WATERWERENDE OPPERVLAKTEBEHANDELING VOOR GEVELS TECHNISIL HYDRO PLUS

Transcriptie

1 Technische Goedkeuring ATG met Certificatie Goedkeurings- en certificatieoperator WATERWERENDE OPPERVLAKTEBEHANDELING VOOR GEVELS TECHNISIL HYDRO PLUS ATG 2477 Goedkeuringshouder: TECHNICHEM S.A. Rue de Fontenelle 25 Industriezone Fleurus 6240 FARCIENNES Tel.: Fax: Website: Geldig van 18/02/2016 tot 17/02/2021 Belgian Construction Certification Association Aarlenstraat 53 B-1040 Brussel 1 Doel en draagwijdte van de Technische Goedkeuring Deze Technische Goedkeuring betreft een gunstige beoordeling van het product (zoals hierboven beschreven) door de door de BUtgb aangeduide onafhankelijke goedkeuringsoperator, BCCA, voor de in deze technische goedkeuring vermelde toepassing. De Technische Goedkeuring legt de resultaten vast van het goedkeuringsonderzoek. Dit onderzoek bestaat uit: de identificatie van de relevante eigenschappen van het product in functie van de beoogde toepassing en de plaatsings- of verwerkingswijze ervan, de opvatting van het product en de betrouwbaarheid van de productie. De Technische Goedkeuring heeft een hoog betrouwbaarheidsniveau door de statistische interpretatie van de controleresultaten, de periodieke opvolging, de aanpassing aan de stand van zaken en techniek en de kwaliteitsbewaking van de Goedkeuringshouder. Het behouden van de Technische Goedkeuring vereist dat de Goedkeuringshouder te allen tijde kan bewijzen dat hij het nodige doet opdat de gebruiksgeschiktheid van het product aangetoond blijft. De opvolging van de overeenkomstigheid van het product met de Technische Goedkeuring is daarbij essentieel. Deze opvolging wordt door de BUtgb toevertrouwd aan een onafhankelijke certificatieoperator, BCCA. De Goedkeuringshouder [en de Verdeler] moet[en] de onderzoeksresultaten, opgenomen in de Technische Goedkeuring, in acht te nemen bij het ter beschikking stellen van informatie aan een partij. De BUtgb of de Certificatieoperator kunnen de nodige initiatieven ondernemen indien de Goedkeuringshouder [of de Verdeler] dit niet of niet voldoende uit eigen beweging doen. De Technische Goedkeuring en de certificatie van de overeenkomstigheid van het product met de Technische Goedkeuring, staan los van individueel uitgevoerde werken, de aannemer en/of architect zijn uitsluitend verantwoordelijk voor de overeenstemming van de uitgevoerde werken met de bepalingen van het bestek. De Technische Goedkeuring behandelt, met uitzondering van specifiek opgenomen bepalingen, niet de veiligheid op de bouwplaats, gezondheidsaspecten en duurzaam gebruik van grondstoffen. Bijgevolg is de BUtgb niet verantwoordelijk voor enige schade die zou worden veroorzaakt door het niet naleven door de Goedkeuringshouder of de aannemer(s) en/of de architect van de bepalingen m.b.t. veiligheid op de bouwplaats, gezondheidsaspecten en duurzaam gebruik van grondstoffen. Opmerking: In deze technische goedkeuring wordt steeds de term "aannemer" gebruikt. Deze term verwijst naar de entiteit die de werken uitvoert. Deze term mag ook gelezen worden als andere hiervoor vaak gebruikte termen zoals "uitvoerder", "installateur" en "verwerker". 2 Onderwerp Het product TECHNISIL HYDRO PLUS is een kleurloos waterwerend middel voor oppervlaktebehandeling in de handel gebracht in de vorm van een gebruiksklare oplossing. Het is bestemd voor de waterwerende behandeling van metselwerk in baksteen en natuursteen. ATG /6

