economie CSE GL en TL

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "economie CSE GL en TL"

Transcriptie

1 Examen VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 dinsdag 18 juni uur economie CSE GL en TL Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 48 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 59 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed antwoord behaald kunnen worden. GT-0233-a-13-2-o

2 Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. Pinnen gaat het winnen Bij de beantwoording van de vragen 1 tot en met 7 moet je soms gebruikmaken van de informatiebronnen 1 en 2 in de bijlage. AMSTERDAM - In de nabije toekomst betalen Nederlanders vaker met een pasje dan met contant geld. Dat voorspelt Currence, het bedrijf achter de PINpas. Vorig jaar hebben we weer flink meer gepind. Martijn en Hans zijn broers. Martijn is dit jaar zestien geworden en Hans is veertien. Ze hebben ook nog een zusje van twaalf, Laura. Martijn heeft voor zijn verjaardag behoorlijk veel geld gekregen en heeft dit op zijn bankrekening gezet. Tot nu toe had hij geen pinpas, maar vanaf vandaag krijgt hij er een. Vader Hendrik staat er nog niet helemaal achter, maar moeder Monique vindt dat je het best kunt leren omgaan met een pinpas door hem te gebruiken. 1p 1 Is betalen met een pinpas een vorm van directe ruil of van indirecte ruil? Geef een argument voor je keuze. 1p 2 Volgens Hendrik geven mensen veel makkelijker geld uit wanneer het niet contant uit hun portemonnee komt. Monique ziet vooral voordelen van pinnen. Noem een voordeel van pinnen voor de consument boven contant betalen. 1p 3 Martijn en Hans horen op de achtergrond het gesprek tussen hun ouders. Ze krijgen een discussie over wat hun ouders bedoelen met de termen chartaal en giraal geld. Wat is chartaal geld? A geld dat bestaat uit bankbiljetten en munten B geld dat op je bankrekening staat, plus munten en bankbiljetten C geld dat op je betaalrekening staat D geld dat op je spaarrekening staat GT-0233-a-13-2-o 2 / 17 lees verder

3 1p 4 Laura bemoeit zich ook met het gesprek. Zij vraagt aan Martijn of hij nu ook kan chippen. Martijn zegt: Natuurlijk, want pinnen en chippen is hetzelfde. Hans zegt dat dit niet zo is. Welke bewering over pinnen of chippen is juist? A Bij chippen gaat het geld van je rekening af op het moment dat je betaalt. B Bij chippen moet je de pas opladen en op dat moment gaat het geld van je rekening af. C Bij pinnen gaat er geen geld van je rekening af op het moment dat je betaalt. D Bij pinnen moet je de pas opladen en op dat moment gaat het geld van je rekening af. Gebruik informatiebron 1. 2p 5 Martijn is echt heel erg blij dat hij nu ook kan pinnen. Hij leest in het krantenartikel dat er steeds meer gepind wordt. In het krantenartikel staat dat in 2010 het aantal betaaltransacties 5 miljard is. Hiervan zijn er 2,1 miljard met de pinpas gedaan. Er staat dat dit een stijging is van 8% ten opzichte van Stel dat het aantal pintransacties ieder jaar toeneemt met 8% en het totaal aantal betaaltransacties niet verandert. In welk jaar is het aantal pintransacties voor het eerst hoger dan het aantal contante transacties? Schrijf je berekening op. Doe het zo: Het aantal pintransacties in 2011 wordt: 2,1 miljard + 8% =. Het aantal pintransacties in 2012 wordt: + 8% =. Ga net zo lang door tot het aantal pintransacties voor het eerst hoger is dan het aantal contante betalingen. Gebruik informatiebron 2. 1p 6 Martijn is nog steeds aan het lezen en berekent dat er in 2010 in totaal voor een bedrag van 78,9 miljard werd gepind. Hij is benieuwd voor welk bedrag er in 2010 werd gechipt. Bereken voor welk bedrag er in 2010 in totaal werd gechipt. Schrijf je berekening op. 1p 7 Martijn, Hans en Laura vinden allemaal dat pinnen de toekomst heeft. Martijn durft zelfs te zeggen dat contant betalen helemaal afgeschaft zal worden. Daar is zijn vader Hendrik het niet helemaal mee eens. Waarom zal contant betalen waarschijnlijk niet volledig afgeschaft worden? GT-0233-a-13-2-o 3 / 17 lees verder

4 Koekenbakker! Bij de beantwoording van de vragen 8 tot en met 13 moet je soms gebruikmaken van de informatiebronnen 3 en 4 in de bijlage. Gerard Jongkind is algemeen directeur van koek- en banketfabriek Bokkenpoot bv in het noorden van het land. Bokkenpoot bv heeft zich toegelegd op de productie van dertig soorten koeken. Gerard heeft overleg gehad met financieel directeur Jelle Heideman. Uit de cijfers bleek dat bepaalde producten minder goed lopen dan verwacht. Gebruik informatiebron 3. 2p 8 Gerard is van mening dat slecht lopende producten uit het assortiment gehaald moeten worden en dat daarvoor in de plaats nieuwe producten moeten komen. Hij vindt dat de koek met de laagste nettowinst per koek uit het assortiment moet. Dat is de stroopwafel. Bereken de nettowinst per stroopwafel. Schrijf je berekening op. 1p 9 Jelle is van mening dat ze de stroopwafels niet zomaar uit het assortiment moeten verwijderen omdat ze de laagste nettowinst per koek hebben. Geef een argument om de stroopwafel niet uit het assortiment te verwijderen. 1p 10 Als je kijkt naar de kosten van de productie van de verschillende koeken, dan vormen de loonkosten een groot deel van de kosten. Daarom is het ook belangrijk dat er gekeken wordt naar de arbeidsproductiviteit bij de productie van de verschillende koeken. Wat wordt verstaan onder de maandelijkse arbeidsproductiviteit? A de productie per werknemer per maand B de productie van alle werknemers per maand C de totale productie per maand D de totale productie per maand van alle werknemers Gebruik informatiebron 3. 1p 11 De productie is gelijk geweest aan de afzet. Bereken de gemiddelde arbeidsproductiviteit in de afgelopen maand bij de productie van de pindakoeken. Schrijf je berekening op. GT-0233-a-13-2-o 4 / 17 lees verder

5 Gerard en Jelle overwegen om het assortiment aan te passen, zodat er meer verkocht wordt. Ze komen de afbeelding tegen die in informatiebron 4 staat. Gebruik informatiebron 4. 2p 12 Gerard zegt: Als we de afbeelding goed bekijken en de markt goed willen volgen dan moeten we ons richten op producten die gemakkelijk en lekker in de handtas meegenomen kunnen worden. Wat zijn de kenmerken van deze producten? Doe het zo: vul op de open plekken de juiste woorden in. Kies uit de woorden die tussen haakjes staan. Bij deze producten is de tijdsduur tussen kopen en eten in verhouding (1) (kort; lang) en de prijs is in verhouding (2).(hoog; laag) Gebruik informatiebron 4. 1p 13 Uit de figuur blijkt dat de groei vooral te verwachten is bij producten die in de tas meegenomen kunnen worden voor onderweg. Gerard en Jelle willen hierop inspelen. Noem een mogelijkheid voor Gerard en Jelle om hun stroopwafels aan te passen aan deze verwachting. Stekker uit het spaarloon Bij de beantwoording van de vragen 14 tot en met 20 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 5 in de bijlage. Eind 2011 besloot het kabinet om de spaarloonregeling per 1 januari 2012 af te schaffen. De vakbonden betreurden dit besluit. Een woordvoerder zei: Het gespaarde bedrag van maximaal 613 per jaar werd van je brutoloon afgetrokken. Hierdoor bespaarde je de inkomstenbelasting over dit bedrag. Hier zie je een voorbeeld van iemand die over de top van zijn inkomen 42% belasting betaalde. inleg 613 besparing inkomstenbelasting 42% van 613 = 257,46 (naar boven afgerond 258) Gebruik informatiebron 5. 1p 14 Waardoor werd het mensen met de spaarloonregeling makkelijk gemaakt om met regelmaat te sparen? GT-0233-a-13-2-o 5 / 17 lees verder

