Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik. mitigatie) Gemeente Wichelen. Uitgevoerd op: Uitgevoerd door:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik. mitigatie) Gemeente Wichelen. Uitgevoerd op: Uitgevoerd door:"

Transcriptie

1 st Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Wichelen Uitgevoerd op: Versie: Uitgevoerd door:

2 Woord vooraf De gemeente Wichelen ondertekende het Europese Burgemeestersconvenant en engageert zich zo om minstens 40 % minder CO2 uit te stoten op het grondgebied tegen 2030 ten opzichte van Daarnaast zal de gemeente Wichelen maatregelen nemen om de negatieve effecten van de klimaatverandering - zoals overstromingen, droogte, erosie en verlies aan biodiversiteit - zoveel mogelijk te temperen. Dat wil de gemeente samen doen met inwoners, handelaars, bedrijven, verenigingen, landbouwers, Hiertoe heeft de gemeente samen met de Provincie Oost-Vlaanderen dit klimaatplan of Sustainable Energy and Climate Action Plan (SECAP) opgemaakt 1. Het proces werd begeleid door Zero Emission Solutions. Een participatieproces 2 van 10 maanden ging de opmaak van dit klimaatplan vooraf. In die periode werden interne en externe stakeholders en experten gevraagd om input te geven rond mogelijke opportuniteiten. Zo werd een klimaatteam in het leven geroepen, waaraan de verschillende gemeentelijke diensten en beleidsmakers deelnamen. In Wichelen werd een uitgebreid participatietraject doorlopen waarbij de burgers en de bedrijven werden betrokken. Zo werden er 3 thematische klimaattafels georganiseerd voor de klimaatambassadeurs die op basis van een loting werden geselecteerd, naast een klimaattafel met de bedrijven uit Wichelen. Tot slot ook werd een klimaattafel georganiseerd waarop de hele gemeente werd uitgenodigd (bedrijven, organisaties, inwoners, middenveld, e.a.). Uit die nulmeting voor het jaar 2011 blijkt dat de gemeente Wichelen een voetafdruk van ton CO2 heeft. Dit is evenveel als wat een bos dat bijna 1,59 keer zo groot is als de gemeente Wichelen zou kunnen capteren. De gemeente Wichelen staat dus voor een enorme uitdaging om deze uitstoot tegen 2030 met 40 % te verminderen. Een reductie van 40% tegen 2030 wordt een moeilijke doch niet onhaalbare klus. Een moedig en doortastend beleid zal echter nodig zijn. 1 Voor u ligt het eerste deel dat focust op het terugdringen van de uitstoot van CO2. Het tweede deel wordt nog toegevoegd, met de focus op adaptatie of het zo goed mogelijk opvangen van de gevolgen van de klimaatverandering 2 De volledige deelnemers lijst is terug te vinden als bijlage 1 2

3 Management Summary De gemeente Wichelen wil de leefbaarheid op haar grondgebied nu en in de toekomst vergroten met een kwalitatief klimaatbeleid. De gemeente Wichelen wil haar bijdrage aan de klimaatwijziging sterk verminderen en zal de uitstoot van broeikasgassen terugdringen. De gemeente Wichelen engageert zich om minstens 40 % minder CO2 uit te stoten op het grondgebied tegen Hiervoor stelt de gemeente Wichelen dit Sustainable Energy and Climate Action Plan (SECAP) of Klimaatplan op. CO2-NULMETING In 2011 werd op het grondgebied van de gemeente Wichelen 36 kton CO2 ( ton CO2) uitgestoten. Indien men deze uitstoot zou willen compenseren door bosaanplant, dan heeft men 1,59 keer de gehele oppervlakte van de gemeente Wichelen nodig. In de verdeling van zowel het verbruik (uitgedrukt in MWh) als de uitstoot (uitgedrukt in ton CO2) neemt de sector huishoudens het grootste aandeel voor zijn rekening (56% van de CO2 uitstoot). Vervolgens is het grootste aandeel voor de sector van transport: 26%. Daarop volgen de tertiaire sector (7%), de sector industrie 5%) en de sector landbouw (4%). Het kleinste aandeel in CO2-uitstoot is de uitstoot van de gemeentelijke diensten (2%). Grafiek 1: De CO2 uitstoot per sector in Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 DOELSTELLING Een daling van -40% van de totale uitstoot ten opzichte van 2011 komt overeen met een beoogde besparing van ton CO2. 3

4 SCENARIO S Het scenario van het technisch besparingspotentieel geeft aan wat mogelijk is op het vlak van energie-efficiëntie en rationeel energiegebruik (EE), het andere scenario wat mogelijk is op het vlak van hernieuwbare energie (HE) productie. De resultaten worden samengebracht in onderstaande grafiek. Grafiek 2: doelstelling, technisch reductiepotentieel energiebesparing (EE) en hernieuwbare energie (HE) en geschatte besparing door uitvoering van de acties in dit klimaatplan Het theoretisch reductiepotentieel door energiebesparende maatregelen bedraagt ton CO2 of 38% van Het potentieel aan hernieuwbare energie om op korte, middellange en lange termijn de CO2 uitstoot verder te verminderen bedraagt ton CO2 of 24% van MAATREGELEN Met de maatregelen opgenomen minimaal 40% minder CO2-uitstoot dan in Om deze doelstelling te behalen, wordt ingezet op zowel energiebesparing en -efficiëntie als hernieuwbare energie. De maatregelen beschreven in dit klimaatplan moeten een besparing realiseren van ton CO2. Ze zijn onder te verdelen onder de categorieën: huishoudens, tertiair, industrie, landbouw, transport, de gemeente als organisatie. De volledige lijst maatregelen is terug te vinden in de actietabel. 4

5 Inhoudstafel Woord vooraf... 2 Management Summary... 3 I. NAAR EEN KLIMAATGEZONDE GEMEENTE WICHELEN... 7 I.1 Achtergrond... 7 I.2 Doelstelling... 7 I.3 Krachtlijnen... 8 I.4 Organisatorische en financiële aanpak... 9 I.4.1 Structuren... 9 I.4.2 Mensen... 9 I.4.3 Middelen... 9 I.4.4 Instrumenten... 9 I.4.5 Monitoring en opvolging... 9 II. CO2-NULMETING (BASELINE EMISSION INVENTORY)... 9 II.1 De energiegerelateerde CO2-uitstoot van de gemeente Wichelen in II.2 De uitstoot uitgesplitst per sector II.2.1 Huishoudens II.2.2 Tertiair II.2.3 Landbouw II.2.4 Industrie II.2.5 Transport II.2.6 Gemeentebestuur II.3 De gemeente Wichelen en vergelijkbare steden en gemeenten binnen de provincie Oost-Vlaanderen II.3.1 Een korte schets van de gemeente Wichelen II.3.2 De gemeente Wichelen binnen de provincie III. SCENARIO S VOOR DE TOEKOMST III.1 Methodiek III.2 BAU Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. III.2.1 Resultaat van het BAU 2020 scenario... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. III.2.2 Aanvullingen bij het BAU 2020 scenario... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. III.3 Reductiepotentieel III.3.1 Huishoudens III.3.2 Transport III.3.3 Tertiair/Industrie/Landbouw III.3.4 Gemeentebestuur III.3.5 Totaal reductiepotentieel III.4 Potentieel aan hernieuwbare en duurzame energie

6 III.4.1 Potentieel zon III.4.2 Potentieel wind III.4.3 Potentieel biomassa III.4.4 Potentieel waterkracht III.4.5 Potentieel warmtepompen III.4.6 Potentieel restwarmte en warmtenetten III.4.7 Samenvatting potentieel duurzame energie III.5 Conclusies uit de scenario s IV. MAATREGELEN IV.1 De gemeente Wichelen als klimaatgezonde organisatie IV.1.1 De gemeentelijke gebouwen IV.1.2 Gemeentelijke mobiliteit IV.1.3 Openbare verlichting IV.1.4 Duurzame aankopen IV.2 Huishoudens IV.3 Tertiaire sector IV.4 Lokale productie hernieuwbare en duurzame energie IV.5 Transport IV.6 Industrie IV.7 Landbouw IV.8 Algemeen IV.9 Samenvatting V. BIJLAGEN V.1 Bijlage 1 Deelnemerslijst V.2 Bijlage 2 Effecten van de klimaatverandering V.3 Bijlage 3 Emissiefactoren V.3.1 Brandstoffen: V.3.2 Elektriciteit: V.4 Bijlage 4 Toelichting potentieel scenario V.5 Bijlage 5: Toelichting potentieel hernieuwbare energieatlas V.6 Bijlage 6: Toelichting potentieel aan restwarmte VI. LIJST GRAFIEKEN VII. LIJST TABELLEN VIII. BRONNEN

7 I. NAAR EEN KLIMAATGEZONDE GEMEENTE WICHELEN I.1 Achtergrond De opwarming van de aarde, door een versterkt broeikaseffect, is één van de meest prangende actuele milieuproblemen die onze samenleving voor grote uitdagingen plaatst. Duurzame oplossingen vragen immers om (1) een omkeer in de stijgende uitstoot van broeikasgassen, (2) een drastische verandering in onze manier van wonen, werken, consumeren, vervoeren en ontspannen en (3) het onder controle houden van de bevolkingstoename. Want de strijd tegen de klimaatwijziging heeft alles te maken met hoe we omgaan met energie, grondstoffen en ruimte, nu en in de toekomst. De gevolgen van de klimaatwijziging zijn nu al voelbaar en zullen uiteindelijk iedere wereldburger treffen door extreem weer, voedselonzekerheid en/of overstromingen. De eerste slachtoffers zijn volgens het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) niet alleen de meest kwetsbare bevolkingsgroepen in het Zuiden. Ook hier in de gemeente Wichelen zullen de gevolgen voelbaar zijn 3 (IPCC 2014) 4. De uitdaging waarvoor we staan, is tweeledig: (1) bestrijden van de klimaatwijziging door het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen of mitigatie. Hierbij spelen energiebesparing, inzet van hernieuwbare energiebronnen en CO2-opslag een belangrijke rol. Het zal daarnaast nodig zijn om CO2 uit de lucht te halen via bijvoorbeeld bebossing. (2) voorbereiden op de veranderende omstandigheden en de negatieve effecten van de klimaatwijziging die is ingezet of adaptatie. De Provincie maakt werk van een klimaatgezond Oost-Vlaanderen en streeft naar klimaatneutraliteit en klimaatbestendigheid tegen De Provincie wil dit samen met de steden en gemeenten doen en is officieel erkend als territoriaal coördinator van het Burgemeesterconvenant. Ook de gemeente Wichelen wil meestappen in dit verhaal. I.2 Doelstelling De gemeente Wichelen wil de leefbaarheid op haar grondgebied nu en in de toekomst vergroten met een kwalitatief klimaatbeleid. De gemeente Wichelen wil haar bijdrage aan de klimaatwijziging sterk verminderen en zal de uitstoot van broeikasgassen terugdringen. De gemeente Wichelen engageert zich om minstens 40 % minder CO2 uit te stoten op het grondgebied tegen 2030 ten opzichte van Hiervoor stelt de gemeente Wichelen dit klimaatplan op. De gemeente Wichelen wil ook klimaatbestendig worden en zal aanvullend op de acties in dit plan, ook acties ondernemen om negatieve effecten van de klimaatwijziging op het grondgebied van de gemeente Wichelen maximaal te temperen. Hiervoor wordt later een risico en kwetsbaarheidsanalyse en een actieplan uitgewerkt. 3 Assessment Report 5, Intergovernmental Panel on Climate Change, Bijlage 1: gevolgen van klimaatverandering voor Oost-Vlaanderen en de gemeente Wichelen 5 Zie 7

8 I.3 Krachtlijnen De afgelopen jaren heeft de gemeente Wichelen vooral ingezet op: Plaatsen van zonnepanelen op het gemeentelijk patrimonium: - Margote 114: 10 kva, jaarlijkse opbrengst kwh - Schoolstaat 4a: 10 kva, jaarlijkse opbrengst kwh - Schoolstraat 4:9,9 kva, jaarlijkse opbrengst kwh - Bruinbekestraat 18a: 5 kva, jaarlijkse opbrengst kwh - Oud Dorp 2: 30 kva, jaarlijkse opbrengst kwh Aankopen van 4 CNG-voertuigen + CNG (snel-)laadstation Uitvoeren van diverse technische maatregelen om energie-efficiëntie gemeentelijke gebouwen en comfort van gebruikers te verbeteren: vb. vervangen van stookolieketels door hoogrendementsketels Opmaken van een masterplan openbare verlichting Groepsaankopen ism Woonplus en vzw Bea De gemeente Wichelen wil dit beleid versterken door bijkomende maatregelen uit te werken: Volgens het principe van de trias energetica: (1) maximaal inzetten op energiebesparing en het voorkomen emissies: dit wil zeggen emissie vermijden bij de bron (2) het gebruik van hernieuwbare energie optimaliseren (3) als duurzame energie niet volstaat, in laatste instantie fossiele bronnen zuinig en efficiënt gebruiken Acties die gebaseerd zijn op bovenstaande principes hebben naast het verminderen van de uitstoot ook het voordeel dat ze vaak kostenbesparend zijn, de afhankelijkheid van externe energiebronnen verkleinen en de luchtvervuiling reduceren. Met een voorkeur voor kosteneffectieve maatregelen. Kosteneffectiviteit betekent het bereiken van een (milieu)doelstelling tegen de laagste kostprijs voor de finale doelgroep. Er voor zorgend dat de kosten en baten van het klimaatbeleid op een eerlijke wijze worden verdeeld over de volledige samenleving. In combinatie met een participatietraject waarin de verschillende doelgroepen (inwoners, bedrijven, organisaties, industrie, e.a.) worden betrokken Die de voorbeeldfunctie van de gemeente naar haar inwoners, organisaties en bedrijven op het grondgebied versterkt. De gemeente Wichelen wil vooral inzetten op het verduurzamen van: Gebouwen, uitrustingen en voorzieningen: zowel het eigen patrimonium, particuliere gebouwen als tertiaire gebouwen. Ook gebouwen, uitrustingen en voorzieningen van industriële bedrijven en landbouwbedrijven worden meegenomen. Openbare verlichting Mobiliteit: zowel de vloot, rij- en verplaatsingsgedrag van het eigen gemeentebestuur als dat van alle inwoners, bedrijven en organisaties op het grondgebied. Consumptie en overheidsaankopen De gemeente Wichelen wil ook de eigen energieproductie uit hernieuwbare en duurzame energiebronnen stimuleren. 8

9 I.4 Organisatorische en financiële aanpak I.4.1 Structuren De gemeente Wichelen zet een permanent klimaatteam op waaraan volgende diensten actief deelnemen: dienst milieu, dienst patrimonium, dienst mobiliteit, dienst bevolking, het OCMW, e.a). Het klimaatteam komt regelmatig samen. Het werkterrein van dit overleg is de goede uitvoering en opvolging van het klimaatplan. De uitvoering van de maatregelen zelf wordt verdeeld volgens thema over de verschillende gemeentediensten heen. I.4.2 Mensen Volgende personen worden belast met de voorbereiding en afwikkeling van bijeenkomsten van het klimaatteam. Deze personen staan ook in voor de opvolging van de uitvoering van het klimaatplan en de rapportering naar het schepencollege: de milieuambtenaar (1 FTE). De verschillende interne diensten dragen elk hun verantwoordelijkheid voor de maatregelen die aan hen worden toegekend zoals opgenomen in de maatregelenlijst. I.4.3 Middelen De gemeente Wichelen zet naast de bestaande middelen ook bijkomende middelen in voor de uitvoering van het klimaatbeleid (jaarlijks , waarvan werkingsmiddelen en investeringsmiddelen). Daarnaast worden bestaande middelen ook geheroriënteerd of worden er in het bestaande beleid andere accenten gelegd zonder financiële gevolgen. De budgettaire vertaling van de acties gebeurt via de meerjarenbegroting en de jaarlijkse beleidsnota s. I.4.4 Instrumenten De gemeente Wichelen zet diverse juridische (vb. (bouw)vergunningen, verordeningen), financieel-economische (vb. subsidies, premies, groepsaankopen), ruimtelijke (vb. ruimtelijke uitvoeringsplannen) en informatie- en communicatiebeleidsinstrumenten in. Er is ook specifiek aandacht voor burgerparticipatie: zowel bij de opmaak van het klimaatplan als bij de uitvoering ervan. Bestaande instrumenten, aankopen en beleidsbeslissingen zullen gescreend worden in het licht van het behalen van de klimaatdoelstellingen. I.4.5 Monitoring en opvolging In het kader van het Burgemeestersconvenant dient de gemeente Wichelen regelmatig - elke twee jaar na indiening van het klimaatplan implementatieverslagen te publiceren waarin de mate van implementatie van het actieplan en de tussentijdse resultaten staan vermeld. 6 6 Iedere 2 jaar over uitvoering actieplan, iedere 4 jaar update nulmeting 9

10 II. CO2-NULMETING (BASELINE EMISSION INVENTORY) VITO, de Vlaamse instelling voor technologisch onderzoek heeft in opdracht van de Vlaamse overheid in 2013 een nulmeting-tool ontwikkeld voor alle Vlaamse steden en gemeenten waarmee een nulmeting op uniforme wijze kan uitgevoerd worden. Deze nulmeting brengt het energieverbruik en de hiermee gepaard gaande uitstoot van CO2 in kaart voor het referentiejaar Jaarlijks worden de gegevens voor een volgend jaar ter beschikking gesteld door de Vlaamse Overheid. Deze gegevens dienen aangevuld en eventueel aangepast te worden door de gemeenten. Deze nulmeting is gemaakt op basis van cijfers van 2011 beschikbaar op 29/09/2017. Deze nulmeting geeft een beeld van de energiegerelateerde uitstoot, uitgedrukt in ton CO2 9 : directe CO2-emissies gerelateerd aan het verbruik van brandstof op het grondgebied van de gemeente Wichelen in gebouwen, toestellen/voorzieningen/industriële installaties en door transport; (indirecte) CO2-emissies door de productie van elektriciteit, warmte of koude die wordt verbruikt in de gemeente Wichelen (ongeacht de locatie van productie). De uitstoot wordt sector per sector overlopen (zie II.2). II.1 De energiegerelateerde CO2-uitstoot van de gemeente Wichelen in 2011 De totale energiegerelateerde CO2-uitstoot van gemeente Wichelen in 2011 was gelijk aan 36 kton CO2 ( ton CO2) of 3,2 ton CO2 per inwoner. In Tabel 1 wordt de verdeling gegeven van zowel het energieverbruik als de broeikasgasemissies (in ton CO2) per sector voor de gemeente Wichelen en de provincie Oost-Vlaanderen. De sectoren zijn: huishoudens, tertiair, landbouw, industrie, transport en de eigen gemeente Wichelen (dit is de uitstoot van het gemeentebestuur). 7 Achtergrondinformatie bij deze nulmeting kan gevonden worden in de Handleiding Ondersteuning burgemeestersconvenant Deel 1 Baseline Emission Inventory E. Meynaert et al, 2014; Studie door VITO iov LNE. Meer informatie rond de emissiefactoren (voor de omrekening van het energiegebruik naar de bijhorende CO2-uitstoot) in bijlage 3 voor de omrekening van het energiegebruik naar de bijhorende CO2-uitstoot Voor de sector van transport werden de cijfers van 2012 genomen owv een hogere betrouwbaarheid. 10

11 Tabel 1: Het verbruik en de uitstoot in ton CO2 per sector in 2011 en in vergelijking met de provincie Oost-Vlaanderen Bron: Nulmeting (2011) VITO cijfers van de gemeente Wichelen + Klimaatplan Provincie Oost-Vlaanderen Sector Gemeente Wichelen Verbruik (MWh) Emissies (Ton CO2) Provincie Oost-Vlaanderen Verbruik Emissies (MWh) (Ton CO2) Huishoudens % % % % Tertiair % % % % Landbouw % % % % Industrie % % % % Transport % % % % Gemeentebestuur % 646 2% 0 0 TOTAAL In de verdeling van zowel het verbruik (uitgedrukt in MWh) als de uitstoot (uitgedrukt in ton CO2) neemt de sector huishoudens door gebouwenverwarming, sanitair warm water en elektriciteitsverbruik het grootste aandeel voor zijn rekening (56% van de CO2 uitstoot). Vervolgens is het grootste aandeel voor de sector van transport (26%). Daarop volgen de tertiaire sector (7%), de sector industrie (5%) en de sector landbouw (4%). Het kleinste aandeel in CO2-uitstoot is de uitstoot van de gemeentelijke diensten (2%). Grafiek 3 geeft een overzicht van de energie gerelateerde CO2-uitstoot per sector. Grafiek 3: De CO2-uitstoot per sector in Bron: Nulmeting (2011) VITO

12 In Tabel 2 wordt het energieverbruik per energiedrager en per sector weergegeven. We onderscheiden elektriciteit, fossiele en hernieuwbare brandstoffen. Tabel 2: Het verbruik per energiedrager en per sector in Bron: Nulmeting (2011) VITO cijfers van de gemeente Wichelen Totaal (MWh) Elektriciteit Fossiel Hernieuwbaar Totaal Huishoudens Tertiair Landbouw Industrie Transport Gemeentebestuur TOTAAL % 70% 5% Het totale energieverbruik voor de gemeente Wichelen is gelijk aan MWh. Dit wordt voor 5% voorzien door hernieuwbare energie. Hernieuwbare energie is afkomstig van hernieuwbare brandstoffen (verbranding van hout, plantaardige oliën en overige biomassa en het gebruik van biobrandstoffen bij transport). Het grootste deel van de energievoorziening voor de gemeente Wichelen (70%) wordt verkregen m.b.v. fossiele brandstoffen. Deze uitputbare brandstoffen zijn o.a. gas, stookolie, steenkool, vloeibaar gas, maar ook benzine en diesel. Een kwart van de energievoorziening gebeurt m.b.v. elektriciteit. Van de in de gemeente Wichelen verbruikte elektriciteit uit Tabel 2 werd een deel lokaal geproduceerd (via installaties < 20MW), al dan niet uit hernieuwbare bronnen: 4,15% van het totale elektriciteitsverbruik of MWh werd lokaal geproduceerd met zonnepanelen (1.218 MWh), verbranding van biomassa (293 MWh), warmtepompen (172 MWh) en zonneboilers (56 MWh). Lokale productie van elektriciteit Biomassa warmte Warmtepomp Zonneboiler PV MWh Grafiek 4: De lokale productie van elektriciteit in 2011 (groen = hernieuwbaar)- Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Op basis van emissiefactoren zijn de verbruiken omgezet in een bepaalde CO2-uitstoot. De emissiefactor voor elektriciteit is gebaseerd op de netto elektriciteitsproductie van België in 12

13 het jaar aangepast aan de lokale situatie. Voor het verbruik van hernieuwbare energie wordt aangenomen dat de CO2-uitstoot nul is. In Tabel 3 wordt de verdeling van de CO2- uitstoot per energiedrager en per sector weergegeven. Tabel 3: De uitstoot per energiedrager per sector in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO cijfers van gemeente Wichelen Totaal (Ton CO2) Elektriciteit Fossiel Totaal Huishoudens Tertiair Landbouw Industrie Transport Gemeentebestuur TOTAAL % 78% Grafiek 5 die de verdeling toont van het fossiele brandstoffengebruik (uitgedrukt in MWh), toont dat aardgas de meest verbruikte brandstof is (35%). Ook stookolie en diesel worden aanzienlijk veel gebruikt als brandstof voor de energieproductie in de gemeente Wichelen (respectievelijk 28% en 26%). Grafiek 5: Verdeling verbruik fossiele brandstoffen Bron: Nulmeting (2011) VITO cijfers van de gemeente Wichelen De totale CO2-uitstoot bedraagt ton CO2. 78% is afkomstig uit de rechtstreekse verbranding van fossiele brandstoffen voor warmte of transport, 22% is afkomstig van het elektriciteitsverbruik en de daarbij horende CO2-uitstoot. Zoals eerder vermeld, wordt aangenomen dat het gebruik van hernieuwbare energie niet tot CO2-uitstoot leidt. Een gedetailleerd overzicht van de CO2-emissies wordt, in functie van de brandstof, weergegeven in Grafiek 6. We zien opnieuw duidelijk dat de sector huishoudens de grootste 8 De nationale emissiefactor voor elektriciteit is aangepast naar een lokale emissiefactor rekening houdend met de hoeveelheid lokaal geproduceerde groene stroom: als de hoeveelheid geproduceerde groene stroom toeneemt, daalt de emissiefactor en dus de uitstoot voor eenzelfde hoeveelheid afgenomen stroom. 13

14 uitstoter is voor de gemeente Wichelen, dat er eerder veel elektriciteit wordt gebruik in de tertiaire sector en de sector industrie, terwijl de brandstoffen duidelijk doorwegen in de sector van de huishoudens en de sector van de landbouw. Grafiek 6: De uitstoot per brandstof per sector Bron: Nulmeting (2011) VITO cijfers van de gemeente Wichelen Indien we deze uitstoot zouden moeten compenseren door bosaanplant, dan hebben we 1,59 keer de gehele oppervlakte van de gemeente Wichelen nodig. 14

15 II.2 De uitstoot uitgesplitst per sector II.2.1 Huishoudens Sector huishoudens: Uitstoot van 20,6 kton CO2 ( ton CO2) in De sector huishoudens omvat het brandstofverbruik en het elektriciteitsverbruik in de woningen, die nodig is voor ruimteverwarming, sanitair warm water, apparaten en verlichting. De verbruiken van elektriciteit en gas worden beschikbaar gesteld door de netbeheerder. De verbruiken van andere brandstoffen worden afgeleid op basis van de Sociaal-Economische enquête van 2001 en de Energiebalans Vlaanderen. Grafiek 7 toont de verdeling van de uitstoot per energiedrager voor de huishoudens. Twee derde van de uitstoot is toe te wijzen aan stookolie- (34%) en aardgasverbruik (32%), een vierde aan elektriciteit (25%). Ook steenkool (6,3%) en vloeibaar gas (3,4%) worden door de huishoudens verbruikt. Grafiek 7: De uitstoot per energiedrager voor huishoudens in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO

16 In 2011 woonden er huishoudens in de gemeente Wichelen. Een analyse van de woonsituatie in gemeente Wichelen in vergelijking met Vlaanderen 9, geeft ons de volgende inzichten: De gemeente Wichelen heeft: opmerkelijk meer eengezinswoningen en minder appartementen in vergelijking met het gemiddelde in Vlaanderen (zie Grafiek 8) (respectievelijk 88% en 9% in vergelijking met het Vlaamse gemiddelde van 73% en 23%) minder open en gesloten bebouwing in vergelijking met het gemiddelde in Vlaanderen (zie Grafiek 9) (37% en 19% in vergelijking met de Vlaamse gemiddelden van 40% en 31%) en meer halfopen bebouwing (43% in vergelijking met het Vlaamse gemiddelde van 25%) relatief minder oude woningen van voor 1919 (zie Grafiek 10) (9% in vergelijking met het Vlaamse gemiddelde van 14%) een bevolking met een gemiddeld inkomen minder sociale huisvesting (2% in vergelijking met het Vlaamse gemiddelde van 4%) minder woningen met centrale verwarming of airco (62% in vergelijking met het Vlaamse gemiddelde van 71%) gemiddeld verbruik per huishouden: kwh (t.o.v kwh per huishouden in Vlaanderen). Dit komt overeen met 3,2 ton CO2-uitstoot per huishouden. Grafiek 8: De verdeling van de woongelegenheden per type woning voor gemeente Wichelen en Vlaanderen vergeleken 2011 Bron: FOD Economie, KMO, middenstand en energie, Kadastrale statistiek van het gebouwenpark 9 Bron: FOD Economie, KMO, middenstand en energie, Kadastrale statistiek van het gebouwenpark 16

17 Grafiek 9: De verdeling van de woongelegenheden per type bebouwing voor de gemeente Wichelen en Vlaanderen vergeleken 2011 Bron: FOD Economie, KMO, middenstand en energie, Kadastrale statistiek van het gebouwenpark Grafiek 10: De verdeling van de woongelegenheden volgens bouwjaar voor de gemeente Wichelen en Vlaanderen vergeleken 2011 Bron: FOD Economie, KMO, middenstand en energie, Kadastrale statistiek van het gebouwenpark Grafiek 11 geeft de verdeling per brandstof voor de hoofdverwarming weer, uitgedrukt in aantal huishoudens. 17

18 Grafiek 11: Verdeling van brandstofgebruik voor verwarming huishoudens in Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Het grootste deel van de huishoudens heeft een hoofdverwarming op aardgas (45%). Stookolie wordt door 24% van de huishoudens gebruikt als brandstof voor verwarming. Toch verwarmt 23% gezinnen de woning op elektriciteit 10, wat vanuit energetisch oogpunt veel minder efficiënt is doordat het rendement van elektriciteitscentrales op fossiele brandstof veel lager is dan een condenserende verwarmingsketel. Geschat wordt dat 2,0% van de gezinnen in 2011 hout gebruikte voor de hoofdverwarming en 2,7% verwarmde op steenkool. Voor de bepaling van de totale hoeveelheid hout (biomassa) in het energieverbruik (Tabel 4) wordt er ook rekening gehouden met het hout dat wordt ingezet als bijverwarming, dus aanvullend bij vb. een aanwezige centrale verwarming. Verwarmingsinstallaties met vaste brandstoffen zijn vaak nog inefficiënt en zorgen voor luchtverontreiniging. Tabel 4 toont het verbruik en de uitstoot per energiedrager. Biomassa (hout) en hernieuwbare energie nemen een aandeel in van 7,42%, in het verbruik. Tabel 4: Het verbruik en de uitstoot per energiedrager voor huishoudens in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Huishoudens MWh ton CO2 Elektriciteit Warmte/koude 0 0 Aardgas Vloeibaar gas Stookolie Steenkool Overige biomassa Zonne-/ thermische energie 55 Geo-thermische energie 172 Totaal In 2011 waren er 35 zonneboilers (goed voor een gemiddelde productie van 0,37 MWh/m²/jaar) en 9 warmtepompen geïnstalleerd bij de huishoudens. In 2011 was er kwp aan fotovoltaïsche installaties (< 10 kwp) geïnstalleerd in de gemeente Wichelen 11 bij in totaal 420-tal huishoudens. 10 Warmtepompen niet meegerekend, deze vallen onder een andere categorie 11 Bron: Website VREG 18

19 II.2.2 Tertiair Tertiaire sector: Uitstoot van 2.5 kton CO2 (2.524 ton CO2) in De tertiaire sector omvat het brandstofverbruik, het elektriciteitsverbruik en de warmteaankopen in de volgende subsectoren: kantoren en administraties, horeca, handel, gezondheidszorg en maatschappelijke diensterverlening, andere gemeenschaps-, sociale en persoonlijke dienstverlening en onderwijs. Het aandeel van elk van deze sectoren wordt weergegeven in Grafiek 12. Grafiek 12: Verdeling van het energieverbruik in MWh per subsector van de tertiaire sector in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 De subsector Kantoren en administratie is goed voor 27% van het energieverbruik in de tertiaire sector voor de gemeente Wichelen. Daarna volgt de subsector Andere gemeenschaps- en sociale en persoonlijke dienstverlening met 17%. Handel en Horeca nemen respectievelijke 15% en 12% van het verbruik in. De overige subsectoren verbruiken maximaal 3% van het totaalverbruik van de sector. In de sector REST tertiair zitten een aantal instellingen die omwille van privacy-redenen niet kunnen worden toegekend aan een aparte subsector. Grafiek 13 toont de verdeling van de uitstoot per energiedrager voor de tertiaire sector. 52% van de uitstoot is het gevolg van elektriciteitsverbruik, het overige deel is het gevolg van het brandstofverbruik (waaronder aardgas 30% en stookolie 16%). 19

20 Grafiek 13: De uitstoot per energiedrager voor tertiaire sector in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Grafiek 14 toont dat alle subsectoren voor 50% of meer elektriciteit gebruiken als brandstof. Enkel de REST-groep gebruikt ongeveer voor 34% aan elektriciteit. Voor Kantoren en administraties en Handel is dit te verklaren door het gebruik van verlichting, computers en koeling. Voor de andere sectoren is dit eerder opvallend, aangezien men zou verwachten dat een groter aandeel van het energieverbruik naar productie van warmte gaat. We kunnen hieruit afleiden dat men voor alle subsectoren moet inzetten op energie-efficiëntie van verlichting, andere installaties en voorzieningen. Eventueel kan gekeken worden of elektriciteit al dan niet als warmtebron gebruikt wordt in bepaalde gebouwen. Daarnaast kan door het inzetten op isolatie van de gebouwschil en het vervangen van verwarmingsinstallaties het aardgas- en stookolieverbruik dalen. 20

21 Grafiek 14: Verdeling van aandeel per energiebron per subsector Tabel 5 toont de verbruiksgegevens en de uitstoot per energiedrager voor de tertiaire sector. Tabel 5: Verdeling van het verbruik en de uitstoot per energiedrager voor tertiaire sector in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Tertiair MWh ton CO2 Elektriciteit Aardgas Vloeibaar gas Stookolie Overige biomassa 427 Zonne-/ thermische energie 2 Totaal In 2011 werd er slechts één zonneboiler en werden er geen enkele warmtepompen gebruikt in de tertiaire sector. 12 In 2011 was er 80 kwp aan fotovoltaïsche installaties geïnstalleerd in de gemeente Wichelen 13 door installaties > 10kW. 12 Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen warmtepompen en zonneboilers bij tertiair, landbouw en industrie. Deze worden bij tertiair in rekening gebracht. 13 Bron: Website VREG 21

22 II.2.3 Landbouw Landbouw sector: Uitstoot van 1,5 kton CO2 (1.488 ton CO2)in 2011 In deze nulmeting wordt de energiegerelateerde uitstoot van het brandstofverbruik en het elektriciteitsverbruik door de landbouwsector in beeld gebracht. Daarnaast kent de landbouw ook belangrijke niet-energiegerelateerde broeikasgasemissies door de veeteelt (CH4 door de vertering en mestopslag en N2O vanuit de mestopslag en de bodem). Deze uitstoot werd echter niet meegenomen in deze CO2 nulmeting. Deze energiegerelateerde uitstoot omvat de uitstoot van het brandstofverbruik, het elektriciteitsverbruik en de eventuele warmteaankopen vanuit warmtenetten of warmtekrachtkoppelings- of WKK-eenheden 14 en bedroeg in ton CO2. Grafiek 15 toont de verdeling van de energiegerelateerde uitstoot per energiedrager voor de landbouw sector. Het stookolieverbruik (71%) is doorslaggevend, gevolgd door het aardgasverbruik (17%) en elektriciteit (10%), steenkool (1,6%) en vloeibaar gas (0,1%). Grafiek 15: Verdeling van de energiegerelateerde CO2-uitstoot per energiedrager voor de landbouwsector in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO In de gemeente Wichelen werd er geen warmte aangekocht of opgewekt met een WKK. 22

23 Tabel 6 toont het verbruik en de uitstoot per energiedrager. Tabel 6: Verdeling van het verbruik en de uitstoot per energiedrager voor landbouw in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Landbouw (energie-gerelateerde) MWh ton CO2 Elektriciteit Aardgas Vloeibaar gas 8 2 Stookolie Steenkool Totaal Er worden geen warmtepompen en zonneboilers weergegeven in Tabel 6 omdat deze in de berekening volledig werden toegewezen aan de tertiaire sector. In 2011 waren er geen warmtekrachtkoppelingsinstallaties (WKK s) op de landbouwbedrijven, (noch elders) in de gemeente Wichelen. 23

24 II.2.4 Industrie Sector Industrie: Uitstoot van 1.7 kton CO2 (1.736 ton CO2) in De sector industrie omvat het brandstofverbruik, het elektriciteitsverbruik en eventueel de warmteaankopen in de volgende subsectoren: ijzer- en staalnijverheid, non-ferro, metaalverwerkende nijverheid, voeding, dranken en tabak, textiel, leder en kleding, minerale niet-metaalproducten, papier en uitgeverijen, chemie, e.a. Grafiek 16 toont de verdeling van de uitstoot per energiedrager voor de industriële sector. Het elektriciteitsverbruik is goed voor meer dan de helft van de uitstoot door de industrie. Op de tweede plaats komt aardgas met 24%. De overige 16% van de uitstoot is afkomstig van stookolie. Steenkool en vloeibaar gas nemen samen minder dan 1% van het aandeel in. Grafiek 16: Verdeling van de uitstoot per energiedrager voor de industriesector) in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Tabel 7 toont de verbruiksgegevens en de uitstoot per energiedrager voor de sector industrie. In deze sector worden bijna geen hernieuwbare energiebronnen gebruikt. 24

25 Tabel 7: Het verbruik en de uitstoot per energiedrager voor de industrie in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Industrie MWh ton CO2 Elektriciteit Aardgas Vloeibaar gas 37 8 Stookolie Steenkool 11 4 Overige biomassa 110 Totaal Er worden geen warmtepompen en zonneboilers weergegeven in Tabel 7 omdat deze in de berekening volledig werden toegewezen aan de tertiaire sector. 25

26 II.2.5 Transport Transport sector: Uitstoot van 9,4 kton CO2 (9.475 ton CO2) in De sector transport omvat de CO2-emissies ingeschat voor het commercieel en particulier transport en het openbaar vervoer. Grafiek 17 toont dat het openbaar vervoer slechts een zeer klein aandeel vormt, namelijk 1%. Verbruikscijfers van de gemeentelijke vloot zitten niet in deze cijfers, maar wel in de sector gemeentelijke diensten. Grafiek 17: Verdeling van de uitstoot per subsector voor transport in Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Deze gegevens zijn gebaseerd op data van het Vlaams Verkeerscentrum, waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen enerzijds het wegtype (genummerde wegen en nietgenummerde wegen) en anderzijds het voertuigtype (lichte voertuigen en zware voertuigen 15 ) (Zie Grafiek 18) Lichte voertuigen zijn vb. personenwagens en motoren, zware voertuigen zijn bv vrachtwagens en bussen. 16 Voor elk van deze categorieën worden het aantal voertuigkilometers bepaald, op basis van verkeerstellingen. Deze voertuigkilometers worden vervolgens verdeeld over de verschillende voertuigtechnologieën, namelijk diesel, benzine, LPG, CNG, e.a. op basis van COPERT, een transportmodel van VMM. Ook de consumptiefactoren per technologie zijn afkomstig uit dit model. De emissiefactoren voor de verschillende brandstoftypes werden bepaald op basis van IPCC waarden en zijn terug te vinden in Bijlage 2. 26

27 Grafiek 18: Verdeling van de km per voertuigtype en wegtype in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Als we kijken naar het particulier en commercieel vervoer, dan werden in voertuigkilometers afgelegd in de gemeente Wichelen, waarvan 95% door lichte voertuigen en 5% door zware voertuigen. 71% van de kilometers wordt afgelegd op de genummerde wegen. De overige 29% wordt afgelegd op de niet genummerde wegen. In Grafiek 19 wordt de verdeling van de uitstoot per brandstof voor de transportsector voorgesteld. 27

28 Grafiek 19: Verdeling van het verbruik per type transportmiddel en per energiedrager (PJ) in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 In de transportsector worden 5,3 keer zoveel kilometers afgelegd met dieselvoertuigen dan met benzinevoertuigen (alle gewichtsklassen). Diesel heeft een grotere energie-inhoud waardoor dieselvoertuigen zuiniger zijn in verbruik. Maar diesel stoot meer CO2 uit per liter en bovendien zijn diesel emissies schadelijker voor de gezondheid dan benzine emissies. Tabel 8 bevat de verbruiken en de uitstoot per brandstof voor de transportsector. Tabel 8: Het verbruik en de uitstoot per energiedrager voor de transport sector in 2011 Bron: Nulmeting (2011) VITO 2017 Transport MWh ton CO2 Elektriciteit 0,3 0,1 Aardgas 1,7 0,3 Vloeibaar gas Diesel Benzine Bio-brandstof Totaal Er wordt voornamelijk diesel gebruikt als brandstof voor lichte en zware vrachtwagens. Enkel personenwagens gebruiken een significante hoeveelheid benzine. Het aandeel voertuigen op elektriciteit (0,002%), aardgas ( 0,006%) of vloeibaar gas (0,38%) was marginaal in

29 II.2.6 Gemeentebestuur Het gemeentebestuur: Uitstoot van 0,6 kton CO2 (646 ton CO2) in Het energieverbruik en bijhorende emissies van broeikasgassen door het gemeentebestuur zijn in kaart gebracht. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen het gemeentelijk patrimonium, het wagenpark en de openbare verlichting (Tabel 9 en Grafiek 20). De gerelateerde verbruiken worden in mindering gebracht in de totale verbruiken van voorgaande sectoren (tertiaire sector en sector transport). Tabel 9: Verdeling van het verbruik en de uitstoot per onderdeel voor het gemeentebestuur in 2011 Bron: cijfers van de gemeente Wichelen Gemeentebestuur MWh ton CO2 Eigen gebouwen Eigen openbare verlichting Eigen vloot Totaal Grafiek 20: Verdeling van de uitstoot per subsector van het gemeentebestuur in 2011 Bron: cijfers van de gemeente Wichelen Grafiek 21 toont de verdeling van de uitstoot per energiedrager. Het elektriciteitsverbruik is goed voor meer dan de helft van de uitstoot (54%). Aardgas volgt met 37%. De rest van de warmtevoorziening gebeurt m.b.v. steenkool en resulteert in een uitstoot van 2%. De overige 7% van de uitstoot is te wijten aan de vloot, meer bepaald het brandstofverbruik voor de voertuigen. 29

30 Grafiek 21: Verdeling van de uitstoot per energiedrager van het gemeentebestuur in 2011 Bron: cijfers van de gemeente Wichelen Tabel 10 toont de verbruiksgegevens en de uitstoot per energiedrager voor het gemeentebestuur. Tabel 10: Verdeling van het verbruik en de uitstoot per energiedrager voor het gemeentebestuur in 2011 Bron: cijfers van de gemeente Wichelen Gemeentebestuur MWh ton CO2 Elektriciteit Aardgas Stookolie Diesel Biobrandstof 8 Totaal GEBOUWENPARK In deze nulmeting zijn de cijfers afkomstig van de netbeheerder EANDIS. 50% van de aangekochte elektriciteit was in 2011 groene stroom. Deze gebouwen zijn tevens het onderwerp van een interne monitoring van de gemeente Wichelen. In Grafiek 22 en Grafiek 23 wordt de verdeling getoond voor het elektriciteits- en brandstofverbruik. 30

31 Grafiek 22: Elektriciteitsbalans van gebouwenpark van het gemeentebestuur in 2011 Bron: monitoringgegevens van de gemeente Wichelen Volgende gebouwen hebben een hoog absoluut elektriciteitsverbruik: Het woon- en zorgcentrum Molenkouter, het Sociaal Huis en het Gemeentehuis van Schellebelle Grafiek 23: Brandstofbalans (werkelijk verbruik) van gebouwenpark van het gemeentebestuur in 2011 Bron: monitoringgegevens van de gemeente Wichelen Opmerking: voor verschillende gebouwen ontbreken de brandstofgegevens. Volgende gebouwen hebben een hoog absoluut brandstofverbruik: Het Sociaal Huis, de serviceflats van het OCMW en de school De Belhamel in Schellebelle. Het gemeentebestuur produceerde in 2011 nog geen groene stroom of groene warmte 31

32 WAGENPARK In deze nulmeting is het verbruik van het voertuigenpark en rollend materieel meegenomen. De cijfers zijn verzameld op basis van het werkelijk verbruik van de wagen uitgedrukt concrete verbruiken. De voertuigen worden in Grafiek 24 weergegeven. De bulldozer en het kraantje gebruiken diesel uit de dieseltank van de loods Ook de gegevens van het rollend materieel (vb. zitmaaier, veegmachine, multifunctioneel voertuig, ) zijn opgenomen. Deze gebruikten samen met de bulldozer en het kraantje 2.600l diesel. Grafiek 24: Brandstofbalans van wagenpark van het gemeentebestuur in 2011 Bron: cijfers gemeente Wichelen 32

