Zondag 12 november Ref500 Slotsom in De Hoeksteen, Maasdijk. Intochtpalm Lied 138 vers 1: U loof ik, Heer, met hart en ziel

Transcriptie

1 Zondag 12 november 2017 Ref500 Slotsom in De Hoeksteen, Maasdijk Welkomstwoord. Danken, Denken, Durven Doen! Intochtpalm Lied 138 vers 1: U loof ik, Heer, met hart en ziel Votum uit Ps. 138 gelezen. 1

2 Groet. 8 De HEER zal mij altijd beschermen. HEER, uw trouw duurt eeuwig, laat het werk van uw handen niet los. Loflied: Lied 867 verzen1 en 2: Loof overal, loof al wat adem heeft 2

3 Dienst van de Voorbereiding Verootmoediging: Aan de hand van het gedicht: Jes. 59:9-11. We kunnen voor onszelf geen maakbare kerk of Koninkrijk maken. We lopen altijd te brommen 3

4 9 Daarom blijft het recht ver van ons en is gerechtigheid voor ons onbereikbaar. Wij hopen op licht, maar het is duister, op een sprankje licht, maar we dolen in het donker. 10 We tasten als blinden langs de muur, we tasten rond als iemand die niets kan zien. Op klaarlichte dag struikelen we alsof het schemert, in de kracht van ons leven lijken we dood. 11 Wij allen grommen als beren, we klagen en kreunen droevig als duiven. Wij hopen op recht, maar het is er niet, op redding, maar ze blijft ver van ons. Gebed: Zingen Lied 320 verzen 1 en 2: Wie oren om te horen heeft 4

5 Vrijspraak: Aan de hand van Jes. 59:15-17 (verwijzing Ef. 6:17) Maar de HEER zag het, en het was slecht in zijn ogen dat er geen recht meer was. Op eigen kracht bracht hij redding en zijn gerechtigheid spoorde hem aan. Hij gordde het harnas van de gerechtigheid aan en zette de helm van de redding op zijn hoofd en hulde zich in de mantel van de strijdlust. Zingen Lied 320 verzen 3 en 4: Bied uw naaste de helpende hand 5

6 Dienst van het Woord Gebed: o U God, die ons kent en aanziet! o U die Bevrijder heet, Belofte bent, o dat er een plaats mag zijn waar uw Naam woont, hier in ons midden. 6

7 Lezing 1: Gen. 41: o Dat wij uw Naam heiligen met mond en hart en handen. o Dit bidden wij U, omdat wij vertrouwd raakten met Uw Naam door Jezus, de mensenzoon, Zoon van David, die Uw gerechtigheid in praktijk bracht. Amen. Kinderen naar de Nevendienst. Op aankondiging van de voorganger ontsteekt iemand van de Kinderkerkleiding een kaars aan de Paaskaars en neemt deze mee naar de Kinderkerkruimte. De voorganger nodigt de kinderen uit de kaarsdrager te volgen zodra deze het licht opgehaald heeft. Gen. 41: Zowel de farao als zijn dienaren vonden dit een goed voorstel. 38 Zouden we ooit iemand kunnen vinden als deze man, iemand die zo vervuld is van Gods geest? zei de farao tegen hen. 39 Toen richtte hij zich weer tot Jozef: Aangezien God u dit allemaal bekend heeft gemaakt, is er vast niemand die zo verstandig en wijs is als u. 40 U vertrouw ik het bestuur van mijn paleis toe, en heel mijn volk zal doen wat u beveelt. Alleen door de troon zal ik boven u staan. 41 Hij vervolgde: Hierbij geef ik u het gezag over heel Egypte, 42 en hij deed zijn zegelring af, schoof die aan Jozefs vinger, gaf hem kleren van fijn linnen en hing hem een gouden keten om de hals. 43 Hij liet hem rondrijden in de op een na mooiste wagen die hij bezat, en voor Jozef uit gingen dienaren die riepen: Eerbied! Zo stelde hij Jozef aan over heel Egypte. 7

8 Zingen: Lied 321 verzen 1 en 2: Niet als een storm, als een vloed Lezing 2: Luk. 19: Toen hij Jeruzalem voor zich zag liggen, begon hij te huilen over het lot van de stad. 42 Hij zei: Had ook jij op deze dag maar geweten wat vrede kan brengen! Maar dat blijft voor je verborgen, ook nu. 43 Want er zal een tijd komen dat je vijanden belegeringswerken tegen je oprichten,

9 je omsingelen en je van alle kanten insluiten. 44 Ze zullen je met de grond gelijkmaken en je kinderen verdelgen, en ze zullen geen steen op de andere laten, omdat je de tijd van Gods ontferming niet hebt herkend. 45 Hij ging naar de tempel, waar hij de handelaars begon weg te jagen, 46 terwijl hij hun toevoegde: Er staat geschreven: Mijn huis moet een huis van gebed zijn, maar jullie hebben er een rovershol van gemaakt! 47 Dagelijks gaf hij onderricht in de tempel. De hogepriesters, de schriftgeleerden en de leiders van het volk wilden hem uit de weg ruimen, 48 maar ze wisten niet hoe ze dat moesten doen, want het hele volk hing aan zijn lippen. Zingen Lied 321 verzen 6 en 7: Niet in het graf van voorbij 9

10 Verkondiging Muzikale meditatie Zingen Lied 800 vers 1 Wat zou ik zonder u geweest zijn 10

11 Kinderlied? Kinderen terug uit de Nevendienst! Dienst van de Gebeden Gebeden: Voorbeden: Stil gebed. Gebed van Jezus. Gaven: Slotlied: Lied 747 verzen 1 en 8: Eens komt de grote zomer 11

12 12

13 Zending en zegen. Gemeente reageert met: Amen, amen, amen 13