GRUNDFOS INSTRUCTIES MAGNA3. Installatie- en bedieningsinstructies

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GRUNDFOS INSTRUCTIES MAGNA3. Installatie- en bedieningsinstructies"

Transcriptie

1 GRUNDFOS INSTRUCTIES MAGNA3 Installatie- en bedieningsinstructies

2 Nederlands (NL) Nederlands (NL) Installatie- en bedieningsinstructies Vertaling van de oorspronkelijke Engelse versie. INHOUD Pagina 1. Symbolen die in dit document gebruikt worden 2 2. Algemene informatie Toepassingen Te verpompen vloeistoffen Bedrijfscondities Bescherming tegen vorst Isolatiemantels Terugslagklep Typeplaatje Modeltype Draadloze communicatie Gereedschappen 6 3. Mechanische installatie Het hijsen van de pomp Installeren van de pomp Montage van schakelkast bij uitvoering met stekeraansluiting Plaatsing Posities van de besturingskast Positie pompkop Positie van de besturingskast veranderen Elektrische installatie Voedingsspanning Aansluiting op voedingsspanning bij uitvoeringen met klemaansluiting Aansluiting op voedingsspanning bij uitvoeringen met stekeraansluiting Bedradingschema Aansluiting op externe regelaars Ingang/uitgang communicatie Prioriteit van instellingen Eerste inschakeling, enkelpomp Eerste inschakeling, dubbelpomp Instellingen Overzicht van de instellingen Menu-overzicht Bedieningspaneel Menustructuur Menu "Home" Menu "Status" Menu "Instellingen" Gewenste waarde Bedrijfswijze Regelmethode Regelaarinstellingen FLOWLIMIT Automatisch nachtbedrijf Relaisuitgangen Instellingswaarden voor regelmodi Setpoint-beïnvloeding Buscommunicatie Algemene instellingen Menu "Assist" Ondersteund pomp instellen Datum en tijd instellen Multipomp instelling Setup, analoge ingang Nauwkeurigheid van inschatting debiet Ondersteund foutadvies Draadloos GENIair Multipompfunctie Keuze van de regelmodus Opsporen van storingen Grundfos Eye bedieningsaanwijzingen Signalering van communicatie met afstandsbediening Opsporen van storingen Drukverschil- en temperatuursensor Specificaties van de sensor Sensortoestand Toebehoren Grundfos GO CIM modules Contraflenzen Externe sensoren Kabel voor sensoren Blindflens Isolatiesets voor airconditioning- en koelsystemen Technische specificaties Afvalverwijdering 48 Waarschuwing Lees voor installatie deze installatie- en bedieningsinstructies door. De installatie en bediening dienen bovendien volgens de lokaal geldende voorschriften en regels plaats te vinden. Waarschuwing Dit product kan worden gebruikt door kinderen van acht jaar en ouder, en personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogen of gebrek aan ervaring en kennis als zij onder toezicht staan of zijn geïnstrueerd in het veilige gebruik van het product en als zij de hieraan verbonden risico's begrijpen. Kinderen mogen niet met dit product spelen. Het product mag niet worden gereinigd en er mag geen onderhoud op worden uitgevoerd door kinderen die niet onder toezicht staan. 1. Symbolen die in dit document gebruikt worden Voorzichtig Waarschuwing Als deze veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen, kan dit resulteren in persoonlijk letsel. Waarschuwing Als deze instructies niet worden opgevolgd, kan dit leiden tot een elektrische schok en daaropvolgend risico op persoonlijk letsel of overlijden. Waarschuwing Het oppervlak van dit product kan zo heet zijn dat dit brandwonden of ander persoonlijk letsel kan veroorzaken. Waarschuwing Risico op vallende voorwerpen die persoonlijk letsel kunnen veroorzaken. Waarschuwing Ontsnappende dampen betekenen risico op persoonlijk letsel. Als deze veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen, kan dit resulteren in technische fouten en schade aan de installatie. Opmerkingen of instructies die het werk eenvoudiger maken en zorgen voor een veilige werking. 2

3 2. Algemene informatie De Grundfos MAGNA3 bestaat uit een complete serie circulatiepompen met geïntegreerde regelaar waarmee de pompcapaciteit aan de actuele systeemeisen kan worden aangepast. In veel systemen zal dit een aanzienlijke daling van het energieverbruik tot gevolg hebben, zullen de thermostatische radiatorkranen en andere onderdelen minder geluid produceren, en zal het systeem beter geregeld kunnen worden. De gewenste opvoerhoogte kan op het bedieningspaneel van de pomp worden ingesteld. Waarschuwing Gebruik de pomp niet voor agressieve vloeistoffen, zoals zuren en zeewater. Nederlands (NL) 2.1 Toepassingen De Grundfos MAGNA3 is bedoeld voor het rondpompen van vloeistoffen in de volgende systemen: verwarmingsystemen huishoudelijke warmwatersystemen airconditioning- en koelsystemen. De pomp kan ook worden gebruikt in de volgende systemen: geothermische warmtepompsystemen systemen op zonnewarmte. Afb. 1 Verpompte vloeistoffen (flensuitvoering) TM Te verpompen vloeistoffen De pomp is geschikt voor dunne, schone, niet-agressieve en niet-explosieve vloeistoffen, die geen vaste delen of vezels bevatten die de pomp mechanisch of chemisch kunnen aantasten. Bij verwarmingssystemen dient het water te voldoen aan de eisen van geaccepteerde normen met betrekking tot waterkwaliteit in verwarmingssystemen, bijv. de Duitse norm VDI In huishoudelijke warmwatersystemen adviseren we om alleen MAGNA3 pompen te gebruiken als de hardheid van het water lager is dan ongeveer 14 dh. In huishoudelijke warmwatersystemen adviseren we om de vloeistoftemperatuur lager dan 65 C te houden om kalkaanslag te voorkomen Glycol De pomp kan worden gebruikt voor het verpompen van water/glycol-mengsels van maximaal 50 %. Voorbeeld van een water/ethyleenglycol-mengsel: Maximale viscositeit: 50 cst ~ 50 % water/50 % ethyleenglycol mengsel bij -10 C. De pomp heeft een vermogensbegrenzer die tegen overbelasting beschermt. Het verpompen van glycol-mengsels is van invloed op de max. curve en vermindert de capaciteit, afhankelijk van het water/ethyleenglycol-mengsel en de vloeistoftemperatuur. Om te voorkomen dat het ethyleenglycol-mengsel wordt afgebroken moeten temperaturen hoger dan de nominale vloeistoftemperatuur worden vermeden, en moet de bedrijfstijd bij hoge temperaturen worden geminimaliseerd. Het is belangrijk om het systeem te reinigen en te spoelen voordat het ethyleenglycol-mengsel wordt toegevoegd. Ter voorkoming van corrosie of kalkneerslag dient het ethyleenglycol-mengsel regelmatig te worden gecontroleerd en onderhouden. Volg de instructies van de glycolleverancier op als verdere verdunning van de geleverde ethyleenglycol nodig is. Afb. 2 Verpompte vloeistoffen (schroefdraaduitvoering) De pomp kan op twee verschillende manieren met de voeding worden verbonden, namelijk via terminals of via een stekker. De verbindingsopties zijn beschikbaar voor zowel uitvoeringen met flensaansluiting als uitvoeringen met draadaansluiting. TM Toevoegingen met een hogere dichtheid en/of kinematische viscositeit dan van water zullen de hydraulische capaciteit verlagen. Waarschuwing Gebruik de pomp niet voor brandbare vloeistoffen zoals dieselolie en benzine. 3

4 Nederlands (NL) 2.3 Bedrijfscondities Afb Bedrijfscondities Vloeistoftemperatuur Zie afb. 3, pos. 1. Continu: -10 t/m 110 C. Huishoudelijke warmwatersystemen: Tot 65 C Systeemdruk Zie afb. 3, pos. 2. De maximaal toelaatbare systeemdruk staat vermeld op het typeplaatje van de pomp Testdruk De pompen zijn bestand tegen testdrukken zoals aangegeven in EN Zie hieronder. PN 6: 7,2 bar PN 10: 12 bar PN 6/10: 12 bar PN 16: 19,2 bar. Tijdens normaal bedrijf dient de pomp niet te worden gebruikt bij hogere drukken dan op het typeplaatje vermeld staan. Van pompen die getest zijn met water dat anti-corrosieve additieven bevat worden de flenzen met tape beplakt om te voorkomen dat resterend testwater in de verpakking lekt. Verwijder de tape voordat de pomp wordt geïnstalleerd. De druktest is uitgevoerd met water met anti-corrosieve toevoegingen bij een temperatuur van 20 C Omgevingstemperatuur Zie afb. 3, pos tot 40 C. De besturingskast is luchtgekoeld. Daarom is het van belang dat de maximaal toelaatbare omgevingstemperatuur niet wordt overschreden tijdens bedrijf. Tijdens transport: -40 t/m 70 C Geluidsbelasting Zie afb. 3, pos. 4. De geluidsbelasting van de pomp is lager dan 43 db(a). TM Isolatiemantels Isolatiemantels zijn alleen verkrijgbaar voor enkelpompen. Het warmteverlies van de pomp en het leidingwerk kan worden verminderd door het pomphuis en het leidingwerk te isoleren. Zie afbeeldingen 4 en 19. Isolatiemantels voor pompen in verwarmingsystemen worden bij de pomp meegeleverd. Isolatiemantels voor pompen in airconditioning- en koelsystemen (-10 C en hoger) zijn verkrijgbaar als toebehoren en moeten apart worden besteld. Zie paragraaf 17.7 Isolatiesets voor airconditioning- en koelsystemen. Het aanbrengen van isolatiemantels vergroot de pompafmetingen. Afb. 4 Isolatiemantels 2.6 Terugslagklep Als een terugslagklep in het leidingsysteem wordt geplaatst (afb. 5), moet worden gezorgd dat de ingestelde minimale persdruk van de pomp steeds hoger is dan de sluitdruk van de klep. Dit is vooral van belang bij regeling op basis van proportionele druk (verlaagde opvoerhoogte bij laag debiet). De eerste terugslagklep wordt in de pompinstelling opgenomen als het minimale setpoint 1,0 meter is. Afb. 5 Beperk het warmteverlies vanaf het pomphuis en het leidingwerk. Pompen voor verwarmingsystemen zijn in de fabriek voorzien van isolatiemantels. Verwijder de isolatiemantels voordat de pomp wordt geïnstalleerd. Terugslagklep TM TM Bescherming tegen vorst Voorzichtig Als de pomp tijdens vorst niet wordt gebruikt, dienen er maatregelen genomen te worden om vorstschade te voorkomen. Toevoegingen met een hogere dichtheid en/of kinematische viscositeit dan van water zullen de hydraulische capaciteit verlagen. 4

5 2.7 Typeplaatje Het typeplaatje van de pomp verschaft de volgende informatie: TM Nederlands (NL) Afb. 6 Voorbeeld van typeplaatje Pos. Beschrijving 1 Productnaam 2 Model 3 Productiecode (jaar en week)* 4 Serienummer 5 Productnummer 6 Productieland 7 Beschermingsklasse 8 Energie Efficiëntie Index (EEI) 9 Onderdeel (conform EEI) 10 Temperatuurklasse 11 Minimale stroom [A] 12 Maximale stroom [A] 13 Minimaal vermogen [W] 14 Maximaal vermogen [W] 15 Maximale systeemdruk 16 Spanning [V] en frequentie [Hz] 17 QR (Quick Response) code 18 CE-keurmerk en goedkeuringen 19 Naam en adres van fabrikant * Voorbeeld van productiecode: De pomp is vervaardigd in week 26, TM Afb. 7 Productiecode (PC) op verpakking 5

6 Nederlands (NL) 2.8 Modeltype Deze installatie- en bedieningsinstructies hebben betrekking op model A en B. De modelversie staat aangegeven op het typeplaatje. Zie afb Draadloze communicatie Het radiogedeelte van dit product is een klasse 1 apparaat en kan overal binnen de EU-lidstaten worden gebruikt zonder beperkingen. Bedoeld gebruik Dit product bevat een radio voor afstandsbediening. Het product kan communiceren met de Grundfos GO en met andere MAGNA3 pompen van hetzelfde type via de ingebouwde zender/ontvanger Gereedschappen 1.2 x x 3.5 TX TM Afb. 8 Modeltype op het product U kunt de verschillende modelversies bekijken in het boekje van de MAGNA3. Afb Aanbevolen gereedschappen TM Pos. Gereedschap Maat 1 2 Schroevendraaier, platte kop Schroevendraaier, platte kop 1,2 x 8,0 mm 0,6 x 3,5 mm 3 Schroevendraaier, torx-bit TX20 4 Inbussleutel 5,0 mm 5 Steeksleutel Hangt af van DN maat 6 Kniptang 7 Pijptang Alleen gebruikt voor pompen met moeren 6

7 3. Mechanische installatie 3.1 Het hijsen van de pomp Waarschuwing Neem lokale regelgeving in acht om beperkingen aan het handmatig ophijsen of hanteren in te stellen. Hijs altijd direct op aan de pompkop of de koelvinnen bij het hanteren van de pomp. Zie afb. 10. Voor grote pompen kan het nodig zijn om hijsapparatuur te gebruiken. Plaats de hijsbanden zoals weergegeven in afb Installeren van de pomp De MAGNA3 is ontworpen voor installatie binnenshuis. De MAGNA3 pompserie bevat uitvoeringen met flens- en met schroefdraadaansluiting. Deze installatie- en bedieningsinstructies gelden voor beide uitvoeringen, maar geven een algemene beschrijving van de uitvoeringen met flensaansluiting. Als de uitvoeringen verschillend zijn, dan wordt de uitvoering met schroefdraadaansluiting afzonderlijk beschreven. De pomp moet zodanig worden geïnstalleerd dat de spanningsbelasting van het leidingwerk niet op de pomp wordt overgedragen. De maximaal toelaatbare krachten en momenten van de leidingaansluitingen die inwerken op de pompflenzen of schroefdraadaansluitingen kunnen worden gevonden op pagina 53. De pomp kan direct in de leidingen worden gehangen, op voorwaarde dat het leidingwerk de pomp kan ondersteunen. Dubbelpompen zijn voorbereid op installatie aan een bevestigingsbeugel of op een voetplaat (pomphuis met M12 schroefdraad). Neem het volgende in acht om een goede koeling van de motor en de elektronica te garanderen: Installeer de pomp op een zodanige wijze dat voldoende koeling wordt gegarandeerd. De temperatuur van de omgevingslucht mag niet hoger zijn dan 40 C. Nederlands (NL) Stap Actie Afbeelding Afb. 10 Correct hijsen van de pomp Voorzichtig Hijs de pompkop niet op aan de besturingskast (rode gedeelte van de pomp). Zie afb. 11. TM De stromingsrichting door de pomp wordt door middel van pijlen op het pomphuis aangegeven. De stromingsrichting van de vloeistof kan horizontaal of verticaal zijn, afhankelijk van de positie van de besturingskast. TM TM Sluit de afsluitkleppen en zorg dat het systeem niet onder druk staat tijdens het installeren van de pomp. TM TM Monteer de pomp met pakkingen in het leidingwerk. TM Afb. 11 Incorrect hijsen van de pomp 7

8 3.4 Plaatsing Nederlands (NL) 4 Plaats moeren en bouten. Gebruik de juiste maat bouten overeenkomstig de systeemdruk. Zie pagina 53 voor aanbevolen draaimomenten voor de bouten die gebruikt worden in de flensaansluiting. Uitvoering met schroefdraad: Draai de wartelmoeren aan. TM TM Installeer de pomp altijd met horizontale motoras. Pomp correct geïnstalleerd in een verticale leiding. Zie afb. 14, pos. A. Pomp correct geïnstalleerd in een horizontale leiding. Zie afb. 14, pos. B. Installeer de pomp niet met verticale motoras. Zie afb. 14, pos. C en D. A B Voorzichtig Dubbelpompen die in horizontale leidingen zijn geïnstalleerd moeten bovenin het pomphuis van een automatische ontluchting (Rp 1/4) worden voorzien. Zie afb. 12. C D TM Afb. 14 Pomp geïnstalleerd met horizontale motoras 3.5 Posities van de besturingskast Voor voldoende koeling moet de besturingskast in horizontale positie zijn, met het Grundfos logo in verticale positie. Zie afb. 15. TM Afb. 12 Dubbelpomp met automatische ontluchting 3.3 Montage van schakelkast bij uitvoering met stekeraansluiting De schakelkast voor deze uitvoeringen is via een eccentrische bevestigingspin aan de pomp bevestigd. De pin wordt uitsluitend gebruikt voor servicedoeleinden. Zie afb. 13. Bevestigingspin TM Afb. 15 Pomp met besturingskast in horizontale positie TM Afb. 13 Bevestigingspin voor uitvoeringen met stekeraansluiting 8

9 3.6 Positie pompkop Als de pompkop is verwijderd voordat de pomp in het leidingwerk is geïnstalleerd, let dan vooral op bij het bevestigen van de pompkop aan het pomphuis: 1. Controleer visueel of de vlotterring is gecentreerd in het afdichtingssysteem. Zie afbeeldingen 16 en Laat de pompkop met rotoras en waaier voorzichtig in het pomphuis zakken. 3. Zorg dat het contactoppervlak van het pomphuis en dat van de pompkop in contact met elkaar zijn voordat de klem wordt aangedraaid. Zie afb. 18. Voorzichtig Let op positie van de klem voordat deze wordt aangedraaid. Onjuiste plaatsing van de klem veroorzaakt lekkage bij de pomp en schade aan de hydraulische onderdelen in de pompkop. Zie afb. 18. Nederlands (NL) Afb. 18 Bevestigen van de pompkop aan het pomphuis TM Afb. 16 Correct gecentreerd afdichtingssysteem TM TM Afb. 17 Incorrect gecentreerd afdichtingssysteem 9

10 3.7 Positie van de besturingskast veranderen Nederlands (NL) Waarschuwing 5 Draai de schroef die de klem op z'n plaats houdt tot 8 Nm ± 1 Nm vast. Opmerking: Draai de schroef niet opnieuw aan als condenswater vanaf de klem drupt. 6 Plaats de isolatiemantels. Opmerking: Isolatiemantels voor pompen in airconditioningen koelsystemen moeten apart worden besteld. Waarschuwing Risico op ontsnappende damp. 3 Draai de schroef los in de klem die de pompkop met het pomphuis verbindt. Waarschuwing: Als de schroef te ver wordt losgedraaid, dan wordt de pompkop volledig losgekoppeld van het pomphuis. TM Afbeelding Draai de pompkop voorzichtig in de gewenste positie. Als de pompkop vastzit, geef dan een zachte tik met een rubberen hamer. TM Actie Plaats de besturingskast in horizontale positie zodat het Grundfos logo in verticale positie zit. De motoras moet horizontaal zijn. TM Stap Als alternatief voor isolatiemantels kunnen het pomphuis en de leidingen worden geïsoleerd op de wijze zoals geïllustreerd in afb TM a Enkelpomp. Plaats de klem zo dat de opening naar de pijl wijst. Deze kan op 3 uur, 6 uur, 9 uur of 12 uur gepositioneerd zijn. Afb. 19 Isolatie van het pomphuis en leidingwerk TM TM De besturingskast mag niet worden geïsoleerd of bedekt. TM Voorzichtig Positioneer de opening van de klem zoals weergegeven in stap 4a of 4b, om rekening te houden met de afvoeropening in het statorhuis. TM Laat de pompkop niet laten vallen bij het losmaken van de klem. TM b Dubbelpomp. Plaats de klemmen zo dat de openingen naar de pijlen wijzen. Deze kunnen op 3 uur, 6 uur, 9 uur of 12 uur gepositioneerd zijn. Waarschuwing TM TM Het waarschuwingsymbool op de klem die de pompkop met het pomphuis verbindt geeft aan dat er een risico op persoonlijk letsel is. Zie de specifieke onderstaande waarschuwingen.

11 Sluit de kabelwartel aan op de besturingskast. 4 Trek de voedingskabel door de kabelwartel. 5 Strip de aders van de kabel zoals aangegeven. 6 Sluit de aders van de kabel aan op de voedingstekker. 7 Steek de voedingstekker in de contrastekker in de besturingskast van de pomp. 8 Draai de kabelwartel aan. Plaats het voordeksel terug. Voer de elektrische aansluiting en beveiliging uit in overeenstemming met de lokale voorschriften. Controleer of de voedingsspanning en frequentie overeenkomen met de waarden die op het typeplaatje vermeld staan. Waarschuwing Op de aardlekschakelaar moet het eerste of beide volgende symbolen staan aangegeven: Voor de pomp is geen externe motorbeveiliging nodig. De motor beschikt over thermische beveiliging tegen langzame overbelasting en blokkering (IEC 34-11: TP 211). Wanneer de pomp via de voeding wordt ingeschakeld, dan zal deze na ca. 5 seconden starten. Het aantal in- en uitschakelingen via de voeding mag niet meer dan vier per uur bedragen. 4.1 Voedingsspanning 1 x 230 V ± 10 %, 50/60 Hz, PE. De spanningstoleranties zijn bedoeld voor variaties in de netspanning. Ze zijn niet bedoeld voor pompen die op andere spanningen draaien dan op het typeplaatje staan vermeld. 4.2 Aansluiting op voedingsspanning bij uitvoeringen met klemaansluiting 2 Haal de voedingstekker en kabelwartel uit de kleine papieren zak die bij de pomp is meegeleverd. TM Verwijder de voorzijde van de besturingskast. Opmerking: Verwijder de schroeven niet van het deksel. Afbeelding TM Stap Actie TM Als de pomp is aangesloten op een elektrische installatie waar een aardlekschakelaar wordt gebruikt als aanvullende bescherming, dan moet deze aardlekschakelaar de pomp uitschakelen wanneer aardlekstromen met DC-component (pulserende gelijkstroom) optreden. TM Aarding of neutralisatie moet worden gebruikt als bescherming tegen indirect contact. TM De pomp dient te zijn aangesloten via een externe netschakelaar met een contactopening van ten minste 3 mm voor alle polen. TM Waarschuwing TM Schakel de voedingspanning uit voordat u aansluitingen maakt. 11 Nederlands (NL) 3 TM Elektrische installatie

12 Nederlands (NL) 4.3 Aansluiting op voedingsspanning bij uitvoeringen met stekeraansluiting Monteren van de stekker Stap Actie Afbeelding 1 Bevestig de kabelwartel en de afdekking van de stekker aan de kabel. Strip de aders van de kabel zoals aangegeven. Max. 1,5 mm 2 12 mm 5,5-10 mm 7 mm 17 mm TM Steek de voedingstekker in de contrastekker in de besturingskast van de pomp. Click TM Demonteren van de stekker Stap Actie Afbeelding 2 Sluit de aders van de kabel aan op de voedingstekker. TM Maak de kabelwartel los en verwijder deze van de stekker. TM Buig de kabel met de aders naar boven gericht. TM Trek de afdekking van de stekker af terwijl op beide zijden wordt gedrukt. TM Trek de draadgeleider eruit en gooi deze weg. Klik de afdekking van de stekker op de voedingstekker. TM TM Maak de aders één voor één los door met een schroevendraaier voorzichtig op de klem te duwen. TM Schroef de kabelwartel op de voedingstekker. TM De stekker is nu verwijderd van de voedingstekker. TM

13 4.4 Bedradingschema Aansluiting op voedingsspanning bij uitvoeringen met klemaansluiting Aardlekschakelaar (ELCB) Zekering (10 A, tijdsvertraging) Externe schakelaar TM Nederlands (NL) Afb. 20 Voorbeeld van veelgebruikte aansluiting, 1 x 230 V ± 10 %, 50/60 Hz, PE Aansluiting op voedingsspanning bij uitvoeringen met stekeraansluiting Zekering (10 A, tijdsvertraging) Externe schakelaar Aardlekschakelaar (ELCB) TM Afb. 21 Voorbeeld van een ALPHA-stekker, 1 x 230 V ± 10 %, 50/60 Hz, PE Alle kabels moeten in overeenstemming met de lokale voorschriften worden aangesloten. 4.5 Aansluiting op externe regelaars Max. 24 V DC 22 ma 24V 3 IN Max. 250 V AC 2 A AC V DC 4-20 ma Vcc Vcc Signal Signal I Min. 5 V DC 20 ma 2 L N M A M I S/S NC N0 C 1 L N TM TM Afb. 22 Bedradingsschema voor uitvoeringen met klemaansluiting 13

14 Nederlands (NL) TM Afb. 23 Bedradingsschema voor uitvoeringen met stekeraansluiting De aansluitklemmen an uitvoeringen met stekeraansluiting verschillen van uitvoeringen met klemaansluiting, maar kunnen wel dezelfde functie en aansluitopties hebben. Voor de eisen met betrekking tot signaaldraden en signaalopnemers, zie paragraaf 18. Technische specificaties. Gebruik afgeschermde kabels voor externe aan/uit-schakeling, digitale ingang, sensor en setpointsignalen. Sluit afgeschermde kabels als volgt af van de aardeaansluiting: Uitvoeringen met klemaansluiting: Verbind de kabelafscherming met de aarde via de digitale ingangsklem (aarde). Zie afb. 22. Uitvoeringen met stekeraansluiting: Verbind de kabelafscherming met de aarde via een kabelklem. Zie afb. 23. Waarschuwing Aders die zijn aangesloten op voedingsklemmen, uitgangen NC, NO, C en start/stop-ingang moeten worden gescheiden van elkaar en van de voeding door verstevigde isolatie. 4.6 Ingang/uitgang communicatie Relaisuitgangen Alarm-, gereed- en bedrijfsmelding via signaalrelais. Digitale ingang Start/Stop (S/S) Min. curve (MI) Max. curve (MA). Analoge ingang 0-10 V of 4-20 ma stuursignaal. Te gebruiken voor externe besturing van de pomp of als sensoringang voor de besturing van het externe setpoint. De 24 V voeding van pomp naar sensor is een optie en wordt doorgaans gebruikt waneer er geen externe voeding voorhanden is. Waarschuwing Ingangsvoltages van externe apparatuur moeten worden gescheiden van stroomvoerende onderdelen via verstevigde isolatie. Alle kabels moeten tot 75 C hittebestendig zijn. Alle kabels moeten volgens EN en EN :2000 worden geïnstalleerd. 14

15 4.6.1 Relaisuitgangen Zie afb. 22, pos. 1. De pomp beschikt over twee signaalrelais met een potentiaalvrij wisselcontact voor externe storingsmelding. De functie van de signaalrelais kan worden ingesteld op "Alarm", "Gereed" of "Bedrijf" op het bedieningspaneel van de pomp of met de Grundfos GO. De relais kunnen worden gebruikt voor uitgangen van maximaal 250 V en 2 A. Relais 1 Relais Digitale ingangen Zie afb. 22, pos. 2. De digitale ingang kan worden gebruikt voor externe besturing van start/stop of gedwongen max. of min. curve. Als er geen externe aan/uit-schakelaar is aangesloten, dan dient de doorverbinding tussen klemmen Start/Stop (S/S) en de massa ( ) gehandhaafd te blijven. Deze aansluiting is de fabrieksinstelling. M A M I S/S Nederlands (NL) NC NO C NC NO C Alarm Bedrijf TM Aan/uit-timer Afb. 24 Relaisuitgang Contactsymbool Functie Start/stop NC NO C Normaal gesloten Normaal open Gemeenschappelijk (Common) De functies van de signaalrelais staan vermeld in de onderstaande tabel: Afb. 25 Digitale ingang TM Signaalrelais NC NO C NC NO C NC NO C Signaalrelais Alarmmelding Niet geactiveerd: De voedingsspanning is uitgeschakeld. De pomp heeft geen storing waargenomen. Geactiveerd: De pomp heeft een storing waargenomen. Gereedmelding Contactsymbool M A M I S/S Functie Max. curve 100 % toerental Min. curve 25 % toerental Start/Stop Verbinding met de massa NC NO C NC NO C NC NO C Signaalrelais Niet geactiveerd: De pomp heeft een storing waargenomen en kan niet meer draaien. Geactiveerd: De pomp is uitgeschakeld, maar is gereed om te draaien. De pomp draait. Bedrijfsmelding Externe start/stop De pomp kan via de digitale ingang in- of uitgeschakeld worden. S/S H Start/stop Q Normaal bedrijf Opmerking: Fabrieksinstelling met doorverbinding tussen S/S en NC NO C NC NO C NC NO C Niet geactiveerd: De pomp draait niet. Geactiveerd: De pomp draait. S/S H Q Stop Fabrieksinstellingen van relais: Relais Functie 1 Bedrijfssignaal 2 Alarm-/gereedsignaal 15

16 Externe gedwongen max. of min. curve Nederlands (NL) De pomp kan worden gedwongen om volgens de max. of min. curve te werken via de digitale ingang. M A H Max. curve Q Normaal bedrijf 24V Vcc sensor IN I signal TM M A H Afb. 27 Analoge ingang voor externe sensor, 4-20 ma Q Max. curve Ten behoeve van optimalisatie van de pompcapaciteit kunnen externe sensoren worden gebruikt in de volgende situaties: Min. curve Functie/regelmode Warmte-energiemeter Sensortype Temperatuursensor M I H Constante temperatuur Temperatuursensor Normaal bedrijf Proportionele druk Druksensor Q M I H 1 Min. curve Q 24V IN Selecteer de functie van de digitale ingang op het bedieningspaneel van de pomp of met de Grundfos GO. Vcc Signaal Analoge ingang Zie afb. 22, pos. 3. De analoge ingang kan worden gebruikt voor de aansluiting van een externe sensor om temperatuur of druk te meten. Zie afb. 28. Het is mogelijk om sensortypes met 0-10 V of 4-20 ma signaal te gebruiken. De analoge ingang kan ook worden gebruikt voor een extern signaal voor de besturing vanuit een GBS-systeem of vergelijkbaar besturingsysteem. Zie afb. 29. Als de ingang wordt gebruikt voor de warmte-energiemeter, moet een temperatuursensor in de retourleiding worden geïnstalleerd. Als de pomp in de retourleiding van het systeem is geïnstalleerd, dan moet de sensor in de aanvoerleiding worden geïnstalleerd. Als de regelmodus bij constante temperatuur is geactiveerd en de pomp in de aanvoerleiding van het systeem is geïnstalleerd, dan moet de sensor in de retourleiding worden geïnstalleerd. Als de pomp in de retourleiding van het systeem is geïnstalleerd, dan kan de inwendige temperatuursensor worden gebruikt. De keuze van het type sensor (0-10 V of 4-20 ma) kan worden gewijzigd op het bedieningspaneel van de pomp of met de Grundfos GO. Afb. 28 Voorbeelden van externe sensoren Pos. 1 2 Sensortype Gecombineerde temperatuur- en druksensor, Grundfos type RPI T2. 1/2" aansluiting en 4-20 ma signaal. Druksensor, Grundfos type RPI. 1/2" aansluiting en 4-20 ma signaal. Zie paragraaf 17.4 Externe sensoren voor verdere details. 2 BMS PLC TM V 24V 24V IN IN Vcc Vcc signal sensor TM TM Afb. 26 Analoge ingang voor externe sensor, 0-10 V Afb. 29 Voorbeelden van extern signaal voor de besturing via GBS/PLC 16

17 4.7 Prioriteit van instellingen De externe signalen voor gedwongen besturing zullen de beschikbare instellingen op het bedieningspaneel van de pomp of met de Grundfos GO beperken. De pomp kan echter altijd op bedrijf met max. pompcurve ingesteld worden, of uitgeschakeld worden op het bedieningspaneel van de pomp of met de Grundfos GO. Als twee of meer functies tegelijkertijd worden geactiveerd, dan werkt de pomp volgens de instelling met de hoogste prioriteit. De prioriteit van de instellingen is zoals weergegeven in de onderstaande tabel. Voorbeeld: Als de pomp door een extern signaal gedwongen is uitgeschakeld, dan kan met het bedieningspaneel van de pomp of met de Grundfos GO de pomp alleen op max. curve ingesteld worden. Nederlands (NL) Mogelijke instellingen Prioriteit Bedieningspaneel van de pomp of Grundfos GO Externe signalen Bussignaal 1 Stop 2 Max. curve 3 Stop 4 Stop 5 Max. curve 6 Min. curve 7 Start 8 Max. curve 9 Min. curve 10 Min. curve 11 Start Zoals wordt weergegeven in de tabel, reageert de pomp niet op externe signalen (max. curve en min. curve) als deze via bus wordt bestuurd. Neem voor meer informatie contact op met Grundfos. 17

18 Nederlands (NL) 5. Eerste inschakeling, enkelpomp Schakel de pomp pas in wanneer het systeem met vloeistof is gevuld en volledig is ontlucht. Bovendien dient de vereiste minimale voordruk beschikbaar te zijn aan de zuigzijde van de pomp. Zie paragraaf 18. Technische specificaties. Het systeem mag niet worden ontlucht via de pomp. De pomp ontlucht zichzelf. Voorzichtig De afsluitklep aan de perszijde moet direct na het inschakelen van de pomp worden geopend. Anders kan de temperatuur van de opgepompte vloeistof te hoog worden en schade aan de apparatuur toebrengen. Stap Actie Afbeelding 1 Schakel de voedingsspanning naar de pomp in. Opmerking: Wanneer de pomp wordt ingeschakeld, dan zal deze na ongeveer 5 seconden in AUTO ADAPT starten. TM Display van de pomp bij eerste keer opstarten. Na een paar seconden vertoont het display van de pomp de opstartgids. TM De opstartgids begeleidt u door de algemene instellingen van de pomp, zoals taal, datum en tijd. Als de toetsen op het bedieningspaneel van de pomp gedurende 15 minuten niet worden aangeraakt, dan gaat het display in slaapmodus. Wanneer een toets wordt aangeraakt, dan verschijnt het "Home" display. TM Wanneer de algemene instellingen zijn uitgevoerd, kies dan de gewenste regelmodus of laat de pomp draaien in AUTO ADAPT. Zie paragraaf 6. Instellingen voor aanvullende instellingen. TM

19 5.1 Eerste inschakeling, dubbelpomp TM Nederlands (NL) Afb. 30 MAGNA3 D Controleer of de tweede pompkop is aangesloten op de voedingsbron. Als u de tweede pompkop niet op de voedingsbron hebt aangesloten, wordt waarschuwing 77 weergegeven in het display. Zie afb. 31. Sluit de tweede pompkop aan en schakel de pomp opnieuw in Status Afb. 31 Waarschuwing 77 19

20 Nederlands (NL) 6. Instellingen 6.1 Overzicht van de instellingen Alle instellingen kunnen worden uitgevoerd op het bedieningspaneel van de pomp of met de Grundfos GO. Menu Submenu Aanvullende informatie Gewenste waarde Bedrijfswijze Zie paragraaf 12.1 Gewenste waarde. Zie paragraaf 12.2 Bedrijfswijze. Normaal Stop Min. Max. Regelmethode Zie paragraaf 12.3 Regelmethode. AUTO ADAPT FLOW ADAPT Prop. druk Const. druk Const. temp. Temp.versch. Const. curve Zie paragraaf AUTOADAPT. Zie paragraaf FLOWADAPT. Zie paragraaf Proportionele druk. Zie paragraaf Constante druk. Zie paragraaf Constante temperatuur. Zie paragraaf Temperatuurverschil. Zie paragraaf Constante curve. Regelaarinstellingen Regelaarversterking Kp Zie paragraaf 12.4 Regelaarinstellingen Integrale actietijd regelaar Ti FLOW LIMIT Zie paragraaf 12.5 FLOWLIMIT. Stel de FLOWLIMIT in Automatisch nachtbedrijf Zie paragraaf 12.6 Automatisch nachtbedrijf. Niet actief Actief Relaisuitgangen Zie paragraaf 12.7 Relaisuitgangen. Setpoint-beïnvloeding Buscommunicatie Algemene instellingen Relaisuitgang 1 Relaisuitgang 2 Functie externe gew. waarde Temperatuurbeïnvloeding Pompnummer Taal Stel datum en tijd in Eenheden Instellingen in-/uitschakelen Geschiedenis wissen Home-scherm definiëren Schermhelderheid Herstel fabrieksinstellingen Geef opstartgids weer Zie paragraaf 12.8 Instellingswaarden voor regelmodi. Zie paragraaf Functie externe gew. waarde. Zie paragraaf Temperatuurbeïnvloeding. Zie paragraaf Buscommunicatie. Zie paragraaf Pompnummer. Zie paragraaf Algemene instellingen. Zie paragraaf Taal. Zie paragraaf Stel datum en tijd in. Zie paragraaf Eenheden. Zie paragraaf Instellingen in-/uitschakelen. Zie paragraaf Geschiedenis wissen. Zie paragraaf Home-scherm definiëren. Zie paragraaf Schermhelderheid. Zie paragraaf Herstel fabrieksinstellingen. Zie paragraaf Geef opstartgids weer. 20

21 7. Menu-overzicht Status Instellingen Assist Bedrijfstoestand Gewenste waarde Ondersteund pomp instellen Bedrijfmethode, van Bedrijfswijze Pomp instellen Regelmethode Regelmethode Datum en tijd instellen Pompprestatie Regelaarinstellingen (alleen model B) Datumformaat, datum en tijd Max. curve en werkpunt Regelaarversterking Kp Alleen datum Resulterende gewenste waarde Integrale actietijd regelaar Ti Alleen tijd Vloeistoftemperatuur FLOW LIMIT Multipomp instelling Snelheid FLOWLIMIT-functie inschakelen Setup, analoge ingang Bedrijfsuren Stel de FLOWLIMIT in Beschrijving regelmethode Nederlands (NL) Stroom- en energieverbruik Automatisch nachtbedrijf AUTO ADAPT Stroomverbruik Relaisuitgangen FLOW ADAPT Energieverbruik Relaisuitgang 1 Prop. druk Waarschuwing en alarm Relaisuitgang 2 Const. druk Actuele waarschuwing of alarm Niet actief Const. temp. Waarschuwingslog Gereed Temp.-verschil Waarschuwingslog 1 t/m 5 Alarm Const. curve Alarmlog Bedrijf Ondersteund foutadvies Alarmlog 1 t/m 5 Setpoint-beïnvloeding Geblokkeerde pomp Warmte-energ.meter Functie externe gew. waarde Pompcommunicatiefout Warmtevermogen Temperatuurbeïnvloeding Interne fout Warmte-energie Buscommunicatie Interne sensorfout Debiet Pompnummer Droogloop Volume Algemene instellingen Geforceerd pompen Urenteller Taal Onderspanning Temperatuur 1 Stel datum en tijd in Overspanning Temperatuur 2 Selecteer datumformaat Externe sensorfout Temp.-verschil Stel datum in Werklog Selecteer tijdformaat Bedrijfsuren Stel tijd in Trendgegevens Eenheden Werkpunt in de tijd SI- of US-eenheden 3D met weergave van (Q, H, t) Aangepaste eenheden 3D met weergave van (Q, T, t) Druk 3D met weergave van (Q, P, t) Drukverschil 3D met weergave van (T, P, t) Opvoerhoogte Geïnstalleerde modules Niveau Datum en tijd Debiet Datum Volume Tijd Temperatuur Pompidentificatie Temp.-verschil Multipompsysteem Vermogen Bedrijfstoestand Energie Bedrijfmethode, van Instellingen in-/uitschakelen Regelmethode Geschiedenis wissen Systeemprestatie Wis werklog Werkpunt Warmte-energiegeg. wissen Resulterende gewenste waarde Energieverbruik wissen Systeemidentificatie Home-scherm definiëren Stroom- en energieverbruik Type Home-scherm selecteren Stroomverbruik Lijst met gegevens Energieverbruik Grafische illustratie Andere pomp 1, multipompsys. Inhoud Home-scherm definiëren Lijst met gegevens Grafische illustratie Schermhelderheid Helderheid Herstel fabrieksinstellingen Geef opstartgids weer 21

22 Nederlands (NL) 8. Bedieningspaneel Waarschuwing Bij hoge vloeistoftemperaturen kan het pomphuis zo heet worden dat, om verbranding te voorkomen, alleen het bedieningspaneel aangeraakt mag worden. 10. Menu "Home" Home TM Navigatie Home Druk op om naar het menu "Home" te gaan. Menu "Home" (fabrieksinstelling) Shortcut naar instellingen voor de regelmodus Shortcut naar instellingen voor het setpoint Debiet Opvoerhoogte. Navigeer in het display met of en wissel tussen de twee shortcuts met of. Het display "Home" kan door de gebruiker gedefinieerd worden. Zie paragraaf Home-scherm definiëren. 11. Menu "Status" Afb. 32 Bedieningspaneel Toets Functie 9. Menustructuur Gaat naar het menu "Home". Gaat terug naar de vorige actie. Navigeert tussen hoofdmenu's, displays en cijfers. Wanneer het menu wordt gewijzigd zal het display altijd het bovenste display van het nieuwe menu tonen. Navigeert tussen submenu's. Slaat gewijzigde waarden op, reset storingen en vergroot het waardenbereik. De pomp beschikt over een opstartgids die tevoorschijn komt als u de eerste keer opstart. Na de opstartgids verschijnen de vier hoofdmenu's in het display. Zie paragraaf 5. Eerste inschakeling, enkelpomp. 1. Home Dit menu geeft een overzicht van maximaal vier door de gebruiker gedefinieerde parameters met shortcuts of een Q/H-capaciteitscurve. Zie paragraaf 10. Menu "Home". 2. Status Dit menu toont de status van de pomp en het systeem, en ook waarschuwingen en alarmmeldingen. Zie paragraaf 11. Menu "Status". In dit menu kunnen geen instellingen worden uitgevoerd. 3. Instellingen Dit menu geeft toegang tot alle instellingsparameters. In dit menu kan een gedetaileerde instelling van de pomp worden uitgevoerd. Zie paragraaf 12. Menu "Instellingen". 4. Assist Dit menu geeft ondersteuning bij de instellingen van de pomp, geeft een korte omschrijving van de regelmodi en geeft advies bij storingen. Zie paragraaf 13. Menu "Assist". Navigatie Home > Status Druk op en ga naar het menu "Status" met. Menu "Status" Dit menu geeft de volgende statusinformatie: Bedrijfstoestand Pompprestatie Stroom- en energieverbruik Waarschuwing en alarm Warmte-energ.meter Werklog Geïnstalleerde modules Datum en tijd Pompidentificatie Multipompsysteem. Navigeer tussen submenu's met of Status 22

23 12. Menu "Instellingen" 12.2 Bedrijfswijze Instellingen Bedrijfswijze Nederlands (NL) Navigatie Home > Instellingen Druk op en ga naar het menu "Instellingen" met. Menu "Instellingen" Dit menu geeft de volgende opties voor instellingen: Gewenste waarde Bedrijfswijze Regelmethode Regelaarinstellingen (alleen model B) FLOW LIMIT Automatisch nachtbedrijf Relaisuitgangen Setpoint-beïnvloeding Buscommunicatie Algemene instellingen. Navigeer tussen submenu's met of Gewenste waarde Navigatie Home > Instellingen > Bedrijfswijze Bedrijfswijze Normaal (regelmodus) Stop Min. (min. curve) Max. (max. curve). Instelling: 1. Selecteer bedrijfsmodus met of. 2. Druk op [OK] om op te slaan. De pomp kan worden ingesteld op bedrijf volgens de max. of min. curve, zoals een ongeregelde pomp. Zie afb. 33. H Max. Navigatie Home > Instellingen > Gewenste waarde Gewenste waarde Stel het setpoint overeenkomstig het systeem in. Instelling: 1. Druk op [OK] om de instelling te starten. 2. Kies het cijfer met en en pas aan met of. 3. Druk op [OK] om op te slaan. Een te hoge instelling kan lawaai in het systeem veroorzaken, terwijl een te lage instelling kan resulteren in onvoldoende verwarming of koeling in het systeem Gewenste waarde Min. Afb. 33 Max. en min. curves Normaal: De pomp draait overeenkomstig de geselecteerde regelmodus. Stop: De pomp schakelt uit. Min.: De min. pompcurve kan gebruikt worden in periodes waarbij een minimaal debiet nodig is. Deze bedrijfsmodus is bijvoorbeeld geschikt voor handmatige nachtverlaging indien automatische nachtverlaging niet gewenst is. Max.: De max. pompcurve kan gebruikt worden in periodes waarbij een maximaal debiet nodig is. Deze bedrijfsmodus is bijvoorbeeld geschikt bij prioriteit voor warm water. Q TM Regelmodus Meetunit Proportionele druk m, ft Constante druk m, ft Constante temperatuur C, F, K Constante curve % 23

24 Nederlands (NL) 12.3 Regelmethode Navigatie Home > Instellingen > Regelmethode Regelmethode AUTO ADAPT FLOW ADAPT Prop. druk (proportionele druk) Const. druk (constante druk) Const. temp. (constante temperatuur) Temp.versch. (temperatuurverschil) Const. curve. De bedrijfsmodus moet worden ingesteld op "Normaal" voordat een regelmodus kan worden geactiveerd. Instelling: 1. Selecteer regelmodus met of. 2. Druk op [OK] om te bevestigen. Het setpoint voor alle regelmodi behalve AUTO ADAPT en FLOW ADAPT kan worden gewijzigd in het submenu "Gewenste waarde" onder "Instellingen" wanneer de gewenste regelmodus geselecteerd is. Alle regelmodi behalve "Const. curve" kunnen worden gecombineerd met automatische nachtverlaging. Zie paragraaf 12.6 Automatisch nachtbedrijf. De functie FLOW LIMIT kan ook worden gecombineerd met de laatste vijf regelmodi die hiervoor genoemd zijn. Zie paragraaf 12.5 FLOWLIMIT AUTO ADAPT De regelmodus AUTO ADAPT past continu de pompcapaciteit aan overeenkomstig de actuele systeemkarakteristiek. Handmatige instelling van het setpoint is niet mogelijk. H Regelmethode De regelmodus AUTO ADAPT is een vorm van regeling met proportionele druk waarbij de regelcurves een vaste oorsprong hebben, H auto_min. De regelmodus AUTO ADAPT is speciaal ontworpen voor verwarmingsystemen en wordt niet aanbevolen voor airco- en koelsystemen. Om AUTO ADAPT te resetten, raadpleegt u paragraaf Herstel fabrieksinstellingen FLOW ADAPT Wanneer FLOW ADAPT is geselecteerd, draait de pomp met AUTO ADAPT en wordt gezorgd dat het debiet nooit hoger wordt dan de ingevoerde waarde voor FLOW LIMIT. Het instelbereik voor de FLOW LIMIT is 25 tot 90 % van de Q max van de pomp. De fabrieksinstelling van de FLOW LIMIT is het debiet waarbij de fabrieksinstelling AUTO ADAPT overeenkomt met de max. curve. Zie afb. 35. Afb. 35 FLOW ADAPT Proportionele druk De opvoerhoogte van de pomp wordt verlaagd bij afnemende waterbehoefte en verhoogd bij een toenemende waterbehoefte. Zie afb. 36. Het setpoint kan worden ingesteld met een nauwkeurigheid van 0,1 meter. De opvoerhoogte tegen een gesloten klep bedraagt de helft van het setpoint, H set. H auto_min H fac A 1 H set1 A 1 : Oorspronkelijk werkpunt. A 2 : Lagere geregistreerde opvoerhoogte op de max. curve. A 3 : Nieuw werkpunt na regeling AUTO ADAPT. H set1 : Oorspronkelijke instelling van het setpoint. H set2 : Nieuw setpoint na regeling AUTO ADAPT. H fac. : Zie paragraaf 12.8 Instellingswaarden voor regelmodi. H auto_min : Een vaste waarde van 1,5 m. Stel de waarde voor FLOW LIMIT niet lager in dan het ingestelde werkpunt. H H fac H auto_min 25 % Q max Instelbereik Q fac 90 % Q max Q TM H A set2 3 A 2 Q TM H H set Afb. 34 AUTO ADAPT Wanneer de regelmodus AUTO ADAPT is geactiveerd, schakelt de pomp in met de fabrieksinstelling, H fab = H set1, wat overeenkomt met ongeveer 55 % van de maximale opvoerhoogte, en past daarna de capaciteit aan A 1 aan. Zie afbe. 34. Wanneer de pomp een lagere opvoerhoogte op de max. curve registreert, A 2, selecteert de functie AUTO ADAPT automatisch een overeenkomstig lagere regelcurve, H set2. Als de kleppen in het systeem sluiten, past de pomp zijn capaciteit aan A 3 aan. H set 2 Afb. 36 Proportionele druk Q TM

25 Constante druk De pomp handhaaft een constante druk, onafhankelijk van de watervraag. Zie afb. 37. H Temperatuurverschil De regelmodus voor temperatuurverschil is beschikbaar vanaf model B. De modelversie staat aangegeven op het typeplaatje. Zie afb. 8. Deze regelmodus zorgt voor een constante daling in termperatuurverschil tussen verwarmings- en koelsystemen. In deze regelmodus handhaaft de pomp een constant temperatuurverschil tussen de pomp en de externe sensor. Zie afbeeldingen 39 en 40. Nederlands (NL) Q TM H t Afb. 37 Constante druk Constante temperatuur Deze regelmodus zorgt voor een constante temperatuur. Constante temperatuur is een regelmodus voor comfort die kan worden gebruikt in huishoudelijke warmwatersystemen om het debiet te regelen teneinde een constante temperatuur in het systeem te houden. Zie afb. 38. Wanneer deze regelmodus wordt gebruikt, dan mogen er geen inregelafsluiters in het systeem worden geïnstalleerd. Als de pomp in de aanvoerleiding is geïnstalleerd, dan moet een externe temperatuursensor in de retourleiding van het systeem worden geïnstalleerd. De sensor moet zo dicht mogelijk bij de gebruiker (radiator, warmtewisselaar etc.) worden geïnstalleerd. Afb. 39 Temperatuurverschil Als de pomp in de aanvoerleiding van het systeem is geïnstalleerd, kunt u de ingebouwde temperatuursensor gebruiken. U moet een externe temperatuursensor installeren in de retourleiding van het systeem. Installeer deze sensor zo dicht mogelijk bij de gebruiker (radiator, warmtewisselaar etc.). Zie afb. 40. Q TM We adviseren om de pomp in de aanvoerleiding te installeren. Als de pomp in de retourleiding van het systeem is geïnstalleerd, dan kan de inwendige temperatuursensor worden gebruikt. In dit geval moet de pomp zo dicht mogelijk bij de gebruiker (radiator, warmtewisselaar etc.) worden geïnstalleerd. De regelmodus met constante temperatuur vermindert ook het risico op bacteriegroei (bijvoorbeeld Legionella) in het systeem. Het is mogelijk om het sensorbereik in te stellen: min. -10 C max. 130 C. Afb. 40 Temperatuurverschil t TM H Om te zorgen dat de pomp in staat is om te regelen adviseren we om het sensorbereik in te stellen tussen -5 en 125 C. De constanten van de regelaar, namelijk de versterkingsfactor Kp en de integratietijd Ti zijn in de fabriek ingesteld op 1 voor Kp en 8 sec. voor integratietijd (Ti). In sommige gevallen moeten de instellingen worden gewijzigd afhankelijk van de toepassing en geregelde parameter. Zie 12.4 Regelaarinstellingen. Q TM Afb. 38 Constante temperatuur 25

26 Nederlands (NL) Constante curve De pomp kan worden ingesteld op bedrijf op basis van een constante curve, zoals bij een ongeregelde pomp. Zie afb. 41. Het gewenste toerental kan worden ingesteld in % van maximaal toerental in het bereik van 25 t/m 100 %. H Afb. 41 Constante curve Q TM Als het toerental van de pomp is ingesteld op het bereik tussen minimum en maximum, worden het vermogen en de druk beperkt als de pomp werkt op de max. curve. Dit betekent dat de maximale capaciteit kan worden bereikt op een lager toerental dan 100 %. Zie afb. 42. H Beperkte max. curve 70% 50% 30% Min. 90% Instelling toerental van 0 tot 100 % Q TM Afb. 42 Vermogen- en drukbeperkingen die van invloed zijn op de max. curve 26

27 12.4 Regelaarinstellingen Onderstaande tabel toont de aanbevolen instellingen van de regelaar: Systeem/toepassing Als u de ingebouwde temperatuursensor gebruikt als een van de sensoren, moet u de pomp zo dicht mogelijk bij de verbruiker installeren. t t L2 [m] L2 [m] L2 [m] t Een verandering van de waarden voor K p en T i is van invloed op alle regelmodi. Als u de regelmodus wijzigt in een andere regelmodus, verandert u de waarden voor K p en T i in de fabrieksinstellingen. Fabrieksinstellingen voor alle overige regelmodi: K p = 1. T i = 8. Verwarmingssysteem 1) 1) Bij verwarmingssystemen heeft een toename in pompcapaciteit een stijging in temperatuur bij de sensor tot gevolg. 2) Bij koelsystemen heeft een toename in pompcapaciteit een daling in temperatuur bij de sensor tot gevolg. L1: Afstand in [m] tussen pomp en verbruiker. L2: Afstand in [m] tussen verbruiker en sensor. Instellen van de PI-regelaar Voor de meeste toepassingen zorgt de fabrieksinstelling van de regelconstanten Kp en Ti voor optimale pompwerking. Voor sommige toepassingen kan een aanpassing van de regelaar echter nodig zijn. Het setpoint wordt weergegeven in afbeeldingen 43 en 44 in het menu "Assist" onder 13.1 Ondersteund pomp instellen K p Koelsysteem 2) Ti 0,5-0, (L 1 +L 2 ) - 0, (L 1 +L 2 ) 0,5-0, L 2 Afb. 44 Integrale actietijd regelaar Ti Ga als volgt te werk: 1. Verhoog de versterkingsfactor (Kp) tot de motor instabiel wordt. Instabiliteit kan worden waargenomen door te kijken of de meetwaarde begint te fluctueren. Bovendien is instabiliteit te horen wanneer het geluid van de motor op en neer begint te gaan. Sommige systemen zoals temperatuurregelingen reageren langzaam, wat betekent dat het verscheidene minuten kan duren voordat de motor instabiel wordt. 2. Stel de versterkingsfactor (Kp) in op de helft van de waarde waarbij de motor instabiel werd. Dit is de juiste instelling van de versterkingsfactor. 3. Verlaag de integratietijd (Ti) tot de motor instabiel wordt. 4. Stel de integratietijd (Ti) in op tweemaal de waarde waarbij de motor instabiel werd. Dit is de juiste instelling van de integratietijd. Algemene vuistregels Verhoog Kp als de regelaar te langzaam reageert. Vertraag het systeem door Kp te verlagen of Ti te verhogen als het systeem op en neer gaat of instabiel is. Model A: Gebruik Grundfos GO om de regelaarconstanten Kp en Ti te wijzigen. U kunt alleen positieve waarden instellen. Model B: Wijzig de regelaarinstellingen met behulp van het display of met Grundfos GO. U kunt zowel positieve als negatieve waarden instellen. Nederlands (NL) Regelaarversterking Kp Integrale actietijd regelaar Ti Afb. 43 Regelaarversterking Kp 27

28 Nederlands (NL) 12.5 FLOW LIMIT Navigatie FLOW LIMIT Automatisch nachtbedrijf Om de functie te activeren: selecteer "Actief" met of en druk op [OK]. Als de automatische nachtverlaging is ingeschakeld, dan schakelt de pomp automatisch tussen normaal bedrijf en nachtverlaging (bedrijf met lage capaciteit). Overschakelen tussen normaal bedrijf en nachtverlaging hangt af van de temperatuur van de aanvoerleiding. De pomp schakelt automatisch over op nachtverlaging wanneer de ingebouwde sensor in de aanvoerleiding binnen ongeveer twee uur een temperatuurdaling van meer dan 10 tot 15 C meet. De temperatuurdaling moet ten minste 0,1 C/min bedragen. Omschakeling naar normaal bedrijf vindt plaats zonder tijdsvertraging wanneer de temperatuur ongeveer 10 C gestegen is. Home > Instellingen > FLOW LIMIT FLOW LIMIT FLOWLIMIT-functie inschakelen Stel de FLOWLIMIT in. Instelling: 1. Om de functie te activeren: selecteer "Actief" met of en druk op [OK]. 2. Om de FLOW LIMIT in te stellen: druk op [OK] om de instelling te starten. 3. Kies het cijfer met en en pas aan met of. 4. Druk op [OK] om op te slaan. H Afb. 45 FLOW LIMIT 25 % Q max Instelbereik Q limit De functie FLOW LIMIT kan worden gecombineerd met de volgende regelmodi: Prop. druk Const. druk Const. temp. Const. curve. Een debiet-beperkende functie zorgt ervoor dat het debiet nooit de ingevoerde waarde voor FLOW LIMIT overschrijdt. Het instelbereik voor FLOW LIMIT is 0 tot 90 % van de Q max van de pomp. De fabrieksinstelling van de FLOW LIMIT is het debiet waarbij de fabrieksinstelling voor AUTO ADAPT overeenkomt met de max. curve. Zie afb Automatisch nachtbedrijf 90 % Q max Q TM Automatisch nachtbedrijf Automatische nachtverlaging kan niet worden geactiveerd wanneer de pomp in constante-curve-modus is Relaisuitgangen Navigatie Home > Instellingen > Relaisuitgangen Relaisuitgangen Relaisuitgang 1 Relaisuitgang 2. De relaisuitgangen kunnen worden ingesteld op de volgende waarden: Niet actief Gereed Alarm Bedrijf. De pomp beschikt over twee signaalrelais, klemmen 1, 2 en 3, voor een potentiaalvrije alarm-, gereed- en bedrijfsmelding. Zie paragraaf Relaisuitgangen voor meer informatie. Stel de functie van de signaalrelais, alarmmelding (fabrieksinstelling), gereedmelding en bedrijfsmelding, in op het bedieningspaneel van de pomp. De klemmen 1, 2 en 3 zijn elektrisch gescheiden van de rest van de regelaar. Het signaalrelais werkt als volgt: Niet actief Het signaalrelais is gedeactiveerd. Gereed Het signaalrelais is actief wanneer de pomp draait, of wanneer de pomp gestopt is maar gereed is om te draaien. Alarm Het signaalrelais wordt samen met het rode signaallampje op de pomp geactiveerd. Bedrijf Het signaalrelais wordt samen met het groene signaallampje op de pomp geactiveerd Relaisuitgangen Navigatie Home > Instellingen > Automatisch nachtbedrijf 28

GRUNDFOS INSTRUCTIES MAGNA3. Installatie- en bedieningsinstructies

GRUNDFOS INSTRUCTIES MAGNA3. Installatie- en bedieningsinstructies GRUNDFOS INSTRUCTIES MAGNA3 Installatie- en bedieningsinstructies Nederlands (NL) Nederlands (NL) Installatie- en bedieningsinstructies Vertaling van de oorspronkelijke Engelse versie INHOUD In deze installatie-

Nadere informatie

ENA 50-60 Bijlage. Installatie- en bedieningsinstructies. Flamco www.flamcogroup.com

ENA 50-60 Bijlage. Installatie- en bedieningsinstructies. Flamco www.flamcogroup.com ENA 50-60 Bijlage Installatie- en bedieningsinstructies Flamco www.flamcogroup.com Editie 2010 / NL Inhoud Pagina 1. Inbedrijfstelling 3 1.1. Inbedrijfstelling ENA 50/60 3 1.2. Parameters instellen voor

Nadere informatie

ES-S7B. Buitensirene.

ES-S7B. Buitensirene. ES-S7B Buitensirene www.etiger.com Inhoud van de verpakking 1 x ES-S7B 1 x 12V adapter 1 x back-upbatterij (ingebouwd) 1 x siliconen frame Schroeven, pluggen en siliconen doppen Documentatie Belangrijke

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding EXCLUSIV COMPACT THERMOSTAAT Dit product heeft de volgende eigenschappen: 1) Regeling van de verwarming 2) Eenvoudig te programmeren 3) Twee programma's: programma ingesteld af fabriek

Nadere informatie

T6590B1000 FANCOIL REGELAAR KENMERKEN TOEPASSINGEN PRODUCT GEGEVENS

T6590B1000 FANCOIL REGELAAR KENMERKEN TOEPASSINGEN PRODUCT GEGEVENS T6590B1000 FANCOIL REGELAAR PRODUCT GEGEVENS KENMERKEN TOEPASSINGEN De T6590B1000 ruimteregelaar is ontworpen om de regelafsluiters, ventilator en extra elektrische in fancoil systemen te regelen. Een

Nadere informatie

MAGNA3 Meer dan een pomp

MAGNA3 Meer dan een pomp MAGNA3 Meer dan een pomp Complete serie intelligente circulatiepompen met hoog rendement voor verwarming, koeling, geothermische warmtepompsystemen en toepassingen voor huishoudelijk warm water. eigenschappen

Nadere informatie

MAGNA N 180 1x230V PN10

MAGNA N 180 1x230V PN10 GRUNDFOS DATA BROCHURE MAGNA1 32-8 N 18 1x23V PN1 Grundfos pomp 98254912 Dank u voor uw interesse in onze produkten. Bezoek onze website of neem contact met ons voor meer informatie. https://www.lenntech.nl/grundfos/magna1n/98254912/magna1-32-8-n.html

Nadere informatie

MAGNA F 250 1x230V PN6/10

MAGNA F 250 1x230V PN6/10 GRUNDFOS DATA BROCHURE MAGNA1 4-12 F 25 1x23V PN6/1 Grundfos pomp 97924178 Dank u voor uw interesse in onze produkten. Bezoek onze website of neem contact met ons voor meer informatie. https://www.lenntech.nl/grundfos/magna1/97924178/magna1-4-12-f.html

Nadere informatie

Installatie & onderhouds instructies KAPTIV. Niveau gestuurde condensaat aftap zonder persluchtverlies 09/09

Installatie & onderhouds instructies KAPTIV. Niveau gestuurde condensaat aftap zonder persluchtverlies 09/09 Installatie & onderhouds instructies KAPTIV Niveau gestuurde condensaat aftap zonder persluchtverlies ALGEMENE WERKING De KAPTIV is een niveau gestuurde condensaataftap zonder persluchtverlies. Door de

Nadere informatie

MONTAGEHANDLEIDING. Kamerthermostaat EKRTWA

MONTAGEHANDLEIDING. Kamerthermostaat EKRTWA MONTAGEHANDLEIDING 1 1 2 2 60 mm/2.36 inch 87 mm/3.43 inch ±1.5 m ±60 inch >0.2 m >8 inch 3 34 mm/1.34 inch 125 mm/4.92 inch 3 De Engelse tekst is de oorspronkelijke versie. Andere talen zijn vertalingen

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing Vloeistof stand kachels BINAR-5S BINAR-5S diesel BINAR-5S.24 diesel

Gebruiksaanwijzing Vloeistof stand kachels BINAR-5S BINAR-5S diesel BINAR-5S.24 diesel NL Gebruiksaanwijzing Vloeistof stand kachels BINAR-5S BINAR-5S diesel BINAR-5S.24 diesel 1 Beste klanten, Bedankt voor uw keuze! We hebben alles gedaan om te zorgen dat dit product voldoet aan uw eisen

Nadere informatie

Emotron I/O-board 2.0 Optie

Emotron I/O-board 2.0 Optie Emotron I/O-board 2.0 Optie Voor Emotron VFX/FDU 2.0 AC frequentieregelaar en Emotron TSA softstarter Gebruiksaanwijzing Nederlands Emotron I/O-board 2.0 Optie Voor Emotron VFX/FDU 2.0 AC frequentieregelaar

Nadere informatie

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies

Inhoud. 1. Veiligheidsinstructies 1 2 Inhoud 1. Veiligheidsinstructies... 3 2. Gebruik volgens de voorschriften... 4 3. Omschrijving... 4 4. Toepassingstabel... 4 5. Montage... 4 5.1 Omschrijving van de onderdelen... 5 5.2 Meeneemring

Nadere informatie

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11

Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT 03/11 Installatie & Onderhouds Instructies WARNER-LT Condensaat management waarschuwingssysteem ALGEMENE WERKING 03/11 De WARNER-LT is een condensaat management waarschuwingssysteem. Condensaat management speelt

Nadere informatie

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud Voor installatie moeten deze instructies volledig zijn gelezen en begrepen Inhoud 1 Optionele module 13: driedraads module.. 1 2 Installatie... 2 3 OM13-module instellen en configureren... 8 4 OM13-pakketten...

Nadere informatie

GEBRUIKERSHANDLEIDING

GEBRUIKERSHANDLEIDING GEBRUIKERSHANDLEIDING Warmwater circulatie-unit O DVU 3 kw 230 V INHOUDSOPGAVE Voorwoord pag. 4 Inleiding pag. 5 Technische specificaties pag. 5 Veiligheidsvoorzieningen en instructies pag. 6 Werking van

Nadere informatie

Emotron PTC/PT100 board 2.0 Optie

Emotron PTC/PT100 board 2.0 Optie Emotron PTC/PT100 board 2.0 Optie Gebruiksaanwijzing Nederlands Emotron PTC/PT100 board 2.0 Optie Gebruiksaanwijzing - Nederlands Documentnummer: 01-5920-03 Uitgave: r0 Datum van uitgifte: 01-03-2012

Nadere informatie

Installatie instructies

Installatie instructies 1 Installatie instructies 04-2016 VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK Om veiligheid en een lange levensduur van dit product te garanderen, zal u de bijgesloten instructies strikt in acht moeten nemen. Uw garantie

Nadere informatie

MYSON. Kickspace 500, 600 & 800. Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften. Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden

MYSON. Kickspace 500, 600 & 800. Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften. Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden MYSON Kickspace 500, 600 & 800 Installatie-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften Deze instructies dienen bij het toestel bewaard te worden 1 INHOUDSOPGAVE 1. ALGEMENE INFORMATIE 3 2. ONTWERP CV INSTALLATIE

Nadere informatie

Montagehandleiding Elektrische aandrijving. Garage- en bedrijfsdeuren voor zelfmontage

Montagehandleiding Elektrische aandrijving. Garage- en bedrijfsdeuren voor zelfmontage Montagehandleiding Elektrische aandrijving Garage- en bedrijfsdeuren voor zelfmontage www.derooijgaragedeuren.nl Technische specificaties: Vermogen 220V AC +/- 10% 50 ~60 Hz Radio frequentie 433,92MHz

Nadere informatie

Handleiding Digitale Thermostaat elektrische Handdoekradiatoren

Handleiding Digitale Thermostaat elektrische Handdoekradiatoren Handleiding Digitale Thermostaat elektrische Handdoekradiatoren De BeauHeat digitale thermostaat is een digitale klokthermostaat voor automatische bediening van elektrische handdoekradiatoren. Een externe

Nadere informatie

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren , besturing voor handbediende schuifdeuren HW V1.0 SW V1.0 NL. Inhoudsopgaven: 1 Veiligheidsvoorschriften 2 2 Werking 3 3 Overzicht 4 4 Aansluiten 6 5 Storingen/specificaties 9 1 1 Veiligheidsvoorschriften:

Nadere informatie

PROGRAMMEERBARE TEMPERATUUR DETECTOR TD-1_NL 07/11

PROGRAMMEERBARE TEMPERATUUR DETECTOR TD-1_NL 07/11 TD-1 PROGRAMMEERBARE TEMPERATUUR DETECTOR TD-1_NL 07/11 1. Toepassingen De detector kan temperatuur meten en worden gebruikt om informatie te tonen over: Te lage temperatuur, bijv. in kassen, bloemenwinkels,

Nadere informatie

VDH doc Versie: v1.0 Datum: Software: ALFA75-MTT File: Do WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0,1 C

VDH doc Versie: v1.0 Datum: Software: ALFA75-MTT File: Do WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0,1 C Gebruikershandleiding ALFA 75MTT MelkTankThermostaat. VDH doc. 080743 Versie: v.0 Datum: 29052008 Software: ALFA75MTT File: Do080743.WPD Bereik: 0,0/+80,0 C per 0, C * Beschrijving. De ALFA 75MTT is een

Nadere informatie

Espace bedrade regeling (230 volt)

Espace bedrade regeling (230 volt) Espace bedrade regeling (230 volt) Installatiehandleiding klokthermostaat. Espace klokthermostaat De fraai vormgegeven thermostaat is eenvoudig te bedienen met slechts vier toetsen en is standaard reeds

Nadere informatie

Nieuwe ALPHA2 EEN NIEUWE DEFINITIE VOOR BETROUWBAARHEID EN RENDEMENT

Nieuwe ALPHA2 EEN NIEUWE DEFINITIE VOOR BETROUWBAARHEID EN RENDEMENT Nieuwe ALPHA2 EEN NIEUWE DEFINITIE VOOR BETROUWBAARHEID EN RENDEMENT Complete serie circulatiepompen van professionele kwaliteit voor verwarming, airconditioning en koeling ALPHA2 NIEUWE POMP BETROUWBAARDER

Nadere informatie

Voorschrift. Interface PWM V

Voorschrift. Interface PWM V Installatie Voorschrift Bewaar dit installatievoorschrift goed in de buurt van het toestel. Bij onderhoud of reparatie kan het belangrijk zijn, dat dit boekje voorhanden is. 0020066156 0020066107 Interface

Nadere informatie

GfS Push Bar Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Opbouw GfS Push Bar Alarm...p. 3. Installatie GfS Push Bar Alarm...p. 4

GfS Push Bar Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Opbouw GfS Push Bar Alarm...p. 3. Installatie GfS Push Bar Alarm...p. 4 Art.-Nr.: Montage handleiding GfS Push Bar Alarm Inhoud Algemene omschrijving...p. 2 Opbouw GfS Push Bar Alarm...p. 3 Installatie GfS Push Bar Alarm...p. 4 Functies GfS Push Bar Alarm...p. 5 Art.-Nr.:

Nadere informatie

GRUNDFOS INSTRUCTIES ALPHA2/ALPHA3. Installatie- en bedieningsinstructies

GRUNDFOS INSTRUCTIES ALPHA2/ALPHA3. Installatie- en bedieningsinstructies GRUNDFOS INSTRUCTIES ALPHA2/ALPHA3 Installatie- en bedieningsinstructies Installatie- en bedieningsinstructies Vertaling van de oorspronkelijke Engelse versie INHOUD In deze installatie- en bedieningsinstructies

Nadere informatie

HYDRAULICA EN POMPWERKING REDENEN VOOR VERLAGING VAN HET POMPRENDEMENT

HYDRAULICA EN POMPWERKING REDENEN VOOR VERLAGING VAN HET POMPRENDEMENT HYDRAULICA EN POMPWERKING REDENEN VOOR VERLAGING VAN HET POMPRENDEMENT Redenen voor verlies van rendement Pompen kunnen een lager rendement hebben vanwege: Cavitatie Waterslag Slijtage door zand en andere

Nadere informatie

Installatie & Onderhoudsinstructies 10-2015

Installatie & Onderhoudsinstructies 10-2015 Installatie & Onderhoudsinstructies 1 10-2015 VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK Om veiligheid en een lange levensduur van dit product te garanderen, zal u de bijgesloten instructies strikt in acht moeten nemen.

Nadere informatie

088U0240 / 088U0245. Handleiding CF-MC Hoofdregelaar

088U0240 / 088U0245. Handleiding CF-MC Hoofdregelaar 088U0240 / 088U0245 NL Handleiding 2 Danfoss Heating Solutions VIUHK710 Danfoss 03/2011 Inhoud 1. Inleiding...................................................................... 4 2. Overzicht van het

Nadere informatie

CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur

CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur CCE-200, 201, 202, 203, 204 & 206 NL Elektronisch bedieningspaneel Installatie-, Montage- en Gebruikshandleiding Voor de Installateur Inhoudsopgave Overzicht van elektronische ketelpanelen en bedieningen...

Nadere informatie

Montage- en gebruiksaanwijzing

Montage- en gebruiksaanwijzing Montage en gebruiksaanwijzing Cooper Safety BV Postbus 3397 4800 DJ Breda Nederland Tel. +31 (0)76 750 53 00 Fax +31 (0)76 587 14 22 www.coopersafety.nl Pagina 1 1. Algemene opmerkingen 1.1 Korte beschrijving

Nadere informatie

Handleiding ALFA(NET) 71 0/+100 C

Handleiding ALFA(NET) 71 0/+100 C Handleiding ALFA(NET) 71 0/+100 C 1 Werking De ALFA(NET) 71 is een Paneel inbouw thermostaat-unit. Verder heeft de thermostaat ook drie relais uitgangen instelbaar voor functie koelen, verwarmen of alarm.

Nadere informatie

GRUNDFOS DATA BOOKLET. Zelf aanzuigende meertraps pomp 50 Hz

GRUNDFOS DATA BOOKLET. Zelf aanzuigende meertraps pomp 50 Hz GRUNDFOS DATA BOOKLET Zelf aanzuigende meertraps pomp 50 Hz Inhoud Algemene gegevens Toepassingen blz 3 Typesleutel blz 3 Te verpompen media blz 3 Gebruikscondities blz 3 Technische gegevens blz 3 Kenmerken

Nadere informatie

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4 Art.-Nr.: Art.-Nr.: Montage handleiding Inhoud Algemene omschrijving...p. Montage handleiding en functies...p. Instellingen van magneet contacten...p. Aansluiting met draadloos magneet contact...p. Aansluiting

Nadere informatie

gebruikershandleiding / user manual / betriebsanleitung

gebruikershandleiding / user manual / betriebsanleitung gebruikershandleiding / user manual / betriebsanleitung Inhoudsopgave Technische gegevens Technische gegevens...2 Algemene informatie...2 Installatie...3 Navigatie...3 Inbedrijfstelling... 4-5 Hoofdscherm...6

Nadere informatie

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen

Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen Handleiding aansluiten en in gebruik nemen zelfaanzuigende SHE pompen Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Inleiding 3 Uitvoering 3 Installatie 3 Vullen 5 Starten ( eerste keer) 5 Starten ( normaal gebruik) 5

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB-RF

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB-RF Montagehandleiding voor de vakman VIESMANN Vitotrol 100 type UTDB-RF Ruimtetemperatuurregelaar met digitale schakelklok en draadloze ontvanger Bestelnr.: 7426 466, 7426 539 VITOTROL 100 10/2009 Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

GEBRUIKSAANWIJZING. Afstandsbediening BRC315D7

GEBRUIKSAANWIJZING. Afstandsbediening BRC315D7 GEBRUIKSAANWIJZING 1 3 2 1 4 11 NOT AVAILABLE 12 6 5 5 7 8 14 9 10 19 17 18 21 13 20 15 16 1 ONZE WELGEMEENDE DANK VOOR UW AANKOOP VAN DEZE AFSTANDS- BEDIENING. LEES DE HANDLEIDING AANDACHTIG ALVORENS

Nadere informatie

Installatie & onderhouds instructies COMBO-D-LUX. Tijdgestuurde condensaat aftap 02/13

Installatie & onderhouds instructies COMBO-D-LUX. Tijdgestuurde condensaat aftap 02/13 Installatie & onderhouds instructies COMBO-D-LUX Tijdgestuurde condensaat aftap ALGEMENE WERKING 02/13 De COMBO-D-LUX is een alles-in-één tijdgestuurde aftap met een geïntegreerde kogelkraan en zeef. De

Nadere informatie

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene

installatiehandleiding Alarmlicht met sirene installatiehandleiding Alarmlicht met sirene INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT MET SIRENE Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht met sirene. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88

Nadere informatie

BESCHRIJVING FUNCTIE MODES speciaal ontworpen voor vloerverwarming en koeling systemen die aangestuurd worden door actuators. Instelmogelijkheden: Enk

BESCHRIJVING FUNCTIE MODES speciaal ontworpen voor vloerverwarming en koeling systemen die aangestuurd worden door actuators. Instelmogelijkheden: Enk BESCHRIJVING FUNCTIE MODES speciaal ontworpen voor vloerverwarming en koeling systemen die aangestuurd worden door actuators. Instelmogelijkheden: Enkel omgevingsvoeler Enkel externe voeler (vloersensor)

Nadere informatie

MS Semen Storage Pro

MS Semen Storage Pro MS Semen Storage Pro 150 4508425 NL MS Semenstorage PRO 150 Gebruiksaanwijzing... 3 4508425/11-01-2016/F Inhoud MS Semen Storage Pro 150... 1 Bepalingen... 3 Introductie... 4 MS Semen Storage... 5 Aanbevelingen...

Nadere informatie

Magneetklep DN15 t/m DN150

Magneetklep DN15 t/m DN150 Madas type EVP(C)/NC Magneetklep DN15 t/m DN150 Kenmerken Aansluiting schroefdraad G1/2 t/m G2 EN10226 Aansluitingen flenzen DN25 t/m DN150 PN16 ISO 7005 Maximale inlaatdruk 200 mbar optioneel 360 mbar

Nadere informatie

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT

HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT HANDLEIDING QUICKHEAT-FLOOR THERMOSTAAT Technische gegevens: Spanning: 230-240VAC + aarde Frequentie: 50-60Hz Weerstandsbelasting: 16A (3600W-230VAC) Inductieve belasting: 1A IP Waarde: IP21 Aanpassing:

Nadere informatie

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften POM ( MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften Inhoudstafel VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN 3 PRODUCTBESCHRIJVING 4 GEBRUIKSTOEPASSING 4 TECHNISCHE GEGEVENS 4 STANDAARDEN 4 OPERATIONELE DIAGRAMMEN

Nadere informatie

RCW Afstandsbediening

RCW Afstandsbediening RCW Afstandsbediening Gebruikershandleiding - Nederlands MURCW 747 399569 Afstandsbediening. 1. Aan uit toets. 2. Selectie toets (koelen, verwarmen, automatisch koelen/verwarmen, ontvochtigen, ventileren).

Nadere informatie

Geiser GWH11 COP... / GWH14 COP... / GWH18 COP... gebruiksaanwijzing (2015/04) NL

Geiser GWH11 COP... / GWH14 COP... / GWH18 COP... gebruiksaanwijzing (2015/04) NL Geiser GWH11 COP... / GWH14 COP... / GWH18 COP... gebruiksaanwijzing NL 2 Index Index 1 Toelichting bij de symbolen en veiligheidsaanwijzingen........................3 1.1 Uitleg van de symbolen...................

Nadere informatie

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator

Bestnr Toerentalregelaar voor ventilator Bestnr. 53 73 73 Toerentalregelaar voor ventilator Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar

Nadere informatie

Set-Up instructies MULTICONTROLLER _R02

Set-Up instructies MULTICONTROLLER _R02 Set-Up instructies NL MULTICONTROLLER 0664040_R02 Pagina 3 4 5 6 7 8 9 Beschrijving van de set-up mogelijkheden: 0-10V. Gebruik deze instelling indien u de ventilator 0-10V wilt regelen. Aan/Uit. Gebruik

Nadere informatie

Gebruikersinstructie Roth Touchline thermostaat

Gebruikersinstructie Roth Touchline thermostaat Gebruikersinstructie Roth Touchline thermostaat Techneco Energiesystemen BV Kleveringweg 9 2616 LZ Delft T. 015 21 91 000 Symbolen Beschrijving Menu selecteren, wisselen bedrijfsmodus Verstellen waarde

Nadere informatie

Indirecte warmwaterbereider. Modellen: CP- B25 CP- B200

Indirecte warmwaterbereider. Modellen: CP- B25 CP- B200 Indirecte warmwaterbereider Modellen: CP- B25 CP- B200 CP- B50 CP- B250 CP- B75 CP- B00 CP- B0 CP- B50 CP- B125 CP- B400 CP- B150 Installatie- en bedieningsvoorschriften 201.0 1 BESCHRIJVING... 1 2 INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN...

Nadere informatie

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding RF EXCLUSIV COMPACT THERMOSTAAT Dit product heeft de volgende eigenschappen: 1) Regeling van de verwarming 2) Eenvoudig te programmeren 3) Twee programma's: programma ingesteld af

Nadere informatie

HANDLEIDING WINDMETER IED SAG-105WR (10/2009)

HANDLEIDING WINDMETER IED SAG-105WR (10/2009) HANDLEIDING WINDMETER IED SAG-105WR (10/2009) indic bvba, Molenberglei 21, B-2627 Schelle, tel +32(0)3 451 93 93 - fax +32(0)3 887 30 61 www.indiconline.com 1 Inhoud 1 Inhoud... 2 2 CE certificaat... 3

Nadere informatie

Handleiding MH1210B temperatuurregelaar

Handleiding MH1210B temperatuurregelaar Handleiding MH1210B regelaar 1 Formaat gat voor behuizing Breedte: Hoogte: 70,5 mm 28,5 mm 2 Aansluitschema Er zijn een aantal uitvoeringen van de MH1210B in omloop. Bovenstaande afbeelding dient als indicatie.

Nadere informatie

CRE, CRIE, CRNE, CRTE SPKE, MTRE, CME, BMS hp

CRE, CRIE, CRNE, CRTE SPKE, MTRE, CME, BMS hp GRUNDFOS INSTRUCTIES CRE, CRIE, CRNE, CRTE SPKE, MTRE, CME, BMS hp Installatie- en bedieningsinstructies Supplement instructions for pumps with integrated frequency converter Nederlands (NL) Nederlands

Nadere informatie

HANDLEIDING VASCO TIMER MODULE TIMER MODULE

HANDLEIDING VASCO TIMER MODULE TIMER MODULE HANDLEIDING VASCO TIMER MODULE TIMER MODULE INHOUDSTABEL 1. INLEIDING 01 2. VEILIGHEID 01 3. WERKING 01 4. OBOUW 02 ALGEMEEN 02 MAATTEKENING 02 MONTAGE 02 ELEKTRISCH SCHEMA 04 4.1 AANSLUITING D300E II

Nadere informatie

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L Ondanks de grootst mogelijke zorgvuldigheid die Tasseron Electronics B.V. aan haar producten en de bijbehorende handleidingen besteedt, kunnen er onvolkomenheden

Nadere informatie

Installatiehandleiding

Installatiehandleiding LC-Products B.V. tel. (+31) 088-8111000 email: info@lc-products.nl website: www.lc-products.nl LC-Products. All rights reserved. No part of this publication may be reproduced in any form or by any means

Nadere informatie

2. Sololift2 WC-1. Kenmerken en voordelen. Capaciteitsgids. Toepassingen. Sololift2. Sololift2 WC-1

2. Sololift2 WC-1. Kenmerken en voordelen. Capaciteitsgids. Toepassingen. Sololift2. Sololift2 WC-1 Sololift. is een klein, compact, installatieklaar, automatisch hevelstation met ingebouwde professionele versnijder. Het is geschikt om pompwater met faecaliën van plaatsen in privéwoningen weg te pompen.

Nadere informatie

Elektronische draadloze ruimtethermostaat D9380 RF-T

Elektronische draadloze ruimtethermostaat D9380 RF-T Elektronische draadloze ruimtethermostaat D9380 RF-T 1 INHOUDSOPGAVE Inleiding 3 Bediening en display 3 Bediening 3 Display 4 Handleiding voor gebruik 4 Gebruiksfuncties 5 Functie COMFORT 5 Functie ECO

Nadere informatie

DTTH SCHAKELAAR VOOR TEMPERATUUR EN VOCHTIGHEID. Montage & gebruiksvoorschriften

DTTH SCHAKELAAR VOOR TEMPERATUUR EN VOCHTIGHEID. Montage & gebruiksvoorschriften TWEEVOUDIGE KANAAL SCHAKELAAR VOOR TEMPERATUUR EN VOCHTIGHEID Montage & gebruiksvoorschriften Inhoudstafel VEILIGHEIDS - & VOORZORGSMAATREGELEN PRODUCTBESCHRIJVING ARTIKEL CODE GEBRUIKSTOEPASSING TECHNISCHE

Nadere informatie

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem

LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem LAADZUIL ELEKTRISCHE MONTAGE EN GEBRUIK VOERTUIGEN HANDLEIDING Deze handleiding is van toepassing op een DIC laadzuil met plug and play systeem INHOUDSOPGAVE DIC laadzuil met plug and play systeem 1 Veiligheidsvoorschriften

Nadere informatie

INSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R. tuinpompen

INSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R. tuinpompen INSTRUCTIEBOEKJE TP800P-TP800R-TP1200R tuinpompen Hartelijk dank! 2 Hartelijk dank dat u voor een EUROM TP tuinpomp gekozen hebt. U hebt daarmee een goede keus gemaakt! Wij hopen dat hij tot uw volle tevredenheid

Nadere informatie

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING

GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING GASTRO BUFFET - SALADEBAR GEBRUIKSAANWIJZING EN ONDERHOUDSHANDLEIDING SBM3 / 125.505 SBM4 / 125.510 SBM6 / 125.520 INHOUDSOPGAVE 1. DOEL en BEREIK 2. AANSPRAKELIJKHEID 3. AANWIJZINGEN 4. BASISEIGENSCHAPPEN

Nadere informatie

Geiser GWH11 COH... / GWH14 COH... / GWH18 COH... gebruiksaanwijzing (2015/04) NL

Geiser GWH11 COH... / GWH14 COH... / GWH18 COH... gebruiksaanwijzing (2015/04) NL Geiser GWH11 COH... / GWH14 COH... / GWH18 COH... gebruiksaanwijzing NL 2 Index Index 1 Toelichting bij de symbolen en veiligheidsaanwijzingen........................3 1.1 Uitleg van de symbolen...................

Nadere informatie

L N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4

L N L N. Fig.3 L N L N. Fig.4 SILET DESIG L L Fig.3 L L Fig.4 L L Ls Fig.5 L L Ls Fig.6 T (min) Fig.7 SILET CRZ L L Ls Fig.8 L L Fig.9 T (min) Fig.10 HR (%) CT-12/14 12 V 50Hz 230 V 50Hz TIME-DELAY FUSE 125 ma MAX. L SILET-100 CZ

Nadere informatie

BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN Veiligheidswaarschuwingen

BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN Veiligheidswaarschuwingen BELANGRIJKE WAARSCHUWINGEN Veiligheidswaarschuwingen Gevaar! Veronachtzaming kan of zal de oorzaak zijn van elektrische schokken met gevaar voor het leven. - Gebruik het verwarmingselement niet in de nabijheid

Nadere informatie

Art-No NL Handleiding

Art-No NL Handleiding Art-No. 18141 NL Handleiding Art-No. 18142 Digitale momentsleutel Art.nr. 18141 3/8 aandrijving, 17-170 Nm Art.nr. 18142 1/2 aandrijving, 20-200 Nm Handleiding Inhoud verpakking: Momentsleutel Batterijen,

Nadere informatie

Beschrijving: SAM 8.1/2 Tl.Nr.: HOL

Beschrijving: SAM 8.1/2 Tl.Nr.: HOL Beschrijving: SAM 8.1/2 Tl.Nr.: 78327.HOL 070815 1. Toepassing De aansluitmodule SAM 8.1/2 maakt eenvoudige bedrading tussen thermostaten en klokthermostaten mogelijk en de daaraan behorende thermische

Nadere informatie

AR280P Clockradio handleiding

AR280P Clockradio handleiding AR280P Clockradio handleiding Index 1. Beoogd gebruik 2. Veiligheid o 2.1. Pictogrammen in deze handleiding o 2.2. Algemene veiligheidsvoorschriften 3. Voorbereidingen voor gebruik o 3.1. Uitpakken o 3.2.

Nadere informatie

Bedrijfsvoorschriften

Bedrijfsvoorschriften 1 Inhoud 2 Inleiding 2 2.1 Gebruiksdoel 2 2.2 Toepassingsgebied 2 2.3 Te ontraden gebruik 2 3 Veiligheid 2 4 Transport en opslag 2 5 Installatievoorschriften 2 5.1 Plaatsing 2 5.2 Inbouw in leidingwerk

Nadere informatie

Installatie-instructie

Installatie-instructie Document vertaald uit het Engels -NL 2013-06-25 A003 Inhoudsopgave 1 Conformiteitsverklaring... 1 2 Waarschuwingen... 2 3 Inleiding product... 3 3.1 Algemeen... 3 3.1.1 Beschrijving van de ruimteregeling...

Nadere informatie

Handleiding GuardCam-LED

Handleiding GuardCam-LED Handleiding GuardCam-LED Stap 1. Plaatsen / verwijderen SD kaart Stap 2. Installeren GuardCam LED Stap 3. Monteren GuardCam LED Stap 4. Aanpassen instellingen Stap 5. Instellen datum, tijd en video mode

Nadere informatie

Ridder PositioningUnit RPU

Ridder PositioningUnit RPU Producthandleiding Ridder PositioningUnit RPU 265036NL - V03-2014.06 Ridder Drive Systems Lorentzstraat 36-38 3846 AX Harderwijk Postbus 360 3840 AJ Harderwijk Nederland T +31 (0)341 416 854 F +31 (0)341

Nadere informatie

EMS 2.0. ModuLine 1010H (2017/05) NL

EMS 2.0. ModuLine 1010H (2017/05) NL EMS 2.0 0010014043-001 ModuLine 1010H 6720869141 (2017/05) NL 1 Gegevens betreffende het product 1 Gegevens betreffende het product Toepassingsmogelijkheden De bedieningseenheid ModuLine 1010H kan alleen

Nadere informatie

Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET

Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET Afstandsbedieningshandleiding IR NED: Cassette model airconditioner CTS-12-SET CTS-18-SET CTS-24-SET CTS Afstandsbediening Infrarood Let op! 1 Zorg ervoor dat er niets tussen de ontvanger en de afstandsbediening

Nadere informatie

KTCM 512. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter Voor modulerende regeling

KTCM 512. Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter Voor modulerende regeling KTCM 512 Gecombineerde regel- en inregelafsluiters voor eindunits Drukgecompenseerde regel- en inregelafsluiter Voor modulerende regeling IMI TA / Regelafsluiter / KTCM 512 KTCM 512 Deze uitstekend presterende,

Nadere informatie

Handleiding. 24Vdc -50/+50 C

Handleiding. 24Vdc -50/+50 C Handleiding ALFA(NET) 51 PI 24Vdc -50/+50 C 1 Werking De ALFA(NET) 51 PI is een DIN-rail thermostaat-unit met een analoge 0-10Vdc PI-uitgang. Verder heeft de thermostaat ook drie relais uitgangen instelbaar

Nadere informatie

Byzoo Sous Vide Hippo

Byzoo Sous Vide Hippo Byzoo Sous Vide Hippo handleiding 220-240V, 50Hz 800W BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN LEES ALLE INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK EN BEWAAR VOOR TOEKOMSTIGE REFERENTIE 1 Lees alle instructies zorgvuldig voor

Nadere informatie

Bedrade afstandsbediening YR-E14

Bedrade afstandsbediening YR-E14 Bedrade afstandsbediening YR-E14 MODE Om de modes : automatisch, ventileren, koelen, ontvochtigen of verwarmen te activeren. HEALTH Om de lucht te reinigen. SWING Het veranderen van de stand van de lamellen,

Nadere informatie

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107

Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT. Modelnr.: *688.107 Professional Supplies EIERKOOKAPPARAAT Modelnr.: *688.107 GEBRUIKSAANWIJZING Om volledig gebruik te maken van de mogelijkheden en storingen tot het minimum te beperken raden wij u aan om de gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Service Manual. Comfort System

Service Manual. Comfort System Service Manual Comfort System Elektronische Regeling Het IRC comfortsysteem is voorzien van een elektronische regeling ten behoeve van besturing en bewaking van het toestel. Het toestel is tevens voorzien

Nadere informatie

Flamco. Automaat voor drukverzorging Ontluchten Bijvullen D1/D2. Installatie- en bedieningsvoorschrift. 2002, Flamco

Flamco. Automaat voor drukverzorging Ontluchten Bijvullen D1/D2. Installatie- en bedieningsvoorschrift. 2002, Flamco Automaat voor drukverzorging Ontluchten Bijvullen D1/D2 7526 NL Installatie- en bedieningsvoorschrift 2002, Flamco Uitvoering A B C D E F G H J - draaibare vataansluitingen (ÜW 1!/2 - bu. 1!/4 ) - metalen

Nadere informatie

installatiehandleiding Alarmlicht

installatiehandleiding Alarmlicht installatiehandleiding Alarmlicht INSTALLATIEHANDLEIDING ALARMLICHT Gefeliciteerd met de aankoop van het WoonVeilig alarmlicht. Telefoonnummer WoonVeilig 0900-388 88 88 E-mail WoonVeilig klantenservice@woonveilig.nl

Nadere informatie

CV module Plus Installatievoorschriften

CV module Plus Installatievoorschriften CV module Plus Installatievoorschriften 2-15 1. BESCHRIJVING... 2 2. INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN... 2 2.1 Algemeen... 2 2.2 Montage... 2 2.3 Aansluitschema's... 3 2.4 Tapwaterzijdige aansluiting... 6 2.5

Nadere informatie

AQUASMART Infrared remote control

AQUASMART Infrared remote control LLOYD'S REGISTER QUALITY ASSURANCE AQUASMART Infrared remote control IS O 9 00 1 001 BEDIENING EN ONDERHOUD Afstandbediening IR afstandsbediening Lees deze gebruiksaanwijzing goed door voordat u de apparatuur

Nadere informatie

Uitsluitend aansluiten op de spanning en frequentie zoals aangegeven op het typeplaatje.

Uitsluitend aansluiten op de spanning en frequentie zoals aangegeven op het typeplaatje. MODELLEN 1221 AANSLUITINGEN 1 kanaal 2 kanalen VEILIGHEIDSINSTRUCTIES In verband met brandgevaar of het risico op een elektrische schok dient inbouw en montage uitsluitend door een elektro vakman te geschieden.

Nadere informatie

handleiding master aansluitmodule 6 zones - 230V/24 V

handleiding master aansluitmodule 6 zones - 230V/24 V handleiding master aansluitmodule 6 zones - 230V/24 V NL 1 GEBRUIKERSHANDLEIDING De Master aansluitmodule -RF is speciaal ontworpen voor de bediening van uw vloerverwarmings-/ koelingssysteem. De module

Nadere informatie

CODUMÉ SCVU2 TECHNISCHE FICHE. Een vooruitstrevende techniek! EPB conform. www.codume.eu

CODUMÉ SCVU2 TECHNISCHE FICHE. Een vooruitstrevende techniek! EPB conform. www.codume.eu TECHNISCHE FICHE CODUMÉ SCVU2 Een vooruitstrevende techniek! EPB conform De Codumé SCVU2 ventilator is het neusje van de zalm voor lokale en gedecentraliseerde ventilatie. Met een permanent debiet van

Nadere informatie

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr

VIESMANN. Montagehandleiding. Uitbreiding EA1. Veiligheidsvoorschriften. voor de vakman. Bestelnr Montagehandleiding voor de vakman VIESMNN Uitbreiding E1 Bestelnr. 7429 151 Veiligheidsvoorschriften Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van lichamelijk letsel en materiële

Nadere informatie

MONTAGEHANDLEIDING WINDBEVEILIGING EOLIS 2

MONTAGEHANDLEIDING WINDBEVEILIGING EOLIS 2 MONTAGEHANDLEIDING WINDBEVEILIGING EOLIS 2 Windbeveiliging Eolis 2 VOEDING 230 V - 50 Hz Pulsschakelaar Centralis IB INLEIDING Deze montagehandleiding bevat instructies voor de montage van de windbeveiliging

Nadere informatie

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE

Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING. 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE Handleiding rookgascondensor INHOUDSOPGAVE: WERKING 1.1 Algemeen 1.2 Werking INSTALLATIE 2.1 Aflevering 2.2 Voorschriften 2.3 Opstelling 2.4 Montage beveiligingen 2.5 Montage rookgasafvoer 2.6 Montage

Nadere informatie

Servomotoren voor kleine afsluiters

Servomotoren voor kleine afsluiters 4 891 Servomotoren voor kleine afsluiters met nominale slag 5,5 mm 80130 80117 SSB... zonder hulpschakelaar SSB...1 met hulpschakelaar Elektrische servomotoren voor kleine afsluiters VMP45..., VVP45...

Nadere informatie

Tyro Pyxis/Auriga 2, 4, 6 of 8 voudige afstandsbediening Handleiding 868 MHz

Tyro Pyxis/Auriga 2, 4, 6 of 8 voudige afstandsbediening Handleiding 868 MHz Handleiding 868 MHz Pyxis zender en Auriga ontvanger Aantal functies: 2, 4, 6 of 8, ON/OFF Toetsfuncties Pyxis zender activeren: houdt de I knop 2 seconden ingedrukt. Pyxis zender deactiveren: houdt de

Nadere informatie

INSTALLATIE INSTRUCTIES

INSTALLATIE INSTRUCTIES 1 INSTALLATIE INSTRUCTIES 01-2016 VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK Om veiligheid en een lange levensduur van dit product te garanderen, zal u de bijgesloten instructies strikt in acht moeten nemen. Uw garantie

Nadere informatie

MONTAGEHANDLEIDING. Kamerthermostaat EKRTW

MONTAGEHANDLEIDING. Kamerthermostaat EKRTW MONTAGEHANDLEIDING 1 1 2 2 60 87 ±1.5 m >0.2 m 3 34 125 3 Inhoud 1. Inleiding... 1 2. Installatie van... 2 3. Codes instellen in het installateurmenu... 5 4. Technische kenmerken... 10 1. Inleiding Lees

Nadere informatie

Hoogefficiënte verwarmingscirculatiepompen. Calio S. Productinformatie

Hoogefficiënte verwarmingscirculatiepompen. Calio S. Productinformatie Hoogefficiënte verwarmingscirculatiepompen Productinformatie Impressum Productinformatie Alle rechten voorbehouden. De inhoud mag zonder schriftelijke toestemming van de fabrikant niet worden verspreid,

Nadere informatie