2 Deze technische goedkeuring betreft de beoordeling van het gebruik van het product TECHNISIL HYDRO PLUS op oppervlakken van baksteen en natuursteen, gebaseerd op prestatieproeven uitgevoerd op representatieve materialen (zie in het bijzonder 7). Gezien de grote variatie aan beschikbare materialen in baksteen en natuursteen, is een voorafgaande uitvoeringsproef steeds aangeraden om de initiële doeltreffendheid van de behandeling na te gaan en zich te verzekeren van de visuele aanvaardbaarheid van de behandelde oppervlakken. Het product mag niet worden toegepast op weinig poreuze ondergronden (bijvoorbeeld blauwe steen, marmer, geëmailleerde baksteen...) of oppervlakken gecoat met organische verf of synthetische pleister. Het gebruik van dit product op betonnen ondergronden is door deze goedkeuring niet gedekt. Bij specifiek gebruik op dit type ondergrond, zal er kunnen worden verwezen naar de resultaten van de uitgevoerde proeven overeenkomstig de Europese norm NBN EN Het product TECHNISIL HYDRO PLUS vermindert de waterindringing in bouwmaterialen zonder de eigenschappen inzake waterdampdoorlaatbaarheid gevoelig te wijzigen. Deze eigenschap wordt in het bijzonder benut om het gedrag van gevels te verbeteren tegen omgevingsvoorwaarden door onder andere de aanhechting van vuil te verminderen, door zelfreiniging en onderhoud te vergemakkelijken, alsook door de aantasting van kalkhoudende materialen door zure regen te verminderen. 3 Producten Het product TECHNISIL HYDRO PLUS bestaat uit een mengeling van gecatalyseerde, gefluoreerde silaan- en siloxaanharsen in alkalisch milieu. Het bevat geen oplosmiddel. Het product TECHNISIL HYDRO PLUS wordt gebruiksklaar in de handel gebracht en mag niet gewijzigd of verdund worden door de uitvoerder. 4 Fabricage en verkoop Het product TECHNISIL HYDRO PLUS wordt geproduceerd door de N.V. TECHNICEM in haar fabriek in de Industriezone van Fleurus te 6240 Farciennes. De vervaardiging houdt een exothermische polycondensreactie van de verschillende monomeren in. 5 Verwerking 5.1 Staat van de ondergronden Het TECHNISIL HYDRO PLUS waterwerend middel is een product dat kan worden aangebracht op minerale ondergronden zoals baksteen, natuursteen of kunststeen, dakpannen... De toepassing op betonnen ondergronden maakt geen deel uit van deze goedkeuring. Bij twijfel of in geval van zoutuitbloeiingen wordt een voorafgaandelijke uitvoeringsproef aangeraden om eventuele ongewenste reacties op te sporen en zich te verzekeren van de visuele aanvaardbaarheid van de behandelde oppervlakken. 5.2 Voorbereiding en hoedanigheid van de ondergrond Wat de staat van de ondergrond bij het aanbrengen van het waterwerend product betreft, wordt verwezen naar 5.4 van de TV 224 van het WTCB. De ondergrond dient in elk geval gezond, gereinigd, ontstoft en ontvet te zijn. Het product kan toegepast worden op een vochtige of droge ondergrond. Ter herinnering, voorafgaand aan de behandeling van vervuilde oude ondergronden, is een reiniging aan de hand van klassieke methodes wenselijk (zie reinigingstechnieken van de oppervlakken in TV 197 van het WTCB). Na reiniging zullen de ondergronden zorgvuldig afgespoeld worden. Voegen in slechte staat, scheuren en holten in stenen dienen voorafgaandelijk hersteld te worden. Voor gevels met mortelvoegen dient rekening gehouden te worden met een minimale wachttijd van 8 dagen tussen de plaatsing van deze materialen en het aanbrengen van het waterwerend product. Deze wachttijd is afhankelijk van de snelheid van de oppervlaktecarbonatatie en is gebonden aan de verdichting van de mortel en de gebruikte bindmiddelen. In geval van twijfel is het aangeraden contact op te nemen met de fabrikant. 5.3 Verwerking Het product TECHNISIL HYDRO PLUS wordt tot verzadiging aangebracht, in één of twee opeenvolgende lagen (de tweede laag wordt op de eerste, nog natte, laag gesproeid). De gebruikte apparatuur zal gekozen worden in functie van de mogelijkheid tot uitvoering, rekening houdend met de architectuur van de gebouwen en de arbeidsomstandigheden. Kunnen weerhouden worden: toepassing met de kwast, lagedrukverstuiver, spray-flow (afsijpelen)... Afhankelijk van de poriënstructuur van de te behandelen materialen, schommelen de te gebruiken hoeveelheden tussen 0,2 en 1,5 liter per vierkante meter. Voor een nauwkeurige evaluatie wordt een voorafgaande toepassingsproef, na 1 week gevolgd door een opmeting van de waterabsorptie met de glazen pijp, aangeraden om de te gebruiken hoeveelheden te controleren. De toepassing zal gebeuren bij temperaturen van de ondergrond tussen +5 C en +30 C. De ondergrond dient zichtbaar zuiver (zonder systematische holten of barsten groter dan 0,3 mm), proper en droog te zijn. 5.4 Bijzondere voorzorgen Er dienen bijzondere voorzorgen genomen te worden bij de behandeling van gevels die plaatselijk weinig of niet-poreuze materialen bevatten, bijvoorbeeld: blauwe steen, geëmailleerde baksteen... Om bij het aanbrengen lopers en vlekken te voorkomen, worden deze oppervlakken vóór het drogen schoongemaakt met behulp van een vochtige doek. Dezelfde voorzorgen zijn van toepassing voor raamkaders, beglazingen en gevelbekledingen, die bovendien, vóór behandeling, op afdoende wijze beschermd dienen te worden. 5.5 Droogtijd Het product TECHNISIL HYDRO PLUS vertoont al na enkele minuten een waterwerende effectiviteit, maar volledige polymerisatie van de actieve bestanddelen vergt 1 tot 7 dagen, afhankelijk van de aard van de ondergrond, de weersomstandigheden en de gebruikte hoeveelheden. 6 Etikettering, verpakking en opslag De verpakkingen bedragen 5, 20 en 200 liter. Ze worden voorzien van een etiket met ten minste volgende elementen: de naam van het product de naam en het adres van de ATG-houder het beeldmerk ATG en het referentienummer van de technische goedkeuring de toepassingsgebieden de behandelingsvoorschriften de universele symbolen betreffende de voorzorgsmaatregelen voor het gebruik de opslagomstandigheden ATG /6

3 het lotnummer, de productiedatum of de gedateerde productiecode de uiterste houdbaarheidsdatum De opslag dient te gebeuren bij temperaturen tussen +5 C en +35 C, beschut tegen vochtigheid en zonlicht. In de gesloten en originele verpakking kan het product gedurende 6 maanden bewaard worden. Het respecteren van de richtlijnen van de producent met betrekking tot opslag en gebruik, alsook het respecteren van de bestaande wetgeving met betrekking tot de verwijdering van residu s en verpakkingen is noodzakelijk. De fabrikant dient alle wetgeving met betrekking tot de producten die hij op de markt brengt, strikt na te leven. 7 Prestaties van het product TECHNISIL HYDRO PLUS De prestaties weergegeven in deze goedkeuring stemmen overeen met de prestaties aangetoond in een laboratorium volgens een methodologie ontwikkeld door het WTCB (Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf) en het KIK (Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium), op basis van onder andere de aanbevelingen van het R.I.L.E.M. (Réunion Internationale de Laboratoires d Essais et de Recherches sur les Matériaux), en herzien door het WTCB in Deze methodologie wordt momenteel gebruikt voor een vergelijkende en gestandaardiseerde beproeving van de in Europa gecommercialiseerde waterwerende producten. Ze heeft tot doel zo praktisch mogelijke informatie te verkrijgen met betrekking tot de efficiëntie, de duurzaamheid en de potentiële neveneffecten van waterwerende producten. Een gedetailleerde beschrijving van de uitgevoerde proeven is weergegeven in de Goedkeuringsleidraad Waterwerende middelen voor oppervlaktebehandeling voor gevels van het BUtgb. 