A. Cooreman. 2 HR module 9 Tafel van 9

Transcriptie

1 A. Cooreman Ink ijke e mp la ar 2 HR module Tafel van Basis Leerjaar kk Groep Remediëring Naam D/201/120/1 ISBN 2 00 i.s.m september 201 Klas digitaal

2 Legende iconen Leer dit vanbuiten. Werk schriftelijk en mondeling. Maak deze oefening met losse getalkaarten. Leg deze oefening met geld. Deze info is voor de coach. Het geeft verdere uitleg over de opbouw van RekenTrapperS. Maak deze oefening met je handen. Gebruik je vaste getalkaart bij deze oefening. Gebruik je lintmeter bij deze oefeningen. Gebruik je rekenmachine om de oefening op te lossen. Deze oefening moet in kleur afgedrukt worden om de oefeningen te kunnen uitvoeren. Los de oefeningen op met speelkaarten. Herhaal deze oefening. Per keer je de oefening maakt, kleur je een deel in. Auteurs Anny Cooreman Ontwerp en opmaak Lucas Hermans Illustraties Shutterstock, medewerkers Eureka Epert Knip uit. Je hebt het nodig in dit boek NUR 12 Gepubliceerd door Eureka Epert, Diestsesteenweg 22, 010 Kessel-Lo (België) Alle rechten voorbehouden. Behalve in geval van wettelijke uitzonderingen is elke reproductie, publieke mededeling, beschikbaarstelling of verspreiding van dit boek, in papieren en digitale vorm, verboden zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van de rechtenhouders. 201 by Eureka Epert

3 2 HR mod Inhoud 1 2 Info coach... De tafel van eploreren De tafel van in sprongen De visuele voorstelling van de tafel van vanuit staafjes Integreren en automatiseren zuiver tiental Aftrekken van zuiver tiental automatiseren Integreren... 1 Vermenigvuldigen en delen met...1 Producten van automatiseren...21 Verder oefenen met en en herhaling 2,, en Tafel van verder oefenen... 2 Productensommen tot 0 herhalen... 2 Producten en deeltallen tussen 0 en 100 die je al kent... 1 De tafels in de rekentaal en problemen oplossen... Toets tafel van en herhaling 2,,,....1 De tafel van....2 Herhaling tafels 1, 2,,, Knipkaarten en trucjes... Eureka Epert

4 Eureka Epert

5 1 Info coach 1. Doelen en aanpak Welke doelen bereik je met de module tafel van module tafel van? Je werkt aan het inprenten en automatiseren van kennisfeiten. o Je automatiseert de maaltafels van 1,2,,, en 10. o Je automatiseert de deeltafels van 1,2,,, en 10. o Je leert de producten herkennen in reeksen getallen als onderbouw voor het vereenvoudigen van breuken. Je legt de basis van een horizontaal kennisveld. o Je legt een verband tussen het optellen en aftrekken met, het scharnieren bij tientallen en de tafel van. Je oefent het scharnieren rond het tiental. o Je stimuleert het oplossen van eenvoudige problemen met toepassingen uit de tafel van. o Je oefent de rekentaal en past deze vooral toe op de tafel van. Je onderbouwt het strategisch rekenen en rekenen met inzicht o Je stimuleert het afleiden uit gekende sommen bijvoorbeeld als 10 0 dan is 0 - o Je stimuleert het vinden van regels en trucjes die wiskundig ook waar zijn; o Je stimuleert het begrijpen van symbolen; o Je stimuleert het denkend rekenen. Je stimuleert het zelfvertrouwen en het zelfcontrolerend leren o Je laat veel zelf controleren; o Bij fouten stel je vragen om het inzicht te uit te dagen, van fouten kan je leren; o Je organiseert het sociaal leren en leren van elkaar door kinderen met elkaar te laten vergelijken en bij elkaar te controleren. Werk met concreet materiaal en onderbouw het denkend rekenen met handelend denken Negen is bijna 10 is het startpunt voor de tafel van. Oefen met geldstukken van 10 cent en leid af bij welk tiental de uitkomst van het product met zal liggen. Oefen met staafjes van 10 cm lang. Oefen met 10 vingers. Visualiseer steeds de inzichtelijke opbouw. 2. Info tafels en automatiseren Hoe kom je tot automatiseren bij tafels? Automatiseren betekent dat je zonder trucjes en zonder rekenwerk een uitkomst van een oefening als of 2 kent. Kinderen zonder leerstoornissen automatiseren tafels door voldoende te oefenen. Het geheugen wordt gestimuleerd door de multisensoriële aanpak gebruik tekeningen, kleuren, materiaal, herhaling oefen voldoende zowel mondeling als schriftelijk ritme oefen tafels in vast ritme, breng ritme in de oefeningen regelmaat oefen op dezelfde manier op verschillende tijdstippen variatie maak verschillende soorten oefeningen plezier en succes zorg voor een goed gevoel, blijf geduldig, leg nadruk op de vorderingen. Eureka Epert

6 Wanneer en hoe het productenblad gebruiken? Gebruik het productenblad preventief. Leer kinderen die moeilijk automatiseren al heel vroeg in de aanleerfase om snel uitkomsten van maal- en deeloefeningen terug te vinden op het productenblad. Gebruik het productenblad compenserend. Oefen om even snel als andere kinderen zonder problemen een reeks maal- en deelsommen af te werken. Automatiseren met DATA of dagelijkse taken Het kind maakt elke dag zelfstandig vrij gelijkaardige oefeningen sprongen herkennen in een reeks snel tafels oplossen met speelkaarten oefenen bijvoorbeeld elke speelkaart oefen bij voorkeur een hele week of langer dezelfde tafel. Tafel in sprongen leren herkennen Gebruik een plastic map en een droog uitwisbare stift. Maak de oefeningen dagelijks een hele week lang met dezelfde tafelreeksen. Werk zo snel je kan, maar zonder fouten. Deze oefeningen trainen bovendien vlotte oogbewegingen en de concentratie. minuten oefenblad voor tafels Het oefenblad minuten zorgt ervoor dat het kind zowel de maaltafels als de deeltafels oefent. Er zijn ook voorbereidende oefeningen om later de staartdeling vlotter te kunnen maken.. Zelfsturend en zelfcontrolerend leren stimuleren Blijf geduldig en moedig aan Kinderen verliezen al vlug de moed voor hun tafels. Zij zullen niet willen oefenen of hun gebrek aan kennis verstoppen. Hou de oefenbeurten kort en doe ze dikwijls. Moedig aan met wat al goed gaat. Relativeer fouten. Om te leren, moet je fouten maken. Stimuleer zelfcontrole Controleer door te vergelijken met de buur. Controleer met de rekenmachine. Vraag hulp aan de coach als je meer dan 2 fouten maakt. Variaties in de werkvormen Werk per twee, kind en coach. Werk per twee, kind en kind/coach (een leerling coacht een andere leerling). Werk per twee, twee kinderen met elkaar. Werk auditief, de ene leest voor de ander luistert en antwoordt. Werk visueel, lees de oefeningen niet luidop zeg meteen de uitkomst. Werk in groep en auditief, lees in ritme samen luidop en los ritmisch in groep en luidop op. Eureka Epert

7 . Leerplandoelen in deze module Getallenkennis Tellen, terugtellen en doortellen met sprongen van De maaltafel en deeltafel van opbouwen vanuit concrete situaties Inzien dat een vermenigvuldiging een verkorte vorm is van herhaald optellen Tafels De maaltafels van 2,,,, 10 en paraat kennen De deeltafels van 2,,,, 10 en oplossen Bewerkingen Bij optellen en aftrekken met tot 100 een doelmatige oplossingsmethode kiezen en toepassen Aftrekken van een zuiver getal en bijtellen tot een zuiver getal. Wiskundige vaardigheden De betekenis hanteren van vermenigvuldigen, product, veelvoud, delen, quotiënt, rest, deler en de bijhorende symbolen Eenvoudige vraagstukken over vermenigvuldigen en delen in verschillende situaties met natuurlijke getallen oplossen Bij enkelvoudige (geschetste) vraagstukjes de juiste rekenformule vinden en een antwoordzin aanvullen Eureka Epert

8 Eureka Epert

9 2 De tafel van eploreren 2.1 De tafel van in sprongen 1. Leer eerst de tafel samen opzeggen in sprongen Oefen zowel in de gewone volgorde als in omgekeerde volgorde Toon telkens op je vingers Eureka Epert

10 2.2 De visuele voorstelling van de tafel van vanuit staafjes 1. Negenmaal is dicht bij tienmaal Leg tweemaal een (Cuisenaire) staafje van 10. Vervang eventueel door MAB-materiaal. Reken uit tweemaal een staafje van 10 is 20. Leg er tweemaal een staafje van negen op. Observeer er is telkens één minder. Dus twee maal negen is twintig min twee. 2 (2 10) (2 1) Leg driemaal een staafje van 10. Reken uit driemaal een staafje van 10 is 0. Leg er driemaal een staafje van negen op. Observeer er is in elke staaf ééntje minder. Dus drie maal negen is dertig min drie. ( 10) ( 1) 0 2 Leg viermaal een staafje van 10. Reken uit viermaal een staafje van 10 is 0. Leg er viermaal een staafje van negen op. Observeer er is in elke staaf ééntje minder. Dus vier maal negen is veertig min vier. ( 10) ( 1) 0 Leg vijfmaal een staafje van 10. Reken uit vijfmaal een staafje van 10 is 0. Leg er vijfmaal een staafje van negen op. Observeer er is in elke staaf ééntje minder. Dus vijf maal negen is vijftig min vijf. ( 10) ( 1) 0 2. Werk zo verder tot Benadruk met materiaal dat je steeds start van tienmaal het getal. Toon wat je telkens wegdoet. Eureka Epert 10 10