Het auditconvenant Klimaatinformatie op maat van de vakbondswerking

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het auditconvenant Klimaatinformatie op maat van de vakbondswerking"

Transcriptie

1 Arbeid & Milieu vzw Het auditconvenant Klimaatinformatie op maat van de vakbondswerking Deze brochure kwam tot stand met ondersteuning van de Vlaamse gemeenschap en het Europees Sociaal Fonds (ESF) ESF: bijdragen tot de ontwikkeling van de werkgelegenheid door het bevorderen van inzetbaarheid, ondernemerschap, aanpasbaarheid en gelijke kansen, en door het investeren in menselijke hulpbronnen. 1

2 COLOFON Deze brochure kwam tot stand met ondersteuning van de Vlaamse gemeenschap en het Europees Sociaal Fonds (ESF) Redactie: Wendy Van Bockhaven, juni 2007 Cartoon: Arnout Fierens Verantwoordelijke uitgever: Arbeid & Milieu vzw, Statiestraat 179, 2600 Berchem Deze brochure is verkrijgbaar bij Arbeid & Milieu vzw, Statiestraat 179, 2600 Berchem, tel: , Deze brochure is gedrukt op kringlooppapier. Het binnenwerk werd gedrukt met plantaardige inkt. Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 De strijd tegen de klimaatverandering 5 3 Het auditconvenant in een notendop Wat houdt het convenant in? kiloton CO2-equivalent minder uitstoot? 9 4 Voordelen voor bedrijven 10 5 Welke bedrijven zijn toegetreden? 13 6 Verplichtingen waaraan auditconvenantbedrijven moeten voldoen 14 7 Big brother en big sister Het verificatiebureau auditconvenant De commissie auditconvenant 16 8 Syndicale inspraak- en informatierechten Wat zegt de wetgeving? Syndicale actie Geheugensteuntje 19 9 Standpunt van vakbonden en milieubeweging Lijst van toegetreden bedrijven Interessante websites en links Geraadpleegde bronnen Verklarende woordenlijst Afkortingen 30 2

3 1 Inleiding INLEIDING In 1997 sloten 180 landen in de Japanse stad Kyoto het Kyoto-protocol* af met de bedoeling de klimaatverandering te bestrijden. Door de ophoping van zogenaamde broeikasgassen in de atmosfeer dreigt het klimaat immers zodanig te veranderen dat de leefbaarheid op aarde in gevaar komt. In het protocol beloofden de industrielanden hun broeikasgassenuitstoot tegen 2012 met gemiddeld 5% te verminderen (of reduceren) ten opzichte van hun uitstoot in Dit globale reductiepercentage van -5% werd verder verdeeld onder de toegetreden landen, afhankelijk van hun bijdrage tot de broeikasgassenuitstoot. Zo kregen Canada en Japan elk een reductiepercentage van -6% toegekend. Als sterk geïndustrialiseerde regio besloot de Europese Unie (EU) tijdens de Kyoto-onderhandelingen tot een gezamenlijke aanpak. Samen namen de (destijds nog 10) EU-landen een reductiepercentage van -8% voor hun rekening. Andere landen, zoals Rusland en Nieuw Zeeland, kregen een percentage van 0% omdat zij minder geïndustrialiseerd zijn. Zij hoeven hun uitstoot ten opzichte van 1990 niet te verminderen. Derde wereldlanden kregen geen verplichtingen en dus ook geen reductiepercentage. Landen die hun broeikasgassenuitstoot moeten reduceren, krijgen, afhankelijk van hun reductiepercentage, een beperkt aantal emissierechten voor al hun broeikasgassen samen. Tegen 2012 mogen ze niet meer broeikasgassen uitstoten dan wat ze aan emissierechten hebben gekregen. De landen zullen dus inspanningen moeten doen om hun uitstoot te verminderen, onder meer door energie te besparen of te kiezen voor hernieuwbare energie. Volstaan de uitstootverminderingen in eigen land niet, dan mogen landen aanvullend ook gebruik maken van de zogenaamde flexibele mechanismen. Dankzij deze flexibele mechanismen kunnen landen bijkomende emissierechten verwerven door projecten in het buitenland te ondersteunen, die ter plaatse de uitstoot van broeikasgassen verminderen of door de aankoop van hete lucht van een land dat emissierechten op overschot heeft. Binnen de gezamenlijke EU-doelstelling engageerde België zich voor een reductiepercentage van -7,5%. De federale overheid neemt zelf een aantal initiatieven om de Belgische uitstoot te verminderen, zoals de bouw van windmolens in de Noordzee. Maar het grootste deel van de inspanning wordt aan de gewesten doorgerekend. Het energiebeleid in België is nu eenmaal een hoofdzakelijk gewestelijke bevoegdheid. Zo kreeg het Vlaamse gewest een reductiepercentage van -5,2%, het Waalse gewest 7,5% en het Brusselse gewest +3,475% in de periode * De schuin gedrukte woorden en afkortingen vind je achteraan in deze brochure terug, samen met hun verklaring 3

4 INLEIDING ten opzichte van het basisjaar Voorts zal de federale regering ook flexibele mechanismen inzetten. De Vlaamse overheid zet onder meer burgers en bedrijven aan tot energiebesparing om de Kyoto-doelstelling van 5,2% te bereiken. Eén van de maatregelen die ze daarvoor inzet, is het auditconvenant. Dat is een vrijwillige overeenkomst die middelgrote energie-intensieve bedrijven kunnen afsluiten met de Vlaamse overheid met de bedoeling energieefficiënter te worden. Voor meer informatie over de overige maatregelen, verwijzen we naar de twee andere brochures die in dezelfde reeks zijn verschenen. 4

5 2 De strijd tegen de klimaatverandering KLIMAATVERANDERING Naast CO 2 zijn methaan, lachgas en CFK s belangrijke broeikasgassen. Vlaanderen slaagde er vrij gemakkelijk in de uitstoot van methaan door de landbouw en de uitstoot van CFK s door de industrie onder controle te krijgen. Wat betreft de uitstoot van CO 2 zijn echter straffere maatregelen nodig. De Vlaamse overheid focust onder meer op energiebesparing en investeringen in hernieuwbare energie. Huishoudens zet ze aan tot energiezuinige woningaanpassingen en minder autogebruik. Bedrijven stimuleert ze om meer energie-efficiënt te produceren. De elektriciteitssector verplicht ze om elk jaar een groter aandeel groene stroom te leveren. Energie-efficiëntie De energie-efficiëntie is een maat voor de hoeveelheid energie die vereist is per eenheid product. De productie van een ton natuurrubber vraagt bijvoorbeeld 18 gigajoule (1 gigajoule = 1GJ = 10 9 joule). Hoe minder energie een bedrijf per eenheid product verbruikt, hoe voordeliger dat is voor het bedrijf. Als bedrijven energie-efficiënter worden, kunnen ze meer produceren voor eenzelfde kostprijs. Vooral sectoren die veel energie verbruiken, hebben er baat bij hun energieefficiëntie te vergroten. De Belgische cementindustrie bijvoorbeeld heeft tussen 1980 en 1990 haar gemiddelde energie-efficiëntie verbeterd met 18%. Het decreet rationeel energiegebruik (REG-decreet) Het decreet rationeel energiegebruik is de basis voor het Vlaamse beleid ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen. Niet alleen regelt het decreet de toepassing van flexibiliteitsmechanismen in Vlaanderen. Het bevordert ook rationeel energiegebruik en het gebruik van hernieuwbare energiebronnen. Het REG-decreet geeft de Vlaamse regering de bevoegdheid om ondernemingen verplichtingen op te leggen om hun energiegebruik te matigen. Zo verplicht het REG-decreet bedrijven tot het bijhouden van een energieboekhouding, het uitvoeren van rendabele investeringen ter verbetering van de energie-efficiëntie en het periodiek laten opmaken van een energieplan. Ook legt het REG-decreet de basis voor het aangaan van energieconvenanten, zoals het auditconvenant, tussen de overheid en ondernemingen (zie verder in dit hoofdstuk). 5

6 KLIMAATVERANDERING Tot slot regelt het REG-decreet ook de syndicale informatierechten voor energie-intensieve bedrijven (zie 8.1). Het Vlaams besluit energieplanning (BEP) Het Vlaams besluit energieplanning (BEP) regelt de verdere invulling van het REG-decreet voor de energie-intensieve bedrijven. Energieintensieve bedrijven zijn bedrijven met een primair energieverbruik groter dan of gelijk aan 0,1 petajoule (1 petajoule = 1PJ of joule) per jaar. Het BEP verplicht bestaande installaties met een energieverbruik groter dan 0,5 PJ om een periodiek energieplan op te stellen, los van alle vergunningsprocedures. Voor middelgrote vestigingen met een energiegebruik tussen de 0,1 en de 0,5 PJ daarentegen zijn de energieplannen en -studies gelinkt aan een vergunningsprocedure. Een energieplan is verplicht bij de hervergunning van een bestaande inrichting. Een energiestudie is verplicht bij de vergunningsaanvraag voor een nieuwe inrichting of een wijziging aan een bestaande installatie. Energieplan: in het energieplan staan alle maatregelen opgelijst die voor het bedrijf van toepassing zijn als energiebesparende investeringen. Bij elke maatregel staan de investeringskost, de verwachte besparing, de terugverdientijd en de interne rentevoet vermeld. Het energieplan bevat een lijst met alle rendabele maatregelen (zie kader op p7) en heeft betrekking op bestaande installaties. Energiestudie: de energiestudie heeft betrekking op nieuwe of gewijzigde installaties. De studie moet aantonen dat de nieuwe of gewijzigde installatie de meest energie-efficiënte is die economisch haalbaar is. De energiedeskundige: Bedrijven die een energieplan of studie willen laten opstellen, moeten een beroep doen op een energiedeskundige die is goedgekeurd door het VEA (Vlaams EnergieAgentschap). Een lijst met erkende energiedeskundigen vind je op be/luss/organisaties.asp?techniek=energie-audit. 6

7 KLIMAATVERANDERING Over rentevoeten, terugverdientijden en rendabiliteit In een context van internationale concurrentie wordt een maatregel die pas na 3,5 jaar terugverdiend is, al als weinig interessant beschouwd. Multinationale ordernemingen willen immers zo snel mogelijk winst maken door een zo groot mogelijk marktaandeel te verwerven. De terugverdientijd is één manier om uit te drukken hoe rendabel maatregelen zijn, de interne rentevoet (IRR) een andere. Een terugverdientijd van 3,5 jaar komt ongeveer overeen met een interne rentevoet van 15%. Hoe groter de IRR, hoe meer rendabel en hoe sneller de werkgever geneigd is de maatregel toe te passen. Maatregelen met een IRR van 15% of hoger worden gedefinieerd als rendabele maatregelen. De energieconvenanten Energieconvenanten zijn overeenkomsten die energie-intensieve bedrijven op vrijwillige basis kunnen afsluiten met de Vlaamse overheid met de bedoeling energie-efficiënter te worden. Het auditconvenant is bedoeld voor de groep bedrijven die tussen 0,1 en 0,5 PJ primaire energie per jaar verbruiken en die niet moeten meedoen aan de Europese emissiehandel. Voor bedrijven die 0,5 PJ of meer verbruiken én de bedrijven die vallen onder de Europese emissiehandel is er het benchmarkingconvenant. 7

8 HET AUDITCONVENANTVERHAAL 3 Het auditconvenant in een notendop Wat houdt het convenant in? Op 10/06/2005 keurde de Vlaamse regering het auditconvenant goed. Het auditconvenant moet de middelgrote energie-intensieve bedrijven helpen om energie-efficiënter te worden. In ruil voor hun engagement om alle rendabele energiebesparende maatregelen binnen de vier jaar uit te voeren, krijgen de toegetreden bedrijven een aantal voordelen van de Vlaamse overheid. Zo stelt de Vlaamse overheid hen vrij van bijkomende maatregelen inzake energieen CO 2 -besparing en geeft ze hen voorrang op de ecologiepremie. Gedeeltelijke vrijstelling geldt voor de federale bijdrage op elektriciteit en voor het aantal groenestroomcertificaten in het elektriciteitsverbruik. Voor meer info over de voordelen, zie hoofdstuk 4. Eens toegetreden tot het convenant, kregen de bedrijven een jaar de tijd om een energieaudit te laten uitvoeren. Zo gezegd zo gedaan en elk toegetreden bedrijf nam een energiedeskundige in de arm. Deze bracht het energiebesparingspotentieel van het bedrijf in kaart en zocht naar verbeterpunten in het energiegebruik van het bedrijf. De energieaudit dient als basis voor de opmaak van het energieplan, een document waarin alle rendabele energie-efficiënte maatregelen die in het bedrijf kunnen worden doorgevoerd staan opgesomd. Op 10/12/2006 ten laatste moesten alle toegetreden bedrijven hun eerste energieplannen hebben ingediend. Sindsdien zijn de toegetreden bedrijven naarstig aan de slag om de rendabele maatregelen door te voeren die hun energieplan vermeldt. Op 10/12/2010, vier jaar nadat de energieplannen moesten worden ingediend, moeten de rendabele investeringen immers achter de rug zijn. En terwijl de bedrijven nog druk aan het investeren zijn, moeten ze tegen begin 2009 hun energieplannen actualiseren. Deze geactualiseerde plannen dienen als leidraad voor de invoering van de minder rendabele maatregelen. Dat zijn maatregelen met een IRR kleiner dan 15% en groter dan 13,5%. Deze maatregelen hebben een iets langere terugbetaaltijd (ongeveer 4 jaar) en zijn daarom minder populair. De deadline voor de uitvoering van deze minder rendabele maatregelen valt begin 2013.

9 HET AUDITCONVENANTVERHAAL kiloton CO 2 -equivalent minder uitstoot? De Vlaamse regering heeft er alle baat bij energiebesparingen te realiseren, en hoe sneller hoe beter. Ze heeft immers beloofd om tegen 2012 haar CO 2 -uitstoot te verminderen met 5,2%, ofwel kiloton CO 2 -equivalent. Het besluit energieplanning zal echter pas op langere termijn energiebesparingen en uitstootverminderingen met zich meebrengen. Met het auditconvenant wou de Vlaamse regering de kleinste energie-intensieve bedrijven aanmoedigen om reeds eerder in de tijd energiebesparende maatregelen te nemen. Eens toegetreden tot het auditconvenant, zijn bedrijven immers verplicht om investeringen te nemen op korte termijn. Snellere investeringen leiden tot snellere energiebesparingen en een snellere vermindering van de CO 2 -uitstoot. De Vlaamse overheid voorspelde een jaarlijkse CO 2 -uitstootvermindering van 674 kiloton ten gevolge van het auditconvenant. Het evaluatierapport dat de commissie auditconvenant (zie 7.2) in 2007 uitbrengt, zal aangeven of deze doelstelling gehaald wordt en in welke mate deze winst in energie-efficiëntie zich verhoudt ten opzichte van de toenemende uitstoot ten gevolge van de groei van deze bedrijven. 9

10 VOORDELEN VOOR BEDRIJVEN 4 Voordelen voor bedrijven 10 In 2005 stonden de middelgrote energie-intensieve Vlaamse bedrijven voor een dilemma: Zullen we toetreden tot het auditconvenant of worden we liever onderworpen aan de eisen die het besluit energieplanning stelt? Voor veel bedrijven was toetreden tot het auditconvenant allesbehalve een evidentie. Het is nu eenmaal niet eenvoudig om op voorhand in te schatten wat de kosten en baten zullen zijn. Maar blijkbaar wogen de nadelen van toetreding voor heel wat bedrijven niet op tegen de voordelen. Drievierde van de bedrijven die mochten toetreden, is dan ook daadwerkelijk toegetreden. De voordelen die de Vlaamse overheid voorzag, zijn dan ook niet gering. Bovendien kwam de Vlaamse overheid met euro over de brug voor de technische ondersteuning van de deelnemende sectoren. Betere voorwaarden dan het besluit energieplanning (Zie ook hoofdstuk 2) Bedrijven die zijn toegetreden tot het auditconvenant, kunnen er zeker van zijn dat ze voor 2013 geen bijkomende verplichtingen zullen opgelegd krijgen. Het besluit energieplanning biedt deze zekerheid niet. De Vlaamse overheid kan immers beslissen om de voorwaarden van het BEP te verstrengen. Als zou blijken dat de Vlaamse Kyoto-doelstelling onvoldoende gehaald wordt, kan de Vlaamse regering de voorwaarden van het BEP verstrengen. Bedrijven die zijn toegetreden tot het auditconvenant hoeven in het geval van een hervergunning geen nieuw energieplan op te stellen, zoals het BEP vraagt. Evenmin hoeven auditconvenantbedrijven voor een vergunningsaanvraag voor een nieuwe inrichting of een wijziging die een meerverbruik van ten minste 10 TJ (1 terajoule = 1TJ = joule) met zich meebrengt, een energiestudie op te stellen. Op voorwaarde natuurlijk dat de nieuwe inrichting of de wijzigingen aan de inrichting erin zijn opgenomen. Artikel 16 van het besluit energieplanning bepaalt immers dat het energieplan goedgekeurd in het kader van de energieconvenanten geldt als een conform verklaard energieplan en studie voor de toepassing van het BEP.

11 VOORDELEN VOOR BEDRIJVEN Goed in de markt Hoe meer energiebesparende maatregelen bedrijven doorvoeren, hoe lager hun energiekosten. Kostenbesparingen komen de concurrentiekracht van het bedrijf ten goede. Geen bijkomende maatregelen inzake energieverbruik en CO 2 -uitstoot De Vlaamse overheid tracht de Belgische en Europese overheden ervan te overtuigen om convenantbedrijven vrij te stellen van bijkomende CO 2 -en energietaksen. De Europese overheid laat bovendien een belastingsvermindering toe op alle energieproducten. Gedeeltelijke vrijstelling van groenestroomcertificaten Iedere elektriciteitsleverancier is verplicht een minimumpercentage van zijn opgewekte stroom te halen uit hernieuwbare energiebronnen. Groenestroomcertificaten gelden als bewijs van de naleving. Deze regeling heeft een prijsverhoging tot gevolg, die de leverancier doorrekent aan de bedrijven. Om de auditconvenantbedrijven te ontzien, kent de Vlaamse overheid leveranciers vanaf een levering aan een convenantbedrijf van megawattuur (mwh) een vrijstelling van groenestroomcertificaten toe van 25%. Vanaf een verbruik van mwh krijgen ze zelfs een vrijstelling van 50%. Voorrang op de ecologiepremie De ecologiepremie is een financiële tegemoetkoming aan ondernemingen die extra investeringen in milieutechnologie realiseren in het Vlaamse Gewest. De convenantbedrijven krijgen bij de toekenning van de ecologiepremie voorrang op bedrijven die niet zijn toegetreden tot een energieconvenant. En andere subsidies Auditconvenantbedrijven kunnen gebruik maken van adviescheques voor het uitvoeren van hun energieaudit en kunnen een beroep doen op de subsidies van de REG-actieplannen van de distributienetbeheerders. Verminderde federale bijdrage op elektriciteit De federale overheid rekent aan alle professionele elektriciteitsverbruikers een bijdrage aan per afgenomen kilowattuur (kwh). Afnemers die meer dan 20 mwh verbruiken, krijgen een korting. De bijdrage wordt groter naarmate het verbruik stijgt. Bedrijven met een energiegebruik boven de 0,1 PJ die niet zijn toegetreden tot een energieconvenant, ver- 11

12 VOORDELEN VOOR BEDRIJVEN liezen hun recht op korting. Op die manier worden toetreders bevoordeeld ten opzichte van niet-toetreders. Op de website kunnen bedrijven een rekenmodule vinden waarmee ze kunnen berekenen hoeveel korting ze genieten. Interne energiedeskundigen toegelaten Het auditconvenant laat bedrijven toe om het energieplan te laten opstellen door een werknemer van het bedrijf, die optreedt als interne energiedeskundige. In bedrijven die van deze regeling gebruik maken, is het meestal de milieucoördinator die de taak van interne energiedeskundige op zich neemt. Ook dat is een voordeel voor bedrijven, omdat ze zo de kosten van een externe deskundige kunnen uitsparen. De wetgeving verplicht het bedrijf wel om aanvullend een beroep te doen op een erkende externe energiedeskundige om het energieplan na te kijken en te ondertekenen. 12

13 5 Welke bedrijven zijn toegetreden? TOEGETREDEN BEDRIJVEN In totaal zijn 229 bedrijven toegetreden tot het auditconvenant. Jaarlijks verbruiken deze bedrijven 45 PJ primaire energie ofwel 9% van het Vlaamse industriële energiegebruik. De grootste sectoren zijn de voedingssector, de chemische en kunststoffensector, de technologie- en de textielsector. Vijf op de zes toegetreden bedrijven behoort tot één van deze vier sectoren. De Vlaamse overheid schat dat 75% van de auditconvenantgerechtigde bedrijven daadwerkelijk zijn toegetreden. Een lijst met toegetreden bedrijven vind je in hoofdstuk 10. Tabel 1: Aantal toegetreden bedrijven per sector (Bron: jaarverslag commissie auditconvenant ) sector aantal bedrijven chemie & kunststoffen 54 voeding 71 technologie 46 textiel en hout 36 diversen 22 totaal 229 textiel en hout 16% diversen 10% chemie & kunststoffen 24% Figuur 1: Sectorale verdeling toegetreden bedrijven (Bron: jaarverslag commissie auditconvenant ) technologie 20% voeding 30% 13

14 VERPLICHTINGEN 6 Verplichtingen voor auditconvenantbedrijven 14 Vierjaarlijkse energieaudit De energieaudit geeft in een zeer korte tijdspanne een compleet inzicht in het energieverbruik en de energiekosten van de onderneming. Aan de hand van de audit gaat de energiedeskundige na welke installaties beter worden vervangen door efficiëntere en welke procesregelingen tot minder energieverlies leiden. De energiedeskundige inventariseert het verbruik van onder andere elektriciteit, aardgas, stookolie en perslucht. Hij bekijkt de energiefacturen, brengt alle energiestromen in kaart en detecteert de knelpunten. De bevindingen van de energiedeskundige dienen als basis voor het energieplan. Elke vier jaar moet de energieaudit herhaald worden. De tweede audit zal plaatsvinden in Vierjaarlijkse energieplannen Het energieplan dat de bedrijven eind 2006 indienden, is gedurende 4 jaar de leidraad voor het bedrijf om de rendabele maatregelen door te voeren. Tegen begin 2009 moeten de auditconvenantbedrijven hun energieplan geactualiseerd hebben. Het geactualiseerde energieplan begeleidt het bedrijf bij de doorvoering van de minder rendabele maatregelen. Dat zijn maatregelen met een IRR kleiner dan 15% en groter dan 13,5%. Deze maatregelen hebben een iets langere terugbetaaltijd (ongeveer 4 jaar) en zijn daarom minder populair. De deadline voor de uitvoering van deze minder rendabele maatregelen valt begin Investeringen Eens het energieplan was afgerond op 10/12/2006, konden de bedrijven aan de slag. Tot eind 2010 krijgen ze de tijd om de rendabele maatregelen in het energieplan door te voeren. Na de actualisatie van het energieplan zijn ook de maatregelen aan de beurt met een interne rentevoet groter dan 13,5%. Ondernemingen die pas na 10/12/2005 zijn toegetreden tot het auditconvenant omwille van een nieuwe vestiging, moeten hun eerste energieplan indienen begin Bijgevolg moeten ze ook meteen de maatregelen uitvoeren met een IRR groter dan 13,5%.

15 VERPLICHTINGEN Jaarlijkse monitoringrapporten Elk jaar, uiterlijk op 1 april, moeten de auditconvenantbedrijven bij het verificatiebureau verslag uitbrengen over de uitvoering van hun energieplan, hun energieverbruik en de vermeden CO 2 -emissies. Aan de hand van dit zogenaamde monitoringrapport gaat het verificatiebureau na in hoeverre de inspanningen van het bedrijf overeenstemmen met het energieplan. De bedrijven moesten hun eerste monitoringrapport opstellen en indienen tegen ten laatste 1/04/2007. Nieuw opgerichte bedrijven die pas na 10/12/2005 zijn toegetreden, moeten hun eerste monitoringrapport opstellen ten vroegste 6 maanden na het indienen van hun energieplan bij het verificatiebureau. Sancties Bedrijven die zich niet houden aan hun verplichtingen, verliezen de voordelen die verbonden zijn aan het auditconvenant. 15

16 CONTROLE 7 Big brother en big sister De overheid heeft 2 instanties in het leven geroepen die de uitvoering van het auditconvenant mee in goede banen leiden: het verificatiebureau en de commissie auditconvenant. 7.1 Het verificatiebureau auditconvenant Alle gegevens die de bedrijven en hun energiedeskundigen hebben verzameld, moeten eerst worden gecontroleerd op hun juistheid. Dat is de taak van het verificatiebureau, een onafhankelijke en neutrale organisatie die door de bevoegde ministers werd aangesteld. Verder adviseert het verificatiebureau ook over de energiedeskundigen. Elk jaar, uiterlijk op 1 juni, brengt het verificatiebureau verslag uit bij de commissie auditconvenant over de stand van zaken (zie volgende paragraaf). Het bureau rapporteert onder meer over de gerealiseerde energiebesparing en de vermeden CO 2 -emissie. Het verificatiebureau geeft geen gedetailleerde informatie vrij, enkel gegevens per sector of type installatie. 7.2 De commissie auditconvenant De commissie auditconvenant coördineert het hele systeem. Ze staat ook in voor het onderhouden van contacten met de maatschappelijke organisaties en in het bijzonder de werknemersorganisaties. Nochtans ontbreekt enige vakbondsvertegenwoordiging volledig in dit selectieve clubje. De commissie is namelijk samengesteld uit vertegenwoordigers van verschillende ministers en sectoren. De commissieleden kunnen voorstellen doen om de convanttekst aan te passen. En verder adviseert de commissie de regering over de werking van het verificatiebureau. Eens de commissie auditconvenant de gegevens heeft ontvangen van het verificatiebureau, brengt ze verslag uit bij de ministers. Dat gebeurt uiterlijk op 1 juli. Sinds midden 2006 is het eerste jaarverslag te downloaden van de website van het verificatiebureau www. auditconvenant.be. 16

17 88.1 Wat zegt de wetgeving? SYNDICALE RECHTEN Syndicale inspraaken informatierechten Artikel 17.5 van het REG-decreet (zie ook hoofdstuk 2, tweede paragraaf) zegt dat de energiedeskundige de energieplannen en -studies die je bedrijf heeft opgesteld in het kader van het besluit energieplanning ook ter beschikking moet stellen van de ondernemingsraad (OR) en het comité voor preventie en bescherming op het werk (CPB). Dezelfde informatieplicht geldt ook voor het energieplan dat je bedrijf heeft opgesteld in het kader van het auditconvenant. Artikel 16 van het besluit energieplanning bepaalt immers dat het energieplan goedgekeurd in het kader van de energieconvenanten geldt als een conform verklaard energieplan voor de toepassing van het BEP. Ook de auditconvenanttekst zelf (artikel 5.2) verplicht de werkgever om het energieplan, eens het is goedgekeurd, over te maken aan de OR en het CPB. De tekst vermeldt er wel expliciet bij dat de afgevaardigden deze informatie vertrouwelijk moeten behandelen. Energiestudies en -plannen bevatten heel wat strategische informatie over de toekomst van je bedrijf. In de energieplannen kan je nagaan welke energie-efficiënte investeringen je bedrijf te wachten staan de komende jaren. Omdat sommige energiebesparingsmaatregelen een impact hebben op de arbeidsorganisatie in je bedrijf, doe je er goed aan deze informatie op te volgen. Het doet er niet toe of je afgevaardigde bent voor het CPB of de OR. Is je werkgever niet geneigd het energieplan of de -studie uit eigen beweging te geven, vraag er dan naar. Dat recht heb je. Je kunt dan verwijzen naar het REG-decreet of het recht van de OR op economische en financiële informatie (KB van 27/11/1973). 8.2 Syndicale actie Wil je actie ondernemen? Dan kan je de volgende vragen als leidraad gebruiken. Welke investeringen plant je bedrijf? Sinds eind 2006 is je bedrijf in het bezit van een energieplan in het kader van het auditconvenant. Ga na of je bedrijf zich houdt aan de uitvoering 17

18 SYNDICALE RECHTEN 18 van het plan. Indien niet, vraag dan waarom. Heb je het energieplan nog niet gekregen van je werkgever? Vraag er dan naar. Als je werkgever een energiestudie moet opstellen (zie paragraaf 2, besluit energieplanning), let er dan op dat je deze dan ook in handen krijgt. Plaats de bespreking van de energieplannen en -studies en de toekomstige investeringen op de agenda van het CPB en de OR. Is de materie te uitgebreid om te bespreken met het voltallige CPB of de voltallige OR, stel dan voor om werkgroepen te organiseren binnen het CPB en de OR. Laat voor alle zekerheid de informatierechten opnemen in het huishoudelijk reglement van de OR of het CPB.

19 SYNDICALE RECHTEN Wat zijn de kosten en baten van toetreding? Je kunt in het kader van de efi-besprekingen aan je werkgever vragen waarom je bedrijf is toegetreden. Welke kosten en baten waren/zijn er verbonden aan de toetreding? Welke fiscale voordelen geniet je werkgever? En hoeveel korting krijgt je bedrijf op de federale bijdrage voor elektriciteit? Nog enkele bijkomende vragen: Hoeveel energie verbruikt je bedrijf? Over welke energiebronnen gaat het? Steenkool, aardolie, hernieuwbare energie...? Wat is de totale kostprijs van energie en wat is de evolutie hierin? Heeft je bedrijf al overwogen om te wisselen van energieleverancier? Heeft je bedrijf een langetermijnstrategie op het vlak van rationeel energiegebruik? Is je werkgever op de hoogte van de steunmaatregelen voor energiebesparing? Indien niet, verwijs hem naar de website be. indien wel, heeft hij al overwogen om een subsidie aan te vragen voor bijvoorbeeld dakisolatie of zonneboilers? 8.3 Geheugensteuntje Het onderstaande schema plukten we van de website Het geeft op een duidelijke manier weer welke verplichtingen je bedrijf moet doen in het kader van het convenant. Figuur 2: Tijdsplanning engagementen ten aanzien van het auditconvenant (Bron: www. auditconvenant.be) 19

20 STANDPUNT 9 Standpunt vakbonden en milieubeweging 20 Anno 2007 is het moeilijk om uitspraken te doen over het effect van het auditconvenant op het toekomstige energieverbruik en CO 2 -emissies van bedrijven. De convenantbedrijven zijn nog maar net begonnen aan hun eerste investeringsgolf. De doelstellingen De voorspelde uitstootvermindering met 674 kiloton per jaar is niet gegarandeerd. Bovendien hadden de vakbonden en de milieubeweging al een minder positieve ervaring bij de uitvoering van het benchmarkingconvenant: de verwachtingen werden hier veel rooskleuriger voorgesteld dan de gehaalde resultaten. De CO 2 -uitstoot ten gevolge van de groei van de bedrijven overtreft hier ruimschoots de winst ten gevolgen van meer energie-efficiëntie. Maatregelen die niet verder gaan dan een terugbetaaltijd van een drie- tot viertal jaar zijn waarschijnlijk niet ambitieus genoeg om de Vlaamse klimaatdoelstellingen te halen. De vakbonden en milieubeweging vinden daarom dat de normen nog aangescherpt moeten kunnen worden, indien het beoogde resultaat niet gehaald wordt. Inspanningen van de bedrijven wegen niet op tegen de voordelen Sommige bedrijven zullen makkelijker kunnen voldoen aan de voorwaarden van het auditconvenant dan andere. In principe is het mogelijk dat sommige bedrijven al zo energie-efficiënt zijn, dat er maar weinig investeringen te bedenken zijn met een IRR groter dan 15% of 13,5%. Die bedrijven komen er gemakkelijk van af. Ze hoeven weinig te investeren, maar krijgen wel de beloningen van de overheid. De vakbonden en de milieubeweging betreuren het onevenwicht tussen de engagementen van de industrie en de tegemoetkomingen die de overheid aanbiedt. Ze zijn allesbehalve overtuigd dat de minderinkomsten en de extra uitgaven die gepaard gaan met het convenant zullen opwegen tegen de verwezenlijkte reducties. Externe en interne energiedeskundigen De convenanttekst laat bedrijven toe zelf hun energieplan op te stellen, mits ondersteuning door een externe deskundige. Vakbonden en milieubeweging vragen zich af of de kwaliteit van het energieplan wel

JAARVERSLAG 2010 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN

JAARVERSLAG 2010 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN Commissie Auditconvenant Vlaanderen JAARVERSLAG 2010 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN 6 december 2011 Roderveldlaan 5/1 bus 6, 2600 Berchem Tel: 03/286 74 50 Fax 03/286 74 39 info@auditconvenant.be www.auditconvenant.be

Nadere informatie

JAARVERSLAG 2014 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN

JAARVERSLAG 2014 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN Commissie Auditconvenant Vlaanderen JAARVERSLAG 2014 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN 8 december 2015 Roderveldlaan 5/1 bus 6, 2600 Berchem Tel: 03/286 74 50 Fax 03/286 74 39 info@auditconvenant.be www.auditconvenant.be

Nadere informatie

JAARVERSLAG 2009 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN

JAARVERSLAG 2009 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN Auditcommissie Vlaanderen JAARVERSLAG 2009 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN 30 november 2010 Roderveldlaan 5/1 bus 6, 2600 Berchem Tel: 03/286 74 50 Fax 03/286 74 39 info@auditconvenant.be www.auditconvenant.be

Nadere informatie

177 Zwevegem 105,7 003E20 22 50N48 45 31 100 ND

177 Zwevegem 105,7 003E20 22 50N48 45 31 100 ND Lijst van Vlaamse frequenties voor lokale radio Lokaliteit Frequentie Lengte Breedte Antennehoogte Vermogen Antennepatroon (MHz) (OL ' '' ) (NB ' '' ) (m) (Watt) (D/ND) 1 Aalst 90,0 004E03 00 50N57 00

Nadere informatie

Het benchmarkingconvenant

Het benchmarkingconvenant Arbeid & Milieu vzw Het benchmarkingconvenant Klimaatinformatie op maat van de vakbondswerking Deze brochure kwam tot stand met ondersteuning van de Vlaamse gemeenschap en het Europees Sociaal Fonds (ESF)

Nadere informatie

Infoblad Energieplanning

Infoblad Energieplanning Infoblad Energieplanning Waarover gaat het? Bedrijven met een groot energieverbruik worden van overheidswege verplicht maatregelen te nemen om rationeel om te gaan met energie en dit te rapporteren aan

Nadere informatie

JAARVERSLAG 2011 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN

JAARVERSLAG 2011 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN Commissie Auditconvenant Vlaanderen JAARVERSLAG 2011 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN 6 november 2012 Roderveldlaan 5/1 bus 6, 2600 Berchem Tel: 03/286 74 50 Fax 03/286 74 39 info@auditconvenant.be www.auditconvenant.be

Nadere informatie

JAARVERSLAG 2012 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN

JAARVERSLAG 2012 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN Commissie Auditconvenant Vlaanderen JAARVERSLAG 2012 AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN 5 november 2013 Roderveldlaan 5/1 bus 6, 2600 Berchem Tel: 03/286 74 50 Fax 03/286 74 39 info@auditconvenant.be www.auditconvenant.be

Nadere informatie

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per aanmerking komt voor Dit document bevat het aantal productie-installaties en het nominaal geïnstalleerd elektrisch of mechanisch vermogen van

Nadere informatie

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per aanmerking komt voor Dit document bevat het aantal productie-installaties en het nominaal geïnstalleerd elektrisch of mechanisch vermogen van

Nadere informatie

2. Welk subsidiebedrag werd aan elk van deze erkende Huizen van het Kind toegekend?

2. Welk subsidiebedrag werd aan elk van deze erkende Huizen van het Kind toegekend? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 252 van LIES JANS datum: 15 januari 2015 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Huizen van het kind - Subsidiëring Huizen van het Kind bundelt verschillende

Nadere informatie

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor Dit document bevat het aantal productie-installaties en het nominaal geïnstalleerd elektrisch

Nadere informatie

Deze bedragen zijn louter informatief en er kunnen geen rechten aan ontleend worden.

Deze bedragen zijn louter informatief en er kunnen geen rechten aan ontleend worden. Aalst 53 605,00 77 914,70 Aalter 38 882,50 18 001,32 Aarschot 42 413,00 27 885,00 Aartselaar 66 470,20 14 884,28 Alken 66 470,20 11 708,32 Alveringem 20 204,48 nvt Anderlecht 53 605,00 nvt Antwerpen 53

Nadere informatie

Overzicht van de steden en gemeenten die een informatieveiligheidsconsulent hebben aangesteld en waarvoor de VTC een advies heeft gegeven

Overzicht van de steden en gemeenten die een informatieveiligheidsconsulent hebben aangesteld en waarvoor de VTC een advies heeft gegeven Overzicht van de steden en gemeenten die een informatieveiligheidsconsulent hebben aangesteld en waarvoor de VTC een advies heeft gegeven. Stand 9 december 2016 ( lijst 2016-08; kaart v12?)). Steden en

Nadere informatie

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per aanmerking komt voor Dit document bevat het aantal productie-installaties en het nominaal geïnstalleerd elektrisch of mechanisch vermogen van

Nadere informatie

Spreiding van de gezinszorg in Vlaanderen per gemeente in 2004

Spreiding van de gezinszorg in Vlaanderen per gemeente in 2004 Aalst 199.453 94,24 Aantal personeelsleden in VTE: 129,60 91,52 Gemeentelijke mantelzorgtoelage?: J 2,60 Familiehulp 44.286 22,20% Familiezorg Oost-Vl 18.620 9,34% Landelijke Thuiszorg 212 0,11% OCMW 82.936

Nadere informatie

In 2014 werden 113 aanvragen ingediend waarvan er 104 werden goedgekeurd en 9 werden geweigerd.

In 2014 werden 113 aanvragen ingediend waarvan er 104 werden goedgekeurd en 9 werden geweigerd. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 414 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 8 maart 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Compensatie voor indirecte CO2-kosten in 2016 - Aanvragen

Nadere informatie

Aantal leerlingen in het Nederlandstalig buitengewoon onderwijs naar fusiegemeente (hoofdzetel), onderwijsniveau, type en geslacht

Aantal leerlingen in het Nederlandstalig buitengewoon onderwijs naar fusiegemeente (hoofdzetel), onderwijsniveau, type en geslacht 2012-2013 in het Nederlandstalig buitengewoon onderwijs naar fusiegemeente (hoofdzetel), onderwijsniveau, type Toelichting: Deze tabel bevat het aantal leerlingen in het Nederlandstalig buitengewoon kleuter-,

Nadere informatie

Kinderen Eerst! Op weg naar een Huis van het Kind in Heist-op-den- Heist-op-den-Berg Mortsel Huis van het Kind Boechout Boechout

Kinderen Eerst! Op weg naar een Huis van het Kind in Heist-op-den- Heist-op-den-Berg Mortsel Huis van het Kind Boechout Boechout ANTWERPEN Antwerpen Huis van het Kind Zwijndrecht Zwijndrecht, Burcht Boom Huis van het Kind Aartselaar Aartselaar Brasschaat Huis van het Kind Essen Essen Brasschaat Huis van het Kind: De Pagadder Stabroek

Nadere informatie

gemeente Hove* gemeente Ingelmunster gemeente Kampenhout gemeente Kapellen* gemeente Kaprijke gemeente Knokke-Heist gemeente Kortemark gemeente

gemeente Hove* gemeente Ingelmunster gemeente Kampenhout gemeente Kapellen* gemeente Kaprijke gemeente Knokke-Heist gemeente Kortemark gemeente Overzicht van de steden en gemeenten die een informatieveiligheidsconsulent hebben aangesteld en waarvoor de VTC een advies heeft gegeven. Stand 27 juli 2016 ( lijst 2016-05; kaart v10)). Steden en gemeenten

Nadere informatie

gemeente Kaprijke gemeente Knokke-Heist gemeente Kortemark gemeente Kortenaken gemeente Kortenberg gemeente Kruibeke gemeente Kruishoutem gemeente

gemeente Kaprijke gemeente Knokke-Heist gemeente Kortemark gemeente Kortenaken gemeente Kortenberg gemeente Kruibeke gemeente Kruishoutem gemeente Overzicht van de steden en gemeenten die een informatieveiligheidsconsulent hebben aangesteld en waarvoor de VTC een advies heeft gegeven. Stand 26 mei 2016 ( lijst 2016-04; kaart v9)). Steden en gemeenten

Nadere informatie

Verslag over de juridische aspecten van energie-efficiëntie in de textielindustrie

Verslag over de juridische aspecten van energie-efficiëntie in de textielindustrie Verslag over de juridische aspecten van energie-efficiëntie in de textielindustrie Overzicht van legale aspecten betreffende energie-efficiëntie in Vlaanderen die van belang zijn voor de textielindustrie

Nadere informatie

Ronde Tafel in kader van voorbereiding Vlaams Klimaatbeleidsplan 2013-2020. Doelgroep: niet-ver industrie

Ronde Tafel in kader van voorbereiding Vlaams Klimaatbeleidsplan 2013-2020. Doelgroep: niet-ver industrie Ronde Tafel in kader van voorbereiding Vlaams Klimaatbeleidsplan 2013-2020 Doelgroep: niet-ver industrie Beknopt overzicht van bestaande energiemaatregelen 8 mei 2012 Inhoud 0,1PJ 0,5PJ Auditconvenant

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP N. 2003 352 [C 2003/35047] 8 NOVEMBER 2002. Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van de lijst van de bodemsaneringen waarvan de uitvoering ambtshalve

Nadere informatie

2. Hoeveel van de ingediende aanvragen werden geweigerd? Graag totaalaantal en opdeling naar: a) bedrijfstak;

2. Hoeveel van de ingediende aanvragen werden geweigerd? Graag totaalaantal en opdeling naar: a) bedrijfstak; SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 479 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 25 april 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Compensatie voor indirecte CO 2 -kosten in 2014 - Aanvragen

Nadere informatie

nr. 344 van JO DE RO datum: 18 maart 2015 aan HILDE CREVITS

nr. 344 van JO DE RO datum: 18 maart 2015 aan HILDE CREVITS SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 344 van JO DE RO datum: 18 maart 2015 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Inschrijvingen onderwijs Stand van zaken De

Nadere informatie

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten

Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor warmtekrachtcertificaten Aantal productie-installaties en geïnstalleerd vermogen per technologie en per gemeente dat in aanmerking komt voor Dit document bevat het aantal productie-installaties en het nominaal geïnstalleerd elektrisch

Nadere informatie

nr. 170 van JOS DE MEYER datum: 24 december 2014 aan HILDE CREVITS

nr. 170 van JOS DE MEYER datum: 24 december 2014 aan HILDE CREVITS SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 170 van JOS DE MEYER datum: 24 december 2014 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Lokaal flankerend onderwijsbeleid Subsidies

Nadere informatie

JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE AAN DE VLAAMSE OVERHEID WERKJAAR 2005-2006

JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE AAN DE VLAAMSE OVERHEID WERKJAAR 2005-2006 JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE AAN DE VLAAMSE OVERHEID WERKJAAR 2005-2006 JUNI 2006 INHOUDSTAFEL 1. BESLUITEN DOOR DE COMMISSIE GENOMEN 3 2. UITVOERING AUDITCONVENANT STAND VAN ZAKEN 5 2.1 Toetreding tot het

Nadere informatie

De behaalde resultaten in de Belgische voedingsindustrie. Energieeffizienz in der belgischen Industrie BRÜSSEL, 12. MAI 2009

De behaalde resultaten in de Belgische voedingsindustrie. Energieeffizienz in der belgischen Industrie BRÜSSEL, 12. MAI 2009 De behaalde resultaten in de Belgische voedingsindustrie Energieeffizienz in der belgischen Industrie BRÜSSEL, 12. MAI 2009 FEVIA 450 leden-bedrijven + 26 ledengroepering 25 medewerkers Drie actie-domeinen

Nadere informatie

Graag zou ik beschikken over de gegevens van de inschrijvingsprocedure voor het schooljaar

Graag zou ik beschikken over de gegevens van de inschrijvingsprocedure voor het schooljaar SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 333 van JO DE RO datum: 21 april 2016 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Onderwijs - Weigering inschrijving leerlingen

Nadere informatie

NR NAAM DEELNEMER. CIPAL DV Deelnemersregister - laatste aanpassing ingevolge AV 12/06/2015 Ondernemingsnummer /8

NR NAAM DEELNEMER. CIPAL DV Deelnemersregister - laatste aanpassing ingevolge AV 12/06/2015 Ondernemingsnummer /8 I. STEDEN EN GEMEENTEN 1 Gemeente Aalter 2 Gemeente Aartselaar 3 Gemeente Arendonk 4 Gemeente As 5 Gemeente Baarle-Hertog 6 Gemeente Balen 7 Stad Beringen 8 Gemeente Berlaar 9 Stad Bilzen 10 Stad Blankenberge

Nadere informatie

Monitoring 2008. Rapportering definitieve resultaten

Monitoring 2008. Rapportering definitieve resultaten Monitoring 2008 Rapportering definitieve resultaten februari 2010 Voorwoord Zoals afgesproken tijdens de Auditcommissie van 29 september 2009 heeft het Verificatiebureau een aanvullend rapport voor de

Nadere informatie

Artikel 1. In 2015 is er een totaal te verdelen subsidiebudget van 7,3 miljoen euro.

Artikel 1. In 2015 is er een totaal te verdelen subsidiebudget van 7,3 miljoen euro. 1 Ministerieel besluit van 11 december 2015 (BS 15 januari 2016) tot uitvoering van artikel 57 van het Procedurebesluit van 9 mei 2014, wat betreft de programmatieregels voor de verdeling van subsidies

Nadere informatie

Overzicht van de intermediaire partners per provincie

Overzicht van de intermediaire partners per provincie Overzicht van de intermediaire partners per provincie dinsdag 28 april 2015 Provincie Antwerpen 71 partners Centrum Kauwenberg - vzw Cirkant - vzw SPK vzw - Digidak Gemeente/stad Boom Gemeente/stad Brecht

Nadere informatie

Overzicht van de steden en gemeenten die een informatieveiligheidsconsulent hebben aangesteld en waarvoor de VTC een advies heeft gegeven

Overzicht van de steden en gemeenten die een informatieveiligheidsconsulent hebben aangesteld en waarvoor de VTC een advies heeft gegeven Overzicht van de steden en gemeenten die een informatieveiligheidsconsulent hebben aangesteld en waarvoor de VTC een advies heeft gegeven. Stand 22 juni 2017 Steden en gemeenten waarvoor de VTC een advies

Nadere informatie

Workshop Duurzaam Energiebeheer

Workshop Duurzaam Energiebeheer Workshop Duurzaam Energiebeheer Duurzaam omspringen met energie op het bedrijf Duurzaam Energiebeheer Studie Sessie, 2017 Baijan Savalan, Senior Process Engineer TechnipFMC - NL Duurzaam omspringen met

Nadere informatie

De Ambrassade raadt de Vlaamse Regering aan actief op zoek te gaan naar mogelijke locaties om blinde vlekken zelf te ontsluiten.

De Ambrassade raadt de Vlaamse Regering aan actief op zoek te gaan naar mogelijke locaties om blinde vlekken zelf te ontsluiten. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 1412 van TINE SOENS datum: 26 juni 2015 aan BEN WEYTS VLAAMS MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN Aanbod jeugdverblijven - Hiaten De

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIEN EN ENERGIE EN DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: -

Nadere informatie

Artikel Chemie Magazine VNCI BASF reductie lachgas emissies Cursief rode tekst maakt geen deel uit van het artikel Max 1200 woorden

Artikel Chemie Magazine VNCI BASF reductie lachgas emissies Cursief rode tekst maakt geen deel uit van het artikel Max 1200 woorden Artikel Chemie Magazine VNCI BASF reductie lachgas emissies Cursief rode tekst maakt geen deel uit van het artikel Max 1200 woorden Titel: Subtitel: Een win-win situatie Vlaamse Kyoto-doelstelling komt

Nadere informatie

OVERLEGCOMITE FEDERALE REGERING GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN. Vergadering van 8 maart Het Comité keurt de hierbij gevoegde tekst goed.

OVERLEGCOMITE FEDERALE REGERING GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN. Vergadering van 8 maart Het Comité keurt de hierbij gevoegde tekst goed. KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER 1000 Brussel, 8 maart 2004. RP SECRETARIE VAN HET OVERLEGCOMITE OVERLEGCOMITE FEDERALE REGERING GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN Vergadering van 8 maart 2004 Federale

Nadere informatie

JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN. Periode JUNI 2006 JUNI 2007

JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN. Periode JUNI 2006 JUNI 2007 JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN Periode JUNI 2006 JUNI 2007 Juni 2007 Inhoudstafel UITVOERING VAN HET CONVENANT...3 1 Toetredingen - uittredingen...3 2 Aanvaarding energiedeskundigen...3 3 Beoordeling

Nadere informatie

Commissie Benchmarking Vlaanderen

Commissie Benchmarking Vlaanderen Commissie Benchmarking Vlaanderen 023-0170 TOELICHTING 17 ART. 6.4 VAN HET BENCHMARKINGCONVENANT HET GEBRUIK VAN ALTERNATIEVE MAATREGELEN 1. Inleiding Art. 6.4 van het benchmarkingconvenant biedt de mogelijkheid

Nadere informatie

Gezonde Gemeente aantal deelnemende gemeenten. Stand van zaken 30 juni 2015

Gezonde Gemeente aantal deelnemende gemeenten. Stand van zaken 30 juni 2015 Gezonde Gemeente aantal deelnemende gemeenten Stand van zaken 30 juni 2015 Volgnummer Naam Gemeente Gemeente / Stad 1 Tremelo gemeente 2 Bever Gemeente 3 Zaventem Gemeente 4 Sint-Pieters-Leeuw Gemeente

Nadere informatie

nr. 478 van GRETE REMEN datum: 30 maart 2017 aan PHILIPPE MUYTERS OCMW s - Samenwerking met Dyzo

nr. 478 van GRETE REMEN datum: 30 maart 2017 aan PHILIPPE MUYTERS OCMW s - Samenwerking met Dyzo SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 78 van GRETE REMEN datum: maart 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT OCMW s - Samenwerking met begeleidt zelfstandige ondernemers in

Nadere informatie

Impact maatschappelijke rol van Eandis op nettarieven

Impact maatschappelijke rol van Eandis op nettarieven 31 maart 2011 Impact maatschappelijke rol van Eandis op nettarieven 1. Inleiding: samenstelling energiefactuur In de verbruiksfactuur van de energieleverancier zijn de kosten van verschillende marktspelers

Nadere informatie

Rapportering over 2017

Rapportering over 2017 Rapportering over 2017 Gemeente e AALST 4 5.782,00 942,00 4.840,00 0,00 5.782,00 4,919 25.824,75 AALTER 3 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,000 0,00 AARSCHOT 3 3.227,00 3.227,00 0,00 0,00 3.227,00 3,418 17.944,50

Nadere informatie

Rapportering over 2016

Rapportering over 2016 Rapportering over 2016 Gemeente natuur AALST 4 5.782,00 942,00 4.840,00 0,00 5.782,00 4,779 25.089,75 AALTER 3 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,000 0,00 AARSCHOT 3 3.234,00 3.234,00 0,00 0,00 3.234,00 3,355

Nadere informatie

Commissie Benchmarking Vlaanderen

Commissie Benchmarking Vlaanderen Commissie Benchmarking Vlaanderen 023-0143 TOELICHTING 14 AFTOPPING 1 Convenant tekst In Artikel 6, lid 6 van het convenant wordt gesteld: Indien de in de leden 2, 3 en 4 genoemde maatregelen tot gevolgen

Nadere informatie

Code OCMW (NIS) Verhoogde Staatstoelage art in

Code OCMW (NIS) Verhoogde Staatstoelage art in Code OCMW (NIS) Gewest OCMW Verhoogde Staatstoelage art.60 7 2017 in 11001 Vlaanderen AARTSELAAR 15.848 11002 Vlaanderen ANTWERPEN 6.568.967 11004 Vlaanderen BOECHOUT 103.220 11005 Vlaanderen BOOM 287.646

Nadere informatie

ANALYSE ENERGIEAUDIT GROTE ONDERNEMINGEN 26/11/2018

ANALYSE ENERGIEAUDIT GROTE ONDERNEMINGEN 26/11/2018 //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// ANALYSE ENERGIEAUDIT GROTE ONDERNEMINGEN

Nadere informatie

Bijlage E: samenvatting convenanten energie efficiency

Bijlage E: samenvatting convenanten energie efficiency Bijlage E: samenvatting convenanten energie efficiency 1. Het Convenant Benchmarking energie efficiency Op 6 juli 1999 sloot de Nederlandse overheid met de industrie het Convenant Benchmarking energieefficiency.

Nadere informatie

verdeling contingent van 616 takenpakketten voor de jaren

verdeling contingent van 616 takenpakketten voor de jaren verdeling contingent van 616 voor de jaren 2014-2019 AALST 4 AALTER 3 AARSCHOT 3 AARTSELAAR 2 ALKEN 2 ANTWERPEN 12 ANZEGEM 2 ARDOOIE 2 ARENDONK 2 AS 2 ASSE 3 ASSENEDE 3 AVELGEM 2 BALEN 3 BEERNEM 2 BEERSE

Nadere informatie

Project digitaal aanvragen door intermediaire partners

Project digitaal aanvragen door intermediaire partners Vlaamse Overheid Afdeling Studietoelagen Project digitaal aanvragen door intermediaire partners School- en academiejaar 2012-2013 Afdeling Studietoelagen MD/SDV 25-7-2013 Afdeling Studietoelagen MD/SDV

Nadere informatie

Oproep kandidaten nieuwe subsidies kinderopvang

Oproep kandidaten nieuwe subsidies kinderopvang Oproep kandidaten nieuwe subsidies kinderopvang INLEIDING De Vlaamse Regering stelt nieuwe middelen ter beschikking voor subsidies voor kinderopvang van baby s en peuters. Aanvragen zijn mogelijk tot woensdag

Nadere informatie

VERKIEZING VAN HET EUROPESE PARLEMENT VAN 13 JUNI 2004. Verklaring van bewilliging in kandidaatstelling. 1... 2... 3...

VERKIEZING VAN HET EUROPESE PARLEMENT VAN 13 JUNI 2004. Verklaring van bewilliging in kandidaatstelling. 1... 2... 3... FORMULIER C/13 Nederlandse kiescollege VERKIEZING VAN HET EUROPESE PARLEMENT VAN 13 JUNI 2004 Verklaring van bewilliging in kandidaatstelling. Wij, ondergetekenden, kandidaten voorgedragen voor het Europese

Nadere informatie

Commissie Benchmarking Vlaanderen

Commissie Benchmarking Vlaanderen Commissie Benchmarking Vlaanderen 023-0171 TOELICHTING 17 ART. 6.4 VAN HET BENCHMARKINGCONVENANT HET GEBRUIK VAN ALTERNATIEVE MAATREGELEN & EINDAFREKENING BENCHMARKINGCONVENANT 1. Inleiding Art. 6.4 van

Nadere informatie

BIJLAGEN: tabellen en figuren

BIJLAGEN: tabellen en figuren BIJLAGEN: tabellen en figuren gewoon basisonderwijs tabel 1: sterkste stijgers gewoon basisonderwijs in absolute termen (2012-2013 2020-20) stijging van minstens 500 leerlingen tabel 2: sterkste stijgers

Nadere informatie

1. Welke stappen onderneemt de minister om lokale besturen te stimuleren tot het voeren van een degelijk fuifbeleid?

1. Welke stappen onderneemt de minister om lokale besturen te stimuleren tot het voeren van een degelijk fuifbeleid? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 159 van AN CHRISTIAENS datum: 19 maart 2015 aan SVEN GATZ VLAAMS MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL Fuifbeleid - Initiatieven In Vlaanderen wordt elke week massaal gefeest

Nadere informatie

Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen

Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen Oktober 16 Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen Brussels Hoofdstedelijk Gewest Alle bedrijven, met uitzondering van KMO s, moeten tegen 31 december 2016 een erkend energiedeskundige hebben

Nadere informatie

Belgisch Staatsblad dd

Belgisch Staatsblad dd N. 2002 1572 [C 2002/35570] 22 FEBRUARI 2002. Besluit van de Vlaamse Gemeenschap houdende vaststelling van de lijst van de bodemsaneringen waarvan de uitvoering ambtshalve door de Openbare Afvalstoffenmaatschappij

Nadere informatie

DE POLITICI. politici 1

DE POLITICI. politici 1 DE POLITICI Jullie zijn de vertegenwoordigers van de Vlaamse politiek: de minister-president en de minister van Energie. Jullie stellen het beleid van de regering voor aan de andere gesprekspartners. Standpunt

Nadere informatie

Systeem 1: procentuele tussenkomst op abonnementen

Systeem 1: procentuele tussenkomst op abonnementen Systeem : procentuele tussenkomst op abonnementen Aalst //2005 Aartselaar /08/2000 Alken /09/2009 Asse /07/2002 /09/2006 Balen /0/2009 Beernem /02/2000 Bekkevoort /05/2004 Beringen /09/2009 Berlaar /0/2007

Nadere informatie

Strategie en bijzonderheden op het vlak van energie in het Vlaamse Gewest. Milieuvriendelijk investeren brengt u geld op

Strategie en bijzonderheden op het vlak van energie in het Vlaamse Gewest. Milieuvriendelijk investeren brengt u geld op Strategie en bijzonderheden op het vlak van energie in het Vlaamse Gewest Milieuvriendelijk investeren brengt u geld op Jan Vereecke Vlaams Energieagentschap Energiecongres 2007 Assises de l énergie -

Nadere informatie

Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen

Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen November 16 Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen Alle bedrijven, met uitzondering van KMO s, moesten tegen 1 december 2015 een energieaudit laten uitvoeren. Wat als u nog geen verplichte energieaudit

Nadere informatie

Huisvestingsmaatschappij (VHM) beschikt niet over de cijfergegevens verdeeld volgens de erkende woonnoodgebieden.

Huisvestingsmaatschappij (VHM) beschikt niet over de cijfergegevens verdeeld volgens de erkende woonnoodgebieden. Vraag nr. 22 van 22 oktober 1999 van de heer CARL DECALUWE Sociale huursector Huurachterstallen 1. Kan de minister mij, in opvolging van mijn schriftelijke vraag nr. 157 van 30 mei 1997 ( B u l - letin

Nadere informatie

Mobiliteit schoolgaande bevolking van een gemeente - gewoon en buitengewoon secundair onderwijs

Mobiliteit schoolgaande bevolking van een gemeente - gewoon en buitengewoon secundair onderwijs 2015-2016 Mobiliteit schoolgaande bevolking van een gemeente - gewoon en buitengewoon secundair onderwijs Toelichting: In de tabellen zijn de leerlingen in het Nederlandstalig secundair onderwijs opgenomen,

Nadere informatie

VR DOC.1224/2

VR DOC.1224/2 VR 2016 1811 DOC.1224/2 Ontwerp van decreet tot vaststelling van de regels inzake de werking en de verdeling van een Vlaams fonds voor de stimulering van (groot)stedelijke en plattelandsinvesteringen.

Nadere informatie

BEVRAGING IKG. UnieKO VZW Kasteeldreef 66/ Beveren

BEVRAGING IKG. UnieKO VZW Kasteeldreef 66/ Beveren BEVRAGING IKG UnieKO VZW Kasteeldreef 66/1 9120 Beveren 7 juni 2012 UnieKO VZW, Kasteeldreef 66/1, 9120 Beveren - 2012 Deze studie is eigendom van VZW UnieKO en is beschermd door de copyrightwetgeving

Nadere informatie

Commissie Benchmarking Vlaanderen

Commissie Benchmarking Vlaanderen Commissie Benchmarking Vlaanderen 023-0180 TOELICHTING 18 OMGAAN MET ECONOMISCHE CRISIS Interpretatie van het convenant en de toelichtingen in het kader van de economische crisis In de huidige economische

Nadere informatie

Toets_Hfdst10_BronnenVanEnergie

Toets_Hfdst10_BronnenVanEnergie Toets_Hfdst10_BronnenVanEnergie Vragen Samengesteld door: visign@hetnet.nl Datum: 31-1-2017 Tijd: 11:10 Samenstelling: Geowijzer Vraag: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19,

Nadere informatie

JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN PERIODE : JUNI 2007 MEI 2008

JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN PERIODE : JUNI 2007 MEI 2008 JAARVERSLAG AUDITCOMMISSIE VLAANDEREN PERIODE : JUNI 2007 MEI 2008 JUNI 2008 Voorwoord Dit document is de jaarlijkse verslaggeving van de Auditcommissie Vlaanderen aan de bevoegde Minister, zoals bedoeld

Nadere informatie

WELKOM. Jeugdwerk in de Stad

WELKOM. Jeugdwerk in de Stad WELKOM op het startmoment van het traject Jeugdwerk in de Stad Stedelijkheid? Heel breed! Stedelijkheid beperkt zich niet tot de kern van steden, maar lekt naar randgebieden Het Brussels Hoofdstedelijk

Nadere informatie

Vraag nr. 65 van 19 oktober 2011 van ULLA WERBROUCK. Speelzones - Stand van zaken

Vraag nr. 65 van 19 oktober 2011 van ULLA WERBROUCK. Speelzones - Stand van zaken VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Vraag nr. 65 van 19 oktober 2011 van ULLA WERBROUCK Speelzones - Stand van zaken Omdat bossen en

Nadere informatie

57722 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

57722 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 57722 BELGISCH STAATSBLAD 26.10.2006 Ed. 2 MONITEUR BELGE VLAAMSE OVERHEID N. 2006 4313 [C 2006/36544] 1 SEPTEMBER 2006. Besluit van de Vlaamse Regering houdende de bepaling van het aantal particuliere

Nadere informatie

Antwerpen

Antwerpen GEERT BOURGEOIS MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED ANTWOORD op vraag nr. 266 van 19 april 2017 van FRANCESCO VANDERJEUGD 1. Op dit ogenblik

Nadere informatie

Voor meer cijfers, zie beleidsdomein Slagkrachtige stad, rubriek data. Stad Genk Publicatie Inkomens 2013 1

Voor meer cijfers, zie  beleidsdomein Slagkrachtige stad, rubriek data. Stad Genk Publicatie Inkomens 2013 1 De Algemene Directie Statistiek van de FOD Economie publiceerde de cijfers over het netto belastbaar inkomen van 2013 (aanslagjaar 2014). De cijfers zijn gebaseerd op de aangiften in de personenbelastingen.

Nadere informatie

Overzicht brownfieldconvenanten in Vlaanderen

Overzicht brownfieldconvenanten in Vlaanderen Overzicht brownfieldconvenanten in Vlaanderen! 9 gerealiseerde projecten!! 7 projecten in inspraakfase! 60 convenanten in uitvoering 19 projecten in onderhandeling KNOKKE-HEIST 115! VEURNE POPERINGE 59

Nadere informatie

Gezondheidsindicatoren Vlaams Gewest Sterfteatlas van Vlaanderen - beperkte update

Gezondheidsindicatoren Vlaams Gewest Sterfteatlas van Vlaanderen - beperkte update / archief cijfers Gezondheidsindicatoren 2008-2012 Vlaams Gewest Sterfteatlas van Vlaanderen - beperkte update Gepubliceerd op: http:///cijfers 15/07/2015 Door: Heidi Cloots, Herwin De Kind, Erik Hendrickx,

Nadere informatie

VR MED.0463/1

VR MED.0463/1 VR 2017 0112 MED.0463/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL MEDEDELING AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Erkenning lokale radio-omroeporganisaties Bij decreet van 23 december 2016 houdende

Nadere informatie

een zeer lage prijs (bron FOD Economie). 1 De grote stijging zou te wijten zijn aan de verkoop van een zeer groot perceel/groot aantal percelen aan

een zeer lage prijs (bron FOD Economie). 1 De grote stijging zou te wijten zijn aan de verkoop van een zeer groot perceel/groot aantal percelen aan De statistieken over de vastgoedprijzen zijn gebaseerd op gegevens afkomstig van het Kadaster van de FOD Financiën en betreffen de verkopen die onderworpen zijn aan het stelsel van registratierechten.

Nadere informatie

Bijzondere informatieplichten bij de verkoop/verhuur van onroerende goederen

Bijzondere informatieplichten bij de verkoop/verhuur van onroerende goederen Bijzondere informatieplichten bij de verkoop/verhuur van onroerende goederen Elke persoon (vastgoedmakelaar, notaris of eigenaar) die een woning, gelegen in een gemeente die beschikt over een goedgekeurd

Nadere informatie

4Tabellen. en Grafieken

4Tabellen. en Grafieken 4Tabellen en Grafieken 4.1 LOKAAL CULTUURBELEID 4 TA B E L L E N E N G R A F I E K E N 1 L O K A A L C U LT U U R B E L E I D TABEL 1 Lokaal cultuurbeleid Samenvattende tabel subsidies 2005 LOKAAL CULTUURBELEID

Nadere informatie

Begunstigde (gemeente of organisatie) Opmerking: aan deze bedragen kunnen geen rechten worden ontleend.

Begunstigde (gemeente of organisatie) Opmerking: aan deze bedragen kunnen geen rechten worden ontleend. Begunstigde (gemeente of organisatie) Toegezegde bedragen Gemeentelijk Cultuurbeleid 2014 (Vlaamse beleidsprioriteit: LCBVBP01) Aalst 146 671,85 Aalter 78 109,00 Aarschot 87 966,26 Aartselaar 85 323,99

Nadere informatie

Toelichting 01: Praktische richtlijnen voor de uitvoering van de energiebeleidsovereenkomsten

Toelichting 01: Praktische richtlijnen voor de uitvoering van de energiebeleidsovereenkomsten COMMISSIE ENERGIEBELEIDSOVEREENKOMST Toelichting 01: Praktische richtlijnen voor de uitvoering van de energiebeleidsovereenkomsten 1 Inleiding De energiebeleidsovereenkomst (kortweg EBO) voor VER-bedrijven

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, artikel 133, 2, eerste lid;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie, artikel 133, 2, eerste lid; Besluit van de Vlaamse Regering houdende bepaling van het aantal particuliere landelijke, regionale, netwerk- en lokale radio-omroeporganisaties dat kan worden erkend en houdende de opstelling van het

Nadere informatie

Niscode Gemeente publicatie pl en verg reg in bs datum Aalst 27 okt Aalter 15 jul Aartselaar 23 okt Alken 14

Niscode Gemeente publicatie pl en verg reg in bs datum Aalst 27 okt Aalter 15 jul Aartselaar 23 okt Alken 14 Niscode Gemeente publicatie pl en verg reg in bs datum 41002 Aalst 27 okt 2010 44001 Aalter 15 jul 2010 11001 Aartselaar 23 okt 2009 73001 Alken 14 okt 2008 38002 Alveringem 19 feb 2016 11002 Antwerpen

Nadere informatie

Lokale besturen en de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. Halle, 20 maart 2018 Algemene Overlegcommissie

Lokale besturen en de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. Halle, 20 maart 2018 Algemene Overlegcommissie Lokale besturen en de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen Halle, 20 maart 2018 Algemene Overlegcommissie SDGs Inleiding tot de SDGs 3 - SDG's Een terugblik T O E N N U 4 - SDG's MDGs vs SDGs MDGs SDGs

Nadere informatie

Algemene ziekenhuizen : erkenningssituatie : huidig erkende functies per vestigingsplaats

Algemene ziekenhuizen : erkenningssituatie : huidig erkende functies per vestigingsplaats Naam ZA Pall 009 Antwerpen Algemeen Ziekenhuis Middelheim Antwerpen ZiekenhuisNetwerk Antwerpen Antwerpen Campus Middelheim 0 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 Antwerpen Campus ZNA Middelheim / Koningin Paola Kinder

Nadere informatie

BRUGGE Aantal private gezinnen en gemiddelde gezinsgrootte op 1 januari 2004 Aantal private gezinnen

BRUGGE Aantal private gezinnen en gemiddelde gezinsgrootte op 1 januari 2004 Aantal private gezinnen Omvang en evolutie van de bevolking 1 januari 1995 1 januari 2005 Evolutie 1995-2005 (absoluut) Evolutie 1995-2005 (in %) Aantal private gezinnen en gemiddelde gezinsgrootte op 1 januari 2004 Aantal private

Nadere informatie

brochure Duurzaam energiebeheer Duurzaam van 9 to 5 VOOR MILITANTEN VAN ACV, ABVV EN ACLVB - www.a-m.be/duurzaam_energiebeheer.

brochure Duurzaam energiebeheer Duurzaam van 9 to 5 VOOR MILITANTEN VAN ACV, ABVV EN ACLVB - www.a-m.be/duurzaam_energiebeheer. brochure VOOR MILITANTEN VAN ACV, ABVV EN ACLVB - www.a-m.be/duurzaam_energiebeheer.htm Duurzaam energiebeheer Image*After Duurzaam van 9 to 5 Een samenwerking van met de steun van 1 Deze brochure is een

Nadere informatie

2. Hoeveel budget werd daartoe uitgetrokken uit de Vlaamse begroting per begrotingsjaar? Graag een overzicht sinds de invoering van de maatregel.

2. Hoeveel budget werd daartoe uitgetrokken uit de Vlaamse begroting per begrotingsjaar? Graag een overzicht sinds de invoering van de maatregel. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 722 van ANN SOETE datum: 7 september 2018 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Steden en gemeenten - Premiestelsels Eén van de meest hinderlijke

Nadere informatie

Vlaamse Regering VLAAMS MINISTER VAN ECONOMIE, BUITENLANDS BELEID, LANDBOUW EN PLATTELANDSBELEID

Vlaamse Regering VLAAMS MINISTER VAN ECONOMIE, BUITENLANDS BELEID, LANDBOUW EN PLATTELANDSBELEID Vlaamse Regering Ministerieel besluit houdende de uitwerking van de CO 2 -neutraliteit op de bedrijventerreinen VLAAMS MINISTER VAN ECONOMIE, BUITENLANDS BELEID, LANDBOUW EN PLATTELANDSBELEID Gelet op

Nadere informatie

Zorgvragers en zorgverstrekkers Amai! Wat een uitdaging

Zorgvragers en zorgverstrekkers Amai! Wat een uitdaging Zorgvragers en zorgverstrekkers Amai! Wat een uitdaging Omgaan met Armoede Geel, avondsymposium, 16 april 2015 Eric Nysmans, directeur Welzijnszorg Kempen Armoede en Gezondheid Sociale gezondheidskloof

Nadere informatie

VR MED.0081/1

VR MED.0081/1 VR 2017 1702 MED.0081/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW MEDEDELING AAN DE LEDEN VAN VLAAMSE REGERING Betreft: Voortgangsrapport van Vlaams mitigatieplan 2013-2020 met Broeikasgasinventaris

Nadere informatie

2. Hoeveel schade werd aan het Rampenfonds aangegeven? Graag een opsplitsing per provincie en gemeente.

2. Hoeveel schade werd aan het Rampenfonds aangegeven? Graag een opsplitsing per provincie en gemeente. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 266 van FRANCESCO VANDERJEUGD datum: 19 april 2017 aan GEERT BOURGEOIS MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED Rampenfonds

Nadere informatie

VLAAMSE OVERHEID. Leefmilieu, Natuur en Energie

VLAAMSE OVERHEID. Leefmilieu, Natuur en Energie VLAAMSE OVERHEID Leefmilieu, Natuur en Energie [C 2007/35895] 1 JUNI 2007. Ministerieel besluit inzake de rapportering van de elektriciteitsdistributienetbeheerders betreffende de uitvoering van hun REG-actieplannen

Nadere informatie

Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen

Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen Januari 15 Verplichte energieaudit voor grote ondernemingen Alle bedrijven, zonder ISO 14.001 en/of ISO 50.001 en/of MJA/MEE convenant, die niet voldoen aan de definitie kleine en middelgrote ondernemingen

Nadere informatie

Vrije tijd en de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. Brussel, 26 juni 2018

Vrije tijd en de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen. Brussel, 26 juni 2018 Vrije tijd en de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen Brussel, 26 juni 2018 Agenda Timing 10u 10u15 10u35 11u10 11u30 11u45 12u35 12u50 Agenda Rondje van tafel + inleiding op overleg Algemene introductie

Nadere informatie