Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download ""

Transcriptie

1 (f&ks CQ3 Belanghebbende heeft in beroep voor het Gerechtshof te Leeuwarden de door de Inspecteur van de p Belastinadienst/fjMfflmwny^ aanslag Inkomstenbelasting/Premie volksverzekeringen 1999 ten bedrage van ƒ / gemotiveerd bestreden. Bij uitspraak van het Gerechtshof is belanghebbende in het ongelijk gesteld. Tegen deze uitspraak stelt belanghebbende een cassatieberoep in en draagt daartoe de volgende middelen aan voor cassatie: MIDDEL 1. Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), doordat het Hof in rechtsoverweging 4.5, van oordeel is dat het in 1999 door belanghebbende gerealiseerde voordeel bij de verkoop van een kavel grond van ƒ in zijn geheel dient te worden aangemerkt als inkomsten uit arbeid in de zin van artikel 22, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Wet IB 64. Dit oordeel is onbegrijpelijk en ten onrechte gegeven, althans op gronden die dat oordeel niet kunnen dragen, zoals hierna wordt toegelicht. 1.1 Het Hof komt tot bovengenoemde beslissing op basis van haar oordeel dat belanghebbende zich reeds bij de aankoop van de kavel ervan bewust moet zijn geweest dat de aankoopprijs gunstig was omdat hij door het feit dat hij ondernemer was de kavel kon kopen tegen de prijs welke bij uitgifte gold. Zij acht daarbij de stelling van de inspecteur, dat bij een dergelijke uitgifte (van kavels grond) gematigde prijzen plegen te worden gehanteerd, geloofwaardig. Het Hof stelt vervolgens dat aangenomen moet worden dat belanghebbende zich bewust moet zijn geweest van de mogelijkheid bij verkoop een hogere prijs dan bij de aankoop betaalde prijs te realiseren, dat dit transactievoordeel ook redelijkerwijs te verwachten was (ook indien rekening wordt gehouden met de door belanghebbende gestelde mogelijkheid dat de omzetbelasting bij hem "blijft hangen") en dat hij dit ook beoogde met de aankoop. Het hof acht het daarbij aannemelijk dat belanghebbende van begin af aan genoemde verkoop van de kavel voor ogen stond. 1.2 Om te kunnen spreken van een door artikel 22, eerste lid onder van de Wet IB 64 te belasten bate, moet er sprake zijn van een complex van handelingen welke niet in het kader van een onderneming of dienstbetrekking van de belastingplichtige zijn verricht. Bovendien dient dit complex van handelingen van meet af aan met het oog op de betreffende bate te worden verricht, welke bate voorts voorzienbaar en redelijkerwijs te verwachten moet zijn.

2 1.3 Het Hof is van oordeel dat aan het vereiste dat de betreffende bate redelijkerwijs te verwachten en voorzienbaar was, voldaan is, omdat de aankoopprijs van de kavel gunstig was. Dit wordt uitsluitend onderbouwd door het Hof met de gestelde geloofwaardigheid van de stelling van de inspecteur dat bij een gronduitgifte als de onderhavige gematigde prijzen plegen te worden gehanteerd. Dit oordeel is onbegrijpelijk. 1.4 Het is weliswaar vaste jurisprudentie, dat een dergelijke voorzienbaarheid kan voortvloeien uit het feit dat een onroerende zaak werd aangekocht voor een uitzonderlijk lage prijs, dan wel een prijs die belangrijk lager is dan de verkoop, zodat geen kans op nadeel aanwezig was (zie onder andere de uitspraak van uw Raad van 15 december 1965, BNB 1966/103 en Hof 's-gravenhage, 13 februari 1980, BNB 1981/195), maar in casu was van een dergelijke prijs zeker geen sprake en al helemaal niet gebleken. Belanghebbende betaalde op het moment van aankoop aan verkoper de prijs die iedere andere gegadigde ook zou moeten betalen en heeft betaald. 1.5 Het is tevens vaste jurisprudentie van uw Raad dat als hoofdregel wordt aangenomen dat een contractueel vastgestelde prijs zakelijk is, indien de daarbij betrokken partijen van elkaar onafhankelijk zijn (zie HR 22 oktober 1997, BNB 1998/64). De feiten in casu laten dan geen andere gevolgtrekking toe dan dat belanghebbende en de verkopende partij (Gemeente Umi) terzake van de oorspronkelijke uitgifte en aankoop van de kavel grond volstrekt onafhankelijk van elkaar zijn en de prijs derhalve als een normale, zakelijke prijs kan worden beschouwd. 1.6 Het is daarnaast vaste jurisprudentie van Uw Raad (zie o.a. HR 16 juni 1982, BNB 1983/29, HR 16 juni 1982, BNB 1983/30, HR 22 juni 1983, BNB 1983/286 en HR 15 juli 1983, BNB 1983/252) dat indien, gelijk in casu, grond voor een normale prijs is gekocht, de betekenis van algemeen bekende omstandigheden, zoals dat bij de verkoop van bouwterreinen kavels aan ondernemers tegen gematigde prijzen worden uitgegeven en de verwachting dat de grond vanwege o.a. de geschiktheid voor bebouwing en de regelmatig toenemende behoefte aan bouwgrond in prijs pleegt te stijgen, in de prijs plegen te zijn verdisconteerd. Dat bovendien deze op algemeen bekende omstandigheden gebaseerde verwachtingen bij de aankoop van de grond niet meer zijn dan een louter speculatief uitzicht op waardestijging en dat derhalve een dergelijke verwachting bij realisatie onvoldoende reden is om de behaalde voordelen als inkomsten uit arbeid in de zin van artikel 22, eerste lid onder b van de Wet IB 64 aan te merken. Belanghebbende heeft de onderhavige kavel gekocht tegen een zakelijke prijs uit speculatieve overwegingen. De redelijkerwijze aan te nemen verwachtingen van belanghebbende zoals door het Hof zijn vastgesteld betreffen dermate algemene verwachtingen dat dit geen belastingheffing op grond van artikel 22, eerste lid onder b van de Wet IB 1964 kunnen rechtvaardigen.

3 MIDDEL 2 Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), doordat het Hof in rechtsoverweging 4.5, haar oordeel dat in het onderhavige, specifieke, geval aangenomen moet worden belanghebbende zich bewust moet zijn geweest van de mogelijkheid bij verkoop een hogere prijs dan bij de aankoop betaalde prijs te realiseren, dat dit transactievoordeel ook redelijkerwijs te verwachten was (ook indien rekening wordt gehouden met de door belanghebbende gestelde mogelijkheid dat de omzetbelasting bij hem "blijft hangen") en dat hij dit ook beoogde bij de aankoop, op algemene gronden ("bij uitgifte van grond plegen gematigde tarieven te worden gehanteerd") motiveert die onvoldoende zijn om het specifieke oordeel te kunnen dragen. Het Hof gaat ten onrechte niet in op specifieke voor deze zaak essentiële elementen c.q. motiveert in haar uitspraak niet nader waarom deze specifieke elementen naar mening van het Hof in dit geval geen rol spelen c.q. ondergeschikt zijn aan een geloofwaardig geachte algemene grond Het Hof heeft niet vastgesteld of uit de processtukken op kunnen maken dat belanghebbende bij de uitgifte van zijn kavel grond daadwerkelijk een gematigd tarief heeft betaald zoals kennelijk volgens het Hof in zijn algemeenheid gebruikelijk is. Dit blijkt tevens niet uit de vastgestelde feiten. De vraag of de gestelde algemeenheid ("de prijs pleegt laag te zijn") in dit specifieke geval eveneens aan de orde was heeft de inspecteur niet gesteld en het Hof ten onrechte in dit geval niet van belang geacht c.q. in het geheel niet meegewogen. Dit terwijl iets dat "pleegt" zo te zijn per definitie niet "altijd" zo is Onder de vastgestelde feiten wordt door het Hof onder punt 2.3. als vaststaand aangemerkt dat belanghebbende door de gemeente, nadat hij de acceptatietermijn had laten verstrijken, meermalen telefonisch is benaderd met het verzoek de kavel af te nemen. Dit gebeurt in de periode van 1 november 1996 tot 29 juli Al die tijd (negen maanden!) is de Gemeente derhalve niet in staat de grond voor de uitgifteprijs aan een ander te verkopen dan belanghebbende. Dit gegeven wijst er naar onze mening op dat in dit specifieke geval niet kan worden gesproken van een gematigde prijs c.q. een prijs die evident kenbaar leidt tot een te verwachten verkoopwinst bij aankoop en latere doorverkoop. Dit specifieke feit is echter ongemotiveerd niet meegewogen in het oordeel van het Hof.

4 2.3. Het Hof is van oordeel dat het door belanghebbende behaalde transactievoordeel ook redelijkerwijs te verwachten was, indien rekening wordt gehouden met de door belanghebbende gestelde mogelijkheid dat de omzetbelasting bij hem "blijft hangen". Onder de feiten, punt 2.6, stelt het Hof vast dat de omzetbelasting ad f (17,5% van de aankoopsom) niet is teruggevraagd door belanghebbende. Deze omzetbelasting blijft derhalve sowieso bij belanghebbende hangen bij doorverkoop vanuit het privé vermogen van belanghebbende en is niet slechts zoals het Hof stelt een door belanghebbende gestelde mogelijkheid. Bovendien is een koper in dat geval ook nog overdrachtsbelasting verschuldigd. Doorverkoop voor belanghebbende zou derhalve pas tot een positief resultaat leiden indien de opbrengst zou uitgaan boven f (bij een aankoopprijs van f ). Bovendien zou een eventuele koper in dat geval tevens de overdrachtsbelasting moeten dragen van 6% van f , zijnde f Een koper zou derhalve voor de grond moeten overhebben een bedrag van f , terwijl bij rechtstreeks aankoop bij de gemeente de koper een prijs zou hebben betaald van f Het verschil tussen beide bedragen is bijna 25%! Dit is de in de feiten vastgestelde noodzakelijke stijging van de waarde van de grond na aankoop, voordat belanghebbende winst zou kunnen maken bij een eventuele verkoop. Het Hof gaat klaarblijkelijk op grond de hiervoor in 2.1 genoemde stelling met algemeen karakter, er ook in zijn algemeenheid (impliciet) vanuit dat de redelijkerwijs te verwachten potentiële transactiewinst voor belanghebbende dusdanig hoog was dat ook het nadeel van het feit dat de omzetbelasting op hem blijft drukken, per definitie ruimschoots wordt gecompenseerd. Om deze stelling hard te maken had echter de inspecteur moeten aantonen c.q. moeten stellen en het Hof vervolgens voor geloofwaardig hebben moeten aannemen dat bij uitgifte van de grond aan belanghebbende een dermate gematigd tarief was gehanteerd dat reeds op voorhand redelijkerwijs was te verwachten dat bij doorverkoop een potentiële koper van de industriegrond op de koop toe zou nemen dat hij zelf overdrachtsbelasting verschuldigd zou zijn over de aankoop (6%) en voorts de omzetbelasting zou moeten compenseren die bij belanghebbende is blijven hangen (17,5%). Onbegrijpelijk dat het Hof dit niet nader motiveert maar slechts tussen haakjes noemt dat het daar op onduidelijke wijze mee rekening heeft gehouden. MIDDEL 3 Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), doordat het Hof in rechtsoverweging 4.5 haar oordeel - dat in het onderhavige, specifieke, geval aangenomen moet worden belanghebbende zich bewust moet zijn geweest van de mogelijkheid bij verkoop een hogere prijs dan bij de aankoop betaalde prijs te realiseren, dat dit transactievoordeel ook redelijkerwijs te verwachten was (ook indien rekening wordt gehouden met de door belanghebbende gestelde mogelijkheid dat de omzetbelasting bij hem "blijft hangen") en dat hij dit ook beoogde bij de aankoop - heeft gebaseerd op de geloofwaardigheid

