Cholangiocarcinoom in galwegcysten: vooral bij volwassenen*
|
|
- Anneleen Dijkstra
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Oorspronkelijke stukken Cholangiocarcinoom in galwegcysten: vooral bij volwassenen* j.s.de vries, d.c.aronson, h.a.heij, o.r.busch, d.j.gouma en t.m.van gulik Een galwegcyste is een zeldzame, congenitale dilatatie van de galwegen. De geschatte incidentie in westerse landen varieert van 1: tot 1: De afwijking komt vaker voor bij vrouwen: de man-vrouwratio bedraagt 1: De meest gebruikte indeling van galwegcysten is de classificatie volgens Todani (figuur 1). 3 Type-I-cysten, waarbij alleen de extrahepatische galwegen zijn aangedaan, komen het meest voor. Intrahepatische cysten (type V, ziekte van Caroli), ook in combinatie met extrahepatische cysten (type IVa), kunnen verspreid of gelokaliseerd voorkomen. Type-IVb-cysten, multipele extrahepatische cysten, zijn zeldzaam (niet afgebeeld in figuur 1). De oorzaken van galwegcysten zijn onduidelijk. Type-I-cysten komen vaak voor samen met een abnormaal lang ( 2 cm) gemeenschappelijk kanaal van het distale deel van de choledochus en de pancreaticus (tot 92% van de gevallen). Een gemeenschappelijk kanaal zou reflux van pancreassecreet in de galwegen kunnen veroorzaken. Door blootstelling van de galwegwand aan pancreasenzymen in combinatie met een hogere druk in de hepatocholedochus zou cystenvorming kunnen optreden. 2 De incidentie van het cholangiocarcinoom is laag, maar er is een verhoogde kans op ontstaan hiervan in galwegcysten (20-30%). 4 5 Hoewel voorheen bij de behandeling van galwegcysten werd volstaan met een chirurgische, interne-drainageoperatie (cystenterostomie) geldt tegenwoordig, gezien de kans op het ontstaan van een cholangiocarcinoom, resectie als de behandeling van keuze. Doel van deze studie was het vóórkomen van cholangiocarcinoom te evalueren bij pediatrische en volwassen patiënten die wegens een galwegcyste waren behandeld. *Over de patiëntengroep beschreven in dit artikel werd eerder gepubliceerd in The Journal of Pediatric Surgery (2002;37: ), met als titel Choledochal cysts: age of presentation, symptoms, and late complications related to Todani s classification. Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, Meibergdreef 9, 1105 AZ Amsterdam. Afd. Heelkunde: hr.j.s.de Vries, assistent-in-opleiding; hr.dr.o.r.busch, hr.prof.dr.d.j.gouma en hr.prof.dr.t.m.van Gulik, chirurgen. Afd. Kinderchirurgie: hr.dr.d.c.aronson en hr.prof.dr.h.a.heij, kinderchirurgen. Correspondentieadres: hr.prof.dr.t.m.van Gulik (t.m.vangulik@amc.uva.nl). samenvatting Doel. Evaluatie van het vóórkomen van cholangiocarcinoom bij kinderen en volwassenen die voor een galwegcyste behandeld waren. Opzet. Beschrijvend. Methode. Gegevens werden geanalyseerd van 42 patiënten met galwegcysten die waren behandeld in in het Academisch Medisch Centrum of het VU Medisch Centrum, beide te Amsterdam. De man-vrouwratio was 1:3. De patiënten werden verdeeld in 3 leeftijdsgroepen: 2 jaar (n = 10), 2-16 jaar (n = 11) en 16 jaar (n = 21). Resultaten. Er waren 33 cysten als extrahepatisch geclassificeerd, 5 als intrahepatisch en 4 als intra- én extrahepatisch. Bij 6 patiënten, allen ouder dan 16 jaar, was cholangiocarcinoom gediagnosticeerd. Van hen waren er 4 eerder behandeld door middel van een chirurgische interne-drainageprocedure (cystenterostomie). Twee patiënten met cholangiocarcinoom ondergingen een resectie. Van de patiënten konden er 4 niet meer curatief worden behandeld op het moment van het stellen van de diagnose. 6 patiënten waren overleden aan het eind van de studieperiode; 5 van hen hadden een carcinoom. Conclusie. Cholangiocarcinoom in een galwegcyste wordt vooral op volwassen leeftijd gevonden. Gezien de kans op het ontstaan van cholangiocarcinoom is vroege radicale resectie en niet interne drainage of partiële resectie de juiste behandeling voor extrahepatische galwegcysten. Patiënten die in het verleden zijn behandeld met interne drainage (cystenterostomie) dienen alsnog totale resectie van de cyste te ondergaan. patiënten en methode Patiënten. In de periode 1 januari december 1999 waren 42 patiënten met galwegcysten behandeld in het Academisch Medisch Centrum (AMC) (n = 36) of het VU Medisch Centrum te Amsterdam (n = 6). De mediane leeftijd was 16 jaar (uitersten: 0-72). De manvrouwverhouding was 11:31. Methode. Gegevens van de behandelde patiënten werden verzameld door middel van statusonderzoek. De patiënten werden gevonden in het diagnoseregistratiesysteem van de afdelingen Chirurgie en Kinderchirurgie. Symptomen bij presentatie en complicaties van de galwegcysten werden onderzocht. Aan de hand van de leeftijd waarop de diagnose was gesteld, werden patiënten verdeeld in 3 groepen: jonger dan 2 jaar, 2-16 jaar en ouder dan 16 jaar. Statistische significantie van de resultaten werd berekend met behulp van de χ 2 -toets, met p 0,05 als significantieniveau. Significantie, indien relevant, wordt vermeld in tekst en tabellen. resultaten Klinische presentatie. Tabel 1 laat de symptomen bij presentatie zien, verdeeld over de 3 leeftijdsgroepen. Buikpijn kwam het frequentst voor (32/42 patiënten; 76%), vooral in de volwassen groep (20/21 patiënten; 95%). Icterus was het belangrijkste symptoom bij kinderen en werd bij alle 10 patiënten jonger dan 2 jaar gezien. Cholangitis (cholestase met koorts) kwam voor bij meer dan eenderde van de patiënten (15/42 patiënten; 326 Ned Tijdschr Geneeskd februari;148(7)
2 TABEL 1. Symptomen bij 42 patiënten met galwegcysten, , verdeeld in 3 leeftijdsgroepen hepaticus choledochus symptomen totaal leeftijd in jaren (n = 42) (n = 10) (n = 11) (n = 21) galblaas normaal type I buikpijn 32 3* 9 20* icterus 24 10* 8 6* misselijkheid of braken hepatomegalie gewichtsverlies palpabele massa in buik portale hypertensie sepsis cholangitis pancreatitis galstenen *p 0,05 voor het verschil in vóórkomen van buikpijn respectievelijk icterus bij patiënten 2 jaar versus 16 jaar. type II type III 39 patiënten was de diagnose choledochuscyste reeds bekend bij verwijzing. Bij de overige 34 van deze 39 patiënten was de diagnose bij ons gesteld met echografie of een vorm van cholangiografie (endoscopische retrograde cholangiopancreaticografie (ERCP), percutane transhepatische cholangiografie (PTC) of magnetischeresonantiecholangiopancreaticografie (MRCP), figuur 2 en 3). Bij 3 patiënten (7%) was de juiste diagnose tijdens operatie gesteld. Tabel 2 laat de verdeling van de verschillende typen cysten zien en het vóórkomen van een gemeenschappelijk kanaal en cholangiocarcinoom in iedere leeftijdsgroep. De meeste cysten waren extrahepatisch en het merendeel was van het type I (30/42 patiënten; 71%). Er waren geen type-ivb-cysten. Type V (5/42; 12%) was alleen in de volwassen groep gezien: 3 van de 5 type-vcysten kwamen diffuus intrahepatisch voor, 2 van de 5 waren beperkt tot de linker leverkwab. Van 29 patiënten (69%) was er een ERCP of PTC beschikbaar waarop de aanwezigheid van een gemeen- type IVa type V figuur 1. Classificatie van galwegcysten volgens Todani, 3 met frequentieverdeling: 1 2 type I: dilatatie van hepaticus en choledochus (40-85%); type II: divertikel van de choledochus (2-3%); type III: intraduodenale dilatie van de choledochus (1,4-5,6%); type IVa: intra- en extrahepatische galwegdilataties (18-20%); type V: intrahepatische galwegdilataties (zeldzaam). 36%) en pancreatitis bij 7 patiënten (17%). Hoewel statistisch niet significant, kwam pancreatitis vaker voor in de leeftijdsgroep van 2-16 jaar (4/11 patiënten; 36%). Van de 6 patiënten met carcinoom presenteerden 5 zich met buikpijn en 2 met obstructie-icterus (tabel 2; zie ook de paragraaf Diagnose ). Diagnose. Bij 39 van de 42 patiënten (93%) was de diagnose galwegcyste preoperatief bekend. Bij 5 van de TABEL 2. Diagnosen bij 42 patiënten met galwegcysten, , verdeeld in 3 leeftijdsgroepen diagnose totaal leeftijd in jaren (n = 42) (n = 10) (n = 11) (n = 21) galwegcyste type I type II type III type IVa type V carcinoom gemeenschappelijk kanaal van het distale deel van de choledochus en de pancreaticus* *Een cholangiogram was bij 29/42 patiënten beschikbaar. Ned Tijdschr Geneeskd februari;148(7) 327
3 ERCP-slang choledochus (afgesloten) pancreaticus gemeenschappelijk kanaal pancreaticus accessorius (Santorini) figuur 2. Afbeelding bij endoscopische retrograde cholangiopancreaticografie (ERCP) van een gemeenschappelijk kanaal van het distale deel van de choledochus en de pancreaticus. Van de choledochus communis is alleen het distale deel zichtbaar. schappelijk kanaal kon worden beoordeeld. Deze was bij 10 van deze 29 patiënten gevonden. Bij 1 van deze 10 was tevens een cholangiocarcinoom gediagnosticeerd. Bij de 5 andere patiënten met carcinoom was geen gemeenschappelijk kanaal gezien, maar bij 4 van hen was dat moeilijk te beoordelen wegens een eerdere internedrainageoperatie. Cholangiocarcinoom was bij 6 van de 42 patiënten (14%) vastgesteld, allen in de leeftijdsgroep ouder dan 16 jaar (5 van type I, 1 van type IVa). Bij 4 van de 6 patiënten was bij de echografie reeds een voor maligniteit verdachte afwijking gezien. Bij 2 van deze 4 patiënten was afgezien van operatie; bij de een wegens levermetastasen op een CT-scan, bij de ander wegens irresectabiliteit, vastgesteld op basis van een CT-scan. Bij de 3e van deze 4 patiënten was de diagnose peroperatief gesteld en bleek resectie niet meer mogelijk. Bij de 4e patiënt was de diagnose gesteld aan de hand van een biopt tijdens een ERCP en werd resectie verricht. Bij 1 van de 2 patiënten bij wie echografisch geen afwijkingen waren gezien, was een stenose van de distale choledochus gezien bij cholangiografie en bleek bij exploratieve laparotomie een irresectabele tumor te bestaan. Bij de 6e patiënt met cholangiocarcinoom was de diagnose carcinoom postoperatief gesteld op basis van pathologisch onderzoek van het resectiepreparaat. De resectie bleek curatief te zijn. Interval tussen eerste presentatie en resectie. Bij 14/42 patiënten (33%) was het interval tussen eerste presentatie en resectie meer dan 1 jaar (gemiddelde: 14 jaar; uitersten: 2-33). Bij 7 van deze 14 patiënten was dit het gevolg van het laat stellen van de diagnose galwegcyste. Bij 5 andere patiënten was in eerste instantie een chirurgische drainageprocedure verricht. Bij 2/14 patiënten (beiden in de groep van 2-16 jaar) was de diagnose laat gesteld en was in eerste instantie een interne-drainageprocedure uitgevoerd. Een lang interval werd vooral gezien bij patiënten ouder dan 16 jaar (9/21 patiënten; 43%). Er behoorden 4 patiënten met cholangiocarcinoom tot de 14 patiënten met een interval langer dan 1 jaar tussen presentatie en behandeling. Bij 1 van deze patiënten was de cyste aangezien voor een pancreaspseudo-cyste, die behandeld was met marsupialisatie; de 3 andere patiënten waren eerst behandeld met een cystenterostomie. Behandeling. De meeste patiënten ondergingen een resectie (tabel 3). Bij extrahepatische cysten (type I en II, en het extrahepatische deel van type IVa) was de cyste verwijderd, meestal met aanleg van een biliodigestie- 328 Ned Tijdschr Geneeskd februari;148(7)
4 rechter galwegsysteem linker galwegsysteem confluens galwegcyste duodenum maag figuur 3. Magnetische-resonantiecholangiopancreaticografie van een type-i-galwegcyste. TABEL 3. Behandeling van 42 patiënten met galwegcysten, , verdeeld naar type cyste behandeling totaal type galwegcyste (n = 42) I II III IV V (n = 30) (n = 2) (n = 1) (n = 4) (n = 5) resectie van cyste partiële leverresectie Whipple-resectie geen curatieve behan deling (wegens carcinoom) cystoduodenostomie sfincterotomie conservatief geen operatie (patiënt daarvóór overleden) tevens Roux-en-Y reconstructie ve anastomose door middel van een Roux-en-Y-reconstructie. Drie patiënten met een type-i-cyste waren in eerste instantie behandeld met een cystoduodenostoma, allen vóór Eén van hen onderging later resectie van de cyste. Bij 2 patiënten (1 met type-iva-, 1 met type-v-galwegcyste) was een partiële leverresectie verricht. De overige patiënten met type-v-cysten waren conservatief behandeld. De enige patiënt met een type- III-cyste was behandeld door middel van een endoscopische sfincterotomie. Van de 6 patiënten met carcinoom ondergingen 2 een resectie. Bij één van hen was, na een interne-drainageprocedure in het verleden, een subtotale pancreatoduodenectomie (Whipple-resectie) uitgevoerd, waarbij bij microscopisch onderzoek van het resectiepreparaat de resectieranden niet vrij van tumor waren. De andere patiënt onderging een microscopisch radicale, lokale resectie. Bij 2 patiënten (1 patiënt met type-i- en 1 patiënt met type-iva-galwegcyste), beiden eerder behandeld met een cystenterostomie, bleek de tumor bij exploratieve laparotomie niet resectabel. Bij de 2 laatste patiënten werd de tumor reeds bij het stellen van de diagnose irresectabel geacht. Eén van hen had carcinoom gekregen na een eerdere cystenterostomie. Eén kind van 1 jaar met een type-i-cyste was overleden voor zij behandeld kon worden. In totaal waren 6 patiënten aan het eind van de studieperiode overleden. Van deze 6 patiënten hadden er 5 cholangiocarcinoom. Eén kind overleed, zoals genoemd, voor de behandeling gestart kon worden. De 6e patiënt met cholangiocarcinoom verkeerde 8 jaar na radicale resectie in goede gezondheid. beschouwing In dit onderzoek had de helft van de patiënten met galwegcysten een leeftijd jonger dan 17 jaar. 2 Symptomen bij presentatie hangen samen met de leeftijd van de patiënt. Icterus als eerste verschijnsel treedt met name bij kinderen op, terwijl buikpijn in het algemeen het meest voorkomende symptoom vooral bij volwassenen wordt gezien. 26 Deze symptoomverdeling werd ook in dit onderzoek gevonden. Icterus wordt vermoedelijk vaker bij kinderen gezien, omdat een galwegcyste die leidt tot vol- Ned Tijdschr Geneeskd februari;148(7) 329
5 TABEL 4. Prevalentie van cholangiocarcinoom in galwegcysten eerste auteur jaar van publicatie aantal patiënten gemiddelde leeftijd van patiënten met carcinoom, bij presentatie totaal met carcinoom met carcinoom (uitersten) (% van totaal) na interne drainage (% van patiënten met een carcinoom) Jan (10) 3 (38) 50 (32-81) Bismuth (13) 2 (33) 39 (17-57) Lenriot (12) 3 (60) 39 (29-51) Hewitt (14) 0 (0) 46 (30-62) Stain (26) 1 (17) 48 (34-60) Lipsett (7) 0 (0) volwassenen Chijiiwa (9) 1 (25) 61 (42-71) Robertson (15) 1 (50) 41 (41-41) Todani (10) 3 (38) niet vermeld huidig onderzoek 42 6 (14) 4 (67) 36 (20-62) totaal (11) 18 (36) ledige afsluiting vaker op vroege leeftijd tot uiting komt. Cholangiocarcinoom in een galwegcyste werd alleen op volwassen leeftijd gevonden. Het vaker optreden van cholangitis en galstenen bij intrahepatische cysten en van icterus bij extrahepatische cysten is bekend Dit verschil wordt mogelijk verklaard door de plaats van de cysten in het galwegsysteem. Extrahepatische cysten leiden eerder tot een strictuur en volledige obstructie van de choledochus met icterus als gevolg, terwijl intrahepatische cysten meestal slechts een deel van de galwegen afsluiten en meer lokale complicaties geven. Zoals in de meeste patiëntengroepen het geval is, had ook in dit onderzoek het merendeel van de patiënten een type-i-galwegcyste. 2 Voor het stellen van de diagnose is echografie van de buikorganen doorgaans het eerste radiologische onderzoek en deze is vaak afdoende. 10 Als de diagnose met niet-invasieve middelen is gesteld, is een vorm van cholangiografie niet strikt noodzakelijk, tenzij de chirurg preoperatief nauwkeurig over de (afwijkende) anatomie geïnformeerd wil zijn. Daarbij gaat de aandacht met name uit naar de relatie tussen het distale deel van de cyste en het verloop van de pancreaticus. 11 De aanwezigheid van een gemeenschappelijk kanaal vergroot namelijk de kans op letsel van de pancreaticus tijdens resectie. Een ERCP kan kort vóór de resectie electief worden verricht. Preoperatieve drainage van de cyste is niet per se noodzakelijk, omdat resectie op korte termijn plaats dient te vinden. Wordt er echter een cholangiogram gemaakt omdat de diagnose nog niet duidelijk was of omdat de chirurg hierom heeft verzocht en wordt daarbij de cyste opgespoten, dan is drainage noodzakelijk wegens het risico op cholangitis. Gezien het lage risico op infectie bij een ERCP wordt in principe geen antibioticaprofylaxe gegeven. 12 Alleen wanneer drainage noodzakelijk, maar niet volledig mogelijk is, wordt antibioticaprofylaxe gegeven (amoxicilline-gentamicine in het AMC). Bij het merendeel van de volwassen patiënten in dit onderzoek was preoperatief zowel echografie als een vorm van cholangiografie verricht. Invasieve cholangiografie was minder vaak bij kinderen uitgevoerd, hoewel een grotere kans op complicaties van cholangiografie in deze leeftijdsgroep niet bekend is. 13 De meer recent ontwikkelde, niet-invasieve MRCP lijkt een veelbelovend alternatief. 14 Een CT-scan of gewone MRI-scan van de buik wordt gemaakt bij patiënten met intrahepatische cysten of, indien een galwegcarcinoom wordt vermoed, om uitbreiding en eventuele (lever)metastasen vast te stellen Bij niet voor maligniteit verdachte extrahepatische cysten kan een gewone MRI-scan ook informatie geven over de anatomie van een eventueel bestaand gemeenschappelijk kanaal. De diagnose maligniteit wordt gesteld op basis van klinisch onderzoek en beeldvormende technieken en zo nodig preoperatief bevestigd met pathologisch onderzoek op basis van cytologische analyse van materiaal na een punctie, biopsie of weefselafname met een borsteltje. Volgens de literatuur komt bij 9 tot 26% van de patiënten met galwegcysten cholangiocarcinoom voor. De door ons gevonden 14% (extrahepatisch) cholangiocarcinoom in galwegcysten is in overeenstemming met de bevindingen in de meeste recente studies (tabel 4) Door het aanhoudend verhoogde risico op het ontstaan van cholangiocarcinoom in galwegcysten, ook na een interne drainage, is het concept van behandeling van extrahepatische galwegcysten in de afgelopen 20 jaar veranderd Primaire totale resectie in combinatie met een biliodigestieve anastomose geldt tegenwoordig als de voorkeursbehandeling van galwegcysten. Het is van belang een complete resectie te verrichten, proximaal tot in de bifurcatie en distaal tot in het pancreas, omdat anders de kans op recidiefcyste of het ontstaan van een cholangiocarcinoom blijft bestaan. Alleen type-iii-cysten vormen hierop een uitzondering. Omdat het risico van carcinoom bij dit type lager wordt geschat, zijn de betreffende patiënten het beste geholpen met een endoscopische sfincterotomie. 224 De behandeling van bijna al onze patiënten was in overeenstemming met het genoemde beleid. Drie pa- 330 Ned Tijdschr Geneeskd februari;148(7)
6 tiënten met extrahepatische cysten waren in het begin van de studieperiode behandeld door middel van een cystenterostomie, in een tijd dat interne drainage nog als standaardbehandeling gold. Gezien de aanhoudend hoge kans op cholangiocarcinoom (zie tabel 4) wordt tegenwoordig resectie van extrahepatische cysten ook na een eerdere drainageprocedure aangeraden Aan alledrie patiënten met een eerdere cystenterostomie in deze patiëntengroep is een secundaire resectie van de volledige cyste geadviseerd. Eén patiënt is in dit kader reeds gereopereerd. De bij een dergelijke secundaire resectie verhoogde kans op complicaties 25 benadrukt echter wel het belang van een vroege primaire resectie. Omdat de kans op cholangiocarcinoom bij type-vcysten, net als bij type III, lager wordt geschat, is resectie bij deze patiënten, zoals in onze groep ook het geval was, meestal beperkt tot de symptomatische, unilateraal voorkomende vorm. 14 Recent is door Bismuth en Krissat echter levertransplantatie geopperd ter preventie van maligniteit bij patiënten met uitgebreid voorkomende, diffuse, intrahepatische cysten. 17 Conclusies. Icterus als eerste symptoom van een galwegcyste wordt vooral bij kinderen gezien en buikpijn met name bij volwassenen. Cholangiocarcinoom in een galwegcyste wordt vooral in de volwassen leeftijd gevonden. Gezien het hoge risico op cholangiocarcinoom is vroege resectie en niet een inwendige, chirurgische drainage (cystenterostomie) of partiële resectie, de beste behandeling van type-i-, -II- en het extrahepatische deel van type-iv-galwegcysten. Indien onduidelijkheid bestaat over de relatie tussen het distale deel van de cyste en het verloop van de pancreaticus, is een vorm van cholangiografie nodig voor een goede preoperatieve planning. Patiënten die in het verleden zijn behandeld met interne drainage of partiële resectie houden een verhoogd risico op maligniteit en hebben er belang bij alsnog een totale resectie van de cyste te ondergaan. De beschreven patiëntengroep kwam mede tot stand door mw.drs.s.de Vries, hr.dr.d.k.bosman, hr.dr.e.a.j.rauws, hr. dr.a.bosma en hr.dr.o.m.van Delden. Hr.dr.S.S.Phoa, radioloog, Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, beoordeelde de radiologische afbeeldingen. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. abstract Cholangiocarcinoma in choledochal cysts, especially in adults Objective. Evaluation of the incidence of cholangiocarcinoma in a series of paediatric and adult patients treated for choledochal cysts. Design. Descriptive. Method. Data of 42 patients with choledochal cysts who were treated in the period in either the Academic Medical Centre or the Medical Centre of the Free University, both in Amsterdam, the Netherlands, were analysed. The male:female ratio was 1:3. The patients were divided into 3 groups on the basis of age: 2 years (n = 10), 2-16 years (n = 11), 16 years (n = 21). Results. Thirty-three cysts were classified as extrahepatic, five as intrahepatic and four as both intra- and extrahepatic. Cholangiocarcinoma occurred in six patients (all adults). Four of these patients had previously undergone a surgical internal drainage procedure (cystenterostomy). Two patients with cholangiocarcinoma underwent resection and four of them were beyond curative treatment at the time of diagnosis. Six patients had died at the completion of this study, including five with cholangiocarcinoma. Conclusion. Cholangiocarcinoma in choledochal cysts occurs mainly in adults. In view of the high risk of cholangiocarcinoma, the appropriate treatment for extrahepatic biliary cysts is early radical resection and not internal drainage or partial resection. Patients who have had internal drainage (cystenterostomy) in the past should undergo total resection of the cyst. literatuur 1 Lu S. Biliary cysts and strictures. In: Kaplowitz N, editor. Liver and biliary diseases. Baltimore: Williams & Wilkins; p Lipsett P. Biliary atresia and cysts. In: Pitt H, editor. The biliary tract (part of Clinical Gastro Enterology). Vol. 11. Londen: Baillière Tindall; p Todani T, Watanabe Y, Narusue M, Tabuchi K, Okajima K. Congenital bile duct cysts. Classification, operative procedures, and review of thirty-seven cases including cancer arising from choledochal cyst. Am J Surg 1977;134: Komi N, Tamura T, Tsuge S, Miyoshi Y, Udaka H, Takehara H. Relation of patient age to premalignant alterations in choledochal cyst epithelium. J Pediatr Surg 1986;21: Todani T, Toki A. Cancer arising in choledochal cyst and management. Nippon Geka Gakkai Zasshi 1996;97: Samuel M, Spitz L. Choledochal cyst: varied clinical presentation and long-term results of surgery. Eur J Pediatr Surg 1995;6: Taylor AC, Palmer KR. Caroli s disease. Eur J Gastroenterol Hepatol 1998;10: Hewitt PM, Krige JE, Bornman PC, Terblanche J. Choledochal cysts in adults. Br J Surg 1995;82: Stringer MD, Dhawan A, Davenport M, Mieli-Vergani G, Mowat AP, Howard ER. Choledochal cysts. Arch Dis Child 1995;73: Akhan O, Demirkazik FB, Ozmen MN, Ariyurek M. Choledochal cysts: ultrasonographic findings and correlation with other imaging modalities. Abdom Imaging 1994;19: Lindberg CG, Hammarstrom LE, Holmin T, Lundstedt C. Cholangiographic appearance of bile-duct cysts. Abdom Imaging 1998;23: Nelson DB. Infectious disease complications of GI endoscopy. Part I: endogenous infections. Gastrointest Endosc 2003;57: Putnam PE, Kocoshis SA, Orenstein SR, Schade RR. Pediatric endoscopic retrograde cholangiopancreatography. Am J Gastroenterol 1991;86: Matos C, Nicaise N, Devière J, Cassart M, Metens T, Struyven J, et al. Choledochal cysts: comparison of findings at MR cholangiopancreatography and endoscopic retrograde cholangiopancreatography in eight patients. Radiology 1998;209: Kim OH, Chung HJ, Choi BG. Imaging of the choledochal cyst. Radiographics 1995;15: Jan YY, Chen HM, Chen MF. Malignancy in choledochal cysts. Hepatogastroenterology 2000;47: Bismuth H, Krissat J. Choledochal cystic malignancies. Ann Oncol 1999;10 Suppl 4: Lenriot JP, Gigot JF, Segol P, Fagniez PL, Fingerhut A, Adloff M. Bile duct cysts in adults: a multi-institutional retrospective study. Ann Surg 1998;228: Stain SC, Guthrie CR, Yellin AE, Donovan AJ. Choledochal cyst in the adult. Ann Surg 1995;222: Lipsett PA, Pitt HA, Colombani PM, Boitnott JK, Cameron JL. Choledochal cyst disease. A changing pattern of presentation. Ann Surg 1994;220: Chijiiwa K, Koga A. Surgical management and long-term followup of patients with choledochal cysts. Am J Surg 1993;165: Robertson JF, Raine PA. Choledochal cyst: a 33-year review. Br J Surg 1988;75: Ned Tijdschr Geneeskd februari;148(7) 331
7 23 Todani T, Watanabe Y, Toki A, Urushihara N. Carcinoma related to choledochal cysts with internal drainage operations. Surg Gynecol Obstet 1987;164: Ladas SD, Katsogridakis I, Tassios P, Tastemiroglou T, Vrachliotis T, Raptis SA. Choledochocele, an overlooked diagnosis: report of 15 cases and review of 56 published reports from 1984 to Endoscopy 1995;27: Kaneko K, Ando H, Watanabe Y, Seo T, Harada T, Ito F, et al. Secondary excision of choledochal cysts after previous cyst-enterostomies. Hepatogastroenterology 1999;46: Aanvaard op 12 september 2003 Casuïstische mededelingen Bronchocentrische granulomatose en Mycoplasma-pneumonie a.keijzer, j.m.a.daniels, w.a.t.slieker, w.timens, c.s.de graaff en w.g.boersma Bronchocentrische granulomatose is een aspecifieke longaandoening met kenmerkende pathomorfologische eigenschappen, die met diverse uitlokkende factoren in verband is gebracht. Wij zagen een patiënt met bronchocentrische granulomatose en een Mycoplasma-pneumonie. Medisch Centrum Alkmaar, Wilhelminalaan 12, 1815 JD Alkmaar. Afd. Longziekten: mw.a.keijzer en hr.j.m.a.daniels, assistent-geneeskundigen; hr.c.s.de Graaff en hr.dr.w.g.boersma, longartsen. Afd. Medische Immunologie: mw.dr.w.a.t.slieker, medisch immunoloog. Academisch Ziekenhuis Groningen, afd. Pathologie & Laboratoriumgeneeskunde, Groningen. Hr.prof.dr.W.Timens, patholoog. Correspondentieadres: hr.j.m.a.daniels samenvatting Een 61-jarige man presenteerde zich met dyspnoe, thoracale pijn, hoge koorts en koude rillingen. Een thoraxfoto toonde een combinatie van alveolaire consolidaties en versterkte nodulaire en interstitiële tekening. Patiënt knapte niet op, ondanks antibiotische therapie bij de werkdiagnose pneumonie met een atypisch pathogeen agens. Na een uiteindelijk verrichte open longbiopsie bleek het karakteristieke beeld van bronchocentrische granulomatose. Tevens bleken de serologische uitslagen op Mycoplasma pneumoniae positief, passend bij een primaire infectie. Behandeling met prednisolon en erytromycine gaf verbetering van klachten en 5 maanden na ontslag waren er röntgenologisch geen afwijkingen meer aantoonbaar. De combinatie bronchocentrische granulomatose en Mycoplasma-pneumonie is in de literatuur niet eerder beschreven en een causaal verband kan slechts worden vermoed. De beschreven casus illustreert de aanvullende waarde van invasieve diagnostiek bij uitblijven van klinisch herstel na een adequaat behandelde pneumonie. ziektegeschiedenis Patiënt A, een 61-jarige man, presenteerde zich op de Spoedeisende Hulp van ons ziekenhuis. Twee weken eerder, tijdens een vakantie in Gran Canaria, kreeg patiënt klachten van algehele malaise en verminderde eetlust, gevolgd door een niet-productieve hoest, dyspnée d effort, thoracale pijn links en koorts met koude rillingen. Een geconsulteerde lokale arts constateerde een longontsteking en startte antibiotische therapie (cefonicida, een 2e-generatiecefalosporine). De voorgeschiedenis van patiënt vermeldde, behoudens glaucoom en veel roken (30 pakjaren), geen bijzonderheden. Als medicatie gebruikte hij timololoogdruppels. Hij hield een parkiet als huisdier. Op Gran Canaria had hij geen grotten bezocht (van belang in verband met een verhoogde kans op schimmel- of Legionella-infectie bij grotbezoekers). Bij opname zagen wij een matig zieke, cyanotische en dyspnoïsche man, met een bloeddruk van 130/90 mmhg, een pols van 109/min, regulair en equaal, en een lichaamstemperatuur van 37 C (later 39 C). Bij auscultatie van de longen werden verspreid in- en expiratoire ronchi gehoord met links dorsobasaal crepitaties. Overig lichamelijk onderzoek bracht geen afwijkingen aan het licht. Het laboratoriumonderzoek toonde (referentiewaarden tussen haakjes): een bezinking van 81 mm/h ( 20), een concentratie C-reactief proteïne van 208 mg/l ( 5) en een leukocytenaantal van 10, /l met bij differentiatie 79% granulocyten en 1% eosinofielen. De leverfunctie was gestoord: bilirubine totaal: 27,7 µmol/l; bilirubine direct: 18,0 µmol/l; aspartaataminotransferase (ASAT): 32 U/l (6-25); alanineaminotransferase (ALAT): 64 U/l (8-29); lactaatdehydrogenase (LDH): 476 U/l ( ); alkalische fosfatase (AF) 702 U/l (70-250); γ-glutamyltransferase (γ GT): 457 U/l (4-20). Nierfunctiewaarden en urinesediment waren niet afwijkend. Arteriële bloedgasanalyse (tijdens toediening van O 2 4 l/min) liet de volgende waarden zien: ph: 7,45 (7,35-7,45); Pco 2 : 5,5 kpa (4,6-6); Po 2 : 7,7 kpa (11-14); bicarbonaat: 28,3 mmol/l (23-30); standaardbicarbonaat: 28,1 mmol/l (22-26); basenoverschot: 4,3 ( 3-2); O 2 -saturatie: 90% (95-100). Röntgenonderzoek van de thorax liet links basaal alveolaire consolidaties zien en verspreid over beide longvelden versterkte nodulaire en interstitiële tekening (figuur 1). Bij bronchoscopie werden behoudens veel purulent secreet geen afwijkingen gezien. Het grampreparaat toonde enkele gramnegatieve staven. Echografie van het abdomen liet geen afwijkingen zien. Patiënt werd opgenomen onder de werkdiagnose nietnosocomiale pneumonie ( community-acquired pneumonia ) met als verwekker een atypisch pathogeen agens, al dan niet gecombineerd met gramnegatieve staven. Intraveneuze behandeling met erytromycine, cefuroxim en gentamicine werd gestart. In de daaropvolgende dagen verbeterde de klinische conditie van de patiënt niet; hij bleef zuurstofafhankelijk en hield hoge piekende koorts. Dit vormde reden tot nadere diagnostiek. Differentiaaldiagnostisch werd gedacht aan bronchiolitis obliterans met organiserende pneumonie (BOOP), mogelijk 332 Ned Tijdschr Geneeskd februari;148(7)
27.2 Icterus. Specifiek lichamelijk onderzoek. Specifieke anamnese. Probleemlijst. Differentiële diagnose
61-Chirurgie 27.2 01-06-2005 11:32 Pagina 487 487 27.2 Icterus D.C. Aronson Een kind van zesenhalve week wordt verwezen voor verdere analyse van ruim zes weken bestaande progressieve icterus. Wat zou u
Nadere informatiePTC drainage procedure
PTC drainage procedure Masterclass GE-oncologie 11 september 2015 Adriaan Moelker Hoofd Interventie Radiologie ErasmusMC Rotterdam Overzicht Interventie radiologie ErasmusMC 4 interventie radiologen 2
Nadere informatieBronchocentrische granulomatose en Mycoplasma-pneumonie
23 Todani T, Watanabe Y, Toki A, Urushihara N. Carcinoma related to choledochal cysts with internal drainage operations. Surg Gynecol Obstet 1987;164:61-4. 24 Ladas SD, Katsogridakis I, Tassios P, Tastemiroglou
Nadere informatieOesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling. Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019
Oesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019 Anatomie oesophagus/ maag Symptomen oesophaguscarcinoom Diagnostiek Behandeling oesophaguscarcinoom Postoperatieve
Nadere informatieGalwegcarcinoom: ontwikkeling van een multidisciplinair, ziekenhuis overstijgend zorgpad 7 oktober 2016
Galwegcarcinoom: ontwikkeling van een multidisciplinair, ziekenhuis overstijgend zorgpad 7 oktober 2016 Annuska Schoorlemmer, Verpleegkundig Specialist Academisch Medisch Centrum, Amsterdam Inhoud Het
Nadere informatieSamenvatting en conclusies
Samenvatting en conclusies 8 Chapter 8 74 Samenvatting Hoofdstuk 1 geeft een algemene inleiding op dit proefschrift. De belangrijkste doelen van dit proefschrift waren achtereenvolgens: het beschrijven
Nadere informatieGalgangcarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1
Galgangcarcinoom Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Datum Goedkeuring: 06-10-2003 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Landelijke tumorwerkgroep gastro-intestinale tumoren Inhoudsopgave Algemeen...1
Nadere informatieTRAUMATISCH PANCREASLETSEL
TRAUMATISCH PANCREASLETSEL Frank Oort Gutclub 29 oktober 2014 1 2 Opbouw Casus Achtergrond Traumatisch pancreas letsel bij kinderen Vervolg casus Leerpunten casus 3 Casus Mw. C. 13 jaar Overplaatsing vanuit
Nadere informatiePancreaspathologie: als een klein verscholen orgaan zich van zijn slechtste kant laat zien
Pancreaspathologie: als een klein verscholen orgaan zich van zijn slechtste kant laat zien Erwin van Geenen, Maag-Darm-Lever-arts Marion van der Kolk, Chirurg Pancreas Centrum Oost Nederland Nijmegen Het
Nadere informatieLokaal irresectabel pancreascarcinoom: valkuilen bij diagnostiek na chemotherapie. Prof. dr. Marc Besselink HPB chirurg, Amsterdam UMC
Lokaal irresectabel pancreascarcinoom: valkuilen bij diagnostiek na chemotherapie Prof. dr. Marc Besselink HPB chirurg, Amsterdam UMC Casus: hr D Man 64 jaar Trotse opa van 4 kleinkinderen Komt bij u op
Nadere informatie27.1 Icterus. Specifiek lichamelijk onderzoek. Specifieke anamnese. Probleemlijst. Differentiële diagnose. D.J. Gouma
60-Chirurgie 27.1 01-06-2005 11:34 Pagina 479 479 27.1 Icterus D.J. Gouma Een 60-jarige vrouw wordt naar uw spreekuur verwezen wegens enige dagen bestaande geelzucht. Haar man zag twee dagen geleden dat
Nadere informatieInfectierisico na ERCP. Marcel Groenen MDL-arts
Infectierisico na ERCP Marcel Groenen MDL-arts Disclosure slide (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium
Nadere informatieVereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde
Vereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde SHELLEY METSELAAR AIOS SOZG Achtergrond Incidentie - 5-11 per 1000 per jaar 1 Diagnose - Combinatie kliniek, lab, X-thorax Sensitiviteit X-thorax 2 - Pneumonie +/-
Nadere informatieNeuroendocriene Tumoren in het Pancreas: Hoe behandel je? Els Nieveen van Dijkum, Chirurg AMC 10 januari 2014
Neuroendocriene Tumoren in het Pancreas: Hoe behandel je? Els Nieveen van Dijkum, Chirurg AMC 10 januari 2014 Presentatie NET - neuroendocriene tumor Pancreas NET Behandeling van pancreas NET Neuroendocriene
Nadere informatieSamenvatting in het Nederlands. Samenvatting
Samenvatting Dit proefschrift bevat de resultaten van enkele wetenschappelijke studies over magnetische resonantie (MR) enteroclyse en video capsule endoscopie (VCE). Deze twee minimaalinvasieve onderzoeksmethoden
Nadere informatieMogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom. Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam
Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam Amsterdam, 19 Januari 2018 Pancreascarcinoom Slechte prognose (5 jaars-overleving,
Nadere informatieGalblaascarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1
Galblaascarcinoom Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Datum Goedkeuring: 10-05-2004 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Landelijke werkgroep GI-tumoren Inhoudsopgave Algemeen...1 Screening...2 Diagnostiek...3
Nadere informatieNEDERLANDSE SAMENVATTING
NEDERLANDSE SAMENVATTING Nederlandse Samenvatting 195 NEDERLANDSE SAMENVATTING DEEL I Evaluatie van de huidige literatuur De stijgende incidentie van slokdarmkanker zal naar verwachting continueren in
Nadere informatieOm foto s voor de casus te verkrijgen zal een fotosessie met een icterische patiënt nodig zijn. Dit kan niet eenvoudig van te voren gepland worden.
Casus 05L Fase A Titel Mevrouw Klaassen Onderwerp Pancreaskop carcinoom Inhoudsdeskundige J.M. van Baalen Technisch verantwoordelijke S. Eggermont Literatuur Bestaande Cascoo casus. Multimedia materiaal
Nadere informatieAllemaal Beestjes. Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017
Allemaal Beestjes Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017 Voorgeschiedenis Vrouw, 68 jaar Diabetes type 2 (1995), hypertensie (2010), chronische nierinsuffiëntie (2012) Presentatie op de SEH In de nacht
Nadere informatieOnderstaande vragen zijn van toepassing op de periode 0-3 maanden postoperatief
Aantal maanden? Setting: O klinisch O poliklinisch Beoordelaar: (naam) Algemeen Onderstaande vragen zijn van toepassing op de periode 0- postoperatief Is de patient opgenomen geweest in een van de volgende
Nadere informatieKlinisch College Decentrale Selectie 2013. Klinisch College Decentrale Selectie 2013 AMC 3 juni 2013. Buikpijn. Prof. Dr. Paul Fockens, MDL-arts
Klinisch College Decentrale Selectie 2013 Klinisch College Decentrale Selectie 2013 AMC 3 juni 2013 Buikpijn Prof. Dr. Paul Fockens, MDL-arts Afdeling Maag-. Darm- en Leverziekten Academisch Medisch Centrum,
Nadere informatieResponsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI)
Responsevaluatie met 3T-DWI-MRI na inductie met FOLFIRINOX chemotherapie bij lokaal gevorderd PDAC (IMAGE-MRI) Eran van Veldhuisen, Bengt van Rijssen, Remy Klaassen, Yung Nio, Hanneke Wilmink, Krijn Van
Nadere informatieOntwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom
Ontwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom Mark I. van Berge Henegouwen Chirurg, slokdarm en maagchirurgie Amsterdam UMC, locatie AMC GIOCA GE oncologisch congres, AMC 18 jan 2019
Nadere informatieSaffire Phoa. CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom
Saffire Phoa CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom Pancreascarcinoom heeft een zeer slechte prognose, en de enige kans op curatie is een resectie van de tumor. Hoewel de mortaliteit
Nadere informatieCasus Keuzes in de behandeling van slokdarmkanker
Casus Keuzes in de behandeling van slokdarmkanker Prof. dr. Mark van Berge Henegouwen, chirurg Dr. W.J. Eshuis, chirurg L. Noteboom, verpleegkundig specialist Amsterdam UMC, locatie AMC 8 e Inhoud Presentatie
Nadere informatieEchogeleide chirurgie voor mammacarcinoom
Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom Een prospectief gerandomiseerd onderzoek N.M.A. Krekel M.H. Haloua M.P. van den Tol S. Meijer Chirurgische oncologie VU Universitair Medisch Centrum Incidentie
Nadere informatieLegionella pneumophila. S.G.S Vreden, MD, PhD
Legionella pneumophila S.G.S Vreden, MD, PhD Legionella pneumophila, established in 1976 Legionella is een aerobe, gram negatieve bacterie Familie Legionellaceae heeft 50 species, met ruim 70 serogroups.
Nadere informatiepneumonie herhalingscursus BKZ kinderverpleegkundigen 12 april 2018 dr. K.T. (Rien) Verbruggen
pneumonie herhalingscursus BKZ kinderverpleegkundigen 12 april 2018 dr. K.T. (Rien) Verbruggen intro definities pathofysiologie kliniek van pneumonie casuïstiek pneumonie - definitie pneumonie = pneumonitis
Nadere informatieGastro-Intestinale Tumoren Ontwikkelingen in de diagnostiek en behandelingen
22 mei 2007 Jaarbeurs Utrecht Gastro-Intestinale Tumoren Ontwikkelingen in de diagnostiek en behandelingen Erik van Muilekom MANP Verpleegkundig specialist Nederlands Kanker Instituut-Antoni van Leeuwenhoek
Nadere informatieHoe onderscheid je een hepatocellulair carcinoom (HCC) van een cholangiocarcinoom
Hoe onderscheid je een hepatocellulair carcinoom (HCC) van een cholangiocarcinoom (CCC)? Otto van Delden, interventieradioloog, AMC Bart Takkenberg, MDL-arts, AMC Patiënt L; 53 jaar Reden van verwijzing/
Nadere informatieJ. Mamma aandoeningen. Inhoudsopgave 01 J 02 J 03 J 04 J 05 J 06 J 07 J 08 J 09 J 10 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J
J. Mamma aandoeningen nhoudsopgave 1 J 2 J 3 J 4 J 5 J 6 J 7 J 8 J 9 J 1 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J Screening: vrouwen jonger dan 4 jaar zonder genetisch risico... 1 Screening: vrouwen
Nadere informatieBloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam
Bloedafname CAIRO5 Een gerandomiseerde fase 3 studie naar behandelingsstrategieën voor patiënten met dikke darmkanker met metastasen in alleen de lever, welke (nog) niet in aanmerking komen voor chirurgische
Nadere informatieAPEC-trial. Case Record Form. Acute biliary Pancreatitis: early ERC plus sphincterotomy versus Conservative treatment
APEC-trial Case Record Form Acute biliary Pancreatitis: early ERC plus sphincterotomy versus Conservative treatment Groep A: ERC (met sphincterotomie) Patiëntensticker Bel s.v.p. op volgorde 1-4 1. Noortje
Nadere informatieAuto-immune pancreatitis als oorzaak van geelzucht en een tumor in het pancreas
Klinische les Auto-immune pancreatitis als oorzaak van geelzucht en een tumor in het pancreas Sandra Coenen, Lieke Welling, Anneke M.P. de Schryver, Johan S. Laméris, D. Lucette Schipper en Thomas M. van
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
Samenvatting Dikkedarmkanker is een groot gezondheidsprobleem in Nederland. Het is de derde meest voorkomende vorm van kanker bij mannen en de tweede meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. In 2008
Nadere informatieCasus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG
Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG no disclosures Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG Pancreascarcinoom Slechte
Nadere informatieMultimodality treatment bij het oesofagus- en maagcarcinoom
Multimodality treatment bij het oesofagus- en maagcarcinoom Disclosures Ik heb geen belangenverstrengeling in relatie tot deze presentatie Multimodality treatment bij het oesofagus- en maagcarcinoom Bij
Nadere informatieVreemde voorwerpen in slokdarm en/of maagdarmstelsel bij honden en katten
Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Vreemde voorwerpen in slokdarm of maagdarmstelsel zijn niet eetbare en onverteerbare dingen die zich in de slokdarm, maag of
Nadere informatieCover Page. Author: Wiltink, Lisette Title: Long-term effects and quality of life after treatment for rectal cancer Issue Date:
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/46445 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Wiltink, Lisette Title: Long-term effects and quality of life after treatment for
Nadere informatie11.2 Chronische bovenbuikpijn
27-Chirurgie 11.2 01-06-2005 10:04 Pagina 211 211 11.2 Chronische bovenbuikpijn Th.M. van Gulik Op uw spreekuur ziet u een 45-jarige man met pijn in de bovenbuik. De pijn wisselt in intensiteit en is niet
Nadere informatieKlinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven
Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven Geen (potentiële) belangenverstrengeling Azacitidine, een gekke oorzaak van crazy paving M. Roeven; M. Cruijsen; W. van der Velden, Casus
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker en ductaal carcinoma in situ
Nadere informatieBloedafname CAIRO5. Coördinerend Radiologen: Dr. K. van Lienden, Dr. M Engelbrecht, afdeling Radiologie, AMC Amsterdam
Bloedafname CAIRO5 Een gerandomiseerde fase 3 studie naar behandelingsstrategieën voor patiënten met dikke darmkanker met metastasen in alleen de lever, welke (nog) niet in aanmerking komen voor chirurgische
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Samenvatting Levertransplantatie is de aangewezen behandeling voor patiënten met eindstadium leverfalen. Het succespercentage van een transplantatie is
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/39153 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/39153 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Hommes, M. Title: The injured liver : management and hepatic injuries in the traumapatient
Nadere informatieRichtlijn Galweg- en galblaascarcinoom Versie: 2.0 Datum: juli 2012 Richtlijn Galweg- en Galblaascarcinoom Versie
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 Richtlijn Galweg- en galblaascarcinoom Versie: 2.0 Datum: juli 2012 12 13 14 15 16 17 18 19 20 Richtlijn Galweg- en Galblaascarcinoom Versie 21 22 Concept Richtlijn galweg- en galblaascarcinoom
Nadere informatieCase-report: Een vrouw met een onbegrepen coma...
Case-report: Een vrouw met een onbegrepen coma... H.J.Jansen, E.S. Louwerse, C.P.C. de Jager Intensive Care, Jeroen Bosch Ziekenhuis, lokatie: Groot Ziekengasthuis Nieuwstraat 34, 5211 NL, s-hertogenbosch
Nadere informatieEcho-endoscopie. Informatiebrochure
Echo-endoscopie Informatiebrochure Inhoudstafel INHOUDSTAFEL... 3 1 INLEIDING... 4 2 WAT IS EEN ECHO-ENDOSCOPIE?... 4 3 VERLOOP... 5 4 VOORBEREIDING... 5 5 DUUR... 5 6 VEILIGHEID EN RISICO S... 6 7 NA
Nadere informatieKlinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Claudia Ootjers
Dhr O., 60 jaar Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Claudia Ootjers Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen Claudia Ootjers Geen (potentiële) belangenverstrengeling Klinische Dag NVvH 2 Relevante
Nadere informatieAcute graft-versus-host ziekte na een levertransplantatie: wat te doen? T.J.F. Snijders
Acute graft-versus-host ziekte na een levertransplantatie: wat te doen? T.J.F. Snijders Casus 47 jarige vrouw Voorgeschiedenis 2004 Primair scleroserende cholangitis 2012 Eindstadium primair scleroserende
Nadere informatieSamenvatting en conclusies
Samenvatting en conclusies Chapter IX De schildwachtklier is de eerste lymfklier waarop een kwaadaardige tumor draineert. Deze lymfklier zal als eerste zijn aangedaan, wanneer de tumor via de lymfbanen
Nadere informatieObstructie-icterus na galwegchirurgie: een benigne strictuur of niet?
the transition from enteral feeding to oral feeding it was possible to lower the dose of acenocoumarol. The need for a higher dose was probably due to enhanced binding of the proteins in the enteral feeding.
Nadere informatiePancreas Voorzitters: Olivier Busch (AMC), Bert Bonsing (LUMC)
20.20-21.00 Pancreas Voorzitters: Olivier Busch (AMC), Bert Bonsing (LUMC) 20.20-20.30 Improving outcomes after pancreaticoduodenectomy. Marielle Coolsen, et al. (MUMC) 20.30-20.40 Preoperative characteristics
Nadere informatieNederlanse Samenvatting. Nederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting 197 198 Samenvatting In het proefschrift worden diverse klinische aspecten van primaire PCI (Primaire Coronaire Interventie) voor de behandeling van een hartinfarct onderzocht.
Nadere informatieStandard operating procedures_critics II- Chirurgie
Standard operating procedures_critics II- Chirurgie Inleiding Alle chirurgische aspecten van patiënten die geïncludeerd zijn in de studie/mogelijk in de toekomst geïncludeerd worden, zijn hieronder beschreven.
Nadere informatieTiener met abdominale klachten. Pauline Naessens ASO Pediatrie
Tiener met abdominale klachten Pauline Naessens ASO Pediatrie Oproep 14-jarig meisje Koorts tot 42 C Braken en waterige diarree Collaps Presentatie A : Vrije luchtweg B : AF 25/min, Kussmaul-ademhaling,
Nadere informatieScheurbuik? Het mysterie rondom type B aorta dissecties Prof.Dr. Hence Verhagen
Scheurbuik? Het mysterie rondom type B aorta dissecties Prof.Dr. Hence Verhagen Vaatchirurg, Erasmus MC, Rotterdam, Dissecties Ingewikkeld ziektebeeld Komen in alle slagaderen voor Hebben, krijgen, veroorzaken
Nadere informatie10 e NKI AvL Mammasymposium
10 e NKI AvL Mammasymposium Een decennium lokalisatie van het niet palpabele mammacarcinoom M.T.F.D. Vrancken Peeters, Chirurg Netherlands Cancer Institute Antoni van Leeuwenhoek Hospital Amsterdam, The
Nadere informatieBehandelproblematiek en laatste ontwikkelingen in Hepatitis B Nationale hepatitis dag 2017
Behandelproblematiek en laatste ontwikkelingen in Hepatitis B Nationale hepatitis dag 2017 Bart Takkenberg Academisch Medisch Centrum Amsterdam Disclosures Speaker for Gore WL, Bayer, and Norgine Advisory
Nadere informatielongcarcinoom: stadiëring en behandeling
Hoe actueel is de CBO richtlijn? Niet-kleincellig longcarcinoom: stadiëring en behandeling Prof. dr. Harry J.M. Groen UMCG Groningen Wat moet er veranderen? TBNA? Plaats van EUS-FNA? Plaats van EBUS-FNA?
Nadere informatieHoesten en proesten. Wim Siemons Medische Beeldvorming Zaterdag 21 september 2013
Hoesten en proesten Wim Siemons Medische Beeldvorming Zaterdag 21 september 2013 Leerdoelen Meest gebruikte classificatiesysteem voor hoest Indicaties beeldvorming bij hoesten en proesten Enkele casussen
Nadere informatieHelp, een UBO. L.E. Elshof Student Geneeskunde EUR Keuzeonderzoek NKI-AVL
Help, een UBO L.E. Elshof Student Geneeskunde EUR Keuzeonderzoek NKI-AVL Photo: Purported 1952 shot of UFO, Passoria, New Jersey. Credit: Public Domain/CIA MRI-gebruik bij mammacarcinoom MRI-gebruik bij
Nadere informatieOsteonecrosis of the jaw (ONJ)
INLEIDING Welkom 1 2 Osteonecrosis of the jaw (ONJ) Hoe kunnen we dit voorkomen en als het toch optreedt, hoe kunnen we het managen? 3 Complication of bisphosphonate and denosumab use 1 Dit ga je echter
Nadere informatieVoorspellen van tumor respons op neo-adjuv. therapie bij oesophagusca. Alex Dik, AIOS radiologie Atrium MC Parkstad
Voorspellen van tumor respons op neo-adjuv. therapie bij oesophagusca. Alex Dik, AIOS radiologie Atrium MC Parkstad Indeling Probleembeschrijving evaluatie CRT Nieuwe technieken; MRI DWI Presentatie MRTRACE
Nadere informatieEchoscopisch onderzoek van een congenitale cysteuze malformatie van de long (CCAML)
Echoscopisch onderzoek van een congenitale cysteuze malformatie van de long (CCAML) Nina C.J. Peters Titia E. Cohen-Overbeek Verloskunde en Prenatale Geneeskunde Erasmus MC Normaal long weefsel schematisch
Nadere informatieCasus 1 Fase B. Titel. Ziekteverloop. Introductie. Anamnese. Misschien opnieuw een hartinfarct.
Casus 1 Fase B Titel Misschien opnieuw een hartinfarct. Ziekteverloop De heer Ganpath wordt door de huisarts, met verwijsbrief, ingestuurd naar de eerste hulp met klachten die kunnen duiden op een hartinfarct.
Nadere informatieSplenomegaliebij een Eritrese vluchteling. Isaie Reuling 17 Januari 2017
Splenomegaliebij een Eritrese vluchteling Isaie Reuling 17 Januari 2017 Introductie Toename vluchtelingen in NL Toename acute tropische infectieziekten 1 Ook toename chronische tropische infectieziekten!
Nadere informatieVan Poliep naar colorectaal carcinoom. P. Didden Maag-Darm-Leverarts UMC Utrecht
Van Poliep naar colorectaal carcinoom P. Didden Maag-Darm-Leverarts UMC Utrecht Anatomie van de dikke darm APC mutation drives adenoma formation Poliep in het rectum 85% of the CRC develop through the
Nadere informatieCitation for published version (APA): Wiggers, J. K. (2015). Tailored care in resectable perihilar cholangiocarcinoma
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Tailored care in resectable perihilar cholangiocarcinoma Wiggers, J.K. Link to publication Citation for published version (APA): Wiggers, J. K. (2015). Tailored care
Nadere informatieCursus MDL Oncologie: Lever, galblaas, galweg
Cursus MDL Oncologie: Lever, galblaas, galweg Jeroen Hagendoorn HPB Chirurg UMC Utrecht Cancer Center/Regionaal Academisch Kankercentrum Utrecht (RAKU) Ziektebeelden en diagnose Anatomie en fysiologie
Nadere informatieDe indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn :
Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009
Nadere informatieVroege detectie van naadlekkage. Marcel den Dulk 25 juni 2013
Vroege detectie van naadlekkage Marcel den Dulk 25 juni 2013 Take home message Naadlekkage is een gevreesde complicatie geassocieerd met hoge morbiditeit en mortaliteit Leakage scores resulteren in gereduceerde
Nadere informatieEen survey naar post-interventie management van Percutane Transhepatische Cholangiografie drains
Een survey naar post-interventie management van Percutane Transhepatische Cholangiografie drains Chulja Pek RN, MN Verpleegkundig specialist Pancreatobiliaire chirurgie Erasmus MC Rotterdam Masterclass
Nadere informatiePancreascarcinoom en kansen voor de toekomst
18 mei 2006 Jaarbeurs Utrecht Pancreascarcinoom en kansen voor de toekomst Jan Ouwerkerk Research Coördinator Oncologie Leids Universitair Medisch Centrum Pancreas Carcinoom Incidencie: 33.730 nieuwe patiënten
Nadere informatieRisico's reguliere sedatie (dormicum / fentanyl):
Endoscopische verrichting Antegrade ballonenteroscopie Informed consent : Risico's overall: 1,2-1,6 % In diagnostische procedure: 0,8 % In therapeutische procedure 4,3 % Specifiek - pancreatitis: 0,3 %
Nadere informatieB. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B
B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K Inhoudsopgave 1 B 2 B 3 B 4 B 5 B 6 B 7 B 8 B 9 B 1 B 11 B 12 B 13 B Palpabele schildkliernoduli en euthyreotische struma... 1 Lange
Nadere informatieDutch Upper GI Cancer Audit (DUCA)
Dutch Upper GI Cancer Audit (DUCA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA. De
Nadere informatieDisseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET
Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET F.J. van Oost 1, J.J.M. van der Hoeven 2,3, O.S. Hoekstra 3, A.C. Voogd 1,4, J.W.W. Coebergh
Nadere informatieGeneeskunde Master: Stage wetenschap
Geneeskunde Master: Stage wetenschap Iatrogeen galwegletsel na cholecystectomie Naam student: Bas Noordermeer Studentnummer: 1736086 Studie: Geneeskunde Facultair begeleider: Prof. Dr. R.J. Porte Dagelijks
Nadere informatieVoorblad SIMPEL TRIAL
F1.5 Scoringsformulier arts(-assistent) Voorblad SIMPEL TRIAL Artsen-status voor (poli)klinische informatie Invul instructie In te vullen door behandelend staflid en/of arts-assistent! Vermeldt op elk
Nadere informatieCasus oncologie,, D.R., 1930
Casus oncologie,, D.R., 1930 Medische voorgeschiedenis 1992: prostatectomie wegens benigne prostaathypertrofie 2009: CVA met rechter hemiparese, volledige recuperatie 03/2013: paroxysmale VKF: echocor:
Nadere informatieBeleid levermetastasen Colorectaal Carcinoom EMBRAZE REGIO
Beleid levermetastasen Colorectaal Carcinoom EMBRAZE REGIO Opgesteld en Beoordeeld: EMBRAZE, NTG colorectaal carcinoom Datum vaststelling: 12 april 2017 Datum laatste wijziging: 12 april 2017 Categorieën
Nadere informatieTRENDY STUDIE Lekensamenvatting. 1-Titel:
1-Titel: Een gerandomiseerde fase studie naar de werkzaamheid van stereotactische radiotherapie (experimentele behandeling) versus chemo embolisatie met drug-eluting beads (standard behandeling) in patiënten
Nadere informatieDutch Lung Surgery Audit (DLSA)
Dutch Lung Surgery Audit (DLSA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA. De ontsluiting
Nadere informatieNederlandse samenvatting List of publications Dankwoord Curriculum vitae
List of publications Dankwoord Curriculum vitae 131 Cholangiocarcinoom is een relatief zeldzame maligniteit uitgaande van het galwegepitheel. De tumor wordt anatomisch ingedeeld in drie typen: intrahepatisch,
Nadere informatie- incidentele bevinding zonder klachten - weigering van chirurgische behandeling - slechte algehele conditie waardoor chirurgie niet verantwoord is
Auteur Soort studie Aantal patiënten Lee 2013 Qurashi Systematic review 1999-2011 Systematic review 1999-2011 Radiotherapie / Chirurgie (meestal gevolgd door ) 377 Conservatief waaronder Inclusiecriteria
Nadere informatieBeeldvorming bij schildklierpathologie. Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog
Beeldvorming bij schildklierpathologie Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog 2 Inleiding Schildkliernodi: steeds frequenter gediagnosticeerd vnl. door toenemend gebruik van echo -> incidentalomen Frequentie
Nadere informatieProbleem-georienteerde kliniek Icterus. W. Van Steenbergen
Probleem-georienteerde kliniek Icterus W. Van Steenbergen Arts 1, 2006-2007 Casus 1: Man, 53 jaar Raadpleging 06-09-2005 Sinds één week: Vermoeidheid Sclerale icterus, donkere urine, ontkleurde stoelgang
Nadere informatieLeverfunctiestoornissen
Leverfunctiestoornissen Claire Fitzpatrick, Saskia te Loo, Ruud Klomp DuodagenIJsselland Ziekenhuis 2015 Stellingen Als de levertesten normaal zijn is de leverfunctie ook normaal Steatose kan uitmonden
Nadere informatieCover Page. Author: Dikken, Johannes Leen Title: Gastric cancer : staging, treatment, and surgical quality assurance Issue Date:
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19858 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Dikken, Johannes Leen Title: Gastric cancer : staging, treatment, and surgical
Nadere informatieEen zuigeling met een infectie
Een zuigeling met een infectie Katja Heitink-Pollé, kinderarts, hematoloog-oncoloog WKZ en Flevoziekenhuis Masja de Haas Sanquin Casus Meisje van 6 maanden oud 3e kind van Surinaamse ouders Reden van komst:
Nadere informatieExocriene pancreasinsufficiëntie
Geen belangenverstrengeling Exocriene pancreasinsufficiëntie Annemarie Roele Verpleegkundig specialist HPB MDL scholing 27-03-2017 Inhoud Casuïstiek Exocriene pancreasinsufficiëntie Oorzaak Symptomen Gevolgen
Nadere informatieHandleiding: Inclusiecriteria 1 Preoperatieve handelingen 1 Peroperatieve handelingen 2 Postoperatieve handelingen 3 Follow up 3 Appendix 4
Handleiding: Inhoud: blz Inclusiecriteria 1 Preoperatieve handelingen 1 Peroperatieve handelingen 2 Postoperatieve handelingen 3 Follow up 3 Appendix 4 Fractuurklassificatie.4 Gustillo-Anderson klassificatie
Nadere informatieDutch Surgical Colorectal Audit (DSCA)
Dutch Surgical Colorectal Audit (DSCA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA.
Nadere informatieAdjuvante systeemtherapie Patiënte: DM type 2
Take home messages Een 59 jarige vrouw met mammacarcinoom en diabetes. An Reyners Internist-oncoloog UMCG Kankerbehandeling: houd rekening met bijwerkingen op korte en langere termijn Stem af wie waarvoor
Nadere informatieF. Thorax. Inhoudsopgave 01 F 02 F 03 F 04 F 05 F 06 F 07 F 08 F 09 F 10 F 11 F 12 F 13 F 14 F 15 F 16 F
F. Thorax nhoudsopgave 01 F 02 F 03 F 04 F 05 F 06 F 07 F 08 F 09 F 10 F 11 F 12 F 13 F 14 F 15 F 16 F Aspecifieke thoracale pijn... 1 Minder belangrijk thoraxtrauma... 1 Medische controle voor indiensttreding
Nadere informatieWel of Niet starten?
Chemotherapie in de palliatieve setting van het pancreascarcinoom Wel of Niet starten? Dick Richel AMC / MST 3 e Verpleegkundig Congres 10 januari 2014 Pancreascarcinoom feiten Incidentie in Nederland
Nadere informatieRibfixatie bij fladderthorax Vaker doen? Vera Linssen, AIOS anesthesiologie 5 november 2015
Ribfixatie bij fladderthorax Vaker doen? Vera Linssen, AIOS anesthesiologie 5 november 2015 Casus M: motorrijder versus ander voertuig, van motor gevlogen, helm losgeraakt I: verdenking hematothorax, hoofdwond
Nadere informatie