrijgesteld worden van doorstorting

Nadere informatie

SLEUTELFORMULE VOOR HET BEREKENEN VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (BV) VERSCHULDIGD OP

SLEUTELFORMULE VOOR HET BEREKENEN VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (BV) VERSCHULDIGD OP SLEUTELFORMULE VOOR HET BEREKENEN VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (BV) VERSCHULDIGD OP BEZOLDIGINGEN EN OP IN ARTIKEL 146, VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 (WIB 92) VERMELDE PENSIOENEN OF WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN

Nadere informatie

Nachtarbeid Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007 (84.302) Arbeid op zon en feestdagen... 4

Nachtarbeid Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007 (84.302) Arbeid op zon en feestdagen... 4 2270000 Paritair Comité voor de audiovisuele sector Nachtarbeid... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007 (84.302)... 2 Arbeid op zon en feestdagen... 4 Collectieve arbeidsovereenkomst van

Nadere informatie

FICHE Nr JAAR 2016

FICHE Nr JAAR 2016 FICHE Nr. 281.10 - JAAR 2016 Pagina 1 van 6 1. Nr.... 2. Datum van indiensttreding:... van vertrek:... 3. Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON:......... 4. Afzender:...... NN of ON:... Naam en voornamen

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 23 VAN 25 JULI 1975 BETREFFENDE DE WAARBORG VAN EEN GEMIDDELD MINIMUM MAANDINKOMEN (1)

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 23 VAN 25 JULI 1975 BETREFFENDE DE WAARBORG VAN EEN GEMIDDELD MINIMUM MAANDINKOMEN (1) COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 23 VAN 25 JULI 1975 BETREFFENDE DE WAARBORG VAN EEN GEMIDDELD MINIMUM MAANDINKOMEN (1) ------------------------ Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve

Nadere informatie

FOD FINANCIEN Beleidsexpertise en ondersteuning. Brussel, 11 december 2012

FOD FINANCIEN Beleidsexpertise en ondersteuning. Brussel, 11 december 2012 FOD FINANCIEN ---------------------------------------- Beleidsexpertise en ondersteuning Brussel, 11 december 2012 Administratie van Fiscale Zaken ---------------------------------------- Directie 1/1

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst FINANCIEN - Centrale diensten. Directie I/5A. Circulaire nr. Ci.RH.242/ (AAFisc Nr. 43/2011) dd

Federale Overheidsdienst FINANCIEN - Centrale diensten. Directie I/5A. Circulaire nr. Ci.RH.242/ (AAFisc Nr. 43/2011) dd Federale Overheidsdienst FINANCIEN - Centrale diensten Directie I/5A Circulaire nr. Ci.RH.242/609.135 (AAFisc Nr. 43/2011) dd 02.09.2011 Personenbelasting Vrijgesteld inkomen Sociaal voordeel Sociaal voordeel

Nadere informatie

VAN DE WET VAN 27 JULI 1962

VAN DE WET VAN 27 JULI 1962 NATIONALE ARBEIDSRAAD CENTRALE RAAD VOOR HET BEDRIJFSLEVEN ADVIES Nr. 1.737 CRB 2010-1042 DEF Gemeenschappelijke Raadszitting van woensdag 23 juni 2010 ----------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Newsletter. Sociale actualiteit van Augutus. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Augustus. Solutions for Human Resources.

Newsletter. Sociale actualiteit van Augutus. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Augustus. Solutions for Human Resources. 2013 Solutions for Human Resources. Newsletter Sociale actualiteit van Augutus PERSOLIS 23 rue de l orne 1435 Mont St Guibert www.persolis.be «De Persolis nieuwsbrief wordt verdeeld in samenwerking met

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

BIJLAGE III VAN HET KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992

BIJLAGE III VAN HET KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 Bijlage bij het koninklijk besluit van 10 december 2014 BIJLAGE III VAN HET KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 Schalen en regels die van toepassing zijn

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 TER

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 TER COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 TER ----------------------------------------------------------------------------- Zitting van woensdag 19 december 2001 -----------------------------------------------------

Nadere informatie

SLEUTELFORMULE. a) de website http://fiscus.fgov.be, Administraties, Administratie van fiscale zaken, Publicaties, van de Fiscale Zaken;

SLEUTELFORMULE. a) de website http://fiscus.fgov.be, Administraties, Administratie van fiscale zaken, Publicaties, van de Fiscale Zaken; FOD FINANCIEN ---------------------------------------- Administratie van Fiscale Zaken ---------------------------------------- Directie 3/2 AFZ/2009/0636 ---------------------------------------- ONDERWERP

Nadere informatie

Paritair comité van het cementbedrijf Vezelcement

Paritair comité van het cementbedrijf Vezelcement Paritair comité van het cementbedrijf 1060300 Vezelcement Ploegenpremies... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 oktober 2005 (77.854)... 2 Overuren... 3 Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST - ARBEIDER BEPAALDE DUUR DEELTIJDS

ARBEIDSOVEREENKOMST - ARBEIDER BEPAALDE DUUR DEELTIJDS ARBEIDSOVEREENKOMST - ARBEIDER BEPAALDE DUUR DEELTIJDS Tussen de ondertekenden : En, De werkgever Inschrijving in het rijksregister onder het nummer : Nationaliteit : Arbeidskaart : Vrijgesteld Nodig 1

Nadere informatie

FICHE Nr JAAR 2017

FICHE Nr JAAR 2017 FICHE Nr. 281.10 - JAAR 2017 Pagina 1 van 6 1. Nr.... 2. Datum van indiensttreding:... van vertrek:... 3. Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON:......... 4. Afzender:...... NN of ON:... Geadresseerde:......

Nadere informatie

Technische fiche startende ondernemingen Art , WIB 92

Technische fiche startende ondernemingen Art , WIB 92 Wettelijke basis I WIB 92 Technische fiche startende ondernemingen Art. 275 10, WIB 92 Art. 275 10, WIB 92 - programmawet van 10.08.2015 (art. 58 en 59) (BS 18.08.2015 Ed. 2) - programmawet (I) van 26.12.2015

Nadere informatie

Schalen bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2015

Schalen bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2015 Onderstaande schalen gelden voor de maandlonen. Belastbaar : Schaal 1 : Schaal 2 : Schaal 3 : Schalen bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2015 Brutoloon - persoonlijke R.S.Z.-bijdragen. Indien het belastbare

Nadere informatie

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht 1420300 Terugwinning van papier Premie voor ploegenarbeid... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 20 VAN 29 JANUARI 1976 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN EEN DUBBEL VAKANTIEGELD VOOR EEN GEDEELTE VAN

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 20 VAN 29 JANUARI 1976 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN EEN DUBBEL VAKANTIEGELD VOOR EEN GEDEELTE VAN COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 20 VAN 29 JANUARI 1976 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN EEN DUBBEL VAKANTIEGELD VOOR EEN GEDEELTE VAN DE VIERDE VAKANTIEWEEK, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMSTEN

Nadere informatie

Wijziging aan de SLEUTELFORMULE

Wijziging aan de SLEUTELFORMULE Federale Overheidsdienst FINANCIEN Administratie van Fiscale Zaken Directie 1/1 ONDERWERP : Sleutelformule Brussel, Wijziging aan de SLEUTELFORMULE VOOR HET BEREKENEN VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (BV) VERSCHULDIGD

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 42 VAN 2 JUNI 1987 BETREF- FENDE DE INVOERING VAN NIEUWE ARBEIDSREGELINGEN IN DE

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 42 VAN 2 JUNI 1987 BETREF- FENDE DE INVOERING VAN NIEUWE ARBEIDSREGELINGEN IN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 42 VAN 2 JUNI 1987 BETREF- FENDE DE INVOERING VAN NIEUWE ARBEIDSREGELINGEN IN DE ONDERNEMINGEN, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 42 BIS VAN 10 NOVEMBER

Nadere informatie

Circulaire 2019/C/42 over de vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid

Circulaire 2019/C/42 over de vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid Eigenschappen Titel : Circulaire 2019/C/42 over de vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor ploegen- en nachtarbeid Samenvatting : Deze circulaire bevat een FAQ over de steunmaatregel

Nadere informatie

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk 2140000 Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk Sectoraal akkoord 2009 2010... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 april 2009 (92.203)... 2 Invoering van een nieuwe

Nadere informatie

(B.S ) Uittreksel m.b.t. de doelgroepverminderingen : a) de algemene bepalingen die betrekking hebben op alle bijdrageverminderingen

(B.S ) Uittreksel m.b.t. de doelgroepverminderingen : a) de algemene bepalingen die betrekking hebben op alle bijdrageverminderingen Programmawet (I) van 24 december 2002 Titel IV. Werk - Hoofdstuk 7. Harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van sociale zekerheidsbijdragen (B.S. 31.12.2002) Uittreksel

Nadere informatie

Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit. KONINKLIJK BESLUIT van 24 JUNI 1998 waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen,

Nadere informatie

Studentenarbeid: waarmee moet u rekening houden?

Studentenarbeid: waarmee moet u rekening houden? Studentenarbeid: waarmee moet u rekening houden? Ms. Leen Biesemans Legal Consultant leen.biesemans@groups.be De zomermaanden, waarin veel van uw werknemers verlof opnemen, kunnen voor u de ideale gelegenheid

Nadere informatie

1 de uitgaven gedaan voor prestaties betaald met dienstencheques als bedoeld in de artikelen tot ;

1 de uitgaven gedaan voor prestaties betaald met dienstencheques als bedoeld in de artikelen tot ; Algemene administratie van de FISCALITEIT - Centrale diensten Directie I/5C Circulaire nr. Ci.RH.331.611.085 (AAFisc Nr. 41/2011) dd 22.08.2011 Personenbelasting Berekening van de belasting Berekening

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf

Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf 2150000 Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf Premie voor tijdelijke vermeerdering van werk... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 november 2006 (81.493)... 2 De maaltijdcheques...

Nadere informatie

Brussel, 1 december 2010 SLEUTELFORMULE

Brussel, 1 december 2010 SLEUTELFORMULE FOD FINANCIEN ---------------------------------------- Administratie van Fiscale Zaken ---------------------------------------- Directie 1/1 AFZ/2010/0542 ---------------------------------------- ONDERWERP

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER 1990 BETREFFENDE DE NA TE LEVEN PROCEDURE EN DE DUUR VAN DE TIJDELIJKE

Nadere informatie

Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten

Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten Jozef II-straat 47 B-1000 BRUSSEL Tel. (02) 239 12 11 Aan mevrouw Aan de heer Gouverneur Burgemeester Voorzitter

Nadere informatie

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van lompen

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van lompen Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht 1420200 Terugwinning van lompen Uurlonen (stukwerk / ploegenpremie / ploegtoeslag voor werk in nachtploeg)...

Nadere informatie

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht 1420300 Terugwinning van papier Ploegenarbeid... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 31 augustus

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 19 TER VAN 5 MAART 1991 TOT VERVAN- GING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 19 TER VAN 5 MAART 1991 TOT VERVAN- GING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 19 TER VAN 5 MAART 1991 TOT VERVAN- GING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 19 VAN 26 MAART 1975 BETREFFENDE DE FINANCIELE BIJDRAGE VAN DE WERKGEVERS IN DE PRIJS

Nadere informatie

HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (vanaf 1 januari 2014)

HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (vanaf 1 januari 2014) HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (vanaf 1 januari 2014) 1. HOE DE SCHALEN GEBRUIKEN... 3 2. AFTREK VAN KINDERLAST EN ANDERE GEZINSLASTEN... 4 2.1. Vermindering voor kinderen ten laste... 4 2.2. Verminderingen

Nadere informatie

Extra s. Arbeiders en bedienden van de hotelnijverheid (Horeca) paritair comité 302. Rechtsbronnen. Het begrip extra

Extra s. Arbeiders en bedienden van de hotelnijverheid (Horeca) paritair comité 302. Rechtsbronnen. Het begrip extra Arbeiders en bedienden van de hotelnijverheid (Horeca) paritair comité 302 bijwerking: september 2013 - doc.nr. 204 Extra s Opgelet! Vanaf 1 oktober 2013 zullen belangrijke nieuwigheden van kracht worden

Nadere informatie

FAQ HORECA FLEXI JOBS EN OVERUREN

FAQ HORECA FLEXI JOBS EN OVERUREN Home > Recente wijzigingen > FAQ Horeca Flexi jobs en overuren 27.01.2017 FAQ HORECA FLEXI JOBS EN OVERUREN 27.01.2017 INHOUDSTAFEL 1. INLEIDING 1.1 Wat zijn de nieuwe fiscale maatregelen voor de horeca?

