Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814."

Transcriptie

1 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 84. Nr november 07 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van november 07, nr. IENM/BSK-07/076, tot wijziging van de Binnenvaartregeling in verband met de implementatie van resoluties 06-I-0 en 06-II-9 van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart, daarmee verband houdende overige wijzigingen en het herstel van een aantal omissies De Minister van Infrastructuur en Milieu, Gelet op de artikelen 8, eerste en tweede lid,, eerste en tweede lid, en, eerste lid, van de Binnenvaartwet en de op juni en 8 december 06 door de Centrale Commissie voor de Rijnvaart aangenomen protocollen 06-I-0 en 06-II-9; BESLUIT: ARTIKEL I De Binnenvaartregeling wordt als volgt gewijzigd: A. Artikel.9 wordt als volgt gewijzigd: a. Het vierde lid, onder b, komt als volgt te luiden: b) ten minste 9 jaar en heeft een beroepservaring van ten minste jaar als op een schip met mechanische voortstuwingsmiddelen. b. Het zesde lid vervalt, onder vernummering van de leden zeven, acht en negen naar zes, zeven en acht. c. Het zevende lid komt als volgt te luiden: 7. Een is: a. tenminste 5 jaar, en in het bezit van een schriftelijk bewijs van inschrijving, afgegeven door het opleidingsinstituut dat de desbetreffende opleiding verzorgt, voor het door middel van schoolbezoek volgen van een opleiding voor binnenvaart, binnenvaart, kapitein binnenvaart, bootman, of rondvaartboot beperkt vaargebied, zoals opgenomen in het Centraal Register Beroepsopleidingen onder de respectieve nummers: 5509, 550, 55, 5564, en 585; of b. tenminste 5 jaar, en in het bezit van een schriftelijk bewijs van inschrijving, afgegeven door het opleidingsinstituut dat de cursus verzorgt, voor het schriftelijk of door middel van schoolbezoek volgen van de cursus aspirant van de Maritieme Academie Harlingen, het Maritiem College IJmuiden, het Scheepvaart en Transportcollege te Rotterdam, het Maritiem Instituut de Ruyter te Vlissingen, het Berechja College op Urk, het Noorderpoortcollege te Groningen, en Edumar te Workum; of c. tenminste 9 jaar en in het bezit van een schriftelijk bewijs van inschrijving, afgegeven door het opleidingsinstituut dat het praktijkexamen verzorgt, voor deelname aan het Praktijkexamen binnenvaart van het CBR; of d. tenminste jaar en in het bezit van een schriftelijk bewijs van inschrijving, afgegeven door het opleidingsinstituut dat het praktijkexamen verzorgt, voor deelname aan het Praktijkexamen binnenvaart van het CBR; of e. tenminste jaar en in het bezit van een schriftelijk bewijs van inschrijving, afgegeven door het opleidingsinstituut dat het praktijkexamen verzorgt, voor deelname aan het Praktijkexamen rondvaartboot beperkt vaargebied van het CBR; of f. tenminste 5 jaar, en in het bezit van een schriftelijk bewijs van een door een bevoegde autoriteit in het buitenland erkende opleiding, die opleidt tot een gelijkwaardig diploma als dat kan worden behaald voor de onder a genoemde opleidingen en de onder b genoemde cursus. Staatscourant 07 nr november 07

2 d. Na het achtste lid wordt een negende lid toegevoegd, luidende: 9. Houders van een groot patent, een overeenkomstig Richtlijn 96/50/EG afgegeven vaarbewijs, een vaarbewijs als bedoeld in bijlage van Richtlijn 9/67/EEG of een aan het grote patent als gelijkwaardig erkend vaarbevoegdheidsbewijs mogen naast de functie van ook de functies van, en uitoefenen. Artikel 7.6 wordt als volgt gewijzigd: a. Het tweede lid komt te luiden:. Het in het eerste lid, onderdeel a, bedoelde vrijstellingsbewijs wordt door de minister afgegeven na overlegging van: a. het diploma Schipper rondvaartboot beperkt vaargebied, zoals opgenomen in het Centraal Register Beroepsopleidingen met de codes of 585, en een dienstboekje als bedoeld in artikel 5.4., waaruit blijkt dat de aanvrager een vaartijd van ten minste 80 vaardagen als heeft behaald; of b. de Verklaring praktijkexamen rondvaartboot beperkt vaargebied, ten bewijze dat het Praktijkexamen rondvaartboot van het Amsterdamse grachtentype, beperkt vaargebied van het CBR, met goed gevolg is afgelegd, een dienstboekje als bedoeld in artikel 5.4., waaruit blijkt dat de aanvrager een vaartijd van tenminste 80 vaardagen heeft behaald, ten minste een klein vaarbewijs I en een marifoon certificaat; en c. een geneeskundige verklaring als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de wet, niet ouder dan dertien weken b. In het derde en vijfde lid wordt eerste lid vervangen door: eerste lid, onderdeel a,. c. Er wordt, onder vernummering van het derde tot en met het zesde lid naar het vierde tot en met het zevende lid, een derde lid ingevoegd, luidende:. Het praktijkexamen ter verkrijging van de Verklaring praktijkexamen rondvaartboot beperkt vaargebied, als bedoeld in het tweede lid, onder b, wordt afgenomen met inachtneming van een examenreglement en een examenprogramma die zijn goedgekeurd door de minister. 4. In artikel 7.8, dertiende lid, vervalt de verwijzing naar artikel, vierde en vijfde lid. 5. Artikel 7.5 komt als volgt te luiden: B Artikel 7.5 De instantie die het klein vaarbewijs afgeeft verstrekt op aanvraag, namens de minister, aan de houder van onderscheidenlijk een geldig klein vaarbewijs I of II, een geldig groot pleziervaartbewijs I of II, een certificaat Theoretische Kustnavigatie van het Koninklijk Nederlands Watersportverbond of een diploma als bedoeld in bijlage 7.,, onderscheidenlijk het: a. gecombineerde klein vaarbewijs I / ICC inland; b. gecombineerde klein vaarbewijs II / ICC inland + coastal; c. gecombineerde groot pleziervaartbewijs I / ICC inland; d. gecombineerde groot pleziervaartbewijs II / ICC inland + coastal; e. ICC coastal. Bijlage. wordt als volgt gewijzigd:. Artikel 0., eerste lid, onder e, komt als volgt te luiden: e) op een geschikte plaats benedendeks in de machinekamers of ketelruimen, zodanig zijn geïnstalleerd dat de weg naar een brandblusapparaat vanuit geen enkel punt van de ruimte meer dan 0 meter bedraagt.. Bijlage G Model van het speciale certificaat voor zeeschepen die de Rijn bevaren, komt als volgt te luiden: Staatscourant 07 nr november 07

3 KONINKRIJK DER NEDERLANDEN C Bijlage.9 wordt als volgt gewijzigd:. In artikel.0 vervalt: de -motordrijver.. Artikel.0 wordt als volgt gewijzigd: a. Het vierde lid komt, onder vernummering van de leden 5, 6, 7 en 8 naar 4, 5, 6 en 7, te vervallen. b. Het zevende lid komt als volgt te luiden: Staatscourant 07 nr november 07

4 7. voor de : a) een minimumleeftijd van 8 jaar en een met goed gevolg afgelegd eindexamen van een vakopleiding op het gebied van motoren of werktuigbouwkunde; of b) een minimumleeftijd van 9 jaar en een vaartijd van ten minste jaar als op een gemotoriseerd binnenschip. Houders van een groot patent, een overeenkomstig Richtlijn 96/50/EG afgegeven vaarbewijs, een vaarbewijs als bedoeld in bijlage van Richtlijn 9/67/EEG of een aan het grote patent als gelijkwaardig erkend vaarbevoegdheidsbewijs mogen naast de functie van ook de functies van, en uitoefenen.. Artikel.5, derde lid, komt als volgt te luiden:. De voorgeschreven minimumbemanning overeenkomstig de onder genoemde tabel, kan a) in groep, exploitatiewijze B, Standaard S, b) in groep, exploitatiewijze A, Standaard S, en c) in groep, exploitatiewijze A, Standaard S en exploitatiewijze A, Standaard S, voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden per kalenderjaar met een worden verminderd, als deze gedurende deze tijd een sschool bezoekt. Opeenvolgende periodes met een gereduceerde bemanning moeten door een periode van minimaal één maand worden onderbroken. Het bezoek aan de sschool moet worden aangetoond met een verklaring van de sschool, die zich aan boord moet bevinden en waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven. De eerste zin, onderdeel a en het tweede alternatief van onderdeel c zijn slechts van toepassing wanneer gedurende de tijd dat de ene een sschool bezoekt, de tweede aan boord is. Deze bepalingen gelden niet voor de lichtmatrozen zoals bedoeld in het tweede lid. 4. Artikel.6, eerste lid, komt als volgt te luiden:. De minimumbemanning van hechte samenstellen en andere hechte samenstellingen bestaat uit: Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S of S A A B S S S S S S afmeting van het samenstel L 7 m B 5 m afmeting van het samenstel 7 m < L 86m B 5 m duwboot + duwbak met L > 86 m of afmeting van het samenstel 86 m < L 6,5 m B 5 m 4 duwboot + duwbakken* motorschip + bak* 5 duwboot + of meer duwbakken* motorschip + of meer duwbakken* of of of of of of of of De of één van de lichtmatrozen mag worden vervangen door een deksman. 4 Staatscourant 07 nr november 07

5 De moet in het bezit zijn van het overeenkomstig dit reglement vereiste spatent. Eén van de lichtmatrozen moet ouder zijn dan 8 jaar. * In dit artikel omvat het begrip duwbak ook motorschepen zonder eigen in werking gestelde voortstuwingswerktuigen en sleepschepen. Bovendien is de volgende gelijkwaardigheid van toepassing: duwbak = meerdere bakken met een totale lengte van niet meer dan 76,50 m en een totale breedte van niet meer dan 5 m. 5. Artikel.6, derde lid, komt als volgt te luiden:. De voorgeschreven minimumbemanning overeenkomstig de in het eerste lid genoemde tabel, kan a) in de groep, exploitatiewijze B, Standaard S, b) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S, c) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S en exploitatiewijze A, Standaard S, d) in de groep 4, exploitatiewijze A, Standaard S en exploitatiewijze A, Standaard S, en e) in de groep 5, exploitatiewijze A, Standaard S, exploitatiewijze A, Standaard S, en exploitatiewijze B, Standaard S voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden per kalenderjaar met een worden verminderd, als deze gedurende deze tijd een sschool bezoekt. Opeenvolgende periodes met een gereduceerde bemanning moeten door een periode van minimaal één maand worden onderbroken. Het bezoek aan de sschool moet worden aangetoond met een verklaring van de sschool, die zich aan boord moet bevinden en waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven. De eerste zin, onderdeel a en het tweede alternatief van onderdeel c, d en het tweede alternatief van onderdeel e zijn slechts van toepassing wanneer gedurende de tijd dat de ene een sschool bezoekt, de tweede aan boord is. Deze bepalingen gelden niet voor de zoals bedoeld in het tweede lid. 6. Aan artikel.6, wordt een vierde lid toegevoegd, luidende: 4. De voorgeschreven en overeenkomstig de in het eerste lid genoemde tabel mogen door bijkomende volmatrozen worden vervangen. Zij mogen ook door bijkomende matrozen worden vervangen, wanneer in de tabel in het eerste lid al een is voorgeschreven. 7. Artikel.7, eerste lid, komt als volgt te luiden:. De minimumbemanning van schepen voor dagtochten bestaat uit: Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S of S A A B S S S S S S Toegestaan aantal passagiers tot en met 75 Toegestaan aantal passagiers van 76 tot en met 50.. Toegestaan aantal passagiers. van 5 tot.. en met Toegestaan aantal passagiers van 60 tot en met.000 of of 5 Staatscourant 07 nr november 07

6 Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S of S A A B S S S S S S 5 Toegestaan aantal passagiers van.00 tot en met Toegestaan aantal passagiers meer dan.000 of 4 4 De of één van de lichtmatrozen mag worden vervangen door een deksman. 8. Artikel.7, tweede, lid komt als volgt te luiden: De minimumbemanning van stoomschepen voor dagtochten bestaat uit: Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S of S A A B S S S S S S Toegestaan aantal passagiers van 50 tot en met.000 Toegestaan aantal passagiers van.00 tot en met.000. of De of één van de lichtmatrozen mag worden vervangen door een deksman. De Commissie van Deskundigen bepaalt of en vereist zijn en vult dit onder nummer 5 van binnenvaartcertificaat in. 9. Artikel.7, derde lid, komt als volgt te luiden:. De minimumbemanning van hotelschepen bestaat uit: Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S of S A A B S S S S S S Toegestaan aantal bedden: tot en met 50 Toegestaan aantal bedden: van 5 tot 00 Toegestaan aantal bedden meer dan 00 of 6 Staatscourant 07 nr november 07

7 0. Artikel.7, zesde lid, komt als volgt te luiden: 6. De minimumbemanning overeenkomstig de in het eerste lid genoemde tabel (schepen voor dagtochten), kan a) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S, b) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S, c) in de groep 4, exploitatiewijze A, Standaard S, d) in de groep 5, exploitatiewijze A, Standaard S, exploitatiewijze A, Standaard S en exploitatiewijze B, Standaard S en e) in de groep 6, exploitatiewijze A, Standaard S en exploitatiewijze B, Standaard S, voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden per kalenderjaar met een worden verminderd, als deze gedurende deze tijd een sschool bezoekt. Opeenvolgende periodes met een gereduceerde bemanning moeten door een periode van minimaal één maand worden onderbroken. Het bezoek aan de sschool moet worden aangetoond met een verklaring van de sschool, die zich aan boord moet bevinden en waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven. De eerste zin, onderdeel c, d en het tweede en derde alternatief van onderdeel e zijn slechts van toepassing wanneer gedurende de tijd dat de ene een sschool bezoekt, de tweede aan boord is. Deze bepalingen gelden niet voor de zoals bedoeld in het vijfde lid.. Artikel.7, zevende lid, komt als volgt te luiden: 7. De minimumbemanning overeenkomstig de in het eerste lid genoemde tabel (stoomschepen voor dagtochten), kan a) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S, b) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S, en c) in de groep, exploitatiewijze B, Standaard S, voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden per kalenderjaar met een worden verminderd, als deze gedurende deze tijd een sschool bezoekt. Opeenvolgende periodes met een gereduceerde bemanning moeten door een periode van minimaal één maand worden onderbroken. Het bezoek aan de sschool moet worden aangetoond met een verklaring van de sschool, die zich aan boord moet bevinden en waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven. De eerste zin, onderdeel b en c zijn slechts van toepassing wanneer gedurende de tijd dat de ene een sschool bezoekt, de tweede aan boord is. Deze bepalingen gelden niet voor de zoals bedoeld in het vijfde lid.. Artikel.7, achtste lid, komt als volgt te luiden: 8. De minimumbemanning overeenkomstig de in het eerste lid genoemde tabel (hotelschepen) kan a) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S en b) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S, voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden per kalenderjaar met een worden verminderd, als deze gedurende deze tijd een sschool bezoekt. Opeenvolgende periodes met een gereduceerde bemanning moeten door een periode van minimaal één maand worden onderbroken. Het bezoek aan de sschool moet worden aangetoond met een verklaring van de sschool, die zich aan boord moet bevinden en waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven.. Na artikel.7, achtste lid, wordt een negende en een tiende lid toegevoegd, luidende: 9. Bij dagtochtschepen met passagiers waarvan het aantal voor vertrek vaststaat en tijdens de vaart niet wijzigt (chartervaart), kan de overeenkomstig de groepen tot en met 6 voorgeschreven minimumbemanning worden gereduceerd tot de eerst lagere groep, op voorwaarde dat het overeenkomstig de groepen tot en met 6 toegelaten aantal passagiers tijdens de vaart lager is dan dit toegestane aantal. De eisen van hoofdstuk 5, alsmede de eisen die gelden voor de bemanning en het boordpersoneel uit hoofde van de veiligheidsrol gelden onverminderd. 0. De en die zijn voorgeschreven overeenkomstig de in het eerste tot derde lid genoemde tabellen mogen door bijkomende volmatrozen worden vervangen. Deze volmatrozen mogen door bijkomende matrozen worden vervangen, wanneer het aantal volmatrozen dat als minimumbemanning overeenkomstig de in het eerste tot derde lid genoemde tabellen is voorgeschreven, overeenstemt met het aantal te vervangen en. 7 Staatscourant 07 nr november 07

8 4. Artikel.8, tweede lid, komt als volgt te luiden:. Voldoet de uitrusting van een schip slechts gedeeltelijk aan de Standaard S zoals deze is bepaald in artikel.4 van dit Reglement, en niet aan één of meer van de in artikel.4, lid., onderdelen a tot en met c, van dit Reglement gestelde eisen wordt voldaan, dan a) moet in de exploitatiewijzen A en A de, zoals voorgeschreven in het eerste lid, onderdeel a, door een, en b) moeten de twee matrozen in de exploitatiewijze B, zoals voorgeschreven in het eerste lid, onderdeel b door twee volmatrozen worden vervangen. In het in de eerste zin bedoelde geval kunnen de volmatrozen door matrozen worden vervangen, indien de volmatrozen reeds deel uitmaken van de in artikel.5, artikel.6 of artikel.7 voorgeschreven minimumbemanning. 5. In artikel 7.0, vierde lid, artikel 7.0, vierde lid en artikel 7.06, eerste lid, vervallen de woorden of -motordrijver. 6. Bijlage A Vaartijdenboek (Model B-0074), onder de kop Aanwijzingen voor het bijhouden van het vaartijdenboek, onder Aantekeningen in het vaartijdenboek, komt als volgt te luiden:. Aantekeningen in het vaartijdenboek De aantekeningen die de in dit vaartijdenboek moet aanbrengen, dienen te voldoen aan de bepalingen van het Reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn. Om te voldoen aan de voorschriften van artikel.0, derde lid, moeten ook de vaar- en rusttijden worden aangetekend die 48 uur voor het binnenvaren van het toepassingsgebied van het genoemde Reglement buiten het toepassingsgebied van dit Reglement (Rijn) gemaakt zijn. De functies van de bemanningsleden kunnen als volgt worden aangeduid: Sch Cd = Schiffsführer Schipper Conducteur St T = Steuermann Stuurman Timonier Bm vmt mmt = Bootsmann Vol Maître-matelot Mt = Matrose Matroos Matelot Dm Hp = Decksmann Deksman Homme de pont Lm Ml = Leichtmatrose Licht Matelot léger Mc = Maschinist Machinist Mécanicien Op iedere bladzijde dient de het volgende aan te tekenen: de exploitatiewijze (aantekeningen in verband met een wijziging van exploitatiewijze dienen steeds op een nieuwe bladzijde te worden aangebracht) het jaar zodra het schip de vaart begint: e kolom de datum (dag en maand) e kolom de tijd (uur en minuten) e kolom de plaats waar de vaart begint 4e kolom de kilometerraai van die plaats zodra het schip de vaart onderbreekt: e kolom de datum (dag en maand) indien deze afwijkt van de begindatum waarop het schip de reis begonnen is 5e kolom de tijd (uur en minuten) 6e kolom de plaats waar het schip stilligt 7e kolom de kilometerraai van die plaats zodra het schip de vaart voortzet: dezelfde aantekeningen als bij het begin van de vaart zodra het schip de vaart beëindigt: dezelfde aantekeningen als bij een onderbreking van de vaart De 8e kolom moet worden ingevuld (naam, voornaam, nummer van het dienstboekje of vaarbevoegdheidsbewijs) wanneer de bemanning voor de eerste keer aan boord komt en vervolgens telkens wanneer deze van samenstelling verandert. In de kolommen 9 t/m moeten het begin en het einde van de rusttijd van elk bemanningslid worden aangetekend. Deze aantekeningen dienen uiterlijk om 8 uur de volgende ochtend in het vaartijdenboek te worden aangebracht. Ingeval de bemanningsleden hun rust nemen volgens een regelmatig rooster, kan per reis met één schema worden volstaan. In de kolommen en moet bij wisseling van de bemanning telkens het tijdstip van aan boord komen of van boord gaan worden vermeld. 7. De alinea met de kop Sancties komt als volgt te luiden: 8 Staatscourant 07 nr november 07

9 Overtredingen/strafbare handelingen Overtreding van de bemanningsvoorschriften van het Reglement betreffende het Scheepvaartpersoneel op de Rijn is strafbaar. Hetzelfde geldt voor het niet bijhouden, dan wel het niet volgens de voorschriften bijhouden van het vaartijdenboek. (Gevolgd door de van kracht zijnde tekst van deel II van het Reglement betreffende het Scheepvaartpersoneel op de Rijn in het Frans, Duits en Nederlands.) D Bijlage 5. komt als volgt te luiden: (Externe link) Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S, S A A B S S S S S S. Afmeting van het samenstel L 7 m B 5 m. Afmeting van het samenstel 7 m < L 86m B 5 m **** of **** of ******. Duwboot + duwbak met L > of 86 m of afmeting van het samenstel 86 m **** < L 6,5 m B of 5 m 4. Duwboot + duwbakken * motorschip + duwbak * **** * of 5. Duwboot + of meer duwbakken * motorschip + **** of meer duwbakken * Machinist of ******* ******* *** * * ******* * * * * * * * ******* of of of * ** ** ** * *** ******* of of ** ** * De of een van de lichtmatrozen mag worden vervangen door een deksman. ** De bezit de bekwaamheid van als bedoeld in artikel.9, tweede lid. *** Een van de lichtmatrozen is ouder dan 8 jaar. **** De matrozen mogen worden vervangen door lichtmatrozen die de leeftijd van 7 jaar hebben bereikt, zich ten minste in het laatste leerjaar bevinden en een jaar vaartijd in de binnenvaart kunnen aantonen. ***** De voorgeschreven minimumbemanning overeenkomstig de tabel, kan a) in de groep, exploitatiewijze B, Standaard S, b) in de groep, exploitatiewijze Al, Standaard S, c) in de groep, exploitatiewijze Al, Standaard S en exploitatiewijze A, Standaard S, d) in de groep 4, exploitatiewijze Al, Standaard S en exploitatiewijze A, Standaard S, en e) in de groep 5, exploitatiewijze Al, Standaard S, exploitatiewijze A, Standaard S, en exploitatiewijze B, Standaard S, voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden per kalenderjaar met een worden verminderd, als deze gedurende deze tijd een sschool bezoekt. Opeenvolgende periodes met een gereduceerde bemanning moeten door een periode van minimaal één maand worden onderbroken. Het bezoek aan de sschool moet worden aangetoond met een verklaring van de sschool, die zich aan boord moet bevinden en waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven. De eerste zin, onderdeel a en het tweede alternatief van onderdeel c, d en het tweede alternatief van onderdeel e zijn slechts van toepassing wanneer gedurende de tijd dat de ene een sschool bezoekt, de tweede aan boord is. Deze bepalingen zijn niet van toepassing op de, bedoeld in noot ****. ****** de mag worden vervangen door een ; ******* de mag worden vervangen door een ; 9 Staatscourant 07 nr november 07

10 Wanneer een duwbak breder is dan 5 meter is, op basis van de lengte van het samenstel, de naast hogere groep van toepassing; E Bijlage 5. komt als volgt te luiden: O Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S, S A A B S S S S S S. Toegestaan aantal passagiers: tot en met 75. Toegestaan aantal passagiers: van 76 tot en met 50. Toegestaan aantal passagiers: van 5 tot en met Toegestaan aantal passagiers: van 60 tot en met Toegestaan aantal passagiers: van.00 tot en met Toegestaan aantal passagiers: meer dan 000 ** of ** of ** ** of ** of ** of of of *** * of * *** *** * * * **** * 4 **** * * **** * 4 * **** * * * De of een van de lichtmatrozen mag worden vervangen door een deksman. ** De matrozen mogen worden vervangen door lichtmatrozen, die de leeftijd van 7 jaar hebben bereikt, zich ten minste in het derde leerjaar bevinden en een jaar vaartijd in de binnenvaart kunnen aantonen. *** De mag worden vervangen door een. **** De mag worden vervangen door een. ***** De minimumbemanning: a) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S; b) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S; c) in de groep 4, exploitatiewijze A, Standaard S; d) in de groep 5, exploitatiewijze A, Standaard S, exploitatiewijze A, Standaard S, en exploitatiewijze B, Standaard S; en e) in de groep 6, exploitatiewijze A, Standaard S, en exploitatiewijze B, Standaard S. kan voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden in een kalenderjaar met een, die een sschool bezoekt, worden verminderd. Opeenvolgende periodes met een verminderde bemanning worden met een periode van minimaal één maand onderbroken. Het bezoek aan de sschool wordt aangetoond met een verklaring van de sschool die zich aan boord bevindt, waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven. F Bijlage 5. komt als volgt te luiden: 0 Staatscourant 07 nr november 07

11 Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S, S A A B S S S S S S. Toegestaan aantal passagiers: van 50 tot en met.000. Toegestaan aantal passagiers: van.00 tot en met.000 *** of ** *** **** Machinist of of * * * * * De of een van de lichtmatrozen mag worden vervangen door een deksman. ** De minister bepaalt of en of volmatrozen vereist zijn en vult dat in het Certificaat van Onderzoek in onder nummer 5. *** De matrozen mogen worden vervangen door lichtmatrozen, die de leeftijd van 7 jaar hebben bereikt, zich ten minste in het laatste leerjaar bevinden en een jaar vaartijd in de binnenvaart kunnen aantonen. **** De minimumbemanning kan a) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S, b) in de groep, exploitatiewijze A, Standaard S, en c) in de groep, exploitatiewijze B, Standaard S, voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden per kalenderjaar met een worden verminderd, als deze gedurende deze tijd een sschool bezoekt. Opeenvolgende periodes met een gereduceerde bemanning moeten door een periode van minimaal één maand worden onderbroken. Het bezoek aan de sschool moet worden aangetoond met een verklaring van de sschool, die zich aan boord moet bevinden en waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven. De eerste zin, onderdeel b en c zijn slechts van toepassing wanneer gedurende de tijd dat de ene een sschool bezoekt, de tweede aan boord is. Deze bepalingen gelden niet voor de zoals bedoeld in noot ***. G Bijlage 5.4 komt als volgt te luiden: Groep Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij de exploitatiewijze A, A of B en voor de uitrustingsstandaard S, S A A B S S S S S S. Toegestaan aantal bedden: tot en met 50. Toegestaan aantal bedden: van 5 tot en met 00. Toegestaan aantal bedden: meer dan 00 of of ** of * * *** *** *** *** *** * De minimumbemanning a) in groep, exploitatiewijze A, Standaard S en b) in groep, exploitatiewijze A, Standaard S, kan voor de ononderbroken duur van ten hoogste drie maanden per kalenderjaar met een worden verminderd, als deze gedurende deze tijd een sschool bezoekt. Opeenvolgende periodes met een verminderde bemanning moeten door een periode van minimaal een maand worden onderbroken. Het bezoek aan de sschool moet worden aangetoond met een verklaring van de sschool, die zich aan boord bevindt, waarin de tijden van het schoolbezoek zijn aangegeven. ** De mag worden vervangen door een. *** De mag worden vervangen door een. Staatscourant 07 nr november 07

12 H Bijlage 5.7 Minimumbemanning van sleepboten en sleepboten die havendiensten verrichten als bedoeld in artikel 5.6, vijfde lid, wordt als volgt gewijzigd:. In de tabel wordt de aanduiding -motordrijver vervangen door.. In de onder l. opgenomen tabel wordt -motordrijver vervangen door. I Bijlage 5.8 wordt als volgt gewijzigd:. De tabel die is opgenomen onder De minimumbemanning van veerponten die een snelheid van meer dan 0 km per uur, maar niet meer dan 40 km per uur, kunnen bereiken bestaat uit: komt als volgt te luiden: De minimumbemanning van veerponten die een snelheid van meer dan 0 km per uur, maar niet meer dan 40 km per uur, kunnen bereiken bestaat uit: Groepen toegestane aantal passagiers Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij exploitatiewijze A A B. tot en met 75 personen Schipper Matroos. van 76 tot en met 50 personen Schipper Licht. van 5 tot en met 600 personen Schipper Vol * * ** * ** -. In noot * wordt de -motordrijver vervangen door: één.. De tabel die is opgenomen onder De minimumbemanning van veerponten die een snelheid van meer dan 40 km per uur kunnen bereiken bestaat uit: komt als volgt te luiden: Groepen toegestane aantal passagiers Bemanningsleden Aantal bemanningsleden bij exploitatiewijze A A B. tot en met 75 personen Schipper Matroos. van 76 tot en met 50 personen Schipper Matroos Licht. van 5 tot en met 600 personen Schipper Vol ** 4 4 ** 4 J. In bijlage 7., komen in, onder., bij het tweede en derde aandachtsstreepje, de aanduidingen het door het Koninkrijk België afgegeven brevet yachtman en brevet yachtnavigator ; en het door de Bondsrepubliek Duitsland afgegeven Sportbootführerschein-See ; te vervallen.. In bijlage 7., komt in, onder.4, bij het derde aandachtsstreepje, de aanduiding het door de Bondsrepubliek Duitsland afgegeven Sportsbootführerschein-Binnen en Sportschifferzeugnis ; te vervallen. K In bijlage 7.4 wordt aan de achterzijde van het Model-vrijstellingsbewijs rondvaartboot van het Amsterdamse grachtentype onder de punten 4 en 0 vaarbewijs vervangen door: vrijstellingsbewijs. ARTIKEL II Deze regeling treedt in werking op december 07. Staatscourant 07 nr november 07

13 Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga Staatscourant 07 nr november 07

14 TOELICHTING Algemeen Met deze wijziging van de Binnenvaartregeling (hierna: Bvr) worden de resoluties 06-I-0 en 06-II-9 van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (hierna: de CCR) in de Bvr geïmplementeerd. Verder worden de artikelen die zien op bekwaamheidseisen van de bemanning en de bemanningssterkte in overeenstemming gebracht met het Reglement scheepvaartpersoneel op de Rijn zoals dat met die hiervoor genoemde resoluties is gewijzigd. Tevens worden een aantal onvolkomenheden in de Bvr gerepareerd. Administratieve lasten Zowel de wijziging van de bemanningssamenstelling, als de invoering van het praktijkexamen rondvaartboot beperkt vaargebied, leiden niet tot een verzwaring van de administratieve lasten. Voor de bemanningssamenstelling vloeit er voor sommige schepen een verlichting van de bemanningseisen uit voort. Het praktijkexamen geeft een extra mogelijkheid voor vrijstelling van het voor het varen met rondvaartboten van het Amsterdamse grachtentype benodigde groot vaarbewijs. Verder betreft deze wijziging het herstel van een aantal omissies die geen gevolgen hebben voor de administratieve lastendruk voor burgers en bedrijven. Dit leidt niet tot nieuwe informatieverplichtingen, dan wel het vervallen ervan, voor burgers en bedrijven noch tot extra nalevingskosten. Internetconsultatie en vast verandermomenten Er heeft geen internetconsultatie plaats gevonden over deze regeling. Met de wijziging van de Binnenvaartregeling worden twee besluiten van de CCR geïmplementeerd en is er geen ruimte om van die besluiten af te wijken. Verder worden met de overige wijzigingen geen ingrijpende veranderingen in de rechten en plichten van burgers en bedrijven aangebracht. Het betreft een aanpassing van al bestaande voorschriften en deze heeft geen ingrijpende gevolgen voor de uitvoeringspraktijk. Beide motieven worden genoemd in de brief van de Minister van Justitie van 5 januari 008 (Tweede Kamer, vergaderjaar , 9 79, nr. 6) op grond waarvan internetconsultatie achterwege kan blijven. Met betrekking tot het kabinetsbesluit tot instelling van Vaste Verandermomenten wordt het volgende opgemerkt. Ingevolge dat besluit dient een regeling op één van de vier vaste verandermomenten in werking te treden. Implementatie van Europese of internationale regelgeving is één van de uitzonderingsgronden met betrekking tot het beleid ten aanzien van de vaste verandermomenten van regelgeving. Met deze regeling worden in artikel I, onderdeel B, onder, en onderdeel C, de twee genoemde besluiten van de CCR geïmplementeerd. De vastgelegde implementatiedatum voor deze besluiten is december 07. Verder worden met de wijziging van de regeling ook enkele reparaties aangebracht. Reparatie van regelgeving is eveneens een uitzonderingsgrond met betrekking tot het beleid ten aanzien van de vaste verandermomenten. Artikelsgewijs Artikel I A Onder a en b Deze wijziging hangt samen met het vervallen van de functie -motordrijver. Voor verdere toelichting zie onder C, onder,, 4, 5, 6. Onder c De tekst van artikel.9, achtste lid, van de Bvr (met deze wijziging vernummerd naar het zevende lid) is niet meer in overeenstemming met de huidige ontwikkelingen. Inmiddels is het voor zij-instromers mogelijk om de beroepskwalificaties binnenvaart, binnenvaart, en rondvaartboot beperkt vaargebied door middel van het volgen van een praktijkexamentraject te verkrijgen. Daarnaast is er verandering opgetreden in de onderwijsinstituten die de cursus aspirant aanbieden, en werd het onlogisch gevonden om de beroepskwalificatie niet ook te verbinden aan de reguliere schoolopleidingen voor de beroepskwalificaties binnenvaart, 4 Staatscourant 07 nr november 07

15 binnenvaart, kapitein binnenvaart, bootman, en rondvaartboot beperkt vaargebied, terwijl daar in de regelgeving van de Centrale Rijnvaart Commissie (CCR) voor wat betreft de beroepskwalificatie met name op wordt gedoeld (artikel.0, tweede lid, van het Reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn). Het artikellid is daarom aan de huidige ontwikkelingen aangepast. Daarnaast wordt aangegeven dat een moet beschikken over een schriftelijk bewijs van inschrijving voor de opleiding of cursus die wordt gevolgd. Voorheen werd gesproken van een leerovereenkomst. De terminologie is op dit punt in overeenstemming gebracht met de terminologie in het Scheepvaartreglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn (hierna: RSP), waarin wordt gesproken van een schriftelijk bewijs van inschrijving. Bovendien is aangegeven dat dit bewijs van inschrijving wordt afgegeven door het desbetreffende opleidingsinstituut. Onder, a en b In artikel 7.6, tweede lid, onder b, is de verklaring Praktijkexamen rondvaartboot beperkt vaargebied ingevoegd, als alternatief voor het reeds bestaande diploma Schipper rondvaartboot beperkt vaargebied. De verklaring biedt de mogelijkheid om samen met een geneeskundige verklaring, een dienstboekje, waaruit blijkt dat ten minste 80 vaardagen zijn behaald, ten minste een klein vaarbewijs I en een marifoon certificaat, een vrijstellingsbewijs rondvaartboot van het Amsterdamse grachtentype te verkrijgen. De reguliere opleidingen voor rondvaartboot beperkt vaargebied kunnen niet aan de toenemende vraag voldoen. Daarom is besloten een praktijkexamentraject te ontwikkelen om zij-instromers met een minimale leeftijd van jaar, in een versneld en flexibel traject te scholen. Op deze wijze is er geen concurrentie met het reguliere opleidingstraject. Het praktijkexamentraject maakt het mogelijk dat kandidaat rondvaartboots op flexibele tijdstippen aan de opleiding kunnen beginnen, een op maat gemaakte opleiding krijgen en sneller in de praktijk kunnen instromen. Op deze wijze kan aan de toenemende vraag naar rondvaartboots worden voldaan. De verklaring Praktijkexamen rondvaartboot beperkt vaargebied wordt verkregen als het Praktijkexamen rondvaartboot van het Amsterdamse grachtentype, beperkt vaargebied van het CBR met goed gevolg is afgelegd. Kandidaten moeten bij het instappen in het praktijkexamentraject in het bezit zijn van een klein vaarbewijs en een marifoon certificaat, en een dienstboekje kunnen tonen waarin ten minste 90 vaardagen zijn geregistreerd. Tijdens het praktijkexamentraject moeten minstens 90 vaardagen worden behaald. Het traject bestaat uit een entreetoets en nog drie deeltoetsen. Praktijk en theorie worden met elkaar vervlochten. De laatste deeltoets is het daadwerkelijke praktijkexamen, dat door het CBR wordt afgenomen. Het praktijkexamentraject geeft recht op de beroepskwalificatie lichtmaatroos. Voor het praktijkexamentraject zijn de eisen die aan het behalen van het diploma Schipper rondvaartboot beperkt vaargebied worden gesteld, als uitgangspunt genomen. Om voor het praktijkexamen te slagen moet aan dezelfde eisen worden voldaan. Daarmee is de kwaliteit van degenen die het praktijkexamen met goed gevolg hebben afgelegd verzekerd, en is de veiligheid van de vaart gewaarborgd. Onder De verwijzing naar artikel, vierde en vijfde lid, kan vervallen omdat dat artikel niet meer bestaat. Bij een eerdere wijziging is verzuimd deze verwijzing te laten vervallen. Onder 4 De onder opgenomen wijziging maakt het mogelijk dat een Internationaal Certificaat van Competentie (ICC) wordt verstrekt aan houders van een internationaal erkend nautisch beroepsdiploma. De houders van deze diploma s vragen regelmatig bij de VAMEX (de instantie die vaardocumenten in Nederland verstrekt) om een ICC. Dit document wordt veelal voor gebruik in de jachtensector verstrekt. Daar zijn de nautische beroepsdiploma s minder of niet bekend. Met behulp van een ICC kan een zeeman die voor vrijetijdsdoeleinden in het buitenland een pleziervaartuig wil gebruiken op eenvoudige wijze aan de documentverplichting voldoen. Voor het verstrekken van een ICC zijn administratiekosten aan de VAMEX verschuldigd. B Met de onder opgenomen wijziging wordt de juiste tekst uit het Reglement onderzoek schepen (hierna: Rosr) op de Rijn 995 opgenomen. Met de onder opgenomen wijziging wordt protocol 06-I-0 van de CCR geïmplementeerd. Hiermee 5 Staatscourant 07 nr november 07

16 wordt een discrepantie tussen de voorschriften van bijlage.9 Reglement scheepvaartpersoneel op de Rijn (hierna Rsp) en de voorschriften van bijlage G van het Rosr ongedaan gemaakt. De voorschriften betreffende de bemanning van zeeschepen zijn voortaan uitsluitend de voorschriften van artikel.0 van het Rsp. Het model van het certificaat van bijlage G behoeft geen vermelding betreffende de bemanning te bevatten. C De hieronder opgenomen wijzigingen houden verband met de implementatie van protocol 06-II-9 van de CCR. Onder,, 6, 4, 5, 6 en 7 Met ingang van december 07, wordt in het RSP de beroepskwalificatie -motordrijver geschrapt, omdat deze is verouderd en er ook niet meer voor wordt opgeleid. De beschikt over voldoende kennis van motoren, om de door de -motordrijver te verrichten taken over te nemen. In de bemanningstabellen van het RSP is daarom de -motordrijver steeds vervangen door een, of waar deze volgens die tabellen reeds tot de minimumbemanning behoort, door een. Dit geldt ook voor de functie, die overigens wel blijft bestaan. In, onder b, wordt de alternatieve inzet van patenthouders als, deksman, of geregeld, maar niet die als. Voor die functie is een leerovereenkomst vereist. Onder, 5, 0, en Het RSP biedt met deze wijziging meer ruimte voor een om gedurende maximaal maanden per jaar in verband met het volgen van een nautische opleiding niet aan boord te hoeven zijn. Dat is nu van toepassing op alle schepen, die een technische standaard S hebben, en waarop volgens de desbetreffende bemanningstabel minstens twee lichtmatrozen aanwezig moeten zijn. Ook vervalt in de bemanningstabel hechte samenstellen groep 6. De bemanningssamenstelling genoemd in groep 5 geldt voortaan ook voor deze groep. Onder 4 Alle binnenvaartdeskundigen zijn het erover eens dat de technische verbeteringen bij lieren, ankers en uitrustingen om de kabels te spannen van de afgelopen 0 jaar in alle opzichten een compensatie vormen voor het laten vervallen van de hoogste groep van de voorgeschreven bemanning voor samenstellen en andere hechte samenstellen. Een evaluatie van het invoeren van deze regeling na een zekere tijd zal rekening houden met het feit dat deze samenstellen op de Niederrhein varen, oftewel de drukst bevaren waterweg van Europa, en een omschakeling in het inzetten van de bemanning bij de desbetreffende ondernemingen om te beginnen in de praktijk getest zal moeten worden. Onder 7, 8, 9 en In de chartervaart staat het aantal aan boord zijnde passagiers voor vertrek vast en zal ook tijdens de vaart niet meer wijzigen. Dat geldt voor de onder 7, 8 en 9 genoemde schepen indien deze worden gecharterd voor een dagtocht. Bij andere scheepvaartreizen met passagiers is dat niet het geval, daar kan het hoogste toegelaten aantal passagiers aan boord komen zonder dat de ondernemer dit in de lijndienst van tevoren zou kunnen plannen. Dit heeft gevolgen voor de samenstelling van de bemanning. Door de chartervaart daarmee gelijk te stellen worden strengere eisen aan de samenstelling gesteld dan nodig is. Met deze wijziging wordt in het RSP geregeld dat wanneer een dagtochtschip minder passagiers aan boord heeft en daarmee in een lagere groep zou kunnen vallen, het is toegestaan de bemanningsvoorschriften uit de lagere groep toe te passen. Negatieve gevolgen voor de veiligheid van de passagiers kunnen daarbij uitgesloten worden, in Nederland is dit al in de praktijk getest. Daarbij blijven zowel de voorschriften voor het veiligheidspersoneel als ook die voor de veiligheidsrol voor het evacueren van passagiers en het ingrijpen bij gevaarlijke situaties aan boord van toepassing. D, E, F, G, H en I Om met ingang van december 07 in Nederland geen ongelijke situatie te laten ontstaan voor de scheepvaartwegen waarop het RSP van toepassing is: de Rijn, de Waal en de Lek, worden hierboven onder C genoemde wijzigingen van het RSP ook doorgevoerd voor de overige scheepvaartwegen. Daarom is in de Binnenvaartregeling onder andere artikel.9, zesde lid, m.b.t. de motordrijver geschrapt, en zijn de bij de Binnenvaartregeling behorende bemanningstabellen voor de minimumbemanning van: hechte samenstellen (Bijlage 5.), schepen voor dagtochten (Bijlage 5.), 6 Staatscourant 07 nr november 07

17 stoomschepen voor dagtochten (Bijlage 5.), hotelschepen (Bijlage 5.4), sleepboten en sleepboten die havendiensten verrichten (Bijlage 5.7), en snelle veerponten (Bijlage 5.8) dienovereenkomstig aangepast. In deze tabellen werd de term en -motordrijver, steeds naast elkaar gebruikt. De term -motordrijver is nu geschrapt, maar de term is gehandhaafd. In plaats van de kan, overeenkomstig de Rijnregelgeving, nu ook worden gekozen voor een, of wanneer deze reeds in de minimumbemanning is opgenomen, voor een. Bijlage 5. is voor wat betreft de minimumbemanning van groep, A, S, geheel gelijk getrokken met het RSP. In de plaats van de, is (naast de en de ) nu een in de bemanningstabel opgenomen. Nieuw is, dat aan deze bijlage een voetnoot is toegevoegd, waarin is vermeld dat wanneer er een duwbak wordt vervoerd met een breedte van 5 meter of meer, op basis van de lengte de minimumbemanning van de naast hogere groep van toepassing is. J In bijlage 7., artikel. onder a en b, worden buitenlandse diplomas benoemd die gelijk zijn gesteld aan het klein vaarbewijs of groot vaarbewijs voor alle binnenwateren. De houder hiervan hoeft geen klein vaarbewijs of groot pleziervaarbewijs te hebben om met een vaarbewijsplichtig schip op de binnenwateren te mogen varen. Hierin staan de Belgische brevetten yachtman en yachtnavigator en het Duitse Sportbootführerschein See genoemd. Bijlage 7., die hier gewijzigd wordt, benoemt de diploma s die een vrijstelling geven van het examen voor de afgifte van een klein vaarbewijs of groot pleziervaarbewijs. Het is echter niet de bedoeling dat een Nederlands vaarbewijs wordt afgegeven op een buitenlands diploma. Met deze wijziging worden daarom de genoemde Belgische brevetten en het Duitse führerschein uit bijlage 7. verwijderd. K Onder de punten 4 en 0 van het Model-vrijstellingsbewijs rondvaartboot van het Amsterdamse grachtentype is abusievelijk de term vaarbewijs opgenomen. Dit moet vrijstellingsbewijs zijn omdat het model daarop betrekking heeft. Artikel II De regeling treedt in werking op december 07. Dit hangt samen met de in protocollen 06-I-0 en 06-II-9 van de CCR opgenomen inwerkingtredingsdatum. De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga 7 Staatscourant 07 nr november 07

b) ten minste 19 jaar en heeft een beroepservaring van ten minste 2 jaar als volmatroos op een schip met mechanische voortstuwingsmiddelen.

b) ten minste 19 jaar en heeft een beroepservaring van ten minste 2 jaar als volmatroos op een schip met mechanische voortstuwingsmiddelen. Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van..., nr. IENM/BSK07/, tot wijziging van de Binnenvaartregeling in verband met de implementatie van resoluties 06I0 en 06II9 van de Centrale Commissie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 34908 22 juni 2017 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 21 juni 2017, nr. IENM/BSK-2017/153551,

Nadere informatie

ROSR DEEL III BEPALINGEN MET BETREKKING TOT DE BEMANNING HOOFDSTUK 23 BEMANNING

ROSR DEEL III BEPALINGEN MET BETREKKING TOT DE BEMANNING HOOFDSTUK 23 BEMANNING ROSR DEEL III BEPALINGEN MET BETREKKING TOT DE BEMANNING HOOFDSTUK 23 BEMANNING Art. 23.01; Algemeen 1. De bemanning die zich krachtens het Rijnvaartpolitiereglement aan boord moet bevinden van schepen

Nadere informatie

Vaarbewijzen. Vragen:

Vaarbewijzen. Vragen: Vaarbewijzen Binnenvaartwet Hoofdstuk 3. Regels aan boord 4. Vaarbewijs Binnenvaartbesluit Hoofdstuk 3. Regels aan boord 3. Vaarbewijs Binnenvaartregeling Hoofdstuk 7. Vaarbewijzen en radarpatenten 1.

Nadere informatie

In deze regeling wordt verstaan onder besluit: Besluit vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart.

In deze regeling wordt verstaan onder besluit: Besluit vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart. REGELING van de Minister van Verkeer en Waterstaat, houdende regels met betrekking tot de vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart (Regeling vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart) De Minister

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 29889 14 juni 2016 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 13 juni 2016, nr. IENM/BSK-2016/110681,

Nadere informatie

PROTOCOL 9. Besluit. Motivering

PROTOCOL 9. Besluit. Motivering PROTOCOL 9 Wijzigingen van het Reglement betreffende het Scheepvaartpersoneel op de Rijn Aanpassing van de bemanningsvoorschriften, artikelen 3.0, 3.0, vierde Urn achtste lid, 3.5, derde lid, 3.6, eerste,

Nadere informatie

"HOOFDSTUK 23 B E M A N N I N G. Artikel 23.01 Algemeen

HOOFDSTUK 23 B E M A N N I N G. Artikel 23.01 Algemeen Bij protocol 00I is hoofdstuk, artikel 4.05 en de bijlage B van het Reglement onderzoek schepen op de Rijn gewijzigd, daarnaast is een nieuwe bijlage K aan bedoeld reglement toegevoegd. Hoofdstuk komt

Nadere informatie

Bemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie

Bemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie Bemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie KB van 9 maart 2007 bemanningsvoorschriften (B.S. 16-03-2007) KB van 30 november 2011 tot wijziging van het KB van 9 maart 2007 bemanningsvoorschriften

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13660 24 mei 2013 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 23 mei 2013, nr. IENM/BSK-2013/88294, tot

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP)

REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) DEEL I ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK ALGEMENE BEPALINGEN VOOR DE DELEN I, II EN III Artikel.0 Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan

Nadere informatie

Bemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie

Bemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie Bemanningsvoorschriften volledige geconsolideerde versie KB van 9 maart 2007 bemanningsvoorschriften (B.S. 16-03-2007) KB van 30 november 2011 tot wijziging van het KB van 9 maart 2007 bemanningsvoorschriften

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP)

REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE HET

Nadere informatie

NAJAARSZITTING 2016 AANGENOMEN BESLUITEN (2016-II)

NAJAARSZITTING 2016 AANGENOMEN BESLUITEN (2016-II) NAJAARSZITTING 206 AANGENOMEN BESLUITEN (206II) Straatsburg, 8 december 206 CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART CC/R (6) 2 def. NAJAARSZITTING 206 AANGENOMEN BESLUITEN (206II) Straatsburg, 8 december

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2000 142 Wet van 16 maart 2000, houdende wijziging van de Binnenschepenwet in verband met de implementatie van richtlijn nr. 96/50/EG van de Raad

Nadere informatie

Bemanningsvoorschriften voor Pleziervaartuigen

Bemanningsvoorschriften voor Pleziervaartuigen Bemanningsvoorschriften voor Pleziervaartuigen De vraag is: Wat zijn de bemanningsvoorschriften voor een pleziervaartuig waarmee maximaal 12 personen bedrijfsmatig vervoerd worden? Definities Pleziervaartuig

Nadere informatie

Vaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009

Vaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009 Vaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009 Disclaimer: Bijgaande tekst gaat in op de gevolgen van de invoering van de nieuwe Binnenvaartwet voor vaarbewijzen en examinering

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 14090 27 mei 2015 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 26 mei 2015, nr. IENM/BSK-2015/82466, tot

Nadere informatie

WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. BESLUIT van 15 december 1994, houdende regeling inzake de rusttijden van bemanningsleden, de samenstelling van de bemanning en de vaartijden van schepen op binnenwateren WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Onderwerp Beantwoording vragen met betrekking tot het Binnenvaartbesluit

Onderwerp Beantwoording vragen met betrekking tot het Binnenvaartbesluit abcdefgh Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Contactpersoon - Datum 31 maart 2008 Ons kenmerk HDJZ/SCH/2008-412 Doorkiesnummer - Bijlage(n) 1 Uw kenmerk

Nadere informatie

BESLUITEN. Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91, lid 1, in samenhang met artikel 218, lid 9,

BESLUITEN. Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 91, lid 1, in samenhang met artikel 218, lid 9, L 250/58 30.9.2019 BESLUITEN BESLUIT (EU) 2019/1608 VAN DE RAAD van 16 september 2019 betreffende het namens de Europese Unie in het Europees Comité voor de opstelling van standaarden voor de binnenvaart

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 328 Besluit van 15 juli 2008 tot wijziging van het Besluit Rijnvaartpolitiereglement 1995 en het Besluit Reglement onderzoek schepen op de Rijn

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2007 2008 31 291 Bepalingen houdende regeling van de inwerkingtreding van de Binnenvaartwet (Invoeringswet Binnenvaartwet) A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 20

Nadere informatie

Schepen met zeepapieren op de binnenwateren

Schepen met zeepapieren op de binnenwateren Schepen met zeepapieren op de binnenwateren Binnenvaartwet Art 1 begripsbepalingen schip: zeeschip of binnenschip; zeeschip: schip dat blijkens zijn constructie uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebruikt

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 523 Bepalingen met betrekking tot de veilige vaart op de binnenwateren (Binnenvaartwet) Nr. 8 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 7 november 2006 Het

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN 4 HOOFDSTUK II. LEDEN VAN DE BEMANNING 7 HOOFDSTUK III. EXPLOITATIEWIJZEN 10 HOOFDSTUK IV. UITRUSTING VAN SCHEPEN 13

HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN 4 HOOFDSTUK II. LEDEN VAN DE BEMANNING 7 HOOFDSTUK III. EXPLOITATIEWIJZEN 10 HOOFDSTUK IV. UITRUSTING VAN SCHEPEN 13 Koninklijk Besluit van 9 maart 2007 houdende de bemanningsvoorschriften op de scheepvaartwegen van het Koninkrijk (B.S. 16 maart 2007) HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN 4 ARTIKEL 1. 4 ARTIKEL 2. 5 ARTIKEL

Nadere informatie

Vaarbewijzen voor de pleziervaart

Vaarbewijzen voor de pleziervaart Wet- en regelgeving Vaarbewijzen voor de pleziervaart Bijgaande tekst gaat in op de gevolgen van de invoering van de nieuwe Binnenvaartwet voor vaarbewijzen en examinering. De wet is van kracht per 1 juli

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aan artikel 7.7 van de Binnenvaartregeling wordt een lid toegevoegd, luidende:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aan artikel 7.7 van de Binnenvaartregeling wordt een lid toegevoegd, luidende: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8228 27 maart 2013 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 22 maart 2013, nr. IENM/BSK-2013/56648,

Nadere informatie

WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. WET van 24 juni 1993, houdende bepalingen inzake de rusttijden van bemanningsleden, de samenstelling van de bemanning en de vaartijden van schepen op binnenwateren WIJ BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP)

REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART Overzicht REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE

Nadere informatie

PROTOCOL 21. Erkenning van buiten de Rijnoeverstaten geldende bewijzen

PROTOCOL 21. Erkenning van buiten de Rijnoeverstaten geldende bewijzen - 53 - PROTOCOL 21 Erkenning van buiten de Rijnoeverstaten geldende bewijzen Wijziging van het Rijnvaartpolitiereglement en van het Reglement Onderzoek schepen op de Rijn (2002-I-2, 2003-I-12, 2003-I-13,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 33918 22 juni 2018 Voorpublicatie Besluit van Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van... nr. IENM/BSK-2018/..,

Nadere informatie

CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE DE PATENTEN VOOR DE SCHEEPVAART OP DE RIJN. (Patentreglement Rijn)

CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE DE PATENTEN VOOR DE SCHEEPVAART OP DE RIJN. (Patentreglement Rijn) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE DE PATENTEN VOOR DE SCHEEPVAART OP DE RIJN (Patentreglement Rijn) CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART REGLEMENT BETREFFENDE DE PATENTEN VOOR

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 291 Bepalingen houdende regeling van de inwerkingtreding van de Binnenvaartwet (Invoeringswet Binnenvaartwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix,

Nadere informatie

Regeling houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartregeling)

Regeling houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartregeling) Binnenvaartregeling Regeling houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartregeling) Regeling van 02-06-2009, Nr CND/HDJZ-2009/105 sector SCH (Stcrt. 2009/106, 12 juni 2009) Gewijzigd bij besluit

Nadere informatie

Vaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009

Vaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009 Vaarbewijzen voor de pleziervaart op de Nederlandse binnenwateren na 1 juli 2009 Disclaimer: Bijgaande tekst gaat in op de gevolgen van de invoering van de nieuwe Binnenvaartwet voor vaarbewijzen en examinering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 340 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 op een aantal punten van uiteenlopende aard alsmede wijziging van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 22543 Regelen betreffende een algemeen stelsel van erkenning van in de Lid-Staten van de Europese Gemeenschappen behaalde hoger-onderwijsdiploma's

Nadere informatie

PROTOCOL 8. Besluit. op voorstel van haar Comité Sociale Zaken, Arbeidsomstandigheden en Beroepsopleiding,

PROTOCOL 8. Besluit. op voorstel van haar Comité Sociale Zaken, Arbeidsomstandigheden en Beroepsopleiding, PROTOCOL 8 Goedkeuring van het Reglement betreffende het Scheepvaartpersoneel (FR: RPN ) en dienovereenkomstige wijzigingen van het Reglement van Politie voor de Rijnvaart en het Reglement Onderzoek Schepen

Nadere informatie

Besluit van. Houdende wijziging van het Rijnvaartpolitiereglement 1995

Besluit van. Houdende wijziging van het Rijnvaartpolitiereglement 1995 Ingevolge artikel 52, eerste lid, van de Scheepvaartverkeerswet, kan een ieder, gedurende 30 dagen vanaf de dag waarop deze bekendmaking is geschied, zijn zienswijze met betrekking tot het onderstaande

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 19 Wet van 20 december 2001, houdende wijziging van de Binnenschepenwet, de Wet vaartijden en bemanningssterkte binnenvaart, alsmede enkele andere

Nadere informatie

38350 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

38350 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 38350 MONITEUR BELGE 17.07.2003 BELGISCH STAATSBLAD HOOFDSTUK VI. Slotbepalingen Art. 9. Het Besluit ontheffing loodsplicht Scheldereglement wordt ingetrokken. Art. 10. Dit besluit treedt in werking met

Nadere informatie

http://wetten.overheid.nl/bwbr0025958/geldigheidsdatum_22-06-2009/afdrukken/too...

http://wetten.overheid.nl/bwbr0025958/geldigheidsdatum_22-06-2009/afdrukken/too... pagina van 9 Binnenvaartregeling (Tekst geldend op: 22-06-2009) Binnenvaartregeling De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, Gelet op de Herziene Rijnvaartakte met bijbehorende protocollen, alsmede

Nadere informatie

reglement BEtrEFFEnDE HEt SCHEEPVAArtPErSOnEEl OP DE rijn (RSP) Stand 18 JULI 2016

reglement BEtrEFFEnDE HEt SCHEEPVAArtPErSOnEEl OP DE rijn (RSP) Stand 18 JULI 2016 reglement BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) Stand 8 JULI 06 Overzicht REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) 8.07.06 Overzicht DEEL I: ALGEMENE BEPALINGEN...

Nadere informatie

Binnenvaartwet. Binnenvaartbesluit (BVB) BVW, artikel 22; Bemanning en uitrusting. BVB, artikel 1; Definities

Binnenvaartwet. Binnenvaartbesluit (BVB) BVW, artikel 22; Bemanning en uitrusting. BVB, artikel 1; Definities Binnenvaartwet BVW, artikel ; Bemanning en uitrusting. Overeenkomstig bindende besluiten van instellingen van de Europese Gemeenschappen dan wel anderszins ter uitvoering van verdragen of bindende besluiten

Nadere informatie

Langszij meevoeren: Certificaatplicht. Langszij meevoeren door pleziervaartuigen. Langszij meevoeren algemeen:

Langszij meevoeren: Certificaatplicht. Langszij meevoeren door pleziervaartuigen. Langszij meevoeren algemeen: Langszij meevoeren: Certificaatplicht Pleziervaartuigen die voldoen aan artikel 2 van bijlage II en/of artikel 6 van het BVB zijn certificaatplichtig. Sleepboten die voldoen aan artikel 2 van bijlage II

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 164 Besluit van 18 maart 2009, houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 176 Besluit van 16 maart 1995, houdende wijziging van het Besluit zeevaartdiploma s en van het Bemanningseisenbesluit Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 34 182 Wijziging van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 (wijzigingen naar aanleiding van evaluatie, nascholing beroepschauffeurs, bestuursrechtelijke

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Besluit van... houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit)

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Besluit van... houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit) STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 86 12 mei 2009 Besluit van... houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit) Ontwerpbesluit Wij Beatrix,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Het Examenreglement voor luchtvarenden 2004 wordt als volgt gewijzigd:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Het Examenreglement voor luchtvarenden 2004 wordt als volgt gewijzigd: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22561 20 april 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 19 april 2017, nr. IENM/BSK-2017/85938,

Nadere informatie

Binnenvaartregeling. (Tekst geldend op: 25-03-2010) De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Binnenvaartregeling. (Tekst geldend op: 25-03-2010) De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, (Tekst geldend op: 5-03-00) Binnenvaartregeling De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, Gelet op de Herziene Rijnvaartakte met bijbehorende protocollen, alsmede op verordening (EEG) nr. 07/68 van

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP)

REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN (RSP) REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN STAND JULI 09 REGLEMENT BETREFFENDE HET SCHEEPVAARTPERSONEEL OP DE RIJN 0.07.09 0.07.09 Overzicht DEEL I: ALGEMENE BEPALINGEN... HOOFDSTUK : ALGEMENE

Nadere informatie

PROTOCOL 10. Besluit. op voorstel van haar Comité Sociale zaken, arbeidsomstandigheden en beroepsopleiding,

PROTOCOL 10. Besluit. op voorstel van haar Comité Sociale zaken, arbeidsomstandigheden en beroepsopleiding, PROTOCOL 10 Wijziging van het Reglement Rijnpatenten en van het Reglement over de afgifte van radarpatenten in het vooruitzicht van het erkennen op de Rijn van buiten de Rijnoeverstaten geldende vaarbewijzen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Regeling naturalisatietoets Nederland wordt als volgt gewijzigd:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Regeling naturalisatietoets Nederland wordt als volgt gewijzigd: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 29649 27 mei 2019 Regeling van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 20 mei 2019, nummer 2568897, tot wijziging

Nadere informatie

- 53 - PROTOCOL 10. Verschillende landen hebben het model van de genoemde bewijzen gewijzigd.

- 53 - PROTOCOL 10. Verschillende landen hebben het model van de genoemde bewijzen gewijzigd. - 53 - PROTOCOL 10 Wijziging van het Reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn Wijziging van het model van het Rijnpatent alsmede van verschillende vaarbewijzen en bevoegdheidsbewijzen

Nadere informatie

Specifieke regels in de binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij

Specifieke regels in de binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij Specifieke regels in de binnenvaart, zeescheepvaart en zeevisserij Welke regels gelden er in de binnenvaart? In het Arbeidstijdenbesluit vervoer is een apart hoofdstuk opgenomen voor de binnenvaart. De

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2019 72 Besluit van 11 februari 2019 tot wijziging van het Scheepsafvalstoffenbesluit Rijn- en binnenvaart ter implementatie van de besluiten 2013-II-6,

Nadere informatie

a) de navolgende, onder punt 3 genoemde vermeldingen worden na hoofdstuk 4 ingevoegd.

a) de navolgende, onder punt 3 genoemde vermeldingen worden na hoofdstuk 4 ingevoegd. - 25 - Bijlage 2 bij protocol 7 Definitieve wijziging van het Reglement betreffende het scheepvaartpersoneel op de Rijn (RSP) Aanvullende voorschriften voor de kennis van de bemanningsleden van schepen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 291 Bepalingen houdende regeling van de inwerkingtreding van de Binnenvaartwet (Invoeringswet Binnenvaartwet) Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING

Nadere informatie

houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit)

houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit) Ontwerpbesluit van houdende nadere regels voor de binnenvaart (Binnenvaartbesluit) Op de voordracht van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van..., Gelet op de artikelen 2.1, tweede lid, 3.1.1,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 26269 9 mei 2018 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 8 mei 2018, nr. IENW/BSK-2018/53703, tot

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 26085 24 december 2012 Regeling van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 3 december 2012, nummer 2012-0000703808,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 827 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 ter implementatie van richtlijn nr. 2003/59/EG (vakbekwaamheid

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 392 Besluit van 14 oktober 2015 tot wijziging van het Reglement rijbewijzen in verband met enkele wijzigingen van technische aard betreffende

Nadere informatie

Arbeids- en rusttijd in de binnenvaart

Arbeids- en rusttijd in de binnenvaart Arbeids- en rusttijd in de binnenvaart Een speciaal op de situatie in de binnenvaart gerichte richtlijn (2014/112/EU) mr. J.G. Kwakernaat Omzetting 2014/112/EU in NL regelgeving Inwerkingtreding richtlijn

Nadere informatie

Goedkeuring Examenreglement en -programma

Goedkeuring Examenreglement en -programma VW Goedkeuring Examenreglement en -programma Besluit van de Minister van Verkeer en Waterstaat, houdende goedkeuring van het Examenreglement en van het Examenprogramma (Goedkeuring Examenreglement en -

Nadere informatie

Verantwoordingsdocument. Praktijkexamen Schipper Binnenvaart. In opdracht van Agentschap.nl/Onderwijscentrum Binnenvaart 17-01-2011

Verantwoordingsdocument. Praktijkexamen Schipper Binnenvaart. In opdracht van Agentschap.nl/Onderwijscentrum Binnenvaart 17-01-2011 Verantwoordingsdocument Praktijkexamen Schipper Binnenvaart In opdracht van Agentschap.nl/Onderwijscentrum Binnenvaart 17-01-2011 Inhoudsopgave Inleiding blz. 2 Aanleiding blz. 3 Geschiedenis blz. 5 Deel

Nadere informatie

Wijzigingen wetgeving 2013

Wijzigingen wetgeving 2013 Wijzigingen wetgeving 2013 Januari 2013 Staatsblad 2012/25309 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 30 november 2012, nr. IENM/BSK-2012/202439, houdende wijziging van de Scheepsafvalstoffenregeling

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 635 Besluit van 8 november 2005, houdende het van kracht zijn voor de Rijn in Nederland van het Reglement betreffende veiligheidspersoneel aan

Nadere informatie

Onderwerp: varen tijdens slecht zicht en de verplichte radarvaart dienstregeling Pomona

Onderwerp: varen tijdens slecht zicht en de verplichte radarvaart dienstregeling Pomona Aan de voorzitters van de fracties van de politieke partijen. Betreft exploitatie veerdienst Pomona Onderwerp: varen tijdens slecht zicht en de verplichte radarvaart dienstregeling Pomona Van: Anton van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 28732 13 juni 2018 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 12 juni 2018, nr. IENW/BSK-2018/96488

Nadere informatie

B In 3.2.1.2. wordt in de aanhef "de categorie B" vervangen door: de categorieën B en T.

B In 3.2.1.2. wordt in de aanhef de categorie B vervangen door: de categorieën B en T. Concept Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van..., nr. PM, tot wijziging van enkele ministeriële regelingen in verband met de invoering van de rijbewijsplicht voor landbouw- en bosbouwtrekkers

Nadere informatie

Besluit 2017-I-11. gezien de conclusies van de hoorzitting met het binnenvaartbedrijfsleven in maart 2017,

Besluit 2017-I-11. gezien de conclusies van de hoorzitting met het binnenvaartbedrijfsleven in maart 2017, Besluit 2017-I-11 De Centrale Commissie, gezien de RIS-strategie die door de CCR bij Besluit 2012-I-10 is aangenomen en het belang dat wordt toegekend aan het gebruik van elektronische meldingen, gezien

Nadere informatie

Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de definitieve invoering van het begeleid rijden

Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de definitieve invoering van het begeleid rijden Concept ten behoeve van internetconsultatie juni 2016 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de definitieve invoering van het begeleid rijden Allen, die deze zullen zien of horen lezen,

Nadere informatie

Besluit van. Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I. Het Reglement rijbewijzen wordt als volgt gewijzigd: Artikel 1, onderdeel i, vervalt.

Besluit van. Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I. Het Reglement rijbewijzen wordt als volgt gewijzigd: Artikel 1, onderdeel i, vervalt. Besluit van Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu van, nr. IenM/BSK-, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Gelet op de artikelen 111, eerste lid, onderdeel b, en 118,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 30 523 Bepalingen met betrekking tot de veilige vaart op de binnenwateren (Binnenvaartwet) Nr. 17 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 1

Nadere informatie

STAATSCOURANT. Nr

STAATSCOURANT. Nr STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 30107 14 september 2015 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 8 september 2015, nr. 2015-0000245143,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 31 059 Algemene bepalingen met betrekking tot de erkenning van EG-beroepskwalificaties (Algemene wet erkenning EG-beroepskwalificaties) Nr. 7 NOTA

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 428 Wet van 24 oktober 2008 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 op een aantal punten van uiteenlopende aard alsmede wijziging van de Wet

Nadere informatie

4; Patentreglement Rijn. Hfst. 1; Algemene bepalingen

4; Patentreglement Rijn. Hfst. 1; Algemene bepalingen 4; Patentreglement Rijn Patentreglement Rijn. (Stb. 2008, 86) Zie ook het besluit Patentreglement Rijn. HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Hfst. 1; Algemene bepalingen Art. 1.01; Begripsbepalingen Artikel

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2004 344 Wet van 30 juni 2004 tot wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18074 30 juni 2014 Beleidsregel van de minister van Infrastruct en Milieu en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

In artikel 28 vervalt onderdeel e en wordt onderdeel f verletterd tot onderdeel e.

In artikel 28 vervalt onderdeel e en wordt onderdeel f verletterd tot onderdeel e. Besluit van tot wijziging van het Reglement rijbewijzen in verband met de vervanging van het papieren militaire bewijs van rijvaardigheid door een registratie, en enkele andere wijzigingen Op de voordracht

Nadere informatie

VERSIE TEN BEHOEVE VAN DE INTERNETCONSULTATIE

VERSIE TEN BEHOEVE VAN DE INTERNETCONSULTATIE VERSIE TEN BEHOEVE VAN DE INTERNETCONSULTATIE Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met het laten vervallen van de verplichting een proces-verbaal van aangifte bij de politie op te maken in

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 34 693 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de definitieve invoering van begeleid rijden A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 26 september

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2010 2011 32 424 Wijziging van de Wet personenvervoer 2000, houdende regels ter bevordering van de kwaliteit in het taxivervoer A GEWIJZIGD VOORSTEL VAN

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 515 Besluit van 1 december 2016 tot wijziging van het Arbeidsomstandighedenbesluit, het Arbeidstijdenbesluit en het Arbeidstijdenbesluit vervoer

Nadere informatie

Plan van aanpak klein Schip Bijlage 2: Verbetering exploitatie

Plan van aanpak klein Schip Bijlage 2: Verbetering exploitatie Plan van aanpak klein Schip Bijlage 2: Verbetering exploitatie Zie hoofdstuk 5 van het hoofdrapport Versoepeling bemanningsregeling Praktijkexamen schipper en matroos 1 November 2011 0. Inleiding De binnenvaartmarkt

Nadere informatie

WIJZIGING van het geldige RIJNVAARTPOLITIEREGLEMENT vanaf

WIJZIGING van het geldige RIJNVAARTPOLITIEREGLEMENT vanaf RP (19) 22 29 mei 2019 WIJZIGING van het geldige RIJNVAARTPOLITIEREGLEMENT vanaf 1.7.2019 Wijzigingen van het Rijnvaartpolitiereglement (Besluit 2018-II-17) Het secretariaat verzoekt de versie (verzameling

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13558 2 september 2010 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 25 augustus 2010, nr. R&P/RPA/2010/16910,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 523 Bepalingen met betrekking tot de veilige vaart op de binnenwateren (Binnenvaartwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 34264 1 december 2014 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 28 november 2014, nr. IENM/BSK-2014/258980,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 64865 13 november 2018 Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 10 november 2018, nr. WJZ/18269405,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2006 288 Wet van 29 mei 2006 tot wijziging van diverse wetten in verband met enkele aanpassingen met betrekking tot persoonsgebonden nummers in het

Nadere informatie

Wet op de beroepen in het onderwijs (Wet BIO)

Wet op de beroepen in het onderwijs (Wet BIO) Wet van 30 juni 2004 tot wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op het

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. De Regeling coderingen beperkingen rijbevoegdheid wordt als volgt gewijzigd:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. De Regeling coderingen beperkingen rijbevoegdheid wordt als volgt gewijzigd: STTSCOURNT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 34176 6 december 2013 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 4 december 2013, nr. IENM/SK-2013/142441,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 34602 13 december 2013 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 12 december 2013, nr. IENM/BSK-2013/274022,

Nadere informatie

32 539 Wijziging van de Scheepvaartverkeerswet en de Binnenvaartwet in verband met de invoering van de ontzegging van de vaarbevoegdheid

32 539 Wijziging van de Scheepvaartverkeerswet en de Binnenvaartwet in verband met de invoering van de ontzegging van de vaarbevoegdheid TWEEDE KAMER DER 2 STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2010-2011 32 539 Wijziging van de Scheepvaartverkeerswet en de Binnenvaartwet in verband met de invoering van de ontzegging van de vaarbevoegdheid Nr. 2

Nadere informatie

PROTOCOL 14. Besluit

PROTOCOL 14. Besluit - 90 - PROTOCOL 14 Wijzigingen van het Reglement Onderzoek schepen op de Rijn door voorschriften van tijdelijke aard overeenkomstig artikel 1.06 Vereisten voor Inland AIS-apparatuur en voorschriften omtrent

Nadere informatie