Inspraak, beroep en planning

Transcriptie

1 Inspraak, beroep en planning Wanneer kunt u inspreken? In dit project kunt u een officiële reactie geven op de volgende momenten: 1. bij de ontwerp besluiten (zienswijze) 2. bij de definitieve besluiten (beroep) 301U pos eps Waar kunt u op inspreken? U kunt inspreken op het ontwerp-inpassingsplan Gasolieopslag zoutcavernes regio Twente en twee ontwerpbesluiten opgesteld op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de Mijnbouwwet. Hoe kunt u inspreken? Van 14 juni tot en met 25 juli 2013 heeft u de mogelijkheid een reactie (zienswijze) te geven op het ontwerpinpassingsplan en de ontwerpbesluiten. In uw zienswijze kunt u ingaan op de onderdelen van het ontwerpinpassingsplan zoals dat nu voorligt. U kunt, bijvoorbeeld, ingaan op de volgende punten: Zijn er zaken en/of belangen over het hoofd gezien? Staan er naar uw mening onjuistheden in het ontwerp Inpassingsplan en de overige ontwerp besluiten? Wordt u geraakt in uw belang? Zo ja, kunt u dat toelichten? Op welke manieren kunt u inspreken? Mondeling: tijdens deze inloopavond of via Bureau Energieprojecten op werkdagen van 9.00 uur tot uur (070) Per post: U kunt uw zienswijze per post sturen naar: Bureau Energieprojecten Inspraakpunt Gasolieopslag Twente Postbus 23, 2290 AA Wateringen Planning juni/juli 2013 Terinzagelegging ontwerp-inpassingsplan en ontwerpbesluiten 2 juli 2013 Inloopavond Oude Usselerschool Enschede september 2013 najaar 2013 voorjaar 2014 Terinzagelegging definitief inpassingsplan en overige besluiten Start realisatie (onder voorbehoud) Ingebruikname gasolieopslag (onder voorbehoud)

2 Procedure Totstandkoming van nieuwe energie-infrastructuur 301U pos eps In Nederland wordt de procedure voor dergelijke ruimtelijke besluitvorming gedaan door de rijksoverheid. De Ministers van Economische Zaken (EZ) en Infrastructuur en Milieu (IenM) bepalen waar en hoe bijvoorbeeld de gasolieopslag wordt aangelegd. De initiatiefnemers, in dit geval AkzoNobel en Argos, realiseren deze vervolgens en gaan deze beheren. In de voorbereidingsfase zijn de initiatiefnemers nauw betrokken en adviseren onder meer over de techniek en inpassingmogelijkheden. Rijkscoördinatieregeling De rijkscoördinatieregeling heeft als doel de besluitvorming te stroomlijnen en te versnellen. Voor belanghebbenden betekent de rijkscoördinatieregeling dat er één moment is waarop men op alle verschillende besluiten tegelijk kan reageren. Zo wordt de locatie van de gasolieopslag vastgelegd in het inpassingsplan, dit is een bestemmingsplan op rijksniveau. Dit inpassingsplan wordt door de Ministers van EZ en IenM opgesteld. Alle vergunningen en ontheffingen die nodig zijn voor de gasolieopslag worden opgesteld door die overheden die normaal gesproken ook deze besluiten opstellen, in dit geval ook de Minister van EZ. De Minister van EZ coördineert alle vergunningen en zorgt dat alle ontwerp-besluiten tegelijk ter inzage worden gelegd. MER De Ministers van EZ en IenM stellen een Notitie reikwijdte en detail op (voorheen startnotitie Millieueffectrapport). Dit is de start van de procedures die leiden naar het inpassingsplan en daarmee de gasolieopslag. In dit document wordt het voornemen voor de gasolieopslaglocatie aan het publiek uitgelegd. Ook wordt aangegeven welke milieueffecten onderzocht zullen worden in de Notitie reikwijdte en detail. Tijdens het uitwerken van het MER wordt overleg gepleegd met provincie en lokale overheden en belangenorganisaties. Uiteindelijk moet dit resulteren in een Milieueffectrapport (MER). Nadat er op basis van de onderzoeksresultaten naar de milieueffecten een meest milieuvriendelijk alternatief is geformuleerd, is de volgende stap het opstellen van een voorkeursalternatief. De Ministers van EZ en IenM stellen het voorkeurstracé vast in het inpassingsplan. Van ontwerp- tot definitief inpassingsplan In het (ontwerp)inpassingsplan motiveren de Ministers het besluit voor de locatie. Bij de keuze wordt rekening gehouden met wat het beste is voor bijvoorbeeld het milieu, waaronder de leefomgeving en het landschap. Maar ook ruimtelijk beleid, kosten en technische aspecten spelen een rol. Het ontwerp-inpassingsplan wordt ter inzage gelegd en iedereen kan hierop een zienswijze indienen. Ook wordt een informatieavond georganiseerd om iedereen zo goed mogelijk te informeren. Aan het einde van de zienswijzentermijn verwerken de Ministers de zienswijzen en stellen het inpassingsplan vast. Vergunningaanvragen Voor de realisering van de gasolieopslag moeten verschillende vergunningen worden aangevraagd. AkzoNobel en Argos bereiden de aanvraag van deze vergunningen voor. Deze zullen bij de desbetreffende overheden worden ingediend. Deze overheden beslissen zelf over de aangevraagde vergunningen. De projectminister bepaalt de termijnen waarbinnen de (ontwerp) besluiten genomen moeten worden. De (ontwerp) besluiten worden tegelijkertijd met het (ontwerp) inpassingsplan ter inzage gelegd. Op deze manier kunnen insprekers op het gehele project in een keer inspreken. Ook zorgt dit voor meer versnelling en stroomlijning van de procedures. Raad van State Nadat het definitieve inpassingsplan en de definitieve besluiten over deze aanvragen vast zijn gesteld en bekend gemaakt staat beroep open bij de Raad van State. Dit beroep is beperkt tot belanghebbenden. Het is belangrijk te weten dat alleen beroep kan worden ingesteld als men eerder een zienswijze heeft ingediend. Er is dus geen bezwaarfase. In deze beroepsfase worden alle besluiten tegelijkertijd behandeld.

3 Het Inpassingsplan In het (ontwerp-)inpassingsplan motiveren de Ministers het besluit voor de locatie Het (ontwerp-)inpassingsplan bestaat uit de onderstaande verbeelding en een set regels. Daarnaast is er een niet-juridisch bindende toelichting op de verbeelding en de regels Het inpassingsplan wordt ingepast in het gemeentelijk bestemmingsplan 301U pos eps

4 (Ondergrondse) olieopslag, nut & noodzaak Strategische olievoorraad, van nationaal belang! 2 /3 deel van de totale olieopslag in cavernes: m 3 (= 4 olietankers) Verplichting vanuit EU en IEA (International Energy Agency) Voorraadplicht Nederland (2012): ruim 5 mln ton olie en olieproducten Verantwoordelijkheid van COVA (Centraal Orgaan Voorraadvorming Aardolieproducten) COVA streeft naar: - toename van binnenlandse i.p.v. buitenlandse opslag - toename van opslag in achterland i.p.v. nabij grote zeehavens - kostenefficiënte opslag Commerciële olieopslag 1 /3 deel van de olieopslag in cavernes (dus maximaal m 3, oftewel 2 olietankers) Veelal opslag voor minimaal ½ à 1 jaar; kortere opslag is te duur Commerciële opslag wil NIET zeggen ene dag erin, volgende dag eruit Ondergrondse opslag is beter dan bovengrondse Sluit aan bij het gebruik van de ondergrond voor opslagdoeleinden zoals verwoord in de Beleidsvisie duurzaam gebruik van de ondergrond Is veiliger en duurzamer dan bovengrondse opslag Is goedkoper dan opslag in de buurt van zeehavens Maakt optimaal gebruik van reeds bestaande opslagruimte Levert geen vervuiling van het landschap op Leidt tot efficiëntere opslag van de strategische voorraad Bespaart de maatschappij onnodig hoge kosten voor opslag in het buitenland door cavernes opnieuw te gebruiken Bovengrondse olieopslag De opslag van gasolie Gasolie is een verzamelnaam voor een aantal aardolieproducten (dieselolie, huisbrandolie en marine olie) De verwachting is dat in de zoutcavernes vooral diesel opgeslagen zal worden In één caverne wordt altijd maar één type aardolieproduct opgeslagen In Twente wordt geen ruwe olie ondergronds opgeslagen ONDERgrondse olieopslag In de zoutcavernes in Twente gaat de inhoud van zes van deze olietankers worden opgeslagen

5 Betrokken partijen De initiatiefnemers AkzoNobel s Werelds grootste verf- en coatingsonderneming Vooraanstaand producent van specialistische chemicaliën Sinds 1918 zoutwinning in Twente, sinds 1933 in Hengelo en Enschede Argos Energies Eén van de grootste onafhankelijke spelers op West-Europese downstream oliemarkt Opslag, distributie en (inter)nationale handel van minerale oliën en biobrandstoffen Op- en overslagdepot voor olieproducten in onder andere Hengelo (Petroleumhaven) DE BEVOEGDE GEZAGEN Minister van Economische Zaken (EZ) Minister van Infrastructuur en Milieu (IenM) Gemeente Enschede, provincie Overijssel, Waterschap Regge en Dinkel, Veiligheidsregio Twente. Staatstoezicht op de Mijnen (SodM), TNO Adviesgroep EZ (TNO AGE), Technische Commissie Bodembeweging (TCBB) Projectminister Rijkscoördinatieregeling, bevoegd gezag Omgevingsvergunning, Inpassingsplan en Opslagplan (Mijnbouwwet) Bevoegd gezag Inpassingsplan Advisering Omgevingsvergunning Advisering instemming Opslagplan ADVISEURS INITIATIEFNEMERS Tauw BV HaskoningDHV TNO & Deltares IfG GmbH Well Engineering Partners (WEP) DEEP Underground Engineering / KBB Underground Technologies Socon GmbH Opstelling MER & advisering omgevingsvergunning Advisering omgevingsvergunning depot Argos Geologische duurzame insluiting Gesteentemechanica Gesteentemechanica Engineering Sonarmetingen in cavernes

6 Gasolieopslag in zoutcavernes regio Twente STRAKS (olieopslag) NU (ZOUTWINNING) Nu (zoutwinning) en straks (olieopslag)

7 Selectie van geschikte cavernes Eerste selectie (zie notitie Voornemen gasolieopslag in zoutcavernes in regio Twente ) AkzoNobel heeft ruim 200 cavernes in het gebied tussen Hengelo en Enschede Doel: selectie van geschikte cavernes voor opslag van m 3 gasolie per caverne Selectie op basis van: - uitsluitende technische criteria (zoals stabiliteit, afstand tot buurcavernes, positie in het zoutpakket) - onderscheidende criteria (zoals aansluiting bij huidige bestemming, bereikbaarheid) UITSLUITENDE TECHNISCHE CRITERIA Alle cavernes in regio Twente Auke vleerstraat Windmolenweg De Marssteden Onderscheidende criteria Windmolenweg Auke Vleerstraat De Marssteden Clustering t.b.v. ruimtelijke ordening Natuurgebieden (Ecologische Hoofdstructuur) Landschap en cultuurhistorie Aansluiting huidige bestemming Voorkeurslocatie Locatie laden/lossen Uiteindelijk geselecteerde cavernes Bedrijventerrein De Marssteden Vijf cavernes Volume m 3 per caverne

8 MER (Milieu Effect Rapport) - PlanMER Het PlanMER verantwoordelijkheid van Ministeries van EZ en IenM vormt de basis voor het ruimtelijke besluit over de locatie van de gasolieopslag in zoutcavernes (het Inpassingsplan) Eemshaven (1) Onderdelen van het planmer Nut en noodzaak van langdurige gasolieopslag Globale locatiekeuze: - beschrijving van de (bovengrondse en ondergrondse) alternatieven - globale uitwerking van de milieueffecten van deze alternatieven Vervoersalternatieven: - beschrijving van de vervoersalternatieven - uitwerking van de milieueffecten van de vervoersalternatieven Keuze voor voorkeursalternatief (VKA): - vastgelegd in het Inpassingsplan - beschrijving milieueffecten in het projectmer Amsterdam Westelijk Havengebied (1) Tweede Maasvlakte (1) Hengelo (3) Knooppunt Arnhem Nijmegen (2) Venlo Trade Port (2) Locatiealternatieven en locatiekeuze De voordelen van ondergrondse opslag in cavernes zijn: - minimale bovengrondse aanpassingen nodig - minder restrisico s m.b.t. externe veiligheid - minder kwaliteitsachteruitgang van de gasolie Cavernes in Twente zijn het meest geschikt (diepte, beschikbaarheid, doelmatigheid, aantal, volume, logistiek) Voor de opslag van gasolie zijn drie mogelijke alternatieven bekeken: bovengronds in de buurt van zeehavens (1), bovengronds in de buurt van een distributiecentrum (2) en ondergronds (3). Vervoersalternatieven en -keuze Pijpleiding is op dit moment niet realistisch: - de aanleg kent grote belemmeringen en vraagt grote inspanningen (procedures, tijd, ruimtebeslag) - de aanleg van een pijpleiding is, bij het nu voorziene aantal cavernes, niet rendabel Dus gekozen voor vervoer per tankwagen. Dit wordt middels het inpassingsplan mogelijk gemaakt Pijpleiding wordt in de toekomst bij een groter aantal voor opslag te gebruiken cavernes opnieuw beoordeeld Voorkeursalternatief (VKA) voor vervoer VKA: het vervoer van gasolie met behulp van vrachtwagens vanuit de haven in Hengelo In september 2012 vastgesteld door betrokken Ministers Nader onderbouwd in het Inpassingsplan Uitgangspunt voor het projectmer, waarin voor dit alternatief drie routealternatieven in meer detail zijn onderzocht De twee pijpleidingtracés en de drie truckingtracés die in het MER tegen elkaar afgewogen zijn. VERVOERSALTERNATIEVEN TWEKKELERWEG Afweging in het projectmer è HENGELOSESTRAAT ê Afweging in het planmer A35 AANVOER GASOLIE PER SCHIP DEPOT HENGELO TRUCKING ROUTES DEPOT ENSCHEDE PIJPLEIDING VARIANT

9 MER (Milieu Effect Rapport) ProjectMER Het ProjectMER Verantwoordelijkheid van AkzoNobel en Argos Vormt de basis voor de omgevingsvergunning (milieudeel) Beschrijft de milieueffecten van de activiteit en van de vervoersvarianten van de activiteit Uitgangspunt is de voorgenomen activiteit (VKA) Ondergrondse gasolieopslag in zoutcavernes in Twente Gasolietransport tussen het depot in Hengelo en de zoutcavernes in De Marssteden met vrachtwagens Drie onderzochte varianten (routes) Twekkelerweg: deze route is als optie afgevallen Route Hengelosestraat Route A35 De risico s en milieueffecten bij de cavernes De grootste milieurisico s van olieopslag in cavernes zijn: Ondergrondse lekkage van olie uit de caverne Uitstroom van olie via het boorgat of de boorgatafsluiter Lekkage tijdens het vullen of legen De milieurisico s minimaliseren we door: De cavernes te selecteren op hun stabiliteit en hun positie in het zoutpakket De cavernes uitgebreid te testen voorafgaand aan olieopslag De boorgaten aan te passen voor olieopslag De cavernes en de boorgaten tijdens de opslag nauwlettend in de gaten te houden De verdiepte (geheel onder het maaiveld) aanleg van de olieputten Diverse handmatige en automatische afsluiters Een noodstopknop Gevoelige lekdetectie Strikte procedures voor vullen, legen, onderhoudswerkzaamheden en controles Een vloeistofdichte vloer onder de tankwagen Diverse meetapparatuur, waarmee de situatie in de caverne en de putten in de gaten wordt gehouden De drie varianten (routes) die in het projectmer onderzocht zijn. Route 1 Twekkelerweg is als optie afgevallen. Legenda Zeer negatief Negatief Licht negatief Neutraal Positief Externe veiligheid Bodem en grond- en oppervlaktewater zie aparte tabel Bodemverontreiniging bij dagelijks gebruik Verwaarloosbaar risico Bodemverontreiniging bij calamiteit Kans op bodembewegingen bij gasolie Effect op de diepere ondergrond Leefomgeving Luchtkwaliteit Geluid Landschap, cultuurhistorie en archeologie Ecologie Natura2000 Beschermde natuurmonumenten Flora- en faunawet EHS Beperkte hoeveelheid kan vrijkomen in de bodem Geen verhoogde kans vastgesteld Kwaliteit van de omliggende zoutlagen wordt niet aangetast Bij het vullen en legen komen geen emissies vrij Berekende bijdrage op de zone industrielawaai van db(a) Geen effecten voorspeld Significante effecten zijn uit te sluiten Geen effecten voorspeld Geen effecten voorspeld op beschermde soorten Geen aantasting van de wezenlijke kenmerken van de EHS Samenvatting van milieueffecten nabij de cavernes (boven) en langs de onderzochte transportroutes (onder) volgens het MER. Route 3 is de voorkeursroute. Legenda Zeer negatief Negatief Licht negatief Neutraal Positief Routes: Veiligheid Route 1: Twekkelerweg Route 2: Hengelosestraat Route 3: A35 De milieueffecten langs de drie mogelijke routes Kortste route (Twekkelerweg; route 1) heeft de meeste negatieve effecten, m.n. op verkeersveiligheid en toename geluidbelast gebied Langste route (via de A35; route 3) heeft minste negatieve effecten Route over de Hengelosestraat (route 2) scoort alleen qua geluidstoename iets slechter dan route 3 - route via Twekkelo (route 1) uitgesloten - route via de A35 (route 3) standaardroute - route over de Hengelosestraat is back-up (bijvoorbeeld bij langdurige stremming op de A35) Externe Veiligheid Verkeersveiligheid Leefomgeving Luchtkwaliteit Wegverkeerslawaai Trillingen Ecologie Natura2000 Beschermd natuurmonument Beschermde amfibieën/reptielen Niet In Betekenende Mate +121% gehinderd areaal Mogelijk effect niet uit te sluiten zie aparte tabel Niet In Betekenende Mate +21% gehinderd areaal Geen veiligheidsknelpunten Niet In Betekenende Mate +9% gehinderd areaal Overige flora-/faunasoorten EHS Situatie Variant 1: gemiddelde jaarintensiteit Variant 2: 5 maximale jaarintensiteit Installaties + verlading & Vervoersalternatieven (extra afstand van de PR 10-6 contour) Installaties + verlading & Vervoersalternatieven (extra afstand van de PR 10-6 contour) transportleiding transportleiding Route 1 Route 2 Route 3 Route 1 Route 2 Route 3 Plaatsgebonden risico PR10-6 op 24m m PR10-6 op 25m m Groepsrisico Geen GR Geen GR Geen GR Geen toename Geen GR Geen GR Geen GR Geen toename Toelichting van de effecten op het gebied van externe veiligheid volgens de Kwantitatieve Risicoanlyse (QRA) van Tauw.

10 Logistiek van de gasolieopslag Logistiek traject Per beweging: ca m 3 Per beweging: 40 m 3 Totale ruimte: m 3 Binnenvaart (Barge) Wegtransport Ra naderijen & zeeterminals Inlandterminal Hengelo De Marssteden (5 x m 3 ) Eindgebruiker of andere inlandterminals Eindgebruiker Vervoersbewegingen MER versus de verwachting Praktijk MER Gemiddeld Praktijk Gemiddeld MER Aantal vervoersbewegingen ( x 1000), over een periode van 30 jaar Vervoersbewegingen MER: - Gemiddeld per jaar - 58 trucks per dag - 2,5 trucks per uur Praktijk (zonder crisis) MER Aantal vervoersbewegingen cumulatief ( x 1000), over een periode van 30 jaar Vervoersbewegingen verwacht: - Gemiddeld per jaar - 21 trucks per dag - Minder dan 1 truck per uur

11 Transport van gasolie VERTREK bij DEPOT HENGELO Diesel heeft een relatief hoog vlampunt Diesel kent mede daarom volgens weten regelgeving geen routeplicht Voor de uitvoerbaarheid van het plan is het noodzakelijk dat initiatiefnemers bereid zijn zich te committeren aan: Vaste route Maxima in MER Overeenkomst met gemeenten Volledige inzage voor gemeenten in uitgevoerde transporten Het meedenken over maximale beperking van mogelijke overlast voor omwonenden Diamantstraat/A35 aankomst in DE MARSSTEDEN

12 Het vullen en legen van de cavernes De mobiele pompinstallatie voor vullen en legen Alleen aanwezig als er gevuld of geleegd wordt of gaat worden; op dat moment permanent aangesloten op de olieput Staat binnen het hekwerk om de olieput Bestaat uit een (goed geïsoleerde) container, met de pomp (om de olie de caverne in te pompen), het bedieningspaneel en diverse handmatige en automatische afsluiters Het vul- of leegproces 1. Een volle (of lege) tankwagen van Argos parkeert naast de olieput 2. De chauffeur sluit de slangen van zijn wagen op de pompinstallatie aan 3. Via het bedieningspaneel zet de chauffeur het legen (of vullen) van zijn tankwagen in gang 4. De automatische afsluiters op de pekelput, de olieput en de pompinstallatie gaan open en de pompinstallatie pompt de gasolie vanuit de tankwagen in de caverne (of laat de olie vanuit de caverne de tankwagen instromen) 5. Pekel wordt uit de caverne verdrongen en via de pekelput en -leiding afgevoerd (of wordt juist via de pekelput en -leiding aangevoerd en drukt de olie uit de caverne) 6. Zodra de tankwagen leeg (of vol) is stopt het pompen en sluiten alle automatische afsluiters weer 7. De chauffeur ontkoppelt de slangen van zijn wagen van de pompinstallatie Schematische weergave van de pompinstallatie in de container De opslagfase De olie bevindt zich in de caverne Boorgat vormt enige verbinding naar de bovengrond Geen pompinstallatie aanwezig Diverse barrières en maatregelen die de kans op het ontstaan van een lekkage tot een verwaarloosbaar risico minimaliseren, gebruikmakend van de best beschikbare technieken (BBT) Extra veiligheidsmaatregelen tijdens vullen/legen Rode noodknop bij het bedieningspaneel om de automatische afsluiters af te sluiten Permanent videotoezicht vanuit de controlekamer van de AkzoNobel-fabriek in Hengelo tijdens het vullen Mogelijkheid om vanuit de controlekamer van de AkzoNobelfabriek in Hengelo in geval van nood de automatische afsluiters te sluiten Dankzij het gestructureerde vul- en leegproces en de vele afsluiters en andere veiligheidsmaatregelen zijn de veiligheidsrisico s nabij de cavernes verwaarloosbaar. Verbeelding van een tankauto naast een zouthuisje en de pompinstallatie. In de praktijk zal er echter geen zouthuisje te zien zijn, aangezien ter plaatse van de olieput een verdiepte boorkelder wordt aangelegd die op maaiveldniveau wordt afgewerkt en dus niet zichtbaar is.

13 Duurzame ondergrondse opslag Uitgangspunt duurzame insluiting Olie veilig in de caverne opgeslagen, geen lekkage Natuurlijke en kunstmatige barrières en maatregelen Indringing olie in zout is minimaal (minder dan 10 mm/jaar) Dikke zoutlagen boven, onder en naast de cavernes Boorgat uitgebreid getest op lekdichtheid: - kwaliteit boorgat (USIT-meting) - vloeistofdichtheid van de overgang caverne-boorgat (MIT) Eventueel achterblijvende olie wordt alsnog onttrokken Eventueel achterblijvende olie levert, vanwege de omhullende, afsluitende zoutlagen, geen enkel risico De belangrijkste eventuele lekpaden van gasolie vanuit een zoutcaverne. Van deze zes eventuele lekpaden liggen er vijf diep (enkele honderden meters) onder de hydrologische basis. Bron: Deltares Bodemdaling en aardbevingen Huidige zoutwinning (>1980) leidt niet tot meetbare bodemdaling (één tot enkele millimeters per jaar) Olieopslag leidt niet tot extra bodemdaling Zoutwinning en olieopslag in zoutcavernes leiden niet tot waarneembare aardbevingen Geen gevaar van (natuurlijke of geïnduceerde) aardbevingen elders Het opslagplan Opgesteld in het kader van de Mijnbouwwet Bevoegd gezag: Minister van Economische Zaken, op advies van Staatstoezicht op de Mijnen, TNO Adviesgroep EZ en de TCBB Bevat uitgebreide risicoanalyse Bevat beschrijving van barrières en maatregelen om de risico s van opslag te minimaliseren Toezicht van en afstemming met Staatstoezicht op de Mijnen Het voorkomen van natuurlijke (rood) en geïnduceerde (geel) aardbevingen in Nederland in de periode Bron: KNMI. Meting en monitoring Massabalans: administratie van olie en pekel caverne in en uit Olie-pekel-spiegel metingen: nauwkeurige meting van de overgang pekel-olie Temperatuurmetingen: meting van de temperatuur in de caverne en het effect op de olie-pekel-spiegel Diverse drukmetingen: meting van drukveranderingen in de caverne en de boorgaten t.b.v. vroegtijdige signalering van lekkages Sonarmetingen: om te kijken hoe de vorm van de caverne verandert è Jaarlijkse rapportages aan Staatstoezicht op de Mijnen Voorlopig ontwerp van de afwerking van de, in een verdiepte boorkelder gelegen, olie-injectieputten

14 De omgevingsvergunning Wat is de omgevingsvergunning? Volgt uit Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo) Combinatie van de (vroegere) bouwvergunning, uitwegvergunning en milieuvergunning. Deel Bouw en uitweg Aanvraag AkzoNobel om per caverne: Eén boorgat te vervangen door een volledig verdiept aangelegde olieput; het zouthuisje wordt verwijderd Eén boorgat te vervangen door een iets grotere pekelput dan de huidige; ook het zouthuisje wordt vervangen Bij de olieput een laad- en losplaats voor een vrachtwagen aan te leggen met vloeistofdichte vloer en een ondergrondse olie-water-afscheider Een zouthuisje van binnen. Één van de drie putten wordt vervangen door een zwaardere olieput, die in een verdiepte kelder geplaatst wordt. Over de pekelput wordt wel weer een (iets groter) zouthuisje geplaatst. Deel Milieu Meest omvangrijke deel van de aanvraag Opslag moet veilig voor mens en milieu Milieueffecten van de olieopslag uitgebreid onderzocht en beschreven in het MER (Milieu Effect Rapport) Veel maatregelen ter bescherming van mens en milieu: - verdiepte aanleg van de olieputten - gebruik van dubbel uitgevoerde afsluiters op pekel- en olieputten pompinstallatie en tankwagens - gevoelige lekdetectie - videotoezicht - nauwkeurige monitoring - opleiding van de operators - regulier onderhoud Veiligheidsrapport Olieopslag valt onder het BRZO (Besluit risico s zware ongevallen) en het Bevi (Besluit Veiligheid Inrichtingen) Strenge eisen gesteld op het gebied van veiligheid: - veiligheidsbeleid en veiligheidsbeheerssysteem - er is een veiligheidsrapport (VR) opgesteld en bij de overheid ingediend Lay-out van de laad- en losplaats bij de olieput.

15 Wat betekent het transport voor mij als omwonende? Activiteit Vullen strategische opslag Toelichting - eenmalig - eerst drie cavernes ( m 3 ) - later ( 2015) twee extra cavernes ( m 3 ) - hoeft niet op maximale intensiteit Verversen van één caverne - legen van een caverne ( m 3 ) - weer vullen van een caverne ( m 3 ) - per caverne eens per 10 jaar - hoeft niet op maximale intensiteit Commerciële opslag - gaat om maximaal m 3 - opslagduur naar verwachting minimaal één jaar - hoeft niet op maximale intensiteit - voorkomt verversingen Legen ten tijde van oliecrisis - vanaf 2015: vijf cavernes ( m 3 ) - hoge intensiteit gewenst (MER): - 24/7; 4 tot 6 tankwagens per uur Activiteit Hoe vaak gebeurt dit? Intensiteit (aantal tankwagen per uur) Vergelijkbaar met: Hoeveel tankwagens zijn hiervoor nodig? Hoeveel vervoersbewegingen zijn hiervoor nodig? Tijdsduur (aantal maanden) Vullen strategische opslag 1 x per caverne Overdag: per caverne per caverne 1 à 2 s Avonds: 2-4 per caverne s Nachts: <1 Verversen van één caverne ca. 1 x per 10 jaar Overdag: 3-6 Legen: Legen: à 4 s Avonds: 2-4 Vullen: Vullen: s Nachts: <1 Commerciële opslag 1 x per 5 à 10 jaar Overdag: ca. 2-4 Vullen: Vullen: Vullen: ca. 4 s Avonds: ca. 2 Legen: Legen: Legen: ca. 4 s Nachts: <1 Legen ten tijde van oliecrisis 1 x per 30 jaar Overdag: à 5 s Avonds: 4-6 s Nachts: 4-6 vervoersbeweging: een volle óf lege tankwagen van het depot in Hengelo naar de cavernes in De Marssteden óf vice versa