1 Functies die aan verandering onderhevig zijn

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "1 Functies die aan verandering onderhevig zijn"

Transcriptie

1 Veraneringsprocessen in e tij (eerste ore) upate april 2009 copyright WISNET-NHL Lees eerst aanachtig e inleiing 0 Inleiing In eze les, ie niet beslist van begin tot ein oorgewerkt hoeft te woren, vin je een aantal voorbeelen van veraneringsprocessen ie plaats vinen in e tij of veraneren als e afstan veranert. Aan het ein van it ocument (paragraaf 7) is een woorenlijst opgenomen, zoat snel een begrip kan woren opgezocht. Het ifferentiaalquotiënt om e veranering van een groothei te beschrijven. Functies, varabelen en parameters De afgeleie functie Stanaarfuncties zoals e exponentiële functie en logaritmische functie, cosinus en sinus Werken met eenheen Omtrek van cirkel, oppervlakte van een cirkel, inhou van een bol, inhou van een ciliner e.. Hoeken in raialen en graen 1 Functies ie aan veranering onerhevig zijn Het verwarmen van een voorwerp is een natuurkunig verschijnsel at geformuleer kan woren met e volgene zin. De snelhei waarmee een voorwerp opwarmt is evenreig met het temperatuurverschil T t KT o tussen voorwerp en omgeving. 1

2 Dit soort beschrijvingen van een natuurkunig verschijnsel (Koelwet van Newton) gaat over een functie, al zie je at niet irect. Je kunt je een functie voorstellen ie afhankelijk is van e tij en waarvan het verloop ongeveer als volgt is: 100 Koelwet van Newton temperatuur tij In e figuur is e grafiek van e functie van e temperatuur T t te zien, uitgezet tegen e tij. Verer is aan e grafiek te zien at het voorwerp op tijstip t = 0 een temperatuur heeft van 0 C en an opwarmt tot 80 C. Waarschijnlijk wort het voorwerp neergeleg in een omgeving van 80 C, aan e grafiek te zien. De temperatuur kan gemeten woren maar kan ook wiskunig bereken en us voorspel woren. Hoe het wiskunig verloop van it soort functies is, zullen we in het volgene gaan bekijken. Wat je ook kunt oen is een experiment waarbij je e temperatuur meet van een voorwerp at wort neergeleg in een omgeving van 80 C. Je moet an op veel tijstippen gaan meten en e meetwaaren in een grafiek weergeven. Bijvoorbeel in Excel. Hoe at moet, leer je in een les over Excel. Bij het opstellen van een ifferentiaalvergelijking is het belangrijk te beseffen naar welke functie we op zoek zijn en welke onafhankelijke variabele we aarbij gebruiken. De beschouwe functie zal aan veranering onerhevig zijn. In e volgene voorbeelen is stees e tij t e onafhankelijke variabele. We zoeken an ook naar een functie van t waarvan we niet alleen het functievoorschrift willen kennen maar ook e grafiek van eze functie om het verloop ervan te bestueren. Bij gebruik van een computeralgebrasysteem zal het belangrijk zijn te vermelen welke e onafhankelijke variabele is, us waarvan e beschouwe functie afhankelijk is. Bij het opstellen van een moel in e vorm van een ifferentiaalvergelijking is het erg hanig om te kijken naar e eenheen. Voor een les over eenheen, kijk in WISNET en zoek bij e trefwooren naar "eenheen". Ook e stationaire toestan (evenwichtssituatie), inien eze zich voor zal oen, kan 2

3 informatie verschaffen over het moel waaraan e functie voloet. Zoner nog e ifferentiaalvergelijking op te lossen, is vaak al veel te zeggen van e functie. 1.1 Koelwet van Newton Het koelen van een voorwerp is een natuurkunig verschijnsel at geformuleer kan woren met e volgene zin. De snelhei waarmee een voorwerp afkoelt is evenreig met het temperatuurverschil T t KT o tussen voorwerp en omgeving Vraag a Formuleer het moel in e vorm van een ifferentiaalvergelijking antwoor a Formuleer het moel in e vorm van een ifferentiaalvergelijking. t T t = k T t KT o Een anere manier van opschrijven is: T t = k T t Kk To t Hier staat at e toename (of e afname) van e temperatuur T t per tijseenhei (t) van een voorwerp evenreig is met het temperatuursverschil met e omgeving. De evenreigheisconstante is hier k genoem. Deze evenreigheisconstante (parameter of systeemconstante) hangt af van het systeem: bijvoorbeel hoe groot is het voorwerp at opgewarm wort of van welk materiaal het voorwerp is gemaakt. Deze waare van k kan experimenteel vastgestel woren Vraag b Ga ook na wat e eenheen zijn van e evenreigheisconstante k (systeemconstante of parameter) antwoor b Ga ook na wat e eenheen zijn van e evenreigheisconstante k (systeemconstante of parameter). t T t = k T t KT o Links van het isgelijkteken staat kelvin per secone. Dus rechts moet ook kelvin per secone komen te staan. Daaruit volgt at e evenreigheisconstante k e eenhei Immers het temperatuursverschil T t KT o is ook in kelvin. 3 1 s heeft. (Het temperatuursverschil in kelvin is natuurlijk hetzelfe als het verschil in graen

4 celcius.) Vraag c Is e beschrijving met e ifferentiaalvergelijking ezelfe voor afkoelen en opwarmen? antwoor c Is e beschrijving met e ifferentiaalvergelijking ezelfe voor afkoelen en opwarmen? t T t = k T t KT O Voor afkoelen is T t negatief en T t KT is positief, immers e t O omgevingstemperatuur T o is lager an e temperatuur van het voorwerp. Dan moet e systeemconstante k negatief zijn. Voor opwarmen is T t positief en T t KT is negatief, immers e t O omgevingstemperatuur T o is hoger an e temperatuur van het voorwerp. Dan moet e systeemconstante k negatief zijn. Beie keren gebruik je us ezelfe ifferentiaalvergelijking Vraag Wat zal e eintemperatuur zijn als het proces lang genoeg geuur heeft? antwoor Wat zal e eintemperatuur zijn als het proces lang genoeg geuur heeft? Als e temperatuur T t niet meer verer toe of afneemt is t T t gelijk aan 0 en at is als T t = T o, ofwel e eintemperatuur (stationaire toetstan) wort op en uur gelijk aan e omgevingstemperatuur. 1.2 Inwonertal Formuleer e ifferentiaalvergelijking van het proces at e snelhei waarmee het inwonertal P t van een lan toeneemt weergeeft. De toename van inwonertal per jaar blijkt op elk moment evenreig met het aantal inwoners op at moment te zijn. Ga ook na wat e eenhei is van e systeemconstante k antwoor Formuleer e ifferentiaalvergelijking van het proces at e snelhei waarmee het inwonertal P t van een lan toeneemt weergeeft. De toename van inwonertal per jaar blijkt op elk moment evenreig met het aantal inwoners op at moment te zijn. Ga ook na wat e eenhei is van e systeemconstante k. 4

5 t Pt = k Pt Links van het isgelijkteken staat het aantal per jaar. Rechts moet us ook het aantal per jaar als eenhei hebben. 1 De eenhei van k is an. jaar In het geval at k groter is an 0, an is er us een toename van het inwonertal. In at geval zal er geen stationaire situatie zijn. Als k kleiner is an 0, neemt het aantal inwoners stees af. Als er begonnen wort op tijstip t = 0 met een zeker inwonertal, an is op en uur het inwonertal 0 geworen. Zie aarvoor ook paragraaf 3 evenwichtssituaties. Deze ifferentiaalvergelijking is eentje ie in e natuur vrij veel voorkomt. 1.3 Parachutist De snelhei van een parachutist met massa m, blijkt na enige tij constant. Neem aan at e luchtweerstan evenreig is met e snelhei van e parachutist. Formuleer e valbeweging van e parachutist met behulp van een ifferentiaalvergelijking waarbij e onbekene functie e snelhei is. Stel aarvoor e krachtenvergelijking op van e totale kracht ie op e parachutist werkt en ie het gevolg is van e zwaartekracht en e wrijvingskracht (luchtweerstan). Ga ook e eenheen na van e evenreigheisconstante antwoor De snelhei van een parachutist met massa m, blijkt na enige tij constant. Neem aan at e luchtweerstan evenreig is met e snelhei van e parachutist. Formuleer e valbeweging van e parachutist met behulp van een ifferentiaalvergelijking waarbij e onbekene functie e snelhei is. Stel aarvoor e krachtenvergelijking op van e totale kracht ie op e parachutist werkt en ie het gevolg is van e zwaartekracht en e wrijvingskracht (luchtweerstan). Ga ook e eenheen na van e evenreigheisconstante. m t vt = m g Kk vt uitleg De totale kracht is gelijk aan e massa maal e versnelling (Wet van Newton). De versnelling is e tijsafgeleie van e snelhei op ieer moment. De zwaartekracht F z is stees constant: m F = m g is e massa maal e versnelling van e zwaartekracht (g =9.8 z s 2 ). De luchtweerstan Kk vt is us evenreig met e snelhei van e parachutist en zal stees een remmene kracht zijn eenheenbeschouwing 5

6 kg De eenhei van k is. De eenhei van kracht is immers Newton = s kg m s 2. Omat e luchtweerstan tegengestel is aan e snelhei zal in e formule e waare van k positief zijn stationaire toestan Als na enige tij e snelhei niet meer veranert, is t vt gelijk aan 0. Hieruit kan afgelezen woren wat e stationaire toestan zal zijn. De parachutist zal ten slotte een snehei krijgen ie gelijk is aan v t = m g k. Zie voor e stationaire toestan (evenwichtssituatie) in paragraaf 3 Evenwichtssituaties 1.4 Ballon Het volume V t van een bolvormige ballon neemt met een constante snelhei af. Geef een ifferentiaalvergelijking r t in waarbij r t e straal is van e bol. Als het volume veranert, veranert natuurlijk e straal ook. Zeg iets over e evenreigheisconstante. Het volume V van een bol wort beken veronerstel. V = 4 π r3 3 Zie ook bestuering van it probleem in paragraaf 2.6 Lek in ballon antwoor Stel eerst e meest oorspronkelijke vorm van het moel op en geef aarna een verfijning. t V t = Kk Het volume is een functie van e tij. 6

7 Je kunt echter ook e functie V schrijven als een formule met aarin e straal r t waarbij e straal r t een functie van e tij is. V t = 4 π r t π r t 2 t rt = Kk Als je moeite hiermee hebt, an staat er oner e knop uitleg over eze afleiing ie met e kettingregel van het ifferentiëren te maken heeft kettingregel Het volume is een functie van e straal r maar r zelf is weer een functie van e tij. Dus als je het vulume V ifferentieert naar e tij, kun je eerst naar e straal ifferentiëren en aarna e straal weer verer ifferentiëren naar e tij. Ga na at t V t = r V r t rt of aners ook wel schematisch geschreven: V = V r t r t Dit noemt men ook wel e kettingregel en is hanig in it soort situaties verfijning Eventueel kan eze ifferentiaalvergelijking nog in e vorm t rt = K k 4 π rt 2 gezet woren. De snelhei waarmee e straal afneemt is us omgekeer evenreig met e straal van e ballon in het kwaraat. Misschien zie je ook at e snelhei waarmee e straal afneemt omgekeere evenreig is met e oppervlakte van e ballon eenheenbeschouwing m 3 De evenreigheisconstante k heeft als eenhei en is positief zoals eze s in e formule staat.(volume per tijseenhei.) Zie ook bestuering van e evenwichtssituatie in paragraaf 3 Evenwichtssituaties 1.5 Massabalansen Of je nu een moel maakt van het inwonertal of van het opblazen van een ballon, feitelijk oe je stees hetzelfe. Doorat er massa in en/of uitstroomt, veranert e totale massa. 7

8 Neem bijvoorbeel het moel van het inwoneraantal in paragraaf 1.2 Inwonertal. t Pt = k Pt Hierin is: Pt e ophoping van het aantal inwoners: toename als it positief is en afname t als it negatief is. k Pt het aantal inwoners an binnenstroomt, of wort geprouceer in technische termen. Eventueel ha er ook een sterfte gemoelleer kunnen woren: Kks Pt waarbij ks e systeemconstante is van het sterfteproces. Algemene massabalans: t mt = M instr t KM t uit Hierin is: mt e toename van e massa m(t) (massa in kg) per tijseenhei t M t e hoeveelhei massa ie binnenstroomt (in kg/s) instr M t e hoeveelhei massa ie naar buiten stroomt uit massabalans tank met schoonmaakmiel Een tank van 5000 liter is gevul met 3 kg van een schoonmaakmiel. De tank wort gespoel met schoon water in een tempo van 100 liter per minuut. De hoeveelhei m t van it schoonmaakmiel wort uitgerukt in kg en is afhankelijk van e tij. (De beginvoorwaare is us m 0 =3.) vraag Stel een DV op voor e hoeveelhei schoonmaakmiel mt als functie van e tij antwoor Hoeveelhei stof = concentratie volume. De concentratie van e stof is hier in kg per liter. De concentratie is stees e hoeveelhei stof in het systeem per totaal volume ( mt ). V tot De hoeveelhei stof m t in het systeem is een functie van e tij. 8

9 De concentratie is an ook een functie van e tij. Bij het spoelen gaat er stees evenveel liter schoon water in e tank als at er vuil water uitgaat. De ifferentiaalvergelijking kan an als volgt woren geformuleer: De veranering van e hoeveelhei stof mt in het systeem is gelijk aan e concentratie op een bepaal moment maal e veranering van het volume. In it geval is er een toename van het volume met concentratie 0 (schoon mt water) en eenzelfe afname van het volume met concentratie:. V tot t mt =0 t V t K mt V t t V tot Niet alleen massa kun je in een balans moelleren. Alles wat zich kan ophopen past in een balans. Blijkbaar niet alleen (iscrete) voorwerpen, zoals inwoners en fietsen, maar ook (continue) concepten zoals gel, massa, energie en impuls (at is overigens een lastige!). In het algemeen is e vorm van een balans: Ophoping = instroom - uitstroom waarbij: e ophoping e vorm heeft van een afgeleie (veranering van massa per tijseenhei). e in- en uitstroom niet echt "ergens" in- of uit hoeven te stromen. Ook geboorte en prouctie zijn vormen van instroom en sterfte en consumptie e bijbehorene vormen van uitstroom. 1.6 Krachtbalansen In een krachtbalans woren alle krachten, ie op een voorwerp staan opgetel. Hierbij wort er rekening mee gehouen at krachten in een richting werken. Als er na e optelling geen kracht meer over is, an heeft het voorwerp een constante snelhei. Dit is evenwicht. Bijvoorbeel een voorwerp at aan een touw hangt: e zwaartekracht naar beneen is gelijk aan e spankracht van het touw (naaar boven). Daaroor hangt het voorwerp stil. Ook bij een auto op volle snelhei zijn e krachten in evenwicht: e voorwaartse kracht ie oor e motor wort gelever is gelijk aan e wrijvingskracht naar achteren, zoat e snelhei constant is. De som van alle krachten is gelijk aan 0 als er us evenwicht is (krachtbalans) Evenwicht van krachten Een massa wort in evenwicht gehouen oor twee krachten ie er op werken. 9

10 De zwaartekracht (F z ) en e veerkracht (F veer ) van e veer waar e massa aan hangt. De zwaartekracht werkt naar beneen en e veerkracht omhoog. De zwaartekracht is F z = m g en e veerkracht is evenreig met e uitwijking s vanuit e evenwichtsstan van e veer met evenreigheisconstante k ie ook wel veerconstante wort genoem. F z CF veer =0 m gkk s =0 Als er na het optellen van e krachten nog een kracht overblijft, an krijgt het voorwerp een versnelling. Bijvoorbeel met e parachutist: als eze uit het vliegtuig springt, is e wrijving klein en e zwaartekracht groot, zoat hij stees sneller naar beneen valt. Aangezien e wrijving groter wort bij hogere snelhei (wrijving is afhankelijk van e snelhei), wort e wrijving op een gegeven moment net zo groot als e zwaartekracht en an is er evenwicht: e snelhei blijft constant. Zie het voorbeel in paragraaf 1.3 Parachutist Geen evenwicht van krachten vraag De snelhei van een parachutist met massa m, blijkt na enige tij constant. Neem aan at e luchtweerstan evenreig is met e snelhei van e parachutist. Formuleer e valbeweging van e parachutist met behulp van een ifferentiaalvergelijking waarbij e onbekene functie e snelhei is. Stel aarvoor e krachtenvergelijking op van e totale kracht ie op e parachutist werkt en ie het gevolg is van e zwaartekracht en e wrijvingskracht (luchtweerstan) antwoor De totale kracht op een lichaam is e som van alle afzonerlijke krachten. Deze totale kracht zal zorgen voor een uiteinelijke snelheisveranering (versnelling). F tot = > F waarbij F tot = F z CF wrijving F tot = m a = m t vt m t vt = m g Kk v t De totale kracht is gelijk aan e massa maal e versnelling (Wet van Newton). De versnelling is e tijsafgeleie van e snelhei op ieer moment. De zwaartekracht F z is stees constant: F z = m g is e massa maal e 10

11 m versnelling van e zwaartekracht (g =9.8 ). s De luchtweerstan is us evenreig met e snelhei van e parachutist. Zie verer in paragraaf 1.3 Parachutist Kracht, versnelling en snelhei De versnelling bepaal je met e wet van Newton: Kracht = massa versnelling F = m a Hou er rekening mee at e kracht en e versnelling eigenlijk vectoren zijn en us een richting hebben. (Dezelfe richting!!) De versnelling at is e veranering van e snelhei (v) per tijseenhei vt = at t De afgelege weg s t kan ook op eze manier bepaal woren: e toe- of afname van e afgelege weg per tijseenhei is gelijk aan e snelhei. st = vt t Als e versnelling at beken is, kan met een tweee ore ifferentiaalvergelijking e afgelege weg achterhaal woren. 2 t 2 st = a t Kijk ook in e les met vectoren voor ezelfe ifferentiaalvergelijkingen in meer imensies. 1.7 RC-circuit De spanning u over een weerstan ter grootte R is altij gelijk aan e stroom it in R het circuit maal e waare van e weerstan. In formule is at u R = it R. (De stroom in het circuit hoeft niet constant te zijn.) 11

12 Op een conensator kan laing opgeslagen woren. De laing kan er ook van af stromen. De veranering per tijseenhei van e spanning u C over een conensator maal e capaciteit C van e conensator is altij gelijk aan e stroom it in het circuit waarin e conensator zich bevint. In formule is at it = C t u C t. In het bovenstaane netwerk is een conensator met capaciteit C, een bronspanning u B (ie niet beslist constant hoeft te zijn maar ook een functie van t kan zijn) en een weerstan R. Volgens e wet van Kirchhof is e bronspanning op ieer moment gelijk aan e som van e spanningen over e weerstan en e conensator Vraag Stel e ifferentiaalvergelijking op waarbij e spanning u C t e onbekene functie is van e tij. Doe ook een analyse van e eenheen antwoor v in u C t Meestal hebben we in e elektrische netwerken liever e functie van e spanning beschikbaar. Deze is in een netwerk ook gemakkelijker te meten zoner een ingreep te oen in het netwerk zelf. Volgens e wet van Kirchhoff is e bronspanning gelijk aan e som van e spanningen in het circuit. De bronspanning in het gegeven circuit is us gelijk aan e spanning over e weerstan R + e spanning over e conensator C. Dus u B = R i t Cu C t. Hierin is us i t = C t u C t De ifferentiaalvergelijking wort an: R C t u t C Cu C t = u B Dit is e ifferentiaalvergelijking met e spanning over e conensator u C t als onbekene functie van e tij Eenheenbeschouwing De spanning is in volt (V), e weerstan in ohm (Ω), e stroom is in ampere (A = coulomb per secone), e capaciteit is in fara (coulomb per volt). 12

13 Hoe meer laing op e conensator om een spanningsverschil van 1 volt te maken, es te groter e capaciteit C is). Ga nu met e eenheen in eze ifferentiaalvergelijking na at e e combinatie R C e eenhei tij heeft Vraag Stel e ifferentiaalvergelijking op waarbij e stroom i t e onbekene functie is van e tij. Doe aarbij een analyse van e eenheen antwoor v in i t De ifferentiaalvergelijking van e stroom heeft rechtstreeks te maken met e ifferentiaalvergelijking van e spanning. Volgens e wet van Kirchhoff is e bronspanning gelijk aan e som van e spanningen in het circuit. Dus u B = R i t Cu C t Differentieer eze vergelijking naar t waarbij us weer gelt at i t = C t u t C. 0=R t it C t U t C R t it C it C =0 t it C it R C =0 t it = Ki t R C We hebben nu een eerste ore ifferentiaalvergelijking in e onbekene i t. Merk op at evenals in het vorige at e combinatie R C e eenhei tij heeft. 1.8 RL-circuit Gegeven is een netwerk met aarin een spoel (L) en een weerstan (R). De spanningsbron U B kan eventueel weggelaten woren en an is e spanning over e bron us gelijk aan 0. De spanning u over een weerstan ter grootte R is altij gelijk aan e stroom it in R het circuit maal e waare van e weerstan. 13

14 In formule is at u R = it R. (De stroom in het circuit hoeft niet constant te zijn.) De spanning over een spoel (u L ) is evenreig met e stroomveranering per tijseenhei in eze spoel. De evenreigheisconstante L van e spoel is een eigenschap van e spoel en wort wel e coëfficiënt van zelfinuctie genoem.. In formule is at u t = L L t it Volgens e wet van Kirchhoff is e bronspanning gelijk aan e som van e spanningen in het circuit Vraag Stel e ifferentiaalvergelijking op met als onbekene functie e stroom it antwoor Volgens e wet van Kirchhoff is e bronspanning gelijk aan e som van e spanningen in het circuit. Dus u B = R i t Cu L t u B = R i t CL t it R i t = KL t it CU B Dit is een ifferentiaalvergelijking waarin e functie i t als onbekene functie staat. 2 Het bepalen van e systeemconstante (parameter) In e volgene voorbeelen gaan we nog niet e ifferentiaalvergelijking oplossen maar we kunnen zoner e oplossing te kennen (e functie van e tij) al heel wat te weten komen. 2.1 Elektrisch circuit vraag Stel at er in een elektrisch circuit e stroomsterkte i t afneemt met een snelhei ie evenreig is met e momentane stroomsterkte. (De eenhei van stroom is hier ma.) Wanneer e stroomsterkte 40 ma beraagt, neemt ie af met 1 2 ma per secone. Beschrijf het verloop van e stroomsterkte i t met behulp van een ifferentiaalvergelijking en bepaal e evenreigheisconstante uit het extra gegeven. 14

15 antwoor De volzin: "Stel at er in een elektrisch circuit e stroomsterkte i t afneemt met een snelhei ie evenreig is met e momentane stroomsterkte." is met een formule te schrijven: v := t i t = Kk i t Stel nu e stroomsterkte op een bepaal moment gelijk aan 40 ma, an is e veranering van e stroom op at moment K 1 2 ma per secone. De volgene vergelijking kan an opgelost woren: K 1 2 = K40 k. Hieruit volgt at e waare van k gelijk is aan De ifferentiaalvergelijking wort an: t it = Ki t 80 In eze ifferentiaalvergelijking is e functie it e onbekene functie s. 2.2 Afkoeling vraag Een heet voorwerp koelt af met een snelhei ie evenreig is met het temperatuurverschil tussen voorwerp en omringene lucht. De omgeving heeft een constante temperatuur van 15 graen celcius en het voorwerp blijkt met 12 graen per minuut af te koelen op een moment at zijn temperatuur 150 graen celcius beraagt. Formuleer e ifferentiaalvergelijking. Bepaal met e gegevens ook e evenreigheisconstante. Zie ook bij voorbeel paragraaf 1.1 koelwet van Newton antwoor De volgene zin: "Een heet voorwerp koelt af met een snelhei ie evenreig is met het temperatuurverschil tussen voorwerp en omringene lucht." kan met een formule woren weergegeven: t T t = k T t KT o Uit e gegevens is een vergelijking te formuleren at e verminering van e temperatuur gelijk is aan 12 graen per minuut op het moment at e temperatuur 150 graen is. Het wil us zeggen at als To =15, at an 15

16 T t gelijk is aan -12. t De ifferentiaalvergelijking gaat an over in een gewone vergelijking waarbij e systeemconstante k e onbekene is. K12 = k 150 K15 Deze vergelijking kan opgelost woren zoat e waare van k bereken kan woren K12 = 135 k k = De ifferentiaalvergelijking is nu volleig beken. t T t = K T t KT o In it voorbeel is e systeemconstante k = per minuut. Zie voor e eenheen van e evenreigheiscontstante k in paragraaf 1.1 Koelwet van Newton. De evenreigheisconstante is negatief! Zie ook in paragraaf 3.2 Afkoeling en opwarming, voor het bestueren van e stationaire toestan. 2.3 Opwarming vraag Een kou voorwerp wort verwarm oorat het in een warme omgeving wort geplaatst. De toename van e temperatuur T t gaat met een snelhei ie evenreig is met het temperatuurverschil tussen voorwerp en omringene lucht. De omgeving heeft een constante temperatuur van 80 graen celcius en het voorwerp blijkt met 10 graen per minuut op te warmen op een moment at zijn temperatuur 5 graen celcius beraagt. Formuleer e ifferentiaalvergelijking en bepaal met e gegevens ook e evenreigheisconstante. Zie bij paragraaf 1.1 Koelwet van Newton. Zie ook bij paragraaf 3.2 Afkoeling antwoor Zie ook voorbeelparagraaf 1.1 Koelwet van Newton. De volgene zin: "Een kou voorwerp wort verwarm oorat het in een warme omgeving wort geplaatst. De toename van e temperatuur T t gaat met een snelhei ie evenreig is met het temperatuurverschil tussen voorwerp en omringene lucht." kan met een formule woren weergegeven: t T t = k T t KTo Uit e gegevens is een vergelijking te formuleren at e vermeerering van e 16

17 temperatuur gelijk is aan 10 graen per minuut op het moment at e temperatuur 5 C is. Het wil us zeggen at als T o =80 C at an t T t gelijk is aan 10 C per minuut.. De ifferentiaalvergelijking gaat an over in een gewone vergelijking waarbij e systeemconstante k e onbekene is. 10 = k 5K80 Deze vergelijking kan opgelost woren zoat e waare van k bereken kan woren 10 = K75 k k = K0.133 De ifferentiaalvergelijking is nu volleig beken. t T t = K0.133 T t KT o In it voorbeel is e systeemconstante k = per minuut. Zie voor e eenheen van e evenreigheiscontstante k in paragraaf 1.1 Koelwet van Newton. De evenreigheisconstante is negatief! Zie ook in paragraaf 3.2 Afkoeling en opwarming (evenwicht) voor het bestueren van e stationaire toestan. 2.4 Poreuze tank vraag Een tank van poreus materiaal met verticale zijwanen heeft een cirkelvormig gronvlak waarvan e straal r gelijk aan 0.5 meter is. De tank bevat water at oor gronvlak en zijwanen wegsijpelt. De totale oppervlakte A t at in contact staat met het water, veranert us per tijseenhei omat het water wegsijpelt. Dit gaat met een tempo at evenreig is met e totale oppervlakte ie met het water in contact staat. Verer is gegeven at wanneer het water 3 meter hoog staat in e tank, at het met een snelhei van 0.2 meter per uur aalt. Formuleer e ifferentiaalvergelijking waarin e hoogte h t van het water e onbekene functie is van e tij. Geef ook informatie over e systeemconstante antwoor 17

18 De totale oppervlakte ie in contact staat met het water is gelijk aan e oppervlakte van e boem (π r 2 ) plus e manteloppervlakte waarmee het water met een hoogte h t in contact staat (2 π h t ). De veranering van e totale oppervlakte per tijseenhei is evenreig met eze oppervlakte. Het zal uielijk zijn at in it moel e evenreigheisconstante een negatieve waare zal hebben. De ifferentiaalvergelijking is an t At = k A t Daarbij is e functie van e oppervlakte een functie van t omat e hoogte h t afhankelijk is van e tij. A = π r 2 C2 π r h t De oppervlakte van het vat waarmee e voloeistof in aanraking komt is hiermee vastgeleg. De straal van e boem is 0.5 m. Alles ingevul geeft een nieuwe ifferentiaalvergelijking waarin e hoogte h t als onbekene functie afhankelijk van e tij is gestel. Met e kettingregel (zie ook e paragraaf met e kettingregel) kan e oppervlakt A geifferentiëer woren naar t. 1.0 π t ht = k 0.25 πc1.0 π ht systeemconstante berekenen Gegevens ingevul in e ifferentiaalvergelijking: als e hoogte van het water gelijk is aan 3 m, an is e afname van e hoogte gelijk aan 0.2 meter per uur (let op het minteken). K0.20 π =3.25 k π Deze vergelijking oplossen geeft e waare van k = De eenhei van k is rechtstreeks uit e meest oorspronkelijke 1 ifferentiaalvergelijking af te lezen:. uur 2.5 Kristalvorming vraag De snelhei waarmee een opgeloste stof m t in kristalvorm M t wort afgezet is evenreig met het prouct van e massa van e rees afgezette stof en e massa van e nog opgeloste stof. Gegeven is at e opgeloste stof m t en e stof in kristalvorm M t tesamen 20 gram zijn, formuleer an e ifferentiaalvergelijking en zeg iets over e systeemconstante. 18

19 antwoor De snelhei waarmee een opgeloste stof m t in kristalvorm M t wort afgezet is evenreig met het prouct van e massa van e rees afgezette stof en e massa van e nog opgeloste stof. Gegeven is at e opgeloste stof m t en e stof in kristalvorm M t tesamen 20 gram zijn, formuleer an e ifferentiaalvergelijking en zeg iets over e systeemconstante. De formule van it moel is e volgene ifferentiaalvergelijking. t mt = k m t M t Er zijn eigenlijk twee grootheen in eze ifferentiaalvergelijking, maar met het gegeven at e totale hoeveelhei stof 20 gram is M t =20Km t, kan e ifferentiaalvergelijking geschreven woren als. t mt = k m t 20 Km t 1 Als e massa's in grammen gegeven zijn, an is e eenhei van k:. g s Bovenien is e waare van k negatief want e opgeloste stof wort miner. 2.6 Lek in ballon vraag Uit een bolvormige ballon ontsnapt lucht in een tempo at evenreig is met e oppervlakte van e ballon. (Dit is een anere situatie an paragraaf 1.4 waar e veranering van het volume constant is.) Stel e ifferentiaalvergelijking op waarbij e veranerene straal rt van e ballon e onbekene functie is. De formule voor inhou en oppervlakte van een bol moet beken zijn. Wanneer e straal 20 cm beraagt, ontsnapt er 8000 ml lucht per secone. Bereken vervolgens in hoeveel tij e straal van 20 tot 15 cm afneemt. Zie voor e bestuering van een eventuele stationaire toestan in paragraaf 3 Evenwichtssituaties antwoor Uit een bolvormige ballon ontsnapt lucht in een tempo at evenreig is met e oppervlakte van e ballon. De vertaling in e ifferentiaalvergelijking is an t V t = k opp t 19

20 Hierin is het volume een functie van e straal maar e straal is weer een functie van e tij. Als volgt kan at geformuleer woren: V = 4 π r t 3 3 Verer is e oppervlakte ook een functie van e straal ie op zichzelf ook weer een functie is van e tij. opp =4 π r t 2 Alles invullen en ook gebruik maken van e kettingregel wort e ifferentiaalvergelijking: 4 π r t 2 t rt =4 k π r t 2 Vereenvouigen: t rt = k Het blijkt us at e straal met een constante snelhei afneemt Systeemconstante berekenen Gegeven is at e veranering van volume op een bepaal moment gelijk is aan ml/s. Deze veranering van volume is evenreig met e oppervlakte van e bol op at moment at e straal 20 cm is. De volgene vergelijking kan an opgelost woren waarbij e systeemconstante k e onbekene is. Ook gelt at t V t = K8000 t V t = k$4 π r t 2 Vul nu voor r t =20 in en e volgene vergelijking kan opgelost woren met k als onbekene. De waare van k is us k =K 5 π =K1.59 K8000 = 1600 k π 20

21 De eenhei van e systeemconstante k is cm/s. De straal neemt us af met 1.59 cm/s. De ifferentiaalvergelijking is nu vereenvouig tot rt = K1.59 t Aan e han hiervan is gemakkelijk uit het hoof te berekenen hoe lang het uurt totat e straal van 20 cm afgenomen is tot 15 cm. (Een afname van -5.) De vergelijking k t = K5 geeft als oplossing t = K 5 k. Daaruit volgt at e tij ie het uurt is seconen. 3 Het bepalen van e evenwichtssituatie Bij veraneringsprocessen ie zich afspelen in e tij is het vaak interessant om te bekijken hoe het proces op en uur verloopt. We kijken an naar e veranering van e functie ie in e ifferentiaalvergelijking beschreven wort. Voor e processen ie stabiel zijn is het zo at op en uur e functie eigenlijk niet meer veranert. Zou at wel zo zijn, an is zo'n proces niet stabiel. Voor een stabiel proces is e veranering van e functie op en uur gelijk aan 0. Zoner e ifferentiaalvergelijking op te lossen kan vaak e evenwichtssituatie beschreven woren ie gelt als te tij voortschrijt en oneinig wort. 3.1 Elektrisch circuit evenwicht (evenwicht) vraag In een situatie zoals beschreven in paragraaf 2.1 Elektrisch circuit waarbij e veranering van e stroom in een netwerk evenreig is met e stroom zelf. Als 0! k, an is er stees sprake van een afname van e stroom. it = Kk it t Beschrijf e evenwichtssituatie voor verschillene waaren van k antwoor In eze ifferentiaalvergelijking is uielijk te zien at op en uur e stroom it naar 0 gaat. Immers in e evenwichtssituatie is er geen toe of afname van e stroom meer en an is it = Kk it =0 t Er was uitgegaan van een positieve waare van k, us e stroom neemt ineraa 21

22 in at geval stees af. Als e waare van k negatief zou zijn, an zou e veranering van e stroom positief zijn. Als e beginwaare van e stroom niet gelijk is aan nul, zou e stroom stees verer toenemen en is er geen evenwicht. 3.2 Afkoeling en opwarming (evenwicht) Zie in paragraaf 1.1 Koelwet van Newton voor e ifferentiaalvergelijking t T t = k T t KT o vraag Beschrijf e evenwichtssituatie en bekijk of k positief of negatief is antwoor Als e temperatuur niet meer veranert, kan gestel woren at t T t = k T t KT o = 0 ==> k T t KT o =0 en hieruit volgt at op en uur e temperatuur T t gelijk wort aan e omgevingstemperatuur T o. Er zijn us twee situaties: Koelen: t T t is negatief (e temperatuur neemt af). In at geval is e temperatuur T t stees hoger an e omgevingstemperatuur. Dat wil zeggen T t KT o is positief. Hieruit volgt at k is negatief. Verwarmen: t T t is positief (e temperatuur neemt toe). In at geval is e temperatuur T t stees lager an e omgevingstemperatuur. Dat wil zeggen T t KT o is negatief. Hieruit volgt at k is negatief om het geheel weer positief te maken. Dit is het geval bij koelen én bij verwarmen. Zie uitgewerkt voorbeel in paragraaf 2.2. en 2.3 bij afkoelen en opwarmen conclusie Bij e koelwet van Newton t T t = k T t KT o is stéés e evenreigheisconstante k negatief, zowel bij koelen als bij verwarmen. 22

23 3.3 Parachutist (evenwicht) Zie in paragraaf 1.3 Parachutist voor e ifferentiaalvergelijking van een vallene parachutist oner invloe van e zwaartekracht (m g) en een wrijvingskracht, evenreig met e snelhei. m vraag Beschrijf e evenwichtssituatie. t vt = m g Kk v t antwoor Op en uur is e veranering van e snelhei gelijk aan 0 en an kan uit e ifferentiaalvergelijking e uiteinelijke snelhei afgelezen woren. m t vt m g = m g Kk vt =0 / vt = k 3.4 Lek in ballon (geen evenwicht) Bekijk in het geval van e ballon waarvan e straal stees afneemt in e tij of er zich ook een stationaire situatie vooroet Volume neemt af met constante snelhei vraag Het volume V t van een bolvormige ballon neemt met een constante snelhei af. Zeg iets over een mogelijke evenwichtssituatie. Zie beschrijving van het probleem in paragraaf 1.4 Ballon 4 π rt 2 rt = Kk t antwoor Het zal hier niet mogelijk zijn om, uitgaane van e ifferentiaalvergelijking, te bekijken wat e evenwichtssituatie zal zijn. Omat e straal stees afneemt met e tij, zal op een gegeven moment e straal gelijk woren aan 0. In e situatie at e straal bijna gelijk is aan 0, veranert e straal juist zeer sterk. Dit is te zien aan e ifferentiaalvergelijking aners geschreven: t rt = K k 4 π rt 2 Een onerzoek is noig om er achter te komen hoe het verloop van e straal is 23

24 als functie van e tij Volume neemt af met oppervlakte van e ballon vraag Uit een bolvormige ballon ontsnapt lucht in een tempo at evenreig is met e oppervlakte van e ballon. Zeg iets over een mogelijke evenwichtssituatie. Zie beschrijving van het probleem in paragraaf 2.6 Lek in ballon. t rt = k antwoor Het zal hier niet mogelijk zijn om, uitgaane van e ifferentiaalvergelijking, te bekijken wat e evenwichtssituatie zal zijn. Omat e straal stees afneemt met e tij, zal op een gegeven moment e straal gelijk woren aan 0. In e situatie at e straal bijna gelijk is aan 0, veranert e straal nog stees met ezelfe snelhei. Echter het moel is beperkt, e ifferentiaalvergelijking gelt alleen als e straal positief is. Het zal uielijk zijn at e waare van k negatief is, omat het een afname van e straal betreft. 24

Voorkennis + lijst met standaardintegralen

Voorkennis + lijst met standaardintegralen Scheien van variabelen een oplosmethoe voor eerste ore-ifferentiaalvergelijkingen WISNET-HBO NHL upate mei 2009 Inleiing Het met pen en papier berekenen van e analytische oplossing van een eerste ore ifferentiaalverglijking

Nadere informatie

WISKUNDE- HWTK PROEFTOETS- AT3 - OPGAVEN en UITWERKINGEN - EX 03 1.doc 1/11

WISKUNDE- HWTK PROEFTOETS- AT3 - OPGAVEN en UITWERKINGEN - EX 03 1.doc 1/11 VAK: WISKUNDE - HWTK Set Proeftoets AT WISKUNDE- HWTK PROEFTOETS- AT - OPGAVEN en UITWERKINGEN - EX 0.oc / DIT EERST LEZEN EN VOORZIEN VAN NAAM EN LEERLINGNUMMER! Beschikbare tij: 00 minuten Uw naam:...

Nadere informatie

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008 Zomercursus Wiskune Katholieke Universiteit Leuven September 2008 Rekenregels voor het berekenen van afgeleien (versie 27 juni 2008) Inleiing De afgeleie van een functie f in een punt R is e helling (richtingscoëfficiënt)

Nadere informatie

( ) 1. G&R vwo A deel 4 16 Toepassingen van de differentiaalrekening C. von Schwartzenberg 1/13 = =

( ) 1. G&R vwo A deel 4 16 Toepassingen van de differentiaalrekening C. von Schwartzenberg 1/13 = = C von Schwartzenberg 1/1 1a 1b 1c 1 1 1 4 5 4 6 4 4 5 f ( ) 6 + 6 6 + 6 6 f '( ) 4 + + 4 4 + + 4 g( ) 5 8 g '( ) 5 1 5 Onthou: y y '( ) 1 8 8 1 1 1 h + + + h'( ) 1 1 7 6 6 k ( ) ( 1) + 8 k '( ) 1( 1 )

Nadere informatie

1.4 Differentiëren van machtsfuncties

1.4 Differentiëren van machtsfuncties . Differentiëren van machtsfuncties De inmiels bekene regel voor het ifferentiëren van machtsfuncties luit: n n [ ] n (n,,, ) Deze regel kun je vrij gemakkelijk herontekken met behulp van e (uitgebreie)

Nadere informatie

1.3 De produktregel. Laat zien dat bijvoorbeeld [ x x. ] niet gelijk is aan 2x

1.3 De produktregel. Laat zien dat bijvoorbeeld [ x x. ] niet gelijk is aan 2x .3 De prouktregel Eerer heb je geleer at je e som van twee (of meer) functies kunt ifferentiëren, oor termsgewijs te ifferentiëren. Bijvoorbeel: 3 [ x + x ] = x + 3 x.7 Een ergelijke mooie regel gelt niet

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 - Verbanden herkennen

Hoofdstuk 5 - Verbanden herkennen V-a V-a Hoofstuk - Veranen herkennen Hoofstuk - Veranen herkennen Voorkennis O A B De grafiek ij tael A is een rehte lijn, want telkens als in e tael met toeneemt neemt met toe. Het startgetal is en het

Nadere informatie

wiskunde A vwo 2017-I

wiskunde A vwo 2017-I Zonnepanelen maximumscore 3 Na t jaar is e prijs met een factor, 05 t vermenigvulig De vergelijking, 05 = moet woren opgelost 5 (jaar) ( 4 (jaar)) ( nauwkeuriger) maximumscore 4 De opbrengst per jaar is

Nadere informatie

Afgeleiden berekenen met DERIVE

Afgeleiden berekenen met DERIVE /09/007 Afgeleien met DERIVE.fw 18:48:0 Afgeleien berekenen met DERIVE In DERIVE zijn alle regels ingebouw waarmee je ook op papier afgeleien berekent: lineariteit, prouct- en quotiëntregel, kettingregel.

Nadere informatie

Wiskunde AEO V. Afdeling Kwantitatieve Economie. Uitwerking tentamen 6 januari 2010

Wiskunde AEO V. Afdeling Kwantitatieve Economie. Uitwerking tentamen 6 januari 2010 Afeling Kwantitatieve Economie Wiskune AEO V Uitwerking tentamen 6 januari 00 Een stelling ( punten) Laat c een ifferentieerbare kromme zijn, ie op een niveauverzameling van een ifferentieerbare functie

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Inleiding

Hoofdstuk 1: Inleiding Hoofstuk 1: Inleiing 1.1. Richtingsvelen. Zie Stewart, 9.2. 1.2. Oplossingen van enkele ifferentiaalvergelijkingen. Zelf oorlezen. 1.3. Classificatie van ifferentiaalvergelijkingen. Differentiaalvergelijkingen

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 De afgeleide

Hoofdstuk 4 De afgeleide Havo B eel Uitwerkingen Moerne wiskune Hoofstuk De afgeleie lazije 9 V-a 8 8 8 kg Lengte in m Gewiht in kg 8 7 8 9 8 gewiht 8 8 lengte m weegt 8 kg us m weegt 8 : 8 kg. e 8 m 8 8 is het startgetal en 8

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 De afgeleide

Hoofdstuk 4 De afgeleide Hoofstuk De afgeleie lazije 9 V-a 8 8 8 kg lengte in m gewiht in kg 8 7 8 9 8 gewiht 8 8 lengte m weegt 8 kg us m weegt 8 : 8 kg. e 8 m 8 8 is het startgetal en 8 is het hellingsgetal. V-a ();(); ();(

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Hoofstuk De afgeleie lazije 9 V-a, 8, 8 8 kg lengte in m gewiht in kg,8,, 7, 8 9,,8 gewiht 8 8 lengte m weegt 8 kg us m weegt 8 : 8, kg. e, 8,, m 8,,8 is het startgetal en,8 is het hellingsgetal. V-a (,);(,);

Nadere informatie

Antwoorden Eindtoets 8NC00 12 april 2017

Antwoorden Eindtoets 8NC00 12 april 2017 Antwooren Eintoets 8NC 12 april 217 1.1. Onwaar, een fase-contrast microscoop brengt e verschillen in brekingsinex in beel. Er wort geen gepolariseer licht gebruikt us het is niet mogelijk ubbelbrekene

Nadere informatie

Tentamen Natuurkunde I 09.00 uur - 12.00 uur woensdag 7 januari 2009 docent drs.j.b. Vrijdaghs

Tentamen Natuurkunde I 09.00 uur - 12.00 uur woensdag 7 januari 2009 docent drs.j.b. Vrijdaghs Tentamen Natuurkune 9. uur -. uur woensag 7 januari 9 ocent rs.j.. Vrijaghs Aanwijzingen: Dit tentamen omvat 5 opgaven met totaal 5 eelvragen Maak elke opgave op een apart vel voorzien van naam, nummer

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv 4 Voorkennis V-1 a De oörinaten zijn A( 2, 1), B(2, 3) en C(5, 4 Qw ). V-2 a Per stap van 1 naar rehts gaat e lijn Qw omhoog. Vanuit C ga je 7 stappen naar rehts en us 7 Qw = 3 Qw omhoog. Omat 4 Qw + 3

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv 12 Extra oefening - Basis B-1a Vul k = 65 in, at geeft e vergelijking 25u + 15 = 65. 25u = 50 us u = 2. Er is 2 uur gewerkt ij mevrouw Groen. c 25u + 15 = 58,75 25u =,75 u =,75 : 25 us u = 1,75. B-2a De

Nadere informatie

4.2.6 I. Betreft opgave 4.2.2: a. B f = {a, b } d. B f = {a, b, c } = C f II. Betreft opgave 4.2.4: e. B f e = IR + 0 = IR. f. B f f. g.

4.2.6 I. Betreft opgave 4.2.2: a. B f = {a, b } d. B f = {a, b, c } = C f II. Betreft opgave 4.2.4: e. B f e = IR + 0 = IR. f. B f f. g. g. x=2y+1 2y = x - 1 y = 1 2 x- 1 2 Duielijk zal zijn at bij elke x-waare precies één y-waare hoort, ofwel: bij elk origineel hoort precies één beel. Het is us een functie. (N.B.: als het coomein geen

Nadere informatie

de Wageningse Methode Antwoorden H26 RECHTE LIJNEN HAVO 1

de Wageningse Methode Antwoorden H26 RECHTE LIJNEN HAVO 1 H6 RECHTE LIJNEN HAVO 6.0 INTRO a km kost,0: =,0 b rankje kost : =,0, us e entree is,0,0 = 0,-. Nee, als je bij e onerste lijn naar rechts gaat ga je omhoog, us als je naar rechts zou gaan, zou je omhoog

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv 0 Voorkennis: Differentiëren en rekenregels lazije 0 V-a h ( ) 0 f () t 6 t + t 0 t + t n () t t t 7 t 6t e k ( p) p p + 0 0p 7 p g ( ) + 08 V-a f( ) ( + ) 6 f ( ) 6 h ( ) ( + 9) 8 gt () tt ( + t ) t +

Nadere informatie

8 a. x K (in euro s) x K (in euro s)

8 a. x K (in euro s) x K (in euro s) Hoofstuk 6 RECHTE LIJNEN 6.0 INTRO b, =, km c k = l a km kost,0: =,0 b rankje kost : =,0, us e entree is,0,0 = 0,-. Nee, als je bij e onerste lijn 8 naar rechts gaat ga je omhoog, us als je naar rechts

Nadere informatie

12 mnd 18 mnd 24 mnd 30 mnd module M 0,3 0,5 0, snelheid V

12 mnd 18 mnd 24 mnd 30 mnd module M 0,3 0,5 0, snelheid V Hoofstuk 6, Verbanen combineren 1 Hoofstuk 6 Verbanen en grafieken Kern 1 tabellen en grafieken 1 a Nee, pas vanaf winkracht 9 spreekt men van storm. Bij winkracht 7 is er sprake van hare win. b Nee. Een

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Hoofstuk 6 - Nieuwe grafieken Hoofstuk 6 - Nieuwe grafieken Voorkennis V-a Van lijn k is het hellingsgetal en het startgetal en e formule is = +. Van lijn l is het hellingsgetal en het startgetal en e

Nadere informatie

Calculus I, 20/10/2014

Calculus I, 20/10/2014 Calculus I, 20/0/20. Gegeven e kromme yx waarvoor arctan y x = 2 lnx2 + y 2 a Bereken e afgeleie y voor een punt x,y at voloet aan het functievoorschrift. b Gebruik e gevonen uitrukking voor e afgeleie

Nadere informatie

Voorkennis. Hoekmeting

Voorkennis. Hoekmeting Hoekmeting Hoeken meten we in graen of in raialen. Hiernaast zie je e eenheiscirkel in het vlak (e cirkel met straal en e oorsprong als mielpunt) waarop e beie verelingen zijn aangegeven. Een volleige

Nadere informatie

Hoofdstuk 12B - Breuken en functies

Hoofdstuk 12B - Breuken en functies Hoofstuk B - Breuken en funties Voorkennis V-a g V-a h 0 0 i 9 j 0 0 0 9 0 9 e k 0 f l 9 9 Elk stukje wort : 0 0, meter. a 0 0 0 00 L 0, 0, 0,0 0,0 0,0 De lengte van elk stukje wort an twee keer zo klein.

Nadere informatie

Oefeningenexamen Projectieve Meetkunde: oplossingen

Oefeningenexamen Projectieve Meetkunde: oplossingen Oefeningenexamen Projectieve Meetkune: oplossingen 2e bachelor Wiskune acaemiejaar 2011-2012 1 Eerste zittij Oefening 1.1. Een {, m}-boog in PG(2, q) is een verzameling van m 1 punten zoat ieere rechte

Nadere informatie

K RAC HTEN. 2.1 De dynamometer

K RAC HTEN. 2.1 De dynamometer 2 K RC HTEN M E TE N Wanneer je een zware last vooruit trekt, lever je een kracht. Je weet echter niet hoe groot ie kracht is. Om een kracht te meten, gebruik je spiraalveren. Deze rekken uit als je eraan

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Grafieken en vergelijkingen

Hoofdstuk 1 Grafieken en vergelijkingen Opstap Veranen O- Grafiek A hoort ij kaars. Grafiek B hoort ij kaars. Grafiek C hoort ij kaars. O-a O-a u in uren Bij u, is l 7 want, 7. Zie opraht O-. Na vier uur ranen zijn e kaarsen even lang. Bij eie

Nadere informatie

Correctievoorschrift VWO 2017

Correctievoorschrift VWO 2017 Correctievoorschrift VWO 07 tijvak wiskune A Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor e beooreling Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoorelingsmoel 5 Aanleveren scores Regels voor e beooreling

Nadere informatie

De maximale waarderingscijfers van de opgaven verhouden zich als 30:30:20:20 deel cijfer=score./10

De maximale waarderingscijfers van de opgaven verhouden zich als 30:30:20:20 deel cijfer=score./10 Universiteit Twente, Werktuigbouwkune Vak : Programmeren en Moelleren Datum : 0 oktober 20 Tij : 08.45-0.5 uur TOETS Deze eeltoets bestaat uit 4 opgaven. Geef niet alleen e antwooren maar toon ook e geane

Nadere informatie

Tentamen Signalen en Systemen 2: 3BB32, 10 maart 2009

Tentamen Signalen en Systemen 2: 3BB32, 10 maart 2009 Tentamen Signalen en Systemen : 3BB3, 10 maart 009 Omerkingen ij het tentamen - O het tentamen mag een (grafisch) rekenaaraat geruikt woren - Geruik van aner materiaal zoals oeken, aantekeningen of lato

Nadere informatie

Krachten binnen het standaardmodel. N.G. Schultheiss

Krachten binnen het standaardmodel. N.G. Schultheiss 1 Krachten binnen het stanaarmoel N.G. Schltheiss 1 Inleiing Deze mole volgt op e mole Deeltjes binnen het stanaarmoel en wort vervolg met e mole Deeltjes in airshowers. Aan e han van het netron verval

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Extra oefening Basis B-a + = = + + = = = e + = = = f = B-a > > > > B-a + : = + = + = = + = + = 0 e ( + ) = = 0 (0 + ) : = : = = 0 f + ( ) = + = = B-a Uit eze klas heeft = = eel van e leerlingen geen zwemiploma.

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 Exponentiële formules

Hoofdstuk 7 Exponentiële formules Opstap Mahten en proenten O-1a 7 4 2401 ( 12) 5 248 832 8 4 4096 10 6 1 000 000 e 1 9 1 f 11 3 1331 g 3 5 243 h ( 3) 5 243 O-2a 620 000 6,2 10 5 43 000 000 4,3 10 7 0,000 12 1,2 10 4 8 000 000 000 8 10

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Grafieken en vergelijkingen

Hoofdstuk 1 Grafieken en vergelijkingen Hoofstuk 1 Grafieken en vergelijkingen Opstap Formule, grafiek en vergelijking O-1a Om uur staat het water 6 6 mm hoog in e regenmeter. aantal uren h... h 6 hoogte water aantal uren v :... v 6 hoogte water

Nadere informatie

uitwendig magnetisch veld F daarvoor een externe elektrische stroom nodig is, wordt een permanente magneet genoemd. Z N

uitwendig magnetisch veld F daarvoor een externe elektrische stroom nodig is, wordt een permanente magneet genoemd. Z N 5 Elektromagnetisme 5.1 Magnetisme Tussen twee magneten zijn er krachten aanwezig ie ervoor zorgen at ze elkaar aantrekken of afstoten. Deze krachten zijn het resultaat van magnetische velen ie op atomair

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv B-1a 32 B-2a Extra oefening - Basis Met een volle tank kunnen ze 48 16 = 768 km rijen. Het aantal liters keer 16 is gelijk aan het aantal kilometers. 2785 : 16 = 174,1 liter enzine. 174,1 : 48 = 3,626,

Nadere informatie

Blok 2 - Vaardigheden

Blok 2 - Vaardigheden Blok - Vaarigheen lazije a Het startgetal is en het hellingsgetal is De formule ie ij e lijn ast is y x De lijn k heeft het zelfe hellingsgetal als e lijn l, us De formule is y x+ 7 e Het hellingsgetal

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2005-II

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2005-II Reistij figuur 1 rivier Een boot vaart op een rivier van naar en terug. De afstan tussen en is 10 km. De boot vaart altij met een snelhei van 20 km/u ten opzichte van het water. De rivier stroomt in e

Nadere informatie

4.1 Optische eigenschappen

4.1 Optische eigenschappen 4. Optische eigenschappen Opgave a De auto heeft een kleinere massa. Kunststof is flexiel: je krijgt niet gemakkelijk een euk. De auto roest niet. De kunststoffen moeten tegen e hoge temperaturen in e

Nadere informatie

Hoofdstuk 11A - Rekenen

Hoofdstuk 11A - Rekenen Voorkennis V- aantal grammen 000 00 aantal euro s 6,0 0,006, Je moet e, etalen. V-a aantal m 00 aantal euro s 4 000 6 V-a Hij moet e 6.,- etalen. aantal m 00 0,00 aantal euro s 4 000 6 6 Hij krijgt m mortel

Nadere informatie

11.1 Straling van sterren

11.1 Straling van sterren . Straling van sterren Opgave a De afstan ie het liht in een jaar aflegt, ereken je met e formule voor e snelhei. Geruik hierij e nauwkeurige waare voor e omlooptij van e aare om e in BINAS tael. s = v

Nadere informatie

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 4 les 1

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 4 les 1 Wiskune D Online uitwerking 4 VWO blok 4 les aragraaf. Opgave a et e stelling van thagoras volgt at (, ) ( ) + ( ) ( 3 ) + ( ) + 3 3 b De roosterpunten met afstan 3 tot liggen op e cirkel met als mielpunt

Nadere informatie

Blok 3 - Vaardigheden

Blok 3 - Vaardigheden Moerne wiskune 9e eitie Havo A eel Blok 3 - Vaarigheen lazije 19 1a 1, 3 3000 = 8900 = 8310, 0, 07 000000 = 8000 = 810, 300 1700 = 6870000 = 6910, 8 0, 000 0, 007 = 0, 000001 = 1, 10 6 e 6344, 1 781, 98

Nadere informatie

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 1 Bewegen ( ) Pagina 1 van 15

Stevin havo Antwoorden hoofdstuk 1 Bewegen ( ) Pagina 1 van 15 Stevin havo Antwooren hoofstuk 1 Bewegen (016-06-07) Pagina 1 van 15 Als je een aner antwoor vint, zijn er minstens twee mogelijkheen: óf it antwoor is fout, óf jouw antwoor is fout. Als je er (vrijwel)

Nadere informatie

Notatieafspraken bovenbouw, wiskunde B

Notatieafspraken bovenbouw, wiskunde B Notatieafspraken bovenbouw, wiskune B Bewaar it ocument zorgvulig Het wort slechts éénmaal verstrekt Dit ocument bevat afspraken voor e correcte notatie volgens e gehele sectie wiskune van het Steelijk

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv B-a B-a Extra oefening - Basis Met een volle tank kunnen ze 8 6 = 768 km rijen. Het aantal liters keer 6 is gelijk aan het aantal kilometers. 785 : 6 = 7, liter enzine. 7, : 8 =,66, us ze heen minstens

Nadere informatie

3.5 t/m 3.7 ΟΣ ΜΟΙ ΠΟΥ ΣΤΩ ΚΑΙ ΚΙΝΩ ΤΗΝ ΓΗΝ 1

3.5 t/m 3.7 ΟΣ ΜΟΙ ΠΟΥ ΣΤΩ ΚΑΙ ΚΙΝΩ ΤΗΝ ΓΗΝ 1 3.5 t/m 3.7 ΟΣ ΜΟΙ ΠΟΥ ΣΤΩ ΚΑΙ ΚΙΝΩ ΤΗΝ ΓΗΝ 1 De wetten van Newton verklaren e beweging van een voorwerp aan e an van e kracten ie op at voorwerp werken (zie oofstuk 4): 1 e wet van Newton is constant

Nadere informatie

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt. Oefentoets Schoolexamen 5 Vwo Natuurkunde Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10 Tijdsduur: Versie: A Vragen: Punten: Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk Opmerking: Let op dat je

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 - Differentiëren

Hoofdstuk 6 - Differentiëren Havo D eel Uitwerkingen Moerne wiskune Hoofstuk - Differentiëren Blazije a Het water steeg het harst op e tijstippen waarij e grafiek het steilst loopt. Dat is om ongeveer 7 uur s ohtens en om 7 uur s

Nadere informatie

- II.20 - Johan Baeten

- II.20 - Johan Baeten 8 8.1 Inleiene principes bieen als vooreel een mechanisch eenvouige constructie en een hoge gevoelighei. Ze vragen echter ook een compleere elektronica om het bekomen uitgangssignaal achteraf lineair te

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 - Veranderingen

Hoofdstuk 2 - Veranderingen lazije 6 V-1a 1 m, want ij een massa van kg lees je in e grafiek e lengte van 1 m af. Veer B is stugger, want in e grafiek kan je aflezen at wanneer je aan eie veren evenveel gewiht hangt, veer B korter

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting door R. 2564 woorden 31 januari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Subdomein C1. Kracht en beweging Specificatie De kandidaat

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Blok - Keuzemenu Projet Het inaire stelsel a Er staat at gelijk is aan en at is weer gelijk aan 0, us 0 is gelijk aan. Een rekenmahine geeft 0 =. Er gelt 0 = 00 + 0 0 + + en at heeft Chantal met ehulp

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Voorkennis V-a Van lijn k is het hellingsgetal en het startgetal en e formule is = +. Van lijn l is het hellingsgetal en het startgetal en e formule is = +. Van lijn m is het hellingsgetal en het startgetal

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Machtsverbanden

Hoofdstuk 4 Machtsverbanden Opstap Kwaratishe verbanen O-1a De oppervlakte van e voorkant is 4 4 16 m 2. b Alle zijvlakken van e kubus zijn vierkanten met lengte r m en breete r m. De oppervlakte van elk zijvlak is us r r r 2 m 2.

Nadere informatie

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE Tweede ronde - theorie toets 21 juni 2000 beschikbare tijd : 2 x 2 uur 52 --- 12 de tweede ronde DEEL I 1. Eugenia. Onlangs is met een telescoop vanaf de Aarde de ongeveer

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv lazije a - De inhou van e afgeknotte piramie is 70,% van e inhou van e hele piramie. De inhou van e hele piramie is : I 0 m Inhou afgeknotte piramie: I afgeknot 0, 70 0, 7 m a - - h ELM EJK ELM h h h ELM

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Voorkennis V-a Bij e roe pijl hoort e aftrekking,,.,,,, V-a,, 7,,, 7, e,,,,7,, f,,, V-a Bij e roe pijlen hoort e erekening,,,,.,,,,,,,,,,, 7,,,,, V-a In eze erekening moet je eerst met, vermenigvuligen

Nadere informatie

Krachten Hoofdstuk 1. Bewegingsverandering/snelheidsverandering (bijv. verandering van bewegingsrichting)

Krachten Hoofdstuk 1. Bewegingsverandering/snelheidsverandering (bijv. verandering van bewegingsrichting) Krachten Hoofdstuk 1 een kracht zelf kun je niet zien maar... Waaraan zie je dat er een kracht werkt: Plastische Vervorming (blijvend) Elastische Vervorming (tijdelijk) Bewegingsverandering/snelheidsverandering

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv V-1a / V-2a e Voorkennis Zie e figuur hieroner. Zie e figuur hieroner. De lijn n en het punt P kunnen ook aan e anere kant van lijn l liggen. Zie e figuur hieroner. P Zie e figuur hieroven. In vierhoek

Nadere informatie

Meetkunde 2 - Omtrek 2 - Cirkels. Versie 2a - donderdag 29 maart 2007

Meetkunde 2 - Omtrek 2 - Cirkels. Versie 2a - donderdag 29 maart 2007 eetkune 2 - Omtrek 2 - Cirkels Versie 2a - onerag 29 maart 2007 De cirkel is een verzameling punten op een vaste afstan van één punt (het mielpunt ). Je kunt een cirkel tekenen met een passer. De afstan

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv B-a e B-a Blok - Vaarigheen Blok - Vaarigheen Extra oefening Basis Vanaf ongeveer 9 jaar lijft e grafiek onstant. Karel was ongeveer kg zwaar toen hij jaar ou was. Karel was 5 jaar ou toen hij 55 kg woog.

Nadere informatie

Evenredigheden en gelijkvormige figuren

Evenredigheden en gelijkvormige figuren 3 Evenreigheen en gelijkvormige figuren Dit kun je al 1 een reuk herkennen als verhouing 2 rekenen met (gelijke) reuken 3 vraagstukken oplossen met ehulp van een vergelijking 4 een grafiek aflezen 5 rekenen

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt scorepunt toegekend. Opgave SPECT-CT-scan B maximumscore 3 antwoord: 99 99 Mo Tc + 0 e + ( γ) of 99 99 Mo Tc + e + ( γ ) 4 43 het elektron

Nadere informatie

1.1 Grootheden en eenheden

1.1 Grootheden en eenheden . Grootheen en eenheen Opgave a Kwantitatieve metingen zijn metingen waarij je e waarneming uitrukt in een getal, meestal met een eenhei. De volgene metingen zijn kwantitatief: het aantal kineren het aantal

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Rekenen. Opstap Rekenen. Voor 825 gram kaas moet je 6,60 betalen.

Hoofdstuk 6 Rekenen. Opstap Rekenen. Voor 825 gram kaas moet je 6,60 betalen. Opstap Rekenen O-1a gewiht in grammen 150 1 650 erag in euro s 1,20... 5,20 Juith moet voor 650 gram kaas 5,20 etalen. gewiht in grammen 150 1 825 erag in euro s 1,20... 6,60 Voor 825 gram kaas moet je

Nadere informatie

BSO Giekerk locatie nieuws

BSO Giekerk locatie nieuws BSO Giekerk locatie nieuws Oktober 2015 Beste ouers/verzorgers, Wij vinen het fijn at we u oor miel van een nieuwsbrief e sfeer kunnen laten proeven van e Kinerwou groep/locatie van uw kin(eren). Leuke

Nadere informatie

Blok 3 - Vaardigheden

Blok 3 - Vaardigheden Blok - Vaarigheen lazije 6 a Je moet e vergelijking ( )( ) oplossen. Je ziet nu meteen wat e oplossingen zijn. ( )( ) of of Je moet nu e vergelijking ( )( ) oplossen. e De methoe van onereel gelt alleen

Nadere informatie

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier Samenvatting door F. 823 woorden 3 maart 2015 7,4 32 keer beoordeeld Vak NaSk Sport, kracht en beweging 1 Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 - Integreren

Hoofdstuk 4 - Integreren Hoofstuk - Integreren Moerne wiskune 9e eitie vwo B eel Voorkennis: Oppervlakten lazije 98 V-a BC Oppervlakte ABC Driehoek ABC is gelijkvormig met riehoek ADB us AC AB waaruit volgt at BC BD us BD BD c

Nadere informatie

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2)

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Snelheid en gemiddelde snelheid Met de grootheid snelheid geef je aan welke afstand een voorwerp in een bepaalde tijd aflegt. Over een langere periode is de snelheid

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 Rekenen. Opstap Getallen en maten

Hoofdstuk 5 Rekenen. Opstap Getallen en maten Hoofstuk 5 Rekenen Opstap Getallen en maten O-1a Bij elkaar horen 10 2 en honer 10 4 en tienuizen 10 5 en honeruizen 10 6 en één miljoen 10 7 en 10 000 000 10 8 en honermiljoen 10 9 en één miljar 1000

Nadere informatie

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Is de arbeid die moet verricht worden op een voorwerp om dat voorwerp over een afstand h omhoog te brengen, afhankelijk van de gevolgde weg? Kies een van

Nadere informatie

Hoofdstuk 7 Meten en kijken

Hoofdstuk 7 Meten en kijken Opstap Hoeken, shaal en aanzihten O-1 /A = 48, /B = 125, /C = 85 en /D = 118 O-2a 20 80 135 167 O-3a 10 km = 10 000 m 4500 m = 4,5 km 560 m = 5600 m e 12 000 m = 120 m 2,9 m = 0,29 m f 1300 m = 13 m O-4

Nadere informatie

Bezopen wiskunde. Enkele wiskundige modellen. Widmark model

Bezopen wiskunde. Enkele wiskundige modellen. Widmark model Bezopen wiskune In het artikel Doorzakken in Moelomgeving uit Signaal 17 (1997 pp. 21-22) i is te lezen hoe e moelomgeving van IP-Coach 4 gebruikt kon woren om alcoholafbraak in het menselijk lichaam te

Nadere informatie

ZMC is een van de grootste Europese producenten op het gebied van transportkettingen. Het bedrijf is opgericht in 1955.

ZMC is een van de grootste Europese producenten op het gebied van transportkettingen. Het bedrijf is opgericht in 1955. ZMC Transportketting ZMC is een van e grootste Europese proucenten op het gebie van transportkettingen. Het berijf is opgericht in 1955. ZMC prouceert genormaliseere transportkettingen volgens DIN 8181,

Nadere informatie

De hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl.

De hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl. et1-stof Havo4: havo4 A: hoofdstuk 1 t/m 4 Deze opgaven en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 1 minuten ongeveer deelvragen. Oefen-examentoets et-1 havo 4 1/11 1. Een lancering.

Nadere informatie

Oplossing examenoefening 2 :

Oplossing examenoefening 2 : Oplossing examenoefening 2 : Opgave (a) : Een geleidende draad is 50 cm lang en heeft een doorsnede van 1 cm 2. De weerstand van de draad bedraagt 2.5 mω. Wat is de geleidbaarheid van het materiaal waaruit

Nadere informatie

Exacte waarden bij sinus en cosinus

Exacte waarden bij sinus en cosinus Exacte waaren ij sinus en cosinus In enkele gevallen kun je vergelijkingen met sinus en cosinus exact oplossen. Welke gevallen zijn at? Hieroven zie je grafieken van f(x) = sin x en g(x) = cos x. a Hoe

Nadere informatie

a. Bepaal hoeveel langer. b. Bepaal met figuur 1 de snelheid waarmee de parachutist neerkomt.

a. Bepaal hoeveel langer. b. Bepaal met figuur 1 de snelheid waarmee de parachutist neerkomt. Deze examentoets en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 100 minuten ongeveer 22 vragen Et3 stof vwo6 volgens het PTA: Onderwerpen uit samengevat: Rechtlijnige beweging Kracht

Nadere informatie

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011 Het maken van een verslag voor natuurkunde, vwo versie Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv V-a V-a Hoofstuk - Getallen Voorkennis In het ontrekene stuk van e vlaai passen stukken. De hele vlaai eston uit stukken. Twee van e vijf stukken zijn verkoht, us eel van e vlaai is verkoht. Van e reuk

Nadere informatie

Het dichtsbijliggende tiental is 860. interval

Het dichtsbijliggende tiental is 860. interval Rekenen Nooro Uitevers v. Aronen Bij et satten van rooteen (lente, ewit, tijsuur, ) eruik je etallen, ie een enaerin zijn van e werkelijke waare en ie ani zijn om te ontouen o om mee te rekenen. Dit zijn

Nadere informatie

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275 Open Inhoud Universiteit Appendix B Wiskunde voor milieuwetenschappen Werken met eenheden Introductie 275 Leerkern 275 1 Grootheden en eenheden 275 2 SI-eenhedenstelsel 275 3 Tekenen en grafieken 276 4

Nadere informatie

15 Financiële reorganisatie

15 Financiële reorganisatie 15 Finaniële reorganisatie hoofstuk 15.1 A 15.2 C 15.3 A 15.4 B 15.5 C 15.6 D 15.7 D 15.8 A 15.9 C 15.10 D 15.11 B 3.000.000 + 4.000.000 3.000.000 = 4.000.000 15.12 C 15.13 C ((3.000 + 2.000 4.000) / 3.000)

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 rillingen en cirkelbewegingen Samenvatting door Daphne 1607 woorden 15 maart 2019 0 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting

Nadere informatie

Samenvatting Structuur, vorm en dynamica van biologische membranen

Samenvatting Structuur, vorm en dynamica van biologische membranen Samenvatting Structuur, vorm en ynamica van biologische membranen Timon Iema 19 november 2009 Biofysica is e stuie van e natuurkune achter biologische processen. Haar werkterrein is voornamelijk e iniviuele

Nadere informatie

Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5)

Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5) Uitwerkingen VWO deel 1 H2 (t/m par. 2.5) 2.1 Inleiding 1. a) Warmte b) Magnetische Energie c) Bewegingsenergie en Warmte d) Licht (stralingsenergie) en warmte e) Stralingsenergie 2. a) Spanning (Volt),

Nadere informatie

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1. 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1. 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur 1 RONDDRAAIENDE MASSA 5pt Een massa zit aan een uiteinde van een touw. De massa ligt op een wrijvingloos oppervlak waar het

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv Voorkennis V-1a De punten op een afstan van 3 m van lijn l liggen op twee lijnen evenwijig aan l. De punten op een afstan van 5 m van punt liggen op een irkel met straal 5 en mielpunt. De vier snijpunten

Nadere informatie

Noordhoff Uitgevers bv

Noordhoff Uitgevers bv V-a 4 Hoofstuk - Ruimtefiguren Voorkennis De verpakking heeft rie vershillene vormen. De ovenkant en e onerkant heen ezelfe vorm. Hetzelfe gelt voor e voorkant en e ahterkant en voor e twee zijkanten.

Nadere informatie

Uitwerkingen van de opgaven in Basisboek Natuurkunde

Uitwerkingen van de opgaven in Basisboek Natuurkunde opgave (blz 4) Uitwerkingen van de opgaven in Basisboek Natuurkunde De zwaarte-energie wordt gegeven door de formule W zwaarte = m g h In de opgave is de massa m = 0(kg) en de energie W zwaarte = 270(Joule)

Nadere informatie

5.1 De numerieke rekenmethode

5.1 De numerieke rekenmethode Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 5 Opgave 1 a Zie tabel 5.1. 5.1 De numerieke rekenmethode tijd aan begin van de tijdstap (jaar) tijd aan eind van de tijdstap (jaar) bedrag bij begin van de tijdstap ( )

Nadere informatie

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag Practicum algemeen 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag 1 Diagrammen maken Onafhankelijke grootheid en afhankelijke grootheid In veel experimenten wordt

Nadere informatie

Effectiviteit van Cohorting op een Intensive Care Afdeling

Effectiviteit van Cohorting op een Intensive Care Afdeling Effectiviteit van Cohorting op een Intensive Care Afeling Serieke Kloet Stuentnummer 34709 Bachelorscriptie voor e stuie wiskune Oner begeleiing van: Martin Bootsma Faculteit Bètawetenschappen Universiteit

Nadere informatie

Hoofdstuk 11 Verbanden

Hoofdstuk 11 Verbanden Opstap Remweg O- De rie remwegen zullen vershillen zijn. Algemeen gelt at ij e hoogste snelhei e langste remweg hoort. O- De remparahute geeft nog meer remkraht. O- De remweg wort langer op een sleht of

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Goniometrie

Hoofdstuk 6 Goniometrie Opstap Tangens O-1a EF!1044 32,3 m zije kwaraat zije kwaraat KL 30 m 900 ST 20 m 400 LM 15 m 225 TW? 225 KM? 1125 SW 25 m 625 KM!1125 33,5 m TW!225 15 m O-2a Driehoek PQR is een rehthoekige riehoek omat

Nadere informatie