BEKNOPTE HANDLEIDING: AFSTANDSBEDIENING

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "BEKNOPTE HANDLEIDING: AFSTANDSBEDIENING"

Jozef Jacobs
5 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 BEKNOPTE HANDLEIDING: AFSTANDSBEDIENING

1. Knop afstandsbediening AAN/UIT AFSTANDSBEDIENING INSCHAKELEN 2. Indicator Stimulatieniveau 3. Knop Stimulatie UIT 1. Houd ingedrukt tot de lampjes gaan branden en u een pieptoon hoort. 2. U moet de knop maximaal 5 seconden ingedrukt houden.

2 1. Knop afstandsbediening AAN/UIT AFSTANDSBEDIENING INSCHAKELEN 2. Indicator Stimulatieniveau 3. Knop Stimulatie UIT 1. Houd ingedrukt tot de lampjes gaan branden en u een pieptoon hoort. 2. U moet de knop maximaal 5 seconden ingedrukt houden. Als de afstandsbediening communiceert met de geïmplanteerde stimulator (IPG) of proefstimulator, licht uw huidige 4. Knop Stimulatie starten/verhogen 5. Knop Stimulatie verlagen programma (1, 2 of 3) op. U moet ook lampjes zien op de indicator voor het stimulatieniveau om aan te geven dat de therapie is INGESCHAKELD. Als de afstandsbediening niet kan communiceren met de IPG of proefstimulator, hoort u 3 pieptonen en gaan 6. Programma-indicator 7. Programmaselectieknop de lampjes op de afstandsbediening UIT. Herhaal stap 1 en 2 tot een verbinding met de IPG of proefstimulator tot stand komt. Door de afstandsbediening dichter bij de IPG of proefstimulator te brengen, komt de communicatie gemakkelijker tot stand. 8. Indicatielampje voor de batterijlading van de stimulator (oplaadniveau van de IPG of proefstimulator) 4 Andere knoppen op de afstandsbediening reageren alleen wanneer de afstandsbediening AAN is en verbinding heeft met een IPG of proefstimulator. AFSTANDSBEDIENING UITSCHAKELEN 1. Druk op of gebruik de afstandsbediening niet gedurende 2 minuten. 5 De afstandsbediening wordt automatisch UITGESCHAKELD als hij 2 minuten lang niet is gebruikt. 6 De stimulatie wordt voortgezet, zelfs wanneer de afstandsbediening 7 is UITGESCHAKELD. Druk NIET op om de afstandsbediening UIT te schakelen. 8 De knop schakelt de stimulatie UIT.

STIMULATIE UITSCHAKELEN 1. Wanneer de afstandsbediening is INGESCHAKELD, drukt u op om de stimulatie UIT te schakelen. De lampjes van de stimulatieniveau-indicator zijn UIT als de stimulatie UIT is.

Om de stimulatie IN te schakelen, drukt u op. De afstandsbediening moet INGESCHAKELD zijn om de stimulatie te kunnen INSCHAKELEN. De stimulatie is AAN tenzij hij is UITGESCHAKELD.

3 STIMULATIE UITSCHAKELEN 1. Wanneer de afstandsbediening is INGESCHAKELD, drukt u op om de stimulatie UIT te schakelen. De lampjes van de stimulatieniveau-indicator zijn UIT als de stimulatie UIT is. Met deze knop kan de stimulatie alleen worden UITGESCHAKELD. Hij kan de stimulatie niet INSCHAKELEN. Stimulatie AAN Stimulatie UIT STIMULATIE INSCHAKELEN EN PROGRAMMA WIJZIGEN 1. Om de stimulatie IN te schakelen, drukt u op. De afstandsbediening moet INGESCHAKELD zijn om de stimulatie te kunnen INSCHAKELEN. De stimulatie is AAN tenzij hij is UITGESCHAKELD. Als de stimulatie wordt INGESCHAKELD (nadat hij was UITGESCHAKELD), staat de IPG op het laagste stimulatieniveau voor het programma dat het laatst actief was. 2. Om het programma te wijzigen, drukt u op. Het programma-indicatielampje begint te knipperen. Druk herhaaldelijk op tot het lampje op het gewenste programmanummer staat. Nadat het gewenste programma geselecteerd is, mag op geen enkele knop worden gedrukt totdat het lampje niet langer knippert. De afstandsbediening geeft één pieptoon om de nieuwe programma-instelling te bevestigen. Controleer of het lampje boven het gewenste programmanummer continu brandt. Als de afstandsbediening 3 pieptonen geeft en de programma-indicator teruggaat naar het vorige programma, is het programma niet gewijzigd. Leg de afstandsbediening dichter bij de IPG of proefstimulator en herhaal vanaf stap 2.

STIMULATIENIVEAU WIJZIGEN 1. Druk op om het stimulatieniveau te verhogen. 2. Druk op om het stimulatieniveau te verlagen. Voor elke of die met succes is ingedrukt, klinkt 1 pieptoon.

4 STIMULATIENIVEAU WIJZIGEN 1. Druk op om het stimulatieniveau te verhogen. 2. Druk op om het stimulatieniveau te verlagen. Voor elke of die met succes is ingedrukt, klinkt 1 pieptoon. Het stimulatieniveau is te zien op de stimulatieniveau-indicator. Als het stimulatieniveau voor het geselecteerde programma op het maximum- of minimumniveau is EN u probeert om nog 1 niveau hoger of lager te gaan, hoort u 2 pieptonen om aan te geven dat de momenteel geprogrammeerde limiet is bereikt. Afhankelijk van de specifieke programma-instellingen in uw IPG of proefstimulator, leidt iedere stap omhoog of omlaag en de bijbehorende pieptoon al dan niet tot een verandering in het aantal lampjes dat op de stimulatieniveau-indicator brandt. Indicator Stimulatieniveau De lampjes in de indicator veranderen misschien niet met iedere pieptoon. TIPS Wanneer u de afstandsbediening INSCHAKELT en u hoort 6 pieptonen, is dat een alarm om de batterijen in de afstandsbediening te vervangen. Als de afstandsbediening niet AAN gaat, vervangt u de batterijen. Vervang de batterijen in de afstandsbediening om de 3 maanden. De afstandsbediening werkt alleen op 2 AA-alkalinebatterijen. GEBRUIK GEEN lithium- of oplaadbare batterijen. Als het indicatielampje voor de batterijlading van de stimulator 2 of minder statusbalkjes heeft, moeten de batterijen in de proefstimulator worden vervangen (als u in de proeffase bent) of moet de IPG met de oplader worden opgeladen. Als u 3 pieptonen hoort nadat u op een knop hebt gedrukt, geeft dit aan dat uw druk op de knop niet is geaccepteerd. Leg de afstandsbediening dichter bij de stimulator en probeer vervolgens opnieuw op de knop te drukken. Als het probleem niet is opgelost, is de batterijlading van de IPG of de proefstimulator misschien laag. In dat geval hoort u 3 pieptonen en gaan de lampjes op de afstandsbediening uit. Als het steeds moeilijker wordt om verbinding tot stand te brengen met de IPG of proefstimulator, kan dit erop duiden dat de batterijen in de afstandsbediening zwak worden en vervangen moeten worden. Raadpleeg de handleiding voor de patiënt voor de volledige gebruiksaanwijzing, waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen voor het apparaat.

5 VOOR MEER INFORMATIE OVER HF10-THERAPIE, KUNT U MET UW NEVRO- VERTEGENWOORDIGER PRATEN. Niet alle patiënten reageren op dezelfde manier op ruggenmergstimulatie (SCS, spinal cord stimulation) en de ervaring kan van persoon tot persoon wisselen. Patiënten moeten een arts raadplegen om de mogelijke voordelen en risico's van een behandeling met SCS te begrijpen. MDSS GMBH Schiffgraben 41 D Hannover, Duitsland Met ingang van 4 mei 2010! USA Australische sponsor: Emergo Asia Pacific Pty Ltd 201 Sussex Street, Darling Park, Tower II, Level 20 Sydney, NSW 2000 Australië Nevro Corp Campbell Avenue, Suite 210 Menlo Park, CA 94025, VS Tel Gratis Senza, HF10, Nevro en het Nevro-logo zijn handelsmerken van Nevro Corp Nevro Corp. Alle rechten voorbehouden DUT Rev. A

Vergelijkbare documenten

BEKNOPTE HANDLEIDING: OPLADER

BEKNOPTE HANDLEIDING: OPLADER 1. Oplaadspoel 2. Laadniveau van de batterij van de oplader 3. Indicator Antennesterkte 4. Knop Stimulatie UIT VOORBEREIDING VOOR OPLADEN 1. Plaats het midden van de ronde