Module 1 GOK 1 GOK. Visietekst geïntegreerd ondersteuningsaanbod GOK.

Transcriptie

1 Module 1 GOK 1 GOK Visietekst geïntegreerd ondersteuningsaanbod GOK. Hoe wij op onze school willen werken aan gelijke kansen voor elk kind vinden we terug in ons schooleigen christelijk opvoedingsproject. Het geluk van de kinderen is onze voornaamste zorg. Wij wensen ze vanuit hun eigen mogelijkheden en als totale persoon op te tillen in hun ontwikkeling. Om dit proces optimaal te laten verlopen is ons onderwijs voor eens stuk afgestemd op de zorgvragen van onze kinderen. Observeren, evalueren en peilen naar het welbevinden schept voor de leerkracht een zo veelzijdig mogelijk beeld van het kind en zijn ontwikkelingsfase. Daar kan men de individuele aanpak op afstemmen. De school gebruikt een systeem om kinderen te volgen. Op basis van: De analyse die we maakten (ECEGO) De resultaten van de zelfevaluatie door de leerkrachten (2001) Het schooldoorlichtingsverslag Het schooleigen christelijk opvoedingsproject. Willen we de komende jaren het gelijke onderwijskansenbeleid toespitsen op de volgende domeinen: 1. preventie en remediering. 2. socio emotionele ontwikkeling.

2 Module 1 GOK 2 1. Preventie en remediering. Als kleine school konden wij niet rekenen op uren zorg of taakleerkracht. Hieruit groeide de sterke gewoonte bij de leerkrachten om de kinderen op de voet te volgen, te observeren, te bespreken. Het KVS moet daarbij een leidraad zijn; een bron van gegevens; een referentiepunt; een gebruiksvoorwerp. Het moet een globaal beeld van het kind bieden. Alle interventies om het leren / ontwikkelen van het kind te stimuleren of te optimaliseren moeten er in te vinden zijn. Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen de dossiers van risicokinderen (lage begaafdheid, hoge begaafdheid, ) en gewone kinderen. Het KVS moet het hot-item zijn op het MDO dat degelijk uitgebouwd moet zijn en dienst moet doen als zorgbreed platform, het scharnierpunt van een zorgbreed functioneren. Het MDO moet regelmatig samenkomen. Rond de periodes van de volgtoetsen en het aanvullen van het KVS moeten de MDO s intenser: alle kinderen van alle klassen moeten worden besproken. Indien nodig moet het MDO versterkt kunnen worden met de leerkracht LO, de logopedist(e), de kinesist(e), de dokter, de psycholoog, Het MDO moet een werkelijke steun bieden voor de leerkracht: van het hart luchten over tips ter differentiatie of remediering naar het opstellen van een handelingsplan voor een bepaalde periode. Het MDO moet de leerkracht van stof kunnen voorzien om een effectieve eerstelijnszorg te verzekeren. Het organiseren van een klasmanagment gericht op het omgaan met verschillen vormt een belangrijke voorwaarde voor preventie van leer- en ontwikkelingsachterstanden. Bovendien draagt het in grote mate bij tot de betrokkenheid van de kinderen. Het is belangrijk dat alle leerkrachten van de school gesensibiliseerd worden om tot dit inzicht komen. Verder moeten leerkrachten de kans krijgen om zich verder te bekwamen in het differentiëren. Daartoe kan enerzijds de expertise aanwezig in de school worden aangewend. Anderzijds moeten de leerkrachten ook de kans krijgen om zichzelf naar eigen tempo en behoefte na te vormen.

3 Module 1 GOK 3 Daarom willen wij werken aan: PR 1: het optimaliseren van het kindvolgsysteem met het MDO als logistiek centrum PR 2: het sensibiliseren en bekwamen van leerkrachten in het organiseren van een klasmanagment gericht op het differentiëren en het bieden van effectieve eerstelijnszorg Met deze objectieven komen we tegemoet aan de volgende doelen uit de lijst van het geïntegreerd ondersteuningsaanbod basisonderwijs: De ontwikkeling en / of leerwinst bij elke leerling maximaliseren. Leerkrachtenniveau: Instrumenten hanteren om op systematische wijze de ontwikkeling en / of leerwinst van de kinderen op te volgen. In functie van de klasgroep gericht differentiëren in het curriculum (differentiëren in doelen, inhouden, materialen, werkvormen, aanpak, ). Systematisch en regelmatig gebruik maken van interne communicatiekanalen en overlegstructuren. De samenwerking met externen, inclusief ouders. Een professionaliseringsbeleid voeren. Voor de onze school vertalen we dit naar volgende concrete doelen: De kinderen doorlopen een traject dat beter aansluit bij hun eigen leeren ontwikkelingsniveau en oog heeft voor het individueel ontwikkelingstempo. De kinderen tonen initiatief om verdere stappen te zetten in hun leer- en ontwikkelingsproces. Leerkrachtenniveau De leerkrachten maken efficiënt gebruik van het KVS om de kinderen te volgen, te bespreken en te begeleiden. Het team toont meer initiatief om verdere stappen te zetten in het creëren van een hulpverlenend klasmanagment (met aandacht voor de aansluiting bij het leren en ontwikkelen van de kinderen) waarbij differentiatie a.d.h.v. specifieke werkvorm een belangrijke pijler is.

4 Module 1 GOK 4 De leerkrachten maken efficiënt gebruiken van het MDO om de kinderen te volgen, te bespreken en te begeleiden. De teamleden kunnen naast de teamgerichte navorming ook kiezen voor individuele navormingen om tegemoet te komen aan de eigen noden en implementatiesnelheid op voorwaarde dat ze aansluiten bij de lopende prioriteiten van dat werkjaar. Het team wendt naast externe hulp ook de eigen expertise aan om leerkrachten te coachen.

5 Module 1 GOK 5 2. Socio emotionele ontwikkeling Eerder in ons pleidooi raakten we de term betrokkenheid aan. Een belangrijke pijler om de betrokkenheid in de gangbare klaspraktijk te verhogen en te verkomen dat leerlingen omwille van emotionele problemen afhaken is het werken aan sfeer en relatie. We hebben het hier over een relatie waarin het zich als persoon engageren naar waarde wordt geschat. De leerkracht moet hierbinnen een vertrouwenspersoon zijn. Het belang van een positieve sfeer voor het verhogen van de betrokkenheid mag niet worden onderschat: als het kind zich thuis voelt in de klas, er ontspannen bijzit, zal het zich meer in het leergebeuren kunnen engageren. De juiste sfeer en relatie worden gecreëerd doorheen de interacties, de tussenkomsten van de leerkrachten. Door wat we al dan niet zeggen. Deze interacties moeten we bewust leren hanteren door gebruik te maken van hulpmiddelen. Langs deze weg (van open sfeer en relatie naar verhoogde betrokkenheid) willen we toegang krijgen tot de gevoelswereld van onze kinderen. Door op vaste tijdstippen gebruik te maken van specifieke werkvormen willen we de zorgen en problemen van onze kinderen bespreekbaar maken en ernaar handelen. Daarnaast moet er ook in het KVS plaats zijn om belangrijke gegevens te noteren en mee te neme in onze gesprekken en denkpistes omtrent de kinderen. Daarom willen wij werken aan: SO 1: het socio emotionele moet een plaats krijgen in het KVS SO 2: de leerkrachten sensibiliseren om te werken aan een open sfeer en relatie om zo gevoelens van de kinderen bespreekbaar te maken SO 3: de leerkrachten instrumenten aanbieden om te werken aan een open sfeer en relatie om de gevoelens van de kinderen bespreekbaar te maken.

6 Module 1 GOK 6 Met deze objectieven komen we tegemoet aan de volgende doelen uit de lijst van het geïntegreerd ondersteuningsaanbod basisonderwijs: het aantal kinderen met een positief zelfbeeld en sociale competentie vermeerderen. Leerkrachtenniveau: een klasklimaat creëren waarin open communicatie en expressie worden bevorderd. Het welbevinden en de sociale competentie van de kinderen opvolgen. systematisch en regelmatig gebruik maken van interne communicatiekanalen en overlegstructuren. Voor de onze school vertalen we dit naar volgende concrete doelen: de kinderen willen en kunnen hun zorgen en gevoelens spontaan uiten / kenbaar maken a.d.h.v. de aangereikte instrumenten. Door gevoelens bespreekbaar te maken, krijgen de kinderen de kans om zich in te leven in elkaars gevoelens en ernaar te handelen Door hun zorgen te kunnen uiten voelen de kinderen zich beter. Leerkrachtenniveau: De leerkrachten gebruiken het nieuwe KVS om het welbevinden van de kinderen te bevragen, te volgen en te bevorderen. De leerkrachten gebruiken een in onderling overleg gekozen instrument om de gevoelens bij de kinderen te leren kennen, om ze bespreekbaar te maken en om er rekening mee te houden. De leerkrachten gebruiken een instrument dat de leerlingen in staat stelt hun gevoelens kenbaar te maken met het oog op het begrijpen van de kinderen het verhogen van het welbevinden. De leerkrachten scheppen de tijd en de ruimt om de gevoelens van de kinderen bespreekbaar te maken. Het socio emotionele krijgt in het KVS een evenwaardige plaats naast het cognitieve. De gegevens van het KVS worden op regelmatige en systematische wijze besproken op het MDO.