Inspectierapport Kindercentrum De Kids Loods (BSO) Walmolenstraat BZ Almere Registratienummer

Transcriptie

1 Inspectierapport Kindercentrum De Kids Loods (BSO) Walmolenstraat BZ Almere Registratienummer Toezichthouder: GGD Flevoland In opdracht van gemeente: Almere Datum inspectie: Type onderzoek : Nader onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport:

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 5 Overzicht getoetste inspectie-items... 9 Gegevens voorziening Gegevens toezicht van 11

3 Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 5 van de Wet kinderopvang. Het betreft een onaangekondigd nader onderzoek. Beschouwing Algemeen Kindercentrum de Kids Loods is bij de Kamer van Koophandel (KvK) geregistreerd als eenmanszaak. De huidige houder is sinds november 2014 geregistreerd als houder van de Kids Loods in het Landelijk Register Kinderopvang (LRKP). Het betreft een buitenschoolse opvang (BSO) en een kinderdagverblijf (KDV), beide met één groepsruimte gevestigd in een pand aan de Walmolenstraat 3 te Almere. Het KDV heeft een registratie voor 12 kindplaatsen in het LRKP. De BSO heeft een registratie voor 30 kindplaatsen in het LRKP. Inspectie geschiedenis december 2017 jaarlijkse inspectie. Uit dit onderzoek blijkt dat de houder onvoldoende aantoonbaar een stijgende lijn heeft weten vast te houden. Dit blijkt onder andere uit de beoordeling van de documenten, de praktijk en de zorg voor de locatie. Het is ondanks inzet van de houder en personeel niet gelukt om aan de gestelde voorwaarden in de Wet kinderopvang te voldoen. Advies: handhaven. Inspectie 3 mei 2017 besluit tot opleggen last onder dwangsom. De houder heeft een plan van aanpak opgesteld waaruit blijkt op welke termijn maatregelen op risico's worden uitgevoerd. : de houder treft maatregelen de eerder geconstateerde tekortkoming te (gaan) herstellen. Advies: niet handhaven. Locatie gesprek. Op 6 maart 2017 heeft er een gesprek plaatsgevonden met de houder van KDV en BSO Kids Loods, een betrokken ouder, de juridisch medewerker van gemeente Almere en de toezichthouder Kinderopvang GGD. Aanleiding van dit gesprek was om met de houder in gesprek te gaan over de inspectiegeschiedenis en het naleef gedrag van deze houder. Besluit tot opleggen last onder dwangsom 2 februari Er kunnen geen gewijzigde documenten ten opzichte van de inspectie november 2016 overlegd worden. De houder verklaart bezig te zijn met het opstellen van documenten. In de praktijk zijn maatregelen op risico's niet uitgevoerd. Advies: handhaving. 14 november 2016 aankondiging last onder dwangsom. De inzet van de houder is op dit moment niet voldoende om alle tekortkomingen te herstellen. De toezichthouder adviseert handhaving met een redelijke termijn voor de houder om te gaan voldoen. 19 augustus 2016 jaarlijkse inspectie. De houder heeft onvoldoende zorg gedragen voor het herstellen van alle in 2015 geconstateerde tekortkomingen. Tijdens de huidige inspectie zijn er overtredingen op 5 domeinen. De toezichthouder adviseert handhaving. Huidig nader onderzoek Op 17 april 2018 hebben er twee toezichthouders de locatie onaangekondigd bezocht voor het nader onderzoek naar aanleiding van het jaarlijks onderzoek in december De houder nam de tijd om in gesprek te gaan met één van de toezichthouders. Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat de houder volgende punten heeft aangepast of opgelost. De Verklaringen omtrent het gedrag voldoen aan de eisen. Het beroepskracht-kind-ratio voldeed aan de eisen. De ouders zijn voldoende geïnformeerd over het nieuwe pedagogisch beleid. De houder is aangesloten bij de geschillencommissie. De volgende punten zijn niet of onvoldoende opgelost. Dit blijkt onder andere uit de beoordeling van de documenten, de praktijk en de zorg voor de locatie. Er wordt onvoldoende rekening gehouden met de fase of het opleidingsniveau van de stagiaires. Het veiligheid-en gezondheidsbeleid voldoet niet aan de eisen. Ouders worden niet geïnformeerd over de mogelijkheid geschillen in te dienen. 3 van 11

