Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag. Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat BRUSSEL

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag. Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat BRUSSEL"

Transcriptie

1

2 Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag Voor alle inlichtingen: FAMIFED Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat BRUSSEL of Bijkomende exemplaren zijn op aanvraag te verkrijgen. De gegevens van deze studie mogen enkel worden overgenomen met vermelding van de bron. Deze studie is louter informatief en mag niet beschouwd worden als juridisch bindend voor het Agentschap.

3 INHOUDSOPGAVE INLEIDING SITUATIESCHETS VAN DE RECHTSBRONNEN EUROPESE VERORDENINGEN Wettelijke basis Historisch overzicht van het toepassingsgebied van de Europese verordeningen BILATERALE OVEREENKOMSTEN ALGEMENE EN INDIVIDUELE MINISTERIËLE AFWIJKINGEN STATISTISCHE ANALYSE BELGISCHE KINDERBIJSLAG BETAALD VOOR GEZINNEN IN HET BUITENLAND Globale resultaten Vergelijking met de buitenlandse kinderbijslag betaald aan gezinnen in België VERDELING VAN DE RECHTHEBBENDEN EN VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN VOLGENS DE RECHTSBRON EUverordeningen Frankrijk en Nederland De nieuwe EUlidstaten Kraamgeld en adoptiepremie Bilaterale overeenkomsten Algemene en individuele ministeriële afwijkingen Vergelijking van de rechthebbenden volgens rechtsgrond BETAALDE BEDRAGEN BESLUIT... 38

4 BIJLAGE I: Verdeling per land van verblijf van de kinderen Globale resultaten 2011, 2012 en 2013 BIJLAGE II: Kinderbijslag betaald op basis van de Europese verordeningen Aantal op 31 december 2013 BIJLAGE III: Kinderbijslag betaald op basis van bilaterale overeenkomsten Aantal op 31 december 2013 BIJLAGE IV: Kinderbijslag betaald op basis van (algemene of individuele) ministeriële afwijkingen Aantal op 31 december 2013 BIJLAGE V: Barema's van toepassing op basis van bilaterale overeenkomsten Bedragen in EUR

5 INLEIDING De jaarlijkse statistiek van de kinderen die buiten België worden opgevoed, is de telling van de Belgische kinderbijslag betaald ten laste van de werknemersregeling voor kinderen die buiten België zijn opgevoed en van wie de rechthebbende een vreemde nationaliteit heeft en het recht opent in België op basis van zijn socioprofessionele situatie. In deze editie worden de uitgaven van 2013 en het aantal rechthebbenden en kinderen in december 2013 geanalyseerd. Het eerste deel geeft een overzicht van de belangrijkste rechtsbronnen waarin die kinderbijslag geregeld wordt. De resultaten van de tellingen worden geanalyseerd in het tweede deel. Zowel de globale resultaten als de verdeling per rechtsbron worden er behandeld. Er wordt een vergelijking gemaakt met de kinderbijslag die betaald wordt door buitenlandse instellingen aan gezinnen die in België verblijven. Ten slotte worden ook de uitgaven besproken. De bijlagen I tot IV omvatten tabellen per land van verblijf van het kind: zowel de totalen als de resultaten per rechtsbron worden per land weergegeven. De bijzondere barema s die van toepassing zijn in het kader van de bilaterale overeenkomsten zijn opgenomen in bijlage V. 1

6 1. SITUATIESCHETS VAN DE RECHTSBRONNEN Er bestaan grote afwijkingen van de algemene regel in artikel 52 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders (KBW) 1 die stelt dat er geen kinderbijslag betaald moet worden voor kinderen die niet in België worden opgevoed of die er geen lessen volgen. Er zijn meer bepaald drie rechtsbronnen op basis waarvan recht op kinderbijslag toegekend kan worden voor die kinderen: 1. Europese verordeningen; 2. bilaterale overeenkomsten; 3. algemene en individuele afwijkingen. Deze studie geeft een overzicht van de rechtsbronnen op 31 december Wettelijke basis 1.1. EUROPESE VERORDENINGEN Op 1 oktober 1972 traden twee Europese verordeningen 2 in werking om werknemers (en zelfstandigen) die in België actief zijn of waren de mogelijkheid te bieden kinderbijslag te verkrijgen aan de Belgische voorwaarden voor kinderen die opgevoed worden in een andere lidstaat dan België. Op 1 mei 2010 werden ze vervangen door twee andere Europese verordeningen 3,waarin de rechten op het vlak van kinderbijslag, meer bepaald tussen de EUlidstaten, gecoördineerd worden. Ze bevatten ook bepalingen over de samenloop van de kinderbijslagregelingen van twee of meer lidstaten (bijvoorbeeld wanneer een werknemer in twee lidstaten werkt). 1 In deze studie wordt de term "samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders" gebruikt aangezien ze de periode betreft van vóór de inwerkingtreding van de Algemene Kinderbijslagwet (AKBW) op 1 juli Het betreft Europese verordening nr. 1408/71 van 14 juni 1971 en de toepassingsverordening nr. 574/72 van 21 maart 1972, allebei van kracht vanaf 1 oktober De Europese verordeningen zijn rechtsbepalingen van de Europese Unie die rechtstreeks van toepassing zijn en die voorrang hebben op de nationale wetsbepalingen van de EUlidstaten. 3 Het betreft de Europese verordening nr. 883/2004 van 29 april 2004 en toepassingsverordening nr. 987/2009 van 16 september 2009 (hierna genoemd EUverordeningen ). 2

7 Historisch overzicht van het toepassingsgebied van de Europese verordeningen Via het akkoord over de Europese Economische Ruimte 4 (EER) werd het toepassingsgebied van de verordeningen 1408/71 en 574/72 uitgebreid tot Noorwegen en IJsland op 1 januari 1994 en tot Liechtenstein op 1 mei In 2002 werd een akkoord afgesloten over het vrij verkeer van personen tussen de Zwitserse Confederatie en de Europese Gemeenschap. Dit akkoord, in werking getreden op 1 juni , bepaalt in artikel 8 dat de verordeningen 1408/71 en 574/72 ook van toepassing zijn op Zwitserland 7. Vanaf 2003 werden die Europese verordeningen ook uitgebreid tot burgers die geen deel uitmaken van de EU. De voorwaarde dat de rechthebbende moet werken in België, terwijl het kind moet opgevoed worden in een EUlidstaat, blijft echter van toepassing 8. Op 1 mei 2004 traden tien nieuwe lidstaten toe tot de EU: Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slowakije, Slovenië en Tsjechië. Vanaf die datum zijn de Europese verordeningen ook op deze tien landen van toepassing 9. Op 1 januari 2007 traden Bulgarije en Roemenië ook toe tot de EU en bijgevolg zijn de Europese verordeningen vanaf die datum ook van toepassing op die twee landen. Naast kinderbijslag kan kraamgeld en een adoptiepremie betaald worden voor kinderen van burgers van de Europese Economische Ruimte (EER) die werken in een andere lidstaat van de EER, als deze kinderen verblijven in een lidstaat van de EER en als de rechthebbende een actieve werknemer is Zie CO nr. 949 bijlage nr. 56 van 22 augustus Toen bestond de Europese Economische Ruimte uit België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Spanje, Verenigd Koninkrijk en Zweden. 6 De bilaterale overeenkomst van 24 september 1975 tussen Zwitserland en België is niet langer van toepassing sinds 1 juni Zie CO nr. 949 bijlage nr. 64 van 25 september Zie CO nr. 949 bijlage nr. 65 van 19 september Zie CO nr. 949 bijlage nr. 66 van 28 april Zie MO. nr. 583 van 6 oktober 2003 en addendum, en ook CO 949 bijlage 67 en CO

8 Voor het kraamgeld bestaat een uitzondering voor Frankrijk en voor het Groothertogdom Luxemburg. De bilaterale overeenkomsten die afgesloten zijn met deze twee landen en waarin bepaald is dat het kraamgeld wordt betaald in het land van verblijf van het kind blijven van toepassing. Voor de adoptiepremie bestaat geen enkele uitzondering. Sinds 1 januari 2011 zijn de bepalingen van de verordeningen 883/2004 en 987/2009 door verordening (EU) nr. 1231/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november uitgebreid tot de burgers van derde landen op wie die bepalingen enkel wegens hun nationaliteit niet van toepassing waren 12. Door die verordening wordt zo iedere discriminatie weggewerkt tussen burgers van EUlidstaten en die van nieteulidstaten 13 die "sociaal verzekerden" zijn volgens de wetgeving van een lidstaat en zich binnen de EU verplaatsen. De bepalingen van verordening 883/2004 zijn echter alleen van toepassing op burgers van derde landen die wettelijk in een EUlidstaat verblijven. In 2011 was de uitbreiding van het toepassingsgebied van verordening 883/2004 alleen van toepassing op de EUlidstaten. Verordening 1231/2010 had immers geen invloed op het feit dat verordening 883/2004 niet van toepassing was op EERlidstaten die geen EUlidstaten zijn, namelijk IJsland, Noorwegen, Liechtenstein noch op Zwitserland. Voor die landen bleef verordening 1408/71 van toepassing. In Denemarken 14 en het Verenigd Koninkrijk 15 was ze, op hun verzoek, ook niet van toepassing. Op basis van beslissing nr. 1/2012 van het Gemengd Comité, ingesteld door het akkoord tussen de Europese Gemeenschap en de lidstaten enerzijds en de Zwitserse Confederatie anderzijds, over het vrij verkeer van personen en in werking getreden op 1 april 2012, wordt de term "lidsta(a)t(en)" die voorkomt in de verordeningen 883/2004 en 987/2009 ook geacht van toepassing te zijn op Zwitserland Publicatieblad van de Europese Unie nr. L344 van 29 december Zie ook bijlage 3 van CO 1383 op de website van FAMIFED 13 Voor de burgers van de landen die geen lid van de EU zijn, blijft verordening 1408/71 (zie bijlage 56 bij CO 949 van 19 september 2003) van toepassing voor hun relaties met de lidstaten van de EER die geen lid van de EU zijn momenteel IJsland, Noorwegen en Liechtenstein. Dat geldt ook voor hun relaties met Zwitserland (zie bijlage 65 bij CO 949 van 19 september 2003). 14 Artikelen 1 en 2 van protocol nr. 22 over de positie van Denemarken, dat bij het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie is gevoegd. 15 Artikelen 1 en 2 van protocol nr. 21 over de positie van het Verenigd Koninkrijk ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat bij het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie is gevoegd. 16 Zie CO nr bijlage 4 van 6 juli

9 Vanaf 1 juni 2012 zijn die verordeningen ook van toepassing op Noorwegen, IJsland en Liechtenstein, conform de beslissingen nr. 76/2011 van 1 juli 2011 en 133/2011 van 2 december 2011 van het Gemengd Comité van de Europese Economische Ruimte 17. Op 1 juli 2013 is Kroatië toegetreden tot de Europese Unie 18. Bijgevolg zijn vanaf die datum verordeningen 883/2004 en 987/2009 op Kroatië van toepassing. De verordeningen 883/2004 en 987/2009 zijn dan ook van toepassing voor: 1. burgers van een van de EUlidstaten 19, met inbegrip van Zwitserland, Noorwegen, IJsland en Liechtenstein; 2. staatlozen of vluchtelingen die in een van de lidstaten, met inbegrip van Zwitserland, Noorwegen, IJsland en Liechtenstein wonen; 3. gezinsleden en overlevenden (wezen) van 1 en 2; 4. de overlevenden van personen ongeacht hun nationaliteit die burgers zijn van één van de lidstaten, met inbegrip van Zwitserland, Noorwegen, IJsland en Liechtenstein, de staatlozen of vluchtelingen en die wonen in een van de lidstaten, met inbegrip van Zwitserland, Noorwegen, IJsland en Liechtenstein; 5. burgers van derde landen die wettelijk in een EUlidstaat verblijven. 17 Zie CO nr bijlage 6 van 19 november Besluit van de Raad van de Europese Unie van 5 december 2011 betreffende de toelating van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie, Pb.L. 24 april 2012, afl. 112, 6. Zie ook de Akte betreffende de voorwaarden voor de toetreding van de Republiek Kroatië en de aanpassing van het Verdrag betreffende de Europese Unie, het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, Pb.L. 24 april 2012, afl. 112, Behalve, op hun verzoek, in Denemarken en het Verenigd Koninkrijk. 5

10 1.2. BILATERALE OVEREENKOMSTEN Sommige landen die geen deel uitmaken van de Europese Economische Ruimte sloten met België een bilaterale overeenkomst waarin het recht op kinderbijslag is vastgelegd. Zo heeft België bilaterale overeenkomsten gesloten met Marokko, Turkije, Tunesië, Algerije, Kroatië 20, Macedonië en BosniëHerzegovina. Bovendien is er een bilateraal akkoord met de voormalige Republiek Joegoslavië dat nog geldt voor Servië, Montenegro en Kosovo. Kroatië is op 1 juli 2013 toegetreden tot de EU en is dus sindsdien aan de Europese verordeningen onderworpen. Voor Macedonië 21 (vanaf 1 juni 2009) en voor Bosnië Herzegovina (vanaf 1 juni 2009) 22 zijn het dezelfde bedragen als de geldende gewone kinderbijslag in België (met verhoging volgens rang en leeftijd van het kind), maar zonder recht op de andere toeslagen, noch op kraamgeld, noch op de adoptiepremie. Voor de andere landen waarmee België een bilaterale overeenkomst sloot, zijn bijzondere schalen van toepassing 23. Voor de andere werknemers dan mijnwerkers variëren de bedragen in de overeenkomsten met Marokko, Tunesië en Turkije tussen 27,21 EUR en 32,31 EUR (per maand) naargelang de rang van het kind, tot maximaal vier kinderen. In de overeenkomst met de voormalige Republiek Joegoslavië is een bedrag van 12,39 EUR vastgelegd per kind (per maand), tot maximaal vier kinderen (dat bedrag is niet gekoppeld aan de consumptieprijsindex). De overeenkomsten met Turkije, Tunesië en Marokko omvatten bepalingen voor invaliden, gepensioneerden en wezen. In de bilaterale overeenkomsten wordt niet bepaald dat kraamgeld wordt toegekend, noch een adoptiepremie. 20 De overeenkomst met Kroatië is ook van toepassing op de burgers van de Staten die het voormalige Joegoslavië vormden, namelijk de Bosniërs, de Montenegrijnen, de Serviërs en de Macedoniërs die in België werken en van wie de kinderen worden opgevoed in Kroatië. Zie MO nr. 592 van 20 oktober Zie MO nr. 608 van 20 augustus Zie MO nr. 616 van 4 september De bedragen zijn aan index 119,62, van kracht sinds 1 december

11 In de bilaterale overeenkomsten met Macedonië 24 en BosniëHerzegovina is bepaald dat een leeftijdsbijslag wordt toegekend. Dit is niet het geval in de andere bilaterale overeenkomsten. In de bilaterale overeenkomsten met Marokko, Turkije, Tunesië en Algerije is kinderbijslag beperkt tot vier kinderen in het gezin en liggen de bedragen duidelijk lager dan het Belgische barema. Zo is het bedrag voor het eerste kind maar 30 % van het bedrag voor het eerste kind in de gewone schaal van het Belgisch barema. Voor het vierde kind is dat maar 13 %. 24 Zie MO nr van 26 juli

12 1.3. ALGEMENE EN INDIVIDUELE MINISTERIËLE AFWIJKINGEN Artikel 52, derde lid KBW bepaalt dat de minister van Sociale Zaken voor behartigenswaardige categorieën een afwijking kan toestaan van de voorwaarde van het eerste lid van ditzelfde artikel dat bepaalt dat kinderbijslag niet verschuldigd is voor buiten België opgevoede kinderen (= algemene ministeriële afwijkingen). Hiertoe is het voorafgaand advies van het Beheerscomité van het Federaal agentschap voor de kinderbijslag (FAMIFED) vereist. Na een gunstig advies van het Beheerscomité wordt de algemene afwijking toegekend per ministeriële omzendbrief. Er bestaat nog slechts één ministeriële omzendbrief van dat type, van Daarin wordt een algemene afwijking gegeven aan studenten die zonder studiebeurs verder studeren in een land buiten de EER of in een land waarmee België geen bilaterale overeenkomst gesloten heeft (beperkt tot maximum één bijkomend academiejaar) 26. In het tweede lid van artikel 52 KBW wordt aan de minister van Sociale Zaken (of de ambtenaar van de FOD Sociale Zekerheid die hij aanwijst) de bevoegdheid gegeven om afwijkingen toe te staan voor behartenswaardige individuele gevallen voor kinderen in het buitenland. Voor die afwijkingen is het advies van het Beheerscomité niet vereist. 25 Zie MO nr. 599 van 16 juli Voordien moesten die studenten een individuele afwijking aan de minister van Sociale Zaken vragen. Bron "Vereenvoudigde procedures voor kinderbijslag voor studenten", persbericht van 27/9/2007, op 8

13 2. STATISTISCHE ANALYSE 2.1. BELGISCHE KINDERBIJSLAG BETAALD VOOR GEZINNEN IN HET BUITENLAND Globale resultaten 27 Op 31 december 2013 verkregen rechthebbenden met vreemde nationaliteit recht op kinderbijslag voor buiten België opgevoede rechtgevende kinderen. Het totale bedrag betaald voor die kinderen was EUR in Grafiek 1 geeft de evolutie weer van het aantal rechthebbenden en van het aantal buiten België opgevoede rechtgevende kinderen. Uit de grafiek kan men afleiden dat de aantallen toenemen sinds Grafiek 1: Aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen Evolutie In de globale resultaten per land wordt geen onderscheid gemaakt tussen de toegepaste rechtsbron. Bijlage I geeft een gedetailleerd overzicht van de resultaten per land. 9

14 Tabel 1: Evolutie Aantallen (op 31 december) en betaalde bedragen Verhoging van Verhoging in % Aantal rechthebbenden ,60% Aantal rechtgevende kinderen ,46% Uitgaven ,82% In tabel 1 wordt de stijging van de aantallen in 2013 weergegeven. In vergelijking was de toename groter met een stijging van 746 rechthebbenden (+ 3,18 %) en met rechtgevende kinderen (+ 2,95 %). De stijging van de uitgaven was daarentegen lager ( EUR of + 9,83 %). De stijging van de aantallen is volledig toe te schrijven aan de landen van de Europese Economische Ruimte (EER) met een toename van 645 rechthebbenden, kinderen en EUR. We behandelen het financiële luik in punt 2.3. In de hele kinderbijslagregeling van de werknemers maken de rechthebbenden voortaan 2,17 % uit, de rechtgevende kinderen 2,29 % en de uitgaven 1,83 %. Tabel 2 geeft een gedetailleerde evolutie van dit aandeel ten opzichte van Tabel 2: Het aandeel van de kinderbijslag voor buiten België opgevoede kinderen in de hele werknemersregeling 2012 en Rechthebbenden 2,13% 2,17% Rechtgevende kinderen 2,25% 2,29% Uitgaven 1,70% 1,88% Het gemiddelde aantal rechtgevende kinderen opgevoed buiten België is stabiel sinds 2011, met dit jaar nog 1,88 kinderen per rechthebbende. Deze stabilisering ligt in het verlengde van een neerwaartse beweging ingezet in 1966, toen men nog 3,03 kinderen per rechthebbende telde. Het gemiddelde voor 2013 blijft echter hoger dan dat van de hele kinderbijslagregeling voor werknemers dat 1,78 kinderen bedraagt. 10

15 Grafiek 2 geeft die tendens over de laatste vijf decennia weer. Grafiek 2: Evolutie gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende Periode Die afname van de gezinsgrootte moet in verband gebracht worden met het stijgende aandeel van de rechthebbenden uit de EUlanden, met gemiddeld kleinere gezinnen dan de landen waarmee België een bilaterale overeenkomst gesloten heeft. Zo werd in 1966 iets minder dan een derde van de buiten België opgevoede kinderen in de EU opgevoed, terwijl ze vandaag een verpletterende meerderheid vormen. Op 31 december 2013 werd namelijk 96,35 % van die rechtgevende kinderen opgevoed in een EUland en werd het recht op kinderbijslag voor die kinderen geopend door 96,29 % van de rechthebbenden. De uitgaven voor de groep kinderen opgevoed in een EUlidstaat bedroegen 98,68 % van de totale uitgaven. Die percentages zijn opnieuw (licht) gestegen. De rechtgevende kinderen opgevoed in een land buiten de EU vormen dus een zeer kleine minderheid met nauwelijks kinderen (3,65 %) voor een bedrag van EUR (1,32 %). 11

16 De twee evoluties, namelijk de toename van het aantal kinderen opgevoed in een EUlidstaat 28 en de daling van het aantal kinderen opgevoed buiten de EU, zijn geen recente feiten, zoals blijkt uit grafiek 3. Sinds 1987 neemt de groep kinderen opgevoed in een EUland toe bij elke telling en is deze al meer dan vervijfvoudigd. De kinderen die buiten de EU opgevoed worden, vertegenwoordigen daarentegen nog slechts 6,89 % van de piek van 1965 ( kinderen). De stijging van het aantal kinderen opgevoed in een EUland kan worden toegeschreven aan de stijging van het aantal Franse en Nederlandse rechtgevende kinderen en meer recent aan de stijging van het aantal rechtgevende kinderen van de nieuwe EUlidstaten. 29 De daling van het aantal kinderen opgevoed in een land buiten de EU is hoofdzakelijk het gevolg van een daling van het aantal kinderen van Marokkaanse rechthebbenden. Grafiek 3: Buiten België opgevoede kinderen Vergelijking tussen de evolutie van het totale aantal kinderen van de EUlanden en dat van de andere landen in de kinderbijslagregeling van de werknemers Periode Voor het historisch overzicht vertrok men voor elk jaar van de Europese Unie zoals die vandaag is, met 28 lidstaten. 29 Zie in dit verband EUverordeningen, bladzijde 20 tot

17 Tabel 3 geeft voor de belangrijkste landen van verblijf de verdeling van de buiten België opgevoede kinderen weer. Hieruit blijkt dat Frankrijk met ruime voorsprong het belangrijkste land van verblijf blijft met kinderen (+ 181 kinderen ten opzichte van 2012), wat overeenstemt met 2 kinderen op 3 (66,61 %). Tabel 3: Verdeling van de rechthebbenden en de rechtgevende kinderen volgens land van verblijf (meest vertegenwoordigde landen) Situatie op 31 december 2013 Land van verblijf Aantal rechthebbenden Aantal rechtgevende kinderen Rechtgevende kinderen in % Betaalde bedragen Bedragen in % in EUR Frankrijk ,61% ,90 63,26% Nederland ,78% ,31 13,99% Polen ,17% ,75 11,11% Spanje ,56% ,27 2,39% Italië ,17% ,19 1,70% Portugal ,06% ,65 1,37% Roemenië ,14% ,04 1,68% Duitsland ,86% ,80 0,39% Andere EUlanden ,00% ,38 2,80% EULANDEN ,35% ,29 98,68% Marokko ,64% ,74 0,63% Turkije ,47% ,19 0,16% Andere landen ,55% ,31 0,53% LANDEN BUITEN EU ,65% ,24 1,32% TOTAAL ,00% ,53 100,00% Na Frankrijk telt Nederland het grootste aantal buiten België opgevoede kinderen, namelijk rechtgevende kinderen (13,78 % van het totaal). Dit is een aanzienlijke stijging ten opzichte van 2012: 465 bijkomende kinderen of + 7,81 %. Polen, dat Marokko verving als derde meest vertegenwoordigde land sinds 2010, zet zijn stijging door, ook al is die nu zwakker: slechts 251 kinderen (+ 7,06 %) tegenover 687 kinderen (+23,95 %) in In 2011 steeg het aantal kinderen met 748 of +35,27 %. De Poolse kinderen vertegenwoordigen nu bijna een kind op twaalf. 13

18 Die drie landen vertegenwoordigen zo 88,56 % van het totale aantal rechtgevende kinderen en verklaren bijna ¾ van de stijging, zoals we kunnen vaststelling in tabel 4. Tabel 4: Relatief aandeel van Frankrijk, Nederland en Polen in het totale aantal landen dat een stijging kende van het aantal rechtgevende kinderen in 2013 (situatie op 31 december 2013) Land Verhoging 2013 % van de landen die groeien (Totaal = 1.227) Frankrijk ,75% Polen ,46% Nederland ,90% Totaal ,11% Marokko blijft op de vierde plaats met rechtgevende kinderen (2,64 % van het totaal) en zet de neerwaartse tendens voort met een daling met 30 kinderen ten opzichte van 2012 ( 2,38 %). Het is opmerkelijk dat voor Marokko het aandeel van de betaalde bedragen (0,63 %) bijna viermaal kleiner is dan het aandeel van de rechtgevende kinderen (2,64 %). Dit kunnen we verklaren door de lagere barema s die van toepassing zijn in de overeenkomst met Marokko. Frankrijk, Nederland, Polen en Marokko vormen samen 91,20 % van het totale aantal buiten België opgevoede kinderen. In het geval van Frankrijk en Nederland kan dit verklaard worden door de nabijheid, want het gaat hoofdzakelijk om grensarbeiders die in België komen werken 30. Voor Marokko kunnen we de historische immigratie als reden opgeven. In de jaren 1960 en begin 1970 ving de Belgische staat het gebrek aan arbeidskrachten op de arbeidsmarkt op door massaal een beroep te doen op de immigratie van onder andere Marokkaanse werknemers. Eerst via algemene ministeriële afwijkingen 31 en vervolgens door de bilaterale overeenkomst 32 met Marokko kregen deze werknemers de mogelijkheid om recht op kinderbijslag te verkrijgen voor hun kinderen die ze in hun land van oorsprong opvoedden. Na een sterke aanwezigheid van Marokkaanse kinderen in de 30 Zie in dit verband Frankrijk en Nederland, op blz. 21 en volgende. 31 Zie MO nr. 195 van 4 juli 1963, MO nr. 201 van 8 april 1964 en MO nr. 213 van 5 oktober BelgischMarokkaanse overeenkomst van 24 juni

19 statistieken van de buiten België opgevoede kinderen begon hun aantal echter vanaf 1985 te dalen door de sluiting van de steenkoolmijnen. Gezinsherenigingen in België, naturalisaties en de kinderen die geleidelijk de grensleeftijd overschreden om nog recht te hebben op kinderbijslag, zijn de voornaamste factoren die onvermijdelijk geleid hebben tot een daling van de Marokkaanse aantallen. De situatie van Polen kunnen we verklaren door de massale toevloed van Poolse arbeiders die werk kwamen zoeken in België, met name in de bouwsector. Op 1 januari 2013 vormden de Poolse migranten 5,15 % van alle personen met vreemde nationaliteit in het Rijksregister. Ter vergelijking, dit is meer dan de Spanjaarden (4,55 %), de Duitsers (3,33 %), de Portugezen (3,25 %) of de Turken (3,18 %). Van de twaalf nieuwe EUlanden kent ook Roemenië een sterke stijging, met 4,26 % (maar slechts 1,14 % van de buiten België opgevoede rechtgevende kinderen), net als Bulgarije (1,96 %) Vergelijking met de buitenlandse kinderbijslag betaald aan gezinnen in België Net zoals Belgische kinderbijslag uitgevoerd kan worden naar gezinnen in het buitenland, kunnen buitenlandse regelingen kinderbijslag betalen aan gezinnen die in België verblijven. De Europese verordeningen hebben namelijk als principe dat het land van tewerkstelling bevoegd is voor de sociale uitkeringen aan personen die verblijven in een van de lidstaten van de Europese Economische Ruimte (EER). In deze paragraaf bekijken we de situatie van drie buurlanden: het Groothertogdom Luxemburg, Nederland en Frankrijk. Gegevens over betalingen door Duitsland en het Verenigd Koninkrijk zijn niet beschikbaar per land van verblijf. Tabel 5 bevat de gegevens van voor de drie betrokken landen. In tegenstelling tot België zijn de kinderbijslagregelingen van de buurlanden universeel en niet professioneel. 33 Migraties en migrantenpopulaties in België: statistisch en demografisch verslag 2013 Centrum voor gelijke kansen en racismebestrijding, Koningsstraat 138, 1000 Brussel De cijfers van 2013 zijn niet beschikbaar. 15

20 Tabel 5: Kinderbijslag betaald door buitenlandse instellingen aan gezinnen die in België verblijven in Landen Aantal kinderen Uitgaven in EUR (x 1.000) Gemiddelde kost per kind per maand (in EUR) Luxemburg ,70 Frankrijk ,37 Nederland ,82 TOTAAL In 2012 betaalden Luxemburg, Frankrijk en Nederland samen 98,88 miljoen EUR aan in België verblijvende gezinnen. Dit is een lichte stijging ten opzichte van de 98,83 miljoen EUR in De Luxemburgse statistieken van 2012 zijn volledig vergelijkbaar met die van 2011, wat echter niet geldt voor Frankrijk (stijging) en Nederland (daling), zoals blijkt uit tabel 6. Tabel 6: Kinderbijslag betaald door Frankrijk en Nederland aan gezinnen die verblijven in België Vergelijking tussen 2011 en 2012 Aantal kinderen Bedragen (x EUR) Evolutie Evolutie in % 2012/ /2011 in % Frankrijk ,00 % ,11 % Nederland ,95 % ,57 % Globaal is in 2012 in de Belgische werknemersregeling 76,20 miljoen EUR betaald voor buitenlandse rechthebbenden en kinderen tegen 98,88 miljoen EUR dat betaald is door Frankrijk, het Groothertogdom Luxemburg en Nederland voor rechtgevende kinderen die in 2012 in België verbleven. Volledigheidshalve moeten hier nog de uitgaven aan toegevoegd worden voor de regeling van de zelfstandigen (3,6 miljoen EUR in 2012) en die van de overheidssector (bedrag niet gekend). Het evenwicht tussen de uitgevoerde en de ontvangen bedragen blijft dus ruim positief, 35 Bronnen: Groothertogdom Luxemburg: Inspection générale de la sécurité sociale: Prestations familiales, Séries statistiques. Frankrijk: Rapport statistique 2012, Centre de Liaisons Européennes et Internationales de Sécurité sociale (C.L.E.I.S.S.). Nederland: Kwartaalbericht, Directie Financieel Economische Zaken, Afdeling Informatievoorziening en Onderzoek, Sociale Verzekeringsbank,

21 ook al vertonen de saldi tussen de landen onderling sterk verschillende profielen, zoals een zeer groot overschot bij Luxemburg (+ 86 miljoen EUR 36 ), maar een aanzienlijk tekort bij Frankrijk ( 46 miljoen EUR) in Deze verschillen houden geen rekening met de overheidssector en de zelfstandigen. 17

22 2.2. VERDELING VAN DE RECHTHEBBENDEN EN VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN VOLGENS DE RECHTSBRON Tabel 7 geeft de verdeling van de buiten België opgevoede kinderen volgens de rechtsbron weer. Het is geen verrassing dat het grootste deel van de kinderbijslag van buiten België opgevoede kinderen wordt betaald op basis van de EUverordeningen. In de volgende paragrafen wordt de evolutie van de aantallen per rechtsbron besproken. 18

23 Tabel 7: Verdeling van de buiten België opgevoede kinderen volgens de rechtsbron Evolutie TOTAAL BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Gem. aantal kinderen per rechthebbende 1,95 1,94 1,93 1,92 1,93 1,93 1,93 1,92 1,91 1,88 1,88 1,88 EUVERORDENINGEN Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Kraamgeld en adoptiepremie Gem. aantal kinderen per rechthebbende 1,91 1,91 1,91 1,91 1,92 1,93 1,93 1,92 1,91 1,89 1,88 1,88 BILATERALEN Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Gem. aantal kinderen per rechthebbende 2,28 2,25 2,19 2,09 2,09 2,03 1,98 1,94 1,90 1,80 1,85 1,85 ALGEMENE EN INDIVIDUELE AFWIJKINGEN Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Gem. aantal kinderen per rechthebbende 1,53 1,39 1,47 1,50 1,54 1,40 1,24 1,35 1,37 1,40 1,45 1,37 19

24 EUverordeningen 37 De EUverordeningen zijn van toepassing op de landen van de Europese Economische Ruimte (EU, IJsland, Noorwegen en Liechtenstein) en Zwitserland. Op 31 december 2013 verkregen rechthebbenden op basis daarvan recht op kinderbijslag. In verhouding tot 2012 is dit een toename met 701 rechthebbenden (+ 3,02 %). In 2013 steeg het aantal rechtgevende kinderen met (+ 2,88 %) en bedroeg zo Het aandeel van de groep waarvoor kinderbijslag betaald wordt op basis van de EUverordeningen in de totale groep van de kinderen die buiten België worden opgevoed, stijgt jaar na jaar. In 2002 bedroeg het aandeel van deze groep 89,62 % bij de rechthebbenden en 87,96 % bij de rechtgevende kinderen. Elf jaar later was dat respectievelijk 96,37 % en 96,49 %. Grafiek 4 geeft deze lineaire opwaartse evolutie weer. Grafiek 4: Evolutie van het aandeel van de rechthebbenden die een recht verkrijgen op basis van de EUverordeningen en het aandeel van hun rechtgevende kinderen Periode Gedetailleerde resultaten per land voor de kinderbijslag betaald op basis van de Europese verordeningen vindt men in bijlage II bij dit document. 20

25 De toename van het aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen kan worden toegeschreven aan enerzijds de stijging van Frankrijk en Nederland en anderzijds de opkomst van de nieuwe EUlidstaten 38, die nu 10,62 % (9,91 % in 2012) van het aantal rechtgevende kinderen in de EU vertegenwoordigen. In 2005 werden er nauwelijks 76 kinderen geteld, nu zijn het er Polen vertegenwoordigt het grootste aandeel, met 8,47 % van de rechtgevende kinderen op basis van de EUverordeningen (tegen 8,13 % het vorige jaar). Dit land telt alleen al 79,71 % van de kinderen van de nieuwe EUlidstaten. Ook al vertoont het gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende geen spectaculaire variatie, toch is er een lichte neerwaartse tendens sinds 2007, het jaar van de laatste stijging; in vijf jaar tijd ging het van 1,93 naar 1,88 kinderen. Dit gemiddelde blijft echter boven dat van de hele werknemersregeling, dat 1,78 kinderen bedraagt Frankrijk en Nederland Frankrijk is veruit het meest vertegenwoordigde land met rechthebbenden (66,90 % van het totaal) en rechtgevende kinderen (68,99 % van het totaal). Hoewel de aantallen nogmaals toenemen met 69 rechthebbenden en 173 kinderen, daalt het aandeel van Frankrijk licht ten opzichte van De reden daarvoor is eenvoudig: de respectieve stijgingen met 0,43 % en 0,56 % zijn lager dan die voor alle landen waar de EUverordeningen van toepassing zijn (stijging met 3,02 % rechthebbenden en met 2,88 % rechtgevende kinderen). Nederland kende een aanzienlijke stijging met meer dan 7 % ten opzichte van 2012 en telt nu rechthebbenden (+ 255) en rechtgevende kinderen (+ 467). Het relatief aandeel van Nederland is echter veel kleiner dan dat van Frankrijk: 14,63 % rechthebbenden en 14,26 % rechtgevende kinderen. Frankrijk en Nederland tellen samen meer dan acht rechthebbenden en kinderen op tien. Deze rechtgevende kinderen zijn hoofdzakelijk kinderen van grensarbeiders 39. De evolutie van het aantal grensarbeiders tewerkgesteld in België en verblijvend in Frankrijk en in Nederland verklaart dus grotendeels de evolutie van het aantal kinderen in deze twee landen. Grafieken 5 en 6 geven 38 Zie in dit verband De nieuwe EUlidstaten, bladzijde 25 en volgende. 39 Onder "grensarbeider" wordt verstaan iedere werknemer of zelfstandige die zijn beroepsactiviteit uitoefent in een lidstaat en woont in een andere lidstaat, waarheen hij in principe dagelijks of ten minste eenmaal per week terugkeert. 21

26 duidelijk de verhouding weer tussen de evolutie van het aantal grensarbeiders en die van het aantal kinderen waarop deze statistiek betrekking heeft, voor die twee landen over de periode : Grafiek 5: Vergelijking tussen de evolutie van het aantal grensarbeiders en van het aantal rechtgevende kinderen Frankrijk over de periode Bron: RIZIV en FAMIFED De statistische analyse van de evolutie van de twee variabelen in grafiek 5 geeft een correlatiecoëfficiënt van 0,98, wat staat voor een vrijwel gelijke evolutie. Ook al kunnen we uit die coëfficiënt niet noodzakelijk een oorzakelijk verband afleiden, toch lijkt het duidelijk dat in dit geval de evolutie van het aantal grensarbeiders wel degelijk de schommelingen van het aantal rechtgevende kinderen bepaalt. 22

27 De evolutie van de Franse grensarbeiders is bijzonder merkwaardig. Die kan verklaard worden door de fiscale gunstregeling die die grensarbeiders genieten. Op basis van die regeling betaalt een grensarbeider belastingen in het land waar hij woont en niet in het land waar hij werkt, zoals normaal het geval is voor werknemers die werken in een ander land dan dat waar ze wonen. Concreet betekent dit dat de Franse grensarbeiders belastingen betalen in Frankrijk op hun Belgische beroepsinkomsten. Op meer dan een vlak is deze regeling gunstig voor hen. De fiscale druk op beroepsprestaties is namelijk minder groot in Frankrijk dan in België. De socialezekerheidsbijdragen die Franse grensarbeiders betalen in België zijn eveneens lager dan de Franse. Ten slotte is de loonregeling vaak aantrekkelijker in België. Sommige sectoren kennen hogere barema s met daarbovenop dubbel vakantiegeld. Omgekeerd is deze regeling minder gunstig voor grensarbeiders die wonen in België maar werken in Frankrijk. Die situatie zal echter niet blijven duren, aangezien op 17 december een wet van kracht werd die de geldende regels gevoelig wijzigde, ook al moet een onderscheid gemaakt worden tussen twee periodes. Van 2009 tot 2011 bleef de grensarbeidersregeling behouden, op voorwaarde dat de grensarbeiders de Belgische grensregio 41 niet verlaten gedurende meer dan dertig dagen per kalenderjaar. Vanaf 1 januari 2012 blijft de grensarbeidersregeling behouden gedurende 22 jaar 42 (tot in 2033), maar enkel voor Franse grensarbeiders die op 31 december 2011 al onder de grensarbeidersregeling vielen. Uit de grafiek blijkt duidelijk dat het aantal grensarbeiders min of meer gelijk bleef sinds de inwerkingtreding van de reglementering van Wet van 7 mei 2009, BS van 8 januari Onder grensregio wordt verstaan de regio die zich uitstrekt over twintig kilometer aan beide kanten van de Belgisch Franse grens. 42 Onder bepaalde bijzondere voorwaarden voor seizoengrensarbeiders. 23

28 Grafiek 6: Vergelijking tussen de evolutie van het aantal grensarbeiders en van het aantal rechtgevende kinderen Nederland over de periode Bron: RIZIV en FAMIFED De correlatiecoëfficiënt is ditmaal 0,96, wat eveneens wijst op parallelle evoluties. De recentere stijging van het aantal Nederlandse grensarbeiders is wellicht een gevolg van de economische crisis die Nederland nog harder treft dan vele andere landen. Het land wordt geconfronteerd met een ongekende vastgoedzeepbel en een enorme schuldenlast. Hoewel zijn economie historisch gezien een modelleerling is binnen de eurozone, bevond het land zich in 2012 en 2013 in een recessie, met een fors toenemende werkloosheid als gevolg. 24

29 De nieuwe EUlidstaten Naast Frankrijk en Nederland verklaart de toetreding van nieuwe landen tot de EU gedeeltelijk de toename van het aantal buiten België opgevoede kinderen. In 2004 traden tien landen toe tot de EU: Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië. Op 1 januari 2007 traden ook Bulgarije en Roemenië toe tot de EU. De toetreding in 2004 van de nieuwe lidstaten leidde niet direct tot een spectaculaire stijging van de aantallen, omdat er op het gebied van vrij verkeer van werknemers overgangsmaatregelen ingevoerd werden waarbij het voor de burgers van de nieuwe lidstaten verplicht bleef om eerst een arbeidskaart te verkrijgen 43. Die overgangsmaatregelen werden ook toegepast op Bulgarije en Roemenië vanaf hun toetreding op 1 januari Sinds 1 mei 2009 zijn de overgangsmaatregelen opgeheven voor de lidstaten die toegetreden zijn op 1 mei Dat betekent dat het vrij verkeer van werknemers volledig van toepassing is op de burgers van die landen vanaf die datum en dat ze vrijgesteld zijn van de verplichte arbeidskaart 45. Dit leidde uiteraard in 2010, het eerste volledige jaar zonder overgangsmaatregel, tot een spectaculaire stijging van het aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen, die zich nadien voortgezet heeft. Op 1 juli 2013 is ook Kroatië tot de Europese Unie toegetreden. 43 Die overgangsmaatregelen zijn niet van toepassing op Cyprus en Malta. 44 Koninklijk besluit van 19 december 2006, verschenen in het BS van 28 december België besliste overgangsmaatregelen in te voeren voor Bulgaarse of Roemeense werknemers en die onder bepaalde voorwaarden te versoepelen. Die burgers blijven onderworpen aan de arbeidsvergunningsplicht tot 31 december Tijdens die overgangsperiode worden voor die Bulgaarse of Roemeense burgers de procedures om een arbeidsvergunning aan te vragen en af te leveren vereenvoudigd als het om een knelpuntberoep gaat. 25

30 Grafiek 7 spreekt voor zich, wel moet opgemerkt worden dat de aantallen van Kroatië (84 kinderen in 2013) voor het eerst opgenomen worden in deze statistieken van Grafiek 7: Evolutie van het aantal rechtgevende kinderen van de nieuwe EUlidstaten over de periode Tabel 8 geeft een gedetailleerd overzicht van het aantal rechtgevende kinderen van de nieuwe lidstaten per land. We stellen vast dat Polen er duidelijk bovenuit springt, met ongeveer 8 rechtgevende kinderen op 10. Toch is de stijging minder groot dan de voorbije jaren (+ 252 kinderen tegen in 2012 en in 2011). Roemenië komt op de tweede plaats, met 531 rechtgevende kinderen (19,06 % meer dan in 2012) en dat ondanks het behoud van de overgangsmaatregelen tot 31 december Van de andere landen komt enkel Slowakije boven de 100 rechtgevende kinderen uit. 26

31 Tabel 8: Verdeling van de rechthebbenden en de rechtgevende kinderen volgens land van verblijf (nieuwe EUlidstaten) Evolutie Land van verblijf Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Rechthebbenden Rechtgevende kinderen Polen Tsjechië Slovakije Hongarije Slovenië Estland Letland Malta Bulgarije Roemenië Kroatïe Totaal

32 Kraamgeld en adoptiepremie Sinds 2003 worden het kraamgeld en de adoptiepremie ook betaald op basis van de Europese verordeningen 46, met uitzondering van Frankrijk en Luxemburg voor wat betreft het kraamgeld. In de bilaterale overeenkomsten met die landen is bepaald dat het kraamgeld wordt betaald in het land waar het kind verblijft en die overeenkomsten blijven namelijk van toepassing. Bijgevolg stelden we in 2003 en 2004 een aanzienlijke toename vast van het aantal gevallen waarvoor kraamgeld of een adoptiepremie werd toegekend op basis van de EUverordeningen. Sindsdien kende hun aantal een tegengestelde evolutie. In 2013 werd in 387 gevallen kraamgeld toegekend in het buitenland, dat is exact hetzelfde aantal als in De voornaamste landen waarnaar kraamgeld werd uitgevoerd, zijn Nederland (280), Polen (59) en Duitsland (23). Samen vertegenwoordigen deze drie landen 93,54 % van het totaal. In 2013 werden vier adoptiepremies betaald: twee in Frankrijk en twee in Nederland. In 2012 was dat er maar één: in Nederland Bilaterale overeenkomsten 47 De bilaterale overeenkomsten die België sloot op het vlak van sociale zekerheid vormen een andere rechtsbron op basis waarvan het recht op kinderbijslag kan worden geopend voor buiten België opgevoede kinderen. België sloot bilaterale overeenkomsten met Marokko, Tunesië, Algerije, Turkije, Joegoslavië 48 en Macedonië. Op 31 december 2013 waren er 837 rechthebbenden die een recht op kinderbijslag openden op basis van de bilaterale overeenkomsten voor rechtgevende kinderen. Dit is een daling van 61 rechthebbenden en 119 rechtgevende kinderen ten opzichte van Zie MO. nr. 583 van 6 oktober 2003 en addendum. Vroeger werd de toekenning van het kraamgeld geregeld door de bilaterale overeenkomsten. 47 Gedetailleerde resultaten per land voor de kinderbijslag betaald op basis van de bilaterale overeenkomsten vindt men in bijlage III van dit document. 48 Op 31/12/2013 was die bilaterale overeenkomst nog van toepassing op Servië, Montenegro en Kosovo. 28

33 De aantallen van die landen kenden een uitgesproken en blijvende daling gedurende een twintigtal jaar, maar sinds 2009 is er een stabilisering, maar wel licht in verhouding tot de in het verleden vastgestelde aantallen. In 2000 kenden die rechthebbenden nog een aandeel van 11,96 % in de totale groep. In 2013 was dit aandeel nog maar 3,37 %. De rechtgevende kinderen kenden dezelfde evolutie: in 2000 vormden ze nog 14,29 % tegen slechts 3,32 % in Grafiek 8 illustreert duidelijk deze neerwaartse evolutie en de geleidelijke terugval in de laatste jaren. Grafiek 8: Rechthebbenden en rechtgevende kinderen op basis van de bilaterale overeenkomsten in verhouding tot het totale aantal buiten België opgevoede kinderen Evolutie van 2003 tot 2013 Het gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende heeft zich gestabiliseerd in 2013: 1,85 net zoals in 2012 (1,80 in 2011 en 1,90 in 2010). Het aantal kinderen per gezin in het kader van de bilaterale overeenkomsten ligt onder het algemeen gemiddelde voor de totale groep van buiten België opgevoede kinderen, dat 1,88 kinderen bedraagt. In 2003 was de gemiddelde gezinsgrootte nochtans nog 2,25. 29

34 De Marokkaanse rechthebbenden liggen aan de basis van die aanzienlijke daling, aangezien de gemiddelde gezinsgrootte gedaald is van 2,27 kinderen in 2003 naar 1,87 in Toch is Marokko veruit het meest vertegenwoordigde land. Aangezien het land dat op de tweede plaats komt, namelijk Turkije, nauwelijks 1,69 kinderen per rechthebbende telt, is die daling van 2,25 naar 1,85 kinderen in tien jaar niet verwonderlijk. Voor de kinderbijslag toegekend op basis van bilaterale overeenkomsten blijft Marokko duidelijk het land met de grootste aantallen, met 656 rechthebbenden (+ 1 ten opzichte van 2012) en kinderen ( 24 ten opzichte van 2012), respectievelijk 78,38 % en 79,50 % van het totaal. Zoals de evolutie van de gezinsgrootte laat vermoeden, is de relatieve daling groter bij de kinderen dan bij de rechthebbenden. Het gaat ongetwijfeld om kinderen die de leeftijd bereikt hebben waarop ze gaan werken en die de kinderbijslagregeling verlaten. Na Marokko telt Turkije de grootste aantallen, namelijk 129 rechthebbenden ( 4 ten opzichte van 2012) en 218 rechtgevende kinderen ( 5 ten opzichte van 2012). Er is dus de laatste jaren weinig evolutie. De andere landen in het kader van de bilaterale overeenkomsten tellen maar een klein aantal rechthebbenden en rechtgevende kinderen Algemene en individuele ministeriële afwijkingen 49 De laatste groep binnen de kinderbijslagregeling voor buiten België opgevoede kinderen wordt gevormd door de rechthebbenden die recht op kinderbijslag verkrijgen op basis van een algemene of individuele afwijking. Zoals aangegeven op bladzijde 8 kunnen algemene afwijkingen worden toegekend op basis van een ministeriële omzendbrief. Momenteel bestaat er nog maar één afwijking van dat type voor studenten die zonder studiebeurs verder studeren in een land buiten de EER of in een land waarmee België geen bilaterale overeenkomst gesloten heeft 50. Op 31 december 2013 verkregen 35 rechthebbenden 49 Gedetailleerde resultaten voor de kinderbijslag betaald op basis van ministeriële afwijkingen vindt men in bijlage IV bij dit document. 50 Vroeger moest een individuele ministeriële afwijking gevraagd worden voor die studenten. Maar sinds ministeriële omzendbrief nr. 599 van 16 juli 2007 is dat niet meer het geval. 30

35 met vreemde nationaliteit recht op kinderbijslag op basis van die algemene ministeriële afwijking voor 43 rechtgevende kinderen. Niet alleen buitenlandse, maar ook Belgische rechthebbenden kunnen op basis van die algemene ministeriële afwijking recht op kinderbijslag verkrijgen voor hun rechtgevende kinderen die ze buiten België opvoeden 51. In 2013 was dat het geval voor 711 Belgische rechthebbenden en 773 rechtgevende kinderen. Het is ook mogelijk om recht op kinderbijslag te verkrijgen voor buiten België opgevoede kinderen op basis van een individuele afwijking. In 2013 werd dit recht geopend door 30 rechthebbenden met vreemde nationaliteit voor 46 rechtgevende kinderen. Ook Belgische rechthebbenden kunnen een individuele afwijking krijgen voor hun kinderen die buiten België opgevoed worden 52. Op 31 december 2013 bedroeg hun aantal 365 voor 468 rechtgevende kinderen. In totaal waren er dus 65 rechthebbenden met vreemde nationaliteit die een afwijking kregen voor 89 buiten België opgevoede kinderen. Bovendien waren er in totaal Belgische rechthebbenden die een afwijking kregen voor kinderen in het buitenland Vergelijking van de rechthebbenden volgens rechtsgrond Hierna onderzoeken we de toekenningssituatie op basis waarvan de rechthebbende het recht op kinderbijslag opent voor de rechtgevende kinderen, namelijk hetzij op basis van de EUverordeningen, hetzij op basis van de bilaterale overeenkomsten. Het aantal rechthebbenden dat een recht op kinderbijslag opent op basis van algemene of individuele afwijkingen is relatief verwaarloosbaar en wordt in deze vergelijking niet in aanmerking genomen. Uit grafiek 9 op bladzijde 33 blijkt dat er een duidelijk verschil is tussen de rechthebbenden op basis van de EUverordeningen en de rechthebbenden op basis van de bilaterale overeenkomsten. Het recht wordt aan de eerstgenoemden toegekend op basis van arbeidsprestaties in meer dan 9 gevallen op 10. In 9,66 % van de gevallen berust het recht van de rechthebbende op een andere toekenningssituatie: invalide rechthebbende 3,87 %, werkloze rechthebbende 3,18 %, 51 De cijfers van de Belgische rechthebbenden vindt men in bijlage IV van dit document. Ze dienen enkel ter informatie en maken geen deel uit van de globale analyse van deze statistiek. 52 De cijfers vindt men in bijlage IV van dit document. Ze dienen enkel ter informatie en maken geen deel uit van de globale analyse van deze statistiek. 31

36 rechthebbende wees 1,94 % en gepensioneerde rechthebbende 0,67 %. Het grote aandeel van de arbeidsprestaties is het gevolg van het hoge aantal Franse en Nederlandse rechthebbenden die in België actief zijn als grensarbeider. In het kader van de bilaterale overeenkomsten verkrijgen de rechthebbenden het recht op kinderbijslag maar in 44,44 % van de gevallen op basis van de arbeidsprestaties. Dat percentage is vergelijkbaar met In 55,56 % van de gevallen berust het recht dus op een andere toekenningssituatie: 14,10 % van de gevallen zijn invalide rechthebbenden, 16,85 % rechthebbende wezen, 24,01 % gepensioneerde rechthebbenden en 0,60 % werkloze rechthebbenden. 32

37 Grafiek 9: Aandeel van de rechthebbenden volgens de rechtsbron (in %) in het totale aantal rechthebbenden Aandeel van de rechthebbenden die recht op kinderbijslag verkrijgen op basis van arbeidsprestaties, per rechtsbron (in %) 2013 Rechthebbenden Bilaterale overeenkomsten Arbeidsprestaties 44,44 % 55,56 % 0,26% 3,37% EUverordeningen 96,37% 90,34 % 9,66 % Arbeidsprestaties EUverordeningen Geen arbeidsprestaties Bilaterale overeenkomsten Geen arbeidsprestaties Algemene en individuele afwijkingen 33

38 2.3. BETAALDE BEDRAGEN 53 Het totale bedrag aan kinderbijslag dat toegekend is in 2013 voor buiten België opgevoede kinderen, was EUR, of EUR meer dan in 2012 (+ 10,82 %). Dit is een vergelijkbare stijging met die van Ze kan verklaard worden door de toename van het aantal rechtgevende kinderen (+2,60 %) en de stijging van de gezinsbijslag door de indexschommelingen (de gemiddelde index van 2013 bedroeg 119,62 en die van ,89). Een bijkomende reden zou kunnen zijn dat men meer en meer een beroep doet op buitenlandse werkkrachten voor opdrachten van korte duur, zoals seizoensarbeid, uitzendcontracten, dienstencheques en werk in onderhoudsbedrijven. Die werknemers, van wie de kinderen doorgaans in het land van oorsprong blijven, krijgen kinderbijslag in België voor de duur van het werk, maar ze kunnen niet meegeteld worden in de telling op 31 december als ze op dat moment teruggekeerd zijn naar hun land van oorsprong. Ze spelen dus een rol bij de stijging van de uitgaven, maar niet bij die van de aantallen. De geleidelijke verdwijning van de laagste barema's, die van de bilaterale overeenkomsten, draagt ook bij aan de relatieve toename van de uitgaven. We merken ook een lichte proportionele stijging van de verhoogde schalen ten opzichte van 2012 binnen de categorie van de Europese verordeningen. Zo zijn de gemiddelde kosten per kind per maand gestegen van 139,63 EUR in 2012 tot 151,03 EUR in 2013 (+ 8,16 %). Dat bedrag blijft echter duidelijk lager dan dat van de gehele werknemersregeling, dat 188,58 EUR 54 bedroeg in Het verschil is toe te schrijven aan het feit dat: sommige barema s, zoals die van de bilaterale overeenkomsten, duidelijk lager liggen dan die van de werknemersregeling; het aandeel van de rechtgevenden die een verhoogde schaal krijgen miniem is; de betaling bij voorrang 55 van kinderbijslag voor bepaalde buitenlandse rechtgevende kinderen (onder andere voor Frankrijk en Nederland) door hun land van oorsprong ook een invloed uitoefent op de gemiddelde kosten per kind. In die gevallen betaalt het bevoegde Belgische kinderbijslagfonds namelijk enkel het verschil tussen het bedrag dat de sociaal 53 Zie de bijlagen voor de exacte bedragen per land. Een overzicht van de toegekende bedragen en de evolutie ervan vindt men in tabel 11 op p Met inbegrip van kraamgeld en adoptiepremie. 55 In verordening 883/2004 worden in het bijzonder de voorrangsregels vastgelegd bij samenloop van rechten op kinderbijslag die bepaald zijn in de wetgeving van meerdere lidstaten. 34

39 verzekerde ontvangt van het land van oorsprong en het bedrag waarop de sociaal verzekerde recht heeft op basis van de Belgische kinderbijslagregeling. De uitgaven voor de buiten België opgevoede kinderen maakten in ,83 % uit van de totale uitgaven in de kinderbijslagregeling voor werknemers. In 2012 was dit nog slechts 1,70 %. In 2013 vertegenwoordigde de kinderbijslag op basis van de EUverordeningen niet minder dan 98,77 % (+ 0,16 % ten opzichte van 2012) van alle uitgaven voor de buiten België opgevoede kinderen. De gemiddelde kosten per rechtgevend kind per maand voor deze categorie bedragen 154,60 EUR (+ 7,90 % ten opzichte van de 143,28 EUR in 2012). De totale kinderbijslag die toegekend is aan rechtgevenden op basis van de internationale overeenkomsten, vertegenwoordigen nog slechts 0,93 % (1,13 % in 2012) van de totale uitgaven voor de buiten België opgevoede kinderen (zie grafiek 10). Het aandeel van de toegekende bedragen is meer dan driemaal kleiner dan het aandeel van de rechtgevende kinderen voor deze groep, dat 3,32 % bedraagt zoals blijkt uit grafiek 10. Dit beperkte aandeel in de uitgaven is te wijten aan de gevoelig lagere barema s voor de kinderbijslag op basis van de bilaterale overeenkomsten. 56 Bovendien is de kinderbijslag beperkt tot maximaal vier rechtgevende kinderen. De gemiddelde kosten per kind per maand bedragen dan ook maar 42,16 EUR (42,94 EUR in 2012). De uitgaven voor kinderbijslag betaald aan buitenlandse rechthebbenden op basis van algemene of individuele ministeriële afwijkingen bedroegen in EUR (tegen EUR in 2012). De gemiddelde kosten per rechtgevend kind per maand bedragen 235,92 EUR. Tabel 9 op bladzijde 37 geeft die verschillende bedragen. 56 De bilaterale overeenkomsten met Kroatië en Macedonië, die voorzien in de toekenning van kinderbijslag aan Belgische voorwaarden zijn een uitzondering. De barema s van kracht voor de bilaterale overeenkomsten zijn opgenomen in bijlage V. 35

40 36 Grafiek 10: Aandeel van de rechtgevende kinderen volgens rechtsbron in het totale aantal buiten België opgevoede rechtgevende kinderen Aandeel van de uitgaven volgens rechtsbron in de totale uitgaven voor de buiten België opgevoede kinderen 2013

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers D B T

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers D B T Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers V D B INDEREN OP TEN T KINDEREN OPGEVOED BUITEN HET RIJK K 2012 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor alle inlichtingen

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70 1000 Brussel email: research@rkw.be www.rkw.be

Nadere informatie

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers T I T E TELLINGEN 2008

Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers T I T E TELLINGEN 2008 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers D RIJK OPGEVOEDE K T E H N INDE E T I REN U B E TELLINGEN 2008 Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen:

Nadere informatie

nr. 811 van TOM VAN GRIEKEN datum: 10 augustus 2015 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen die worden opgevoed in het buitenland

nr. 811 van TOM VAN GRIEKEN datum: 10 augustus 2015 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen die worden opgevoed in het buitenland SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 811 van TOM VAN GRIEKEN datum: 10 augustus 2015 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Kinderbijslag - Kinderen die worden opgevoed in het buitenland

Nadere informatie

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN Tellingen 2005 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 31 DECEMBER 2016

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 31 DECEMBER 2016 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 31 DECEMBER 2016 Analyse Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen:

Nadere informatie

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL

DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN. Tellingen Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat BRUSSEL DE BUITEN HET RIJK OPGEVOEDE KINDEREN Tellingen 2007 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag

Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag Verantwoordelijke uitgever: Federaal agentschap voor de kinderbijslag Voor alle inlichtingen: FAMIFED Departement Ondersteuning - Research en Financiën Trierstraat 70 1000 Brussel e-mail: research@famifed.be

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Alle informatie is verkrijgbaar bij de RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70 1000 Brussel Email:

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 31 DECEMBER 2017 Analyse Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen:

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015

STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015 Analyse STATISTISCH OVERZICHT NR. 2 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen:

Nadere informatie

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 726 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 27 juni 2017 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland Kinderen moeten

Nadere informatie

nr. 272 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 23 januari 2018 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland

nr. 272 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 23 januari 2018 aan JO VANDEURZEN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 272 van ORTWIN DEPOORTERE datum: 23 januari 2018 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Kinderbijslag - Kinderen in het buitenland Kinderen moeten

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE BIJLAGEN

INHOUDSOPGAVE BIJLAGEN INHOUDSOPGAVE Inleiding...2 I. Situering van het recht...3 A. Europese Verordeningen...3 B. Bilaterale overeenkomsten...4 C. Kinderbijslag op grond van individuele of algemene ministeriële afwijkingen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juni 2015

De arbeidsmarkt in juni 2015 De arbeidsmarkt in juni 2015 Datum: 15 juli 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche juni 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in april 2015

De arbeidsmarkt in april 2015 De arbeidsmarkt in april 2015 Datum: 12 mei 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche april 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in november 2015

De arbeidsmarkt in november 2015 De arbeidsmarkt in november 2015 Datum: 7 december 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche november 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

Infoblad - werknemers Hebt u recht op uitkeringen na een tewerkstelling?

Infoblad - werknemers Hebt u recht op uitkeringen na een tewerkstelling? Infoblad - werknemers Hebt u recht op uitkeringen na een tewerkstelling? U hebt gewerkt in België? Het principe U wordt toegelaten tot het recht op werkloosheidsuitkeringen zo u het bewijs levert van:

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED)

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED) Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED) Voor inlichtingen: FAMIFED Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 7 1 BRUSSEL e-mail: research@famifed.be

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in mei 2015

De arbeidsmarkt in mei 2015 De arbeidsmarkt in mei 2015 Datum: 11 juni 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche mei 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:2012-01

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:2012-01 RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2012-01 Grensoverschrijdende tewerkstelling Inhoudstafel Beginselen...5 Geen

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ROESELARE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ROESELARE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ROESELARE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Roeselare Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in december 2014

De arbeidsmarkt in december 2014 De arbeidsmarkt in december 2014 Datum: 14 januari 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche december 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat

Nadere informatie

1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij:

1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij: 9. ENERGIE 1. 31958 Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van 6.12.1958, blz. 534), gewijzigd bij: 31973 D 0045: Besluit 73/45/Euratom van de Raad van 8 maart

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 mei (maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40) eerste kind 86,77

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTEMARK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTEMARK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTEMARK Arrondissement Diksmuide HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen SPIERE-HELKIJN. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen SPIERE-HELKIJN. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen SPIERE-HELKIJN HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Kortrijk Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen LANGEMARK-POELKAPELLE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen LANGEMARK-POELKAPELLE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen LANGEMARK-POELKAPELLE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Ieper Opsplitsing in

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 66 (1991) Nr. 6 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2014 Nr. 39 A. TITEL Overeenkomst betreffende samenwerking en een douane-unie tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten,

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 september 2008 - maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40): eerste

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 23 (2008) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2013 Nr. 147 A. TITEL Stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun lidstaten, enerzijds en

Nadere informatie

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17 2.2. EUROPESE UNIE 2.2.1. Droogte remt groei melkaanvoer af Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) 2005 2015 2017 2018 % 18/17 België 3 022 3 988 4 025 4 190 4,1 Denemarken 4 451 5 278 5

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015

STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT 31 DECEMBER 2015 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR 2 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in maart 2015

De arbeidsmarkt in maart 2015 De arbeidsmarkt in maart 2015 Datum: 9 april 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche maart 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juli 2014

De arbeidsmarkt in juli 2014 De arbeidsmarkt in juli 2014 Datum: 13 augustus 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche juli 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in oktober 2015

De arbeidsmarkt in oktober 2015 De arbeidsmarkt in oktober 2015 Datum: 9 november 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche oktober 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957 13 (1957) Nr. 18 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 40 A. TITEL 1) Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957 B. TEKST De Franse

Nadere informatie

SOCIALE ZEKERHEID EN WERKEN IN HET BUITENLAND WAT MOET IK DOEN?

SOCIALE ZEKERHEID EN WERKEN IN HET BUITENLAND WAT MOET IK DOEN? Rijksdienst voor Sociale Zekerheid SOCIALE ZEKERHEID EN WERKEN IN HET BUITENLAND WAT MOET IK DOEN? 1. Uitzending naar landen van de Europese Unie (EU) Sinds 1 mei 2010 bepaalt de EG- Verordening 883/2004

Nadere informatie

BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN. Telling 2004

BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN. Telling 2004 BIJZONDERE STATISTIEK VAN DE WERKNEMERS VAN VREEMDE NATIONALITEIT DIE IN BELGIË VERBLIJVEN MET HUN GEZIN Telling 2004 Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Trierstraat 70-1000 BRUSSEL Verantwoordelijke

Nadere informatie

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari maandelijkse bedragen in EUR)

Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari maandelijkse bedragen in EUR) Gezinsbijslag (schaal van kracht vanaf 1 januari 2008 - maandelijkse bedragen in EUR) I. Samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders 1. Gewone kinderbijslag (artikel 40): eerste

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in oktober 2013

De arbeidsmarkt in oktober 2013 De arbeidsmarkt in oktober 2013 Datum: 8 november 2013 Van: Stad Antwerpen Actieve stad Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche oktober 2013 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen eind

Nadere informatie

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ

ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ R S Z Kwartaal:2014-01 Grensoverschrijdende tewerkstelling Inhoudstafel Beginselen...5 Geen

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.6.2014 COM(2014) 227 final 2014/0129 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité NL NL TOELICHTING

Nadere informatie

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.2.2016 COM(2016) 70 final ANNEX 1 BIJLAGE bij het Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie en haar lidstaten, van het protocol

Nadere informatie

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018

STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018 FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2018 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 7 Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor

Nadere informatie

Arbeidsmarkt allochtonen

Arbeidsmarkt allochtonen Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Arbeidsmarkt allochtonen Samenvatting 1.176 werkzoekende allochtone Kempenaren (2012) vaak man meestal

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTRIJK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTRIJK. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen KORTRIJK HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Kortrijk Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 26 (1990) Nr. 15 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2010 Nr. 291 A. TITEL Overeenkomst ter uitvoering van het tussen de Regeringen van de Staten van de Benelux Economische Unie,

Nadere informatie

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1 Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) Interinstitutionele dossiers: 2017/0900 (E) 2013/0900 (E) EUCO 7/1/18 REV 1 INST 92 POLGEN 23 CO EUR 8 RECHTSHANDELINGEN Betreft: BESLUIT VAN DE EUROPESE RAAD

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen OOSTENDE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen OOSTENDE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen OOSTENDE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Oostende Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.6.2012 COM(2012) 255 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot verlening van een machtiging om onderhandelingen te openen over aanpassing van de volgende overeenkomsten

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ARDOOIE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ARDOOIE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen ARDOOIE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Tielt Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een Besluit van de Raad

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een Besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 3.8.2017 COM(2017) 412 final ANNEX 1 BIJLAGE bij Voorstel voor een Besluit van de Raad betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie en haar lidstaten, en de voorlopige

Nadere informatie

Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz)

Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz) Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz) Lees ter voorbereiding de volgende teksten en bekijk de vragen en antwoorden van de quiz. De juiste antwoorden zijn vetgedrukt. Wat wil en doet

Nadere informatie

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen RUISELEDE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen RUISELEDE. Opsplitsing in nationaliteitsgroepen Fiche Kleurrijk West-Vlaanderen RUISELEDE HUIDIGE NATIONALITEIT PG2 NATIONALITEIT BIJ GEBOORTE PG 3 HUISHOUDENS PG 4 WERKZOEKENDEN PG 5 NIEUWKOMERS PG 6 Arrondissement Tielt Opsplitsing in nationaliteitsgroepen

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.6.2016 C(2016) 3347 final UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 6.6.2016 tot vaststelling van de lijst van bewijsstukken die visumaanvragers moeten verstrekken in Iran,

Nadere informatie

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 Meer personen op de arbeidsmarkt in de eerste helft van 2010. - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, 2 de

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2015

De arbeidsmarkt in augustus 2015 De arbeidsmarkt in augustus 2015 Datum: 8 september 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in september 2014

De arbeidsmarkt in september 2014 De arbeidsmarkt in september 2014 Datum: 13 oktober 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche september 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in mei 2014

De arbeidsmarkt in mei 2014 De arbeidsmarkt in mei 2014 Datum: 13 juni 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche mei 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen eind

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 23 mei 2017 (OR. en) 9601/17 ADD 4 JAI 537 ASIM 57 CO EUR-PREP 27 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 17 mei 2017 aan: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET 34 (2007) Nr. 7 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2015 Nr. 4 A. TITEL Verdrag van Lissabon tot wijziging van het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag tot oprichting

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in februari 2015

De arbeidsmarkt in februari 2015 De arbeidsmarkt in februari 2015 Datum: 24 maart 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche februari 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2014

De arbeidsmarkt in augustus 2014 De arbeidsmarkt in augustus 2014 Datum: 17 september 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in mei 2017

De arbeidsmarkt in mei 2017 De arbeidsmarkt in mei 2017 Datum: 6 juni 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche mei 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1. Antwerpen

Nadere informatie

ECONOMIE. Begrippenlijst H7 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

ECONOMIE. Begrippenlijst H7 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn ECONOMIE VMBO-T2 Begrippenlijst H7 PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw Bewerkt door D.R. Hendriks Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn Versie 1 2013-2014 Hoofdstuk 7 Europese grenzen? Paragraaf 7.1 Wat

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling RSZ Directie Internationale betrekkingen Onderwerp Sociale zekerheid en werken in het buitenland. Wat moet ik doen? Datum Augustus 2012 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan

Nadere informatie

15410/17 JVS/sht DGC 1A. Raad van de Europese Unie. Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17. Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE)

15410/17 JVS/sht DGC 1A. Raad van de Europese Unie. Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17. Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE) Raad van de Europese Unie Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17 Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE) COLAC 144 WTO 329 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Derde aanvullend protocol

Nadere informatie

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2018

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2018 Toeslagen Belastingdienst Berekening zorgtoeslag 2018 De zorgtoeslag is een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering. Of en hoeveel zorgtoeslag uw klant krijgt, hangt af van: de standaardpremie de

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in februari 2016

De arbeidsmarkt in februari 2016 De arbeidsmarkt in februari 2016 Datum: 16 maart 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche februari 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat

Nadere informatie

BIJLAGE PROTOCOL. bij het. voorstel voor een besluit van de Raad

BIJLAGE PROTOCOL. bij het. voorstel voor een besluit van de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 26.2.2016 COM(2016) 91 final ANNEX 1 BIJLAGE PROTOCOL bij het voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de sluiting, namens de Europese Unie en haar lidstaten, van het

Nadere informatie

Openbare raadpleging over de coördinatie van de sociale zekerheid in de EU

Openbare raadpleging over de coördinatie van de sociale zekerheid in de EU Openbare raadpleging over de coördinatie van de sociale zekerheid in de EU Velden met een zijn verplicht. I. Gezinsuitkeringen CONTEXT: Gezinsuitkeringen worden over het algemeen uit de belastingen gefinancierd

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/13/146 ADVIES NR. 13/65 VAN 2 JULI 2013, GEWIJZIGD OP 5 NOVEMBER 2013 EN OP 7 OKTOBER 2014, INZAKE DE MEDEDELING

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2017

De arbeidsmarkt in augustus 2017 De arbeidsmarkt in augustus 2017 Datum: 7 september 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juni 2014

De arbeidsmarkt in juni 2014 De arbeidsmarkt in juni 2014 Datum: 17 juli 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche juni 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg Wanneer u op basis van uw daadwerkelijkaantal zendingen boven de 49 zendingen per jaar uitkomt, dan kunt u ons contacteren voor verbeterde tarieven. Wij passen uw prijzen dan direct aan. Volume: 0-49 zendingen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in maart 2016

De arbeidsmarkt in maart 2016 De arbeidsmarkt in maart 2016 Datum: 11 april 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche maart 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2013

De arbeidsmarkt in augustus 2013 De arbeidsmarkt in augustus 2013 Datum: 5 september 2013 Van: Stad Antwerpen Actieve stad Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2012 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen eind

Nadere informatie

De HZIV voert dit type opzoekingen ook uit voor zorgverstrekkers, voornamelijk voor grote ziekenhuiscentra.

De HZIV voert dit type opzoekingen ook uit voor zorgverstrekkers, voornamelijk voor grote ziekenhuiscentra. Aanvraag verzekerbaarheid in het buitenland Procedure voor de OCMW s HZIV Dienst Internationale Relaties (iri.enquete@hziv.be) www.hziv.be Inleiding De Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 165 I. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 2 juli 2018.

Publicatieblad van de Europese Unie L 165 I. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 2 juli 2018. Publicatieblad van de Europese Unie L 165 I Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 61e jaargang 2 juli 2018 Inhoud II Niet-wetgevingshandelingen BESLUITEN Besluit (EU) 2018/937 van de Europese Raad van

Nadere informatie

9079/17 JVS/bb 1 DGC 2A

9079/17 JVS/bb 1 DGC 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 30 mei 2017 (OR. en) 9079/17 Interinstitutioneel dossier: 2017/0082 (NLE) COEST 99 ELARG 36 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Protocol bij de Partnerschaps-

Nadere informatie

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 21.9.2018 COM(2018) 651 final ANNEX BIJLAGE bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de werking van Richtlijn 2011/24/EU betreffende de toepassing

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in april 2017

De arbeidsmarkt in april 2017 De arbeidsmarkt in april 2017 Datum: 10 mei 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche april 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1. Antwerpen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 60576 30 oktober 2018 Regeling van de Minister voor Medische Zorg van 22 oktober 2018, kenmerk 1432459-182639, houdende

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.6.2014 COM(2014) 226 final 2014/0128 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's NL NL TOELICHTING 1. ACHTERGROND

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in januari 2016

De arbeidsmarkt in januari 2016 De arbeidsmarkt in januari 2016 Datum: 12 februari 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche januari 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

Europese feestdagen 2017

Europese feestdagen 2017 Januari - Februari - Maart Bestemming Januari Februari Maart Nederland (NL) 01-01 Bestemming Januari Februari Maart België (BE) 01-01 Bosnie en Herzegovina (BA) 01-03 Bulgarije (BG) 01-01 03-03 Denemarken

Nadere informatie

Europese feestdagen 2019

Europese feestdagen 2019 Januari - Februari - Maart Bestemming Januari Februari Maart Nederland (NL) 01-01 Bestemming Januari Februari Maart België (BE) 01-01 Bosnie en Herzegovina (BA) 01-01 02-01 01-03 Bulgarije (BG) 01-01 01-02

Nadere informatie

Tabel 1: Economische indicatoren (1)

Tabel 1: Economische indicatoren (1) Tabel 1: Economische indicatoren (1) Grootte van de Openheid van de Netto internationale Saldo op de lopende rekening (% economie (in economie (Export + BBP per hoofd, nominaal (EUR) BBP per hoofd, nominaal,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 407 Vrij verkeer werknemers uit de nieuwe EU lidstaten Nr. 162 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Europese feestdagen 2018

Europese feestdagen 2018 Januari - Februari - Maart Bestemming Januari Februari Maart Nederland (NL) 01-01 Bestemming Januari Februari Maart België (BE) 01-01 Bosnie en Herzegovina (BA) 01-01 02-01 01-03 Bulgarije (BG) 01-01 03-03

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in april 2016

De arbeidsmarkt in april 2016 De arbeidsmarkt in april 2016 Datum: 10 mei 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche april 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1. Antwerpen

Nadere informatie

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2014

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2014 Toeslagen Belastingdienst Berekening zorgtoeslag 2014 Berekening zorgtoeslag 2014 De zorgtoeslag is een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering. Of en hoeveel zorgtoeslag uw klant krijgt, hangt af

Nadere informatie

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers

Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Verantwoordelijke uitgever: Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers Voor inlichtingen: RKW Departement Ondersteuning Research en Financiën Trierstraat 70-1000 Brussel e-mail: research@rkw.be www.rkw.be

Nadere informatie

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.4.2014 C(2014) 2737 final UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 29.4.2014 tot vaststelling van de lijst van bewijsstukken die door visumaanvragers moeten worden overgelegd

Nadere informatie

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2015

Toeslagen Belastingdienst. Berekening zorgtoeslag 2015 Toeslagen Belastingdienst Berekening zorgtoeslag 2015 De zorgtoeslag is een bijdrage in de kosten van de zorgverzekering. Of en hoeveel zorgtoeslag uw klant krijgt, hangt af van: de standaardpremie de

Nadere informatie

HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK, HET KONINKRIJK DENEMARKEN, DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND, DE REPUBLIEK ESTLAND,

HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK, HET KONINKRIJK DENEMARKEN, DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND, DE REPUBLIEK ESTLAND, PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN HET AAN HET VERDRAG BETREFFENDE DE EUROPESE UNIE, HET VERDRAG BETREFFENDE DE WERKING VAN DE EUROPESE UNIE EN HET VERDRAG TOT OPRICHTING VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAP VOOR ATOOMENERGIE

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in maart 2017

De arbeidsmarkt in maart 2017 De arbeidsmarkt in maart 2017 Datum: 12 april 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche maart 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1.

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID. Directie-generaal Sociaal Beleid. Domein Regelgeving Kinderbijslag. Ministeriële Omzendbrief nr.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID. Directie-generaal Sociaal Beleid. Domein Regelgeving Kinderbijslag. Ministeriële Omzendbrief nr. 1 FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID Directie-generaal Sociaal Beleid Domein Regelgeving Kinderbijslag Ministeriële Omzendbrief nr. 599 Omzendbrief aan de Mevrouwen Ministers, aan de Heren Ministers,

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2016

De arbeidsmarkt in augustus 2016 De arbeidsmarkt in augustus 2016 Datum: 8 september 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie