ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2015"

Transcriptie

1 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2015 Met feedback voor studenten Vanaf de ivtg van september 2015 zal er bij de antwoordsleutel van de vragen niet alleen een literatuurreferentie, maar steeds vaker ook feedback voor studenten worden gegeven. Het kan voorkomen dat vragen of een literatuurreferentie of feedback bevatten. Vervallen vragen (n=4): 14, 49, 78, 113 Sleutelwijzigingen (n=1): 188 Nr. Antwoord 1. B 21. C 2. A 22. B 3. B 23. B 4. A 24. B 5. C 25. B 6. C 26. D 7. C 27. D 8. A 28. B 9. C 29. B 10. C 30. C 11. C 31. B 12. C 32. D 13. A 33. B 14. A 34. A 15. D 35. B 16. D 36. D 17. B 37. A 18. C 38. B 19. A 39. B 20. B 40. C 41. A 42. B 43. D 44. A 45. C 46. A 47. A 48. A 49. B 50. B 51. A 52. C 53. D 54. C 55. A 56. B 57. B 58. A 59. B 60. B 61. C 62. A 63. C 64. B 65. B 66. A 67. B 68. D 69. B 70. B 71. A 72. C 73. A 74. B 75. C 76. D 77. B 78. A 79. B 80. C 81. A 82. A 83. B 84. A 85. D 86. C 87. A 88. D 89. A 90. B 91. A 92. A 93. C 94. D 95. D 96. A 97. B 98. C 99. D 100. A 101. C 102. C 103. D 104. B 105. C 106. A 107. B 108. A 109. B 110. A 111. B 112. C 113. A 114. B 115. C 116. A 117. C 118. A 119. D 120. B 121. D 122. B 123. C 124. C 125. C 126. C 127. D 128. B 129. A 130. B 131. C 132. B 133. C 134. B 135. A 136. B 137. A 138. B 139. B 140. C 141. D 142. C 143. A 144. B 145. B 146. B 147. D 148. B 149. A 150. C 151. B 152. B 153. C 154. C 155. B 156. A 157. C 158. C 159. C 160. B 161. D 162. A 163. A 164. A 165. C 166. A 167. B 168. D 169. B 170. A 171. B 172. D 173. C 174. B 175. A 176. D 177. A 178. D 179. B 180. C 181. C 182. A 183. B 184. A 185. E 186. C 187. C 188. E 189. D 190. A 191. C 192. B 193. A 194. D 195. A 196. B 197. A 198. D 199. A 200. B Nr. Literatuurreferentie EN/OF feedback voor studenten 1. Psychiatry (3e voll.herz. ed. 2005) Gelder M. e.a., blz Essential clinical anatomy (3e ed. 2007) Moore K. e.a., blz Human physiology: from cells to systems (6e ed. 2006/2007) Sherwood L., blz NHG-standaarden voor de huisarts (2013) Bouma M., blz Robbins and Cotran pathologic basis of disease (9th ed. 2014/2015) Kumar V. e.a., blz Diagnostiek van alledaagse klachten: bouwstenen voor rationeel probleemoplossen (2e herz. dr. 2005) Jongh de T. e.a., blz NHG-standaarden voor de huisarts (2009) Wiersma T. e.a., blz Harrison's principles of internal medicine (17e ed. 2008) Fauci A., blz Farmacologie (4e herz. dr. 2009) Sitsen J. e.a., blz Medical biochemistry (3e ed. 2009) Baynes J. e.a., blz Medical biochemistry (3e ed. 2009) Baynes J. e.a., blz Inleiding in evidence-based medicine: klinisch handelen gebaseerd op bewijsmateriaal (3e herz.dr. 2008) Offringa M. e.a., blz Psychology (9th ed. 2011/2012) Bernstein D. e.a., blz NHG-standaarden voor de huisarts (2009) Wiersma T. e.a., blz Dermatovenereologie voor de eerste lijn (8e geh.herz. dr. 2009) Sillevis Smitt J.H. e.a., blz Oogheelkunde (2e herz. dr. 2008) Stilma J. e.a., blz Obstetrie en gynaecologie: de voortplanting van de mens (6e herz.dr. 2007) Heineman M. e.a., blz Medische ethiek (3e herz. dr. 2009) Have ten H. e.a., blz Human physiology: an integrated approach (5e ed. 2009/2010) Silverthorn D. e.a., blz Clinically oriented anatomy (6e ed. 2010) Moore K. e.a., blz Fysische diagnostiek (1e dr. 2010) Jongh de T., blz Sabiston textbook of surgery: the biological basis of modern surgical practice (18e ed. 2008) Sabiston D. e.a., blz Leerboek psychiatrie (2e geh.herz. dr. 2009) Hengeveld M. e.a., blz. geen opgave 24. Medical microbiology (5e ed. 2005) Murray P. e.a., blz Farmacotherapeutisch Kompas 2010, blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz Clinically oriented anatomy (6e ed. 2010) Moore K. e.a., blz Clinically oriented anatomy (6e ed. 2010) Moore K. e.a., blz Medical biochemistry (3e ed. 2009) Baynes J. e.a., blz Oogheelkunde (2e herz. dr. 2008) Stilma J. e.a., blz Dermatologie en venereologie (3e herz. dr. 2000) Vloten van W., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz. 439 FEEDBACK: Een draagster van hemofilie-a geeft ofwel haar normale X-chromosoom door ofwel haar X-chromosoom met afwijkend factor VIII gen. Dus in de helft van de gevallen geeft ze het afwijkende X-chromosoom door, dus 50% van de zonen is aangedaan en 50% van de dochters zal draagster zijn. 33. Sobotta: atlas of human anatomy (14th ed. newly ed. 2009) 1 volume, Putz R. e.a., blz. 18

2 34. Medical physiology: a cellular and molecular approach (2005) Boron W. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., hfdst Epidemiologisch onderzoek: opzet en interpretatie (6e herz. dr. 2010) Bouter L. e.a., blz Medische ethiek (3e herz. dr. 2009) Have ten H. e.a., blz Diagnostiek van alledaagse klachten: bouwstenen voor rationeel probleemoplossen (3e herz. dr. 2011) Jongh de T. e.a., blz Leerboek psychiatrie (2e geh.herz. dr. 2009) Hengeveld M. e.a., blz Keel-neus-oorheelkunde en hoofd-halschirurgie (1e dr. 2007) Huizing E. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz Histology: a text and atlas with correlated cell and molecular biology (6e herz. ed. 2011) Ross M. e.a., blz Medical physiology: a cellular and molecular approach (2e ed. 2009) Boron W. e.a., blz Obstetrie en gynaecologie: de voortplanting van de mens (6e herz.dr. 2007) Heineman M. e.a., blz Oogheelkunde (2e herz. dr. 2008) Stilma J. e.a., blz Medische ethiek (3e herz. dr. 2009) Have ten H. e.a., blz Klinische neurologie (16e herz.dr. 2007/2008) Kuks J. e.a., blz Diagnostiek van alledaagse klachten: bouwstenen voor rationeel probleemoplossen (3e herz. dr. 2011) Jongh de T. e.a., blz Rang and Dale's pharmacology (7th ed. 2011/2012) Rang H. e.a., blz Oncologie voor de algemene praktijk (2e gew. dr. 2009) Vries de J. e.a., blz Leerboek kindergeneeskunde: een interactieve benadering in woord en beeld (2009/2010) Brande van den J. e.a., blz The immune system (3e ed. 2009) Parham P., blz. geen opgave 54. Handleiding medisch-wetenschappelijk onderzoek (4e herz.dr. 2006) Zielhuis G., blz Robbins basic pathology (8e ed. 2007) Kumar V. e.a., blz Robbins basic pathology (8e ed. 2007) Kumar V. e.a., blz Essential clinical anatomy (3e ed. 2007) Moore K. e.a., blz Dermatovenereologie voor de eerste lijn (8e geh.herz. dr. 2009) Sillevis Smitt J.H. e.a., blz Fysische diagnostiek (1e dr. 2010) Jongh de T., blz Medical statistics at a glance (3rd ed. 2009) Petrie A. e.a., blz. 43, NHG-standaarden voor de huisarts. NHGStandaard/M24_svk.htm 62. Anamnese en lichamelijk onderzoek (5e aanzienl. gew. dr. 2008) Meer van der J. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz Essential cell biology (3e ed. 2009/2010) Alberts B., blz Essential cell biology (3e ed. 2009/2010) Alberts B., blz Klinische neurologie (16e herz.dr. 2007/2008) Kuks J. e.a., blz Biochemistry (7e ed. 2012) Berg J. e.a., blz Guyton and Hall Textbook of medical physiology (12e ed. 2010/2011) Hall J. e.a., blz Interne geneeskunde (14e geh. herz. dr. 2010) Meer van der J. en Stehouwer C. e.a., blz Clinical respiratory medicine (3e ed. 2008) Albert R. e.a., blz Neurologie (4e herz. dr. 2010) Hijdra A. e.a., blz Neurologie (4e herz. dr. 2010) Hijdra A. e.a., blz NHG-standaarden voor de huisarts. NHGStandaard/M06_svk.htm 77. Medische ethiek (3e herz. dr. 2009) Have ten H. e.a., blz Ziekten in de huisartspraktijk (5e herz. dr. 2008) Lisdonk van de E. e.a., blz Ziekten in de huisartspraktijk (5e herz. dr. 2008) Lisdonk van de E. e.a., blz Interne geneeskunde (14e geh. herz. dr. 2010) Meer van der J. en Stehouwer C. e.a., blz Ophthalmology: a pocket textbook atlas (2nd rev. ed. 2007) Lang K. e.a., blz Guyton and Hall Textbook of medical physiology (12e ed. 2010/2011) Hall J. e.a., blz Neurologie (4e herz. dr. 2010) Hijdra A. e.a., blz Klinische nefrologie (4e herz. dr. 2005) Jong de P. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (7e ed. 2009) Kumar P. e.a., blz Oogheelkunde (2e herz. dr. 2008) Stilma J. e.a., blz. 37 en Robbins basic pathology (8e ed. 2007) Kumar V. e.a., blz Neurologie (4e herz. dr. 2010) Hijdra A. e.a., blz Volksgezondheid en gezondheidszorg (6e geh. herz. dr. 2012) Mackenbach J. e.a., blz Guyton and Hall Textbook of medical physiology (12e ed. 2010/2011) Hall J. e.a., blz Ziekten in de huisartspraktijk (5e herz. dr. 2008) Lisdonk van de E. e.a., blz Volksgezondheid en gezondheidszorg (6e geh. herz. dr. 2012) Mackenbach J. e.a., blz Essential surgery: problems, diagnosis and management (4e dr. 2007) Burkitt H. e.a., 94. Nelson essentials of pediatrics (6e ed. 2010/2011) Marcdante K. e.a., blz Nelson essentials of pediatrics (6e ed. 2010/2011) Marcdante K. e.a., 96. NVOG Richtlijnen. blz. Fluor Vaginalis 97. Harrison's Online. blz. geen opgave 98. Orthopedie (2e herz. dr. 2008) Verhaar J. e.a., blz. pg Leerboek radiologie (1e dr. 1995) Bloem J. e.a., blz Rang and Dale's pharmacology (7th ed. 2011/2012) Rang H. e.a., blz. 181

3 101. Het onderzoek van de longen (2012) Vaardigheden in de geneeskunde. Duijnhoven van E. e.a., blz Obstetrie en gynaecologie: de voortplanting van de mens (7e geh.herz.dr. 2012) Heineman M. e.a., blz Obstetrie en gynaecologie: de voortplanting van de mens (7e geh.herz.dr. 2012) Heineman M. e.a., blz Inleiding gerontologie en geriatrie (4e herz. dr. 2004) Eulderink F. e.a., blz. 161 FEEDBACK: de belangrijkste risicofactor voor suïcide blijft ook bij ouderen een eerdere suïcidepoging. Daarnaast wordt geschat dat van de mensen die hun leven zelf hebben beëindigd ruim zeventig procent op dat moment depressief was en dat veertig procent aan een ernstige lichamelijke ziekte leed. Onder ouderen komen de hoogste percentages zelfdoding voor, mislukte pogingen daartoe zijn juist veel schaarser. Dit betekent dat bij ouderen de bedoeling om te sterven duidelijk aanwezig is bij een suïcidepoging Leerboek psychiatrie (2e geh.herz. dr. 2009) Hengeveld M. e.a., blz Interne geneeskunde (14e geh. herz. dr. 2010) Meer van der J. en Stehouwer C. e.a., blz FEEDBACK: arteriitis temporalis is een reuscelarteriitis. Dit is een aantasting van de a. temporalis door granuloomvorming met aanwezigheid van reuscellen, histiocyten en macrofagen. De a. temporalis kan hierbij rood en gezwollen zijn en pijnlijk bij palpatie. Klinisch is er meestal malaise, koorts en gewichtsverlies. De aandoening kan optreden tezamen met polymyalgia rheumatica. Specifiek zijn de temporale en occipitale hoofdpijn al of niet met kauwclaudicatie en/of amaurosis fugax. Irreversibel visusverlies is een gevreesde complicatie en komt bij ongeveer 10% van de patiënten voor. Amaurosis fugax is een kortdurende retinale ischemie die zich uit in een visusdaling die in enkele seconden ontstaat (alsof er van boven naar beneden een gordijn valt), meestal 1-5 minuten aanhoudt en in de loop van minuten weer verbetert. Bij herpes zoster ophthalmicus bevinden de afwijkingen zich in het verzorgingsgebied van de n. ophthalmicus. Door aantasting van de cornea kan de visus bedreigd worden maar zal er geen acuut visusverlies zijn. Het virus begeeft zich vanuit de dorsale ganglion via de sensibele zenuw naar het dermatoom waarbij de verschijnselen zoals hoofdpijn, koorts en lymfadenopathie kunnen ontstaan. Eerst ontstaat er pijn en tintelingen, daarna de huidafwijkingen. Bij een (partiële) netvliesloslating treedt er een splijting op tussen het neurosensore deel van de retina en het onderliggende pigmentepitheel waardoor er acuut een verlies van gezichtsscherpte en gezichtsveld ontstaat. Bij een neuralgie is er sprake van enkele seconden durende, zeer heftige, zich herhalende pijnscheuten in het traject van een zenuw. Deze pijnscheuten kunnen enige minuten aanhouden. Deze pijn kan zeer heftig zijn Practical paediatrics (6e ed. 2007) Roberton D. e.a., blz Guyton and Hall Textbook of medical physiology (12e ed. 2010/2011) Hall J. e.a., blz Harrison's Online. blz. chapt Textbook of biochemistry: with clinical correlations (7e ed. 2010/2011) Devlin T. e.a., blz Obstetrie en gynaecologie: de voortplanting van de mens (7e geh.herz.dr. 2012) Heineman M. e.a., blz FEEDBACK: chronische pijn laag in de onderbuik die verergert bij de menstruatie en diepe dyspareunie zijn klassieke klachten die passen bij endometriose. Andere klachten bij endometriose kunnen o.a. zijn cyclusstoornissen (menorragie) en infertiliteit. Cervicale poliepen zijn meestal asymptomatisch. Wel kunnen zij tussentijds bloedverlies of contactbloedingen veroorzaken. De combinatie van menorragie, tussentijds bloedverlies en dysmenorroe is typerend voor een submuceus myoom. Dyspareunie past hier niet bij. Pelvic inflammatory disease (PID) is een ontsteking in het kleine bekken ten gevolge van verspreiding van micro-organismen vanuit de vagina en de cervix naar het endometrium, de tubae en aangrenzende structuren. De pijn bij een PID heeft geen relatie met de menstruatie zoals in deze casus. Ook zijn er vaak ontstekingsverschijnselen zoals koorts Inleiding gerontologie en geriatrie (4e herz. dr. 2004) Eulderink F. e.a., blz FEEDBACK: de absorptie van vitamine B12 kan op drie manieren door atrofische gastritis worden beïnvloed: 1. verminderde productie van intrinsic factor, nodig voor vitamine B12-absorptie; 2. te lage maagzuur- en pepsineproductie waardoor het eiwitgebonden vitamine B12 in de maag niet vrijgemaakt kan worden; 3. versterkte bacteriegroei in de darm ten gevolge van onvoldoende maagzuur, waardoor het vrijgemaakte B12 ongunstig gebonden wordt. Veel ouderen maken weinig of geen maagzuur meer aan, waarschijnlijk ten gevolge van atrofische gastritis. De maaglediging is vertraagd en door de verminderde barrièrefunctie treedt bacteriële overgroei sneller op. Sommige voedingsstoffen worden hierdoor minder goed geabsorbeerd: foliumzuur, vitamine B12, ijzer, calcium en zink. Deficiëntieverschijnselen veroorzaakt door atrofische gastritis zijn eigenlijk alleen geconstateerd voor vitamine B Vander's human physiology: the mechanisms of body function (12 ed. 2011) Widmaier E. e.a., blz. 535, 553 FEEDBACK: Een histamine-2-receptorantagonist (bijv. ranitidine) zorgt voor een verminderde werking van histamine. Dit zorgt voor een afname in de zuursecretie en dus een verhoging van de ph in het lumen van de maag. De gastrinesecretie wordt door H+ geïnhibeerd. Een afname in zuursecretie, zorgt dus voor een toename in gastrinesecretie. Gastrine stimuleert op twee verschillende manieren de pariëtaalcellen in de maag tot de productie en secretie van HCl. Direct, via de cholocystokinine-2 (CCK2) receptor gelegen op de pariëtale cel. Of indirect via de enterochromaffin-like (ECL) cell. Deze indirecte manier is veruit de belangrijkste. Ondanks de toename in gastrinesecretie, zorgt dit middel echter nog steeds voor een verminderde zuurafgifte. Dit komt doordat een groot deel van het effect van gastrine op de zuurafgifte wordt gemedieerd door de stimulatie van histamine afgifte. Daardoor zijn histamine-2-receptorantagonisten (ook wel H2-blokkers genoemd) effectief in het verhogen van de ph in de maag en het verlichten van symptomen van gastro-oesofageale reflux Leerboek psychiatrie (2e geh.herz. dr. 2009) Hengeveld M. e.a., blz FEEDBACK: Een paniekstoornis zonder agorafobie is te diagnosticeren door aanwezigheid van recidiverende, onverwachte paniekaanvallen. Ook moet er na ten minste 1 aanval gedurende 1 maand of langer sprake zijn van voortdurende ongerustheid over het krijgen van de volgende aanval, bezorgdheid over de verwikkeling of consequenties van de aanval en een belangrijke gedragsverandering in samenhang met de aanvallen. Er is afwezigheid van agorafobie en de paniekstoornis veroorzaakt in belangrijke mate lijden of beperkingen in het functioneren. De hartkloppingen, opvliegers, transpireren, misselijkheid, trillen en bang te zijn om gek te worden zijn symptomen die voldoen aan de criteria voor een paniekaanval. Patiënten met een paniekstoornis met agorafobie vermijden plaatsen of situaties van waaruit vluchten onmogelijk is, waarin ze zich schamen of waarbij geen hulp voorhanden is. Bekende plaatsen die vaak vermeden worden: supermarkten, warenhuizen, openbaar vervoer, wachten in een rij, restaurants etc. Een generaliseerde angststoornis kenmerkt zich het meest door een voortdurende aanwezigheid van angsten en nervositeitsklachten zonder duidelijke aanleiding. Er is een buitensporige angst en bezorgdheid betreffende een aantal verschillende levensdomeinen (gezondheid, financiën, huisvesting) die vaker wel dan niet aanwezig is. Dit staat niet verhouding tot de kans of de gevolgen van de gevreesde gebeurtenissen. De bezorgdheid is overheersend en moeilijk in de hand te houden en gaat samen met symptomen van motorische spanning, autonome prikkelbaarheid of rusteloosheid. De angst, bezorgdheid of lichamelijke symptomen veroorzaken lijden of beperkingen in het functioneren. De aandoening duurt tenminste 6 maanden.

4 Bij de sociale angststoornis (fobie) is sprake van extreme angst en vrees voor sociale situaties waarin de patiënt bevreesd is zichzelf belachelijk te maken, kritiek van anderen te krijgen of niet goed aan de eisen te voldoen die de situatie stelt Neurologie (4e herz. dr. 2010) Hijdra A. e.a., blz. 318 FEEDBACK: Een radiculair syndroom S1 wordt meestal veroorzaakt door een hernia nuclei pulposi (HNP) van L5-S1 en bestaat uit een uitstralende pijn via de bil naar de laterale zijde van het boven- en onderbeen, tot in de laterale voetrand, vaak met tintelingen, soms met een gestoorde sensibiliteit van de laterale voetrand, terwijl de achillespeesreflex afneemt en er eventueel een hypotone parese van de voetflexoren kan optreden. Een radiculair syndroom L5 wordt meestal veroorzaakt door een HNP van L4-L5 en zorgt voor gevoelsstoornissen van de mediale voetrand en eventueel parese van de extensoren van de voet. Bij een radiculair syndroom L4 (HNP L3-L4) zal de kniepeesreflex afnemen. Er kan dan ook sprake zijn van parese van de m. quadriceps en een sensibiliteitsstoornis aan de mediale zijde van de kuit Klinische neurologie (17e herz. dr. 2012) Kuks J. e.a., blz , FEEDBACK: De grootte van de pupil wordt door een reflex bepaald via het autonome zenuwstelsel. Bij lichtinval gaat een signaal via de afferente baan, de nervus opticus (II), naar de kernen van Edinger Westphal, van daaruit gaat via de efferente baan, de nervus oculomotorius (III), een signaal naar de musculus sphincter pupillae die zorgt voor vernauwing van de pupil. Bij een probleem met de nervus III links is de efferente baan links aangedaan. Het linkeroog geeft hierbij zowel bij de directe als de indirecte test geen pupilreactie. De beide afferente banen en de efferente baan rechts zijn intact. Het rechteroog geeft zowel bij directe als indirecte test een normale pupilreactie Leerboek Keel-neus-oorheelkunde en hoofd-halschirurgie (2e herz. dr. 2013) Vries de N., blz FEEDBACK: bovenstaande symptomen passen bij acute epiglottitis. Inspectie van de keel kan de zwelling doen toenemen en is daarom gecontra-indiceerd voor hulpverleners die geen ruime ervaring hebben met het veilig stellen van de ademweg bij kinderen. Alleen al een verdenking op epiglottitis rechtvaardigt spoedtransport naar een ziekenhuis. In het ziekenhuis zal door een multidisciplinair team een laryngoscopie worden gedaan, zodat bij plots toenemende dyspneu adequaat kan worden ingegrepen door middel van intubatie, coniotomie of tracheotomie. Bij milde laryngitis subglottica is het kind geruststellen en met het kind in de nabijheid van een stromende hete douche gaan zitten meestal afdoende om medische interventie voorkomen. Bij matig-ernstige laryngitis subglottica kan eenmalig dexamethason worden gegeven. Waarna het kind na een half uur wordt gecontroleerd Leerboek urologie (3e herz. dr. 2013) Bangma C., blz FEEDBACK: naast torsio testis staat een acute epididymitis in de differentiaaldiagnose. Bij een torsio testis (een verdraaiing van de funiculus spermaticus, waardoor de testikel ischemisch wordt) zijn heftige uitstralende pijn in de lies, misselijkheid, braken, zwelling van het scrotum en hoogstand van de testikel typische klachten en bevindingen. Bij een acute epididymitis past een pijnlijke scrotumhelft, vaak in combinatie met koorts en koude rillingen. Het ontstaan na het sporten zou kunnen passen bij een trauma als luxerende factor voor de torsio testis. Een seminoom is minder waarschijnlijk omdat deze niet zorgt voor pijn. Meestal wordt enige tijd een afwijking gevoeld in de testis. Een hernia inguinalis incarcerata (irreponibele liesbreuk) is minder waarschijnlijk gezien de locatie van de zwelling Dermatovenereologie voor de eerste lijn (8e geh.herz. dr. 2009) Sillevis Smitt J.H. e.a., blz FEEDBACK: psoriasis vulgaris wordt gekenmerkt door scherp begrensde erythematopapulosquameuze laesies die in grootte variëren en soms jeuk veroorzaken. De uitbraak is vaak symmetrisch en bij krabben is de schilfering vaak plaatjesvormig, wit, zilverachtig en glanzend. De voorkeurslocaties zijn de strekzijden van de knieën en ellebogen (zoals bij deze patiënt), de stuit en het behaarde hoofd. Pityriasis rosea is een onschuldig ziektebeeld dat begint met een solitaire laesie (plaque mère) met een diameter van 2-5 cm. Hierna ontstaat een soms jeukende eruptie, bestaande uit symmetrisch gelokaliseerde lenticulair tot nummulair grote erythemateuze, matig scherp begrensde maculae met pityriasiforme schilvering. De laesies zijn vaak ovaal van vorm, waarbij de lengteas volgens de splijtlijnen van de huid verloopt. Bij eczema seborrhoicum adultorum zijn er, bij volledige ontwikkeling, matig scherp begrensde laesies bestaande uit seborroïsche squamae op een erythemateuze bodem. De voorkeurslocaties zijn plaatsen waar grote hoeveelheden talgklieren worden gevonden: de behaarde hoofd, wenkbrauwen en oogranden, nasolabiale plooien en baardstreek, retro-auriculair gebied, oorschelpen en gehoorgang, presternaal en interscapulair, lichaamsplooien en navel. Constitutioneel eczeem ontwikkelt zich vaak op de kinderleeftijd en lijkt erg op seborroïsch eczeem. De voorkeursplekken zijn de elleboogplooien, knieholten en rond de polsen en enkels Illustrated textbook of paediatrics (4th ed. 2012) Lissauer T. e.a., blz. 159 FEEDBACK: Dit is een typisch beeld van een Erbse parese. Bij de geboorte is letsel van de plexus brachialis opgetreden doordat de schouders met moeite geboren zijn. De plexus cervicalis verzorgt de zenuwverbindingen naar hoofd, nek en schouders. Bij letsel van de n. accessorius staat het hoofd scheef. De arm kan niet meer boven 90 graden opgeheven worden Fysische diagnostiek (1e dr. 2010) Jongh de T., blz. 80 FEEDBACK: wanneer de huisarts de stemvork aanslaat, op het mastoïd plaatst tot de vrouw het geluid niet meer hoort en direct daarna voor het oor houdt, hoort de vrouw het geluid wel weer. Dit is de proef van Rinne en deze is beiderzijds positief. Dat wil dus zeggen dat er GEEN perceptieverlies is. Wanneer de huisarts de stemvork aanslaat en midden op het hoofd van de vrouw plaatst, hoort zij de stemvork links het best. Dit is de proef van Weber en bij perceptieverlies lateraliseert het geluid naar de gezonde kant, de andere kant is het aangedane binnenoor Leerboek kindergeneeskunde: een interactieve benadering in woord en beeld (2e dr. 2011) Brande van den J. e.a., blz , FEEDBACK: frequent en langdurig spugen leidt naast elektrolytstoornissen tot H+ verlies, en daarmee tot metabole alkalose. De meest waarschijnlijke diagnose als verklaring voor de klachten is pylorushypertrofie. Een kenmerkende klacht hierbij is het krachtig braken van de voeding (projectielbraken) zonder gallige bijmenging en achterblijven in gewicht. De biochemische gevolgen van een pylorushypertrofie zijn dehydratie, elektrolytstoornissen en metabole alkalose Oogheelkunde (2e herz. dr. 2008) Stilma J. e.a., blz FEEDBACK: bij patiënten met een beginnende cataract kan de lens van vorm en samenstelling veranderen, waardoor het brekend vermogen toeneemt (myopisatie). Dit gebeurt vooral bij kerncataract waarbij de lens boller wordt. De andere symptomen hebben geen verband met cataract. Presbyopie heeft te maken met het stugger worden van de lens met de leeftijd. Mouches volantes zijn schaduwen van minuscule bloedinkjes in het glasvocht en treden niet vaker op bij cataract. Gezichtsvelddefecten komen niet voor bij cataract Dermatovenereologie voor de eerste lijn: een systematische introductie (9e geh.herz. dr. 2014) Sillevis Smitt J.H. e.a., blz Epidemiologisch onderzoek: opzet en interpretatie (5e herz. dr. 2005) Bouter L. e.a., blz Guyton and Hall Textbook of medical physiology (12e ed. 2010/2011) Hall J. e.a., blz Atlas of Human Anatomy (6th ed. 2014) Netter F. e.d., blz. geen opgave

5 FEEDBACK: bij varices is meestal het oppervlakkige systeem insufficiënt en wel met name de vena saphena magna (VSM). De vena femoralis superficialis mondt uit in de vena femoralis communis, samen met de vena profunda femoris. Aan de ventrale zijde mondt de vena sapiens magne in de vena femoralis communis. Na het passeren van het ligament van Poupart, gaat de vena femoralis over in de vena iliaca externa. Deze vloeit samen met de vena iliaca interna (of vena hypogastrica) in de vena iliaca communis. Deze vena iliaca communis van links en rechts vloeien samen in de vena cava inferior. De vena poplitea ontstaat doordat de vena tibialis posterior en de vena tibialis anterior zich samenvoegen. Ook de vena peronealis en de vena saphena parva monden uit in de vena poplitea NHG-standaarden voor de huisarts. Dementie M21 FEEDBACK: de combinatie van geheugenproblemen, een andere cognitieve functiestoornis en invloed op het dagelijks functioneren is nodig voor de diagnose dementie Probleemgeoriënteerd denken in de geriatrie (2008) Olde Rikkert M., blz Dermatovenereologie voor de eerste lijn: een systematische introductie (9e geh.herz. dr. 2014) Sillevis Smitt J.H. e.a., blz Leerboek chirurgie (2e geh.herz. dr. 2012) Gooszen H. e.a., blz FEEDBACK: Ischemische colitis wordt veroorzaakt door een tijdelijke vermindering van de flow bij een pre-existente arteriële doorbloedingsstoornis. De a. mesenterica inferior voorziet de linker colonflexuur, het sigmoïd en rectum van bloed, bij afsluiting van deze aftakking van de aorta, treedt er ischemie van deze doelorganen op. De a. mesenterica superior voorziet de darmen tot de linker colonflexuur van bloed. De a. splenica voorziet de maag, een deel van de pancreas en de milt van bloed en is geen aftakking van de aorta maar een aftakking van de truncus coeliacus. De a. gastrica sinistra voorziet de maag van bloed en is een aftakking van de truncus coeliacus, niet van de aorta. De truncus coeliacus is een aftakking van de aorta, maar voorziet niet het linker gedeelte van het colon van bloed, maar de maag, milt, pancreas en lever Leerboek chirurgie (2e geh.herz. dr. 2012) Gooszen H. e.a., blz. 663 FEEDBACK: Het beschreven beeld past zeer goed bij een mallet finger. Hierbij is de strekpees van de vinger beschadigd. Een trigger finger wordt ook wel een snapping finger genoemd. Hierbij is door een ontstekingsreactie de pees verdikt en/of de peesschede vernauwd. Boutonnière deformiteit wordt veroorzaakt door het wijken van de extensorpees waardoor een flexiestand van het PIP-gewricht en extensiestand van het DIP ontstaat Leerboek medische genetica (7e herz. dr. 2005) Bijlsma E. e.a., blz. 90, 155 FEEDBACK: De ouders hebben homozygote allelen: moeder heeft genotype AA en vader genotype BB. De A en B allelen erven codominant over. Het kind heeft hierdoor altijd bloedgroep AB. Bij bloedgroep AB zijn er noch anti-a noch anti-b antistoffen in het bloed Fysische diagnostiek (1e dr. 2010) Jongh de T., blz FEEDBACK: 2e intercostaalruimte links parasternaal: pulmonalisklep. 4e en 5e intercostaalruimte links. parasternaal: tricuspidalisklep. Apex cordis: mitralisklep Gezondheidsrecht (2e herz. dr. 2009) Engberts D. e.a., blz FEEDBACK: De hoofdregel voor een verrichting bij een minderjarige tussen de 12 tot 16 jaar is dubbele toestemming: zowel de ouders als de minderjarige moeten toestemming geven voor het uitvoeren van de verrichting. In de situatie dat de jongere een medische verrichting (in deze casus, een abortus) wenst en de ouders weigeren laat art. 450 lid 2 WGBO de mogelijkheid open dat de verrichting toch wordt uitgevoerd, namelijk als wordt voldaan aan een van de volgende aanvullende voorwaarden: 1. de verrichting is kennelijk nodig om ernstig nadeel voor de minderjarige te voorkomen; 2. de minderjarige blijft na weigering van toestemming door de ouders de verrichting weloverwogen wensen. In deze casus wordt aan deze voorwaarden voldaan en mag de abortus, ook zonder toestemming van de ouders, worden uitgevoerd Leerboek psychiatrie (2e geh.herz. dr. 2009) Hengeveld M. e.a., blz FEEDBACK: Met negatieve symptomen wordt gedoeld op het ontbreken van uitingen van psychische functies die normaal wel aanwezig zijn. Negatieve symptomen bij schizofrenie zijn: affectieve vervlakking (de emotionele reacties zijn minder sterk tot afwezig), apathie, spraakarmoede, en sociaal terugtrekgedrag. Criteria voor schizofrenie zijn (DSM-IV-PZ): A. een maand lang ten minste twee van de volgende symptomen: wanen, hallucinaties, onsamenhangende spraak, ernstig chaotisch of katatoon gedrag en/of negatieve symptomen. B. vanaf het begin van de stoornis is er voor het grootste deel van de tijd sprake van belangrijke beperkingen in het functioneren op een of meer gebieden en ligt het functioneren duidelijk onder het niveau van voor het begin van de stoornis. C. duur ten minste zes maanden Diagnostiek van alledaagse klachten: bouwstenen voor rationeel probleemoplossen (3e herz. dr. 2011) Jongh de T. e.a., hfdst. 64. Vergeetachtigheid FEEDBACK: Het snelle ontstaan van de gedragsveranderingen duidt op een delier, welke mogelijk wordt uitgelokt door een urineweginfectie (vaker plassen, incontinentie). Een delier wordt gekenmerkt door verwardheid bij een gedaald of wisselend bewustzijn, vaak gepaard gaande met motorische onrust. Men spreekt van een dementiesyndroom indien er geheugenstoornissen aanwezig zijn en één of meer andere cognitieve functies gestoord zijn: afasie, apraxie, agnosie en/of stoornissen in de uitvoerende functies. Daarnaast kan er sprake zijn van vertraging van handelen en denken. De cognitieve stoornissen moeten verworven zijn en ze moeten zo ernstig zijn dat ze tot duidelijke beperkingen leiden in het sociaal en beroepsmatig functioneren. Bij dementie is er een geleidelijk ontstaan van de klachten. Vergeetachtigheid kan optreden in het kader van een depressie. Door gebrek aan aandacht is dan het inprenten van nieuwe informatie gestoord en door onvoldoende interesse is de recall van opgeslagen informatie beperkt NHG-standaarden voor de huisarts. stoppen met roken FEEDBACK: Deze patiënt bevindt zich in de contemplatie fase: zij overweegt haar gedrag te veranderen. De arts kan dit moment gebruiken om de mogelijkheid van een gedragsverandering (stoppen met roken) te bespreken. Om aan te sluiten bij de fase waarin de patiënt zich bevindt zal de huisarts kiezen om de motivatie van de patiënt voor het roken te exploreren. Motivatie wordt in het zogenaamde stages of change -model in twee fasen onderverdeeld: (1) PRECONTEMPLATIE: de patiënt is niet geneigd of van zins een bepaald gedrag te vertonen, en (2) CONTEMPLATIE: een patiënt overweegt een bepaald soort gedrag wel. Daarna volgen in het model fasen die te maken hebben met kunnen: (3) PREPARATIE: de patiënt treft voorbereidingen om zich gewenst te gedragen, en (4) ACTIE: het gewenste gedrag wordt inderdaad in de praktijk gebracht. Indien de patiënt volledig ongemotiveerd zou zijn om te stoppen met roken zou de huisarts toestemming vragen in een volgend consult op zijn rookstatus terug te komen. In een latere fase kan de noodzaak voor nicotine vervangende middelen overwogen worden en samen met de patiënt een stopplan gemaakt te worden. Hier is het bij deze patiënt echter nog te vroeg voor Medische psychologie (2e herz. dr. 2010) Kaptein A. e.a., blz FEEDBACK: Klassieke conditioneren is een vorm van leren waarbij een verband wordt gelegd tussen een nieuwe prikkel en een bestaand gedragspatroon. In deze casus wordt de taxirit gekoppeld aan de angst die de vrouw eerder heeft ervaren voor haar bestralingsbehandeling. Habituatie is een gewenningsreactie, het uitdoven van een aanvankelijke reactie op een prikkel. Een gebeurtenis heeft dan geen noemenswaardige gevolgen (meer). Operant conditioneren is een vorm van leren waarbij het gedrag wordt aangeleerd op basis van de positieve dan

6 wel negatieve gevolgen die dat gedrag heeft. Onder sociaal leren vallen die leerprocessen die gebaseerd zijn op het observeren en/of het imiteren van gedrag van anderen Medical statistics at a glance (3rd ed. 2009) Petrie A. e.a., blz. 28, 40, NHG-standaarden voor de huisarts. Cardiovasculair risicomanagement FEEDBACK: De medicamenteuze behandeling van hypertensie in de huisartsenpraktijk wordt gedaan volgens een stappenplan. Elke volgende stap is van toepassing indien de streefwaarde niet wordt bereikt. Voor patiënten van negroïde afkomst zijn de stappen: 1. Calciumantagonist of diureticum; 2. Calciumantagonist én diureticum. Er zijn aanwijzingen dat bij negroïde patiënten diuretica en calciumantagonisten een grotere bloeddrukverlagende werking hebben dan ß-blokkers, ACE-remmers en AT1-antagonisten. Bij niet-negroïde patiënten ouder dan 50 jaar zijn de stappen: 1. Thiazidediureticum of calciumantagonist; 2. Voeg ACE-remmer toe, bij voorkeur in combinatietablet; 3. Combineer thiazidediureticum, ACE-remmer en calciumantagonist; 4. Overweeg therapieresistente hypertensie. Voor patiënten met specifieke kenmerken of condities zoals jonge/oude leeftijd, hartfalen, diabetes mellitus, atriumfibrilleren, astma/copd en chronische nierschade bestaat er voorkeursmedicatie en wordt ook van dit stappenplan afgeweken NHG-standaarden voor de huisarts. Diepe veneuze trombose en longembolie M NHG-standaarden voor de huisarts. Duizeligheid FEEDBACK: Benigne paroxismale positieveranderingsduizeligheid (BPPD) wordt gekenmerkt door aanvallen van draaiduizeligheid uitgelokt door veranderingen van de stand van het hoofd (zoals draaien in bed, vooroverbuigen, omhoog kijken). De duizeligheid duurt enige seconden tot enkele minuten. Bij herhalen van de beweging die de duizeligheid uitlokt, vermindert de duizeligheidsreactie. Bij het merendeel van de patiënten gaan de klachten binnen vier weken vanzelf over. Het bestaan van verdichtingen of 'gruis' in de endolymfe in de halfcirkelvormige kanalen (canalolithiasis) wordt thans gezien als de verklaring van BPPD. Wanneer draaiduizeligheid continu aanwezig is en verergert door bewegingen, er geen gehoorverlies is of neurologische uitvalverschijnselen zijn en een aanval enkele dagen kan duren, wijst dit op een neuritis vestibularis. De duizeligheid is vaak zo heftig dat de patiënt met gesloten ogen in bed ligt. Bij recidiverende aanvallen van draaiduizeligheid, niet uitgelokt door bewegen, met gehoorverlies en oorsuizen of een vol gevoel in het oor met een duur van enkele uren, met daarna soms enkele dagen waarin lichte klachten optreden, is er vermoedelijk sprake van de ziekte van Ménière. Wanneer de klachten optreden na opkomen uit liggende of zittende houding kan er sprake zijn van orthostatische hypotensie. Hier gaat het echter om een licht gevoel in het hoofd of het gevoel flauw te vallen in tegenstelling tot draaiduizeligheid Clinical epidemiology: the essentials (5e ed. 2013/2014) Fletcher R. e.a., blz Probleemgeoriënteerd denken in de geriatrie: een praktijkboek voor de opleiding en de kliniek (2e herz. dr. 2012) Olde Rikkert M. e.a., blz Kumar & Clark's clinical medicine (8th ed. 2012) Kumar P. e.a., blz. 565 FEEDBACK: Endogene creatinineklaring: ( /1440)*creatinine-excretie (mmol/uur) / serumcreatinine(µmol/l) = 694*3,2/75 = 30 ml/min Current diagnosis & treatment in family medicine (3rd ed. 2010/2011) South-Paul J. e.a., blz. online version, chapter 40: common geriatric problems 148. Schwartz's principles of surgery (9th ed. 2010) Brunicardi F. e.a., chapter Clinical epidemiology: the essentials (5e ed. 2013/2014) Fletcher R. e.a., blz FEEDBACK: Men onderscheidt bij de evaluatie van geneesmiddelen bij mensen vier soorten onderzoeken: fase 1 t/m 4. Fase 1-studies hebben tot doel een eerste indruk te krijgen van toxicologische en farmacologische eigenschappen (opname, verdeling in het bloed, uitscheiding uit het lichaam). Fase 1-studies hebben dus geen onmiddellijk therapeutisch belang en worden niet uitgevoerd bij patiënten met een specifieke aandoening. Fase 2-studies hebben hoofdzakelijk tot doel na te gaan of het medicijn inderdaad doeltreffend is bij de bedoelde indicatie. Men zoekt tevens de optimale dosis. Fase 3-studies zijn gericht op het aantonen van de effectiviteit van het middel (in relatie tot de toxiciteit) en het middel te onderscheiden van andere bestaand middelen. Deze studies verschillen van fase 2-studies door het grotere aantal betrokken patiënten (soms duizenden) en door de langere duur van deze studies. Bij fase 4-studies (postmarketing surveillance) wordt gezocht naar onverwachte bijwerkingen van het middel in de eerste periode na introductie ervan op de markt Interne geneeskunde (14e geh. herz. dr. 2010) Meer van der J. en Stehouwer C. e.a., blz FEEDBACK: Pericarditis is een ontsteking van de pericardvliezen. De acute idiopathische pericarditis wordt vaak voorafgegaan door een virale bovenste luchtweginfectie. De belangrijkste klacht is pijn op de borst, soms uitstralend naar de kaken of schouders en armen. Kenmerkend is dat de pijn houdingsafhankelijk is (minder bij rechtop zitten en voorover leunen) en wordt beïnvloed door de ademhaling. Het ECG kan afwijkingen laten zien maar dat is niet altijd het geval. Angina pectoris ontstaat wanneer er niet aan een verhoogde zuurstofbehoefte van het myocard kan worden voldaan. Angina pectoris wordt vaak veroorzaakt door inspanning, koude en/of emoties en gaat vaak snel weer voorbij wanneer de prikkel stopt. Bij een thoracale aorta dissectie scheurt de intima van het vat waarbij bloed tussen de intima en de media terechtkomt. Dit gaat klassiek gepaard met hevige, snijdende pijn tussen de schouderbladen. Op jonge leeftijd kan een dissectie ontstaan in het kader van een aangeboren bindweefselziekte zoals bij het syndroom van Marfan. Uiterlijke kenmerken van dit syndroom kunnen bij inspectie van de patiënt opvallen. Pancreatitis karakteriseert zich door een aanhoudende, niet-koliekachtige pijn in epigastrio, die ook kan uitstralen naar de rug, borst of linkerschouder. De pijn neemt af bij vooroverbuigen met opgetrokken knieën. Bij een pancreatitis is echter het serum amylase en serumlipase sterk verhoogd Robbins basic pathology (9e ed. 2013) Kumar V. e.a., blz FEEDBACK: De meeste prostaatcarcinomen komen voor in de perifere zone en dan gelegen in de posterieure locatie tegen het rectum aan. Hierdoor kunnen deze palpabel zijn bij een rectaal toucher. Daarentegen komt prostaathyperplasie het meest voor in de meer centraal gelegen transitiezone en kan daardoor urineobstructie veroorzaken Robbins and Cotran pathologic basis of disease (9th ed. 2014/2015) Kumar V. e.a., blz. 959, 967 FEEDBACK: De lamina propria is een bindweefsellaag die samen met het overgangsepitheel (urotheelcellen) de mucosa van de blaaswand vormt. De lamina propria is een grens die belangrijk is bij het bepalen van het T-stadium van een blaastumor. Een tumor die beperkt is tot de mucosa wordt geclassificeerd als stadium Ta volgens het TNM systeem. Tumoren die de submucosa hebben geïnvadeerd worden geclassificeerd als stadium T1. Omdat Ta en T1 tumoren nog kunnen worden verwijderd door transurethrale resectie (TURT), worden zij vanuit klinisch/therapeutisch perspectief samengevat onder de term niet-spierinvasieve tumoren tegenover spierinvasieve tumoren (groter of gelijk aan T2) Klinische traumatologie (2000) Haarman H., blz BMI Classification. Global Database on Body Mass Index World Health Organization, 155. Current diagnosis & treatment cardiology (4e ed. 2014) Crawford M., chapter Clinically oriented anatomy (7th ed. 2013/2014) Moore K. e.a., blz. 307

7 157. Textbook of biochemistry: with clinical correlations (7e ed. 2010/2011) Devlin T. e.a., blz Textbook of biochemistry: with clinical correlations (7e ed. 2010/2011) Devlin T. e.a., blz Farmacotherapeutisch Kompas (internetsite) blz. Amoxicilline FEEDBACK: De dosering is 50mg/kg/dag. Het jongetje weegt 15 kg. Hij heeft dus 750 mg per dag nodig. Verdeeld over 3 doses op één dag is dit 250 mg per dosis. Nu nog omrekenen naar ml. De suspensie is 25mg/l. Dit maakt de hoeveelheid ml suspensie per dosis (250 mg gedeeld door 25 mg) 10 ml per dosis Textbook of biochemistry: with clinical correlations (7e ed. 2010/2011) Devlin T. e.a., blz Textbook of biochemistry: with clinical correlations (7e ed. 2010/2011) Devlin T. e.a., blz Human molecular genetics (4th ed. 2010/2011) Strachan T. e.a., blz Human molecular genetics (4th ed. 2010/2011) Strachan T. e.a., blz Robbins and Cotran pathologic basis of disease (9th ed. 2014/2015) Kumar V. e.a., blz Junqueira's basic histology: text and atlas (13th ed. 2013) Mescher A. e.a., chapter Junqueira's basic histology: text and atlas (13th ed. 2013) Mescher A. e.a., chapter Current diagnosis & treatment: emergency medicine (7th ed. 2012) C. Stone e.a., chapter DeGowin s Diagnostic Examination, 10e. Chapter Schwartz's principles of surgery (10th ed. 2015) Brunicardi F. e.a., chapter 5: Shock 170. The Merck Manual (19th ed. 2011), online version, Chapter 39: Osteonecrosis 171. The Merck Manual (19th ed. 2011), online version, Chapter 218: Peripheral Arterial Disorders 172. Medical physiology: a cellular and molecular approach (2nd upd. ed. 2012) Boron W. e.a., blz Guyton and Hall Textbook of medical physiology (12e ed. 2010/2011) Hall J. e.a., blz Greenspan s Basic & Clinical Endocrinology, 9e. chapter Guyton and Hall Textbook of medical physiology (12e ed. 2010/2011) Hall J. e.a., blz Guyton and Hall Textbook of medical physiology (12e ed. 2010/2011) Hall J. e.a., blz Williams obstetrics (24th ed. 2014) Cunningham F. e.a., chapter Schacter, DL. Psychology (2nd ed.). Worth Publishers, pp Olson KR. Poisoning & Drug Overdose, 6e. Chapter Schwartz's principles of surgery (10th ed. 2015) Brunicardi F. e.a., chapter CURRENT Diagnosis & Treatment in Otolaryngology -Head & Neck Surgery, 3e. Chapter CURRENT Diagnosis & Treatment: Psychiatry, 2e. Chapter Esherick JS, Clark DS, Slater ED. CURRENT Practice Guidelines in Primary Care Chapter Harrison's principles of internal medicine (18e ed. 2011/12) Longo D. e.a., chapter Harrison's principles of internal medicine (18e ed. 2011/12) Longo D. e.a., chapter CURRENT Rheumatology Diagnosis & Treatment, 3e. chapter Williams Gynecology, 2e. chapter (was D) Harrison's principles of internal medicine (18e ed. 2011/12) Longo D. e.a., chapter Harrison's principles of internal medicine (18e ed. 2011/12) Longo D. e.a., chapter Current diagnosis & treatment surgery (14th ed. 2015) Doherty G., chapter Leerboek Keel-neus-oorheelkunde en hoofd-halschirurgie (2e herz. dr. 2013) Vries de N., blz Basic & clinical pharmacology (13th ed. 2015) Katzung B e.a., chapter Harrison's principles of internal medicine (18e ed. 2011/12) Longo D. e.a., chapter Harrison's principles of internal medicine (18e ed. 2011/12) Longo D. e.a., chapter Clinical surgery (3e ed. 2012) Henry M. e.a., blz Williams obstetrics (24th ed. 2014) Cunningham F. e.a., chapter 32: the newborn 197. A color atlas of family medicine (2nd ed. 2013), online version, Chpt 7: Global health, malnutrition and micronutrient deficiencies 198. Harrison's principles of internal medicine (18e ed. 2011/12) Longo D. e.a., chapter Goodman & Gilman's the pharmacological basis of therapeutics (12th ed. 2011) Goodman L. e.a., chapter Harrison's principles of internal medicine (18e ed. 2011/12) Longo D. e.a., chapter 372

8 VRAGEN OPGENOMEN IN DE INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - SEPTEMBER Gesorteerd op vraagnummer in de toets PS /03 UMCN ANA /04 UM FHML-G FY /05 UMCN HG /05 UM FHML-G BCG /05 UM FHML-G HG /02 UMCG HG /03 UM FHML-G INT /05 UM FHML-G FAR /02 UMCN FAR /05 UMCN BCG /09 UMCN EMS /12 UMCN PS /08 UMCG HG /07 UMCG HG /07 UM FHML-G DOK /08 LUMC GYN /04 UMCG MET /08 UM FHML-G FY /06 UMCN ANA /05 UMCN HG /12 UMCN GYN /06 UMCN PS /03 UM FHML-G INT /08 UMCG FAR /10 UMCG INT /05 UMCN ANA /11 UMCG ANA /10 UMCN BCG /11 UMCN DOK /11 LUMC DOK /07 LUMC BCG /05 LUMC ANA /05 UMCG BCG /10 LUMC INT /12 LUMC EMS /04 UM FHML-G MET /03 UMCN HG /09 UMCN PS /03 LUMC DOK /11 UMCG INT /05 UMCG INT /09 UMCG BCG /02 LUMC FY /10 LUMC GYN /06 UMCG DOK /11 UM FHML-G MET /08 UMCG NEU /11 UMCG HG /10 LUMC FAR /09 LUMC INT /09 LUMC KG /05 UMCN INT /12 LUMC EMS /09 UMCG CHI /06 UM FHML-G PA /05 UM FHML-G ANA /06 UM FHML-G INT /07 UMCN HG /12 UMCG EMS /05 LUMC HG /01 LUMC HG /12 LUMC INT /10 UMCG INT /12 UMCG INT /02 UMCG INT /09 UMCG BCG /09 LUMC BCG /02 UMCG NEU /11 UMCG BCG /05 UMCG BCG /11 UMCG ANA /02 UM FHML-G INT /01 UM FHML-G NEU /12 LUMC NEU /11 LUMC HG /08 LUMC MET /08 LUMC CHI /10 UMCN CHI /12 UMCN INT /10 UM FHML-G DOK /12 UMCG FY /02 UMCG CHI /11 LUMC INT /10 LUMC INT /06 LUMC DOK /12 LUMC PA /05 UMCG NEU /02 UM FHML-G SG /08 UM FHML-G FY /05 UM FHML-G DOK /07 UMCG SG /08 UMCG CHI /09 UMCG KG /04 UMCG KG /10 LUMC GYN /12 LUMC INT /02 UMCN CHI /12 UMCN ANA /02 UM FHML-G FAR /01 UM FHML-G INT /12 UM FHML-G GYN /12 UM FHML-G HG /12 UM FHML-G GER /03 VUmc PS /08 UM FHML-G GER /05 VUmc KG /05 UM FHML-G FY /04 UM FHML-G INT /10 UM FHML-G BCG /01 UM FHML-G GYN /04 VUmc GER /09 VUmc FY /09 VUmc PS /03 VUmc NEU /11 VUmc NEU /11 VUmc DOK /01 VUmc CHI /10 VUmc DOK /07 VUmc ANA /11 VUmc HG /12 VUmc KG /09 VUmc DOK /11 VUmc DOK /07 UMCN EMS /02 UM FHML-G FY /06 UM FHML-G ANA /05 VUmc GER /03 UMCN GER /08 UMCN CHI /07 UMCN ANA /09 VUmc CHI /02 VUmc BCG /12 VUmc INT /12 VUmc MET /08 VUmc PS /03 VUmc HG /03 VUmc PS /08 VUmc PS /08 VUmc EMS /03 LUMC HG /05 VUmc GER /01 UM FHML-G HG /11 VUmc EMS /09 UMCN GER /03 UMCN BCG /10 LUMC GER /05 VUmc PA /09 UMCG EMS /12 VUmc INT /05 VUmc PA /04 VUmc PA /10 VUmc CHI /02 LUMC SG /08 UMCG INT /05 UMCG ANA /01 LUMC BCG /06 VUmc BCG /06 VUmc FAR /12 VUmc FY /11 VUmc BCG /06 VUmc BCG /04 VUmc BCG /04 LUMC CHI /10 LUMC ANA /01 LUMC FY /01 LUMC CHI /01 UMCG CHI /09 UM FHML-G CHI /05 LUMC CHI /02 LUMC CHI /05 LUMC FY /05 LUMC INT /06 LUMC PA /02 LUMC PA /09 LUMC PA /11 LUMC GYN /04 LUMC PS /03 UMCG HG /05 UMCG KG /12 UMCG KG /01 UMCG PS /03 UMCG HG /08 UMCG INT /01 UMCG DOK /07 UMCG HG /02 UMCG HG /04 UMCG KG /11 UM FHML-G KG /06 UM FHML-G PA /01 UM FHML-G DOK /07 UM FHML-G FAR /06 UM FHML-G PA /07 UM FHML-G INT /02 UM FHML-G CHI /09 UM FHML-G KG /04 UMCN KG /08 UMCN KG /06 UMCN FAR /05 UMCN FAR /12 UMCN De casuscode is als volgt opgebouwd: - het volgnummer van de casus in de toets, - het systeemnummer van de casus, - de discipline waartoe de casus behoort, - de categorie waarin de casus behoort, - de eigenaar/producent van de casus. Disciplines: ANA Anatomie BCG Biochemie/genetica/histologie/moleculaire celbiologie CHI Chirurgie DOK Dermatologie/KNO/oog EMS Epidemiologie/statistiek FAR Farmacologie FY Fysiologie GER Geriatrie GYN Gynaecologie/verloskunde HG Huisartsgeneeskunde INT Interne Geneeskunde KG Kindergeneeskunde MET Metamedica NEU Neurologie PA Patho-, immuno- en microbiologie PS Psychiatrie/psychologie SG Sociale geneeskunde Categorieën 01 Ademhalingsstelsel 02 Spier- en skeletstelsel 03 Geestelijke gezondheidszorg 04 Voortplantingsstelsel 05 Bloed-, lymf- en vaatstelsel, hart 06 Hormonen en metabolisme 07 Huid en bindweefsel 08 Persoonlijke en maatschappelijke aspecten, preventie 09 Spijsverteringsstelsel 10 Nieren en urinewegen 11 Zenuwstelsel en zintuigen 12 Kennis over vaardigheden

9 VRAGEN OPGENOMEN IN DE INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - SEPTEMBER Gesorteerd op categorie en discipline ANA /01 LUMC ANA /01 LUMC BCG /01 UM FHML-G CHI /01 UMCG DOK /01 VUmc FAR /01 UM FHML-G FY /01 LUMC GER /01 UM FHML-G HG /01 LUMC INT /01 UM FHML-G INT /01 UMCG KG /01 UMCG PA /01 UM FHML-G ANA /02 UM FHML-G ANA /02 UM FHML-G BCG /02 LUMC BCG /02 UMCG CHI /02 VUmc CHI /02 LUMC CHI /02 LUMC EMS /02 UM FHML-G FAR /02 UMCN FY /02 UMCG HG /02 UMCG HG /02 UMCG INT /02 UMCG INT /02 UMCN INT /02 UM FHML-G NEU /02 UM FHML-G PA /02 LUMC EMS /03 LUMC GER /03 VUmc GER /03 UMCN GER /03 UMCN HG /03 UM FHML-G HG /03 VUmc MET /03 UMCN PS /03 UMCN PS /03 UM FHML-G PS /03 LUMC PS /03 VUmc PS /03 VUmc PS /03 UMCG PS /03 UMCG ANA /04 UM FHML-G BCG /04 VUmc BCG /04 LUMC EMS /04 UM FHML-G FY /04 UM FHML-G GYN /04 UMCG GYN /04 VUmc GYN /04 LUMC HG /04 UMCG KG /04 UMCG KG /04 UMCN PA /04 VUmc ANA /05 UMCN ANA /05 UMCG ANA /05 VUmc BCG /05 UM FHML-G BCG /05 LUMC BCG /05 UMCG CHI /05 LUMC CHI /05 LUMC EMS /05 LUMC FAR /05 UMCN FAR /05 UMCN FY /05 UMCN FY /05 UM FHML-G FY /05 LUMC GER /05 VUmc GER /05 VUmc HG /05 UM FHML-G HG /05 VUmc HG /05 UMCG INT /05 UM FHML-G INT /05 UMCN INT /05 UMCG INT /05 VUmc INT /05 UMCG KG /05 UMCN KG /05 UM FHML-G PA /05 UM FHML-G PA /05 UMCG ANA /06 UM FHML-G BCG /06 VUmc BCG /06 VUmc BCG /06 VUmc CHI /06 UM FHML-G FAR /06 UM FHML-G FY /06 UMCN FY /06 UM FHML-G GYN /06 UMCN GYN /06 UMCG INT /06 LUMC INT /06 LUMC KG /06 UM FHML-G KG /06 UMCN CHI /07 UMCN DOK /07 LUMC DOK /07 UMCG DOK /07 VUmc DOK /07 UMCN DOK /07 UMCG DOK /07 UM FHML-G HG /07 UMCG HG /07 UM FHML-G INT /07 UMCN PA /07 UM FHML-G DOK /08 LUMC GER /08 UMCN HG /08 LUMC HG /08 UMCG INT /08 UMCG KG /08 UMCN MET /08 UM FHML-G MET /08 UMCG MET /08 LUMC MET /08 VUmc PS /08 UMCG PS /08 UM FHML-G PS /08 VUmc PS /08 VUmc SG /08 UM FHML-G SG /08 UMCG SG /08 UMCG ANA /09 VUmc BCG /09 UMCN BCG /09 LUMC CHI /09 UMCG CHI /09 UM FHML-G CHI /09 UM FHML-G EMS /09 UMCG EMS /09 UMCN FAR /09 LUMC FY /09 VUmc GER /09 VUmc HG /09 UMCN INT /09 UMCG INT /09 LUMC INT /09 UMCG KG /09 VUmc PA /09 UMCG PA /09 LUMC ANA /10 UMCN BCG /10 LUMC BCG /10 LUMC CHI /10 UMCN CHI /10 VUmc CHI /10 LUMC FAR /10 UMCG FY /10 LUMC HG /10 LUMC INT /10 UMCG INT /10 UM FHML-G INT /10 LUMC INT /10 UM FHML-G KG /10 LUMC PA /10 VUmc ANA /11 UMCG ANA /11 VUmc BCG /11 UMCN BCG /11 UMCG CHI /11 LUMC DOK /11 LUMC DOK /11 UMCG DOK /11 UM FHML-G DOK /11 VUmc FY /11 VUmc HG /11 VUmc KG /11 UM FHML-G NEU /11 UMCG NEU /11 UMCG NEU /11 LUMC NEU /11 VUmc NEU /11 VUmc PA /11 LUMC BCG /12 VUmc CHI /12 UMCN CHI /12 UMCN DOK /12 UMCG DOK /12 LUMC EMS /12 UMCN EMS /12 VUmc FAR /12 VUmc FAR /12 UMCN GYN /12 LUMC GYN /12 UM FHML-G HG /12 UMCN HG /12 UMCG HG /12 LUMC HG /12 UM FHML-G HG /12 VUmc INT /12 LUMC INT /12 LUMC INT /12 UMCG INT /12 UM FHML-G INT /12 VUmc KG /12 UMCG NEU /12 LUMC De casuscode is als volgt opgebouwd: - het volgnummer van de casus in de toets, - het systeemnummer van de casus, - de discipline waartoe de casus behoort, - de categorie waarin de casus behoort, - de eigenaar/producent van de casus. Disciplines: ANA Anatomie BCG Biochemie/genetica/histologie/moleculaire celbiologie CHI Chirurgie DOK Dermatologie/KNO/oog EMS Epidemiologie/statistiek FAR Farmacologie FY Fysiologie GER Geriatrie GYN Gynaecologie/verloskunde HG Huisartsgeneeskunde INT Interne Geneeskunde KG Kindergeneeskunde MET Metamedica NEU Neurologie PA Patho-, immuno- en microbiologie PS Psychiatrie/psychologie SG Sociale geneeskunde Categorieën 01 Ademhalingsstelsel 02 Spier- en skeletstelsel 03 Geestelijke gezondheidszorg 04 Voortplantingsstelsel 05 Bloed-, lymf- en vaatstelsel, hart 06 Hormonen en metabolisme 07 Huid en bindweefsel 08 Persoonlijke en maatschappelijke aspecten, preventie 09 Spijsverteringsstelsel 10 Nieren en urinewegen 11 Zenuwstelsel en zintuigen 12 Kennis over vaardigheden

10

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - MEI

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - MEI GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2015 Vervallen items (n=5): 27, 28, 32, 144, 151. Sleutelwijzigingen (n=2): 3 en 158 Nr. Antwoord Literatuur 1. B

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - FEBRUARI

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - FEBRUARI ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - FEBRUARI 2015 Vervallen vragen (n=17: 16, 23, 57, 59, 97, 108, 118, 127, 141, 180, 184, 187, 188, 189, 191, 197 en 200) Sleutelwijzigingen

Nadere informatie

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - DECEMBER

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - DECEMBER GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - DECEMBER 2013 vervallen vragen (n=12): 6, 15, 17, 27, 49, 101, 114, 123, 154, 159, 177, 183 sleutelwijzigingen (n=1):

Nadere informatie

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - MEI

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - MEI GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2014 Vervallen items (n=15): 3, 35, 41, 47, 56, 64, 67, 69, 78, 136, 140, 164, 179, 182, 192; Geen sleutelwijzigingen.

Nadere informatie

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - SEPTEMBER

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE - SEPTEMBER GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2014 vervallen vragen (n=11): 2, 13, 57, 68, 75, 87, 110, 113, 148, 158, 187 ; sleutelwijzigingen (n=2): 149

Nadere informatie

017 C Hengeveld e.a. Leerboek Psychiatrie, 2e druk, 2e oplage, Hfdst. 11.1: angststoornissen

017 C Hengeveld e.a. Leerboek Psychiatrie, 2e druk, 2e oplage, Hfdst. 11.1: angststoornissen ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - DECEMBER 2014 Vervallen vragen (n=9): 60, 91, 96, 99, 100, 101, 143, 150 en 174. Sleutelwijzigingen (n=4): 52, 56, 75 en 194. Nr.

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - DECEMBER 2015

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - DECEMBER 2015 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - DECEMBER 2015 Met feedback voor studenten Vanaf de ivtg van september 2015 zal er bij de antwoordsleutel van de vragen niet alleen

Nadere informatie

DUIZELIGHEID Keel-, Neus- en Oorheelkunde FRANCISCUS VLIETLAND

DUIZELIGHEID Keel-, Neus- en Oorheelkunde FRANCISCUS VLIETLAND DUIZELIGHEID Keel-, Neus- en Oorheelkunde FRANCISCUS VLIETLAND Inleiding Iedereen is wel eens duizelig geweest. Toch is het moeilijk om het begrip duizeligheid duidelijk te omschrijven. Er kan van alles

Nadere informatie

kno specialisten in keel-, neus- & oorheelkunde Duizeligheid

kno specialisten in keel-, neus- & oorheelkunde Duizeligheid kno haarlemmermeer specialisten in keel-, neus- & oorheelkunde Duizeligheid Wat is duizeligheid? Normaal gesproken krijgt ieder mens voortdurend informatie over de ruimte om zich heen en over de positie

Nadere informatie

Kernboekenlijst Opleiding geneeskunde VUmc

Kernboekenlijst Opleiding geneeskunde VUmc Kernboekenlijst Opleiding geneeskunde VUmc Bachelorjaar 1: cohort 2014 2015 Bachelorjaar 2: cohort 2013 2014 Bachelorjaar 3: cohort 2012 2013 Masterjaar 1: cohort 2011 2012 Masterjaar 2: cohort 2010 2009

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Duizeligheid 4. Wat is duizeligheid? 4. Verschijnselen van duizeligheid 5. Oorzaken van duizeligheid 6. Onderzoek 7.

Inhoudsopgave. Duizeligheid 4. Wat is duizeligheid? 4. Verschijnselen van duizeligheid 5. Oorzaken van duizeligheid 6. Onderzoek 7. Duizeligheid KNO Inhoudsopgave Duizeligheid 4 Wat is duizeligheid? 4 Verschijnselen van duizeligheid 5 Oorzaken van duizeligheid 6 Onderzoek 7 Behandeling 9 Slotwoord 10 3 Duizeligheid Deze brochure heeft

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - FEBRUARI 2016

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - FEBRUARI 2016 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - FEBRUARI 2016 Met feedback voor studenten Vanaf de ivtg van september 2015 wordt er bij de antwoordsleutel van de vragen niet alleen

Nadere informatie

EBM II: Korte casus 1. Kaat De Groot Laurens Deprost

EBM II: Korte casus 1. Kaat De Groot Laurens Deprost EBM II: Korte casus 1 Kaat De Groot Laurens Deprost EBM II: Inleiding tot klinisch denken Titularis: Prof. Dr. Nicole Pouliart Tutor: Chelsey Plas 05/12/2014 Inhoud Casus Differentiaaldiagnoses oesofageale

Nadere informatie

Deze folder geeft u informatie over duizeligheid en daarbij behorende klachten. Deze folder is opgesteld door de KNO arts.

Deze folder geeft u informatie over duizeligheid en daarbij behorende klachten. Deze folder is opgesteld door de KNO arts. Duizeligheid Deze folder geeft u informatie over duizeligheid en daarbij behorende klachten. Deze folder is opgesteld door de KNO arts. Wat is duizeligheid Iedereen is wel eens duizelig geweest. Toch is

Nadere informatie

Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid

Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid U bent mogelijk verwezen door uw huisarts in verband met duizeligheidklachten die aanvalsgewijs optreden en bewegingsafhankelijk zijn. Dit wordt Benigne Paroxysmale

Nadere informatie

Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid

Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid Neurologie en Neurochirurgie Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Wat is BPPD?... 3 Oorzaak... 3 Klachten... 4 Onderzoek... 5 Behandeling... 5 Manoeuvre van Epley...

Nadere informatie

Wat is BPPD? BPPD is een aandoening waarbij kinderen of volwassen kortdurend last hebben van duizeligheidsklachten bij bewegen van het hoofd.

Wat is BPPD? BPPD is een aandoening waarbij kinderen of volwassen kortdurend last hebben van duizeligheidsklachten bij bewegen van het hoofd. BPPD Wat is BPPD? BPPD is een aandoening waarbij kinderen of volwassen kortdurend last hebben van duizeligheidsklachten bij bewegen van het hoofd. Hoe wordt BPPD ook wel genoemd? BPPD is een afkorting

Nadere informatie

Duizeligheid. Havenziekenhuis

Duizeligheid. Havenziekenhuis Duizeligheid In deze folder leest u wat duizeligheid precies inhoudt. De oorzaken van duizeligheid worden beschreven. En u kunt lezen hoe duizeligheid in het ziekenhuis wordt onderzocht. Tenslotte wordt

Nadere informatie

Maatschap Keel-, Neus- en Oorheelkunde. Duizeligheid

Maatschap Keel-, Neus- en Oorheelkunde. Duizeligheid Maatschap Keel-, Neus- en Oorheelkunde Algemeen Deze folder geeft u informatie over duizeligheid en de daarbij behorende klachten en behandeling. Iedereen is wel eens duizelig geweest. Toch is het moeilijk

Nadere informatie

De behandeling van duizeligheid (BPPD)

De behandeling van duizeligheid (BPPD) Keel-, Neus- en Oorheelkunde Patiënteninformatie De behandeling van duizeligheid (BPPD) U ontvangt deze informatie, omdat uw kno-arts heeft vastgesteld dat uw duizeligheid waarschijnlijk berust op benigne

Nadere informatie

Duizeligheid. Havenziekenhuis

Duizeligheid. Havenziekenhuis Duizeligheid In deze folder leest u wat duizeligheid precies inhoudt. De oorzaken van duizeligheid worden beschreven. En u kunt lezen hoe duizeligheid in het ziekenhuis wordt onderzocht. Tenslotte wordt

Nadere informatie

Boeken bachelor geneeskunde Jaar van eerste gebruik door cohort

Boeken bachelor geneeskunde Jaar van eerste gebruik door cohort Uitleg: Kijk bij jouw cohort/studiejaar in de kolommen links naar de jaartallen. Het jaartal geeft aan in welk studiejaar het boek voor het eerst door jouw cohort in gebruik is. De meeste studieboeken

Nadere informatie

Wilhelmina Ziekenhuis Assen. Vertrouwd en dichtbij. Informatie voor patiënten. Duizeligheid

Wilhelmina Ziekenhuis Assen. Vertrouwd en dichtbij. Informatie voor patiënten. Duizeligheid Wilhelmina Ziekenhuis Assen Vertrouwd en dichtbij Informatie voor patiënten Duizeligheid z Deze brochure geeft u informatie over duizeligheid en de daarbij behorende klachten. 1 Wat is duizeligheid? Iedereen

Nadere informatie

Trastuzumab (Herceptin )

Trastuzumab (Herceptin ) Trastuzumab (Herceptin ) Borstkanker (mammacarcinoom) De diagnose borstkanker is bij u vastgesteld. Dit wordt ook wel een mammacarcinoom genoemd. De behandeling van een mammacarcinoom bestaat uit een operatieve

Nadere informatie

Boeken bachelor geneeskunde

Boeken bachelor geneeskunde Groene markering hieronder betekent dat het boek nog niet eerder is aanbevolen voor aanschaf voor het betreffende cohort. Jaar van eerste gebruik door cohort en bachelor geneeskunde 2018 2016 ANATOMIE

Nadere informatie

Differentieel diagnose. Pijn in de borst. Doelstellingen van de les. Diagnose van pijn op de borst. Alarmsymptomen. Behandeling

Differentieel diagnose. Pijn in de borst. Doelstellingen van de les. Diagnose van pijn op de borst. Alarmsymptomen. Behandeling Pijn in de borst Dirk Devroey 16 maart 2005 15/03/2005 pag. 1 Doelstellingen van de les Diagnose van pijn op de borst Alarmsymptomen Behandeling 15/03/2005 pag. 2 Differentieel diagnose 1. Overbelaste

Nadere informatie

Hyperventilatie. Ziekenhuis Gelderse Vallei

Hyperventilatie. Ziekenhuis Gelderse Vallei Hyperventilatie Ziekenhuis Gelderse Vallei Deze folder is bedoeld voor mensen die verwezen zijn door de huisarts naar de eerste hart hulp (EHH) met een bepaald klachtenpatroon dat kan passen bij hart-

Nadere informatie

Duizeligheid door BPPD

Duizeligheid door BPPD Duizeligheid door BPPD Inleiding Recent heeft uw KNO-arts vastgesteld dat uw duizeligheid waarschijnlijk berust op Benigne Paroxismale Positie Duizeligheid (BPPD). Deze folder heeft tot doel u informatie

Nadere informatie

Diagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders

Diagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders Diagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders Inleiding Bij de diagnostiek van psychische klachten in de huisartsenpraktijk worden niet altijd dezelfde diagnostische criteria

Nadere informatie

Spanningshoofdpijn, Spierspanningshoofdpijn, Tension Headache, Cervicogene Cephalia

Spanningshoofdpijn, Spierspanningshoofdpijn, Tension Headache, Cervicogene Cephalia Spanningshoofdpijn, Spierspanningshoofdpijn, Tension Headache, Cervicogene Cephalia Spanningshoofdpijn wordt veroorzaakt door spierspanningen in de hals, de schouders en het hoofd. De hoofdpijn is vaak

Nadere informatie

Hartkwalen Gasping. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart 22-1-2012

Hartkwalen Gasping. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart. Aandoeningen v/h hart 22-1-2012 Hartkwalen Gasping De belangrijkste klachten zijn: vermoeidheid kortademigheid (vooral bij inspanning) opgezette benen en enkels onrustig slapen en s nachts vaak plassen 4 Hartfalen sen Hartspierziekte

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - FEBRUARI 2017

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - FEBRUARI 2017 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - FEBRUARI 2017 Nr. Antwoord 1. A 16. B 2. B 17. B 3. B 18. B 4. A 19. B 5. A 20. B 6. A 21. A 7. B 22. A 8. A 23. B 9. B 24. D 10.

Nadere informatie

91. D 192. A 93. A 194. B 95. D 96. A 97. D 98. A 99. D 100. C 101. B 102. C 103. B 104. C 105. A

91. D 192. A 93. A 194. B 95. D 96. A 97. D 98. A 99. D 100. C 101. B 102. C 103. B 104. C 105. A ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - FEBRUARI 2017 Vervallen vragen (n=7): 1, 23, 31, 43, 44, 85 en 200. Geen sleutelwijzigingen. Nr. Antwoord 1. A 16. B 2. B 17. B 3.

Nadere informatie

Duizeligheid. Wat is duizeligheid? Hoe werkt het evenwichtssysteem?

Duizeligheid. Wat is duizeligheid? Hoe werkt het evenwichtssysteem? In deze brochure kunt u informatie lezen over duizeligheid en de klachten die daarbij horen. Het is niet mogelijk om in deze brochure alle details voor elke situatie te beschrijven. Heeft u, ondanks de

Nadere informatie

Duizeligheid. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Duizeligheid. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Duizeligheid U heeft last van duizeligheid. De meeste mensen klagen bij duizeligheid over draaierigheid, een licht gevoel in het hoofd, het gevoel alsof de wereld om hen heen draait of dat zijzelf rondtollen.

Nadere informatie

Dermatologie. Gordelroos. Slingeland Ziekenhuis

Dermatologie. Gordelroos. Slingeland Ziekenhuis Dermatologie Gordelroos i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Wat is gordelroos? Gordelroos (officiële naam: herpes zoster) is een huidaandoening, die veroorzaakt wordt door het varicella-zoster

Nadere informatie

KNO. Duizeligheid BPPD. Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep

KNO. Duizeligheid BPPD. Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep KNO Duizeligheid BPPD Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep Uw KNO-arts heeft vastgesteld dat uw duizeligheid waarschijnlijk komt door Benigne Paroxismale

Nadere informatie

Fase 1: Verwijzing, aanmelding en initiële hypothese. Screening. Hypothese: Er is mogelijk sprake van liespijn als gevolg van rode vlaggen.

Fase 1: Verwijzing, aanmelding en initiële hypothese. Screening. Hypothese: Er is mogelijk sprake van liespijn als gevolg van rode vlaggen. Stroomdiagram Liespijn Onderstaand stroomdiagram kan worden gebruikt voor het diagnostisch proces, bij patiënten met liespijn. Hierbij wordt de nadruk gelegd op artrogene problematiek. Niet atrogene aandoeningen

Nadere informatie

Duizeligheid. Afdeling KNO

Duizeligheid. Afdeling KNO Duizeligheid Afdeling KNO Deze pagina heeft tot doel u informatie te geven over duizeligheid en daarbij behorende klachten. Als u recent voor deze klacht bij een keel-, neus- en oorarts (kno-arts) bent

Nadere informatie

Doel Preventie van duizeligheid en complicaties bij zelfstandig wonende ouderen.

Doel Preventie van duizeligheid en complicaties bij zelfstandig wonende ouderen. STAPPENPLAN DUIZELIGHEID IN DE EERSTE LIJN Doel Preventie van duizeligheid en complicaties bij zelfstandig wonende ouderen. STAP 1: Screenen op duizeligheid in de eerste lijn. Hebt u de afgelopen maand

Nadere informatie

Duizeligheid. Afdeling KNO

Duizeligheid. Afdeling KNO Duizeligheid Afdeling KNO . Duizeligheid Deze folder informeert u over evenwicht, oorzaken van duizeligheid en klachten die daarbij voor kunnen komen. Wat is duizeligheid? Iedereen krijgt voortdurend informatie

Nadere informatie

Dermatologie Gordelroos

Dermatologie Gordelroos Dermatologie Gordelroos 2 Wat is gordelroos? Gordelroos (officiële naam: herpes zoster) is een huidaandoening, die veroorzaakt wordt door het varicella-zoster virus en per jaar bij ongeveer 3 op de 1000

Nadere informatie

Dokter op dinsdag. Duizeligheid. Susanne Balter, KNO-arts

Dokter op dinsdag. Duizeligheid. Susanne Balter, KNO-arts Dokter op dinsdag Duizeligheid Susanne Balter, KNO-arts Dinsdag 23 juni 2015 Wat gaan we bespreken? Voorkomen duizeligheid Het evenwichtsorgaan Onderzoek bij de KNO arts Oorzaken van duizeligheid Behandeling

Nadere informatie

Duizeligheid is dus de ervaring van een gevoel, dat op zichzelf - net zoals pijn - niet gemeten kan worden.

Duizeligheid is dus de ervaring van een gevoel, dat op zichzelf - net zoals pijn - niet gemeten kan worden. Duizeligheid In deze brochure vindt u informatie over duizeligheid en de klachten die daarbij horen. Het is niet mogelijk om in deze brochure alle details voor elke situatie te beschrijven. Heeft u, ondanks

Nadere informatie

Duizeligheidsklachten

Duizeligheidsklachten Patiënteninformatie Duizeligheidsklachten Informatie over het ontstaan en de verschillende vormen van duizeligheid Duizeligheidsklachten U heeft een afspraak in Tergooi voor meer informatie over duizeligheid.

Nadere informatie

Positieafhankelijke draaiduizeligheid

Positieafhankelijke draaiduizeligheid Positieafhankelijke draaiduizeligheid Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid (BPPD) Bij u is de diagnose Benigne Paroxysmale Positie Duizeligheid (BPPD) gesteld door de Neuroloog of KNO-arts. In deze

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. Neuritis vestibularis.

Kinderneurologie.eu. Neuritis vestibularis. Neuritis vestibularis Wat is neuritis vestibularis? Neuritis vestibularis is een aandoening waarbij de evenwichtszenuw ontstoken raakt en kinderen of volwassen last krijgen van duizeligheidsklachten, misselijkheid

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2018

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2018 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2018 Nr. Antwoord 1. A 16. B 2. D 17. C 3. A 18. C 4. B 19. A 5. B 20. A 6. B 21. B 7. D 22. B 8. C 23. A 9. B 24. B 10. A 25.

Nadere informatie

Juveniele spondylartropathie/enthesitis gerelateerde artritis (SpA-ERA)

Juveniele spondylartropathie/enthesitis gerelateerde artritis (SpA-ERA) www.printo.it/pediatric-rheumatology/nl/intro Juveniele spondylartropathie/enthesitis gerelateerde artritis (SpA-ERA) Versie 2016 1. WAT IS JUVENIELE SPONDYLARTROPATHIE/ENTHESITIS GERELATEERDE ARTRITIS

Nadere informatie

Groepsspreekuur Urticaria & Angiooedeem. Urticaria = galbulten = netelroos

Groepsspreekuur Urticaria & Angiooedeem. Urticaria = galbulten = netelroos Groepsspreekuur Urticaria & Angiooedeem Urticaria = galbulten = netelroos Urticaria Urticaria komen veel voor: ¼ volwassenen heeft het wel eens gehad Kenmerkend zijn snel wisselende kwaddels (bleek) daaromheen

Nadere informatie

TITELOVERZICHT BSL Academy Geneeskunde

TITELOVERZICHT BSL Academy Geneeskunde TITELOVERZICHT BSL Academy Geneeskunde BOEKEN Titel ISBN Jaar uitgifte Anamnese en advies** 9789031342792 2004 / 3e druk Anesthesia Student Survival Guide** 9780387097084 2010 Atlas of Anatomic Pathology

Nadere informatie

ACUTE VERWARDHEID NIET ALTIJD DEMENTIE 10 en 12/11/2015

ACUTE VERWARDHEID NIET ALTIJD DEMENTIE 10 en 12/11/2015 ACUTE VERWARDHEID NIET ALTIJD DEMENTIE 10 en 12/11/2015 Niet steeds dementie Vraagstelling: 1) Kan elke verwardheid voorkomen worden? 2) Wat kunnen we doen om te voorkomen? 3) Wat kunnen we doen bij acute

Nadere informatie

Patiënten vragenlijst baseline - chronische urticaria

Patiënten vragenlijst baseline - chronische urticaria Patiënten vragenlijst baseline - chronische urticaria Beste patiënt De vragenlijst hieronder betreft vragen over urticaria (galbulten) en/of angio-oedeem (zwellingen). De antwoorden op de vragen zijn van

Nadere informatie

Duizeligheid. Wat is duizeligheid? In deze folder vindt u informatie over duizeligheid, de bijbehorende klachten en oorzaken.

Duizeligheid. Wat is duizeligheid? In deze folder vindt u informatie over duizeligheid, de bijbehorende klachten en oorzaken. KNO Duizeligheid Duizeligheid In deze folder vindt u informatie over duizeligheid, de bijbehorende klachten en oorzaken. Wat is duizeligheid? Iedereen is wel eens duizelig geweest. Toch is het moeilijk

Nadere informatie

BOEKENLIJST BACHELOR JAAR 1, STUDIEJAAR versie d.d

BOEKENLIJST BACHELOR JAAR 1, STUDIEJAAR versie d.d BOEKENLIJST BACHELOR JAAR 1, STUDIEJAAR 2016-2017 versie d.d. 11-08-2016 Thema Ba.1.A Auteur Titel Editie Jaar Uitgever ISBN 13 Prijs Opmerkingen 1 Alberts B., Bray D. Essential cell biology 4 2013 Garland

Nadere informatie

ANGST. Dr. Miriam Lommen. Zit het in een klein hoekje? Assistant professor Klinische Psychologie en Experimentele Psychopathologie m.j.j.lommen@rug.

ANGST. Dr. Miriam Lommen. Zit het in een klein hoekje? Assistant professor Klinische Psychologie en Experimentele Psychopathologie m.j.j.lommen@rug. ANGST Zit het in een klein hoekje? Dr. Miriam Lommen Assistant professor Klinische Psychologie en Experimentele Psychopathologie m.j.j.lommen@rug.nl Wie is er NOOIT bang? Heb ik een angststoornis? Volgens

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2016

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2016 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2016 Nr. Antwoord 1. B 16. C 2. B 17. C 3. C 18. C 4. C 19. B 5. C 20. C 6. B 21. A 7. A 22. C 8. C 23. D 9. D 24. A 10.

Nadere informatie

Verschijnselen van duizeligheid Oorzaken van duizeligheid

Verschijnselen van duizeligheid Oorzaken van duizeligheid Duizeligheid Uw behandelend arts heeft voorgesteld om vanwege uw duizeligheidklachten een onderzoek door de KNO-arts te laten verrichten. Deze folder geeft u informatie over wat de KNO-arts in het CWZ

Nadere informatie

Bijlage : relevante rubrieken van de bijsluiter die werden herwerkt (de veranderingen in de tekst zijn onderlijnd)

Bijlage : relevante rubrieken van de bijsluiter die werden herwerkt (de veranderingen in de tekst zijn onderlijnd) Een Direct Healthcare Professional Communication (DHPC) is een schrijven dat naar de gezondheidszorgbeoefenaars wordt gezonden door de farmaceutische firma s, om hen te informeren over mogelijke risico

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2017

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2017 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2017 Nr. Antwoord 1. A 16. B 2. A 17. C 3. B 18. B 4. A 19. A 5. A 20. C 6. C 21. A 7. C 22. B 8. D 23. A 9. B 24. C 10. C 25.

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2017

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2017 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - MEI 2017 Nr. Antwoord 1. A 16. B 2. A 17. C 3. B 18. B 4. A 19. A 5. A 20. C 6. C 21. A 7. C 22. B 8. D 23. A 9. B 24. C 10. C 25.

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE BENIGNE PAROXYSMALE POSITIEDUIZELIGHEID (BPPD)

PATIËNTEN INFORMATIE BENIGNE PAROXYSMALE POSITIEDUIZELIGHEID (BPPD) Afdeling Neurologie PATIËNTEN INFORMATIE BENIGNE PAROXYSMALE POSITIEDUIZELIGHEID (BPPD) Bewegingsafhankelijke duizeligheid Benigne paroxysmale positieduizeligheid (BPPD) kenmerkt zich door acute draaiduizeligheid

Nadere informatie

De geriatrische patiënt op de SEH. SEH onderwijsdag Sigrid Wittenberg, aios klinische geriatrie

De geriatrische patiënt op de SEH. SEH onderwijsdag Sigrid Wittenberg, aios klinische geriatrie De geriatrische patiënt op de SEH SEH onderwijsdag Sigrid Wittenberg, aios klinische geriatrie Relevante onderwerpen Delier Symptoomverarming Medicatie op de SEH Duur aanwezigheid patiënt op de SEH Delier

Nadere informatie

Juveniele Spondylartropathie/Enthesitis Gerelateerde Artritis (SPA-ERA)

Juveniele Spondylartropathie/Enthesitis Gerelateerde Artritis (SPA-ERA) www.printo.it/pediatric-rheumatology/be_fm/intro Juveniele Spondylartropathie/Enthesitis Gerelateerde Artritis (SPA-ERA) Versie 2016 1. WAT IS JUVENIELE SPONDYLARTROPATHIE/ENTHESITIS GERELATEERDE ARTRITIS

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - DECEMBER 2016

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - DECEMBER 2016 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - DECEMBER 2016 Nr. Antwoord 1. A 16. B 2. A 17. D 3. B 18. B 4. A 19. A 5. A 20. B 6. C 21. D 7. A 22. A 8. A 23. A 9. B 24. C 10.

Nadere informatie

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) FEBRUARI 2016

GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) FEBRUARI 2016 GEWIJZIGDE ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) FEBRUARI 2016 Vervallen vragen (n=10): 42, 49, 52, 81, 90, 106, 107, 111, 120 en 187. Sleutelwijzigingen (n=2): 76 en 98.

Nadere informatie

Vroegsignalering bij dementie

Vroegsignalering bij dementie Vroegsignalering bij dementie Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Contact: Connie Klingeman, Hogeschool Rotterdam c.a.klingeman@hr.nl

Nadere informatie

Keel-, neus- en oorheelkunde. Duizeligheid

Keel-, neus- en oorheelkunde. Duizeligheid Keel-, neus- en oorheelkunde Duizeligheid 1 Inleiding Deze folder geeft u informatie over duizeligheid en de daarbij behorende klachten. Wat is duizeligheid? In het algemeen wordt onder duizeligheid verstaan

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Behandeling met APD. Gebruik en bijwerkingen. 1234567890-terTER_

Patiënteninformatie. Behandeling met APD. Gebruik en bijwerkingen. 1234567890-terTER_ Patiënteninformatie Behandeling met APD Gebruik en bijwerkingen 1234567890-terTER_ Behandeling met APD U heeft een afspraak in Tergooi voor een behandeling APD. Onze artsen en medewerkers doen er alles

Nadere informatie

gericht bouwen aan kennis

gericht bouwen aan kennis Video s Audio gericht bouwen aan kennis Abonnement BSL 59,- aan waarde voor maar: Slechts 16,50 ACADEMY GENEESKUNDE inhoudsoverzicht bsl academy geneeskunde abonnement. alle studiematerialen voor u op

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Hyperventilatie, een adembenemend verschijnsel. Wat is hyperventilatie, wat zijn symptomen en hoe bestrijd je een aanval?

Patiënteninformatie. Hyperventilatie, een adembenemend verschijnsel. Wat is hyperventilatie, wat zijn symptomen en hoe bestrijd je een aanval? Patiënteninformatie Hyperventilatie, een adembenemend verschijnsel Wat is hyperventilatie, wat zijn symptomen en hoe bestrijd je een aanval? Hyperventilatie, een adembenemend verschijnsel Wat is hyperventilatie,

Nadere informatie

Boekenlijst opleiding Geneeskunde VUmc 2015-2016

Boekenlijst opleiding Geneeskunde VUmc 2015-2016 Boekenlijst opleiding Geneeskunde VUmc 2015-2016 Bedoeld voor: Bachelorjaar 1: cohort 2015-2016 Bachelorjaar 2: cohort 2014-2015 Bachelorjaar 3: cohort 2013-2014 Masterjaar 1: cohort 2012-2013 Masterjaar

Nadere informatie

2017 A 2016 A 2016 A 14e druk, ISBN

2017 A 2016 A 2016 A 14e druk, ISBN Historische boekenlijst Per discipline is het boek aangegeven dat voor een specifiek bachelorcohort op de boekenlijst stond voor studiejaar 2018-2019 of eerder. Deze lijst kunnen docenten gebruiken om

Nadere informatie

Pijn op de borst Wel of niet van het hart?

Pijn op de borst Wel of niet van het hart? Pijn op de borst Wel of niet van het hart? Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Pijn op de borst, wel of niet van het hart? Gelukkig wordt niet alle pijn op de borst veroorzaakt

Nadere informatie

Hoofdpijn Blijf er niet mee lopen. Rob Bernsen en Marian van Zagten, neurologen Namens overige leden Multidisciplinaire Hoofdpijnpoli

Hoofdpijn Blijf er niet mee lopen. Rob Bernsen en Marian van Zagten, neurologen Namens overige leden Multidisciplinaire Hoofdpijnpoli Hoofdpijn Blijf er niet mee lopen Rob Bernsen en Marian van Zagten, neurologen Namens overige leden Multidisciplinaire Hoofdpijnpoli Inhoud Cijfers Wat gebeurt er in het ziekenhuis? Typen hoofdpijn Spanningshoofdpijn

Nadere informatie

Dementie per leeftijdscategorie 6-1-2010. Dementie Dementiesyndroom. = ontgeesting. Omvang dementie in Nederland. Matthieu Berenbroek

Dementie per leeftijdscategorie 6-1-2010. Dementie Dementiesyndroom. = ontgeesting. Omvang dementie in Nederland. Matthieu Berenbroek Dementie Dementiesyndroom de-mens = ontgeesting Matthieu Berenbroek Fontys Hogeschool Verpleegkunde Omvang dementie in Nederland 2005 180.000 / 190.000 dementerenden 2050 400.000 dementerenden Bron CBO

Nadere informatie

Pijn op de borst Wel of niet van het hart?

Pijn op de borst Wel of niet van het hart? Pijn op de borst Wel of niet van het hart? Albert Schweitzer ziekenhuis Cardiologie november 2014 pavo 0610 Pijn op de borst, wel of niet van het hart? Gelukkig wordt niet alle pijn op de borst veroorzaakt

Nadere informatie

Prednison bij ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Maag-Darm-Levercentrum

Prednison bij ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Maag-Darm-Levercentrum Prednison bij ziekte van Crohn en colitis ulcerosa Maag-Darm-Levercentrum Beter voor elkaar Inleiding De maag-darm-leverarts (MDL-arts) heeft samen met u besloten om u te behandelen met Prednison. In deze

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Behandeling met APD. Gebruik en bijwerkingen terTER_

Patiënteninformatie. Behandeling met APD. Gebruik en bijwerkingen terTER_ Patiënteninformatie Behandeling met APD Gebruik en bijwerkingen 1234567890-terTER_ Behandeling met APD U heeft een afspraak in Tergooi voor een behandeling APD. Onze artsen en medewerkers doen er alles

Nadere informatie

12. Urticaria. Dermatologie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

12. Urticaria. Dermatologie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! 12. Urticaria Dermatologie Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Wat is urticaria? Urticaria (urtica = brandnetel) is de medische naam voor netelroos of galbulten. Het is een huiduitslag

Nadere informatie

Orthostatische hypotensie

Orthostatische hypotensie Infobrochure Orthostatische hypotensie Beste patiënt, Beste patiënte, Naar aanleiding van uw verblijf in het ziekenhuis in Waregem kreeg u te horen dat u last heeft van orthostatische hypotensie. In deze

Nadere informatie

Prednison, prednisolon (corticosteroïden)

Prednison, prednisolon (corticosteroïden) Prednison, prednisolon (corticosteroïden) Uw behandelend arts heeft u prednison voorgeschreven. Deze folder geeft informatie over dit geneesmiddel. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, dan

Nadere informatie

Declaratiecode Zorgproductcode Lekenomschrijving Totaal bedrag 14C031 990030021 Klinisch neurofysiologisch onderzoek bij Een aandoening van de

Declaratiecode Zorgproductcode Lekenomschrijving Totaal bedrag 14C031 990030021 Klinisch neurofysiologisch onderzoek bij Een aandoening van de 14C031 990030021 Klinisch neurofysiologisch onderzoek bij Een aandoening van de hersenen/zenuwen/het ruggenmerg 505,51 14C032 990030022 Klinisch neurofysiologisch onderzoek bij Een aandoening van de hersenen/zenuwen/het

Nadere informatie

Erythematosquameuze laesies De 11 belangrijkste differentiaal diagnosen Dr. Michael Florack, dermatoloog PROVOKE P = plaats R = rangschikking O = omvang V = vorm O = omtrek K = kleur E = efflorescentie

Nadere informatie

Dermatologie. Urticaria. Slingeland Ziekenhuis

Dermatologie. Urticaria. Slingeland Ziekenhuis Dermatologie Urticaria i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Wat is urticaria? Urticaria (urtica = brandnetel) is de medische naam voor netelroos of galbulten. Het is een huiduitslag die vaak heftig

Nadere informatie

Prednison / Prednisolon (corticosteroïden) bij Inflammatoire darmziekten (ziekte van Crohn, Colitis Ulcerosa)

Prednison / Prednisolon (corticosteroïden) bij Inflammatoire darmziekten (ziekte van Crohn, Colitis Ulcerosa) Prednison / Prednisolon (corticosteroïden) bij Inflammatoire darmziekten (ziekte van Crohn, Colitis Ulcerosa) Uw behandelend arts heeft met u gesproken over het gebruik van prednison/ prednisolon. In

Nadere informatie

dagziekenhuis inwendige geneeskunde Zoledroninezuur

dagziekenhuis inwendige geneeskunde Zoledroninezuur dagziekenhuis inwendige geneeskunde Zoledroninezuur Inhoud Zoledroninezuur 3 Voorbereiding 3 Rijvaardigheid en gebruik van machines 3 Gebruik bij ouderen 4 Uitzonderingen bij gebruik 4 Combinatie met andere

Nadere informatie

Oefeningen tegen Ischias en klachten van de tussenwervelschijven

Oefeningen tegen Ischias en klachten van de tussenwervelschijven Oefeningen tegen Ischias en klachten van de tussenwervelschijven Ischias is een vorm van zenuwpijn, beginnend in de heup en verdergaand langs de achterzijde van het been tot aan de voet, veroorzaakt door

Nadere informatie

Ik ben zo benauwd. Titia Klemmeier/Josien Bleeker

Ik ben zo benauwd. Titia Klemmeier/Josien Bleeker Ik ben zo benauwd Titia Klemmeier/Josien Bleeker dyspneu ademnood kortademigheid benauwdheid Bemoeilijkte ademhaling Programma Inventarisatie leerdoelen Kennis over de praktijk? Alarmsymptomen Achtergrond

Nadere informatie

Lanreotide bij neuro-endocriene tumoren

Lanreotide bij neuro-endocriene tumoren Lanreotide bij neuro-endocriene tumoren Inleiding De informatie in dit document is bedoeld als aanvulling op de informatie die u al heeft gekregen van uw behandelend internist-oncoloog en de oncologieverpleegkundige.

Nadere informatie

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2017

ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2017 ANTWOORDSLEUTEL INTERUNIVERSITAIRE VOORTGANGSTOETS GENEESKUNDE (ivtg) - SEPTEMBER 2017 Nr. Antwoord 1. A 16. A 2. B 17. B 3. A 18. A 4. B 19. B 5. D 20. C 6. B 21. C 7. B 22. A 8. B 23. A 9. A 24. B 10.

Nadere informatie

Chronisch Hartfalen. Wat is chronisch hartfalen?

Chronisch Hartfalen. Wat is chronisch hartfalen? Chronisch Hartfalen Wat is chronisch hartfalen? Omschrijving Hartfalen Hartfalen is een aandoening van het hart waarbij het hart niet meer in staat is om voldoende bloed uit te pompen en rond te pompen.

Nadere informatie

Urineweginfecties en antibiotica

Urineweginfecties en antibiotica Urologie Urineweginfecties en antibiotica www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Algemene oorzaken urineweginfecties... 3 Blaasontsteking... 4 Verschijnselen kunnen zijn:... 4 Diagnose... 4 Behandeling... 5

Nadere informatie

Centrum voor Revalidatie Complex Regionaal Pijn Syndroom (CRPS)

Centrum voor Revalidatie Complex Regionaal Pijn Syndroom (CRPS) Centrum voor Revalidatie Complex Regionaal Pijn Syndroom (CRPS) Het verloop, de symptomen en de behandeling Centrum voor Revalidatie Inleiding Uw arts heeft bij u de diagnose Complex Regionaal Pijn Syndroom

Nadere informatie

NHG-Standaarden voor de praktijkassistente 2010

NHG-Standaarden voor de praktijkassistente 2010 NHG-Standaarden voor de praktijkassistente 2010 In NHG-Standaarden voor de praktijkassistente 2010 zijn de NHG-Standaarden voor huisartsen toegankelijk gemaakt voor praktijkassistentes. Als zodanig is

Nadere informatie

Vermoeidheid & hartziekten

Vermoeidheid & hartziekten Vermoeidheid & hartziekten Menno Baars, cardioloog HartKliniek Nederland april 2014 Cardioloog van de nieuwe HartKliniek Nieuwe organisatie van eerstelijnscardiologiecentra Polikliniek & dagbehandeling

Nadere informatie

Buikpijn- een opvlamming? Dr. F.H.J. Wolfhagen, MDL-arts

Buikpijn- een opvlamming? Dr. F.H.J. Wolfhagen, MDL-arts Buikpijn- een opvlamming? Dr. F.H.J. Wolfhagen, MDL-arts 24 november 2018 IBD en buikpijn Pijn is belangrijk als waarschuwing voor mogelijk schadelijke invloeden Veel voorkomende klacht bij IBD Bij colitis

Nadere informatie

Declaratiecode Zorgproduct passantentarief BCN 2015 Omschrijving 15A333 060607016 167,12 Consult op de polikliniek bij Een slaapstoornis 15A336

Declaratiecode Zorgproduct passantentarief BCN 2015 Omschrijving 15A333 060607016 167,12 Consult op de polikliniek bij Een slaapstoornis 15A336 Declaratiecode Zorgproduct passantentarief BCN 2015 Omschrijving 15A333 060607016 167,12 Consult op de polikliniek bij Een slaapstoornis 15A336 069499010 401,82 Lokale injectie van corticosteroiden (ontstekingsremmers)(met

Nadere informatie

COMPLICATIES Lange termijn complicaties Complicaties van de ogen (retinopathie) Complicaties van de nieren (nefropathie)

COMPLICATIES Lange termijn complicaties Complicaties van de ogen (retinopathie) Complicaties van de nieren (nefropathie) COMPLICATIES Lange termijn complicaties Wanneer u al een lange tijd diabetes heeft, kunnen er complicaties optreden. Deze treden zeker niet bij alle mensen met diabetes in dezelfde mate op. Waarom deze

Nadere informatie

Gezondheidsverklaring

Gezondheidsverklaring Gezondheidsverklaring Geef een juist en volledig antwoord op alle vragen. Dit is erg belangrijk. Hiermee kunt u later problemen voorkomen. Noem al uw gezondheidsklachten. Ook als u denkt dat deze niet

Nadere informatie