33 II.3 De gemeente Wichelen en vergelijkbare steden en gemeenten binnen de provincie Oost-Vlaanderen II.3.1 Een korte schets van de gemeente Wichelen De gemeente bestaat uit de deelgemeenten Wichelen, Schellebelle en Serskamp. De Schelde loopt door de gemeente. Wichelen en Schellebelle liggen aan de Schelde, Serskamp ligt iets meer zuidwaarts. Wichelen heeft een totale oppervlakte van ha, een landbouwareaal van ha. Op het grondgebied zijn er verschillende kmo-zones en een industriezone. Tabel 11: Overzicht van de bedrijventerreinen Bron: de gemeente Wichelen Terrein Gemeente Type Opp. (ha) Brugstraat Wichelen KMO - Konstantopoulos 0,90 Stationsstraat Schellebelle KMO - Schauvliege, Peter De Rycke 0,79 Bohemen Wichelen Industriezone 9,29 Dorpstraat Serskamp KMO - De Smet 1,04 Wettersestraat Schellebelle KMO - Van De Velde Lageweg 2,56 Heuvel Schellebelle KMO - Gebr. Drieghe 0,55 Meerbos Wichelen KMO-zone 11,00 Er zijn geen autosnelwegen op het grondgebied wel enkele gewestwegen (zoals de N442 en de N416). Wichelen is gesitueerd op een kruispunt van twee de spoorlijnen: Schellebelle- Leuven en Brussel-Gent en heeft stations in elke deelgemeente. 33

34 II.3.2 De gemeente Wichelen binnen de provincie De uitstoot van de gemeente Wichelen kan (ter illustratie) worden geplaatst naast de uitstoot van gemeenten en steden met een relatief gelijkaardige oppervlakte of een relatief gelijkaardig aantal inwoners (zie Grafiek 25). Vervolgens wordt de werkelijke uitstoot en de relatieve uitstoot weergegeven in een zelfde volgorde (zie Grafiek 26 en Grafiek 27). Grafiek 25: De steden en gemeenten in Oost-Vlaanderen gerangschikt volgens aantal inwoners. De uitstoot van de gemeente Wichelen is laag in vergelijking met gemeenten met een gelijkaardig aantal inwoners. Het aandeel van de uitstoot door transport (inclusief de snelwegen) en van de tertiaire sector ligt relatief laag. Grafiek 26: De CO2-uitstoot per sector voor de steden en gemeenten in Oost-Vlaanderen, gerangschikt volgens aantal inwoners. 34

35 De relatieve uitstoot per inwoner is laag in vergelijking met andere gemeenten. 17 Grafiek 27: De uitstoot per inwoner van de steden en gemeenten in Oost-Vlaanderen, gerangschikt volgens aantal inwoners. 17 Opgelet: hier wordt de uitstoot tussen steden en gemeenten vergeleken, berekend met de nationale emissiefactor. Ook wordt de uitstoot ten gevolge van transport op de snelwegen meegenomen. 35

36 II.4 Wat is er ondertussen al gebeurd Tussen 2011 en vandaag zijn er al verschillende resultaten/evoluties te becijferen. HERNIEUWBARE ENERGIE Tussen 2011(1.774 kwp) en juni 2016 (2.919 kwp) is er een toename van kwp bijkomend opgesteld vermogen aan zonnepanelen. Bij particulieren gaat dit over een toename van 594 kwp of +/-149 installaties < 10 kwp) en voor bedrijven een toename van 554 kwp. Dit komt overeen met een totale daling van 227 ton CO2. Grafiek 28: Evolutie opgesteld vermogen hernieuwbare energie 2011 en 2015 Bron: cijfers VREG Tussen 2011 en 2015 was er een stijging van 36 naar 87 zonneboilers op te merken. HET GEMEENTEBESTUUR Het energieverbruik van het gebouwenpark is in 2014 gestegen met 11% voor elektriciteit en 13% voor aardgas ten opzichte van Grafiek 29: Evolutie energieverbruik gebouwenpark Bron: Eandis Het energieverbruik van de vloot is in 2016 gestegen met 24% ten opzichte van

37 Grafiek 30: Evolutie energieverbruik wagenpark en rollend materieel (MWh) Bron: gemeente Wichelen De milieuprestaties van de vloot van het gemeentebestuur zijn relatief gezien wel verbeterd. Sinds 2015 werden er 4 voertuigen aangekocht op CNG/benzine. Het energieverbruik van de openbare verlichting is in 2014 gestegen met 4% ten opzichte van Grafiek 31: Evolutie verbruik elektriciteit voor de openbare verlichting: Bron Eandis Ondertussen werden er 5 installaties van zonnepanelen geplaatst. o Margote 114: 10 kva, jaarlijkse opbrengst kwh o Schoolstaat 4a: 10 kva, jaarlijkse opbrengst kwh o Schoolstraat 4:9,9 kva, jaarlijkse opbrengst kwh o Bruinbekestraat 18a: 5 kva, jaarlijkse opbrengst kwh o Oud Dorp 2: 30 kva, jaarlijkse opbrengst kwh Totale geschatte jaarlijkse opbrengst: kwh of 65,749 MWh GRONDGEBIED GEMEENTE WICHELEN De meting (van VITO) van de CO2-uitstoot in het jaar 2015 toont een daling van 8% 18 ten opzichte van 2011 (zie Grafiek 33 en Tabel 13). 18 Deze uitstoot is niet gecorrigeerd in functie van de buitentemperaturen. 37

38 Grafiek 32: Vergelijking totale uitstoot gemeente Wichelen Bron: Cijfers gemeente Wichelen en Nulmeting (2011) VITO Tabel 12: De evolutie van de totale uitstoot gemeente Wichelen Bron: Cijfers gemeente Wichelen en Nulmeting (2011) VITO tov tov tov tov 2011 Huishoudens % % % % Tertiair % % % % Landbouw % % % % Industrie % % % % Transport % % % % Gemeentelijke diensten % % 662 3% 661 2% TOTAAL ,6% ,9% % % Uit de meting is af te leiden dat de sector landbouw een significante daling in uitstoot vertoont in 2015: -40% ten opzichte van De tertiaire sector toont een daling van -10% ten opzichte van 2011 en de huishoudens een daling van -9%. De sector industrie vertoonde in 2012 en 2013 een stijgende trend, maar sinds 2014 wordt deze stijging ten opzichte van 2011 terug kleiner. De transportsector en het gemeentebestuur vertonen respectievelijk een kleine daling van -2% en een kleine stijging van 2%. 19 Verbruiksgegevens van het gemeentelijk bestuur in 2015 niet gekend. Aanname gelijk aan

39 III. SCENARIO S VOOR DE TOEKOMST III.1 Methodiek Het verbruik van vandaag zal niet hetzelfde zijn in de toekomst. De evolutie van de uitstoot in de toekomst is onzeker en afhankelijk van tal van factoren: demografische ontwikkelingen, economische ontwikkelingen, het gevoerde beleid, gedragsverandering bij de inwoners/ bedrijven/overheden, technologische ontwikkelingen, innovaties, e.a. Hieronder worden verschillende scenario s opgetekend, gebaseerd op verschillende studies en specifieke informatie uit de gemeente Wichelen. Twee scenario s worden beschreven: Reductiepotentieel: hierin wordt een inschatting gemaakt van het technisch besparingspotentieel door energie-efficiëntie en rationeel energiegebruik Potentieel aan hernieuwbare en duurzame energie: hier worden de resultaten geschetst van de hernieuwbare energiescan uitgevoerd door de Provincie Oost- Vlaanderen. III.2 Reductiepotentieel Door maximaal in te zetten op energie-efficiëntie en rationeel energiegebruik kan de uitstoot van huishoudens op korte termijn dalen met -40%. De uitstoot in de tertiaire sector, de industrie en de landbouw kan dalen met -34%. Het transport kan een daling kennen met -40% en de uitstoot van het gemeentebestuur kan dalen met -50%. Volgens het scenario van het reductiepotentieel kan de uitstoot met -38% of ton CO2 dalen ten opzichte van 2011 Het reductiepotentieel wordt ingeschat op MWh. Dat een drastische vermindering van de uitstoot van broeikasgassen haalbaar is, wordt ook aangetoond in de studies Milieuverkenning 2030 voor Vlaanderen en Scenario s voor een koolstofarm België Er wordt onderzocht met hoeveel de uitstoot per sector kan worden teruggebracht, wat de consequenties hiervan (zullen) zijn voor ons dagelijks leven, voor bedrijven en systemen (vb. woonsystemen) en voor het beleid dat moet worden gevoerd. Een samenvatting van de resultaten en bevindingen zit in bijlage 5. Hieronder wordt nagegaan wat het theoretisch reductiepotentieel is voor de gemeente Wichelen per sector. Het potentieel aan hernieuwbare en duurzame energie (zonnepanelen, warmtepompen, e.a.) komt aan bod in III.4. III.2.1 Huishoudens In de residentiële sector zijn er verschillende punten waarop gewerkt kan worden: nieuwbouw, renovatie, gedragsverandering. Daarnaast kan er ook gewerkt worden aan een 39

40 aanpassing van de wooncultuur. Dit laatste is echter moeilijker te becijferen, maar is desondanks een uitermate belangrijk aspect dat verder wordt toegelicht. Nieuwbouw leidt tot bijkomende CO2-uitstoot, die door inspanningen kan beperkt worden (met uitzondering van nieuwbouw die in de plaats komt van gebouwen die gesloopt worden. Hieronder wordt het effect van mogelijke maatregelen doorgerekend om een idee te geven van het potentieel. Belangrijk is wel te vermelden dat hier een maximaal potentieel wordt ingeschat per maatregel en dat deze effecten niet zomaar mogen worden opgeteld aangezien zij elkaar beïnvloeden. Alle nieuwe woningen worden energieneutraal gebouwd vanaf 2018: een besparing van MWh en 648 ton CO2 100% van de woningen hebben dakisolatie: een besparing van MWh en ton CO2 100% van de woningen hebben hoogrendementsbeglazing: een besparing van MWh en 440 ton CO2 100% van de woningen hebben muurisolatie: een besparing van MWh en ton CO2 100% van de woningen hebben een hoogrendementsketel: een besparing van MWh en ton CO2 100% van de gezinnen past rationeel energiegebruik toe (energiebesparing door gedragsmaatregelen): een besparing van MWh en 518 ton CO2 5% van de woningen wordt jaarlijks gesloopt en vervangen door energieneutrale woningen: een besparing van MWh en 682 ton CO2 Grafiek 33: Inschatting technisch besparingspotentieel huishoudens tegen 2030 Er wordt geschat dat deze maatregelen samen goed zijn voor een besparing van ton CO2 of een daling van -40% van de uitstoot door huishoudens t.o.v. de uitstoot in 2011 door de huishoudens. Deze besparing kan alleen gerealiseerd worden indien alle bestaande woningen geïsoleerd worden en op een energiezuinige manier worden verwarmd. Bijkomende uitstoot door nieuwe woningen moet worden vermeden. Er moet gestreefd worden naar energieneutrale, of zelfs energie-actieve woningen (woningen die meer energie produceren dan dat zij verbruiken). Nieuwe woningen worden best kleiner, compacter en gebundeld gebouwd. 40

41 III.2.2 Transport In de transportsector zijn er meerdere punten waarop gewerkt kan worden om de uitstoot te verminderen: het verminderen van het aantal verplaatsingen met de wagen voor personenvervoer, het verminderen van het aantal voertuigkilometers voor goederenvervoer, meer efficiënte voertuigen en voertuigen op hernieuwbare energie. 20% van de kilometers met lichte voertuigen wordt elektrisch afgelegd 20% van het goederenvervoer wordt vermeden 25% minder kilometers met lichte voertuigen door: de autoritten voor personenvervoer korter dan 8 km worden maximaal te voet of met de fiets afgelegd De autoritten voor personenvervoer korter dan 15 km worden met de elektrische fiets afgelegd de autoritten voor personenvervoer verder dan 50 worden maximaal met het openbaar vervoer afgelegd Deze maatregelen zijn samen goed voor een besparing van ton CO2 of een daling van -40% in de uitstoot door transport. Grafiek 34: Inschatting technisch besparingspotentieel transport tegen 2030 Deze besparing kan alleen gerealiseerd worden indien de wagen enkel gebruikt wordt daar waar er geen duurzaam alternatief zou zijn. Fietsen (en elektrische fietsen) verdienen de voorkeur voor alle korte ritten (door vb. verbeterde infrastructuur), het openbaar vervoer verdient de voorkeur voor korte en lange ritten (door vb. betere aansluitingen, beter uitgebouwde netten). Wagengebruik moet rationeler. We moeten minder wagens gaan bezitten (door vb. autodelen), wagens rationeler gaan inzetten (door vb. carpooling), wagens rationeler gaan gebruiken (door vb. ecodriving en een correcte bandenspanning) en meer energiezuinige wagens en elektrische wagens gaan gebruiken. Goederenvervoer moet ook gerationaliseerd worden door goederen minimaal te transporteren (door vb. stimuleren van lokale handel) en te transporteren met het meest duurzame transportmiddel (via water, trein op lange afstanden, elektrische voertuigen op korte afstanden). 41

42 III.2.3 Tertiair/Industrie/Landbouw Er wordt geschat dat deze maatregelen samen goed zijn voor een besparing van ton CO2 of een daling van -34% van de uitstoot door de tertiaire sector, de sectoren industrie en landbouw. TERTIAIR In de tertiaire sector kan op dezelfde punten gewerkt worden als in de residentiële sector: nieuwbouw, renovatie, gedragsverandering. Individuele maatregelen zijn echter niet te becijferen gezien de grote diversiteit in de gebouwen. Om een idee te geven van het potentieel: 80% van de gebouwen besparen 30%, 10% van de gebouwen besparen 40% en de overige 10% van de gebouwen besparen zelfs 60%: een besparing van MWh en 858 ton CO2 Deze besparing kan alleen gerealiseerd worden indien alle bestaande gebouwen geïsoleerd worden en op een energiezuinige manier worden verlicht, verwarmd en gekoeld. Maar ook energiebeheersmaatregelen zoals het opstellen van een energieboekhouding, monitoring, sensibilisering van gebouwgebruikers hebben een grote invloed. Bijkomende uitstoot door nieuwe gebouwen moet worden vermeden. Er moet gestreefd worden naar energieneutrale, of zelfs energie-actieve gebouwen (gebouwen die meer energie produceren dan dat zij verbruiken). Grafiek 35: Inschatting technisch besparingspotentieel tertiair, industrie, landbouw en stadsbestuur INDUSTRIE In de sector industrie kan gewerkt worden op twee punten: gevestigde bedrijven en hun huidige activiteiten enerzijds en nieuwe bedrijven en nieuw activiteiten anderzijds. Deze laatste zullen leiden tot bijkomende CO2-uitstoot, die door inspanningen kan beperkt worden. Om een idee te geven van het potentieel: 80% van de bedrijven besparen 30%, 10% van de bedrijven besparen 40% en de overige 10% van de bedrijven besparen zelfs 60%: een besparing van MWh en 590 ton CO2 42

43 Deze besparing kan gerealiseerd worden door aanpassingen aan het proces (vb. restwarmterecuperatie, hoogrendementsmotoren, frequentiesturing, organisatorische maatregelen, e.a.), nutsvoorzieningen (proceskoeling, procesverwarming, verlichting, perslucht, ventilatie, e.a.) en duurzame energieproductie aan de hand van een warmtekrachtkoppelingsinstallatie. Maar ook energiebeheersmaatregelen zoals het opzetten van energiemonitoring, uitwerking van werkinstructies met betrekking tot energie-efficiëntie, e.a. hebben een grote invloed. LANDBOUW In de landbouwsector kan gewerkt worden op twee punten: energiegerelateerde uitstoot en niet-energiegerelateerde uitstoot. De energiegerelateerde uitstoot kan verminderd worden door het inzetten van warmtekrachtkoppelingsinstallaties, pocketvergisters, efficiëntere verlichting, ventilatie, aanpassingen aan de gebouwschil, e.a. waar mogelijk. Om een idee te geven van het potentieel: 80% van de bedrijven besparen 30%, 10% van de bedrijven besparen 40% en de overige 10% van de bedrijven besparen zelfs 60%: een besparing van MWh en 506 ton CO2 III.2.4 Gemeentebestuur Naar analogie met de tertiaire sector kan ook in het gebouwenpatrimonium, openbare verlichting en de vloot van de gemeente zeker tot 50% bespaard worden. De investeringen die hiervoor nodig zijn aanzienlijk, ondanks interessante terugverdientijden voor vele maatregelen. Belangrijk hier is een rollend fonds waarbij er voor de investeringen wordt geput uit de energiebesparingen van eerder uitgevoerde maatregelen (low hanging fruit). Het gemeentebestuur zal ook zeker het gebruik van het patrimonium zelf moeten screenen en dit optimaal gaan inzetten. Tal van maatregelen moeten gedragsverandering stimuleren (vb. doven van de lichten). Daar waar mogelijk moeten organisatorische maatregelen (vb. sturingen en instellingen) genomen worden. Vervolgens moet de gemeente inzetten op de implementatie van energiezorg (vb. opvolging van verbruiksgegevens), duurzame nieuwbouw, duurzame aankopen (vb. elektrische wagens op groene stroom), e.a. Er wordt geschat dat deze samen goed zijn voor een besparing van 323 ton CO2 of een daling van -50% van de uitstoot door het eigen bestuur. III.2.5 Totaal reductiepotentieel Volgens het scenario van het reductiepotentieel kan de uitstoot met -38% dalen of ton CO2. De -40% doelstelling bedraagt een vermindering met ton CO2. 43

44 Grafiek 36: Doelstelling -40% wordt door het Burgemeestersconvenant vooropgesteld als de te behalen reductie tegen 2030 t.o.v Het Potentieel EE weergeeft de theoretisch haalbare CO2-besparing door het verminderen in gebruik aan energie (t.g.v. verhogen energie-efficiëntie en energiebesparende maatregelen) In het scenario van het reductiepotentieel kan de uitstoot voor huishoudens dalen met -40%, de tertiaire, de landbouw en industriële sector kan dalen met -34%. Het transport kan een daling kennen met -40% en de uitstoot van het gemeentebestuur kan dalen met -50%. 44

45 III.3 Potentieel aan hernieuwbare en duurzame energie Door maximaal in te zetten op hernieuwbare energie kan de uitstoot met 24% of ton CO2 dalen. Het potentieel aan hernieuwbare energie wordt ingeschat op MWh. De gemeente Wichelen had in 2011 een beperkt opgesteld vermogen aan hernieuwbare energie: kwp 20 (uitsluitend zonne-energie, naast zonneboilers, warmtepompen, installaties voor de verbranding van biomassa, waarvan de vermogens niet gekend zijn). Dit komt overeen met een jaarlijkse productie van MWh of 1,1 % van het jaarlijks verbruik in de gemeente Wichelen. De meeste van die installaties zijn nog vrij jong en moeten in tegenstelling tot hun nucleaire en fossiele tegenhangers niet op korte termijn worden vervangen. 21 Om de CO2-uitstoot drastisch te verminderen en zo ook de energieafhankelijkheid van het buitenland te doen dalen, moet de gemeente Wichelen inzetten op de lokale productie van hernieuwbare energie. Dit gaat over meer dan enkel het elektriciteitsverbruik. Ook het verbruik van fossiele brandstoffen voor vb. verwarming en transport kan (deels) gecoverd door hernieuwbare elektriciteitsproductie (vb. fotovoltaïsche panelen), groene warmte (vb. zonneboilers) en biobrandstoffen. De hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen, uit 2013 brengt het maximaal potentieel in kaart voor de individuele steden en gemeenten uit de provincie Oost- Vlaanderen. Sinds 2016 is er ook een hernieuwbare energieatlas voor Vlaamse Gemeenten uitgebracht door de van de Vlaamse Overheid. Deze studie heeft afwijkende resultaten. De resultaten worden in bijlage 6 meegegeven. 20 Cijfers VREG tot juni De levensduur van een PV-installatie (zonnepanelen) moet op 25 jaar worden ingeschat, de levensduur van een biomassacentrale op 20 jaar en deze van de overige installaties (windturbines, biovergisters, ) op minstens 15 jaar. 45

46 III.3.1 Potentieel zon Zonne-energie kan op 3 manieren ingezet worden: Productie van elektriciteit aan de hand van fotovoltaïsche of PV-panelen (PV) Productie van warmte aan de hand van zonneboilers (ZB) Passieve inzet van de zonne-energie als lichtbron of warmtebron Tabel 13: Verdeling van het potentieel aan zonne-energie Bron: de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen, 2013 Potentieel zonne-energie (MWh) Potentieel Elektriciteit (MWh) PV huishoudens PV tertiair (scholen, zorg, KMO s, ) PV landbouw PV industrie PV gemeente 219 Potentieel Warmte (MWh) ZB huishoudens ZB tertiair (scholen, zorg, KMO s, ) 72 ZB landbouw 18 ZB industrie Niet bepaald ZB gemeente Niet bepaald Totaal Zon ZONNEPANELEN Het geïnstalleerd vermogen aan zonnepanelen (PV) in de gemeente Wichelen bedroeg in kwp. In juni 2016 nam dit toe tot kwp. Volgens de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen bedraagt het technisch potentieel aan PV in de gemeente Wichelen MWh. Van dit potentieel was in 2011 amper MWh/jaar benut, of 4%. Dit betekent dat nog voor MWh voorlopig onbenut is. Grosso modo betekent dit dat het aandeel zonneenergie productie nog met een factor 22,8 kan toenemen. Dit betekent echter niet dat hiermee het plafond bereikt zou zijn. De efficiëntie van zonnepanelen neemt namelijk steeds toe, net als de toepassingsmogelijkheden. 22 ZONNEBOILERS Ook zonneboilers maken deel uit van dit potentieel aan zonne-energie. Met een zonneboiler wordt warm water geproduceerd voor gebouwenverwarming en sanitair warm water. Zonneboilers kunnen een eventueel tijdelijke oplossing geven voor een sanitaire warmwaternood. Toch is de keuze voor een combinatie van zonnepanelen waarvan de 22 Volgens het PV-vakblad Photon, is die de voorbije 5 jaar zelfs met gemiddeld 5% per jaar toegenomen (van standaard 12% naar standaard 16% omzetting van licht naar stroom vandaag). Gelet op de nieuwste ontwikkelingen mag men er van uit gaan dat in de toekomst men ongeveer het dubbele aan vermogen kan produceren met eenzelfde zonnepanelenoppervlakte. In labo s haalt men nl. nu reeds een efficiëntie van 46%. (NREL Cell Efficiencies 2015) 46

47 stroom een warmtepomp aandrijft die zowel voor gebouwenverwarming als voor sanitair warm water kan zorgen, energie- en kostenefficiënter en multi-inzetbaar. Zonneboilers kennen voornamelijk kleinschalige toepassingsmogelijkheden bij huishoudens. Verder kunnen zonneboilers ook interessant zijn voor organisaties of bedrijven met een grote vraag naar warm water zoals zwembaden, zorgcentra, veehouders (vleeskalveren, fokvarkens), e.a. In 2011 waren er in de gemeente Wichelen 36 zonneboilers geïnstalleerd, in 2014 waren er 87 zonneboilers. Volgens de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen bedraagt het technisch potentieel aan zonneboilers in de gemeente Wichelen MWh. PASSIEVE ZONNE-ENERGIE Gebouwen maken ook op een passieve manier gebruik van de zon: het invallend zonlicht, de warmtewinsten door zonne-instraling. Deze passieve zonnewinsten kunnen worden gemaximaliseerd door een goed bouwplan, voor het optrekken van een gebouw (zowel woning als kantoor). Dit is eenvoudig te implementeren in geplande woonuitbreidingen, nieuwe woonwijken en bedrijventerreinen. In de gemeente Wichelen zijn er plannen voor het aansnijden van het woonuitbreidingsgebied Bellekouter 23 en staat er een uitbreiding van de KMO-zone Meerbos 24 gepland. Ook is het eenvoudig te implementeren bij individuele nieuwbouw. Publieke gebouwen kunnen daarbij als voorbeeld dienen. III.3.2 Potentieel wind Windturbines zetten wind om naar elektriciteit. Er bestaan grote, middelgrote en kleine windturbines. Kleine windturbines met een as-hoogte van maximaal 15m zijn nog niet rendabel: De windsnelheden die op dergelijke hoogte bereikt worden, zijn niet voldoende voor de huidige generatie kleine windmolens, zoals blijkt uit verschillende testen (o.a. proefopstelling microwindturbines op het provinciaal domein van Wachtebeke). Nieuwe technologische vooruitgangen op dit gebied kunnen ervoor zorgen dat microwindturbines wel rendabel worden, maar hier bestaat geen zekerheid rond. Om deze reden wordt het potentieel aan windenergie vanuit microwindturbines niet opgenomen in dit plan. Middelgrote 25 en grote windturbines zijn wel rendabel. Naar rendement in functie van het ruimtegebruik zijn grote windturbines interessanter. Volgens de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen Is er geen technisch potentieel in de gemeente Wichelen en dit wegens de aanwezigheid van het erkend natuurreservaat 23 Het woonuitbreidingsgebied Bellekouter zou op korte termijn kunnen ontwikkeld worden. Er is al geruime tijd een RUP in opmaak, maar geen streefdatum bekend. 24 RUP Uitbreiding KMO-zone Meerbos werd goedgekeurd op 29 juni Het RUP voorziet in de uitbreiding van de bestaande KMO-zone met 2 deelgebieden deelgebied 1 (3,2 ha) tussen de bestaande KMO-zone en de N416, en een deelgebied 2 (2,6ha), begrensd door de Scheldebrugstraat en de Brugstraat (aansluitend bij KMO-zone Brugstraat). In de voorschriften werden bijzondere bepalingen opgenomen m.b.t. duurzaamheid. 25 Middelgrote windturbines hebben een hoogte tussen de 15m en 60m en hebben een vermogen < 300kW 47

48 de Kalkense Meersen, dat deels op grondgebied van de gemeente Wichelen ligt en tevens vogel- en habitatrichtlijngebied is, als VEN-gebied is. In 2011 waren er dan ook geen windmolens in de gemeente Wichelen geïnstalleerd. III.3.3 Potentieel biomassa Aan de hand van biomassa (organisch materiaal afkomstig uit vb. de afvalsector, het buitengebied en rioolwaterzuiveringsinstallaties) kunnen elektriciteit, biobrandstoffen en warmte worden gegenereerd. Voor het omzetten van biomassa naar energie zijn er twee mogelijkheden. Biomassa kan gebruikt worden voor verbranding of voor vergisting. Droge (< 50 % water) houterige massa (vb. gescheiden ingezameld oud en bewerkt hout, snoeihout en boomstronken van (publieke) bossen, publieke parken, recreatiegebieden, fruitbomen, dunningshout uit bosgebieden, mest van pluimvee, e.a.) wordt verbrand. Hieruit kunnen enerzijds elektriciteit en warmte worden gehaald indien de verbranding gebeurt in een biomassacentrale of anderzijds warmte wanneer de verbranding gebeurt in een kachel of biomassaketel. Deze droge biomassa wordt vandaag nog vaak gecomposteerd, terwijl deze perfect voor energiewinning gebruikt kan worden. De vochtigere biomassa zoals gescheiden groente-, fruit- en tuinafval, bermmaaisel, productieafval uit de (glas)tuinbouw, mest van runderen of varkens worden dan weer vergist. Tijdens het vergistingsproces worden de eenvoudig verteerbare delen afgebroken tot biogas. Dit heeft -mits enkele aanpassingen- dezelfde gebruiksmogelijkheden als aardgas. Grootschalige biovergisters op plantaardige restfracties zijn echter niet altijd even evident en vragen telkens afwegingen naar prioriteiten en berekeningen van de emissiewinsten. Bovendien genereren ze veel omgevingshinder (geurhinder, transporten van en naar de installatie). Andere grootschalige biovergisters die voornamelijk op dierlijk mest functioneren hebben het economisch moeilijk en het bijkomend potentieel is hierdoor wellicht beperkt. Pocketvergisters hebben wel een groot potentieel bij intensieve veeteeltbedrijven. Dit zijn installaties met een motor van maximum 200 kw waarbij maximaal 5000 ton biomassa per jaar wordt vergist. Melkveebedrijven (vanaf 85 runderen) kunnen met een pocketvergister met een WKK vanaf 10 kw (microvergister) ruimschoots in de eigen energiebehoefte voorzien. In de gemeente Wichelen is er één bedrijf dat in aanmerking komt. 26 In 2011 waren er in de gemeente Wichelen geen biomassacentrales, noch pocketvergisters. Volgens de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen bedraagt het technisch potentieel van lokale biomassa in de gemeente Wichelen MWh. Voor de berekening van het potentieel aan biomassa wordt een onderscheid gemaakt tussen (zie Tabel 15): Tabel 14: Verdeling van het potentieel per type biomassa Bron: de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen, In de gemeente Wichelen waren er in koeien verdeeld over 1 bedrijf met meer dan 80 koeien en 12 kleinere bedrijven 48

49 Potentieel biomassa Potentieel Elektriciteit (MWh) Potentieel Warmte (MWh) Hout GFT Snoeiafval Bermmaaisel 6 3 Mest van varkens en runderen Mest van pluimvee Productieafval uit (glas)tuinbouw - - Energieteelten * 272 Snoeiafval van fruitbomen 2 2 Dunningshout uit bos Totaal Biomassa * Energieteelten (vb. korte omloophout) kunnen op percelen die voor voedselproductie niet bruikbaar zijn: Braakliggende terreinen in het landbouwareaal Bufferstroken langs industriële sites Vervuilde gronden in het buitengebied (industriële verontreinigingen en baggerslibstorten) Oude stortplaatsen 27 Gronden voor waterzuivering (Spoor)wegbermen en bermen van waterlopen Wachtgronden (industriële of bouwkavels) die op eindbestemming wachten Korte omloophout komt voort uit de aanplant van snelgroeiende boomsoorten zoals wilg en populier met focus op houtproductie. Via hakhoutbeheer wordt het hout periodiek geoogst en gebruikt als energiebron. Maar ook het beheer van kleine landschapselementen zoals houtkanten en knotbomen levert hout op dat nuttig kan ingezet worden voor energieproductie. Natuur- en landschapsbeheer kan gecombineerd worden met biomassaproductie als dat in een doordacht beheerplan gegoten is. 28 Dit is noodzakelijk aangezien deze restgronden een zeer groot potentieel hebben om natuurwaarden en biodiversiteit te verhogen. III.3.4 Potentieel waterkracht Voor de productie van elektriciteit op rivieren, kanalen en andere vormen van stromend water is een minimaal debiet nodig van 150 liter per seconde, een nodig verval van 2,5m en uiteraard voldoende vollasturen. Verschillende opties zijn mogelijk: 27 Oude stortplaatsen, ruimte voor economie in Oost-Vlaanderen, studie uitgevoerd in opdracht van POM Oost-Vlaanderen, 2013: nog 26 oude stortplaatsen komen in aanmerking voor de productie van energiegewassen. 28 Vb. in de vorm van landschapsvertsterkende houtkanten of hakhoutbosjes met een meerjarencyclus (3-6-9) en met inheemse soorten zodat een ecologsiche meerwaarde wordt gecreëerd. 49

50 Oude watermolens 29 kunnen gerestaureerd worden en omgebouwd worden tot kleine waterkrachtscentrales. Dit is meer vanzelfsprekend dan het bouwen van een nieuwe watermolen op een plaats waar er nooit een heeft gestaan aangezien deze een invloed hebben op de rivier/beek waarop ze zijn aangesloten. De watermolens beïnvloeden het waterpeil, debiet, mogelijkheden voor vismigratie, e.a. (vandaar de stuwrechten). Bestaande watermolens met voorlopig nog niet verder onderzochte mogelijke potentie voor waterkracht zijn: De Van Hauwermeirenmolen, een turbinewatermolen in de Watermolenstraat, Bruinbeke (Schellebelle) wordt momenteel gerestaureerd. De Zaagmolen in de Driesrede te Wichelen is een verwijderde onderslag watermolen en de watermolen Dulcé Torrekens in de Watermolenweg te Wichelen is een verroeste bovenslag watermolen. Ook op een sluizencomplex kan een waterkrachtcentrale worden gebouwd. Een andere mogelijkheid is elektriciteit halen uit het lozen van proceswater. Het lozen van water van op een bepaalde hoogte maakt het mogelijk een deel van de pompenergie terug te winnen. Er zijn vandaag wellicht geen geschikte bedrijven die proceswater lozen. III.3.5 Potentieel warmtepompen Een warmtepomp benut warmte uit de natuur voor de verwarming van gebouwen of sanitair warm water aan de hand van elektriciteit. Warmtebronnen kunnen verschillen: Bodem of ondiepe geothermie zoals grond/water warmtepompen zijn geschikt voor gebruik in de gemeente Wichelen omwille van het aanwezige bodemtype (overwegend leem en kleiig zand). Het bodemtype heeft wel een invloed op het dimensioneren van de techniek. Zo zal een droge zanderige bodem een veel groter uitwisselingsoppervlak nodig hebben dan een vochtige leemachtige bodem. Water zoals vb. waterlopen, afvalwater of proceswater Lucht In 2011 waren er in de gemeente Wichelen 9 warmtepompen. In 2014 waren dit er 20. Volgens de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen bedraagt het technisch potentieel aan warmtepompen in de gemeente Wichelen MWh. Voor de berekening van het potentieel aan warmtepompen wordt een onderscheid gemaakt tussen tertiaire gebouwen, landbouw en industrie. Het potentieel aan warmtepompen bij huishoudens is niet bepaald in de studie, desondanks is er zeker een potentieel! 29 Bron: 50

51 Tabel 15: Verdeling van het potentieel aan warmtepompen Bron: de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen, 2013 Potentieel warmtepompen WP huishoudens Potentieel Warmte (MWh) niet bepaald WP tertiair (scholen, zorg, KMO s, ) - WP landbouw 179 WP industrie WP gemeente niet bepaald Totaal warmtepompen III.3.6 Potentieel restwarmte en warmtenetten Het inzetten van restwarmte is eveneens een belangrijke vorm van duurzame energie (niet hernieuwbaar). Restwarmte komt in grote hoeveelheden vrij bij de productie van elektriciteit, bij verbranding of vergisting van o.a. afval, biomassa (zie verder) of bij thermische industriële processen, e.a. Warmteproducerende bedrijven of geothermische installaties kunnen verbonden worden aan grote warmtevragers aan de hand van warmteleidingen/warmtenetten. Warmtevragers zijn talrijk: ziekenhuizen, verzorgingstehuizen, zwembaden, glastuinbouwbedrijven, e.a. In 2015 werd er in opdracht van het Vlaams Energie Agentschap (VEA) een warmtekaart 30 opgemaakt door VITO. De warmtekaart toont waar nog kansrijke gebieden zijn om nieuwe warmtenetten aan te leggen en onder andere beschikbare restwarmte te recupereren. De aanleg van een warmtenet in de gemeente Wichelen is niet kansrijk, in geen enkel geval. 30 Renders Nele, Aernouts Kristien, Cornelis Erwin, Moorkens Ils, Uljee Inge, Van Esch Leen, Van Wortswinkel Luc (VITO),Michael Casier (EANDIS), Johan Roef (INFRAX), Warmte in Vlaanderen,

52 Figuur 1: warmtekaart Vlaanderen: Kansrijke gebieden voor de aanleg van een warmtenet, VITO bron: geopunt Vlaanderen 2015 Meer duiding bij de achterliggende aannames is terug te vinden in bijlage 6. 52

53 III.3.7 Samenvatting potentieel duurzame energie In 2011 werd er MWh elektriciteit of warmte op een duurzame manier opgewekt. Volgens de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen bedraagt het technisch potentieel aan jaarlijkse productie van hernieuwbare of duurzaam opgewekte energie MWh. Dit wil zeggen dat er in ,15% van het potentieel was ingevuld en dat door in te zetten op hernieuwbare energie op lange termijn een reductie van de CO2-uitstoot gerealiseerd kan worden van ton CO2 of 24% ten opzichte van De opsplitsing per type energiebron wordt gemaakt in Grafiek 38 en Tabel 18. Telkens voor de productie van warmte en elektriciteit en telkens in vergelijking met de situatie in Grafiek 37: Verdeling van het potentieel hernieuwbare en duurzame energie per type energiebron Bron: de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen,

54 Tabel 16: Verdeling van het potentieel hernieuwbare en duurzame energie per type energiebron Bron: de hernieuwbare energiescan voor Oost-Vlaanderen, 2013 Potentieel Geproduceerd in 2011 Elektriciteit (MWh) Warmte (MWh) HE scan provincie Oost-Vlaanderen Elektriciteit (MWh) Warmte (MWh) Zonnepanelen Zonneboiler Wind Biomassa Warmtepomp Totaal

55 III.4 Conclusies uit de scenario s Bovenstaande scenario s geven een inschatting van de evolutie van de CO2-uitstoot op het grondgebied van de gemeente Wichelen indien er geen bijkomende acties genomen worden door de lokale overheden, wat het technisch besparingspotentieel door energieefficiëntie en rationeel energiegebruik zou kunnen zijn en wat mogelijk is op het vlak van hernieuwbare energie. De resultaten worden samengebracht in onderstaande grafiek. Grafiek 38: doelstelling, technisch reductie potentieel energiebesparing en hernieuwbare energie en geschatte besparing door uitvoering van de acties in dit klimaatplan Het reductiepotentieel door energiebesparende maatregelen bedraagt ton CO2 of 38% van 2011 op voorwaarde dat alle doorgerekende maatregelen/doelstellingen volledig worden gerealiseerd. Het potentieel aan hernieuwbare energie om op korte, middellange en lange termijn de CO2-uitstoot verder te verminderen bedraagt ton CO2 of 24% van Alleen door in te zetten op zowel energiebesparing en hernieuwbare energie, is de doelstelling van het Burgemeestersconvenant haalbaar. De doelstelling bedraagt een reductie van 40% of ton CO2. 55

56 IV. MAATREGELEN IV.1 De gemeente Wichelen als klimaatgezonde organisatie De gemeente Wichelen wil continu verbeteren en inzetten op een energiezuinig gebouwenpark en duurzame aankopen, milieuvriendelijke mobiliteit (dienstreizen, wagenpark en woon-werkverkeer), een zuinige openbare verlichting en de productie van hernieuwbare energie. 31 Er zijn structurele en procesmatige ingrepen nodig, maar ook acties met het oog op een gedragsverandering bij het personeel. De gemeente Wichelen heeft een belangrijke voorbeeldfunctie naar haar inwoners, bedrijven en organisaties op haar grondgebied. De gemeente Wichelen wil als trekker tonen hoe het haar uitstoot van CO2 kan verminderen. De gemeente Wichelen zal haar interne en externe richtlijnen aftoetsen 32 aan de klimaatdoelstellingen, om beleid tegenstrijdig aan de klimaatdoelstelling te vermijden en de medewerkers en de bezoekers maximaal sensibiliseren rond het klimaatthema in al haar aspecten. Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil als trekker tonen hoe het haar uitstoot van CO2 kan verminderen. De gemeente Wichelen wil haar hele beleid verduurzamen. Door: Acties Invoeren van een klimaattoets die alle beleidsbeslissingen, aankopen, e.a. toetst op convergentie met de klimaatdoelstelling -40% IV.1.1 De gemeentelijke gebouwen De gemeente Wichelen wil maximaal inzetten op rationeel energiegebruik en dit in alle gebouwen die zij bezit of gebruikt. Energieneutraliteit moet daarbij worden nagestreefd, met maximale inpassing van hernieuwbare en duurzame energietechnieken zoals zonnepanelen, zonneboilers, warmtepompen, warmteopslag, e.a. De afgelopen jaren heeft de gemeente Wichelen vooral ingezet op: 32 Vb. verstrekken van subsidies of premies naar gemeenten, interne richtlijnen rond mobiliteit, e.a. 56

57 Uitvoeren van diverse technische maatregelen om energie-efficiëntie gemeentelijke gebouwen en comfort van gebruikers te verbeteren: vb. vervangen van stookolieketels door hoogrendementsketels, voorkomen van sluipgebruik De gemeente Wichelen heeft volgende maatregelen al gepland: Uitvoeren van een milieugedragsscan (wordt periodiek herhaald) Opmaken van een energiezorgplan in samenwerking met Eandis (gepland) Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil de CO2-uitstoot in het gemeentelijk patrimonium met 8% verminderen door energiezorg, 25% door technische maatregelen, 10% door organisatorische maatregelen, 3% door sensibiliserende maatregelen Door: Acties Uitwerken energiezorg in gemeentelijke diensten door: - Uitvoeren van energieaudits - Opmaken van een energieactieplan - Monitoren en analyseren van het energieverbruik (patrimonium en vloot) Nemen van diverse technische maatregelen om de energie-efficiëntie en het comfort voor de gebruikers van het gemeentelijk patrimonium te verbeteren in de gebouwen met het hoogste potentieel zoals o.a. - Uitvoeren van een energieactieplan Bij nieuwbouw en renovatie streven naar CO2 neutraliteit vb. site Molenkouter door o.a. - Inwinnen van duurzaam bouw- en renovatieadvies - Uitvoeren van een klimaattoets Doorvoeren van een digitalisering Nemen van diverse organisatorische maatregelen om de energie-efficiëntie en het comfort voor de gebruikers van het gemeentelijk patrimonium te verbeteren. in de gebouwen met het hoogste potentieel zoals o.a. - Uitvoeren van een energieactieplan Uitvoeren van een milieugedragsscan (wordt periodiek herhaald) Sensibiliseren en informeren van medewerkers, bestuur en bezoekers rond rationeel energiegebruik IV.1.2 Gemeentelijke mobiliteit De gemeente Wichelen heeft een belangrijke voorbeeldfunctie naar haar inwoners, bedrijven en organisaties op haar grondgebied. De gemeente Wichelen moet als trekker tonen hoe het zijn uitstoot van CO2 kan verminderen. De mobiliteit van de stedelijke/gemeentelijke ambtenaren moet verduurzamen door het verminderen van het aantal voertuigkilometers en een verbetering van de milieukenmerken van de vloot en de gebruikte brandstoffen. Het aankoopbeleid speelt hier een cruciale rol. De gemeente Wichelen zet in op het stimuleren van fietsverkeer en openbaar vervoer voor woon-werkverkeer en dienstopdrachten. Ook wil de gemeente Wichelen het autoverkeer in het kader van dienstopdrachten ontraden. 57

58 De mobiliteitsbehoefte wordt teruggeschroefd door telewerken te stimuleren daar waar mogelijk. Ook een duurzaam rijgedrag wordt gestimuleerd. De afgelopen jaren heeft de gemeente Wichelen vooral ingezet op: Aankopen van 4 CNG-voertuigen + CNG (snel-)laadstation Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil de CO2-uitstoot van de gemeentelijke vloot met 35% verminderen door een vermindering van het gebruik van de voertuigen en met 20% verminderen door een verbetering van milieukenmerken vloot Door: Acties Personeel stimuleren om zich op een duurzame manier te verplaatsen (vb. de (elektrische)fiets, openbaar vervoer, carpooling) voor woon-werkverkeer en dienstverplaatsingen eventueel door o.a. - Aankopen en ter beschikking stellen van elektrische fietsen en bakfietsen voor dienstverplaatsingen - Sensibilisatieacties opzetten - Fietsers belonen - Organiseren van een depannage-dienst - Verhogen van de fietsvergoeding - Voorzien van voldoende kwalitatieve fietsparkings op strategische plaatsen - Voorzien van voldoende carpoolparkings op strategische plaatsen Verduurzamen van het wagenpark door o.a. - Aankopen van elektrische voertuigen Evenementen georganiseerd door de gemeente verduurzamen door o.a. - Genodigden die zijn gekomen met de fiets of openbaar vervoer belonen IV.1.3 Openbare verlichting De gemeente Wichelen wil de openbare verlichting rationaliseren. De afgelopen jaren heeft de gemeente Wichelen vooral ingezet op: Opmaken van een masterplan openbare verlichting Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil 58% energiebesparing realiseren bij de openbare verlichting Door: 58

59 Acties Uitvoeren Masterplan openbare verlichting Doven van de openbare verlichting 's nachts IV.1.4 Duurzame aankopen De gemeente Wichelen wil ook haar aankopen volledig in de lijn leggen met het uitgestippelde klimaatbeleid: energie-efficiënte toestellen, hernieuwbare energie (indien mogelijk uit eigen streek), lokaal en duurzaam geproduceerd voedsel, fair trade, minder vlees, afvalarme producten, elektrische voertuigen, e.a. Doelstellingen tegen 2030 De gemeente wil het volledige aankoopbeleid verduurzamen Door: Acties Voeren van een duurzaam aankoopbeleid IV.2 Huishoudens De gemeente Wichelen wil dat de inwoners op een duurzamere manier wonen om zo een antwoord te bieden op de uitdagingen waarvoor we staan. De bevolking blijft namelijk aangroeien maar de beschikbare oppervlakte voor wonen wordt schaarser. De druk op de open ruimte neemt steeds toe, terwijl die open ruimte belangrijker wordt in het adaptatieverhaal. Via een consequent ruimtelijk beleid wil de gemeente de open ruimte maximaal vrijwaren en wil de gemeente Wichelen de verdere versnippering en verspreiding van de bebouwing tegengaan. De gemeente Wichelen trekt daarom de kaart van inbreiding en verdichting van de kernen. De gemeente Wichelen stimuleert het nieuwe wonen, een nieuwe meer beperkte schaal van wonen (kleinere woningen), aangepast en aanpasbaar aan de noden van de bewoners, waarbij ruimte en voorzieningen (vb. warmtevoorziening) worden gedeeld en diverse functies worden verweven. Cruciaal is ook een goede bereikbaarheid met de fiets en het openbaar vervoer. Het huidige gebouwenbestand moet maximaal energetisch gerenoveerd worden en in een behoorlijk tempo met aandacht voor isolatie, verhoogde efficiëntie van de warmtevoorziening, integratie van hernieuwbare en duurzame energie. Nieuwe woningen moeten duurzaam worden opgetrokken gezien hun lange levensduur en dus sterke impact op het verbruik van energie en uitstoot van CO2. Nieuwbouw moet compact zijn en zuid georiënteerd met een luchtdichte afwerking, voldoende isolatie, 59

60 efficiënte installaties op hernieuwbare energie, opgetrokken uit duurzame materialen met een zo laag mogelijke milieu-impact en met een goede waterhuishouding. 33 De afgelopen jaren heeft de gemeente Wichelen vooral ingezet op: Tal van maatregelen uitgevoerd via woonplus BEA vzw en Provincie Oost-Vlaanderen zoals groepsaankopen, e.a.) Informatieverspreiding, infosessies en vorming via Woonplus Verbeteren van de opvolging van leegstand door o.a. - bijhouden van een leegstandsregister) - heffen van leegstandsbelasting - heffen van een verwaarlozingsbelasting Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil dat tegen % van potentieel van de huishoudens muurisolatie heeft geplaatst, 85% van potentieel van de huishoudens dakisolatie heeft geplaatst, 85% van potentieel van de huishoudens hoogrendementsbeglazing heeft geplaatst en het gemiddeld ketelrendement gestegen is naar 86%. De gemeente Wichelen wil 5% energiebesparing realiseren via gedragswijziging Door: Acties Sensibiliseren en informeren rond BEN-woningen en passiefwoningen, rond co-housing en vormen van gedeeld wonen (kangoeroe-woningen, serviceflats, appartementen met gedeelde ruimten en voorzieningen, e.a.), rond kleiner wonen (vb. eens de kinderen het huis uit zijn) Opleggen van energetische en duurzame criteria in de ruimtelijke planningsinstrumenten zoals compact bouwen, strengere energienormen (vb. passief, BEN), co-housing, kleinere woningen, verplicht aandeel hernieuwbare energie en zongerichte inplanting Stimuleren van kernverdichting, inbreiding, opsplitsen van woningen, verhogen van aantal bouwlagen op een kwalitatieve manier Organiseren van infoavonden rond duurzaam bouwen voor (kandidaat-)verbouwers Realiseren van een duurzame wijk Sensibiliseren en informeren rond rationeel energiegebruik, energetische renovatie en hernieuwbare energie met nadruk op de meerwaarde, op comfort - Telkens ook koppelen van informatie aan concrete acties Promoten Vlaamse Energielening en informeren over andere bestaande premies en leningen Aanbieden van gratis individueel bouw -en renovatieadvies aan huis en meer bekendmaken bij specifieke doelgroepen (vb. aankopers van een nieuwe woning, personen wiens lening afbetaald geraakt, kansengroepen, huurders/verhuurders, kinderen van de oudere bevolking, alleenstaanden e.a.), via verschillende kanalen (vb. immo, notarissen, verschillende gemeentelijke diensten, politiediensten, sociale diensten, thuiszorg, netwerk van energie-renovatieambassadeurs e.a.) Gratis aanbieden en uitvoeren van energiescans in woningen (al dan niet gratis, eventueel gratis na uitvoering van maatregelen) Aanbieden en promoten van een online tool waar mensen kunnen zien hoe energiezuinig hun woning is, wat een renovatie kan kosten, wat het opbrengt e.a. in samenwerking met de Provincie Oost-Vlaanderen Organiseren van workshop dakisolatie voor doe-het-zelvers 33 Dit geldt niet alleen voor woningen maar voor alle gebouwen: gemeentelijke gebouwen, scholen, rusthuizen, kantoren, e.a. 60

61 Promoten sociaal dakisolatieproject door energiesnoeiersbedrijven Aanbieden van of deelnemen aan groepsaankopen voor particulieren o.a. condensatieketels, relighting en/of relamping, pelletkachels, muurisolatie, dakisolatie, ledverlichting, groene stroom, energiezuinigere huishoudtoestellen, thermografische scans, e.a. en deze beter bekend maken Uitwisselen van goede voorbeelden door o.a. Organiseren of promoten van open-huis-dagen waarin mensen hun gerenoveerde woningen open stellen, informatie geven over de kost, terugverdientijden, uitvoering van maatregelen of deelnemen aan het initiatief van de ecobouwers Aanbieden van een ontzorgingstraject en/of uitwerken van een specifiek aanbod op maat rond energetische renovatie naar specifieke doelgroepen zoals: bewoners van afgelegen woningen die verwarmen op elektriciteit, steenkool of stookolie, kansengroepen, huurders/verhuurders, kinderen van de oudere bevolking, alleenstaanden, e.a.) Uitwerken van een project om ouderen langer te laten thuiswonen én hen te oversteunen bij de uitvoering van een energetische renovatiemaatregelen (vb. isoleren, vervangen van steenkoolkachel, e.a.) Aanzetten van de bewoners tot rationeel energiegebruik door informatie en sensibilisatie (vb. energiezuinige toestellen, led-lampen, sturing van de de verwarming, nuttige tips Opzetten van een (campagne met) een netwerk van energie-renovatieambassadeurs of energiemeesters die energiemonitoring en energie besparing promoten Opmaken van een thermografische (lucht)foto van (delen van) het grondgebied Opstellen van een duurzame infokaart voor inwoners van Wichelen' met daarop alle lopende initiatieven op verschillende beleidsniveaus (vb. aanbod aan premies, aan adviezen, aan energiescan, aan groepsaankopen, collectieve renovaties, informatie, e.a.) en deze verspreiden en up to date houden ism Woonplus Uitreiken van een jaarlijkse prijs voor een goed voorbeeld van een nieuwbouwwoning (fors strenger dan verplicht E-peil of passief) Organiseren van informatieavonden vb. Energie-fit sessies i.s.m. Eandis, infoavonden verhuurders i.s.m. POV, groepsaankopen i.s.m. POV/Bea vzw e.d. (lopend) Socio-culturele verenigingen aanzetten om jaarlijks een spreker in programma op te nemen om gedragsverandering te bekomen Inrichten van infoloket rond energie (o.a. groepsaankoop groene stroom, V-test / duiding geven bij energiefacturen (lopend), info over aanbod energiepremies/leningen etc. en dit aanbod meer bekend maken overige: Organiseren een collectief renovatieproject vb. in de wijken van Bellekouter (lopend via Eigendok - opgelet: momenteel is verwarming op stookolie voorzien, ingrijpen noodzakelijk), Noordekouter, Kloosterland Aanbieden van advies rond levenslang wonen ism Woonplus Opzetten van een systeem van pre-financiering voor specifieke doelgroepen Informatie over duurzaam bouwen en renoveren voorzien voor eigen architecten, voor sociale huisvestingsmaatschappijen, e.a. in de gemeente Stimuleren van het gebruik van energiemeters door o.a. - Organiseren van een groepsaankoop energiemeters - Uitlenen van toestellen IV.3 Tertiaire sector De gemeente Wichelen wil dat de handelaars en diensten, bedrijven met kantoorgebouwen, de zorgsector, de horeca en het onderwijs hun gebouwen (in eigendom of gehuurd) energetisch renoveren en dit in een behoorlijk tempo. Extra aandacht moet uitgaan naar de meest vertegenwoordigde of grootste subsectoren op het grondgebied: kantoren en administraties. 61

62 Nieuwe gebouwen moeten duurzaam worden opgetrokken gezien hun lange levensduur en dus sterke impact op het verbruik van energie en uitstoot van CO2. Nieuwbouw moet compact zijn en zuid georiënteerd met een luchtdichte afwerking, voldoende isolatie, efficiënte installaties op hernieuwbare energie, opgetrokken uit duurzame materialen met een zo laag mogelijke milieuimpact en met een goede waterhuishouding. Er moet worden gestreefd naar een maximale inpassing van hernieuwbare en duurzame energietechnieken zoals zonnepanelen, zonneboilers, warmtepompen, warmteopslag, warmtekrachtkoppelingsinstallaties. Bedrijven en organisaties hebben een belangrijke verantwoordelijkheid inzake rationeel energiegebruik op de werkvloer. Ze moeten gestimuleerd worden om energiemanagement op te nemen in hun bedrijfsvoering. 62

63 Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil bij de bestaande tertiaire gebouwen een energiebesparing realiseren van 31% en bijkomende uitstoot vermijden Door: Acties Afsluiten charter met bedrijven die hun CO2 uitstoot terug dringen - Opzetten van een samenwerking met bedrijven en organisaties die de doelstelling -40% CO2 mee ondersteunen - Ondersteunen van bedrijven die de -40% doelstelling mee realiseren (vb. verlagen van de belastingen) Verspreiden van informatie rond premies, subsidies, ondersteuning rond energie-efficiëntie en hernieuwbare energie van hogere overheden naar bedrijven Aanbieden van energiescans, energieaudits en energiecoachingtrajecten aan bedrijven Stimuleren van scholen (binnen de gemeente en ism omliggende gemeenten) om efficiënt om te gaan met energiegebruik door o.a. - Onderzoeken mogelijkheid energiecoach scholen of stimuleren deelname "Word Energieke School" - Uitwerken van een educatief programma ism de scholen om de kinderen bewust te maken energiezuinigheid - Opzetten van een systeem van alternatieve financiering voor energie-efficiënte investeringen (ahv onderhouds- en energieprestatiecontracten) Stimuleren van horecazaken om efficiënt om te gaan met terrasverwarming en nachtverlichting overige: Aanbieden of deelnemen aan groepsaankopen voor de tertiaire gebouwen Promoten voorbeeldrenovaties Promoten van het opmaken van een CO2-voetafdruk en een CO2-actieplan IV.4 Lokale productie hernieuwbare en duurzame energie De gemeente Wichelen wil dat inwoners, organisaties en bedrijven lokaal meer hernieuwbare energie en duurzame energie gaan produceren. De afgelopen jaren heeft de gemeente Wichelen vooral ingezet op: Plaatsen van zonnepanelen op gemeenteschool (Rozelaar, De Meander) Promoten van groepsaankoop zonnepanelen Provincie Oost-Vlaanderen en vzw BEA Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil 750 nieuwe PV-installaties van 4 kwp (=installatie voor particulieren) en kwp aan installaties bij bedrijven, organisaties, collectieve gebouwen, 75 nieuwe warmtepompen, 100 bijkomende zonneboilers, 10% van de huidige steenkool en stookoliegebruikers doen omschakelen naar groene warmte, een verdere toename van hernieuwbare energie (stroom en warmte) stimuleren uit waterkracht en biomassa en inzetten op warmterecuperatie. 63

64 Door: Acties Initiëren van de oprichting van een energiecoöperatie, promoten en ondersteunen Zoeken en voorbereiden van mogelijke interessante projecten (vb. beschikbare daken van burgers met beperkte financiële middelen, pocketvergisters) als projecten waarin de energiecoöperatie kan participeren Onderzoeken van het potentieel aan waterkracht (vb. Van Hauwermeirenmolen in Schellebelle en Zaagmolen inwichelen Stimuleren van de renovatie van of renoveren van watermolens Ondersteunen van de bouw van een getijdencentrale op de Schelde, wanneer het initiatief door waterwegen en zeekanaal NV zou worden genomen Onderzoeken van de haalbaarheid van een penduleturbine aan het GOG de Bergenmeersen Aanbieden of deelnemen aan groepsaankopen zonnepanelen, zonneboilers, warmtepompen voor inwoners en bedrijven Sensibiliseren en informeren rond zonne-energie (zonneboilers en zonnepanelen) naar inwoners en bedrijven Stimuleren van zonne-energieprojecten in scholen waarbij de ouders, schoolomgeving, schoolgemeenschap mee investeren in zonnepanelen. Plaatsen van zonnepanelen op alle geschikte daken van gemeentelijke gebouwen en uitspelen van de voorbeeldfunctie door o.a. - zonnepanelen op gemeenteschool plaatsen (uitgevoerd) - zonnepanelen op jeugdhuis en jeugdlokalen plaatsen (gepland) Opzetten van een project rond het clusteren van bedrijven en deze daken aan de hand van 3e partij financiering of via coöperatief model voorzien van zonnepanelen (via ESCO, coöperatie) Uitschrijven van een verordening om bij nieuwbouw de daken zo in te richten dat zonne-energie niet wordt uitgesloten in de toekomst Stimuleren van het saneren van asbestdaken met het ook op het plaatsen van zonnepanelen (vb. ahv groepsaankopen/subsidies) Bekend maken van de zonnekaart die informatie geeft over de geschiktheid van daken voor zonneenergie Subsidiëren installatie van zonneboilers Stimuleren (landbouw)bedrijven om grootschalige zonneparken op hun daken of sun-trackers op hun terreinen te voorzien Onderzoek naar potentieel voor vergisting van bermmaaisel Aankopen van een mobiele verhakselaar voor snoeihout en ter beschikking stellen van burgers en land -en tuinbouwers + ophalen op locatie (cfr. Sapmobiel) Organiseren van een groepsaankoop voor fijn stoffilters (in functie van houtverbranding) Mogelijkheid onderzoeken om materiaal uit het landschap (biomassa) te gebruiken voor energievoorziening in gemeentelijk gebouwen, gebouwen van maatschappelijke dienstverlening Sensibiliseren en informeren van melkveebedrijven met meer dan 85 runderen of cluster van kleinere bedrijven rond voordelen van pocketvergister Sensibiliseren en informeren rond pelletkachels en -ketels naar inwoners en bedrijven als alternatief voor steenkool en stookolie (mits gebruik van duurzame pellets) (Ondersteunen van) de organisatie van een groepsaankoop pelletkachels en -ketels voor particulieren Sensibiliseren van burgers rond warmterecuperatie (vb. opvangen van warmte uit douchewater) Onderzoek naar de mogelijkheden voor warmtekrachtkoppeling (collectieve productie/gebruik restwarmte via warmtenetwerk) bij het aansnijden van nieuwe ontwikkelingen. Sensibiliseren en informeren rond zonneboilers naar inwoners en bedrijven Sensibiliseren en informeren rond warmtepompen naar inwoners en bedrijven Subsidieren aankoop warmtepompen in combinatie met zonnepanelen Afschaffen kost voor milieuvergunning voor diepteboring warmtepomp Hernemen groepsaankoop mbt het verwijderen van stookolieketels en -tanks (uitgevoerd door Woonplus) 64

65 IV.5 Transport De gemeente Wichelen ambieert het verminderen van het aantal voertuigkilometers voor personenvervoer en voor goederenvervoer, een verbetering van de milieukenmerken van de vloot en de gebruikte brandstoffen, een duurzaam verplaatsings- en rijgedrag. De gemeente Wichelen wil het fietsverkeer en het gebruik van openbaar vervoer stimuleren. Verder wil de gemeente Wichelen inzetten op een verminderd goederenvervoer. Op het niveau van bedrijventerreinen moet ook gestreefd worden naar samenwerking met het oog op het efficiënter organiseren van het goederenvervoer en het stimuleren van duurzaam woon-werkverkeer. De afgelopen jaren heeft de gemeente Wichelen vooral ingezet op: Aanleg fietsnelweg Dendermonde-Gent De missing link stuk fietssnelweg tussen Wetteren en Schellebelle (Ertbrug) werd in 2017 uitgevoerd De uitvoering van het tracé in Wichelen is voorzien, Een ander tracé is Wetteren- Aalst. Opmaak Trage wegen plan deelgemeenten Wichelen en Schellebelle Uitrollen van laadpalen voor elektrische voertuigen (nu 3 voorzien, 1 in elke deelgemeente) i.s.m. Eandis Opmaken trage wegen plannen (lopend) Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil 25% vermindering van de CO2-uitstoot door lichte voertuigen realiseren door minder kilometers De gemeente Wichelen wil 2% vermindering van de CO2-uitstoot door zware voertuigen realiseren door minder kilometers De gemeente Wichelen wil 15% vermindering van de CO2-uitstoot door lichte voertuigen realiseren door elektrificatie van lichte voertuigen Door: Acties Aanleggen en verbeteren van de fietsinfrastructuur zijnde - een fietsnetwerk van fietspaden los van het autonetwerk, vertrekkend vanuit en aantakkend op de fietssnelwegen - met fietsbruggen en fietsvriendelijke overstapplaatsen, - met prioriteit voor missing links en kwaliteit (comfortabele en veilige fietspaden) Stimuleren of voorzien van fietsvoorzieningen - Opmaken en verspreiden van fietskaarten met daarop alle fietsvoorzieningen - Organiseren van een depannagedienst voor fietsers op het grondgebied Wichelen - Voorzien van fietsgereedschap aan de stations (vb. fietspomp) - Bekendmaken van de nieuwe fietsherstelplaats in Bruibeke B-cycle - Voorzien van beveiligde fietsenstallingen aan stations (vb. camera's in Schellebelle), aan sportinfrastructuur en gemeenschapsvoorzieningen - Voorzien van een dynamische verlichting (en vuilnisbakken) op fietspaden langs de Schelde 65

66 - Organiseren fietstweedehandsmarkten Opleggen van een minimum aantal (beveiligde) fietsparkeerplaatsen ifv het aantal bezoekers bedrijf of ifv aantal wooneenheden in een appartementsgebouw Opzetten van een deelfietsensysteem (vb. aan station in Schellebelle, ism het bedrijf Van de Velde en lokale fietshandelaars of een deelleasesysteem via de gemeente) Promoten van fietsen door o.a. - Opzetten van een campagne rond hoffelijkheid van en naar fietsers - Organiseren van acties die fietsen stimuleren vb. met belgerinkel naar de winkel/zo dichtblij, start to bike, e.a. Wichelen profileren als de gemeente met de meeste (elektrische) fietsen per inwoner door o.a. - Aanbieden of deelnemen aan groepsaankoop elektrische fietsen (lopend), (elektrische) plooifietsen (lopend), (elektrische) bakfietsen, (lopend), elektrische voertuigen - Organiseren van workshops elektrisch fietsen Overige: In kaart brengen van de vervoersstromen Opstellen fietsplan (of een mobiliteitsplan in functie van STOP-principe) Uitwerken van een project rond mobiliteit met de scholen met de ondersteuning van de Provincie rond vb. - Organiseren van fietspoolen, infietsen van alternatieve schoolroutes, ter beschikking stellen van gratis educatieve pakketten rond duurzame mobiliteit (dodehoekkoffer en -zeil, fietskoffer, zichtbaarheidskoffer, e.a) - Autovrij of autoluw maken van schoolomgeving bij het begin en einde van de schooldag aan de hand van fietsstraten en schoolstraten - Scholieren op de fiets prioriteit geven bij het vertrekken na schooltijd - Fietsers belonen - Organiseren van carpooling - Opzetten van een pool van vrijwilligers die de kinderen te voet van en naar school begeleiden --Verspreiden van gratis fietsaccessoires voor kinderen (bv. fietshelm, fietsvlag, fluorescerend hesje) - Opmaken van schoolfietsroutekaarten en fietskaarten ifv andere bestemmingen (vb. jeugdbeweging, gemeentelijke gebouwen) in functie van fietsverplaatsingen en wegenwerken gevaarlijke punten Overleg plegen met De Lijn met het oog op het bekomen van - een betere dienstverlening op de trajecten Lede-Aalst en Dendermonde-Wetteren, tijdens spitsuren en bushokjes (dorp Schellebelle, Dendermondsesteenweg, Wetterseweg Fontein) Overleg plegen met de NMBS met het oog op het bekomen van een kwalitatief aanbod tijdens weekends, tijdens spitsuren, een betere toegankelijkheid voor rolstoelen en kinderwagens en toiletten Sensibiliseren rond correcte bandenspanning en ecodriven en organiseren van cursussen en acties door o.a. - acties waarbij mensen aangeleerd wordt hoe zij hun banden op een correcte spanning brengen Promoten van de Testkaravaan voor bedrijven (uittesten van verschillende alternatieve vervoersmiddelen)ism de Provincie Oost-Vlaanderen Promoten van lokale voedselproducenten met biologische/streekproducten Stimuleren van buurtwinkels Overige: Stimuleren van autodelen (bv Cambio,..) Voorzien van een carpoolparking en parking voor deelvoertuigen en deelfietsen Publieksgerichte acties rond duurzaam verplaatsingsgedrag Sensibiliseren rond duurzame mobiliteit bij evenementen (vb. organiseren van de demo elektrische voertuigen i.s.m. de milieuraad) Voorzien van een goede doorstroming door een slimme regeling die maakt dat verkeerslichten op groen springen (evt. met een aftelsysteem) Stimuleren van CNG-stations voor wagens op aardgas Afsluiten charter met bedrijven om hun wagenpark te verduurzamen en te verkleinen, om telewerken te stimuleren, om carpooling te organiseren, om fietser te belonen, om acties op te zetten (vb. gebruik stappentellers), e.a. 66

67 Bedrijven belonen die fietsbeleid voor hun werknemers uitstippelen vb. aan de hand van een bijkomende fietspremie vanuit de gemeente Onderzoeken van de mogelijkheid van een (elektrische) pendelbus tussen stations en bedrijven Informeren rond duurzaam woon-werkverkeer en fiscale wetgeving Promoten van duurzame transportmodi voor leveringen bij kantoren en handelszaken Uitspelen van de voorbeeldfunctie van de gemeente door het vergroenen van het eigen wagenpark door hybride en elektrische voertuigen Organiseren van een demo elektrische voertuigen fietsen voor burgers (milieuraad) Actief meewerken aan situeringsplan voor elektrische laadinfrastructuur op strategische punten Informeren van inwoners en bedrijven over het voorzien van oplaadpunten op eigen terrein De boodschappenservice voor minder mobiele dorpsbewoners verlenen met een elektrisch voertuig (evt. Mobiele winkel) IV.6 Industrie De gemeente Wichelen wil dat bedrijven hun processen optimaliseren en hun nutsvoorzieningen rationaliseren op energetisch vlak. De gemeente Wichelen wil ook dat de bedrijven hun gebouwen (in eigendom of gehuurd) energetisch renoveren en dit in een behoorlijk tempo. Nieuwe gebouwen moeten duurzaam worden opgetrokken gezien hun lange levensduur en dus sterke impact op het verbruik van energie en uitstoot van CO2. Nieuwbouw moet compact zijn en zuid georiënteerd met een luchtdichte afwerking, voldoende isolatie, efficiënte installaties op hernieuwbare energie, opgetrokken uit duurzame materialen met een zo laag mogelijke milieu-impact en met een goede waterhuishouding. Er moet worden gestreefd naar een maximale inpassing van hernieuwbare en duurzame energietechnieken zoals zonnepanelen, warmtepompen, warmteopslag, warmtekrachtkoppelingsinstallaties. Bedrijven en organisaties hebben een belangrijke verantwoordelijkheid rond rationeel energie gebruik op de werkvloer. Ze moeten gestimuleerd worden om energiemanagement op te nemen in hun bedrijfsvoering. Op het niveau van bedrijventerreinen moet gestreefd worden naar samenwerking gericht op het verminderen van het energieverbruik, het gebruik van reststromen (o.a. warmte) en het produceren van hernieuwbare energie. Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil bij de sector industrie een besparing realiseren van 32% en bijkomende uitstoot vermijden Door: Acties Realiseren van een duurzame uitbreiding van de KMO-zone Meerbos (ism de privé-ontwikkelaar) door o.a. - Opleggen van milieuvoorwaarden bij de uitbreiding van de KMO-zone Meersbos (RUP is reeds goedgekeurd) - Stimuleren van collectieve projecten inzake energie-efficiëntie en hernieuwbare energie, efficiëntie 67

68 op het vlak van mobiliteit bij de toekomstige en al aanwezige bedrijven van de KMO-zone Meerbos - Voorzien van te huren ruimte voor satellietwerk Afsluiten charter met bedrijven die hun CO2 uitstoot terug dringen - Opzetten van een samenwerking met bedrijven en organisaties die de doelstelling -40% CO2 mee ondersteunen - Ondersteunen van bedrijven die de -40% doelstelling mee realiseren (vb. verlagen van de belastingen) Bedrijven stimuleren om initiatieven te nemen waarbij efficiëntie kan worden verhoogd door samenwerking zoals het organiseren van een gezamenlijke ophaaldienst van afval Verspreiden van informatie rond premies, subsidies, ondersteuning rond energie-efficiëntie en hernieuwbare energie van hogere overheden naar bedrijven zoals vb. het energieefficiëntieprogramma KEEP Aanbieden van energiescans, energieaudits en energiecoachingtrajecten aan bedrijven overige: Promoten van het opmaken van een CO2-voetafdruk en een CO2-actieplan IV.7 Landbouw De gemeente Wichelen wil dat ook landbouwbedrijven hun processen optimaliseren en hun nutsvoorzieningen rationaliseren op energetisch vlak. Er moet worden gestreefd naar een maximale inpassing van hernieuwbare en duurzame energietechnieken zoals zonnepanelen, warmtepompen, pocketvergisters, warmteopslag, warmtekrachtkoppelingsinstallaties, biomassa. Door het promoten van lokaal voedsel en het verkorten van de keten tussen de producent en de consument, kunnen heel wat voedselkilometers vermeden worden. Doelstellingen tegen 2030 De gemeente Wichelen wil bij de landbouwsector een besparing realiseren van 40% Door: Acties Afsluiten charter met landbouwbedrijven die hun CO2 uitstoot terug dringen - Opzetten van een samenwerking met bedrijven en organisaties die de doelstelling -40% CO2 mee ondersteunen - Ondersteunen van bedrijven die de -40% doelstelling mee realiseren (vb. verlagen van de belastingen) Aanbieden van energiescans, energieaudits en energiecoachingtrajecten aan landbouwbedrijven Promoten van het opmaken van een CO2-voetafdruk en een CO2-actieplan Aanbieden van een groepsaankoop voor landbouwbedrijven IV.8 Algemeen Tot slot wil de gemeente Wichelen het hele verhaal ondersteunen aan de hand van algemene maatregelen die het draagvlak moeten verhogen. 68

69 Acties Voeren van een klimaatcampagne met daarin o.a. - Gebruiken van reportages - Verspreiden van informatie waarin de besparing gevisualiseerd wordt - Uitvoeren van een milieugedragsscan bij inwoners - Met voorlichtingsbrochures, aan de hand van gadgets (vb. zonnecellen om gsm op te laden) via een terugkerende rubriek in het gemeenteblad, digitale nieuwsbrieven, het infoblad, via voorpaginanieuws, wedstrijden mbt tips Beter bekendmaken van het aanbod van BEA vzw (eventueel onder een andere naam) en Woonplus Stimuleren van duurzame consumptie (vb. rond winkelen in de buurt, voedselteams, fairtrade, lokale producten, seizoensproducten, meer plantaardig voedsel/minder dierlijk voedsel, minder verspilling, e.a.) door o.a. - Oprichten van volkstuintjes i.s.m. lokale afdeling Tuinhier en/of VelT - Organiseren van een boerenmarkt met lokale producten - Integreren van tips rond duurzaam koken in kookworkshops van VELT of Femma Ondersteunen en stimuleren van duurzame initiatieven (voedselteams, deelstystemen, repair café, community supported agriculture, e.a door: - Promoten en bekendmaken van de initiatieven vb. via verenigingen (cfr. Train the trainer) - Gratis ter beschikking stellen van logistiek/ruimten - Subsidiëren van investeringen - Voorzien van materiaaldepots in wijken De biofruitpers komt jaarlijks naar Wichelen: inwoners kunnen hun fruit meebrengen en laten persen (lopend) overige: Bekendmaken van beurzen mbt duurzaam bouwen- en verbouwen, energie en klimaat, e.a. Stimuleren van innoverende en vooruitstrevende projectendoor o.a. - Uitreiken van een projectsubsidie voor acties van inwoners die uitvoering geven aan het klimaatplan ism de milieuraad Inwoners sensibiliseren om fruitbomen aan te planten Bekendmaken of organiseren van open-huizen dagen waarbij klimaatneutraal leven wordt gepromoot 69

70 IV.9 Samenvatting De maatregelen zoals hierboven aangehaald worden uitvoerig toegelicht in de maatregelenlijst. Met deze maatregelen beoogt de gemeente Wichelen een CO2-besparing van 40,0% of ton CO2 Tabel 17: Verdeling van de vooropgestelde besparing door uitvoering maatregelenlijst Besparing volgens SEAP tov 2011 Ton CO2 % tov sector % tov totale uitstoot Huishoudens % 20,5% Tertiair % 2,1% Industrie % 1,5% Landbouw % 1,6% Transport % 6,4% Gemeentelijke diensten % 0,8% Hernieuwbare energie ,0% Totaal ,0% Grafiek 39: besparing 40% tov 2011, potentieel en vooropgestelde besparing door uitvoering maatregelenlijst 70

71 V. BIJLAGEN V.1 Bijlage 1 Deelnemerslijst Projectteam Deelnemers: Brecht Looman (milieuambtenaar), Kristof De Smet (schepen van Leefmilieu), Frans Coppens (gemeentesecretaris), Kenneth Taylor (burgemeester), Patrick Laureyns (patrimonium), Saskia Van der Stricht (Provincie), Kim Van den Heuvel (ZES) Klimaatteam I Deelnemers: Brecht Looman (milieuambtenaar), Daan Vanheel (Ruimtelijke ordening), Lut Peugels (OCMW), Anne Roos (Woondienst), Veerle Scherie (Technische dienst), Peggy Van den Brande (ICT), Frans Coppens (gemeentesecretaris), Kenneth Taylor (burgemeester), Patrick Laureyns (patrimonium), Saskia Van der Stricht (Provincie), Kim Van den Heuvel (ZES) Klimaattafel Hernieuwbare en duurzame energie Aanwezige klimaatambassadeurs : Ruth Pletinck, Gonda Clinckaert, Sabine Verbeke, Rony Stevens, Paul Roef, An Dewitte, Piet Van den Broecke, Luc Van Leuven, Peter D'Haese, Gaby Jacobs, Myriam Coppens, Monique De Groote, William Janssens, Maria Matthijs, Natacha Berckmoes, Marie-Jeanne Bracke, Monique Everaert, Carlo Renaers, Herman Van Boven, Marlies Van Assche Overige aanwezigen: Brecht Looman (milieuambtenaar), Veerle Scherre (Technische dients), Kenneth Taylor (burgemeester), Saskia Van der Stricht (Provincie), Kim Van den Heuvel (ZES), Alex Polfliet (ZES) Klimaattafel Gebouwen Aanwezige klimaatambassadeurs : Ruth Pletinck, Gonda Clinckaert, Sabine Verbeke, Rony Stevens, Paul Roef, An Dewitte, Piet Van den Broecke, Luc Van Leuven, Peter D'Haese, Gaby Jacobs Myriam Coppens, Monique De Groote, William Janssens, Maria Matthijs, Natacha Berckmoes, Marie-Jeanne Bracke, Monique Everaert, Carlo Renaers, Herman Van Boven, Marlies Van Assche Overige aanwezigen: Brecht Looman (milieuambtenaar), Veerle Scherre (Technische dienst), Saskia Van der Stricht (Provincie), Goedele De Vos (Provincie), Kim Van den Heuvel (ZES), Dirk Knapen (ZES) Klimaattafel Mobiliteit

72 Aanwezige klimaatambassadeurs : Myriam Coppens, Monique De Groote, William Janssens, Maria Matthijs, Ruth Pletinck, Gonda Clinckaert, Natacha Berckmoes, Paul Roef, Marie- Jeanne Bracke, An Dewitte, Piet Van den Broecke,Luc Van Leuven, Carlo Renaers, Herman Van Boven, Marlies Van Assche, Gaby Jacobs, Overige aanwezigen: Brecht Looman (milieuambtenaar), Veerle Scherre (Technische dienst), Saskia Van der Stricht (Provincie), Kim Van den Heuvel (ZES), Alex Polfliet (ZES) Klimaattafel bedrijven Aanwezige bedrijven: Ségo (pluimveehandel), De Dijcker -Lammens (Houthandel), Edno- Lammens (Vleeswarenfabriek), Parmentier (garage), Isodal (fabricage van betongewelven), Derde construct (aannemersbedrijf), Van de Velde (lingeriefabriek), Overige aanwezigen: Brecht Looman (milieuambtenaar), Veerle Scherre (diensthoofd technische dienst), Raf Vermeire (Upgrade Energy), Brecht Looman (milieuambtenaar), Kenneth Taylor (burgemeester), Alex Polfliet (ZES) 72

73 V.2 Bijlage 2 Effecten van de klimaatverandering Het klimaateffectschetsboek van de bodemkundige dienst omschrijft de mogelijke gevolgen van de klimaatwijziging voor ruimtelijke functies in de provincies Oost- en West-Vlaanderen (VZW Bodemkundige Dienst van België 2012). Zeer algemeen gesteld zal de provincie Oost- Vlaanderen in het noorden vooral te kampen krijgen met droogte en in het zuiden met erosie. Hieruit mag echter niet worden afgeleid dat de gemeente Wichelen zal worden gespaard. Legenda Droogte akkerbouw Droogte weiland Droogte natuur Wateroverlast akkerbouw Wateroverlast natuur Erosiegevoelig gebied Droogtegevoelig gebied Verziltingsgevoelig gebied Figuur 2: Klimaatgevolgen voor landbouw en natuur (landelijk gebied)- Bron: Klimaateffectschetsboek West- en Oost-Vlaanderen, Bodemkundige dienst België, 2012 A. Primaire klimaateffecten Klimaatwijziging zal leiden tot een opwarming van 0,9 tot 2,3 C in de winter en een opwarming van 0,9 tot 2,8 C in de zomer. In de steden is het wat warmer dan in de omliggende gebieden. Vorstdagen (min < 0 C) en ijsdagen (max < 0 C) zullen toenemen, net als, warme dagen (max 20 C), zomerse dagen (max 25 C) en tropische dagen (max 30 C). Concreet geeft dit vaker hittestress, vaker gras maaien, lagere verwarmingskosten, hogere koelbehoefte, en een toename van warmteminnende plant- en diersoorten. Klimaatwijziging zal ook leiden tot een toename van de winterneerslag: vooral in noorden en in het zuiden van de provincie. De gemiddelde neerslag in de zomer kan licht toenemen evenals het aantal hevige neerslagdagen, maar met perioden ook sterk afnemen wat kan leiden tot een toename van een watertekort. 73

74 Klimaatwijziging zal meer uren zonneschijn brengen in de zomer. Daarnaast stijgt de zeespiegel, en blijft deze (steeds sneller zelfs) stijgen: 14 tot 93 cm in Als de zeespiegel stijgt met 1m, leidt dit tot overstromingen, misschien ook in de gemeente Wichelen. B. Secundaire effecten Klimaatwijziging kan het watersysteem in de gemeente Wichelen onder druk zetten: toename van water af te voeren langs beken en rivieren s winters, terwijl de mogelijkheden voor afvoer moeilijker worden met een stijgende zeespiegel. In kader van het Sigmaplan werden in en rond de Kalkense Meersen op grondgebied van de gemeenten Berlare, Laarne, Wetteren en Wichelen de voorbije jaren diverse veiligheidsprojecten uitgevoerd om de regio beter te beschermen tegen wateroverlast. Dankzij de aanleg van overstromingsgebieden en natte weilanden (wetlands) heeft de Schelde haar bewegingsruimte terug. In de 3 gecontroleerde overstromingsgebieden (GOG s): Paardeweide, Bergenmeersen (met getijdenreductie), Wymeersch 1 en de wetlands krijgt ook de natuur nu alle kansen door vernatting en aangepast beheer in samenwerking met landbouwers en natuurverenigingen. In Wymeersch 2 werd een deel van de vroegere meersen teruggegeven aan de Schelde (ontpoldering). Ook de omstandigheden voor ontwikkeling van giftige blauwalgen worden gunstiger, de waterkwaliteit neemt af, de erosie neemt in de hellende gebieden toe door meer intense buien en langere drogere perioden, net als riooloverstorten. Drink- en industriewatervoorzieningen (voor o.a. koelprocessen en proceswater) kunnen onder druk komen te staan in droge zomers. 74

75 Ook in de landbouw neemt de kans toe op een tijdelijk watertekort en een stijgende vraag naar zoet water die de waterbeschikbaarheid zou kunnen overstijgen enerzijds en op een potentiële stijging van de wateroverlast door overstromingen en erosie anderzijds. Er is meer fysische schade te verwachten, meer kans op plantenziekten en plagen en op groeivertraging. Specifiek voor de fruitteelt zullen zachtere temperaturen aanleiding geven tot vroegere bloei, met een verhoogd risico op vorst in de bloeiperiode en een kleinere bestuivingskans door bijen. Door hevige regen- en hagelbuien wordt fruit sneller beschadigd met meer kans op vruchtschade en infecties van schimmels Voor dierlijke productie leiden overschrijdingen van de kritische gevoelstemperatuur tot hittestress, met als gevolg een afname in de voederopname en een toename van het watergebruik, waardoor een vermindering van de productie optreedt. Ook uitbraken van meer exotische dierziekten (blauwtong, ) zullen frequenter voorkomen. Hittestress zal ook toenemen in de kernen: De intensiteit van extreme buien neemt toe wat mogelijk leidt tot wateroverlast en minder infiltratie wat leidt tot een dalend grondwaterpeil wat negatief is voor het groen in de kernen. De kans op zomersmog neemt toe net als het aantal en het voorkomen van blauwalg, waardoor waterpartijen niet toegankelijk worden voor het publiek. Langere periodes van droogte en hitte kunnen onze klassieke elektriciteitsproductie in gevaar brengen: thermische centrales (kerncentrales, gascentrales en steenkoolcentrales) hebben massaal veel koelwater nodig. Vandaar dat deze centrales zich steeds naast rivieren of kanalen bevinden. Indien door droogte dit koelwater onvoldoende beschikbaar is of te warm is, dan moeten de centrales worden stil gelegd. Dit gebeurde in België reeds tijdens de hittegolf in juli 2003 en ook in Frankrijk in mei Dergelijke fenomenen dreigen frequenter voor te komen. 75

76 V.3 Bijlage 3 Emissiefactoren V.3.1 Brandstoffen: Brandstof Emissiefactor Aardgas 0,20 Vloeibaar gas 0,23 Stookolie 0,27 Diesel 0,27 Benzine 0,25 Bruinkool 0,35 Steenkool 0,35 Andere fossiele brandstoffen 0,26 Plantaardige oliën 0,00 Bio-brandstof 0,00 Overige biomassa 0,00 Huishoudelijk afval (niet-hernieuwbaar deel) 0,33 Tabel 18: Overzicht emissiefactoren brandstoffen (IPCC Guidelines for National Greenhouse Gas Inventories V.3.2 Elektriciteit: De gehanteerde methodiek om de emissiefactor voor elektriciteit te bepalen wordt beschreven in een technische annex bij de SEAP Guidelines van de CoM office. Volgende formule wordt hierbij gebruikt: EFE = [(TCE - LPE - GEP) NEEFE + CO2LPE + CO2GEP] / ( TCE ) Waarbij: EFE = de plaatselijke emissiefactor voor elektriciteit [t/mwh] TCE = het totale elektriciteitsverbruik van de gemeente [MWh] LPE = plaatselijke elektriciteitsproductie [MWh] GEP = de aankoop van groene stroom door de gemeente [MWh] NEEFE = (te kiezen) nationale of Europese emissiefactor voor elektriciteit [t/mwh] CO2LPE = CO2-uitstoot door de plaatselijke productie van elektriciteit [t] CO2GEP = CO2-uitstoot door de productie van gecertificeerde groene stroom [t] 76

77 V.4 Bijlage 4 Toelichting potentieel scenario Binnen de studies Milieuverkenning 2030 voor Vlaanderen en Scenario s voor een koolstofarm België 2050 uitgevoerd door Climact in samenwerking met VITO worden visionaire scenario s uitgewerkt. Deze scenario s gaan na wat nodig is om de toekomst voor de volgende generaties veilig te stellen en dus drastisch de uitstoot van broeikasgassen (niet enkel CO2) te verminderen met meer dan 80% tegen Er wordt onderzocht met hoeveel de uitstoot kan worden teruggebracht, wat de consequenties hiervan (zullen) zijn voor ons dagelijks leven, voor bedrijven en systemen (vb. woonsystemen) en voor het beleid dat moet worden gevoerd. Deze scenario s zijn hier interessant omdat zij uittekenen wat haalbaar is, met de huidige technologieën, en richting geven. Zij beschrijven waarop moet worden ingezet en welke pistes meer succes verzekeren om een bepaalde emissiereductie te realiseren. De studie Scenario s voor een koolstofarm België 2050 schrijft voor dat in 2020 een daling van -25% kan gerealiseerd worden in de gebouwensector (residentieel en tertiair) ten opzichte van 1990, een daling van -12% in de transportsector en een daling van -29% in de industrie. Steden en gemeenten kunnen vooral een impact hebben in de sectoren van de gebouwen en het transport. Figuur 3: Evolutie van de Belgische uitstoot van broeikasgassen per sector t.o.v (in %). Bron: Scenario s voor een koolstofarm België, Climact en VITO, 2013 De studie beschrijft 10 bevindingen, waarvan 5 sectorspecifieke en 5 algemene bevindingen die noodzakelijk zijn om deze doelstelling te halen. 1. In de transportsector zijn de verminderde vraag naar mobiliteit en elektrificatie van cruciaal belang. 2. In de gebouwensector moet het renovatiepercentage van bestaande gebouwen toenemen en moeten verwarmingssystemen op fossiele brandstoffen vervangen worden door milieuvriendelijke verwarmingssystemen hoofdzakelijk warmtepompen. 3. In de industriële sector moet ingezet worden op energie-efficiëntie en procesverbetering, zonder de concurrentiepositie uit het oog te verliezen. 77

78 4. In de landbouwsector is het technisch verminderingspotentieel beperkt. Wel kan een veranderend consumptiepatroon (minder vlees) wel een belangrijke rol spelen. De landbouwsector heeft ook andere functies zoals biodiversiteit, ecosysteemdiensten, en productie van bio-energie. 5. Het aandeel elektriciteit in de energiemix, dit uit hernieuwbare energiebronnen moet toenemen. 6. De energievraag verlagen is van cruciaal belang. Vooral de gebouwensector heeft een groot potentieel. 7. Het gebruik van fossiele brandstoffen wordt drastisch verminderd ten voordele van hernieuwbare energie. De productie van hernieuwbare energie moet zeker tot 4 à 5 keer hoger zijn dan in Duurzame biomassa is een cruciale schakel in de overgang naar een koolstofarme maatschappij, waarbij duurzaamheidscriteria voor biomassa in de beoordeling van biomassa cruciaal is. 9. De intermitterende energiebronnen 34 nemen toe. Ze zijn beheersbaar maar vereisen ingrijpende maatregelen op het vlak van interconnectie, back up en beheer van de energievraag. 10. De overgang naar de koolstofarme maatschappij vereist bijkomende investeringskosten in energie-efficiëntie, infrastructuur, flexibiliteit, hernieuwbare energie en interconnectie. Deze worden gecompenseerd door de verminderde brandstofkosten in de toekomst, waardoor koolstofarme scenario s, indien correct beheerd, een vergelijkbaar kostenplaatje heeft dan het referentiescenario. 34 In tegenstelling tot klassieke elektriciteitscentrales op fossiele brandstoffen vertonen duurzame en hernieuwbare energieproducties (windturbines, zonnepanelen, warmtegestuurde WKK s een schommelend productiepatroon. 78

79 V.5 Bijlage 5: Toelichting potentieel hernieuwbare energieatlas In de hernieuwbare energieatlas voor Vlaamse Gemeenten van de Vlaamse Overheid uit 2016 worden gedetailleerde kaarten opgesteld van de huidige hernieuwbare energieproductie, maar ook van het bijkomend potentieel 35 volgens de varianten: het technisch potentieel en het potentieel voor 2030, gegeven de huidige context en beleidsmaatregelen (REV2030). De technologievormen die aan bod komen zijn fotovoltaïsche installatie (of PV), zonneboilers, wind, waterkracht, biomassa en geothermie. Potentieel Geproduceerd in 2011 Elektriciteit (MWh) Technisch REV2030 HE scan prov potentieel Warmte Elektriciteit Warmte Elektriciteit Warmte Elektriciteit Warmte (MWh) (MWh) (MWh) (MWh) (MWh) (MWh) (MWh) Zonnepanelen Zonneboiler Warmtepomp Wind Biomassa Water Totaal factor tov Uit deze studie blijkt dat het technisch potentieel aan productie elektriciteit 450 keer hoger ligt dan in 2011 en het technisch potentieel aan productie warmte 306 keer hoger ten opzichte van Voor de inschatting van het bijkomend potentieel wordt per technologievorm de ruimtelijke positieve en negatieve aanknopingspunten op kaart gezet, zodat duidelijk wordt waar in de gemeente nog ruimte is voor de inplanting van de technologievorm. 79

80 V.6 Bijlage 6: Toelichting potentieel aan restwarmte In 2015 werd er in opdracht van het Vlaams Energie Agentschap (VEA) een warmtekaart opgemaakt door VITO. De warmtekaart toont waar nu al warmtenetten bestaan en waar nog kansrijke gebieden zijn om nieuwe warmtenetten aan te leggen en onder andere beschikbare restwarmte te recupereren. De warmtekaart 36 omvat 4 onderdelen: In een eerste plaats geeft de warmtekaart inzicht in het huidig aanbod aan restwarmte (afkomstig van kleine of grote industrie met een temperatuur van C of C-, afkomstig van afvalcentrales of afkomstig van elektriciteitsproducenten. Vervolgens geeft de warmtekaart weer waar de warmtevraag zich situeert, om vervolgens de koppeling te maken tussen restwarmteaanbod en warmtevraag in toekomstscenario s. Op de warmtekaart wordt een technisch potentieel voor WKK, micro-wkk en warmtenetten in functie van een kosten-baten analyse. Daarnaast is ook een kleine analyse voor koudenetten opgenomen. Figuur 4: warmtekaart Vlaanderen: restwarmteaanbod, VITO bron: geopunt Vlaanderen 2015 Er is geen aanbod aan restwarmte in de gemeente Wichelen. Er is geen restwarmtepotentieel van afvalverbrandingsinstallaties of van installaties met elektriciteitsopwekking in de omgeving van de gemeente Wichelen. 36 Renders Nele, Aernouts Kristien, Cornelis Erwin, Moorkens Ils, Uljee Inge, Van Esch Leen, Van Wortswinkel Luc (VITO),Michael Casier (EANDIS), Johan Roef (INFRAX), Warmte in Vlaanderen,

81 Figuur 5: warmtekaart Vlaanderen: restwarmtevraag residentieel, tertiair en landbouw, VITO bron: geopunt Vlaanderen 2015 Figuur 6: warmtekaart Vlaanderen: restwarmtevraag kleine en grote industrie, VITO bron: geopunt Vlaanderen 2015 De warmtevraag voor de sectoren residentieel, tertiair en landbouw is gelijkmatig verdeeld over het grondgebied. De warmtevraag voor de sector van de kleine industrie bestrijkt 81

82 ongeveer de helft van het grondgebied. De sector van de grote industrie heeft een sterk gelokaliseerde warmtevraag. De warmtevraag in deze sectoren is zeer beperkt. Figuur 7: warmtekaart Vlaanderen: koudevraag, VITO bron: geopunt Vlaanderen 2015 Ook de koudevraag bestrijkt ongeveer de helft van het grondgebied en is zeer beperkt. 82

83 Figuur 8: warmtekaart Vlaanderen: Kansrijke gebieden voor de aanleg van een warmtenet, VITO bron: geopunt Vlaanderen 2015 met gebruik van restwarmte in dezelfde gridcel met gebruik van restwarmte indien de restwarmte naar naburige cellen wordt getransporteerd waarbij restwarmte wordt onttrokken via een buurcel, met een waarde voor restwarmte van 25 EUR/MWh, waarbij restwarmte wordt onttrokken via een buurcel, met een waarde voor restwarmte van 0 EUR/MWh met WKK als warmtebron, scenario lage brandstofprijzen De aanleg van een warmtenet in de gemeente Wichelen is niet kansrijk, in geen enkel geval. 83

Duurzaam energieen klimaatactieplan. (luik mitigatie) Gemeente Laarne. Uitgevoerd op: Versie: 15/05/2017. Uitgevoerd door:

Duurzaam energieen klimaatactieplan. (luik mitigatie) Gemeente Laarne. Uitgevoerd op: Versie: 15/05/2017. Uitgevoerd door: Duurzaam energieen klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Laarne Uitgevoerd op: Versie: 15/05/2017 Uitgevoerd door: Woord vooraf De gemeente Laarne ondertekent het Europese Burgemeestersconvenant en

Nadere informatie

Duurzaam energieen klimaatactieplan. (luik mitigatie) Gemeente Wetteren Uitgevoerd door:

Duurzaam energieen klimaatactieplan. (luik mitigatie) Gemeente Wetteren Uitgevoerd door: Duurzaam energieen klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Wetteren 26.04.2018 Uitgevoerd door: Woord vooraf De gemeente Wetteren ondertekent het Europese Burgemeestersconvenant en engageert zich zo

Nadere informatie

Duurzaam energieen klimaatactieplan. (luik mitigatie) Gemeente Assenede. Uitgevoerd op: Versie: 20/08/2018. Uitgevoerd door:

Duurzaam energieen klimaatactieplan. (luik mitigatie) Gemeente Assenede. Uitgevoerd op: Versie: 20/08/2018. Uitgevoerd door: Duurzaam energieen klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Assenede Uitgevoerd op: Versie: 20/08/2018 Uitgevoerd door: Woord vooraf De gemeente Assenede ondertekende op 27 april 2017 het Europese Burgemeestersconvenant

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan gemeente Destelbergen 22/12/2016

Duurzaam energieactieplan gemeente Destelbergen 22/12/2016 Duurzaam energieactieplan gemeente Destelbergen 22/12/2016 Woord vooraf Energieverspilling, CO2 uitstoot, opwarming van de aarde het zijn globale problemen, maar toch zijn we ervan overtuigd dat het lokale

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan Deinze en Nazareth 01/09/2016

Duurzaam energieactieplan Deinze en Nazareth 01/09/2016 Duurzaam energieactieplan Deinze en Nazareth 01/09/2016 2 Woord vooraf De stad Deinze en de gemeente Nazareth ondertekenden beiden, respectievelijk op 26 januari 2016 en 26 oktober 2015, het Europese Burgemeestersconvenant

Nadere informatie

Duurzaam energieen klimaatactieplan. (luik mitigatie) Gemeente Wachtebeke. Goedgekeurd door gemeenteraad (28/06/2018) Uitgevoerd door:

Duurzaam energieen klimaatactieplan. (luik mitigatie) Gemeente Wachtebeke. Goedgekeurd door gemeenteraad (28/06/2018) Uitgevoerd door: Duurzaam energieen klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Wachtebeke Goedgekeurd door gemeenteraad (28/06/2018) Uitgevoerd door: Woord vooraf De gemeente Wachtebeke ondertekende op 27 april 2017 het

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan Gemeente Zulte 07/07/2016

Duurzaam energieactieplan Gemeente Zulte 07/07/2016 Duurzaam energieactieplan Gemeente Zulte 07/07/2016 Woord vooraf De gemeente Zulte overweegt de ondertekening van het Europese Burgemeestersconvenant en het engagement om minstens 20 % minder CO2 uit te

Nadere informatie

Tool Burgemeestersconvenant Actualisatie nulmeting 2011 & inventaris 2012

Tool Burgemeestersconvenant Actualisatie nulmeting 2011 & inventaris 2012 17/11/2014 Tool Burgemeestersconvenant Actualisatie nulmeting 2011 & inventaris 2012 Kadering» VITO actualiseert jaarlijks, in opdracht van LNE, CO 2 -inventaris gemeenten» Taken voorzien in actualisatie

Nadere informatie

Klimaatplan Gemeente Merelbeke

Klimaatplan Gemeente Merelbeke Klimaatplan Gemeente Merelbeke 11/01/2017 Uitgevoerd door: Woord vooraf Klimaat en gezondheid zijn twee thema s die bij uitstek en per definitie politiek-, legislatuur-, grens- en generatieoverschrijdend

Nadere informatie

Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik. mitigatie) Gemeente Evergem. Uitgevoerd op: Versie: 03/05/2018. Uitgevoerd door:

Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik. mitigatie) Gemeente Evergem. Uitgevoerd op: Versie: 03/05/2018. Uitgevoerd door: Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Evergem Uitgevoerd op: Versie: 03/05/2018 Uitgevoerd door: Woord vooraf CO2-uitstoot, opwarming van de aarde, klimaatverandering zijn de meest

Nadere informatie

Woord vooraf Klimaat en gezondheid zijn twee thema s die bij uitstek en per definitie politiek-, legislatuur-, grens- en generatieoverschrijdend zijn. De klimaatverandering zorgt voor ernstige, globale

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan Gemeente Nevele 14/12/2015

Duurzaam energieactieplan Gemeente Nevele 14/12/2015 Duurzaam energieactieplan Gemeente Nevele 14/12/2015 Management Summary De gemeente Nevele wil de leefbaarheid op haar grondgebied nu en in de toekomst vergroten met een kwalitatief klimaatbeleid. De

Nadere informatie

Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Zelzate. Uitgevoerd op: Versie: 30/08/2018. Uitgevoerd door:

Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Zelzate. Uitgevoerd op: Versie: 30/08/2018. Uitgevoerd door: Duurzaam energie-en klimaatactieplan (luik mitigatie) Gemeente Zelzate Uitgevoerd op: Versie: 30/08/2018 Uitgevoerd door: Woord vooraf De gemeente Zelzate ondertekende op 18 mei 2017 het Europese Burgemeestersconvenant

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan gemeente De Pinte

Duurzaam energieactieplan gemeente De Pinte Duurzaam energieactieplan gemeente De Pinte 18/11/2015 2 Woord vooraf De gemeente De Pinte ondertekende op 19 mei 2014 het Europese Burgemeestersconvenant en engageert zich zo om minstens 20 % minder CO2

Nadere informatie

DE OPMAAK VAN EEN SEAP VOOR DE GEMEENTE KLUISBERGEN KLIMAATTEAM 1 12.10.2015

DE OPMAAK VAN EEN SEAP VOOR DE GEMEENTE KLUISBERGEN KLIMAATTEAM 1 12.10.2015 DE OPMAAK VAN EEN SEAP VOOR DE GEMEENTE KLUISBERGEN KLIMAATTEAM 1 12.10.2015 Agenda Welkom door de Schepen Lode Dekimpe Inleiding SEAP door Kim Rienckens (provincie Oost-Vlaanderen) Nulmeting en uitdagingen

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan gemeente Zingem

Duurzaam energieactieplan gemeente Zingem Duurzaam energieactieplan gemeente Zingem 08/09/2016 2 Woord vooraf De aarde warmt op ten gevolge van een excessieve uitstoot van broeikasgassen. Dit veroorzaakt een zware ontwrichting van ons klimaat.

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan gemeente Melle

Duurzaam energieactieplan gemeente Melle Duurzaam energieactieplan gemeente Melle 26/09/2016 2 Woord vooraf De gemeente Melle ondertekende op 27/10/2015 het Europese Burgemeestersconvenant en engageert zich zo om op haar grondgebied tegen 2020

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan Stad Ninove. Versie goedgekeurd door de gemeenteraad

Duurzaam energieactieplan Stad Ninove. Versie goedgekeurd door de gemeenteraad Duurzaam energieactieplan Stad Ninove Versie 23.03.2016 goedgekeurd door de gemeenteraad 2 Woord vooraf De stad Ninove ondertekent het Europese Burgemeestersconvenant en engageert zich zo om op haar grondgebied

Nadere informatie

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2016

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2016 1 Beknopte samenvatting van de Inventaris hernieuwbare energiebronnen Vlaanderen 2005-2016, Vito, oktober 2017 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2016 bedraagt 6,4% Figuur 1 groene stroom uit bio-energie

Nadere informatie

Duurzaam energieen. klimaatactieplan Stad Eeklo. Versie: 12/04/2018. Uitgevoerd door:

Duurzaam energieen. klimaatactieplan Stad Eeklo. Versie: 12/04/2018. Uitgevoerd door: Duurzaam energieen klimaatactieplan Stad Eeklo Versie: 12/04/2018 Uitgevoerd door: Woord vooraf De stad Eeklo ondertekent het Europese Burgemeestersconvenant en engageert zich zo om minstens 40 % minder

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan gemeente Hamme

Duurzaam energieactieplan gemeente Hamme Duurzaam energieactieplan gemeente Hamme Uitgevoerd: 12/10/2016 Woord vooraf De gemeente Hamme ondertekende op 27 oktober 2015 het Europese Burgemeestersconvenant en engageert zich zo om op haar grondgebied

Nadere informatie

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2014

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2014 1 Beknopte samenvatting van de Inventaris hernieuwbare energiebronnen Vlaanderen 2005-2014, Vito, januari 2016 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2014 bedraagt 5,7 % Figuur 1 groene stroom uit bio-energie

Nadere informatie

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2015

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2015 1 Beknopte samenvatting van de Inventaris hernieuwbare energiebronnen Vlaanderen 2005-2015, Vito, september 2016 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2015 bedraagt 6,0 % Figuur 1 groene stroom uit bio-energie

Nadere informatie

Toelichting energie- en klimaatactieplan Ranst

Toelichting energie- en klimaatactieplan Ranst Toelichting energie- en klimaatactieplan Ranst Infomoment Ranst 23 september 2015 20u 1 Ranst timing 1. Voorstelling project aan schepencollege + goedkeuring: 12/2 2. werkgroep energie & klimaat: 19/3

Nadere informatie

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2013

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2013 1 Beknopte samenvatting van de Inventaris duurzame energie in Vlaanderen 2013, Deel I: hernieuwbare energie, Vito, september 2014 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2013 bedraagt 5,9% Figuur 1 bio-elektriciteit

Nadere informatie

Gemeenteraadscommissie energie & klimaat. 20 januari 2015 20u Mortsel

Gemeenteraadscommissie energie & klimaat. 20 januari 2015 20u Mortsel Gemeenteraadscommissie energie & klimaat 20 januari 2015 20u Mortsel 1 Meerjarenplanning stadsbestuur Eigen organisatie stadsbestuur Klimaatneutraal tegen 2020 (actie 86) Energieverbruik eigen diensten

Nadere informatie

Duurzaam energieactieplan Stad Oudenaarde. 9/12/2015 (Aangepast 02/03/2016)

Duurzaam energieactieplan Stad Oudenaarde. 9/12/2015 (Aangepast 02/03/2016) Duurzaam energieactieplan Stad Oudenaarde 9/12/2015 (Aangepast 02/03/2016) Woord vooraf De stad Oudenaarde ondertekent het Europese Burgemeestersconvenant en engageert zich zo om op haar grondgebied tegen

Nadere informatie

sessie 3: De Wereld op de stoep Jeroen Mercy De Wereld roept om klimaatneutraliteit, De Gentse CO2-uitstoot gemeten! Stad Gent Milieudienst

sessie 3: De Wereld op de stoep Jeroen Mercy De Wereld roept om klimaatneutraliteit, De Gentse CO2-uitstoot gemeten! Stad Gent Milieudienst sessie 3: De Wereld op de stoep De Wereld roept om klimaatneutraliteit, De Gentse CO2-uitstoot gemeten! Jeroen Mercy Stad Gent Milieudienst Context Klimaatopwarming is een feit Impact voor Gent: veerkracht

Nadere informatie

Actieplan Burgemeestersconvenant

Actieplan Burgemeestersconvenant Actieplan Burgemeestersconvenant Wat is het burgemeestersconvenant? Engagement van 6735 steden en gemeenten Om minimum 20 % CO 2 te gaan besparen tegen 2020 20 % CO 2 over het volledige grondgebied Opmaak

Nadere informatie

Westvoorne CO 2 - uitstoot

Westvoorne CO 2 - uitstoot Westvoorne CO 2 - uitstoot De grafiek geeft de CO 2-uitstoot verdeeld over de hoofdsectoren over de jaren 2010 tot en met 2013. Cijfers zijn afkomstig uit de Klimaatmonitor van RWS. Cijfers over 2014 zijn

Nadere informatie

Ondersteuning burgemeestersconvenant

Ondersteuning burgemeestersconvenant 20/01/2014 Ondersteuning burgemeestersconvenant Deel 1: Baseline emission inventory Studiedag LNE Brussel Inhoud» Situering opdracht ondersteuning burgemeestersconvenant» Bespreking van de twee Excels

Nadere informatie

Nieuwe methodiek CO 2 -voetafdruk bedrijventerreinen POM West-Vlaanderen. Peter Clauwaert - Gent 29/09/11

Nieuwe methodiek CO 2 -voetafdruk bedrijventerreinen POM West-Vlaanderen. Peter Clauwaert - Gent 29/09/11 Nieuwe methodiek CO 2 -voetafdruk bedrijventerreinen POM West-Vlaanderen Peter Clauwaert - Gent 29/09/11 Inhoud presentatie 1.Afbakening 2.Inventarisatie energie 3.CO 2 -voetafdruk energieverbruik 4.CO

Nadere informatie

CO 2 -uitstootrapportage 2011

CO 2 -uitstootrapportage 2011 Programmabureau Klimaat en Energie CO 2 -uitstootrapportage 2011 Auteurs: Frank Diependaal en Theun Koelemij Databewerking: CE Delft, Cor Leguijt en Lonneke Wielders Inhoud 1 Samenvatting 3 2 Inleiding

Nadere informatie

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2013

Inventaris hernieuwbare energie in Vlaanderen 2013 1 Beknopte samenvatting van de Inventaris duurzame energie in Vlaanderen 2013, Deel I: hernieuwbare energie, Vito, februari 2015 1 1 Het aandeel hernieuwbare energie in 2013 bedraagt 5,8 % Figuur 1 zon-elektriciteit

Nadere informatie

Energieverbruik gemeentelijke gebouwen

Energieverbruik gemeentelijke gebouwen MILIEUBAROMETER: INDICATORENFICHE ENERGIE 1/2 Samenwerkingsovereenkomst 2008-2013 Milieubarometer: Energieverbruik gemeentelijke gebouwen Indicatorgegevens Naam Definitie Meeteenheid Energieverbruik gemeentelijke

Nadere informatie

WELKOM. Jozef Dauwe, gedeputeerde Provincie Oost-Vlaanderen

WELKOM. Jozef Dauwe, gedeputeerde Provincie Oost-Vlaanderen WELKOM Jozef Dauwe, gedeputeerde Provincie Oost-Vlaanderen PROJECT KLIMAATGEZOND ZUID-OOST-VLAANDEREN Ilse Claes Projectcoördinator ONDERTEKENING BURGEMEESTERSCONVENANT 27 januari 2017 3 PARTNERS & 13

Nadere informatie

Ondersteuning burgemeestersconvenant

Ondersteuning burgemeestersconvenant 20/01/2014 Ondersteuning burgemeestersconvenant Deel 2: Sustainable energy action plan (SEAP) Studiedag LNE Brussel Inhoud» Doel maatregelentool» Architectuur maatregelentool» Aan de slag 20/01/2014 2

Nadere informatie

Bijlage bij persbericht Hoe presteren gemeenten op klimaatvlak?

Bijlage bij persbericht Hoe presteren gemeenten op klimaatvlak? Bijlage bij persbericht Hoe presteren gemeenten op klimaatvlak? Evolutie CO2-uitstoot in de provincie Limburg Tussen 2011 en 2016 evolueerde de CO 2-uitstoot in de provincie Limburg gunstiger dan in heel

Nadere informatie

Duurzaam energieen. klimaatactieplan. Referentie: GR 30 november 2017 goedkeuring SECAP. Opdracht uitgevoerd door:

Duurzaam energieen. klimaatactieplan. Referentie: GR 30 november 2017 goedkeuring SECAP. Opdracht uitgevoerd door: Duurzaam energieen klimaatactieplan Referentie: 6062015143 GR 30 november 2017 goedkeuring SECAP Opdracht uitgevoerd door: Woord vooraf De gemeenteraad van de gemeente Schoten besliste op 27 april 2017

Nadere informatie

Beersel wekt op. Klimaatneutraal Beersel 2040?

Beersel wekt op. Klimaatneutraal Beersel 2040? Klimaatneutraal Beersel 2040? 2013-2014: participatief traject 100 acties voor klimaatplan 2014-2015: inspelen op bestaande initiatieven en acties 2017-2018: Beersel wekt op De zon is van iedereen Zonnelaan

Nadere informatie

Duurzame Energie Actieplan voor Maldegem. (SEAP: Nulmeting / Scenario)

Duurzame Energie Actieplan voor Maldegem. (SEAP: Nulmeting / Scenario) Duurzame Energie Actieplan voor Maldegem In opdracht en met de steun van (SEAP: Nulmeting / Scenario) KU Leuven, Technologiecampus Gent, Technologiecluster Bouw Auteurs: Koen Claes Sabien Windels Trui

Nadere informatie

Klimaatplan Maldegem

Klimaatplan Maldegem Klimaatplan Maldegem Klimaatplan Maldegem Inleiding Proces Nulmeting Actieplan Inleiding Burgemeestersconvenant Doelstellingen 2020 20% minder energie verbruik 20% minder CO2 uitstoot 20% hernieuwbare

Nadere informatie

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1 CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1 Datum: 20 december 2017 Versie: 1 In samenwerking met: Will2Sustain: Adviesbureau in Duurzaam Ondernemen 1. Inleiding Prins Bouw B.V. wil via dit rapport de voorgang

Nadere informatie

DE BEREKENING VAN DE GROENESTROOMCERTIFICATEN

DE BEREKENING VAN DE GROENESTROOMCERTIFICATEN 1. CONTEXT Infofiche Energie DE BEREKENING VAN DE GROENESTROOMCERTIFICATEN In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt de productie van groene stroom afkomstig van hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling

Nadere informatie

Duurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025

Duurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025 Duurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025 Willemien Veele Cor Kamminga 08-04-16 www.rijksmonumenten.nl Achtergrond en aanleiding Ambitie om in 2020 16% van de energie duurzaam op te wekken in Fryslân

Nadere informatie

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug CONCEPT Omgevingsdienst regio Utrecht Mei 2015 opgesteld door Erwin Mikkers Duurzame energie per Kern in gemeente Utrechtse Heuvelrug

Nadere informatie

Emissie-inventaris broeikasgassen 2012 stadsontwikkeling EMA

Emissie-inventaris broeikasgassen 2012 stadsontwikkeling EMA Emissie-inventaris broeikasgassen 2012 EMA Principes Antwerpen ondertekende het Europese Burgemeestersconvenant. Meer dan 5.000 lokale en regionale overheden hebben ondertekend en engageren zich om op

Nadere informatie

Burgemeestersconvenant. Gemeenteraad 23 november 2015

Burgemeestersconvenant. Gemeenteraad 23 november 2015 Gemeenteraad 23 november 2015 UITGANGSPUNT Het klimaat- en energiebeleid van de EU Uitstoot broeikasgassen moet op korte termijn fors omlaag Energiebronnen die meer zekerheid bieden Energie-onafhankelijkheid

Nadere informatie

Curaçao Carbon Footprint 2015

Curaçao Carbon Footprint 2015 Willemstad, March 2017 Inhoudsopgave Inleiding 2 Methode 2 Dataverzameling 3 Uitstoot CO2 in 2010 3 Uitstoot CO2 in 2015 4 Vergelijking met andere landen 5 Central Bureau of Statistics Curaçao 1 Inleiding

Nadere informatie

CO 2 -Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

CO 2 -Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V. CO 2 -Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V. Datum: 9 mei 2017 Versie: 5 1. Inleiding Prins Bouw B.V. wil via dit rapport de voorgang op haar CO 2-reductiedoelstellingen beschrijven. Hierbij wordt ingegaan

Nadere informatie

CO 2 Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

CO 2 Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V. CO 2 Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V. Datum: 31 maart 2017 Versie: 2 1. Inleiding Prins Bouw B.V. wil via dit rapport de voorgang op haar CO 2-reductiedoelstellingen beschrijven. Hierbij wordt

Nadere informatie

3.C.1 Communicatie over de voortgang van CO 2 bij Prins Bouw.

3.C.1 Communicatie over de voortgang van CO 2 bij Prins Bouw. 3.C.1 Communicatie over de voortgang van CO 2 bij Prins Bouw. Datum: 12-05-2016 Versie: 1 1. Inleiding Middels deze rapportage wil Prins Bouw de voorgang op de CO 2 reductiedoelstellingen laten zien, door

Nadere informatie

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat energieprestatiecertificaat certificaatnummer 20120515-0001118936-00000005-8 nummer postnummer Voorhavenlaan 33 9000 bus gemeente A 101 Gent bestemming type appartement - softwareversie 1.3.3 berekend

Nadere informatie

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018 CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018 Periode: 1 januari t/m 31 december 2018 Datum: 24-06-2019 Versie: 3 Opgesteld door: Will2Sustain Will2Sustain: Adviesbureau in Duurzaam Ondernemen 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Brugge. 3 juni 2015. Kris Van Dijck Burgemeester Dessel

Brugge. 3 juni 2015. Kris Van Dijck Burgemeester Dessel Brugge 3 juni 2015 Kris Van Dijck Burgemeester Dessel 9.500 inwoners 27 km² Landelijk maar Nucleaire industrie Opslag nucleair afval Witzand winning Sportgemeente Dessel en Witgoor Sport BMX Sportpark

Nadere informatie

W & M de Kuiper Holding

W & M de Kuiper Holding 2 januari t/m juni 2018 2 Pagina 2 van 6 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Overzicht -emissie gegevens 3 Vergelijking met voorgaande jaren 4 3 -gerelateerd gunningsvoordeel 5 4 Doelstellingen 5 Reductiedoelstellingen

Nadere informatie

Inzicht in CO 2 uitstoot - eerste helft 2019

Inzicht in CO 2 uitstoot - eerste helft 2019 Inzicht in CO 2 uitstoot - eerste helft 2019 Inzicht in CO 2 uitstoot voor scope 1 & 2 Maarssen, 21 september 2019 Cora Lodewijkx Kwaliteit & Milieucoördinator INHOUD 1. CO 2 voetafdruk... 3 2. Organisatorische

Nadere informatie

SAMENVATTING. Percentage tov totale uitstoot. Doelstelling CO2-reductie. Huidige uitstoot. Energie 21.815,19. Huishoudens 27.176,67. Tertiair 3.

SAMENVATTING. Percentage tov totale uitstoot. Doelstelling CO2-reductie. Huidige uitstoot. Energie 21.815,19. Huishoudens 27.176,67. Tertiair 3. SAMENVATTING Doelstelling CO2-reductie Energie 21.815,19 Huishoudens 27.176,67 Tertiair 3.276,40 Industrie & landbouw 7.231,41 Mobiliteit 19.912,72 Eigen diensten 1.115,70 Natuur 800,00 Totaal 81.328,08

Nadere informatie

Vilvoorde. BROEK Bouwblokrenovatie & Demowoning

Vilvoorde. BROEK Bouwblokrenovatie & Demowoning Vilvoorde BROEK Bouwblokrenovatie & Demowoning BROEK - Bouwblokrenovatie en demowoning Situering Doelstelling Stand van zaken Discussie 2/26/2016 Vilvoorde BROEK Bouwblokrenovatie & Demowoning 2 2/26/2016

Nadere informatie

Dynamische Energie Atlas Limburg (DEA)

Dynamische Energie Atlas Limburg (DEA) Dynamische Energie Atlas Limburg (DEA) 1 Waarom een EnergieAtlas Limburg?» Hoe ontwikkelingen rond HE ruimtelijk beoordelen, ordenen, afstemmen, faciliteren, optimaliseren? => Dynamische Energie Atlas

Nadere informatie

CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch

CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Maart 2013 2 Samenvatting In deze monitor staat de CO2-uitstoot beschreven in de gemeente s-hertogenbosch. Een gebruikelijke manier om de

Nadere informatie

Huishoudelijk elektriciteitsverbruik per aangesloten inwoner Hoeveelheid elektriciteit die verbruikt wordt binnen de Genkse huisgezinnen.

Huishoudelijk elektriciteitsverbruik per aangesloten inwoner Hoeveelheid elektriciteit die verbruikt wordt binnen de Genkse huisgezinnen. HUISHOUDELIJK ELEKTRICITEITSVERBRUIK Omschrijving Meeteenheid Beleidsdomein Relatie met de SO Gemeentelijke beleidsdoelstelling bron Dataleverancier Huishoudelijk elektriciteitsverbruik per aangesloten

Nadere informatie

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014 Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 1 november 2014 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie...

Nadere informatie

3.C.1 Voortgangrapportage CO 2 2014 Ter Riele

3.C.1 Voortgangrapportage CO 2 2014 Ter Riele 3.C.1 Voortgangrapportage CO 2 2014 Ter Riele Datum: 11-9-2015 Versie: 3 A.J.J ter Riele Directeur 1. Inleiding Middels deze rapportage wil Ter Riele B.V. (Ter Riele) de voortgang op de CO 2 reductiedoelstellingen

Nadere informatie

Vlaams-Brabant Klimaatneutraal

Vlaams-Brabant Klimaatneutraal Vlaams-Brabant Klimaatneutraal Klimaatneutraal via 3 trajecten Europees Burgemeestersconvenant: Gemeentelijke actieplannen Provincie coördineert, stimuleert en ondersteunt Actieplan voor provincie als

Nadere informatie

HERNIEUWBARE ENERGIE, VERVOER EN SPECIFIEK VERBRUIK

HERNIEUWBARE ENERGIE, VERVOER EN SPECIFIEK VERBRUIK HERNIEUWBARE ENERGIE, VERVOER EN SPECIFIEK VERBRUIK VAN DE TERTIAIRE SECTOR IN BRUSSEL UITGEVOERD OP VERZOEK VAN HET BIM, DE ADMINISTRATIE VAN ENERGIE EN LEEFMILIEU VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST,

Nadere informatie

ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST VOOR DE WOONSECTOR IN 2001 EN 2002, SPECIFIEK VERBRUIK VAN DE TERTIAIRE SECTOR Synthesedocument Uitgevoerd op verzoek van het BIM, de Administratie

Nadere informatie

Zero Emission Solutions

Zero Emission Solutions Inspiratie BURGEMEESTERS- CONVENANT Minstens 20% vermindering CO 2 uitstoot tegen 2020 STAP 1: ondertekening STAP 2: nulmeting en actieplan STAP 3: monitoring iedere 2 jaar over uitvoering actieplan iedere

Nadere informatie

Halfjaarlijkse publicaties conform eisen 3.B.1 en 3.C.1 H1 2018

Halfjaarlijkse publicaties conform eisen 3.B.1 en 3.C.1 H1 2018 De CO2 Prestatieladder stelt de eis om halfjaarlijks te rapporteren over de CO2 footprint, een update te geven van de voortgang in relatie tot het behalen van de CO2-reductiedoelstellingen en communicatie

Nadere informatie

Energiemanagement Actieplan 2015 CO 2 -Prestatieladder

Energiemanagement Actieplan 2015 CO 2 -Prestatieladder Bijlage E Energiemanagement Actieplan CO2- Prestatieladder Energiemanagement Actieplan 2015 CO 2 -Prestatieladder Sarens Nederland Pagina 28 van 40 E.1 Inleiding Uit CO2 uitstoot berekeningen over 2013

Nadere informatie

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder Voor kwaliteitsvolle WarmteKrachtKoppeling in Vlaanderen Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder 16/12/2010 Cogen Vlaanderen Daan Curvers COGEN Vlaanderen Houtige biomassa in de landbouw 16

Nadere informatie

Energie nulmeting. Regio Amstelland-Meerlanden. Bosch & Van Rijn Consultants in renewable energy & planning. Twynstra Gudde Adviseurs en Managers

Energie nulmeting. Regio Amstelland-Meerlanden. Bosch & Van Rijn Consultants in renewable energy & planning. Twynstra Gudde Adviseurs en Managers Energie nulmeting Regio Amstelland-Meerlanden Concept 22 oktober 2008 Opdrachtgever: Twynstra Gudde Adviseurs en Managers Opgesteld door: Bosch & Van Rijn Drs. G. Bosch Ing. J. Dooper Inhoudsopgave 1.

Nadere informatie

Wat moet er gebeuren voor CoM? Aanbod ondersteuning en voorstel timing. Gemeenten staan niet alleen! Inhoudsopgave. Wat bestaat al?

Wat moet er gebeuren voor CoM? Aanbod ondersteuning en voorstel timing. Gemeenten staan niet alleen! Inhoudsopgave. Wat bestaat al? Wat moet er gebeuren voor CoM? Aanbod ondersteuning en voorstel timing Marie De Winter, Dienst Minawa Nathalie Garré, wvi Inhoudsopgave Ondersteuningsaanbod wvi-provincie Ondersteuning overige partners

Nadere informatie

EfficiEncy Duurzaam. EnErgiEbEsparing. Warmte en koude. KEnnis industrie. energie financiering. instrumenten. GebouwDe omgeving

EfficiEncy Duurzaam. EnErgiEbEsparing. Warmte en koude. KEnnis industrie. energie financiering. instrumenten. GebouwDe omgeving Warmte en koude Kennis, advies, instrumenten en financiële steun EfficiEncy Duurzaam GebouwDe omgeving energie financiering KEnnis industrie instrumenten EnErgiEbEsparing De Nederlandse overheid streeft

Nadere informatie

Handleiding. Ondersteuning burgemeestersconvenant. Deel 1: Emission inventory (versie 2011_07 en versie 2012_01) Verspreiding: Algemeen

Handleiding. Ondersteuning burgemeestersconvenant. Deel 1: Emission inventory (versie 2011_07 en versie 2012_01) Verspreiding: Algemeen Verspreiding: Algemeen Handleiding Ondersteuning burgemeestersconvenant Deel 1: Emission inventory (versie 2011_07 en versie 2012_01) Meynaerts Erika, Aernouts Kristien, Beckx Carolien, Renders Nele Studie

Nadere informatie

energieprestatiecertificaat

energieprestatiecertificaat energieprestatiecertificaat straat Sint-Bernardsesteenweg nummer 269 bus 3 bestemming appartement type softwareversie 1.3.3 berekend energieverbruik (kwh/m2): 379 Het berekende energieverbruik is een inschatting

Nadere informatie

WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN MAARKEDAL

WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN MAARKEDAL WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN MAARKEDAL 18/01/2018 PROJECT KLIMAATGEZOND ZUID-OOST-VLAANDEREN Ilse Claes Projectcoördinator 3 PARTNERS & 13 STEDEN EN GEMEENTEN ONDERTEKENING 27 januari 2017 BURGEMEESTERSCONVENANT

Nadere informatie

Externe notitie. Petten, 8 juli Cees Volkers Wouter Wetzels. Afdeling Policy Studies ECN-N Van

Externe notitie. Petten, 8 juli Cees Volkers Wouter Wetzels. Afdeling Policy Studies ECN-N Van Externe notitie Petten, 8 juli 2013 Afdeling Policy Studies ECN-N--13-028 Van Cees Volkers Wouter Wetzels Onderwerp Nieuwste inzichten Nederlands gasverbruik Inleiding ECN Policy Studies voert regelmatig

Nadere informatie

bestaand gebouw met woonfunctie

bestaand gebouw met woonfunctie Energiezuinigheid van de gebouwschil energiezuinig niet energiezuinig gemiddelde U-waarde van de gebouwschil Energiezuinigheid van de verwarmingsinstallatie energiezuinig niet energiezuinig gemiddeld installatierendement

Nadere informatie

Kwantificering van innovaties op de Energiemix van Twente. 4 maart 2014

Kwantificering van innovaties op de Energiemix van Twente. 4 maart 2014 Kwantificering van innovaties op de Energiemix van Twente 4 Inleiding Het doel van de TDA is om focus aan te brengen in de kansrijke en verbindende initiatieven in Twente bij het realiseren van een duurzame

Nadere informatie

WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN GERAARDSBERGEN

WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN GERAARDSBERGEN WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN GERAARDSBERGEN 31/01/2018 PROJECT KLIMAATGEZOND ZUID-OOST-VLAANDEREN Ilse Claes Projectcoördinator 3 PARTNERS & 13 STEDEN EN GEMEENTEN ONDERTEKENING 27 januari 2017 BURGEMEESTERSCONVENANT

Nadere informatie

Naar een klimaatgezond Oost-Vlaanderen. Klimaatplan. Goedgekeurd door de provincieraad in zitting van 2 september 2015

Naar een klimaatgezond Oost-Vlaanderen. Klimaatplan. Goedgekeurd door de provincieraad in zitting van 2 september 2015 Naar een klimaatgezond Oost-Vlaanderen Klimaatplan Goedgekeurd door de provincieraad in zitting van 2 september 2015 WOORD VOORAF... 4 I. DEEL I: HET KLIMAAT VERANDERT... 7 I.1 Het broeikaseffect... 7

Nadere informatie

WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN LIERDE

WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN LIERDE WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN LIERDE 06/12/2017 PROJECT KLIMAATGEZOND ZUID-OOST-VLAANDEREN Ilse Claes Projectcoördinator 3 PARTNERS & 13 STEDEN EN GEMEENTEN ONDERTEKENING 27 januari 2017 BURGEMEESTERSCONVENANT

Nadere informatie

ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Samenvatting

ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Samenvatting ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST 216 Samenvatting EINDVERSIE - OKTOBER 218 1. Samenvatting van de energiebalans 216 Elk jaar stelt Leefmilieu Brussel de energiebalans van het Brussels

Nadere informatie

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen 31 mei 2012 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Totale resultaten... 4 1.1 Elektriciteitsverbruik... 4 1.2 Gasverbruik... 4 1.3 Warmteverbruik... 4 1.4 Totaalverbruik

Nadere informatie

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL Doelstellingen - Mondiaal Parijs-akkoord: Well below 2 degrees. Mondiaal circa 50% emissiereductie nodig in

Nadere informatie

Energie Management Actieplan

Energie Management Actieplan Energie Management Actieplan Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 3.0 Auteur: Mariëlle de Gans - Hekman Datum: 5 september 2017 Versie: 2.0 Status: Concept Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Reductiedoelstellingen...

Nadere informatie

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010) Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010) Opgesteld door: Akkoord: I. Bangma O. Van der Ende 1. INLEIDING Binnen de Van der Ende Steel Protectors Group BV staat zowel interne als externe duurzaamheid

Nadere informatie

38,6. CO 2 (ton/jr) 2014

38,6. CO 2 (ton/jr) 2014 Carbon footprint Op basis van de diverse soorten CO 2 -emissies is de totale CO 2 -emissie van Den Ouden Groep berekend. 9,8 38,6 51,6 Diesel personenwagens Diesel combo's en busjes Hybride personen wagens

Nadere informatie

Carbon footprint 2017 (3.C.1) In de onderstaande tabellen staan de energieverbruiken van ICS Groep uitgedrukt in CO2-eq.

Carbon footprint 2017 (3.C.1) In de onderstaande tabellen staan de energieverbruiken van ICS Groep uitgedrukt in CO2-eq. Inleiding De CO2 Prestatieladder stelt de eis om halfjaarlijks te rapporteren over de CO2 footprint, een update te geven van de voortgang in relatie tot het behalen van de CO2-reductiedoelstellingen en

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 - Baseline Emission Inventory (nulmeting)

Hoofdstuk 4 - Baseline Emission Inventory (nulmeting) Hoofdstuk 4 - Baseline Emission Inventory (nulmeting) De Baseline Emission Inventory of nulmeting is een vast onderdeel van dit klimaatactieplan. Een nulmeting brengt een beginsituatie of huidige situatie

Nadere informatie

Project Klimaatgezond Zuid-Oost- Vlaanderen

Project Klimaatgezond Zuid-Oost- Vlaanderen Duurzaam energie-en klimaatactieplan Project Klimaatgezond Zuid-Oost- Vlaanderen 17/05/2018 Uitgevoerd door: Woord vooraf Op 27.01.2017 ondertekenden 13 steden en gemeenten uit de regio Zuid-Oost-Vlaanderen

Nadere informatie

CO-2 Rapportage Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem

CO-2 Rapportage Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem CO-2 Rapportage 2013 Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078 Aalten 2-5-2014 Versie 2.1 H.J.Slot Geaccordeerd J.Nannings Directeur Inhoudsopgave

Nadere informatie

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA UPDATE 2016 SAMENVATTING STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA Opdrachtgever Gemeente Breda Afdeling Mobiliteit en Milieu Opdrachtnemer Evert

Nadere informatie

WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN BRAKEL

WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN BRAKEL WELKOM AAN DE KLIMAATTAFEL VAN BRAKEL 29/11/2017 PROJECT KLIMAATGEZOND ZUID-OOST-VLAANDEREN Ilse Claes Projectcoördinator 3 PARTNERS & 13 STEDEN EN GEMEENTEN ONDERTEKENING 27 januari 2017 BURGEMEESTERSCONVENANT

Nadere informatie

Carbon footprint 2017 (3.C.1) In de onderstaande tabellen staan de energieverbruiken van ICS Groep uitgedrukt in CO2-eq.

Carbon footprint 2017 (3.C.1) In de onderstaande tabellen staan de energieverbruiken van ICS Groep uitgedrukt in CO2-eq. Inleiding De CO2 Prestatieladder stelt de eis om halfjaarlijks te rapporteren over de CO2 footprint, een update te geven van de voortgang in relatie tot het behalen van de CO2-reductiedoelstellingen en

Nadere informatie

CO2 reductie

CO2 reductie CO2 reductie 2015-2020 1 In dit document willen wij onze CO2 uitstoot publiceren over de jaren 2015, 2016 en 2017. Daarbij nemen wij alvast een voorschot op de verwachting voor het jaar 2020 als we de

Nadere informatie

CO-2 Rapportage 2014. Inhoudsopgave. Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078

CO-2 Rapportage 2014. Inhoudsopgave. Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078 CO-2 Rapportage 2014 Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078 Aalten 28-04-2015 Versie 2.2 J.Nannings Directeur Inhoudsopgave 1. Inleiding

Nadere informatie

Meestal is er geen bouwvergunning nodig om een zonne-installatie op een dak te plaatsen. Informeer altijd eerst bij uw gemeentebestuur.

Meestal is er geen bouwvergunning nodig om een zonne-installatie op een dak te plaatsen. Informeer altijd eerst bij uw gemeentebestuur. 15 september 2018 Resultaat van uw opzoeking op www.energiesparen.be/zonnekaart De zonnekaart geeft een goede weergave van de zoninstraling op uw dak. De hoeveelheid zoninstraling is heel plaatsgebonden

Nadere informatie