Inleiding. De basishoudingslijst wordt altijd meegenomen in de beoordeling.

Transcriptie

1

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Inleiding... 3 Voorbereiding op de BPV... 4 Opdracht 1: Oriënteren op de BPV... 4 Opdracht 2: Bijhouden van een logboek... 6 Stage-opdracht: En nu de praktijk... 7 Te behalen studiepunten Jaaroverzicht Basishouding Format eindevaluatie

3 Inleiding Je gaat in dit tweede leerjaar gedurende het gehele schooljaar Beroeps Praktijk Vorming (BPV) doen in één van de werkvelden waar je na het behalen van je diploma kunt gaan werken. Het doel van deze BPV is dat je aan het eind van dit jaar van een aantal werkprocessen op het niveau functioneert waarin je examen kan gaan doen. Je krijgt steeds meer overzicht over en inzicht in de taken die je moet uitvoeren. Deze Studiewijzer bevat een hele grote stage-opdracht En nu de praktijk. Deze opdracht zet je ertoe aan om je begeleiding toe te passen waarbij je de theorie integreert in je handelen. De stage-opdracht verwijst naar opdrachten in de Digibib waarvoor je een account hebt gekocht. Het bevat ook feedbacklijsten hoe jij dit hebt uitgevoerd en handige tips om je eigen voortgang te bewaken en te verbeteren. De feedbacklijsten vind je ook in de Digibib en onderaan dit document. Naast deze feedbacklijsten heb je ook een resultatenlijst die je samen met je mentor invult. De basishoudingslijst wordt altijd meegenomen in de beoordeling. 3

4 Voorbereiding op de BPV Oriënteren op de BPV Op school krijg je van Stageplein Zorg een BPV-adres toegewezen. In voorgaande IO s heb je kennis gemaakt met de verschillende doelgroepen die je in het beroep tegen kunt komen. Het is van belang om goed voorbereid naar de BPV te gaan. A. BPV oriëntatie Zoek de website van je BPV instelling op. Lees de site door, kijk bijvoorbeeld wat de instelling belangrijk vindt (visie). Kijk ook welke locaties er allemaal zijn, en of je de locatie waar jij stage gaat lopen kunt vinden. Verwerk de verkregen informatie in een verslag. B. Checklist voordat je op stage gaat Houdt onderstaande checklist bij vanaf 5 weken voordat de BPV begint. Het verschilt per instelling hoe en of er contact met je wordt opgenomen. Als je niets hoort van je stage vraag dan je mentor om advies. We hebben 3 punten waar je rekening mee dient te houden. Activiteit: 1. Mailbox dagelijks in de gaten houden in verband met mogelijk contact vanuit het stage adres. Gedaan? 2. Lever alle administratieve gegevens in bij de instelling en vraag om ontvangstbevestiging. (bijvoorbeeld VOG, BSN nummer, mailadres, banknummer etc.) 3. Doe dit uiterlijk één week van te voren Informeer: - Locatie/ afdeling - Wie is de persoon bij wie gemeld moet worden - Telefoonnummer - Wat neem ik mee - Wat is de dienstregeling van het openbaar vervoer (indien van toepassing) Let op! Wanneer de instelling de administratieve gegevens niet heeft ontvangen loop je het risico dat je geen stage mag lopen op de afgesproken dag. Dit kan consequenties hebben! 4

5 C. Inloggen Digibib Op de boekenlijst staat dat je een licentie voor de Digibib van het Consortium moet hebben. Log samen met je mentor tijdens de mentoruren in op Digibib. Tijdens de BPV moet je namelijk ongehinderd kunnen inloggen. Bij problemen neem je contact op met de klantenservice van het Consortium. Procedure voor het gebruik van de Digibib voor Studenten Summa College: Ga naar 1. Vul de activatiecode in (activatiecode: J9P4D); 2. Maak een account aan; 3. Selecteer je opleiding; 4. In de Digibib staan nu de leermiddelen voor de opleiding klaar; 5. Log de volgende keer in met je account; de activatiecode is niet meer nodig. Bij vragen of onduidelijkheden graag een mail naar: D. Kennismaken met de stage Je maakt kennis met de zorgvragers, je collega s, je werkbegeleider(s). Zorg ervoor dat je mentor de volgende gegevens ontvangt: Naam BPV-instelling Naam afdeling Adresgegevens Welke soort zorgvragers kom je tegen tijdens jouw BPV Naam werkbegeleider(s) Telefoonnummer werkbegeleider(s) adres werkbegeleider(s) Resultaat: Een verslag over de BPV instelling Een ingevulde checklist Een licentie voor Digibib Consortium Een overzicht van de afdeling, zorgvragers en werkbegeleider(s) Dit resultaat zet je in de inlevermap op Fronter. 5

6 Bijhouden van een logboek Elke stage kent ook een beoordeling, je wordt beoordeeld aan de hand van het feedbackformulier. Het is belangrijk dat je de formulieren op je stage hebt liggen. Print deze formulieren uit en stop ze in een map. Verder is het belangrijk dat je verantwoordelijkheid neemt voor je leerproces. Dit houdt in dat je weet wat je wilt gaan leren, maar ook dat je bijhoudt hoe het op stage gaat. Dit doe je door een logboek bij te houden waarin jij noteert wat je hebt gedaan en hoe jij vond dat dit is gegaan. Je kunt de nodige adviezen van de diverse begeleiders opvolgen en bespreken met je werkbegeleider. Door dit bij te houden kom je niet voor verrassingen te staan. Resultaat: Een logboek met daarin: - beschrijving van je eigen voortgang met feedback en handtekeningen van de (werk)begeleider(s) - feedbacklijst van alle opdrachten 6

7 Stage-opdracht: En nu de praktijk Inleiding: Dit schooljaar ga je zowel op school als ook op BPV aan de slag met stage-opdracht: En nu de praktijk. Beroepssituatie Je loopt het komende schooljaar 3 dagen per week stage. In deze stage kom je de meeste facetten van je huidige beroep al tegen en daar ga je jezelf in ontwikkelen: - Ondersteunen bij wonen en huishouden; - De psychische en somatische gezondheid van een cliënt monitoren; - Een zorgplan opstellen; - Verzorgen en het uitvoeren van verpleegtechnische handelingen; - Het begeleiden van zorgvragers; - Voorlichten en instrueren; - Ondersteunen van de cliënt bij de dagbesteding; - Evalueren. Opdracht Ga bewijzen dat je de bovenstaande facetten van het beroep Verzorgende IG en/of Begeleider Specifieke Doelgroepen beheerst. Werkwijze In de Digibib van het Consortium staan verschillende opdrachten die je als student helpen om de facetten van het beroep te oefenen. Er staan A, B en C opdrachten. In de A- opdrachten maak je kennis met het werkproces. In de B-opdrachten verdiep je je in het werkproces en in de C-opdrachten kun je aantonen dat je het werkproces in die mate beheerst dat je klaar bent voor het examen! Werkproces VZ-B- K1 W1 / MZ-BSD-B1-K1- W3 Ondersteunt bij het voeren van de regie bij wonen en huishouden Periode 5/6 Periode 7/8 VZ-B- K1 W2 Onderkent de gezondheidstoestand op somatisch en psychosociaal gebied VZ-B- K1 W3 / MZ-BSD-B1- K1- W1 Stelt (mede) het zorgplan op 7

8 VZ-B- K1 W4 en MZ-BSD-B1-K1- W2 Biedt persoonlijke verzorging MZ-BSD-B1-K1-W4 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding VZ-B- K1 W5 Voert verpleegtechnische handelingen uit VZ-B- K1 W6 Begeleidt een zorgvrager VZ-B- K1 W7 Geeft voorlichting, advies en instructie VZ-B- K1 W8 / MZ-BSD-B1-K1- W5 Reageert op onvoorziene situaties VZ-B- K1 W9 / MZ-BSD-B1-K1-W6 Stemt de zorgverlening af met alle betrokkenen VZ-B- K1 W10 / MZ-BSD-B1-K1-W7 Evalueert en legt de zorgverlening vast VZ-B- K2 W1 / MZ-BSD-B1-K2- W1 Werkt aan eigen deskundigheid 8

9 1. Lees de verschillende opdrachten in de Digibib en ga hiervoor een planning maken. 2. Bespreek deze planning met je begeleider op je BPV en je mentor. 3. Als je begeleider BPV en je mentor groen licht geven kun je aan de slag gaan met deze planning. 4. Tussen SW15 en SW20 ga je tussentijds evalueren op je proces en je product. Hiervoor heb je op je stage al een gesprek gehad met je werkbegeleider(s). Je gaat op een creatieve manier aantonen wat je de afgelopen periode hebt geleerd en hoe je dat hebt geleerd. De basishouding neem je natuurlijk mee in deze evaluatie. Hierna heb je hier een gesprek met je mentor over. 5. Tussen SW35 en SW40 is de eindevaluatie op je proces en je product. Je gaat in een gesprek met je mentor op een creatieve manier aantonen wat je de afgelopen periode hebt geleerd en hoe je dat hebt geleerd. Je dient hier in proces en product aan te tonen dat je klaar bent voor het examenjaar. In deze eindevaluatie neem je natuurlijk de basishouding mee. Kerntaken en werkprocessen MZ-BSD-B1-K1-W1 Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt VZ-B- K1 W3 Stelt (mede) het zorgplan op MZ-BSD-B1-K1-W1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging VZ-B- K1 W4 Biedt persoonlijke verzorging VZ-B- K1 W5 Voert verpleegtechnische handelingen uit VZ-B-K1-W2 Onderkent de gezondheidstoestand op somatisch en psychosociaal gebied MZ-BSD-B1-K1-W3 Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden VZ-B- K1 W6 Begeleidt een zorgvrager VZ-B-K1 W1 Ondersteunt bij het voeren van de regie bij wonen en huishouden MZ-BSD-B1-K1-W4 Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding MZ-BSD-B1-K1-W5 Reageert op onvoorziene crisissituaties VZ-B-K1 W8 Reageert op onvoorziene crisissituaties MZ-BSD-B1-K1-W6 Stemt de werkzaamheden af VZ-B-K1 W9 Stemt de zorgverlening af met alle betrokkenen MZ-BSD-B1-K1-W7 Evalueert de geboden ondersteuning VZ-B-K1 W10 Evalueert en legt de zorgverlening vast VZ-B-K1 W7 Geeft voorlichting, advies en instructie MZ-BSD-B1-K2 Werkt aan eigen deskundigheid VZ-B-K2 W1 Werkt aan eigen deskundigheid De studenten die de combiopleiding doen, zullen alle werkprocessen (VZ èn MZ) moeten aantonen. De studenten die de verzorgende IG opleiding doen, tonen alleen de werkprocessen van VZ aan. 9

10 Te behalen studiepunten Jullie krijgen dit jaar studiepunten voor de volgende onderdelen: Periode 1/2 Nederlands Rekenen Tussenevaluatie Voortgangstoets 1 en 2 Werkprocessen (zie schema op blz. 7 en 8 ) Project Z&T Project goede doelen Sociale vaardigheden Attitude (basishouding) Zorg en technologie (voorbereidende opdracht voor het examen) PZN (voor de combi) Periode 3/ 4 Nederlands Rekenen Eindevaluatie Voortgangstoets 3 en 4 Werkprocessen (zie schema op blz. 7 en 8) Project seksualiteit en diversiteit (inclusief voorbereidende opdracht) Project verlies en rouw Sociale vaardigheden Attitude (basishouding) Zorg en technologie (examen) PZN (voor de combi) 10

11 Criteria 1. Criteria horend bij de planning: Criteria o Student leest alle A,B en C opdrachten uit de Digibib o Student omschrijft per opdracht in minimaal 50 woorden en maximaal 100 woorden wat er in die opdracht van hem/ haar verwacht wordt, gekoppeld aan de stageplek o Student maakt op basis van de omschrijvingen een planning van de opdrachten voor dit schooljaar o Student kan de planning bespreken met groepsgenoten en docent/ begeleider alsook met de werkbegeleider(s) o Student stelt afhankelijk van de voortgang al dan niet de planning bij en bespreekt dit met begeleiders Feedback Voorbereiding X Uitvoering X Evaluatie 11

12 2. Criteria horend bij de tussentijdse evaluatie: Criteria o De student beschrijft in een evaluatieverslag de voortgang in X X deze periode proces- en productniveau o De student beschrijft binnen het evaluatieverslag de X X ontwikkeling van zijn/ haar basishouding o Het verslag heeft een overzichtelijke opbouw en voldoet aan X X de eisen van een professionele verslaglegging o Het verslag is geschreven in correct Nederlands X X o De student kan middels een creatief product de ontwikkeling X X in product, proces en basishouding aantonen aan medestudenten en docenten Feedback Voorbereiding Uitvoering Evaluatie 3. Criteria horend eindevaluatie: Criteria o De student toont in een evaluatieverslag op proces- en X productniveau dat de opdrachten uit de Digibib zijn behaald o De student beschrijft binnen het evaluatieverslag de X ontwikkeling die hij/zij heeft doorlopen dit schooljaar ten aanzien van zijn/ haar basishouding o Het verslag heeft een overzichtelijke opbouw en voldoet aan X de eisen van een professionele verslaglegging o Het verslag is geschreven in correct Nederlands X o De student kan middels een creatief product de X eindresultaten in product, proces en basishouding aantonen aan medestudenten en docenten Voorbereiding Uitvoering Evaluatie 12

13 Beoordeling Doelen Onvoldoende Voldoende Goed Voorbereiding en planning Samenvatting opdrachten Planning maken Planning bespreken Planning bijstellen Tussentijdse Evaluatie Binnen verslag proces- en productevaluatie Binnen verslag evaluatie/ reflectie op basishouding Opbouw verslag Verslag correct Nederlands Creatief product en presentie van dat product aan groep en docent Eindevaluatie Binnen verslag proces- en productevaluatie Binnen verslag evaluatie/ reflectie op basishouding Opbouw verslag Verslag correct Nederlands Creatief product en presentie van dat product aan groep en docent Student heeft één of meerdere indicatoren van de criteria niet aangetoond. Student heeft één of meerdere indicatoren van de criteria niet aangetoond. Student heeft één of meerdere indicatoren van de criteria niet aangetoond. Student heeft alle indicatoren van de criteria aangetoond. Student heeft alle indicatoren van de criteria aangetoond. Student heeft alle indicatoren van de criteria aangetoond. Student heeft zelfstandig en op eigen initiatief alle criteria aangetoond. Student heeft zelfstandig en op eigen initiatief alle criteria aangetoond. Student heeft zelfstandig en op eigen initiatief alle criteria aangetoond. 13

14 Jaaroverzicht 14

15 BEOORDELING BASISHOUDING Naam student: Studentnummer: SLB-er: Inleiding: Hieronder lees je de beoordeling van de Basishouding leerjaar 2. Dit gebeurt aan de hand van 15 indicatoren die je moet aantonen tijdens de Opdracht. Deze beoordeling vul dit schooljaar twee keer in: tussen schoolweek en tussen schoolweek Bij elke indicator kun je O (= onvoldoende), V (=voldoende) of G (=goed) scoren. Reflecteren, evalueren en beoordelen: De beoordeling van de basishouding kent 3 kolommen, te weten: Reflectie, Evaluatie en Beoordeling. De kolom Reflectie: Deze wordt ingevuld door de student; De kolom Evaluatie: Student maakt 4 kopieën van de beoordeling basishouding ; Student laat minimaal 2 collega s (waarvan minimaal 1 de werkbegeleider) en 2 docenten de kolom evaluatie invullen; Student vult het gemiddelde van de 4 evaluaties in op de originele beoordeling basishouding; Student schrijft op basis van reflectie- en evaluatiegegevens een reflectieverslag; De kolom Beoordeling: Student en docent gaan met elkaar in gesprek; Student en docent trekken conclusies a.d.h.v. het reflectieverslag; Docent velt uiteindelijk het eindoordeel. Cesuur Beoordeling Basishouding: In de periode van schoolweek 15 20: De student mag maximaal 3x Onvoldoende scoren. In de periode van schoolweek 35 40: De student dient voor alle witte indicatoren minimaal een V te scoren om studiepunten horend bij de basishouding te behalen.

16 BEOORDELING BASISHOUDING Reflectie Evaluatie Beoordeling Indicatoren: O V G O V G O V G 1. Student stelt zich verantwoordelijk op 2. Student handelt binnen de waarden en normen van opleiding en beroep 3. Student werkt methodisch: oriënteert, plant, voert uit, controleert en reflecteert; 4. Student maakt afspraken en komt deze na; 5. Student overlegt met betrokkenen 6. Student geeft, vraagt en ontvangt feedback; 7. Student is begripvol en respectvol naar betrokkenen; 8. Student stelt zich verdraagzaam op; 9. Student is geïnteresseerd en luistert actief naar betrokkenen; 10. Student hanteert eigen grenzen en bewaakt deze; 11. Student gaat om met de gevoelens van betrokkenen 12. Student stimuleert en motiveert betrokkenen; 13. Student creëert een sfeer van veiligheid en vertrouwen; 14. Student stelt zich open en vraagt hulp vraagt hulp daar waar dit nodig is; 15. Student presenteert en profileert zichzelf Beoordeling: Onvoldoende Voldoende Goed Bij beoordeling paraferen: Paraaf student (omcirkelen wat van toepassing is) Paraaf docent Datum/ periode: BPV wijzer leerjaar Begeleider-SD/ VZ-IG 16

