Bergingsdiensten en wegenwacht 2004

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bergingsdiensten en wegenwacht 2004"

Transcriptie

1 RAPPORTAGE Bergingsdiensten en wegenwacht 2004 Arbeidsinspectie postbus LV Den Haag Contactpersoon: D. Smink Looptijd: januari t/m april 2004 Nummer: A januari 2005

2 INHOUDSOPGAVE 1. SAMENVATTING 3 2. AANLEIDING VAN HET INSPECTIEPROJECT 6 3. OPZET VAN HET PROJECT Werkterrein/BIK s Looptijd en aantallen bezoeken Globale opzet Publiciteit rondom het project 8 4. INSPECTIE- EN MONITORRESULTATEN Totaal overzicht resultaten Inspectieresultaten algemeen Toelichting op de resultaten van inspectiepunten cq monitor Aanrijdgevaar Aanrijdrisico in de RI&E Arbeidsmiddelen in relatie tot een veilige werkplek Voorlichting en onderricht, PBM Conclusies monitor CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN inhoudelijke toelichting Aanvullende info 17 BIJLAGE I WERKGEVERS PROJECTLIJST 18 BIJLAGE II WERKNEMERSPROJECTLIJST 19 BIJLAGE III INSPECTIELIJST 29

3 Voorwoord projectverslag bergingsdiensten/wegenwacht Kortdurende werkzaamheden (berging en reparatie) aan gestrande voertuigen zijn bijzonder risicovol. Zeker als gestrande voertuigen zich bevinden op de vluchtstrook van de snelweg of op parkeerhavens van de provinciale wegen terwijl het verkeer met grote snelheid blijft langsrijden. Het risico aangereden te worden neemt toe naarmate de snelheden en de verkeersintensiteit hoger liggen en er daarbij (te) weinig maatregelen getroffen (kunnen) worden om de werkplek af te schermen van het overige verkeer. De gevolgen van het aangereden worden zijn uiteraard zeer ernstig. Het werknemersrisico voor degenen, die de bergings- of reparatiewerkzaamheden uitvoeren, is te hoog. Ook de Raad voor de Transportveiligheid heeft in een eerder onderzoek melding gemaakt van deze te hoge risico s. De resultaten van de inspecties en onderzoeken die in het kader van het project bergingsdiensten zijn uitgevoerd, geven aan dat de risico s zeer wel onderkend worden door betrokkenen. De fysieke maatregelen die in het algemeen getroffen worden in de vorm van waarschuwingslichten, pylonen en reflecterende kleding hebben slechts een beperkt effect. Het is aan de sector om op dit punt in het kader van de activiteiten van de groep Incident Management, waarin alle betrokkenen zoals de wegbeheerder zitting hebben, de risico s verder te beperken en afspraken te maken over meer adequate maatregelen zoals het afzetten van rijbanen e.d. Wat betreft de structurele aandacht voor dit risico is gebleken, dat bergingsbedrijven in de risicoinventarisatie en evaluatie en het daarop gebaseerde plan van aanpak te weinig aandacht besteden aan het punt van aanrijdgevaar. Gezien de risico s zal dit door de sector zelf, en met voortvarendheid opgepakt moeten worden. Den Haag, november 2004, De Algemeen Directeur van de Arbeidsinspectie, Dr. J.J.M. Uijlenbroek 2

4 1. SAMENVATTING In de periode van januari tot en met april 2004 heeft de Arbeidsinspectie een inspectieproject uitgevoerd bij de bergingdiensten en de ANWB wegenwacht. Doel van de inspecties was het inspecteren op de aanwezigheid van aanrijdgevaar, het analyseren of goede maatregelen zijn getroffen en het handhaven van minimumeisen op dit punt. Om aan de doelstellingen invulling te kunnen geven is gekozen voor een project waarbij een verkenning van de bedrijfstak via informatieverzameling (monitoring) een belangrijk deel uitmaakte van de inspectiemethodiek. Aan de volgende onderwerpen werd aandacht besteed: Aanrijdgevaar op de werkplek, Aanrijdrisico in de Risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E), Geschiktheid arbeidsmiddelen, CE markering, Voorlichting, onderricht en Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM). Resultaten Er is 40 keer bij bergers en 9 keer bij de ANWB wegenwacht geïnspecteerd, waarbij 70 keer een werknemers monitorlijst (zie bijlage II) werd ingevuld. Uit de monitor is gebleken dat de beschikbare mogelijkheden tot afscherming van de werkplek onvoldoende benut worden. Zo werden er bijvoorbeeld in tien gevallen waarbij dat wel mogelijk was, niet voor het afkruizen van een of meer rijbanen gekozen. O.a. hierdoor blijft het werk van bergers en wegenwachters (te) gevaarlijk. Er zijn in 63 % van de inspecties handhavingstrajecten ingezet op het hebben van een onvolledige RI&E en een Plan van Aanpak. Als belangrijkste ontbrekend punt bleek dat het aanrijdrisico niet geïnventariseerd was en hiermee ook de meest adequate maatregelen ter beheersing van dit risico geen goede plek in het beleid van de organisaties heeft gekregen. Bij de inspectie van de arbeidsmiddelen is gebleken dat de kranen, lieren, kabels, banden, kettingen e.d. over het algemeen in goede staat verkeerden. In een enkel geval is vastgesteld dat een CE markering op een arbeidsmiddel ontbrak, waarna een handhavingstraject is ingezet. Werknemers waren goed op de hoogte van de noodzaak van het gebruik van Persoonlijke 3

5 Beschermingsmiddelen (PBM en). 4

6 Conclusies Bij het voorkomen van aanrijdingen door weggebruikers bestaat de huidige werkwijze (vooral bij pechhulpverlening) uit maatregelen die voor een groot deel gebaseerd zijn op het begrip attentiewaarde. Deze attentiewaarde wordt nu vooral bereikt door de kleur van de voertuigen, retroreflecterende striping en kleding, waarschuwingslichten (inclusief flitsers e.d.) en gebruik van pylonen. Hiermee is de veiligheid van de werknemers uiterst minimaal. Een meer adequate, veilige werkplek zou ingericht moeten worden door bijvoorbeeld het fysiek scheiden van het langsrijdende verkeer en de arbeidsplaats. Veilig werken bij kortdurende werkzaamheden zal bereikt moeten worden door het uitgangspunt, waar gewerkt wordt rijdt geen verkeer, toe te passen Hierbij speelt de wegbeheerder een belangrijke rol. Deze heeft tenslotte de bevoegdheid verkeersmaatregelen te laten treffen die zowel de veiligheid van de weggebruiker als die van de werknemer ten goede komt. De arbeidsmiddelen van de bergers (kranen, lieren e.d.) verkeerden in goede staat, maar er dient wel meer aandacht besteed te worden aan de keuring en onderhouds gerelateerde zaken. Ook voorlichting en onderricht verdienen, voornamelijk bij de bergingsdiensten, nog meer structurele aandacht. De vertegenwoordigende organisaties (VSB, BBN en BVB) kunnen hierbij een belangrijke rol spelen. Voor de werkgevers geldt verder dat meer aandacht besteed zou kunnen worden aan de nazorg na een traumatische ervaring. In meer dan de helft van de Risico- inventarisaties en evaluaties kwam dit onderwerp niet voor. 5

7 2. AANLEIDING VAN HET INSPECTIEPROJECT Omdat begin jaren negentig onder de wegwerkers een aantal dodelijke ongevallen hebben plaatsgevonden is het besef gegroeid dat bij het werken aan de weg (wegenbouw) de veiligheid van wegwerkers beter gegarandeerd moest worden. Dit leidde in 1995 tot de Richtlijnen Maatregelen bij werken in uitvoering, welke tot doel hadden te komen tot een strikte(re) scheiding van wegwerkers en weggebruikers. De richtlijnen zijn gepubliceerd door het CROW, het nationale kenniscentrum voor verkeer, vervoer en infrastructuur. Een non-profit organisatie waarin het Rijk, provincies, gemeenten, waterschappen, aannemersorganisaties, producenten, adviesbureau s, openbaar vervoersbedrijven en onderwijsinstellingen samenwerken om te komen tot breed gedragen kennisproducten die bijdragen aan de veiligheid van werknemers die aan de weg werken. In de loop der jaren is ook gebleken dat kortdurende werkzaamheden langs de weg nog onvoldoende meegenomen waren in de ontwikkelingen van de richtlijnen. Zowel bergingsdiensten als de wegenwacht verrichten het type kortdurende werkzaamheden langs (op) de weg waarvoor nog geen duidelijke richtlijn bestond en waren ook nog niet eerder door de Arbeidsinspectie in projectvorm geïnspecteerd. Begin 2003 is er door de stichting Incident Management een concept richtlijn ontwikkeld die zich specifiek richt op deze werkzaamheden. De richtlijn Verkeersmaatregelen bij incidenten is onder andere bedoeld voor de doelgroep van het door de Arbeidsinspectie in het eerste kwartaal van 2004 uitgevoerde inspectieproject Bergingsdiensten en Wegenwacht Door de Minister van Verkeer en Waterstaat is per 13 september 2004 besloten een wijziging van de Beleidsregels incident management Rijkswaterstaat in te voeren waardoor de richtlijn aan de beleidsregels is toegevoegd. De richtlijn krijgt werkingskracht twee dagen nadat het besluit in de staatscourant is geplaatst. In de periode van januari tot en met april 2004 heeft de Arbeidsinspectie (monitor)inspecties uitgevoerd op de (snel)wegen in Nederland en op locaties van bergingsbedrijven. Doel van de inspecties was het inspecteren op de aanwezigheid van aanrijdgevaar, het analyseren of goede maatregelen zijn getroffen en het handhaven van minimumeisen op dit punt. Tevens moest dit leiden tot het verder stimuleren van het traject om veiligheid te verhogen en risico s verder te verminderen, onder andere door het laten toepassen van uniformiteit van de veiligheidsmaatregelen. Met als resultaat het verminderen van aanrijdgevaar voor bergingswerkers en wegenwachters. Om aan de doelstellingen invulling te kunnen geven is gekozen voor een project waarbij informatieverzameling via monitoring een belangrijk deel uitmaakte van de inspectiemethodiek. 6

8 3. OPZET VAN HET PROJECT 3.1 Werkterrein/BIK s Het project Bergingsdiensten Wegenwacht 2004 was gericht op de arbeidsomstandigheden van medewerkers van bergingsbedrijven (BIK ) en de ANWB-Wegenwacht (BIK 63303). Die hun werkzaamheden (ongevals/pechhulpverlening) uitvoeren langs of op de openbare weg met als grootste risico het aanrijdgevaar door andere weggebruikers. In dit project zijn niet de bandenservice bedrijven (veelal ten behoeve van vrachtauto s) en de niet onder een van beide BIK codes vallende particuliere bedrijven geïnspecteerd. Deze laatste bedrijven worden meer en meer ingezet door opdrachtgevers (bijv. Leasemaatschappijen) om gestrande voertuigen op te halen. 3.2 Looptijd en aantallen bezoeken De inspecties hebben in het hele land plaatsgevonden in de periode januari 2004 tot en met april In deze periode zijn 49 inspecties verricht, waarbij 70 keer een werknemers monitorlijst is ingevuld. De inhoudelijke informatie die hieruit is voortgekomen is, in combinatie met de inspectiepunten, terug te vinden in hoofdstuk 4. In totaal zijn 40 bergingsbedrijven en 9 ANWB wegenwachten geïnspecteerd. Om te voorkomen dat onevenredig veel leden van de ene of andere bergersvereniging zouden worden bezocht is de bedrijven selectie gedaan op basis van het ledenbestand van de drie brancheverenigingen. Hierin stonden 224 bergers ingeschreven die op basis van de grootte van de verenigingen met de verdeelsleutel 20% BBN, 20% BVB en 60% VBS geselecteerd zijn. Voor de wegenwacht selectie hebben de inspecteurs namen en telefoonnummers gekregen van de regiomanagers bij de ANWB wegenwacht. Met deze managers zijn afspraken gemaakt om mee te kunnen rijden met de medewerkers van de wegenwacht. 3.3 Globale opzet Het project was opgezet als inspectieproject met als belangrijk bestanddeel het verkrijgen van informatie via monitoring over de risico s (vooral aanrijdgevaar), de getroffen maatregelen op de werkplek en de beheersmethodiek die toegepast werd. Bij de gevolgde handhavingslijn voor de veilige inrichting van de Arbeidsplaats werd uitgegaan van minimale beveiligingsmaatregelen. Dit omdat de doelgroep voor het eerst op actieve wijze werd geïnspecteerd en er nog geen duidelijk beeld bij de Arbeidsinspectie bestond over de juistheid van de door de bergers en wegenwachters ingezette maatregelen. De minimale beveiligingsmaatregelen waren: < 10 minuten nodig voor de werkzaamheden: Opvallend voertuig voorzien van attentieverlichting. > 10 minuten nodig voor werkzaamheden: Opvallend voertuig voorzien van attentieverlichting achter vijf kegels (afzetting van de (rij- 7

9 cq vlucht)strook waarop de berging plaatsvinden. Bij het niet toepassen van deze maatregelen op de openbare weg (specifiek voor de snel- en buitenwegen) ging de Arbeidsinspectie uit van ernstig gevaar voor personen en konden de werkzaamheden worden stilgelegd Arbeidsmiddelen zijn beoordeeld op juist gebruik, geschiktheid van het arbeidsmiddel, specifieke deskundigheid en keuring of onderhoud van de hijs- en hefwerktuigen / -gereedschappen. 3.4 Publiciteit rondom het project Voorafgaand aan de start is het project in een bijeenkomst voor vertegenwoordigers van de brancheverenigingen en de ANWB wegenwacht gepresenteerd. Die op hun beurt medewerkers en aangesloten bedrijven op de hoogte hebben gesteld van de te verwachten inspecties. Gezien de kleinschaligheid van het project zijn er geen bijzondere acties ondernomen op het gebied van publiciteit. Wel heeft er in het vakblad voor hulpverleners Incident een toelichting gestaan op het project. Individuele bedrijven zijn vooraf gebeld om een afspraak te maken voor een inspectie. Met de regiomanagers van de ANWB wegenwacht zijn afspraken gemaakt voor het meerijden en inspecteren op locatie. De branche verenigingen, ANWB wegenwacht, Rijkswaterstaat (Incident Management) en de KLPD hebben voorafgaand aan het project inhoudelijke informatie aangereikt over de sectoren, werkwijze en specifieke aandachtspunten voor het werken bij pech- en ongevalhulpverlening. Bij afsluiting van het project is wederom contact gezocht met de verschillende partijen. Hieruit is nadere informatie verkregen over de laatste stand van zaken en de visie van de vertegenwoordigers op de stand van techniek m.b.t. de huidige veiligheid bij de pech- en ongevalhulpverlening. 8

10 4. INSPECTIE- EN MONITORRESULTATEN Ter verduidelijking dient vastgesteld te worden dat het in de praktijk moeilijk is gebleken om op interessante hulpverleningslocaties (het grootste aanrijdrisico wordt geacht aanwezig te zijn op en langs de snelwegen) te komen. Omdat gekozen is voor de veiligheid van de inspecteurs mochten deze niet zelfstandig langs de snelwegen stoppen als gezien werd dat door een berger of wegenwacht hulp aan een automobilist verleend werd. Locaties konden dus alleen bereikt worden door mee te rijden met de bergers of wegenwachters. Door de meeste inspecteurs is als eerste stap van de inspectie een bezoek gebracht aan de vestiging van de bergers (bij de wegenwacht zijn alleen de hulpverleningslocaties bezocht). Op de vestigingen werden de arbeidsmiddelen (kranen en lieren op de bergingsvoertuigen) en de Risico-inventarisatie en evaluatie gecontroleerd. 4.1 Totaal overzicht resultaten Totaal aantal inspecties 49, Aantal bedrijven niet in orde: 34, Aantal bedrijven in orde: 15. Figuur 1. Resultaten inspectieproject: in orde 34; 69% 15; 31% niet in orde Inspectieresultaten algemeen Er zijn in totaal 49 inspecties uitgevoerd. Bij 34 bedrijven is een interventie traject ingezet, voornamelijk op basis van onvolledigheid van de RI&E of het Plan van Aanpak. Of omdat de werkgever zijn werknemers onvoldoende voorgelicht had over de risico s die samenhangen met het werk. Uiteraard valt daar ook de deskundigheid onder die nodig is om veilig en verantwoord te kunnen werken met een kraan of lier. In een enkel geval bleek de keuring of het onderhoud van een arbeidsmiddel onvoldoende. Op het totaal van 49 inspecties zijn 62 handhavinginstrumenten (feiten) gehanteerd, waarvan 61 maal een waarschuwing en èèn maal een boeterapport is opgemaakt. 9

11 De geconstateerde feiten (totaal 62) blijken voor het merendeel te bestaan uit het onvolledig zijn van de RI&E, (31 keer, voornamelijk door het ontbreken van aanrijdgevaar als risico) en het ontbreken of de onvolledigheid van het plan van aanpak. Ook is zes keer geconstateerd dat werknemers onvoldoende waren voorgelicht over de risico s die samenhangen met het werk en 1 maal omdat de specifieke deskundigheid voor het werken met een hijs of hefmiddel ontbrak. In totaal is zeven maal een overtreding geconstateerd (1 daarvan is de hierboven genoemde deskundigheid) in verband met een Arbeidsmiddel (Arbobesluit). Het ging hierbij zes keer om overtredingen gerelateerd aan het beproeven of keuren van het arbeidsmiddel cq hijs- en hefgereedschap. W = waarschuwing B = boete BERGERS ANWB TOTAAL T = totaal Instrumenten W B W B W B T onvolledige ri&e plan van aanpak aanwezig doeltreffende info aan werknemers over werkzaamheden, risico's en maatregelen beproeving hijs- en hefgereedschap tenminste een maal per jaar door deskundige termijnen van maatregelen genoemd in plan van aanpak kunnen kennisnemen van ri&e en lijst van arbeidsongevallen door elke werknemer advies Arbo-dienst over Plan van Aanpak ontbreekt arbeidsmiddel waar veiligheid afhangt v wijze v installatie: keuren na installatie. keuren/beproeven mobiel arbeidsmiddel dat onderhevig is aan verslechtering schrift. bewijs keuring mobiel arbeidsmiddelen. aanwezig op arbeidsplaats +tonen aan AI specifieke deskundigheid bedieners hijs- en hefwerktuigen beschikbaarheid en gebruik pbm -en Machine is voorzien van CE - markering. zoals in art van Bijlage I van de Machine Richtlijn schriftelijke ri&e aanwezig, incl. risico's bijz. categorieën werknemers ri&e aanpassen wanneer noodzakelijk deskundige bijstand ziekteverzuimbegeleiding door gecertificeerde Arbo-dienst totalen

12 4.2 Toelichting op de resultaten van inspectiepunten cq monitor Gezien het beperkte aantal geïnspecteerde bedrijven en de nadruk die in het project gelegen heeft op het verzamelen van informatie door middel van monitoring geven de inspectieresultaten een beperkt beeld van het niveau van de totale breedte van arbeidsomstandigheden in de bergingsbranche, die grotendeels bestaat uit garagebedrijven met als nevenactiviteit het bergen van voertuigen. Voor de ANWB wegenwacht geldt dat de arbeidsmiddelen niet geïnspecteerd zijn. De resultaten op dit punt gelden dus alleen de bergers. In de werkgever-monitorlijst (zie bijlage I) zijn enkele vragen gesteld over de aanwezigheid van het risico aanrijdgevaar in de RI&E en of er traumatische ervaringen zijn geweest bij bergingswerkzaamheden. Uit deze lijst is gebleken dat zowel aanrijdgevaar als traumatische ervaringen onvoldoende in de RI&E opgenomen zijn. In 62% van de reacties werd aangegeven dat er in de afgelopen 12 maanden sprake is geweest van een of meerdere traumatische ervaringen. Het ging dan in vrijwel alle gevallen om de confrontatie met dodelijke slachtoffers die nog in het voertuig zaten. In een aantal gevallen moest het voertuig met de overledenen geborgen en vervoerd worden. Ook blijkt agressie tegen de werknemer met enige regelmaat voor te komen. Professionele nazorg kan ingeroepen worden via de andere hulpverleningsdiensten (politie, bureau slachtofferhulp), maar lijkt onvoldoende beschikbaar binnen de eigen organisatie. De vragen in de werknemersmonitor (zie bijlage II) voor de hulpverleningslocaties zijn gericht op het verkrijgen van een beeld van de omstandigheden waaronder gewerkt moet worden en de maatregelen die getroffen worden om te komen tot een veilige werkplek. De conclusies zijn voor een groot deel voortgekomen uit de waarnemingen op ANWB wegenwacht hulpverleningen (53 lijsten op 10 zaken) en nadrukkelijk minder op bergers die hulp verleenden (17 lijsten op 42 zaken). De doelstelling voor het afnemen van de wernemerslijst was zo veel mogelijk gericht op het inspecteren van pech- en schade-hulpverleningslocaties en is gehaald. In 60 gevallen was er sprake van pech-schade-hulpverlening en slechts 9 maal was men aanwezig bij een ongevalsituatie. In 1 geval is niet duidelijk gebleken of het om een ongevals- dan wel pechhulpverlening ging. Bij 42 van de locatieinspecties was sprake van zogenoemde overige wegen welke varieerden van parkeer- en carpoolplaatsen tot meer algemeen aangeduide plekken als binnen de bebouwde kom. Het aanrijdrisico was hier zeer beperkt en de gegevens van deze lijsten leverden dan ook geen bijdrage aan de beoordeling van het aanrijdgevaar op de meest risicovolle plaatsen. Dit was wel het geval bij lijsten ingevuld op de snel- (35.7%, 25 maal) of provinciale wegen (4.3%, 3 maal). 11

13 4.2.1 Aanrijdgevaar De vragen in de werknemersmonitor waren grotendeels gericht op het inventariseren van het aanrijdgevaar op de werkplek en kon indien nodig gehandhaafd worden. In geen enkel geval hebben de inspecteurs aanleiding gezien een handhavingsinstrument in te zetten op het aspect onveilige arbeidsplaats. Er is dus niet stilgelegd en er zijn ook geen eisen tot naleving gesteld. Op de snel- en provinciale wegen werd, in verband met de risicovolle zone van 1 meter afstand tot de kantstreep, gekeken naar de afstand van het hulpverleningsvoertuig ten opzichte van de kantstreep. In ongeveer de helft van de van toepassing zijnde situaties werd het voertuig op minder dan 1 meter van de kantstreep geplaatst, in de andere helft was dat op meer dan 1 meter van de kantstreep. De beperkte veiligheidszone van 1 meter wordt dus in de helft van de situaties niet gebruikt. De voertuigen stonden daarbij ook zelden in de fend off positie (7 maal), terwijl deze veiligheidsmaatregel wel toegepast moet worden. Ook het indraaien van de voorwielen naar de verkeersluwe zijde is nog niet ingeburgerd. Als naar het totaal van de ingevulde lijsten wordt gekeken valt dit overigens deels te verklaren uit het soort hulpverleningslocatie, zoals de parkeerplaats of soortgelijke plekken. Wel wordt de handrem veelvuldig gebruikt en ook de versnelling vrij gezet, een handeling die slechts een beperkte bijdrage levert aan de veiligheid en het voorkomen van het aanrijdgevaar. Het gebruik van maatregelen om de werkplek af te schermen (en dus veiliger te maken) of het overige verkeer attent te maken op een werklocatie door middel van het afkruizen van een rijstrook, inzetten van een pijlwagen en gebruik van kegels of gevarendriehoek levert een opvallend beeld op. Het afkruizen van een of meerdere rijstroken is geen enkele keer toegepast terwijl de mogelijkheid daartoe 10 keer wel aanwezig was, maar dus niet werd aangevraagd. Een pijlwagen is 1 keer aangevraagd en werd ook verkregen. In sommige gevallen werd de werkplek afgedekt door een politieauto of door gebruik van een lepelwagen cq een vrachtauto. Voor het overige maakte men gebruik van kegels (45 cm hoog) en een enkele keer van een gevarendriehoek Aanrijdrisico in de RI&E Met de definiëring van het aanrijdgevaar door derden als grootste risico voor werknemers van bergingsdiensten en de wegenwachters diende dit risico ook nadrukkelijk in de RI&E te zijn opgenomen. Een van de doelen van het project was tenslotte het beoordelen en mogelijk komen tot een veiliger werkplek. In 63 % van de inspecties is een handhavingstraject ingezet op het hebben van een onvolledige RI&E. Als belangrijkste ontbrekend punt bleek dat het aanrijdrisico niet geïnventariseerd was, ook traumatische ervaringen werd in 55% van de gevallen niet in de RI&E benoemd. Gebleken is dat op de 9 inspecties die bij de ANWB wegenwacht zijn uitgevoerd, vijf maal een waarschuwing is gegeven op het feit van een onvolledige Risico- inventarisatie en evaluatie en er ook vijf maal geen Plan van Aanpak gemaakt was. Voor een organisatie, die voor het overige laat zien serieus bezig te zijn met de veiligheid van haar medewerkers, een belangrijk aandachtpunt, vooral omdat daarmee aanrijdgevaar in het kader van opleiding en invulling van werkoverleggen structureel onder aandacht van de werknemers kan worden gebracht. 12

14 De ANWB wegenwacht heeft laten weten na een grote reorganisatie van de organisatiestructuur, in het najaar van 2004 een volledig nieuwe RI&E uit te laten voeren en daarbij rekening te willen houden met de bevindingen van de Arbeidsinspectie. Ook bij de bergingsdiensten springt in het oog dat de RI&E in 26 gevallen onvolledig is gebleken. Dit was vooral te wijten aan het, in de standaard RI&E ontbreken van het grootste risico dat een berger loopt bij het werken tijdens hulpverlening op locatie, namelijk aanrijdgevaar! Onduidelijk is waarom de Arbodienst deze documenten heeft getoetst en geen advies heeft gegeven alsnog tot inventarisatie van het aanrijdrisico over te gaan. (Dit nog los van de eigen verantwoordelijkheid die werkgevers hebben om Arbobeleid te voeren en risico s te (laten) inventariseren en evalueren) Arbeidsmiddelen in relatie tot een veilige werkplek Bij de inspectie van de Arbeidsmiddelen (bergers) is gebleken dat de kranen, lieren, kabels, banden, kettingen e.d. over het algemeen in goede staat verkeerden. In een enkel geval is vastgesteld dat een CE markering op een arbeidsmiddel ontbrak, waarna een handhavingstraject is ingezet. De bergingsvoertuigen zijn deels uitgevoerd als voertuig met lepel en lier(en), en in mindere mate als oprijvoertuig met lier(en). Waarbij de bediening van de arbeidsmiddelen aan de bijrijderszijde of aan beide zijden van het voertuig was aangebracht, 8 maal had de berger de beschikking over een afstandsbediening. Verder waren de voertuigen (zowel bergers als wegenwacht) uitgevoerd met retroreflecterende stickers, alternerende lampen, flitsers en waarschuwingslampen. (men gaat ten behoeve van persoonlijke beveiliging dus erg uit van de attentiewaarde die deze middelen hebben) Veiliger uitstappen aan de verkeersluwe zijde was slechts in 25% van de gevallen mogelijk en de werkzaamheden werden altijd aan de voorzijde van het pech/ongevalsvoertuig of aan de verkeersluwe zijde uitgevoerd. De reden voor de goede staat waarin de arbeidsmiddelen verkeren is (mede) te danken aan de in de gunningprocedure opgesloten eisen die gesteld worden aan voertuigen, arbeidsmiddelen, veiligheidsaspecten en opleiding van werknemers. Saillant detail is dat er in de procedure ook een getoetste RI&E geëist wordt. Mogelijk is in de procedure een inhoudelijke toets van de RI&E niet meegenomen en kon daardoor aanrijdgevaar als risico onopgemerkt blijven. Uiteraard kan wel geconcludeerd worden dat de inspanningen in de afgelopen jaren van alle betrokken partijen (van overheid tot commerciële bedrijven) geleid hebben tot een betere regulering en het ontwikkelen en toepassen van een veiligheidsvisie Voorlichting en onderricht, PBM Ondanks het bewustzijn dat bij bergers aanwezig is als het gaat om de risico s bij het werken op de openbare weg blijkt ook de voorlichting en onderricht een aandachtspunt te vormen. Werknemers zijn niet altijd (goed) voorgelicht over te treffen maatregelen bij hun werkzaamheden, veelal als het gaat om aanrijdgevaar, maar ook als het gaat om het bedienen van de kraan of lier. Binnen de wegenwacht organisatie wordt structureel en met periodiciteit voorlichting en instructie gegeven, waarbij aanrijdgevaar een hoofdonderdeel is. 13

15 Veiligheidskleding in de vorm van een vest, overall, broek of jas werd op een uitzondering na altijd gedragen Conclusies monitor Het op (snel)wegen toepassen van de veiligheidsmaatregel om het hulpverleningsvoertuig (richtlijn bij de ANWB wegenwacht) achter het pechvoertuig te plaatsen (attentiewaarde en afscherming door het eigen voertuig) levert geen duidelijk beeld op. Bijna evenzoveel keer wordt een voertuig achter als voor het gestrande voertuig geplaatst. Dit hangt waarschijnlijk samen met het uitgangspunt dat het snel weghalen van een voertuig veiliger is dan langdurig op de risicoplek aanwezig zijn. En bergingsvoertuigen ten principale voor een ander voertuig moeten gaan staan om deze te kunnen bergen. In zo n situatie eerst achter het gestrande voertuig te parkeren levert bij het manoeuvreren daarna weer meer risico op. Een belangrijke grens voor het bepalen van een risicovolle zone bij het werken op de vluchtstrook is in de voorlopige richtlijn verkeersmaatregelen bij incidenten de afstand van 1 meter tot de kantstreep. Uit de monitor blijkt dat in 17 gevallen het hulpverleningsvoertuig op minder dan 1 meter van de kantstreep stond. Deze voertuigen stonden dus binnen de als zodanig geformuleerde risico zone en toch was de naastliggende rijstrook niet afgezet voor het overige verkeer. Een maatregel die vanuit de Arbeidshygienische strategie wel toegepast zou moeten worden. Ook andere preventieve maatregelen als het in fend off positie plaatsen van het voertuig of het naar de verkeersluwe zijde draaien van de voorwielen worden mondjesmaat toegepast. Wel werd vrijwel altijd gebruik gemaakt van de signaleringslichten (zwaailichten, knipperlichten en of flitsers). Blijkbaar wordt er grotendeels gerekend op de attentiewaarde van de bovengenoemde middelen. En hoewel deze belangrijk zijn om de aandacht van de weggebruiker op deze afwijkende situatie te wijzen moet vastgesteld worden dat het hier gaat om een veiligheidsmaatregel van lagere orde. Om tot een hogere orde van veiligheid te komen zal de werkplek (tijdelijk) afgeschermd moeten worden van het overige verkeer. De hulpverlening zelf werd op een enkel geval na (en daar waar van toepassing) aan de verkeersluwe zijde uitgevoerd. Het belang van deze werkwijze werd dus door alle werknemers gezien en toegepast. De uitvoering van de hulpverleningsvoertuigen (vooral die van de ANWB wegenwacht) laat het meestal niet toe dat aan de verkeersluwe zijde wordt uitgestapt. Deze maatregel lijkt dus vooral cosmetisch, want werd in slechts 25% van de gevallen gebruikt. Het dragen van veiligheidskleding zit goed tussen de oren, maar levert natuurlijk geen garantie op als het gaat om het voorkomen van een aanrijding. Niet voor niets staan Persoonlijk Beschermingsmiddelen als laatste genoemd in de toepassing van veiligheidsmaatregelen. 14

16 5. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Het verminderen van aanrijdgevaar en het bevorderen van aanvullend veiligheidsbeleid en bijbehorende maatregelen. Het laten toepassen van uniformiteit in de veiligheidsmaatregelen. Conclusies: Er is op de geïnspecteerde punten geen sprake van misstanden, echter, Er wordt geen consequent bronbeleid gevoerd om aanrijdgevaar zoveel mogelijk te voorkomen (te veel attentiewaarde, te weinig scheiding werknemers en overig verkeer), Zowel bergers als de ANWB wegenwacht (de laatste zeker gezien de mogelijke tijdsduur tijdens hulpverlening) investeren onvoldoende energie in toepassing van bronmaatregelen ter voorkoming van aanrijdgevaar, Dit blijkt ook uit het gebrek aan aandacht in de Risico-inventarisatie en evaluatie voor aanrijdgevaar (en traumatische ervaringen), Tevens besteden bergingsdiensten onvoldoende aandacht aan opleiding en instructie. Aanbevelingen: De wegbeheerder zal als belangrijke partij voor toekenning van bronmaatregelen verantwoordelijk gemaakt moeten worden voor het toezicht op toepassing van veiligheidsmaatregelen bij het werken aan de weg. De overheid dient in overleg met brancheorganisaties en samenwerkende partijen (IM) een (verplichtend) protocol over procedures en toepassing van bronmaatregelen op te stellen, Werkgevers moeten zorg dragen voor beter intern toezicht op toepassing van bronmaatregelen, Ontwikkel een sectorale cq branche- RI&E. 5.1 inhoudelijke toelichting Omdat bij de inspecties op de openbare weg de actiegrens geen enkele keer werd overschreden, er dus geen handhavingstraject ingezet is op het feit veilige inrichting arbeidsplaats (artikel 3.2 Arbobesluit), lijkt er, vanuit handhavingsstandpunt, geen aanleiding om te concluderen dat er sprake is van een onveilige arbeidsplaats. Desondanks is het potentiële gevaar van een aanrijding bijzonder groot. Dit blijkt ook uit het rapport van de Raad voor de Transport veiligheid (RvTv) van juli 2003 waarin analyse is gemaakt van 96 ernstige vluchtstrook ongevallen in een periode van vier jaar. Bij 19 van deze 96 ongevallen waren professionele hulpverleners, bergers of wegwerkers betrokken. De raad concludeert onder andere dat de richtlijnen voor het afsluiten van de rechterrijstrook bij met name kortdurende en voortschrijdende werkzaamheden zijn zeer terughoudend. Bij de inspecties van de Arbeidsinspectie is gebleken dat ook in de praktijk terughoudend wordt omgegaan met het aanvragen van verkeersmaatregelen en onderschrijft dus de conclusie van de RvTv. Kortdurende werkzaamheden langs de weg zijn dus gevaarlijk, verhoging van het veiligheidsniveau van de toepassing van beschikbare maatregelen om aanrijdgevaar in de toekomst te beperken is dan 15

17 ook noodzakelijk. De huidige werkwijze (vooral bij pech-schade-hulpverlening) bestaat uit maatregelen die voor een groot deel gebaseerd zijn op het begrip attentiewaarde. Deze attentiewaarde wordt bereikt door de kleur (geel) en plaatsing van de voertuigen, retroreflecterende striping en kleding, waarschuwingslichten (inclusief flitsers e.d.) en gebruik van pylonen. Hoewel van groot belang zijn deze veiligheidsmaatregelen van een lagere veiligheidsorde en dient zoveel mogelijk bronbeleid toegepast te worden. Het zoveel mogelijk wegnemen van het risico. Als uitgegaan wordt van de Arbeidshygienische strategie zoals bedoeld in artikel 3 van de Arbeidsomstandighedenwet , zou hier een werkplek ingericht moeten worden door bijvoorbeeld het fysiek scheiden van het langsrijdende verkeer en de arbeidsplaats. Dit kan bereikt worden door de afstand tot de arbeidsplaats zodanig te vergroten dat het al dan niet onbewust uit koers raken van weggebruikers niet eenvoudig kan leiden tot een aanrijding met hulpverleners of voertuigen van deze werknemers. De daarvoor beschikbare maatregelen worden echter onvoldoende, in ieder geval niet altijd, ingezet. Tijdens de inspecties werd zelfs geen enkele keer afgekruist en slechts een maal een pijlwagen aangevraagd en gekregen. Ook kwam als klacht tijdens de inspecties naar voren dat bij het aanvragen van verkeersmaatregelen de doorstroming van het verkeer kennelijk een hogere prioriteit had dan de veiligheid van bergers of wegenwachters. Het nemen van verkeersmaatregelen blijft dus een belangrijk aandachtspunt voor de wegbeheerder ter verbetering en verhoging van de veiligheid bij het werken op locatie. Het verminderen van aanrijdgevaar voor bergingswerkers en wegenwachters en daarmee de verhoging van de veiligheid bij kortdurende werkzaamheden 2 zal bereikt moeten worden door het uitgangspunt waar gewerkt wordt rijdt geen verkeer. Om dit te bereiken speelt de wegbeheerder een belangrijke rol. Hij heeft tenslotte de bevoegdheid verkeersmaatregelen te laten treffen die zowel de veiligheid van de weggebruiker als die van de werknemer ten goede komt. Er wordt zowel door de ANWB wegenwacht als de bergingsbranche geparticipeerd in werkgroepen waaruit de richtlijn verkeersmaatregelen bij incidenten van de stichting Incident Management is voortgekomen. De betrokkenheid van deze partijen om te komen tot een veiliger werkplek voor het personeel is dus aanwezig. De richtlijn is echter nog niet geformaliseerd en het aanvragen van de verkeerssignalering is voorbehouden aan de politie en de wegbeheerder. Onduidelijk is op basis van welke criteria een verkeerssignalering of andere verkeersmaatregelen gehonoreerd worden. Rijkswaterstaat is bezig het proces van afkruizen beter aan te sturen. Tevens is in de Randstad een pilot (IM+) opgestart waarin zogenaamde SWAB teams samenwerken met weginspecteurs. In de spits gaan deze teams bij incidenten de eerste verkeersmaatregelen toepassen waardoor o.a. de veiligheid van hulpverleners verbeterd zou moeten worden. Een ander hoofddoelstelling van deze teams is het op zichtbare wijze bevorderen van de doorstroming van het verkeer. Het ontbreken van aanrijdgevaar als risico in de Risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E) scoorde 1 1 e : gevaar wegnemen, 2 e : collectieve maatregelen treffen, 3 e: individuele maatregelen treffen, 4 e : persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken 2 hier wordt niet de in de CROW richtlijn 96a genoemde tijdsduur van 1 uur bedoeld, maar alle werkzaamheden die niet grootschalig zijn. Met andere woorden de werkzaamheden zoals die uitgevoerd worden door o.a. bergers en wegenwachters 16

18 bij de handhaving bij veel bedrijven negatief. Dit is bijzonder opvallend te noemen omdat in de gehele bergingssector en ook binnen de ANWB wegenwacht, het aanrijdrisico door andere weggebruikers tijdens het verlenen van hulp, als grootste risico gezien wordt. Hier valt dus nog een slag te maken. Inmiddels is door de grootste bergersvereniging (VBS) aan een extern bedrijf opdracht gegeven de standaard Risico- inventarisatie en evaluatie voor haar leden zodanig aan te passen dat ook aanrijdgevaar als risico meegenomen wordt. Dit initiatief heeft er toe geleid dat controles op het onvolledig zijn van de RI&E uitgesteld zijn. Hiermee heeft de branche de mogelijkheid de geconstateerde tekortkoming op te lossen en wordt een bijdrage geleverd aan de verbetering van de arbeidsomstandigheden. Duidelijk is wel geworden dat de werknemers van zowel de bergingsdiensten als de ANWB wegenwacht zich over het algemeen zeer bewust zijn van de risico s (aanrijdgevaar) van het werken in de nabijheid van of op de openbare weg. Vooral binnen de ANWB wegenwacht wordt structureel aandacht besteed aan de veiligheid van werknemers via werk instructies gevat in een boekje en periodieke bijscholing op verschillende gebieden gerelateerd aan veiligheid. (Bij inspecties aan bergingsbedrijven is enige twijfel ontstaan over de wijze waarop verschillende bergingsbedrijven het personeel voorlichten over de risico s van het werk. Hier lijkt een slag gemaakt te kunnen worden met periodieke instructie, waarbij ook de deskundigheid van werknemers op het gebied van omgaan met kranen op peil gebracht cq gehouden kan worden). De arbeidsmiddelen van de bergers (kranen, lieren e.d.) verkeerden in goede staat, maar er dient wel meer aandacht besteed te worden aan de keuring en onderhouds gerelateerde zaken. Ook voorlichting en onderricht zijn nog onvoldoende gestructureerd. Meer aandacht van de brancheverenigingen is hier op zijn plaats. 5.2 Aanvullende info Met de verandering van de gunningsprocedure lijkt de veiligheid voor het werken aan de weg (hulpverlening) op dit moment (nog) niet negatief beïnvloed te worden. Wel is er vanuit de sector enige bezorgdheid over de aanrijtijd daar waar rayonbergers niet meer werkzaam zijn. De mogelijkheid dat daarmee een berger vanuit een ander rayon harder gaat rijden om snel ter plekke te zijn, met alle mogelijke gevolgen vandien, is door een van de bergersverenigingen geopperd. Echter, de Mededingingsautoriteit (Nma) heeft met terugwerkende kracht vanaf 1 april 2004 de ontheffing verlengd voor de regeling tot berging van personenauto s op het hoofdwegennet en een beperkt aantal andere belangrijke wegen. Hiermee is bovenstaand probleem voor delen van het wegennet niet aan de orde en worden nog steeds contracten afgesloten met bergers voor het uitvoeren van eerste bergingen binnen een bepaald rayon. 17

19 BIJLAGE I WERKGEVERS PROJECTLIJST Vragenlijst voor vestigingsbezoek V1 Staat het onderwerp aanrijdgevaar benoemd in de RI&E? ja neen V2 Staat het onderwerp traumatische ervaring benoemd in de RI&E? Ja Neen V3 Heeft een van de bergers / wegenwachters de afgelopen 12 maanden een traumatische gebeurtenis meegemaakt? Ja Neen V4 Hoe vaak is dit voorgekomen? V5 Geef een korte omschrijving van de drie belangrijkste gebeurtenissen: Gebeurtenis 1 Gebeurtenis 2 Gebeurtenis 3 18

20 BIJLAGE II WERKNEMERSPROJECTLIJST Vragenlijst voor monitoring op lokatie A632 B1 Betreft zaaknummer B2 Geef een volgnummer aan deze inspectie B3 Er wordt hulp verleend door(meerdere antwoorden mogelijk): ANWB Berger Politie Brandweer Ambulance B4 De hulpverlening betreft: Pech Ongeval Anders nl. 19

21 B5 De hulpverlening vindt plaats op: De snelweg A... De provinciale weg N... Overige wegen B6 De weg(enkele rijrichting) bestaat uit (meerdere antwoorden mogelijk), Omschrijf in het tekstveld de bijzonderheden. Berm Vluchtstrook 1 rijstrook(ook smalle dijk) 2 rijstroken 3 rijstroken 4 rijstroken B7 De normale toegestane snelheid op dit wegvak bedraagt(km/uur): 20

22 B8 Rijdt het verkeer volgens, vul het aantal km per uur in: Toegestane snelheid Aangepaste snelheid door veiligheidsmaatregelen, vul in km. per uur. File (lage snelheid), vul in km. per uur. B9 Het pech / ongevalsvoertuig bevindt zich: In de buitenberm Op de vluchtstrook op de 1e rijstrook op de 2e rijstrook op de 3e rijstrook op de 4e rijstrook In de middenberm B10 Het hulpverleningsvoertuig bevindt zich: Voor het pech / ongevalsvoertuig Achter het pech / ongevalsvoertuig anders nl.: 21

23 B11 Wat is de positie van het hulpverleningsvoertuig Het hulpverleningsvoertuig staat op < 1 meter van de kantstreep Het hulpverleningsvoertuig staat op > 1 meter van de kantstreep B12 Staat het hulpverleningsvoertuig(ongeval): Op < 5 meter achter het ongevalsvoertuig Op < 10 meter achter het ongevalsvoertuig Op < 50 meter achter het ongevalsvoertuig Op < 100 meter achter het ongevalsvoertuig Anders nl.: B13 Staat het hulpverleningsvoertuig(pech): Op < 5 meter achter het pechvoertuig Op < 10 meter achter het pechvoertuig Anders nl.: B14 Staat/heeft het hulpverleningsvoertuig(meerdere antwoorden mogelijk): In fend off positie(geplaatst onder hoek van 30/40 gr. t.o.v. de rijbaan). Op de handrem Versnelling in vrij 22

24 Zwaailicht aan Knipperlicht aan Voorwielen ingestuurd naar verkeersluwe zijde Anders nl.: B15 Is de werkplek beveiligd door(meerdere antwoorden mogelijk): Afkruizen van een rijstrook(snelweg) Pijlwagen Kegels Gevarendriehoek Anders nl.: B16 Hoeveel rijstroken zijn afgekruist: geen B17 Een afkruismogelijkheid is Niet aanwezig 23

25 Wel aanwezig, maar niet aangevraagd Wel aanwezig, wel aangevraagd, maar niet gekregen Toegewezen op aanvraag van In gebruik (voor wegwerkzaamheden of file) B18 Een pijlwagen is: Niet aangevraagd Wel aangevraagd, maar niet gekregen Wel aangevraagd en gekregen B19 Wie heeft verkeersmaatregelen aangevraagd(meerdere antwoorden mogelijk): Berger Wegenwacht Politie Ambulance Wegbeheerder N.v.t. B20 Indien beveiligd door kegels zijn deze dan: 0,70 m hoog 0,45 m hoog kleiner dan 0,45 m hoog 24

26 B21 Het bergingsvoertuig is uitgevoerd als: Voertuig met lepel en lier(en) Oprijvoertuig met kraan Oprijvoertuig met lier(en) Takelwagen Regulier pech hulpverleningsvoertuig B22 De bediening van de arbeidsmiddelen zit aan de(gezien in de rijrichting): Bestuurderszijde Bijrijderszijde Beide zijden Afstandsbediening N.v.t. B23 Veiligheidsvoorzieningen op het hulpverleningsvoertuig(meerdere antwoorden mogelijk) Retroreflecterende stickers Alternerende lampen Flitsers Waarschuwingslichten Raamwerk met 4 alternerende lampen 25

27 B24 Stapt de hulpverlener uit aan de: Verkeersluwe zijde Verkeerszijde Verkeerszijde omdat er aan de verkeersluwe zijde geen plaats was B25 Draagt de hulpverlener(meerdere antwoorden mogelijk): Veiligheidsvest Veiligheidsoverall Veiligheidsbroek Veiligheidsjas Geen veiligheidskleding B26 Op welke plek wordt er door de hulpverlener hoofdzakelijk gewerkt: Aan de verkeerszijde Verkeerszijde omdat er aan de verkeersluwe zijde geen plaats was Aan de verkeersluwe zijde Voor het (pech / ongevals) voertuig Achter het (pech / ongevals) voertuig Onder het (pech / ongevals) voertuig B27 Bedraagt het zicht: Minder dan 50 meter 26

28 Ca. 50 meter Ga naar vraag B29 Ca. 100 meter Ga naar vraag B29 Ca. 200 meter Ga naar vraag B29 Onbeperkt Ga naar vraag B29 B28 Indien minder dan 50 meter, is dit het gevolg van: Verkeerssituatie Weersomstandigheden Anders nl.: B29 Hoe zijn de weersomstandigheden: Licht Donker Mistig Regenachtig Sneeuw IJzel Laag hangende zon B30 Facultatief: opmerkingen van de hulpverlener / berger betreffende de uit te voeren werkzaamheden. EINDE MONITOR Gebruik voor volgende locatie een nieuwe werknemers lijst. 27

29 28

30 BIJLAGE III INSPECTIELIJST Aandacht voor aanrijdingrisico in de RI&E inspectiepunt Feitnummer Onderwerp handhaving Termijn 1.1 W onvolledige ri&e m.b.t. risico s waarsch. 3 mnd werken langs de weg. 1.2 W deskundige bijstand: arbodienst Dbf heeft ri&e getoetst 1.3 W Plan van aanpak aanwezig waarsch. 3 mnd 1.4 W deskundige bijstand: arbodienst waarsch. 3 mnd heeft geadviseerd over plan van aanpak Toelichting 1.1 en 1.2: Werknemers van bergingsdiensten en de wegenwacht werken bij bergingsactiviteiten op of in nabijheid van de openbare weg. Daarbij kunnen zij zich in onbedoeld binnen de, door het overige verkeer bereden, rijstroken begeven wat het risico van aanrijding met zich meebrengt. Deze werkzaamheden gebeuren niet alleen overdag maar ook s nachts. In de RI&E moet dit risico zijn geïnventariseerd en geëvalueerd. Als dit niet het geval is, volgt een waarschuwing met een termijn van 3 maanden op grond van art. 5, lid 1, Arbowet. In de interne instructie Arbeidsinspectie (d.d ) is het volgende over de RI&E afgesproken: 1. Indien een werkgever niet beschikt over een RI&E, direct een boete aanzeggen. 2. Als de werkgever wel beschikt over een RI&E, maar deze is niet getoetst door een gecertificeerde arbodienst dan direct boete aanzeggen op grond van art. 14, lid 1 juncto art 14, lid Indien de werkgever wel een RI&E heeft, maar deze is niet getoetst door een gecertificeerde arbodienst en de werkgever kan aantonen dat dit overmacht is, dan waarschuwing geven (termijn maximaal 3 maanden). De werkgever dient ter plekke wel de reden van overmacht te kunnen tonen met behulp van een schriftelijke reactie van de betreffende arbodienst. 4. Indien wordt geconstateerd dat de RI&E onvolledig is (niet alleen met betrekking tot de verplichte inventarisaties vanuit de wet- en regelgeving maar ook met betrekking tot aanrijdgevaar en/of geconstateerde overtredingen niet als risico in de RI&E zijn opgenomen) dan wordt een waarschuwing gegeven (termijn 3 maanden) op grond van artikel 5, 1e lid, Arbowet. Toelichting 1.3 en 1.4: Het ontbreken van een plan van aanpak is een beboetbaar feit waar zich de volgende situaties voor kunnen doen: 5. Indien de werkgever - op grond van een RI&E - niet beschikt over een plan van aanpak, dan waarschuwing geven (termijn 3 maanden). 6. Indien de werkgever wel over een plan van aanpak beschikt, maar in het plan van aanpak zijn geen termijnen genoemd met betrekking tot de te nemen maatregelen, dan waarschuwing geven op feitnummer W met een termijn van 3 maanden. Indien de werkgever wel beschikt over een plan van aanpak maar deze is niet ter advisering aan de arbodienst voorgelegd dan is dit een overtreding van artikel 14, lid 1. In het AOH-overleg op is besloten voor het ontbreken van een advies van de arbodienst m.b.t. het plan van aanpak een waarschuwing te geven in plaats van een directe boete. Als termijn kan 3 maanden worden aangehouden. De grondslag voor de tenlastelegging is artikel 14, lid 1, juncto artikel 14, lid 3. Belanghebbende(n): bergingsdienst / ANWB wegenwacht 29

31 30

32 Aanrijdgevaar/beveiligingsklasse inspectiepunt Feitnummer Onderwerp handhaving Termijn 2.1 B veilige en ordelijke inrichting Stillegging geen arbeidsplaats 2.2 W Negeren bevel tot stillegging Misdrijf /strafrecht geen Toelichting: Uitgangspunt: scheiden van weggebruikers (voertuigen) en werknemers van bergingsdiensten/wegenwacht in ruimte. Handhavinglijn Omdat deze doelgroep nog niet eerder geïnspecteerd is en er nog geen duidelijk beeld is van de juistheid van de maatregelen zal in dit project worden gehandhaafd indien zelfs minimale beveiligingsmaatregelen niet worden toegepast. Deze minimale beveiligingsmaatregelen zijn: < 10 minuten nodig voor werkzaamheden: Opvallend voertuig voorzien van attentieverlichting > 10 minuten nodig voor werkzaamheden: Opvallend voertuig voorzien van attentieverlichting achter vijf kegels (afzetting van de (rij- cq vlucht)strook waarop de berging plaatsvindt). De kegels kunnen van verschillende hoogte zijn (kleine kegels of kegels van 75cm) en worden beschouwd als een tijdelijke maatregel. Op de grootte van de kegels wordt niet gehandhaafd omdat deze toepassing aanvaard is door alle partijen betrokken bij IM. Indien werkzaamheden op de openbare weg worden uitgevoerd zonder de minimale beveiligingsmaatregelen, dan is er sprake van ernstig gevaar. Van ernstig gevaar is eveneens sprake indien (niet limitatief): er onvoldoende afschermende maatregelen getroffen zijn óf de werkplek alleen te bereiken is door (een) in gebruik zijnde rijstro(o)k(en) (snelweg) over te steken óf de werkplek wat betreft afmetingen niet veilig is (minder dan 1 m van de kantstreep) en de werkzaamheden uitgevoerd moeten worden aan de kant van een in gebruik zijnde rijstrook. Bij constatering dat de arbeidsplaats niet veilig is èn er ernstig gevaar dreigt, moet het werk op grond van artikel 28 lid 1 worden stilgelegd. Let op: In dit project zal een stillegging niet gevolgd worden door een boete (zie ook de toelichting in bijlage I en II). De stillegging zal naar redelijk oordeel van de inspecteur, per concrete situatie (ernstig gevaar voor personen) moeten plaatsvinden. In GISAI het feit B gebruiken bij het genereren van de stillegging(brief soort Preventieve stillegging). Tekst bij mededeling in brief weghalen van omdat t/m inspectie. Het negeren van een stillegging (artikel 28) is een misdrijf (W280701). Indien werkzaamheden op de openbare weg worden uitgevoerd met de minimale beveiligingsmaatregelen of meer, dan wordt alleen de monitorlijst ingevuld om de situatie vast te leggen. Belanghebbende(n): bergingsdienst / ANWB wegenwacht 31

33 Geschiktheid arbeidsmiddelen Inspectiepunt Feitnummer Onderwerp handhaving termijn 3.1 B ter voorkoming van gevaren, arbeidsmiddelen uitsluitend gebruiken waarvoor zij bestemd zijn EBF ernstig gevaar aantonen 3.2 B arbeidsmiddelen moeten geschikt dan wel aangepast zijn aan het uit te voeren werk 3.3 B het niet of onvoldoende treffen van beschermende maatregelen bij het gebruik van een arbeidsmiddelen, waardoor ernstig gevaar bestaat voor persoonlijk letsel EBF ernstig gevaar aantonen Toelichting: Het arbeidsmiddel wordt uitsluitend gebruikt voor het doel, op de wijze en op de plaats waarvoor zij zijn ingericht en bestemd (+ toezicht) (lid 2). Dit is een situatie afhankelijke ebf. Gevaar moet worden aangetoond. Het arbeidsmiddel dient (geheel) geschikt te zijn voor het beoogde doel (lid 3) Het niet of onvoldoende treffen van beschermende maatregelen bij het gebruik van een arbeidsmiddel, waardoor ernstig gevaar bestaat voor persoonlijk letsel is een ernstig beboetbaar feit (lid 4). Het gevaar voor de werknemer moet kunnen worden aangetoond. Belanghebbende(n): bergingsdienst / ANWB wegenwacht Inspectiepunt Feitnummer Onderwerp handhaving termijn 3.4 B 7004a301 Keuring arbeidsmiddelen, zo dikwijls als nodig indien onderhevig aan Waarsch. 2 maanden verslechtering 3.5 B Hijs- of hefwerktuigen niet zwaarder EBF* belasten dan toegelaten bedrijfslast(n) of dan gebruik toelaat 3.6 B Specifieke deskundigheid bedieners Waarsch. 1 maand hijs- en hefwerktuigen 3.7 B7018a301 Doeltreffende maatregelen ter vermijding van kantelen, ongewild in beweging komen of wegglijden van mobiel hijs - of hefwerktuig 3.8 B Doelmatige keuze hijs - hefgereedschap v.w.b. te hanteren lasten, aanslagpunten, haakvoorzieningen weersomstandigheden 3.9 B Hijs- en hefgereedschappen niet zwaarder belasten dan een veilig gebruik toelaat EBF* ernstig gevaar aantonen Waarsch. 3 maanden EBF* Ernstig gevaar aantonen 32

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ARBEIDSINSPECTIE EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT GROENTE, FRUIT, ZUIVEL EN DRANKEN (A430)

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ARBEIDSINSPECTIE EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT GROENTE, FRUIT, ZUIVEL EN DRANKEN (A430) MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ARBEIDSINSPECTIE EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT GROENTE, FRUIT, ZUIVEL EN DRANKEN (A430) Periode 1 april 2000 t/m 30 november 2000 INHOUDSOPGAVE 1 Samenvatting

Nadere informatie

VERSLAG INSPECTIEPROJECT ASBEST OP STORTPLAATSEN

VERSLAG INSPECTIEPROJECT ASBEST OP STORTPLAATSEN VERSLAG INSPECTIEPROJECT ASBEST OP STORTPLAATSEN COLOFON Plaats: Den Haag, september 2007 Projectnummers: Inspectieonderwerpen: Directie: A748 Blootstelling aan asbestvezels op stortplaatsen Bouw Landelijke

Nadere informatie

LANDELIJK PROJECTVERSLAG HOUT EN MEUBEL 1999

LANDELIJK PROJECTVERSLAG HOUT EN MEUBEL 1999 LANDELIJK PROJECTVERSLAG HOUT EN MEUBEL 1999 A200 Juli 2000 Arbeidsinspectie regio Noordwest C.J. Hensbergen-Aalbers, landelijk projectsecretaris Inhoud 1. Samenvatting 2 Aanleiding en doel van het inspectieproject

Nadere informatie

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht) Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht) Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening en is

Nadere informatie

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht) Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht) Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening en is

Nadere informatie

Certificering Gebruik gele attentieverlichting

Certificering Gebruik gele attentieverlichting Zware Richtlijn berging Certificering Gebruik gele attentie keuring oktober 2011 2011 Colofon De brochure Richtlijn Gebruik gele attentie, oktober 2011, is opgesteld in samenwerking met: ANWB Rijkswaterstaat

Nadere informatie

ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VERSLAG PROJECT VESTIGINGSADRESSEN AANNEMERS MET TIMMERWERKPLAATS ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Projectinformatie Informatie : drs. J.R. Boer Arbeidsinspectie Postbus

Nadere informatie

EUROPEAN CONSTRUCTION CAMPAIGN 2004

EUROPEAN CONSTRUCTION CAMPAIGN 2004 VERSLAG EUROPEAN CONSTRUCTION CAMPAIGN 2004 (Project A663 - Actieperiode juni) Informatie: Arbeidsinspectie, kantoor Groningen Drs. J.R. Boer Landelijk Projectleider Postbus 30016 9700 RM GRONINGEN (050)5225880

Nadere informatie

DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES

DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES VERSLAG VAN PROJECT A455 ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Eindverslag van project A455 DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES Maart 2002 drs.

Nadere informatie

Wat is je functie? (meerdere antwoorden mogelijk)

Wat is je functie? (meerdere antwoorden mogelijk) Resultaten enquête Veiligheid bij wegwerkzaamheden De drie noordelijke provincies, Rijkswaterstaat, de politie en het Openbaar Ministerie slaan de handen ineen om onveiligheid rondom wegwerkzaamheden in

Nadere informatie

Projectverslag. Vakkenvullen jeugdigen supermarkten 2004

Projectverslag. Vakkenvullen jeugdigen supermarkten 2004 Projectverslag Vakkenvullen jeugdigen supermarkten 2004, Den Haag Inspectieonderwerpen - Verboden arbeid door kinderen - Werkdagen en werktijden voor kinderen AI bedrijfstakdirectie Commerciële Dienstverlening

Nadere informatie

Richtlijn gebruik gele attentieverlichting

Richtlijn gebruik gele attentieverlichting ncident management ONGEVALLEN EN PECHGEVALLEN WERK IN UITVOERING Richtlijn gebruik gele attentie Verkeerscentrum Nederland Incident Management Papendorpseweg 101 3528 BJ Utrecht Postbus 3268, 3502 GG Utrecht

Nadere informatie

Wat doet de Arbeidsinspectie? Alles over de taken en werkwijze van de Arbeidsinspectie

Wat doet de Arbeidsinspectie? Alles over de taken en werkwijze van de Arbeidsinspectie Wat doet de Arbeidsinspectie? Alles over de taken en werkwijze van de Arbeidsinspectie 1 De Arbeidsinspectie in het kort De Arbeidsinspectie (AI) maakt deel uit van het ministerie van Sociale Zaken en

Nadere informatie

Eindverslag Opslag Ammoniumnitraat

Eindverslag Opslag Ammoniumnitraat Landelijk inspectieproject, uitgevoerd i.s.m. VROM-inspectie Eindverslag Opslag Ammoniumnitraat 2002 Projectnummer A554 Arbeidsinspectie Postbus 90801 2509 LV DEN HAAG Contactpersoon: K. Rheiter, Teamleider

Nadere informatie

Meta(al)morfose Inspecties op het gebied van machineveiligheid, geluid en arbobeleid in de metaalindustrie

Meta(al)morfose Inspecties op het gebied van machineveiligheid, geluid en arbobeleid in de metaalindustrie Meta(al)morfose Inspecties op het gebied van machineveiligheid, geluid en arbobeleid in de metaalindustrie Projectnummer: A568 Contactpersoon: mevr. Y. Montforts Tel: 0475-356603 Den Haag, 14 mei 2004

Nadere informatie

Voorlichting, onderricht & Toezicht

Voorlichting, onderricht & Toezicht Interne instructie Arbeidsinspectie Voorlichting, onderricht & Toezicht INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Inspectie 2.3 Handhaving 3. SCHEMA STAPPEN BIJ HANDHAVING Vastgesteld

Nadere informatie

Projectverslag. Garagebedrijven Project A660

Projectverslag. Garagebedrijven Project A660 Projectverslag Garagebedrijven 2004 Project A660 juli 2005 2 Garagebedrijven 2004 Inspectieonderwerpen Veiligheid RI&E en plan van aanpak Bedrijfshulpverlening AI bedrijfstakdirectie Commerciële Dienstverlening

Nadere informatie

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers 1. Wetgeving 1.1 Arbowet In januari 2007 is de Arbowet 2007 van kracht geworden. Het begrip Arbo staat voor Arbeidsomstandigheden en heeft betrekking op Veiligheid, Gezondheid en Welzijn (VGW). De Arbowet

Nadere informatie

Wetgeving valbeveiligingsmiddelen

Wetgeving valbeveiligingsmiddelen Wetgeving valbeveiligingsmiddelen Met betrekking tot de vraag over valkeuringsmiddelen in de Vraagbaak is onderstaande wetgeving relevant: Artikel 7.4a. Keuringen 1.Een arbeidsmiddel waarvan de veiligheid

Nadere informatie

VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ METSELAARS

VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ METSELAARS VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ METSELAARS COLOFON Plaats: Den Haag, 17 augustus 2005 Projectnummer: Inspectieonderwerp: Directie: A658 Fysieke belasting Bouw Landelijke projectleider:

Nadere informatie

Arbeidsomstandigheden. Congres Transport van Afval 5 februari 2015 Marjolein Gobes

Arbeidsomstandigheden. Congres Transport van Afval 5 februari 2015 Marjolein Gobes Arbeidsomstandigheden Congres Transport van Afval 5 februari 2015 Marjolein Gobes De afvalbranche Wijzigingen per 1 juli 2015 > 60 miljoen ton afval per jaar +/- 15.000 werknemers Relatief hoog aantal

Nadere informatie

PROJECTNUMMER: A439 EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT BROODBAKKERIJEN

PROJECTNUMMER: A439 EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT BROODBAKKERIJEN PROJECTNUMMER: A439 EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT BROODBAKKERIJEN INHOUDSOPGAVE. 1. SAMENVATTING. 3 2. AANLEIDING EN DOEL VAN HET INSPECTIEPROJECT. 3 2.1 Strategie. 3 2.2 Doelstelling van het project. 3

Nadere informatie

Rapport. Risico-inventarisatie & -evaluatie daken. Gymzaal

Rapport. Risico-inventarisatie & -evaluatie daken. Gymzaal Rapport Risico-inventarisatie & -evaluatie daken Gymzaal Rapport Risico-inventarisatie & -evaluatie daken Opdrachtgever : Gemeente Veiligheid Valgevaar 23 6583 QQ Veiligstad Tel. 009-555 777 E-mail info@gemeenteveiligheid.nl

Nadere informatie

projectverslag Textiel 2002 A523

projectverslag Textiel 2002 A523 projectverslag Textiel 2002 A523 Contactpersoon: Mw. Y.A.J. Montforts, 0475-356666 Den Haag, november 2003 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 1. Aanleiding en doel van het inspectieproject... 3 1.1 Strategie...

Nadere informatie

Veilig opslaan van glas op glasbokken en -karren, schuif- en rolstellingen

Veilig opslaan van glas op glasbokken en -karren, schuif- en rolstellingen Published on Arbocatalogus voor de vlakglasbranche (http://www.arbocatalogus-vlakglas.nl) Veilig opslaan van glas op glasbokken en -karren, schuif- en rolstellingen Oplossing status: Goedgekeurd door Inspectie

Nadere informatie

Checklist voor controle (audit) NEN 4000

Checklist voor controle (audit) NEN 4000 Rigaweg 26, 9723 TH Groningen T: (050) 54 45 112 // F: (050) 54 45 110 E: info@precare.nl // www.precare.nl Checklist voor controle (audit) NEN 4000 Nalooplijst hoofdstuk 4 Elementen in de beheersing van

Nadere informatie

Aansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, d en.

Aansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, d en. Drie medewerkers in de executieve dienst en twee medewerkers van de afdeling MSO van Bureau Scheveningen. Vier medewerkers in de executieve dienst en drie medewerker van de afdeling Intake & Service van

Nadere informatie

Arbobeleidskader Lucas

Arbobeleidskader Lucas Arbobeleidskader Lucas t.b.v de scholen voor VO van de Lucas 1. Uitgangspunten Het bestuur van Lucas en de directie(s) van de aangesloten scholen zijn verantwoordelijk voor het schoolbeleid. Het arbobeleid

Nadere informatie

Gezond & veilig werken in kleinschalige zorgvoorzieningen dát maakt zorg beter

Gezond & veilig werken in kleinschalige zorgvoorzieningen dát maakt zorg beter Gezond & veilig werken in kleinschalige zorgvoorzieningen dát maakt zorg beter De Inspectie SZW 1 inspecteerde van maart 2011 tot en met februari 2012 zorgboerderijen en andere kleinschalige zorgvoorzieningen.

Nadere informatie

Kamervraag/vragen van de leden Ulenbelt en Van Huijm

Kamervraag/vragen van de leden Ulenbelt en Van Huijm De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Fax (070) 333 40 33

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Ministerie van Infrastructuur en Milieu a Ministerie van Infrastructuur en Milieu 1 > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 2513 AA Den Haag Plesmanweg 1 Den Haag Postbus

Nadere informatie

Peek Bouw & Infra BV. T.a.v. Mevr. N. van Hienen Postbus 250 3990 GB Houten. Betreft: Toetsing RI&E. Geachte mevrouw van Hienen,

Peek Bouw & Infra BV. T.a.v. Mevr. N. van Hienen Postbus 250 3990 GB Houten. Betreft: Toetsing RI&E. Geachte mevrouw van Hienen, Peek Bouw & Infra BV. T.a.v. Mevr. N. van Hienen Postbus 250 3990 GB Houten Betreft: Toetsing RI&E. Geachte mevrouw van Hienen, Op grond van de Arbeidsomstandighedenwet Artikel 5 Risico Inventarisatie

Nadere informatie

Holland Solar heet u welkom. Veilig werken op daken. Solar Solu(ons 2015

Holland Solar heet u welkom. Veilig werken op daken. Solar Solu(ons 2015 Holland Solar heet u welkom Veilig werken op daken Solar Solu(ons 2015 Veilig werken op daken ernst van tongeren directeur/eigenaar ID energie bestuurslid Holland Solar assessor Kenteq ( SEI erkenning

Nadere informatie

Samenvatting wetgeving omtrent Machines en Arbeidsmiddelen

Samenvatting wetgeving omtrent Machines en Arbeidsmiddelen Samenvatting wetgeving omtrent Machines en Arbeidsmiddelen De wetgeving met betrekking tot machines en arbeidsmiddelen is niet eenvoudig. Er zijn diverse richtlijnen en wetten binnen de Europese Unie en

Nadere informatie

De ri&e en het plan van aanpak

De ri&e en het plan van aanpak De ri&e en het plan van aanpak Door: Jaap Bijl (Bijl Opleiding en Advies) 0. Inhoud 1. Samenvatting 2. Wettelijke grondslag 3. Wat is een ri&e en pva? 4. Waarom een ri&e? 5. Waar leidt een ri&e toe? 6.

Nadere informatie

Risico-inventarisatie & evaluatie en Preventiemedewerker

Risico-inventarisatie & evaluatie en Preventiemedewerker Interne Instructie Risico-inventarisatie & evaluatie en Preventiemedewerker Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Wettelijke grondslag 3. Aanpak 3.1. Toezicht en handhaving 3.2. Werkwijze 3.3. Basis toetskader

Nadere informatie

ANALYSE VAN ONGEVALLEN IN DE SECTOR TRANSPORT EN LOGISTIEK

ANALYSE VAN ONGEVALLEN IN DE SECTOR TRANSPORT EN LOGISTIEK A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl T 030 274 3092 F 030 274 44 42 storybuilder@rivm.nl ANALYSE VAN ONGEVALLEN IN DE SECTOR TRANSPORT EN LOGISTIEK Inleiding

Nadere informatie

Toelichting Arbochecklist Algemeen

Toelichting Arbochecklist Algemeen 1 2 Gegevens in te vullen door inlenende partij Let hierbij op, dat voor iedere functie en aparte checklist wordt ingevuld! Als het vak je Ja is aangekruist Voeg de kopie toe aan het dossier en zorg voor

Nadere informatie

Basisinspectiemodule Agressie & Geweld

Basisinspectiemodule Agressie & Geweld Basisinspectiemodule Agressie & Geweld Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand der wetenschap en professionele dienstverlening en is geschreven voor intern gebruik bij de

Nadere informatie

Geachte., Deze overtredingen worden hieronder nader toegelicht: Psychosociale arbeidsbelasting: Werkdruk:

Geachte., Deze overtredingen worden hieronder nader toegelicht: Psychosociale arbeidsbelasting: Werkdruk: Geachte., In de periode Juni t/m Augustus 2013 is er een klacht over arbeidsomstandigheden onderzocht in uw onderneming. Het onderzoek is uitgevoerd in zowel het distributiecentrum (DC) als in enkele filialen.

Nadere informatie

Onderzoeksprogramma van het Kenniscentrum Voorrangsvoertuigen voor 2013-2014

Onderzoeksprogramma van het Kenniscentrum Voorrangsvoertuigen voor 2013-2014 Onderzoeksprogramma van het Kenniscentrum Voorrangsvoertuigen voor 2013-2014 In 2011 en 2012 heeft het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) onderzoek uitgevoerd naar voorrangsvoertuigen. Sinds 2013 wordt

Nadere informatie

Aanrijdgevaar wegwerkers. TNO - Kwaliteit van Leven

Aanrijdgevaar wegwerkers. TNO - Kwaliteit van Leven Aanrijdgevaar wegwerkers Drs. Anita Venema TNO - Kwaliteit van Leven Aanrijdgevaar wegwerkers SZW subsidie Programma Versterking Arbeidsveiligheid Van den Berg Infrastructuren trok de kar - Consument en

Nadere informatie

Meldingsplichtige arbeidsongevallen. Meld ze direct bij de Inspectie SZW

Meldingsplichtige arbeidsongevallen. Meld ze direct bij de Inspectie SZW Meldingsplichtige arbeidsongevallen Meld ze direct bij de Inspectie SZW De Inspectie SZW werkt aan eerlijk, gezond en veilig werk en bestaanszekerheid voor iedereen 2 Meldingsplichtige arbeidsongevallen

Nadere informatie

Bureau KAM/Arbo Waternet Deel RI&E Bodem- en Milieu Technologie

Bureau KAM/Arbo Waternet Deel RI&E Bodem- en Milieu Technologie Bureau KAM/Arbo Waternet Deel RI&E Bodem- en Milieu Technologie Datum inspectie mei 2010 Datum rapport 25 mei 2010 Sector Sector O&P/ sector Drinkwater Auditeur Henk Blaauw / Martin Hammer Opsteller Martin

Nadere informatie

Hoe kan ik Inspectieview gebruiken in mijn toezichtproces?

Hoe kan ik Inspectieview gebruiken in mijn toezichtproces? Hoe kan ik Inspectieview gebruiken in mijn toezichtproces? Versie 1.0 Datum 2 april 2014 Status Definitief Colofon ILT Ministerie van Infrastructuur en Milieu Koningskade 4 Den Haag Auteur ir. R. van Dorp

Nadere informatie

In het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk

In het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk projectverslag A27 hotelschepen projectverslag A27-999 Hotelschepen "Arbeids - & Rusttijden Horecapersoneel aan boord van Nederlandse en buitenlandse hotelschepen" Versie: 20 juni 2000 Uitvoeringsperiode:

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

1 Arbeidsmiddelen volgens het Arbobesluit

1 Arbeidsmiddelen volgens het Arbobesluit 1 Arbeidsmiddelen volgens het Arbobesluit Arbobesluit 7.1 Arbeidsmiddelen buiten gebruik Dit hoofdstuk is niet van toepassing op arbeidsmiddelen die op een zodanige manier zijn gedemonteerd of gesloopt,

Nadere informatie

Risico-inventarisatie & evaluatie

Risico-inventarisatie & evaluatie Interne instructie Arbeidsinspectie Risico-inventarisatie & evaluatie INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Inspectie 2.3 Handhaving 3. ACHTERGRONDINFORMATIE 3.1 Algemeen 3.2

Nadere informatie

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein Inspectieresultaten 2010 31 augustus 2011 Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein - Inspectieresultaten 2010 31 augustus 2011 Colofon Projectnaam

Nadere informatie

Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl. Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool

Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl. Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl Protocol voor opvang bij ernstige incidenten Sint Clemensschool School Sint Clemensschool Bevoegd gezag Stichting Catent Bestuursnummer

Nadere informatie

EERSTE HULP BIJ MOTOR ONGELUKKEN

EERSTE HULP BIJ MOTOR ONGELUKKEN EERSTE HULP BIJ MOTOR ONGELUKKEN INCIDENT MANAGEMENT Wat is Incident Management? IM is het geheel aan maatregelen die beogen de weg zo snel mogelijk voor het verkeer vrij te maken nadat een incident heeft

Nadere informatie

Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk (2). Datum 20 juni 2017.

Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk (2). Datum 20 juni 2017. Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk 17-033(2). Datum 20 juni 2017. Examenvragen Vakman VKM (versie 2, d.d. 4 december 2017) Vraag 1

Nadere informatie

De Nationale Politie Arbeidstijden en Agressie en Geweld geïnspecteerd

De Nationale Politie Arbeidstijden en Agressie en Geweld geïnspecteerd De Nationale Politie Arbeidstijden en Agressie en Geweld geïnspecteerd De Nationale Politie slaagt er nog onvoldoende in om de Arbeidstijdenwet en de bepalingen rondom Agressie en Geweld van de Arbeidsomstandighedenwet

Nadere informatie

PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT PRAKTIJKLOKALEN METAALTECHNIEK

PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT PRAKTIJKLOKALEN METAALTECHNIEK PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT PRAKTIJKLOKALEN METAALTECHNIEK VOORBEREIDEND MIDDELBAAR BEROEPSONDERWIJS (VMBO) MIDDELBAAR BEROEPSONDERWIJS (MBO) BEROEPS VOLWASSEN EDUCATIE (BVE) Eindverslag inspectieproject

Nadere informatie

Meldingsplichtige arbeidsongevallen. Meld ze direct bij de Inspectie SZW

Meldingsplichtige arbeidsongevallen. Meld ze direct bij de Inspectie SZW Meldingsplichtige arbeidsongevallen Meld ze direct bij de Inspectie SZW De Inspectie SZW werkt samen aan eerlijk, gezond en veilig werk en bestaanszekerheid voor iedereen 2 Meldingsplichtige arbeidsongevallen

Nadere informatie

Factsheet Toezicht kermisattracties

Factsheet Toezicht kermisattracties Factsheet Toezicht kermisattracties 2012-2013 Datum: 17 juli 2014 1 Colofon Projectnaam Toezicht Kermisattracties 2012-2013 Projectnummer P3NT12 (2012) en PDNT0000 (2013) Versienummer 8 juli 2014 Projectleiders

Nadere informatie

Inspectie naar naleving Arbowet en aandacht arbeidsomstandigheden in de Bijzondere Zorg

Inspectie naar naleving Arbowet en aandacht arbeidsomstandigheden in de Bijzondere Zorg Inspectie naar naleving Arbowet en aandacht arbeidsomstandigheden in de Bijzondere Zorg Arbeidsinspectie te Den Haag COLOFON: Inspectieproject: Bijzondere Zorg 2003 (A621) Directie: Publieke Dienstverlening

Nadere informatie

VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ STRATENMAKERS

VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ STRATENMAKERS VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ STRATENMAKERS Een ontwikkeling naar machinaal straten COLOFON Plaats: Den Haag, juli 2007 Projectnummer: Inspectieonderwerpen: Directie: A775 Fysieke belasting,

Nadere informatie

Veel gestelde vragen 1

Veel gestelde vragen 1 In dit document zijn de antwoorden op veel gestelde vragen opgenomen. Veel gestelde vragen 1 1. Wat is een BHV-plan? Een document waarin een werkgever schriftelijk vastlegt op welke restrisico s de BHV

Nadere informatie

Dit zijn overtredingen van artikel 5 lid 1 (RI&E) en artikel 5 lid 3 (PvA) van de arbeidsomstandighedenwet.

Dit zijn overtredingen van artikel 5 lid 1 (RI&E) en artikel 5 lid 3 (PvA) van de arbeidsomstandighedenwet. > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag Design Bouw Chalets t.a.v. De heer 10.2.e Rondweg-W est 35 9101 BE DOKKUM 9101BE35 5 december 2018 Betreft Eis Arbo Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag Postbus

Nadere informatie

PROJECT Legionella Binnenvaart 2000 A412

PROJECT Legionella Binnenvaart 2000 A412 PROJECT Legionella Binnenvaart 2000 A412 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Versie: januari 2002 Postadres: Postbus 90801 te 2509 LV DEN HAAG Bezoekadres: Anna van Hannoverstraat 4 te DEN

Nadere informatie

Werken met verontreinigde grond Inspectieresultaten 2015

Werken met verontreinigde grond Inspectieresultaten 2015 Werken met verontreinigde grond Inspectieresultaten 2015 Belangrijkste conclusies 1 Aanleiding van de inspecties 2 Inspectieresultaten aannemers 2 In 2015 heeft de Inspectie SZW 124 inspecties uitgevoerd

Nadere informatie

Nieuws van het. Kenniscentrum. Voorrangsvoertuigen. Wijziging in het projectteam. In dit nummer:

Nieuws van het. Kenniscentrum. Voorrangsvoertuigen. Wijziging in het projectteam. In dit nummer: Nieuws van het Kenniscentrum Voorrangsvoertuigen In dit nummer: Wijziging in het projectteam Stand van zaken lopende projecten Vanaf nu ook stoppen voor groen! Proef Rijkswaterstaat met blauw zwaailicht

Nadere informatie

Inspectie-actie bouw april 2013. Veilig werken met ladders, trappen & rolsteigers 16-10-2013. Programma: > Inspectie SZW / sector bouw

Inspectie-actie bouw april 2013. Veilig werken met ladders, trappen & rolsteigers 16-10-2013. Programma: > Inspectie SZW / sector bouw Inspectie-actie bouw april 2013 Veilig werken met ladders, trappen & rolsteigers Jan Vermeiren p Programma: > Inspectie SZW / sector bouw > Wettelijke bepalingen > Bouwactie voorjaar 2013 / praktijk (foto

Nadere informatie

Basisinspectiemodule Aanrijdgevaar bij werkzaamheden op en langs de openbare weg

Basisinspectiemodule Aanrijdgevaar bij werkzaamheden op en langs de openbare weg Basisinspectiemodule Aanrijdgevaar bij werkzaamheden op en langs de openbare weg Deze BasisInspectieModule (BIM) is opgesteld aan de hand van de stand van de wetenschap en is geschreven voor intern gebruik

Nadere informatie

Projectverslag Schoenbedrijven

Projectverslag Schoenbedrijven Projectverslag Schoenbedrijven Projectnummer: A019 Projectsecretaris: H. Neuman Betrokken regio's:regio Zuid Uitvoeringsperiode: 1998/1999 1. Doelstelling van het project 2. Misstanden 3. Politiek relevante

Nadere informatie

Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h

Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h Datum 12 december 2011 Bijlage(n) - Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h Achtergrond Het kabinet is voornemens de maximumsnelheid op autosnelwegen te verhogen naar 130

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG a 1 1 > Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der StatenGeneraal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 16 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070

Nadere informatie

ARBOCATALOGUS PKGV- INDUSTRIE De arbocatalogus PKGV- industrie is een in fasen ontwikkelde catalogus die beheerd wordt door het Verbond Papier- en

ARBOCATALOGUS PKGV- INDUSTRIE De arbocatalogus PKGV- industrie is een in fasen ontwikkelde catalogus die beheerd wordt door het Verbond Papier- en 2007 ARBOCATALOGUS PKGV- INDUSTRIE De arbocatalogus PKGV- industrie is een in fasen ontwikkelde catalogus die beheerd wordt door het Verbond Papier- en Kartonproducerende en - verwerkende industrieën.

Nadere informatie

Projectverslag Leerindustrie

Projectverslag Leerindustrie Projectverslag Leerindustrie Projectnummer: A018 Projectsecretaris: T. Rijlaarsdam Betrokken regio's: regio Zuid Uitvoeringsperiode: juni 1999 t/m maart 2000 INHOUDSOPGAVE Blz. Inhoudsopgave 2 1 Doelstelling

Nadere informatie

Bijeenkomst Platform voor ondernemingsraden in de Zorg

Bijeenkomst Platform voor ondernemingsraden in de Zorg Bijeenkomst Platform voor ondernemingsraden in de Zorg 9 december 2015 Maria Breas Inspectie SZW Wat doet Inspectie SZW? De Inspectie SZW werkt aan: eerlijk werk, gezond en veilig werk en bestaanszekerheid

Nadere informatie

Inhoud. Pagina 1. Jaarrapport STIMVA 2013

Inhoud. Pagina 1. Jaarrapport STIMVA 2013 JAARRAPPORT 2013 Inhoud Voorwoord pag. 2 Samenvatting pag. 3 Organisatie STIMVA pag. 4 Incidentregistraties pag. 5 Bergingen pag. 6 Ontwikkeling IM bergingen pag. 7 Oorzaak incidenten Vrachtauto s pag.

Nadere informatie

Aan de slag met RI&E RI& onderdeel Preventiebeleid. Waar ik kort over kan zijn

Aan de slag met RI&E RI& onderdeel Preventiebeleid. Waar ik kort over kan zijn Aan de slag met RI&E Als onderdeel van het Preventiebeleid Marco Sikkel (CAOP) m.sikkel@caop.nl /06-51293568 RI& onderdeel Preventiebeleid 1.Het inventariseren en evalueren van de veiligheids- en gezondheidsrisico

Nadere informatie

Meldingsplichtige arbeidsongevallen. Meld ze bij de Arbeidsinspectie

Meldingsplichtige arbeidsongevallen. Meld ze bij de Arbeidsinspectie Meldingsplichtige arbeidsongevallen Meld ze bij de Arbeidsinspectie 1 Meldingsplichtige arbeidsongevallen Na een (ernstig) arbeidsongeval heerst meestal grote verslagenheid in een bedrijf. Op zo n moment

Nadere informatie

BEVOEGD GEZAG WET MILIEUBEHEER Eindrapport Inspectieproject Onderhoudsstops Brzo/ARIE 2010-2012

BEVOEGD GEZAG WET MILIEUBEHEER Eindrapport Inspectieproject Onderhoudsstops Brzo/ARIE 2010-2012 BEVOEGD GEZAG WET MILIEUBEHEER Eindrapport Inspectieproject Onderhoudsstops Brzo/ARIE 2010-2012 Pagina 1 Inhoudsopgave paginanummer 0. Managementsamenvatting 2 1. Inleiding 5 1.1. Aanleiding van het project

Nadere informatie

HANDHAVING DOOR INSPECTIE SZW. Jan Vermeiren Inspectie SZW

HANDHAVING DOOR INSPECTIE SZW. Jan Vermeiren Inspectie SZW HANDHAVING DOOR INSPECTIE SZW Jan Vermeiren Inspectie SZW Inhoud Informatiebijeenkomst Richtlijn Steigers Jan Vermeiren Projectleider Inspectie SZW 9 juni 2016 Inspectie SZW Gezond, veilig en eerlijk werk

Nadere informatie

VERSLAG INSPECTIEPROJECT TECHNISCHE GROOTHANDEL (A501) ARBEIDSINSPECTIE. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

VERSLAG INSPECTIEPROJECT TECHNISCHE GROOTHANDEL (A501) ARBEIDSINSPECTIE. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid VERSLAG INSPECTIEPROJECT TECHNISCHE GROOTHANDEL (A501) ARBEIDSINSPECTIE Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1 Inhoudsopgave SAMENVATTING...3 1. AANLEIDING EN DOELEN VAN HET INSPECTIEPROJECT...4

Nadere informatie

Overzicht beboetbare nieuwe Arbo verplichtingen per

Overzicht beboetbare nieuwe Arbo verplichtingen per Overzicht beboetbare nieuwe Arbo verplichtingen Met ingang van 1 juli 2017 zijn de Arbowet en het Arbobesluit gewijzigd. Zie hierover: https://www.fnv.nl/themas/veilig-en-gezond-werken/arbo/nieuwe-arbowet-per-1-juli-2017

Nadere informatie

Voorwoord: status model RI&E SW

Voorwoord: status model RI&E SW Voorwoord: status model RI&E SW De Model RI&E voor de SW-branche kan gebruikt worden als basis voor een RI&E in uw SW-organisatie. De model RI&E is nadrukkelijk geen goedgekeurde branche RI&E en de inhoud

Nadere informatie

Leidraad bij de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen Keuze, gebruik, reiniging en onderhoud

Leidraad bij de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen Keuze, gebruik, reiniging en onderhoud Leidraad bij de aanschaf van persoonlijke beschermingsmiddelen Keuze, gebruik, reiniging en onderhoud Het aanschaffen van systemen en producten die een bepaalde veiligheid moeten waarborgen kan niet vergeleken

Nadere informatie

Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk (2) d.d. 20 juni 2017.

Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk (2) d.d. 20 juni 2017. Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk 17-033(2) d.d. 20 juni 2017. Examenvragen Multiple Choice voor Medewerker VKM (versie 2, d.d. 4

Nadere informatie

PROTOCOL ERNSTIGE OF DODELIJKE ONGEVALLEN

PROTOCOL ERNSTIGE OF DODELIJKE ONGEVALLEN PROTOCOL ERNSTIGE OF DODELIJKE ONGEVALLEN juni 2005 NVRD POSTBUS 1218 6801 BE ARNHEM TEL. 026-3771 333 FAX. 026-4450 155 E-MAIL POST@NVRD.NL WEBSITE WWW.NVRD.NL - blz. 2 - Acties die genomen dienen te

Nadere informatie

Versnelde en uitgestelde berging vrachtwagens

Versnelde en uitgestelde berging vrachtwagens Versnelde en uitgestelde berging vrachtwagens juni 2012 Inleiding Een incident waarbij vrachtauto s zijn betrokken heeft vaak lange en langdurige files tot gevolg en veroorzaken daarmee aanzienlijke economische

Nadere informatie

Leren van ongevallen. Storybuilder: een schat aan informatie. Leren van ongevallen: het proces. Producten. Vraag aan u

Leren van ongevallen. Storybuilder: een schat aan informatie. Leren van ongevallen: het proces. Producten. Vraag aan u Leren van Landelijke Arbo Congres 18 mei 2015 Vera Sol, Adri Frijters. 2 Leren van : het proces Storybuilder: een schat aan informatie Stap 0 Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Stap 5 Een database met analyse

Nadere informatie

Interne instructie Arbeidsinspectie. Beeldschermwerk. 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Indicatie beeldschermwerk 2.3 Inspectie 2.

Interne instructie Arbeidsinspectie. Beeldschermwerk. 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Indicatie beeldschermwerk 2.3 Inspectie 2. Interne instructie Arbeidsinspectie Beeldschermwerk INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. AANPAK 2.1 Wettelijke grondslag 2.2 Indicatie beeldschermwerk 2.3 Inspectie 2.4 Handhaving 3. ACHTERGRONDINFORMATIE 3.1

Nadere informatie

PBM's kopen en gebruiken

PBM's kopen en gebruiken PBM's kopen en gebruiken De risico-inventarisatie en -evaluatie bepaalt welke risico s kunnen worden geelimineerd of afdoende verminderd. Dit gebeurt eerst door technische beheersmaatregelen en collectieve

Nadere informatie

Projectrapportage. Inspectieproject Afvalketen Metaal

Projectrapportage. Inspectieproject Afvalketen Metaal Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Arbeidsinspectie Projectrapportage Inspectieproject Afvalketen Metaal (Inspecties op de onderwerpen chemische veiligheid, fysieke belasting en machineveiligheid)

Nadere informatie

VERSLAG INSPECTIEPROJECT A538 HOUT EN MEUBEL ALGEMEEN 2002

VERSLAG INSPECTIEPROJECT A538 HOUT EN MEUBEL ALGEMEEN 2002 VERSLAG INSPECTIEPROJECT A538 HOUT EN MEUBEL ALGEMEEN 2002 COLOFON Plaats: Den Haag, 28 februari 2005 Projectnummer: Directie: A538 Bouw Landelijke projectleider: J. Boer, JBoer@minszw.nl, 050-5225322

Nadere informatie

Dit document is alleen geldig op de aangegeven printdatum, tenzij de volgende gegevens zijn ingevuld:

Dit document is alleen geldig op de aangegeven printdatum, tenzij de volgende gegevens zijn ingevuld: Documentgegevens Titel Werkgebied Sanctiebeleid bij niet naleven van de regels, voorschriften en instructies Personeel: Arbo Dit document is alleen geldig op de aangegeven printdatum, tenzij de volgende

Nadere informatie

Veilig werken met apparaten en machines

Veilig werken met apparaten en machines Published on Arbocatalogus voor de vlakglasbranche (http://www.arbocatalogus-vlakglas.nl) Veilig werken met apparaten en machines Oplossing status: Goedgekeurd door Inspectie SZW Een machine is een arbeidsmiddel,

Nadere informatie

EVALUATIERAPPORTAGE STOFKAMACTIE BOUW

EVALUATIERAPPORTAGE STOFKAMACTIE BOUW EVALUATIERAPPORTAGE STOFKAMACTIE BOUW PROJECTNUMMER A451 3 oktober 2000 ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Inleiding De Arbeidsinspectie heeft een stofkamoperatie, een intensieve

Nadere informatie

In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen.

In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen. In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen. Relevante wet-en regelgeving BHV1 1. Arbeidsomstandighedenwet (van kracht sinds 1 januari 2007) N.B. Achter de artikelen

Nadere informatie

Rapportage toetsing Risico Inventarisatie en Evaluatie en Plan van aanpak

Rapportage toetsing Risico Inventarisatie en Evaluatie en Plan van aanpak Rapportage toetsing Risico Inventarisatie en Evaluatie en Plan van aanpak Aan Vlietkinderen t.a.v. Vanessa van Zee Bucaillestraat 6 2273 CA Voorburg Datum 10 maart 2015 Versie Projectnummer Van Definitief

Nadere informatie

Factsheet ongevallen tijdens werkzaamheden aan of nabij het spoor

Factsheet ongevallen tijdens werkzaamheden aan of nabij het spoor Factsheet ongevallen tijdens werkzaamheden aan of nabij het spoor Deze analyse is gebaseerd op de gegevens van de aan de Arbeidsinspectie gemelde en door deze dienst onderzochte ongevallen zoals geregistreerd

Nadere informatie

PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT SOCIALE WERKVOORZIENING. 20 november 2006

PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT SOCIALE WERKVOORZIENING. 20 november 2006 PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT SOCIALE WERKVOORZIENING 20 november 2006 Colofon Arbeidsinspectie, Den Haag November 2006 Projectnummer A760 Looptijd Project Januari 2006 Juni 2006 Inspectieonderwerpen

Nadere informatie

Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk (2) d.d. 20 juni 2017.

Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk (2) d.d. 20 juni 2017. Examenvragen Infra kwaliteit op basis van de Eind- en toetstermen bij BRL 9101:2017 ex bijlage 5. Kenmerk 17-033(2) d.d. 20 juni 2017. Examenvragen Multiple Choice voor Medewerker VKM (versie 2, d.d. 4

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie