B&W d.d. 15 juli Vaststellen voor inspraak Notitie en concept verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiden 2015

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "B&W 14.0641 d.d. 15 juli 2014. Vaststellen voor inspraak Notitie en concept verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiden 2015"

Transcriptie

1 B&W d.d. 15 juli 2014 Onderwerp Vaststellen voor inspraak Notitie en concept verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiden 2015 Besluiten: 1. Bijgaande notitie Tegenprestatie Participatiewet Leiden 2015 vast te stellen voor inspraak en daarmee in stemmen met de volgende uitgangspunten: a) de wijze waarop in Leiden de tegenprestatie wordt opgelegd is maatwerk; b) een tegenprestatie moet naar vermogen kunnen worden verricht; c) bij het opleggen van de tegenprestatie wordt rekening gehouden met individuele omstandigheden, persoonlijke wensen en kwaliteiten; d) bij het opleggen van een tegenprestatie wordt rekening gehouden met het gegeven of de persoon behorende tot de doelgroep reeds maatschappelijke activiteiten, vrijwilligerswerk of re-integratie-activiteiten verricht. e) de duur en omvang van een Tegenprestatie bedraagt in beginsel 8 uur per week of 34 uur per maand gedurende 3 maanden en bedraagt qua omvang nadrukkelijk minder dan 32 uur per week; deze richtlijn is niet beperkend, een meer substantiëlere of beperkender invulling is mogelijk, afhankelijk van de persoonlijke situatie van de belanghebbende; f) een Tegenprestatie kan binnen een periode van 12 maanden slechts eenmaal worden opgelegd; g) een Tegenprestatie wordt niet opgedragen aan personen die mantelzorg verrichten h) Het college legt in elk geval geen tegenprestatie op aan - Personen die op grond van volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid zijn ontheven van de arbeids- en re-integratieplicht; - Alleenstaande ouders die op grond van artikel 9a WWB op eigen verzoek ontheffing van de arbeidsverplichting hebben. 2. Bijgaande concept verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiden 2015 vast te stellen voor inspraak en daarmee in te stemmen met: a) de wijze waarop conform artikel 9 eerste lid onderdeel c van de Participatiewet regels zijn gesteld voor het opdragen van een tegenprestatie; b) de factoren waarmee rekening wordt gehouden bij het opdragen van de tegenprestatie; c) de duur en omvang van de tegenprestatie. 3. de inspraakperiode voor de verordening Tegenprestatie vast te stellen op een periode van 8 weken ingaande op 17 juli 2014 (datum bekendmaking van het besluit en de terinzagelegging) Perssamenvatting: De Notitie en concept verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiden 2015 zijn vastgesteld en voor inspraak vrijgegeven. Vanaf 17 juli a.s. liggen beide stukken voor 8 weken ter inzage. De Participatiewet legt per 1 januari 2015 de gemeenteraad de verplichting op om regels op te stellen voor het leveren van een tegenprestatie aan mensen met een bijstandsuitkering. Bij een tegenprestatie gaan het om het verrichten van maatschappelijk nuttige werkzaamheden die zich dienen te onderscheiden van werkzaamheden die door de reguliere arbeidsmarkt worden verricht. Dit om verdringing te voorkomen. Daarom is de invulling van de tegenprestatie ook beperkt in duur en omvang. Bij het opleggen van een tegenprestatie wordt rekening gehouden met de individuele omstandigheden van de persoon, zoals gezondheid,

2 thuissituatie en eventuele zorgtaken. Als iemand mantelzorg verricht of maatschappelijk actief is kan de gemeente deze activiteiten in aanmerking laten komen voor een tegenprestatie. Het uitgangspunt werk boven uitkering staat voorop. Een tegenprestatie mag daarom het accepteren van passende arbeid of van re-integratie naar werk niet belemmeren

3 Verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiden 2015 De raad van de gemeente Leiden ; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet; besluit vast te stellen de Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Leiden 2015 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1. Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder: - belanghebbenden: personen die behoren tot de doelgroep van de Participatiewet - mantelzorg: langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt. Hoofdstuk 2 De tegenprestatie naar vermogen Artikel 2. Inhoud van een tegenprestatie 1. Het college kan onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, die additioneel van aard zijn, inzetten als tegenprestatie voor zover die werkzaamheden: a) naar zijn aard niet zijn gericht op toeleiding tot de arbeidsmarkt; b) niet zijn bedoeld als re-integratieinstrument; c) worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid in de organisatie waarin ze worden verricht; en d) niet leiden tot verdringing. 2. Het college stelt ter nadere uitvoering van deze verordening een beleidsplan vast waarin wordt vastgelegd welke aanvullende werkzaamheden het college in ieder geval kan aanbieden en de voorwaarden die daarbij gelden voor zover daarover in deze verordening geen nadere bepalingen zijn opgenomen. Artikel 3. Het opdragen van een tegenprestatie 1. Het college kan een belanghebbende een tegenprestatie opdragen. 2. Bij het opdragen van een tegenprestatie houdt het college rekening met de volgende factoren: a) de tegenprestatie moet naar vermogen kunnen worden verricht door een belanghebbende; b) de persoonlijke situatie en individuele omstandigheden van een belanghebbende; c) de persoonlijke wensen en kwaliteiten van een belanghebbende; d) het feit dat belanghebbende al maatschappelijke activiteiten of vrijwilligerswerk verricht; e) het feit dat belanghebbende al re-integratieactiviteiten verricht. 3. Het college kan bij dringende redenen in individuele gevallen een tijdelijke ontheffing verlenen van de verplichting om een opgedragen tegenprestatie te verrichten. Artikel 4. Duur en omvang van een tegenprestatie 1. De tegenprestatie heeft in beginsel een omvang van 8 uur per week of 34 uur per maand gedurende 3 maanden, maar dient qua omvang nadrukkelijk minder dan 32 uur per week te zijn. 2. De tegenprestatie kan binnen een periode van 12 maanden slechts eenmaal worden opgedragen. Artikel 5. Mantelzorg Het college draagt geen tegenprestatie op indien een belanghebbende mantelzorg verricht voor zover het verrichten van mantelzorg naar het oordeel van het college redelijkerwijs noodzakelijk is. Artikel 6. Geen werkzaamheden voorhanden

4 1. Het college draagt geen tegenprestatie op indien geen werkzaamheden voorhanden zijn die kunnen worden ingezet als tegenprestatie. 2. Indien het college geen tegenprestatie opdraagt omdat geen werkzaamheden voorhanden zijn, beoordeelt het college binnen 3 maanden of op dat moment wel werkzaamheden voorhanden zijn die kunnen worden ingezet als tegenprestatie. Hoofdstuk 3 Slotbepalingen Artikel 7. Hardheidsclausule Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 8. Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari Artikel 9. Citeertitel Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Leiden 2015 Aldus besloten in de openbare raadsvergadering Van De raad voornoemd. De griffier, De voorzitter,

5 Algemene toelichting Verordening Tegenprestatie Participatiewet gemeente Leiden De wet maatregelen WWB, die tegelijkertijd met de P-wet op 1 januari 2015 in werking treedt, legt de gemeenteraad de verplichting op bij verordening regels te stellen over het opdragen van een tegenprestatie aan mensen met een bijstandsuitkering. Een belanghebbende van achttien jaar of ouder doch jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd is vanaf de dag van melding gehouden naar vermogen een tegenprestatie te verrichten. Dit is vastgelegd in artikel 9, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet. De tegenprestatie bestaat uit de plicht om naar vermogen door het college opgedragen onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden te verrichten, naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. Individuele omstandigheden Het college bepaalt aan de hand van de individuele omstandigheden en de voorhanden zijnde onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, de aard, de duur en de omvang van de aan een persoon op te leggen tegenprestatie. Hierbij moet het college de in deze verordening neergelegde criteria in acht nemen. Als het college een tegenprestatie vraagt van belanghebbende, moet het een duidelijke omschrijving geven van de te verrichten werkzaamheden. Het moet voor een belanghebbende immers duidelijk zijn welke tegenprestatie van hem verwacht wordt (zie Rechtbank Zeeland-West-Brabant , nr. 12/3649, ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ5171). Geen tegenprestatie Indien daarvoor dringende redenen - zoals zorgtaken - aanwezig zijn, kan het college in individuele gevallen tijdelijk ontheffing verlenen van de plicht tot het verrichten van een tegenprestatie (artikel 9, tweede lid, van de Participatiewet). De plicht tot tegenprestatie is niet van toepassing op een belanghebbende die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is als bedoeld in artikel 4 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (artikel 9, vijfde lid, van de Participatiewet). De plicht tot tegenprestatie is voorts niet van toepassing op een alleenstaande ouder die in het bezit is van een ontheffing als bedoeld in artikel 9a, eerste lid, van de Participatiewet (artikel 9, zevende lid, van de Participatiewet). Afstemmen Net als bij het niet nakomen van de arbeids- en re-integratieverplichting geldt voor het niet nakomen van de tegenprestatie dat de bijstand kan worden afgestemd overeenkomstig de gemeentelijke afstemmingsverordening. Bevoegdheid opdragen tegenprestatie De bevoegdheid van het college om een belanghebbende te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten geldt al sinds 1 januari De regering meent dat de tegenprestatie voor uitkeringsgerechtigden een gelegenheid is om te blijven participeren in de samenleving en om een sociaal netwerk, arbeidsritme en regelmaat te behouden. Dit zijn volgens de regering ook noodzakelijke voorwaarden om de kansen op de arbeidsmarkt te vergroten (TK , , nr. 3, p. 29). Tegenprestatie is geen re-integratieinstrument De plicht tot tegenprestatie heeft tot doel om maatschappelijk nuttige werkzaamheden te doen in de samenleving als tegenprestatie voor het ontvangen van een uitkering. Het opdragen van een tegenprestatie heeft niet primair tot doel de re-integratie van een belanghebbende te bevorderen, maar moet worden gezien als een nuttige bijdrage aan de samenleving (TK , , nr. 7, p ). De tegenprestatie is daarom naar zijn aard niet gericht op toeleiding tot de arbeidsmarkt en is niet bedoeld als reintegratieinstrument. Voorts mag een tegenprestatie het accepteren van passende arbeid of van re-integratieinspanningen niet belemmeren. Immers, als uitgangspunt geldt werk boven uitkering. Verordeningsplicht De Wet maatregelen WWB legt de gemeenteraad de verplichting op om bij verordening regels vast te stellen over het opdragen van een tegenprestatie aan mensen met een

6 bijstandsuitkering in de leeftijd van 18 jaar tot de pensioengerechtigde leeftijd. Deze verordeningsopdracht is neergelegd in artikel 8a, eerste lid, onderdeel b Participatiewet. Het is aan de gemeente om de duur, omvang en inhoud van de tegenprestatie te regelen (zie TK , , nr. 24, p. 6). Ontwikkelen beleid door college Het college heeft de opdracht beleid te ontwikkelen ten behoeve van het verrichten van een tegenprestatie en het uitvoeren ervan overeenkomstig de verordening tegenprestatie. Dit volgt uit artikel 7, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet. Artikelsgewijze toelichting Verordening Tegenprestatie Participatiewet gemeente Leiden Artikel 1. Begrippen Begrippen die al zijn omschreven in de Participatiewet, de Algemene wet bestuursrecht of de Gemeentewet worden niet afzonderlijk gedefinieerd in deze verordening. Deze zijn vanzelfsprekend van toepassing op deze verordening. Belanghebbende In beginsel heeft iedere uitkeringsgerechtigde de verplichting iets terug te doen voor de uitkering in de vorm van een tegenprestatie. Dit betekent dat alleen aan mensen die een uitkering ontvangen een tegenprestatie kan worden opgelegd. De tegenprestatie kan niet worden opgelegd aan niet- uitkeringsgerechtigden die door gemeenten worden ondersteund bij het zoeken naar werk. Mantelzorg In artikel 1 van deze verordening is de definitie opgenomen van mantelzorg. Deze begripsbepaling is gebaseerd op het begrip zoals dat wordt gehanteerd in de Wet maatschappelijke ondersteuning (zie artikel 1, eerste lid, onderdeel b, van de Wet maatschappelijke ondersteuning). Onder mantelzorg wordt verstaan: langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt. Het begrip 'mantelzorg' is van belang omdat artikel 6 van deze verordening bepaalt dat het college geen tegenprestatie opdraagt indien een belanghebbende mantelzorg verricht voor zover het verrichten van mantelzorg naar het oordeel van het college redelijkerwijs noodzakelijk is. Uit kamerstukken met betrekking tot het begrip 'mantelzorg' zoals neergelegd in de Wet maatschappelijke ondersteuning volgt dat de vier belangrijkste kenmerken van mantelzorg zijn: er is een bestaande sociale relatie tussen de zorgvrager en de zorgverlener; mantelzorg wordt niet verricht in een georganiseerd verband; het verrichten van mantelzorg is veelal geen bewuste keuze; het verlenen van mantelzorg is nooit afdwingbaar. Deze kenmerken zijn ontleend aan diverse kamerstukken zoals TK , , nr. 1 (Notitie "De mantelzorger in beeld") en TK , , nr. C. Voor mantelzorg is vereist dat de verleende zorg de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt. Voor de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning hanteren gemeenten veelal het protocol Gebruikelijke Zorg van het Centrum Indicatiestelling Zorg om vast te stellen of sprake is van gebruikelijke zorg. Voor de uitleg van wat onder gebruikelijke zorg kan worden aangesloten bij de definitie van gebruikelijke zorg in het protocol Gebruikelijke Zorg. Gebruikelijke zorg wordt in dat Protocol als volgt omschreven: de normale, dagelijkse zorg die partners of ouders en inwonende kinderen geacht worden elkaar onderling te bieden omdat ze als leefeenheid een gezamenlijk huishouden voeren en op die grond een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben voor het functioneren van dat huishouden. Artikel 2. Inhoud van een tegenprestatie

7 Het college bepaalt aan de hand van de individuele omstandigheden en de voorhanden zijnde onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, de aard, de duur en de omvang van de aan een persoon op te leggen tegenprestatie. Hierbij moet het college de in deze verordening neergelegde criteria in acht nemen. Het college dient maatwerk toe te passen bij het opdragen van een tegenprestatie. Rekening moet worden gehouden met de individuele omstandigheden van belanghebbende, waaronder leeftijd, opleiding, werkervaring en andere relevante persoonlijke omstandigheden. De werkzaamheden worden immers opgedragen naar vermogen. Het is dus van belang dat belanghebbende ook in staat is de werkzaamheden te verrichten (zie Rechtbank Zeeland-West-Brabant , nr. 12/3649, ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ5171). Als het college een tegenprestatie vraagt van belanghebbende, moet het een duidelijke omschrijving geven van de te verrichten werkzaamheden. Het moet voor een belanghebbende immers duidelijk zijn welke tegenprestatie van hem wordt verwacht (zie Rechtbank Zeeland-West-Brabant , nr. 12/3649, ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ5171). Artikel 2, eerste lid, van deze verordening bevat regels omtrent de inhoud van de tegenprestatie. Deze omvat een kaderstellende omschrijving van de werkzaamheden die door het college kunnen worden ingezet als tegenprestatie. Binnen de in het eerste lid gestelde kaders, kan het college in een beleidsplan vastleggen welke werkzaamheden in ieder geval als tegenprestatie kunnen worden ingezet (artikel 2, tweede lid, van deze verordening). De kaderstellende omschrijving heeft als voordeel dat het college niet is beperkt in het aanwijzen van werkzaamheden die als tegenprestatie kunnen worden ingezet. Hierdoor kan het college snel inspelen op nieuwe activiteiten die als tegenprestatie kunnen worden ingezet. Additionele onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden In artikel 2, eerste lid, van deze verordening is bepaald dat de tegenprestatie onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden betreffen die additioneel van aard zijn. De maatschappelijk nuttige werkzaamheden in het kader van de tegenprestatie dienen zich te onderscheiden van werkzaamheden die door de reguliere arbeidsmarkt verricht worden. Het onderscheid tussen betaalde en onbetaalde werkzaamheden is afhankelijk van onder meer economische factoren en van keuzes die mede op basis daarvan door het bedrijfsleven en/of de overheid worden gemaakt (TK , , nr. 3, p. 30). Werkzaamheden die kunnen worden ingezet Het college kan onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, die additioneel van aard zijn, inzetten als tegenprestatie voor zover die werkzaamheden voldoen aan de in artikel 2, eerste lid, van deze verordening genoemde voorwaarden. Deze voorwaarden zijn gebaseerd op de belangrijkste kenmerken van de tegenprestatie die volgen uit de parlementaire geschiedenis (zie TK , , nr. 3, p. 14). Samenwerking met maatschappelijke organisaties De gemeente kan voor het werven van maatschappelijk nuttige werkzaamheden samenwerken met maatschappelijke organisaties zoals: welzijnsinstellingen, vrijwilligerswerkorganisaties, buurthuizen en/of sportvoorzieningen. Om ervoor te zorgen dat voldoende maatschappelijk nuttige werkzaamheden voorhanden zijn, is het van belang dat contacten worden onderhouden met maatschappelijke organisaties. Een vrijwilligersvacaturebank bij een vrijwilligerscentrale kan een belangrijk hulpmiddel zijn om het aanbod van maatschappelijk nuttige werkzaamheden te bepalen. Tegenprestatie mag niet leiden tot verdringing De tegenprestatie mag niet worden ingezet in het kader van de re-integratie. De tegenprestatie mag bovendien niet direct gericht zijn op toeleiding naar de arbeidsmarkt en is dan ook niet bedoeld als re-integratieinstrument. Het betreffen werkzaamheden die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet mogen leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. Reguliere werkzaamheden kunnen daarom niet als tegenprestatie worden ingezet. De tegenprestatie mag het accepteren van passende arbeid of van re-integratieinspanningen niet belemmeren. Het uitgangspunt werk boven uitkering staat voorop. Dit volgt

8 uit artikel 9, eerste lid, onderdeel c, van de Participatiewet en de parlementaire geschiedenis (zie TK , , nr. 3, p. 14). Beleidsplan: In een beleidsplan kan het college vastleggen welke werkzaamheden in ieder geval als tegenprestatie kunnen worden ingezet (artikel 2, tweede lid, van deze verordening). Deze werkzaamheden voldoen aan de in artikel 2, eerste lid, van deze verordening gestelde voorwaarden. Artikel 3. Het opdragen van een tegenprestatie Het college heeft beleidsvrijheid om een tegenprestatie op te leggen. Het college bepaalt uiteindelijk of, en zo ja welke tegenprestatie wordt opgedragen. Tegen een besluit tot het opdragen van een tegenprestatie kan bezwaar en beroep worden aangetekend (TK , , nr. 7, p. 49). Factoren opdragen tegenprestatie In artikel 3, tweede lid, van deze verordening is neergelegd met welke factoren het college rekening moet houden bij het opdragen van een tegenprestatie. Deze factoren worden hierna toegelicht. onderdeel a : tegenprestatie 'naar vermogen' De werkzaamheden die als tegenprestatie ingezet worden, moeten naar vermogen door een belanghebbende verricht kunnen worden. De term 'naar vermogen' heeft betrekking op de mogelijkheden waarover een belanghebbende beschikt om deze werkzaamheden te verrichten. Immers, niet alle onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden kunnen worden opgedragen aan elke uitkeringsgerechtigde (TK , , nr. 3, p. 30). onderdeel b: persoonlijke situatie en individuele omstandigheden belanghebbende Bij het opdragen van de tegenprestatie houdt het college rekening met de persoonlijke situatie en individuele omstandigheden van een belanghebbende, waaronder leeftijd, opleiding en werkervaring (Rechtbank Zeeland-West-Brabant , nr. 12/3649, ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ5171). Hierbij wordt rekening gehouden met het fysieke en psychische vermogen van een belanghebbende. Bij het opdragen van de tegenprestatie dient het college maatwerk te leveren. Voorts wordt bij opdragen van een tegenprestatie rekening gehouden met praktische omstandigheden zoals reistijd, beschikbaarheid van kinderopvang en/of belanghebbende al maatschappelijke activiteiten verricht. onderdeel c: persoonlijke wensen en kwaliteiten belanghebbende Bij het opdragen van de verplichting tot tegenprestatie houdt het college rekening met de persoonlijke wensen en kwaliteiten van belanghebbende. De regering vindt het immers belangrijk dat een belanghebbende invloed heeft op de keuze van de activiteiten (TK , , nr. 7, p. 47). Belanghebbende kan zelf ideeën aandragen voor de als tegenprestatie te verrichten werkzaamheden. Het college kan in beleidsregels bepalen wanneer een belanghebbende zijn keuze voor het verrichten van maatschappelijk nuttige activiteit kenbaar maakt aan het college. Het college beoordeelt de door belanghebbende zelf aangedragen ideeën en kan besluiten om het voorstel van belanghebbende over te nemen en die werkzaamheden in te zetten als tegenprestatie. Uiteraard moet die werkzaamheid voldoen aan het bepaalde bij of krachtens artikel 3 van deze verordening en moet die werkzaamheid beschikbaar zijn. Het college is niet gehouden te voldoen aan de wensen van een belanghebbende, maar moet deze wel in de beoordeling meenemen. Draagt belanghebbende geen ideeën aan, dan legt het college belanghebbende een lijst met keuzemogelijkheden voor van maatschappelijk nuttige werkzaamheden die voorhanden zijn. Als belanghebbende geen voorkeur kenbaar maakt of er geen keuzemogelijkheid is, legt het college een werkzaamheid op. Het is immers aan het college, en niet aan een belanghebbende, een tegenprestatie op te dragen aan belanghebbende. onderdeel d: maatschappelijke activiteiten en vrijwilligerswerk door belanghebbende

9 Het college houdt bij het opdragen van de plicht tot tegenprestatie rekening met het eventuele gegeven dat een belanghebbende al maatschappelijk actief is (TK , , nr. 24, p. 6). Indien een belanghebbende al een maatschappelijke activiteit verricht, kan het college besluiten deze maatschappelijke activiteit aan te merken als tegenprestatie. Ook kan de omstandigheid dat een belanghebbende maatschappelijke activiteit verricht, ertoe leiden dat hiermee rekening wordt gehouden bij het vaststellen van de tegenprestatie, met name de duur en de omvang van de tegenprestatie. Een voorbeeld van maatschappelijke activiteiten zijn: de zorg voor een ouder of een gehandicapt kind. Het college beoordeelt de maatschappelijke activiteiten en houdt daarbij rekening met de duur en omvang. Dit geldt ook voor het verrichten van vrijwilligerswerk. Het college houdt bij het opdragen van de plicht tot tegenprestatie rekening met het eventuele gegeven dat een belanghebbende al vrijwilligerswerk verricht. Indien belanghebbende al vrijwilligerswerk verricht kan het college ook besluiten vrijwilligerswerk aan te merken als tegenprestatie. Hierbij moet wel rekening worden gehouden met de minimale en maximale duur van de tegenprestatie zoals neergelegd in artikel 4 van deze verordening. Hierbij kan ook de aard van het vrijwilligerswerk een rol spelen. Onder vrijwilligerswerk wordt in het algemeen verstaan: werk dat in enig verband onverplicht en onbetaald wordt verricht, voor anderen of de samenleving (vergelijk TK , , nr. 1, p. 2). De VNG verwijst bij de begripsomschrijving vrijwilligerswerk naar de zogenaamde draaischijf van Movisie. Movisie heeft een draaischrijf ontwikkeld waaraan een gemeente aan de hand van acht onderdelen de definitie kan bepalen. Zie hiervoor: Onderdeel e: Re-integratieactiviteiten door belanghebbende Het college houdt bij het opdragen van de plicht tot tegenprestatie rekening met het eventuele gegeven dat een belanghebbende al re-integratieactiviteiten verricht. Het college kan in deze gevallen besluiten dat aan deze personen in beginsel geen tegenprestatie wordt opgedragen Belanghebbende kan zich dan volledig richten op de arbeids- en de re-integratieplicht, zoals het naar vermogen algemeen geaccepteerde arbeid te verkrijgen. De tegenprestatie mag immers het accepteren van passende arbeid of re-integratieinspanningen niet belemmeren, aangezien werk boven uitkering als uitgangspunt geldt. Dringende redenen: Geen tegenprestatie Art 3 derde lid regelt dat indien daarvoor dringende redenen - zoals zorgtaken - aanwezig zijn, kan het college in individuele gevallen tijdelijk ontheffing verlenen van de plicht tot het verrichten van een tegenprestatie (artikel 9, tweede lid, van de Participatiewet). De verplichting tot het verrichten van een tegenprestatie is niet van toepassing op een belanghebbende die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is, als bedoeld in artikel 4 van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (artikel 9, vijfde lid, van de Participatiewet) De verplichting tot tegenprestatie is niet van toepassing op een alleenstaande ouder die in het bezit is van een ontheffing als bedoeld in artikel 9a, eerste lid, van de Participatiewet (artikel 9, zevende lid, van de Participatiewet). Weigering tegenprestatie Het college dient bij weigering van belanghebbende om de tegenprestatie te verrichten, op basis van het individuele geval de hoogte en de duur van de op te leggen maatregel te bepalen (TK , , nr. 3, p. 29). Artikel 4. Duur en omvang van een tegenprestatie Het college bepaalt aan de hand van de individuele omstandigheden en de voorhanden zijnde onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, de aard, de duur en de omvang van de aan een persoon op te leggen tegenprestatie. Hierbij moet het college de in deze verordening neergelegde criteria in acht nemen. Artikel 5 van deze verordening stelt voorwaarden ten aanzien van de duur en omvang van de tegenprestatie. Individuele omstandigheden Het college beoordeelt op basis van de individuele omstandigheden van een belanghebbende de omvang en de duur van de tegenprestatie. De omvang van de werkzaamheden en de duur

10 in de tijd dienen in de regel beperkt te zijn. Dat betekent dat het college steeds een afweging maakt op basis van de situatie in welke mate een tegenprestatie verlangd kan worden (TK , , nr. 30). Maximale duur tegenprestatie in dagen Artikel 4, eerste lid, regelt dat de tegenprestatie wordt ingezet voor in beginsel 8 uur per week gedurende 3 maanden.de acht uur per week kan ook worden verspreid over de periode van een maand met een omvang van 34 uur per maand, gedurende 3 maanden. Het is van belang dat de duur beperkt is. Het opdragen van de tegenprestatie tot aan het einde van de uitkering is in ieder geval niet beperkt in duur en in omvang. Qua omvang dient de tegenprestatie nadrukkelijk minder dan 32 uur per week te zijn. Uit jurisprudentie blijkt, gelet op de bedoeling van de wetgever zoals deze blijkt uit de kamerstukken, dat een aanbod om werkzaamheden voor 32 uur per week te verrichten in ieder geval niet aangemerkt kan worden als tegenprestatie. De rechtbank is van oordeel dat door te verlangen dat een uitkeringsgerechtigde nagenoeg een volle werkweek werkzaamheden moet verrichten, de grens van een tegenprestatie wordt overschreden. Het gaat dan immers niet meer om werkzaamheden van beperkte omvang (Rechtbank Zeeland-West-Brabant , nr 12/3649, ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ5171) Artikel 4, tweede lid, regelt dat het opdragen van een tegenprestatie binnen een periode van twaalf maanden slechts eenmaal mag worden opgedragen. Het gaat hierbij om een aaneengesloten periode van, twaalf maanden. Deze bepaling waarborgt dat de tegenprestatie relatief gering wordt ingezet. De tegenprestatie dient immers niet in de weg te staan aan de re-integratie van een belanghebbende. Bovendien is het verstandig de tegenprestatie relatief gering in omvang en duur in te zetten om aan de veilige kant van de internationale bepalingen met betrekking tot het verbod op dwangarbeid en verplichte arbeid te blijven (artikel 4 EVRM). Het is volgens de gemeenteraad onwenselijk om een belanghebbende vaker een tegenprestatie op te leggen. Artikel 5. Mantelzorg Artikel 5 van de verordening bepaalt dat geen tegenprestatie wordt opgedragen indien een belanghebbende mantelzorg verricht en het college het verrichten hiervan redelijkerwijze noodzakelijk vindt. De regering heeft deze mogelijkheid uitdrukkelijk benoemd in de nota van wijziging met betrekking tot de Wet maatregelen WWB (TK , , nr. 24, p. 6). Of sprake is van mantelzorg wordt getoetst aan de criteria van het begrip mantelzorg zoals neergelegd in artikel 1 van deze verordening. Verricht een belanghebbende mantelzorg in de zin van deze verordening en is het verrichten van mantelzorg volgens het college redelijkerwijs noodzakelijk, dan draagt het college een belanghebbende geen tegenprestatie op. Artikel 6. Geen werkzaamheden voorhanden Artikel 6, eerste lid, van deze verordening bepaalt dat geen tegenprestatie wordt opgedragen indien geen onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden voorhanden zijn. In deze verordening kiest de gemeenteraad ervoor dat geen tegenprestatie wordt opgedragen indien geen maatschappelijk nuttige werkzaamheden binnen de eigen gemeentegrenzen voorhanden zijn. De Participatiewet verplicht gemeenten niet om buiten de eigen gemeentegrens een tegenprestatie te laten verrichten (TK , , nr. 7, p. 51). Indien het college besluit geen tegenprestatie op te leggen omdat geen onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden voorhanden zijn, wordt binnen drie maanden een heronderzoek uitgevoerd om te beoordelen of op dat moment wel maatschappelijk nuttige werkzaamheden binnen de eigen gemeentegrenzen voorhanden zijn. Artikel 7 Hardheidsclausule Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. Artikel 8. Inwerkingtreding Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari Vanaf die datum is in artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet de verordeningsopdracht voor de

11 gemeenteraad neergelegd om regels in de verordening vast te stellen over het opdragen van een tegenprestatie. Artikel 9. Citeertitel In dit artikel is de citeertitel van deze verordening neergelegd.

12 Notitie Tegenprestatie Participatiewet Leiden Inleiding Sinds 1 januari 2012 beschikken gemeenten op basis van artikel 9, lid 1 sub C van de Wet Werk en Bijstand (WWB) over de mogelijkheid om een Tegenprestatie te vragen van uitkeringsgerechtigden. Gemeenten waren dus nog niet verplicht om een tegenprestatie op te leggen. Vanaf 2015 is de tegenprestatie in de wet echter als een verplichting opgenomen. Volgens artikel 9, eerste lid, onderdeel c van de Participatiewet zijn uitkeringsgerechtigden verplicht om: (..) naar vermogen door het college opgedragen, onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden te verrichten die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. De tegenprestatie geldt in beginsel voor iedereen die een bijstandsaanvraag heeft ingediend. In lijn met de visie op het sociaal domein van Leiden zal bij het opleggen van de tegenprestatie rekening worden gehouden met de individuele omstandigheden van de persoon, zoals gezondheid, thuissituatie en eventuele zorgtaken. We benutten zoveel mogelijk de eigen kracht en gaan uit van het maatwerkprincipe. Daarbij geven we de persoon behorende tot de doelgroep ruimte om de tegenprestatie zelf vorm te geven binnen de verplichte kaders. De maatschappelijk nuttige werkzaamheden in het kader van de tegenprestatie dienen zich te onderscheiden van werkzaamheden die door de reguliere arbeidsmarkt verricht worden. Dit om verdringing te voorkomen. Daarom zal de invulling van de tegenprestatie ook beperkt in duur en omvang moeten zijn mede naar aanleiding van uitspraken van de Centrale Raad van Beroep 1. De wet maatregelen WWB, die tegelijkertijd met de P-wet op 1 januari 2015 in werking treedt, legt de gemeenteraad de verplichting op bij verordening regels te stellen over het opdragen van een tegenprestatie aan mensen met een bijstandsuitkering. Uit deze verordeningsplicht vloeit automatisch de noodzaak voort om gemeentelijk beleid voor de tegenprestatie in te vullen. Bij het opstellen van de verordening is gebruik gemaakt van de modelverordening Tegenprestatie van Kluwer-Schulinck. In de onderhavige notitie worden de bovengenoemde uitgangspunten nader uitgewerkt. Daar waar het lokale beleidsinhoudelijke keuzes betreft is dit in de tekst omrand. 2 De inhoud van de tegenprestatie Uitkeringsgerechtigden hebben de verplichting, conform artikel 9 om, naar vermogen, door het college opgedragen onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden te verrichten die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. In deze regel is daarmee bepaald dat de tegenprestatie beperkt in omvang dient te zijn. Het is aan het college om te beoordelen in welke mate een tegenprestatie verlangd kan worden. Daarnaast geldt dat de werkzaamheden door belanghebbende naar vermogen verricht moeten kunnen worden. De term «naar vermogen» heeft betrekking op de mogelijkheden waarover de persoon beschikt om deze werkzaamheden te verrichten. Immers, niet alle onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden kunnen aan elke persoon worden opgedragen. Het college bepaalt aan de hand van de individuele omstandigheden en de voorhanden zijnde onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, de aard, de duur en de omvang van de tegenprestatie. Bij het opleggen van de tegenprestatie houdt het college rekening met de persoonlijke omstandigheden vaniemand, zoals gezondheid, thuissituatie en eventuele zorgtaken. De tegenprestatie is een verplichting binnen de uitkering. Als een 1 o.a. ECLI:NLRBZWB:2013:BZ5171/BZ2912

13 persoon zich niet aan deze verplichting houdt dan kan een maatregel worden opgelegd, conform de afstemmingsverordening. 2.1 Het doel van de tegenprestatie Op de tegenprestatie is het begrip wederkerigheid van toepassing in de zin van iets terugdoen voor je uitkering. Het primaire doel van de tegenprestatie is iemand te motiveren om maatschappelijk nuttige activiteiten te gaan verrichten 2. Arbeidsinschakeling mag een secundair doel zijn, maar de tegenprestatie mag niet hoofdzakelijk of uitsluitend gericht zijn op arbeidsinschakeling, omdat dan sprake is van een re-integratietraject. Een tegenprestatie mag het accepteren van passende arbeid of van re-integratie-inspanningen overigens niet belemmeren. Immers, het uitgangspunt «werk boven uitkering» staat voorop. Anderzijds biedt de tegenprestatie dus wel mogelijkheden voor uitkeringsgerechtigden om te (blijven) participeren in de samenleving en om een sociaal netwerk, arbeidsritme en regelmaat op te bouwen en te behouden. Dit zijn noodzakelijke voorwaarden om uiteindelijk de kansen op de arbeidsmarkt te vergroten. Het college hecht daarom ook veel waarde aan deze doelstelling, niet als primair doel, maar als een belangrijk neveneffect van de tegenprestatie. 2.2 De doelgroep In beginsel hebben alle personen behorende tot de doelgroep van de Wwb en vanaf 1 januari 2015 de Participatiewet de verplichting iets terug te doen voor de uitkering in de vorm van een tegenprestatie. Lokale invulling I : Doelgroep In lijn met het beleidsplan Participatiewet gemeente Leiden wordt de tegenprestatie opgelegde aan de gehele brede groep van personen die behoren tot de doelgroep van de Participatiewet met een bijstandsuitkering, ongeacht de afstand tot de arbeidsmarkt of de positie op de participatieladder. Daarbij weegt j voor het college de wens om de maatschappelijke participatie te bevorderen zwaarder dan het wederkerigheidsbeginsel. Ontheffing Wettelijk 3 is bepaald dat het college bij dringende redenen,in individuele gevallen een tijdelijke ontheffing kan verlenen van de verplichting om een opgedragen tegenprestatie te verrichten. Het college legt in elk geval geen tegenprestatie op aan: Personen die op grond van volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid zijn ontheven van de arbeids- en re-integratieplicht; Alleenstaande ouders die op grond van artikel 9a WWB op eigen verzoek ontheffing van de arbeidsverplichting hebben. Personen die mantelzorg verrichten zijn vrijgesteld van het doen van een tegenprestatie Personen die behoren tot de doelgroep en die mantelzorg verlenen verrichten reeds (zeer) maatschappelijke nuttige activiteiten. Indien hiervan sprake is, zal aan deze personen door het college geen tegenprestaties worden opgedragen. In antwoord op Kamervragen is door het kabinet gesteld dat een tegenprestatie niet gevraagd hoeft te worden als een persoon behorende tot de doelgroep al mantelzorg verleent. Aan deze belanghebbende hoeft geen tegenprestatie te worden opgelegd. 2 Tweede kamer, , , nr. 19 blz Participatiewet Artikel 9, lid 5 en 7

14 2.3. Maatschappelijk nuttige werkzaamheden Om een beeld te krijgen van hoe tegenprestaties in de praktijk worden uitgevoerd, is bij zeven gemeenten onderzoek gedaan naar hoe zij omgaan met de maatschappelijk nuttige tegenprestatie 4. Hieruit bleek dat deze tegenprestatie doorgaans werd ingezet met het idee dat de uitkeringsgerechtigden iets doen waar niet alleen de buitenwereld, maar zij zelf ook beter van worden. Wat daarbij vooral opviel, was dat uitkeringsgerechtigden in deze gemeenten in eerst instantie ook een keuze kregen in wat ze als tegenprestatie moesten doen. Het optrommelen van uitkeringsgerechtigden om ze te laten sneeuwruimen of bladeren te vegen, zoals in de media of door de politiek genoemd, bleek eerder een gimmick dan een alledaagse praktijk. Dit soort tegenprestaties zijn volgens de gemeenten niet praktisch en bovendien zijn er betere oplossingen voor, zoals reguliere stadsreinigingsdiensten. Meestal bestond de tegenprestatie dan ook uit allerlei soorten vrijwilligerswerk. Verder bleek dat de tegenprestatie doorgaans op een behoorlijke manier werd vastgelegd en dat men rekening probeerde te houden met de omstandigheden van de persoon. Ook bleek dat er niet buitensporig zware sancties aan gekoppeld werden. Uit het onderzoek, maar ook uit de Memorie van Toelichting op de Participatiewet blijkt dat gekeken moet worden naar de individuele omstandigheden van betrokkene. Het enkel stellen dat de betrokkene niet beperkt is zodat hij alle soorten werkzaamheden kan verrichten, is dan ook onvoldoende. Het college zal bij het aanbod van nuttige werkzaamheden of het opleggen van de tegenprestatie daarom ook rekening moeten houden met de individuele omstandigheden van de betrokkene. Hieronder kan in ieder geval verstaan worden de leeftijd, opleiding, werkervaring en andere relevante persoonlijke omstandigheden. Deze omstandigheden zullen door de klantmanager met betrokkene besproken moeten zijn. 2.4 De relatie tegenprestatie tot vrijwilligerswerk en re-integratieactiviteiten De wet biedt ruimte bij het invullen van een tegenprestatie. Is een persoon al maatschappelijk actief als vrijwilliger, dan kan de gemeente met deze individuele activiteiten rekening houden bij de beoordeling en het besluit rond de tegenprestatie naar vermogen. Bij de beoordeling kunnen de omvang en de duur daarvan meespelen. In de voornoemde verordening kunnen gemeenten opnemen dat bij het opleggen van de tegenprestatie rekening wordt gehouden met vrijwilligerswerk van een bepaalde inhoud en omvang. Wanneer belanghebbende activiteiten verricht in het kader van re-integratie, moet individueel bekeken worden of dit te combineren is met een tegenprestatie. Hierbij staat voorop dat de tegenprestatie de re-integratie niet in de weg mag staan. Richtlijn hierbij is, dat de reintegratieactiviteit structureel een bepaalde tijdsinvestering kost. In dat geval kan het college hiermee rekening houden in de afweging bij het al dan niet opleggen van een tegenprestatie Lokale invulling II: Opleggen tegenprestatie Voornoemde overwegingen pleiten voor het niet dwingend opleggen van een tegenprestatie, behalve voor personen die niet willen. Uitgangspunt is dat we zoveel mogelijk uitgaan van wat mensen zelf al doen en kijken of deze inzet kan gelden als tegenprestatie. We benutten daarbij zoveel mogelijk de eigen kracht en gaan uit van het maatwerkprincipe. Het college houdt bij het opdragen van de plicht tot tegenprestatie rekening met het eventuele gegeven dat een belanghebbende al re-integratieactiviteiten verricht. Het college kan in deze gevallen besluiten dat aan deze personen in beginsel geen tegenprestatie wordt opgedragen. Belanghebbende kan zich dan volledig richten op de arbeids- en re-integratieplicht.. De tegenprestatie mag immers het accepteren van passende arbeid of re-integratie inspanningen niet belemmeren aangezien werk boven uitkering als uitgangspunt geldt We onderscheiden de volgende situaties aangaande de tegenprestatie: 4 A. D. R. Corra, J.H.Bosselaar, ism G.Vonk (dec 2013). De maatschappelijk nuttige tegenprestatie in de praktijk. Te downloaden op

15 - Indien de persoon behorende tot de doelgroep reeds vrijwilligerswerk verricht kan het college besluiten het vrijwilligerswerk als tegenprestatie aan te merken. - In het geval dat een belanghebbende nog geen activiteiten verricht die in aanmerking zou kunnen komen voor de tegenprestatie krijgt deze 3 maanden de tijd om op zoek te gaan naar een vorm van geschikte tegenprestatie. - Belanghebbenden die zelf geen tegenprestatie kunnen vinden ondersteunen we door handvatten te bieden bij het gericht zoeken. Hierbij kan gedacht worden aan de vrijwilligersvacaturebank, activiteiten bij (sport)verenigingen, zorg/welzijnsinstellingen en initiatieven in de stad/wijk. - Voor belanghebbenden die niet willen hebben we een aanbod aan activiteiten dat in het kader van de tegenprestatie onverwijld kan worden opgelegd aan de persoon. Indien een persoon niet voldoet aan de verplichting van de tegenprestatie kan op basis van de afstemmingsverordening een maatregel worden opgelegd. Als het college geen werkzaamheden beschikbaar heeft kan de tegenprestatie niet worden opgelegd. Binnen de termijn van telkens drie maanden beoordeelt het college opnieuw of er geschikte werkzaamheden kunnen worden ingezet. 3 De omvang en de duur van de tegenprestatie In het onderzoeksrapport Voor wat, hoort wat van de Inspectie SZW (september 2013) is over de periode de stand van zaken met betrekking tot de tegenprestatie opgenomen. Hierin is het beleid rond de tegenprestatie van 70 gemeenten onderzocht. Ongeveer de helft hiervan geeft aan dat de tegenprestatie is ingezet vanuit het doel iets terug te doen voor de uitkering, de andere helft benadert de tegenprestatie als een vorm van activering. Uit het rapport blijkt dat over de onderzoeksperiode de helft van de gemeenten die in deze periode al beleid voor de tegenprestaties vastgesteld hadden, geen minimale of maximale duur aan de tegenprestatie heeft gekoppeld. Hieraan ligt de overweging ten grondslag dat de individuele situatie bepalend is voor de duur van de tegenprestatie. Iets meer dan een kwart van de gemeenten heeft aangegeven alleen een maximum te hebben gesteld. De gemeenten waar de tegenprestatie langer dan een half jaar duurt, zijn in meerderheid gemeenten die met de tegenprestatie participatiedoelen nastreven. Als het gaat om de omvang van de tegenprestatie, uitgedrukt in het aantal uren per week, dan heeft ook hier een groot deel van de onderzochte gemeenten een beleid dat zich richt op de individuele situatie van de inwoner. Uit het onderzoeksrapport blijkt dat de omvang van de tegenprestatie varieert van 4 uur tot 24 uur per week. De keuze voor de omvang hangt samen met de mate waarin iemand in staat is om zijn overige verplichtingen te doen, waaronder solliciteren of deelnemen aan een re-integratietraject. Immers, werk gaat boven een uitkering en de tegenprestatie mag dit niet in de weg staan. Lokale invulling III: Duur en omvang tegenprestatie In lijn met de visie op het sociale domein van Leiden ligt de keuze voor het opdragen van een tegenprestatie op basis van de individuele situatie voor de hand: ook hier benutten we de eigen kracht van de klant en gaan we uit van het maatwerkprincipe. Daarbij stellen we dat het vormgeven van de tegenprestatie de eigen verantwoordelijkheid is van de persoon. Immers het is een verplichting binnen de bijstand. Het uitgangspunt bij het bepalen van de duur en omvang van de tegenprestatie is dan ook dat dit gebaseerd wordt op de individuele situatie van de persoon. Het college stelt hiertoe een richtlijn op voor de omvang en duur van de tegenprestatie, zodat de klantmanager een handvat heeft voor de beoordeling van de tegenprestatie. 5 In deze periode was het opleggen van een tegenprestatie binnen de WWB een bevoegdheid van het college, geen wettelijke verplichting.

16 Voor het opstellen van een richtlijn m.b.t. de duur en omvang van de tegenprestatie is het wenselijk om aan te sluiten bij de definitie van mantelzorg. Het Sociaal Cultureel Planbureau gebruikt als definitie: Er is sprake van mantelzorg als er langer dan 3 maanden en/of meer dan 8 uur per week hulp wordt geboden, Deze keuze hangt samen met de mogelijkheid die de wet biedt om mantelzorgers met een zorgtaak van gelijke omvang te ontheffen van de verplichte tegenprestatie Het voorstel is om de tegenprestatie in beginsel een omvang te laten hebben van 8 uur per week gedurende 3 maanden. Enerzijds omdat dit aansluit op een landelijk gehanteerde richtlijn en anderzijds omdat de wet de mogelijkheid biedt om mantelzorgers met een zorgtaak van gelijke omvang te ontheffen van de verplichte tegenprestatie. De acht uur per week kan ook worden verspreid over de periode van een maand met een omvang van 34 uur per maand 6. Concreet betekent dit dat bij de beoordeling of iemand een tegenprestatie moet worden opgelegd rekening wordt gehouden met de volgende omstandigheden: Als belanghebbende al activiteiten verricht in de vorm van mantelzorg of vrijwilligerswerk, conform de richtlijn van in beginsel 8 uur per week voor 3 maanden, dan komen deze activiteiten in aanmerking voor invulling van de tegenprestatie. Hierbij dient te worden aangetekend dat deze richtlijn niet beperkend is en dat een meer substantiëler invulling of beperktere invulling van de tegenprestatie, afhankelijk van de persoonlijke situatie van belanghebbende, niet is uitgesloten. Een tegenprestatie dient qua omvang nadrukkelijk minder dan 32 uur per week te zijn. Uit jurisprudentie blijkt namelijk dat een aanbod om werkzaamheden voor 32 uur per week in ieder geval niet aangemerkt kan worden als een tegenprestatie. De rechtbank is van oordeel dat door te verlangen dat een uitkeringsgerechtigde nagenoeg een volle werkweek werkzaamheden verricht, de grens van een tegenprestatie wordt overschreden. De tegenprestatie kan binnen een periode van twaalf aaneengesloten maanden slechts eenmaal worden opgelegd. Deze bepaling waarborgt dat de tegenprestatie relatief beperkt in duur wordt ingezet 4 Verdringing In de wet is opgenomen dat de opgedragen werkzaamheden naar hun aard een zodanig karakter hebben, dat zij worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid in de organisatie waarin ze worden verricht en niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. Vanuit de verhouding tot het college en als verantwoordelijke voor de verordening rond de tegenprestatie kan de gemeenteraad erop toezien dat het gaat om additionele arbeidsplaatsen. De maatschappelijk nuttige werkzaamheden in het kader van de tegenprestatie dienen zich te onderscheiden van werkzaamheden die door de reguliere arbeidsmarkt verricht worden. Het onderscheid tussen betaalde en onbetaalde werkzaamheden is afhankelijk van onder meer economische factoren en van keuzes die mede op basis daarvan door het bedrijfsleven en/of de overheid worden gemaakt. Ook moet worden voorkomen dat de tegenprestatie een stigmatiserend karakter krijgt, omdat het uitvoeren van activiteiten in de openbare ruimte snel verward kan worden met het uitvoeren van een taakstraf. In deze notitie wordt een werkwijze voorgesteld waarin veel ruimte is voor de eigen keuze van belanghebbenden. Deze werkwijze zal er ook toe leiden dat men meer bereid zal zijn tot naleving van de tegenprestatie. Lokale invulling IV: Spelregels ter voorkoming van verdringing We stellen een aantal spelregels vast ter voorkoming van verdringing. Deze spelregels worden niet dwingend opgelegd, maar bieden ondersteuning om de tegenprestatie op de juiste wijze vorm te geven ter voorkoming van verdringing. Deze spelregels zijn gebaseerd op 6 Gemiddeld aantal uren per maand op jaarbasis

17 de spelregels zoals geformuleerd door SZW, VNG en Divosa 7 In de verordening nemen we op dat voorkomen van verdringing één van de criteria is bij de keuze van de tegenprestatie, respectievelijk de maatschappelijk nuttige activiteiten. Het mag niet gaan om activiteiten waarvoor betrokkene of een ander normaal gesproken betaald wordt of eerder (minder dan één jaar geleden) nog betaald werd. Dit is het geval als eerder bestaande arbeidsplaatsen met vergelijkbare werkzaamheden binnen deze periode zijn wegbezuinigd bij de betreffende (overheids-) organisatie. Er mag geen vacature openstaan voor dezelfde of bijna dezelfde activiteiten als die bij de tegenprestatie zouden worden uitgevoerd. Het gaat om onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid (additioneel) en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. Additionele werkzaamheden omvatten aanvullende activiteiten die onder normale bedrijfseconomische omstandigheden niet rendabel zijn om een gezonde bedrijfsvoering op orde te houden. Het betreft kortdurende werkzaamheden, beperkt in omvang en duur. De tegenprestatie naar vermogen wordt afgestemd op de situatie en de persoon. 5 Handhaving Gemeenten die de tegenprestatie al uitvoeren geven aan dat sommige uitkeringsgerechtigden in eerste instantie geen zin hebben in de tegenprestatie of de kat uit de boom kijken. Als ze eenmaal begonnen zijn verandert de houding vaak al snel naar overwegend positief. Er zijn echter ook mensen die dit ervaren als werken zonder er iets voor terug te krijgen. Op hoofdlijnen kun je dan spreken van vier groepen: - Initiatiefnemers (gemotiveerde mensen die weten van wat en hoe ) - Zoekers (welwillende mensen, maar die niet weten van wat en hoe ) - Incidentele Weigeraars (niet-willers, ziet allerlei belemmeringen, maar deze kunnen worden wegenomen) - Notoire weigeraars (mensen zijn niet op andere gedachten te brengen) In de communicatie met de personen kunnen we hier op inspelen. Heldere communicatie is hierbij erg belangrijk. Niet alleen om uit te leggen wat een tegenprestatie is, maar ook om invloed uitoefenen op dit proces door aan te sluiten bij de drijfveren van personen die behoren tot de doelgroep zelf. Mensen kunnen verschillende drijfveren hebben waar het college op kan inspelen. - Persoonlijke ontwikkeling: zicht krijgen op de eigen competenties, deze verder ontwikkelen en nieuwe vaardigheden opdoen. - Goed doen : Een persoonlijk appèl: maak duidelijk dat de samenleving de inzet van mensen nodig heeft! Het is prettig om het gevoel te hebben dat je nodig bent en nuttig werk verricht. - Sociale contacten opdoen: het is een manier om sociale contacten op te doen en het huis uit te komen. - Emancipatie en integratie: het biedt de mogelijkheid om buitenshuis actief te zijn en je positie in de samenleving te versterken. Lokale invulling V: Handhaving Handhaving - In het kader van de handhaving wil de gemeente Leiden zo min mogelijk repressie toepassen. Alleen wanneer een persoon echt niet wil (de notoire weigeraar), zetten we maatregelen/sancties in, onder toepassing van de Afstemmingsverordening. Meer handhaven betekent ook hogere uitvoeringskosten. - De gemeente zorgt voor heldere communicatie over wat de tegenprestatie is en wat wordt 7 Werkwijzer Tegenprestatie, Programmaraad, april 2014 (spelregels ter voorkoming van verdringing)

18 verwacht en gaat uit van het beginsel dat de persoon intrinsiek gemotiveerd is of te motiveren is. - In principe gaat het college uit van de eigen verantwoordelijkheid van betrokkenen, maar kan hij steekproefsgewijs (het voldoen aan) de tegenprestatie controleren Naleving - Het opleggen van de tegenprestatie wordt regulier onderdeel van het Klant in Beeldproces. Om de drie maanden heeft de klantmanager contact met een persoon behorende tot de doelgroep en houdt daardoor zicht op de voortgang en maakt afspraken die worden vastgelegd in een Plan van Aanpak. - In de intakeprocedure wordt specifieke Informatie gegeven over de tegenprestatie aan personen die een aanvraag om bijstand hebben ingediend.

Verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiderdorp 2015

Verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiderdorp 2015 Verordening Tegenprestatie Participatiewet Leiderdorp 2015 De raad van de gemeente Leiderdorp; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; gelet op artikel 8a, eerste lid,

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015

Verordening tegenprestatie Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015 Verordening tegenprestatie Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard 2015 Het algemeen bestuur van de Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard (RSDHW); gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van de

Nadere informatie

Artikelsgewijze toelichting

Artikelsgewijze toelichting Artikelsgewijze toelichting Artikel 1 Begrippen Begrippen die al zijn omschreven in de Participatiewet, de Algemene wet bestuursrecht of de Gemeentewet worden niet afzonderlijk gedefinieerd in deze verordening.

Nadere informatie

DE RAAD VAN DE GEMEENTE SCHINNEN Verseonnummer:

DE RAAD VAN DE GEMEENTE SCHINNEN Verseonnummer: DE RAAD VAN DE GEMEENTE SCHINNEN Verseonnummer: 125135 Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d.: met nummer: Gelet op artikel 8a, eerste lid onderdeel b, van de Participatiewet; Gehoord

Nadere informatie

Individuele omstandigheden. Geen tegenprestatie. Afstemmen. Bevoegdheid opdragen tegenprestatie. Tegenprestatie is geen re-integratie-instrument

Individuele omstandigheden. Geen tegenprestatie. Afstemmen. Bevoegdheid opdragen tegenprestatie. Tegenprestatie is geen re-integratie-instrument Algemene toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Doesburg Het college is bevoegd een belanghebbende te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten, ook als die tegenprestatie

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Haarlem (versie ) De raad van de gemeente Haarlem;

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Haarlem (versie ) De raad van de gemeente Haarlem; Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Haarlem (versie 10-09-2014) De raad van de gemeente Haarlem; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; gelet op artikel

Nadere informatie

Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Waterland 2015

Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Waterland 2015 Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Waterland 2015 Het college is bevoegd een belanghebbende te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten, ook als die tegenprestatie

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Enschede 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Enschede 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Enschede 2015 De raad van de gemeente Enschede, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 november 2014, gelet op artikel

Nadere informatie

io-fó-m nr. 6293^ n Heemst

io-fó-m nr. 6293^ n Heemst ' oort bij raadsbesii' io-fó-m nr. 6293^ n Heemst Verordening tegenprestatie Participatiewet Heemstede 2015 De raad van de gemeente Heemstede; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze, De raad der gemeente Aa en Hunze; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze, d.d. 28-10-2014 nummer.; gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en op artikel

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van,

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van, Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 De raad van de gemeente Tiel, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van, Gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van

Nadere informatie

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Bommelerwaard (hierna te noemen Sociale Dienst Bommelerwaard);

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Bommelerwaard (hierna te noemen Sociale Dienst Bommelerwaard); Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Bommelerwaard (hierna te noemen Sociale Dienst Bommelerwaard); gelezen het voorstel van het Dagelijks Bestuur van 20 november 2014;

Nadere informatie

De raad van de gemeente Schiermonnikoog,

De raad van de gemeente Schiermonnikoog, De raad van de gemeente Schiermonnikoog, Gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet, artikel 35, eerste lid, onderdeel e van de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Zoeterwoude 2015 De raad van de gemeente Zoeterwoude ; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 september 2014; gelet

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET GEMEENTE ASSEN 2015

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET GEMEENTE ASSEN 2015 VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET GEMEENTE ASSEN 2015 Wetstechnische informatie 1. Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Officiële naam regeling Verordening tegenprestatie participatiewet

Nadere informatie

ALGEMENE TOELICHTING VERORDENING TEGENPRESTATIE

ALGEMENE TOELICHTING VERORDENING TEGENPRESTATIE ALGEMENE TOELICHTING VERORDENING TEGENPRESTATIE Het college is bevoegd een uitkeringsgerechtigde te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten, ook als die tegenprestatie niet direct samenhangt

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet

Verordening tegenprestatie Participatiewet Verordening tegenprestatie Participatiewet De raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel

Nadere informatie

Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Orionis Walcheren 2015

Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Orionis Walcheren 2015 Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Orionis Walcheren 2015 HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijving 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. Tegenprestatie:

Nadere informatie

Verordening Tegenprestatie Participatiewet gemeente Bergen gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014;

Verordening Tegenprestatie Participatiewet gemeente Bergen gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014; Verordening Tegenprestatie Participatiewet gemeente Bergen 2015 De raad van de gemeente Bergen; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Algemene toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 gemeente Pijnacker-Nootdorp

Algemene toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 gemeente Pijnacker-Nootdorp Algemene toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 gemeente Pijnacker-Nootdorp Het college is bevoegd een belanghebbende te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten,

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet Olst-Wijhe

Verordening tegenprestatie Participatiewet Olst-Wijhe Verordening tegenprestatie Participatiewet Olst- Olst-, 30 september 2014 doc. nr.: 14.407302 De raad van de gemeente Olst-; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 november 2014, nr.

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET GEMEENTE ASSEN 2015

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET GEMEENTE ASSEN 2015 VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET GEMEENTE ASSEN 2015 Wetstechnische informatie 1. Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Officiële naam regeling Verordening tegenprestatie participatiewet

Nadere informatie

BESLUIT. vast te stellen de hierna volgende Verordening tegenprestatie Participatiewet Purmerend 2015

BESLUIT. vast te stellen de hierna volgende Verordening tegenprestatie Participatiewet Purmerend 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet De raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van.; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet;

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 16 december 2014,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 16 december 2014, Agendanummer: 14 Vergadering: 27 januari 2015 De raad van de gemeente Winsum; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 16 december 2014, gezien de adviezen van de stichting

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Rijssen-Holten 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Rijssen-Holten 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Rijssen-Holten. Nr. 83916 31 december 2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Rijssen-Holten 2015 Overwegingen: - dat per 1 januari

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 Kenmerk: 183277 De raad van de gemeente Oldebroek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014; gelet op artikel 8a, eerste lid,

Nadere informatie

BESLUIT. vast te stellen de volgende verordening: Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Katwijk

BESLUIT. vast te stellen de volgende verordening: Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Katwijk Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Katwijk De raad van de gemeente Katwijk; gelezen het voorstel van het college van DATUM; gelet op artikel 8a, eerste lid, aanhef en onderdeel b,

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude Verordening tegenprestatie Participatiewet Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2015 De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 23 september

Nadere informatie

op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2014;

op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2014; Agendapunt: 7 Nummer: 2014/15704 G De raad van de gemeente Slochteren; op voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2014; gezien het advies van het Platform Werk en Inkomen

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie participatiewet 2015 Documentnummer INT-14-13314

Verordening tegenprestatie participatiewet 2015 Documentnummer INT-14-13314 Verordening tegenprestatie participatiewet 2015 Documentnummer INT-14-13314 VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET 2015 GEMEENTE BEVERWIJK De raad van de gemeente Beverwijk; gelet op artikel 8a, eerste

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet BMWE 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet BMWE 2015 Nummer 10.1-01.2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet BMWE 2015 De raad van de gemeente Eemsmond; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 december 2014, gezien

Nadere informatie

Notitie Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Leiderdorp 2015 Leiderdorp

Notitie Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Leiderdorp 2015 Leiderdorp Notitie Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Leiderdorp 2015 Leiderdorp Versie: 28 oktober 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. De inhoud van de tegenprestatie... 4 2.1 Het doel van de tegenprestatie...

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet en IOAW / IOAZ Krimpen aan den IJssel 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet en IOAW / IOAZ Krimpen aan den IJssel 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet en IOAW / IOAZ Krimpen aan den IJssel 2015 De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel; Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 30 oktober 2014

Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 30 oktober 2014 Pagina 1 van 15 Versie Nr.1 Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 30 oktober 2014 Onderwerp: Notitie en verordening tegenprestatie Leiderdorp 2015 De raad van de gemeente Leiderdorp; *Z002849116 gelezen

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015. Gemeente

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015. Gemeente De raad van de gemeente.; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders..; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet, artikel 34, eerste lid onderdeel e

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014; De raad van de gemeente Roosendaal; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014; Gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet; Overwegende dat het noodzakelijk

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; *CONCEPT* CONCEPT Onderwerp Onderwerp_Corsa VERORDENING Nieuw_wijziging_intrekking Dossiercode Documentsoort De Raad van de gemeente Uden; Overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie 2015

Verordening tegenprestatie 2015 Verordening tegenprestatie 2015 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR395345_1

CVDR. Nr. CVDR395345_1 CVDR Officiële uitgave van Sluis. Nr. CVDR395345_1 1 maart 2016 Verordening tegenprestatie Participatiewet Sluis 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet Sluis 2015 De raad van de gemeente Sluis

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Oegstgeest 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Oegstgeest 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Oegstgeest 2015 De raad van de gemeente Oegstgeest; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; gelet op artikel

Nadere informatie

Gemeente Raalte Verordening tegenprestatie Participatiewet en IOAW, IOAZ

Gemeente Raalte Verordening tegenprestatie Participatiewet en IOAW, IOAZ GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Raalte. Nr. 69781 3 december 2014 Gemeente Raalte Verordening tegenprestatie Participatiewet en IOAW, IOAZ De raad van de gemeente Raalte, gelezen het voorstel

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Definitieve versie 30-10-2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 De raad van de gemeente Montferland; Gelezen het

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Renkum 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Renkum 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Renkum 2015 De raad van de gemeente Renkum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014; gelet op artikel 8a, eerste lid,

Nadere informatie

minimaal vergelijkbaar is met een tegenprestatie als bedoeld in deze verordening.

minimaal vergelijkbaar is met een tegenprestatie als bedoeld in deze verordening. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Terneuzen. Nr. 79861 23 december 2014 Verordening Tegenprestatie Participatiewet HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen De raad van de gemeente Terneuzen gelezen het

Nadere informatie

Toelichting verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015

Toelichting verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015 Toelichting verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015 Algemeen Het college is bevoegd een persoon te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten,

Nadere informatie

Toelichting Verordening Tegenprestatie Participatiewet 2015

Toelichting Verordening Tegenprestatie Participatiewet 2015 Toelichting Verordening Tegenprestatie Participatiewet 2015 Algemeen De wet maatregelen WWB, die tegelijkertijd met de P-wet op 1 januari 2015 in werking treedt, legt de gemeenteraad de verplichting op

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie gemeente Stein

Verordening tegenprestatie gemeente Stein Verordening tegenprestatie gemeente Stein De raad van de gemeente Stein; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Stein; gelet op artikel 8a, eerste lid onderdeel b van de Participatiewet;

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESTATIE NAAR VERMOGEN GEMEENTE MENTERWOLDE 2014

VERORDENING TEGENPRESTATIE NAAR VERMOGEN GEMEENTE MENTERWOLDE 2014 No.: 4g/9 De raad van de gemeente Menterwolde; gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en wethouders; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet, overwegende dat

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerenveen. Nr. 82635 29 december 2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015 De raad van de gemeente Heerenveen;

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 januari 2015;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 januari 2015; Gemeenteraad Onderwerp: Volgnummer 2015-09 Regionaal beleidskader Participatiewet en verordeningen Dienst/afdeling SMO De raad van de gemeente Oss; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt.

naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. Algemene toelichting Het college is bevoegd een belanghebbende te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten. Een belanghebbende van achttien jaar of ouder doch jonger dan de pensioengerechtigde

Nadere informatie

gelezen het voorstel van de college van burgemeester en wethouders;

gelezen het voorstel van de college van burgemeester en wethouders; De raad van de gemeente Loppersum; gelezen het voorstel van de college van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet; overwegende dat het van belang

Nadere informatie

De Verordening tegenprestatie Participatiewet IOAW en IOAZ Waddinxveen 2015.;

De Verordening tegenprestatie Participatiewet IOAW en IOAZ Waddinxveen 2015.; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Waddinxveen. Nr. 81579 24 december 2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Waddinxveen 2015 De raad van de gemeente Waddinxveen gelezen

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 12697. Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

GEMEENTEBLAD. Nr. 12697. Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Elburg. Nr. 12697 12 februari 2015 Verordening Tegenprestatie Participatiewet gemeente Elburg De raad van de gemeente Elburg; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Verordening tegenprestatieparticipatiewetwihw 2016

Verordening tegenprestatieparticipatiewetwihw 2016 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16314 25 maart 2016 Verordening tegenprestatieparticipatiewetwihw 2016 Hoofdstuk 1Algemene bepalingen De raad van de gemeente

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Wierden 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Wierden 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Wierden 2015 De raad van de gemeente Wierden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; gelet op artikel 8a, eerste

Nadere informatie

Toelichting behorende bij de Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Oldenzaal 2015

Toelichting behorende bij de Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Oldenzaal 2015 Toelichting behorende bij de Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Oldenzaal 2015 (vastgesteld bij raadsbesluit van 15 december 2014, nr. 498) Het college is bevoegd een belanghebbende

Nadere informatie

Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet Het Hogeland 2019

Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet Het Hogeland 2019 Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet Het Hogeland 2019 Algemene toelichting Het college is bevoegd een belanghebbende te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te laten verrichten,

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Rozendaal. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen. Hoofdstuk 2 Beleid

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Rozendaal. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen. Hoofdstuk 2 Beleid Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Rozendaal Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begrippen 1 Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESTATIE MANDATERING BELEIDSREGELS TEGENPRESTATIE

VERORDENING TEGENPRESTATIE MANDATERING BELEIDSREGELS TEGENPRESTATIE VERORDENING TEGENPRESTATIE MANDATERING BELEIDSREGELS TEGENPRESTATIE Op grond van artikel 5 lid 1 sub c MGR en artikel 6 lid 1 MGR is de MGR bevoegd tot het opdragen van een tegenprestatie aan de wettelijke

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Hellendoorn 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Hellendoorn 2015 CVDR Officiële uitgave van Hellendoorn. Nr. CVDR357938_1 29 maart 2016 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Hellendoorn 2015 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het

Nadere informatie

Verordening Tegenprestatie 2015 GR Ferm Werk

Verordening Tegenprestatie 2015 GR Ferm Werk Verordening Tegenprestatie 2015 GR Ferm Werk Het algemeen bestuur van Ferm Werk, - gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van 11 december 2014; - gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van

Nadere informatie

besluit vast te stellen de Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Veenendaal 2015.

besluit vast te stellen de Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Veenendaal 2015. Verordening tegenprestatie Participatiewet De raad van de gemeente Veenendaal; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 februari 2015; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van

Nadere informatie

besluit vast te stellen de Bijlage van de gemeente Wijchen bij de Verordening tegenprestatie

besluit vast te stellen de Bijlage van de gemeente Wijchen bij de Verordening tegenprestatie Het Algemeen Bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen (MGR), gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijchen van 6 januari 2015; gelet op artikel

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ. Gemeente Kerkrade

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ. Gemeente Kerkrade Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Gemeente Kerkrade 2015 Vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn vergadering van 17 december 2014 (raadsbesluit 14Rb088) 1 Verordening

Nadere informatie

gezien het advies van de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling van 1 december 2014,

gezien het advies van de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling van 1 december 2014, De raad van de gemeente Elburg; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet; gezien het advies van de

Nadere informatie

de Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Zeewolde 2015.

de Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Zeewolde 2015. CVDR Officiële uitgave van Zeewolde. Nr. CVDR346846_1 21 november 2017 Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Zeewolde 2015 Documentnummer V177 De raad van de gemeente Zeewolde,

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 januari 2015;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 januari 2015; Zaaknummer Documentnummer I-SZ/2014/1437 I-SZ/2014/1558 De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 januari 2015; gezien het advies van de WMO Adviesraad

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Onderwerp: Verordening maatschappelijke tegenprestatie gemeente Overbetuwe 2015 Ons kenmerk: 14RB000115 Nr. 8a De raad van de gemeente Overbetuwe; gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Renkum 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Renkum 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Renkum. Nr. 23403 29 februari 2016 Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Renkum 2015 De raad van de gemeente Renkum; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

TOEVOEGING BIJLAGE BEUNINGEN AAN REGIONALE VERORDENING TEGENPRESTATIE

TOEVOEGING BIJLAGE BEUNINGEN AAN REGIONALE VERORDENING TEGENPRESTATIE TOEVOEGING BIJLAGE BEUNINGEN AAN REGIONALE VERORDENING TEGENPRESTATIE Op grond van artikel 5 lid 1 sub c MGR en artikel 6 lid 1 MGR is de MGR bevoegd tot het opdragen van een tegenprestatie aan de wettelijke

Nadere informatie

Verordening Tegenprestatie WerkSaam Westfriesland 2015

Verordening Tegenprestatie WerkSaam Westfriesland 2015 Verordening Tegenprestatie WerkSaam Westfriesland 2015 Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling WerkSaam Westfriesland, gevestigd te Hoorn; Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 gemeente Midden-Drenthe

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 gemeente Midden-Drenthe De raad van de gemeente Midden-Drenthe; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; gelet op artikel 8a, eerste lid, aanhef en onder b, van de Participatiewet, artikel 35

Nadere informatie

Verordening Tegenprestatie 2015

Verordening Tegenprestatie 2015 Bijlage 2 Verordening Tegenprestatie 2015 De raad van de gemeente Hengelo, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 november 2014, gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET HARDENBERG gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014;

VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET HARDENBERG gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hardenberg. Nr. 78204 22 december 2014 VERORDENING TEGENPRESTATIE PARTICIPATIEWET HARDENBERG 2015 De raad van de gemeente Hardenberg; gelezen het voorstel van

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie gemeente Enkhuizen 2015

Verordening tegenprestatie gemeente Enkhuizen 2015 CVDR Officiële uitgave van Enkhuizen. Nr. CVDR357924_1 4 oktober 2016 Verordening tegenprestatie gemeente Enkhuizen 2015 Besluit van de gemeenteraad van Enkhuizen De raad van de gemeente Enkhuizen; gelezen

Nadere informatie

gelezen het voorstel van de Stuurgroep West Betuwe van 18 december 2018,

gelezen het voorstel van de Stuurgroep West Betuwe van 18 december 2018, CVDR Officiële uitgave van West Betuwe. Nr. CVDR620603_1 23 januari 2019 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente West Betuwe houdende regels omtrent participatie Verordening tegenprestatie Participatiewet

Nadere informatie

+I Srelcllrsre Uecht. Gemeente Weesp. l l l l lll l lll l l l l llllllllllllllll. Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Weesp 2015

+I Srelcllrsre Uecht. Gemeente Weesp. l l l l lll l lll l l l l llllllllllllllll. Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Weesp 2015 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 11 /'\_1T l l l l lll l lll l l l l llllllllllllllll +I Srelcllrsre Uecht É -T\_,`L iii ` ïš Verordening Tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ Weesp 2015 De

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d., nummer:. ;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d., nummer:. ; Raadsbesluit De raad van de gemeente Coevorden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d., nummer:. ; gelet op het bepaalde in artikel 8a, eerste lid, onderdeel b van de Participatiewet;

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d met BBV nummer ;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d met BBV nummer ; CVDR Officiële uitgave van Echt-Susteren. Nr. CVDR349871_1 25 november 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Echt-Susteren 2015 De raad van de gemeente Echt-Susteren, gezien het voorstel

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 - Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 - Algemene bepalingen Nr. 498 De raad van de gemeente Oldenzaal; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 november 2014, nr. 43/10, INTB-14-01660; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Castricum 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Castricum 2015 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Castricum 2015 De raad van de gemeente Castricum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober [nummer]; gelet op

Nadere informatie

Verordening Tegenprestatie Participatiewet 2015

Verordening Tegenprestatie Participatiewet 2015 De raad van de gemeente Boxtel, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 november 2014, gelet op artikelen 8a, eerste lid, onderdeel b en 9 eerste lid onderdeel c van

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESTATIE MANDATERING BELEIDSREGELS TEGENPRESTATIE

VERORDENING TEGENPRESTATIE MANDATERING BELEIDSREGELS TEGENPRESTATIE VERORDENING TEGENPRESTATIE MANDATERING BELEIDSREGELS TEGENPRESTATIE Op grond van artikel 5 lid 1 sub c MGR en artikel 6 lid 1 MGR is de MGR bevoegd tot het opdragen van een tegenprestatie aan de wettelijke

Nadere informatie

Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet 2017 gemeente Rozendaal

Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet 2017 gemeente Rozendaal Toelichting Verordening tegenprestatie Participatiewet 2017 gemeente Rozendaal Algemene toelichting Het college is bevoegd een belanghebbende te verplichten naar vermogen een tegenprestatie te verrichten,

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Schiedam 2015

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Schiedam 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Schiedam. Nr. 82610 31 december 2014 Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Schiedam 2015 De raad van de gemeente Schiedam; gelezen

Nadere informatie

Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling

Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Verordening tegenprestatie Participatiewet 2015 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Gemeente Dalfsen Officiële naam van de regeling Verordening tegenprestatie Participatiewet

Nadere informatie

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving) Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Heerhugowaard Officiële naam regeling verordening tegenprestatie gemeente Heerhugowaard 2015 Citeertitel Verordening Tegenprestatie

Nadere informatie

N ijverdal, 13 januari gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 25 november 2014;

N ijverdal, 13 januari gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 25 november 2014; Gemeente Hellendoorn Besluit N ijverdal, 13 januari 2015 Nr. 14INT05087 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 25 november 2014; gelet

Nadere informatie

vast te stellen de hierna volgende Verordening tegenprestatie Alkmaar 2015 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

vast te stellen de hierna volgende Verordening tegenprestatie Alkmaar 2015 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Alkmaar. Nr. 1818 8 januari 2015 Verordening tegenprestatie Alkmaar 2015 De raad van de gemeente Alkmaar; gelezen het voorstel de stuurgroep fusie; gelet op

Nadere informatie

Verordening. Tegenprestatie 2015

Verordening. Tegenprestatie 2015 Verordening Tegenprestatie 2015 citeertitel: Verordening tegenprestatie gemeente Scherpenzeel 2015 vastgesteld bij besluit van 18 december 2015 Verordening Tegenprestatie 2015 Opdrachtgever: gemeente Scherpenzeel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014 gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014 gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet; Verordening tegenprestatie Participatiewet Ede 2015 De raad van de gemeente Ede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014 gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van

Nadere informatie

TOEVOEGING BIJLAGE NIJMEGEN AAN REGIONALE VERORDENING TEGENPRESTATIE

TOEVOEGING BIJLAGE NIJMEGEN AAN REGIONALE VERORDENING TEGENPRESTATIE TOEVOEGING BIJLAGE NIJMEGEN AAN REGIONALE VERORDENING TEGENPRESTATIE Op grond van artikel 5 lid 1 sub c MGR en artikel 6 lid 1 MGR is de MGR bevoegd tot het opdragen van een tegenprestatie aan de wettelijke

Nadere informatie

Beleidsnotitie Tegenprestatie Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015

Beleidsnotitie Tegenprestatie Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015 Beleidsnotitie Tegenprestatie Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015 1 Inleiding Sinds 1 januari 2012 beschikken gemeenten op basis van artikel 9, lid 1 sub C van de WWB over de mogelijkheid om een

Nadere informatie

Verordening Tegenprestatie 2015. Gemeente Achtkarspelen

Verordening Tegenprestatie 2015. Gemeente Achtkarspelen Verordening Tegenprestatie 2015 Gemeente Achtkarspelen De Raad van de gemeente Achtkarspelen: overwegende dat: de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers,

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.18 november 2014, nummer: 14/987;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.18 november 2014, nummer: 14/987; De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.18 november 2014, nummer: 14/987; gelet op het bepaalde in artikel 8, eerste lid, onderdeel b van de Participatiewet,

Nadere informatie

VERORDENING TEGENPRESENTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015

VERORDENING TEGENPRESENTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015 VERORDENING TEGENPRESENTATIE PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015 Artikel 1. Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder: a) uitkeringsgerechtigden: personen die een uitkering ontvangen op grond van

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d., nummer:. ;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d., nummer:. ; Raadsbesluit De raad van de gemeente Coevorden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d., nummer:. ; gelet op het bepaalde in artikel 8a, eerste lid, onderdeel b van de Participatiewet,

Nadere informatie

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Dienst SoZaWe Nw. Fryslân

Verordening tegenprestatie Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Dienst SoZaWe Nw. Fryslân Het algemeen bestuur van de Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid Noardwest Fryslân; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet, artikel 34, eerste lid onderdeel e van de Wet

Nadere informatie

Gezien het advies van het Cliëntenplatform van 23 oktober 2014 b e s l u i t : vast te stellen de volgende verordening:

Gezien het advies van het Cliëntenplatform van 23 oktober 2014 b e s l u i t : vast te stellen de volgende verordening: CVDR Officiële uitgave van De Ronde Venen. Nr. CVDR346668_1 20 februari 2018 Verordening tegenprestatie Participatiewet De Ronde Venen 2015 De raad van de gemeente De Ronde Venen gelezen het voorstel van

Nadere informatie