4 De houder heeft middels een nader onderzoek de gelegenheid gekregen de tekortkomingen te herstellen. Een aantal punten zijn zichtbaar opgepakt en aangepast. Echter, het herstel is onvoldoende. De houder is op punten onvoldoende geïnformeerd over de Wet kinderopvang. Sinds de registratie in 2013 is na elk jaarlijks onderzoek één of meerdere nader onderzoeken uitgevoerd. Uit de inspectiegeschiedenis kan worden geconcludeerd dat er sprake is van een niet leerbare houding van de houder, dan wel het beschikken over onvoldoende kennis om de jaarlijkse inspecties zonder handhavingen te laten verlopen. Advies De toezichthouders adviseren de gemeente Almere te handhaven. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. 4 van 11

5 Observaties en bevindingen Personeel en groepen Tijdens het jaarlijks onderzoek ( ) is vastgesteld dat aan de volgende eisen niet is voldaan; Stagiaires beschikken over een verklaring omtrent gedrag; van beroepskrachten in opleiding kan worden aangetoond dat zij worden ingezet; volgens de voorwaarden zoals opgenomen in de meest recente CAO kinderopvang. Verklaring omtrent het gedrag en personenregister kinderopvang Op het moment van inspectie waren er 2 beroepskrachten (waaronder de houder) en 2 stagiaires aanwezig. Alle aanwezige zijn in het bezit van een geldig VOG. Er wordt voldaan aan de eisen. Opleidingseisen en eisen aan de inzet van leerlingen Op de locatie worden stagiaires ingezet. Tijdens de observatie was er één stagiaire niveau 1 aanwezig. De stagiaires was alleen aan tafel aanwezig bij het verzorgen van het tafelmoment. In het pedagogisch beleidsplan van de locatie wordt niet beschreven (wetgeving per 1 januari 2018) welke taken de stagiaires mogen verrichten. De taken die werden uitgevoerd komen niet overeen met het opleidingsniveau van de stagiaire. Bij de inzet van stagiaires wordt onvoldoende rekening gehouden met de opleidingsfase van de stagiaires. Op basis hiervan is geconstateerd dat de overtreding van de volgende voorwaarde(n) nog niet is hersteld: Bij het bepalen van de inzet van beroepskrachten in opleiding en stagiairs wordt rekening gehouden met de opleidingsfase waarin zij zich op dat moment bevinden. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 16 lid 7 Besluit kwaliteit kinderopvang; art 9c Regeling Wet kinderopvang) Gebruikte bronnen: Observaties ( ) Verklaringen omtrent het gedrag pedagogisch beleidsplan jaarlijks onderzoek BSO de Kids Loods van 11

6 Veiligheid en gezondheid Tijdens het jaarlijks onderzoek ( ) is vastgesteld dat aan de volgende eisen niet is voldaan; Er is een actuele risico-inventarisatie (RI) veiligheid; er is een plan van aanpak met betrekking tot de veiligheidsrisico's; beroepskrachten kunnen kennis nemen van de RI veiligheid; er is een actuele risico-inventarisatie (RI) gezondheid; er is een plan van aanpak met betrekking tot de gezondheidsrisico's; beroepskrachten kunnen kennis nemen van de RI gezondheid; de houder bevorderd de kennis van en het gebruik van de meldcode; de houder handelt overeenkomstig de meldcode. Veiligheids- en gezondheidsbeleid Op het moment van de inspectie heeft de houder een risicobeleid voor algemeen gebruik, zowel KDV als BSO. Bij de houder is aangegeven dat er volgens de Wet voor elke registratie een locatiespecifieke beleid aanwezig moet zijn. Deze beschrijft wat de voornaamste leeftijdsgerichte risico's op de desbetreffende locatie zijn. Er wordt niet voldaan aan de eisen. Op basis hiervan is geconstateerd dat de overtreding van de volgende voorwaarde(n) nog niet is hersteld: De houder of voorgenomen houder stelt het veiligheids- en gezondheidsbeleid schriftelijk vast en verstrekt dit bij de aanvraag tot exploitatie. De houder evalueert, en indien nodig actualiseert, het veiligheids- en gezondheidsbeleid binnen drie maanden na opening van het kindercentrum. Daarna houdt de houder het veiligheids- en gezondheidsbeleid actueel. (art 1.49 lid 1 en art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 13 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang) Het veiligheids- en gezondheidsbeleid omvat een plan van aanpak waarin in concrete termen is aangegeven welke maatregelen binnen welke termijn zijn respectievelijk worden genomen, teneinde deze voornaamste risico s met grote gevolgen betreffende veiligheid, gezondheid en het risico op grensoverschrijdend gedrag in te perken en de handelswijze indien deze risico s zich verwezenlijken. (art 1.49 lid 1 en art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 13 lid 3 onder c Besluit kwaliteit kinderopvang) Het veiligheids- en gezondheidsbeleid omvat een concrete beschrijving van de wijze waarop de houder er zorg voor draagt dat het actuele veiligheids- en gezondheidsbeleid en de evaluaties daarvan inzichtelijk zijn voor de beroepskrachten, beroepskrachten in opleiding, stagiairs, vrijwilligers en ouders. (art 1.49 lid 1 en art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 13 lid 3 onder e Besluit kwaliteit kinderopvang) Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling De houder heeft zichtbaar veranderingen aangepast in de meldcode en de beroepskrachten geïnformeerd over de meldcode. Het bespreken van de meldcode is een vast agendapunt geworden voor de vergaderingen. Er wordt voldaan aan de eisen. 6 van 11