17 Indicator: ONVOLDOENDE VOLDOENDE GOED Neemt geen of weinig Neemt verantwoordelijkheid verantwoordelijkheid 1. Student stelt zich verantwoordelijk op 2. Student handelt binnen de waarden en normen van opleiding en beroep 3. Student werkt methodisch: oriënteert, plant, voert uit, controleert en reflecteert; 4. Student maakt afspraken en komt deze na; 5. Student overlegt met betrokkenen 6. Student geeft, vraagt en ontvangt feedback; 7. Student is begripvol en respectvol naar betrokkenen; 8. Student stelt zich verdraagzaam op; 9. Student is geïnteresseerd en luistert actief naar betrokkenen; 10. Student hanteert eigen grenzen en bewaakt deze; 11. Student gaat om met de gevoelens van betrokkenen 12. Student stimuleert en motiveert betrokkenen; 13. Student creëert een sfeer van veiligheid en vertrouwen; Handelt niet of nauwelijks binnen de geldende waarden en normen Handelt binnen de geldende waarden en normen Neemt verantwoordelijkheid en maakt dit inzichtelijk voor de ander Handelt binnen de geldende waarden en normen en maakt dit inzichtelijk voor de ander Werkt niet methodisch Werkt methodisch Werkt methodisch en maakt dit inzichtelijk voor de ander Komt afspraken niet of onvoldoende na Overleg niet of nauwelijks met betrokkenen Geeft en vraagt nauwelijks feedback en/ of staat niet open voor feedback Is niet of weinig begripvol en/of respectvol Is niet of weinig verdraagzaam Is niet of nauwelijks geïnteresseerd en luistert niet of nauwelijks actief Hanteert en bewaakt niet of nauwelijks eigen grenzen Houdt onvoldoende rekening met de gevoelens van betrokkenen Stimuleert en motiveert betrokkenen niet of nauwelijks Creëert geen sfeer van veiligheid en vertrouwen Komt afspraken vaker wel dan niet na Overlegt met betrokkenen Geeft en vraagt feedback en staat hier voor open Is begripvol en/of respectvol Is verdraagzaam Is geïnteresseerd en/ of luistert actief Hanteert en/of bewaakt eigen grenzen Houdt rekening met de gevoelens van betrokkenen Stimuleert en/of motiveert betrokkenen Creëert een sfeer van veiligheid en vertrouwen Komt afspraken na Overlegt op een constructieve manier met betrokkenen Geeft, vraagt en ontvangt feedback en toont aan deze te verwerken Is begripvol en respectvol Is verdraagzaam en brengt dat over naar betrokkenen Is geïnteresseerd en luistert actief en brengt dat over naar betrokkenen Hanteert en bewaakt eigen grenzen en maakt dit inzichtelijk voor de ander Houdt onvoldoende rekening met de gevoelens van betrokkenen en laat dit blijken aan betrokkenen Stimuleert en motiveert betrokkenen waardoor de ander in actie komt Creëert een sfeer van veiligheid en vertrouwen en draagt dit duidelijk over BPV wijzer leerjaar Begeleider-SD/ VZ-IG 17

18 14. Student stelt zich open en vraagt hulp vraagt hulp daar waar dit nodig is; 15. Student presenteert en profileert zichzelf Stelt zich onvoldoende open en vraagt onvoldoende hulp Presenteert en profileert zichzelf onvoldoende Stelt zich open en/ of vraagt hulp Presenteert en/of profileert zichzelf Stelt zich open en vraagt hulp en dit is zichtbaar in het leerproces Presenteert en profileert zichzelf BPV wijzer leerjaar Begeleider-SD/ VZ-IG 18

19 Verslag eindevaluatie in de BPV. VERSLAG EINDEVALUATIE IN DE BPV. DOEL: studievoortgang in beeld brengen De student maakt tegen het einde van de stage een afspraak voor een eindgesprek met de begeleider in de praktijk. Mocht het wenselijk zijn dat de mentor hierbij aanwezig is kan er contact opgenomen worden. Tijdens dit gesprek wordt onderstaand formulier ingevuld. Na ondertekening wordt dit opgestuurd naar de mentor. Datum gesprek Naam aanwezigen bij het gesprek 1: 2: 3: 4: Voortgang stage Functie van aanwezigen bij het gesprek 1: 2: 3: 4: Opmerkingen vooraf/ervaringen: Tops: Tips: Voortgang persoonlijke doelen

20 Voortgang opdrachten/ werkprocessen. Bijzonderheden met betrekking tot de opdrachten? Hoe is het met het kennisniveau dat vereist is voor het uitvoeren van de werkprocessen? Afspraken/leerdoelen volgende stageperiode Het volgende advies wordt gegeven voor de stage: Onvoldoende Voldoende Goed Datum ondertekening: Naam student: Handtekening: Naam (praktijk)opleider: Handtekening: en/ of Naam werkbegeleider in de praktijk: Handtekening: Naam mentor: Handtekening: BPV wijzer leerjaar Begeleider-SD/ VZ-IG 20