7.1 Proefmaterialen en aanbrengen van het product De proefstukken bestaan uit poreuze materialen die vaak op gevels voorkomen en in aanmerking komen voor waterwerende behandelingen, in het bijzonder: Baksteen, kwaliteit Kempense rode vormbaksteen Witte kalksteen Massangis, kwaliteit Roche Jaune Witte kalksteen Euville, kwaliteit Construction Silicaatkalksteen, kwaliteit Silka (dit materiaal wordt zelden gebruikt als gevelmateriaal, maar het wordt in deze technische goedkeuring opgenomen als model voor mortel.) De prestaties op beton werden in het kader van deze proeven niet getest. Bij specifiek gebruik op dit type ondergrond, verwijzen wij naar de resultaten van de proeven uitgevoerd volgens de Europese norm NBN EN Vóór het aanbrengen hebben de proefstukken een identieke voorbehandeling ondergaan: drogen tot constante massa bij een temperatuur van maximum 45 C, gevolgd door een bewaring bij 23 C/50 % RV tot constante massa. De waterwerende behandeling van de proefstukken werd in het laboratorium uitgevoerd door contact van het oppervlak met de oplossing. De contacttijd werd bepaald op 5 seconden en leidt tot hoeveelheden dicht bij de in de praktijk toegepaste hoeveelheden bij een behandeling van ogenblikkelijke verzadiging op gevels. 7.2 Prestatieproeven De beoordeling van de prestaties van de producten voor waterwerende oppervlaktebehandeling gebeurt aan de hand van 4 specifieke prestatieproeven, elk relevant voor een ander aspect van de prestatie van het geteste product: De initiële doeltreffendheid onder lage druk De verouderingsweerstand (duurzaamheid) Ongewenste neveneffecten op het substraat De resterende drogingscapaciteit van het substraat Initiële doeltreffendheid onder lage druk Na een bewaring van minimum 7 dagen op 23 C en 50 % RV, wordt de initiële effectiviteit van het product gekarakteriseerd door het gedrag van het behandelde proefstuk bij contact met water. De gebruikte methode is deze beschreven in de norm NBN EN Conservering van cultureel erfgoed - Beproevingsmethoden - Meting van de waterabsorptie onder lage druk. De waterabsorptie onder lage druk wordt gemeten op 2 proefstukken. Dit wordt uitgedrukt als het verschil in waterindringing, gemeten tussen 5 en 15 minuten met behulp van een glazen absorptiepijp (contactoppervlak van 5 cm², onder druk van een waterkolom van 98 ± 1 mm). De initiële doeltreffendheid wordt uitgedrukt als de procentuele verhouding tussen de waterabsorptie onder lage druk, gemeten op hetzelfde proefstuk, vóór en na behandeling Duurzaamheid van de behandelingen De duurzaamheid van de behandeling bepaalt de mogelijkheid van het product om de initiële prestaties te behouden na een normale blootstelling aan natuurlijke verouderingseffecten. De potentiële duurzaamheid van de behandeling wordt nagegaan door metingen van waterabsorptie met een glazen pijp zoals weergegeven in punt Deze metingen gebeuren tijdens en na de kunstmatige verouderingscycli. In totaal worden 448 verouderingscycli uitgevoerd. De gekozen verouderingscycli zijn gebaseerd op de voorschriften van SAE J-1960 en bestaan uit: 40 minuten straling met een xenonlamp (straling van 0.55 ± 0.01 W/m² op 340 nm) bij een temperatuur van 70 ± 2 C (zwarte lichaam). 20 minuten straling met een xenonlamp zoals hierboven, met waterverneveling (omgevingstemperatuur van 47 ± 2 C) 60 minuten straling met een xenonlamp zoals hierboven, bij een temperatuur van 70 ± 2 C (zwarte lichaam) 60 minuten waterverneveling bij een omgevingstemperatuur van 38 ± 2 C Identificatie van de neveneffecten De invloed van de behandeling op de visuele aspecten van het substraat kan merkbaar zijn in de vorm van wijzigingen in de kleurschakeringen en/of glans, naargelang de toegepaste hoeveelheid van het product of de concentratie van de actieve bestanddelen. De metingen van de impact op de visuele aspecten worden, net zoals de andere prestatiemetingen, minimum 7 dagen na het aanbrengen van het waterwerend product, uitgevoerd. De metingen bestaan uit een vergelijking van de resultaten, verkregen per substraattype vóór en na het aanbrengen van het waterwerend product. De metingen worden uitgevoerd op duidelijk afgebakende zones op dezelfde proefstukken. ATG /6

4 De metingen worden herhaald na de uitvoering van de verouderingsproeven, zoals beschreven in Kleurmetingen De meting gebeurt overeenkomstig de voorschriften van het CIE en de norm NBN EN Conservering van cultureel erfgoed - Beproevingsmethoden - Kleurmeting van oppervlakken, met behulp van een kleurmeter met gepulseerde xenonboog. De afwijking tussen de uitgevoerde metingen vóór en na behandeling wordt bepaald aan de hand van volgende formule: E * ab = ( L * ² + a * ² + b * ²) 1/2, waarbij het gemiddelde van de 2 metingen op elk proefstuk in rekening wordt gebracht. Het resultaat wordt uitgedrukt met een nauwkeurigheid van een eenheid E * ab Glansmetingen De metingen worden uitgevoerd overeenkomstig de interne voorschriften, met behulp van een uitrusting overeenkomstig de norm NBN EN ISO De meting wordt uitgevoerd onder een hoek van 60. Om meetfouten door de heterogeniteit van het oppervlak te vermijden, wordt het apparaat nauwkeuring geplaatst op gemerkte meetplaatsen. Het verschil wordt berekend tussen de metingen vóór en na de behandeling. Het resultaat wordt uitgedrukt met een nauwkeurigheid van één glanseenheid ResterendeResterende drogingscapaciteit van het substraat De drogingscapaciteit van het oppervlak bepaalt de mate waarin water uit de drager naar buiten kan afgevoerd worden. Het behoud van deze capaciteit is belangrijk, want dit laat de afvoer van water toe, afkomstig van accidentele insijpeling, interne condensatie en waterdamp, waardoor het materiaal zo droog mogelijk wordt gehouden. De proefmethode is gebaseerd op de voorschriften van de norm NBN EN Conservering van cultureel erfgoed - Beproevingsmethoden - Bepaling van droogeigenschappen. De drogingscapaciteit wordt enkel bepaald op silicaatkalksteen. Voorafgaande proeven hebben aangetoond dat de impact van de behandeling op de drogingscapaciteit het meest uitgesproken is voor dit type substraat. Het principe van de proef bestaat uit de bevochtiging en droging van 3 kubussen met 5 verzegelde zijvlakken. Tijdens de droogfase wordt de massa uitgezet in functie van de tijd. De helling van de curve die zo gevormd wordt, geeft het debiet van het verdampte water weer. De proef wordt uitgevoerd vóór en minstens 7 dagen na de behandeling van de kubussen met het waterwerend middel. De vermindering van de helling van de droogcurve verkregen na behandeling in vergelijking met de curve verkregen vóór behandeling, uitgedrukt in percent, geeft het verlies van de drogingscapaciteit van het substraat weer. De vermindering van de helling van de droogcurve wordt vastgesteld in 2 fases, in de eerste fase op basis van de eerste 8 uur, in de tweede fase overeenkomstig de voorschriften van de norm NBN EN Het is belangrijk op te merken dat de resterende drogingscapaciteit vastgesteld wordt voor toepassingen van 'normale hoeveelheden, in één enkele laag. De toepassingen van meerdere lagen zou een negatief effect hebben op de resterende drogingscapaciteit. 7.3 Prestatieklassen Voor elke specifieke prestatie en voor elk getest substraat, is een classificatie bepaald die toelaat de producten te classificeren volgens hun vastgestelde prestaties. Tabel 1- Prestatieklassen Prestatie Klasse A Klasse B Klasse C Klasse D Initiële doeltreffendheid doeltreffendheid 95 % Duurzaamheid doeltreffendheid 95 % Neveneffecten 85 % doeltreffendheid < 95 % 85 % doeltreffendheid < 95 % 75 % doeltreffendheid < 85 % 75 % doeltreffendheid < 85 % Doeltreffendheid < 75 % Doeltreffendheid < 75 % Kleur E*ab 6 eenheden E*ab > 6 eenheden - - Glans verschil 3 eenheden verschil > 3 eenheden - - Verlies aan drogingscapaciteit 25 % in beide fasen 50 % in beide fasen 75 % in beide fasen Resultaten van de proeven op het product TECHNISIL HYDRO PLUS De resultaten van de verschillende bovenvermelde proeven worden weergegeven in de samenvattingstabel hieronder, die het gemiddelde weergeeft van de verkregen resultaten van de vier bovenvermelde ondergronden. Er dient opgemerkt te worden dat de weergegeven waarden indicatief zijn en overeenkomen met de proefparameters en de geteste stalen. Tevens dient men rekening te houden met de onvermijdelijke spreiding van de materiaalkarakteristieken in functie van de levering van het substraat. ATG /6

5 Type ondergrond (handelsbenaming) (1) Tabel 2 - Samenvatting van de beproevingsresultaten op het product TECHNISIL HYDRO PLUS Massangis Roche-Jaune Euville Construction Silicaatkalksteen Silka Baksteen Kempense rode vormbaksteen Volumieke massa (kg/m³) Hoeveelheid aangebracht product (g/m²) Initiële doeltreffendheid (Klasse) A A A A Waterabsorptie van het niet-behandelde materiaal (ml) Waterabsorptie van het behandelde materiaal (ml) 0,20 5,47 5,99 56,54 0,00 0,00 0,05 0,15 Initiële doeltreffendheid (%) Duurzaamheid (Klasse) B A A A Absorptiewaarde van het behandelde materiaal na de verouderingscycli (ml) Doeltreffendheid na de verouderingscycli (%) 0,03 0,00 0,00 0, Kleur (Klasse) B A A A E*ab 6,89 4,06 0,34 2,39 Glans (Klasse) A A A A Glanseenheid 0, Resterende drogingscapaciteit (Klasse) - - A - Verlies aan resterende drogingscapaciteit Eerste fase 6% Tweede fase 8% (1): Een meer gedetailleerde identificatie van de ondergrondmaterialen en o.a. de porometrische spreiding zijn terug te vinden in de Goedkeuringsleidraad Waterwerende middelen voor oppervlaktebehandeling voor gevels van het BUtgb. 8 Voorwaarden A. De Technische Goedkeuring heeft uitsluitend betrekking op het product vermeld op de voorpagina van deze Technische Goedkeuring B. Enkel de Goedkeuringshouder en desgevallend de Verdeler kunnen aanspraak maken op de Technische Goedkeuring. C. De Goedkeuringshouder en desgevallend de Verdeler mogen geen gebruik maken van de naam en het logo van de BUtgb, het ATG-merk, de Technische Goedkeuring of het goedkeuringsnummer, voor productbeoordelingen die niet in overeenstemming zijn met de Technische Goedkeuring of voor een product, kit of systeem alsook de eigenschappen of kenmerken ervan, die niet het voorwerp uitmaken van de Technische Goedkeuring. D. Informatie die door de Goedkeuringshouder, de Verdeler of een erkende aannemer, of hun vertegenwoordigers, op welke wijze dan ook, ter beschikking wordt gesteld van (potentiële) gebruikers (bv. bouwheren, aannemers, architecten, voorschrijvers, ontwerpers, ) van het product, die het voorwerp zijn van de Technische Goedkeuring, mag niet onvolledig of in strijd zijn met de inhoud van de Technische Goedkeuring, noch met informatie waarnaar in de Technische Goedkeuring wordt verwezen. F. De Technische Goedkeuring kwam tot stand op basis van de beschikbare technische en wetenschappelijke kennis en informatie, aangevuld door informatie ter beschikking gesteld door de aanvrager en vervolledigd door een goedkeuringsonderzoek dat rekening houdt met het specifieke karakter van het product. Niettemin blijven de gebruikers verantwoordelijk voor de selectie van het product, zoals beschreven in de Technische Goedkeuring, voor de specifieke door de gebruiker beoogde toepassing. G. De intellectuele eigendomsrechten betreffende de Technische Goedkeuring, waaronder de auteursrechten, behoren exclusief toe aan de BUtgb H. Verwijzingen naar de Technische Goedkeuring dienen te gebeuren aan de hand van de ATG-aanwijzer (ATG 2477) en de geldigheidstermijn. I. De BUtgb, de Goedkeuringsoperator en de Certificatieoperator kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor enige schade of nadelig gevolg veroorzaakt aan derden (o.m. de gebruiker) ingevolge het niet nakomen door de Goedkeuringshouder of de Verdeler van de bepalingen van dit artikel 5.4. E. De Goedkeuringshouder is steeds verplicht tijdig eventuele aanpassingen aan de grondstoffen en producten, de verwerkingsrichtlijnen, het productie- en verwerkingsproces en/of de uitrusting, voorafgaandelijk aan de BUtgb, de Goedkeurings- en de Certificatieoperator bekend te maken. Afhankelijk van de meegedeelde informatie kunnen de BUtgb, de Goedkeurings- en de Certificatieoperator oordelen dat de Technische Goedkeuring al dan niet moet worden aangepast. ATG /6

6 De BUtgb vzw is een goedkeuringsinstituut dat lid is van de Europese Unie voor de technische goedkeuring in de bouw (UEAtc, zie en dat aangemeld werd door de FOD Economie in het kader van Verordening (EU) n 305/2011 en lid is van de Europese Organisatie voor Technische Goedkeuringen (EOTA, zie De door de BUtgb vzw aangeduide certificatieoperatoren werken volgens een door BELAC ( accrediteerbaar systeem. De Technische Goedkeuring is gepubliceerd door de BUtgb, onder verantwoordelijkheid van de Goedkeuringsoperator, BCCA, en op basis van het gunstig advies van de Gespecialiseerde Groep "AFWERKING", verleend op 31 maart Daarnaast bevestigde de Certificatieoperator, BCCA, dat de productie aan de certificatievoorwaarden voldoet en dat met de Goedkeuringshouder een certificatieovereenkomst ondertekend werd. Datum van deze uitgave: 18 februari Voor de BUtgb, als geldigverklaring van het goedkeuringsproces Voor de goedkeurings- en certificatieoperator Peter Wouters, directeur Benny De Blaere, directeur generaal De Technische Goedkeuring blijft geldig, gesteld dat het product, de vervaardiging ervan en alle daarmee verband houdende relevante processen: onderhouden worden, zodat minstens de onderzoeksresultaten bereikt worden zoals bepaald in deze Technische Goedkeuring; doorlopend aan de controle door de Certificatieoperator onderworpen worden en deze bevestigt dat de certificatie geldig blijft Wanneer niet langer wordt voldaan aan deze voorwaarden, zal de Technische Goedkeuring worden opgeschort of ingetrokken en de Technische Goedkeuring van de BUtgb website worden verwijderd. Technische Goedkeuringen worden regelmatig geactualiseerd. Het wordt aanbevolen steeds gebruik te maken van de versie die op de BUtgb website ( gepubliceerd werd. De meest recente versie van de Technische Goedkeuring kan geconsulteerd worden d.m.v. de hiernaast afgebeelde QR-code. ATG /6