Nadere informatie

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk 2140000 Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk Maaltijdcheques... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2007 (82.707)... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van

Nadere informatie

HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING

HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING Vanaf 1 januari 2013 0 HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (vanaf 1 januari 2013) 1. HOE DE SCHALEN GEBRUIKEN?... 3 2. AFTREK VAN KINDERLAST EN ANDERE GEZINSLASTEN...

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 23 VAN 25 JULI 1975 BETREFFENDE DE WAARBORG VAN EEN GEMIDDELD MINIMUM MAANDINKOMEN (1) ------------------------

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 23 VAN 25 JULI 1975 BETREFFENDE DE WAARBORG VAN EEN GEMIDDELD MINIMUM MAANDINKOMEN (1) ------------------------ COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 23 VAN 25 JULI 1975 BETREFFENDE DE WAARBORG VAN EEN GEMIDDELD MINIMUM MAANDINKOMEN (1) ------------------------ Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve

Nadere informatie

Loonmatigingsbijdrage De loonmatigingsbijdrage is in principe verschuldigd voor iedereen die bij de RSZ wordt aangegeven.

Loonmatigingsbijdrage De loonmatigingsbijdrage is in principe verschuldigd voor iedereen die bij de RSZ wordt aangegeven. Federale tussenkomsten VLAB en SST 2013 In deze nota worden een aantal verschillen tussen de beschutte en sociale werkplaatsen op federaal niveau beschreven. Hierbij vormt de sociale zekerheid het belangrijkste

Nadere informatie

PARITAIR SUBCOMITÉ VOOR DE DIENSTEN VOOR GEZINS- EN BEJAARDENHULP VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP (PSC ).

PARITAIR SUBCOMITÉ VOOR DE DIENSTEN VOOR GEZINS- EN BEJAARDENHULP VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP (PSC ). PARITAIR SUBCOMITÉ VOOR DE DIENSTEN VOOR GEZINS- EN BEJAARDENHULP VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP (PSC 318.02). COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VAN 29 MAART 2001 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN VIJF AANVULLENDE

Nadere informatie

Geldigheidsdatum: 01/02/2016 Laatste aanpassing: 24/01/2017. Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Nationaal

Geldigheidsdatum: 01/02/2016 Laatste aanpassing: 24/01/2017. Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Nationaal Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid 1160001 Nationaal Eindejaarspremie... 1 Vakantiegeld 4 e vakantieweek... 1 Aanvullend pensioen... 4 Ploegenpremies... 5 Arbeid op zon en feestdag... 5 Overuren...

Nadere informatie

Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981)

Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981) Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981) Gewijzigd bij : (1) Programmawet van 22 december 2003 (BS 31.12.2003) Gewijzigd bij : (2) Programmawet

Nadere informatie

BIJLAGE III VAN HET KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992

BIJLAGE III VAN HET KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 Bijlage bij het koninklijk besluit van 15 december 2013 BIJLAGE III VAN HET KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 Schalen en regels die van toepassing zijn

Nadere informatie

Wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen 1. TITEL 8. - Pensioenen. HOOFDSTUK 1. - Pensioenen van de overheidssector

Wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen 1. TITEL 8. - Pensioenen. HOOFDSTUK 1. - Pensioenen van de overheidssector Wet van 28 december 2011 houdende diverse bepalingen 1 TITEL 8. - Pensioenen HOOFDSTUK 1. - Pensioenen van de overheidssector Afdeling 1. - Verhoging van de pensioenleeftijd Art. 85. Artikel 46 van de

Nadere informatie

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités; COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 137 VAN 23 APRIL 2019 TOT VASTSTELLING VOOR 2019-2020 VAN HET INTERPROFESSIONEEL KADER VOOR DE VERLAGING VAN DE LEEFTIJDSGRENS, VOOR WAT DE TOEGANG TOT HET RECHT OP

Nadere informatie

Coll0ectieve arbeidsovereenkomst van 15 oktober 2010 ( )... 6

Coll0ectieve arbeidsovereenkomst van 15 oktober 2010 ( )... 6 2270000 Paritair Comité voor de audiovisuele sector Bepalingen met betrekking tot de nachtarbeid van toepassing op vol- en deeltijdse werknemers die onder het toepassingsgebied vallen van afdeling 4 van

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 20 VAN 29 JANUARI 1976 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN EEN DUBBEL VAKANTIEGELD VOOR EEN GEDEELTE VAN

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 20 VAN 29 JANUARI 1976 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN EEN DUBBEL VAKANTIEGELD VOOR EEN GEDEELTE VAN COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 20 VAN 29 JANUARI 1976 BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN EEN DUBBEL VAKANTIEGELD VOOR EEN GEDEELTE VAN DE VIERDE VAKANTIEWEEK, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMSTEN

Nadere informatie

Informatiefiche Arbeidsduur in de sector 319.01

Informatiefiche Arbeidsduur in de sector 319.01 Informatiefiche Arbeidsduur in de sector 319.01 1. De wekelijkse arbeidsduur voor voltijdse werknemers De gemiddelde wekelijkse arbeidsduur bedraagt 38 uur per week (zie CAO van 1/07/1998 betreffende veralgemening

Nadere informatie

Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007)

Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007) Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007) Gewijzigd bij: Wet van 15 mei 2007 tot verbetering van het sociaal

Nadere informatie

Geldigheidsdatum: 01/01/2011 Laatste aanpassing: 02/05/2016. Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Nationaal

Geldigheidsdatum: 01/01/2011 Laatste aanpassing: 02/05/2016. Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Nationaal Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid 1160001 Nationaal Eindejaarspremie... 1 Vakantiegeld 4 e vakantieweek... 1 Aanvullend pensioen... 3 Ploegenpremies... 4 Arbeid op zon en feestdag... 4 Overuren...

Nadere informatie

Inhoudstafel. Inleiding... 1

Inhoudstafel. Inleiding... 1 i Inhoudstafel Inleiding........................................................ 1 Hoofdstuk I. De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk......................

Nadere informatie

Versie DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel

Versie DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel Versie 04-03-2011 DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire grondslagen 3. Begunstigden 3.1 Eengemeentepolitiezone 3.2 Meergemeentepolitiezone

Nadere informatie

Socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest. Waalse Gewest

Socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest. Waalse Gewest Paritair Comité voor de socio-culturele sector 3290220 Socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest Waalse Gewest Overwerk... 2 Nachtarbeid... 2 Arbeid op zon

Nadere informatie

Metaalverwerkingsondernemingen Nationaal

Metaalverwerkingsondernemingen Nationaal Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw 1110001 Metaalverwerkingsondernemingen Nationaal Ecocheques, Maaltijdcheques, Hospitalisatieverzekering, Aanvullend pensioen 1 Aanvullend pensioen...

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 120 VAN 21 MAART 2017 TOT VASTSTELLING, VOOR 2017 EN 2018, VAN DE VOORWAARDEN VOOR DE TOEKENNING VAN EEN BEDRIJF- STOESLAG IN HET KADER VAN HET STELSEL VAN WERKLOOSHEID

Nadere informatie

HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING

HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING 25/1/2018 HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING HET BAREMA VAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING (vanaf 1 januari 2017) 1. HOE DE SCHALEN GEBRUIKEN?... 5 2. AFTREK VAN KINDERLAST EN ANDERE GEZINSLASTEN... 6 2.1.

Nadere informatie

Gemeenschappelijke Raadszitting van woensdag 11 februari 2009 ------------------------------------------------------------------------------------

Gemeenschappelijke Raadszitting van woensdag 11 februari 2009 ------------------------------------------------------------------------------------ NATIONALE ARBEIDSRAAD CENTRALE RAAD VOOR HET BEDRIJFSLEVEN ADVIES Nr.1.671 Gemeenschappelijke Raadszitting van woensdag 11 februari 2009 ------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 35 VAN 27 FEBRUARI 1981 BETREFFENDE SOMMIGE BEPALINGEN VAN HET ARBEIDSRECHT TEN AANZIEN VAN DE

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 35 VAN 27 FEBRUARI 1981 BETREFFENDE SOMMIGE BEPALINGEN VAN HET ARBEIDSRECHT TEN AANZIEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 35 VAN 27 FEBRUARI 1981 BETREFFENDE SOMMIGE BEPALINGEN VAN HET ARBEIDSRECHT TEN AANZIEN VAN DE DEELTIJDSE ARBEID, GEWIJZIGD DOOR COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR.

Nadere informatie

Behangpapier. Ploegenpremie Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 mei 2011 ( ) Overurentoeslag Jaarlijkse premie...

Behangpapier. Ploegenpremie Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 mei 2011 ( ) Overurentoeslag Jaarlijkse premie... Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking 1360003 Behangpapier Ploegenpremie... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 mei 2011 (104.451)... 2 Overurentoeslag... 5 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 111 VAN 27 APRIL 2015 TOT VASTSTELLING, VOOR 2015 EN 2016, VAN DE VOORWAARDEN VOOR DE TOEKENNING VAN EEN BEDRIJFS- TOESLAG IN HET KADER VAN HET STELSEL VAN WERKLOOSHEID

Nadere informatie

J.V. Uitvoeringsbesluit - KB 30.03.1967 Artikel 46 EVOLUTIE VAN ARTIKEL 46

J.V. Uitvoeringsbesluit - KB 30.03.1967 Artikel 46 EVOLUTIE VAN ARTIKEL 46 Artikel 46 Oorspronkelijke tekst Toepasselijk vanaf 01.01.1967 en voor het eerst op de in 1967 te nemen vakantie Tekst volgens het KB van 02.04.1970 Toepasselijk vanaf 01.01.1970 en voor het eerst op de

Nadere informatie

SLEUTELFORMULE. a) de website Administraties, Administratie van fiscale zaken, Publicaties, van de Fiscale Zaken ;

SLEUTELFORMULE. a) de website  Administraties, Administratie van fiscale zaken, Publicaties, van de Fiscale Zaken ; FOD FINANCIEN ---------------------------------------- Administratie van Fiscale Zaken ---------------------------------------- Directie 3/2 AAF/2008-0574-1 ---------------------------------------- ONDERWERP

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 63 VAN 5 MAART 1997 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1997 EN 1998 VAN EEN AANVULLENDE VERGOE-

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 63 VAN 5 MAART 1997 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1997 EN 1998 VAN EEN AANVULLENDE VERGOE- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 63 VAN 5 MAART 1997 BETREFFENDE DE TOEKENNING IN 1997 EN 1998 VAN EEN AANVULLENDE VERGOE- DING GELIJK AAN HET DUBBEL VAKANTIEGELD VOOR DE DERDE DAG VAN DE VIERDE VAKANTIEWEEK

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 64 VAN 29 APRIL 1997 TOT INSTELLING VAN EEN RECHT OP OUDERSCHAPSVERLOF

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 64 VAN 29 APRIL 1997 TOT INSTELLING VAN EEN RECHT OP OUDERSCHAPSVERLOF COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 64 VAN 29 APRIL 1997 TOT INSTELLING VAN EEN RECHT OP OUDERSCHAPSVERLOF --------------------- Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

Rolnummer 5855. Arrest nr. 178/2014 van 4 december 2014 A R R E S T

Rolnummer 5855. Arrest nr. 178/2014 van 4 december 2014 A R R E S T Rolnummer 5855 Arrest nr. 178/2014 van 4 december 2014 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 13, tweede lid, van de wet van 3 juli 1967 betreffende preventie van of de schadevergoeding

Nadere informatie

De arbeidstijd van kaderpersoneel en leidinggevenden

De arbeidstijd van kaderpersoneel en leidinggevenden De arbeidstijd van kaderpersoneel en leidinggevenden FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Inleiding 24

Nadere informatie

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht Terugwinning van papier Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarde worden gebracht 1420300 Terugwinning van papier Premie voor ploegenarbeid... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van

Nadere informatie