7 Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke ( met Leonie Hofstra) Interview (aanwezige beroepskracht) Risico-inventarisatie veiligheid (versie januari ) Risico-inventarisatie gezondheid (versie januari ) jaarlijks onderzoek BSO de Kids Loods van 11

8 Ouderrecht Tijdens het jaarlijks onderzoek ( ) is vastgesteld dat aan de volgende eisen niet is voldaan; De houder informeert de ouders over het te voeren beleid; de houder brengt de klachtenregeling onder de aandacht; de houder brengt de geschillencommissie onder de aandacht; het inspectierapport is op de website geplaatst. Informatie Informeren beleid De houder heeft het pedagogisch beleidsplan op de website staan en deze is voor alle ouders inzichtelijk. Er is een papieren versie aanwezig op locatie. De aanpassingen in het pedagogisch beleid zijn besproken met de oudercommissie. Zij zijn daarmee akkoord gegaan. Geschillencommissie De houder is volgens het Landelijk Register Kinderopvang per maart 2016 aangesloten bij een geschillencommissie. Ouders worden echter niet geïnformeerd (middels website of pedagogisch beleidsplan) over de mogelijkheid tot het voorleggen van geschillen aan de Geschillencommissie. Inspectierapport Het inspectierapport jaarlijks onderzoek BSO de Kids Loods is op de website geplaatst. Ouders worden niet geïnformeerd over de mogelijkheid hun geschillen voor te leggen aan de Geschillencommissie. Klachten en geschillen De klachtenregeling is in het pedagogisch beleid opgenomen. Echter de procedure van de klachtenregeling staat niet concreet beschreven in het beleid. De houder is wel aangesloten bij een geschillencommissie. Er wordt niet voldaan aan de eisen. Op basis hiervan is geconstateerd dat de overtreding van de volgende voorwaarde(n) nog niet is hersteld: De houder brengt de klachtenregeling ten behoeve van ouders en wijzigingen daarvan op een passende wijze onder de aandacht van ouders en handelt overeenkomstig deze klachtenregeling. (art 1.57b lid 3 Wet kinderopvang) Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke ( met Leonie Hofstra) Pedagogisch beleidsplan (versie december 2017) Notulen teamoverleg (van 20 februari en 3 april) jaarlijks onderzoek BSO de Kids Loods van 11

9 Overzicht getoetste inspectie-items Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag en personenregister kinderopvang In het bezit van een verklaring omtrent het gedrag zijn: a. de houder of voorgenomen houder van een kindercentrum; b. de personen die op basis van een arbeidsovereenkomst met de houder of met een uitzendorganisatie tijdens opvanguren werkzaam zijn dan wel zullen zijn op de locatie van een onderneming waarmee de houder een kindercentrum exploiteert en waar kinderen worden opgevangen; c. de personen die op basis van een andere overeenkomst met de houder structureel tijdens opvanguren werkzaam zijn of zullen zijn op de locatie waarmee de houder een kindercentrum exploiteert en waar kinderen worden opgevangen; d. de personen die uit hoofde van hun functie toegang hebben of zullen hebben tot informatie over de kinderen die worden opgevangen; e. de personen van 18 jaar en ouder die op het woonadres waar een kindercentrum is gevestigd hun hoofdverblijf hebben of zullen hebben dan wel die structureel tijdens opvanguren aanwezig zijn of zullen zijn op het kindercentrum, gevestigd op een woonadres. Voor zover het natuurlijke personen betreft is eenieder als bedoeld in de onderdelen a tot en met e ingeschreven in het personenregister kinderopvang, bedoeld in artikel 1.48d van de Wet. De verklaring omtrent het gedrag is bij inschrijving in het personenregister kinderopvang niet ouder dan twee maanden. Voor personen die op 28 februari 2018 op basis van de artikelen 9a en 9b van het Besluit landelijk register kinderopvang en register buitenlandse kinderopvang (zoals dat geldt op 28 februari 2018) continu worden gescreend geldt een overgangsbepaling en verwerkt de minister de gegevens in het personenregister kinderopvang in de periode die loopt van 1 maart 2018 tot 1 juli (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang; art 17d Regeling Wet kinderopvang; art 18a Besluit landelijk register kinderopvang, register buitenlandse kinderopvang en personenregister kinderopvang) Opleidingseisen en eisen aan de inzet van leerlingen De inzet van beroepskrachten in opleiding en stagiairs geschiedt overeenkomstig de voorwaarden opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang en de cao welzijn en maatschappelijke dienstverlening (cao sociaal werk), met dien verstande dat gedurende de buitenschoolse opvang maximaal een derde deel van het totaal minimaal aantal op het kindercentrum in te zetten beroepskrachten, bestaat uit beroepskrachten in opleiding of stagiairs. Het minimaal op het kindercentrum in te zetten beroepskrachten wordt gevormd door de optelsom van het op grond van artikel 16 van het Besluit kwaliteit kinderopvang minimaal aantal in te zetten beroepskrachten op de afzonderlijke basisgroepen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 16 lid 1, 2 en 8 Besluit kwaliteit kinderopvang; art 9c Regeling Wet kinderopvang) Bij het bepalen van de inzet van beroepskrachten in opleiding en stagiairs wordt rekening gehouden met de opleidingsfase waarin zij zich op dat moment bevinden. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 16 lid 7 Besluit kwaliteit kinderopvang; art 9c Regeling Wet kinderopvang) Veiligheid en gezondheid Veiligheids- en gezondheidsbeleid De houder of voorgenomen houder stelt het veiligheids- en gezondheidsbeleid schriftelijk vast en verstrekt dit bij de aanvraag tot exploitatie. De houder evalueert, en indien nodig actualiseert, het veiligheids- en gezondheidsbeleid binnen drie maanden na opening van het kindercentrum. Daarna houdt de houder het veiligheids- en gezondheidsbeleid actueel. (art 1.49 lid 1 en art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 13 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang) 9 van 11

10 Het veiligheids- en gezondheidsbeleid omvat een plan van aanpak waarin in concrete termen is aangegeven welke maatregelen binnen welke termijn zijn respectievelijk worden genomen, teneinde deze voornaamste risico s met grote gevolgen betreffende veiligheid, gezondheid en het risico op grensoverschrijdend gedrag in te perken en de handelswijze indien deze risico s zich verwezenlijken. (art 1.49 lid 1 en art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 13 lid 3 onder c Besluit kwaliteit kinderopvang) Het veiligheids- en gezondheidsbeleid omvat een concrete beschrijving van de wijze waarop de houder er zorg voor draagt dat het actuele veiligheids- en gezondheidsbeleid en de evaluaties daarvan inzichtelijk zijn voor de beroepskrachten, beroepskrachten in opleiding, stagiairs, vrijwilligers en ouders. (art 1.49 lid 1 en art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 13 lid 3 onder e Besluit kwaliteit kinderopvang) Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a lid 4 Wet kinderopvang) Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders en eenieder die daarom verzoekt over het te voeren beleid zoals beschreven in artikel 1.48d tot en met 1.57d van de Wet. (art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang) De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen op een gemakkelijk vindbare plaats. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport ter inzage op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. (art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang) De houder brengt de mogelijkheid om geschillen aan de geschillencommissie voor te leggen op passende wijze onder de aandacht van de ouders. (art 1.57c lid 2 Wet kinderopvang) Klachten en geschillen De houder brengt de klachtenregeling ten behoeve van ouders en wijzigingen daarvan op een passende wijze onder de aandacht van ouders en handelt overeenkomstig deze klachtenregeling. (art 1.57b lid 3 Wet kinderopvang) 10 van 11

11 Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Kindercentrum De Kids Loods Website : Vestigingsnummer KvK : Aantal kindplaatsen : 30 Gegevens houder Naam houder : Leonie L.A. Schlüter KvK nummer : Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Flevoland Adres : Postbus 1120 Postcode en plaats : 8200BC LELYSTAD Telefoonnummer : Onderzoek uitgevoerd door : M. Kampman E. Laan Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Almere Adres : Postbus 200 Postcode en plaats : 1300AE ALMERE Planning Datum inspectie : Opstellen concept inspectierapport : Niet van toepassing Zienswijze houder : Niet van toepassing Vaststelling inspectierapport : Verzenden inspectierapport naar houder : Verzenden inspectierapport naar : gemeente Openbaar maken inspectierapport : 11 van 11