6 1p 15 De spaarloonregeling had gevolgen voor de inkomensverdeling in Nederland. Dat kun je zien aan de hand van onderstaand voorbeeld. Stel: Iemand heeft een inkomen van Zijn belastingvoordeel bedraagt: 33% x 613 = 203. In procenten van zijn inkomen is het voordeel 0,68%. Iemand anders heeft een inkomen van Zijn belastingvoordeel bedraagt: 52% x 613 = 319 In procenten van zijn inkomen is het voordeel 0,53%. Is er door de spaarloonregeling in dit voorbeeld sprake van nivellering of van denivellering en waarom? A B C D denivellering, want degene met het hoge inkomen betaalt in verhouding meer belasting (52%) denivellering, want degene met het hoge inkomen heeft in verhouding een kleiner voordeel (0,53%) nivellering, want degene met het lage inkomen betaalt in verhouding minder belasting (33%) nivellering, want degene met het lage inkomen heeft in verhouding een groter voordeel (0,68%) 1p 16 Over het saldo op een geblokkeerde spaarloonrekening ontving je een relatief lage rente. Niek, een deelnemer aan de spaarloonregeling, zegt: Ik verwacht juist een hogere rente als het bedrag 4 jaar vast op een rekening staat. Geef een argument voor de banken om een hogere rente te geven op rekeningen waar het geld een bepaalde periode vaststaat. GT-0233-a-13-2-o 6 / 17 lees verder

7 Toen de spaarloonregeling eind 2011 werd afgeschaft, is besloten om de deelnemers alle gespaarde bedragen per januari 2012 vrij te kunnen laten opnemen. De vakbonden raadden iedereen die nog niet meedeed aan om dit laatste jaar alsnog mee te gaan doen. Het bedrag dat je in december 2011 van je brutoloon spaarde, kon je in januari 2012 immers inclusief belastingvoordeel laten uitbetalen. Niek heeft gereageerd op de oproep van de vakbond en in 2011 voor het eerst meegedaan aan de spaarloonregeling. 2p 17 Niek stortte het maximale bedrag ( 613) in een keer ten laste van zijn loon van december op een spaarloonrekening. Precies een maand later nam hij het volledige bedrag weer op. Hij betaalde over de top van zijn inkomen 42%. Hoeveel procent rendement behaalde hij in deze maand? Er wordt geen rekening gehouden met rente. Schrijf je berekening op. Doe het zo: gebruik onderstaand schema en schrijf op je antwoordblad de cijfers P, Q en R met daarachter de juiste getallen. inleg 613,00 belastingpercentage 42% P netto-inleg Q opgenomen bedrag 613,00 procentuele toename (opgenomen bedrag R % ten opzichte van de netto-inleg) Een bepaalde groep deelnemers aan de spaarloonregeling koos ervoor om in januari 2012 het opgebouwde vermogen niet op te nemen. Hennie hoort bij deze groep. Hij had het geld op zijn spaarloonrekening niet direct nodig. Zijn spaarloonrekening had een rentepercentage van 1,9%. Op zijn gewone spaarrekening kreeg Hennie op dat moment een rente van 2,6%. Ondanks de hogere rente koos Hennie ervoor het saldo op zijn spaarloonrekening te laten staan en niet direct over te boeken naar zijn spaarrekening. Gebruik informatiebron 5. 1p 18 Hennie betaalt over zijn vermogen belasting in box 3. Hij heeft meer vermogen dan de vrijstelling van Over het meerdere rekent de belastingdienst 4% rendement en hierover moet Hennie 30% belasting betalen. Verklaar dat het verstandig was van Hennie om zijn geld op de spaarloonrekening te laten staan. GT-0233-a-13-2-o 7 / 17 lees verder

8 Sommige economen verwachtten dat het afschaffen van het spaarloon zou bijdragen aan de economische groei. Door de afschaffing van het spaarloon kregen de deelnemers immers een hoger nettoloon. Hierdoor konden zij meer uitgeven dan voorheen en werd er meer besteed. 1p 19 Volgens andere economen zou het afschaffen van het spaarloon niet leiden tot meer bestedingen. Geef een argument voor de gedachtegang van de laatsgenoemde economen. 1p 20 Er is een groep deelnemers die het opgebouwde tegoed gebruikte om bestaande leningen af te lossen. Geef een argument waarom het voor mensen met een lening verstandiger is om deze lening (gedeeltelijk) af te lossen dan om te gaan sparen. Een voor allen, allen voor een! Bij de beantwoording van de vragen 21 tot en met 28 moet je soms gebruikmaken van de informatiebronnen 6 en 7 in de bijlage. Roel en Linda zitten allebei in 4 vmbo-t. Ze zijn in de economieles bezig met een werkstuk over de economische afhankelijkheid van Nederland van het buitenland. Hun leraar geeft aan dat die afhankelijkheid erg groot is. Hij zegt dat 70% van ons nationaal inkomen verdiend wordt met de export. Roel zegt tegen Linda: Ik vraag me af of die afhankelijkheid van Nederland van het buitenland echt wel zo groot is. Ik wil dit onderzoeken. Gebruik informatiebron 6. 1p 21 Linda zegt: Misschien kunnen we beginnen met Nederlandse kaas. Er wordt altijd gezegd dat we die zoveel exporteren. Oké, zegt Roel, ik heb op een site gegevens daarover gevonden. Hoeveel procent van de Nederlandse kaas werd er in 2010 geëxporteerd? Schrijf je berekening op. GT-0233-a-13-2-o 8 / 17 lees verder

9 Gebruik informatiebron 6. 2p 22 Linda bekijkt de tabel en rekent uit hoeveel kilo Nederlandse kaas er in 2010 door alle inwoners van Nederland gegeten werd. Ze gaat daarbij uit van 16 miljoen inwoners in Linda komt tot de ontdekking dat er een tekort van ruim 100 miljoen kilo kaas is in Roel zegt tegen haar: Dat is geen tekort. Dat hebben we geïmporteerd uit het buitenland. Bereken hoeveel kilogram kaas in 2010 werd geïmporteerd. Schrijf je berekening op. Nou, ongeveer driekwart van de kaas die we produceren, gaat naar het buitenland, zegt Linda. Laten we nu eens naar de dienstensector kijken, want Nederland verleent veel diensten in en aan het buitenland. 1p 23 Naast goederen worden er ook diensten aangeboden. Wat wordt er in de economie verstaan onder een dienst? A Een dienst is een afspraak die in een schriftelijk contract is vastgelegd. B Een dienst is een sociale instelling die bepaalde bevolkingsgroepen ondersteunt. C Een dienst is een niet-stoffelijk goed. D Een dienst is een plicht die men voor een bepaalde tijd is aangegaan. Transport is één van de diensten die Nederland biedt aan het buitenland. Daarbij moet je denken aan het wegvervoer, maar ook de binnenvaart en het vliegverkeer. Dus wanneer de KLM een Amerikaanse toerist naar Nederland vliegt, dan is dat een dienst, zegt Linda tegen Roel. 1p 24 Waartoe behoort het vervoeren door de KLM van een Amerikaanse toerist naar Nederland en waarom? A Dit behoort tot de export, omdat er diensten aan het buitenland geleverd worden. B Dit behoort tot de export, omdat er personen naar het buitenland gaan. C Dit behoort tot de import, omdat er diensten aan Nederland geleverd worden. D Dit behoort tot de import, omdat er personen naar Nederland komen. GT-0233-a-13-2-o 9 / 17 lees verder

10 Gebruik informatiebron 7. 1p 25 Roel zegt: Voor export en import is vervoer erg belangrijk. Hoeveel vervoeren Nederlandse vrachtwagens eigenlijk? Ze kijken naar de grafiek in de informatiebron. Wat is een tonkilometer (ton km) nou?, vraagt Linda. Dat wil zeggen dat een ton aan gewicht één kilometer is vervoerd, zegt Roel. Als je met een halve ton 2 kilometer rijdt, is dat ook 1 tonkilometer. Geef de reden waarom het aantal tonkilometers bij grensoverschrijdende ritten veel groter is dan bij binnenlandse ritten. 1p 26 Linda denkt dat de binnenvaart sterk zal groeien ten koste van het wegvervoer. Noem een voordeel van de binnenvaart ten opzichte van het wegvervoer. 1p 27 De transportsector heeft veel voordeel van het lidmaatschap van Nederland van de Europese Monetaire Unie (EMU), zoals vrij verkeer van goederen, diensten en personen. Noem een ander kenmerk van de EMU dat voordelig is voor de Nederlandse transportsector. Nederland heeft er belang bij dat goederen zo goedkoop mogelijk naar het buitenland vervoerd kunnen worden. Daar draagt de EU ook aan bij. Toch moeten Nederlandse vervoerders tol betalen als ze gebruikmaken van buitenlandse wegen. Binnenlandse vervoerders betalen in hun eigen land evenveel tol als buitenlandse vervoerders. 1p 28 Roel vindt het raar dat Nederlandse vervoerders tol moeten betalen als ze gebruik moeten maken van buitenlandse wegen. Dat is toch tegen de Europese gedachte, zegt hij. Europa moet zorgen dat dit wordt afgeschaft, roept hij. Linda vindt het logisch dat sommige landen tol heffen. Wat vind jij: mogen andere Europese landen tol heffen als buitenlandse vervoerders gebruikmaken van hun wegen? Geef een argument voor je mening. GT-0233-a-13-2-o 10 / 17 lees verder

11 Amerika als ontwikkelingsland Bij de beantwoording van de vragen 29 tot en met 35 moet je soms gebruikmaken van informatiebron 8 in de bijlage. (Naar de Volkskrant 29 juli 2011) Op 31 juli 2011 zal de Amerikaanse overheid een schuld van miljard dollar hebben. Deze schuld neemt steeds verder toe. De politici hebben een maximum aan de schuld gesteld (het zogenoemde kredietplafond), maar de schuld dreigt hoger te worden dan dit maximum. Binnenkort moet de politiek een uitspraak doen of het kredietplafond verhoogd wordt. Wanneer het antwoord nee is, dan zit de Amerikaanse overheid met tal van problemen, bijvoorbeeld dat zij haar ambtenaren niet meer kan uitbetalen. Gebruik informatiebron 8. 1p 29 Jos en Andrew zijn vrienden. Ze zijn op zeilkamp in Friesland tijdens hun zomervakantie. Jos ziet bovenstaand bericht op zijn mobiel en vertelt dit aan Andrew. Andrew is van Amerikaanse afkomst en heeft daar veel familie wonen. Jos zegt: Wat een gigaschuld heeft Amerika! Hoeveel schuld is dat per Amerikaan? Bereken de staatsschuld per inwoner van Amerika. Schrijf je berekening op. 1p 30 Andrew schrikt van het bedrag. Maar, zegt hij, je moet het wel vergelijken met andere landen, misschien hebben die een net zo hoge staatsschuld per burger. Hoe zit dat bijvoorbeeld voor Nederland? Nederland heeft ook een behoorlijke staatsschuld per inwoner, namelijk $ Hoeveel procent is de gemiddelde staatsschuld van een Nederlander lager dan die van een Amerikaan? Schrijf je berekening op. Let op: wanneer je het antwoord op vraag 29 niet hebt, gebruik dan $ GT-0233-a-13-2-o 11 / 17 lees verder

12 2p 31 Andrew zegt dat Amerikanen de staatsschuld op dit moment het belangrijkste probleem vinden. Een van de gevaren van een oplopende staatsschuld is dat deze kan leiden tot een stijgende rente. Een vraag die veel mensen bezighoudt, volgens Andrew, is of de rente inderdaad omhoog zal gaan. Als het rentepercentage omhooggaat, heeft dit gevolgen voor de omvang van de besparingen én voor de omvang van de leningen. Dit heeft vervolgens weer gevolgen voor de bestedingen. Wat is het gevolg van een stijgende rente op de omvang van de besparingen, op de omvang van de leningen en op de bestedingen? Doe het zo: kies de juiste woorden tussen haakjes. Als de rente stijgt zal de omvang van de besparingen (1) (toenemen / afnemen) en daardoor zullen de bestedingen (2) (toenemen / afnemen). Als de rente stijgt zal de omvang van de leningen (3) (toenemen / afnemen) en daardoor zullen de bestedingen.(4).. (toenemen / afnemen). (1) = (2) = (3) = (4) = Jos zegt: Niet alleen overheidspersoneel komt op straat te staan wanneer Amerika het kredietplafond niet verhoogt. Ook het particuliere bedrijfsleven krijgt klappen en er zullen mensen ontslagen worden. Bedrijven die opdrachten uitvoeren voor de overheid krijgen niet meer betaald. Overheidsopdrachten zoals de aanleg van wegen zullen komen te vervallen. Andrew zegt dat de eens zo machtige Verenigde Staten op weg zijn om een ontwikkelingsland te worden. Jos vindt echter niet dat de Verenigde Staten een ontwikkelingsland zijn. Gebruik informatiebron 8. 2p 32 Volgens Jos heeft het ontstaan van de staatsschuld altijd te maken met de inkomsten en de uitgaven van een land. De in verhouding lage belastingdruk kan een oorzaak zijn voor de hoge staatsschuld van de VS. Leg dit verband uit. GT-0233-a-13-2-o 12 / 17 lees verder

13 1p 33 Nou, zegt Jos, wanneer de Amerikaanse overheid minder geld mag lenen, kan ze minder investeren. Ik denk dat Amerika zo in een vicieuze cirkel zal belanden. Hieronder staan vijf verschijnselen: 1 minder overheidsinvesteringen 2 de productie daalt 3 overheidsuitgaven stijgen 4 werkloosheid stijgt 5 minder overheidsinvesteringen Zet de verschijnselen in een zodanige volgorde dat een logische gedachtegang ontstaat. A B C D E F p 34 Jos vindt dat de Amerikaanse overheid haar uitgaven moet verlagen om de staatsschuld te verminderen. Met welke maatregel kan de overheid voldoen aan die voorwaarde? A De accijns op drank wordt verlaagd. B De aflossing van de staatsschuld wordt verlaagd. C De rente op de staatsschuld wordt verhoogd. D De ambtenarensalarissen worden verlaagd. Andrew zegt: Ik weet wel wat de Verenigde Staten moeten doen om hun staatsschuld te verminderen. Ze moeten de overheidsinkomsten verhogen. Jos zegt dat de staatsschuld dan nog niet automatisch vermindert. 1p 35 Om te komen tot een vermindering van de staatsschuld door hogere overheidsinkomsten, moet aan meerdere voorwaarden worden voldaan. In welk geval leiden hogere overheidsinkomsten tot een vermindering van de staatsschuld? A als de hogere overheidsinkomsten leiden tot meer werkloosheid B als de hogere overheidsinkomsten leiden tot minder werkloosheid C als de hogere overheidsinkomsten worden gebruikt voor aflossing van de staatsschuld D als de hogere overheidsinkomsten worden gebruikt voor betaling van de rente op de staatsschuld GT-0233-a-13-2-o 13 / 17 lees verder

14 Alexander en Felicity Bij de beantwoording van de vragen 36 tot en met 42 moet je soms gebruikmaken van de informatiebronnen 9, 10 en 11 in de bijlage. De familie Nova verheugt zich op dé feestmaand van het jaar: december, met St. Nicolaas, Kerst en de jaarwisseling. Bij de familie Nova worden de feestdagen altijd uitbundig gevierd. Alleen maken vader en moeder Nova, Alexander en Felicity, zich dit jaar zorgen. Zij hebben namelijk het afgelopen jaar een aantal financiële tegenvallers gehad. Bovendien gaat het komende jaar de premie van de zorgverzekering omhoog en zullen de voedselprijzen nog verder stijgen. Alexander Nova werkte bij een bank, die het afgelopen jaar failliet is gegaan. Hij heeft 7 jaar werkervaring als accountmanager en hij had een vast dienstverband. Hij ontvangt nu een WW-uitkering. Felicity heeft een klein baantje in de horeca. 1p 36 Onder welke categorie valt de WW? A belastingvoorziening B sociale voorziening C volksverzekering D werknemersverzekering Gebruik informatiebron 9. 2p 37 Alexander heeft 7 jaar werkervaring en ontvangt 70% van zijn laatst verdiende loon. Zijn laatst verdiende loon was precies gelijk aan het gemiddelde bruto maandsalaris bij financiële instellingen. Hoeveel ontvangt Alexander op dit moment aan bruto WW-uitkering per maand? Schrijf je berekening op. GT-0233-a-13-2-o 14 / 17 lees verder

15 Gelukkig hebben Alexander en Felicity nog wat spaargeld, maar dat willen ze liever niet gebruiken. Ze zoeken naar een mogelijkheid om kosten te besparen. De premie bij hun huidige zorgverzekeraar zal gaan stijgen. Vóór 31 december kunnen ze nog besluiten van zorgverzekeraar te veranderen. Hun kinderen zijn gratis meeverzekerd. Alexander en Felicity willen boven op het basispakket het aanvullende pakket inclusief een tandartsverzekering. Ze betalen nu 270,90 per maand aan premie. De maandpremie zal komend jaar met 10% stijgen. Gebruik informatiebron 10. 1p 38 Van twee zorgverzekeraars hebben ze de premies opgezocht. Welke zorgverzekeraar heeft het voordeligste aanbod? Laat dit met een berekening zien. Sinds het ontslag van Alexander is hun maandbudget fors teruggelopen. Vroeger vierden ze altijd uitbundig St. Nicolaas met dure cadeaus. Felicity en Alexander willen weten hoeveel er van het maandbudget overblijft voor cadeaus voor Sinterklaas. Gebruik informatiebron 11. 1p 39 Bereken of er van hun maandbudget iets overblijft voor Sinterklaascadeaus. Schrijf je berekening op. 1p 40 Onder welke categorie vallen de uitgaven voor Sinterklaascadeaus? A dagelijkse uitgaven B incidentele uitgaven C vaste lasten 1p 41 Het wordt passen en meten met de feestdagen. Felicity bedenkt dat ze de kleding voor de pop van dochter Esther, die op haar verlanglijstje staat, wel zelf kan maken. Hoe wordt deze productie genoemd? 1p 42 Felicity ziet dat ze moet bezuinigen. Ze gaat naar de site van het Nibud en zoekt naar bespaartips. Ze kijkt naar één van de tips: 'gebruik een boodschappenlijstje als je boodschappen gaat doen.' Felicity snapt de tip niet. Leg uit waarom de tip van het Nibud Felicity kan helpen om geld te besparen. GT-0233-a-13-2-o 15 / 17 lees verder

16 De ene reus slurpt de andere op Bij de beantwoording van de vragen 43 tot en met 48 hoef je géén gebruik te maken van een informatiebron. Uit een krant: Met de overname van C1000 slaat supermarktketen Jumbo een grote slag. Het Veghelse familiebedrijf is nu de grootste concurrent van Albert Heijn. C1000 heeft op dit moment 423 vestigingen in Nederland en Jumbo 302. Paul en Leonie, beiden werkzaam in een C1000-winkel in Amersfoort, hebben pauze en discussiëren erover of het nu wel zo slim is van Jumbo om C1000 over te nemen. 1p 43 Paul zegt tegen Leonie dat de C1000-winkels helemaal worden overgenomen door Jumbo, maar dat de naam C1000 in de beginfase blijft bestaan. Welke reden kan Jumbo hebben om de naam C1000 niet te veranderen in Jumbo? 2p 44 Paul zegt: Ik snap niet waarom Jumbo zo n groot bedrijf overneemt. Dat kost toch heel veel geld? Door de overname ontstaat een groot bedrijf, zegt Leonie. Noem voor Jumbo een voordeel én een nadeel van een groot bedrijf in vergelijking met een klein bedrijf. Leonie zegt dat deze overname in ieder geval betekent dat de omzet van Jumbo enorm zal toenemen. Zeker, zegt Paul, ik lees hier net op de website dat Jumbo en C1000 samen een omzet hebben van 7,5 miljard euro. Van de supermarkten is alleen Albert Heijn groter. Die heeft een omzet van 10 miljard euro. De overige supermarkten hebben samen een omzet van 15 miljard euro. 2p 45 Hoeveel bedraagt het marktaandeel in procenten van Jumbo en C1000 samen na de overname? Schrijf je berekening op. GT-0233-a-13-2-o 16 / 17 lees verder

17 1p 46 Leonie zegt: Jumbo en Albert Heijn hebben nu samen meer dan de helft van de hele markt in handen. Er is minder concurrentie en dus gaan de prijzen omhoog. Dat kan betekenen dat de werkloosheid toe gaat nemen. Hieronder staan vijf economische verschijnselen. 1 De prijzen in de supermarkten gaan omhoog. 2 De vraag naar goederen neemt af. 3 Er ontstaan overschotten. 4 Er wordt minder geproduceerd. 5 De werkloosheid neemt toe. Zet de verschijnselen in een zodanige volgorde dat een logische gedachtegang ontstaat. A B C D E F Paul denkt dat Jumbo en Albert Heijn niet gaan samenwerken. Hij zegt tegen Leonie: Ik vind het veel waarschijnlijker dat ze elkaar gaan beconcurreren en dat er een prijzenoorlog ontstaat. Nou, zegt Leonie, dat is dan in het voordeel van de consument, want de prijzen worden dan lager. 2p 47 Paul is niet overtuigd van het voordeel voor de consument bij een prijzenoorlog. Ik denk dat de consument op den duur nadeel heeft van een prijzenoorlog, zegt hij. Geef een argument voor de mening van Paul. Gebruik hierin twee denkstappen. Leonie zegt: Ik ben niet blij met deze overname door Jumbo. De kleine buurtsupermarkten, de slagers en de groenteboeren verdwijnen door een dergelijke overname nog sneller. Paul denkt dat die kleine winkels best wel kunnen blijven bestaan, maar dan moeten ze het wel slim aanpakken. 1p 48 Wat denk jij: zullen de kleine buurtsupermarkten sneller verdwijnen door de overname of zullen de kleine buurtsupermarkten juist een grotere kans hebben om te overleven door de overname? Geef een argument voor je keuze. Bronvermelding Een opsomming van de in dit examen gebruikte bronnen, zoals teksten en afbeeldingen, is te vinden in het bij dit examen behorende correctievoorschrift, dat na afloop van het examen wordt gepubliceerd. einde GT-0233-a-13-2-o 17 / 17 lees verder

18 Bijlage VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 economie CSE GL en TL GT-0233-a-13-2-b

19 Pinnen gaat het winnen informatiebron 1 uit een krant van 28 januari 2011 Pinnen In 2010 werd in totaal 2,1 miljard keer met de pinpas betaald. Dit is 8 procent vaker dan in In 2010 werd van de 5 miljard betaaltransacties op jaarbasis 2,1 miljard keer met pin afgerekend en 2,9 miljard keer met contant geld of met de chipknip. informatiebron 2 uit een krant van 28 januari 2011 Lage bedragen Het gemiddelde bedrag dat met de pinpas werd betaald daalde van ruim 39 in 2009 tot 37,55 in Chipknip In 2010 steeg het aantal betalingen met de chipknip met 0,7 procent tot 178 miljoen. De chipknip wordt vooral gebruikt bij het parkeren, catering of bij snoep- en drankautomaten. Het gemiddelde bedrag dat met de chipknip werd betaald bedroeg in beide jaren 2,61. Koekenbakker! informatiebron 3 Overzicht met betrekking tot de slecht lopende koeken van de afgelopen maand stroopwafel pindakoek omzet afzet in stuks grondstofkosten loonkosten overige kosten aantal machines 2 3 aantal werknemers 4 3 GT-0233-a-13-2-b 2 / 6 lees verder

20 informatiebron 4 Marktverwachtingen voedings- en genotsmiddelen hoog directe 0/+ mondbehoefte laag prijs van een maaltijd of product kort ++ gemakkelijk en lekker in de handtas - dagvoorraad koelkast tijdsduur tussen kopen en consumeren weekboodschappen 0/+ keukenkast 0 maandvoorraad kelderkast lang - = krimp; o = geen groei; o/+ = geen of lichte groei; ++ = forse groei GT-0233-a-13-2-b 3 / 6 lees verder

21 Stekker uit het spaarloon informatiebron 5 Spaarloonregeling Spaarloon was een spaarregeling die door de Nederlandse overheid was opgezet om met een belastingvoordeel een bedrag te kunnen sparen. Het belastingvoordeel werd behaald doordat de werknemer maximaal 613 van zijn brutoloon inlegde op zijn spaarloonrekening, zodat het belastbare inkomen lager werd; de werknemer betaalde geen inkomstenbelasting over het gedeelte van het loon dat hij inlegde op de spaarloonrekening. Het geld stond vier jaar vast, daarna mocht de werknemer het geld opnemen zonder er alsnog loonheffing of inkomstenbelasting over verschuldigd te zijn. Bovendien telde het saldo op de spaarloonrekening niet mee voor de vermogensrendementsheffing. Het opgebouwde tegoed kwam vrij in januari 2012 door de afschaffing van de spaarloonregeling. De deelnemers konden echter hun tegoed ook laten staan om gebruik te kunnen blijven maken van de vrijstelling in box 3 en niet over dit tegoed te hoeven afrekenen met de belastingdienst. Een voor allen, allen voor een! informatiebron 6 Onderstaand overzicht laat zien hoeveel kaas er in de afgelopen jaren in Nederland is gemaakt, gegeten en naar het buitenland is verzonden productie (x 1 miljoen kilogram) export (x 1 miljoen kilogram) consumptie in Nederland (in kilogram per persoon) 13,6 15,82 18,0 GT-0233-a-13-2-b 4 / 6 lees verder

22 informatiebron 7 Vervoersprestatie 2003 t/m 2009 x miljard ton km 44,7 51,2 48,4 48,3 41,6 41,6 37,8 22,9 24,2 23,7 23,6 23,7 25,5 23, Legenda: binnenlands grensoverschrijdend Amerika als ontwikkelingsland informatiebron 8 land Verenigde Nederland Staten bruto nationaal product (in mld $) aantal inwoners ( x mln) ,5 staatsschuld (in mld $) staatsschuldquote 1) 100% 66% belastingdruk 2) 26,9% 39,8% noot 1 staatsschuld in procenten van het nationaal inkomen noot 2 alle belastingen als percentage van het nationaal inkomen GT-0233-a-13-2-b 5 / 6 lees verder

23 Alexander en Felicity informatiebron 9 gemiddeld bruto maandsalaris bij financiële instellingen aantal jaren werkervaring (het staafdiagram is vereenvoudigd weergegeven) informatiebron 10 maandpremies 2012 van enkele zorgverzekeraars per volwassene verzekeraar basispakket aanvullend tandarts Zeker en Vast 96,70 21,41 (inclusief - tandarts) Altijd Zeker 75,50 20,00 3,75 informatiebron 11 maandbedragen Alexander en Felicity na het ontslag (netto-)inkomsten uit loon + uitkering kinderbijslag 200 vaste lasten dagelijkse uitgaven incidentele uitgaven 500 einde GT-0233-a-13-2-b 6 / 6 lees verder

24 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 economie CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen 1 Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 41 en 42 van het Eindexamenbesluit v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o. Voorts heeft het College voor Examens (CvE) op grond van artikel 2 lid 2d van de Wet CvE de Regeling beoordelingsnormen en bijbehorende scores centraal examen vastgesteld. Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 36, 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: 1 De directeur doet het gemaakte werk met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen en het proces-verbaal van het examen toekomen aan de examinator. Deze kijkt het werk na en zendt het met zijn beoordeling aan de directeur. De examinator past de beoordelingsnormen en de regels voor het toekennen van scorepunten toe die zijn gegeven door het College voor Examens. 2 De directeur doet de van de examinator ontvangen stukken met een exemplaar van de opgaven, de beoordelingsnormen, het proces-verbaal en de regels voor het bepalen van de score onverwijld aan de gecommitteerde toekomen. 3 De gecommitteerde beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past de beoordelingsnormen en de regels voor het bepalen van de score toe die zijn gegeven door het College voor Examens. GT-0233-a-13-2-c.doc 1 lees verder

25 De gecommitteerde voegt bij het gecorrigeerde werk een verklaring betreffende de verrichte correctie. Deze verklaring wordt mede ondertekend door het bevoegd gezag van de gecommitteerde. 4 De examinator en de gecommitteerde stellen in onderling overleg het aantal scorepunten voor het centraal examen vast. 5 Indien de examinator en de gecommitteerde daarbij niet tot overeenstemming komen, wordt het geschil voorgelegd aan het bevoegd gezag van de gecommitteerde. Dit bevoegd gezag kan hierover in overleg treden met het bevoegd gezag van de examinator. Indien het geschil niet kan worden beslecht, wordt hiervan melding gemaakt aan de inspectie. De inspectie kan een derde onafhankelijke gecommitteerde aanwijzen. De beoordeling van de derde gecommitteerde komt in de plaats van de eerdere beoordelingen. 2 Algemene regels Voor de beoordeling van het examenwerk zijn de volgende bepalingen uit de regeling van het College voor Examens van toepassing: 1 De examinator vermeldt op een lijst de namen en/of nummers van de kandidaten, het aan iedere kandidaat voor iedere vraag toegekende aantal scorepunten en het totaal aantal scorepunten van iedere kandidaat. 2 Voor het antwoord op een vraag worden door de examinator en door de gecommitteerde scorepunten toegekend, in overeenstemming met het beoordelingsmodel. Scorepunten zijn de getallen 0, 1, 2,..., n, waarbij n het maximaal te behalen aantal scorepunten voor een vraag is. Andere scorepunten die geen gehele getallen zijn, of een score minder dan 0 zijn niet geoorloofd. 3 Scorepunten worden toegekend met inachtneming van de volgende regels: 3.1 indien een vraag volledig juist is beantwoord, wordt het maximaal te behalen aantal scorepunten toegekend; 3.2 indien een vraag gedeeltelijk juist is beantwoord, wordt een deel van de te behalen scorepunten toegekend, in overeenstemming met het beoordelingsmodel; 3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het beoordelingsmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk juist aangemerkt kan worden, moeten scorepunten worden toegekend naar analogie of in de geest van het beoordelingsmodel; 3.4 indien slechts één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, wordt uitsluitend het eerstgegeven antwoord beoordeeld; 3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal het gevraagde aantal; 3.6 indien in een antwoord een gevraagde verklaring of uitleg of afleiding of berekening ontbreekt dan wel foutief is, worden 0 scorepunten toegekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is aangegeven; 3.7 indien in het beoordelingsmodel verschillende mogelijkheden zijn opgenomen, gescheiden door het teken /, gelden deze mogelijkheden als verschillende formuleringen van hetzelfde antwoord of onderdeel van dat antwoord; 3.8 indien in het beoordelingsmodel een gedeelte van het antwoord tussen haakjes staat, behoeft dit gedeelte niet in het antwoord van de kandidaat voor te komen; GT-0233-a-13-2-c.doc lees verder

26 3.9 indien een kandidaat op grond van een algemeen geldende woordbetekenis, zoals bijvoorbeeld vermeld in een woordenboek, een antwoord geeft dat vakinhoudelijk onjuist is, worden aan dat antwoord geen scorepunten toegekend, of tenminste niet de scorepunten die met de vakinhoudelijke onjuistheid gemoeid zijn. 4 Het juiste antwoord op een meerkeuzevraag is de hoofdletter die behoort bij de juiste keuzemogelijkheid. Voor een juist antwoord op een meerkeuzevraag wordt het in het beoordelingsmodel vermelde aantal scorepunten toegekend. Voor elk ander antwoord worden geen scorepunten toegekend. Indien meer dan één antwoord gegeven is, worden eveneens geen scorepunten toegekend. 5 Een fout mag in de uitwerking van een vraag maar één keer worden aangerekend, tenzij daardoor de vraag aanzienlijk vereenvoudigd wordt en/of tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld. 6 Een zelfde fout in de beantwoording van verschillende vragen moet steeds opnieuw worden aangerekend, tenzij in het beoordelingsmodel anders is vermeld. 7 Indien de examinator of de gecommitteerde meent dat in een examen of in het beoordelingsmodel bij dat examen een fout of onvolkomenheid zit, beoordeelt hij het werk van de kandidaten alsof examen en beoordelingsmodel juist zijn. Hij kan de fout of onvolkomenheid mededelen aan het College voor Examens. Het is niet toegestaan zelfstandig af te wijken van het beoordelingsmodel. Met een eventuele fout wordt bij de definitieve normering van het examen rekening gehouden. 8 Scorepunten worden toegekend op grond van het door de kandidaat gegeven antwoord op iedere vraag. Er worden geen scorepunten vooraf gegeven. 9 Het cijfer voor het centraal examen wordt als volgt verkregen. Eerste en tweede corrector stellen de score voor iedere kandidaat vast. Deze score wordt meegedeeld aan de directeur. De directeur stelt het cijfer voor het centraal examen vast op basis van de regels voor omzetting van score naar cijfer. NB1 Het aangeven van de onvolkomenheden op het werk en/of het noteren van de behaalde scores bij de vraag is toegestaan, maar niet verplicht. Evenmin is er een standaardformulier voorgeschreven voor de vermelding van de scores van de kandidaten. Het vermelden van het schoolexamencijfer is toegestaan, maar niet verplicht. Binnen de ruimte die de regelgeving biedt, kunnen scholen afzonderlijk of in gezamenlijk overleg keuzes maken. NB2 Als het College voor Examens vaststelt dat een centraal examen een onvolkomenheid bevat, kan het besluiten tot een aanvulling op het correctievoorschrift. Een aanvulling op het correctievoorschrift wordt zo spoedig mogelijk nadat de onvolkomenheid is vastgesteld via Examenblad.nl verstuurd aan de examensecretarissen. Soms komt een onvolkomenheid pas geruime tijd na de afname aan het licht. In die gevallen vermeldt de aanvulling: NB a. Als het werk al naar de tweede corrector is gezonden, past de tweede corrector deze aanvulling op het correctievoorschrift toe. b. Als de aanvulling niet is verwerkt in de naar Cito gezonden WOLF-scores, voert Cito dezelfde wijziging door die de correctoren op de verzamelstaat doorvoeren. GT-0233-a-13-2-c.doc lees verder

27 Een onvolkomenheid kan ook op een tijdstip geconstateerd worden dat een aanvulling op het correctievoorschrift ook voor de tweede corrector te laat komt. In dat geval houdt het College voor Examens bij de vaststelling van de N-term rekening met de onvolkomenheid. 3 Vakspecifieke regels Voor dit examen kunnen maximaal 59 scorepunten worden behaald. Voor dit examen zijn de volgende vakspecifieke regels vastgesteld: Voor rekenfouten worden geen scorepunten afgetrokken. Wanneer echter de kandidaat bij een berekening kennelijk verzuimd heeft door schatting controle op het antwoord uit te oefenen, wordt voor deze fouten één scorepunt afgetrokken tot een maximum van twee scorepunten voor het geheel van de open vragen. 4 Beoordelingsmodel Vraag Antwoord Scores Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. Pinnen gaat het winnen 1 maximumscore 1 indirecte ruil Voorbeeld van een juist argument: Het saldo/geld op de bankrekening wordt met behulp van de pinpas gebruikt als ruilmiddel. Goederen worden geruild tegen (giraal) geld. 2 maximumscore 1 Voorbeelden van een juist voordeel: De consument hoeft geen contant geld mee te dragen, dus het is makkelijker. Er is minder kans op verlies/diefstal van het geld. 3 A 4 B GT-0233-a-13-2-c.doc lees verder

28 Vraag Antwoord Scores 5 maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: 2011: 2,1 miljard x 1,08 = 2,268 miljard 2012: 2,268 miljard x 1,08 = 2,44944 miljard : 2,44944 miljard x 1,08 = 2, miljard Dus in Opmerking Een andere juiste manier van afronden niet fout rekenen. 6 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste berekening: 2,61 x = maximumscore 1 Voorbeelden van een juist antwoord: Alle betalingstransacties zouden dan via een bank moeten plaatsvinden. (Dat kan erg omslachtig zijn.) De tweedehandsmarkt zal moeilijker worden. Mensen kunnen elkaar alleen nog betalen via overschrijven van geld. Je kunt niet overal ter wereld betalen met pin. Koekenbakker! 8 maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: Verkoopprijs: / = 0,50 1 Kosten: ( ) / = 0,40 Nettowinst = 0,50-0,40 = 0,10 1 of Omzet min kosten = = Nettowinst per stroopwafel: / = 0, maximumscore 1 Voorbeelden van een juist argument: De stroopwafel draagt bij aan de totale winst. Zo houdt men een breed assortiment. 10 A GT-0233-a-13-2-c 5 lees verder

29 Vraag Antwoord Scores 11 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste berekening: : 3 = koeken of : 3 = 9.333,33 Opmerkingen Een andere juiste manier van afronden niet fout rekenen. Wanneer bij vraag 10 het verkeerde antwoordalternatief gekozen is, mag dat hier niet als doorwerkende fout beschouwd worden. 12 maximumscore 2 (1) = kort 1 (2) = hoog 1 13 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste mogelijkheid: Ze kunnen de stroopwafels apart verpakken zodat ze makkelijk mee te nemen zijn. Stekker uit het spaarloon 14 maximumscore 1 Voorbeeld van een juist antwoord: Het gespaarde bedrag ging van het (bruto)loon af. Mensen spaarden zo automatisch (en kwamen niet in de verleiding het uit te geven). 15 D 16 maximumscore 1 Voorbeeld van een juist argument: De banken kunnen het geld dan makkelijker uitlenen dan het geld van een gewone bankrekening (dat steeds opeisbaar is). GT-0233-a-13-2-c 6 lees verder

30 Vraag Antwoord Scores 17 maximumscore 2 inleg 613,00 belastingpercent P = 257,46 age 42% netto-inleg Q = 355,54 1 opgenomen bedrag procentuele toename 613,00 R = ( 613,00-355,54) / 355,54 x 100% = 72,4% 1 Opmerking Wanneer bij P 257 of 258 is gebruikt, dit ook goed rekenen. Denk aan doorwerkfouten. 18 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste verklaring: Als Hennie het geld op een gewone spaarrekening zet, moet hij over 4% rendement 30% belasting betalen. Dat is 1,2% over dit spaargeld. Hij zou dan netto (ongeveer) 1,4% overhouden en dat is minder dan de 1,9% van de spaarloonrekening. 19 maximumscore 1 Voorbeeld van een juist argument: Het is niet zeker dat het extra nettoloon ook wordt uitgegeven. Misschien sparen ze dit nu op een andere manier. 20 maximumscore 1 Voorbeeld van een juist argument: De te betalen rente op een lening is hoger dan de te ontvangen rente op een spaarrekening. Een voor allen, allen voor een! 21 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste berekening: 563 mln kg / 738 mln kg x 100 % = 76,3% Opmerking Een andere juiste manier van afronden niet fout rekenen. GT-0233-a-13-2-c 7 lees verder

31 Vraag Antwoord Scores 22 maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening 18 kilo x 16 mln = 288 mln kg consumptie in Nederland 1 Beschikbaar voor consumptie: 738 mln kg 563 mln kg = 175 mln kg. 288 mln kg 175 mln kg = 113 mln kg import 1 23 C 24 A 25 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste reden: Bij grensoverschrijdend verkeer zijn de afstanden en/of is het tonnage over het algemeen groter dan in het binnenland. 26 maximumscore 1 Voorbeelden van een juist voordeel: Door de binnenvaart wordt (per tonkilometer) minder CO 2 en fijnstof uitgestoten dan door het wegvervoer. De binnenvaart heeft minder te maken met files. 27 maximumscore 1 Voorbeelden van een juist kenmerk: het gebruik van de euro binnen de eurozone gemeenschappelijke importheffingen 28 maximumscore 1 Voorbeelden van een juist argument indien geantwoord ja: Het kost die landen geld de wegen te onderhouden. Het is redelijk dat de gebruikers hieraan meebetalen. Daardoor is er sprake van eerlijke concurrentie tussen binnenlandse en buitenlandse vervoerders. Voorbeeld van een juist argument indien geantwoord nee: Alle Europese landen hebben baat bij goed en goedkoop vervoer. Als iedereen van elkaars wegen gebruik mag maken worden tijd en geld bespaard. GT-0233-a-13-2-c 8 lees verder

32 Vraag Antwoord Scores Amerika als ontwikkelingsland 29 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste berekening: $ miljard / 309 miljoen = $ (afgerond) Opmerking Een andere juiste manier van afronden niet fout rekenen. 30 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste berekening: ($ $ ) / $ x 100 % = 33,5 %. De schuld van een Nederlander is 33,5 % lager dan van een Amerikaan of ($ $ ) / $ x 100 % = 31,6 % Opmerking Een andere juiste manier van afronden niet fout rekenen. 31 maximumscore 2 (1) toenemen (2) afnemen 1 (3) afnemen (4) afnemen 1 32 maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste uitleg: In de VS betalen de inwoners in verhouding weinig belasting. De inkomsten van de Amerikaanse overheid zijn hierdoor in verhouding laag 1 Daarom moet de overheid voor haar omvangrijke uitgaven veel geld lenen 1 33 B 34 D 35 C GT-0233-a-13-2-c 9 lees verder

33 Vraag Antwoord Scores Alexander en Felicity 36 D 37 maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: aflezen grafiek x 0,7 = per maand 1 38 maximumscore 1 Altijd Zeker is de goedkoopste aanbieder. Voorbeeld van een juiste berekening: Maandpremie: Zeker en Vast (2 x ( 96, ,41)) = 236,22 Altijd Zeker (2 x ( 75, ,75)) = 198,50 39 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste berekening: ( ) ( ) = 50 tekort (Nee, er blijft niets over. Sterker: er is een tekort!) 40 B 41 maximumscore 1 zelfvoorziening 42 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste uitleg: Felicity koopt dan alléén de producten die op haar lijstje staan. Ze verspilt geen geld aan producten die ze ziet liggen en daardoor koopt (impulsaankopen). De ene reus slurpt de andere op 43 maximumscore 1 Voorbeelden van een juiste reden: De winstgevendheid van C1000 is goed, die kan op deze manier voortgezet worden. De formule van C1000 werkt op dit moment heel goed, het is zonde wanneer die overboord gezet wordt. Zo zijn er geen kosten aan logo- en naamsverandering op gevels en papier. GT-0233-a-13-2-c 10 lees verder

34 Vraag Antwoord Scores 44 maximumscore 2 Een juist voordeel: 1 Voorbeelden: korting op gezamenlijke inkoop meer eisen kunnen stellen doordat je een grotere speler op de markt bent verbetering van de logistiek Een juist nadeel 1 Voorbeelden: Een grote organisatie is onoverzichtelijk. Een groot bedrijf kan minder snel inspelen op veranderingen. 45 maximumscore 2 Voorbeeld van een juiste berekening: 7,5 miljard + 10 miljard + 15 miljard = 32,5 miljard 1 7,5 miljard / 32,5 miljard x 100 % = 23,1% 1 Opmerking Een andere juiste manier van afronden niet fout rekenen. 46 A 47 maximumscore 2 Voorbeeld van een juist argument: Door de prijzenoorlog zullen de prijzen gaan dalen. Hierdoor zullen een aantal supermarkten de prijzenoorlog niet overleven 1 Hierna zullen de prijzen waarschijnlijk hoger worden dan ze voor de prijzenoorlog waren 1 48 maximumscore 1 Voorbeeld van een juist argument indien gekozen voor sneller verdwijnen: Doordat de concurrenten groter worden hebben zij een kostenvoordeel. Dit berekenen ze door aan hun klanten, waardoor het voor de buurtsuper nóg moeilijker wordt te concurreren. Voorbeeld van een juist argument indien gekozen voor minder snel verdwijnen: Doordat de concurrenten groter worden, kunnen kleine buurtsupers zich nog beter onderscheiden als het gaat om service en persoonlijke aandacht. GT-0233-a-13-2-c 11 lees verder

35 5 Inzenden scores Verwerk de scores van alle kandidaten per school in het programma WOLF. Zend de gegevens uiterlijk op 21 juni naar Cito. 6 Bronvermeldingen informatiebron 4 FSIN analyses 2011 informatiebron 7 NIWO/CBS informatiebron 8 informatiebron 9 GT-0233-a-13-2-c 12 lees verder einde

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 economie CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Bijlage VMBO-GL en TL

Bijlage VMBO-GL en TL Bijlage VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 economie CSE GL en TL GT-0233-a-13-2-b Pinnen gaat het winnen informatiebron 1 uit een krant van 28 januari 2011 Pinnen In 2010 werd in totaal 2,1 miljard keer met

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 Spaans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 tijdvak 1 Arabisch CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 tijdvak 1 Engels CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2011 tijdvak 2 Frans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 tijdvak 1 Spaans CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 1 Arabisch CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 tijdvak 1 Engels CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2011 tijdvak 1 Frans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2016

Correctievoorschrift VMBO-KB 2016 Correctievoorschrift VMBO-KB 2016 tijdvak 1 economie CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 tijdvak 1 Spaans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

economie CSE GL en TL

economie CSE GL en TL Examen VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 dinsdag 18 juni 13.30-15.30 uur economie CSE GL en TL Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 48 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 59 punten te

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 tijdvak 1 Arabisch CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2012 tijdvak 1 Arabisch CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2013

Correctievoorschrift VMBO-KB 2013 Correctievoorschrift VMBO-KB 2013 tijdvak 2 Engels CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2013

Correctievoorschrift VWO 2013 Correctievoorschrift VWO 2013 tijdvak 2 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 Correctievoorschrift VMBO-BB 203 tijdvak wiskunde CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015 tijdvak 1 Spaans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2011 tijdvak 1 Arabisch CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2011 tijdvak 1 Spaans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB

Correctievoorschrift VMBO-KB Correctievoorschrift VMBO-KB 2011 tijdvak 1 Arabisch CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2014

Correctievoorschrift VWO 2014 Correctievoorschrift VWO 2014 tijdvak 2 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 tijdvak 1 Arabisch CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015 tijdvak 2 Spaans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2015

Correctievoorschrift VMBO-KB 2015 Correctievoorschrift VMBO-KB 2015 tijdvak 2 Engels CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 tijdvak 1 wiskunde CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 tijdvak 1 aardrijkskunde CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 tijdvak 2 Engels CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 tijdvak 1 Arabisch CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 tijdvak 1 Nederlands CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2015

Correctievoorschrift VMBO-KB 2015 Correctievoorschrift VMBO-KB 2015 tijdvak 1 Arabisch CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 1 Duits CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2012

Correctievoorschrift VMBO-BB 2012 Correctievoorschrift VMBO-BB 2012 tijdvak 1 Engels CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2015

Correctievoorschrift VMBO-BB 2015 Correctievoorschrift VMBO-BB 2015 tijdvak 1 wiskunde CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2009 tijdvak 1 Frans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 tijdvak 1 maatschappijleer 2 CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 beeldende vakken CPE GL en TL textiele werkvormen Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 tijdvak 2 wiskunde CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2013

Correctievoorschrift HAVO 2013 Correctievoorschrift HAVO 2013 tijdvak 1 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2013

Correctievoorschrift VWO 2013 Correctievoorschrift VWO 2013 tijdvak 1 Arabisch Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2016

Correctievoorschrift VMBO-BB 2016 Correctievoorschrift VMBO-BB 2016 tijdvak 1 wiskunde CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2010 tijdvak 2 Frans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2013

Correctievoorschrift HAVO 2013 Correctievoorschrift HAVO 2013 tijdvak 1 Russisch Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 beeldende vakken CPE GL en TL tekenen Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2014

Correctievoorschrift VWO 2014 Correctievoorschrift VWO 2014 tijdvak 1 Russisch Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2015

Correctievoorschrift HAVO 2015 Correctievoorschrift HAVO 2015 tijdvak 1 Arabisch Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2014

Correctievoorschrift HAVO 2014 Correctievoorschrift HAVO 2014 tijdvak 2 management & organisatie Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 tijdvak 1 Nederlands CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO

Correctievoorschrift HAVO Correctievoorschrift HAVO 2010 tijdvak 2 economie tevens oud programma economie 1,2 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2012

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2012 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2012 tijdvak 1 Duits CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB

Correctievoorschrift VMBO-BB Correctievoorschrift VMBO-BB 2009 tijdvak 1 wiskunde CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2014

Correctievoorschrift VWO 2014 Correctievoorschrift VWO 04 tijdvak wiskunde C Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores Regels voor

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2014

Correctievoorschrift HAVO 2014 Correctievoorschrift HAVO 2014 tijdvak 2 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2019

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2019 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2019 tijdvak 1 Engels CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2015

Correctievoorschrift VMBO-KB 2015 Correctievoorschrift VMBO-KB 2015 tijdvak 1 wiskunde CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 tijdvak 1 Engels CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2012

Correctievoorschrift HAVO 2012 Correctievoorschrift HAVO 0 tijdvak wiskunde A Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores Regels voor

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2013

Correctievoorschrift HAVO 2013 Correctievoorschrift HAVO 2013 tijdvak 2 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2014

Correctievoorschrift VWO 2014 Correctievoorschrift VWO 2014 tijdvak 1 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2015

Correctievoorschrift HAVO 2015 Correctievoorschrift HAVO 2015 tijdvak 2 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2012

Correctievoorschrift HAVO 2012 Correctievoorschrift HAVO 2012 tijdvak 1 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014

Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 Correctievoorschrift VMBO-KB 2014 tijdvak 1 Duits CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2019

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2019 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2019 tijdvak 2 Engels CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2013

Correctievoorschrift VMBO-KB 2013 Correctievoorschrift VMBO-KB 2013 tijdvak 1 Duits CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013

Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 Correctievoorschrift VMBO-BB 2013 tijdvak 1 maatschappijleer 2 CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2013 tijdvak 2 wiskunde CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2012

Correctievoorschrift VMBO-BB 2012 Correctievoorschrift VMBO-BB 2012 tijdvak 1 Spaans CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2015

Correctievoorschrift VWO 2015 Correctievoorschrift VWO 205 tijdvak 2 wiskunde C Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores Regels

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2013

Correctievoorschrift HAVO 2013 Correctievoorschrift HAVO 2013 tijdvak 1 Arabisch Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB

Correctievoorschrift VMBO-BB Correctievoorschrift VMBO-BB 2011 tijdvak 1 wiskunde CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2017

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2017 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2017 tijdvak 2 Engels CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2015

Correctievoorschrift VWO 2015 Correctievoorschrift VWO 205 tijdvak 2 wiskunde A Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores Regels

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO

Correctievoorschrift HAVO Correctievoorschrift HAVO 2007 tijdvak 1 economie 1 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 1 Regels

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2012

Correctievoorschrift HAVO 2012 Correctievoorschrift HAVO 0 tijdvak wiskunde A (pilot) Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores Regels

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2017

Correctievoorschrift VMBO-BB 2017 Correctievoorschrift VMBO-BB 2017 tijdvak 1 wiskunde CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2018

Correctievoorschrift HAVO 2018 Correctievoorschrift HAVO 2018 tijdvak 2 Spaans Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2015

Correctievoorschrift VMBO-KB 2015 Correctievoorschrift VMBO-KB 2015 tijdvak 2 Spaans CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO

Correctievoorschrift HAVO Correctievoorschrift HAVO 2008 tijdvak 1 economie 1 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 1 Regels

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2012

Correctievoorschrift VWO 2012 Correctievoorschrift VWO 0 tijdvak wiskunde C Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores Regels voor de

Nadere informatie

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:

Voor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang: economie 1 Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 20 06 Tijdvak 1 Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2018

Correctievoorschrift VMBO-KB 2018 Correctievoorschrift VMBO-KB 2018 tijdvak 1 Arabisch CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2016

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2016 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2016 tijdvak 2 wiskunde CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2018

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2018 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2018 tijdvak 1 Arabisch CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2015 tijdvak 1 Arabisch CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014

Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 Correctievoorschrift VMBO-BB 2014 tijdvak 1 biologie CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB 2013

Correctievoorschrift VMBO-KB 2013 Correctievoorschrift VMBO-KB 2013 tijdvak 2 economie CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2017

Correctievoorschrift VMBO-BB 2017 Correctievoorschrift VMBO-BB 2017 tijdvak 1 Arabisch CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB

Correctievoorschrift VMBO-KB Correctievoorschrift VMBO-KB 2008 tijdvak 2 economie CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-KB

Correctievoorschrift VMBO-KB Correctievoorschrift VMBO-KB 2009 tijdvak 2 economie CSE KB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2012

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2012 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2012 tijdvak 2 Frans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 tijdvak 2 wiskunde CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-BB 2018

Correctievoorschrift VMBO-BB 2018 Correctievoorschrift VMBO-BB 2018 tijdvak 1 Arabisch CSE BB Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Aanleveren

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2016

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2016 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2016 tijdvak 1 Spaans CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014

Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2014 tijdvak 1 Duits CSE GL en TL Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden

Nadere informatie

Correctievoorschrift HAVO 2012

Correctievoorschrift HAVO 2012 Correctievoorschrift HAVO 2012 tijdvak 1 Arabisch Het correctievoorschrift bestaat uit: 1 Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel 5 Inzenden scores 6 Bronvermeldingen

Nadere informatie