5 van de stelling van de inspecteur dat bij uitgifte van grond gematigde tarieven plegen te worden gehanteerd. De geloofwaardigheid van deze stelling draagt echter in het geheel niet bij tot hetgeen het Hof daarmee wil motiveren namelijk dat er bij aankoop reeds een redelijkerwijs te verwachten transactievoordeel in de toekomst in het verschiet lag voor belanghebbende De geloofwaardig geachte stelling van de inspecteur dat bij gronduitgifte gematigde prijzen plegen te worden gehanteerd door Gemeenten zegt niet alleen iets over de hoogte van de aankoopprijs voor belanghebbende maar het zegt in feite evenveel over de beperkte mogelijkheid om een hoge (door)verkoopprijs te kunnen realiseren voor belanghebbende. Latere kopers zullen immers, indien het Hof terecht het door de inspecteur gestelde gedragslijn van Gemeenten geloofwaardig acht, zich bij hun potentiële aankoop eveneens laten leiden door deze gematigde tarieven bij uitgifte van grond door Gemeenten. Dit legt een enorme druk op de mogelijkerwijs door belanghebbende te realiseren verkoopprijs in de toekomst, immers er is een alternatieve mogelijkheid om "goedkoop" industriegrond te verwerven bij uitgifte door Gemeenten. Niet is gesteld of gebleken of feitelijk vastgesteld dat deze concurrentie zich in dit geval niet meer voordeed of redelijkerwijs niet meer te verwachten was ten tijde van de aankoop van de industriegrond. In zijn algemeenheid is het bekend dat het in Nederland nog wemelt van de niet uitgegeven industrieterreinen. Op al deze industrieterreinen kunnen potentiële kopers gebruik maken van de door het Hof geloofwaardig geachte gematigde tarieven waardoor deze kopers niet mee hoeven te gaan met de eventueel hogere prijs die speculanten als belanghebbende voor hun grond vragen. Inhoudelijk is de motivering van het Hof zowel van toepassing op de aankoopmarkt als de verkoopmarkt van industriegrond terwijl het Hof in haar afwegingen slechts de invloed van de prijsstelling op de aankoopmarkt meeweegt. Deze motivering is innerlijk tegenstrijdig en rechtvaardigt derhalve niet de conclusie dat sprake is van een redelijkerwijs te verwachten voordeel. Iets dat "goedkoop" kan worden verkregen kan niet per definitie met winst worden doorverkocht. Hiervoor is tevens een omstandigheid nodig die er toe leidt dat volgende kopers meer wensen te betalen (dan zij elders verschuldigd zijn). Dat deze omstandigheid in deze situatie redelijkerwijs was te verwachten heeft het Hof echter niet vastgesteld of überhaupt meegewogen. Het Hof heeft concluderend op basis van deze motivering niet tot het oordeel kunnen komen dat belanghebbende redelijkerwijs winst kon verwachten bij doorverkoop van de kavel aangezien de motivering van het Hof slechts ziet op een kant van een potentiële winst en dat is de aankoopprijs. Met dezelfde motivering is de potentiële verkoopprijs te relativeren waardoor een redelijkerwijs te verwachten winst per saldo met de motivering van het Hof niet kan worden gemotiveerd.

6 MIDDEL 4 Igemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), doordat het Hof in rechtsoverweging 4.5, de stelling van de inspecteur dat bij een dergelijke gronduitgifte gematigde prijzen plegen te worden gehanteerd, geloofwaardig acht. Het Hof heeft daarmee de processuele positie van belanghebbende geschaad. 4.1 De stelling dat bij een dergelijke gronduitgifte gematigde prijzen plegen te worden gehanteerd, is klaarblijkelijk tijdens de zitting bij het Hof door de inspecteur ingebracht aangezien deze stelling niet uit andere processtukken blijkt. 4.2 Belanghebbende en zijn gemachtigde konden door overmacht (een twee uur durende file voor Leeuwarden als gevolg van een vliegshow georganiseerd door het Ministerie van Defensie) niet tijdig aanwezig zijn op de zitting, terwijl de inspecteur dit probleem niet kende vanwege zijn afkomstigheid uit de zittingsplaats zelf en derhalve tevens bekend was met het feit dat dit voor Leeuwarden extreme en buitengewone fileprobleem zich zou voordoen. 4.3 Belanghebbende en zijn gemachtigde zijn daardoor niet in de gelegenheid gesteld om op deze stelling te kunnen reageren en zodoende is haar onthouden haar verdediging naar behoren te voeren hetgeen haar in haar processuele positie heeft geschaad. Dit terwijl het Gerechtshof telefonisch op de hoogte is gesteld van de overmachtsituatie van belanghebbende en diens gemachtigde en terzake telefonisch is verzocht om uitstel. Eenmaal aangekomen bij het Gerechtshof bleek de zitting echter reeds te zijn geweest. MIDDEL 5 Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), doordat het Hof in rechtsoverweging 4.5, de stelling van de inspecteur dat bij een dergelijke gronduitgifte gematigde prijzen plegen te worden gehanteerd, geloofwaardig acht. Doordat het Hof niet nader motiveert waarom zij deze stelling geloofwaardig acht, heeft zij verzuimd haar uitspraak deugdelijk te motiveren.

7 Het hof geeft geen inzicht in haar gedachtegang op basis waarvan zij de stelling van de inspecteur geloofwaardig acht, waardoor de uitspraak niet naar de eisen der wet met redenen is omkleed. Gemeenten hanteren over het algemeen de maximaal haalbare prijzen teneinde industrieterreinen uit te geven. De gemeentegrond kun je maar een keer uitgeven. Op deze prijsstelling wordt slechts uitzondering gemaakt voor zich nieuw in een (vaak wat grotere) Gemeente vestigende bedrijven, aangezien die de grond-uitgevende Gemeente nieuwe werkgelegenheid bieden. De gematigde tariefstelling die het Hof zonder nadere uitleg geloofwaardig acht is echter in het geheel niet zonder enige uitleg als geloofwaardig te bestempelen. Nederland ligt vol met onverkoopbaar industrieterrein. Het aanbod overstijgt de vraag. Vraag en aanbod bepalen de prijs. Dit lijkt een plausibelere verklaring voor de prijsvorming en is bovendien een algemeen erkende economische wetmatigheid. MIDDEL 6 Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), omdat volgens het Hof in rechtsoverweging 4.5 vaststaat dat de kavel uiteindelijk door belanghebbende in 1999 onbebouwd in drie gedeelten met een boekwinst van ƒ is doorverkocht aan derden. De grond is echter verkocht aan een partij (te weten Oosterhuis) en op diens verzoek slechts geleverd aan in totaal drie partijen. Dit blijkt uit alle door zowel fiscus als belanghebbende aangedragen processtukken. Dit feit is bovendien niet in geschil. De feitelijke vaststelling van het Hof is derhalve gebaseerd op een onjuiste lezing van de processtukken en de door beide partijen aangedragen feiten en derhalve onbegrijpelijk. 6.1 Zoals ook opgetekend in de gespreksverslagen van de Belastingdienst d.d. 26 oktober en 3 november 2005, welke als bijlage 5 bij het beroepschrift in hoger beroep van de inspecteur zijn toegevoegd, heeft belanghebbende de door hem verworven kavel in 1999 doorverkocht aan A c t> ^ÊÊÊÊÊÊÊBlg^ eigenaar van het loonwerk- en aannemersbedrijf fl péiiill B.V. en tevens met diens bedrijf buurman van de door belanghebbende verkochte kavel. Belanghebbende en d inpapihit kwamen daarbij (mondeling) een prijs overeen die leidde tot de in het geding zijnde speculatiewinst van ƒ E C 6.2 Na het sluiten van de koopovereenkomst, meldde flbbbm z ' c ' 1 ^Ü QBBB 1 Het bedrijf E van MBBËillBI is aan de andere kant naast de onderhavige kavel gelegen. Daarnaast had c r HjipÉëM^ met zijn dochter en schoonzoon ( H) inmiddels plannen ontwikkeld voor de vestiging van het bedrijf van zijn dochter en schoonzoon en het vestigen van een kantoorruimte voor zichzelf op de van belanghebbende gekochte, maar nog niet geleverde kavel. Zodoende gebeurde het dat de door belanghebbende aan een derde, B lbibmirihiblililf verkochte kavel, uiteindelijk C op verzoek van Bateapt zelf aan drie partijen is geleverd door belanghebbende, te weten:

8 - t r / mmamatttim. wpï en 4aP, tezamen voor de door belanghebbende en WiïtËlm$j$m afgesproken prijs die leidde tot een speculatiewinst van ƒ Het Hof heeft miskend dat belanghebbende slechts één koper had en heeft door te stellen dat vaststaat dat de kavel uiteindelijk door belanghebbende in 1999 onbebouwd in drie gedeelten heeft doorverkocht aan derden onterecht de conclusie getrokken dat belanghebbende de kavel heeft 'uitgepond'. Mede op grond van deze onterechte conclusie is het Hof onterechte tot zijn oordeel gekomen dat het door belanghebbende gerealiseerde voordeel in zijn geheel dient te worden aangemerkt als inkomsten uit arbeid in de zin van artikel 22, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet IB 64. CONCLUSIE Wij verzoeken u op voormelde gronden de uitspraak van het Gerechtshof Leeuwarden d.d. 4 augustus 2006 te vernietigen en daarvoor in de plaats te stellen uw beslissing zoals u die noodzakelijk acht. Tenslotte verzoeken wij u in dat geval om toekenning van een proceskostenvergoeding conform de daartoe bestaande wettelijke regeling.

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000.

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000. C/& Z^o^jr Edelhoogachtbaar College, y> "2_ Op 17 februari j.l. is door mij namens C igllllllpljp te IHllIll^, hierna belanghebbende, beroep in cassatie aangetekend tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE s-gravenhage, derde meervoudige belastingkamer. 12 september 1989 Nr. 3701/85-M-3 EP/1 U I T S P R A A K

GERECHTSHOF TE s-gravenhage, derde meervoudige belastingkamer. 12 september 1989 Nr. 3701/85-M-3 EP/1 U I T S P R A A K GERECHTSHOF TE s-gravenhage, derde meervoudige belastingkamer. 12 september 1989 Nr. 3701/85-M-3 EP/1 U I T S P R A A K Naar aanleiding van het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van 27 augustus 1985,

Nadere informatie

R/?6o3. X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting. Toelichting. Den Haag, 8 SEP Kenmerk:

R/?6o3. X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting. Toelichting. Den Haag, 8 SEP Kenmerk: R/?6o3 Den Haag, 8 SEP. 2017 Kenmerk: 2017-0000180894 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 17/03603) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 13 juni 2017, nr. 16/00344, inzake

Nadere informatie

De Hoge Raad der Nederlanden,

De Hoge Raad der Nederlanden, 2 januari 1980. nr. 19.623 DG. De Hoge Raad der Nederlanden, Gezien het beroepschrift in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond.

Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond. Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond. b) LJN: BX8102, Gerechtshof 's-gravenhage, BK-10/00754 en 10/00233

Nadere informatie

2.1. De Inspecteur is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

2.1. De Inspecteur is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend. io~oo6zz hop uitspraak GERECHTSHOF 's-gravenhage Sector belasting Nummer BK-08/00456 Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer d.d. S januari 2010 op het hoger beroep van de Inspecteur, de voorzitter

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 12 september 2013, nummer AWB 13/915, in het geding tussen belanghebbende

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 12 september 2013, nummer AWB 13/915, in het geding tussen belanghebbende Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummer 13/01077 uitspraakdatum: 20 mei 2014 Uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van drs.

Nadere informatie

MIDDEL I (invloed bedrijfsdoel op 'eenzelfde economische functie')

MIDDEL I (invloed bedrijfsdoel op 'eenzelfde economische functie') ^ ^ i Kc[ MIDDEL I (invloed bedrijfsdoel op 'eenzelfde economische functie') Schending en/of verkeerde toepassing van het recht, meer in het bijzonder van artikel 14 van de Wet op de inkomstenbelasting

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:2886 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/00546

ECLI:NL:GHAMS:2017:2886 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/00546 ECLI:NL:GHAMS:2017:2886 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 13-07-2017 Datum publicatie 09-08-2017 Zaaknummer 16/00546 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Hoger

Nadere informatie

Edelachtbaar college,

Edelachtbaar college, Edelachtbaar college, X% Namens cliënten, a «a ^ ^ ^ ^ ^ M l e n tel^^^^ tekenen wij beroep in cassatie aan tegen de uitspraak van Gerechtshof Amsterdam van 22 september 2011 op het beroepschrift van 10

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer. een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen Y, de inspecteur.

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer. een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen Y, de inspecteur. Kenmerk: 99/03616 GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Tweede Meervoudige Belastingkamer UITSPRAAK op het beroep van X B.V. te Z, belanghebbende, tegen een uitspraak van het Hoofd van de Belastingdienst Ondernemingen

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Noord/Kantoor Groningen (hierna: de Inspecteur)

de inspecteur van de Belastingdienst/Noord/Kantoor Groningen (hierna: de Inspecteur) Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Leeuwarden nummer: 12/00201 uitspraakdatum: 15 oktober 2013 Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer op het hoger beroep

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 8 maart 2011, nummers AWB 10/2670 en 10/2672, in het geding tussen belanghebbende en

tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 8 maart 2011, nummers AWB 10/2670 en 10/2672, in het geding tussen belanghebbende en Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM Sector belastingrecht nummers 11/00311 en 11/00312 uitspraakdatum: 20 september 2011 Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van X te Z (hierna:

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Amersfoort (hierna: de Inspecteur)

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Amersfoort (hierna: de Inspecteur) Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummer 14/000542 uitspraakdatum: 27 januari 2015 Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van

Nadere informatie

Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK

Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK op het beroep van de Stichting X te Y tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van de eenheid

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2013:3180

ECLI:NL:GHDHA:2013:3180 ECLI:NL:GHDHA:2013:3180 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 24072013 Datum publicatie 21082013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK12/00764 Belastingrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/01325

ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/01325 ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 08-02-2005 Datum publicatie 23-02-2005 Zaaknummer 04/01325 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is

Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is ECLI:NL:GHARL:2015:4336 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 16-06-2015 Datum publicatie 19-06-2015

Nadere informatie

3 SFR. 20« Den Haag, Kenmerk:

3 SFR. 20« Den Haag, Kenmerk: Den Haag, 3 SFR. 20«Kenmerk: 2018-0000147519 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 18/03132) tegen de uitspraak van het Gerechtshof 's-hertogenbosch van 8 juni 2018, nr. X Z 17/00004,

Nadere informatie

Hoge Raad der Nederlanden

Hoge Raad der Nederlanden Hoge Raad der Nederlanden D e r d e K a m e r nr. 24.702 12 oktober 1988 AHN Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de vennootschap onder firma X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden

Nadere informatie

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe,

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, X Z (belanghebbende), \ beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 4 juli 2013. Bij brief van 11 oktober 2013 heeft de griffier mij

Nadere informatie

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. 11 Oktober 2013 nr. 12/04012 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 10 juli 2012, nr. BK-11/00544,

Nadere informatie

Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer.

Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer. Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer. GEZIEN het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van 21 augustus 1985, no.

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2014:2681

ECLI:NL:GHARL:2014:2681 ECLI:NL:GHARL:2014:2681 Instantie Datum uitspraak 01-04-2014 Datum publicatie 11-04-2014 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 13/00862 en 13/00863 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Utrecht (hierna: de Inspecteur).

de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Utrecht (hierna: de Inspecteur). Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummers 13/01158 en 13/01159 uitspraakdatum: 24 februari 2015 nummer / Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BM1206

ECLI:NL:HR:2010:BM1206 ECLI:NL:HR:2010:BM1206 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 24-09-2010 Datum publicatie 24-09-2010 Zaaknummer 08/03539 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BM1206

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 10/06/2014

Datum van inontvangstneming : 10/06/2014 Datum van inontvangstneming : 10/06/2014 I' Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer w ~e' {J.J ::li "~.8 ;.l_~ ( E..::r,",'_ t"::) ('0",,1 l:'jt:: ~~ ~ )(, ::li oe i~..- ~ c:: L'..J Nr. 12/03718 28 maart

Nadere informatie

2. Conclusie Op grond van al het vorenstaande kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Wij verzoeken Uw Raad daarom de uitspraak van het Hof te

2. Conclusie Op grond van al het vorenstaande kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Wij verzoeken Uw Raad daarom de uitspraak van het Hof te i. Cassatiemiddelen l.i. Eerste middel Schending van het Nederlandse recht, met name van artikel 27, lid 5, Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: de Wet) (tekst tot en met 1996), van artikel 13a, lid 1,

Nadere informatie

Uitspraak GERECHTSHOF DEN HAAG Uitspraak van 26 maart 2014 [X] te [Z], belanghebbende, de directeur van de Belastingdienst/Rijnmond,

Uitspraak GERECHTSHOF DEN HAAG Uitspraak van 26 maart 2014 [X] te [Z], belanghebbende, de directeur van de Belastingdienst/Rijnmond, Uitspraak GERECHTSHOF DEN HAAG Team Belastingrecht meervoudige kamer nummer BK-13/01258 Uitspraak van 26 maart 2014 in het geding tussen: [X] te [Z], belanghebbende, en de directeur van de Belastingdienst/Rijnmond,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:634

ECLI:NL:GHARL:2017:634 ECLI:NL:GHARL:2017:634 Instantie Datum uitspraak 31-01-2017 Datum publicatie 10-02-2017 Zaaknummer 15/01571 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987 GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN BELASTINGKAMER UITSPRAAK Nr. 208/86 10 april 1987 Uitspraak (na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden bij arrest van 29 januari 1986, nr. 23.254) van bet Gerechtshof te

Nadere informatie

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over de directeur Belastingen van de Belastingdienst niet gegrond.

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over de directeur Belastingen van de Belastingdienst niet gegrond. Rapport Een onderzoek naar de beslissing van de directeur Belastingen van de Belastingdienst op een beroepschrift tegen de afwijzing van een verzoek om uitstel van betaling. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:1064

ECLI:NL:GHARL:2017:1064 ECLI:NL:GHARL:2017:1064 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 14-02-2017 Datum publicatie 24-02-2017 Zaaknummer 1600162 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2016:175, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Almere (hierna: de Inspecteur)

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Almere (hierna: de Inspecteur) Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummer 13/00631 uitspraakdatum: 18 maart 2014 Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van

Nadere informatie

Hoge Raad der Nederlanden, Edelhoogachtbaar College,

Hoge Raad der Nederlanden, Edelhoogachtbaar College, Hoge Raad der Nederlanden, Edelhoogachtbaar College, Hierna zet ik namens en ten behoeve van mijn cliënt, wonende aan de WÉH^M^^^^ te te mijnen kantore, hierna te noemen: "belanghebbende", die te dezer

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2007:AZ6619

ECLI:NL:GHARN:2007:AZ6619 ECLI:NL:GHARN:2007:AZ6619 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 04-01-2007 Datum publicatie 19-01-2007 Zaaknummer 06-00066 Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2017:4777

ECLI:NL:GHARL:2017:4777 ECLI:NL:GHARL:2017:4777 Instantie Datum uitspraak 07-06-2017 Datum publicatie 16-06-2017 Zaaknummer 16/00619 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

1.2 Belanghebbende heeft op 24 maart 2004 bij de gemeente Zaanstad een aanvraag voor eén bouwvergunning eerste fase ingediend.'

1.2 Belanghebbende heeft op 24 maart 2004 bij de gemeente Zaanstad een aanvraag voor eén bouwvergunning eerste fase ingediend.' Edelhoogachtbaar College^ Bi] brief van 16 september 2011 heeft uw College gewezen op de mogelijkheid tot het instellen van Incidenteel beroep in cassatie. Hierbij maak ik van deze mogelijkheid gebruik.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614

ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614 ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614 Instantie Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 08-02-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-gravenhage AWB 06/8362 IB/PVV Belastingrecht

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx pagina 1 van 5 LJN: BW5380, Gerechtshof Leeuwarden, BK 11/00154 Inkomstenbelasting Datum 08-05-2012 uitspraak: Datum 10-05-2012 publicatie: Rechtsgebied: Belasting Soort procedure: Hoger beroep Inhoudsindicatie:In

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2004:AR4710 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:GHLEE:2004:AR4710 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:GHLEE:2004:AR4710 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 22-10-2004 Datum publicatie 28-10-2004 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK 1978/02 Inkomstenbelasting

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2003:AJ0346 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:GHLEE:2003:AJ0346 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:GHLEE:2003:AJ0346 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 01-09-2003 Datum publicatie 08-09-2003 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK 1537/02 Inkomstenbelasting

Nadere informatie

HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer;

HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer; Belastingkamer: Nummer: 883/79 HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer; Gezien het beroepschrift van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. voorheen de vennootschap

Nadere informatie

Instituut Financieel Management

Instituut Financieel Management FFEBLR0111 IB (niet-winst) Instituut Financieel Management Opdracht 1b (inleveren in week 3) De tekst van artikel 1.2 Wet IB is per 1 januari 2011 ingrijpend gewijzigd. Vanaf 2001 t/m 2010 luidde de tekst

Nadere informatie

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak ECLI:NL:HR:2017:5 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 06-01-2017 Datum publicatie 06-01-2017 Zaaknummer 15/03526 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:2209, (Gedeeltelijke) vernietiging

Nadere informatie

de voorzitter van het managementteam van de eenheid Belastinqdienat^ÉI^ van de rijksbelastingdienst, hierna: de Inspecteur,

de voorzitter van het managementteam van de eenheid Belastinqdienat^ÉI^ van de rijksbelastingdienst, hierna: de Inspecteur, uitspraak / GERECHTSHOF 's-hertogenbosch Sector belastingrecht Eerste meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 09/00515 Uitspraak van de eerste meervoudige Belastingkamer op het hoger beroep van de voorzitter

Nadere informatie

Overwegende dat de inspecteur het verschuldigde griffierecht tijdig heeft

Overwegende dat de inspecteur het verschuldigde griffierecht tijdig heeft HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Eerste Enkelvoudige Belastingkamer. Gezien het beroepschrift ingediend door Y te Z namens X te Z, ingekomen ter griffie op 29 april 1982 onder nummer 2344/82 en gericht tegen

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2008:BG5774

ECLI:NL:RBSGR:2008:BG5774 ECLI:NL:RBSGR:2008:BG5774 Instantie Datum uitspraak 22-10-2008 Datum publicatie 02-12-2008 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 08/3078 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden. Uitspraak 10 oktober 2014 Nr. 13/04777 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 29 augustus 2013, nr. 12/00472,

Nadere informatie

1 Het geding in feitelijke instanties

1 Het geding in feitelijke instanties Uitspraak 10 januari 2014 nr. 09/01485 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 3 maart 2009, nr. 07/00372, betreffende

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/04123

ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/04123 ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 20-09-2005 Datum publicatie 05-10-2005 Zaaknummer 04/04123 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 31 mei 2011 heb Ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 31 mei 2011 heb Ik de eer het volgende op te merken. 1 Cccs DenHaag, «7 jul 2011 Kenmerk: DGB 2011-3436 Motivering van liet beroepschrift in cassatie (rolnummer 11/02494) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 15 april 2011, nr. 10/00133,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 Instantie Datum uitspraak 05-09-2006 Datum publicatie 06-10-2006 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 05/37675 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

Rapport. Datum: 30 januari 2007 Rapportnummer: 2007/017

Rapport. Datum: 30 januari 2007 Rapportnummer: 2007/017 Rapport Datum: 30 januari 2007 Rapportnummer: 2007/017 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Belastingdienst/Limburg/kantoor Venlo weigert de hem toekomende teruggaaf omzetbelasting alsnog te storten

Nadere informatie

tegen de mondelinge uitspraak van de Rechtbank Breda (hierna: de Rechtbank) van 10 november 2010, nummer AWB 10/1037, in het geding tussen

tegen de mondelinge uitspraak van de Rechtbank Breda (hierna: de Rechtbank) van 10 november 2010, nummer AWB 10/1037, in het geding tussen Uitspraak GERECHTSHOF 's-hertogenbosch Sector belastingrecht Eerste meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 10/00867 Schriftelijke uitspraak op het hoger beroep van BigffiwnrrmBriWiflMI^^^^^ te hierna: belanghebbende,

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Ontwikkelingsmaatschappij Midden-IJsselmonde. Datum: 1 juli 2013. Rapportnummer: 2013/077

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Ontwikkelingsmaatschappij Midden-IJsselmonde. Datum: 1 juli 2013. Rapportnummer: 2013/077 Rapport Rapport betreffende een klacht over de Ontwikkelingsmaatschappij Midden-IJsselmonde Datum: 1 juli 2013 Rapportnummer: 2013/077 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het bestuur van de Ontwikkelingsmaatschappij

Nadere informatie

De fiscale aspecten van een onroerende recreatiewoning

De fiscale aspecten van een onroerende recreatiewoning De fiscale aspecten van een onroerende recreatiewoning Hieronder wordt ingegaan op de fiscale consequenties van de aankoop en het bezit van een recreatiewoning die zodanig met de (onder)grond is verbonden

Nadere informatie

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N,

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, 21 October 1959. F. No. 14043. D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, Gezien het beroepschrift in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te s-hertogenbosch van 6 Maart 1959

Nadere informatie

CxS/oiaéi cas. Den Haag, 22 OKT 2008 AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN. Kenmerk: DGB 2008-4936

CxS/oiaéi cas. Den Haag, 22 OKT 2008 AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN. Kenmerk: DGB 2008-4936 CxS/oiaéi cas Den Haag, 22 OKT 2008 Kenmerk: DGB 2008-4936 X ^_ Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 08/03864) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 29 juli 2008, nr.

Nadere informatie

2. Cassatiemiddelen Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen:

2. Cassatiemiddelen Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen: '"Sr "- AANTEKENEN Hoge Raad der Nederlanden Postbus 20303 2500 EH 'S-GRAVENHAGE Datum Referentie Betreft beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem (08/00041) op het hoger beroep

Nadere informatie

In artikel 7, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 is het volgende bepaald.

In artikel 7, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 is het volgende bepaald. looofoo ccts Den Haag, 2 8 MRT 2011 Kenmerk: DGB 2011-1237 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van >( Z 15 februari 2011, nr. 10/00160, inzake Bf^^^NP te ÜÜH betreffende

Nadere informatie

Geen plaats voor vergrijpboete bij niet verantwoorde afkoopsom lijfrentepolis

Geen plaats voor vergrijpboete bij niet verantwoorde afkoopsom lijfrentepolis Geen plaats voor vergrijpboete bij niet verantwoorde afkoopsom lijfrentepolis ECLI:NL:GHARL:2014:2897 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 08-04-2014 Datum publicatie 18-04-2014 Zaaknummer

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:3831

ECLI:NL:RBDHA:2016:3831 ECLI:NL:RBDHA:2016:3831 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 05-04-2016 Datum publicatie 16-06-2016 Zaaknummer AWB - 16 _ 315 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Randmeren/kantoor Almere,

de inspecteur van de Belastingdienst/Randmeren/kantoor Almere, Uitspraak RECHTBANK NOORD-NEDERLAND Afdeling Bestuursrecht, belastingkamer locatie Leeuwarden procedurenummer: AWB LEE 13/970 uitspraak van de enkelvoudige belastingkamer van 17 september 2013 als bedoeld

Nadere informatie

Uitspraak. Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978. Instantie. Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Uitspraak. Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978. Instantie. Rechtbank Zeeland-West-Brabant Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978 Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend en concludeert tot bevestiging van de bestreden uitspraak.

De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend en concludeert tot bevestiging van de bestreden uitspraak. Gerechtshof te Amsterdam tweede meervoudige belastingkamer 6 juli 1999 nr. P98/3213 UITSPRAAK op het beroep van X te Z, belanghebbende, tegen een uitspraak van de Inspecteur, P. 1. Loop van het geding

Nadere informatie

Uitspraak. Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel:

Uitspraak. Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel: Auteur: Verschenen in: Datum: Instantie: Titel: R.T. Wiegerink Belastingblad (BB), maart, Nr. 6, BB 2019/112 16 januari 2019 Gerechtshof Den Haag Belanghebbende heeft onderzoek ter zitting van de rechtbank

Nadere informatie

GERECHTSHOF s-hertogenbosch

GERECHTSHOF s-hertogenbosch Uitspraak GERECHTSHOF s-hertogenbosch Team belastingrecht Meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 13/00033 Uitspraak op het hoger beroep van de heer [belanghebbende], wonende te [woonplaats], hierna: belanghebbende,

Nadere informatie

1.1 Eiseres is geboren op [geboortedag] 1942.

1.1 Eiseres is geboren op [geboortedag] 1942. Uitspraak RECHTBANK NOORD- NEDERLAND Zittingsplaats Groningen Bestuursrecht zaaknummer: AWB LEE 13/3435 uitspraak van de enkelvoudige belastingkamer van 5 juni 2014 in de zaak tussen [eiseres], te [woonplaats],

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2008:BD9044

ECLI:NL:RBHAA:2008:BD9044 ECLI:NL:RBHAA:2008:BD9044 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 25-07-2008 Datum publicatie 05-08-2008 Zaaknummer 07/6768 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2010:BM7477

ECLI:NL:GHSHE:2010:BM7477 ECLI:NL:GHSHE:2010:BM7477 Instantie Datum uitspraak 12-05-2010 Datum publicatie 14-06-2010 Zaaknummer 09/00106 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2015:382 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/00712

ECLI:NL:GHAMS:2015:382 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/00712 ECLI:NL:GHAMS:2015:382 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 12-02-2015 Datum publicatie 26-03-2015 Zaaknummer 13/00712 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Eerste

Nadere informatie

pagina 1 van 5 ECLI:NL:RBDHA:2014:6145 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 20-05-2014 Datum publicatie 04-06-2014 Zaaknummer Rechtsgebieden AWB-13_10151 Belastingrecht Bijzondere kenmerken Bodemzaak

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:2216

ECLI:NL:GHARL:2015:2216 ECLI:NL:GHARL:2015:2216 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 24-03-2015 Datum publicatie 03-04-2015 Zaaknummer 14/00437 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBOVE:2014:1424, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:5568

ECLI:NL:RBDHA:2015:5568 ECLI:NL:RBDHA:2015:5568 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 17-04-2015 Datum publicatie 08-07-2015 Zaaknummer AWB - 14 _ 8571 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. BELASTINGKAMER 13 juni 1986 Nr. 253/85

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. BELASTINGKAMER 13 juni 1986 Nr. 253/85 GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN DERDE ENKELVOUDIGE UITSPRAAK BELASTINGKAMER 13 juni 1986 Nr. 253/85 Uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden, derde enkelvoudige belastingkamer, op het beroep namens X te Z

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:666. Instantie. Rechtbank Gelderland. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:RBGEL:2017:666. Instantie. Rechtbank Gelderland. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtbank Gelderland oordeelt dat aan de eisen van duurzaamheid en zelfstandigheid kan worden voldaan zonder gelijktijdig voor meerdere klanten te werken. Belanghebbende, de heer X, heeft vanaf oktober

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2010:BO9334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 09/00549

ECLI:NL:GHAMS:2010:BO9334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 09/00549 ECLI:NL:GHAMS:2010:BO9334 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 09-12-2010 Datum publicatie 05-01-2011 Zaaknummer 09/00549 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

op de klacht van:mevrouw A. C., wonende te Huizen, hierna te noemen: klager

op de klacht van:mevrouw A. C., wonende te Huizen, hierna te noemen: klager Beweerdelijk te lage waardering. Beweerdelijk verstrekte vertrouwelijke mededeling aan derden. Klaagster en haar echtgenoot zijn in een echtscheiding verwikkeld. In dat kader vindt een kort geding plaats

Nadere informatie

GERECHTSHOF AMSTERDAM

GERECHTSHOF AMSTERDAM Uitspraak GERECHTSHOF AMSTERDAM kenmerk 13/00004 en 13/00005 30 juli 2014 uitspraak van de negende enkelvoudige belastingkamer op het hoger beroep van [X] te Uithoorn, belanghebbende, gemachtigde: [A]

Nadere informatie

1.2. De aanslag is, na daartegen door belanghebbende gemaakt bezwaar, door de Inspecteur bij de bestreden uitspraak gehandhaafd.

1.2. De aanslag is, na daartegen door belanghebbende gemaakt bezwaar, door de Inspecteur bij de bestreden uitspraak gehandhaafd. GERECHTSHOF TE 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 25 februari 2000 nummer BK-97/20200 UITSPRAAK op het beroep van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van eenheid Particulieren/Ondernemingen

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2012:BW7826

ECLI:NL:GHARN:2012:BW7826 ECLI:NL:GHARN:2012:BW7826 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 30-05-2012 Datum publicatie 08-06-2012 Zaaknummer 11-00572 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2015:8351

ECLI:NL:RBMNE:2015:8351 ECLI:NL:RBMNE:2015:8351 Instantie Datum uitspraak 27-11-2015 Datum publicatie 23-12-2015 Zaaknummer UTR 15/612 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2011:BP5815

ECLI:NL:GHSGR:2011:BP5815 ECLI:NL:GHSGR:2011:BP5815 Instantie Datum uitspraak 09-02-2011 Datum publicatie 25-02-2011 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage BK-10/00091

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:2773

ECLI:NL:GHDHA:2014:2773 ECLI:NL:GHDHA:2014:2773 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 21-03-2014 Datum publicatie 18-09-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-13/00269

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2017:2696

ECLI:NL:RBZWB:2017:2696 ECLI:NL:RBZWB:2017:2696 Instantie Datum uitspraak 03-05-2017 Datum publicatie 31-05-2017 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 16 _ 1492 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

l.l. Hei beroep in cassatie richl zicht tegen de uitspraak van hei Gerechtshof Amsterdam van I -juli 2(Wa(veFzondefl-op-l-julr20J0)7

l.l. Hei beroep in cassatie richl zicht tegen de uitspraak van hei Gerechtshof Amsterdam van I -juli 2(Wa(veFzondefl-op-l-julr20J0)7 lo/ozssl CdS I. Gevoerde procedure en uitspraak waarvan cassatie l.l. Hei beroep in cassatie richl zicht tegen de uitspraak van hei Gerechtshof Amsterdam van I -juli 2(Wa(veFzondefl-op-l-julr20J0)7 1.2.

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2008:BH0220

ECLI:NL:GHSHE:2008:BH0220 ECLI:NL:GHSHE:2008:BH0220 Instantie Datum uitspraak 17-10-2008 Datum publicatie 19-01-2009 Zaaknummer 07/00089 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2006:AY9268

ECLI:NL:RBHAA:2006:AY9268 ECLI:NL:RBHAA:2006:AY9268 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 22-09-2006 Datum publicatie 13-10-2006 Zaaknummer AWB 06/2133 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

van de mondelinge uitspraak op het beroepschrift van X te Z

van de mondelinge uitspraak op het beroepschrift van X te Z Gerechtshof te 's-gravenhage twaalfde enkelvoudige belastingkamer 8 oktober 1999 Nr. BK-97/01395 PROCES-VERBAAL van de mondelinge uitspraak op het beroepschrift van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur,

Nadere informatie

Titel. Wetsartikelen BUA - art. 1 Auteur. Publicatiedatum NTFR. Rubriek ECLI

Titel. Wetsartikelen BUA - art. 1 Auteur. Publicatiedatum NTFR. Rubriek ECLI Titel Hoge Raad verwijst zaak over toepassing BUA op terbeschikkingstelling van zitplaatsen in stadion aan personeel Nummer 35-36 / 1988 Belastingjaar/tijdvak 2004-2008 Hoge Raad 29 juni 2018, nr. 16/03928,

Nadere informatie

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht

Uitspraak. GERECHTSHOF 's-hertogenbosch. Afdeling civiel recht ECLI:NL:GHSHE:2015:2797 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 23-07-2015 Datum publicatie 27-07-2015 Zaaknummer F 200.160.279_01 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

.. ' :,> ' ',!. ' ' : Naar aanleiding van uw brief yàn 26 september 2017 heb ik de eer het vólgende op te mérken.

.. ' :,> ' ',!. ' ' : Naar aanleiding van uw brief yàn 26 september 2017 heb ik de eer het vólgende op te mérken. Den Haag, 3 Q QKT 017 Kenmerk: 2017-0000203694 Motivering van het beroepschrift n cassatie (rolnummer 17/04516) tegen de uitspraak van het Gëraçhtehof Arnhem-Leeüwarden van 15 augustus 2017, X 2 nr* 16/01369,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:3683

ECLI:NL:RBGEL:2017:3683 ECLI:NL:RBGEL:2017:3683 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 14-07-2017 Datum publicatie 17-07-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 1419 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 37 d.d. 17 februari 2011 (mr. P.A. Offers, voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. A.W. H. Vink) Samenvatting Consument claimt tweemaal

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2011:BV2388

ECLI:NL:GHSHE:2011:BV2388 ECLI:NL:GHSHE:2011:BV2388 Instantie Datum uitspraak 06-10-2011 Datum publicatie 01-02-2012 Zaaknummer 11/00219 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Belastingrecht

Nadere informatie

BELASTINGKAMER GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN UITSPRAAK BK 1129/04 13 januari 2006

BELASTINGKAMER GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN UITSPRAAK BK 1129/04 13 januari 2006 top-li BELASTINGKAMER GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN UITSPRAAK BK 1129/04 13 januari 2006 Uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden, tweede meervoudige ^ 2 belastingkamer, op het beroep van ^SSSÊ^^Ê te lébbbbi

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:72

ECLI:NL:GHAMS:2016:72 ECLI:NL:GHAMS:2016:72 Permanente link: http://deepl Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 12-01-2016 Datum publicatie 20-01-2016 Zaaknummer 14/01023 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBNHO:2014:10956,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2008:BD7995 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 07/00429

ECLI:NL:GHAMS:2008:BD7995 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 07/00429 ECLI:NL:GHAMS:2008:BD7995 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 02-07-2008 Datum publicatie 23-07-2008 Zaaknummer 07/00429 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie