Fiery Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260. Afdrukopties

Transcriptie

1 Fiery Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260 Afdrukopties

2 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product mei 2007

3 INHOUD 3 INHOUD INLEIDING 5 Terminologie en conventies 5 Over dit document 6 OVERZICHT VAN DE AFDRUKOPTIES 7 Over printerstuurprogramma s en printerdefinitiebestanden 7 Over afdrukopties 8 Hiërarchie voor het vervangen van afdrukopties 8 Afdrukopties instellen 8 AFDRUKOPTIES 10 Afdrukopties en instellingen 10 Bijkomende informatie 30 Automatisch overvullen 30 Boekje maken 30 Boekje afdrukken 32 Aanpassing voor centreren 36 Aanpassing voor opkruipen 37 Dubbelzijdig afdrukken 38 Handmatig dubbelzijdig 39 Beeldverschuiving 43 Schaal 44 Beveiligd afdrukken 44 Gebruikersauthenticatie 45 INDEX 47

4

5 INLEIDING 5 INLEIDING Dit document beschrijft de afdrukopties van de Color Server voor Xerox DocuColor 242/ 252/260. Voor meer informatie over ondersteunde besturingssystemen en systeemvereisten raadpleegt u Welkom. Terminologie en conventies Dit document gebruikt de volgende terminologie en conventies. Term of conventie Aero Verwijst naar Fiery Color Server (in illustraties en voorbeelden) Fiery Color Server Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260 Kopieermachine DocuColor 242/252 en DocuColor 260 Mac OS Titels in cursief Apple Mac OS X Andere documenten in dit pakket Windows Microsoft Windows 2000, Windows XP, Windows Server 2003 Onderwerpen waarvoor aanvullende informatie beschikbaar is door de Help te openen in de software Tips en informatie Belangrijke informatie Belangrijke informatie over problemen die u of anderen lichamelijke schade kunnen toebrengen

6 INLEIDING 6 Over dit document Dit document behandelt de volgende onderwerpen: Informatie over printerstuurprogramma s, printerdefinitiebestanden en het instellen van de afdrukopties van de Fiery Color Server Beknopte verklaringen van elke afdrukoptie, standaardinstellingen en eventuele beperkingen of vereisten Bijkomende details van specifieke afdrukopties

7 OVERZICHT VAN DE AFDRUKOPTIES 7 OVERZICHT VAN DE AFDRUKOPTIES Dit hoofdstuk beschrijft de printerstuurprogramma s en de printerdefinitiebestanden (PPD/ PDD), de afdrukopties van de Fiery Color Server en de locaties voor het instellen van afdrukopties. Over printerstuurprogramma s en printerdefinitiebestanden De Fiery Color Server ontvangt bestanden van computers op het netwerk, verwerkt deze bestanden (RIP) en stuurt ze vervolgens naar de kopieermachine. Windows- en Mac OScomputers communiceren met de Fiery Color Server met behulp van een printerstuurprogramma en PostScript-printerdefinitiebestanden (PPD-bestanden). Windowscomputers kunnen ook met de Fiery Color Server communiceren door middel van een printerstuurprogramma in Printer Control Language (PCL) (printerbesturingstaal) en PDDbestanden (het equivalent van PCL van PPD-bestanden). Beide stuurprogramma s bieden toegang tot speciale functies van de Fiery Color Server via het dialoogvenster Afdrukken. De communicatie tussen de toepassingssoftware en de printer wordt bestuurd door een printerstuurprogramma. Dit programma interpreteert de instructies die de toepassing genereert, voegt deze samen met printerspecifieke opties die u instelt en vertaalt alle informatie in Adobe PostScript of PCL, talen die door de printer kunnen worden geïnterpreteerd. Met andere woorden, het stuurprogramma schrijft een PostScript- of PCLbestand op basis van het oorspronkelijke bestand en de opties die u hebt ingesteld in het dialoogvenster Afdrukken. Met een printerstuurprogramma kunt u ook specifieke afdrukopties voor uw kopieermachine selecteren. Hiervoor moet het printerstuurprogramma worden gekoppeld aan een PPD/PDDbestand voor uw Fiery Color Server. Een PPD/PDD-bestand bevat gegevens over de functies en mogelijkheden van een bepaalde printer (bijvoorbeeld welke papierformaten en mediasoorten deze ondersteunt). Het printerstuurprogramma leest de gegevens in dit PPD/ PDD-bestand en zet deze gegevens om in opties die u selecteert in het dialoogvenster Afdrukken. Het PPD/PDD-bestand voor de Fiery Color Server bevat informatie over de eigenschappen van zowel de kopieermachine als de Fiery Color Server. Raadpleeg voor informatie over de specifieke afdrukopties van de Fiery Color Server de tabel die op pagina 11 begint.

8 OVERZICHT VAN DE AFDRUKOPTIES 8 Over afdrukopties Aan de hand van afdrukopties kunt u de speciale functies van de kopieermachine en de Fiery Color Server gebruiken. De afdrukopties kunnen op verscheidene locaties worden ingesteld in de Setup van de Fiery Color Server, of in de toepassing waarin wordt afgedrukt, ColorWise Pro Tools, Hot Folders of Command WorkStation. Hiërarchie voor het vervangen van afdrukopties Bij het vervangen van afdrukopties wordt de volgende hiërarchie gehanteerd: De printerinstellingen van een gebruiker hebben voorrang op de instellingen in de Setup van de Fiery Color Server en op de instellingen van ColorWise Pro Tools. Instellingen die in Hot Folders worden gekozen, hebben voorrang op de instellingen van het printerstuurprogramma van de gebruiker. Instellingen die in Command WorkStation worden gekozen, hebben voorrang op de instellingen van het printerstuurprogramma van de gebruiker. Afdrukopties instellen In Setup Bepaalde instellingen worden tijdens Setup door de beheerder opgegeven. Neem contact op met de beheerder of de operator voor informatie over de huidige standaardinstellingen van de server. In toepassingen Met de printerstuurprogramma s van Adobe PostScript kunt u taakinstellingen opgeven wanneer u een taak afdrukt. Zie Afdrukken uit Windows voor informatie over het opgeven van taakinstellingen in Windows-toepassingen. Zie Afdrukken uit Mac OS voor informatie over het opgeven van taakinstellingen in Mac OS-toepassingen. In ColorWise Pro Tools Selecteer de standaardinstellingen voor CMYK-simulatieprofiel, CMYKsimulatiemethode, RGB-bronprofiel, RGB-scheiding, Uitvoerprofiel, Weergavestijl, Steunkleuraanpassing, Tekst/lijntekeningen zwart, Zwarte overdruk en Grijs afdrukken met alleen zwart in ColorWise Pro Tools. Zie Afdrukken in kleur voor meer informatie over het gebruik van ColorWise Pro Tools.

9 OVERZICHT VAN DE AFDRUKOPTIES 9 In Hot Folders Wijs een groep afdrukopties toe aan een Hot Folder. Als u afdrukopties aan een Hot Folder toewijst, gelden de afdrukopties voor alle afdruktaken die via de Hot Folder worden verzonden. Deze afdrukopties hebben voorrang op eventuele standaard opties. Zie Hot Folders Help voor meer informatie. Instellingen vervangen vanuit Command WorkStation Als u taakinstellingen wilt wijzigen via Command WorkStation, dubbelklikt u op een taak om het dialoogvenster Eigenschappen weer te geven. Raadpleeg Command Workstation Help voor meer informatie over het gebruik van Command WorkStation.

10 AFDRUKOPTIES 10 AFDRUKOPTIES Dit hoofdstuk verklaart elke afdrukoptie, standaardinstelling, locatie van de afdrukoptie in het printerstuurprogramma, en eventuele beperkingen of vereisten. Het geeft ook bijkomende details van specifieke afdrukopties, vanaf pagina 30. Afdrukopties en instellingen In de volgende tabellen zijn de onderstreepte instellingen in de kolom Opties en instellingen de standaardwaarden van het printerstuurprogramma (PPD/PDD-standaardwaarden). Dit betekent dat de Fiery Color Server de taak afdrukt met de onderstreepte standaardinstelling als u geen opties configureert in de interface van een printerstuurprogramma. De locatiekolom van het printerstuurprogramma toont waar u de afdrukoptie vindt in het printerstuurprogramma van de Windows 2000/XP. Om dezelfde deelvensters te vinden in het printerstuurprogramma van de Mac OS X, selecteert u ofwel ColorWise (voor kleurenafdrukopties en geavanceerde kleurinstellingen) of Printereigenschappen, waar u in de submenu s van de functiesets diverse deelvensters (Taakinfo, Lay-out, Media enz.) kunt vinden. In het printerstuurprogramma van de Fiery Color Server kunt u in het deelvenster Basis het printerstuurprogramma aanpassen met (tot 16) snelkoppelingen voor vaak gebruikte afdrukopties. Om snelkoppelingen toe te voegen aan het deelvenster Basis, selecteert u Aanpassen (in de hoek rechts boven), markeert u de afdrukoptie en kiest u Toevoegen of Verwijderen. Om snelkoppelingen in het deelvenster Basic van plaats te veranderen, markeert u de afdrukoptie en selecteer u Omhoog of Omlaag. Bij opties die u configureert tijdens Setup via Command WorkStation, WebSetup of ColorWise Pro Tools, heeft het kiezen van Standaardwaarde van printer tot gevolg dat de Fiery Color Server de taak afdrukt met de in Setup opgegeven instellingen. Bij opties die niet kunnen worden geconfigureerd tijdens Setup, drukt de Fiery Color Server de taak af met een vooraf geconfigureerde standaardwaarde van de printer. Zie de kolom Vereisten, beperkingen en informatie in de tabel voor meer informatie. Druk de configuratiepagina af vanuit Command WorkStation om te controleren wat de huidige standaardinstellingen in de Setup zijn. Zie Configuratie en instellingen voor informatie over het afdrukken van een configuratiepagina.

11 AFDRUKOPTIES 11 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie 180 roteren Aan/Uit Opmaak Geef op of u de pagina s van uw taak 180 graden wilt roteren. Aanpassing voor centreren XY-centrering/X-centrering onder Opmaak Geef op hoe de afbeeldingen moeten worden gepositioneerd (tegenover de X- en Y-as) bij het afdrukken van boekjes. Zie pagina 36 voor meer informatie. OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar met de afdrukoptie Boekje maken ingeschakeld. Aanpassing voor opkruipen Geen/Normaal/Dik Opmaak Opkruipen gebeurt bij het afdrukken van boekjes met een groot aantal pagina s of op dikke media. Gebruik deze optie om afbeeldingen aan te passen die mogelijk verschuiven ten opzichte van het midden van het vel bij boekjes. Zie pagina 37 voor meer informatie. OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar met de afdrukoptie Boekje maken ingeschakeld. Aantal afdrukken Taakinfo Hiermee geeft u het aantal exemplaren op dat u van de taak wilt afdrukken. Afdrukformaat Gelijk aan documentgrootte/8,5x11/ 8,5x11 SEF/A4/A4 SEF/A5/A5 SEF/ A5 SEF/B5/B5 SEF/9x11/A4-omslag/ 8,5x13 SEF/8,5x14 SEF/B4 SEF/A3 SEF/ 11x17 SEF/12x18 SEF/SRA3 SEF/ 13x19 SEF/4x6 SEF/5x7 SEF Media Gebruik deze optie om de werkelijke afdrukgrootte van uw document op te geven. LEF staat voor Long Edge Feed (staande afdrukstand); SEF staat voor Short Edge Feed (liggende afdrukstand). Afdrukken plannen Aan/Uit Taakinfo Geef op of u het afdrukken vooraf wilt plannen op basis van de ingevoerde datum en uur. Als u deze optie inschakelt, moet u de datum en het uur voor het afdrukken invoeren. De taak wordt afgedrukt op basis van de datum en het uur die ingesteld zijn op de Fiery Color Server, niet het clientwerkstation. Als meerdere taken worden ingesteld met dezelfde datum en uur, worden ze afgedrukt in de alfabetische volgorde van de bestandsnamen Afdrukstand Staand/Liggend Opmaak Geef een afdrukstand Staand of Liggend op.

12 AFDRUKOPTIES 12 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Afdrukwachtrij-actie Afdrukken/Afdrukken en blokkeren/ Verwerken en blokkeren Taakinfo Selecteer Afdrukken om de taak direct na het afdrukken te verzenden. Selecteer Afdrukken en blokkeren om het rasterbestand na het afdrukken te bewaren. Selecteer Verwerken en blokkeren om de taak te verwerken (RIPpen) maar niet afdrukken. Met deze instellingen kunt u sneller afdrukken en kunt u een afdrukvoorbeeld bekijken met behulp van Command WorkStation of het aanraakpaneel van de kopieermachine: Wanneer een taak met meerdere sets met behulp van Afdrukken en blokkeren wordt verzonden, wordt een enkele set van de taak afgedrukt en blijven de rastergegevens van de taak in de wachtrij. U kunt de eerste afdruk dan reviseren, de taak in de wachtrij Blokkeren selecteren en het aantal exemplaren opgeven dat u wilt afdrukken (zonder de gegevens opnieuw te verwerken). Wanneer u Verwerken en blokkeren selecteert, worden de rastergegevens verwerkt en wordt de taak toegevoegd aan de wachtrij Blokkeren. U kunt de taak dan selecteren in Command WorkStation of op de kopieermachine (zonder de gegevens opnieuw te verwerken). Automatisch overvullen Standaardwaarde van printer/aan/uit ColorWise Schakel deze optie in om de correcte registratie en inpassing van aangrenzende kleuren te garanderen. Kies Aan om tekst en lijntekeningen automatisch te overvullen. Zie pagina 30 voor meer informatie. Bedieningsbalk Standaardwaarde van printer/aan/uit Taakinfo Selecteer Aan om een bedieningsbalk (voor afdruk taakidentificatie) af te drukken in de marge. Bedrukte zijde omlaag Standaardwaarde van printer/ Bedrukte zijde omhoog/ Bedrukte zijde omlaag Afwerking Selecteer Bedrukte zijde omhoog om het document op de bovenzijde van het vel papier af te drukken. Selecteer Bedrukte zijde omlaag om het document op de onderzijde van het vel papier af te drukken (bijvoorbeeld, het document wordt uitgevoerd uit de kopieermachine met de tekstzijde naar beneden).

13 AFDRUKOPTIES 13 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Beeldkwaliteit Normaal/Beste Afbeelding Kies het type van de afbeeldingskwaliteit voor de afdruktaak. De afbeeldingskwaliteit beïnvloedt de kwaliteit en de fijnheid van de afbeeldingen in de taak. Beeldverfijning Aan/Uit Afbeelding Selecteer Aan om korrelige uitvoer zoveel mogelijk te beperken wanneer u afbeeldingen met een lage resolutie afdrukt. Als u Aan selecteert, wordt beeldverfijning toegepast op alle afbeeldingen. Beeldverschuiving: Eenheden inches/mm/punten Afwerking Geef de maateenheid op voor het gebruik van Beeldverschuiving. Zie pagina 43 voor meer informatie. Beeldverschuiving: Voor/ achterkant uitlijnen Aan/Uit Afwerking Selecteer Aan om de voorpagina uit te lijnen met de achterpagina, wanneer Beeldverschuiving wordt gebruikt. Zie pagina 43 voor meer informatie. Beeldverschuiving Aan/Uit Afwerking Selecteer Aan om een afbeelding op de pagina aan te passen voor dubbelzijdig afdrukken en om afwerkopties mogelijk te maken, zoals nieten of perforeren. Zie pagina 43 voor meer informatie. Bestandszoekpad VDP Sommige PPML- en andere types van taken bevatten niet alle bronnen van variabele gegevens in een enkel bestand. In deze gevallen geeft u voor elke taak afzonderlijk de plaats op van de externe bronnen van variabele gegevens, zodat de Fiery Color Server ze kan bereiken. Raadpleeg Variabele gegevens afdrukken voor meer informatie. Beveiligd afdrukken Taakinfo Deze functie levert beveiliging voor gevoelige of vertrouwelijke afdruktaken. Voer een willekeurig wachtwoord in het printerstuurprogramma in en herhaal het op het aanraakpaneel van de kopieermachine wanneer u bij de kopieermachine staat. Zie pagina 44 voor meer informatie. Raadpleeg de documentatie bij uw kopieermachine voor meer informatie.

14 AFDRUKOPTIES 14 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Boekje maken: Achteromslag Geen/Op voorkant afdrukken/ Op achterkant afdrukken/ Op beide kanten afdrukken/ Blanco voor- en achterkant Opmaak Geef op of u op het einde van de afdruktaak een achteromslag wilt afdrukken. Selecteer Op voorkant afdrukken als u alleen op de voorkant van het achteromslag wilt afdrukken. Selecteer Op achterkant afdrukken als u op de achterkant van het achteromslag wilt afdrukken. Selecteer Op beide kanten afdrukken als u op de voorkant en de achterkant van het achteromslag wilt afdrukken. OPMERKING: Deze optie is beschikbaar wanneer u de afdrukoptie Boekje maken gebruikt. Gebruik de functie Gemengde media om omslagen te definiëren voor afdruktaken die geen boekjes zijn. Raadpleeg Hulpprogramma s voor meer informatie over Gemengde media. Raadpleeg pagina 30 voor informatie over Boekje maken. Selecteer Blanco voor- en achterkant als u een lege achteromslag wenst. Boekje maken: Bron voor omslagen Zelfde als taak/lade 1/Lade 2/Lade 3/ Lade 4/Lade 5 (handmatige invoer)/ Lade 6/Lade 6 (Extra groot)/ Lade 8 (scheidingsvellen/omslagen) Opmaak Geef een lade op die voor het voor- of achteromslag moet worden gebruikt. OPMERKING: Deze optie is beschikbaar wanneer u de afdrukoptie Boekje maken gebruikt. Gebruik de functie Gemengde media om omslagen te definiëren voor afdruktaken die geen boekjes zijn. Raadpleeg Hulpprogramma s voor meer informatie over Gemengde media. Raadpleeg pagina 30 voor informatie over Boekje maken. Boekje maken: Vooromslag Geen/Op voorkant afdrukken/ Op achterkant afdrukken/ Op beide kanten afdrukken/ Blanco voor- en achterkant Opmaak Geef op of u aan het begin van het boekje een vooromslag wilt afdrukken. Kies Op voorkant afdrukken als u alleen op de voorkant van het voorblad wilt afdrukken. Kies Op achterkant afdrukken als u alleen op de achterkant van de vooromslag wilt afdrukken. Selecteer Op beide kanten afdrukken als u op de voorkant en de achterkant van het voorblad wilt afdrukken. OPMERKING: Deze optie is beschikbaar wanneer u de afdrukoptie Boekje maken gebruikt. Gebruik de functie Gemengde media om omslagen te definiëren voor afdruktaken die geen boekjes zijn. Raadpleeg Hulpprogramma s voor meer informatie over Gemengde media. Raadpleeg pagina 30 voor meer informatie over Boekje maken. Geef Blanco voor- en achterkant op als u een lege vooromslag wenst.

15 AFDRUKOPTIES 15 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Boekje maken Geen/Door de rug geniet/ Door de rug geniet (rechts bind.)/ Op de rug gesneden/ Op de rug gesneden (rechts bind.)/ Combineren - Snelle afdrukken/ Combineren - Dubbele afdrukken Opmaak Geef de pagina-indeling van de taak op met speciale lay-outs voor vouwen of snijden na het afdrukken. Zie pagina 30 voor meer informatie. CMYK-simulatiemethode Snel/Volledig (Bron VGR)/ Volledig (Uitvoer VGC) ColorWise Selecteer Snel als u eendimensionale overdrachtcurves wilt gebruiken om de dichtheidsuitvoer aan te passen aan afzonderlijke kleurkanalen. Selecteer Volledig (Bron VGC) voor een meer volledige en nauwkeurige simulatie. Volledig (Bron VGC) past colorimetrische transformaties toe die zowel de tint als de uitvoerdensiteit aanpassen. Deze optie levert uitvoer op die dezelfde hoeveelheid zwart behoudt als het brondocument. Selecteer Volledig (Uitvoer VGC) als u dezelfde simulatiemethode wilt toepassen als Volledig (Bron VGC), met dit verschil dat de geproduceerde uitvoer een hoeveelheid zwart heeft die wordt bepaald door het uitvoerprofiel. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. CMYK-simulatieprofiel Geen/DIC//Euroscale/ISO Gecoat/ ISO Niet-gecoat/JMPA ver.2 (EFI)/ Japan Color 2001 type 1 (EFI)/ SWOP-Gecoat (EFI)/ TOYO Offset Gecoat 2.0/ Simulatie 1-10/ColorWise UIT ColorWise Geef de te gebruiken richtwaarde van de simulatie op voor de huidige taak. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Collationeren Uit/Aan Afwerking Geef aan hoe afdruk- of kopieertaken met meerdere pagina s moeten worden uitgevoerd. Dubbelzijdig afdrukken Uit/Boven-Boven/Boven-Onder Opmaak Geef aan of een taak enkelzijdig of dubbelzijdig (duplex) moet worden afgedrukt, door de afdrukstand van de afgedrukte pagina s op te geven. Zie pagina 38 voor meer informatie.

16 AFDRUKOPTIES 16 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie FreeForm: Master gebruiken Geen/1-100 VDP Geef voor afdruktaken met variabele gegevens het FreeForm-model op dat voor de taak moet worden gebruikt. Raadpleeg Variabele gegevens afdrukken voor meer informatie. Door Tweerichtingscommunicatie in te schakelen, kunt u uit FreeForm-modellen kiezen. Raadpleeg Afdrukken uit Windows of Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over het inschakelen van Tweerichtingscommunicatie. Raadpleeg Command WorkStation Help voor meer informatie over het gebruik van FreeForm-modellen in Command WorkStation. FreeForm: Master maken Geen/1-100 VDP Als u een FreeForm-modelbestand wilt maken van uw taak, geeft u een nummer op dat moet worden toegewezen aan het FreeFormmodelbestand. Raadpleeg Variabele gegevens afdrukken voor meer informatie. Door Tweerichtingscommunicatie in te schakelen, kunt u uit FreeForm-modellen kiezen. Raadpleeg Afdrukken uit Windows of Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over het inschakelen van Tweerichtingscommunicatie. Raadpleeg Command WorkStation Help voor meer informatie over het maken van FreeForm-modellen in Command WorkStation. FreeForm: Voorbeeld master Klik hier om een voorbeeld weer te geven VDP Klik hier om een afbeelding met lage resolutie aan te maken van het geselecteerde FreeForm-model. U kunt deze optie alleen selecteren als Master gebruiken vooraf ingeschakeld is. Raadpleeg Variabele gegevens afdrukken voor meer informatie. Gebruikersauthenticatie: Gebruikersinformatie opslaan Uit/Aan Taakinfo Selecteer Aan om de informatie over uw gebruikersnaam en wachtwoord op te slaan voor latere sessies. Zie pagina 45 voor meer informatie.

17 AFDRUKOPTIES 17 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Gebruikersauthenticatie: Gebruikersnaam Voer een gebruikersnaam in Taakinfo Als Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op de Fiery Color Server, voert u uw gebruikersnaam en wachtwoord in om de taak te kunnen afdrukken. Als u aangemeld bent op een Windowssysteem, kunt u automatisch uw Windows-aanmelding gebruiken. In het andere geval typt u het lokale wachtwoord of het wachtwoord voor het domein. Selecteer voor Mac OS Eigendomsgegevens en voer in de velden Gebruikersnaam en Wachtwoord de aanmeldinformatie in. Zie pagina 45 voor meer informatie. Gebruikersauthenticatie: Ik ben een gastgebruiker Aan/Uit Taakinfo Als Gebruikersauthenticatie ingeschakeld is, selecteert u deze optie om afdrukrechten voor gastgebruikers toe te staan. Afdrukken door gastgebruikers moet zijn ingesteld op Aan in de Fiery Color Server. Zie pagina 45 voor meer informatie. Gebruikersauthenticatie: Wachtwoord Voer een wachtwoord in Taakinfo Als Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op de Fiery Color Server, moet u uw gebruikersnaam en wachtwoord opgeven om de taak te kunnen afdrukken. Als u aangemeld bent op een Windowssysteem, kunt u automatisch uw Windows-aanmelding gebruiken. In het andere geval typt u het lokale wachtwoord of het wachtwoord van het domein. Selecteer voor Mac OS Eigendomsgegevens en voer in de velden Gebruikersnaam en Wachtwoord de aanmeldinformatie in. Zie pagina 45 voor meer informatie. Gebruikersauthenticatie: Windows-aanmelding gebruiken Aan/Uit Taakinfo Als Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op de Fiery Color Server, selecteert u deze optie om automatisch uw Windows-gebruikersnaam en wachtwoord te gebruiken. Zie pagina 45 voor meer informatie. Gemengde media Definiëren Media Klik op Definiëren om de mediatypen op te geven die voor specifieke pagina s of paginabereiken worden gebruikt, of voor het drukken van voor- en achteromslagen op speciale media. Raadpleeg Hulpprogramma s voor meer informatie over Gemengde media. Gespiegeld Aan/Uit Glansniveau Aan/Uit Opmaak Afbeelding Selecteer Aan om het spiegelbeeld van uw afdruktaak af te drukken (van rechts naar links). Kies Aan als u het drukwerk wilt doen glanzen als een foto.

18 AFDRUKOPTIES 18 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Grijswaarden alleen met zwart afdrukken (CMYK) Uit/Tekst/lijntekeningen/ Tekst/lijntekeningen/afbeeldingen ColorWise Selecteer deze instellingen om een CMYK-afdruktaak af te drukken met alleen zwarte toner in plaats van verwerkt zwart. Selecteer Tekst/lijntekeningen om tekst en grafische elementen (vectorafbeeldingen) in grijswaarden weer te geven met alleen zwart, wanneer cyaan=0, magenta=0 en geel=0 en de waarde voor zwart (K) tussen 1 en 100 ligt. Selecteer Tekst/lijntekeningen/ afbeeldingen om tekst, grafische elementen (vectorafbeeldingen) en afbeeldingen (gerasterde afbeeldingen) in grijswaarden weer te geven met alleen zwart, wanneer cyaan=0, magenta=0 en geel=0 en de waarde voor zwart (K) tussen 1 en 100 ligt. Deze optie is bedoeld om toner efficiënt te gebruiken door alleen zwarte toner te gebruiken (in plaats van verwerkt zwart) en om de klikkosten te beperken (er worden slechts kosten voor zwartwit aangerekend in plaats van kosten voor vier keuren voor verwerkt zwart. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Grijswaarden alleen met zwart afdrukken (RGB) Uit/Tekst/lijntekeningen/ Tekst/lijntekeningen/afbeeldingen ColorWise Selecteer deze instellingen om een RGB-afdruktaak af te drukken met alleen zwarte toner in plaats van verwerkt zwart. Selecteer Tekst/lijntekeningen om tekst en afbeeldingen (vectorafbeeldingen) in grijswaarden af te drukken met alleen zwart in plaats van verwerkt zwart, wanneer de kleuren in de drie kanalen met gelijke waarden gedefinieerd zijn, bijvoorbeeld rood=128, groen=128 en blauw = 128. Deze optie is bedoeld om toner efficiënt te gebruiken door alleen zwarte toner te gebruiken (in plaats van verwerkt zwart) en om de klikkosten te beperken (er worden slechts kosten voor zwartwit aangerekend in plaats van kosten voor vier keuren voor verwerkt zwart. De optie is bijzonder nuttig voor PowerPoint en ander toepassingen van Microsoft die de conversie van RGB naar grijswaarden niet altijd correct registreren. Selecteer Tekst/lijntekeningen/ afbeeldingen om tekst, vectorafbeeldingen en gerasterde afbeeldingen in grijswaarden af te drukken met alleen zwart, wanneer de kleuren in de drie kanalen met gelijke waarden gedefinieerd zijn, bijvoorbeeld rood=128, groen=128 en blauw = 128. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Voor beide instellingen kunnen de RGB-waarden variëren van R=0, G=0, B=0 tot R=255, G=255, B=255.

19 AFDRUKOPTIES 19 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Halftoonsimulatie Uit/Door toepassing gedef./ Courantdruk/Gebruikersscherm 1/ Gebruikersscherm 2/ Gebruikersscherm 3 Afbeelding Geef een rastermethode op voor uw afdruktaak. Selecteer Door toepassing gedef. om de door de toepassing gekozen rastering te gebruiken. Raadpleeg Graphic Arts Package voor meer informatie. De instellingen Gebruikersscherm 1-3 komen overeen met de instellingen van de Setup van de Fiery Color Server. Selecteer Courantdruk als u de aanblik van een krant wenst. Selecteer Gebruikersscherm 1-3 om de door de Fiery Color Server ingestelde rastering te gebruiken. Handmatig dubbelzijdig Aan/Uit Opmaak Geef op of u het papier in de lade voor handmatige invoer handmatig wilt laden. Zie pagina 39 voor meer informatie. Helderheid 85% Lichtst/90% Lichter/ 95% Licht/100% Normaal/ 105% Donker/110% Donkerder/ 115% Donkerst Afbeelding Selecteer 85% voor een aanzienlijk lichtere afdruk, 115% voor een aanzienlijk donkerdere afdruk of een tussenliggend percentage voor een andere helderheid. Inslagreductie Aan/Uit Opmaak Gebruik deze optie om de paginainhoud van boekjes te schalen, om zo weinig mogelijk papier te verbruiken en ervoor te zorgen dat alle inhoud van de pagina s wordt afgedrukt. Selecteer Uit als u niet wilt dat de pagina-inhoud wordt geschaald. Als u Uit selecteert, is het mogelijk dat de inhoud ongewenst wordt afgekapt. Selecteer Aan als de oorspronkelijke documentgrootte op hetzelfde papierformaat moet worden afgedrukt door het afbeeldingsgebied met maximum de helft te verminderen. OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar met de afdrukoptie Boekje maken ingeschakeld. Raadpleeg pagina 30 voor informatie over Boekje maken. Als de optie Inslagreductie op Uit staat, moet u zorgen dat u met de optie Afdrukgrootte de werkelijke afdrukgrootte van uw document selecteert. Instructies Taakinfo Typ instructies voor de operator met betrekking tot de taak. Dit veld is beperkt tot 127 tekens (alfanumerieke en speciale tekens). Katern maken - Afwerken Uit/Vouwen en nieten/alleen vouwen Opmaak Geef op of u de taak wilt nieten en vouwen of alleen vouwen. Raadpleeg Afdrukken uit Windows en Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over de installatie van afwerkseenheden.

20 AFDRUKOPTIES 20 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Kleurmodus CMYK/Grijswaarden (Windows PCL-stuurprogramma) OF Afdrukmodus Standaardkleuren/ Aangepaste kleuren/ Grijswaarden (Windows PostScriptprinterstuurprogramma en Mac OS X-printerstuurprogramma) Kleurvervanging Aan/Uit Kwaliteit tekst/lijntekeningen Normaal/Beste Lade-uitlijning Aan/Uit ColorWise ColorWise Afbeelding Media Bepaalt de kleurmodus voor de huidige afdruktaak. Selecteer CMYK, Standaardkleuren of Aangepaste kleuren voor een kleurendocument. Selecteer Grijswaarden voor een document in grijswaarden of in zwartwit. Selecteer Geavanceerde instellingen om andere kleurenafdrukopties in te stellen, waaronder Zwarte overdruk, Grijswaarden alleen met zwart afdrukken en Zwarte tekst/ lijntekeningen. Selecteer Aan om de waarden voor kleurvervanging te gebruiken die gedefinieerd zijn in de module Spot-On van ColorWise Pro Tools. Kies het type van de tekst/ afbeeldingskwaliteit voor de afdruktaak. De kwaliteit van de tekst/lijntekeningen beïnvloedt de kwaliteit en de fijnheid van tekst en lijntekeningen in de taak. Selecteer Aan om de functie ladeuitlijning in te schakelen, zodat u de positie van tekst en afbeeldingen op de pagina kunt aanpassen om ze correct uit te lijnen voor dubbelzijdig afdrukken. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Raadpleeg Hulppprogramma s voor informatie over het inschakelen van lade-uitlijning. Master afdrukken Standaardwaarde van printer/nee/ja VDP Wanneer u een model maakt met FreeForm (of andere toepassingen voor variabele gegevens) gebruikt u deze optie om uw model te verifiëren of te bevestigen. Selecteer Ja om een modelpagina af te drukken. U kunt deze optie alleen selecteren als Model maken ingeschakeld is. Raadpleeg Variabele gegevens afdrukken voor meer informatie. OPMERKING: Er gelden toepasselijke klik-kosten wanneer u het model afdrukt.

21 AFDRUKOPTIES 21 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Mediakwaliteit aangepast 1-5 Instelling apparaat gebruiken/ Gewoon A (64-80 g/m²)/ Gewoon B ( g/m²)/ Gewoon C/ Gewoon-Speciaal 1/ Gewoon-Speciaal 2/ Kringloop A (64-80 g/m²)/ Kringloop B ( g/m²) Mediakwaliteit gecoat 1 Instelling apparaat gebruiken/ Gecoat 1A ( g/m²)/ Gecoat 1B ( g/m²) Mediakwaliteit gewoon Instelling apparaat gebruiken/ Gewoon A (64-80 g/m²)/ Gewoon B ( g/m²)/gewoon C/ Gewoon-Speciaal 1/Gewoon-Speciaal 2/ Kringloop A (64-80 g/m²)/ Kringloop B ( g/m²) Mediakwaliteit kringloop Instelling apparaat gebruiken/ Gewoon A (64-80 g/m²)/ Gewoon B ( g/m²)/gewoon C/ Gewoon-Speciaal 1/Gewoon-Speciaal 2/ Kringloop A (64-80 g/m²)/ Kringloop B ( g/m²) Media Media Media Media Geef een instelling voor de mediakwaliteit op voor Aangepast 1-5. Selecteer Instellingen apparaat gebruiken om de media te gebruiken die ingesteld zijn in de kopieermachine. Geef een instelling voor de mediakwaliteit op voor Gecoat 1. Selecteer Instellingen apparaat gebruiken om de media te gebruiken die ingesteld zijn in de kopieermachine. Geef een instelling voor de mediakwaliteit op voor Gewoon papier. Selecteer Instellingen apparaat gebruiken om de media te gebruiken die ingesteld zijn in de kopieermachine. Geef een instelling voor de mediakwaliteit op voor Kringlooppapier. Selecteer Instellingen apparaat gebruiken om de media te gebruiken die ingesteld zijn in de kopieermachine. Raadpleeg de documentatie bij de kopieermachine voor meer informatie over mediaclassificaties. Raadpleeg de documentatie bij de kopieermachine voor meer informatie over mediaclassificaties. Raadpleeg de documentatie bij de kopieermachine voor meer informatie over mediaclassificaties. Raadpleeg de documentatie bij de kopieermachine voor meer informatie over mediaclassificaties. Mediakwaliteit zwaar 1 Instelling apparaat gebruiken/ Zwaar 1A ( g/m²)/ Zwaar 1B ( g/m²)/ Zwaar 1 - Speciaal 1/ Zwaar 1 - Speciaal 2 Media Geef een instelling voor de mediakwaliteit op voor Zwaar papier 1. Selecteer Instellingen apparaat gebruiken om de media te gebruiken die ingesteld zijn in de kopieermachine. Raadpleeg de documentatie bij de kopieermachine voor meer informatie over mediaclassificaties. Mediakwaliteit zwaar 2 Instelling apparaat gebruiken/ Zwaar 2A/Zwaar 2B/Zwaar 2C/ Zwaar 2D/Zwaar 2E-Enveloppe/ Zwaar 2 - Speciaal 1/ Zwaar 2 - Speciaal 2 Media Geef een instelling voor de mediakwaliteit op voor Zwaar papier 2. Selecteer Instellingen apparaat gebruiken om de media te gebruiken die ingesteld zijn in de kopieermachine. Raadpleeg de documentatie bij de kopieermachine voor meer informatie over mediaclassificaties.

22 AFDRUKOPTIES 22 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Mediatype Instelling apparaat gebruiken/ Gewoon ( g/m²)/ Gewoon (zijde 2) ( g/m²)/ Etiketten 1 ( g/m²)/ Etiketten 2 ( g/m²)/ Kringloop ( g/m²)/ Gecoat 1 ( g/m²)/ Gecoat 1 (zijde 2) ( g/m²)/ Gecoat 2 ( g/m²)/ Gecoat 2 (zijde 2) ( g/m²)/ Gecoat 3 ( g/m²)/ Gecoat 3 (zijde 2) ( g/m²)/ Zwaar 1 ( g/m²)/ Zwaar 1 (zijde 2) ( g/m²)/ Zwaar 2 ( g/m²)/ Zwaar 2 (zijde 2) ( g/m²)/ Zwaar 3 ( g/m²)/ Zwaar 3 (zijde 2) ( g/m²)/ Geperforeerd ( g/m²)/ Tabblad 1 ( g/m²)/ Tabblad 2 ( g/m²)/ Aangepast 1 - Aangepast 5 ( g/m²) Transparant/ Overdr. papier Media Geef het mediatype op waarop u het document wilt afdrukken. Selecteer Instellingen apparaat gebruiken om de media te gebruiken die ingesteld zijn in de kopieermachine. De instellingen voor zijde 2 passen de temperatuur van de fuser tijdens dubbelzijdig afdrukken automatisch aan de tweede zijde aan. U kunt de verschillende opties van Mediakwaliteit gebruiken om specifieke mediatypes die u vaak of voor afdrukken met gemengde media gebruikt, verder in te delen. Modus voor nietmachine Uit/Links onder enkel/ Rechts onder enkel/links boven enkel/ Rechts boven enkel/links dubbel/ Onder dubbel/rechts dubbel/ Boven dubbel/ondermidden/ Links midden/rechts midden/ Boven midden Afwerking Geef aan hoe kopieertaken met meerdere pagina s/taken op meerdere exemplaren worden geniet. Raadpleeg Afdrukken uit Windows en Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over de installatie van optionele laden en afwerkeenh/eden. Opmaak N per vel 1 per vel/2 per vel/4 per vel/6 per vel/ 9 per vel/16 per vel Opmaak Geef een pagina-indeling voor de taak op. Opmerkingen 1/Opmerkingen 2 Taakinfo Voer gegevens over de taak in. De maximale lengte van het veld Opmerkingen bedraagt 31 tekens. Opvangbak Autom. selecteren/opvangbak/ Bovenste afwerkopvangbak/ Stapel-afwerkopvangbak/ Katernopvangbak/ Opvangbak voor in drieën gevouwen afdruk Afwerking Geef de opvangbak voor uw afdruktaak op. Raadpleeg Afdrukken uit Windows en Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over de installatie van optionele laden en afwerkeenheden.

23 AFDRUKOPTIES 23 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Pagina s per record 0/0-999 VDP Gebruik deze optie om een op records gebaseerde (in plaats van op de taak gebaseerde) afwerking te definiëren, op basis van het ingevoerde aantal. Deze optie is alleen beschikbaar met de afdrukoptie Recordlengte definiëren. Raadpleeg Variabele gegevens afdrukken voor meer informatie. Paginaformaat tussenvel 8x11/8,5x11 SEF/A4/A4 SEF/A5/ A5 SEF/B5/B5 SEF/9x11/A4-omslag/ 8,5x13 SEF/8,5x14 SEF/B4 SEF/A3 SEF/ 11x17 SEF/12x18 SEF/SRA3 SEF/ 13x19 SEF/4x6 SEF/5x7 SEF Media Geef het paginaformaat voor het tussenvel op. LEF staat voor Long Edge Feed (staande afdrukstand); SEF staat voor Short Edge Feed (liggende afdrukstand). Paginaformaat 8,5 x11/8,5x11 SEF/A4/A4 SEF/A5/ A5 SEF/B5/B5 SEF/9x11/A4-omslag/ 8,5x13 SEF/8,5x14 SEF/B4 SEF/A3 SEF/ 11x17 SEF/12x18 SEF/SRA3 SEF/ 13x19 SEF/4x6 SEF/5x7 SEF/ Grootte van aangepaste pagina (PostScript )/Aangepast (PCL) Media Geef het papierformaat op waarop u het document wilt afdrukken. Als de paginagrootte van het document verschilt van de geselecteerde paginagrootte, wordt het document geschaald en afgedrukt op het opgegeven papierformaat. LEF staat voor Long Edge Feed (staande afdrukstand); SEF staat voor Short Edge Feed (liggende afdrukstand). Raadpleeg Afdrukken uit Windows of Afdrukken uit Mac OS voor informatie over aangepaste papierformaten. Paginaranden afdrukken Aan/Uit Opmaak Selecteer Aan om paginaranden af te drukken wanneer N-op-N opmaak ingesteld is op 2-op-1 of groter. beschikbaar voor PostScript-afdrukken in Windows. Paper Catalog Media selecteren Media Klik op Media selecteren om het hulpprogramma Paper Catalog te openen, dat alle papierinformatie van de kopieermachine verzamelt. U kunt Paper Catalog ook openen via Taakeigenschappen in Command WorkStation. Raadpleeg Hulpprogramma s en de on line Help van Paper Catalog voor meer informatie.

24 AFDRUKOPTIES 24 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Papierbron transp. tussenbl. Lade 1/Lade 2/Lade 3/Lade 4/ Lade 5 (handmatige invoer)/ Lade 6/Lade 6 (Extra groot)/ Lade 8 (scheidingsvellen/omslagen) Media Geef een papierlade op voor transparant + tussenblad. Om Lade 6 en Lade 6 (Extra groot) te kunnen gebruiken, moeten deze opties eerst geïnstalleerd zijn. Om Lade 8 (scheidingsvellen/ omslagen) te gebruiken, moet u de optie Lichte productieafwerkeenheid installeren. Raadpleeg Afdrukken uit Windows en Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over de installatie van optionele laden en afwerkeenheden. Papierbron tussenvellen Lade 1/Lade 2/Lade 3/Lade 4/ Lade 5 (handmatige invoer)/ Lade 6/Lade 6 (Extra groot)/ Lade 8 (scheidingsvellen/omslagen) Media Geef de papierlade op voor de tussenvellen. Om Lade 6 en Lade 6 (Extra groot) te kunnen gebruiken, moeten deze opties eerst geïnstalleerd zijn. Om Lade 8 (scheidingsvellen/ omslagen) te gebruiken, moet u de optie Lichte productieafwerkeenheid installeren. Raadpleeg Afdrukken uit Windows en Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over de installatie van optionele laden en afwerkeenheden. Papierbron Autom. selecteren/lade 1/Lade 2/ Lade 3/ Lade 4/ Lade 5 (handmatige invoer)/ Lade 6/Lade 6 (Extra groot)/ Lade 8 (scheidingsvellen/omslagen) Media Geef de papierlade op voor de taak. Met de instelling Autom. selecteren wordt automatisch de lade met het opgegeven papierformaat voor de taak gekozen. Lade1-4 en Lade 6 worden gebruikt om te printen met de op de kopieermachine gekozen mediakwaliteit. Lade 5 (handmatige) invoer wordt gebruikt om te printen met de in het printerstuurprogramma geselecteerde mediakwaliteit. Lade 6 (Extra groot) wordt gebruikt voor afdruktaken op groot formaat. Lade 8 (scheidingsvellen/omslagen) wordt normaal gebruikt om blanco of voorgedrukte pagina s in te voegen die niet door de fuser van de kopieermachine gaan. Om Lade 6 en Lade 6 (Extra groot) te kunnen gebruiken, moeten deze opties eerst geïnstalleerd zijn. Om Lade 8 (scheidingsvellen/ omslagen) te gebruiken, moet u de optie Lichte productieafwerkeenheid installeren. Raadpleeg Afdrukken uit Windows en Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over de installatie van optionele laden en afwerkeenheden.

25 AFDRUKOPTIES 25 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Papiersimulatie Aan/Uit ColorWise Selecteer Aan om de kleur aan te passen aan de tint van het gebruikte papier, als CMYK-waarden in de uitvoerkleurenruimte. Raadpleeg Graphic Arts Package voor meer informatie. Perforeerpositie Geen/Links/Rechts/Boven Afwerking Geef de perforeerpositie voor de taak op. (Gebruik de afzonderlijke optie Perforeerpositie om het aantal gaatjes op te geven.) Perforeren Uit/2 gaatjes/3 gaatjes/4 gaatjes Afwerking Geef op of u twee, drie of vier gaatjes wilt. (Gebruik de afzonderlijke optie Perforeerpositie om de positie van de gaatjes op te geven.) Postflight Uit/Uitgebreid rapport/ Beknopt rapport/testpagina/ Kleurcodeerde pag./ Allen componenten Taakinfo Geef aan of u de functie Postflight wel of niet wilt gebruiken. Dit is een diagnosehulpmiddel waarmee u kunt analyseren hoe gegevens worden verwerkt door de Fiery Color Server. Raadpleeg Graphic Arts Package voor meer informatie. Printerrastermodus Standaardwaarde van printer / 200 punten /200 lijnen gedraaid/ Verbeterde tekst & lijntekeningen Afbeelding Selecteer een vooraf gedefinieerd halftoonraster om de lijnen per inch in te stellen van het raster dat wordt gebruikt tijdens het afdrukken. Selecteer Punten gegroepeerd voor tekst=200 punten, Lijntekeningen=200, Afbeelding= 200 punten. Selecteer 200 Lijnen gedraaid voor Tekst=200 lijnen, Lijntekeningen= 200 lijnen, Afbeelding=200 lijnen. Selecteer Verbeterde tekst & lijntekeningenvoor Tekst=300 lijnen, Lijntekening=300 lijnen, Afbeelding=200 punten. Selecteer Verbeterd voor Tekst= 300 lijnen, Lijntekening=200 punten, Afbeelding=200 punten. Progressieve proef Aan/Uit Taakinfo Selecteer Aan om de functie Progressieve proef in te schakelen, een diagnosehulpmiddel om tonerscheidingen weer te geven. Deze functie gebruikt de waarden voor progressieve proeven die u in Color Setup hebt opgegeven. Raadpleeg Graphic Arts Package voor meer informatie.

26 AFDRUKOPTIES 26 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Randen tekst/lijntek. verfijnen Standaardwaarde van printer/aan/uit Afbeelding Geef op of u de randen van tekst of vectorafbeeldingen scherper wilt laten uitkomen. Recordlengte definiëren VDP Met deze functie kunt u een PDF- of PostScript-bestand verwerken als een afdruktaak met variabele gegevens en een op records gebaseerde afwerking toepassen. Deze optie wordt gebruikt in combinatie met de optie Pagina s per record. Raadpleeg Variabele gegevens afdrukken voor meer informatie. RGB-bronprofiel Fiery RGB v5/ Standaardwaarde van Apple/ srgb (PC)/Adobe RGB (1998)/ ECI-RGB/EFIRGB/Bron 1-10/Geen ColorWise Geef een definitie voor de bronkleurenruimte op voor het afdrukken van RGB-afbeeldingen, objecten en tekst. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. RGB-scheiding Simulatie/Uitvoer ColorWise Selecteer Simulatie voor RGB-taken waarvoor u een uitvoerapparaat wilt simuleren dat niet het feitelijke afdrukapparaat is. Selecteer Uitvoer voor RGB-taken die u naar het uiteindelijke uitvoerapparaat afdrukt. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Samengestelde overdruk Aan/Uit ColorWise Hiermee geeft u op hoe de kleuren van overlappende afbeeldingen moeten worden afgedrukt. Selecteer Aan om een combinatie van voorgrond- en achtergrondkleuren af te drukken wanneer objecten elkaar overlappen. Doorgaans worden overlappende objecten/tekst standaard verdrongen in toepassingen. Voor overdruk moet u de instellingen wijzigen in de brontoepassing. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Selecteer Uit om het achtergrondobject te verbergen wanneer afbeeldingen elkaar overlappen. Schaal 100%/25-400% Opmaak Geef een ander vergrotings- of verkleiningspercentage voor de taak op. Het ondersteunde bereik gaat van 25 tot 400 procent. Zie pagina 44 voor meer informatie.

27 AFDRUKOPTIES 27 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Scheidingen combineren Aan/Uit ColorWise Als u kleurscheidingen afdrukt vanuit een DTP-toepassing, hebt u de volgende mogelijkheden: Selecteer Aan als u kleurscheidingen wilt combineren op één pagina. Het resultaat is één pagina overgedrukte kleuren die het drukwerk met filmscheidingen van een pers simuleert. Selecteer Uit als u kleurscheidingen wilt weergeven als vier afzonderlijke zwartwitpagina s die elk een kleurenelement vertegenwoordigen. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Steunkleuraanpassing Aan/Uit ColorWise Selecteer Uit als u opgegeven PANTONE-kleuren in de taak wilt afdrukken met de huidige instelling voor CMYK-simulatie en CMYKsimulatiemethode. Selecteer Aan als u de PANTONEopzoektabel wilt activeren. De Fiery Color Server drukt de opgegeven PANTONE-kleuren in de taak af door de CMYK-afdruk te mengen tot dezelfde kleuren uit de PANTONEbibliotheek. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Tekst/lijntekeningen zwart Zuiver zwart aan/cmyk-zwart aan/ Normaal ColorWise Selecteer Normaal als u zwarte tekst en lijntekeningen wilt afdrukken als vierkleurenzwart met toner in de kleuren C, M, Y en K en u de normale PostScript-weergave wilt gebruiken. Selecteer Zuiver zwart aan als u zwarte tekst en afbeeldingen wilt afdrukken als eenkleurig zwart, alleen met behulp van 100% zwarte toner. Selecteer CMYK-zwart aan als u zwarte tekst en afbeeldingen wilt afdrukken als dieper zwart, met behulp van 100% zwarte toner en slechts een kleine hoeveelheid cyaan, om het zwart nog donkerder te maken. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Toewijzing tweekleurendruk Aan/Uit ColorWise Geef op of u steunkleuren door generieke kleuren wilt vervangen wanneer u een afdruktaak aanmaakt. Raadpleeg Graphic Arts Package voor meer informatie.

28 AFDRUKOPTIES 28 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Transparant + tussenblad Aan/Uit Media Selecteer Aan om meerdere transparanten af te drukken, gescheiden door lege pagina s gewoon papier. Tussenvel Aan/Uit Media Geef op of een tussenvel moet worden ingevoegd tussen kopieën van pagina s of taken op meerdere exemplaren. Deze optie geldt alleen voor niet gesorteerde of gecollationeerde taken. Uitvoerprofiel Mediaprofiel gebruiken/ Standaardwaarde van printer gebruiken/ Uitvoerprofiel gebruiken: Uitvoer-1/ Uitvoer-2/Uitvoer-3/Uitvoer-4/ Uitvoer-5/Uitvoer-6/Uitvoer-7/ Uitvoer-8/Uitvoer-9/Uitvoer-10 ColorWise Geef het uitvoerprofiel op voor de taak. Selecteer Mediaprofiel gebruiken om automatisch het mediaprofiel te gebruiken dat aan een afdruktaak toegewezen is. Selecteer Standaard van server gebruiken om het in Color Setup gekozen standaard uitvoerprofiel te gebruiken. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Selecteer Uitvoerprofiel gebruiken om aangepaste profielen te gebruiken die beschikbaar zijn op het vervolgmenu. Verschuivingsmodus Standaardwaarde van printer/aan/uit Afwerking Selecteer deze optie om de taak te verschuiven. Vouwen enkele pagina Uit/Enkele vouw/c-vouw/z-vouw/ Z-vouw half vel Afwerking Selecteer hoe uw taak met een enkele pagina gevouwen moet worden. Raadpleeg Afdrukken uit Windows en Afdrukken uit Mac OS voor meer informatie over de installatie van afwerkeenheden. Watermerken afdrukken: Alleen eerste pagina Aan/Uit Stempel Als u alleen op de eerste pagina een watermerk wilt afdrukken, selecteert u Aan. Deze optie is alleen beschikbaar in de printerstuurprogramma s voor Windows. Watermerken afdrukken: Transparant Aan/Uit Stempel Selecteer Aan om watermerken af te drukken op transparante media (alleen PCL). Deze optie is alleen beschikbaar in de printerstuurprogramma s voor Windows. Watermerken Geen/VERTROUWELIJK/KOPIE/CONCEPT/ ORIGINEEL/GEHEIM Stempel Geef op of u een standaardwatermerk voor uw taak wilt afdrukken. Selecteer Nieuw als u uw eigen watermerk wilt maken. Deze optie is alleen beschikbaar in de printerstuurprogramma s voor Windows. OPMERKING: Om alleen op de eerste pagina een watermerk af te drukken, gebruikt u de afzonderlijke optie Watermerken afdrukken: Alleen eerste pagina.

29 AFDRUKOPTIES 29 Opties en instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Locatie Beschrijving Vereisten, beperkingen en informatie Weergavestijl Fotografisch/Presentatie/ Relatieve kleurmeting/ Absolute kleurmeting ColorWise Geef een standaard kleurweergavebibliotheek (CRD) op om te gebruiken wanneer u afbeeldingen, objecten en tekst afdrukt. Selecteer Fotografisch voor het afdrukken van foto s, met inbegrip van scans en foto s van digitale camera s. Selecteer Presentatie voor het afdrukken van illustraties en grafieken of voor gemengde pagina s met lijntekeningen en foto s. Selecteer Relatieve kleurmeting wanneer de kleuraanpassing belangrijk is maar u er de voorkeur aan geeft voor het afdrukken van witte kleuren het wit van het papier te gebruiken. Selecteer Absolute kleurmeting wanneer exacte kleuren nodig zijn en zichtbare grenzen niet storend werken. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Witte PPT-achtergrond wissen Aan/Uit VDP Selecteer Aan wanneer u PowerPoint gebruikt om met FreeForm variabele gegevens aan te maken. Zwarte overdruk Uit/Tekst/ Tekst/lijntekeningen ColorWise Geef de stijl voor zwarte overdruk op die bepaalt of zwarte tekst gekleurde achtergronden overdrukt. Kies voor Windows Aangepaste kleuren (tabblad ColorWise) om toegang te krijgen tot deze optie. Selecteer Tekst om zwarte tekst te overdrukken. Selecteer Tekst/lijntekeningen om zwarte tekst en lijntekeningen te overdrukken. Als deze optie is ingesteld op Tekst of Tekst/lijntekeningen, moet u de optie Scheidingen combineren uitschakelen. Om deze instelling te selecteren, moet u Tekst/lijntekeningen zwart activeren. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie.

30 AFDRUKOPTIES 30 Bijkomende informatie In de volgende secties wordt aanvullende informatie gegeven over afdrukopties. Raadpleeg de tabel die begint op pagina 10 voor meer informatie over de instellingen, vereisten en beperkingen van deze opties. Automatisch overvullen Overvullen is een afdruktechniek waarbij sommige objecten lichtjes groter of kleiner worden afgedrukt dan u hebt opgegeven in een toepassing, om zo witte randen rond objecten te vermijden. Deze witte randen of kralen kunnen het gevolg zijn van factoren zoals registerfouten, de fysieke eigenschappen van de toner en de stijfheid van de media. De functie Automatisch overvullen biedt u geavanceerde instellingen voor het overvullen en geeft u volledige controle over de instellingswaarden. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Boekje maken Gebruik de functie Boekje maken om de pagina s van de afdruktaak in een speciale lay-out in te delen voor het vouwen of snijden na het afdrukken. Om de lay-out en media voor omslagen te bepalen, gebruikt u de opties Boekje maken Vooromslag, Achteromslag en Boekjesomslagbron. Om de positie van de afbeelding op de pagina aan te passen tegenover de X-as (horizontaal) en de Y-as (verticaal), gebruikt u de optie Aanpassing voor centreren. Zie pagina 36 voor meer informatie. Om het verschuiven van de afbeelding te corrigeren dat zich kan voordoen wanneer boekjes een groot aantal pagina s tellen of op zware media worden gedrukt, gebruikt u de optie Aanpassing voor opkruipen. Zie pagina 37 voor meer informatie. OPMERKING: Aangepaste papierformaten worden niet ondersteund bij het maken van boekjes. De volgende lay-outs voor boekjes worden ondersteund: Geen: De taak wordt afgedrukt zonder inslagfuncties voor boekjes. Door de rug geniet: Kies deze instelling om volledige documenten af te drukken die in de volgorde voor een boekje worden gevouwen en geniet. Afgewerkte pagina s kunnen in de middenvouw of rug worden geniet of genaaid. Voor Achter Door de rug geniet

31 AFDRUKOPTIES 31 Door de rug geniet (rechts bind.): Deze optie is identiek aan Door de rug geniet, behalve dat de volgorde van de pagina s van rechts naar links gaat. Voor Achter Door de rug geniet (rechts bind.) boekje Op de rug gesneden: Kies deze instelling om volledige documenten af te drukken die in de volgorde voor een boekje worden gevouwen en geniet. Afgewerkte pagina s worden aan elkaar genaaid om ze te kappen of te lijmen. Op de rug gesneden (rechts bind.): Deze optie is identiek aan Op de rug gesneden, behalve dat de volgorde van de pagina s van rechts naar links gaat. Voor Achter Op de rug snijden Combineren - Dubbele afdruk: Kies deze instelling om een taak zo af te drukken dat de gegevens van de eerste pagina op het eerste vel worden gekopieerd. Het volgende vel dupliceert de gegevens op de tweede pagina, enz. Wanneer elk van de afgedrukte kopieën doormidden wordt gekapt, heeft men twee volledige reeksen van hetzelfde document. Enkelzijdig Dubbelzijdig (duplex) Alleen voor Voor Achter

32 AFDRUKOPTIES 32 Combineren - Snelle afdruk: Kies deze instelling om een afdruktaak te versnellen, zodat bij het stapelen en snijden van de vellen vanuit de centrale positie de taak in volgorde wordt genummerd en gescheiden als twee stapels. De afdrukvolgorde is zodanig dat wanneer ze doormidden worden gekapt, men ze kan combineren om het volledige document te krijgen, met een kortere afdruktijd. Enkelzijdig Dubbelzijdig (duplex) Alleen voor Voor Achter Boekje afdrukken Een boekje afdrukken uit Microsoft Word in Windows (PostScriptprinterstuurprogramma) Om een boekje af te drukken, moet een afwerkeenheid op de kopieermachine geïnstalleerd zijn en moet het printerstuurprogramma geconfigureerd zijn met de geïnstalleerde afwerkeenheid. Zie Afdrukken uit Windows voor informatie over het configureren van installeerbare opties. De volgende procedure beschrijft hoe u de juiste afdrukopties instelt voor het afdrukken van een Microsoft Word-document van 8,5x11 als een boekje op papier van 11x17, of voor het afdrukken van een A4-document als een boekje op A3-papier, met behulp van het PostScriptprinterstuurprogramma voor Windows. OPMERKING: Als u meerdere exemplaren van een boekje afdrukt, moet u de optie Sorteren in Microsoft Word uitschakelen. Zo niet worden alle exemplaren als een enkel boekje afgedrukt. EEEN BOEKJE AFDRUKKEN UIT MICROSOFT WORD MET HET POSTSCRIPT-PRINTERSTUURPROGRAMMA VOOR WINDOWS 1 Open het document in Microsoft Word. 2 Kies Bestand > Pagina-instelling. 3 Stel het papierformaat in op 8,5x11 SEF (of A4 SEF) en de afdrukstand op Staand. OPMERKING: Deze stap kan de weergave van de tekst op de pagina veranderen. 4 Selecteer Bestand > Afdrukken, selecteer de Fiery als uw printer en klik op Eigenschappen. 5 Klik op het tabblad Fiery-afdrukken, Media en kies de volgende instellingen: Papierformaat: 8,5x11 SEF (A4 SEF) Afdrukformaat: 11x17 SEF (A3 SEF)

33 AFDRUKOPTIES 33 6 Open het tabblad Opmaak en kies de volgende instellingen: Afdrukstand: Staand Duplex: Boven-Boven Boekje maken: Door de rug geniet Inslagreductie: Schakel deze optie in 7 Open het tabblad Afwerking en kies de volgende instellingen: Bedrukte zijde omlaag: Bedrukte zijde omhoog Vouwen enkele pagina: Enkelzijdig Opvangbak: Katernopvangbak 8 U kunt facultatief een of meer van de volgende opties op het tabblad Opmaak instellen: Aanpassing voor opkruipen Aanpassing voor centreren Boekje maken: Achteromslag Boekje maken: Vooromslag Boekje maken: Bron voor omslagen 9 Klik op OK om het venster Eigenschappen te sluiten. 10 Voer het aantal exemplaren in. 11 Klik op OK om de taak te verzenden om afgedrukt te worden. Een PDF-document als een boekje afdrukken in Windows (PCL-printerstuurprogramma) Om een boekje af te drukken, moet een afwerkeenheid op de kopieermachine geïnstalleerd zijn en moet het printerstuurprogramma geconfigureerd zijn met de geïnstalleerde afwerkeenheid. Zie Afdrukken uit Windows voor informatie over het configureren van installeerbare opties. De volgende procedure beschrijft hoe u de juiste afdrukopties instelt voor het afdrukken van een PDF-document van 8,5x11 als een boekje op papier van 11x17, of voor het afdrukken van een A4-document als een boekje op A3-papier, met behulp van het PCLprinterstuurprogramma voor Windows.

34 AFDRUKOPTIES 34 EEEN PDF-DOCUMTENT ALS BOEKJE AFDRUKKEN MET PCLPRINTERSTUURPROGRAMMA VOOR WINDOWS 1 Open het document in Adobe Acrobat of Adobe Acrobat Reader. 2 Kies Bestand > Afdrukinstelling. 3 Stel het papierformaat in op 8,5x11 SEF (of A4 SEF) en de afdrukstand op Staand. 4 Selecteer Bestand > Afdrukken, selecteer de Fiery als uw printer en klik op Eigenschappen. 5 Klik op het tabblad Fiery-afdrukken, Media en kies de volgende instellingen: Papierformaat: 8,5x11 SEF (A4 SEF) Afdrukformaat: 11x17 SEF (A3 SEF) 6 Open de opmaakbalk en kies de volgende instellingen: Afdrukstand: Staand Duplex: Boven-Boven Boekje maken: Door de rug geniet 7 Open de afwerkingsbalk en kies de volgende instellingen: Bedrukte zijde omlaag: Bedrukte zijde omlaag Vouwen enkele pagina: Enkelzijdig Opvangbak: Katernopvangbak 8 U kunt facultatief een of meer van de volgende opties op het tabblad Opmaak instellen: Aanpassing voor opkruipen Boekje maken: Achteromslag Boekje maken: Vooromslag Boekje maken: Bron voor omslagen 9 Klik op OK om het venster Eigenschappen te sluiten. 10 Voer het aantal exemplaren in. 11 Klik op OK om de taak te verzenden om afgedrukt te worden.

35 AFDRUKOPTIES 35 Een boekje afdrukken uit Mac OS X v10.4 Om een boekje af te drukken, moet een afwerkeenheid op de kopieermachine geïnstalleerd zijn en moet het printerstuurprogramma geconfigureerd zijn met de geïnstalleerde afwerkeenheid. Zie Afdrukken uit Mac OS voor informatie over het configureren van installeerbare opties. De volgende procedure beschrijft hoe u de juiste afdrukopties instelt voor het afdrukken van een document van 8,5x11 als een boekje op papier van 11x17, of voor het afdrukken van een A4-document als een boekje op A3-papier, met behulp van het printerstuurprogramma voor Mac OS X v10.4. EEN BOEKJE AFDRUKKEN UIT MAC OS X V Open het document in zijn toepassing. 2 Selecteer Bestand > Pagina-instelling en selecteer de Fiery als uw printer. 3 Stel het papierformaat in op 8,5x11 SEF (of A4 SEF) en de afdrukstand op Staand. Klik op OK. 4 Kies Bestand > Afdrukken. 5 Selecteer de Fiery als uw printer en kies Printerfuncties op de keuzelijst. 6 Selecteer in het submenu van de functiesets Media 4 en stel het afdrukformaat in op 11x17 SEF (A3 SEF). 7 Selecteer in het submenu van de functiesets Opmaak 1 en stel Duplex in op Boven-Boven. 8 Selecteer in het submenu van de functiesets Afwerking 2 en stel Vouwen enkele pagina in op Enkele pagina. 9 Selecteer in het submenu van de functiesets Afwerking 3 en stel Bedrukte zijde omlaag in op Bedrukte zijde omhoog. 10 Selecteer in het submenu van de functiesets Opmaak 1 en stel Boekje maken in op Door de rug geniet. 11 Selecteer in het submenu van de functiesets Opmaak 3 en schakel de optie Inslagreductie in. 12 U kunt facultatief een of meer van de volgende opties instellen (op de tabbladen Opmaak 1/ Opmaak 2): Aanpassing voor opkruipen Aanpassing voor centreren Boekje maken: Achteromslag Boekje maken: Vooromslag Boekje maken: Bron voor omslagen 13 Klik op Afdrukken om de taak te verzenden om afgedrukt te worden.

36 AFDRUKOPTIES 36 Aanpassing voor centreren Gebruik deze optie om op te geven hoe u de afbeelding op de pagina wilt positioneren tegenover de X-as (horizontaal) en de Y-as (verticaal). OPMERKING: Aanpassing voor centreren is alleen beschikbaar als optie als Boekje maken geselecteerd is. De volgende tabel toont de instellingen van Aanpassing voor centreren: Aanpassing voor centreren Beeldpositionering op pagina XY-centrering Plaatst de afbeelding in het midden van de pagina. X-centrering onder Plaatst de afbeelding gelijk met de linkerkant van de pagina.

37 AFDRUKOPTIES 37 Aanpassing voor opkruipen Opkruipen gebeurt bij boekjes met een groot aantal pagina s of op dikke media. Wanneer de vellen worden gevouwen om afzonderlijke pagina s te vormen, veroorzaakt elke vouw een kleine, toenemende verschuiving naar de rand van de pagina toe. Gebruik deze optie bij taken voor boekjes om afbeeldingen aan te passen die mogelijk verschuiven ten opzichte van het midden van het vel. Opkruipen Uit: Kies deze instelling om boekjes af te drukken zonder aanpassingen. Normaal: Kies deze instelling om boekjes met een groot aantal pagina s op normale media af te drukken. Dik: Kies deze instelling om boekjes op dikke media af te drukken. OPMERKING: Zelfs als u op het menu Aanpassen voor opkruipen Dik selecteert, zal de taak nog altijd op normaal papier worden afgedrukt als u geen dik papier hebt opgegeven in het menu Mediatype. OPMERKING: Om deze optie te gebruiken, moet de optie Boekje maken op Boekje staan en de optie Dubbelzijdig afdrukken op Boven-Boven.

38 AFDRUKOPTIES 38 Dubbelzijdig afdrukken De Fiery Color Server kopieermachine is uitgerust voor automatisch dubbelzijdig (duplex) afdrukken. Wanneer de afdrukoptie Dubbelzijdig afdrukken ingesteld is op een van de instellingen voor dubbelzijdig afdrukken, draait de kopieermachine het papier automatisch om op de andere zijde af te drukken. PAGINA S AUTOMATISCH DUBBELZIJDIG AFDRUKKEN 1 Kies Afdrukken in uw toepassing en zoek de optie voor dubbelzijdig afdrukken (tabblad Opmaak). De plaats waar u de afdrukopties van de Fiery Color Server kunt vinden, is afhankelijk van het printerstuurprogramma dat u gebruikt. 2 Kies een instelling voor dubbelzijdig afdrukken. Boven-Boven: Drukt de bovenzijde van de afbeelding af op Zijde 1 tegen dezelfde paginarand als de bovenzijde van de afbeelding op Zijde 2. Boven-Onder: Drukt de bovenzijde van de afbeelding af op Zijde 1, aan de tegenovergestelde paginarand van de bovenzijde van de afbeelding op Zijde 2. De volgende tabel toont hoe instellingen voor dubbelzijdig afdrukken overeenkomen met de afgedrukte uitvoer: Boven-Boven Boven-Onder Staand Liggend Druk de taak af.

39 AFDRUKOPTIES 39 Handmatig dubbelzijdig De Fiery Color Server kopieermachine is uitgerust voor handmatig dubbelzijdig (duplex) afdrukken. Gebruik de volgende procedure om de pagina s te oriënteren voor manueel dubbelzijdig afdrukken. Handmatig dubbelzijdig afdrukken wordt ondersteund met Lade 5 (handmatige invoer) of Lade 6 (Extra groot) als papierbron. Wanneer u een taak handmatig dubbelzijdig afdrukt, vraagt de Fiery Color Server u om de vereiste manuele stappen uit te voeren en toont hij boodschappen die u helpen als er fouten optreden. EEN HANDMATIGE DUBBELZIJDIGE TAAK AFDRUKKEN 1 Kies Afdrukken in de toepassing waarmee u werkt. 2 Stel de afdrukopties als volgt in: Handmatig dubbelzijdig (tabblad Opmaak) = Aan Bedrukte zijde omlaag (tabblad Afwerking) = Bedrukte zijde omhoog Papierbron (tabblad Media) = Lade 5 (handmatige invoer) of Lade 6 (Extra groot) 3 Druk de taak af. De even pagina s worden afgedrukt. 4 Noteer de oriëntatie van de pagina s voor u het papier uit de uitvoerlade verwijdert. 5 Als u uit Lade 5 (handmatige invoer) afdrukt, verwijdert u het ongebruikte papier uit de lade. 6 Draai de pagina s om, met de bedrukte zijde naar omlaag, en plaats ze in dezelfde lade die u voor de eerste zijde gebruikt hebt. Afhankelijk van de manier waarop u de pagina s laadt, kunt u de tweede zijde met dezelfde oriëntatie afdrukken als de eerste (Boven-Boven), of 180 graden gedraaid tegenover de eerste (Boven-Onder). Boven-Boven Boven-Onder Staand Liggend

40 AFDRUKOPTIES 40 Om Boven-Boven af te drukken, geeft u de pagina s dezelfde oriëntatie als in de uitvoerlade, behalve dat u de bedrukte zijde naar omlaag legt. Als de pagina s bijvoorbeeld ondersteboven en bedrukte zijde omhoog liggen, laadt u ze ondersteboven en bedrukte zijde omlaag. Draai de pagina s niet. Laad ze in dezelfde richting (lange kant eerst of korte kant eerst) als bij het drukken van zijde 1. OPMERKING: De onderstaande illustraties tonen pagina s met staande ligging die LEF (lange kant eerst) afgedrukt worden. Boven-Boven afdrukken Opvangbak Invoerlade Om Boven-Onder af te drukken, draait u de pagina s 180 graden en leg u ze met de bedrukte zijde omlaag. Boven-Onder afdrukken Opvangbak Invoerlade 7 Voor Lade 6 (Extra groot), drukt u op de startknop van het bedieningspaneel van de kopieermachine. Lade 5 (handmatige invoer) detecteert dat de pagina s geladen zijn, zodat u niet op start moet drukken. De oneven pagina s worden afgedrukt. OPMERKING: Voor met Impose ingeslagen taken moet u de pagina s altijd langs de lange zijde van de pagina draaien.

41 AFDRUKOPTIES 41 Berichten van Fiery Color Server voor handmatig dubbelzijdig (duplex) afdrukken Tijdens het handmatig dubbelzijdig afdrukken toont de Fiery Color Server berichten die u helpen om de taken uit te voeren. Deze berichten worden beschreven in de volgende tabel. Wanneer dit gebeurt Wordt dit bericht getoond Opmerkingen Afdrukken van zijde 1 van lade 6 is voltooid. Afdrukken van zijde 1 uit Lade 5 (handmatige invoer is voltooid). Er is een papierstoring opgetreden tijdens het afdrukken van zijde 2 uit Lade 6. Er is een papierstoring opgetreden tijdens het afdrukken van zijde 2 uit Lade 5 (handmatige invoer). Afdrukken van zijde 1 is voltooid. Ga als volgt te werk om zijde 2 af te drukken: 1. Verwijder de afdrukken van zijde 1 uit de uitvoerlade. 2. Draai de uitvoer om en leg hem met de bedrukte zijde naar omlaag in Lade 6. Afdrukken van zijde 1 is voltooid. Ga als volgt te werk om zijde 2 af te drukken: 1. Verwijder de afdrukken van zijde 1 uit de uitvoerlade. 2. Draai de uitvoer om en leg hem met de bedrukte zijde naar omlaag in Lade 5 (handmatige invoer). 1. Verwijder de uitvoer uit de uitvoerlade en leg hem opzij. Deze uitvoer zal later met andere uitvoer gecombineerd worden om een volledige stapel te maken. 2. Open Lade Verwijder de afgedrukte vellen uit Lade 6 en leg ze opzij. U zult later verzocht worden deze vellen opnieuw te laden. 4. Laad blanco vellen in Lade Sluit Lade Verwijder de uitvoer uit de uitvoerlade en leg hem opzij. Deze uitvoer zal later met andere uitvoer gecombineerd worden om een volledige stapel te maken. 2. Verwijder de afgedrukte vellen uit Lade 5 (handmatige invoer) en leg ze opzij. U zult later verzocht worden deze vellen opnieuw te laden. 3. Laad blanco vellen in Lade 5 (handmatige invoer). Als u niet het juiste aantal pagina s laadt, vraagt de Fiery Color Server u om het juiste papierformaat en papiertype te laden. Als u niet het juiste aantal pagina s laadt, vraagt de Fiery Color Server u om het juiste papierformaat en papiertype te laden.

42 AFDRUKOPTIES 42 Wanneer dit gebeurt Wordt dit bericht getoond Opmerkingen De pagina s van zijde 2 die vanwege een papierstoring opnieuw moesten worden afgedrukt, zijn met succes afgedrukt uit Lade 6. De pagina s van zijde 2 die vanwege een papierstoring opnieuw moesten worden afgedrukt, zijn met succes afgedrukt uit Lade Verwijder de afdrukken van zijde 1 uit de uitvoerlade. 2. Draai de uitvoer om en leg hem op de afgedrukte vellen die u uit Lade 6 verwijderd hebt. 3. Open Lade Laad de volledige stapel in Lade 6, met de bedrukte zijde naar omlaag. 5. Sluit Lade Na het afdrukken verwijdert u de afdrukken uit de uitvoerlade en combineert u ze met de daarnet opzijgelegde stapel. 1. Verwijder de afdrukken van zijde 1 uit de uitvoerlade. 2. Draai de uitvoer om en leg hem op de afgedrukte vellen die u uit Lade 5 (handmatige invoer) verwijderd hebt. 3. Laad de volledige stapel in Lade 5 (handmatige invoer), met de bedrukte zijde naar omlaag. 4. Na het afdrukken verwijdert u de afdrukken uit de uitvoerlade en combineert u ze met de daarnet opzij gelegde stapel.

43 AFDRUKOPTIES 43 Beeldverschuiving In Beeldverschuiving kunt u opgeven hoe ver de afbeelding op elke pagina moet worden verschoven langs de X-as (horizontaal) en de Y-as (verticaal). Door de inhoud van de taak op deze manier te verschuiven, kunt u rekening houden met diverse afwerkingsopties, zoals nieten en binden. Beeldverschuiving voorkomt dat de afbeelding wordt afgekapt. OPMERKING: Deze optie geldt alleen voor taken met een N-op-N opmaak van 1-op-1. BEELDVERSCHUIVING VOOR EEN AFDRUKTAAK DEFINIËREN 1 Klik in het printerstuurprogramma op de optiebalk Beeldverschuiving. 2 Selecteer de maateenheid. 3 Typ in de velden X-as en Y-as de instellingen voor de verschuiving van de afbeelding op de voorzijde en de achterzijde. U kunt de instellingen van de afbeelding ook kiezen met behulp van de pijltjestoetsen. OPMERKING: De maximumwaarde voor zowel de X-as als de Y-as is 999,99 punt/35,28 cm/ 352,77 mm. 4 Selecteer Voor- en achterkant uitlijnen om de afbeeldingen op de voor- en achterzijde passend uit te lijnen. 5 Klik op OK.