Gebiedsgebonden politie; maatschappelijke integratie en het organiseren van politiewerk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gebiedsgebonden politie; maatschappelijke integratie en het organiseren van politiewerk"

Transcriptie

1 Andersson Elffers Felix Politieacademie Gebiedsgebonden politie; maatschappelijke integratie en het organiseren van politiewerk Utrecht, 2214 juli 2008 auteurs M. A. Straver R. Ulrich I. van Duijneveldt

2 Inhoud 1 Inleiding Aanleiding Doelstelling Vraagstelling Verantwoording Leeswijzer 7 2 Maatschappelijke integratie en legitimiteit Inleiding Maatschappelijke integratie als basis voor legitimiteit Legitimiteit van politiehandelen De actuele waarde van maatschappelijke integratie Maatschappelijke integratie organiseren Twee ideaaltypen voor de organisatie van GGP Maatschappelijke integratie als vertrekpunt voor doorontwikkeling van GGP 13 3 Facetten van GGP Negen facetten van GGP Breedte basispolitiezorg Schaalgrootte van de basiseenheid Positionering van de wijkagent Sturing Procesgericht werken Planning en control Informatie Integrale veiligheid Leiderschapsstijl Samenhang tussen de facetten 20 4 GGP in de praktijk Beelden uit de praktijk Grootstedelijke korpsen Niet-grootstedelijke korpsen Conclusies op basis van de korpsbeelden 31 5 Doorontwikkeling van GGP Conclusies GGP als opgave: omgaan met dilemma s en risico s bij GGP als concept Vrijheid, blijheid Flexibiliteit Kwaliteit van de uitvoering Workload en waan van de dag Kleinschaligheid versus efficiënte bedrijfsvoering Frontlijnsturing Ontwikkelen van een visie op de doorontwikkeling van GGP als concept Centrale opgaven bij doorontwikkeling van GGP Geen blauwdruk, wel gedeelde visie op GGP organiseren 45

3 5.4.2 Werken aan een krachtig gedecentraliseerd sturingsconcept Professionalisering wijkagent Informatiegestuurde politie Bewust positie kiezen bij integrale veiligheid 47 Geraadpleegde bronnen 48 Interviews 48 Literatuur 49 Samenstelling stuurgroep en onderzoeksteam 51 Bijlage: Enquête 52 p 3

4 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In juli 2006 heeft de Raad van Hoofdcommissarissen de hoofdlijnen van het Referentiekader Gebiedsgebonden Politie vastgesteld als professionele standaard voor de Nederlandse politie. Het Referentiekader is opgesteld om te voorzien in de behoefte van korpsen om te kunnen beschikken over heldere indicatoren voor gebiedsgebonden politie (GGP). De korpschefs van de korpsen Brabant-Noord en Brabant Zuid-Oost hebben zich aangemeld als voorhoedekorpsen om het Referentiekader verder te operationaliseren. Door beide korpsen is een plan van aanpak opgesteld om voor de jaren 2007 en 2008 experimentengelden van het ministerie van BZK aan te wenden voor de operationalisering van het Referentiekader. Voor de operationalisering van referentie 7 (Relatie tussen het team, specialisten en management) hebben de korpsen Brabant-Noord en Brabant Zuid-Oost een opdracht verleend aan de Politieacademie (PA) en Andersson Elffers Felix (AEF). Referentie 7 luidt als volgt: Ieder korps beschikt over een visie over interne verantwoordelijkheidsverdeling en samenwerking tussen basisteam, district en regio en tussen de teams en de specialistische onderdelen en hanteert deze visie bij haar korpsontwikkeling. Het gebiedsgebonden team geldt daarbij als kern van de organisatie. In de praktijk lijken de regiokorpsen echter uiteenlopende organiseerprincipes te hanteren bij de interne verantwoordelijkheidsverdeling en samenwerking en het inbedden van specifiek gebiedsgebonden elementen in de teams of territoriale basiseenheden. Deze verschillen en de bouwstenen voor een meer gedeelde visie daarop vormen het onderwerp van dit rapport. 1.2 Doelstelling Het onderzoek is gericht op: - het expliciet maken van de inrichtingsprincipes die regiokorpsen feitelijk hanteren vanuit het perspectief van gebiedsgebonden politie - het expliciet maken van de verschillen tussen korpsen in de feitelijke inrichting van basiseenheden en de achterliggende inrichtingsprincipes - het spiegelen van deze beelden aan de wenselijke inrichting van de basiseenheid vanuit GGPperspectief - inzicht bieden in de voordelen en nadelen van de verschillende organiseerprincipes - daardoor bijdragen aan de totstandkoming van een gedeeld beeld bij de Nederlandse politie over de sturing en organisatie van politiewerk vanuit het perspectief van gebiedsgebonden politie. De resultaten van het onderzoek worden ter beschikking gesteld van de Nederlandse politie. p 4

5 1.3 Vraagstelling Uit de doelstelling van het onderzoek vloeien de volgende onderzoeksvragen voort: 1. Hoe is gebiedsgebonden politie feitelijk georganiseerd binnen de Nederlandse politie? Invalshoeken daarbij zijn de schaal van de basiseenheden, de breedte van de basispolitiezorg, de beleidsruimte van de basiseenheden en de sterkteverdeling tussen de basisteams en specialistische onderdelen. 2. Hoe geven korpsen invulling aan de rol van wijkagenten? Invalshoeken daarbij zijn de verantwoordelijkheid van wijkagenten, de inbedding in het team en de verhouding tussen inzet voor de eigen functie (onder andere het onderhouden van netwerken) in relatie tot andere taken, zoals handhaving en opsporing. 3. Hoe zijn sturing op GGP, de informatiehuishouding en de interne ketensamenwerking vormgegeven? 4. Welke organiseer- en sturingsprincipes liggen ten grondslag aan de wijze waarop korpsen GGP organiseren en hoe hangt de keuze voor een sturings- en organiseerprincipe samen met de keuze voor een bepaalde variant van GGP? 5. Wat zijn sterke en zwakke punten in de verschillende verschijningsvormen van GGP binnen de Nederlandse politie vanuit het perspectief van de visie op de politiefunctie uit Politie in Ontwikkeling? Bovenstaande vragen worden beantwoord op basis van een analyse van de feitelijke organisatie van GGP binnen de Nederlandse politie. De vragen worden getoetst aan de achterliggende doelstellingen van GGP uit Politie in Ontwikkeling : maatschappelijk integratie en legitimiteit. Op basis daarvan adviseren we de korpsen hoe ze de verdere ontwikkeling van gebiedsgebonden politie vorm kunnen geven. De verschillen tussen de korpsen en de diepgewortelde achterliggende opvattingen over leiderschap, sturing en organisatie van het politiewerk vormen een belangrijk aandachtspunt bij de beantwoording van deze onderzoeksvraag. In dit rapport is niet gekozen voor een benadering waarbij de modelorganisatie van GGP centraal staat, maar veel meer voor een procesbenadering die elk korps in staat stelt vanuit de eigen vertreksituatie de doorontwikkeling van GGP ter hand te nemen. 1.4 Verantwoording Om greep te krijgen op de onderzoeksvragen is literatuuronderzoek verricht en zijn interviews gevoerd met leidinggevenden uit diverse politiekorpsen en met politiewetenschappers. Daarbij zijn 9 facetten geformuleerd die bepalend lijken te zijn voor de vormgeving van GGP. Deze negen facetten zijn getoetst in expertmeetings en zijn door de stuurgroep geaccordeerd. p 5

6 De manier waarop de negen facetten worden ingevuld hangt samen met de dominante opvattingen over sturing van het politiewerk die de korpsleiding als architect van de organisatie hanteert. Dit werkt door in de wijze waarop GGP feitelijk wordt vormgegeven, die zich beweegt tussen twee ideaaltypen: - GGP als functionaliteit, waarbij het gebiedsgebonden werken wordt georganiseerd als een functionaliteit binnen het korps - GGP als concept, waarbij GGP als richtinggevend beginsel geldt voor de sturing en inrichting van het gehele korps. De invulling van de negen facetten en de feitelijke variant van GGP die daarvan het gevolg is, werkt door in de mate van maatschappelijke integratie van de politie en de basis voor legitimiteit van het politiewerk. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen verticale legitimering naar politiek en bestuur, waarbij de effecten van het werk centraal staan en horizontale legitimering naar het publiek, waarbij de symbolische waarde van het politiewerk centraal staat: het gevoel van burgers dat de politie hen ondersteunt en terzijde staat en bijdraagt aan een rechtvaardige maatschappij. De vraag waar de korpsleiding legitimering zoekt c.q. door externe omstandigheden moet zoeken werkt op zijn beurt weer door in de sturingsopvattingen die bepalend zijn voor de invulling van de negen facetten. Dit leidt tot het volgende analysekader: Figuur 1: Analysekader horizontale legitimering dominante sturingsopvattingen verticale legitimering maatschappelijke integratie GGP als concept 9 facetten van GGP 1. breedte BPZ 2. schaal basiseenheid 3. positionering wijkagent 4. sturingsconcept 5. procesgericht werken 6. planning en control 7. informatie 8. integrale veiligheid 9. leiderschapsstijl maatschappelijke integratie GGP als functie Het bleek niet mogelijk om via deskresearch (onder meer visienota s, beleidsplannen, organogrammen en formatieplannen van korpsen) een scherp beeld te krijgen van de wijze waarop korpsen deze negen facetten van GGP invullen. Daarom is door middel van een enquête, met als uitgangspunt de negen facetten, in beeld gebracht hoe de 25 regiokorpsen feitelijk vorm geven aan GGP. De enquête is via de GGP-coördinatoren uitgezet bij alle korpsen, waar deze is beantwoord door GGP-coördinatoren, teamchefs 1 en wijkagenten. 1 In dit rapport is gekozen voor de benaming teamchef voor het niveau van tactisch leidinggevende. p 6

7 De enquêteresultaten leverden voor elk korps een indicatief inzicht op in de feitelijke organisatie van GGP en de mate waarin invulling geven wordt aan het uitgangspunt dat de Nederlandse politie gebiedsgebonden werkt. De resultaten van dit deel van het onderzoek zijn tussentijds getoetst in expertmeetings. Een ingekorte versie van deze enquête is als bijlage bij dit rapport gevoegd en stelt korpsen in staat zelf meer inzicht te verkrijgen in de organisatie van GGP in hun korps. De tussentijdse resultaten van het onderzoek zijn voorgelegd aan de Stuurgroep operationalisering referentiekader gebiedsgebonden politie. 1.5 Leeswijzer Dit rapport begint met een beschrijving van de ontwikkeling van gebiedsgebonden politie in Nederland waarbij het waarom van GGP centraal staat. Maatschappelijke integratie van de politie als basis voor legitimiteit is daarbij het uitgangspunt. Vervolgens beschrijven we in hoofdstuk 3 9 facetten van GGP. Deze facetten hebben onder meer betrekking op de inrichting van de organisatie en de sturing binnen het korps, de informatiehuishouding en de aanpak van integrale veiligheid. Voor elk facet stellen we ons de vraag hoe het bijdraagt aan de invulling van GGP en vice versa. Na deze theoretische verkenning van verschillende facetten van GGP, volgt een beschrijving van de verschijningsvormen van GGP in de praktijk van de Nederlandse politie. Op basis van de resultaten van de enquête onder alle 25 regiokorpsen worden in hoofdstuk 4 de profielen beschreven van vijf geanonimiseerde korpsen, die onderling sterk blijken te verschillen in de wijze waarop GGP invulling krijgt. Hierbij is gekozen voor twee grootstedelijke korpsen en drie niet-grootstedelijke korpsen. In hoofdstuk 5 staat de doorontwikkeling van GGP centraal. We behandelen een aantal oplossingen die korpsen kunnen hanteren om de aan GGP als concept verbonden risico s te ondervangen en doen aanbevelingen voor visieontwikkeling voor de Nederlandse politie, de kernopgaven waar de Nederlandse politie bij de doorontwikkeling van GGP voor staat en de randvoorwaarden die de Raad van Hoofdcommissarissen (RHC) en de individuele korpsleidingen daarvoor moeten creëren. p 7

8 2 Maatschappelijke integratie en legitimiteit 2.1 Inleiding De visies op en vormgeving van gebiedsgebonden politie in Nederland zijn voortdurend in ontwikkeling. Vanuit historisch perspectief bieden twee visies op de rol van de politie in de samenleving een kader om deze ontwikkeling te duiden: de visie die ten grondslag ligt aan het uit Engeland afkomstige model van community policing en de visie achter het van origine Amerikaanse reform model. 1 Beide modellen worden hieronder kort toegelicht. Het Engelse community policing model gaat uit van een preventieve, proactieve politie met een brede taakopvatting, gericht op probleemoplossing. De politie moet goed in een wijk zijn geïntegreerd en zoveel kennis bezitten dat zij de problemen kan aanpakken vóórdat die escaleren. De politie heeft in dit model een ruime discretionaire bevoegdheid. De politieagent is een professional. Sturing dient vooral gericht te zijn op leren en verder vervolmaken van de kwaliteit van het politiewerk. Het mensbeeld in dit model gaat uit van mondige burgers, die niet alleen aanspreekbaar zijn op het eigen gedrag, maar tevens bereid zijn verantwoordelijkheid te dragen voor maatschappelijke vraagstukken zoals veiligheid. Het Amerikaanse reform model gaat uit van een smalle taakopvatting van de politie: geen dienstverlening of preventie, maar wetshandhaving en criminaliteitsbestrijding. Dit moet gedaan worden door relatief laag opgeleide uitvoerders. De organisatie wordt in dit model centralistisch aangestuurd. Niet de politiemens, maar de organisatie is professioneel in de zin van een geoliede machine. Het mensbeeld in het reform model is pessimistischer. De burger wordt primair gezien als een structureel onwillig iemand die - wanneer er niet zichtbaar is wie er de baas is - een loopje met je neemt. In Nederland is sinds Politie in Verandering het model van community policing dominant. Toch is het relevant te onderkennen dat in de discussie over de maatschappelijke rol van de politie ook het perspectief van reform politie een rol speelt, getuige de roep om harder en repressiever politieoptreden eind jaren negentig. De beschrijving van beide modellen vormt het vertrekpunt voor dit hoofdstuk, waarin het waarom van gebiedsgebonden politie in een bredere context wordt geplaatst. Daarbij staat maatschappelijke integratie van de politie als basis voor legitimiteit centraal. 2.2 Maatschappelijke integratie als basis voor legitimiteit Gebiedsgebonden politiezorg is geen doel op zich, maar een middel om maatschappelijke integratie van de politie te bereiken en zo bij te dragen aan de aanvaarding van politieoptreden en duurzame veiligheid. Deze denklijn is verwoord in het rapport Politie in Verandering en door de Raad van Hoofdcommissarissen herbevestigd in de recente visienota Politie in Ontwikkeling. Gebiedsgebonden politiezorg draagt bij aan maatschappelijke integratie doordat wederzijds kennen en gekend worden de afstand tussen politie en bevolking verkleint. De politie kan door kennis van mensen, problemen en achtergronden adequater handelen en hoeft minder snel 1 Deze benadering en de toelichting erop is ontleend aan K. van der Vijver: Legitimiteit, gezag en politie. Een verkenning van de hedendaagse problematiek. in: De legitimiteit van de politie onder druk?, Politie en Wetenschap, p 8

9 terug te grijpen op het gebruik van machtsmiddelen. De politie kan maatwerk leveren afgestemd op de specifieke situatie vanuit een breed handelingsrepertoire van hulpverlening tot opsporing en van weloverwogen tolerantie aan de ene kant tot onverbiddelijke repressie aan de andere kant. Maatschappelijke integratie is enerzijds een voorwaarde voor legitimiteit van de politie: het basale vertrouwen in de politie op grond waarvan haar functioneren in het algemeen breed wordt aanvaard. Anderzijds is maatschappelijke integratie ook een voorwaarde voor de effectiviteit van het politieoptreden. Door kennis van de lokale problematiek en het leveren van lokaal maatwerk kan de politie de goede dingen doen en deze dingen goed doen. Bij de doorontwikkeling van GGP gaat het primair om de vraag hoe politiekorpsen hun organisatie en werkwijze kunnen optimaliseren met het oog op maatschappelijke integratie en de effectiviteit en legitimiteit van hun optreden. Bij maatschappelijke integratie gaat het, zoals Politie in Ontwikkeling terecht constateert, niet alleen om integratie in wijken en buurten. Er zijn ook andere gemeenschappen of doelgroepen (communities) met wie de politie samen moet werken op basis van intensieve contacten en kennis van mensen en problemen. Voorbeelden van dergelijke groepen zijn het bedrijfsleven (winkeliersverenigingen, bedrijvencentra, brancheorganisaties), maatschappelijke organisaties (zorginstellingen, scholen, culturele instellingen, sportverenigingen) en sociale groeperingen. 2.3 Legitimiteit van politiehandelen De legitimiteit van politiehandelen is allereerst gebaseerd op het vertrouwen dat het optreden voldoet aan eisen van rechtmatigheid (legaal rationele legitimiteit). Sinds de jaren 60 wordt algemeen erkend dat dit alleen niet voldoende is, maar dat ook functionele legitimiteit bepalend is voor de legitimering van de politie. De maatschappelijke effecten van het functioneren van de politie moeten als juist en zinvol worden beoordeeld. Het gaat dan om de vraag wat de politie bijdraagt aan orde en veiligheid in de samenleving. De vraag waaraan dat moet worden afgemeten kan vanuit twee perspectieven benaderd worden. Enerzijds is er het verticale perspectief, dat gehanteerd wordt door politiek en bestuur, de (landelijke) media en de publieke opinie. Hierbij staan de resultaten van het werk en de daarmee bereikte effecten centraal; targets, oplossingspercentages, aanhoudingen, et cetera. Anderzijds is er het horizontale perspectief, dat gehanteerd wordt door bewoners en ondernemers bij de beoordeling van de politie in hun directe omgeving. Daarbij staat de symbolische waarde van het politiewerk centraal: het gevoel van burgers dat de politie hen ondersteunt en terzijde staat en bijdraagt aan een rechtvaardige maatschappij. Dat heeft te maken met het gevoel dat de politie de goede dingen doet, dat je op haar kunt rekenen, dat ze betrokken is bij orde en veiligheid in de buurt, actief rechercheert en een faire scheidsrechter is in het publieke domein. Beide perspectieven vullen elkaar aan. Maatschappelijke integratie vormt de basis voor horizontale legitimering. De functionele legitimiteit van de politie in beide betekenissen kwam in de loop van de jaren 90 sterk onder druk te staan. Onvrede over toegenomen onveiligheid leidde ertoe dat politiek, politie en justitie verweten werd de criminaliteit en onveiligheid onvoldoende aan te pakken. De roep in de samenleving om een hardere, daadkrachtige aanpak van onveiligheid nam toe. De vraag of de politie nog wel de goede dingen deed diende zich aan. In de politiek en de publieke opinie werd de vermaatschappelijking van de politie geassocieerd met een softe aanpak. p 9

10 Gebiedsgebonden politie werd aangeduid als wijkzorg en gesteld tegenover het echte politiewerk van opsporing en handhaving. Na de beheerscrisis van 1993 (de reorganisatie) en de gezagscrisis van 1995 (Van Traa), dreigden de korpsen vast te lopen in een verhoging van de prestatiedruk, in overvraging en fragmentatie van de politiefunctie. In het visiedocument Politie in Ontwikkeling werd door de Raad van Hoofdcommissarissen getracht hierop een antwoord te vinden. Veiligheid kwam weer centraal te staan, wat overigens niet betekende dat de politie weer overwegend repressief moest gaan functioneren. Gebiedsgebonden werken werd benoemd als blijvend leidend principe voor de Nederlandse politie om zo de politiefunctie dicht bij de burger te continueren en op die wijze vorm te blijven geven aan de basisveiligheidszorg van de overheid. Effectiviteit gaat hierbij boven efficiency. In de tijdgeest van prestatieconvenanten en aandacht voor bedrijfsvoering was dit een keuze tegen de stroom in. De lokale politie moest in staat zijn om sociale actie ter bevordering van veiligheid te organiseren en andere partijen zonodig te mobiliseren. Uitgangspunt daarbij was dat de gebiedsgebonden functie deel uitmaakt van territoriale eenheden van waaruit de politie de continue beschikbaarheid voor interventies, projectmatig werken en toezicht op de infrastructuur organiseert. Met deze benadering wilde de Nederlandse politie het schrikbeeld van de rellen in de Franse voorsteden buiten de deur houden. 2.4 De actuele waarde van maatschappelijke integratie Maatschappelijke integratie van de politie is ook in 2008 actueel. In de eerste plaats omdat maatschappelijke integratie via gebiedsgebonden werken meer perspectief levert op bijdragen van de politie aan duurzame veiligheid dan een politie op afstand voor wie wetshandhaving doel in zich is. Opgave is de horizontale legitimiteit te versterken door maatschappelijke integratie, zonder dat dit ten koste gaat van de verticale legitimiteit. Het kleinschalig en in samenhang uitoefenen van de primaire processen handhaving, opsporing en noodhulp in combinatie met signalering en adviseren vormt daarbij het vertrekpunt. Veel criminaliteit begint immers in de wijk of speelt zich daar af. De betrokkenheid en lokale kennis van politiemensen, hun informatiepositie en hun ingangen in de wijk dragen bij aan succesvol rechercheren. Dit vormt de basis voor maatwerk, gebaseerd op een mix van rechercheren, dadergericht werken, toezicht en een oorzaakgerichte samenwerking met partners, burgers en ondernemers op wijken buurtniveau. Een integrale aanpak waarbij onveiligheid in de wijk wordt aangepakt op een voor burgers herkenbare wijze. Deze benadering draagt bij aan de horizontale legitimering. Aan de legitimiteit van de politie in de symbolische dimensie, het vertrouwen dat de politie de juiste dingen doet in de ogen van het publiek. 1 Maar ook in de verticale legitimering van politiewerk waarin resultaten op het gebied van veiligheid en hun effecten centraal staan is maatschappelijke integratie van de politie een conditio sine qua non. Veiligheid is immers zowel objectief als subjectief de resultante van een veelheid van maatschappelijke ontwikkelingen en van de activiteiten van veel actoren die 1 Dit sluit aan bij de ervaringen uit het Verenigd Koninkrijk waar Intelligence led policing aanvankelijk werd beschouwd als een alternatief voor community policing. Dat resulteerde in een kloof tussen de feitelijke reductie van criminaliteit en de door het publiek ervaren onveiligheid. Die kloof vormde de aanleiding voor experimenten met vormen van community policing nieuwe stijl : reassurance policing, signal crime etc. De resultaten daarvan zijn veelbelovend: positieve effecten op het niveau van criminaliteit, gevoelens van onveiligheid en het vertrouwen in de politie. Zie in dit verband: R. Tuffin, J. Morris en A. Poole: An evaluation of the impact of the National Reassurance Policing Programme, Home Office Research Study 296, 2006 en Bas van Stokkom: Omstreden Orde, naar een gepolitiseerde lokale veiligheidszorg. p 10

11 daarop trachten in te werken. De politie is slechts één van deze actoren. Een gemeenschappelijk integrale aanpak samen met maatschappelijke partners onder regie van het (lokaal) bestuur is dan ook essentieel. Ook in Politie in Ontwikkeling wordt daarvan uitgegaan: De Nederlandse politie ziet het als haar verantwoordelijkheid de grootst mogelijke bijdrage te leveren aan de veiligheid van burgers. Haar bijdrage komt tot stand in wisselwerking met bestuur en samenleving. De politie kan deze bijdrage alleen leveren door maatschappelijke integratie in de lokale gemeenschap. Een laatste ontwikkeling die de actuele waarde van maatschappelijke integratie onderstreept zijn de maatschappelijke spanningen langs lijnen van ras, herkomst en religie, die zijn toegenomen na de aanslagen van 11 september 2001 in de Verenigde Staten. Het feit dat de politie dankzij het gebiedsgebonden werken dicht bij de bevolking staat, draagt ertoe bij dat de politie in Nederland met deze maatschappelijke spanningen om kan gaan, in staat is de vinger aan de pols te houden, naar alle kanten in gesprek te blijven en géén partij te worden. Door respectvol en beschermend optreden naar iedereen, in combinatie met het aangeven van wat voor gedrag van niemand getolereerd wordt en daar ook tegen optreden.. Politie zijn voor iedereen dus, zoals dat in de visienota over diversiteit 1 wordt genoemd, of, in de woorden van Politie in Ontwikkeling : De politie er is voor alle inwoners van Nederland en weegt de belangen van bepaalde groepen van burgers niet zwaarder dan die van andere. Maatschappelijk integratie vormt dus de basis voor legitimiteit (rechtmatigheid, rechtvaardigheid en onpartijdigheid) en effectiviteit van het politieoptreden. Een maatschappelijk geïntegreerde politie is hier beter voor toegerust dan een afstandelijke instrumentele politie. Uit internationaal onderzoek 2 blijkt dat de politie spanningen en conflicten tussen een bovenliggende en onderliggende cultuur het beste tegemoet kan treden door te handelen vanuit de rule of law. 2.5 Maatschappelijke integratie organiseren Maatschappelijke integratie van de politie staat niet op zich, maar komt alleen tot stand als de politie in haar relatie met externe partners en in haar eigen interne organisatie kiest voor organisatievormen die maatschappelijke integratie ondersteunen. Externe integratie: samenwerking en ketenaanpak Maatschappelijke integratie kan zich niet beperken tot de interactie tussen de politie en individuele burgers. Werken aan veiligheid vraagt een probleemgerichte aanpak met aandacht voor achtergronden, beïnvloedende factoren en oorzaken van criminaliteit. Daarbij is samenwerking en afstemming van beleid met maatschappelijke partners van belang. Traditionele partners zijn het lokale bestuur en het OM. Daarnaast zijn ook allerlei andere organisaties relevante partners vanwege de bijdrage die zij kunnen leveren aan veiligheid. Ook samenwerking met burgers, zowel individueel als gezamenlijk in (lokale) netwerken, om hun betrokkenheid en sociale zelfredzaamheid te vergroten, is een essentiële factor in het bevorderen van veiligheid. Over deze zienswijze bestaat zoveel overeenstemming dat de noodzaak van beleidsintegratie tussen politie en externe partners niet verder beargumenteerd hoeft te worden: zonder integrale aanpak en samenwerking geen effectief maatwerk. 1 Landelijk expertise centrum voor diversiteit: Politie voor een ieder. Een eigentijdse visie op diversiteit. Apeldoorn, D. Bailey: Policing hate. What can be done?, In: Policing en Society, Vol. 12, no 2, p p 11

12 Interne integratie Dit ligt anders bij de interne organisatie van de politie. Als de politie in de wijken maatwerk wil bieden, zijn discretionaire bevoegdheden vereist op alle niveaus, inclusief de basis. Burgers moeten voor de gangbare dagelijkse problemen op het gebied van veiligheid en overlast bij de eigen gebiedsgebonden politie terecht kunnen. De gebiedsgebonden politie moet daarop kunnen reageren vanuit haar lokale kennis. De politie moet kunnen beschikken over een breed repertoire aan handelingsalternatieven, van hulpverlening tot opsporing, zonder dat interne schotten tussen taken, processen of organisatieonderdelen daarbij in de weg staan. Dat veronderstelt brede basispolitiezorg en het beperken van de specialistische taakuitvoering tot die taken die verdiepte kennis vragen, verkregen door gedegen opleiding en/of langdurige ervaring. Dit sluit aan bij het uitgangspunt van brede samenhangende taakuitvoering waarvoor in Politie in Ontwikkeling gekozen is. Handhaving, opsporing, noodhulp en intake (en in het verlengde daarvan signalering en advisering) moeten in hun onderlinge samenhang worden uitgevoerd. Taakintegratie alleen is echter niet voldoende. Ook beleid en uitvoering in het politiewerk moeten geïntegreerd zijn. Ervaring uit de uitvoering moet doorwerken in de aanpak en het beleid van de politie. Dat is een voorwaarde voor horizontale legitimering. Anderzijds moet ook beleid van het bevoegde gezag op lokaal en rijksniveau zijn vertaling krijgen in de uitvoering van het politiewerk aan de basis. Dat is een voorwaarde voor verticale legitimering. Het gaat dus om het creëren van beleidsruimte binnen kaders, om vrijheid in gebondenheid. Interne integratie van de korpsen als conditie voor maatschappelijke integratie van de politie heeft dus consequenties voor de organisatie en werkwijze. In het rapport Politie in Verandering zijn hiervoor als uitgangspunten onder meer geografische decentralisatie, teamvorming, spreiding van verantwoordelijkheden en een generale taakstelling benoemd. Onder invloed van dat rapport heeft de politie de klassieke bureaucratische organisatievorm gebaseerd op centrale beheersing geleidelijk verlaten. Zij is gaan werken met concepten als zelfbeheer en resultaatsverantwoordelijkheid. Bij de inrichting van de meeste regiokorpsen gold als motto decentraal tenzij. 2.6 Twee ideaaltypen voor de organisatie van GGP In Politie in Ontwikkeling is met nadruk gesteld dat gebiedsgebonden werken een leidend principe voor de Nederlandse politie is en blijft. Een gedeeld verhaal van de Nederlandse politie over de organisatorische vormgeving van het gebiedsgebonden werken ontbreekt echter. In de praktijk doen zich grote verschillen voor in de wijze waarop korpsen gebiedsgebonden politie organiseren. In sommige korpsen wordt GGP vooral opgehangen aan de wijkagent, in andere korpsen is GGP een inrichtingsprincipe voor de gehele korpsorganisatie. Ook in het Referentiekader GGP komt het ontbreken van overeenstemming over de organisatie van GGP tot uitdrukking. Enerzijds wordt in Referentie 7 het gebiedsgebonden team als kern van de organisatie benoemd. Daarmee wordt impliciet gekozen voor GGP als inrichtingsprincipe voor de hele korpsorganisatie. Anderzijds biedt de normering echter alle ruimte voor heel verschillende invullingen. In de toelichting wordt aangeven dat er landelijk nog geen overeenstemming is over de verantwoordelijkheidsverdeling en de samenwerkingsrelaties die daarmee samenhangen. In de praktijk zijn er veel modaliteiten van GGP. Ideaaltypisch kunnen twee basismodellen onderscheiden worden: GGP als concept en GGP als functionaliteit. p 12

13 GGP als concept In dit model is GGP het basisconcept voor de organisatie en werkwijze van het korps als geheel met betrekkelijk kleinschalige teams als kern van de organisatie. Startpunt voor de toedeling van verantwoordelijkheden en bevoegdheden is dat het basisteam verantwoordelijk is voor de veiligheid in het gebied en voor de in beginsel integrale uitoefening van de politiefunctie in dat gebied. Opschaling van verantwoordelijkheden naar districts- of regioniveau vindt plaats als de schaal van een veiligheidsprobleem daarom vraagt dan wel de problematiek de capaciteit of deskundigheid van het team overstijgt. Binnen dit model worden specialistische taken zo veel mogelijk door de basiseenheden uitgevoerd. Gebiedsgebonden werken is in dit model verankerd in kleinschalige teams. De wijkagent zorgt voor fijnmazige verankering in de buurt en neemt als netwerker, informatiemakelaar en vooruitgeschoven post een specifieke positie in, maar is nadrukkelijk onderdeel van het team en dient bij te dragen aan de resultaten van het team. GGP als functionaliteit Binnen dit model is GGP een fijnmazige functie, complementair aan de op districtelijke schaal dan wel in grote teams georganiseerde basispolitiezorg, de recherche en andere specialistische diensten die verantwoordelijk zijn voor de hoofdprocessen intake, toezicht en handhaving, opsporing en noodhulp. Gebiedsgebonden werken is binnen dit model min of meer als een aparte functie verankerd in de wijkagent. Die fungeert als netwerker, informatiemakelaar en vooruitgeschoven post, realiseert de maatschappelijke verankering van de politie en het kennen en gekend worden en zorgt ervoor dat de politie beschikt over een fijnmazige informatiepositie en is in staat maatwerk te leveren op microniveau. Binnen de beide basismodellen zijn er aanzienlijke verschillen tussen korpsen. In de benadering van GGP als concept bijvoorbeeld in de mate van beleidsruimte van de gebiedsgebonden basiseenheden en de taakverdeling tussen de generale politiezorg en specialismen. Dit speelt met name bij de opsporing. In de benadering van GGP als aparte functie is er enerzijds de variant waarbij de wijkagent de belangrijkste basispolitiemedewerker is die in zijn functioneren ondersteund wordt door centraal - regionaal of districtelijk - georganiseerde noodhulp, recherche en andere specialismen. Anderzijds is er de variant waarbij de wijkagent vooral het karakter heeft van een fijnmazige georganiseerde functie op het gebied van informatie, contacten met de bevolking en van netwerker in de integrale veiligheidsaanpak die zorgt dat het korps kan inspelen op verschillen in verwachtingen en problemen binnen de regio en de vinger aan de pols van de lokale samenleving houdt. 2.7 Maatschappelijke integratie als vertrekpunt voor doorontwikkeling van GGP Met de herbevestiging van gebiedsgebonden politie als leidend beginsel door Politie en Ontwikkeling en het Referentiekader GGP is dit verschil in de benaderingen van GGP nog niet opgelost, getuige de voortdurende zoektocht van korpsen om GGP verder inhoud te geven. Een zoektocht die, zoals in hoofdsruk 4 zal blijken, in de praktijk resulteert in een grote mate van variatie in de wijze waarop de korpsen GGP vormgeven. De doorontwikkeling van GGP na Politie in Ontwikkeling vraagt dus om een herbezinning van korpsen, individueel en gemeenschappelijk, op de wijze waarop zij vorm en inhoud geven aan GGP. In het voorgaande is beschreven dat maatschappelijke integratie als basis voor legitimiteit en effectiviteit de essentiële reden is waarom de Nederlandse politie voor gebiedsgebonden politie heeft gekozen. Voor de herbezinning op GGP leidt dat tot de vraag hoe maatschappelijke p 13

14 integratie optimaal georganiseerd kan worden. Optimaal vanuit de, soms uiteenlopende, eisen die horizontale en verticale legitimering aan de politie stelt. In het volgende hoofdstuk werken wij de in paragraaf 2.5 al aangestipte voorwaarden voor maatschappelijke integratie van de politie (externe en interne integratie) verder uit aan de hand van negen facetten die de vormgeving bepalen van GGP. p 14

15 3 Facetten van GGP In dit hoofdstuk worden negen facetten 1 van het organiseren van gebiedsgebonden politie nader belicht. Bij deze negen facetten gaat het om keuzes die gemaakt worden ten aanzien van de korpsorganisatie als geheel, maar die tevens in belangrijke mate bepalen hoe GGP gestalte krijgt. Ideaaltypisch kan daarbij gekozen worden voor een benadering van GGP als functionaliteit of voor een benadering van GGP als organisatieconcept voor de inrichting en sturing van het hele korps. Gelet op de in keuze die in Politie in Ontwikkeling en in het Referentiekader GGP is gemaakt voor GGP als concept, is dit ideaaltype gehanteerd als streefsituatie bij de doorontwikkeling van GGP. De negen facetten zijn: - breedte van de basispolitiezorg - schaal van de basiseenheid - positionering van de wijkagent - sturing op de basiseenheid en de gebiedsgebonden politiezorg - het procesgericht werken in het korps - inzet van de planning en control functie - de rol van informatie - wijze waarop een korps bijdraagt aan integrale veiligheid - leiderschap in het korps. Deze negen facetten zijn onder te verdelen in: - drie structuurkenmerken: breedte basispolitiezorg, schaal en positionering wijkagent - het sturingsconcept - enkele met het sturingsconcept samenhangende facetten: planning en control, procesgericht werken en de informatieorganisatie - integrale veiligheid - leiderschapsstijl. De omgeving van de politieorganisatie is niet benoemd als één van de conditionerende aspecten voor de vormgeving van gebiedsgebonden politie. Niet omdat de omgeving niet van invloed is, maar omdat omgevingsfactoren vooral van invloed lijken te zijn op de detailinvulling van GGP, wat zich bijvoorbeeld uit in de concrete schaal en grenzen van de basiseenheden, het aantal wijkagenten, de keuze voor specifieke contactpersonen voor bepaalde doelgroepen et cetera. Dit soort omgevingsspecifieke invullingen binnen de korpsen vullen als het ware de uitgewerkte bouwtekeningen van de organisatie in, terwijl het eerste schetsontwerp gebaseerd is op de keuzes die eerder zijn gemaakt ten aanzien van de hiervoor genoemde sturings- en inrichtingskenmerken. 1 Het VtS-document Inrichting, een samenspel van perspectieven onderscheidt vijf perspectieven van waaruit de inrichting van de korpsen benaderd kan worden: producten en diensten, processen en organisatie, leiderschap en mensen en middelen. De hier beschreven facetten van GGP zijn met uitzondering van leiderschapstijl, integrale veiligheid en de rol van informatie verbijzonderingen van het perspectief processen en organisatie. p 15

16 Hieronder wordt voor elk van de negen facetten van GGP beschreven wat de uitwerking is op GGP in het ideaaltypisch model GGP als concept. Daarbij is voortgebouwd op het Referentiekader Gebiedsgebonden Politie. Aansluitend wordt ingegaan op de samenhang tussen de facetten. 3.1 Negen facetten van GGP Breedte basispolitiezorg In het ideaaltypisch model kent de basiseenheid de verantwoordelijkheid voor alle politiezorg in het gebied. De taken van de basiseenheden liggen op gebied van handhaven, noodhulp verlenen, intake en opsporen van veel voorkomende en middelzware criminaliteit. Zij voeren zelfstandig hun taken uit en krijgen daarbij ondersteuning van functionele en gespecialiseerde diensten. De grens tussen de brede basispolitiefunctie die basiseenheden zelf verzorgen en specialistische functies waarvoor zij ondersteuning van anderen krijgen, wordt bepaald door de mate waarin het gaat om een functie die verdiepte kennis vereist, verkregen door gedegen opleiding en/of langdurige ervaring. Het criterium is hier dus letterlijk een vak apart Schaalgrootte van de basiseenheid In het ideaaltypische model wordt uitgegaan van kleinschalige uitoefening van de basispolitiezorg. De omvang van het geografisch gebied en de omvang van de basiseenheid moet klein genoeg zijn, om te waarborgen dat alle medewerkers basispolitiezorg werken in een overzichtelijk, samenhangend gebied met een schaal die betrokkenheid bij hun gebied en werken vanuit kennis van mensen, problemen en achtergronden mogelijk maakt. Anderzijds moet de basiseenheid groot genoeg zijn, om te waarborgen dat de basispolitiezorg in volle breedte kan worden uitgevoerd. Bij deze inrichting spelen geografische, sociale en identiteitsfactoren een rol. Een voorbeeld van een geografische factor is een natuurlijke grens. Bij sociale factoren kan gedacht worden aan het belang van samenwerkingsverbanden. Een voorbeeld van een identiteitsfactor zijn probleemgebieden. In het Referentiekader GGP wordt geen uitspraak gedaan over de gewenste schaal van de basiseenheid. Wel wordt geconstateerd dat meer en kleinschaliger basisteams betekent dat het gebiedsgebonden werken in sterkere mate gedragen kan worden door het gehele gebiedsgebonden team dan bij minder en grootschaliger teams. In dat laatste geval zijn voor de maatschappelijke verankering van het team meer wijkagenten als vooruitgeschoven post van het team noodzakelijk. Het Referentiekader spreekt zich wel uit over de schaal van de wijkagentenwijk : In elk korps is de grootte van het team, het aantal wijkagenten en het niveau van de functie van wijkagent gerelateerd aan de omvang en de complexiteit van de wijk. Het Referentiekader hanteert een gemiddelde verhouding van één wijkagent per inwoners Positionering van de wijkagent In het ideaaltype GGP als concept leunt het gebiedsgebonden werken niet alleen op de wijkagent, maar op de kleinschalige gebiedsgebonden basiseenheden die de kern van de organisatie vormen en waarvan de wijkagenten deel uitmaken. De wijkagent wordt aangestuurd door de leiding van de basiseenheid en niet door een functionele chef. Het Referentiekader meldt hierover dat ieder korps beschikt over de functionaliteit wijkagent met een bijbehorend mandaat. De wijkagent maakt deel uit van een gebiedsgebonden basisteam. Vanuit zowel de organisatie als vanaf de straat gezien is de wijkagent de meest vooruitgeschoven post en is zijn of haar teamchef het verantwoordelijke aanspreekpunt. p 16

17 De taakuitoefening van de wijkagent en van het basisteam waar deze deel van uit maakt, bestaat uit vier hoofdbestanddelen: handhaven, noodhulp verlenen, opsporen en intake. Dit zijn de vier hoofduitvoeringsprocessen van de politie conform het Referentiemodel Bedrijfsvoering Politie (RBP 2006). Vanuit deze positie participeert de wijkagent in netwerken van burgers, ondernemers, professionals - zoals scholen en gemeenten - en neemt hij of zij deel aan veiligheidsketens. Hierdoor verwerft de wijkagent kennis en inzicht en is deze bekend als betrouwbare vertegenwoordiger van de politie bij bewoners en sleutelfiguren in de wijk. Zo is de wijkagent in staat om aan partners en de politieorganisatie tijdig problemen te signaleren (en te alarmeren) en hen te adviseren over kwesties die de openbare orde en veiligheid raken. De wijkagent wordt hierin vanuit andere processen ondersteund. Aan het adagium kennen en gekend worden wordt door korpsen ideaaltypisch invulling gegeven door de volgende organisatorische maatregelen: - korpsen hebben voor de wijkagent een minimale en maximale functieduur ingesteld die recht doet aan de wijkbinding - de wijkagent is in principe de volledige diensttijd werkzaam in de wijk - als de wijkagent op andere werkgebieden wordt ingezet, dan is dat gemotiveerd vanuit wijkbelang en niet vanuit interne bedrijfsvoeringaspecten Sturing In het ideaaltypische model GGP als concept zijn de verantwoordelijkheden voor de uitvoering van het politiewerk en de veiligheid in sterke mate gedecentraliseerd en is er dus sprake van een in een beginsel gedecentraliseerd sturingsconcept. Dit uit zich in: - beleidsruimte van de basiseenheid - territoriale aansturing - sturing op hoofdlijnen. Beleidsruimte van de basiseenheid De leiding van de basiseenheid heeft een grote vrijheid om binnen kaders van het algemene korpsbeleid samen met partners in te spelen op de specifieke lokale veiligheidsproblematiek. Binnen de basiseenheden hebben wijkagenten mandaat om binnen kaders van het beleid op het niveau van hun wijk met partners afspraken te maken over de veiligheidsaanpak. Hun afspraken en analyses werken door in het beleid van de basiseenheid. Territoriale aansturing GGP als concept kenmerkt zich door territoriale aansturing van het politiewerk. Dit geldt zowel voor de keuzeverantwoordelijkheid (wat pakken we aan, wat heeft prioriteit) als voor de uitvoeringsverantwoordelijkheid (hoe pakken we het aan). Functionele aansturing vindt plaats ten aanzien van die taken waarvoor het adagium vak apart geldt en beperkt zich in beginsel tot de uitvoeringsverantwoordelijkheid. Sturing op hoofdlijnen Bij een keuze voor GGP als concept kenmerkt centrale sturing zich niet door sturing op details maar door sturing op hoofdlijnen. Het korpsbeleid wordt vormgegeven op basis van enerzijds beleid van bovenaf (landelijk beleid en beleid van het regionale bevoegde gezag) en anderzijds door decentrale analyses en wensen ten aanzien van het veiligheidsbeleid in de regio. Het aantal doelstellingen en prioriteiten op korpsniveau is beperkt. Er is ruimte om de korpsdoelstellingen en prioriteiten af te stemmen op de specifieke problematiek in het eigen gebied. Basiseenheden krijgen ruimte om eigen beleid te maken, gebaseerd op decentrale veiligheidsanalyses of afspraken met partners in het kader van de gemeenschappelijke veiligheidsaanpak onder regie van het lokale bestuur. p 17

18 3.1.5 Procesgericht werken Het procesgericht werken wordt bij een keuze voor GGP als concept gebruikt als middel om de professionaliteit van de uitvoeringsprocessen en keuzeprocessen op ieder niveau te ondersteunen en kwalitatief te verbeteren. Het geldt dus niet zozeer als middel om tot een strakkere sturing en beheersing van de uitvoering te komen. GGP is daarbij conform het Referentiemodel Bedrijfsprocessen geen apart proces maar het gebiedsgebonden uitvoeren van alle vijf hoofdprocessen (besturen, voorbereiden, uitvoeren, ondersteunen en verbeteren) uit het RBP 2006, zoals onderstaand figuur laat zien. Figuur 2: RBP en GGP 1 Alle processen, inclusief noodhulp en opsporing, zijn zodanig ingericht dat het gebiedsgebonden werk professioneel kan worden uitgevoerd en ondersteund. Dit veronderstelt ook dat de verantwoordelijkheid tussen lijnchefs en proceseigenaren inhoud krijgt langs de volgende drie lijnen: - beleids- en uitvoeringskeuzes en resultaatsverantwoordelijkheid zijn per definitie verankerd bij de territoriale lijnchefs (chef basiseenheid, districtschef, korpschef) - de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de processen ligt bij de proceseigenaren - proces- en resultaatverantwoordelijkheid komen binnen de basiseenheid bij elkaar Planning en control Bij een keuze voor GGP als concept is planning en control een sturingsmiddel om te komen tot vaststelling van de beoogde en bereikte resultaten en effecten in de omgeving. Het planningsinstrument is gericht op een probleemgerichte aanpak in het gebied. Het controlinstrument geeft zicht op en inzicht in de behaalde resultaten. Deze transparantie maakt het mogelijk de eigen organisatie en externe partners af te rekenen op het behalen van de beoogde resultaten. Beide instrumenten zijn geografisch vormgegeven. De opeenstapeling van rapportages op buurt-, wijk- en gemeentelijk niveau vormt dan ook de basis voor plannings- en beheersingsrapportage voor het gehele korps. De functie van P&O wordt gedecentraliseerd of gedeconcentreerd vormgegeven en ondersteunt niet alleen de korpsleiding maar de leiding op alle organisatorische niveaus: basiseenheid, (district) en korps. 1 Uit: (Concept) Architectuur gebiedsgebonden politie. VtS, p 18

19 3.1.7 Informatie Onder het concept van informatiegestuurde politie (IGP) wordt verstaan het verzamelen en analyseren van informatie voorafgaande aan elk moment van besluitvorming in het politiewerk op strategisch, tactisch en operationeel niveau. Binnen GGP als concept wordt IGP gehanteerd om de in het referentiekader genoemde hoekstenen van GGP nieuwe stijl te ondersteunen: - samenwerking met externe partners - planmatig en methodisch werken - resultaatgericht werken, en - effectieve samenwerking binnen de basiseenheid en het korps. IGP wordt daarbij niet alleen top-down ingevuld. De informatieorganisatie is gedecentraliseerd of gedeconcentreerd naar het niveau van de basiseenheid en ondersteunt de sturing en uitvoering van de gebiedsgebonden politiezorg met informatie en analyse. De chef van de basiseenheid wordt voorzien van informatie over alle activiteiten die in zijn gebied plaatsvinden. Hetzelfde geldt voor de wijkagent. Anderzijds vindt de in het dagelijkse werk gegenereerde informatie uit de wijk, vertaling in de politieorganisatie en de netwerken met partners. De wijkagent is een actieve schakel op het gebied van IGP. Hij heeft een spilfunctie in het verzamelen van informatie. Door informatie uit verschillende bronnen bij elkaar te brengen en te analyseren kan de wijkagent effectief acteren binnen de buurt. Hij wordt vanuit het korps actief voorzien van informatie en wordt benaderd met informatievragen. Met zijn kennis over en zicht op het criminaliteits- en veiligheidsbeeld in de wijk en met zijn netwerken met de mensen in de wijk, draagt de wijkagent bij aan een gerichte aanpak van onveiligheid door zijn basiseenheid (briefing) en de andere diensten in het korps. In het kader van samenwerking met externe partners en burgers is actieve wederkerigheid de sleutel voor effectieve informatie-uitwisseling. Dat houdt in dat de politie niet alleen informatie uit het veld ontvangt, maar ook informatie verstrekt. Er vindt actieve consultatie van burgers plaats. Zij kunnen informatie verschaffen over locaties, delicten, overlast, daders en slachtoffers en over sterke en zwakke punten in de aanpak, die in het kader van de gebiedsgebonden veiligheidsaanpak een onmisbare aanvulling betekent op de traditionele informatiebronnen Integrale veiligheid Vanuit GGP als concept levert gebiedsgebonden politiezorg een directe bijdrage aan de samenwerking binnen de gemeenschappelijke veiligheidsaanpak in het gebied. In de brede probleemoriëntatie die aan gebiedsgebonden politiezorg ten grondslag ligt werkt de politie aan veiligheid vanuit een probleemgerichte aanpak met aandacht voor achtergronden, beïnvloedende factoren en oorzaken van onveiligheid en overlast. Daarbij wordt het beleid van politie, lokaal bestuur en het openbaar ministerie afgestemd onder regie van het gemeentebestuur. In het verlengde hiervan wordt samengewerkt met maatschappelijke partners en burgers. Vanuit een gezamenlijke analyse van de veiligheidsproblematiek wordt gekeken waar aangrijpingspunten liggen voor een effectieve aanpak en wie daaraan welke bijdrage moet leveren: het bestuur, bewoners en ondernemers(organisaties), gemeentelijke diensten, de school, jongeren- en welzijnswerkers, de jeugdzorg, de woningbouwcorporatie, particuliere beveiliging et cetera. In deze samenwerkingsverbanden worden afspraken gemaakt zodat tot p 19

20 de juiste mix van preventieve en repressieve maatregelen gekomen kan worden die toegesneden is op de specifieke lokale problematiek. De beginselen van programmasturing bieden goede aangrijpingspunten om deze samenwerking effectief gestalte te geven. Voorwaarde is dat gebiedsgebonden chefs en wijkagenten mandaat hebben om voor hun gebied afspraken met partners te maken. Ook samenwerking met burgers, zowel individueel als gezamenlijk in (lokale) netwerken, is een onderdeel van de integrale veiligheidsaanpak en van gerevitaliseerde gebiedsgebonden politiezorg. Het gaat daarbij om meer dan het stimuleren van informatieverstrekking door burgers naar aanleiding van delicten of incidenten. Een integrale veiligheidsaanpak vraagt actieve consultatie van burgers om de orde en veiligheidsproblemen in de wijk of buurt scherp te krijgen en als input voor een gerichte inzet en aanpak van de politie (GGP), de partners en burgers zelf. Burgers kunnen de concrete informatie over locaties, delicten, slachtoffers en daders verschaffen. Door herkenbaar gebruik te maken van deze informatie legt de politie de basis voor betrokkenheid van burgers bij (de veiligheid) in de wijk of buurt Leiderschapsstijl De stijlen van leiderschap en management bewegen zich in een continuüm tussen een faciliterende en disciplinerende leiderschapsstijl. Een tussenvorm is een leiderschapsstijl waarbij het gewenste gedrag en de beoogde resultaten inhoud krijgen op basis van afspraken tussen leiding en uitvoering. De leiderschapsstijl die past bij GGP als concept vraagt een mengvorm van faciliterende leiderschapsstijl en leiderschap op basis van afspraken. De lijnchefs op strategisch, tactisch en operationeel niveau hebben daarbij een voorwaardenscheppende en coachende stijl van leidinggeven. Via afspraken over aanpak en resultaten, krijgt het principe van vrijheid in gebondenheid inhoud. Een belangrijk aanvullend element in de stijl van leiding geven van de lijnchefs van gebiedsgebonden eenheden is samenwerkingsbereidheid. Immers, decentralisatie van verantwoordelijkheden werkt alleen goed als lijnchefs zich niet alleen verantwoordelijk weten voor de eigen eenheid en de veiligheid in het eigen gebied maar ook een medeverantwoordelijkheid voelen voor de problemen waarmee het district of het korps als geheel wordt geconfronteerd. De leiderschapsstijl van de korpsleiding is door diens rol als architect van de organisatie van grote invloed voor de dominante sturingsopvattingen in het korps. Daarmee is de leiderschapsstijl van de korpsleiding een verklarende factor voor de keuzen die in korpsen gemaakt worden ten aanzien van de negen aspecten van sturing en inrichting die bepalend zijn voor de vormgeving van gebiedsgebonden politie Samenhang tussen de facetten De genoemde negen conditionerende aspecten voor de vormgeving van gebiedsgebonden politie hangen onderling samen. Zij beïnvloeden elkaar onderling en kunnen het gebiedsgebonden werken in de zin van GGP als concept versterken of verzwakken en meer doen opschuiven naar GGP als functionaliteit. 1 Zie in dit verband R.A. Boin, E.J van der Torre en P t Hart: Blauwe bazen. Het leiderschap van de korpschefs. Politie en wetenschap / Uitgeverij Kerckebosch, Zeist, p 20

Gebiedsgebonden politie; maatschappelijke integratie en het organiseren van politiewerk

Gebiedsgebonden politie; maatschappelijke integratie en het organiseren van politiewerk Gebiedsgebonden politie; maatschappelijke integratie en het organiseren van politiewerk Gebiedsgebonden politie; maatschappelijke integratie en het organiseren van politiewerk M. A. Straver R. Ulrich

Nadere informatie

De politie maakt roerige tijden door; maatschappelijke. De inrichting van basisteams; principes om aan vast te houden

De politie maakt roerige tijden door; maatschappelijke. De inrichting van basisteams; principes om aan vast te houden 6 Vermijd een politie met twee gezichten De inrichting van basisteams; principes om aan vast te houden Paul van Musscher is politiechef Eenheid Den Haag. Ries Straver was o.m. korpschef van Hollands Midden

Nadere informatie

GELDERLAND_ZUID KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE NATIONALE POLITIE. Datum afdruk:

GELDERLAND_ZUID KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE NATIONALE POLITIE. Datum afdruk: NATIONALE POLITIE Aanleiding Nationale Politie Eenheid Midden Nederland District Oost Utrecht Tijdpad Gezag Dienstverlening Basisteam Heuvelrug Waarom Nationale Politie? Nationale Politie betekent: meer

Nadere informatie

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS - BESLUIT

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS - BESLUIT COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS - BESLUIT OPSCHRIFT Vergadering van 18 december 2012 bestemd voor de gemeenteraad nummer: 2012_BW_00428 Onderwerp Regionaal beleidsplan 2013-2014, politie eenheid

Nadere informatie

Uitgangspunten en randvoorwaarden bij implementatie BiSL

Uitgangspunten en randvoorwaarden bij implementatie BiSL Uitgangspunten en randvoorwaarden bij implementatie BiSL Auteurs: Frank van Outvorst, Henri Huisman Datum: Januari 2009 Inleiding Veel organisaties zijn momenteel bezig met het (her)inrichten van de vraagzijde

Nadere informatie

Knelpunten Hieronder worden de 10 belangrijkste knelpunten bij de vormgeving van de regierol op het gebied van integrale veiligheid samengevat.

Knelpunten Hieronder worden de 10 belangrijkste knelpunten bij de vormgeving van de regierol op het gebied van integrale veiligheid samengevat. Gemeentelijke regie bij integrale veiligheid Veel gemeenten hebben moeite met het vervullen van de regierol op het gebied van integrale veiligheid. AEF heeft onderzoek gedaan naar knelpunten bij de invulling

Nadere informatie

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie. vanaf 1 januari 2013. Oost-Brabant

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie. vanaf 1 januari 2013. Oost-Brabant Nationale Politie vanaf 1 januari 2013 1 De verandering in organisatie 1 Korps Nationale politie met 10 regionale eenheden, 1 landelijke eenheid en landelijke diensten bedrijfsvoering en staf i.p.v. Brabant

Nadere informatie

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders Nummer: Datum vergadering: 30-10-2012 Onderwerp: Veiligheidsstrategie - Meerjarenbeleidsplan 2013-2014 Conceptbesluit: Het college neemt kennis van het concept

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare

Nadere informatie

Vaststellingen, aanbevelingen onderzoek bestuurlijke informatiestromen. Politiemodellen: Communicatie:

Vaststellingen, aanbevelingen onderzoek bestuurlijke informatiestromen. Politiemodellen: Communicatie: Verder bouwend op vaststellingen en aanbevelingen onderzoek bestuurlijke informatiestromen bekijkenhoe interne communicatie het toepassen van Intelligence Led Policing kan ondersteunen 2 Vaststellingen,

Nadere informatie

1. De Vereniging - in - Context- Scan... 2. 2. Wijk-enquête... 3. 3. De Issue-scan en Stakeholder-Krachtenanalyse... 4. 4. Talentontwikkeling...

1. De Vereniging - in - Context- Scan... 2. 2. Wijk-enquête... 3. 3. De Issue-scan en Stakeholder-Krachtenanalyse... 4. 4. Talentontwikkeling... Meetinstrumenten De meetinstrumenten zijn ondersteunend aan de projecten van De Sportbank en ontwikkeld met de Erasmus Universiteit. Deze instrumenten helpen om op een gefundeerde manier te kijken naar

Nadere informatie

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie. vanaf 1 januari Oost-Brabant i.o.

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie. vanaf 1 januari Oost-Brabant i.o. Nationale Politie vanaf 1 januari 2013 1 De verandering in organisatie 1 Korps Nationale politie met 10 regionale eenheden, 1 landelijke eenheid en landelijke diensten bedrijfsvoering en staf Oost-Brabant

Nadere informatie

Van buiten naar binnen Realiteit of utopie?

Van buiten naar binnen Realiteit of utopie? Van buiten naar binnen Realiteit of utopie? Alle regio s worstelen de laatste jaren met vraagstukken rond de noodzakelijke inkrimping. Opvallend is dat ook binnen de korpsen het gedachtegoed van gebiedsgebonden

Nadere informatie

Visie Wijkpolitie. Waakzaam en dienstbaar. Informatiefolder over de vernieuwde visie van de wijkpolitie. Rotterdam-Rijnmond

Visie Wijkpolitie. Waakzaam en dienstbaar. Informatiefolder over de vernieuwde visie van de wijkpolitie. Rotterdam-Rijnmond Visie Wijkpolitie Rotterdam-Rijnmond Informatiefolder over de vernieuwde visie van de wijkpolitie Waakzaam en dienstbaar Beste collega, Zowel binnen onze organisatie als daarbuiten volgen de ontwikkelingen

Nadere informatie

Samenwerken aan welzijn

Samenwerken aan welzijn Samenwerken aan welzijn Richting en houvast 17 november 2017 Het organiseren van welzijn Het afgelopen jaar hebben we met veel inwoners en maatschappelijke partners gesproken. Hiermee hebben we informatie

Nadere informatie

resultaten, knelpunten en condities

resultaten, knelpunten en condities Sturen op resultaat In de huidige discussies over de aanpak van maatschappelijke problemen staan resultaatgerichtheid en samenhang centraal. Het accent is verschoven van beleid naar uitvoering en van plan

Nadere informatie

Bijdrage Paul Ponsaers

Bijdrage Paul Ponsaers Bijdrage Paul Ponsaers 18 mei 2013 1 Bestuurlijke Politie Gerechtelijke Politie FEDERAAL CENTRAAL Commissaris-Generaal A.D. Bestuurlijk A.D. Ondersteuning A.D. Gerechtelijk GEDECONCENTREERD (gerechtelijk

Nadere informatie

Regionale visie op welzijn. Brabant Noordoost-oost

Regionale visie op welzijn. Brabant Noordoost-oost Regionale visie op welzijn Brabant Noordoost-oost Inleiding Als gemeenten willen we samen met burgers, organisaties en instellingen inspelen op de wensen en behoeften van de steeds veranderende samenleving.

Nadere informatie

In het oog van de orkaan. School voor Politie Leiderschap

In het oog van de orkaan. School voor Politie Leiderschap In het oog van de orkaan School voor Politie Leiderschap Inleiding Essenties van het leiderschapsprogramma In het oog van de orkaan De titel van het programma verwijst naar de hevige turbulentie, als gevolg

Nadere informatie

Informatie Gestuurd Optreden. Congres Ontwikkelkracht 17 mei Gonne Schras, Martino Routier Adviesbureau In-pact

Informatie Gestuurd Optreden. Congres Ontwikkelkracht 17 mei Gonne Schras, Martino Routier Adviesbureau In-pact Informatie Gestuurd Optreden Congres Ontwikkelkracht 17 mei 2011 Gonne Schras, Martino Routier Adviesbureau In-pact Programma workshop Het onderzoek - essenties - conclusies - aanbevelingen Aanpak - probleemgerichte

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare budget

Nadere informatie

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten PR 180724 V1 Beroepscompetentie- profiel Afgeleid van de niveaubepaling NLQF, niveau 6 heeft RBCZ kerncompetenties benoemd voor de complementair/alternatief therapeut. Als uitgangspunt zijn de algemene

Nadere informatie

Meerjarenplan Stichting inzet voor Zorg

Meerjarenplan Stichting inzet voor Zorg Meerjarenplan Stichting inzet voor Zorg 2018-2021 Inleiding Het meerjarenplan 2016-2018 eindigt dit jaar, dat vraagt om een vervolg met inzicht naar een zeer dynamisch zorglandschap in een samenleving

Nadere informatie

Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model.

Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model. Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model. 1. Wat is het INK-model? Het INK-model is afgeleid van de European Foundation for Quality Management (EFQM). Het EFQM stelt zich ten doel Europese bedrijven

Nadere informatie

Project Opsporing. Plan van aanpak

Project Opsporing. Plan van aanpak Plan van aanpak 1 Project opsporing 3 1.1 Inleiding 3 1.2 Aanleiding 3 1.3 Afbakening 4 1.4 Toezicht op kwaliteit van de taakuitvoering 5 1.5 Doelstelling en centrale vraag 6 1.6 Opzet project opsporing

Nadere informatie

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF Inleiding De raad van toezicht van Laverhof heeft de wettelijke taak toezicht te houden op de besturing door de raad van bestuur en op de algemene gang van zaken binnen Laverhof

Nadere informatie

Post HBO opleiding Management in Zorg en Welzijn

Post HBO opleiding Management in Zorg en Welzijn Zorg en Welzijn Algemeen De post-hbo opleiding Management in Zorg en Welzijn is een opleiding van 1,5 jaar voor mensen met een afgeronde hbo-opleiding die werkzaam zijn in de sector zorg en welzijn en

Nadere informatie

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten: Opdrachtformulering kwartiermaker integrale welzijnsopdracht Aanleiding De gemeenteraad van de gemeente Tiel heeft in haar vergadering van juli 2014 het besluit genomen om een inhoudelijke discussie te

Nadere informatie

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden Bijlage a Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden De functie van de Raad van Commissarissen. In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden

Nadere informatie

Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen. Beschrijving

Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen. Beschrijving Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld

Nadere informatie

Begrijpen Verbinden Meedoen communicatieplan transities sociaal domein Rivierenland

Begrijpen Verbinden Meedoen communicatieplan transities sociaal domein Rivierenland september 13 Begrijpen Verbinden Meedoen communicatieplan transities sociaal domein Rivierenland Als je doet wat je altijd deed, krijg je wat je altijd kreeg. (Albert Einstein, 1879-1955) M e r k c o a

Nadere informatie

KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE KNP GELDERLAND_ZUID. Vorming Nationale Politie - Gemeenteraad Geldermalsen

KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE KNP GELDERLAND_ZUID. Vorming Nationale Politie - Gemeenteraad Geldermalsen KNP Vorming Nationale Politie - Gemeenteraad Geldermalsen 1 Waarom Nationale Politie? Nederland nog veiliger maken Meer vertrouwen van de burger Vergroten slagkracht Meer ruimte voor vakmanschap en professionaliteit

Nadere informatie

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA VOORWOORD Hoe leiden we elke student op tot de professional voor de wereld van morgen? Met de blik op 2025 daagt die vraag

Nadere informatie

VAN AMBITIE NAAR UITVOERING - INRICHTING EN BESTURING I&A DELFLAND. 31 augustus 2013

VAN AMBITIE NAAR UITVOERING - INRICHTING EN BESTURING I&A DELFLAND. 31 augustus 2013 VAN AMBITIE NAAR UITVOERING - INRICHTING EN BESTURING I&A DELFLAND 31 augustus 2013 CONTEXT Delfland wordt de komende jaren geconfronteerd met een groeiende interne en externe vraag naar (innovatieve)

Nadere informatie

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden.

Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden. Bijlage a Profielschets van de omvang en samenstelling van de Raad van Commissarissen en zijn leden. De functie van de Raad van Commissarissen. In deze profielschets wordt eerst ingegaan op de achtergronden

Nadere informatie

Burgemeesters: Kabinet, investeer in de politie

Burgemeesters: Kabinet, investeer in de politie Burgemeesters: Kabinet, investeer in de politie Het piept en het kraakt bij de politie. Dat baart ons zorgen. Er is fors bezuinigd op de politie en inmiddels is de bodem bereikt. Als burgemeesters zijn

Nadere informatie

Informatieprotocol. Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen

Informatieprotocol. Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen Informatieprotocol Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen 22 januari 2019 1. Inleiding De directe aanleiding voor dit informatieprotocol is het amendement van de gemeenteraad van Heumen bij de besluitvorming

Nadere informatie

Nationale Politie in Nederland: achtergronden en gevolgen voor lokaal politiewerk

Nationale Politie in Nederland: achtergronden en gevolgen voor lokaal politiewerk Nationale Politie in Nederland: achtergronden en gevolgen voor lokaal politiewerk Presentatie Seminarie CPS Antwerpen 28 maart 2017 Prof.dr.ir Jan Terpstra Radboud Universiteit te Nijmegen Topics Nationale

Nadere informatie

Visiedocument Expertisenetwerk Kinder- en Jeugdpsychiatrie (EKJP)

Visiedocument Expertisenetwerk Kinder- en Jeugdpsychiatrie (EKJP) Visiedocument Expertisenetwerk Kinder- en Jeugdpsychiatrie (EKJP) I/ Inleiding Het aantal kinderen en jongeren met ernstige psychische problemen is goed bekend. Zowel in Nederland als in andere landen

Nadere informatie

Drie decentralisaties voor gemeenten

Drie decentralisaties voor gemeenten Drie decentralisaties voor gemeenten Onze visie en aanpak Pim Masselink Joost van der Kolk Amersfoort 24 april 2014 Inhoud 1. Inleiding 2. Veranderende rol van de gemeente 3. Veranderopgave: richten, inrichten

Nadere informatie

Programma doorontwikkeling veiligheidshuizen. Informatiemanagement en privacy 21 november 2011

Programma doorontwikkeling veiligheidshuizen. Informatiemanagement en privacy 21 november 2011 Programma doorontwikkeling veiligheidshuizen Informatiemanagement en privacy 21 november 2011 Presentatie Privacy Binnen het programma doorontwikkeling veiligheidshuizen is Privacy een belangrijk onderwerp.

Nadere informatie

DOEN WE HET IN ARNHEM

DOEN WE HET IN ARNHEM ZO DOEN WE HET IN ARNHEM 1 1. Inleiding Op 1 januari 2017 gaat de Stichting Sociale Wijkteams Arnhem formeel van kracht. Daarmee kiest de gemeente Arnhem voor het oprichten van een onafhankelijke juridische

Nadere informatie

De mindset van een verbinder Focus op balans, afstemming en integratie

De mindset van een verbinder Focus op balans, afstemming en integratie De mindset van een verbinder Focus op balans, afstemming en integratie Zou je door een andere focus en een andere manier van denken de kans op succes kunnen verhogen? In het praktijkonderzoek verschil

Nadere informatie

Samen sterk in het sociaal domein

Samen sterk in het sociaal domein Samen sterk in het sociaal domein Duurzaam organiseren van het sociaal domein door intergemeentelijke samenwerking In dit artikel gaan we in op de meerwaarde van samenwerking tussen gemeenten in het sociaal

Nadere informatie

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Doel en beoogde opbrengst van de dialoog De opdracht van het platform is te komen tot een integrale, maatschappelijk breed gedragen en

Nadere informatie

De meerwaarde van een verhoorcoach in een lokale politiezone

De meerwaarde van een verhoorcoach in een lokale politiezone De meerwaarde van een verhoorcoach in een lokale politiezone Gwen Merckx, korpschef Lokale PolitieZone Rupel Missie - Visie - Waarden van de Lokale PolitieZone Rupel: richtbaken in gans onze werking Missie

Nadere informatie

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie Nationale Politie Inhoud presentatie 1. Het nationale bestel: aanleiding, missie & visie, doel, strategische thema s en inrichting. 2. Regionale eenheid Noord-Holland: inrichting, geografische indeling,

Nadere informatie

Visiedocument. Eén in Dienstverlening

Visiedocument. Eén in Dienstverlening Visiedocument Eén in Dienstverlening 1 Inleiding Sinds 2008 hebben onder andere de volgende ontwikkelingen een nieuw licht geworpen op de dienstverlening door de gemeente Heerenveen: Nieuwe wet- en regelgeving

Nadere informatie

Traject Tilburg. Aanvragers: Gemeente Tilburg. Adviseur: Monique Postma, Alleato, CMO-net

Traject Tilburg. Aanvragers: Gemeente Tilburg. Adviseur: Monique Postma, Alleato, CMO-net Traject Tilburg Aanvragers: Gemeente Tilburg Adviseur: Monique Postma, Alleato, CMO-net Opgave: Beantwoorde ondersteuningsvraag In Tilburg is het traject Welzijn Nieuwe Stijl onderdeel van een groter programma

Nadere informatie

Met elkaar voor elkaar

Met elkaar voor elkaar Met elkaar voor elkaar Publiekssamenvatting Oktober 2013 1 1 Inleiding Met elkaar, voor elkaar. De titel van deze notitie is ook ons motto voor de komende jaren. Samen met u (inwoners en beroepskrachten)

Nadere informatie

Scenario s samenwerking in de regio

Scenario s samenwerking in de regio Scenario s samenwerking in de regio Opmerkingen vooraf: * Drie varianten naast elkaar gezet; 1. Gemeente blijft zelfstandig verder gaan; 2. Samenwerking BCH met 3D brede blik (dus vizier is vanuit gehele

Nadere informatie

Datum 12 april 2012 Onderwerp Inspectie Openbare Orde en Veiligheid rapport "Follow the Money"

Datum 12 april 2012 Onderwerp Inspectie Openbare Orde en Veiligheid rapport Follow the Money 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Handreiking. Randvoorwaarden voor de veiligheid van jeugdigen in de toegang tot jeugdhulp

Handreiking. Randvoorwaarden voor de veiligheid van jeugdigen in de toegang tot jeugdhulp Handreiking Randvoorwaarden voor de veiligheid van jeugdigen in de toegang tot jeugdhulp Woord vooraf Voor u ligt de handreiking randvoorwaarden voor de veiligheid van jeugdigen in de toegang tot jeugdhulp,

Nadere informatie

Profiel. Manager Zorg LVB. 22 juli Opdrachtgever Tragel Zorg

Profiel. Manager Zorg LVB. 22 juli Opdrachtgever Tragel Zorg Profiel Manager Zorg LVB 22 juli 2016 Opdrachtgever Tragel Zorg Voor meer informatie over de functie Lidewij Geertsma, adviseur Leeuwendaal Telefoon (070) 414 27 00 06-29004723 Voor sollicitatie www.leeuwendaal.nl

Nadere informatie

Visie Beheer Openbare Ruimte

Visie Beheer Openbare Ruimte Visie Beheer Openbare Ruimte De openbare ruimte bestaat uit de ondergrondse en bovengrondse voorzieningen die in beheer zijn de gemeenten en bestaat uit riolering, plantsoenen, bomen, wegen, straten, pleinen,

Nadere informatie

Samenwerking aanpak verzekeringsfraude en gerelateerde criminaliteit

Samenwerking aanpak verzekeringsfraude en gerelateerde criminaliteit Samenwerking aanpak verzekeringsfraude en gerelateerde criminaliteit Kaderconvenant Samenwerking aanpak verzekeringsfraude en gerelateerde criminaliteit Vertrouwelijk 1 Alleen voor intern gebruik De partijen:

Nadere informatie

Toeleg Meedoen & Samenwerken in Breda

Toeleg Meedoen & Samenwerken in Breda Toeleg Meedoen & Samenwerken in Breda 2012-2013 Inleiding M&S Breda bestaat uit acht organisaties die er voor willen zorgen dat de kwetsbare burger in Breda mee kan doen. De deelnemers in M&S Breda delen

Nadere informatie

Landelijk overvalcoördinator

Landelijk overvalcoördinator Raad van Hoofdcommissarissen Landelijk Overvalcoördinator Landelijk overvalcoördinator Beleidskaders M. Bosman MPM April 2004 Beleidskaders Coördinator overvalcriminaliteit 1. Inleiding De ontwikkelingen

Nadere informatie

VACATUREPROFIEL KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE

VACATUREPROFIEL KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE VACATUREPROFIEL KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE Dit vacatureprofiel betreft de functie van kwartiermaker nationale politie en tevens beoogd korpschef. Bureau ABD Politietop 31 maart 2011 ALGEMEEN Aanstelling

Nadere informatie

dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan.

dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan. dekken. Het veiligheidsniveau geeft dus weer WAT het bestuur van de organisatie verwacht. De bestuurlijke uitgangpunten geven hier invulling aan. Veiligheidszorg geeft invulling aan de HOE-vraag en is

Nadere informatie

Reactie op rapport De lokale betekenis van de basisteams (politieacademie) en rapport Vanaf de zijlijn bekeken (commissarissen van de Koning)

Reactie op rapport De lokale betekenis van de basisteams (politieacademie) en rapport Vanaf de zijlijn bekeken (commissarissen van de Koning) 1 Reactie op rapport De lokale betekenis van de basisteams (politieacademie) en rapport Vanaf de zijlijn bekeken (commissarissen van de Koning) Bijlage nummer 3 Horend bij Voortgangsbrief politie Inleiding

Nadere informatie

Organisatiescan persoonsgerichte zorg

Organisatiescan persoonsgerichte zorg Organisatiescan persoonsgerichte zorg Doel organisatiescan: bijdragen aan implementatie (-bereidheid) van persoonsgerichte zorg en gezamenlijke besluitvorming in de organisatie. Insteek is op organisatieniveau.

Nadere informatie

Samenvatting Integrale Handhaving

Samenvatting Integrale Handhaving Samenvatting Integrale Handhaving Openbare inrichtingen als hotels, cafés en discotheken worden geconfronteerd met verschillende gemeentelijke, regionale en landelijke handhavers. Voorbeelden van handhavers

Nadere informatie

De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband tussen 26 gemeenten.

De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband tussen 26 gemeenten. BELEIDSPLAN 2011-2015 VEILIGHEIDSREGIO MIDDEN- EN WEST-BRABANT Bijlage 3. Sturing en organisatie De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant is gebaseerd op verlengd lokaal bestuur en is een samenwerkingsverband

Nadere informatie

SLIM SURVEILLEREN HANDBOEK VOOR DE POLITIEMEDEWERKER

SLIM SURVEILLEREN HANDBOEK VOOR DE POLITIEMEDEWERKER SLIM SURVEILLEREN C HANDBOEK VOOR DE POLITIEMEDEWERKER 1 Copyright 2014 - Bakker, J. F., Algera, S. S. Copyright 2014 - Formathouse Uitgever: Formathouse Omslagontwerp: Jan Hindriks ISBN 9789490045128

Nadere informatie

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad Gemeente Langedijk Raadsvergadering : 18 november 2014 Agendanummer : 8 Portefeuillehouder Afdeling Opsteller : drs. J.F.N. Cornelisse : Veiligheid, Vergunningen en Handhaving : Eveline Plomp Voorstel

Nadere informatie

opdrachtformulering subsidiëring MEE 2017

opdrachtformulering subsidiëring MEE 2017 opdrachtformulering subsidiëring MEE 2017 Aanleiding Met ingang van 1 januari 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de cliëntondersteuning voor alle inwoners, voorheen was dit een verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Aanpak: Multiprobleemgezinnen. Beschrijving

Aanpak: Multiprobleemgezinnen. Beschrijving Aanpak: Multiprobleemgezinnen De gemeente heeft de vragenlijst betreffende deze aanpak ingevuld en relevante documentatie toegestuurd. Een beperktere vragenlijst over deze aanpak is ingevuld door: GGD

Nadere informatie

GESPECIALISEERDE GESPECIALISEERD Barema 5 / functieschaalniveau 7 ONDERSTEUNING MEDEWERKER A versie15 april 2013

GESPECIALISEERDE GESPECIALISEERD Barema 5 / functieschaalniveau 7 ONDERSTEUNING MEDEWERKER A versie15 april 2013 Kern van de functie Gespecialiseerde ondersteuning draagt bij aan een effectieve en efficiënte organisatie door het toepassen van vastgestelde beleidsproducten volgens gestandaardiseerde methoden, technieken

Nadere informatie

Leiderschapscompetenties ( niet vakmanschap of inhoudelijke professionaliteit)

Leiderschapscompetenties ( niet vakmanschap of inhoudelijke professionaliteit) Leiderschapscompetenties ( niet vakmanschap of inhoudelijke professionaliteit) We delen de competenties in drie groepen in, zij het dat we de volgorde enigszins hebben gewijzigd, conform het model dat

Nadere informatie

Generieke I Toets & Advies

Generieke I Toets & Advies Informatiseringsbeleid Rijk Architectuur en Standaarden Bijlagen 2 Generieke I Toets & Advies 1. Inleiding De ICCIO heeft op 17 april 2012 ingestemd met de volgende beslispunten A t/m D te nemen: A. Als

Nadere informatie

De gemeente van de toekomst

De gemeente van de toekomst De gemeente van de toekomst De gemeente van de toekomst Focus op strategie Sturen op verbinden Basis op orde De zorg voor het noodzakelijke Het speelveld voor de gemeente verandert. Meer taken, minder

Nadere informatie

Betreft Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek Veiligheid kent geen grenzen.

Betreft Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek Veiligheid kent geen grenzen. Betreft Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek 2015 2018 Veiligheid kent geen grenzen. Vergaderdatum 4 december 2014 Gemeenteblad 2014 / 77 Agendapunt 10 Aan de Raad Voorstel De gemeenteraad

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2014/47

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2014/47 Voorstel aan de raad Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 2-9-2014 Nummer voorstel: 2014/47 Voor raadsvergadering d.d.: 16-09-2014 Agendapunt: Onderwerp:

Nadere informatie

Selectie en toewijzing. Plan van aanpak

Selectie en toewijzing. Plan van aanpak Plan van aanpak 1 Inleiding 3 1.1 Plaats in het toezicht 3 1.2 Aanleiding 3 2 Centrale vraagstelling en deelvragen 4 2.1 Centrale vraag 4 2.2 Deelvragen 4 3 Het onderzoek 6 3.1 Afbakening 6 3.2 Operationalisering

Nadere informatie

Profielschets leden van de raad van toezicht

Profielschets leden van de raad van toezicht Profielschets leden van de raad van toezicht Competentieprofiel voor de raad van toezicht behorend bij de statuten van Stichting Confessioneel Onderwijs Leiden 23 mei 2016 Preambule In het licht van good

Nadere informatie

Functieprofiel lid Raad van Toezicht

Functieprofiel lid Raad van Toezicht Functieprofiel lid Raad van Toezicht Bestuursbureau Postbus 245, 6710 BE Ede Bovenbuurtweg 27, 6717 XA Ede 088 020 70 00 aeres.nl info@aeres.nl Doel van de functie De Raad van Toezicht staat het College

Nadere informatie

Strategische Issues in Dienstverlening

Strategische Issues in Dienstverlening Strategische Issues in Dienstverlening Strategisch omgaan met maatschappelijke issues Elke organisatie heeft issues. Een definitie van de term issue is: een verschil tussen de verwachting van concrete

Nadere informatie

Gemeentelijk spoorboekje: vervolg op de toekomstvisie op het Beschermd Wonen

Gemeentelijk spoorboekje: vervolg op de toekomstvisie op het Beschermd Wonen NOTITIE Uitwerking Toekomstvisie Beschermd Wonen Auteur(s) : Anne Derksen i.s.m. werkgroep Datum : 18 mei 2016 Versie : Gemeentelijk spoorboekje: vervolg op de toekomstvisie op het Beschermd Wonen Uitgangspunt:

Nadere informatie

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/politie/nationale-politie Nationale politie

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/politie/nationale-politie Nationale politie Dit document beschrijft in het kort de organisatie van de nationale politie, en is afkomstig van de website van de rijksoverheid en de politie (augustus 2013). http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/politie/nationale-politie

Nadere informatie

SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013

SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013 SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013 In het Slotdocument van het VGS-congres 2013 Gemeentesecretaris in Veiligheid staat een leidraad voor

Nadere informatie

Aanbod Professionalisering Toezicht en handhaving

Aanbod Professionalisering Toezicht en handhaving Professionalisering Toezicht en handhaving Opgesteld door: D.P. van Genderen Versie: 1.0 Datum: 23 november 2010 Referentie: Contactgegevens: In-pact BV Groenekanseweg 2, 3732 AG De Bilt T: 030-215 50

Nadere informatie

Samenvatting projectplan Kwaliteit en Vergelijkbaarheid

Samenvatting projectplan Kwaliteit en Vergelijkbaarheid Projectdoelstellingen resultaten De doelstelling van het project Kwaliteit en is het vergroten van het lerend vermogen van de veiligheidsregio s en het verbeteren van de samenwerking. Door kwaliteitszorg

Nadere informatie

STRATEGISCH BELEIDSPLAN

STRATEGISCH BELEIDSPLAN STRATEGISCH BELEIDSPLAN 2019-2020 ontmoeting.org Inhoud 1 Introductie... 2 2 Strategie 2019-2020... 4 2.1 Proces... 4 2.2 SWOT... 4 2.3 Strategische speerpunten... 5 2.4 Strategische doelen voor primair

Nadere informatie

Gemeentelijke regisseurs. Regisseren en de kunst van de verleiding

Gemeentelijke regisseurs. Regisseren en de kunst van de verleiding Gemeentelijke regisseurs Regisseren en de kunst van de verleiding Van traditioneel management naar modern regisseren De gemeente heeft de regie dat gebeurt niet zomaar, en ook niet van de ene op de andere

Nadere informatie

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. MVO en reorganisatie. Een model voor verantwoorde en succesvolle reorganisatie

MVO-Control Panel. Instrumenten voor integraal MVO-management. MVO en reorganisatie. Een model voor verantwoorde en succesvolle reorganisatie MVO-Control Panel Instrumenten voor integraal MVO-management MVO en reorganisatie Een model voor verantwoorde en succesvolle reorganisatie 1 Inhoudsopgave Mvo en reorganisatie Verantwoord en succesvol

Nadere informatie

KOERSEN OP SUCCES Workshops strategische teamontwikkeling

KOERSEN OP SUCCES Workshops strategische teamontwikkeling KOERSEN OP SUCCES Workshops strategische teamontwikkeling Koersen op Succes Of het nu gaat om het verwezenlijken van plannen, het behalen van gestelde doelen, het leuker maken van een organisatie of het

Nadere informatie

Bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit

Bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit Bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit Informatie over het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) -1- Bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit 3 Bestuurlijke aanpak

Nadere informatie

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie

GELDERLAND_ZUID. Nationale Politie Nationale Politie Inhoud presentatie 1. Het nationale bestel: aanleiding, missie & visie, doel, strategische thema s en inrichting. 2. Regionale eenheid Noord-Holland: inrichting, geografische indeling,

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten) Doel van de functiefamilie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven aan externe klanten deze klanten oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een

Nadere informatie

Advies. Advies over en ondersteuning bij het (initieel) inrichten/optimaliseren van de structuur van de(it Service Management)organisatie

Advies. Advies over en ondersteuning bij het (initieel) inrichten/optimaliseren van de structuur van de(it Service Management)organisatie DIENST Advies over en ondersteuning bij het (initieel) inrichten/optimaliseren van de structuur van de(it Service Management)organisatie Advies over en ondersteuning bij het initieel inrichten/optimaliseren

Nadere informatie

Functiebeschrijving. Functienaam. Normfunctienaam. Code Peildatum. Functiereeks Management: Functiegroep Strategisch II: Overwegende functiekenmerken:

Functiebeschrijving. Functienaam. Normfunctienaam. Code Peildatum. Functiereeks Management: Functiegroep Strategisch II: Overwegende functiekenmerken: Functiebeschrijving Functienaam Strategisch manager II Normfunctienaam Strategisch manager II Code Peildatum N02.02.04 1-1-2013 Functiereeks Management Leidinggeven aan en organiseren van activiteiten

Nadere informatie

Portefeuillehouder: R. Michels Behandelend ambtenaar F. Huisman, (t.a.v. F. Huisman)

Portefeuillehouder: R. Michels Behandelend ambtenaar F. Huisman, (t.a.v. F. Huisman) Vergadering: 9 10 2012 Agendanummer: 10 Status: Opiniërend Portefeuillehouder: R. Michels Behandelend ambtenaar F. Huisman, 0595 447711 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. F. Huisman) Aan de gemeenteraad,

Nadere informatie

1 Inleiding 2 Het competentieprofiel voor de OR binnen LNV 3 Omschrijving van de competenties; definities en gedragsindicatoren

1 Inleiding 2 Het competentieprofiel voor de OR binnen LNV 3 Omschrijving van de competenties; definities en gedragsindicatoren OR - competentieprofiel LNV Camiel Schols SBI training & advies Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Het competentieprofiel voor de OR binnen LNV 3 Omschrijving van de competenties; definities en gedragsindicatoren

Nadere informatie

BESTUURLIJK TRANSFORMATIE AKKOORD JEUGD DRENTHE

BESTUURLIJK TRANSFORMATIE AKKOORD JEUGD DRENTHE BESTUURLIJK TRANSFORMATIE AKKOORD JEUGD DRENTHE 2019-2022 1 INLEIDING Binnen de jeugdhulpregio Drenthe zijn de gemeenten in 2017 geconfronteerd met een tekort op het jeugdhulpbudget. De verwachting is

Nadere informatie

Voor stichting SOM zijn in ieder geval de volgende invalshoeken van belang:

Voor stichting SOM zijn in ieder geval de volgende invalshoeken van belang: Profiel Bestuur Uitgangspunten Het algemene belang van stichting SOM staat bij de leden voorop De leden onderschrijven de visie en de missie van stichting SOM De leden onderschrijven de grondslag en de

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 februari 2015 Autoriteit woningcorporaties

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 februari 2015 Autoriteit woningcorporaties De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van BZK www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk Uw kenmerk Betreft Autoriteit woningcorporaties Inleiding

Nadere informatie

Tabel competentiereferentiesysteem

Tabel competentiereferentiesysteem Bijlage 3 bij het ministerieel besluit van tot wijziging van het ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling

Nadere informatie

Masterclass Sturen op rollen en verantwoordelijkheden? SKMBO 1 oktober 2015

Masterclass Sturen op rollen en verantwoordelijkheden? SKMBO 1 oktober 2015 Masterclass Sturen op rollen en verantwoordelijkheden? SKMBO 1 oktober 2015 Programma Korte kennismaking met introductie en verkenning van het thema Presentatie: Sturen op rollen en verantwoordelijkheden?

Nadere informatie

Leergang Leiderschap voor Professionals

Leergang Leiderschap voor Professionals Leergang Leiderschap voor Professionals Zonder ontwikkeling geen toekomst! Leergang Leiderschap voor Professionals Tijden veranderen. Markten veranderen, organisaties en bedrijven veranderen en ook de

Nadere informatie